De Bataafsche Republiek

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

De Bataafsche Republiek DE BATAAFSCHE :-: REPUBLIEK :-: DOOR Dr. h. t. colenbrander Nederlandsche Historische Bibliotheek onder leiding van Prof. Dr. H. Brugmans Voor dit werk zijn prachtbanden verkrijgbaar met daarbij passend schutblad tegen den prijs van 75 cent. Digitized by the Internet Archive in 2014 https://archive.org/details/debataafscherepuOOcole Nederlandsche Historische Bibliotheek ONDER LEIDING VAN Prof. Dr. H. BRUGMANS. I DE BATAAFSCHE REPUBLIEK, DOOR Dr. H. T. colenbrander. II PRINSES WILHELMINA, Gemalin \'an Prins Willem V, DOOR johanna w. a. naber. DE BATAAFSCHE REPUBLIEK DOOR dr. h. t. colenbrander. NEDERLANDSCHE HISTORISCHE BIBLIOTHEEK UITGEGEVEN ONDER LEIDING VAN Prof. Dr. H. BRUGMANS. I. DE BATAAFSCHE REPUBLIEK DOOR Dr. H. T. colenbrander. UITGEGEVEN TE AMSTERDAM DOOR MEULENHOFF & Go. IN HET JAAR 1908. Zwartekunstpreiit door Ch. H. Hodges. DE BATAAFSCHE REPUBLIEK DOOR dr. h. t. colenbrander. (iEILLUSTREEKL) UNDER 'l'C )EZJCliT \ AN E. VV. MOES, DIRECTEUR VAN 's KIJKS 1'UENTENKABINET. UITGEGEVEN TE AMSTERDAM DOOR MEULENHOFF & Co. IN HET JAAR 1908. GEDRUKT TE AMSTERDAM BIJ IPENBUUR & VAN SELDAM. INHOUD. Voorbericht. f)e Bataafsche Republiek i I. De Omwenteling , 3 II. De Nationale Vergadeing 73 III. Het Uitvoerend Bewind 175 IV. Het Staatsbewinil 238 , VOORBERICHT Op verzoek van de uitgevers open ik gaarne de ,,Nederland.sche Historische Bibliotheek" met de eerste eener reeks populaire mono- grafiën, evenwijdig gedacht aan mijne, voor een ander publiek bestemde, „Gedenkstukken der Algemeene (jeschiedenis van Nederland van 1795 tot 1840." Een volgend deel zal het bewind van Schimmelpenninck en de regeering van Lodewijk Napoleon bevatten. De reden dezer bijeen- voeging is gegeven aan het slot van het tegenwoordig deel. H. T. C OLENBRANDER. DE BATAAFSCHE REPUBLIEK De geschiedenis der Bataafsche omwenteling heeft niets van het grootsche, dat die der Fransche onderscheidt; echter moet zij door het Nederlandsche volk worden gekend, omdat het onze omwenteling is: de inleiding en voorwaarde van ons hedendaagsch volksbestaan. Een groote Europeesche beweging was noodig om de oude Republiek der Vereenigde Nederlanden, die wij zelf niet hadden weten te her- vormen, op te ruimen. Dit is met geweld, en door vreemde handen, geschied. Wij hebben toen, voor jaren lang, het stuur over onze eigen lot- gevallen verloren, hebben in knechtschap geleefd, zijn eindelijk deel van Frankrijk geworden zelfs naar de letter. Die boei heeft 1813 geslaakt, zonder dat daarom de indrukselen verdwenen. Op een oogenblik, dat alles in F2uropa om ,, restauratie" riep, hebben wij het wezenlijke der nieuwe instellingen behouden. Dit zou niet zijn geschied, indien zij niet voorzien hadden in een werkelijke behoefte. Wij hebben het nieuwe van vreemden ontvangen, ja; maar tevens waren wij er rijp voor. Zoo heeft, niettegenstaande het herstel der nationale onafhankelijkheid, de Fransche revolutie in onze geschiedenis een zoo diepe insnijding gemaakt als misschien nergens elders buiten Frankrijk. De nieuwe positie van ons vorstenhuis zelve is ondenkbaar zonder haar, en van cie in ons land bestaande partijen is er, niettegenstaande bedrieglijke uithangborden, feitelijk geen enkele die tegen het eindresultaat der jaren van revolutie en onderwerping reageert. Niemand wil 18 13 ongedaan maken, en 1813 is de niet voorziene, niet bedoelde, maar voor den historicus daarom niet minder ontwijfelbare uitkomst van revolutie en onderwerping geweest. Zonder 1795 geen nieuwe Nederlandsche geschie- denis ; zonder de gewelddadige omverwerping van het oude geen nieuw Nederlandsch volksbestaan. EERSTE HOOFDSTUK DE OMWENTELING Het wonder is niet, dat de oude Nederlandsche staat in 1795 gevallen