Surinaamse Schnivers En Dichters

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Surinaamse Schnivers En Dichters MICHIEL VAN KEMPEN Surinaamse schnivers en dichters Surinaamse schrijvers en dichters Michiel van Kempen Surinaamse schrijvers en dichters Met honderd schrijversprofielen en een list van pseudoniemen Amsterdam • Uitgeverij De Arbeiderspers Voor Truus Copyright © 1989 Michiel van Kempen Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt, door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van B.V. Uitgeverij De Ar- beiderspers, Singel 262, Amsterdam. No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means, without written per- mission from B. v . Uitgeverij De Arbeiderspers, Singel 262, Amsterdam. Omslag: Frank Creton Omslagontwerp: Nico Richter Fotomateriaal: collectie van de auteur Druk: Tulp, Zwolle ISBN 90 295 2511 8 / CIP Inhoud Ter inleiding 7 Suriname literair in cijfers en feiten i 1 Surinaamse literatuur in Nederland in cijfers en feiten 13 I Rijmelaars en analfabeten? 15 2 Een Surinaams-Siamese tweeling 24 3 Ire apo wiponojae / Aldus vertel ik 29 4 Luister hoe die tori gaat... 39 5 Scabreuze liedjes en de wijsheid van Birbal 48 6 Een rederijker achter Lelydorp 56 7 Wie de Surinaamse literatuur leest, leest de Surinaamse geschiedenis / i Eenlingen 6 1 8 Wie de Surinaamse literatuur leest, leest de Surinaamse geschiedenis / ii De soela 7o 9 Wie de Surinaamse literatuur leest, leest de Surinaamse geschiedenis / m Met beide benen op de grond8i I 0 De mamio van dit verdeelde een geworden land 95 I I Eigen wegen buiten Suriname 1 14 I 2 Hoe conservatief is een vorm? 1 25 I 3 Lezers, al of niet gedwongen 1 36 14 Tussenstroomse schrijvers 145 Verantwoording en literatuur 154 Profielen van schrijvers 158 Lijst van pseudoniemen 188 Ter inleiding Of zij bestaat, de Surinaamse literatuur? Natuurlijk bestaat ze! Maar je moet haar wel weten te ontdekken en dat is eenvoudiger gezegd dan gedaan. Want die literatuur waarvan het 't meest voor de hand ligt om ze Surinaams te noemen — de literatuur die in Suri- name wordt geproduceerd — is bij het grote publiek het minst be- kend. Dit geldt voor Nederland en in iets minder sterke mate ook voor Suriname: schrijvers die in Suriname wonen zijn in Neder- land praktisch totaal onbekend, terwijl de in Suriname meest gele- zen romanschrijvers auteurs zijn die zich buiten Suriname ont- plooiden: Albert Helman, Bea Vianen, Edgar Cairo, Astrid Roe- mer. Over de relatie tussen de literatuur in Suriname en die van de emigranten zeg ik een en ander in het eerste hoofdstuk van dit boek. Uitgangspunt voor het hele boek is voor mij geweest de situatie in Suriname. 1k hoop hiermee het vertekende beeld van wat de Su- rinaamse literatuur omvat, enigszins te corrigeren. Omdat die ver- tekening ook bepaald is door de gerichtheid op schriftelijk vastge- legde literatuur met veronachtzaming van de oude tradities van het orale vertellen, ben ik in hoofdstuk 2 stil blijven staan bij de vraag waar de Surinaamse literatuur haar aanvang neemt en in de hoofdstukken 3 tot en met 6 bij de mondeling overgeleverde lite- ratuur van inheemsen, creolen, hindostanen en Javanen. Het is mij primair te doen om het oproepen van een totaalbeeld en om het laten voelen van een sfeer en daartoe heb ik een aantal probleemvelden