Trotseren of Afwentelen?

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Trotseren of Afwentelen? Trotseren of afwentelen? Invloeden op de overlevingskans van bewindspersonen bij vergelijkbare affaires. Universiteit Leiden Master Management van de Publieke Sector Marijke Kruis, S1606670 Begeleider: Dr. W.J. van Noort Tweede lezer: Dr. A.C. Wille 8 augustus 2016 Should I stay or should I go now? If I go there will be trouble And if I stay it will be double (The Clash, 1982) 2 Samenvatting In dit onderzoek is antwoord gegeven op de vraag waarom er verschil in consequenties voor bewindspersonen is als zij door vergelijkbare affaires in de problemen komen. Deze bevindingen geven implicaties voor het begrip van de stabiliteit van bewindspersonen en bieden daarnaast inzage in de redenen waarom deze stabiliteit wordt aangetast. Door dataverzameling zijn de affaires in kaart gebracht welke in de inlichtingen- of debatfase van het verantwoordingsproces richting de Kamer zijn beschreven of besproken. Van alle affaires bleken 2 soorten affaires voldoende toetsbare onderzoekseenheden te bevatten, namelijk affaires waarbij de bewindspersoon de Kamer onjuist heeft geïnformeerd en affaires waarbij de Kamer de beleidsuitvoering van de bewindspersoon ter discussie heeft gesteld. De invloed van de volgende onafhankelijke variabelen op de onderzoeksvraag is onderzocht: de ervaring in een parlementaire of ambtelijke omgeving, de bestuursstijl, het vertonen van afwentelgedrag, de grootte van de politieke partij, de uitvoerder van de handeling, het krijgen van een motie op basis van de vertrouwensregel en het soort einde van de affaire. Van de 38 mogelijke onderzoekseenheden in de onderzoeksperiode zijn 14 eenheden (affaires) geselecteerd voor het onderzoek. De externe validiteit van dit onderzoek is door dit beperkte aantal onderzochte affaires gering. Daarentegen is het voor een deel van de uitkomsten plausibel dat de conclusies toepasbaar zijn op de gehele onderzoeksperiode en niet alleen op de onderzochte affaires. Bij het onjuist informeren van de Kamer heeft meer ambtelijke ervaring een positieve invloed op het behoud van het ambt van bewindspersoon. Daarnaast is het vertonen van afwentelgedrag bij affaires waarbij de handelingen door het ambtelijk apparaat zijn verricht ook van positieve invloed. Deze bevindingen zijn significant, waardoor het plausibel is dat deze op alle soortgelijke affaires in de onderzoeksperiode toepasbaar zijn. Het tonen van leiderschap heeft eveneens een positieve invloed, maar deze bevinding heeft alleen betrekking op de onderzochte affaires. Bij affaires waarbij de Kamer de beleidsuitvoering van de bewindspersoon ter discussie stelt, heeft meer parlementaire ervaring een positieve invloed op het behoud van het ambt van bewindspersoon. Deze bevinding is significant, waardoor het plausibel is dat deze op alle soortgelijke affaires in de onderzoeksperiode toepasbaar is. Leiderschap en een lidmaatschap bij de grotere coalitiepartij hebben ook een positieve invloed, maar deze zijn alleen toepasbaar op de onderzochte affaires. Beslissingen om moties op basis van de vertrouwensregel in te dienen zijn subjectief, waarbij de politieke opportuniteit invloed heeft op het door politieke partijen in de Kamer afdwingen van vertrek van een bewindspersoon of kabinet. Deze moties hebben een opvallend verschijnsel: ingediende (maar niet aangenomen) moties hebben een positieve invloed op het behoud van het ambt van bewindspersoon, terwijl een dreiging van deze moties tot vertrek van een bewindspersoon leidt. Een ingediende motie lijkt vanuit de Kamer daardoor slechts een waarschuwende werking te hebben. Een bewindspersoon kan door het dreigen van een motie uit eigen beweging opstappen, maar ook doordat zijn integriteit is aangetast of doordat hij de politieke verantwoordelijkheid voor gemaakte fouten neemt; ook hier is de politieke opportuniteit van invloed. Daarnaast is het aannemelijk dat een onderzoeksrapport van een externe onderzoekscommissie veel invloed heeft het vertrek van een bewindspersoon. 3 Begrippenlijst Ambtelijk apparaat Dit wordt gevormd door de medewerkers die voor het ministerie werken waar de bewindspersoon de politieke top van vormt en hem helpen bij de vorming en uitvoering van zijn beleid. Beleidsveld Een onderwerp dat in de portefeuille van een bewindspersoon zit en waar hij verantwoordelijk voor is. Bewindspersoon Dit is een minister of een staatssecretaris die deel uitmaakt van het kabinet in Nederland op een bepaald moment. Coalitie De politieke partijen in de Kamer waarvan een bewindspersoon in het kabinet zit. Fractie Een vertegenwoordigde groep leden van een bepaalde politieke partij in de Kamer. Interdepartementaal Twee of meer ministeries zijn betrokken. Intradepartementaal Binnen één ministerie. Kabinet De benaming voor alle ministers en alle staatssecretarissen samen. Kamer De Tweede Kamer der Staten-Generaal Koning Staat aan het hoofd van het Koninkrijk der Nederlanden en wordt opgevolgd door een nakomeling, waarbij het oudste kind voorrang heeft. Politieke opportuniteit Een bepaald moment dat de grootste kans heeft om het beoogde effect van een politieke handeling te bereiken. Politieke partij Eén of meer personen die gezamenlijk een bepaalde ideologie voor ogen hebben en deze uitdragen. Portefeuille Omvat alle beleidsonderwerpen waar een bewindspersoon bevoegdheid en verantwoordelijkheid voor heeft. Deze beleidsonderwerpen verschillen niet alleen qua inhoud, maar ook qua zwaarte en risico’s. Oppositie De politieke partijen in de Kamer waarvan geen bewindspersoon in het kabinet zit. Regering De benaming voor de Koning en de ministers samen. Zittingstermijn Het aantal jaren dat iemand een bepaalde functie bekleedt. 