is, maar dat hij toen nog bestond. De Republiek der Vereenigde Nederlanden was een organisatie uit noodweer geweest, dateerende uit den opstand tegen Spanje. Dat zij niet blijven kon, had reeds Oldenbarnevelt voorspeld in de jaren vóór het Twaalfjarig Bestand. Zij had haar leven verlengd door tempering van haar federalistisch principe, maar de ontwikkeling, die van de Oranje's de souvereinen van het land had kunnen maken, was tweemaa^ door een sterfgeval gestuit, en in de achttiende eeuw deelde het vorstenhuis in het algemeen verval der natie. Willem IV verstond de opdracht niet die het volk hem in 1748 meende te geven, en Willem V heeft van de drijfveeren van zijn tijd nooit eenig begrip gehad. Tijdens zijn stadhouderschap kwam feitelijk de oude Republiek tot ontbinding. riep .grondwettig herstel", feitelijk bedoelde Men om , maar men er de verovering der regeermacht door de gegoede en onderwezen middenklasse mee, die de kern uitmaakte der vrijkorpsen en vaderland- sche sociëteiten. Men lette slechts op de ontwikkeling der gebeurtenissen in die steden waar het democratische patriotisme voor een oogenblik zijn doel bereikt, als te Utrecht. Het werkelijke verschil met vroeger is, dat de burgerklasse er de regeeringszetels inneemt. In de groote Hol- landsche steden stond hetzelfde voor de deur, en de zekerheid hiervan heeft de patriciërs hun vrede met den prins doen sluiten. Een zeer ver- warde toestand treedt dan in : de aristocratisch-orangistische coalitie durft niet toe te slaan, de democraten van hun zijde wagen evenmin . 4 Dc Uitgcwckoioi een algemeenen aanval. Het buitenland brengt de beslissing verandering ; in de buitenlandsche verhoudingen kan die dus doen herzien. Hierop rekenen de talrijke uitgewekenen, die in België en Frankrijk veiligheid hebben gezocht tegen de vervolgingen der herstelde regenten- justitie. Dit geschiedde op het eind van 1787, en dus anderhalf jaar voor het begin der Fransche omwenteling zelve. Kort nadat die is uit- gebroken, vergaderen te Brussel de aanzienlijksten onder hen, om af te spreken wat zij doen zullen indien de omstandigheden tot een oorlog tusschen Frankrijk en de Republiek der Vereenigde Nederlanden leiden. In alle steden waar de Franschen binnendringen zal een commissaris van Zijne Allerchristeliikste Majesteit de regeering afzetten en door patriotten vervangen. In plaats van de Statenvergaderingen treden provisioneele provinciale comité's op ; in plaats van de Staten-Generaal een algemeen nationaal comité, dat zijn voorname werk zal maken van de bijeenroeping eener Nederlandsche Constituante, en een plan daartoe zal doen uitwerken door eene commissie ad hoe. Deze hoofddenkbeelden, die in 1795 na- genoeg juist zoo tot uitvoering zijn gekomen, hebben dus van October 1789 af, datum van het hier bedoelde project, vastgestaan. In de ope- ningsvergadering van het algemeen nationaal comité zal de Fransche commissaris ,,aantoonen de verpligting van deze Natie aan Vrankrijk, dat door 't temporair conquesteren van deeze Landen niets anders beoogt dan om aan deze gewesten door deszelfs veelvermogende intercessie een Constitutie te bezorgen, die, door eene behoorlijke volksinvloed gereegeld en door eene waare Republicainsche vrijheid bestuurd, op zodanige on- wankelbare gronden kan gevestigd worden, dat deeze Staat, door 's Heemels Hooge Bijstand bestuurd en gezeegend, niet alleen 't hoofd zal kunnen opsteeken onder de gedugtste Mogendheden van Europa, maar ook, door eendragtige medewerking ten algemeenen nutte met ter zijde stelling van alle eigenbelang een der gelukkigste Landen der Wereld geworden zijnde, aan derzelver Ingezetenen eene ongestoorde rust en overvloed van allerlij welvaart zal kunnen bezorgen." Dit grenzeloos idealisme was de toon van den dag in Frankrijk, thans 1) Gedenkstukken der Algemeene Geschiedenis van Nederland van ijgs tot 184.0^ I, 11. — Ik vestig er de aandacht op, dat de bewijsstukken voor mijne voorstelling van de geschiedenis der Bataafsche Republiek voor een groot deel te vinden zijn in deze door mij beviferkte uitgave der Commissie voor 's Rijks Geschiedkundige Publicatiën, waarvan thans drie deelen. loopende tot 1801, verschenen zijn, en een vierde ter perse is. Dc Uitgcivt'koien. 