Van Achilleus Tot Zeus. Thema's Uit De Klassieke Mythologie in Literatuur, Muziek, Beeldende Kunst En Theater

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Van Achilleus Tot Zeus. Thema's Uit De Klassieke Mythologie in Literatuur, Muziek, Beeldende Kunst En Theater Van Achilleus tot Zeus. Thema's uit de klassieke mythologie in literatuur, muziek, beeldende kunst en theater Eric M. Moormann en Wilfried Uitterhoeve bron Eric M. Moormann en Wilfried Uitterhoeve, Van Achilleus tot Zeus. Thema's uit de klassieke mythologie in literatuur, muziek, beeldende kunst en theater. SUN, Nijmegen 1995 (5de, herziene en vermeerderde druk) Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/moor028vana01_01/colofon.php © 2017 dbnl / Eric M. Moormann / Wilfried Uitterhoeve 5 Verantwoording Mythen, vertellingen over goden, halfgoden en legendarische stervelingen, hadden in de oudheid vele functies. Ze verschaften verklaringen voor het ontstaan van wereld en mensdom, voor natuurverschijnselen, voor de oorsprong van steden en volkeren en voor de genealogie van belangrijke geslachten. Ze dienden als uitdrukking van het religieuze denken en van de reflectie op het menselijk bestaan en op de contradicties ervan. Ze waren vehikel voor de inprenting van moraal, onuitputtelijke bron voor poëzie en epos, soms zelfs instrument van staatspropaganda. Deze veelzijdigheid van functie verklaart dat de mythen in de antieke cultuur alomtegenwoordig waren, en dat zij als het ware een stramien vormden waarop voortdurend nieuwe varianten werden geweven. Mythologie is dan ook niet voor niets object geworden van zoveel disciplines: godsdienstgeschiedenis, antropologie, kunsten literatuurgeschiedenis, psychoanalyse. We zullen niet al deze paden, varianten en interpretaties volgen. Wel menen we aan het karakter van de mythe, een stramien immers en niet een ‘eindtekst’, recht te doen door in de weergave van de mythe meer aandacht te schenken aan de varianten in het verhaal dan in beknopte beschrijvingen gebruikelijk is. We hebben de belangrijkste mythen geordend in 134 uiteenzettingen rond de belangrijkste gestalten: van Achilleus tot Zeus. Honderden andere figuren - tot hen wordt toegang verschaft via een register - hebben in deze beschrijvingen hun plaats gevonden. Voor een naar volledigheid strevende weergave van de Griekse en Romeinse mythen moet worden verwezen naar grote naslagwerken als de tiendelige Roscher. In onze selectie van de te beschrijven mythen hebben we ons overwegend laten leiden door de neerslag die deze hebben gevonden in de antieke en in de westerse kunst en cultuur, al wordt een enkele mythe vooral opgenomen om het verband binnen het complex van vertellingen duidelijk te maken. Op de ‘feitelijke’ weergave van de mythe volgen steeds een kenschets van de neerslag en adaptaties daarvan in beeldende kunst en literatuur van de oudheid. De mythe als stramien waarop voortdurend nieuwe varianten worden geborduurd, dit beeld gaat ook op voor onze westerse cultuur. De antieke mythen vormen de basis voor ingenieuze allegorieën en emblemata (zinnebeeldige prenten met berijmde uitleggingen), dienen als voertuig voor moraliseringen, als legitimatie voor erotische taferelen of als lofprijzing aan het adres van de vorst. Ze hebben hun rol gespeeld in de verovering van een nieuwe beeldtaal en een nieuwe literatuur, in de introductie van nieuwe vormen in het Eric M. Moormann en Wilfried Uitterhoeve, Van Achilleus tot Zeus. Thema's uit de klassieke mythologie in literatuur, muziek, beeldende kunst en theater 6 theater, in de strijd tussen christelijk en anti-religieus gedachtengoed. De onafzienbare stroom aan produkties in de westerse literatuur en beeldende kunst laat telkenmale zien dat de mythe voortdurend van inhoud en functie verandert. Odysseus bijvoorbeeld is beurtelings een rationeel man, een gewetenloze schurk, een christelijk-standvastige held en een ongeneeslijke zwerver. R. Trousson (zie de bibliografie) besteedt twee omvangrijke delen aan de vele functies van Prometheus in de post-antieke literatuur. De 316 bladzijden van G. Steiners Antigones uit 1984 - naast de exposities God en de Goden (Rijksmuseum 1981) en Venus te lijf (Allard Pierson Museum 1985) bron van inspiratie voor onze verkenning van het ‘Nachleben’ van de antieke mythen - zijn gewijd aan de discussies rond de Antigone-gestalte in literatuur, theater en essayistiek alleen al van de 19e en 20e eeuw. Het vele honderden malen geschilderde ‘oordeel van Paris’ kon dienen als moraliserende allegorie of ter presentatie van drie naakte vrouwen in verschillende poses. Met gepaste voorzichtigheid en naar vermogen - lang niet altijd zijn per periode of zelfs per kunstwerk stellige uitspraken geoorloofd - hebben wij getracht per gestalte en mythe tenminste het spectrum van functies en betekenissen te schetsen. Zulk een karakterisering is onzes inziens veelzeggender dan lange opsommingen van werken. Dergelijke opsommingen zouden overigens slechts zelden volledig kunnen zijn: de mythologie beslaat daarvoor een tè groot deel, na de bijbelse verhalen het grootste, van hetgeen de westerse cultuur in woord en beeld heeft voortgebracht. De selectie van wel genoemde werken is ingegeven door de volgende criteria. Chronologie: het gaat om vroege voorbeelden van een bepaald motief of om werken die een wending betekenen in een bepaalde visuele of literaire traditie. Inhoud: het zijn sprekende voorbeelden van een bepaalde betekenis. Waardering en smaak tenslotte: aan de genoemde kunstwerken werd destijds of wordt nu - dat valt lang niet altijd samen - groot belang gehecht. Een zwaar accent is gelegd op werken uit de Lage Landen; de betreffende uitweidingen en vermeldingen onderstrepen het nog wel eens onderschatte belang van mythologische themata in de cultuurgeschiedenis van onze streken. De afgrenzing van wat wel en wat niet tot de Griekse en Romeinse mythologie kan worden gerekend, levert uiteraard steeds problemen op. In navolging meestal, soms ook in afwijking van de standaardwerken hebben wij al die gestalten weggelaten die uit andere culturen afkomstig zijn en pas indirect in de antieke wereld een plaats hebben gekregen (Isis, Mithras, Kybele en dergelijke), vrucht van latere literaire inventie zijn (Cressida als geliefde van ‘Troilos), slechts personificatie zijn van een verschijnsel of element en Eric M. Moormann en Wilfried Uitterhoeve, Van Achilleus tot Zeus. Thema's uit de klassieke mythologie in literatuur, muziek, beeldende kunst en theater 7 geen eigen mythen hebben (Wind en Vrede bijvoorbeeld), of ten slotte op de grens staan tussen mythe en geschiedenis (bijvoorbeeld Romulus en Remus, de stichters van de stad Rome). De lemmata zijn alfabetisch gerangschikt volgens de Griekse naamvoering en spelling; de Latijnse synoniemen worden telkens in de betreffende beschrijving vermeld en voorts in het register; slechts in een enkel geval is daarvan afgeweken op grond van het feit dat een figuur zuiver Romeins is (Flora) of te zeer met de Romeinse wereld is verbonden (Aeneas). Etruskische namen en specifieke, daarmede verbonden aspecten zijn buiten beschouwing gelaten op grond van de overweging dat zij in de post-antieke cultuur nauwelijks een rol gespeeld hebben. Het teken » verwijst naar een ander lemma. Het wordt alleen gebruikt wanneer de daar te vinden informatie noodzakelijk is voor een goed begrip van de uiteenzetting. De titel van een kunstwerk, toneelstuk, opera of boek wordt weggelaten, tenzij deze titel niet direct verraadt dat het werk over de behandelde gestalte gaat, of tenzij hij karakteristiek is voor de inhoud. Zoveel mogelijk is het jaar van ontstaan (beeldende kunst), publikatie (literatuur) of eerste uitvoering (toneel, muziek) aangegeven. In het geval van wand- en plafonddecoraties die zich nog in hun originele positie bevinden, en bij kunstwerken in Nederlandse