“Veelheid Aan Onrust”

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

“Veelheid Aan Onrust” Jochem Lybaart 0133280 [email protected] “VEELHEID AAN ONRUST” Beter Onderwijs Nederland, het publieke debat, en de politieke agenda Doctoraalscriptie politicologie november 2007 Afstudeerrichting politieke theorie & politiek gedrag Begeleider prof. dr. Jos de Beus Tweede lezer dr. Hein-Anton van der Heijden Universiteit van Amsterdam “Onderwijs kan altijd beter. Een debat over de kwaliteit van het onderwijs is van alle tijden, de zorg erover ook, en zo’n debat is in principe altijd legitiem.” Marijk van der Wende, “Naar een Beter Onderwijs Debat in Nederland”, zaterdag 20 januari 2007 Lezing op de eerste Algemene Ledenvergadering van de vereniging Beter Onderwijs Nederland 2 Inhoudsopgave Nieuw activisme in onderwijsland 05 DEEL I / Rumoer in onderwijsland §1 ~ De schoolstrijd en het verzuilde onderwijsbestel 12 §2 ~ Voortgezet onderwijs op de schop 20 §3 ~ Publiek debat in de aanloop naar een nieuwe schoolstrijd 24 §4 ~ De opmaat voor het manifest 31 DEEL II / Beter Onderwijs Nederland treedt in het strijdperk §5 ~ “Help! Het onderwijs verzuipt!” 40 §6 ~ “Dan treed je naar buiten” 48 DEEL III / Bewegingen op het slagveld §7 ~ De strijd om aandacht, of: hoe krijg je problemen op de beleidsagenda? 74 DEEL IV / Samenvatting en implicaties §8 ~ Veelheid aan onrust 94 Appendices Bibliografie 3 4 Nieuw activisme in onderwijsland “Het onderwijs motiveert niet, het rendement is er te laag en er wordt veel geld verkeerd besteed. Daarom moeten de onderwijsvernieuwingen van de laatste jaren worden teruggedraaid: leerlingen moeten weer leren, leraren moeten weer lesgeven.” Met die zinnen openen filosoof Ad Verbrugge, voorzitter van de vereniging Beter Onderwijs Nederland, en eega Marijke Verbrugge-Breeuwsma hun manifest “Help! Het onderwijs verzuipt!”, gepubliceerd in het NRC Handelsblad van 3 juni 2006.1 Zij vragen hierin aandacht voor de in hun ogen deplorabele staat van het Nederlandse onderwijs. Met het manifest zet de vereniging Beter Onderwijs Nederland, hierna ook wel aangeduid als BON, zich op de kaart van onderwijsland. Sinds de publicatie is de vereniging niet meer weggeweest uit het publieke debat over onderwijs. Leden van BON laten regelmatig van zich horen op de opiniepagina’s van kranten en in andere media, verdedigen hun standpunten in debatten en onderwijsconferenties en spelen op die manier een niet onverdienstelijke rol in het publieke debat. Dit werkt door in het politieke debat, getuige de behandeling in de Tweede Kamer van de onderwijsbegroting voor 2007.2 Tijdens die behandeling, op 11 en 12 oktober 2006, moet Maria van der Hoeven – destijds minister van Onderwijs – haar begroting verdedigen. Mariëtte Hamer, kamerlid voor de PvdA, voelt haar kritisch aan de tand: “Ik wil de minister een andere vraag stellen. De minister zei dat het elan terug is in het onderwijs. Ik weet niet of de minister de Volkskrant, Trouw en andere dagbladen leest, maar daarin staan toch heel regelmatig stukken over het onderwijs die een heel andere toon kennen. Ik weet niet of de minister op de hoogte is van het bestaan van de vereniging Beter Onderwijs Nederland. Ook die heeft heel veel kritiek. Hoe duidt de minister het elan ten opzichte van deze bewegingen uit het onderwijs zelf, die naar mijn idee groeiende zijn en waar helemaal niet het gevoel bestaat dat het allemaal zo goed gaat en