HSL-Beveiligingssysteem ERTMS

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

HSL-Beveiligingssysteem ERTMS HSL-beveiligingssysteem ERTMS Eenonafhankelijk onderzoek naar nutennoodzaak van de aanpassing van hetHSL-beveiligingssysteem ERTMS inopdrachtvanhet Onderzoeks- enVerificatiebureau vande Tweede Kamer der StatenGeneraal 23 mei 2007 Onderzoeksteam Technische UniversiteitDelft J.A. Stoop, J.H. Baggen, J.M. Vleugel, J.L.de Kroes enJ.L.M. Vrancken Inhoudsopgave SAMENVATTING 5 SUMMARY 11 1 WERKWIJZE, OPZET EN VERANTWOORDING VAN HET ONDERZOEK 17 1.1 Aanleiding tot het onderzoek 17 1.2 Werkwijze en opzet 18 1.3 Het ERTMS-vraagstuk op de hogesnelheidslijn Schiphol-Antwerpen 20 1.4 Leeswijzer 21 2 DE HOGESNELHEIDSLIJN SCHIPHOL-ANTWERPEN 23 2.1 Inleiding 23 2.2 Een bijzonder project? 24 2.3 Een trendbreuk bij de spoorwegen 25 2.4 Betrokken partijen en hun onderlinge relatie 26 2.4.1 Belangrijkste actoren 26 2.4.2 Contracten en contractvormen 27 2.4.3 Planning 30 2.5 Conclusies 31 3 BEVEILIGINGSSYSTEMEN VOOR HOGESNELHEIDSSPOORLIJNEN OP DE CORRIDOR PARIJS-BRUSSEL-KEULEN-AMSTERDAM-LONDEN 33 3.1 Inleiding 33 3.2 De ontwikkeling van een Europese beveiligingssysteem ERTMS 34 3.2.1 Inleiding 34 3.2.2 Meerdere redenen om ERTMS in te voeren 35 3.2.3 ETCS Beveiligingsniveaus 37 3.2.4 Relaties tussen levels; fall-back en ontwikkelingsmogelijkheden 41 3.2.5 Interoperabiliteit 42 3.2.6 Technische ontwikkelingen industriepolitieke belangen 44 3.2.7 Tot slot 45 2 Technische Universiteit Delft 3.3 Spoorwegbeveiliging in Nederland 45 3.4 Spoorwegbeveiliging in België 47 3.5 Spoorwegbeveiliging in Frankrijk 50 3.6 Spoorwegbeveiliging in Duitsland 50 3.7 Spoorwegbeveiliging in Groot-Brittanië 51 3.8 Conclusies 52 4 ANALYSE 53 4.1 Inleiding 53 4.2 De vormgeving van grote projecten 53 4.2.1 Inleiding 53 4.2.2 Een bijzonder project door de keuze voor ERTMS 54 4.2.3 Een bijzonder project door de keuze voor publiekprivate samenwerking 54 4.2.4 Contracten en het managen van onzekerheid 56 4.2.5 Conclusies 61 4.3 ERTMS en softwareontwikkeling 61 4.3.1 Inleiding 61 4.3.2 Het proces van softwareontwikkeling 62 4.3.3 Softwareontwikkelingen ERTMS op de HSL-Zuid/HSL 4 65 4.3.4 Mens-machine interactie 66 4.4 De samenwerking tussen Nederland en België 68 4.4.1 De voorgeschiedenis 68 4.4.2 Het verdrag met België 69 4.5 Technische keuzemomenten 72 4.5.1 Inleiding 72 4.5.2 De keuze voor een beveiligingssysteem 72 4.5.3 De keuze voor een systeemgrens 76 4.6 Conclusies 78 4.6.1 Terugblikop keuzes 79 4.6.2 Vooruitblik op keuzes 79 5 ANTWOORDEN OP KAMERVRAGEN 81 5.1 Inleiding 81 5.2 Beantwoording van de hoofdvragen 81 5.3 Beantwoording van de deelvragen 83 Technische Universiteit Delft 3 5.4 Conclusies ten aanzien van redelijkheid en billijkheid 87 6 CONCLUSIES, AANBEVELINGEN EN REFLECTIE 89 6.1 Inleiding 89 6.2 Conclusies 89 6.2.1 Technologische keuzes 89 6.2.2 Verdere ontwikkeling van ERTMS: Level 3? 91 6.3 Aanbevelingen 94 6.4 Reflectie 95 LITERATUUR EN REFERENTIES, GERAADPLEEGDE PERSONEN EN INSTANTIES 97 BIJLAGEN 105 4 Technische Universiteit Delft Samenvatting Context Met het voordeel van inzicht achteraf ontstaat een beeld van de ontwikkeling op het spoor, waarin enerzijds het voortbouwen op een lange traditie in spoorwegontwerpen en nationaal beleid, een balans moet vinden met anderzijds technologische innovatie, Europese harmo- nisatie en interoperabiliteit. Nederland is één van de landen die gekozen heeft om te inves- teren in een nieuw systeem van spoorbeveiliging, dat uiteindelijkover heel Europa uitge- rold moet worden. Al vroegzijn industriële beproevingen gedaan met een nieuwe beveili- ging die feitelijkalleen op papier bestond. Aan deze ontwikkelingwaren deels bekende en deels ontbrekende risico’s verbonden, die contractueel volgens vigerende inzichten over de overheid en de betrokken marktpartijen