Studien Over De Noordnederlandsche
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Digitized by the Internet Archive in 2018 with funding trom Getty Research Institute https://archive.org/details/hetlandvanrembra21busk HET LAND VAN REMBRAND HET LAND VAN REMBRAND STUDIËN OVER DE NOORDNEDERLANDSCHE BESCHAVING IN DE ZEVENTIENDE EEUW DOOR O. BUSKEN HUET TWEEDE, HERZIENE EN BIJGEWERKTE DRUK TWEEDE DEEL Eerste Helft HAARLEM H. D. TJEENK WILLINK 1886 EERSTE HOOFDSTUK. HET GELOOF. I Weinig dacht de goedaardige Thomas van Cantimpré, toen hij in de tweede helft der 133e eeuw uit Aristoteles en Plinius plaatsen omtrent het leven der bijen zamenbragt en daarmede eene allegorie van het leven in de kloosters vervaardigde, dat zijn onschuldig Bvjeboek driehonderd jaren later in Marnix’ Bvje- korf zulk een vijandig tegenhanger bekomen zou. Dezelfde klas¬ sieke bronnen worden ook door Marnix geraadpleegd, maar niet in denzelfden geest. Plinius en Aristoteles helpen Marnix persi¬ fleren hetgeen door zijn voorganger te goeder trouw bewonderd was. Ook Yirgilius levert hem bouwstoffen. Hij ontleent aan het bekoorlijk hoofdstuk over de bijen, in het vierde boek der Georgica, sarkastische recepten voor het bereiden van paapsche lapzalven. 1 Het zou Marnix zelf en de protestantsche zaak m hooger mate vereerd hebben zoo hij, in plaats dezer, al dan niet bedoelde .-satire van het Byjeboek, beproefd had eene waarderende kritiek 1 Hollandsche vertaling van het Bijeboek, gedrukt te Zwol in 1488. Bij Campbell. Annales de la Typographie Néerlandaise au 15e siècle, 1874, bladz. 475 vg. — Proeven bij Yan Vloten, Prozastukken, bladz. 281 -vgg., en hiervóór, I 201 vg. ö KEUSTE HOOFDSTUK. der Imitatio Christi te schrijven, en voelbaar te maken waaronu zelfs die dichterlijke openbaring van den roomschen geest in de 15de eeuw, de ontwaakte behoeften der 16de niet vervullen kon.1 Doch deze hedendaagsche overweging kwam toen niet te pas. Door zijne roomsche opvoeding, door zijne kennismaking met Kalvyn, door de gebeurtenissen in zijn eigen land, door zyne aangeboren hartstogtelijkheid, was Marnix er toe gekomen met geheel zijne ziel het katholicisme te verfoeijen. De tijd der be¬ zadigde wederlegging was voorbij, vond hij. Het was gebleken dat met de roomsche kerk niets viel aan te vangen. Er schoot alleen nog over, de onverbeterlijke aan de openbare bespotting pr^js te geven, en de lagchers op de zijde der kalvinisten te- brengen. 2 Vanwaar dat er zoo ontelbaar vele roomsch-katholieke pries¬ ters gevonden worden? Dit komt, zegt Marnix, door de vrucht¬ baar makende kracht van het Heilig Oliesel. Aanwending van olie, leert de natuurlijke historie, bevordert de vermenigvuldi¬ ging der soorten. „Soo wanneer ghy van een Ezel, Kalf, ofte Vercken, het geslachte wilt verwecken, so moet ghy dat selve- met Olye wel besmeeren, of anders en soude het geen deech hebben.” 3 Welke was, in het jaar 395 onzer jaartelling, de voorname fout van Nectarius, den vromen patriarch van Konstantinopel ? Deze- dat hy „de Biechte ginck afsetten, alleen om datter één Diaken was die een vrouwe onder de kleederen ghebiecht hadde.” — Latere bisschoppen waren wijzer en toegefelijker. 