De Bataafse Reactie Bataafs Constitutioneel Denken En De Staatsregeling Van 1801 Dirk Alkemade

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

De Bataafse Reactie Bataafs Constitutioneel Denken En De Staatsregeling Van 1801 Dirk Alkemade Bataafs constitutioneel denken de en de staatsregeling van 1801 bataafse reactie Dirk Alkemade De Bataafse reactie Bataafs constitutioneel denken en de staatsregeling van 1801 Dirk Alkemade Definitieve versie Masterscriptie Onderzoeksmaster Geschiedenis November 2014 – Universiteit van Amsterdam Dirk Alkemade – 06xxxxxxxx – [email protected] Eerste lezer: prof.dr. N.C.F. van Sas Tweede lezer: prof.dr. W.R.E. Velema …’t Is waar, de constitutie heeft, zedert uw leeftijd, merkelijke veranderingen ondergaan, doch het waaren meestäl verbeteringen. Het Bataafsche Volk is van geen driftigen opstuivenden aart, dus sloeg het, tot geen uittersten van gewelddaadigheid over: het redeneerde en vond het gebreken in zijne Regeeringsvorm, of misdrijven en ondeugden in zijne bestuurders, het toonde ’er openlijk en openhartig zijn misnoegen over. De vierschaar van het algemeen gevoelen is, zedert uwe eeuw, de gedugste van alle geworden. Gerrit Paape (1798) Revoluties hebben iets aantrekkelijks. Iedereen heeft bezwaren tegen de bestaande orde. Er zijn heel wat misstanden, waar een einde aan moet worden gemaakt. Allerlei dingen moeten nodig worden afgeschaft. Andere dingen moeten nodig worden ingevoerd. Het lijstje van die dingen is aan verandering, aan mode onderhevig. Karel van het Reve (1990) Omslag: Gezelschap aan de oever van het meer Brouwerskolk te Overveen (uitsnede) Prent van Izaak Jansz. de Wit naar een tekening van Wybrand Hendriks, Haarlem 1800 Collectie Rijksmuseum Inhoudsopgave Inleiding 5 1. Grondwet & staatsregeling 18 De opkomst van een politiek begrip 1780-1798 2. Gebreken en botsingen 31 Grondwetsdiscussie in het parlement 3. Vierschaar van het algemeen gevoelen 49 Grondwetsdiscussie in de politieke pers 4. Vrij rustig, niettegenstaande er iets broeit 68 Het referendum van oktober 1801 5. Weinig meer dan een geraamte 78 De staatsregeling van 1801 Conclusie 95 Bijlage A 102 Bronnen & literatuur 104 Inleiding Het beginnen van een revolutie is niet eenvoudig, een revolutie beëindigen is mogelijk nog lasti- ger. Rond 1799 leek het de Bataafse revolutionairen beide dan toch te zijn gelukt. In de winter van 1794-1795 maakte de Bataafse Omwenteling een einde aan de Republiek van de Zeven Verenigde Nederlanden en het gezag van de stadhouder. Op de plaats van de oude Republiek richtten de Bataafse revolutionairen een nieuw politieke orde op die zij, geheel in de geest van de tijd, grondvestten op de verlichte fundamenten van volkssoevereiniteit, gelijkheid en republi- keins burgerschap. Ofschoon er een staatsgreep van radicale republikeinen aan te pas moest komen, voltooiden zij dit werk in het voorjaar van 1798. Met afkondiging van de staatsregeling van 1798 in mei van dat jaar – de eerste grondwet van Nederland – vestigden zij een moderne eenheidsstaat met een parlementaire democratie en stemrecht voor vrijwel alle volwassen man- nelijke burgers die in hun eigen levensonderhoud konden voorzien. Ruim een jaar later, in het najaar van 1799, doorstond de Bataafse Republiek met de inval van Brits-Russische manschap- pen in Noord-Holland haar eerste vuurproef. Tegen alle verwachting in eindigde deze inval in een overwinning van de Bataafse legers en bleven de gevreesde binnenlandse opstanden van orangisten goeddeels achterwege. De zege werd uitbundig gevierd. Door het gehele land knalden luchtsalvo’s en klonk klaroengeschal. In Den Haag, als vanouds het politieke centrum van de Republiek, werd de feestdag afgesloten met een publiek bal voor alle Hagenezen. Het nieuwe staatsgebouw leek solide en de revolutie voltooid. In 1801 was het tij volledig