Opgave Betreffende Het Aantal Graanmolens in 1814 in De Provincie Groningen
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Opgave betreffende het aantal graanmolens in 1814 in de provincie Groningen Bron: toegangsnummer 3, inventarisnummer 1652 3 Gewestelijke Besturen in Groningen, 1798-1814 (1815) Inventaris 13. Archief van de drost, later onderprefect en commissaris van het kwartier 13.6. Landbouw en nijverheid 1652. Opgave betreffende het aantal molens, 1814 14-5-2013 40 fotobestanden gemaakt in het RHC Groninger Archieven Gemeenten in Noord-Groningen: Adorp Loppersum Ulrum Baflo Middelstum Usquert Bedum Siddeburen Warffum Bierum Slochteren Winsum Delfzijl Stedum ‘t Zandt Eenrum Ten Boer Kloosterburen Uithuizen Leens Uithuizermeeden [Tg 3 inv 1652 02] omslag: Opgave betreffende het aantal molens in de gemeenten van het kwartier Appingedam, ingezonden bij den Commissaris van dat kwartier. December 1814 [Tg 3 inv 1652 03] No. 94. Adorp den 9 December 1814. In deze Gemeente is niet meer dan één Molen, waarop niets anders kan gemalen worden dan Rogge, Weite en Beestevoeder, en heeft dus geen vereeniging van bedrijf. Dienende deze tot antwoord op Uw Edel Gestr. Circulaire No. 363, 1 Bur. De Schout in de Gemeente Adorp Geert G. Zijl [Tg 3 inv 1652 04] No. 148. Baflo 8 december 1814 Gehoorzaam obtemporerende, aan Uw Edel Gestr. Circulaire No. 363, 1 Bur., heb ik de Eer, de door Uw Edel Gestr. gerequireerde vragen, mits dezen naar orde te beantwoorden: 1e. Het getal der Molens binnen deze Gemeente is drie, als één te Baflo, één te Raskwert, en een in den Andel. 2e. Die van Baflo en Andel behooren tot de soort van Koornmolens, en die van Raskwert alleen tot Pelmolen. 3e. Vereeniging van bedrijf wordt op geene van deze Molens uitgeoefend. 4 en 5 alzoo niet applicabel. 6. die van Raskwert met name Jan D. Mulder sedert 1e mei 1786. - van den Andel met name G. P. Martini sedert 1 mei 1811 en die van Baflo genaamd Geert C. Mulder, sedert den eersten October 1814; en als wettige Eigenaars hunne molens bezittende. Vertrouwende hiermede voor ditmaal aan de intentie van Uwel Ed. Gestr. te hebben voldaan. de Schout der Gemeente te Baflo. L. L. Wiersum aan den Heer Commissaris in het Kwartier Appingedam. [Tg 3 inv 1652 05] Bedum den 10 december 1814 Ter voldoening aan Uw Ed. Gestr. missive No. 363 1 Bur. heb ik de Eer te berigten dat er zich in deze gemeente drie molens bevinden waarop Granen gepeld of gemalen worden, als Een Pelmolen te Bedum, in het Jaar 1813 nieuw gezet, en in Eigendom bezeten wordende bij Hendrik van Weerden. Een Rogmolen te Bedum, welke sedert het jaar 1804 in Eigendom bezeten wordt bij Jacob Jans Mulder, en Een Rogmolen te Onderdendam, welke sedert het jaar 1800, als Huursman gebruikt wordt bij Pieter Willems Mulder, terwijl dezelve in eigendom behoort aan den Heer I. Wevels te Groningen. Daar er intusschen geen vereeniging van Bedrijf op dezen Molens plaats heeft, zoo kunnen de overige vragen in UwEdGestr. missive vervat door mij niet beantwoord worden. de Schout in de gemeente van Bedum S.D.H. Keus Aan Mijn Heer de Commissaris in het Kwartier Appingedam. [Tg 3 inv 1652 06] Middelstum den 10 december 1814 Ter voldoening aan Uw Ed. Gestr. Circulaire Missive No. 363 1 Bur. heb ik de