Bibliography Index Curriculum Vitae

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Bibliography Index Curriculum Vitae Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/45861 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Postma, J.K.T. Title: Alexander Gogel (1765-1821): grondlegger van de Nederlandse staat Issue Date: 2017-02-14 Nawoord Alexander Gogel kwam ik voor het eerst op het spoor in de jaren tachtig van de vorige eeuw, toen ik als directeur-generaal van de Rijksbegroting vaak inleidingen hield over de actuele financiële situatie. Daar geschiedenis mijn bijzondere belang- stelling had, verlevendigde ik mijn economisch-politieke speeches met historische verwijzingen. Mijn historische belangstelling bracht mij in contact met de Werkgroep Geschie- denis van de Overheidsfinanciën. Onder anderen Henk Boels, Frans Fox, Wantje Fritschy, Ferdinand Grapperhaus, Tom Pfeil, Joke Roelevink, Albert Scheffers en Tom de Smidt waren daar gesprekspartners. Voor dit gezelschap sprak ik (in 1988) over de geschiedenis van de rijksbegroting in de afgelopen twee eeuwen. Daarbij memoreerde ik, dat Gogel niet alleen een nieuw belastingstelsel had opgezet, maar dat hij ook in bredere zin als eerste Nederlandse minister van Financiën voor de unificatie van de overheidsfinanciën pionierswerk had verricht. Dat alles bood vol- doende aanknopingspunten om in mijn speeches vaak op hem terug te komen. Dat de naam Gogel buiten de kringen van fiscalisten en kenners van de Bataafs- Franse tijd vrij onbekend was, bleek mij nog eens, toen ik in 2006 een boekje met de titel Honderd jaar Miljoenennota presenteerde om te memoreren dat een eeuw daarvoor voor het eerst een miljoenennota was verschenen. Ik liet mijn verhande- ling een eeuw eerder beginnen met het bewind van Gogel, omdat de gang van za- ken na 1906 moeilijk te begrijpen was, als men de ontwikkeling in de negentiende eeuw niet kende. In hetzelfde jaar liet ik in een biografische schets van Gogel in het blad De Ne- derlandsche Leeuw zien, dat hij niet alleen als financieel bewindsman, maar ook als politicus een boeiend leven had geleid. Ik bepleitte daarom een moderne, volwaar- dige biografie die vragen zou stellen bij het traditionele beeld van Alexander Gogel als technocraat. Ik had een politieke biografie voor ogen van een ideologisch geïn- spireerd politicus die hij volgens mij in werkelijkheid was. Het idee om zelf die biografie te gaan schrijven, werd versterkt door de regelma- tige gesprekken en correspondentie met Mieke van Leeuwen-Canneman, die bezig was met het bewerken van de Briefwisseling tussen haar voorvader Elias Canne- man en zijn vriend Gogel. In de brieven zag ik vele punten van herkenning met de huidige tijd, zoals bij een gedachtewisseling tussen beide vrienden over de aanpak Postma_binnenwerk.indb 375 06-12-16 10:10 376 Nawoord van financiële crises. Nieuwe impulsen waren de uitnodiging om voor het rechts- historische tijdschrift Pro Memorie een artikel te schrijven over de constitutionele denkbeelden van Gogel en voor een bundel van de Stichting Geschiedenis van de overheidsfinanciën een bijdrage over de tiërcering in 1810. Een belangrijke stimu- lans gaf de historicus Henk te Velde, met wie ik wel over mijn publicaties corres- pondeerde en die regelmatig vroeg