dat het elan terug is?”3 Als even later ook Fenna Vergeer, kamerlid voor de SP, met de vereniging Beter Onderwijs Nederland op de proppen komt, reageert minister Van der Hoeven enigszins geprikkeld: 1 Ad & Marijke Verbrugge “Help! Het onderwijs verzuipt!” in NRC Handelsblad, 3 juni 2006, p. 15 2 NRC Handelsblad, 13 oktober 2006, p. 2, “Excelleren is geen vies woord meer” 3 Tweede Kamer der Staten-Generaal, vergaderjaar 2006–2007, Handelingen, nr. 12, p. 722 5 “Op wat verder door de vereniging BON wordt gezegd, ga ik niet in. Hier wordt mijn onderwijsbegroting bediscussieerd, niet het manifest van de vereniging BON.”4 Klaarblijkelijk heeft het manifest van BON het in vier maanden tijd geschopt van opinieartikel in het NRC Handelsblad tot gespreksonderwerp in de Tweede Kamer: een interessante prestatie. Niet iedereen waardeert die prestatie hetzelfde. Jan de Vries, kamerlid voor het CDA, heeft het over een “klaagcultuur (…) op de opiniepagina’s” waarmee “de pleitbezorgers voor beter onderwijs ons onderwijs geen recht, maar ook geen goed” doen. Mariëtte Hamer reageert gebeten: “Ik neem het voor die mensen op. Ik ben het er lang niet altijd mee eens. Ik ben over een aantal punten flink in debat met bijvoorbeeld de beweging Beter Onderwijs Nederland, maar ik vind het wel hartstikke goed dat men voor zijn mening uitkomt.” In de discussie die volgt, deelt Jan de Vries en passant nog een stootje uit aan filosoof Verbrugge – die nota bene zelf aan de VU doceert – door te spreken over “alle filosofen en alle andere zogenaamde deskundigen die denken een mening te hebben over het onderwijs, maar die daar niet wekelijks in rondlopen”. Mariëtte Hamer pareert deze sneer met een venijnig “Ik blijf vinden dat u iedereen nu op één hoop gooit. Er kunnen immers ook betrokken filosofen tussen zitten”.5 Minister Van der Hoeven formuleert uiteindelijk een aardig compromis: “Het is waar dat klagen niet tot beter onderwijs leidt. Dingen op de maatschappelijke agenda zetten, leidt daar echter wel toe.”6 Het moge duidelijk zijn: in betrekkelijk korte tijd is BON een vereniging geworden om rekening mee te houden. Dat is een opvallende prestatie. Sinds jaar en dag kennen we de gevestigde spelers in het onderwijsveld: het Ministerie van OC&W (Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen), de Onderwijsraad, werkgevers (o.a. VO-raad, HBO-raad, VSNU) en werknemers (o.a. AOb, Onderwijsbond CNV). En nu zijn daar ineens die verontruste burgers met hun vereniging die blijkbaar bij veel mensen een snaar weet te raken: BON heeft inmiddels een kleine vijfduizend leden. Een en ander roept een tweetal vragen op, de hoofdvragen van het afstudeeronderzoek dat tot deze scriptie heeft geleid: 1. Waar komt de beweging rond de vereniging Beter Onderwijs Nederland (BON) vandaan? 2. Hoe heeft de kritiek op de opiniepagina’s van de grote dagbladen zijn weg gevonden naar de Haagse burelen? 4 Ibidem, p. 723 5 Voor alle in deze alinea geciteerde opmerkingen van Mariëtte Hamer en Jan de Vries, zie: ibidem, p. 757 6 Ibidem, p. 761 6 Deze scriptie beoogt een antwoord te geven op deze vragen en daarnaast en passant een beeld te schetsen van het onderwijsdebat. Door als het ware in te zoomen op dit deel van het publieke debat, kunnen we misschien meer leren over de werking van het publieke debat in het algemeen. Waar komt de beweging rond de vereniging Beter Onderwijs Nederland (BON) vandaan? Sommigen zien BON als een