werden verdeeld. Het getuigt van moed om te innoveren in een periode waarin de overheid terugtreedt in de verwachtingdat marktpartijen het initiatief tot innovatie nemen. Innovatie vereist een ste- vige rol voor de overheid. Dit geldt ook voor landen zonder gemengde markteconomie, zoals de Verenigde Staten. Op grond van recente ervaringen lijkt de slinger voor wat betreft marktwerking weer langzaam terug naar het midden te gaan. Bij de ontwikkeling van spoorwegtechnologie en zeker bij grote projecten is en blijft een regierol voor de overheid gewenst. Deze regierol omvat zowel de rol van bouwheer als die van bouwmeester. De re- latie tussen de overheid en marktpartijen kan het beste geconcretiseerd worden via een in- houdelijke toetsing op prestaties en kwaliteit. Technologie in ontwikkeling Een grootschalig project met een hoogtechnologisch gehalte als de HSL moet gefaseerd plaatsvinden. Te onderscheiden zijn hierbij de ontwikkeling, uitwerking en invoeringvan nieuwe technische systemen en toepassingen. Door de hoge mate van onzekerheid bij de aanvang van een grootschaligproject en het gaandeweg opdoen van kennis en ervaringis het onvermijdelijktussentijds tot aanpassing en verbetering over te gaan. Daarbij wordt het nut van en de noodzaak tot aanpassing afgewogen tegen de te verwachten vertraging en meerkosten. Dit is echter niet alleen een louter financiële en planmatige afweging. Het uiteindelijke doel van het ERTMS is het garanderen van de veiligheid bij hoge rijsnel- heden en een ongestoord verloop van de bedrijfsprocessen op de baanvakken zelf, over- gangen naar andere delen van het Europese HSL-netwerk, de aantak- en uittakpunten van het HSL-netwerken het gemeenschappelijke gebruikvan de reguliere infrastructuur samen met ander materieel. Hierbij worden ook hoge eisen gesteld aan de beschikbaarheid, be- trouwbaarheid en veiligheid gedurende de verdere opwaarderingen die zich in de loop van de levensduur nog zullen gaan voordoen. Hiermee is de vraagnaar de redelijkheid en billijkheid van specifieke beslissingen omtrent ERTMS niet alleen van belangvoor eenmalige beslissingen tijdens de ontwikkeling en in- gebruikstellingvan de HSL-Zuid, maar wellicht ookvoor beslissingen die tijdens de reste- rende levensduur van de HSL genomen moeten worden. In het licht van een levensduur- Technische Universiteit Delft 5 en beschikbaarheidbenaderingis het van belang om te weten of de ERTMS problematiek een incidenteel danwel structureel karakter heeft. Dergelijke vragen naar de betrouwbaarheid en bedrijfszekerheid van het opwaarderen van beveiligingssystemen zijn niet uniekvoor het spoor. In de luchtvaart komt het opwaarderen van de verkeersbeveiligingssystemen regelmatig voor, waarbij geen inbreuk gedaan mag worden op de beschikbaarheid en capaciteit van het luchtruim of de luchthaven. In deze sector zijn uitgebreide concepten, beproevingsmethoden, incidentregistratiesystemen en implementatieprocessen voorhanden die wellicht model kunnen staan voor verbeteringen in de ERTMS-benadering van de HSL-Zuid. Trekken van lering De gehanteerde werkwijze en opzet hebben naast het sec beantwoorden van de Kamervra- gen naar de noodzaak, redelijkheid en billijkheid van de software opwaardering het doel gehad leringte trekken uit de ontwikkelingen. Het is nadrukkelijkniet de bedoelinggeweest een schuldvraag te stellen of te verwijzen naar verantwoordelijkheden die aan betrokken partijen toe te wijzen zouden zijn geweest. Het onderzoekteam acht het ongepast op grond van verkregen inzichten achteraf een oordeel in welke vorm dan ookuit te spreken over de inhoud danwel het proces van besluitvormingdat heeft plaatsgevonden. Bij het opstellen van aanbevelingen heeft de leringcentraal gestaan hoe bij toekomstige projecten gesigna- leerde tekortkomingen voorkomen kunnen worden. Korte beantwoording