5 leermeesteres der wereld in eigen oogen en in die van bewonderende buitenlanders gelijkelijk. De „Bataven" (de naam is van deze jaren) liepen de deur der Fransche politieke vergaderingen en politieke clubs plat, om het kleine volk in de bescherming van het groote aan te bevelen. Zij bedienden zich daarbij van de leugenachtige voorstelling, dat zij in 1787 juist hetzelfde hadden gewild als de Franschen nu verwezenlijkten. Zelfbedrog ! het ideaal der één- en ondeelbaarheid was aan de beweging van 1787 volstrekt vreemd geweest. En was het zelfs zelfbedrog, — niet kortweg bedrog.-' Het doet vreemd aan, een der voornaamste leden van de Bataafsche deputatie, die in de vergadering der Jacobijnen deze bewering had voorgedragen, aan den woordvoerder dier deputatie in een vertrou- welijken brief te zien schrijven : ,,\Vij hebben nimnler in de zinnen gehad om zulke opofferingen te doen gelijk hier gedaan zijn.''^) En een Fransch journalist, die het grootste gedeelte van zijn leven te Leiden had doorgebracht aan de bekende courant der Luzac's, schrijft uit Parijs aan zijn voormaligen Hollandschen patroon : ,,I1 n'y a point de pa\'s dans Ie monde, oü il règne tant de sortes d'égoisme que dans votre Répul)litjue : égoisme de ville, égoisme de province, égoisme d'état ." OU de profession, égoisme personnel . En zulk eene natie zou in staat zijn om, in een opwelling van grootmoedigheid, het Fransche voorbeeld te volgen.?-) Bood het verleden van die ,, Bataafsche" petitionarissen dan eenigen waarborg voor hunne revolutionnaire gezindheid.? Iemand als wel dat zij er niet uitzagen als zij Marat merkte op sansculotten ; en waren niet de vrienden en beschermelingen geweest
Recommended publications
  • Peace of Paris (1783) 1 Peace of Paris (1783)
    Peace of Paris (1783) 1 Peace of Paris (1783) The Peace of Paris (1783) was the set of treaties which ended the American Revolutionary War. On 3 September 1783, representatives of King George III of Great Britain signed a treaty in Paris with representatives of the United States of America—commonly known as the Treaty of Paris (1783)—and two treaties at Versailles with representatives of King Louis XVI of France and King Charles III of Spain—commonly known as the Treaties of Versailles (1783). The previous day, a preliminary treaty had been signed with representatives of the States General of the Dutch Republic, but the final treaty which ended the Fourth Anglo-Dutch War was not signed until 20 May 1784; for convenience, however, it is included in the summaries below. The British lost their Thirteen Colonies and the defeat marked the end of the First British Empire. The United States gained more than it expected, thanks to the award of western territory.[1] The other Allies had mixed-to-poor results. France won a propaganda victory over Britain after its defeat in the Seven Years War, however its material gains were minimal and its financial losses huge. It was already in financial trouble and its borrowing to pay for the war used up all its credit and created the financial disasters that marked the 1780s. Historians link those disasters to the coming of the French Revolution. The Dutch did not gain anything of significant value at the end of the war. The Spanish had a mixed result; they did not achieve their primary war goal of recovering Gibraltar, but they did gain some territory.