gekeerd. In maart van dat jaar barstte een heftige discussie los over één van de fundamenten waarop de Republiek was gebouwd. Huldigden de Bataven de staatsregeling van 1798 eerst nog als een bekroning van de herwonnen vrijheid, nu kwam deze grondwet in uitgebreide parlementaire discussies en een golf aan pamfletten onder vuur te lig- gen. Drie leden van het Uitvoerend Bewind, de belangrijkste aanjagers van deze discussie, zagen zich in september 1801 zelfs genoodzaakt een staatsgreep te plegen om vervolgens een nieuw 1 grondwetontwerp in een referendum aan de bevolking voor te leggen. Door de vele thuisblijvers 1 L. de Gou, De staatsregeling van 1801. Bronnen voor de totstandkoming, Rijksgeschiedkundige Publica- tiën, kleine serie 65 (Den Haag 1995) IX-XXVII. 5 als jastemmers aan te merken, kon de nieuwe staatsregeling ‘met goedkeuring van het volk’ op 16 oktober 1801 in werking worden gebracht. De Bataafse Republiek was nog altijd een demo- cratische eenheidsstaat maar nu met een sterk ingekapselde volksvertegenwoordiging, versterkte uitvoerende macht en gedeeltelijke herstelling van de gewestelijke autonomie. De revolutie werd opnieuw tot een einde gebracht. De gebeurtenissen van 1801 zijn het onderwerp van deze scriptie. De kritiek op de staatsre- geling van 1798 en het ontstaan van de nieuwe staatsregeling van 1801 laten zien dat het politie- ke klimaat in de Bataafse Republiek in enkele jaren volledig was omgeslagen. Deze omslag kan het beste worden bestudeerd wanneer oog wordt gehouden voor de bredere ontwikkelingen in het politieke denken gedurende de Bataafse revolutie en de betrekkelijk jonge geschiedenis van het Bataafse grondwetsbegrip. Beide maakten onderdeel uit van een revolutionair-republikeins vertoog dat aan het einde van de achttiende eeuw zowel in de Republiek als in andere landen 2 was ontstaan en dat na de Bataafse Omwenteling de politiek zou overheersen. Vanaf het mid- den van de jaren 1780 raakten de patriotten doordrongen van het besef dat een grondwet een noodzakelijke voorwaarde was voor het vestigen en voortleven van een vrije republiek. Na 1787, toen de patriottenbeweging door de stadhouderlijke en Pruisische legers was neergeslagen en belangrijke patriotse aanvoerders het land waren ontvlucht, bogen zij zich over de vraag hoe een dergelijke grondwet er inhoudelijk uit moest zien. Na de vestiging van de Bataafse Republiek in 1795 zou deze vraag drie jaar lang het politieke debat beheersen, met als uiteindelijk resultaat de staatsregeling in 1798. De Omwenteling in de winter van 1794-1795 had er dus niet alleen voor gezorgd dat de Bataven een nieuwe staatkundige orde moesten creëren op de plaats waar voor- heen het stadhouderlijke en federale stelsel van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden was gevestigd maar tevens dat zij de republikeinse idealen die zij in de voorgaande jaren hadden ontwikkeld eindelijk naar de praktijk konden – en moesten – vertalen. De staatsregeling van 1798 valt vanuit dit perspectief te zien als een belangrijk resultaat van deze vertaalslag. In 1801 stonden de zaken er geheel anders voor. Hoewel de Bataafse Republiek bestendig bleek tegen binnen- en buitenlandse schokken, leek zij in de ogen van veel tijdgenoten niet te voldoen aan de gekoesterde verwachtingen. De Omwenteling had eendracht en gelijkgezindheid moeten brengen, zo stelden zij, maar in de uitgebreide beraadslagingen in het nationale parle- ment zagen zij nog altijd politieke verdeeldheid voortleven. In de loop van 1801 kwamen nu twee groepen tegenover elkaar te staan: zij die stelden dat de staatsregeling van 1798 zo spoedig mogelijk moest worden herzien, tegenover hen een groep die beweerde dat de gebreken in het politieke systeem niet in de staatsregeling waren gelegen, maar in de wijze waarop zij in de praktijk was gebracht. Zoals ik in deze scriptie zal betogen gingen achter deze posities verschil- lende opvattingen over politiek en maatschappij schuil. Ervaringen in de politieke praktijk en de ontevredenheid over het functioneren van de Bataafse staatsinrichting dwongen de politieke aanvoerders in 1801 tot een herwaardering van de eigen republikeinse theorie: zij begonnen te beseffen dat de politieke realiteit weerbarstiger was dan de politieke theorie veronderstelde. Niet 2 W.R.E. Velema, Republicans. Essays on eighteenth-century Dutch political thought (Leiden 2007) 179- 200. 