Studien Over De Noordnederlandsche

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Studien Over De Noordnederlandsche Digitized by the Internet Archive in 2018 with funding trom Getty Research Institute https://archive.org/details/hetlandvanrembra21busk HET LAND VAN REMBRAND HET LAND VAN REMBRAND STUDIËN OVER DE NOORDNEDERLANDSCHE BESCHAVING IN DE ZEVENTIENDE EEUW DOOR O. BUSKEN HUET TWEEDE, HERZIENE EN BIJGEWERKTE DRUK TWEEDE DEEL Eerste Helft HAARLEM H. D. TJEENK WILLINK 1886 EERSTE HOOFDSTUK. HET GELOOF. I Weinig dacht de goedaardige Thomas van Cantimpré, toen hij in de tweede helft der 133e eeuw uit Aristoteles en Plinius plaatsen omtrent het leven der bijen zamenbragt en daarmede eene allegorie van het leven in de kloosters vervaardigde, dat zijn onschuldig Bvjeboek driehonderd jaren later in Marnix’ Bvje- korf zulk een vijandig tegenhanger bekomen zou. Dezelfde klas¬ sieke bronnen worden ook door Marnix geraadpleegd, maar niet in denzelfden geest. Plinius en Aristoteles helpen Marnix persi¬ fleren hetgeen door zijn voorganger te goeder trouw bewonderd was. Ook Yirgilius levert hem bouwstoffen. Hij ontleent aan het bekoorlijk hoofdstuk over de bijen, in het vierde boek der Georgica, sarkastische recepten voor het bereiden van paapsche lapzalven. 1 Het zou Marnix zelf en de protestantsche zaak m hooger mate vereerd hebben zoo hij, in plaats dezer, al dan niet bedoelde .-satire van het Byjeboek, beproefd had eene waarderende kritiek 1 Hollandsche vertaling van het Bijeboek, gedrukt te Zwol in 1488. Bij Campbell. Annales de la Typographie Néerlandaise au 15e siècle, 1874, bladz. 475 vg. — Proeven bij Yan Vloten, Prozastukken, bladz. 281 -vgg., en hiervóór, I 201 vg. ö KEUSTE HOOFDSTUK. der Imitatio Christi te schrijven, en voelbaar te maken waaronu zelfs die dichterlijke openbaring van den roomschen geest in de 15de eeuw, de ontwaakte behoeften der 16de niet vervullen kon.1 Doch deze hedendaagsche overweging kwam toen niet te pas. Door zijne roomsche opvoeding, door zijne kennismaking met Kalvyn, door de gebeurtenissen in zijn eigen land, door zyne aangeboren hartstogtelijkheid, was Marnix er toe gekomen met geheel zijne ziel het katholicisme te verfoeijen. De tijd der be¬ zadigde wederlegging was voorbij, vond hij. Het was gebleken dat met de roomsche kerk niets viel aan te vangen. Er schoot alleen nog over, de onverbeterlijke aan de openbare bespotting pr^js te geven, en de lagchers op de zijde der kalvinisten te- brengen. 2 Vanwaar dat er zoo ontelbaar vele roomsch-katholieke pries¬ ters gevonden worden? Dit komt, zegt Marnix, door de vrucht¬ baar makende kracht van het Heilig Oliesel. Aanwending van olie, leert de natuurlijke historie, bevordert de vermenigvuldi¬ ging der soorten. „Soo wanneer ghy van een Ezel, Kalf, ofte Vercken, het geslachte wilt verwecken, so moet ghy dat selve- met Olye wel besmeeren, of anders en soude het geen deech hebben.” 3 Welke was, in het jaar 395 onzer jaartelling, de voorname fout van Nectarius, den vromen patriarch van Konstantinopel ? Deze- dat hy „de Biechte ginck afsetten, alleen om datter één Diaken was die een vrouwe onder de kleederen ghebiecht hadde.” — Latere bisschoppen waren wijzer en toegefelijker. 