Aanteekeningen Over Monumenten Te Gorinchem, Schelluinen, Woudrichem, Loevestein En Zalt-Bommel, In
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
ELFDE JAARGANG JUNI 1931 AFLEVERING 2 . NEDERLANDSCHE OUDHEIDKUNDIGE BOND _ (Opgericht 17 Januari 1899) BESCHERMVROUW: H.M. DE KONINGIN. BESCHERMHEER: Z. K. H. DE PRINS DER NEDERLANDEN. BESTUUR: Mr. Dr. A. B. G. M. VAN RIJCKEVORSEL, Voorzitter; Jhr. Mr. D. P. M. GRASWIN CKEL, Secretaris; JACOB MEES, Penningmeester; Jhr. Mr. Dr. E. A. VAN BERESTEIJN; J. TH. BOELEN; Prof. Dr. A.W. BIJVANCK; Dr. A.E. VAN GIFFEN; Prof. W. A. F,. VAN DER PLUIJM; Prof. Dr. W. VOGELSANG. OUDHEIDKUNDIG JAARBOEK INHOUD VAN AFLEVERING II, JAARGANG 1931. Aanteekeningen over Monumenten te Gorinchem, Schelluinen, Woudrichem, Loeve stein en Zalt-Bommel, door Dr. G. C. Labouchere. I. Inleiding. bl. 41 II. Gorinchem . ·bl. 42 III. De Pastorie der Nederlandsch Hervormde Kerk te Schelluinen . bl. 89 IV. Woudrichem . bl. 91 V. Loevestein . · . bl. 104 VI. Zalt-Bommel . hl. 106 Episoden uit de Bomygeschiede:nis van de St. Martens-Kerk binnen de stad Saltboemel, door Ir. J. BECKERING-VINCKERS . bl. 127 De Algemeene Vergadering zal dit jaar gehouden worden te Gorinchem op Donderdag 25 Juni des avonds. Op 26 Juni zullen 's morgens de monumenten in Gorinchem worden bezichtigd; 's middags zal een bezoek worden gebracht. aan Schelluinen, Woudrichem en Loevestein. Op 27 Juni aan Zalt-Bmmel. REDACTIE: Prof. Dr. A.W. BIJVANCK. Voorzitter; Dr..J. J. DE GELDER, secretaris; Jonkvr. C. ENGELEN: Dr. G. C. LABOUCHERE; Dr. ELISABETH NEURDENHURG en Prof. Dr. W. VOGELSANG. Stukken voor de Redactie te zenden aan den Secretaris, dr. J. J. de Gelder, huize "Schou t,enburg'' te Oegstgeest. Stukken betreffende het lidmaatschap van den Bond aan den Penningmeester, J. Mees, Beurs plein 9 te Rotterdam. Het nummer der Postgirorekening van den Bond is 140380. Alle overigé stukken, den Oudheidkundigen Bond betreffende, aan den Bonda-secretaris, Jhr. Mr. D. P. M . Graswinckel, Beaulieustraat 4, te Arnhem. LOSSE BANDEN VOOR HET OUDHEIDKUNDIG JAARBOEK zijn verkrijgbaar à / 1 . 25 door tusschenkomst van <len Boekhandel of bij den uitgever: N.V. A. OOSTHOEK'S UITG. MIJ TE UTRECHT. AANTEEKENINGEN OVER MONUMENTEN TE GORIN CHEM, SCHELLUINEN, WOUDRICHEM, LOEVESTEIN EN ZAL T-BOMMEL. door Dr. G. C. LABOUCHERE. 1. INLEIDING. De Jaarvergadering van den Oudheidkundigen Bond wordt ditmaal gehouden te Gorinchem; de aan deze vergadering verbonden excursie betreft die stad, de pas torie van het naburige Schelluinen, Woudrichem met het naburige slot Loevestein en Zalt-Bommel. De drie genoemde steden bevatten ieder verschillende monumenten van ge schiedenis en kunst, die ook in de litteratuur bekend zijn; een overzicht daarvan (waar bij slechts de belangrijkste publicaties vermeld zijn) vindt men in de hoofdstukken over elk dier steden vermeld. (1) De redactie diér hoofdstukken is zoo gekozen, dat de-n deel nemers aan de excursie niet zoozeer een beschrijving wordt gegeven van hetgeen zij te zien zullen krijgen als wel een uiteenzetting over hetgeen bij het aanschouwen der monumenten wetenswaardig ·zou kunnen zijn. Er wordt dus rekening gehouden met hetgeen reeds over die monumenten gepubliceerd is en daarnaar ook