6 de theoretische idealen, maar de praktische ervaringen van de afgelopen jaren hadden nu de bovenhand in het politieke discours en daarmee ook in het ontstaan van de nieuwe staatsrege- ling van 1801. De Nederlandse revolutie De Bataafse grondwetgeschiedenis en de ontwikkeling van het constitutioneel denken aan het einde van de achttiende eeuw vallen historisch samen in een periode die kan worden aangeduid als de Nederlandse revolutie (ca. 1780-1806). De geschiedschrijving van dit tijdvak heeft lange tijd aan de slechte reputatie geleden die zij in de vaderlandse geschiedschrijving van de negen- 3 tiende eeuw heeft opgedaan. Waar negentiende-eeuwse historici de patriotten lange tijd wegzet- ten als krachteloze onrustzaaiers die naar het pijpen dansten van de buitenlandse grootmachten, verweten zij de Bataafse revolutionairen onder het mom van vrijheid, gelijkheid en broederschap het Trojaanse paard van de Franse bezetting te hebben binnengehaald. Daarmee diskwalificeer- den zij ook het staatkundige en democratische experiment dat in de jaren na de Omwenteling van 1795 ten uitvoer werd gebracht als een door de Fransen opgelegd (en dus on-Nederlands) importproduct. De periode liet zich bovendien karakteriseren door het ontbreken van een telg uit het Oranjehuis aan het hoofd van het landsbestuur, hetgeen een verdere inkadering in de 4 nationale geschiedschrijving niet ten goede kwam. Een eerste belangrijke aanzet tot serieuze bestudering van het revolutionaire tijdvak maakte H.Th. Colenbrander rond 1900 met een reeks 5 waardevolle bronnenpublicaties. Zijn overwegend negatieve oordeel van
Recommended publications
  • Peace of Paris (1783) 1 Peace of Paris (1783)
    Peace of Paris (1783) 1 Peace of Paris (1783) The Peace of Paris (1783) was the set of treaties which ended the American Revolutionary War. On 3 September 1783, representatives of King George III of Great Britain signed a treaty in Paris with representatives of the United States of America—commonly known as the Treaty of Paris (1783)—and two treaties at Versailles with representatives of King Louis XVI of France and King Charles III of Spain—commonly known as the Treaties of Versailles (1783). The previous day, a preliminary treaty had been signed with representatives of the States General of the Dutch Republic, but the final treaty which ended the Fourth Anglo-Dutch War was not signed until 20 May 1784; for convenience, however, it is included in the summaries below. The British lost their Thirteen Colonies and the defeat marked the end of the First British Empire. The United States gained more than it expected, thanks to the award of western territory.[1] The other Allies had mixed-to-poor results. France won a propaganda victory over Britain after its defeat in the Seven Years War, however its material gains were minimal and its financial losses huge. It was already in financial trouble and its borrowing to pay for the war used up all its credit and created the financial disasters that marked the 1780s. Historians link those disasters to the coming of the French Revolution. The Dutch did not gain anything of significant value at the end of the war. The Spanish had a mixed result; they did not achieve their primary war goal of recovering Gibraltar, but they did gain some territory.