4 Wat moet de menschen weerhouden te gelooven dat de Godi van het christendom eigenlijk een Broodgod, en hij inhetsakra- 1 Overzigt en kritiek der Imitatio Christi hiervóór, I 170 vgg. 2 ...Si par aventure nous trouvons que ceux que 1’on a déja réfutés et rembarrés un million de fois ne font que piper de nouveau les aines ■ hrétiennes, n’ètes-vous pas d’avis de dócouvrir leur vergogne a la vue ■ Ie tont le monde, puisque leur obstination et impudence effrontée n’ad- met aucun remède?” Marnix, Tableau des diffórends de la religion, 1 8. Brusselsche uitgaaf van 1857 vgg. :) De Bijen corf der H. Koomscher Kercke. Druk van 1000 'en vervol gens. f. 234 recto. 1 Bijekorf, f. 117 verso. HET GELOOF. 7 ment des Avondmaals tegenwoordig is? Dit „dat de Backers hier teghen mochten protesteren, ende seggen dat sy het van goedfc Terwen-meel, jae van de beste Bloeme met Honde-smeer ghemaeckt hebben.” 1 Welke ceremoniën worden er al zoo, bij het bedienen der Mis, door den roomschen priester verrigt? Onder meer ziet men dat „mijn Heer de Paep sijne slippen van achter op heft, als oftmen sijnen Almanack wilde bekijcken, om hem een clisterie in te gheven.” 2 De nederlandsche gereformeerden van den ouden tijd moeten zenuwen van ijzer en staal gehad hebben, dat deze parodie van het pausdom, in zes boeken en negen en veertig kapittelen met twaalf kapittelen uitlegging als toegift, door hen is kunnen ver¬ dragen worden. Men zoeke in den Bijekorf geen vlugge geestig¬ heden als in Erasinus’ Lof der Dwaasheid. De scherts van Marnix is de scherts van een haai. Zij laat twee rijen scherpgepunte tanden zien, en doet u geen oogenblik vergeten dat haar bin¬ nenste een kelder is waar de haat op fust ligt. Fijne vormen zijn haar vreemd. Haar kalvinistisch proza is dezelfde schilder¬ achtige straattaal waarin Anna Bijns hare papistische refereinen dichtte, en die naderhand, door den invloed der rederijkers op het nederlandsch tooneel, toen de godsdienstige hartstogten tot rust gekomen waren, de taal van het lager nederlandsch blijspel werd. De Bvjekorf is eene theologische Klucht van den Molenaar, en Marnix te dezen aanzien een voorlooper van Bredero. Der dweepzucht gaat onvermijdelijk met zekere mate van dom¬ heid of verblinding zamen. Zij verbeeldt zich, slechts Rome te bestrijden, en geeft onderwijl voor eene reeks van geslachten Jan Rap en zijn Maat, die zij aan een onwaardig vokabulair helpt, een wapen tegen het edele in handen. 3 Leen een vernuft als Voltaire of Burns het fanatisme van Marnix, en gij zult, zoo die mannen van smaak voor een keer het van zich verkrijgen kunnen aan den wansmaak te offeren, een Bijekorf van het kal- 1 Bijekorf, f. 75 recto. — 2 Bijekorf, f. 144 verso. 3 Ian Bap en Ian Raps Maet zijn typen van het noordnederlandsch kluchtspel der I7t,e eeuw. — Tijsken van der Schilden, 1613, lijst der Personagien. 8 EERSTE HOOFDSTUK. vinisme zien ontstaan welke dien der Heylige Roomsdier Kerke niets toegeeft. 1 Keeds bij Vondel wordt de aangebeden God van Marnix een heraelsch koning Herodes die de onnoozele kinderen in liet eeuwig vuur smakt; het eerbiedwaardig Dordrecht een Geuze-Trente waar de bastaardzoon van den profeet Smout aan de galg het leven laat; prins Maurits, dien Marnix als den god- vreezenden jongen Salomo van het leidsch Jeruzalem had aan¬ geduid, de moordenaar van Oldenbarnevelt; Jacob Oats een wel¬ lustig Tuingod; zijne echtgenoot of zijne nicht eene fijne zus die bij avond zicli in haar katsvel laat knijpen. Vrouwen en mannen zondigen er op los, onder voorwendsel dat zij niettemin