verwezen; de hier volgende hoofdstukken zijn op de plaatsen waar grootere uitvoerigheid wordt betracht te beschouwen als pogingen tot aanvulling van bestaande litteratuur. Men zoeke er dus niet het overal gelijkelijk doorgevoerde systeem eener geïllustreerde monumenten beschrijving. Hetzelfde ka:q gezegd worden van de korte hoofdstukken over de pastorie van Schelluinen en het kasteel Loevestein; bij de behandeling zijn ook die historische gegevens niet vermeld, die niet op de vormgeving of vormverandering daarvan betrek king hebben of gehad kunnen hebben. Ten aanûen van de illustratie dezer hoofdstukken was om redenen van gelde lijken aard een ~ rgaande beperking noodig. Waar tegenwoordig algemeen bekende plaatwerken bestaan, waarin de voornaamste monumenten van geschiedenis en kunst in ons land afgebeeld zijn, scheen het gerechtvaardigd den lezer daarheen te verwijzen (2), om zoo ruimte te laten voor illustratie met cliché's naar totnogtoe niet gepubliceerde teekeningen en naar niet gemakkelijk bijeen te vinden oude gravures. Waar in het ge val van Woudrichem met Loevestein en van Zalt-Bommel de door Fruin (3) gepubli ceerde pfa,ttegronden van van Deventer naar de facsimile-uitgave nogmaals afgebeeld zijn, geschiedde dat in de veronderstelling, dat die uitgave niet behoort tot de algemeen toegankelijke plaatwerken. Omdat het een bijzonder belangwekkend verdwenen gebouw betreft is hier uit Vermeulens Handboek tot de Geschiedenis der Nederlandsche Bouwkunst nogmaals de teekening van het voormalige huis van Jan van Rossum te Zalt-Bo:rpmel afgebeeld. (1) Voor de bepaling der kunsthistorische waarde van verschillende monumenten zie men ook het in de vol gende noot te noemen werk van Vermeulen. Het is in de hier volgende hoofdstukken uitteraard niet de plaats om naar aanleiding van de bespreking vap. enkele monumenten nader in te gaan op de meeningen van dien schrijver aangaande de kunsthistorische waarde dier monumenten. (2) Algemeene werken voor de illustratie van het in de vol ende hoofdstukken behandelde zijn in de eerste plaats F. A. J. Vermeulen, Handboek tot de Geschiedenis der ~ederlandsche Bouwkunst, Deel I en II ('s-Gravenhage 1928-1931), waarvan ieder deel bestaat uit 1 deel tekst en 1 deel platen, verder de uitgave "Sprokkelingen in Nederland", waarvan in verband met het hier behan delde te gebruiken zijn Reeks A (serie 1 en 2: Stadspoorten en Muurtorens), ,Reeks B (Stadsgezichten en Woon huizen), Reeks C (Kerken en Godshuizen). (3) R. Fruin, Nederlandsche steden in de 16de eeuw. Platte gronden van Jacob van Deventer, 's Gravenhage 1916-1923. MCW VEEN GOR\NCHEM II. GORINCHEM. I. INLEIDING. De traditie der plaatselijke geschiedschrijving te Gorinchem is oud. Reeds omstreeks het midden der 15de eeuw schreef Dirk Frankensz (Theodricus Pauli. ge boren te Gorinchem, kanunnik en pastoor van het kapittel aldaar. een kroniek yan het land van Arkel (1). Vervolgens is het Aart Kemp geweest, die in zijn handschrift van 1607 (2) verschillende wetenswaardigheden over Gorinchem heeft neerge chreYen. Dat handschrift gebruikte Aarts nazaat Abraham Kemp voor zijn werk oYer de heeren van Arkel en de stad Gorinchem, dat door Henrik Kemp, Abrahams zoon. werd uitgegeven (3). Een zorgvuldige en op verschillende