    [Show full text]
  • Public Opinion and Foreign Policy: British and French Relations with the Netherlands
    Public Opinion and Foreign Policy: British and French Relations with the Netherlands, 1785-1815 Graeme Edward Callister PhD University of York Department of History September 2013 ABSTRACT This thesis examines the interplay of public opinion, national identity and foreign policy during the period 1785-1815, focusing on three consistently interconnected countries: the Netherlands, France and Great Britain. The Netherlands provides the centrepiece to the study, which considers how the Dutch were perceived as a nation, a people and as a political entity, at both governmental and popular levels, in the three countries throughout the period. Public opinion is theorised as a two-part phenomenon. Active public opinion represents the collated thoughts and responses of a certain public to an event or set of circumstances. Latent public opinion represents the sum of generally-accepted underlying social norms, stereotypes or preconceptions; the perceptions and representations latently present in unconscious mentalités. The thesis examines how perceptions and representations of the Netherlands in all three countries fed into public opinion and, ultimately, into national identity either of the self or the ‘other’. It then investigates the extent to which the triangular policies of Britain, France and the various incarnations of the Dutch state were shaped by popular perceptions, identities and opinion. While active opinion is shown to have generally been of negligible importance to the policy-making process, it is argued that the underlying themes of latent opinion often provided the conceptual background that politicians from all three countries used to make policy. The influence of latent opinion was often as much unconscious as deliberate.
    [Show full text]
  • Bert Koene, Schijngestalten. De Levens Van Diplomaat En Rokkenjager Gerard Brantsen (1735-1809) (Hilversum: Verloren, 2013, 408 Pp., ISBN 978 90 8704 336 0)
    BMGN - Low Countries Historical Review | Volume 129-3 (2014) | review 40 Bert Koene, Schijngestalten. De levens van diplomaat en rokkenjager Gerard Brantsen (1735-1809) (Hilversum: Verloren, 2013, 408 pp., ISBN 978 90 8704 336 0). Gerard Brantsen (1735-1809) kon aan het einde van zijn leven terugzien op een langdurige bestuurlijke loopbaan met verschillende hoogtepunten: 1760-1788 lid van de stadsregering van Arnhem, 1764-1782 gedeputeerde voor Gelderland in de Staten- Generaal, 1782-1787 gevolmachtigd minister en daarna extraordinaris ambassadeur in Parijs, 1787-1795 ambteloos burger, vooral in Parijs wonend maar in 1794 toch belast met vredesonderhandelingen met Frankrijk, 1795-1801 nogmaals ambteloos en vooral weer in Parijs verblijvend, 1801-1805 lid van het Staatsbewind en in dat kader in 1804 vertegenwoordiger bij de kroning tot keizer van Napoleon, 1805-1806 ordinaris ambassadeur in Parijs, 1806 grootceremoniemeester aan het hof van Lodewijk Napoleon. Brantsen was dus een politiek overlever. Toch was zijn pers publiekelijk en bij menig regeerder niet positief. Aan deze figuur wijdde Bert Koene een lijvig boek. Maar wat voor boek? Een biografie? Daarvoor ontbreekt teveel de biografische invalshoek. Een politieke studie? Dan had het politieke handwerk van Brantsen centraler moeten staan. Het boek laat zich het best typeren als ‘Gerard Brantsen, in het bijzonder vanuit zijn brieven aan zijn broer’ en zo introduceert Koene zijn werk ook. Brantsen schreef vanuit Den Haag en Parijs zijn jongere broer Derk (een Gelders regent) circa tweeduizend informatieve, onderhoudende, brieven. Zij betroffen de Arnhemse, Gelderse en Haags landelijke politiek, de ambassadeurschappen in Parijs, familieaangelegenheden en vele wederwaardigheden. Koene heeft sommige zijpaden in aparte kaders geplaatst, een oplossing die goed werkt, maar desondanks heeft de hoofdtekst nogal eens een anekdotisch karakter met uitwijdingen over de gezondheid en amoureuze avonturen van Brantsen en het wel en wee van zijn geliefde honden.