tot zaligheid gepraedestineerd zijn. 2 Gedurende al dien tijd dien wij behoeven om vijfhonderd blad¬ zijden theologischen schimp ten einde te brengen, ligt zij, die Marnix met hebreeuwschen spot. Onze lieve Moeder de Heilige Kerk noemt, en die ook werkelijk in den voortijd de voedster van zijn volk geweest is, bij hem op de pijnbank. Zij is hem eene heks wier rijden naar den roomschen Bloksberg, op bezem- steelen, door folteren tot bekentenis moet gebragt worden. Uit haar bovendrijven, wanneer men daarna haar aan de rivierkuur der grijnzende openbare vrolijkheid onderwerpt, zal dan verder hare schuld blijken. Was Marnix een wijsgeer, een vrijdenker, die in naam en in het belang der rede opruiming van het christelijk volksgeloof eischte, en op de puinhoopen der bybelsche fabel den tempel der geschiedenis en der wetenschappen wenschte te stichten ? In het minst niet. Wie het christendom bijgeloof noemde, moest Marnix van Sint-Aldegonde als een domper te meer be¬ schouwen. De ongeloofelijkste wonderen van het Oude- en het Nieuwe-Testament, de ondoorgrondeiykste verborgenheden der christelijke kerkleer, werden door dezen bestrijder van het katho- 1 Paskwil der fransehe kalvinisten bij Voltaire, Siècle de Louis XIV : ..Leur seul crime est de prier Dieu en mauvais francais.” — Spotdichten van Burns tegen de kalvinisten in Schotland: Holy Willie’s Prayer en The holy Fair, bladz. 31 vgg. en 37 vgg. der Tauehnitz-uitgaaf. 2 Hekeldichten van Vondel bij Van Vloten, Schiedam 1877. — Men¬ niste Vrijagie in Starters Friesche Lusthof, bladz. 487 vgg. der utrecht- sche uitgaaf van 18<>4. HET GELOOF. 9 licisme even voetstoots aangenomen als door de katholieken xelf. Het eenig verschil was dat hij te Genève eene opvatting van het christendom had leeren waarderen die hij, naar het licht der bijbelkennis in zijne dagen, de apostolische opvatting noemde en voor de ware leer hield. Deze nieuwe orthodoxie verweet de oudere zwart te zien, maar kon het verwijt niet ontgaan zelf de donkerverwige zwaluw te gelijken die, gastvrij¬ heid met ondank loonend, de goten verontreinigt van het huis onder welks kroonlijst zij een toevlugtsoord gevonden heeft en hare jongen een nest. Een zoon die de godsdienst fijner ouders bevuilt geldt in de 19de eeuw voor een man zonder opvoeding en zonder hart. Het¬ geen in zijne eigen oogen Marnix ontzondigde, en hem moet doen vrijspreken van de beschuldiging 'zich het plegen eener slechte daad bewust geweest te zijn, is dat die moeder, aan welke zijn land en zijn geslacht in vroeger eeuwen zulke groote verpligtingen gehad hadden, allengs eene onbarmhartige stief¬ moeder geworden was, meedogenloos in het zoogenaamd teregt- brengen van verdoolde dochteren en zoonen. Gastvrij was niet langer het woord waarmede een dak kon aangeduid worden dat in eene strafgevangenis verkeerd scheen, met een cipier tot huismeester en een schavot tot speelplaats. En dan, evenals alle opregte kalvinistische dweepers van dien tijd stond ook Marnix in de overtuiging, voor het katholicisme dat hij wegduwde de menschen een beter geloof in de plaats te kunnen geven. Yrij mogt hij het middeneeuwsch heilige voor de honden werpen, meende hij; want het was bij hem vervangen door iets heiligs van eene zuiverder soort, en hij begeerde niets vuriger dan het grootst mogelijk aantal zijner landslieden en medeburgers daarvan deelgenooten te maken.