voorbeeld van ‘nieuw activisme’, een vorm van politiek activisme die los staat van partijkleur: verontruste burgers organiseren zich rond een bepaald thema, en zijn actief tot ze een bepaald doel hebben bereikt.7 BON lijkt ook karaktertrekken van dit ‘nieuwe activisme’ te hebben. De socioloog Imrat Verhoeven (2006) koppelt het ‘nieuwe activisme’ aan een nieuwe vorm van politiek burgerschap. Hij duidt de burgers van nu als ‘burgers op stand-by’ of als ‘toezichthouders op publieke besluitvorming’. Volgens Verhoeven (2006: 88) “schakelen toezichthoudende burgers van stand-by naar online omdat ze op basis van gedeelde ervaringen en betekenissen een publiek probleem signaleren. Pas door hun focus op een publiek probleem en de daaraan gerelateerde politieke handelingen kunnen we toezichthoudende burgers waarnemen. Het publieke probleem biedt de ingang voor empirisch onderzoek naar toezichthoudende burgers en hun omschakeling van stand-by naar online.” Deze beschrijving lijkt van toepassing op de in deze scriptie te bespreken casus: doordat de activisten van BON zich als “toezichthoudende burgers” mengden in het publieke debat over onderwijs, werden ze zichtbaar en boden ze mij “de ingang voor empirisch onderzoek”. De initiatiefnemers van de vereniging vonden elkaar “op basis van gedeelde ervaringen en betekenissen” die betrekking hadden op de staat van het onderwijs: ze zagen de staat van het onderwijs als een “publiek probleem”. Bovendien voelden zij zich geroepen om aandacht te vragen voor dit probleem, en daarom gingen zij over tot politiek handelen. Dit levert weer een aantal vragen op. In de eerste plaats: welke “ervaringen en betekenissen” delen de activisten van BON? Dit is een vraag die beantwoord kan worden door publicaties van de vereniging te analyseren en door met de activisten zelf te spreken. Daarnaast kunnen we onszelf afvragen: waarom zetten die specifieke “ervaringen en betekenissen” aan tot politiek handelen? In het vocabulaire van Verhoeven: wat beweegt deze burgers om “van stand-by naar online” te schakelen? Het bovenstaande citaat wekt de suggestie dat het signaleren van een publiek probleem alleen al voldoende is. Maar niet iedereen die een publiek probleem signaleert zal daar dezelfde consequenties aan verbinden. De econoom Albert O. Hirschman beschrijft in zijn bekende boek Exit, Voice, and Loyalty uit 1970 de verschillende handelingsmogelijkheden voor burgers: een burger kan proberen het publieke probleem te ontlopen (exit), maar hij kan er ook voor kiezen er iets aan te doen (voice). Loyalty, het 7 Trouw, 14 oktober 2006, de Verdieping p. 1-3, “De bevlogen doeners. Hedendaags activisme” 7 derde begrip uit de titel, is een diffuus begrip: loyaliteit aan de gemeenschap, een specifieke uiting van burgerschap, kan voice stimuleren, maar loyaliteit aan de organisatie die (mede) verantwoordelijk is voor het gesignaleerde publieke probleem kan voice juist inperken. Hoe dan ook, áls burgers kiezen voor voice maken ze de stap “van stand-by naar online”. De keuze voor voice is echter geen vanzelfsprekende, en daarom zijn de inzichten van Hirschman zo’n belangrijke aanvulling op het hierboven geschetste uitgangspunt van Verhoeven. In deel II van deze scriptie, dat zich geheel richt op BON als deelnemer aan het publieke debat, wordt uitgebreid ingegaan op de inzichten van Hirschman en wordt dankbaar gebruik gemaakt van het begrippentrio exit, voice, en loyalty.