wanneer de biografie er nou eens zou komen. In het voorjaar van 2011 gaf hij zijn zegen aan de opzet van een dissertatie. Hij was een zeer stimulerende begeleider! Ook de gesprekken in zijn promovendi-groep droegen bij aan mijn historische vorming. Over de fiscale aspecten van het onder- werp kon ik in 2015 nog een bijdrage leveren aan een bundel met de titel Twee- honderd jaar rijksbelastingen, waarbij ik de gelegenheid graag aangreep om te laten zien dat het belastingstelsel juist tien jaar ouder was dan twee eeuwen. Ik dank de leden van promotiecommissie, te weten Joop van den Berg, Joris Od- dens, Judith Pollmann, Niek van Sas en Wyger Velema voor hun bereidheid om het eindresultaat te beoordelen. Joris Oddens had een versie ook al eerder van zijn commentaar voorzien, evenals Mieke van Leeuwen-Canneman. Hester Postma gaf haar commentaar op de tekst en bood assistentie bij het vinden van afbeeldingen. De Engelse samenvatting is door Robert Ross gecontroleerd. Ik ben verheugd dat Uitgeverij Verloren het boek wil uitgeven en ik dank Anja van Leusden voor de goede samenwerking. Zonder de voortdurende steun van mijn vrouw Roely was het boek niet tot stand gekomen. Zij heeft de hoofdstukken van het boek in alle versies van com- mentaar voorzien. Nog belangrijker was dat ze gedurende de zes jaren van soms taaie voorbereiding mij op essentiële momenten gesteund heeft. Postma_binnenwerk.indb 376 06-12-16 10:10 Bronnen en literatuur Gebruikte afkortingen BG Brieven en Gedenkschriften bhic Brabants Historisch Informatiecentrum BMHG Bijdragen en Mededelingen van het Historisch Genootschap BMGN Bijdragen en Mededelingen betreffende de Geschiedenis der Nederlanden BW Briefwisseling Canneman-Gogel BWN Biografisch Woordenboek van Nederland: 1780-1830 gaa Gemeente-archief Amsterdam GAGN Gedenkstukken der algemeene geschiedenis van Nederland ha-dnb Historisch Archief van De Nederlandsche Bank JBR Jaarboeken van de Bataafsche Republiek kb Koninklijke Bibliotheek na Nationaal Archief NNJB Nieuwe Nederlandsche Jaerboeken NNBW Nieuw Nederlandsch Biografisch Woordenboek Archivalia Belasting- en douanemuseum, dossier Gogel. Brabants Historisch Informatie Centrum Trouwboek Sint-Michielsgestel 1726-1764, toegangsnr.1445, inv.nr. 34. Schepenprotocol Vught, toegangsnummer 5123, inv.nrs. 54 en 55. Centraal Bureau voor Genealogie, dossier Gogel. Gemeente-archief Amsterdam, Notarieel Archief, inv.nrs. 433, 445 en 459. Gemeentearchief Den Haag. Doop- en trouwboeken, ’s-Gravenhage, 1598-1811, inv.nrs. 312 en 313. Lidmatenregister, Waals-hervormde gemeente in Den Haag, 1733-1844, inv.nr. 107. Historisch Archief van De Nederlandsche Bank, dossiers A.M. de Jong en Van ’t Wout. Koninklijke Bibliotheek, nr. KW72 D 57. Museum Meermanno-Westreenianum, nrs. 242/330 en 242/334. Nationaal Archief, Den Haag Collectie Legatie Frankrijk, 1747-1810, 1.02.14, inv.nr. 730. Collectie Nassause Domeinraad, 1.08.11, inv.nrs. 210-211, 748, 750, 4713 en 4715. Collectie Brantsen, 1.10.12, inv.nr. 35 en 61. Collectie Wetgevende Colleges, 2.01.01.01, inv.nr. 508. Collectie Uitvoerend Bewind, 2.01.01.04, inv.nrs. 5-8, 30, 42, 45, 48, 50, 59, 73, 76, 272, 281, 282, 285, 298, 459-460, 462, 469, 471, 474 en 485. Collectie Staatsbewind, 2.01.01.05, inv.nrs. 415, 430, 443 en 