Zoutwinning Incl. Beantwoording.Pdf
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Midden-Groningen Schriftelijke vragen aan het college (art 33 RvO) Datum: 28 april 2018 Onderwerp : Zoutwinning Toelichting: Naar aanleiding van berichtgeving bij RTV Noord op woensdag 25 april heeft onze fractie een aantal vragen. De problemen bij de zoutwinningsput tussen Tripscompagnie en Borgercompagnie, met mogelijke uitstraling naar Zuidlaarderveen en Kielwindeweer, baren ons zorgen. In grote delen van het geschetste gebied is bovendien sprake van gaswinning. Het college wordt verzocht de volgende vragen schriftelijk te beantwoorden: 1.) Door de gemeente Veendam is een vergunning verleend aan de firma Nedmag en door deze vergunning zou er schuin geboord kunnen worden naar een zoutvoorraad bij Kielwindeweer. In hoeverre heeft het college een reactie gekregen op de zienswijze op deze vergunningverlening? 2.) Ook was er een commissie waarin verschillende gemeenten een afgevaardigde hebben, waaronder de voormalige gemeente Menterwolde. a.) Bestaat deze commissie nog? b.) Heeft de gemeente Midden-Groningen deze zetel overgenomen? 3.) Is het college met ons van mening, dat ook de problematiek van de zoutwinning schade kan veroorzaken aan de leefomgeving en daarbinnen de bezittingen van onze inwoners en bedrijven? 4.) Is het college met ons van mening, dat een ieder die op wat voor manier deel uitmaakt van dat gebied gecompenseerd moet worden voor de schade die ontstaan is in de periode van zoutwinning en gaswinning? 5.) Is het mogelijk dat door deze mijnbouwactiviteiten de grondlagen dusdanig in beweging komen dat de natuurlijke afsluitingen steeds zwaarder onder druk staan en daarmee onze watervoorziening in gevaar brengt? 6.) Is het college bereid over deze problematiek in gesprek te gaan met de gemeente Veendam, het Rijk, Nedmag en de NAM, maar ook het waterschap Hunze en Aa’s en het waterleidingbedrijf Groningen? Namens de fractie van het CDA, Erianne van der Burg Algemene informatie: Een raadslid kan schriftelijke vragen stellen (artikel 33 RvO) aan het college of de burgemeester. Dit wordt gebruikt om van het college of burgemeester een verduidelijking te verkrijgen. Het gaat om het verkrijgen van feitelijke informatie waarbij een opvatting van het college wordt gevraagd. De gevraagde informatie is in het belang van het functioneren Midden-Groningen als raadslid. Informatie over de procedure voor raadsleden: Raadsleden dienen schriftelijke vragen in bij de griffier. Daarbij wordt aangegeven of er een voorkeur voor schriftelijke of mondelinge beantwoording bestaat. 1. Schriftelijke beantwoording vindt zo spoedig mogelijk plaats, in ieder geval binnen 30 dagen, nadat de vragen zijn ingediend. Tenzij het college of de burgemeester de griffier gemotiveerd in kennis stelt dat dit onmogelijk is, waarbij tevens aangegeven wordt binnen welke termijn beantwoording zal plaatsvinden. De beantwoording vindt schriftelijk plaats via een niet ondertekende brief. 2. Het college moet mondelinge vragen uiterlijk beantwoorden in de eerste openbare raadsvergadering, na het verstrijken van de periode van dertig dagen na de datum van indiening van de vragen. Informatie over de procedure voor de organisatie: De procedure voor de organisatie staat op het intranet bij weten en regelen: https://intranet.midden-groningen.nl/umbraco/weten-regelen/adviseringbesluitvormingsproces-aan-directie-college-en- raad/procedure-afspraken-rond-informatie-van-en-aan-de-gemeenteraad/ Raadsbrief Datum: 7 mei 2018 Verzenddatum: Behandeld door: Harry Berghuis Mailadres: [email protected] Zaak: 2018-012495 Onderwerp: Beantwoording vragen CDA m.b.t. incident zoutwinning Nedmmag (art. 33 RVO) Geachte leden van de raad, Naar aanleiding van berichtgeving bij RTV Noord op woensdag 25 april heeft u namens uw fractie een aantal vragen gesteld met betrekking tot de zoutwinning door Nedmag en het incident dat zich daarbij heeft voorgedaan. U geeft aan dat in het gebied ook de gaswinningsproblematiek speelt. Wij delen uw zorgen. Op 26 april 2018 hebben wij u geïnformeerd over genoemd incident en over de stand van zaken van twee lopende procedures. Uw vragen worden daarin deels beantwoord. De brief is hier als bijlage bijgevoegd. Uw vragen (eerst cursief herhaald). 