Recommended publications
  • Gouverneur-Generaals Van Nederlands-Indië in Beeld
    JIM VAN DER MEER MOHR Gouverneur-generaals van Nederlands-Indië in beeld In dit artikel worden de penningen beschreven die de afgelo- pen eeuwen zijn geproduceerd over de gouverneur-generaals van Nederlands-Indië. Maar liefs acht penningen zijn er geslagen over Bij het samenstellen van het overzicht heb ik de nu zo verguisde gouverneur-generaal (GG) voor de volledigheid een lijst gemaakt van alle Jan Pieterszoon Coen. In zijn tijd kreeg hij geen GG’s en daarin aangegeven met wie er penningen erepenning of eremedaille, maar wel zes in de in relatie gebracht kunnen worden. Het zijn vorige eeuw en al in 1893 werd er een penning uiteindelijk 24 van de 67 GG’s (niet meegeteld zijn uitgegeven ter gelegenheid van de onthulling van de luitenant-generaals uit de Engelse tijd), die in het standbeeld in Hoorn. In hetzelfde jaar prijkte hun tijd of ervoor of erna met één of meerdere zijn beeltenis op de keerzijde van een prijspen- penningen zijn geëerd. Bij de samenstelling van ning die is geslagen voor schietwedstrijden in dit overzicht heb ik ervoor gekozen ook pennin- Den Haag. Hoe kan het beeld dat wij van iemand gen op te nemen waarin GG’s worden genoemd, hebben kantelen. Maar tegelijkertijd is het goed zoals overlijdenspenningen van echtgenotes en erbij stil te staan dat er in andere tijden anders penningen die ter gelegenheid van een andere naar personen en functionarissen werd gekeken. functie of gelegenheid dan het GG-schap zijn Ik wil hier geen oordeel uitspreken over het al dan geslagen, zoals die over Dirck Fock. In dit artikel niet juiste perspectief dat iedere tijd op een voor- zal ik aan de hand van het overzicht stilstaan bij val of iemand kan hebben.
    [Show full text]
  • Programa De Doctorado En Arquitectura
    Programa de Doctorado en Arquitectura LA ARQUITECTURA DE LAS CONSTRUCCIONES MILITARES HISTÓRICAS DE SANTIAGO DE CUBA: RECUPERACIÓN, RESTAURACIÓN Y GESTIÓN PATRIMONIAL Tesis Doctoral presentada por ELSY YAMINA ZALDÍVAR MORALES Directora: DRA. PILAR CHÍAS NAVARRO Alcalá de Henares, Diciembre de 2015 AGRADECIMIENTOS AGRADECIMIENTOS Conocer cómo proteger el patrimonio ha sido uno de los anhelos de mi vida profesional, cada día de investigación ha sido un reto y una meta, pero alcanzarla no sería posible sin la ayuda de las instituciones y amigos que día a día me han impulsado a seguir en el camino. A la Universidad de Alcalá representada por sus profesores de Restauración y Rehabilitación del patrimonio, por haberme abierto el camino de la investigación histórica para la restauración. A la Dra. Pilar Chías Navarro, mi Directora de tesis, por su guía acertada y por incentivarme a continuar cada día con el trabajo patrimonial. A mi familia y a Rebeca, sin cuyo apoyo desde Cuba esta obra sería solo un intento y a Carlos, cuya perseverancia ha hecho de ésta, también su obra. A mis amigos todos, por estar. Muchas Gracias I RESUMEN RESUMEN La irrupción del imperio español en América a finales del siglo XV, propició el inicio de un proceso de expansión que trajo consigo el desarrollo de un vasto sistema defensivo en los nuevos territorios. La ubicación geográfica y estratégica de Cuba en el Caribe, le otorgó el privilegio de ser uno de los centros comerciales de la región a partir del XVI, generando la concentración de un fuerte dispositivo militar, que cesó en el siglo XIX cuando con la guerra Hispano-Cubano-Americana se cerró el capítulo del imperio español en América.
    [Show full text]
  • Jan Pieterszoon Coen Op School Historisch Besef En Geschiedenisonderwijs in Nederland, 1857 – 2011
    Jan Pieterszoon Coen op school Historisch besef en geschiedenisonderwijs in Nederland, 1857 – 2011 Jasper Rijpma 0618047 Blasiusstraat 55D 1091CL Amsterdam 0618047 [email protected] Masterscriptie geschiedenis Universiteit van Amsterdam Scriptiebegeleider: dr. C.M. Lesger Januari 2012 De prent in de linker bovenzijde is afkomstig uit het tweede deeltje van de katholieke geschiedenismethode voor het lager onderwijs Rood, wit en blauw uit 1956. Het onderschrift luidt: „In 1619 werd Jacatra verbrand. Op de puinhopen stichtte Jan Pietersz. Coen Batavia. Een inlander houdt een pajong boven het hoofd van Coen. Een landmeter laat Coen een kaart zien, waarop hij het plan van de nieuwe stad heeft getekend.‟ (Met dank aan Lucia Hogervorst) De prent in de rechter onderzijde is afkomstig uit de historische stripserie Van nul tot nu uit 1985. De tekst in het ingevoegde gele kader luidt: „Een van de bekendste gouverneurs-generaal was Jan Pieterszoon Coen. Hij verdreef de Engelsen van het eiland Java en stichtte er de stad Batavia. Batavia heet nu Djakarta en is de hoofdstad van Indonesië. Batavia werd al gauw het middelpunt van alle Nederlandse koloniën in het Oosten‟. De tekst in het grootste kader luidt: „De bezetting van Oost-Indie lukte beter. Men benoemde een gouverneur-generaal in Indië die de opdracht had de boel daar goed te besturen en alle zaken “eerlijk” te regelen… Dat daar wel enige dwang aan te pas kwam, vond iedereen toen normaal: blanken stonden immers boven gekleurde mensen?‟ Op het plaatje is Jan Pieterszoon Coen te herkennen. Hij zegt tegen een aantal Indiërs: “Wij hebben specerijen nodig en geen rijst! Neemt allen dus een schop en spit uw dessa om!.