van de hoofdvragen De hoofdvragen van de tweede Kamer zijn als volgt te beantwoorden 1: Vraag 1 naar de reden voor een upgrade van de bestaande ERTMS versie: Het wijzigen van de ERTMS versie betreft aanpassingen van hard- en software. Het onderzoek heeft zich beperkt tot de aanpassing van de software. De ontwikkeling van ERTMS versie 2.2.2 naar versie 2.3.0 was nodig omdat versie 2.2.2 nog teveel fouten bevatte en omdat er wat extra functionaliteit aan toe werd gevoegd. De ontwikkelde standaard bleek vervolgens multi-interpretabel te zijn, wat betekent dat verschil- lende leveranciers een verschillende uitleg aan de specificatie konden geven. De voor Nederland ontwikkelde versie 2.2.2 bleek niet compatibel te zijn met de Belgische versie (van een andere leverancier). Zonder de up- grade naar versie 2.3.0 zouden treinen bij de grens niet door hebben kunnen rijden met het gewenste veilig- heidsniveau en de gewenste rijsnelheid. Met versie 2.3.0 kan dit wel. Vraag 2 naar de redelijkheid van de migratietijd: Het gaat om een product in ontwikkeling dat bij versiewisseling een zorgvuldige en systematische herhaling van de beproeving vereist. Het laten bestaan van verborgen gebreken zou zich in de praktijk wreken door hoge kosten en verdere vertragingen. Over de verschillende tussenversies moest steeds op Europees niveau overeenstemming worden bereikt. Er is zelfs nog geen gegarandeerde samenhang tussen het materieel en de baan ongeacht wie de leverancier is. Er zijn diverse kritische tijdspaden, waaronder de levering van de On Board Unit voor de beproeving van versie 2.3.0. In dit licht is de migratietijd redelijk. 1 Zie voor een uitgebreide beantwoording hoofdstuk 5. 6 Technische Universiteit Delft Vraag 3 naar de redelijkheid van de testperiode: De testperiode kent een strakke planning en een vast tijdschema waarbinnen nog aanzienlijke onzekerhe- den bestaan. Er mogen zich geen grote tegenslagen voordoen, waarbij de beproeving in de praktijk de zwaar- ste test is die het integrale systeem nog moet
Recommended publications
  • Signalling on the High-Speed Railway Amsterdam–Antwerp
    Computers in Railways XI 243 Towards interoperability on Northwest European railway corridors: signalling on the high-speed railway Amsterdam–Antwerp J. H. Baggen, J. M. Vleugel & J. A. A. M. Stoop Delft University of Technology, The Netherlands Abstract The high-speed railway Amsterdam (The Netherlands)–Antwerp (Belgium) is nearly completed. As part of a TEN-T priority project it will connect to major metropolitan areas in Northwest Europe. In many (European) countries, high-speed railways have been built. So, at first sight, the development of this particular high-speed railway should be relatively straightforward. But the situation seems to be more complicated. To run international services full interoperability is required. However, there turned out to be compatibility problems that are mainly caused by the way decision making has taken place, in particular with respect to the choice and implementation of ERTMS, the new European railway signalling system. In this paper major technical and institutional choices, as well as the choice of system borders that have all been made by decision makers involved in the development of the high-speed railway Amsterdam–Antwerp, will be analyzed. This will make it possible to draw some lessons that might be used for future railway projects in Europe and other parts of the world. Keywords: high-speed railway, interoperability, signalling, metropolitan areas. 1 Introduction Two major new railway projects were initiated in the past decade in The Netherlands, the Betuweroute dedicated freight railway between Rotterdam seaport and the Dutch-German border and the high-speed railway between Amsterdam Airport Schiphol and the Dutch-Belgian border to Antwerp (Belgium).