en Belgische musea wordt de verblijfplaats aangegeven. Bij de opera's wordt eerst de naam van de componist en vervolgens die van de librettist (indien bekend) genoemd. De antieke auteurs worden niet met nauwkeurige bronvermelding geciteerd; degene die de precieze plaatsen wil vinden, moet gespecialiseerde literatuur raadplegen. Behoudens afwijkende vermelding gaat het, als niet steeds het werk is vermeld, bij Ovidius om de Metamorphoses, bij Hesiodos om de Theogonia, bij Vergilius om de Aeneis, bij Loukianos om de Godengesprekken, bij Apollodoros om de Bibliotheke, bij Hyginus om de Fabulae. Na elk lemma volgt een opgave van studies die geheel of in belangrijke mate daarop betrekking hebben. Twee registers en een lijst van publikaties moeten het gebruik van het boek vergemakkelijken. Zoals gezegd worden in het ene register alle in het boek voorkomende mythologische gestalten genoemd. Door de verwijzing naar lemmata en niet naar bladzijden kan de lezer zich snel een beeld vormen van de samenhang tussen de verschillende mythologische figuren. Het andere register behelst alle auteurs, componisten, librettisten en beeldende kunstenaars van wie werken worden genoemd. Ook hier wordt naar de lemmata verwezen, zodat de lezer in één oogopslag een indruk krijgt van de door een kunstenaar gebruikte mythologische themata. De bibliografie bevat slechts specifiek op de mythologie betrekking hebben- Eric M. Moormann en Wilfried Uitterhoeve, Van Achilleus tot Zeus. Thema's uit de klassieke mythologie in literatuur, muziek, beeldende kunst en theater 8 de werken en dus geen algemene (naslag)werken op het gebied van kunst, literatuur of (muziek)theater en oeuvrecatalogi; evenmin zijn uitgaven en vertalingen van antieke auteurs aangegeven. Veel Latijnse en Griekse werken zijn niet in Nederlandse vertaling verkrijgbaar. De Engelstalige Penguin Classical Library zal in veel gevallen uitkomst bieden, evenals de tweetalige uitgaven in de reeksen van Loeb (Engels), Budé (Frans) en Tusculum (Duits). Zelfs
Recommended publications
  • The Hellenic Saga Gaia (Earth)
    The Hellenic Saga Gaia (Earth) Uranus (Heaven) Oceanus = Tethys Iapetus (Titan) = Clymene Themis Atlas Menoetius Prometheus Epimetheus = Pandora Prometheus • “Prometheus made humans out of earth and water, and he also gave them fire…” (Apollodorus Library 1.7.1) • … “and scatter-brained Epimetheus from the first was a mischief to men who eat bread; for it was he who first took of Zeus the woman, the maiden whom he had formed” (Hesiod Theogony ca. 509) Prometheus and Zeus • Zeus concealed the secret of life • Trick of the meat and fat • Zeus concealed fire • Prometheus stole it and gave it to man • Freidrich H. Fuger, 1751 - 1818 • Zeus ordered the creation of Pandora • Zeus chained Prometheus to a mountain • The accounts here are many and confused Maxfield Parish Prometheus 1919 Prometheus Chained Dirck van Baburen 1594 - 1624 Prometheus Nicolas-Sébastien Adam 1705 - 1778 Frankenstein: The Modern Prometheus • Novel by Mary Shelly • First published in 1818. • The first true Science Fiction novel • Victor Frankenstein is Prometheus • As with the story of Prometheus, the novel asks about cause and effect, and about responsibility. • Is man accountable for his creations? • Is God? • Are there moral, ethical constraints on man’s creative urges? Mary Shelly • “I saw the pale student of unhallowed arts kneeling beside the thing he had put together. I saw the hideous phantasm of a man stretched out, and then, on the working of some powerful engine, show signs of life, and stir with an uneasy, half vital motion. Frightful must it be; for supremely frightful would be the effect of any human endeavour to mock the stupendous mechanism of the Creator of the world” (Introduction to the 1831 edition) Did I request thee, from my clay To mould me man? Did I solicit thee From darkness to promote me? John Milton, Paradise Lost 10.