    [Show full text]
  • Company Privateers in Asian Waters: the VOC-Trading Post at Hirado Knoest, Jurre
    Company Privateers in Asian Waters: The VOC-Trading Post at Hirado Knoest, Jurre Citation Knoest, J. (2011). Company Privateers in Asian Waters: The VOC-Trading Post at Hirado. Leidschrift : Een Behouden Vaart?, 26(December), 43-57. Retrieved from https://hdl.handle.net/1887/72846 Version: Not Applicable (or Unknown) License: Leiden University Non-exclusive license Downloaded from: https://hdl.handle.net/1887/72846 Note: To cite this publication please use the final published version (if applicable). Artikel/Article: Company Privateers in Asian Waters: The VOC-Trading Post at Hirado and the Logistics of Privateering, ca. 1614-1624 Auteur/Author: Jurre Knoest Verschenen in/Appeared in: Leidschrift, 26.3 (Leiden 2011) 43-57 Titel uitgave: Een behouden vaart? De Nederlandse betrokkenheid bij kaapvaart en piraterij © 2011 Stichting Leidschrift, Leiden, The Netherlands ISSN 0923-9146 E-ISSN 2210-5298 Niets uit deze uitgave mag worden No part of this publication may be gereproduceerd en/of vermenigvuldigd reproduced, stored in a retrieval system, or zonder schriftelijke toestemming van de transmitted, in any form or by any means, uitgever. electronic, mechanical, photocopying, recording or otherwise, without prior written permission of the publisher. Leidschrift is een zelfstandig wetenschappelijk Leidschrift is an independent academic journal historisch tijdschrift, verbonden aan het dealing with current historical debates and is Instituut voor geschiedenis van de Universiteit linked to the Institute for History of Leiden Leiden. Leidschrift verschijnt drie maal per jaar University. Leidschrift appears tri-annually and in de vorm van een themanummer en biedt each edition deals with a specific theme. hiermee al vijfentwintig jaar een podium voor Articles older than two years can be levendige historiografische discussie.
    [Show full text]
  • Environment, Trade and Society in Southeast Asia
    Environment, Trade and Society in Southeast Asia <UN> Verhandelingen van het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde Edited by Rosemarijn Hoefte (kitlv, Leiden) Henk Schulte Nordholt (kitlv, Leiden) Editorial Board Michael Laffan (Princeton University) Adrian Vickers (Sydney University) Anna Tsing (University of California Santa Cruz) VOLUME 300 The titles published in this series are listed at brill.com/vki <UN> Environment, Trade and Society in Southeast Asia A Longue Durée Perspective Edited by David Henley Henk Schulte Nordholt LEIDEN | BOSTON <UN> This is an open access title distributed under the terms of the Creative Commons Attribution- Noncommercial 3.0 Unported (CC-BY-NC 3.0) License, which permits any non-commercial use, distri- bution, and reproduction in any medium, provided the original author(s) and source are credited. The realization of this publication was made possible by the support of kitlv (Royal Netherlands Institute of Southeast Asian and Caribbean Studies). Cover illustration: Kampong Magetan by J.D. van Herwerden, 1868 (detail, property of kitlv). Library of Congress Cataloging-in-Publication Data Environment, trade and society in Southeast Asia : a longue durée perspective / edited by David Henley, Henk Schulte Nordholt. pages cm. -- (Verhandelingen van het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde ; volume 300) Papers originally presented at a conference in honor of Peter Boomgaard held August 2011 and organized by Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde. Includes bibliographical references and index. ISBN 978-90-04-28804-1 (hardback : alk. paper) -- ISBN 978-90-04-28805-8 (e-book) 1. Southeast Asia--History--Congresses. 2. Southeast Asia--Civilization--Congresses.