4 Wat moet de menschen weerhouden te gelooven dat de Godi van het christendom eigenlijk een Broodgod, en hij inhetsakra- 1 Overzigt en kritiek der Imitatio Christi hiervóór, I 170 vgg. 2 ...Si par aventure nous trouvons que ceux que 1’on a déja réfutés et rembarrés un million de fois ne font que piper de nouveau les aines ■ hrétiennes, n’ètes-vous pas d’avis de dócouvrir leur vergogne a la vue ■ Ie tont le monde, puisque leur obstination et impudence effrontée n’ad- met aucun remède?” Marnix, Tableau des diffórends de la religion, 1 8. Brusselsche uitgaaf van 1857 vgg. :) De Bijen corf der H. Koomscher Kercke. Druk van 1000 'en vervol gens. f. 234 recto. 1 Bijekorf, f. 117 verso. HET GELOOF. 7 ment des Avondmaals tegenwoordig is? Dit „dat de Backers hier teghen mochten protesteren, ende seggen dat sy het van goedfc Terwen-meel, jae van de beste Bloeme met Honde-smeer ghemaeckt hebben.” 1 Welke ceremoniën worden er al zoo, bij het bedienen der Mis, door den roomschen priester verrigt? Onder meer ziet men dat „mijn Heer de Paep sijne slippen van achter op heft, als oftmen sijnen Almanack wilde bekijcken, om hem een clisterie in te gheven.” 2 De nederlandsche gereformeerden van den ouden tijd moeten zenuwen van ijzer en staal gehad hebben, dat deze parodie van het pausdom, in zes boeken en negen en veertig kapittelen met twaalf kapittelen uitlegging als toegift, door hen is kunnen ver¬ dragen worden. Men zoeke in den Bijekorf geen vlugge geestig¬ heden als in Erasinus’ Lof der Dwaasheid. De scherts van Marnix is de scherts van een haai. Zij laat twee rijen scherpgepunte tanden zien, en doet u geen oogenblik vergeten dat haar bin¬ nenste een kelder is waar de haat op fust ligt. Fijne vormen zijn haar vreemd. Haar kalvinistisch proza is dezelfde schilder¬ achtige straattaal waarin Anna Bijns hare papistische refereinen dichtte, en die naderhand, door den invloed der rederijkers op het nederlandsch tooneel, toen de godsdienstige hartstogten tot rust gekomen waren, de taal van het lager nederlandsch blijspel werd. De Bvjekorf is eene theologische Klucht van den Molenaar, en Marnix te dezen aanzien een voorlooper van Bredero. Der dweepzucht gaat onvermijdelijk met zekere mate van dom¬ heid of verblinding zamen. Zij verbeeldt zich, slechts Rome te bestrijden, en geeft onderwijl voor eene reeks van geslachten Jan Rap en zijn Maat, die zij aan een onwaardig vokabulair helpt, een wapen tegen het edele in handen. 3 Leen een vernuft als Voltaire of Burns het fanatisme van Marnix, en gij zult, zoo die mannen van smaak voor een keer het van zich verkrijgen kunnen aan den wansmaak te offeren, een Bijekorf van het kal- 1 Bijekorf, f. 75 recto. — 2 Bijekorf, f. 144 verso. 3 Ian Bap en Ian Raps Maet zijn typen van het noordnederlandsch kluchtspel der I7t,e eeuw. — Tijsken van der Schilden, 1613, lijst der Personagien. 8 EERSTE HOOFDSTUK. vinisme zien ontstaan welke dien der Heylige Roomsdier Kerke niets toegeeft. 1 Keeds bij Vondel wordt de aangebeden God van Marnix een heraelsch koning Herodes die de onnoozele kinderen in liet eeuwig vuur smakt; het eerbiedwaardig Dordrecht een Geuze-Trente waar de bastaardzoon van den profeet Smout aan de galg het leven laat; prins Maurits, dien Marnix als den god- vreezenden jongen Salomo van het leidsch Jeruzalem had aan¬ geduid, de moordenaar van Oldenbarnevelt; Jacob Oats een wel¬ lustig Tuingod; zijne echtgenoot of zijne nicht eene fijne zus die bij avond zicli in haar katsvel laat knijpen. Vrouwen en mannen zondigen er op los, onder voorwendsel dat zij niettemin tot