    [Show full text]
  • De Bataafse Reactie Bataafs Constitutioneel Denken En De Staatsregeling Van 1801 Dirk Alkemade
    Bataafs constitutioneel denken de en de staatsregeling van 1801 bataafse reactie Dirk Alkemade De Bataafse reactie Bataafs constitutioneel denken en de staatsregeling van 1801 Dirk Alkemade Definitieve versie Masterscriptie Onderzoeksmaster Geschiedenis November 2014 – Universiteit van Amsterdam Dirk Alkemade – 06xxxxxxxx – [email protected] Eerste lezer: prof.dr. N.C.F. van Sas Tweede lezer: prof.dr. W.R.E. Velema …’t Is waar, de constitutie heeft, zedert uw leeftijd, merkelijke veranderingen ondergaan, doch het waaren meestäl verbeteringen. Het Bataafsche Volk is van geen driftigen opstuivenden aart, dus sloeg het, tot geen uittersten van gewelddaadigheid over: het redeneerde en vond het gebreken in zijne Regeeringsvorm, of misdrijven en ondeugden in zijne bestuurders, het toonde ’er openlijk en openhartig zijn misnoegen over. De vierschaar van het algemeen gevoelen is, zedert uwe eeuw, de gedugste van alle geworden. Gerrit Paape (1798) Revoluties hebben iets aantrekkelijks. Iedereen heeft bezwaren tegen de bestaande orde. Er zijn heel wat misstanden, waar een einde aan moet worden gemaakt. Allerlei dingen moeten nodig worden afgeschaft. Andere dingen moeten nodig worden ingevoerd. Het lijstje van die dingen is aan verandering, aan mode onderhevig. Karel van het Reve (1990) Omslag: Gezelschap aan de oever van het meer Brouwerskolk te Overveen (uitsnede) Prent van Izaak Jansz. de Wit naar een tekening van Wybrand Hendriks, Haarlem 1800 Collectie Rijksmuseum Inhoudsopgave Inleiding 5 1. Grondwet & staatsregeling 18 De opkomst van een politiek begrip 1780-1798 2. Gebreken en botsingen 31 Grondwetsdiscussie in het parlement 3. Vierschaar van het algemeen gevoelen 49 Grondwetsdiscussie in de politieke pers 4. Vrij rustig, niettegenstaande er iets broeit 68 Het referendum van oktober 1801 5.
    [Show full text]
  • Public Opinion and Foreign Policy: British and French Relations with the Netherlands
    Public Opinion and Foreign Policy: British and French Relations with the Netherlands, 1785-1815 Graeme Edward Callister PhD University of York Department of History September 2013 ABSTRACT This thesis examines the interplay of public opinion, national identity and foreign policy during the period 1785-1815, focusing on three consistently interconnected countries: the Netherlands, France and Great Britain. The Netherlands provides the centrepiece to the study, which considers how the Dutch were perceived as a nation, a people and as a political entity, at both governmental and popular levels, in the three countries throughout the period. Public opinion is theorised as a two-part phenomenon. Active public opinion represents the collated thoughts and responses of a certain public to an event or set of circumstances. Latent public opinion represents the sum of generally-accepted underlying social norms, stereotypes or preconceptions; the perceptions and representations latently present in unconscious mentalités. The thesis examines how perceptions and representations of the Netherlands in all three countries fed into public opinion and, ultimately, into national identity either of the self or the ‘other’. It then investigates the extent to which the triangular policies of Britain, France and the various incarnations of the Dutch state were shaped by popular perceptions, identities and opinion. While active opinion is shown to have generally been of negligible importance to the policy-making process, it is argued that the underlying themes of latent opinion often provided the conceptual background that politicians from all three countries used to make policy. The influence of latent opinion was often as much unconscious as deliberate.