    [Show full text]
  • De Grote Rubens Atlas
    DE GROTE RUBENS ATLAS GUNTER HAUSPIE DUITSLAND INHOUD 1568-1589 12-23 13 VLUCHT NAAR KEULEN 13 HUISARREST IN SIEGEN 14 GEBOORTE VAN PETER PAUL ANTWERPEN 15 SIEGEN 16 JEUGD IN KEULEN 1561-1568 17 KEULEN 20 RUBENS’ SCHILDERIJ 10-11 10 WELGESTELDE OUDERS IN DE SANKT PETER 10 ONRUST IN ANTWERPEN 21 NEDERLANDSE ENCLAVE IN KEULEN 11 SCHRIKBEWIND VAN ALVA 22 RUBENS IN HET WALLRAF- RICHARTZ-MUSEUM 23 TERUGKEER NAAR ANTWERPEN 1561 1568 1577 LEEFTIJD 0 1 2 3 4 ITALIË 1600-1608 32-71 33 OVER DE ALPEN 53 OP MISSIE NAAR SPANJE 33 VIA VENETIË NAAR MANTUA 54 EEN ZWARE TOCHT 35 GLORIERIJK MANTUA 54 OPLAPWERK IN VALLADOLID 38 LAGO DI MEZZO 55 VALLADOLID 39 MANTUA IN RUBENS’ TIJD 56 PALACIO REAL 40 CASTELLO DI SAN GIORGIO 57 OVERHANDIGING VAN DE GESCHENKEN 41 PALAZZO DUCALE 57 HERTOG VAN LERMA 42 BASILICA DI SANT’ANDREA 59 GEEN SPAANSE HOFSCHILDER 42 IL RIO 59 TWEEDE VERBLIJF IN ROME 42 HUIS VAN GIULIO ROMANO 59 CHIESA NUOVA 42 HUIS VAN ANDREA MANTEGNA 60 DE GENUESE ELITE 43 PALAZZO TE 61 INSPIREREND GENUA 44 MANTUAANS MEESTERWERK 65 DE PALAZZI VAN GENUA 48 HUWELIJK VAN MARIA DE’ MEDICI 67 EEN LAATSTE KEER ROME IN FIRENZE 67 TERUGKEER NAAR ANTWERPEN 49 EERSTE VERBLIJF IN ROME 68 RUBENS IN ROME 49 SANTA CROCE IN GERUSALEMME 70 STEDEN MET SCHILDERIJEN UIT 51 VIA EEN OMWEG NAAR GRASSE RUBENS’ ITALIAANSE PERIODE 52 VERONA EN PADUA 1600 1608 VLAAMSE MEESTERS 4 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 ANTWERPEN 1589-1600 24-31 25 TERUG IN ANTWERPEN 25 STAD IN VERVAL 26 UITMUNTEND STUDENT 27 DE JEUGDJAREN IN ANTWERPEN 28 GOEDE MANIEREN LEREN 28 DE ROEP VAN DE KUNST 28
    [Show full text]
  • The Rubenianum Quarterly
    2016 The Rubenianum Quarterly 1 Announcing project Collection Ludwig Burchard II Dear friends, colleagues and benefactors, We are pleased to announce that through a generous donation the Rubenianum will be I have the pleasure to inform you of the able to dedicate another project to Ludwig Burchard’s scholarly legacy. The project entails imminent publication of the first part of two main components, both building on previous undertakings that have been carried the mythology volumes in the Corpus out to preserve the Rubenianum’s core collection and at the same time ensure enhanced Rubenianum Ludwig Burchard. The accessibility to the scholarly community of the wealth of Rubens documentation. Digitizing the Corpus Rubenianum Ludwig Burchard, launched in 2013 and successfully two volumes are going to press as we extended until May 2016, will be continued for all Corpus volumes published before 2003, speak and will be truly impressive. abiding by the moving wall of 15 years, that was agreed upon with Brepols Publishers, for the Consisting of nearly 1000 pages and over years 2016–18. 400 images, they will be a monumental The second and larger component of the project builds on the enterprise titled A treasure addition to our ever-growing catalogue trove of study material. Disclosure and valorization of the Collection Ludwig Burchard, raisonné of Rubens’s oeuvre and constitute successfully executed in 2014–15. An archival description of Rubenianum objects originating from Burchard’s library and documentation has since allowed for a virtual reconstruction a wonderful Easter present. of the expert’s scholarly legacy. Much emphasis was placed on the Rubens files during In the meantime, volume xix, 4 on Peter this project, while the collection contains many other resources that are of considerable Paul Rubens’s many portrait copies, importance to Rubens research.