in kaart proberen te brengen. Al geven de hoofd- stukken en de schrijversprofielen aardig wat informatie en al be- spreek ik kort een aantal werken, een volledig, systematisch litera- tuur-historisch overzicht geeft dit boek niet. Een deel van het ma- teriaal waarop dit boek voortbouwt is systematisch-beschrijvend 7 en bibliografisch bijeengebracht in de documentatie De Suri- naamse literatuur 1 97o-1 98 5, verschenen bij Uitgeverij De Volks- boekwinkel te Paramaribo in i 987. Wie bijvoorbeeld een uitvoe- rige bespreking wil van het begrip `Surinaamse literatuur' kan daar terecht. Het essayistisch hart dat ik hier laat spreken, zegt me dat ik niet weet wat Surinaamse literatuur precies is—ook at heb ik er nog zo veel pagina's aan gewijd — en ik wantrouw ook een ieder die zegt het wel te weten. Voor mij bestaat de fascinatie van deze belletrie er juist in telkens weer opnieuw vast te stellen: he, zo kan het ook, dit boek hoort er ook bij, de grenzen zijn weer iets verlegd. Liever dan het exclusivisme van wat at tot de canon is gaan behoren, zijn mij de Surinaamse letteren als een literatuur van expansie, van zoektochten naar het einde van de kaart. Zo zie ik mijzelf ook vooral als een partijganger van het geheel, niet van de fracties. Wat het schrijven van Suriname de moeite waard maakt, is dat het — zoals ik het onlangs hoorde uitdrukken — lloot heeft'. Er is veel prachtigs geschreven, ook veel onbeholpen werk, tendentieus werk, ruw en onaf, maar hoe dan ook: het gaat ergens over, het be- zit een warm kloppend hart. Ik hanteer niet voor niets over drie hoofdstukken de invalshoek `Wie de Surinaamse literatuur leest, leest de Surinaamse geschiedenis'. Maar er is natuurlijk ook meer dan maatschappelijke betrokkenheid en dat beschrijf ik in de ver- gaarbak van het tiende hoofdstuk. Waarover de emigranten schrijven en hoe hun werk ontvangen wordt, staat in het elfde hoofdstuk. Aan hoe er wordt geschreven aan beide zijden van de oceaan, welke lezers dat oplevert en wat de positie van schrijvers is, wordt in de laatste drie hoofdstukken aandacht besteed. Ik geloof niet dat de lezer die georienteerd wil raken in de chaos van talen, genres, bekende, half-bekende en onbekende schrijvers en dichters, er baat bij heeft dat elk dichtertje van drie woorden bier vermeld wordt. Die lezer zou door de bomen het tropisch re- genbos niet meer zien. En een tropisch regenbos, jawel, dat is de Surinaamse literatuur! Een wirwar van struikgewas, lianen, ver- dwaalde bloemen, bomen die nooit echt volwassen worden en reusachtige kankantries, een ademend en eeuwenoud organisme — 8 dat ook wel eens verstikkend kan zijn en naar rottenis riekt —, een schemerige eenheid, afwisselend imposant, afschrikwekkend en adembenemend. Wie er niet in wil verdwalen, heeft een gids no- dig. Ik weet niet of ik een goede gids ben in de Surinaamse letteren, ik vraag me zelfs of of een gids er wel ooit overal de wegzal weten. Ter orientatie heb ik maar aangehouden dat de Surinaamse litera- tuur er niet bij gebaat is haar als een zacht ei te behandelcn. Wie al- les wat Surinaams is toejuicht, zet de schrijvers bu' iten elk referen- tiekader en degradeert hen daarmee enkel. Elke selectid vraagt of- fers, maar ik hoop dat het werk dat ik links en rechts citeer — in