Recommended publications
  • Evaluatie Van De Kabinetsformatie 2012
    Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014–2015 33 410 Kabinetsformatie 2012 Nr. 72 BRIEF VAN DE COMMISSIE EVALUATIE KABINETSFORMATIE 2012 Aan het Presidium van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Nijmegen, 9 december 2014 In maart 2012 besloot de Tweede Kamer tot wijziging van art. 139a van haar Reglement van Orde (RvOTK), een van de bepalingen in hoofdstuk XIA van het RvOTK over de kabinets(in)formatie. Het gewijzigde art. 139a RvOTK bepaalt sindsdien onder meer dat de Tweede Kamer na de installatie van de nieuwe Kamer volgend op verkiezingen beraadslaagt met als doel om, met het oog op de vorming van een nieuw kabinet, een of meer (in)formateurs te benoemen en hun opdracht vast te stellen. Het artikel gaat er tevens vanuit dat de Kamer in het verdere verloop van een kabinetsformatie (in)formateurs benoemt en hun opdracht vaststelt. Een half jaar na deze herziening van het Reglement van Orde vonden Tweede Kamerverkiezingen plaats. Bij de daaropvolgende kabinetsfor- matie werd art. 139a RvOTK door de Tweede Kamer voor het eerst toegepast. Na de afronding van de kabinetsformatie overwoog de Kamer dat het zinvol was om de «nieuwe formatieprocedure» van art. 139a RvOTK te evalueren. Het Presidium van de Tweede Kamer besloot in het najaar van 2013 om een evaluatie van de kabinetsformatie van 2012 uit te laten voeren door een commissie, bestaande uit prof.mr. P.P.T. Bovend’Eert (voorzitter), prof. dr. C.C. van Baalen en dr. A. van Kessel, allen verbonden aan de Radboud Universiteit Nijmegen (hierna: de commissie). In een plan van aanpak is vervolgens afgesproken om de evaluatie toe te spitsen op de toepassing van art.
    [Show full text]
  • PDF Hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen
    PDF hosted at the Radboud Repository of the Radboud University Nijmegen The following full text is a publisher's version. For additional information about this publication click this link. http://hdl.handle.net/2066/44001 Please be advised that this information was generated on 2018-07-07 and may be subject to change. Jaarboek Parlementaire Geschiedenis 2007 De moeizame worsteling met de Jaarboek Parlementaire Geschiedenis 2007 De moeizame worsteling met de nationale identiteit Jaarboek Parlementaire Geschiedenis De moeizame worsteling met de nationale identiteit Redactie: C.C. van Baaien A.S. Bos W. Breedveld M.H.C.H. Leenders J.J.M. Ramakers W.P. Secker Centrum voor Parlementaire Geschiedenis, Nijmegen Boom - Amsterdam Foto omslag: a n p - Robert Vos Omslag en binnenwerk: Wim Zaat, Moerkapelle Druk en afwerking: Drukkerij Wilco, Amersfoort © 2007 Centrum voor Parlementaire Geschiedenis, Nijmegen Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. No part ofthis book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher. isb n 978 90 8506 506 7 NUR 680 wvw.uitgeverijboom.nl Inhoud Ten geleide 7 Artikelen Dick Pels, De Hollandse tuin: of hoe de Nederlandse Leeuw worstelt met zijn iden­ 13 titeit Remieg Aerts, Op gepaste afstand. De plaats van het parlement in de natievorming 25 van de negentiende eeuw Charlotte Brand en Nicoline van der Sijs, Geen taal, geen natie.