    [Show full text]
  • The Socio-Cultural Impact of Maritime Piracy and Illicit Smuggling in San Francisco De Campeche 1630 - 1705
    BearWorks MSU Graduate Theses Summer 2019 Fear and Trepidation: The Socio-Cultural Impact of Maritime Piracy and Illicit Smuggling in San Francisco De Campeche 1630 - 1705 Victor Alfonso Medina Lugo Missouri State University, [email protected] As with any intellectual project, the content and views expressed in this thesis may be considered objectionable by some readers. However, this student-scholar’s work has been judged to have academic value by the student’s thesis committee members trained in the discipline. The content and views expressed in this thesis are those of the student-scholar and are not endorsed by Missouri State University, its Graduate College, or its employees. Follow this and additional works at: https://bearworks.missouristate.edu/theses Part of the Latin American History Commons Recommended Citation Medina Lugo, Victor Alfonso, "Fear and Trepidation: The Socio-Cultural Impact of Maritime Piracy and Illicit Smuggling in San Francisco De Campeche 1630 - 1705" (2019). MSU Graduate Theses. 3431. https://bearworks.missouristate.edu/theses/3431 This article or document was made available through BearWorks, the institutional repository of Missouri State University. The work contained in it may be protected by copyright and require permission of the copyright holder for reuse or redistribution. For more information, please contact [email protected]. FEAR AND TREPIDATION: THE SOCIO-CULTURAL IMPACT OF MARITIME PIRACY AND ILLICIT SMUGGLING IN SAN FRANCISCO DE CAMPECHE 1630 - 1705 A Master’s
    [Show full text]
  • The Dutch Atlantic and American Life: Beginnings of America in Colonial New Netherland
    City University of New York (CUNY) CUNY Academic Works Theses Lehman College 2021 The Dutch Atlantic and American Life: Beginnings of America in Colonial New Netherland Roy J. Geraci Lehman College City University of New York, [email protected] How does access to this work benefit ou?y Let us know! More information about this work at: https://academicworks.cuny.edu/le_etds/12 Discover additional works at: https://academicworks.cuny.edu This work is made publicly available by the City University of New York (CUNY). Contact: [email protected] THE DUTCH ATLANTIC AND AMERICAN LIFE: BEGINNINGS OF AMERICA IN COLONIAL NEW NETHERLAND by ROY J. GERACI A master’s thesis submitteD to the GraDuate Faculty in history in partial fulfillment of the requirements for the Degree of Master of Arts, The City University of New York at Lehman College 2021 ©2021 ROY J. GERACI All Rights ReserveD 2 CUNY Lehman College The Dutch Atlantic and American Life: Beginnings of America in Colonial New Netherland by Roy J. Geraci Abstract Advisor: AnDrew Robertson SeconD ReaDer: Robert Valentine The Dutch colony of New NetherlanD was one of the earliest attempts at a non- inDigenous life on the east coast of North America. That colony, along with the United Provinces of the NetherlanDs anD Dutch Atlantic as a whole, playeD crucial roles in the Development of what woulD become the UniteD States. This thesis project examines the significance New NetherlanD helD in American history as well as explores topics which allow for new anD inclusive narratives of that history to reach further exploration.