zaligheid gepraedestineerd zijn. 2 Gedurende al dien tijd dien wij behoeven om vijfhonderd blad¬ zijden theologischen schimp ten einde te brengen, ligt zij, die Marnix met hebreeuwschen spot. Onze lieve Moeder de Heilige Kerk noemt, en die ook werkelijk in den voortijd de voedster van zijn volk geweest is, bij hem op de pijnbank. Zij is hem eene heks wier rijden naar den roomschen Bloksberg, op bezem- steelen, door folteren tot bekentenis moet gebragt worden. Uit haar bovendrijven, wanneer men daarna haar aan de rivierkuur der grijnzende openbare vrolijkheid onderwerpt, zal dan verder hare schuld blijken. Was Marnix een wijsgeer, een vrijdenker, die in naam en in het belang der rede opruiming van het christelijk volksgeloof eischte, en op de puinhoopen der bybelsche fabel den tempel der geschiedenis en der wetenschappen wenschte te stichten ? In het minst niet. Wie het christendom bijgeloof noemde, moest Marnix van Sint-Aldegonde als een domper te meer be¬ schouwen. De ongeloofelijkste wonderen van het Oude- en het Nieuwe-Testament, de ondoorgrondeiykste verborgenheden der christelijke kerkleer, werden door dezen bestrijder van het katho- 1 Paskwil der fransehe kalvinisten bij Voltaire, Siècle de Louis XIV : ..Leur seul crime est de prier Dieu en mauvais francais.” — Spotdichten van Burns tegen de kalvinisten in Schotland: Holy Willie’s Prayer en The holy Fair, bladz. 31 vgg. en 37 vgg. der Tauehnitz-uitgaaf. 2 Hekeldichten van Vondel bij Van Vloten, Schiedam 1877. — Men¬ niste Vrijagie in Starters Friesche Lusthof, bladz. 487 vgg. der utrecht- sche uitgaaf van 18<>4. HET GELOOF. 9 licisme even voetstoots aangenomen als door de katholieken xelf. Het eenig verschil was dat hij te Genève eene opvatting van het christendom had leeren waarderen die hij, naar het licht der bijbelkennis in zijne dagen, de apostolische opvatting noemde en voor de ware leer hield. Deze nieuwe orthodoxie verweet de oudere zwart te zien, maar kon het verwijt niet ontgaan zelf de donkerverwige zwaluw te gelijken die, gastvrij¬ heid met ondank loonend, de goten verontreinigt van het huis onder welks kroonlijst zij een toevlugtsoord gevonden heeft en hare jongen een nest. Een zoon die de godsdienst fijner ouders bevuilt geldt in de 19de eeuw voor een man zonder opvoeding en zonder hart. Het¬ geen in zijne eigen oogen Marnix ontzondigde, en hem moet doen vrijspreken van de beschuldiging 'zich het plegen eener slechte daad bewust geweest te zijn, is dat die moeder, aan welke zijn land en zijn geslacht in vroeger eeuwen zulke groote verpligtingen gehad hadden, allengs eene onbarmhartige stief¬ moeder geworden was, meedogenloos in het zoogenaamd teregt- brengen van verdoolde dochteren en zoonen. Gastvrij was niet langer het woord waarmede een dak kon aangeduid worden dat in eene strafgevangenis verkeerd scheen, met een cipier tot huismeester en een schavot tot speelplaats. En dan, evenals alle opregte kalvinistische dweepers van dien tijd stond ook Marnix in de overtuiging, voor het katholicisme dat hij wegduwde de menschen een beter geloof in de plaats te kunnen geven. Yrij mogt hij het middeneeuwsch heilige voor de honden werpen, meende hij; want het was bij hem vervangen door iets heiligs van eene zuiverder soort, en hij begeerde niets vuriger dan het grootst mogelijk aantal zijner landslieden en medeburgers daarvan deelgenooten te maken.