4 Inhoudsopgave 1. Inleiding ...................................................................................................................... 7 1.1. Aanleiding ................................................................................................................... 7 1.2. Probleemstelling ......................................................................................................... 7 1.3. Onderzoekskader ....................................................................................................... 8 1.4. Aannames .................................................................................................................. 8 1.5. Verkenning ................................................................................................................. 8 1.6. Relevantie .................................................................................................................. 8 1.7. Leeswijzer .................................................................................................................. 9 2. Theoretisch kader ...................................................................................................... 10 2.1. Verantwoordelijkheden bewindspersoon .................................................................. 10 2.2. Invloeden op functioneren bewindspersoon .............................................................. 14 2.3. Conclusie ................................................................................................................... 17 2.4. Hypothesen ............................................................................................................... 18 2.5. Theoretische concepten ............................................................................................ 19 3. Methodologie ............................................................................................................ 20 3.1. Opzet ........................................................................................................................20 3.2. Operationalisering .....................................................................................................22 3.3. Selectie onderzoekseenheden ................................................................................... 25 3.4. Validiteit en betrouwbaarheid ................................................................................... 27 4. Empirische data ......................................................................................................... 29 4.1. Kabinetten ............................................................................................................... 29 4.2. Affaires over onjuiste informatie aan Kamer ............................................................. 30 4.3. Affaires over slechte beleidsuitvoering ...................................................................... 34 4.4. Overzicht onafhankelijke variabelen ......................................................................... 39 5. Analyse ..................................................................................................................... 41 5.1. Onafhankelijke variabelen ......................................................................................... 41 5.2. Causale verbanden .................................................................................................... 47 5.3. Overige bevinding .................................................................................................... 48 6. Conclusie ................................................................................................................... 50 6.1. Toetsing hypothesen ................................................................................................. 50 6.2. Beantwoording onderzoeksvraag .............................................................................. 53 6.3. Aanbeveling
Recommended publications
  • Groen Onderwijs Tussen Hoop En Vrees
    12 >> achtergrond Groen onderwijs tussen hoop en vrees Anderhalve week geleden oordeelde de Tweede Kamer in een motie dat het groene onderwijs, waaronder Wageningen Universiteit, onder het ministerie van OCW moet gaan vallen. Wat was de aanleiding voor deze motie, hoe ontstond er opeens een Kamermeerderheid voor en wat zijn de mogelijke gevolgen voor Wageningen UR? Een reconstructie en vooruitblik. tekst: Albert Sikkema / foto: David van Dam, Hollandse Hoogte n het najaar van 2014 vraagt de Tweede besproken. De regeringspartijen vragen om de Kamer, op initiatief van VVD en D66, MOTIE GROEN ONDERWIJS motie aan te houden, om zich te kunnen bera- het kabinet om een onderzoek in te den. Daarom wordt de motie niet in stemming stellen naar de voor- en nadelen van de De Tweede Kamerfracties van D66, Christen- gebracht op 3 november. De verwachting leeft Unie, VVD, GroenLinks en de SP namen op 17 positie van het groene onderwijs bij dat de motie weer aan bod komt bij de bespre- november de motie aan dat het groene onder- het ministerie van EZ. Dat leidt tot de wijs moet worden overgeheveld van het ministe- king van de EZ-begroting in november. IVerkenning Sectoronderwijs, waarvan de resul- rie van Economische Zaken (EZ) naar het minis- Maar een dag na de behandeling van de taten op Prinsjesdag 2015 aan de Kamer wordt terie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap onderwijsbegroting neemt staatssecretaris aangeboden door onderwijsminister Jet Busse- (OCW). De partijen willen de bekostiging per Wilma Mansveld van Infrastructuur en Milieu maker en staatssecretaris Sharon Dijksma van leerling van het groene en reguliere onderwijs ontslag na het vernietigende Fyra-rapport.