    [Show full text]
  • Pioneering the Application of High Speed Rail Express Trainsets in the United States
    Parsons Brinckerhoff 2010 William Barclay Parsons Fellowship Monograph 26 Pioneering the Application of High Speed Rail Express Trainsets in the United States Fellow: Francis P. Banko Professional Associate Principal Project Manager Lead Investigator: Jackson H. Xue Rail Vehicle Engineer December 2012 136763_Cover.indd 1 3/22/13 7:38 AM 136763_Cover.indd 1 3/22/13 7:38 AM Parsons Brinckerhoff 2010 William Barclay Parsons Fellowship Monograph 26 Pioneering the Application of High Speed Rail Express Trainsets in the United States Fellow: Francis P. Banko Professional Associate Principal Project Manager Lead Investigator: Jackson H. Xue Rail Vehicle Engineer December 2012 First Printing 2013 Copyright © 2013, Parsons Brinckerhoff Group Inc. All rights reserved. No part of this work may be reproduced or used in any form or by any means—graphic, electronic, mechanical (including photocopying), recording, taping, or information or retrieval systems—without permission of the pub- lisher. Published by: Parsons Brinckerhoff Group Inc. One Penn Plaza New York, New York 10119 Graphics Database: V212 CONTENTS FOREWORD XV PREFACE XVII PART 1: INTRODUCTION 1 CHAPTER 1 INTRODUCTION TO THE RESEARCH 3 1.1 Unprecedented Support for High Speed Rail in the U.S. ....................3 1.2 Pioneering the Application of High Speed Rail Express Trainsets in the U.S. .....4 1.3 Research Objectives . 6 1.4 William Barclay Parsons Fellowship Participants ...........................6 1.5 Host Manufacturers and Operators......................................7 1.6 A Snapshot in Time .................................................10 CHAPTER 2 HOST MANUFACTURERS AND OPERATORS, THEIR PRODUCTS AND SERVICES 11 2.1 Overview . 11 2.2 Introduction to Host HSR Manufacturers . 11 2.3 Introduction to Host HSR Operators and Regulatory Agencies .
    [Show full text]
  • Une Interconnexion Des TGV Indispensable Pour Faire Face À La Saturation De La Ligne Actuelle
    Depuis plus de 12 ans, le CESER Poitou-Charentes demande et soutient la réalisation indispensable de l'interconnexion de la LGV Atlantique au réseau ferré européen à grande vitesse. Membre de l'association "Interconnexion Sud TGV en Ile-de-France" (120 adhérents dont 12 régions), le CESER Poitou-Charentes se prononce aujourd'hui, dans le cadre de la consultation organisée par la CPDP (Commission particulière du débat public), en faveur d'un projet de ligne nouvelle dédiée aux LGV. Une interconnexion des TGV indispensable pour faire face à la saturation de la ligne actuelle L'interconnexion des LGV au Sud de l'Ile-de-France se fait Malgré la modernisation en cours du réseau sur la ligne actuellement sur la ligne entre Massy et Valenton. C'est le actuelle entre Massy et Valenton, l'augmentation du trafic seul axe de liaison reliant le TGV Atlantique vers Paris et les prévue à l'horizon 2020 ne pourra être absorbée par ce seul autres pays européens. tronçon, sans compter les projets de LGV après 2020. Sur cette ligne, qui compte deux tronçons à voie unique à A ces perspectives s'ajoutent les déplacements de province à Massy et Orly, cohabitent TGV, RER et trains de fret (200 province en augmentation de 8 % par an, contre 4 % pour les trains circulent quotidiennement). déplacements de Province à Paris. Les vitesses moyennes des TGV n'excèdent pas 40 km/h et les retards moyens sont de 14 à 30 minutes. Les prévisions de trafic sur les TGV province/province sont estimées à 6 millions de voyageurs en 2020 contre Au-delà de la saturation du trafic de banlieue, ce tronçon 3,5 millions aujourd'hui, quasiment un doublement d'ici est un véritable goulet d'étranglement pour les voyageurs 2020.