Eer te berigten dat er in deze gemeente twee Molens zijn waarop granen gepeld of gemalen worden; als Een Rogmolen in Eigendom bezeten wordende sedert het Jaar 1797 bij Jacob Luies Mulder te Middelstum en Een Pelmolen sedert het Jaar 1798 in eigendom bezeten wordende bij Abel Klasen Niehof. Daar intusschen op deze molens geen vereeniging van bedrijf wordt uitgeoeffend als alleenlijk van Abel Klasen Niehof, welke tevens tot het olijslaan gebruikt wordt, kunnen de overige vragen niet beantwoord worden. de Schout in de gemeente Middelstum W. Brommersma, Secretaris Aan Mijn Heer de Commissaris in het Kwartier Appingadam. [Tg 3 inv 1652 07] Bierum den 10 December 1814 In antwoord op Uw EGestr. Missive van den . 1814, 1 B. No. 363 inhoudende eenige vragen nopens Graan of Korenmolens heb ik de Eer ter beantwoording van dezen Uw EGestr. onderstaand Tableau te doen toekomen. De Schout van de Gemeente van Bierum. W. P. Wiertsema 1. Getal molens binnen de Gemeente waarop Granen gepeld of gemalen worden. Naam der Eigenaar Standplaats soort van molen sedert welken tijd en door welken tijtel de tegenswoordige eigenaar den molen bezit. B.D. Poppen - Opgave betreffende het aantal graanmolens in 1814 in de provincie Groningen 2 Holwierde, Wadner Roelfs van Wattum, eigenaar, Klaas Popke de Haan, gebruiker, rog of koornmolen, sedert 1812 door aankoop Losdorp, Jurjen Bos, eigenaar en gebruiker, rog of koornmolen, sedert 1784 door aankoop Losdorp, Walle Pieters Mulder, eigenaar en gebruiker, pelmolen, sedert 1792 door aankoop Aan mijn Heer den Commissaris in het district Appingedam. [Tg 3 inv 1652 08] No. 250 Delfzijl den 17 December 1814 Ter beantwoording van Uw Ed. Gestrenge Circulaire No. 363 1 Bur. heb ik de Eer Uw Ed. Gestrenge te berigten, als dat in mijne Gemeente het getal der molens waarop granen gepeld of gemalen worden zijn vijf in getal als te Farmsum een Pel en een roggemolen als mee eene Boekweiten molen, te Delfzijl Eene roggen en Boekweiten waarop geen vereigend bedrijf word uitgeoefend, en dus de articulen 4, 5 & 6 in gemelde circulaire vervat ten opzigte der molens alhier komen te cesseeren. De Burgemeester der forteresse en Gemeente Delfzijl P. I. Vos Aan mijn Heer den Commissaris in het Kwartier Appingedam te Onderdendam. [Tg 3 inv 1652 09] Eenrum den 6 December 1814 Ten gevolge UEGs. Circulaire No. 363 1e Bur. heb ik de Eer UEG. te berigten: 1e. Het getal der Molens binnen deze Gemeente, waarop granen gepeld of gemalen worden is drie. 2e. Een derzelver, staande te Eenrum, behoort onder de pel- en twee anderen, waarvan een mede te Eenrum, en een te Pieterburen staat behooren onder de zoogenaamde Roggemolens, die tot geene andere Bedrijven worden gebezigd. 3e. Vervalt door 2e 4e. Insgelijks 5e. Mede 6e. Sedert 20 jaren heeft de tegenwoordige bezitter de pelmolen en sedert ruim 14 jaren heeft de tegenwoordige bezitter de Roggemolen te Eenrum gehad, hebbende de tegenwoordige bezitter van de Roggemolen te Pieterburen ruim 6 jaren dezelve als Eigenaar gebruikt: voeren de eerste den Titel van Pelmolenaar en de beide laatsten dien van Roggemolenaars. De Schout van Eenrum J. Hazekamp. Aan den Heere Commissaris in het Kwartier Appingedam [Tg 3 inv 1652 10] Kantens den 10 december 1814 In voldoening aan