    [Show full text]
  • Deze Slideshow Gemaakt (Pdf)
    Uit de crisis? Drie pijlers: Schatkist op orde brengen Eerlijk delen Werken aan duurzame groei → 16 miljard bezuinigen Sociale zekerheid en inkomensbeleid Vergroten verschil tussen uitkering en inkomen uit werk AOW-leeftijd omhoog (2018: 66, 2021: 67) Invoeren huishouduitkeringstoets Arbeids- en reintegratieplicht en plicht tot tegenprestatie naar vermogen voor iedereen Sollicitatieplicht niet naleven betekent drie maanden geen bijstandsuitkering Verhoging arbeidskorting voor werkenden Sociale Zaken en Werkgelegenheid Minister: Lodewijk Asscher (PvdA) Staatssecretaris: Jetta Klijnsma (PvdA) Duurzaam groeien en vernieuwen Aandeel duurzame energie 16% in 2020 Besparingsdeal verduurzamen bestaande huurwoningen Kleinschalig duurzaam opwekken (zonne-)energie wordt fiscaal gestimuleerd Kostprijs windenergie op zee omlaag Groei elektrische mobiliteit stimuleren Regeldruk voor bedrijven en burgers omlaag (2,5 miljard per 2017) Wettelijke winkelsluiting zondag wordt opgeheven Duurzaam groeien en vernieuwen Hervorming bankensector: Verplichte bankierseed Geen producten die niet in belang klant zijn Kapitaaleisen voor banken worden verhoogd Steun totstandkoming Europese bankenunie Verbod speculeren complexe financiële producten voor organisaties met publiek geld Steun heffing financiële sector, mits geen pensioenfondsen Bonus binnen financ. Sector max 20% vaste beloning Economische Zaken Minister: Henk Kamp (VVD) “Het is nu in ieders belang om de economie te versterken en te laten groeien” Staatssecretaris: Co Verdaas (PvdA) Nederland
    [Show full text]
  • List of Delegations to the Seventieth Session of the General Assembly
    UNITED NATIONS ST /SG/SER.C/L.624 _____________________________________________________________________________ Secretariat Distr.: Limited 18 December 2015 PROTOCOL AND LIAISON SERVICE LIST OF DELEGATIONS TO THE SEVENTIETH SESSION OF THE GENERAL ASSEMBLY I. MEMBER STATES Page Page Afghanistan......................................................................... 5 Chile ................................................................................. 47 Albania ............................................................................... 6 China ................................................................................ 49 Algeria ................................................................................ 7 Colombia .......................................................................... 50 Andorra ............................................................................... 8 Comoros ........................................................................... 51 Angola ................................................................................ 9 Congo ............................................................................... 52 Antigua and Barbuda ........................................................ 11 Costa Rica ........................................................................ 53 Argentina .......................................................................... 12 Côte d’Ivoire .................................................................... 54 Armenia ...........................................................................