    [Show full text]
  • De Bataafsche Republiek
    DE BATAAFSCHE :-: REPUBLIEK :-: DOOR Dr. h. t. colenbrander Nederlandsche Historische Bibliotheek onder leiding van Prof. Dr. H. Brugmans Voor dit werk zijn prachtbanden verkrijgbaar met daarbij passend schutblad tegen den prijs van 75 cent. Digitized by the Internet Archive in 2014 https://archive.org/details/debataafscherepuOOcole Nederlandsche Historische Bibliotheek ONDER LEIDING VAN Prof. Dr. H. BRUGMANS. I DE BATAAFSCHE REPUBLIEK, DOOR Dr. H. T. colenbrander. II PRINSES WILHELMINA, Gemalin \'an Prins Willem V, DOOR johanna w. a. naber. DE BATAAFSCHE REPUBLIEK DOOR dr. h. t. colenbrander. NEDERLANDSCHE HISTORISCHE BIBLIOTHEEK UITGEGEVEN ONDER LEIDING VAN Prof. Dr. H. BRUGMANS. I. DE BATAAFSCHE REPUBLIEK DOOR Dr. H. T. colenbrander. UITGEGEVEN TE AMSTERDAM DOOR MEULENHOFF & Go. IN HET JAAR 1908. Zwartekunstpreiit door Ch. H. Hodges. DE BATAAFSCHE REPUBLIEK DOOR dr. h. t. colenbrander. (iEILLUSTREEKL) UNDER 'l'C )EZJCliT \ AN E. VV. MOES, DIRECTEUR VAN 's KIJKS 1'UENTENKABINET. UITGEGEVEN TE AMSTERDAM DOOR MEULENHOFF & Co. IN HET JAAR 1908. GEDRUKT TE AMSTERDAM BIJ IPENBUUR & VAN SELDAM. INHOUD. Voorbericht. f)e Bataafsche Republiek i I. De Omwenteling , 3 II. De Nationale Vergadeing 73 III. Het Uitvoerend Bewind 175 IV. Het Staatsbewinil 238 , VOORBERICHT Op verzoek van de uitgevers open ik gaarne de ,,Nederland.sche Historische Bibliotheek" met de eerste eener reeks populaire mono- grafiën, evenwijdig gedacht aan mijne, voor een ander publiek bestemde, „Gedenkstukken der Algemeene (jeschiedenis van Nederland van 1795 tot 1840." Een volgend deel zal het bewind van Schimmelpenninck en de regeering van Lodewijk Napoleon bevatten. De reden dezer bijeen- voeging is gegeven aan het slot van het tegenwoordig deel. H. T. C OLENBRANDER.
    [Show full text]
  • Zitierhinweis Copyright Haks, Donald. "Bert Koene
    Zitierhinweis Haks, Donald. "Bert Koene, Schijngestalten. De levens van diplomaat en rokkenjager Gerard Brantsen (1735-1809)." BMGN - Low Countries Historical Review [Online], 129.3 (2014): review 40. Web First published: http://www.bmgn-lchr.nl/index.php/bmgn/article/view/9537/... copyright Dieser Beitrag kann vom Nutzer zu eigenen nicht-kommerziellen Zwecken heruntergeladen und/oder ausgedruckt werden. Darüber hinaus gehende Nutzungen sind ohne weitere Genehmigung der Rechteinhaber nur im Rahmen der gesetzlichen Schrankenbestimmungen (§§ 44a-63a UrhG) zulässig. BMGN - Low Countries Historical Review | Volume 129-3 (2014) | review 40 Bert Koene, Schijngestalten. De levens van diplomaat en rokkenjager Gerard Brantsen (1735-1809) (Hilversum: Verloren, 2013, 408 pp., ISBN 978 90 8704 336 0). Gerard Brantsen (1735-1809) kon aan het einde van zijn leven terugzien op een langdurige bestuurlijke loopbaan met verschillende hoogtepunten: 1760-1788 lid van de stadsregering van Arnhem, 1764-1782 gedeputeerde voor Gelderland in de Staten- Generaal, 1782-1787 gevolmachtigd minister en daarna extraordinaris ambassadeur in Parijs, 1787-1795 ambteloos burger, vooral in Parijs wonend maar in 1794 toch belast met vredesonderhandelingen met Frankrijk, 1795-1801 nogmaals ambteloos en vooral weer in Parijs verblijvend, 1801-1805 lid van het Staatsbewind en in dat kader in 1804 vertegenwoordiger bij de kroning tot keizer van Napoleon, 1805-1806 ordinaris ambassadeur in Parijs, 1806 grootceremoniemeester aan het hof van Lodewijk Napoleon. Brantsen was dus een politiek overlever. Toch was zijn pers publiekelijk en bij menig regeerder niet positief. Aan deze figuur wijdde Bert Koene een lijvig boek. Maar wat voor boek? Een biografie? Daarvoor ontbreekt teveel de biografische invalshoek. Een politieke studie? Dan had het politieke handwerk van Brantsen centraler moeten staan.