UEdelG. Circulaire Missive 1 Bur. No. 363 heb ik de Eer te berigten dat zich in deze gemeente twee Rogmolens bevinden, waarvan de een tevens tot het olijslaan gebruikt wordt. Zijnde de eene Rogmolen staande te Kantens sedert het jaar 1803 in eigendom bezeten bij Menke Okkes Stuivenga, en de anderen staande te Zandeweer tevens tot het olijslaan gebezigt wordende is sedert den 22 december 1813 in Eigendom bezeten door Reinder Cornelis Smit, daar er intusschen geen vereeniging van bedrijf exept het olijslaan op deze Molens uitgeoeffend wordt. Zoo zijn de overige vragen door mij niet kunnen beantwoord worden. de Schout in de gemeente van Kantens A. S. Pluis Mijn Heer de Commissaris in het Kwartier Appingedam B.D. Poppen - Opgave betreffende het aantal graanmolens in 1814 in de provincie Groningen 3 [Tg 3 inv 1652 11] No. 35 Kloosterbuiren den 10 December 1814 Deze dient ten antwoord op UwEGestr. Missive in dato den . 1ste Bur No. 363 om opgaar der molens te doen. 1e. In deze gemeente bestaat Een molen. 2e. Zijnde een Rogge molen. 3e. Er heeft geen bedrijf met verenigd geweest. 4e. - 5 - 6e. Zedert den 1 Mei 1807 heeft den tegenwoordige eigenaar de molen als molenaar bezeten met naam Wibbe W. Kloosterhuis. Ik verzeker UWEGestr. Heer van mijn bijzonder hoogagting en Respect. De Schout der gemeente Kloosterbuiren. H. K. Borgman Aan den UWEGestr. Heer Commissaris in het Kwartier Appingadam [Tg 3 inv 1652 12a] [Tg 3 inv 1652 12b] Leens den 9 Dec. 1814 Antwoord op UWEdGestr. messive zonder datum 1814 circulaire nr. 363 1 Bur houdende een zestal vragen omtrent de molens dezer Gemeente om dezelven vragen voor den 10 Dec. te doen beantwoorden. 1 Getal molens dezer gemeente zijn vier in getal, daar granen gepeld of gemalen worden. 2 Tot welke zoort derzelven behoren 1 Pelmolen en 3 Roggemollens 3 de vereeniging van bedrijf op Elke molen voor het jongst verbod uitgez de Pelmolen niet anders gemalen als Garst gepelt tot Gort. den drie Rogge molens word op gemalen Rogge, weit, garst, garstenbonen, haver en bonen alle tot meel gemalen 4 op welk regt die vereeniging geggrond is, op een acte van admissie voor de Rogge molens dato den 2 Nov. ll. 5 door den directeur der indirecte Belastingen provincie Groningen 6 Eigenaar der pelmolen is de Wed. Fimme Wibbes van Douwen, conje Klasen Dijkhuis de molen is wel 100 jaren onder den Familie geweest. de Roggemolen tot Wehe is Eigenaar Albert Riewolds Danhoft heeft hem bezeten plm. 10 jaren de Roggemolen te Leens, Eigenaar de Wed. Lubbert Jans Cuiper, Grietje Andrees Huizenga heeft dezelven bezeten plm. 9 jaren ad idem te Schouwerzijl Eigenaar is Klaas Eppes Wierenga en heeft dezelve molen bezeten 3 jaren Heb de eer UWEd deze opgaven zo goed mij doendelijk is te doen toekomen. Ben met de Bezondere Hoogachting UwE dienaar De Schout J. van Julsinghe Commissaris in ‘t arrondissement Appingadam [Tg 3 inv 1652 13] No. 134. Loppersum den 10 December 1814. Het is ten gevolge UHEGestr. Circulaire No. 363 1e Bureau zonder dagtekening, dat ik de Eer heb UHEGestr. in te zenden eene opgaaf van het getal molens binnen deze Gemeente waarop granen gepeld of gemalen worden; bestaande dezelven in: 1e. Een pelmolen, waarop nimmer eenige vereeniging van bedrijf is uitgeoeffend, toebehorende B.D.