    [Show full text]
  • Parlementaire Geschiedenis 2007
    Jaarboek Parlementaire Geschiedenis 2007 De moeizame worsteling met de Jaarboek Parlementaire Geschiedenis 2007 De moeizame worsteling met de nationale identiteit Jaarboek Parlementaire Geschiedenis De moeizame worsteling met de nationale identiteit Redactie: C.C. van Baaien A.S. Bos W. Breedveld M.H.C.H. Leenders J.J.M. Ramakers W.P. Secker Centrum voor Parlementaire Geschiedenis, Nijmegen Boom - Amsterdam Foto omslag: a n p - Robert Vos Omslag en binnenwerk: Wim Zaat, Moerkapelle Druk en afwerking: Drukkerij Wilco, Amersfoort © 2007 Centrum voor Parlementaire Geschiedenis, Nijmegen Behoudens de in of krachtens de Auteurswet van 1912 gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch door fotokopieën, opnamen of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. No part ofthis book may be reproduced in any way whatsoever without the written permission of the publisher. isb n 978 90 8506 506 7 NUR 680 wvw.uitgeverijboom.nl Inhoud Ten geleide 7 Artikelen Dick Pels, De Hollandse tuin: of hoe de Nederlandse Leeuw worstelt met zijn iden­ 13 titeit Remieg Aerts, Op gepaste afstand. De plaats van het parlement in de natievorming 25 van de negentiende eeuw Charlotte Brand en Nicoline van der Sijs, Geen taal, geen natie. Parlementaire 43 debatten over de relatie tussen de Nederlandse taal en de nationale identiteit Marij Leenders, Loyaliteit en Nederlanderschap. Staatsburgerschapswetgeving 57 tussen 1850 en 1985 Anita Böcker en Guno Jones, De heruitvinding van een competente natie. 69 Parlementariërs over overzeese en nieuwe Nederlanders (1949-2006) Alfred Pijpers, Nationale roerselen in de Nederlandse Europapolitiek «5 Bram Peters, Herdenken en vieren.
    [Show full text]
  • International Monitoring of Compliance with Human Rights of Migrants in the Netherlands 2000-2008
    WHO’S RIGHT(S)? International Monitoring of Compliance with Human Rights of Migrants in the Netherlands 2000-2008 a WHO’S RIGHT(S)? INTERNATIONAL MONITORING OF COMPLIANCE WITH HUMAN RIGHTS OF MIGRANTS IN THE NETHERLANDS 2000-2008 Dominique van Dam Centre for Migration Law Nijmegen 2009 Foreword It was internationally renowned Humanist Erasmus who lay the foundation for Human Rights in the Netherlands. It is his work, which made this country a safe haven for minorities and also an important multicultural economic force in the Golden Age. And this legacy of rationale and tolerance were the basis on which The Hague’s Peace Conferences of 1899 and 1907 were held; the events where the first steps to codify international law were taken. The prominent role of the Netherlands in the promotion of Human Rights is not overstated when we take into account the exceptional position this country has chosen to take in relation to international conventions and treaties. The Netherlands, as most know, will accept international law above its own; even before ratification. It is for this reason that the Netherlands welcomes and actively cooperates with different national and international organisations and NGO’s in the examina- tion of our laws and policies against the backdrop of Human Rights. However, while this is the case, it is prudent to consider that the results of these examinations are not always as satisfactory as we would expect. In the past years NGO’s have found that the implementation of laws and policies are at odds with one or more Human Rights. The mission of FORUM, the Dutch National Knowledge Institute for Multicul- tural Affairs, is to promote social cohesion, shared citizenship and a multi- ethnic society based on the principles of the Rule of Law, Human Rights and Equality of all citizens.
    [Show full text]
  • A More Qualitative Approach to Personality Profiling on Twitter ! !
    A more qualitative approach to personality profiling on Twitter ! ! SUBMITTED IN PARTIAL FULLFILLMENT FOR THE DEGREE OF MASTER OF SCIENCE Frank Houweling 10199969 MASTER INFORMATION STUDIES HUMAN-CENTERED MULTIMEDIA FACULTY OF SCIENCE UNIVERSITY OF AMSTERDAM June 20, 2015 1st Supervisor 2nd Supervisor dr. Maarten Marx MSc. Christophe van Gysel ILPS, UvA ILPS, UvA ! A more qualitative approach to personality profiling on Twitter [Master Thesis] Frank Houweling University of Amsterdam Master Information Studies Human Centered Multimedia [email protected] ABSTRACT new possibilities to apply author profiling technology. For In di↵erent fields, the interest in author profiling: determin- example in politics, where party leaders often try to portray ing demographic features for an author is growing. Complex a certain type of personality to the voters, in order to become features without a ground truth like (perceived) personality likable candidates [5]. With author profiling systems, the require another approach then traditional author profiling. process of determining personality can potentially turn out In this research, a gold standard that is constructed using to be faster, easier and more reliable than existing (manual) the personality test by Rammstedt and Oliver (2007) is com- methods. pared with a new author-profiling method. This method consists of analysis of all information available about a twit- Existing research on author profiling is characterized by ter profile, using measures that are based on personality a rather uniform methodology. A supervised classifier is characteristics found in existing research. While the person- trained using a ground truth data set of authors’ person- alities that result from this method di↵er greatly from the alities and a broad range of mostly textual features.