444. Postma_binnenwerk.indb 377 06-12-16 10:10 378 Bronnen en literatuur Collectie Raadpensionaris, 2.01.01.06, inv.nrs. 1, 27, 33 en 61. Collectie Staatssecretarie tijdens Lodewijk Napoleon, 2.01.01.07, inv.nrs. 136, 141, 187 en 356. Collectie Prins Stedehouder, 2.01.01.08, inv.nr. 11 en 30. Collectie Buitenlandse Zaken, 2.01.08, inv.nr. 119 en 211-213. Collectie Binnenlandse Zaken, 2.01.12, inv.nr. 286 en 833. Collectie Financiën, 1795-1813, 2.01.21, inv.nrs. 1, 47-49, 49A, 50, 61, 399, 400, 489 lett. OO, 884, 886, 1121, 1150 en 1158. Collectie Syndicaat van Holland, 2.08.30.01, inv.nr. 1. Collectie Ver Huell, 2.21.004.04, inv.nr. 224 en 228. Collectie Verheyen, 2.21.004.14, inv.nr. 9. Collectie Canneman (1930), 2.21.005.03, inv.nr. 3. Collectie Canneman (1904), 2.21.005.30, inv.nrs. 1, 2, 9, 20, 24-25 en 75 incl. appendix. Collectie Mollerus, 2.21.005.32, inv.nrs. 26 en 38. Collectie Gogel, 2.21.005.39, inv.nrs. 1-5, 8, 10, 13, 15-16, 18-22, 25-27, 30, 33, 35-36, 39-40, 42- 44, 59, 104, 108, 111-112, 116-117, 120, 123-124, 129-132, 135, 137-141, 150, 156, 158, 162-163, 165, 167-176, 178 en 180. Collectie Falck, 2.21.006.48, inv.nrs. 34G en 53. Collectie Goldberg, 2.21.006.51, inv.nrs. 1, 11, 19, 23, 59-60, 181, 223A, 223C en 226. Collectie Fennekol, 2.21.007.52, inv.nr. 13. Collectie Van der Heim, 2.21.008.71, inv.nr. 23. Collectie Röell, 2.21.008.78, inv.nrs. 79, 100, 120 en 162. Collectie Van der Goes van Dirxland, 2.21.073, inv.nr. 16 en 87. Collectie Dassevael, 2.21.048, inv.nr. 255. Collectie Elout, 2.21.059, inv.nr. 185. Collectie Gülcher, 2.21.077, inv.nr. 35. Collectie Van Maanen, 2.21.114, inv.nrs. 42-43, 47, 53, 234, 436 en 442. Collectie Van Stralen, 2.21.157, inv. 11. Collectie Thorbecke, 2.21.161, inv.nr. 63. Collectie Wiselius, 2.21.176, inv.nrs. 1, 3-5, 37 en 53. Collectie Hof van Holland, 3.03.01.01, inv.nr. 3124. Collectie Doop- en trouwboeken Hillegom, 3.04.16.059, inv.nr. 16. Particulier archief Canneman, nr. 33-29. Particulier Archief Schimmelpenninck, Nijenhuis, Diepenheim, nrs. 18, 22, 39, 45, 45a, 49, 59, 60, 121, 134, 317, 348, 494, 942 en 981. Universiteitsbibliotheek Leiden, Collectie Valckenaer, BPL 1037. Literatuur Aa, A.J. van der, e.a. (eds.), Biographisch Woordenboek der Nederlanden, deel 7 (Haarlem 1862) 264-266 (biografische schets van Gogel). Aerts, Remieg, ‘Een staat in verbouwing. Van republiek naar constitutioneel koninkrijk 1780- 1848’, in: Idem e.a. (eds.), Land van kleine gebaren. Een politieke geschiedenis van Nederland 1780-1990 (Nijmegen-Amsterdam 2007) 11-95. Aerts, Remieg, Het aanzien van de politiek. Geschiedenis van een functionele fictie (Amsterdam 2009). Aerts, Remieg, ‘Het eigenlijke begin van Nederland’, De Gids 177-2 (2014) 25-28. Algemene Konst- en Letterbode voor het jaar 1821, 29 juni 1821 (Haarlem 1821) deel 1, 435-438, ‘Kort levensberigt van I.J.A. Gogel’. Algemeene Begrooting der Staatsbehoeftens voor de Bataafsche Republiek over den jaare 1799 (Den Haag 1799). Algemene Rekening over de geldmiddelen voor het jaar 1807 (Den Haag 1809). Alkemade, Dirk, De Bataafse reactie. Bataafs constitutioneel denken en de staatsregeling van 1801, masterscriptie, Universiteit van Amsterdam 2014. Postma_binnenwerk.indb 378 06-12-16 10:10 Literatuur 379 Altena, Peter, Gerrit Paape (1752-1803).