    [Show full text]
  • 3.1 Les Objectifs Du Projet D'interconnexion Sud 3.2 Un Territoire Mieux Desservi 3.3 Les Couloirs De Passage Proposés
    Quel projet pour l’InterconnexIon Sud deS lGV en Île-de-France ? le projet d’Interconnexion Sud doit poursuivre le réseau de contournement de paris en Île-de-France en complétant l’Interconnexion est. Il vise à créer le maillon manquant du réseau des lignes à grande vitesse (LGV), en réalisant une infrastructure dédiée aux TGV, reliant la LGV Atlantique et la LGV Sud-Est, pour rejoindre la LGV Nord et la LGV Est européenne. Cette ligne nouvelle permettra également de répondre 3.1 les objectifs du projet d’Interconnexion Sud sur le long terme aux besoins de développement d’un trafic en forte croissance et de mieux desservir l’Île-de-France, via une ou plusieurs gares 3.2 un territoire mieux desservi nouvelles, dont celle d’Orly. Elles constitueront autant de portes d’entrée vers l’ensemble des destinations offertes par les TGV intersecteurs. 3.3 les couloirs de passage proposés L’itinéraire de la nouvelle infrastructure dépendra dans une large mesure du choix des gares à desservir. L’insertion de la ligne est envisagée 3. soit en tunnel, soit en jumelage le long de la ligne existante. 52 Quel projet pour l’interconnexion sud des lgv en île-de-france Quel projet pour l’InterconnexIon Sud deS lGV en Île-de-France ? le projet d’Interconnexion Sud doit poursuivre le réseau de contournement de paris en Île-de-France en complétant l’Interconnexion est. Il vise à créer le maillon manquant du réseau des lignes à grande vitesse (LGV), en réalisant une infrastructure dédiée aux TGV, reliant la LGV Atlantique et la LGV Sud-Est, pour rejoindre la LGV Nord et la LGV Est européenne.
    [Show full text]
  • SA2021- Revue Des Axes Macro
    REVUE D’AXES MACRO SA2021 SECTEUR ATLANTIQUE 21 novembre 2018 Présentation mise à jour suite aux remarques émises en séance SA2021 - REVUE D'AXE MACRO - SECTEUR ATLANTIQUE - 21/11/2018 DIFFUSION LIMITÉE – Slide mise à jour Ordre de passage des Portions d’Axe 2 HEURES DE NOM DE LA PORTION D’AXE PASSAGE IDF + MANTES – VILLENEUVE (ligne 985 : Mantes – Villeneuve) 9h00 – 9h15 IDF, CL, MP + IDF PARIS RIVE GAUCHE 9h15 – 9h45 IDF,CL,BPL + PARIS – MONTAUBAN 9h45 – 10h15 CL + ORLEANS – TOURS 10h15 – 10h30 CL, BFC + SPDC – VIERZON – SAINCAIZE 10h30– 10h45 IDF,CL, APC,BPL + LGV ATLANTIQUE 10h45 – 11h00 CL,APC + TOURS – BORDEAUX 11h00 – 11h15 APC + BORDEAUX – HENDAYE 11h15 – 11h30 APC, MP + BORDEAUX – TOULOUSE – NARBONNE 11h30 – 11h45 APC,MP + TOULOUSE – TARBES – BAYONNE – DAX 11h45 – 12h00 APC + POITIERS – LA ROCHELLE – NIORT – BORDEAUX 12h00 – 12h15 BPL,CL + BRETAGNE PAYS DE LOIRE 12h15 – 13h00 SA2021 - REVUE D'AXE MACRO - SECTEUR ATLANTIQUE - 21/11/2018 DIFFUSION2 LIMITÉE – 3 OBJECTIF DE LA CONCERTATION Présenter et recueillir les avis des EF et CA sur : + Les impacts des chantiers FIC. + Les premières versions des macro-ordonnancements des principaux chantiers du SA2021. Les macro-ordonnancements présentés en revue d’axes V0 n’intègrent pas l’ensemble des travaux du SA2021 mais uniquement les chantiers FIC et certains chantiers non FIC mais néanmoins impactants. Les ordonnancements V1 de l’ensemble des chantiers du SA2021 seront présentés lors de la revue d’axes V1 du 17 avril 2019. + Les premières courbes de cumuls des pertes de temps par axe et/ou segment LTV. Les courbes de cumuls de pertes de temps sont présentées en annexe sur la base des documents de travail DGOP.