    [Show full text]
  • Alle Ballen Op De Staatssecretaris
    hoofdpijndossiers | 'Een minister mag niet vallen, zijn assistent wel' Alle ballen op de staatssecretaris welk dossier past bij welke politieke Moeilijke figuur kleur. Asfalt en VVD strookt lekker, zoals milieu en PvdA eveneens Komt het 'hulpje van de minister' meer voor de hand ligt. niet per definitie eerder in de wind te staan? ,,De staatssecretaris is Zo ging het in 2012 met Mansveld een moeilijke figuur," taxeert Anne en Schultz niet anders. Die laatste Bos, onderzoeker aan het Centrum zag in de Omgevingswet (hoewel JAMIE GROENESTEIN voor Parlementaire Geschiedenis in minder sexy en gevoelig) ook een Nijmegen. ,,Zijn portefeuille is al enorme taak en wilde wel eens iets snel te licht, dan wel te zwaar." DEN HAAG anders dan het spoor. Van afschuiven was geen sprake, Minder aanzien, maar elke dag wel In PvdA-kringen wordt nadrukkelijk zeggen betrokkenen. Sterker, toen een flinke werktas mee naar huis. gesteld dat Mansveld zich nooit het Fyra-dossier Mansveld over de over haar werklast heeft beklaagd. Na het vertrek van Wilma Mansveld schoenen begon te lopen, bood Men wijst er fijntjes op dat dit ook laait de discussie op dat Schultz aan om luchtvaart over te niet vermeld staat in het rapport staatssecretarissen vooral de nemen, klinkt het in liberale kring over de Fyra. 'hoofdpijndossiers' van ministers op nu. het bord krijgen. 'Een minister mag Bos wijst erop dat coalitiepartijen En daarbij, Schultz had als minister niet vallen, een staatssecretaris belangrijke pionnen in het kabinet in Rutte-I en daarvoor als vaak feller beschermen dan een wel'. staatssecretaris ook heel wat te eenvoudige staatssecretaris.
    [Show full text]
  • Diederik Samsom Blikt Terug Op Een Roerig Jaar Linkse Hobby
    Ledenblad van de Partij van de Arbeidƫđƫ9de jaargangƫđ nr 3ƫđƫdecember 2012 Onze nieuwe bewindslieden Xander den Uyl en Bernard Koekoek Diederik Samsom blikt terug op een roerig jaar linkse hobby Raf Daenen is niet alleen fractievoorzitter van de PvdA in Oirschot en auteur van het boek Perspectief op een maatschappij in crisis: samen leren, samen werken en samen leven, hij is ook schapenhouder. Elke dag begint en eindigt hij met een wandeling tussen zijn tien schapen. Tekst Anne Moes Foto De Beeldredaktie ‘Ze zitten er warmpjes bij’ oen Raf Daenen in 1984 met zijn vrouw in een natuur- die Daenen als schapenhouder van zo dichtbij meemaakt. ‘Ik Treservaat in Noord-Brabant ging wonen, namen ze ontkom natuurlijk niet aan harde confrontaties zoals doodge- drie schapen. En vanaf dat moment ontstond bij hem boren lammeren, maar hard is ook mooi.’ Op die manier leren een passie voor het houden van de evenhoevige dieren. De zijn kinderen over de vergankelijkheid van het leven en leert zorg voor dier en omgeving zit de boerenzoon in zijn bloed, hij zelf het leven te nemen zoals het komt. Hij kan het scha- vol enthousiasme praat hij over zijn mens- en diervriendelijke penhouden iedereen aanraden. ‘Tegenover de harde kant van veehouderij. Vanachter zijn keukenraam kijkt Daenen uit op het schapenhoeden staan vooral hele mooie momenten, zoals de schitterende plek waar zijn lievelingsdieren lopen. ‘Ik bied het ter wereld brengen van lammeren en het leven in de natuur ze niet alleen rust en veel ruimte, maar zorg ook dat ze tegen met de dagelijkse momenten van bezinning.’ Hoewel Daenen weer en wind beschermd blijven.