    [Show full text]
  • Bert Koene, Schijngestalten. De Levens Van Diplomaat En Rokkenjager Gerard Brantsen (1735-1809) (Hilversum: Verloren, 2013, 408 Pp., ISBN 978 90 8704 336 0)
    BMGN - Low Countries Historical Review | Volume 129-3 (2014) | review 40 Bert Koene, Schijngestalten. De levens van diplomaat en rokkenjager Gerard Brantsen (1735-1809) (Hilversum: Verloren, 2013, 408 pp., ISBN 978 90 8704 336 0). Gerard Brantsen (1735-1809) kon aan het einde van zijn leven terugzien op een langdurige bestuurlijke loopbaan met verschillende hoogtepunten: 1760-1788 lid van de stadsregering van Arnhem, 1764-1782 gedeputeerde voor Gelderland in de Staten- Generaal, 1782-1787 gevolmachtigd minister en daarna extraordinaris ambassadeur in Parijs, 1787-1795 ambteloos burger, vooral in Parijs wonend maar in 1794 toch belast met vredesonderhandelingen met Frankrijk, 1795-1801 nogmaals ambteloos en vooral weer in Parijs verblijvend, 1801-1805 lid van het Staatsbewind en in dat kader in 1804 vertegenwoordiger bij de kroning tot keizer van Napoleon, 1805-1806 ordinaris ambassadeur in Parijs, 1806 grootceremoniemeester aan het hof van Lodewijk Napoleon. Brantsen was dus een politiek overlever. Toch was zijn pers publiekelijk en bij menig regeerder niet positief. Aan deze figuur wijdde Bert Koene een lijvig boek. Maar wat voor boek? Een biografie? Daarvoor ontbreekt teveel de biografische invalshoek. Een politieke studie? Dan had het politieke handwerk van Brantsen centraler moeten staan. Het boek laat zich het best typeren als ‘Gerard Brantsen, in het bijzonder vanuit zijn brieven aan zijn broer’ en zo introduceert Koene zijn werk ook. Brantsen schreef vanuit Den Haag en Parijs zijn jongere broer Derk (een Gelders regent) circa tweeduizend informatieve, onderhoudende, brieven. Zij betroffen de Arnhemse, Gelderse en Haags landelijke politiek, de ambassadeurschappen in Parijs, familieaangelegenheden en vele wederwaardigheden. Koene heeft sommige zijpaden in aparte kaders geplaatst, een oplossing die goed werkt, maar desondanks heeft de hoofdtekst nogal eens een anekdotisch karakter met uitwijdingen over de gezondheid en amoureuze avonturen van Brantsen en het wel en wee van zijn geliefde honden.
    [Show full text]
  • Zitierhinweis Copyright Haks, Donald. "Bert Koene
    Zitierhinweis Haks, Donald. "Bert Koene, Schijngestalten. De levens van diplomaat en rokkenjager Gerard Brantsen (1735-1809)." BMGN - Low Countries Historical Review [Online], 129.3 (2014): review 40. Web First published: http://www.bmgn-lchr.nl/index.php/bmgn/article/view/9537/... copyright Dieser Beitrag kann vom Nutzer zu eigenen nicht-kommerziellen Zwecken heruntergeladen und/oder ausgedruckt werden. Darüber hinaus gehende Nutzungen sind ohne weitere Genehmigung der Rechteinhaber nur im Rahmen der gesetzlichen Schrankenbestimmungen (§§ 44a-63a UrhG) zulässig. BMGN - Low Countries Historical Review | Volume 129-3 (2014) | review 40 Bert Koene, Schijngestalten. De levens van diplomaat en rokkenjager Gerard Brantsen (1735-1809) (Hilversum: Verloren, 2013, 408 pp., ISBN 978 90 8704 336 0). Gerard Brantsen (1735-1809) kon aan het einde van zijn leven terugzien op een langdurige bestuurlijke loopbaan met verschillende hoogtepunten: 1760-1788 lid van de stadsregering van Arnhem, 1764-1782 gedeputeerde voor Gelderland in de Staten- Generaal, 1782-1787 gevolmachtigd minister en daarna extraordinaris ambassadeur in Parijs, 1787-1795 ambteloos burger, vooral in Parijs wonend maar in 1794 toch belast met vredesonderhandelingen met Frankrijk, 1795-1801 nogmaals ambteloos en vooral weer in Parijs verblijvend, 1801-1805 lid van het Staatsbewind en in dat kader in 1804 vertegenwoordiger bij de kroning tot keizer van Napoleon, 1805-1806 ordinaris ambassadeur in Parijs, 1806 grootceremoniemeester aan het hof van Lodewijk Napoleon. Brantsen was dus een politiek overlever. Toch was zijn pers publiekelijk en bij menig regeerder niet positief. Aan deze figuur wijdde Bert Koene een lijvig boek. Maar wat voor boek? Een biografie? Daarvoor ontbreekt teveel de biografische invalshoek. Een politieke studie? Dan had het politieke handwerk van Brantsen centraler moeten staan.