Su- rinaams-Nederlands, Sranan, Sarnami, Javaans, Surinaams-Ja- vaans, Karaibs, Saramaccaans en Engels — laat zien dat er genoeg moois overblijft. Jeugdliteratuur is in dit boek buiten beschouwing gebleven en hetzelfde geldt voor het vele werk van al die Nederlanders die voor kortere of langere tijd in Suriname verbleven, van de oudste plan- ters tot de roman De honderd bochten van de koningsarend (1989) van M.M. Schoenmakers. Al dit werk — soms schriel, soms schrij- nend, soms schitterend — lijkt ten onrechte veroordeeld tot een niemandsland waar Surinaamse noch Nederlandse literatuurhis- torici zich ooit wagen. Ten slotte nog een opmerking: waar ik `schrijver' zet, bedoel ik bijna altijd man en vrouw zonder telkens die hinderlijke toevoeging (m/v) te hanteren. 1k moet zeker een aantal personen dankzeggen die mij ook nu weer gesteund hebben. Allereerst de Surinaamse schrijvers en dichters die toestemming gaven om hun werk, soms nog ongepu- bliceerd, in dit boek te citeren. Theo Damsteegt assisteerde bij het vertalen van al die lastige varianten van hindostaanse talen. Jan Bongers is voor mij van onschatbare waarde geweest met zijn kri- tisch oordeel en stimulerend woord en, na mijn vertrek uit Surina- me, ook als contactpersoon met de schrijvers in en rond Paramari- bo. Amsterdam, juni 1989 9 Suriname literair in cijfers en feiten Staatsvorm: Republiek Staatshoofd: Ramsewar Shankar Oppervlakte: 1 4 2.8 2 2 km2 Aantal inwoners: circa 400.000 Aantal talen: 2 2 Dagbladen: De Ware TO, De West, Chung Fa Dagblad, Kong Ngie Tong Sang Dagblad Literaire schrijftalen: Nederlands, Surinaams-Nederlands, Sra- nan, Surinaams-Javaans, Hoog-Javaans, Hindi, Sarnami, Sa- ramaccaans, Aukaans, Karaibs, Chinees (Hakka-dialect), En- gels, Spaans Aantal boekwinkels: circa 10 Actieve uitgeverijen: VACO, De Volksboekwinkel, swi Schrijversorganisaties: Schrijversgroep '77 (sinds 1 977), Dichters- groep Bondru Denki (sinds 1 988) Literaire tijdschriften: geen Vroegere literaire tijdschriften: Tongoni (2 nrs.), Soela (7 nrs.), Moetete (2 nrs.), Kolibri (3 nrs.), Bro ( 1 nr.) Literaire prijzen: Driejaarlijkse Staatsprijs voor Literatuur, Rahman Khan-prijs (vijfjaarlijks) Voornaamste theaters: Thalia, Mamio-theater, NAKS-Schouw- burg, Theater Unique, Cultureel Centrum Suriname, Cultu- reel Centrum Nickerie, Ons Erf Toneelgroepen: NAKS, Mamio, Mofo, Kalamitra, Tonelly, De Echo, Kankantrie, Saathi, Wi egi sani, Swit famiri, Spoedig Herstel, Troeboe denki, Arena budaja, Krido Rini, Epakadono, Noeba, Kifoko, Toneelgezelschap Thalia, Densma, Universi- teitstheater Toneelbond: Surinaamse Drama Federatie (vanaf 1987) II Eerste roman in het Nederlands: Henri Rikken — Tokosi of het In- diaansch mei sje (190 I ) Eerste verhalenbundel in het Nederlands: Coen Ooft — Spanhoek (1958) Eerste bundel columns: E.J. Bartelink — Hoe de tijden veranderen (1916) Eerste poeziebundel in het Nederlands: Coyly Verlooghen — Kans op onweer (1960) Oudst bekende poezie in het Sranan: Hendrik Schouten — Een huishoudelyke
Recommended publications
  • Download PDF Van Tekst