    [Show full text]
  • Raadpensionaris Van Bleiswijk 3
    Nummer Toegang: 3.01.25 Inventaris van het archief van Pieter van Bleiswijk, 1772-1787 Versie: 08-08-2019 W.E. Meiboom Nationaal Archief, Den Haag 1982 This finding aid is written in Dutch. 3.01.25 Raadpensionaris Van Bleiswijk 3 INHOUDSOPGAVE Beschrijving van het archief......................................................................................9 Aanwijzingen voor de gebruiker...............................................................................................10 Openbaarheidsbeperkingen......................................................................................................10 Beperkingen aan het gebruik....................................................................................................10 Materiële beperkingen..............................................................................................................10 Aanvraaginstructie....................................................................................................................10 Citeerinstructie.......................................................................................................................... 10 Archiefvorming..........................................................................................................................11 Geschiedenis van de archiefvormer...........................................................................................11 Levensloop van Pieter van Bleiswijk.....................................................................................11 Problemen tijdens
    [Show full text]
  • Inhoudsopgave
    Index - Inhoudsopgave Before 1500 – Voor 1500 10 Delft, Marieke van, Van wiegendruk tot world wide web. Bijzondere collecties en de vele geschiedenissen van het gedrukte boek (Dissertatie Katholieke Universiteit Leuven 2014; Bijdragen tot de geschiedenis van de Nederlandse boekhandel 17; Zutphen: Walburg Pers, 2015, 415 pp., ISBN 978 90 5730 634 1) (Lizet Duyvendak) DOI: 10.18352/bmgn-lchr.10281; 131:4 review 68 10 Jansen, Jeroen, Laan, Nico (eds.), Van hof tot overheid. Geschiedenis van literaire instituties in Nederland en Vlaanderen (Hilversum: Verloren, 2015, 352 pp., ISBN 978 90 8704 544 9) (Laurens Ham) DOI: 10.18352/bmgn-lchr.10253; 131:3 review 53 13 1500-1600 16 Botley, Paul, Richard ‘Dutch’ Thomson, c. 1569-1613. The Life and Letters of a Renaissance Scholar (Scientific and Learned Cultures and Their Institutions 16, Leiden and Boston: Brill, 2016, vi-xv + 385 pp., ISBN 978 90 04 30824 4) (Dirk van Miert) DOI: 10.18352/bmgn- lchr.10275; 131:4 review 62 16 Christman, Victoria, Pragmatic Toleration. The Politics of Religious Heterodoxy in Early Reformation Antwerp, 1515-1555. Changing Perspectives on Early Modern Europe (Rochester NY: University of Rochester Press, 2015, viii + 241 pp., ISBN 978 1 58046 516 8) (Violet Soen) DOI: 10.18352/bmgn-lchr.10295; 131:4 review 82 19 Cöp, Wim, Het spel van de macht. De familie Van Broechoven en de politieke en economische elite in ’s-Hertogenbosch tussen 1597 en 1629 (Dissertatie Tilburg University 2014; Hilversum: Verloren, 2015, 344 pp., ISBN 978 90 8704 464 0) (Klaas Van Gelder) DOI: 10.18352/bmgn-lchr.10216;131:2 review 33 21 Deen, Femke, Publiek debat en propaganda in Amsterdam tijdens de Nederlandse Opstand.