Recommended publications
  • Gouverneur-Generaals Van Nederlands-Indië in Beeld
    JIM VAN DER MEER MOHR Gouverneur-generaals van Nederlands-Indië in beeld In dit artikel worden de penningen beschreven die de afgelo- pen eeuwen zijn geproduceerd over de gouverneur-generaals van Nederlands-Indië. Maar liefs acht penningen zijn er geslagen over Bij het samenstellen van het overzicht heb ik de nu zo verguisde gouverneur-generaal (GG) voor de volledigheid een lijst gemaakt van alle Jan Pieterszoon Coen. In zijn tijd kreeg hij geen GG’s en daarin aangegeven met wie er penningen erepenning of eremedaille, maar wel zes in de in relatie gebracht kunnen worden. Het zijn vorige eeuw en al in 1893 werd er een penning uiteindelijk 24 van de 67 GG’s (niet meegeteld zijn uitgegeven ter gelegenheid van de onthulling van de luitenant-generaals uit de Engelse tijd), die in het standbeeld in Hoorn. In hetzelfde jaar prijkte hun tijd of ervoor of erna met één of meerdere zijn beeltenis op de keerzijde van een prijspen- penningen zijn geëerd. Bij de samenstelling van ning die is geslagen voor schietwedstrijden in dit overzicht heb ik ervoor gekozen ook pennin- Den Haag. Hoe kan het beeld dat wij van iemand gen op te nemen waarin GG’s worden genoemd, hebben kantelen. Maar tegelijkertijd is het goed zoals overlijdenspenningen van echtgenotes en erbij stil te staan dat er in andere tijden anders penningen die ter gelegenheid van een andere naar personen en functionarissen werd gekeken. functie of gelegenheid dan het GG-schap zijn Ik wil hier geen oordeel uitspreken over het al dan geslagen, zoals die over Dirck Fock. In dit artikel niet juiste perspectief dat iedere tijd op een voor- zal ik aan de hand van het overzicht stilstaan bij val of iemand kan hebben.
    [Show full text]
  • Western Civilization in Javanese Vernacular
    WESTERN CIVILIZATION IN JAVANESE VERNACULAR Colonial education policy Java 1800-1867 Sebastiaan Coops Sebastiaan Coops Student number: 1472720 Supervisor: Prof. Dr. J.J.L. Gommans Preface The picture on the cover is a Javanese civil servant, employed by the Dutch colonial government as a teacher - mantri goeroe. He is seated together with a pupil on the left and a servant on the right. The servant and the sirih-box for betel nuts imply his high social status. Both the title and this picture refer to Dutch colonial education policy where western and Javanese normative culture created an amalgamation from which the Inlandsche school developed. 2 Table of Contents INTRODUCTION 5 CHAPTER I: EDUCATION IN THE ENLIGHTENMENT ERA 15 CHAPTER INTRODUCTION 15 THE ENLIGHTENMENT IN THE METROPOLIS 16 THE ENLIGHTENMENT IN THE COLONY 21 JAVANESE EDUCATION TRADITION 26 CHAPTER CONCLUSION 32 CHAPTER II: EDUCATION POLICY IN THE NETHERLANDS-INDIES 33 CHAPTER INTRODUCTION 33 BEFORE 1830 34 1830-1852 42 1852-1867 48 CHAPTER CONCLUSION 64 CHAPTER III: BRITISH-INDIA AND COLONIAL EDUCATION POLICY IN THE NETHERLANDS INDIES 67 CHAPTER INTRODUCTION 67 BEFORE 1835 67 1835-1854 68 1854-1867 70 CHAPTER CONCLUSION 73 CONCLUSION 75 BIBLIOGRAPHY 78 3 4 Introduction No! It is our sacred duty, our calling, to give that poor brother, who had lived in the wastelands of misery and poverty, the means with which he, the sooner the better, could share in our happier fate completely equal to us!1 The Age of Enlightenment and revolution had shaken the world at the end of the 18th century to its core.
    [Show full text]
  • De Nadagen Van Herman Willem Daendels
    JOS GABRIËLS De nadagen van Herman Willem Daendels De naam Daendels (1762-1818) is onlosmakelijk verbonden met de patriottentijd, met de beginjaren van de Bataafse Republiek en met Java, waar hij als gouverneur-generaal de beroemde Postweg liet aanleggen. Zijn latere jaren zijn minder bekend. Na terugkeer uit de Oost werd hij, in dienst van Oranje, koloniaal gouverneur van de slavenforten van West-Afrika. at Herman Willem Daendels carrière zou maken in het leger en hierin de hoogste posities zou bereiken, lag niet voor de hand toen hij op D21 oktober 1762 in het Gelderse stadje Hattem werd geboren. Als regenten- zoon studeerde hij, met het oog op de te bekleden magistraatsfuncties, rechten aan de hogeschool in Harderwijk. Na het behalen van de meestertitel vestigde hij zich in 1783 als advocaat in zijn geboorte- plaats, in afwachting van een zetel in het stadsbestuur. Maar het liep anders. In de strijd tus- sen de behoudende Oranjegezinden en hervormingsgezinde patriotten die in de jaren tachtig de Republiek der Verenigde Nederlanden verscheurde, koos Daendels vol overtuiging de zijde van de laatstge- noemden. De jonge jurist had in 1786 een leidende rol in het gewapend verzet van de Hattemse patriotten tegen de stadhou- derlijke troepen. Het jaar daarop vocht hij met andere Gelderse vrijwilligers bij de verdediging van Amsterdam tegen het Pruisische leger dat Oranje te hulp was ge- sneld. Na de inname van de stad vluchtte Daendels met vele andere patriotten naar Noord-Frankrijk, waar hij een handels- firma dreef. Toen na het uitbreken van de Franse Revo- lutie de nieuwe regering in Parijs aan een militaire opmars naar het noorden begon, Herman Willem Daendels als gouverneur-generaal van Oost-Indië (1807-1811).