    OSO. Tijdschrift voor Surinaamse Taalkunde, Letterkunde en Geschiedenis. Jaargang 8 bron OSO. Tijdschrift voor Surinaamse Taalkunde, Letterkunde en Geschiedenis. Jaargang 8. Stichting Instituut ter Bevordering van de Surinamistiek, Nijmegen 1989 Zie voor verantwoording: https://www.dbnl.org/tekst/_oso001198901_01/colofon.php Let op: werken die korter dan 140 jaar geleden verschenen zijn, kunnen auteursrechtelijk beschermd zijn. 2 [Nummer 1] Afbeelding omslag De afbeelding op de omslag stelt een maluana voor. Dit is een ronde houten schijf van bijna een meter middellijn, die door de Wayana-Indianen in Suriname wordt gebruikt om in ronde huizen de nok van binnen af te sluiten. Gezien het feit dat het Surinaamse woord OSO ‘huis’ betekent, heeft de maluana voor ons een belangrijke symbolische betekenis. Op deze maluana, waarvan het origineel in het Academiegebouw te Leiden te zien is, zijn aan weerszijden van het middelpunt figuren afgebeeld die een zogenaamde Kuluwayak voorstellen, een dier (geest) met twee koppen en kuifveren. Foto Prentenkabinet Rijksuniversiteit Leiden. OSO. Tijdschrift voor Surinaamse Taalkunde, Letterkunde en Geschiedenis. Jaargang 8 4 Afscheid van Theo Damsteegt als hoofdredacteur Van deze gelegenheid maken wij dankbaar gebruik om op passende wijze afscheid te nemen van Theo Damsteegt die uit de redactie van ons tijdschrift is getreden. Na een inwerkperiode van een jaar heeft hij vervolgens van 1986 tot en met 1988 de functie van hoofdredacteur van OSO op zich genomen. Hij heeft in deze hoedanigheid met een grote mate van kundigheid en op eigen wijze leiding weten te geven bij de vele werkzaamheden verbonden aan het telkenmale samenstellen en doen verschijnen van het tijdschrift.
    [Show full text]
  • Vertelcultuur 4 (2017) 1
    VERTELCULTUUR e-zine van het Meertens Instituut over mondelinge overlevering en verhalen vertellen verschijnt twee keer per jaar 4e jaargang (2017), nummer 12 Redactie: Theo Meder & Marianne van Zuijlen (Meertens Instituut) Omslag: Tristan en Isolde van Edmund Blair Leighton, 1902. ISSN 2405-5573 Vormgeving: Ineke Meijer 2 INHOUD Inleiding 4 Cilia de Haan, Mirjam de Vries, Nick van Goor, Dominick Keus & Theo Meder Hoofse liefde 6 Marianne van Zuijlen Zingende bijen en sprekende paarden 15 Tara Neplenbroek Hoe Anansi Nederlanders op de hak neemt 23 Lisanne van Kesteren Tattas be like: een spottende blik op Nederlandse cultuur 33 Theo Meder & Martine de Bruin In Memoriam Marie van Dijk (7-11-1943 – 27-9-2017) 40 Kort nieuws 44 Advertenties 48 3 INLEIDING Computers beginnen een steeds belangrijker onderdeel uit te maken van ons le- ven, of we dat nu leuk vinden of niet. Vertellers kunnen steeds gemakkelijker onli- ne inspiratie opdoen. Sinds enige tijd is er bijvoorbeeld een Facebookgroep Neder- landse Sagen en Legenden die in rap tempo wordt gevuld. Ook in het wetenschappelijk onderzoek begint de computer een steeds promi- nenter rol te vervullen: e-humanities is hip, computational humanities is sexy. En er staan geldschieters klaar om het onderzoek te bekostigen. Er wordt thans veel heil gezien in computeranalyse van big data, grote gegevensbestanden die het menselijk overzicht te boven gaan, maar waarin computers patronen weten te ontdekken. Computers kunnen emoties analyseren in honderden teksten tegelijk, ze kunnen wordclouds maken van grote bestanden, ze kunnen je laten zoeken met wildcards, ze kunnen netwerken visualiseren, ze kunnen teksten clusteren op stijl- kenmerken en ze kunnen in sommige gevallen zelfs anonieme werken aan auteurs koppelen..