    [Show full text]
  • University of Groningen Voor Revolutiën Gebooren Huisman
    University of Groningen Voor revolutiën gebooren Huisman, Gerda C.; Bosscha, Johannes IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document version below. Document Version Publisher's PDF, also known as Version of record Publication date: 2001 Link to publication in University of Groningen/UMCG research database Citation for published version (APA): Huisman, G. C. (editor), & Bosscha, J. (2001). Voor revolutiën gebooren: brieven van Johannes Bosscha aan Gerard Tjaard Suringar, Parijs, 1788-1793. s.n. Copyright Other than for strictly personal use, it is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), unless the work is under an open content license (like Creative Commons). The publication may also be distributed here under the terms of Article 25fa of the Dutch Copyright Act, indicated by the “Taverne” license. More information can be found on the University of Groningen website: https://www.rug.nl/library/open-access/self-archiving-pure/taverne- amendment. Take-down policy If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim. Downloaded from the University of Groningen/UMCG research database (Pure): http://www.rug.nl/research/portal. For technical reasons the number of authors shown on this cover page is limited to 10 maximum. Download date: 29-09-2021 VOOR REVOLUTIËN GEBOOREN VOOR REVOLUTIËN GEBOOREN BRIEVEN VAN JOHANNES BOSSCHA AAN GERARD TJAARD SURINGAR PARIJS, 1788-1793 uitgegeven door GERDA C.
    [Show full text]
  • Jacob Campo Weyerman
    inhoud 1 Rietje van Vliet De zwanzen van Brans. Weyerman als kroongetuige voor het pangermanistisch gelijk 12 Frida van Til De nieuwe Moeder de Gans in het verlichte Nederland van de achttiende eeuw 24 John Besseling Voltaire, Joan Jacob Mauricius en de Surinaamse slavernij JCW 35 Rindert Jagersma Het leven van de polemist, vrijdenker en pamflettist Ericus Walten (1662–1697) 44 Jac Fuchs Engelse bronnen voor enkele Weyerman-geschriften. Eenige letterlievende betrachtingen (1742), Redenvoering over het geheugen en Vreugdegejuygh (1744) 50 Rudolf Dekker Hoe Constantijn Huygens jr. 128 tekeningen van Leonardo da Vinci kocht. Een kunstkenner aan het hof van Willem iii te Londen 61 Claudette Baar-de Weerd ‘Ik spreek zoals ik ben, en denk gelijk ik schrijf ’. De ongepubliceerde verzen van Maria Louiza Carelius (1746–1818) 72 De Vrolyke Navorscher 74 Recensies 88 Signaleringen 93 Verschenen Mededelingen jcw 36 (2013), nr. 1 bevat bijdragen van: Claudette Baar-de Weerd ([email protected]) John Besseling ([email protected]) Rudolf Dekker ([email protected]) Jozien J. Driessen van het Reve ([email protected]) Jac Fuchs ([email protected]) mededelingen van de stichting Anna de Haas ([email protected]) Cis van Heertum ([email protected]) jacob campo weyerman Dini Helmers ([email protected]) Rindert Jagersma ([email protected]) Edwin van Meerkerk ([email protected]) • Frida van Til ([email protected]) jaargang 36 • nummer 1 • zomer 2013 Rietje van Vliet ([email protected]) René Willemsen ([email protected]) mededelingen van de stichting jacob campo weyerman 36 (2013), 1 1 2164 JCW 2013-01 COVER.indd 1 01-07-13 12:11 mededelingen van de stichting Verschijnt twee maal per jaar.
    [Show full text]
  • Download Download
    virtus 20 Journal of Nobility Studies virtus virtus 20 2013 20 | 2013 virtus 20 | 2013 Serge ter Braake* Patriotten en prinsgezinden in Gelderland door de ogen van drie notabelen 238 J. Baartmans, Robert Jasper baron van der Capellen tot den Marsch (1743- 1814). Regent, democraat en huisvader (Hilversum: Verloren, 2010, 236 p., ill.); M.A.M. Franken, Willem Anne Schimmelpenninck van der Oije. Een notabel Gelders regent op het breukvlak der tijden, 1750-1816 (Utrecht: Matrijs, 2011, 256 p., ill.); B. Koene, Schijngestalten. De levens van diplomaat en rokkenjager Gerard Brantsen (1735-1809) (Hilversum: Verloren, 2013, 408 p., ill.) Nederland aan het einde van de achttiende eeuw mag zich de afgelopen jaren verheugen in een gezonde stroom van publicaties. Zowel wetenschappers als leken zijn weer in toenemen- de mate geïnteresseerd in deze periode van patriotten en prinsgezinden. De mannen die het onderwerp zijn van de hier te bespreken drie biografieën bewogen zich in die tijd in de top van de Nederlandse maatschappij. Het aardige van het samen bespreken van deze drie bio- grafieën is dat ze handelen over drie mannen uit Gelderland, van wie één duidelijke patriot, één duidelijke orangist en één gematigde patriot. We krijgen daardoor een gevarieerd per- spectief op verschillende belangrijke gebeurtenissen uit de vaderlandse geschiedenis. Voordat we kijken naar de biografieën zelf eerst kort iets over de auteurs. Wat meteen opvalt is dat het gaat om drie heren van gevorderde leeftijd. Jacques Baartmans (1937) en Martien Franken (1931) stammen nog van voor de oorlog, terwijl ook Bert Koene (1943) al enige tijd met pensioen is. Baartmans promoveerde in 2001 op een proefschrift over ge- schriften van Noord-Nederlandse patriotten in de Oostenrijkse Nederlanden en heeft ook nog diverse andere werken op zijn naam staan.