    [Show full text]
  • Raadpensionaris Van Bleiswijk 3
    Nummer Toegang: 3.01.25 Inventaris van het archief van Pieter van Bleiswijk, 1772-1787 Versie: 08-08-2019 W.E. Meiboom Nationaal Archief, Den Haag 1982 This finding aid is written in Dutch. 3.01.25 Raadpensionaris Van Bleiswijk 3 INHOUDSOPGAVE Beschrijving van het archief......................................................................................9 Aanwijzingen voor de gebruiker...............................................................................................10 Openbaarheidsbeperkingen......................................................................................................10 Beperkingen aan het gebruik....................................................................................................10 Materiële beperkingen..............................................................................................................10 Aanvraaginstructie....................................................................................................................10 Citeerinstructie.......................................................................................................................... 10 Archiefvorming..........................................................................................................................11 Geschiedenis van de archiefvormer...........................................................................................11 Levensloop van Pieter van Bleiswijk.....................................................................................11 Problemen tijdens
    [Show full text]
  • Inhoudsopgave
    Index - Inhoudsopgave Before 1500 – Voor 1500 10 Delft, Marieke van, Van wiegendruk tot world wide web. Bijzondere collecties en de vele geschiedenissen van het gedrukte boek (Dissertatie Katholieke Universiteit Leuven 2014; Bijdragen tot de geschiedenis van de Nederlandse boekhandel 17; Zutphen: Walburg Pers, 2015, 415 pp., ISBN 978 90 5730 634 1) (Lizet Duyvendak) DOI: 10.18352/bmgn-lchr.10281; 131:4 review 68 10 Jansen, Jeroen, Laan, Nico (eds.), Van hof tot overheid. Geschiedenis van literaire instituties in Nederland en Vlaanderen (Hilversum: Verloren, 2015, 352 pp., ISBN 978 90 8704 544 9) (Laurens Ham) DOI: 10.18352/bmgn-lchr.10253; 131:3 review 53 13 1500-1600 16 Botley, Paul, Richard ‘Dutch’ Thomson, c. 1569-1613. The Life and Letters of a Renaissance Scholar (Scientific and Learned Cultures and Their Institutions 16, Leiden and Boston: Brill, 2016, vi-xv + 385 pp., ISBN 978 90 04 30824 4) (Dirk van Miert) DOI: 10.18352/bmgn- lchr.10275; 131:4 review 62 16 Christman, Victoria, Pragmatic Toleration. The Politics of Religious Heterodoxy in Early Reformation Antwerp, 1515-1555. Changing Perspectives on Early Modern Europe (Rochester NY: University of Rochester Press, 2015, viii + 241 pp., ISBN 978 1 58046 516 8) (Violet Soen) DOI: 10.18352/bmgn-lchr.10295; 131:4 review 82 19 Cöp, Wim, Het spel van de macht. De familie Van Broechoven en de politieke en economische elite in ’s-Hertogenbosch tussen 1597 en 1629 (Dissertatie Tilburg University 2014; Hilversum: Verloren, 2015, 344 pp., ISBN 978 90 8704 464 0) (Klaas Van Gelder) DOI: 10.18352/bmgn-lchr.10216;131:2 review 33 21 Deen, Femke, Publiek debat en propaganda in Amsterdam tijdens de Nederlandse Opstand.