    [Show full text]
  • Surinaamse Schrijvers En Dichters
    Surinaamse schrijvers en dichters Michiel van Kempen bron Michiel van Kempen, Surinaamse schrijvers en dichters. De Arbeiderspers, Amsterdam 1989 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/kemp009suri02_01/colofon.php Let op: werken die korter dan 140 jaar geleden verschenen zijn, kunnen auteursrechtelijk beschermd zijn. 7 Ter inleiding Of zij bestaat, de Surinaamse literatuur? Natuurlijk bestaat ze! Maar je moet haar wel weten te ontdekken en dat is eenvoudiger gezegd dan gedaan. Want die literatuur waarvan het 't meest voor de hand ligt om ze Surinaams te noemen - de literatuur die in Suriname wordt geproduceerd - is bij het grote publiek het minst bekend. Dit geldt voor Nederland en in iets minder sterke mate ook voor Suriname: schrijvers die in Suriname wonen zijn in Nederland praktisch totaal onbekend, terwijl de in Suriname meest gelezen romanschrijvers auteurs zijn die zich buiten Suriname ontplooiden: Albert Helman, Bea Vianen, Edgar Cairo, Astrid Roemer. Over de relatie tussen de literatuur in Suriname en die van de emigranten zeg ik een en ander in het eerste hoofdstuk van dit boek. Uitgangspunt voor het hele boek is voor mij geweest de situatie in Suriname. Ik hoop hiermee het vertekende beeld van wat de Surinaamse literatuur omvat, enigszins te corrigeren. Omdat die vertekening ook bepaald is door de gerichtheid op schriftelijk vastgelegde literatuur met veronachtzaming van de oude tradities van het orale vertellen, ben ik in hoofdstuk 2 stil blijven staan bij de vraag waar de Surinaamse literatuur haar aanvang neemt en in de hoofdstukken 3 tot en met 6 bij de mondeling overgeleverde literatuur van inheemsen, creolen, hindostanen en Javanen.
    [Show full text]
  • Download PDF Van Tekst
    Een geschiedenis van de Surinaamse literatuur. Deel 2. De orale literatuur Michiel van Kempen bron Michiel van Kempen, Een geschiedenis van de Surinaamse literatuur. Deel 2. Uitgeverij Okopipi, Paramaribo 2002 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/kemp009gesc02_01/colofon.htm © 2006 dbnl / Michiel van Kempen i.s.m. 113 Algemene inleiding op de orale literatuur Voorspel: culturele transitie aan de Boven-Suriname Op 4 oktober 1993 voer ik samen met schrijver Dorus Vrede, regisseur John Albert Jansen en een camerateam op de Boven-Surinamerivier op weg naar Amakakonde.1 Dorus Vrede is een Saramakaanse schrijver en liedjeszanger die twee bundels verhalen en een poëziebundel op zijn naam heeft staan over de transmigratie waartoe het Saramakaanse volk gedwongen werd, toen er in het binnenland van Suriname een groot stuwmeer kwam. We waren al enkele dagen in het hart van Suriname bezig met een televisiefilm over die tragedie in de moderne geschiedenis van de bosnegers. Na de barre, daglange tocht per vrachtwagen van Paramaribo naar Pokigron/Atyoni, de allerlaatste plaats die over de weg nog bereikbaar is, en de daarop volgende korjaaltocht over de Boven-Surinamerivier, waren we met Dorus Vrede neergestreken in Yaw-Yaw. Het dorp Yaw-Yaw was de vestigingsplaats voor veel van de dorpelingen van Lombé geworden, toen de stuwdam bij Afobaka in 1964 voltooid was, het water van het stuwmeer ging rijzen en Lombé en andere dorpen begonnen onder te lopen. Een deel van de inwoners trok stadwaarts, een deel ging hogerop aan de Surinamerivier wonen; veel families werden zo uit elkaar getrokken. Lombé telde aanvankelijk meer dan 700 inwoners, die afkomstig waren uit vier lo.2 De uitvoering van het migratieplan geschiedde onder leiding van Rudolf Vonkel, die qua gezag zelfs boven de dorpskapitein stond.