    [Show full text]
  • The Newsletter of ERTMS
    The newsletter of ERTMS the European Rail Traffic Management System Issue number 16, January 2010 Also included in this issue: • Answering the call: new funding for ERTMS p3 • Connecting the Netherlands and its neighbours p4 • Upcoming events p4 Setting a global standard: the growing use of ERTMS abroad By Paolo de Cicco – UIC Paolo de Cicco has been seconded to UIC (International Union of Railways – Paris) since 2003 from RFI – the Italian infrastructure manager. He is responsible for co-ordinating activities of the ERTMS Platform. He is also the project co-ordinator of the ‘Integrated European Signalling System’ research project – under the EU’s 7th Framework Programme. The UIC ERTMS World Conference held in Malaga in April 2009 showed that ERTMS, initially a major European project, now has © iStockphoto become the global signalling standard and is being embraced It is shaping up to be an exciting year for by railways worldwide. According to UNIFE (Association of the European Rail Industry), nearly 50 % of total ERTMS trackside ERTMS. The latest issue of Signal takes investments are made by non-European countries. ERTMS is a look at ERTMS around the globe. While a showcase for European technology excellence worldwide and ERTMS is being installed across the EU, railways outside Europe find ERTMS to be an advanced and deployment around the world is acceler- price-competitive solution to their signalling needs. ating as countries see the benefi ts and advantages of ERTMS. We also look at More than 2 000 km of ERTMS are in commercial operation outside the expansion of ERTMS in Europe and its Europe and an additional 10 000 km are already under contract.
    [Show full text]
  • Lessen HSL Zuid Voor Hogesnelheidslijn Amsterdam
    > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer Ministerie van Infrastructuur en der Staten-Generaal Waterstaat Binnenhof 4 Rijnstraat 8 2513 AA DEN HAAG 2515 XP Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456 0000 F 070-456 1111 Ons kenmerk IENW/BSK-2018/160673 Bijlage(n) Datum 27 september 2018 - VGR 41 HSL-Zuid e Betreft Aanbieding 41 Voortgangsrapportage HSL-Zuid en - Langetermijnvisie HSL- Langetermijnvisie HSL van NS en ProRail Zuid van NS en ProRail Geachte voorzitter, Met deze brief bied ik uw Kamer de 41e Voortgangsrapportage (VGR) HSL-Zuid en de langetermijnvisie HSL-Zuid van NS en ProRail aan. Hieronder schets ik de belangrijkste ontwikkelingen rondom de HSL-Zuid en licht ik de VGR en langetermijnvisie nader toe. Ontwikkelingen vervoer Er is de afgelopen jaren door NS en ProRail hard gewerkt om de prestaties op de HSL-Zuid te verbeteren en dat leidt tot resultaat. In het kader van het gezamenlijke Verbeterprogramma HSL-Zuid is een reeks aan maatregelen uitgevoerd. De gemiddelde prestaties van dit jaar op de HSL-Zuid liggen tot nu toe op alle prestatiegebieden boven de in de concessie afgesproken bodemwaarden.1 Bovendien blijkt dat er een toenemende vraag is naar de diensten die worden aangeboden op de HSL-Zuid, zowel voor binnenlands als internationaal vervoer. De afgelopen jaren is de Intercity Den Haag-Eindhoven (2017) over de HSL-Zuid gaan rijden en per april 2018 zijn zowel de Intercity Brussel als Eurostar over de HSL-Zuid geïntroduceerd. Het aanbod van Thalys wordt geoptimaliseerd door vanaf april 2019 Marne la Vallée (Disneyland) en de Luchthaven Charles de Gaulle aan te doen.