1.) Door de gemeente Veendam is een vergunning verleend aan de firma Nedmag en door deze vergunning zou er schuin geboord kunnen worden naar een zoutvoorraad bij Kielwindeweer. In hoeverre heeft het college een reactie gekregen op de zienswijze op deze vergunningverlening? Antwoord Wij hebben een zienswijze ingediend op de ontwerpbeschikking omgevingsvergunning voor de zoutwinningslocatie WHC-1, gelegen in de gemeente Veendam, Borgercompagnie 156A. De minister van Economische Zaken en Klimaat (EZK) is bevoegd gezag en zal binnenkort komen met een definitieve beschikking. Daaruit zal blijken in hoeverre rekening is gehouden met onze zienswijze. Wij hebben bericht gekregen dat de aanvankelijk aangekondigde termijn (einde 1e kwartaal) niet is gehaald vanwege vele zienswijzen, maar verder geen inhoudelijke reactie ontvangen. Pagina: 2 van 4 Datum: 7 mei 2018Beantwoording vragen CDA m.b.t. incident zoutwinning Nedmmag (art. 33 RVO)Beantwoording vragen CDA m.b.t. incident zoutwinning Nedmmag (art. 33 RVO) Zaak: 2018-012495 2.) Ook was er een commissie waarin verschillende gemeenten een afgevaardigde hebben, waaronder de voormalige gemeente Menterwolde. a.) Bestaat deze commissie nog? b.) Heeft de gemeente Midden-Groningen deze zetel overgenomen? Antwoord Er is een stuurgroep Bodemdaling zoutwinning Nedmag onder voorzitterschap van gedeputeerde Eelco Eikenaar. Wethouder Anja Woortman zit daarin namens de gemeente Midden-Groningen als rechtsopvolger van de gemeente Menterwolde. De stuurgroep heeft in 2017 geen bijeenkomst gehad. Daarnaast is er een ambtelijke werkgroep bodemdaling zoutwinning Nedmag. 3.) Is het college met ons van mening, dat ook de problematiek van de zoutwinning schade kan veroorzaken aan de leefomgeving en daarbinnen de bezittingen van onze inwoners en bedrijven? Antwoord Ja. 4.) Is het college met ons van mening, dat een ieder die op wat voor manier deel uitmaakt van dat gebied gecompenseerd moet worden voor de schade die ontstaan is in de periode van zoutwinning en gaswinning? Antwoord Ja, voorzover aannemelijk gemaakt kan worden dat die schade een (indirect) gevolg is van de zoutwinning/gaswinning. 5.) Is het mogelijk dat door deze mijnbouwactiviteiten de grondlagen dusdanig in beweging komen dat de natuurlijke afsluitingen steeds zwaarder onder druk staan en daarmee onze watervoorziening in gevaar brengt? Pagina: 3 van 4 Datum: 7 mei 2018Beantwoording vragen CDA m.b.t. incident zoutwinning Nedmmag (art. 33 RVO)Beantwoording vragen CDA m.b.t. incident zoutwinning Nedmmag (art. 33 RVO) Zaak: 2018-012495 Antwoord Dat weten wij niet. Alles speelt zich af op grote diepte (tot ca. 1800 m), waarover relatief weinig bekend is. De winning is gebaseerd op modellen, ervaringen en (indirecte) metingen. De werkelijkheid zal grilliger zijn. Bij de zoutwinning van Nedmag worden grote hoeveelheden water in de zoutlaag geperst waarin zich het magnesiumzout bevindt, waardoor het zout plaatselijk oplost. Daarnaast wordt er dieselolie in geperst dat opdrijft en ervoor moet zorgen dat de bovenliggende zoutlaag niet oplost. Bij de winning van het zout stroomt de pekel door de buis naar boven. De druk in deze zoutholte (caverne) wordt lager dan het omliggende zout, waardoor er zout naar de holte ‘toekruipt’. Magnesiumzout kruipt het gemakkelijkst, is de best oplosbare zoutsoort, en beweegt naar de caverne toe. Deze winningsmethode is dus gebaseerd op beweging in de zoutlaag. De toezichthouder in het kader van de Mijnbouwwet, Staatstoezicht op de Mijnen, acht tot nog toe de zoutwinning veilig. 6.) Is het college bereid over deze problematiek in gesprek te gaan met de gemeente Veendam, het Rijk, Nedmag en de NAM, maar ook het waterschap Hunze en Aa’s en het waterleidingbedrijf Groningen? Antwoord Er staat een bijeenkomst gepland van de stuurgroep bodemdaling Nedmag op 7 mei 2018. Daarin zijn alle genoemde partijen uitgenodigd behalve de NAM en het waterleidingbedrijf Groningen. Na de stuurgroep bepalen we of overleg met andere partijen nog wenselijk/noodzakelijk is. Pagina: 4 van 4 Datum: 7 mei 2018Beantwoording vragen CDA m.b.t. incident zoutwinning Nedmmag (art. 33 RVO)Beantwoording vragen CDA m.b.t. incident zoutwinning Nedmmag (art. 33 RVO) Zaak: 2018-012495 Met vriendelijke groet, Burgemeester en wethouders van de gemeente Midden-Groningen R.W. Munniksma H.J.W. Mulder Burgemeester Gemeentesecretaris Gemeente Midden-Groningen IBAN NL 45 BNGH 0285 1729 48 Postbus 75 Tel.nr: (0598)-373737 9600 AB Hoogezand www.midden-groningen.nl Gemeente Midden-Groningen Gorecht-Oost 157 9603AE Hoogezand Team Omgevingskwaliteit Datum: Verzenddatum: Uw kenmerk: Zaak: 2018-003376 Behandeld door: Harry Berghuis Mailadres: [email protected] Onderwerp: Informatie calamiteit zoutwinning Nedmag Geachte leden van de gemeenteraad, Afgelopen vrijdag heeft zich bij Nedmag een incident voorgedaan bij de zoutwinning Tripscompagnie. Hierbij informeer ik u over dat incident. Gebeurd volgens persbericht/pers: - Vrijdag 20 april 03.15u plotselinge drukverlaging vastgesteld in zoutbronnen Tripscompagnie - Vrijdag SodM geïnformeerd door Nedmag - Nacht van zaterdag op zondag situatie in zoutveld gestabiliseerd - Dinsdag wethouder geïnformeerd door SodM over calamiteit bij Nedmag; burgemeester geïnformeerd door directeur Bruning van Nedmag. - Woensdag persbericht ontvangen van Nedmag - Precieze oorzaak drukverlaging