    [Show full text]
  • Geleerdheids Zetel, Hollands Roem!
    Geleerdsheids zetel, Hollands roem! Het literaire leven in Leiden 1760-1860 Honings, R.A.M. Citation Honings, R. A. M. (2011, October 5). Geleerdsheids zetel, Hollands roem! Het literaire leven in Leiden 1760-1860. Primavera Pers, Leiden. Retrieved from https://hdl.handle.net/1887/17893 Version: Publisher's Version Licence agreement concerning inclusion of doctoral License: thesis in the Institutional Repository of the University of Leiden Downloaded from: https://hdl.handle.net/1887/17893 Note: To cite this publication please use the final published version (if applicable). Geleerdheids zetel, Hollands roem! Doch, altijd my zoo dierbre wallen, Geleerdheids zetel, Hollands roem! Gy zaagt mijn ouderdom vervallen, Maar ook mijns levens eerste bloem. Willem Bilderdijk ‘Afscheid aan Leyden’ (1827) Voorwoord Dit boek gaat over het literaire leven in Leiden, door Eep Francken, Paul Hoftijzer en Willem Otterspeer. auteurs wel aangeduid als het ‘Bataafsch Athene’, een Zij hebben mijn werk met belangstelling gevolgd en stad met een rijke historie. Veel plekken in de stad zijn mij met hun kritische commentaar voor menige mis- ‘lieux de mémoire’, plaatsen van herinnering, waar stap behoed. men de geschiedenis kan proeven. De historie ligt Mijn voorliefde voor de negentiende eeuw en voor voor het oprapen en alle plekken vertellen hun eigen Bilderdijk heb ik te danken aan Peter van Zonneveld. verhaal, of het nu gaat om het Van der Werf-park, waar Hij maakte zijn studenten met mooie verhalen en in 1807 het befaamde kruitschip ontplofte, of de huizen anekdoten attent op de aanwezigheid van de geschie- op het Rapenburg. Steeds als ik Rapenburg 37 passeer, denis in hun omgeving en wist met zijn colleges bij links van de Bibliotheca Thysiana, moet ik wel even mij een gevoelige snaar te raken.
    [Show full text]
  • University of Groningen Voor Revolutiën Gebooren Huisman, Gerda C.; Bosscha, Johannes
    University of Groningen Voor revolutiën gebooren Huisman, Gerda C.; Bosscha, Johannes IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document version below. Document Version Publisher's PDF, also known as Version of record Publication date: 2001 Link to publication in University of Groningen/UMCG research database Citation for published version (APA): Huisman, G. C. (editor), & Bosscha, J. (2001). Voor revolutiën gebooren: brieven van Johannes Bosscha aan Gerard Tjaard Suringar, Parijs, 1788-1793. s.n. Copyright Other than for strictly personal use, it is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), unless the work is under an open content license (like Creative Commons). The publication may also be distributed here under the terms of Article 25fa of the Dutch Copyright Act, indicated by the “Taverne” license. More information can be found on the University of Groningen website: https://www.rug.nl/library/open-access/self-archiving-pure/taverne- amendment. Take-down policy If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim. Downloaded from the University of Groningen/UMCG research database (Pure): http://www.rug.nl/research/portal. For technical reasons the number of authors shown on this cover page is limited to 10 maximum. Download date: 29-09-2021 VOOR REVOLUTIËN GEBOOREN VOOR REVOLUTIËN GEBOOREN BRIEVEN VAN JOHANNES BOSSCHA AAN GERARD TJAARD SURINGAR PARIJS, 1788-1793 uitgegeven door GERDA C.