    [Show full text]
  • Concept TEE 2.0 Will Interlink the Individual Optimized Systems to Form a Range of European Services Designed to Reduce International Journey Times
    International high-speed and overnight rail services to promote climate change mitigation Revised and enlarged Version – May 2021 Secretariat of the Federal Government Commissioner for Rail Transport www.bmvi.de | 27 November 2020 1 Contents 1. General introduction 2. Development of the Concept 3. Rolling Stock Considerations 4. Conclusion and next steps 5. Blueprint study – Detailed descriptions of the TEE 2.0 lines 2.0 www.bmvi.de | 12 May 2021 2 Contents 1. General introduction 2. Development of the Concept 3. Rolling Stock Considerations 4. Conclusion and next steps 5. Blueprint study – Detailed descriptions of the TEE 2.0 lines 2.0 www.bmvi.de | 12 May 2021 3 Societal change in travel behaviour – wider clientele Changes in travel choices due to effects such as • greater awareness of climate change (“flying shame”) • shorter journey times thanks to growing high-speed networks • direct links to and from smaller towns and cities located along the routes of the mainlines Opportunity for new message from railways – new TEE network High-speed trains over long distances (passing through 4, but at least 3 countries) The TransEuropExpress 2.0, or TEE 2.0 for short, is thus a symbol of cohesion and further European integration. Opportunity presented by the establishment of clock-face timetables TEE 2.0 and attractive overnight services can be integrated in the clock- face timetables and will not use any paths at the expense of freight trains. 2.0 www.bmvi.de | 12 May 2021 4 Clock-face timetabling such as the “Deutsch- Züge sind bereit zur Abfahrt (00) Abfahrt in den Umsteigebahnhöfen (05) landtakt” to form the basis of new TEE network Ankunft in den Umsteigebahnhöfen (55) Züge sind bereit zur Abfahrt (00) • “More frequent – faster – everywhere”: clock-face timetable will establish a new, transparent principle of infrastructure planning and capacity management.
    [Show full text]
  • The Economics of High Speed 2
    HOUSE OF LORDS Economic Affairs Committee 1st Report of Session 2014‒15 The Economics of High Speed 2 Ordered to be printed 10 March 2015 and published 25 March 2015 Published by the Authority of the House of Lords London : The Stationery Office Limited £price HL Paper 134 Select Committee on Economic Affairs The Economic Affairs Committee is appointed by the House of Lords in each session “to consider economic affairs”. Membership The Members of the Select Committee on Economic Affairs are: Baroness Blackstone Lord Carrington of Fulham Lord Griffiths of Fforestfach Lord Hollick (Chairman) Lord Lawson of Blaby Lord May of Oxford Lord McFall of Alcluith Lord Monks Lord Rowe-Beddoe Lord Shipley Lord Skidelsky Lord Smith of Clifton Baroness Wheatcroft Declaration of interests See Appendix 1 A full list of Members’ interests can be found in the Register of Lords’ Interests: http://www.parliament.uk/mps-lords-and-offices/standards-and-interests/register-of-lords-interests Publications All publications of the Committee are available at: http://www.parliament.uk/hleconomicaffairs Parliament Live Live coverage of debates and public sessions of the Committee’s meetings are available at: http://www.parliamentlive.tv Further information Further information about the House of Lords and its Committees, including guidance to witnesses, details of current inquiries and forthcoming meetings is available at: http://www.parliament.uk/business/lords Committee staff The staff who worked on this inquiry were Robert Whiteway (Clerk), Ben McNamee (Policy Analyst), Stephanie Johnson (Committee Assistant) and Oswin Taylor (Committee Assistant). Contact details All correspondence should be addressed to the Clerk of the Economic Affairs Committee, Committee Office, House of Lords, London SW1A 0PW.