    [Show full text]
  • Prinsjesdag 2015
    PRINSJESDAG 2015 Waardering bewindslieden 15 september 2015 Kiezers: Jeroen Dijsselbloem en Lodewijk Asscher beste bewindslieden . Kiezers waarderen PvdA-ministers het meest . Dijsselbloem en Asscher beter gewaardeerd door VVD- en D66-kiezers dan door SP-kiezers . De Volkskrant vindt VVD-ministers Schippers en Blok het best; Blok door kiezers juist laagst gewaardeerd Prinsjesdag 2015 1 Kiezers: Jeroen Dijsselbloem en Lodewijk Asscher beste bewindslieden . Publiek waardeert PvdA-ministers . Dijsselbloem en Asscher beter gewaardeerd door VVD- en D66-kiezers dan door SP-kiezers . De Volkskrant verkiest VVD-ministers Schippers en Blok De kiezers PvdA-ministers Jeroen Dijsselbloem (6,6) en Lodewijk Asscher (6,1) zijn de best gewaardeerde bewindslieden van het kabinet. Dijsselbloem is niet alleen populair bij de PvdA-kiezers (een 7,9), maar ook bij kiezers van VVD (7,6) en D66 (7,5). Dat geldt – in mindere mate – ook voor Asscher: PvdA- kiezers geven hem een 7,6, VVD-kiezers en D66-kiezers een 6,7. Onder linkse kiezers zijn beide ministers minder populair. Beiden scoren met name lager onder SP-kiezers dan onder de achterban van VVD en D66. GroenLinks-kiezers lijken in deze op VVD- en D66-kiezers, ze geven Dijsselbloem een 7,1, Asscher een 6,6. Koenders is met een 5,8 de op twee na meest populaire minister. Hij is vooral populair bij de PvdA- achterban (7,0) en de GroenLinks-kiezers (6,7). Pas op een vierde plaats zien we de eerste VVD-minister: Jeanine Hennis-Plasschaert (met een 5,7). Minister-president Mark Rutte eindigt op een zevende plaats met een 5,5.
    [Show full text]
  • Party Politics and Personality
    Party Politics and Personality Ben Verhoeven, Guy De Pauw, Barbara Plank, Marcel Hanegraaff, Bert Fraussen, Tom De Smedt, Walter Daelemans ATILA 2016, Ravenstein, The Netherlands Beyond the echo chamber Political Tweets in Flanders & The Netherlands I April 2014 ! September 2016 I Monitor who mentions who I 187 Flemish politicians I 158 Dutch politicians > 500,000 tweets (63,000 with mentions of other politicians) Metadata I Age I Gender I Twitter experience I Party Affiliation: I Opposition vs Government I Ideology scale I Size Crossing Party Lines? Hypotheses 1. Politicians with similar party affiliations are more likely to interact with each other 2. More likely to cross party lines: 2.1 Politicians from smaller parties 2.2 Politicians from left-wing parties 2.3 Politicians from opposition parties 2.4 Experienced Twitter users 2.5 Younger politicians 2.6 Female politicians Flanders Network (Gephi (ForceAtlas2)) Marius Meremans Cathy Coudyser Yamila Idrissi Nadia Sminate Wilfried Vandaele Daphné Dumery Bert Maertens Piet De Bruyn Bart Caron Gwenny De Vroe Erik Arckens Renaat Landuyt Karl Vanlouwe Vera Van der Borght Ben Weyts Miranda Van Eetvelde Jean-Jacques De Gucht Hermes Sanctorum Martine Taelman Mercedes Van Volcem Geert Bourgeois Sarah Smeyers Rik Daems Open Vld Danielle T'Jonck Huub Broers Luk Van Biesen Bert Anciaux Philippe De Coene Ludo Sannen Els Demol Marino Keulen Lode Vereeck Veerle Wouters khadija Zamouri Bart Somers Peter Luykx Annick De Ridder Güler Turan Ann Brusseel Philippe Muyters Gwendolyn Rutten Helga Stevens Carina
    [Show full text]
  • Een Onderzoek Naar De Zichtbaarheid Van Vrouwen in De Nederlandse Media Van 2013