    [Show full text]
  • Hoe Groen Is Den Haag? Kleinschalige Projecten
    groendoen Journaliste Marie-Claire van den Berg kreeg kinderen en besloot het goede (groene) voorbeeld te geven zonder een geitenwollensokkenmoeder te worden. Voor esta gaat ze eropuit om eco- onduidelijkheid de wereld uit te helpen. Diederik Samsom (PvdA): ‘We hebben op het Kamergebouw een aantal zonnepanelen staan en een zonneboiler. Het is mooi dat het kan, maar als wij onze energiehonger willen stillen, redden we het niet met dit soort Hoe groen is Den Haag? kleinschalige projecten. Dan moet het met gigantische zonne- energieparken in de Sahara Groener leven betekent ook groener stemmen. Maar welke partij heeft bijvoorbeeld. Toch vind ik dat we het beste klimaatbeleid? En hoe milieuvriendelijk leven de politici zelf? als politici wel moeten denken aan onze voorbeeldfunctie. Als je Marie Claire inspecteert het Binnenhof. vanuit de politiek keer op keer de boodschap verkondigt dat we zuiniger moeten gaan rijden, dan is het toch raar dat de minister van Buitenlandse Zaken nog steeds in een auto met het energielabel F rond wordt gereden? Ik heb, samen met collega’s, jarenlang voorgesteld om hybride dienstauto’s voor de GROEN KIEZEN De dag begint met een bezoek aan Kamerlid Esmé Wiegman van ministers en staatssecretarissen Over het algemeen geldt: als je voor de ChristenUnie. Haar partij staat bekend om een progressief aan te scha!en, ik droomde zelfs een zo groen mogelijke toekomst klimaatbeleid, maar hoe doet ze het zelf? ‘Ik ga dagelijks met de van BMW’s op waterstof, maar bent, kun je beter niet kiezen voor trein van Zwolle naar Den Haag en ook met man en kinderen reis dat is altijd mislukt.
    [Show full text]
  • Personalization of Political Newspaper Coverage: a Longitudinal Study in the Dutch Context Since 1950
    Personalization of political newspaper coverage: a longitudinal study in the Dutch context since 1950 Ellis Aizenberg, Wouter van Atteveldt, Chantal van Son, Franz-Xaver Geiger VU University, Amsterdam This study analyses whether personalization in Dutch political newspaper coverage has increased since 1950. In spite of the assumption that personalization increased over time in The Netherlands, earlier studies on this phenomenon in the Dutch context led to a scattered image. Through automatic and manual content analyses and regression analyses this study shows that personalization did increase in The Netherlands during the last century, the changes toward that increase however, occurred earlier on than expected at first. This study also shows that the focus of reporting on politics is increasingly put on the politician as an individual, the coverage in which these politicians are mentioned however became more substantive and politically relevant. Keywords: Personalization, content analysis, political news coverage, individualization, privatization Introduction When personalization occurs a focus is put on politicians and party leaders as individuals. The context of the news coverage in which they are mentioned becomes more private as their love lives, upbringing, hobbies and characteristics of personal nature seem increasingly thoroughly discussed. An article published in 1984 in the Dutch newspaper De Telegraaf forms a good example here, where a horse race betting event, which is attended by several ministers accompanied by their wives and girlfriends is carefully discussed1. Nowadays personalization is a much-discussed phenomenon in the field of political communication. It can simply be seen as: ‘a process in which the political weight of the individual actor in the political process increases 1 Ererondje (17 juli 1984).