    [Show full text]
  • Médiation Relative Aux Nuisances Générées Par Les TGV Auprès Des Riverains Des Lignes Bretagne-Pays-De-La-Loire Et Sud-Europe- Atlantique
    MINISTÈRE DE LA TRANSITION ÉCOLOGIQUE ET SOLIDAIRE Médiation relative aux nuisances générées par les TGV auprès des riverains des lignes Bretagne-Pays-de-la-Loire et Sud-Europe- Atlantique Rapport n° 012345-01 établi par Emmanuelle BAUDOIN, Sylvain LEBLANC et Catherine MIR Avril 2019 Les auteurs attestent qu’aucun des éléments de leurs activités passées ou présentes n’a affecté leur impartialité dans la rédaction de ce rapport Statut de communication Préparatoire à une décision administrative Non communicable Communicable (données confidentielles occultées) Communicable Sommaire Résumé.....................................................................................................................6 Liste des recommandations.................................................................................11 Introduction............................................................................................................14 1. Les nuisances induites par l’exploitation des trains à grande vitesse........17 1.1. Le bruit ferroviaire....................................................................................................17 1.1.1. Les nuisances sonores..................................................................................17 1.1.2. Effets sur la santé du bruit ferroviaire............................................................22 1.1.3. Réglementation française en matière de protection contre le bruit d’origine ferroviaire ................................................................................................................25
    [Show full text]
  • High Speed and the City
    High Speed and the City High speed rail & the city September 2010 UIC International Union of Railways CONSULT S.A. High Speed and the city study Index 1. Introduction 1 2. Objectives of the study 1 3. Structure of the study 2 4. High speed and the city: the actors 2 5. The key issues 3 6. The benchmarking study 4 6.1 Cities and stations analysed 4 Barcelona 5 Berlin 7 London 9 Madrid 11 New York 13 Paris 15 Rome 17 Ankara 19 Beijing 20 Seoul 22 Taipei 24 Tokyo 25 6.2 Comparison of schemes 27 6.3 Comparison of indicators and conclusions 28 7. Recommendations: Lessons from HS experience 32 8. Acknowledgements 32 Annex: abstract of HS station cases graphs 33 References 34 High speed and the city study Graph index A. The actors B.8 Paris-CDG B.16 Taipei Main station A.1 Relationships Paris-CDG Pax B.8.1 Taipei Main station Pax B.16.1 A.2 Monetary flows Paris-CDG City B.8.2 Taipei Main station City B.16.2 A.3 Quality relationship Paris-CDG Operator B.8.3 Taipei Main station Operator B.16.3 A.4 Decision making Paris-CDG Infra manager B.8.4 Taipei Main station Infra manager B.16.4 B. The stations B.9 Paris-Gare de Lyon B.17 Tokyo station B.1 Barcelona Sants Paris-Gare de Lyon Pax B.9.1 Tokyo station Pax B.17.1 Barcelona Sants Pax B.1.1 Paris-Gare de Lyon City B.9.2 Tokyo station City B.17.2 Barcelona Sants City B.1.2 Paris-Gare de Lyon Operator B.9.3 Tokyo station Operator B.17.3 Barcelona Sants Operator B.1.3 Paris-Gare de Lyon Infra manager B.9.4 Tokyo station Infra manager B.17.4 Barcelona Sants Infra manager B.1.4 B.10 Paris-Gare du Nord C.
    [Show full text]
  • A Resource Book on High Speed Rail Technology
    A resource book on High Speed Rail Technology A Resource Book On High Speed Rail Technology Important: The contents of this book are a work of compilation from various international journals, publications, books, data/information available on the e-world etc. No part of this book is an expression of the views of any individual, organisation etc. Neither the Government of India nor the Railway Board and Research Designs and Standards Organisation are responsible for the opinion or statements made therein. The book is meant as a resource material and a ready reckoner information on the work done so far and also the future strategies, by various railways world-over in the field of High Speed Railways. There is no copyright violation in preparation of this book. Published on: May, 2011 Compiled by: Gaurav Agarwal, Director(Efficiency &Research)/Mech Engg. Ministry of Railways, Govt. of India Government of India Ministry of Railways (Research, Design & Standards Organisation, Lucknow) FOREWORD High‐speed rail (HSR) brings clear and significant economic benefits to the communities they serve not only in terms of rise in GDP, but also in terms of its environmental impact. HSR uses much less energy per mile than auto or air travel. HSR transit is thus quickly gaining popularity as a key alternative in transportation policy planning. HSR also presents significant technological challenges as it requires synergy amongst a number of engineering disciplines. It is heartening to see the book “High Speed Rail Technology” by Mr. Gaurav Agarwal, Director(E&R)/ME, Railway Board which is a sincere effort towards collating all the relevant information relating to HSR at one place.
    [Show full text]