    [Show full text]
  • Het Leven En De Daden Van Nederlands Meest Beroemde Zeehelden En Vlootvoogden, Eenvoudig En Naauw , Keurig Verhaald
    v - - vº-, 127 - - /32 HET LEVEN EN DE DADEN f V A N - - t NEDERLANDS MEEST BEROEMDE zEE HELDEN EN v Loot voo G DEN. e U IT GE GE V EN DO OR DE M A A T S C H A P P IJ : TOT NUT VAN 'T ALGEMEEN. ººk A e gr T n3-- ſ ei *: Te A MST ER DAM, bij - # # ge DE ERVEN HENDRIK VAN MUNSTER EN zoon ººr EN - JOHANNES VAN DER HEY EN ZOON. 18 41, V 0 0 R B ER I G T. Het leven en de daden van Nederlands beroemde Zeehelden, die met zoo veel regt dien naam ver wierven, vullen zonder twijfel de ſchoonſte bladzij den in onze Vaderlandſche Geſchiedenis. De her innering daarvan ſtaat niet alleen met de liefde voor het Vaderland in naauwe betrekking, maar is tevens, welligt meer dan eenig ander middel, ge ſchikt, om het hart tot dien edelen naijver te ont vonken, welke de navolging van het gegeven voorbeeld uitlokt. Met deze overtuiging ſchreef de Maatſchappij reeds in het Jaar 1833, en daarna bij herhaling, de Prijsvraag uit, waarvan eindelijk het onderha vige Werkje het bekroonde Antwoord werd. Na meer dan ééne mislukte poging, mogt het in 1839 aan den Heer GERRIT RINSE vooRMEULEN vAN BOEKEREN, een jongeling nog, te beurt vallen, * 2 zich, PV - ameman zich, door de vereischte meerderheid der Beoor deelaars, den Gouden Eereprijs te zien toewijzen. Hebben eerbied en erkentelijkheid voor de roemvolle verrigtingen der groote Voorvaderen des Schrijvers pen beſtuurd, toen hij naar den uitgeloofden Eer palm dong, de Maatſchappij vleit zich, dat het aan zijnen arbeid gelukken zal, eene gelijke ge waarwording, inzonderheid bij zijne jeugdige land genooten, op te wekken, en duurzaam levendig te houden.
    [Show full text]
  • Bulle Atoll Research Bul3;Etin
    BULLE ATOLL RESEARCH BUL3;ETIN No. 87 Three Caribbean atolls: kneffe Islands, Lighthouse Reef, and Glover's Reef, British iionduras by D. R. Stoddart Issued by THE PACIFIC SCBATE BOARD National Academy of Sciences--National Research Council Washington, D.C . June 30, 1362 Preliminary Results of Field-work carried out during TIB Cf@BRICGE EXPEDITION TO BRITISH HONDURAS 1959-60 December 1959 to July 1960 and THE BRITISH HOPTDURAS CORAL REEFS Aim ISLANDS EXPEDITION 1961 bay 1961 to ~uly1961 (Sponsored by Coastal Studies Institute, Louisiana State University, and Office of Naval Reseasch, Washington) It is a pleasure to commend the far-si&ted policy of the Office of Naval Research, with its emphasis on basic research, as a result of r,rllich a (paat has made possible the continuation of the Coral A-Loll Program of the Pacific Science Board. It is of interes",~ note, historically, tha.t much of the funda- mental information on atolls of the Pacific rias gathered by the U. S. Navy's South Pacific krploring Expedition, over one hundred years ago, under the command of Captain Charles Willres. The continuing nature of such scientific interest by the Navy is sho~rnby the support for the Pacific Science B~ard'sresea.rch program during tl1e past fourteen years. The preparation and issuance of the Atoll Research Bulleti~lis assisted by fun& from Contract N70nr-2300(12). me sole responsibility for all statements made by authors of papers in the Atoll Research Bulletin rests vith them, and they do not necessarily represent the views of the Pacific Science hard or of the editors of the Bulle-tin.
    [Show full text]
  • ›Im Anfang War Das Fort‹ Europäische Fortifizierungspolitik in Guinea Und Westindien 1415 – 1815 Expansion – Fortifikation – Kolonisation
    D I S S E R T A T I O N Titel der Dissertation ›Im Anfang war das Fort‹ Europäische Fortifizierungspolitik in Guinea und Westindien 1415 – 1815 Expansion – Fortifikation – Kolonisation Verfasser Mag. Christoph Rella angestrebter akademischer Grad Doktor der Philosophie (Dr. phil.) Wien, im März 2008 Studienkennzahl lt. Studienblatt: A092/312 Studienrichtung lt. Studienblatt: Geschichte Betreuer: Univ.-Prof. Dr. Alfred Kohler 2 Für Katrin 3 Inhalt Vorwort ……………………………………………………………………………………………........ 6 I. Einleitung …………………………………………………………………………………………........ 9 II. Der Atlantik und die vorkolumbianische Epoche …………………………………….…..…… 22 1. ›Im Westen ist alles ergiebiger‹: Antike Vorläufer maritimer Stützpunktpolitik …………………………………………………………… 22 2. Anmerkungen zur atlantisch-europäischen Rezeptionsgeschichte: Die maritime Westexpansion bis 1291 …………………………………………………………………... 36 3. Die europäische Atlantikexpansion bis 1415: Erste fortifizierte Stützpunkte und die ›indische Perspektive‹ …………………………………………… 52 III. ›Usque ad indios‹ – Bis nach Indien! …………………………………………………..………… 71 1. ›El Mina del Ouro‹ und Portugiesisch-Guinea ……………………………………………………...… 71 1.1 Der Seeweg nach Indien: Die Suche beginnt in Afrika ……………………………………………… 71 1.2 Von Ceuta nach Elmina: Die Guineaküste wird portugiesisch ……………………………………… 81 1.3 ›Flag follows Fort follows Trade‹: Portugiesische Afrikapolitik revisited ………………………..… 94 1.4 ›Auf der Suche nach Christen und Spezereien‹: Die Portugiesen in Asien ………………...……….. 101 2. ›La Navidad‹ und die Spanische Karibik ……………………………………………………….……..