    Een onderzoek naar de zichtbaarheid van vrouwen in de Nederlandse media van 2013 Inhoud Inleiding 2 Methode 2 Dagbladen en televisieprogramma’s 2 De vrouwen 3 De politici 3 Analyse 3 Vrouwen in de Nederlandse media 3 Aandacht voor vrouwen in dagbladen en op televisie 3 Aandacht voor vrouwen per categorie 5 Vrouwen in de Politiek 6 Mannen versus vrouwen in de politiek 7 Aandacht voor bewindslieden 7 Aandacht voor Tweede Kamerleden 8 Samenvatting en Conclusie 10 Meer weten? Internet www.nieuwsmonitor.net [email protected] Twitter: @Nieuwsmonitor Onderzoekers Nel Ruigrok 06 27 588 586 [email protected] Tamar van Heijningen www.nieuwsmonitor.net Inleiding In opdracht van sprekersbureau ZijSpreekt en mediaplatform VIDM.nl doen wij onderzoek naar de zichtbaarheid van vrouwen in de Nederlandse media in 2013. Uit de ‘Monitor Representatie 2010’ van Kijk- en Luisteronderzoek bleek dat het aandeel van vrouwen bij de Publieke Omroep in 2010 op 37,4% lag. Bij de commerciële omroepen lag dit percentage slechts iets hoger, namelijk op 39,9%. In reactie op deze cijfers stelde de NPO dat zij actief naar een betere afspiegeling streeft (de Volkskrant, 12 februari 2011). Uit het onderzoek ‘Nieuws en Actualiteiten 2011’ van de Nederlandse Nieuwsmonitor blijkt dat er in 2011 nog steeds een duidelijk verschil te zien is in het aantal mannen en vrouwen in actualiteitenrubrieken en nieuwsprogramma’s van de Publieke Omroep. Van alle personen die in deze programma’s aan het woord worden gelaten, uitgezonderd presentatoren, tafelheren en tafeldames, is gemiddeld 78% man en 22% vrouw. Uit het onderzoeksrapport ‘Vrouwen in de media 2011’ is gebleken dat “er dit jaar over vrouwelijke Kamerleden de helft tot een kwart minder artikelen worden gepubliceerd dan over mannelijke Kamerleden.” Hiervoor zijn echter ook andere verklaringen gevonden dan alleen het geslacht van de Kamerleden: een minder groot aantal vrouwen dan mannen functioneert als partijleider of lijsttrekker van grote politieke partijen.
    [Show full text]
  • Ruimtelijk Beleid: Continuïteit in Decentralisatie
    Gevolgen regeerakkoord voor gebiedsontwikkeling: ’t kon slechter Door: prof. mr. Friso de Zeeuw, praktijkhoogleraar Gebiedsontwikkeling TU Delft en directeur Nieuwe Markten Bouwfonds Ontwikkeling Wat zijn de belangrijkste plannen in het regeerakkoord die voor gebiedsontwikkeling, vastgoed- en infra- investeringen van belang zijn? In dit artikel loop ik die langs en voorzie ze van commentaar. Ruimtelijk beleid: continuïteit in decentralisatie De PvdA in de regering betekent meestal: een nieuwe nota voor de ruimtelijke ordening, met flinke sturingsambities. Velen roepen: ’meer visie van het rijk’, het is heus geen exclusieve linkse hobby. De continuïteit van het ministerschap van Melanie Schultz (en een paar nieuwe PvdA collega’s van de pragmatische vleugel) staat ervoor garant dat de decentrale lijn, neergelegd in de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte’ ongewijzigd blijft. Gelukkig maar want meer beleid, zonder uitvoeringsstrategie en investeringsgeld, betekent louter papierverplaatsing. Zo blijft bijvoorbeeld ook de ’kantorenleegstand’ een kwestie die lokaal en regionaal moet worden aangepakt. En aan de problematiek in krimpgebieden is dan nog wel een alinea gewijd waarvan de boodschap echter is: in de regio zelf oplossen. De rijksoverheid heeft er intussen wel een handje van om het eigen sectoraal beleid tot in het absurde tegen lokale preferenties door te zetten. Neem de geluidszones van Schiphol: in een groot deel van de drukke Metropoolregio hebben kansrijke investeringen last van vergaande restricties. Denk ook aan de malle bouwrestricties rond radarstations. Staatssecretaris Joop Atsma van Milieu en Water (CDA) liet het allemaal gebeuren. Het is te hopen dat zijn opvolgster, Wilma Mansveld (PvdA), met provinciale bestuurlijke ervaring, hier meer van bakt. Een van de oorzaken dat gebiedsontwikkeling stagneert, vindt zijn oorzaak in de compleet vastgelopen woningmarkt.