    [Show full text]
  • Peace of Paris (1783) 1 Peace of Paris (1783)
    Peace of Paris (1783) 1 Peace of Paris (1783) The Peace of Paris (1783) was the set of treaties which ended the American Revolutionary War. On 3 September 1783, representatives of King George III of Great Britain signed a treaty in Paris with representatives of the United States of America—commonly known as the Treaty of Paris (1783)—and two treaties at Versailles with representatives of King Louis XVI of France and King Charles III of Spain—commonly known as the Treaties of Versailles (1783). The previous day, a preliminary treaty had been signed with representatives of the States General of the Dutch Republic, but the final treaty which ended the Fourth Anglo-Dutch War was not signed until 20 May 1784; for convenience, however, it is included in the summaries below. The British lost their Thirteen Colonies and the defeat marked the end of the First British Empire. The United States gained more than it expected, thanks to the award of western territory.[1] The other Allies had mixed-to-poor results. France won a propaganda victory over Britain after its defeat in the Seven Years War, however its material gains were minimal and its financial losses huge. It was already in financial trouble and its borrowing to pay for the war used up all its credit and created the financial disasters that marked the 1780s. Historians link those disasters to the coming of the French Revolution. The Dutch did not gain anything of significant value at the end of the war. The Spanish had a mixed result; they did not achieve their primary war goal of recovering Gibraltar, but they did gain some territory.
    [Show full text]
  • 200 Jaar Na Het Bezoek Van Napoleon Aan Kennemerland
    1811-2011 200 jaar na het bezoek van Napoleon aan Kennemerland door A. van Oosterom k ben buitengewoon in mijn Schik met Nederland. De mensen herinneren zich hun onafhan- “Ikelijkheid alleen nog maar om des te beter de voordelen van de hereniging te voelen en daarin een uniformiteit van wetten, een gematigd stelsel van bijdragen en een geregeld verloop van zaken te ontdekken. Ze zijn meer Frans dan enig ander volk van de herenigde landen”.1, p. 708 Dit schreef keizer Napoleon Bonaparte van Frankrijk ( 1769-1821) vanuit Amsterdam aan zijn aangenomen zoon Eugène de Beauharnais, een van de twee kinderen van zijn ex-vrouw Joséphine de Beauharnais. Hij schreef dit tijdens het bezoek dat hij samen met zijn tweede echtgenote keizerin Marie Louise van Oostenrijk in september en oktober 1811 aan ons land bracht. Een jaar eerder had hij Nederland ingelijfd bij zijn keizerrijk. En nu volgde een kennismakingsbezoek met vooral het karakter van een inspectietocht. Overigens noteert Schama1, p. 707 bij deze briefpassage: “het was niet de eerste keer in zijn loopbaan dat de keizer een knieval verwarde met een enthousiaste begroeting “. Voor de bewoners van Kennemerland is die tocht alleen al daarom –en misschien juist daarom– gedenkwaardig, omdat Napoleon, toen op het toppunt van zijn macht, ook dit deel van ons land met een bezoek vereerde. Beverwijk en Velsen ontvingen hem daarbij op de voorgeschreven wijze, waartoe onder andere het luiden van de kerkklokken behoorde zodra hij de gemeentegrens passeerde.2, p. 52 In deze bijdrage zal aan dit bezoek aan Kennemerland aandacht worden besteed, maar dan wel in een ruime context van eraan voorafgaande gebeurtenissen, zowel in ons land als ook in Europa.