    [Show full text]
  • Bosscha, Johannes
    University of Groningen Voor revolutiën gebooren Huisman, Gerda C.; Bosscha, Johannes IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document version below. Document Version Publisher's PDF, also known as Version of record Publication date: 2001 Link to publication in University of Groningen/UMCG research database Citation for published version (APA): Huisman, G. C. (editor), & Bosscha, J. (2001). Voor revolutiën gebooren: brieven van Johannes Bosscha aan Gerard Tjaard Suringar, Parijs, 1788-1793. s.n. Copyright Other than for strictly personal use, it is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), unless the work is under an open content license (like Creative Commons). Take-down policy If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim. Downloaded from the University of Groningen/UMCG research database (Pure): http://www.rug.nl/research/portal. For technical reasons the number of authors shown on this cover page is limited to 10 maximum. Download date: 12-11-2019 VOOR REVOLUTIËN GEBOOREN VOOR REVOLUTIËN GEBOOREN BRIEVEN VAN JOHANNES BOSSCHA AAN GERARD TJAARD SURINGAR PARIJS, 1788-1793 uitgegeven door GERDA C. HUISMAN copyright etc. 5 Inhoud Voorwoord 7 Lijst van illustraties 9 Inleiding 11 Opmerkingen over de uitgave 45 Brieven 1. 16 november 1788 47 2. 25 januari 1789 54 3. 19 augustus 1789 62 4.
    [Show full text]
  • Bibliography Index Curriculum Vitae
    Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/45861 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Postma, J.K.T. Title: Alexander Gogel (1765-1821): grondlegger van de Nederlandse staat Issue Date: 2017-02-14 Nawoord Alexander Gogel kwam ik voor het eerst op het spoor in de jaren tachtig van de vorige eeuw, toen ik als directeur-generaal van de Rijksbegroting vaak inleidingen hield over de actuele financiële situatie. Daar geschiedenis mijn bijzondere belang- stelling had, verlevendigde ik mijn economisch-politieke speeches met historische verwijzingen. Mijn historische belangstelling bracht mij in contact met de Werkgroep Geschie- denis van de Overheidsfinanciën. Onder anderen Henk Boels, Frans Fox, Wantje Fritschy, Ferdinand Grapperhaus, Tom Pfeil, Joke Roelevink, Albert Scheffers en Tom de Smidt waren daar gesprekspartners. Voor dit gezelschap sprak ik (in 1988) over de geschiedenis van de rijksbegroting in de afgelopen twee eeuwen. Daarbij memoreerde ik, dat Gogel niet alleen een nieuw belastingstelsel had opgezet, maar dat hij ook in bredere zin als eerste Nederlandse minister van Financiën voor de unificatie van de overheidsfinanciën pionierswerk had verricht. Dat alles bood vol- doende aanknopingspunten om in mijn speeches vaak op hem terug te komen. Dat de naam Gogel buiten de kringen van fiscalisten en kenners van de Bataafs- Franse tijd vrij onbekend was, bleek mij nog eens, toen ik in 2006 een boekje met de titel Honderd jaar Miljoenennota presenteerde om te memoreren dat een eeuw daarvoor voor het eerst een miljoenennota was verschenen. Ik liet mijn verhande- ling een eeuw eerder beginnen met het bewind van Gogel, omdat de gang van za- ken na 1906 moeilijk te begrijpen was, als men de ontwikkeling in de negentiende eeuw niet kende.
    [Show full text]