    [Show full text]
  • PDF Van Tekst
    OSO. Tijdschrift voor Surinaamse taalkunde, letterkunde en geschiedenis. Jaargang 14 bron OSO. Tijdschrift voor Surinaamse taalkunde, letterkunde en geschiedenis. Jaargang 14. Stichting Instituut ter Bevordering van de Surinamistiek, [Nijmegen] 1995 Zie voor verantwoording: https://www.dbnl.org/tekst/_oso001199501_01/colofon.php Let op: werken die korter dan 140 jaar geleden verschenen zijn, kunnen auteursrechtelijk beschermd zijn. [Nummer 1] Afbeeldingen omslag De afbeelding op de voorzijde en achterzijde van de omslag tonen Albert Helman respectievelijk in zijn werkkamer en in de woonkamer op de bank. Beide foto's zijn genomen door Roy Tjin in februari 1995 OSO. Tijdschrift voor Surinaamse taalkunde, letterkunde en geschiedenis. Jaargang 14 4 Albert Helman signeert de dichtbundel Adyosi/Afscheid. IBS colloquium, oktober 1994. (foto: Sigi Wolf). OSO. Tijdschrift voor Surinaamse taalkunde, letterkunde en geschiedenis. Jaargang 14 5 Hans Ramsoedh Albert Helman: Een inleiding Albert Helman, pseudoniem voor Lou Lichtveld, is een veelzijdig persoon en de trots van veel Surinamers. De man die van zichzelf zei een renaissancemens te willen zijn, heeft dat tijdens zijn leven ook grotendeels waargemaakt. Zo heeft hij zijn sporen verdiend als schrijver en musicus, bestuurder en historicus, linguist en etnoloog, en in nog enkele andere professies. In onze zich steeds meer specialiserende wereld is Helman lid van een uitstervende soort. Helman werd geboren in 1903. Toen hij twaalf jaar oud was, vertrok het gezin Lichtveld voor een jaar naar Nederland, vanwege vaders ‘koloniale verlof’. Toen het gezin terugkeerde naar Suriname, bleef Helman achter in een seminarie te Roermond, waar hij zou worden opgeleid tot priester. Hij was veel ziek, had heimwee en bleek niet voldoende aanleg te hebben voor zijn aanvankelijke roeping.
    [Show full text]
  • PDF Van Tekst
    Een geschiedenis van de Surinaamse literatuur. Deel 5. Bijlagen Michiel van Kempen bron Michiel van Kempen, Een geschiedenis van de Surinaamse literatuur. Deel 5. Uitgeverij Okopipi, Paramaribo 2002 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/kemp009gesc05_01/colofon.htm © 2006 dbnl / Michiel van Kempen i.s.m. 5 Bijlage I Edities van Anansitori's Hoe het grote aantal edities van Anansitori's te rubriceren? Gert Oostindie merkt op dat geen van de hedendaagse Surinaamse culturen los gezien kan worden van het Nederlandse kolonialisme en de westerse cultuur. Hij stelt vervolgens die culturen voor als posities op een continuüm met aan de ene zijde de meest eigen, niet-westerse culturen, en aan de andere zijde de westerse, wellicht Nederlandse. Op de eerste meest extreme pool komen dan de inheemse culturen te staan met hun strikt eigen kosmologie, een positie verder de marrons, dan de creoolse volksklasse en tenslotte op de meest ‘Nederlandse’ pool de creoolse middenklasse. Zelf ziet hij de ‘verstikkende eenvoud, de dwangmatige toedeling van eigenschappen, de onhoudbare suggestie van onontkoombaarheid’ van het model maar al te goed in, en hij beseft dat met name de Aziatische bevolkingsgroepen zich aan een positionering op zo'n as onttrekken, maar hij meent er desalniettemin en ook op grond van de eigen concepties in Suriname ‘een zekere heuristische waarde en zelfs levensechtheid’ in te zien.1 Hanteerbaarder lijkt het model te worden wanneer het corpus strikt wordt afgebakend: dat van de editie van orale vertellingen en daar binnen het genre waarover het hier gaat: de Anansitori's. We kunnen een pool aanhouden van vertellingen die zo exact mogelijk worden geregistreerd, tot vertellingen die geheel en al geredigeerd zijn naar het voorbeeld van geschreven verhalen.
    [Show full text]