    [Show full text]
  • University of Groningen Voor Revolutiën Gebooren Huisman
    University of Groningen Voor revolutiën gebooren Huisman, Gerda C.; Bosscha, Johannes IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document version below. Document Version Publisher's PDF, also known as Version of record Publication date: 2001 Link to publication in University of Groningen/UMCG research database Citation for published version (APA): Huisman, G. C. (editor), & Bosscha, J. (2001). Voor revolutiën gebooren: brieven van Johannes Bosscha aan Gerard Tjaard Suringar, Parijs, 1788-1793. s.n. Copyright Other than for strictly personal use, it is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), unless the work is under an open content license (like Creative Commons). The publication may also be distributed here under the terms of Article 25fa of the Dutch Copyright Act, indicated by the “Taverne” license. More information can be found on the University of Groningen website: https://www.rug.nl/library/open-access/self-archiving-pure/taverne- amendment. Take-down policy If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim. Downloaded from the University of Groningen/UMCG research database (Pure): http://www.rug.nl/research/portal. For technical reasons the number of authors shown on this cover page is limited to 10 maximum. Download date: 29-09-2021 VOOR REVOLUTIËN GEBOOREN VOOR REVOLUTIËN GEBOOREN BRIEVEN VAN JOHANNES BOSSCHA AAN GERARD TJAARD SURINGAR PARIJS, 1788-1793 uitgegeven door GERDA C.
    [Show full text]
  • Jacob Campo Weyerman
    inhoud 1 Rietje van Vliet De zwanzen van Brans. Weyerman als kroongetuige voor het pangermanistisch gelijk 12 Frida van Til De nieuwe Moeder de Gans in het verlichte Nederland van de achttiende eeuw 24 John Besseling Voltaire, Joan Jacob Mauricius en de Surinaamse slavernij JCW 35 Rindert Jagersma Het leven van de polemist, vrijdenker en pamflettist Ericus Walten (1662–1697) 44 Jac Fuchs Engelse bronnen voor enkele Weyerman-geschriften. Eenige letterlievende betrachtingen (1742), Redenvoering over het geheugen en Vreugdegejuygh (1744) 50 Rudolf Dekker Hoe Constantijn Huygens jr. 128 tekeningen van Leonardo da Vinci kocht. Een kunstkenner aan het hof van Willem iii te Londen 61 Claudette Baar-de Weerd ‘Ik spreek zoals ik ben, en denk gelijk ik schrijf ’. De ongepubliceerde verzen van Maria Louiza Carelius (1746–1818) 72 De Vrolyke Navorscher 74 Recensies 88 Signaleringen 93 Verschenen Mededelingen jcw 36 (2013), nr. 1 bevat bijdragen van: Claudette Baar-de Weerd ([email protected]) John Besseling ([email protected]) Rudolf Dekker ([email protected]) Jozien J. Driessen van het Reve ([email protected]) Jac Fuchs ([email protected]) mededelingen van de stichting Anna de Haas ([email protected]) Cis van Heertum ([email protected]) jacob campo weyerman Dini Helmers ([email protected]) Rindert Jagersma ([email protected]) Edwin van Meerkerk ([email protected]) • Frida van Til ([email protected]) jaargang 36 • nummer 1 • zomer 2013 Rietje van Vliet ([email protected]) René Willemsen ([email protected]) mededelingen van de stichting jacob campo weyerman 36 (2013), 1 1 2164 JCW 2013-01 COVER.indd 1 01-07-13 12:11 mededelingen van de stichting Verschijnt twee maal per jaar.
    [Show full text]
  • Download Download
    virtus 20 Journal of Nobility Studies virtus virtus 20 2013 20 | 2013 virtus 20 | 2013 Serge ter Braake* Patriotten en prinsgezinden in Gelderland door de ogen van drie notabelen 238 J. Baartmans, Robert Jasper baron van der Capellen tot den Marsch (1743- 1814). Regent, democraat en huisvader (Hilversum: Verloren, 2010, 236 p., ill.); M.A.M. Franken, Willem Anne Schimmelpenninck van der Oije. Een notabel Gelders regent op het breukvlak der tijden, 1750-1816 (Utrecht: Matrijs, 2011, 256 p., ill.); B. Koene, Schijngestalten. De levens van diplomaat en rokkenjager Gerard Brantsen (1735-1809) (Hilversum: Verloren, 2013, 408 p., ill.) Nederland aan het einde van de achttiende eeuw mag zich de afgelopen jaren verheugen in een gezonde stroom van publicaties. Zowel wetenschappers als leken zijn weer in toenemen- de mate geïnteresseerd in deze periode van patriotten en prinsgezinden. De mannen die het onderwerp zijn van de hier te bespreken drie biografieën bewogen zich in die tijd in de top van de Nederlandse maatschappij. Het aardige van het samen bespreken van deze drie bio- grafieën is dat ze handelen over drie mannen uit Gelderland, van wie één duidelijke patriot, één duidelijke orangist en één gematigde patriot. We krijgen daardoor een gevarieerd per- spectief op verschillende belangrijke gebeurtenissen uit de vaderlandse geschiedenis. Voordat we kijken naar de biografieën zelf eerst kort iets over de auteurs. Wat meteen opvalt is dat het gaat om drie heren van gevorderde leeftijd. Jacques Baartmans (1937) en Martien Franken (1931) stammen nog van voor de oorlog, terwijl ook Bert Koene (1943) al enige tijd met pensioen is. Baartmans promoveerde in 2001 op een proefschrift over ge- schriften van Noord-Nederlandse patriotten in de Oostenrijkse Nederlanden en heeft ook nog diverse andere werken op zijn naam staan.