    [Show full text]
  • The Wallace Collection — Rubens Reuniting the Great Landscapes
    XT H E W ALLACE COLLECTION RUBENS: REUNITING THE GREAT LANDSCAPES • Rubens’s two great landscape paintings reunited for the first time in 200 years • First chance to see the National Gallery painting after extensive conservation work • Major collaboration between the National Gallery and the Wallace Collection 3 June - 15 August 2021 #ReunitingRubens In partnership with VISITFLANDERS This year, the Wallace Collection will reunite two great masterpieces of Rubens’s late landscape painting: A View of Het Steen in the Early Morning and The Rainbow Landscape. Thanks to an exceptional loan from the National Gallery, this is the first time in two hundred years that these works, long considered to be companion pieces, will be seen together. This m ajor collaboration between the Wallace Collection and the National Gallery was initiated with the Wallace Collection’s inaugural loan in 2019 of Titian’s Perseus and Andromeda, enabling the National Gallery to complete Titian’s Poesie cycle for the first time in 400 years for their exhibition Titian: Love, Desire, Death. The National Gallery is now making an equally unprecedented reciprocal loan to the Wallace Collection, lending this work for the first time, which will reunite Rubens’s famous and very rare companion pair of landscape paintings for the first time in 200 years. This exhibition is also the first opportunity for audiences to see the National Gallery painting newly cleaned and conserved, as throughout 2020 it has been the focus of a major conservation project specifically in preparation for this reunion. The pendant pair can be admired in new historically appropriate, matching frames, also created especially for this exhibition.
    [Show full text]
  • Why Are There Seven Sisters?
    Why are there Seven Sisters? Ray P. Norris1,2 & Barnaby R. M. Norris3,4,5 1 Western Sydney University, Locked Bag 1797, Penrith South, NSW 1797, Australia 2 CSIRO Astronomy & Space Science, PO Box 76, Epping, NSW 1710, Australia 3 Sydney Institute for Astronomy, School of Physics, Physics Road, University of Sydney, NSW 2006, Australia 4 Sydney Astrophotonic Instrumentation Laboratories, Physics Road, University of Sydney, NSW 2006, Australia 5 AAO-USyd, School of Physics, University of Sydney, NSW 2006, Australia Abstract of six stars arranged symmetrically around a seventh, and is There are two puzzles surrounding the therefore probably symbolic rather than a literal picture of Pleiades, or Seven Sisters. First, why are the Pleiades. the mythological stories surrounding them, In Greek mythology, the Seven Sisters are named after typically involving seven young girls be- the Pleiades, who were the daughters of Atlas and Pleione. ing chased by a man associated with the Their father, Atlas, was forced to hold up the sky, and was constellation Orion, so similar in vastly sep- therefore unable to protect his daughters. But to save them arated cultures, such as the Australian Abo- from being raped by Orion the hunter, Zeus transformed them riginal cultures and Greek mythology? Sec- into stars. Orion was the son of Poseidon, the King of the sea, ond, why do most cultures call them “Seven and a Cretan princess. Orion first appears in ancient Greek Sisters" even though most people with good calendars (e.g. Planeaux , 2006), but by the late eighth to eyesight see only six stars? Here we show that both these puzzles may be explained by early seventh centuries BC, he is said to be making unwanted a combination of the great antiquity of the advances on the Pleiades (Hesiod, Works and Days, 618-623).