    [Show full text]
  • D66 Doet Weer Mee, Dankzij Leider Alexander Pechtold
    Opgebloeid Ke re l tje D66 doet weer mee, dankzij leider Alexander Pechtold D66 heeft reden tot ijn partij heeft maar drie zetels, maar de Ham zijn de erfgenamen van de „hopeloze situ- ster van Alexander Pechtold (1965) is rij- atie” die door die regeringsdeelname ontstond, Z zende. Het afgelopen jaar is hij gegroeid in de woorden van oud-partijleider en mede-op- dansen, vandaag, op het in de rol van oppositieleider. Pechtold verstaat richter Hans van Mierlo. „We hadden ons recht als geen ander de kunst van het spreken in de van spreken verloren”, zegt hij. „De kiezers ge- congres. De partij lijkt Tweede Kamer: een sierlijke aanloop, een spie- loofden ons niet meer.” Op het 40-jarig jubile- dende, zijwaarste blik richting tv-camera, hand umcongres van de partij, een maand voor de terug van weggeweest. Op aan de microfoon, en péts, een goed geformu- verkiezingen in november 2006, somde Van leerde sneer richting kabinet of voorgaande Mierlo in een zorgelijke toespraak op wat er was spreker. Collega’s en journalisten vermaken misgegaan. D66 had de gevaren van het als der- stap met het boegbeeld. zich er graag mee. Pechtold: „Eerst had ik er de, kleine partij toetreden tot een kabinet met moeite mee als mensen zeiden: je vindt het léuk. CDA en VVD (Balkenende-II) onderschat. De „Je moet er niet aan Ik vond ‘leuk’ een te plat woord voor de ernst oorlog in Irak, het immigratiebeleid van minis- van de onderwerpen die we hier behandelen. ter Verdonk, de VN-missie naar Uruzgan: op denken dat hij een keer Maar ik ga met groot plezier naar mijn werk, dat geen van die grote onderwerpen strookte het klopt.
    [Show full text]
  • Galvanized: the Consequences of the 2005 French and Dutch Rejections
    bs_bs_banner JCMS 2013 Volume 51. Number 1. pp. 65–84 DOI: 10.1111/j.1468-5965.2012.02301.x Euroscepticism Re-galvanized: The Consequences of the 2005 French and Dutch Rejections of the EU Constitutionjcms_2301 65..84 NICK STARTIN1 and ANDRÉ KROUWEL2 1 University of the West of England. 2 Vrije Universiteit Amsterdam Abstract In the spring of 2005, the European Union was plunged into a state of crisis when two of the Union’s founding members (France and the Netherlands) rejected the proposed EU Constitution in two separate referendums. In this article, it is argued that the ‘no’ votes in both countries, despite the support of mainstream political elites and the bulk of the media, should not be viewed with surprise. The article begins by examining the background debate to the referendums in both countries before considering the major issues that dominated the ‘no’ campaigns as well as the issues that motivated the two countries’ electorates in their decisions to reject the EU Constitution. From here, the article examines the significance of the 2005 ‘no’ votes in the current context within France and the Netherlands and argues that the clear polarization of the ‘no’ vote among those from socio-economically less well-off backgrounds is not only the sign of a further widening of the gap between mainstream political elites and their supporters with regard to European integration, but that in turn it is also having a significant impact at a party level in terms of the galvanization of Eurosceptic political parties – particularly the radical right. The article concludes with the argu- ment that 2005 has contributed to the growing salience of Euroscepticism within both countries, which in the context of the crisis in the eurozone is likely to lead to further re-evaluation of the European project among political elites.