    [Show full text]
  • Cultivated Tastes Colonial Art, Nature and Landscape in The
    F Cultivated Tastes G Colonial Art, Nature and Landscape in the Netherlands Indies A Doctoral Dissertation by Susie Protschky PhD Candidate School of History University of New South Wales Sydney, Australia Contents Acknowledgments …………………………………………………………….. iii List of Abbreviations ………………………………………………………….. v List of Plates …………………………………………………………………… vi F G Introduction ……………………………………………………………………. 1 Part I — Two Journeys Chapter 1: Landscape in Indonesian Art ……………………………………….. 36 Chapter 2: Dutch Views of Indies Landscapes …………………………………. 77 Part II — Ideals Chapter 3: Order ………………………………………………………………. 119 Chapter 4: Peace ………………………………………………………………. 162 Chapter 5: Sacred Landscapes ………………………………………………… 201 Part III — Anxieties Chapter 6: Seductions …………………………………………………………. 228 Chapter 7: Identity – Being Dutch in the Tropics …………………………….. 252 Conclusion …………………………………………………………………….. 293 F G Glossary ……………………………………………………………………….. 319 Bibliography …………………………………………………………………... 322 ii Acknowledgments First, I would like to express my gratitude to the Faculty of Arts and Social Sciences at the University of New South Wales for granting me an Australian Postgraduate Award between 2001 and 2005. The same Faculty funded two research trips abroad, one to the Netherlands in 2004 and another to Indonesia in 2005. Without these sources of funding this thesis would not have possible. In the Netherlands, I must thank Pim Westerkamp at the Museum Nusantara, Delft, for taking me on a tour through the collection and making archival materials available to me. Thanks also to Marie-Odette Scalliet at the University of Leiden, for directing me toward more of her research and for showing me some of the university library’s Southeast Asia collection. I also appreciate the generosity of Peter Boomgaard, of the KITLV in Leiden, for discussing aspects of my research with me. Thanks to the staff at the KIT Fotobureau in Amsterdam, who responded admirably to my vague request for ‘landscape’ photographs from the Netherlands Indies.
    [Show full text]
  • De Bataafse Reactie Bataafs Constitutioneel Denken En De Staatsregeling Van 1801 Dirk Alkemade
    Bataafs constitutioneel denken de en de staatsregeling van 1801 bataafse reactie Dirk Alkemade De Bataafse reactie Bataafs constitutioneel denken en de staatsregeling van 1801 Dirk Alkemade Definitieve versie Masterscriptie Onderzoeksmaster Geschiedenis November 2014 – Universiteit van Amsterdam Dirk Alkemade – 06xxxxxxxx – [email protected] Eerste lezer: prof.dr. N.C.F. van Sas Tweede lezer: prof.dr. W.R.E. Velema …’t Is waar, de constitutie heeft, zedert uw leeftijd, merkelijke veranderingen ondergaan, doch het waaren meestäl verbeteringen. Het Bataafsche Volk is van geen driftigen opstuivenden aart, dus sloeg het, tot geen uittersten van gewelddaadigheid over: het redeneerde en vond het gebreken in zijne Regeeringsvorm, of misdrijven en ondeugden in zijne bestuurders, het toonde ’er openlijk en openhartig zijn misnoegen over. De vierschaar van het algemeen gevoelen is, zedert uwe eeuw, de gedugste van alle geworden. Gerrit Paape (1798) Revoluties hebben iets aantrekkelijks. Iedereen heeft bezwaren tegen de bestaande orde. Er zijn heel wat misstanden, waar een einde aan moet worden gemaakt. Allerlei dingen moeten nodig worden afgeschaft. Andere dingen moeten nodig worden ingevoerd. Het lijstje van die dingen is aan verandering, aan mode onderhevig. Karel van het Reve (1990) Omslag: Gezelschap aan de oever van het meer Brouwerskolk te Overveen (uitsnede) Prent van Izaak Jansz. de Wit naar een tekening van Wybrand Hendriks, Haarlem 1800 Collectie Rijksmuseum Inhoudsopgave Inleiding 5 1. Grondwet & staatsregeling 18 De opkomst van een politiek begrip 1780-1798 2. Gebreken en botsingen 31 Grondwetsdiscussie in het parlement 3. Vierschaar van het algemeen gevoelen 49 Grondwetsdiscussie in de politieke pers 4. Vrij rustig, niettegenstaande er iets broeit 68 Het referendum van oktober 1801 5.