    [Show full text]
  • The Japonian Charters. the English and Dutch Shuinjo
    The Japonian Charters. The English and Dutch Shuinjō Author(s): Derek Massarella and Izumi K. Tytler Source: Monumenta Nipponica, Vol. 45, No. 2 (Summer, 1990), pp. 189-205 Published by: Sophia University Stable URL: https://www.jstor.org/stable/2384848 Accessed: 16-10-2019 10:51 UTC JSTOR is a not-for-profit service that helps scholars, researchers, and students discover, use, and build upon a wide range of content in a trusted digital archive. We use information technology and tools to increase productivity and facilitate new forms of scholarship. For more information about JSTOR, please contact [email protected]. Your use of the JSTOR archive indicates your acceptance of the Terms & Conditions of Use, available at https://about.jstor.org/terms Sophia University is collaborating with JSTOR to digitize, preserve and extend access to Monumenta Nipponica This content downloaded from 163.1.110.20 on Wed, 16 Oct 2019 10:51:13 UTC All use subject to https://about.jstor.org/terms The Japonian Charters The English and Dutch Shuinjio By DEREK MASSARELLA & IZUMI K. TYTLER O i NE of the most interesting archival discoveries concerning the earliest relations between Japan and Britain is that of the original shuinjo *W Va (vermilion-seal document) issued by Tokugawa Ieyasu [IIS, granting the English East India Company trade privileges in Japan. The docu- ment was given to John Saris, commander of the Company's Eighth Voyage, in October 1613 and is now in the Bodleian Library, Oxford.1 The discovery was made accidentally in 1985 by Professor Hayashi Nozomu 4t, Toyoko Gakuen Joshi Tanki Daigaku, and Izumi K.
    [Show full text]
  • The Leiden Collection
    © 2019 The Leiden Collection Portrait of Petronella Buys (1605–1670) Page 2 of 26 Portrait of Petronella Buys 1635 (1605–1670) oil on oval panel 79.5 x 59.3 cm Rembrandt van Rijn signed and dated at lower left: (Leiden 1606 – 1669 Amsterdam) “Rembrandt·f. 1635″ RR-115 How to cite Yeager-Crasselt, Lara. “Portrait of Petronella Buys (1605–1670).” In The Leiden Collection Catalogue. Edited by Arthur K. Wheelock Jr. New York. https://www.theleidencollection.com/archive/ (accessed March 22, 2019). This page is available on the site’s Archive. PDF of every version of this page is available on the Archive, and the Archive is managed by a permanent URL. Archival copies will never be deleted. New versions are added only when a substantive change to the narrative occurs. © 2019 The Leiden Collection Portrait of Petronella Buys (1605–1670) Page 3 of 26 In this engaging half-length portrait, Rembrandt captured the gentle Comparative Figures [1] sensibility of the twenty-nine-year-old Petronella Buys. Turned in a three- quarter view and seated before a gray curtain, Petronella gazes out warmly at the viewer, her subtle smile creating small dimples on her pink cheeks. Her wide, brown eyes glisten in the daylight streaming down from the upper left. She is dressed in all of her finery. A double strand of pearls sets off her face from the expansive white-wheel lace ruff that extends across the width of her shoulders.[2] Beneath the ruff she wears an elegant lace bib, decorated with a brooch, and gold chains that hang across her brocaded black costume.
    [Show full text]