    [Show full text]
  • University of Groningen the Incoming Tide Hollander, Jieskje
    University of Groningen The incoming tide Hollander, Jieskje IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document version below. Document Version Publisher's PDF, also known as Version of record Publication date: 2013 Link to publication in University of Groningen/UMCG research database Citation for published version (APA): Hollander, J. (2013). The incoming tide: Dutch reactions to the constitutionalisation of Europe. Groningen: s.n. Copyright Other than for strictly personal use, it is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), unless the work is under an open content license (like Creative Commons). Take-down policy If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim. Downloaded from the University of Groningen/UMCG research database (Pure): http://www.rug.nl/research/portal. For technical reasons the number of authors shown on this cover page is limited to 10 maximum. Download date: 12-11-2019 The Incoming Tide A commercial edition of this thesis will be published in summer 2013. Title: ‘Constitutionalising Europe. Dutch Reactions to an Incoming Tide.’ isbn: 978 90 8952 139 2 Publisher: Europa Law Publishing Copyright © Jieskje Hollander, 2013 Design Joost Dekker i.s.m. de ontwerpvloot Printed by Proefschriftmaken.nl | Uitgeverij BOXPress Published by Uitgeverij BOXPress, ’s-Hertogenbosch This work is part of the research programme Contested Constitutions, which is financed by the Netherlands Organisation for Scientific Research (nwo).
    [Show full text]
  • Geurtz Immune 15-10-2012
    Tilburg University Immune to reform? Understanding democratic reform in three consensus democracies Geurtz, J.C.H.C. Publication date: 2012 Link to publication in Tilburg University Research Portal Citation for published version (APA): Geurtz, J. C. H. C. (2012). Immune to reform? Understanding democratic reform in three consensus democracies: the Netherlands compared with Germany, and Austria. Optima Grafische Communicatie. General rights Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain • You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal Take down policy If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim. Download date: 30. sep. 2021 Immune to reform? Casper Geurtz ISBN: 978-94-6169-300-6 © Casper Geurtz, 2012 No part of this thesis may be reproduced, stored in a retrieval system or transmitted in any form by any means, without permission from the author, or, when appropriate, from the publishers of the publications. Layout and printing: Optima Grafische Communicatie, Rotterdam, The Netherlands Immune to reform? Understanding democratic reform in three consensus democracies: the Netherlands compared with Germany, and Austria Proefschrift ter verkrijging van de graad van doctor aan Tilburg University op gezag van de rector magnificus, prof.
    [Show full text]
  • Koninkrijk Op Eieren 10 Jaar 10-10-10 in Beeld
    Koninkrijk op eieren 10 jaar 10-10-10 in beeld In de bundel ‘Koninkrijk op eieren’ worden momenten beschreven tussen 1954 en 2020 die tevens in beeld zijn vastgelegd waarop bovendien ook veel van de 50 auteurs in actie te zien zijn. Dit ‘album’ bevat - met dank aan o.a. fotograaf Nico van der Ven - een ruime Reflectiesselectie van die vaakop unieke10 beelden.jaar 10-10-10 Samenstelling: René Zwart Het tegelijkertijd op 10 oktober 2010 opheffen van het land NederlandseOp de meeste Antillen, foto’s het ruststichten copyright van de ® nieuwe landen Deze mogen niet zonder schriftelijke Curaçao en Sint Maarten en Bonaire, Sint Eustatius en Saba tot toestemming van de rechthebbende worden bijzondere gemeenten van Nederland maken was een unieke gepubliceerd. staatkundige operatie. Voor vragen|: [email protected]. Maar heeft het ook opgeleverd waarvoor het bedoeld was? Is het Koninkrijk inderdaad beter gaan functioneren? Zijn de burgers - met name die in de Caribische delen - er op vooruitgegaan? En Reflecties op 10 jaar 10-10-10 hebben de nieuwe verhoudingen een positief effect op de sfeer tussen de bestuurders? Vijftig politieke hoofdrolspelers, wetenschappers en andere betrokkenen aan beide zijden van de oceaan delen in deze uitgave hun visie op tien jaar breekbare koninkrijksrelaties. Volgens de samenstellers - emeritus hoogleraar Joop van den Berg en oud-journalist René Zwart - is ‘Koninkrijk op eieren’, meer dan een terugblik op tien jaar 10-10-10, vooral een les voor de toekomst. Uitgave Samenstelling: Joop van den Berg en René Zwart Uitgave 15 december 1954 Koningin Juliana bekrachtigt in de Ridderzaal het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden waarin is vastgelegd hoe de verantwoordelijkheden in het Koninkrijk zijn verdeeld.
    [Show full text]