    [Show full text]
  • The Low Countries Journal of Social and Economic History Jaargang 17 2020 Nummer 2
    The Low Countries Journal jaargang 17 of Social and Economic 2020 History nummer 2 The Low Countries Journal of Social and Economic History jaargang 17 2020 nummer 2 • Britse krakers in Leiden [Hendriks, Nimanaj & Van der Steen] • Risk Management in 16th Century Antwerp [Dreijer] • Napoleon and the Dutch War Subsidy [Hay] • Mapping Foreign Migration to Belgium [Heynssens] ISSN15721701.pcovr.TSEG20202.indd Alle pagina's 20-08-20 12:53 Making War Pay for War Napoleon and the Dutch War Subsidy, 1795-1806 Mark Edward Hay tseg 17 (2): 55-82 doi: 10.18352/tseg.1102 Les avantages de cette brillante conquête pour la République sont immen- ses: elle lui donne des trésors, des magasins, des chantiers, des vaisseaux et surtout dans les affaires politiques et commercielles de l’Europe une prépondérance, dont il est impossible de calculer les effets et les suites. The representatives-on-mission with the Army of the North, reporting back to Paris after the conquest of the Dutch Republic in January 1795.1 Abstract Just over one decade ago, Pierre Branda published a study of Napoleonic public finance. The study marks a turning point in the historiography of Napoleonic war financing because, through relying on well-researched quantitative data, Branda lays to rest the long-held myth that Napoleon ‘made war pay for war’. However, the Franco-centric conceptualization of Napoleonic resource extraction and the tempo- ral delineation have resulted in a prism that omits certain sources of revenue. This omission has a bearing on Branda’s overall assessment of Napoleonic war financing. Through exploring French resource extraction in the Netherlands through forcing the Dutch to pay for the maintenance of a French contingent, this article builds on Branda’s work to shed a new light on the success of Napoleonic resource extraction and war financing.
    [Show full text]
  • Public Opinion and Foreign Policy: British and French Relations with the Netherlands
    Public Opinion and Foreign Policy: British and French Relations with the Netherlands, 1785-1815 Graeme Edward Callister PhD University of York Department of History September 2013 ABSTRACT This thesis examines the interplay of public opinion, national identity and foreign policy during the period 1785-1815, focusing on three consistently interconnected countries: the Netherlands, France and Great Britain. The Netherlands provides the centrepiece to the study, which considers how the Dutch were perceived as a nation, a people and as a political entity, at both governmental and popular levels, in the three countries throughout the period. Public opinion is theorised as a two-part phenomenon. Active public opinion represents the collated thoughts and responses of a certain public to an event or set of circumstances. Latent public opinion represents the sum of generally-accepted underlying social norms, stereotypes or preconceptions; the perceptions and representations latently present in unconscious mentalités. The thesis examines how perceptions and representations of the Netherlands in all three countries fed into public opinion and, ultimately, into national identity either of the self or the ‘other’. It then investigates the extent to which the triangular policies of Britain, France and the various incarnations of the Dutch state were shaped by popular perceptions, identities and opinion. While active opinion is shown to have generally been of negligible importance to the policy-making process, it is argued that the underlying themes of latent opinion often provided the conceptual background that politicians from all three countries used to make policy. The influence of latent opinion was often as much unconscious as deliberate.
    [Show full text]
  • Bataafse Terreur De Betekenis Van 1798
    bw.daendels_Opmaak 1 10-08-11 16:26 Pagina 1 niek van sas Bataafse Terreur De betekenis van 1798 Daendelslezing, 21 januari 2011 Uitgeverij Vantilt / Stichting Daendels bw.daendels_Opmaak 1 10-08-11 16:26 Pagina 2 bw.daendels_Opmaak 1 10-08-11 16:26 Pagina 3 willem frijhoff voorzitter stichting daendels Ter inleiding Herman Willem Daendels, de Stichting Daendels en de Daendelslezing 3 Op vrijdag 21 januari 2011 heeft de Stichting Daendels onder grote belangstelling van betrokkenen uit verschillende maat- schappelijke kringen in het gebouw Felix Meritis te Amster- dam de eerste Dag van Daendels georganiseerd. Dit boekje is er de weerslag van. Het biedt een publicatie van de hoofd - lezing van die dag door professor Van Sas, voorafgegaan door een inleiding over de persoon van Daendels, de Stichting Daendels en het waarom van deze manifestatie, die in de toe- komst regelmatig zal worden herhaald. Herman Willem Daendels Wie was Daendels?1 Herman Willem Daendels werd op 21 ok- tober 1762 in een regentenfamilie in het Gelderse stadje Hat- tem geboren en stierf op 2 mei 1818 aan de Goudkust in West- Afrika. Hij is dus slechts 55 jaar oud geworden maar had niettemin een bijzonder vol, rijk en actief leven. Dat dankte hij zowel aan de periode waarin hij leefde als aan zijn eigen ambities en zijn persoonlijkheid die hem telkens in het cen- trum van de gebeurtenissen plaatste. Na zijn promotie in de rechten te Harderwijk in 1783 vestigde hij zich als jonge advo- caat in zijn geboortestad, waar hij zich in woord en daad sterk maakte voor de patriotse ideeën tot ‘grondwettige herstelling’ van het bestuur van stad en land.
    [Show full text]