    [Show full text]
  • The Pedimental Sculpture of the Hephaisteion
    THE PEDIMENTALSCULPTURE OF THE HEPHAISTEION (PLATES 48-64) INTRODUCTION T HE TEMPLE of Hephaistos, although the best-preserved ancient building in Athens and the one most accessible to scholars, has kept its secrets longer than any other. It is barely ten years since general agreement was reached on the name of the presiding deity. Only in 1939 was the evidence discovered for the restora- tion of an interior colonnade whicli at once tremendously enriched our conception of the temple. Not until the appearance of Dinsmoor's study in 1941 did we have a firm basis for assessing either its relative or absolute chronology.' The most persistent major uncertainty about the temple has concerned its pedi- mental sculpture. Almost two centuries ago (1751-55), James Stuart had inferred 1 The general bibliography on the Hephaisteion was conveniently assembled by Dinsmoor in Hesperia, Supplement V, Observations on the Hephaisteion, pp. 1 f., and the references to the sculpture loc. cit., pp. 150 f. On the sculpture add Olsen, A.J.A., XLII, 1938, pp. 276-287 and Picard, Mamtel d'Archeologie grecque, La Sculpture, II, 1939, pp. 714-732. The article by Giorgio Gullini, " L'Hephaisteion di Atene" (Archeologia Classica, Rivista dell'Istituto di Archeologia della Universita di Roma, I, 1949, pp. 11-38), came into my hands after my MS had gone to press. I note many points of difference in our interpretation of the sculptural history of the temple, but I find no reason to alter the views recorded below. Two points of fact in Gullini's article do, however, call for comment.
    [Show full text]
  • Herodotus and the Origins of Political Philosophy the Beginnings of Western Thought from the Viewpoint of Its Impending End
    Herodotus and the Origins of Political Philosophy The Beginnings of Western Thought from the Viewpoint of its Impending End A doctoral thesis by O. H. Linderborg Dissertation presented at Uppsala University to be publicly examined in Engelska Parken, 7-0042, Thunbergsvägen 3H, Uppsala, Monday, 3 September 2018 at 14:00 for the degree of Doctor of Philosophy. The examination will be conducted in English. Faculty examiner: Docent Elton Barker (Open University). Abstract Linderborg, O. H. 2018. Herodotus and the Origins of Political Philosophy. The Beginnings of Western Thought from the Viewpoint of its Impending End. 224 pp. Uppsala: Department of Linguistics and Philology, Uppsala University. ISBN 978-91-506-2703-9. This investigation proposes a historical theory of the origins of political philosophy. It is assumed that political philosophy was made possible by a new form of political thinking commencing with the inauguration of the first direct democracies in Ancient Greece. The pristine turn from elite rule to rule of the people – or to δημοκρατία, a term coined after the event – brought with it the first ever political theory, wherein fundamentally different societal orders, or different principles of societal rule, could be argumentatively compared. The inauguration of this alternative-envisioning “secular” political theory is equaled with the beginnings of classical political theory and explained as the outcome of the conjoining of a new form of constitutionalized political thought (cratistic thinking) and a new emphasis brought to the inner consistency of normative reasoning (‘internal critique’). The original form of political philosophy, Classical Political Philosophy, originated when a political thought launched, wherein non-divinely sanctioned visions of transcendence of the prevailing rule, as well as of the full range of alternatives disclosed by Classical Political Theory, first began to be envisioned.
    [Show full text]
  • Pausanias' Description of Greece
    BONN'S CLASSICAL LIBRARY. PAUSANIAS' DESCRIPTION OF GREECE. PAUSANIAS' TRANSLATED INTO ENGLISH \VITTI NOTES AXD IXDEX BY ARTHUR RICHARD SHILLETO, M.A., Soiiii'tinie Scholar of Trinity L'olltge, Cambridge. VOLUME IT. " ni <le Fnusnnias cst un homme (jui ne mnnquo ni de bon sens inoins a st-s tlioux." hnniie t'oi. inais i}iii rn>it ou au voudrait croire ( 'HAMTAiiNT. : ftEOROE BELL AND SONS. YOUK STIIKKT. COVKNT (iAKDKX. 188t). CHISWICK PRESS \ C. WHITTINGHAM AND CO., TOOKS COURT, CHANCEKV LANE. fA LC >. iV \Q V.2- CONTEXTS. PAGE Book VII. ACHAIA 1 VIII. ARCADIA .61 IX. BtEOTIA 151 -'19 X. PHOCIS . ERRATA. " " " Volume I. Page 8, line 37, for Atte read Attes." As vii. 17. 2<i. (Catullus' Aft is.) ' " Page 150, line '22, for Auxesias" read Anxesia." A.-> ii. 32. " " Page 165, lines 12, 17, 24, for Philhammon read " Philanimon.'' " " '' Page 191, line 4, for Tamagra read Tanagra." " " Pa ire 215, linu 35, for Ye now enter" read Enter ye now." ' " li I'aijf -J27, line 5, for the Little Iliad read The Little Iliad.'- " " " Page ^S9, line 18, for the Babylonians read Babylon.'' " 7 ' Volume II. Page 61, last line, for earth' read Earth." " Page 1)5, line 9, tor "Can-lira'" read Camirus." ' ; " " v 1'age 1 69, line 1 , for and read for. line 2, for "other kinds of flutes "read "other thites.'' ;< " " Page 201, line 9. for Lacenian read Laeonian." " " " line 10, for Chilon read Cliilo." As iii. 1H. Pago 264, " " ' Page 2G8, Note, for I iad read Iliad." PAUSANIAS. BOOK VII. ACIIAIA.