    [Show full text]
  • The Plastic Lobby a Thesis on the Development and Improvement of the Interest Group Influence Framework Applied in the Political Context of the Netherlands
    August 31, 2018 The Plastic Lobby A thesis on the development and improvement of the Interest Group Influence Framework applied in the political context of the Netherlands Stijn Vendrik #10247653 [email protected] Master thesis Political Science – Public Policy & Governance Graduate School of Social Sciences University of Amsterdam Supervisor: Dr. C. M. Roggeband Second reader: Dr. R. M. Sanchez Salgado Word count: 27.174 Abbreviations ACF = Advocacy Coalition Framework CBL = Centraal Bestuur Levensmiddelenhandel CPB = Centraal Planbureau FNLI = Federatie Nederlandse Levensmiddelen Industrie IGIF = Interest Group Influence Framework KHN = Koninklijke Horeca Nederland KIDV = Kennisinstituut Duurzaam Verpakken MP = Member of parliament NGO = Non-governmental organization PDMS = Packaging deposit money system VNG = Vereniging Nederlandse Gemeenten 2 Table of Contents Abbreviations 2 Abstract 4 Introduction 5 1. Theoretical review 10 1.1 The issues of influence measurement 1.2 The interest group influence framework 1.3 Flaws and improvements 2. Research design 22 2.1 Influence measurement methods 2.2 Research data 3. Case description 27 3.1 The PDMS in a broader context 3.2 Political developments 3.3 A new directive 4. Stakeholder analysis 24 4.1 The non-profit oriented advocacy coalition: political parties 4.2 The non-profit oriented advocacy coalition: interest groups 4.3 The profit oriented advocacy coalition 4.4 The coalition parties 5. Analysis 47 Conclusion 54 References 55 3 Abstract Lobbyists and interest groups form an essential part of a well-functioning democratic society. Their knowledge and expertise provide policymakers with the input they need to make well-informed decisions. However, how influential are these lobbyists exactly and what determines the extent of their influence? Based on the work of political scientists like Andreas Dür and others, the Interest Group Influence Framework is developed; a tool which can be used to analyse a specific policy process in which one or multiple interest groups were actively influencing the outcome.
    [Show full text]
  • 26 November 2015 – 10Th Volume
    Pee and poopClimate summit The hare A feast for algae | p.9 | Wageningers off to Paris | p.14 | Students learn to skin game | p.16 | RESOURCE For students and employees of Wageningen UR no 8 – 26 November 2015 – 10th Volume Where are we better off ? University might switch ministries | p.4 and 12 2 >> labour of love >> JAN + BAARTMANS Jan Schakel, teacher of Rural Sociology ‘There is an element of nostalgia in it’ It all started with a painting that hung over the sofa in his parents’ house. A work by the little-known expressionist Jan Baartmans (1898-1968). Now Jan Schakel owns 23 of them himself. His house is full of them. ‘I wasn’t intending to create a collection. It clearly got out of hand.’ One thing followed another. ‘I just think they’re beautiful. That rural life, those skies. I love those low horizons.’ RK / Foto: Guy Ackermans RESOURCE — 26 November 2015 PHOTO COVER: DAVID VAN DAM, HOLLANDSE HOOGTE >>CONTENTS no 8 – 10th volume >> 9 >> 22 >> 26 FALLOW DEER ASPHALT QUIDDITCH ‘Shooting is the only option’ Mixed feelings about the campus PVC tubing between your legs SLEEP ON IT Parliament thinks the university should come under the Ministry of Education, Culture and Science (OCW) from now on. A move from Economic Aff airs (EZ). You might think it makes no diff erence. But that’s not true. The complexity of Wagen- ingen UR, with its combination of university and DLO research institutes, does not always fi t decisionmaking structures in The Hague. This makes for a dilem- ma.
    [Show full text]
  • A Ritual Dance with the Dragon
    A RITUAL DANCE WITH THE DRAGON Dutch government’s response to crackdowns on human rights defenders in China Amnesty International is a global movement of more than 7 million people who campaign for a world where human rights are enjoyed by all. We reach almost every country in the world and have more than 2 million members and supporters who drive forward our fight for rights. And we have more than 5 million activists who strengthen our calls for justice. June 2016 Amnesty International Dutch section P.O. Box 1968 1000 BZ Amsterdam The Netherlands T (+31) 20 626 44 36 E [email protected] I www.amnesty.nl CONTENTS Glossary ........................................................................ 4 Introduction .................................................................... 5 1 Situation of Chinese human rights defenders .................................. 8 2 Needs of Chinese human rights defenders .................................... 12 3 Dutch policies on China, human rights and human rights defenders .......... 14 4 Bilateral policy implementation in 2014 and 2015 4.1 – Bilateral human rights dialogues ........................................... 19 4.2 – High-level visits .......................................................... 22 4.3 – Actions for individual cases ................................................ 27 4.4 – Practical support ......................................................... 30 5 The Dutch agenda within the European Union ................................ 32 6 EU policies on China, human rights and human rights
    [Show full text]