    [Show full text]
  • Bosscha, Johannes
    University of Groningen Voor revolutiën gebooren Huisman, Gerda C.; Bosscha, Johannes IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document version below. Document Version Publisher's PDF, also known as Version of record Publication date: 2001 Link to publication in University of Groningen/UMCG research database Citation for published version (APA): Huisman, G. C. (editor), & Bosscha, J. (2001). Voor revolutiën gebooren: brieven van Johannes Bosscha aan Gerard Tjaard Suringar, Parijs, 1788-1793. s.n. Copyright Other than for strictly personal use, it is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), unless the work is under an open content license (like Creative Commons). Take-down policy If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim. Downloaded from the University of Groningen/UMCG research database (Pure): http://www.rug.nl/research/portal. For technical reasons the number of authors shown on this cover page is limited to 10 maximum. Download date: 12-11-2019 VOOR REVOLUTIËN GEBOOREN VOOR REVOLUTIËN GEBOOREN BRIEVEN VAN JOHANNES BOSSCHA AAN GERARD TJAARD SURINGAR PARIJS, 1788-1793 uitgegeven door GERDA C. HUISMAN copyright etc. 5 Inhoud Voorwoord 7 Lijst van illustraties 9 Inleiding 11 Opmerkingen over de uitgave 45 Brieven 1. 16 november 1788 47 2. 25 januari 1789 54 3. 19 augustus 1789 62 4.
    [Show full text]
  • Bibliography Index Curriculum Vitae
    Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/45861 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Postma, J.K.T. Title: Alexander Gogel (1765-1821): grondlegger van de Nederlandse staat Issue Date: 2017-02-14 Nawoord Alexander Gogel kwam ik voor het eerst op het spoor in de jaren tachtig van de vorige eeuw, toen ik als directeur-generaal van de Rijksbegroting vaak inleidingen hield over de actuele financiële situatie. Daar geschiedenis mijn bijzondere belang- stelling had, verlevendigde ik mijn economisch-politieke speeches met historische verwijzingen. Mijn historische belangstelling bracht mij in contact met de Werkgroep Geschie- denis van de Overheidsfinanciën. Onder anderen Henk Boels, Frans Fox, Wantje Fritschy, Ferdinand Grapperhaus, Tom Pfeil, Joke Roelevink, Albert Scheffers en Tom de Smidt waren daar gesprekspartners. Voor dit gezelschap sprak ik (in 1988) over de geschiedenis van de rijksbegroting in de afgelopen twee eeuwen. Daarbij memoreerde ik, dat Gogel niet alleen een nieuw belastingstelsel had opgezet, maar dat hij ook in bredere zin als eerste Nederlandse minister van Financiën voor de unificatie van de overheidsfinanciën pionierswerk had verricht. Dat alles bood vol- doende aanknopingspunten om in mijn speeches vaak op hem terug te komen. Dat de naam Gogel buiten de kringen van fiscalisten en kenners van de Bataafs- Franse tijd vrij onbekend was, bleek mij nog eens, toen ik in 2006 een boekje met de titel Honderd jaar Miljoenennota presenteerde om te memoreren dat een eeuw daarvoor voor het eerst een miljoenennota was verschenen. Ik liet mijn verhande- ling een eeuw eerder beginnen met het bewind van Gogel, omdat de gang van za- ken na 1906 moeilijk te begrijpen was, als men de ontwikkeling in de negentiende eeuw niet kende.
    [Show full text]