    [Show full text]
  • Programma – IPER
    PRO GRAMMA 21-22-23 MAG GIO IL PROGRAMMA POTREBBE SUBIRE INTEGRAZIONI E VARIAZIONI PROGRAMMA VENERDÌ 21 MAGGIO Canale #1 Iper Spazio 10:00 GIORGIO DE FINIS / Direttore Museo delle periferie #video IPER Presentazione del Festival delle periferie e saluti istituzionali. 10:30 Politiche per le periferie #pensareurbano La riflessione politica di chi amministra la città, un approfondimento sugli interventi di riqualifi- cazione, di rigenerazione urbana e di riduzione del disagio attuati o in programma per le peri- ferie della città di Roma. Tutti coloro che occupano un ruolo istituzionale sia al livello di Roma Capitale sia dei singoli Municipi sono invitati a prendere la parola a turno. 10:30 VIRGINIA RAGGI / Sindaca 11:00 LORENZA FRUCI / Assessora alla Crescita Culturale 11:30 LUCA MONTUORI / Assessore all’Urbanistica 12:00 MUNICIPIO IV ROBERTA DELLA CASA / Collaboratrice delegata della Sindaca 12:20 MUNICIPIO V GIOVANNI BOCCUZZI / Presidente MARIO PODESCHI / Vicepresidente e Assessore politiche sociali e dei servizi alla persona, politiche di igiene e della promozione della salute, politiche per l’integrazione delle etnie, politiche abitative 13:00 MUNICIPIO VI ROBERTO ROMANELLA / Presidente ALESSANDRO MARCO GISONDA / Vicepresidente e Assessore Politiche della Scuola, Sport, Cultura, Politiche Giovanili, Turismo e Beni Archeologici SERGIO NICASTRO / Assessore Politiche dell’Urbanistica, Lavori Pubblici, ERP, Mobilità 14:00 ON #dis/accordi Necessariamente solo ora e qui, insieme. Per la prima volta, RICCARDO SINIGALLIA (sintetizzatori), ADRIANO VITERBINI (guitar- synth + nguni), ICE ONE (campionatori) danno vita ad un esperimento di vibrazione collettiva basato sull’improvisazione pura, l’empatia, la partecipazione fisica, simultanea, non ripetibile. Una performance lunga tre giorni, tra il concerto e il rituale, che accompagna tutti gli appunta- menti della Sala IPER SPAZIO, per deflagrare in alcuni momenti mai virtuosistici, alla ricerca di un’interazione profonda tra i musicisti e il pubblico collegato e in presenza.