plaatsen zeer uih·oerige beschrijving en geschiedenis der stad, waarbij naast het werk van Abraham Kemp ook vele archiefstukken als bronnen zijn gebruikt, is die van Mr. Cornelis van Zomeren. uitgegeven door Z. H.H. T. (Teunis Horneer Hzn. ?) (4) De beschrijving bij van Zomeren wordt aangevuld door gegevens, te vinden in het Aardrijkskundig Woordenboek Yan van der Aa ( 5); voor den oudheidkundige is hier het belangrijkste gedeelte de beschrij ving van het toenmaals nog in wezen zijnde oude Stadhuis. Als nieuwe bewerking (vooral ook wat het oudheidkundige gedeelte betreft) van de door Van Zomeren en anderen bijeengebrachte gegevens is te noemen het werk van H. A. van Goch (6). dat heden nog in den handel verkrijgbaar is en hier, waar voor geen omstandige geschiedkundige beschrijving van Gorinchem plaats is, aanbevolen wordt aan degenen die zich verder in Gorinchems oudheid wenschen te verdiepen. Tenslotte moge ver wezen worden naar een voor luttelen prijs verkrijgbaar werkje van wijlen den heer W. F. Emck Wzn. (7) , dat een chronologische opsomming bevat van op de stad be trekking hebbende gebeurtenissen van allerlei aard. Als hulpboek.je naast Van Gochs boek is het zeer aan te bevelen. De algemeene litteratuur over de nog aanwezige monumenten van geschiedeni en kunst in de stad is beperkt tot de V oorloopige L\ist dier monumenten van de pro vincie Zuid-Holland. Sedert het verschijnen van die lijst in 1915 zijn verschillende verliezen, maar dan ook eenige aanwinsten te boeken, welke hierna nog zullen worden vermeld. Bij het opmaken van die lijst zijn eenige vergissingen begaan, welke voor een gedeelte ook berusten op vermeldingen in oudere werken. In de hier volgende beschrijving zijn enkele dier vergissingen verbeterd, waarbij dan in het bijzonder aan vullingen en verbeteringen worden gegeven van de voorstelling, die van Goch van de oude monumenten der stad geeft. Daarbij is in de eerste plaats gebruik gemaak t van het werkje van Emck. Litteratuur over enkele monumenten wordt bij de behan deling dier monumenten vermeld. Zoo vindt men dan in de hier volgende beschrijving van Gorinchem bijeen de gegevens over de verdwenen en nog in wezen zijnde monumenten van geschiedenis (1) Over het geschiedwerk van Pauli bereidt de heer H. Bruch een proefschrift aan de Gemeentelijke "Cniver siteit te Amsterdam voor. (2) Koninklijke Bibliotheek te 's-Gravenhage, no. 78 C 32. (Door mij niet geraad pleegd. G. C. L.) (3) Abraham K emps Leven der Doorluchtige H eeren van Arkel, ende Jaar-Beschrijving der Stad Gorinchem, Heerlijkheid, ende Lande van Arkel, onder desselfs Heeren, ook onder de Graven van Holland, tot den Jare 1500 .. Nu uyt-gegcven door syn Soon Henrik Kemp. Gorinchem, Paulus Vink, 1656. (4) Beschry vinge der stadt Gorinchem en landen van Arkel, benevens de aloude en adelyke Geslachten der Doorlugtige Heeren van Arkel • .. eertyds bij een verzamelt door de Heer en Mr. Cornelis van Zomeren, en nu in orde gebragt door Z . H. H. T . Gorinchem, Teunis Horneer, 1755. (5) A . J . van der Aa, Aardrijkskundig Woordenboek der Nederlanden. Gorinchem, Jacobus Noorduyn. Deel IV (1843), blz. 672-696. Deel XIII (1851), blz. 819-820. (6) H.A. van Goch, Van Arkels Oude Veste. Gorinchem, Teunis Horneer,