    [Show full text]
  • The Leiden Collection
    Emperor Commodus as Hercules ca. 1599–1600 and as a Gladiator oil on panel Peter Paul Rubens 65.5 x 54.4 cm Siegen 1577 – 1640 Antwerp PR-101 © 2017 The Leiden Collection Emperor Commodus as Hercules and as a Gladiator Page 2 of 11 How To Cite Van Tuinen, Ilona. "Emperor Commodus as Hercules and as a Gladiator." InThe Leiden Collection Catalogue. Edited by Arthur K. Wheelock Jr. New York, 2017. https://www.theleidencollection.com/archive/. This page is available on the site's Archive. PDF of every version of this page is available on the Archive, and the Archive is managed by a permanent URL. Archival copies will never be deleted. New versions are added only when a substantive change to the narrative occurs. © 2017 The Leiden Collection Emperor Commodus as Hercules and as a Gladiator Page 3 of 11 Peter Paul Rubens painted this bold, bust-length image of the eccentric Comparative Figures and tyrannical Roman emperor Commodus (161–92 A.D.) within an illusionistic marble oval relief. In stark contrast to his learned father Marcus Aurelius (121–80 A.D.), known as “the perfect Emperor,” Commodus, who reigned from 180 until he was murdered on New Year’s Eve of 192 at the age of 31, proudly distinguished himself by his great physical strength.[1] Toward the end of his life, Commodus went further than any of his megalomaniac predecessors, including Nero, and identified himself with Hercules, the superhumanly strong demigod of Greek mythology famous for slaughtering wild animals and monsters with his bare hands. According to the contemporary historian Herodian of Antioch (ca.
    [Show full text]
  • A Dictionary of Mythology —
    Ex-libris Ernest Rudge 22500629148 CASSELL’S POCKET REFERENCE LIBRARY A Dictionary of Mythology — Cassell’s Pocket Reference Library The first Six Volumes are : English Dictionary Poetical Quotations Proverbs and Maxims Dictionary of Mythology Gazetteer of the British Isles The Pocket Doctor Others are in active preparation In two Bindings—Cloth and Leather A DICTIONARY MYTHOLOGYOF BEING A CONCISE GUIDE TO THE MYTHS OF GREECE AND ROME, BABYLONIA, EGYPT, AMERICA, SCANDINAVIA, & GREAT BRITAIN BY LEWIS SPENCE, M.A. Author of “ The Mythologies of Ancient Mexico and Peru,” etc. i CASSELL AND COMPANY, LTD. London, New York, Toronto and Melbourne 1910 ca') zz-^y . a k. WELLCOME INS77Tint \ LIBRARY Coll. W^iMOmeo Coll. No. _Zv_^ _ii ALL RIGHTS RESERVED INTRODUCTION Our grandfathers regarded the study of mythology as a necessary adjunct to a polite education, without a knowledge of which neither the classical nor the more modem poets could be read with understanding. But it is now recognised that upon mythology and folklore rests the basis of the new science of Comparative Religion. The evolution of religion from mythology has now been made plain. It is a law of evolution that, though the parent types which precede certain forms are doomed to perish, they yet bequeath to their descendants certain of their characteristics ; and although mythology has perished (in the civilised world, at least), it has left an indelible stamp not only upon modem religions, but also upon local and national custom. The work of Fruger, Lang, Immerwahr, and others has revolutionised mythology, and has evolved from the unexplained mass of tales of forty years ago a definite and systematic science.
    [Show full text]
  • Valuing Congestion Costs in Museums
    Valuing congestion costs in small museums: the case of the Rubenshuis Museum in Antwerp Juliana Salazar Borda Master Cultural Economics & Cultural Entrepreneurship Faculteit der Historische en Kunstwetenschappen Erasmus Universiteit Rotterdam [email protected] Supervisor: Dr. F.R.R. Vermeylen Second Reader: Dr. A. Klamer 2007 Summary Within the methodological framework of Contingent Valuation (CV), the purpose of this research was to find in the Rubenshuis Museum the ‘congestion cost’ or the amount visitors are willing to pay in order to avoid too many people inside. A number of 200 site interviews with museum visitors, either entering or leaving the museum, were made. The analysis of the results showed a strong tendency of visitors to prefer not congested situations. However, their WTP more for the ticket was low (€1.33 in average). It was also found that if visitors were women, were older, were better educated and had a bad experience at the museum, the WTP went up. In addition, those visitors who were in their way out of the museum showed a higher WTP than those ones who were in their way in. Other options to diminish congestion were also asked to visitors. Extra morning and night opening hours were the most popular ones among the sample, which is an alert to the museum to start thinking in improving its services. The Rubenshuis Museum is a remarkable example of how congestion can be handled in order to have a better experience. That was reflected in the answers visitors gave about congestion. In general, even if the museum had a lot of attendance, people were very pleased with the experience and they were amply capable to enjoy the collection.
    [Show full text]