RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN

GEMEENSCHAPSVOORZIENINGEN GODSHEIDE te

m.e.r‐screening – ontheffingsaanvraag plan‐MERplicht

SCRPL13121

oktober 2013

BUUR | Bureau voor urbanisme cvba Sluisstraat 79 / 03.02, 3000 Leuven T 016 89 85 50 – F 016 89 85 49 [email protected] – www.buur.be

Deze bundel omvat het resultaat van de m.e.r-screening van het RUP Godsheide-centrum te Hasselt. Het dossier omvat de ontheffingsaanvraag voor de planMER-plicht, bundelt de adviezen en geeft duidelijk inzicht hoe er met de adviezen omgegaan wordt in het RUP. In bijlage vindt U eveneens de originele m.e.r-screening, de verschillende adviezen, de lijst met uit te nodigen instanties en het pre-advies van de dienst MER.

Nota betreffende de behandeling van de adviezen in kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage van het RUP Godsheide‐centrum

(dossiernummer dienst MER: OHPL13121)

Aangeschreven instanties en historiek

Op 16 juli 2013 werd het dossier m.e.r‐screening overgemaakt aan de dienst MER (Milieueffectrapportagebeheer) voor het verkrijgen van een preadvies en de lijst met aan te schrijven adviesinstanties. Het preadvies en de lijst werden verkregen op 24 juli 2013. De aanbevelingen uit het preadvies werden integraal verwerkt in het ‘verzoek tot raadpleging’.

Op basis van de lijst aangeleverd door de dienst MER werd op datum van 31 juli 2013 het ‘verzoek tot raadpleging’ verstuurd naar de verschillende adviserende instanties. Het verzoek tot raadpleging bestaat uit de aangepaste m.e.r‐ screening met bijlagen. Onderstaande instanties werden uitgenodigd om hun advies te verlenen op de m.e.r‐screening:

1. Provinciebestuur , Directie Infrastructuur, Ruimtelijke Ordening, Milieu en natuur; 2. Agentschap Natuur en Bos (ANB) – Limburg; 3. Ruimte Vlaanderen, Afdeling Participeren en Adviseren Lokaal (APL) – Limburg; 4. Onroerend Erfgoed Limburg; 5. Departement Mobiliteit en Openbare Werken (MOW); 6. Departement Leefmilieu, Natuur en Energie (LNE), Afdeling Milieu‐, Natuur‐ en Energiebeleid, dienst Veiligheidsrapportering (VR);

Binnen de voorziene termijn van 30 dagen en een bijkomende herinneringstermijn hebben alle adviesinstanties een advies verleend.

Advies van de betrokken instanties m.b.t. de m.e.r.‐ screening

In kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage van het RUP Godsheide‐centrum hebben de verschillende adviserende instanties het ‘verzoek tot raadpleging’ doorgenomen en hun advies overgemaakt. Met uitzondering van Onroerend Erfgoed Limburg, stellen de adviezen unaniem dat er geen aanzienlijke milieueffecten worden verwacht en het ‘onderzoek naar de significante milieueffecten’ op correcte wijze is gebeurd en voldoende werd beschreven.

Aanvulling en aanpassing in functie van het advies van onroerend erfgoed

Onroerend Erfgoed Limburg adviseert het plan in zijn huidige vorm ongunstig. Onderstaand wordt een overzicht gegeven van de geformuleerde opmerkingen. In het cursief wordt weergegeven hoe hierop zal worden ingespeeld in het RUP.

Discipline archeologie: Gelet op het feit dat een groot gedeelte van het gebied aangeduid staat op de bodemkaart als bodem met profielontwikkeling m en gelet op de ligging van het gebied lijkt de kans volgens Onroerend Erfgoed Limburg reëel dat er nog waardevol archeologisch erfgoed in de bodem aanwezig is. Om deze redenen zijn zij van mening dat het RUP wel schadelijke effecten kan hebben op de deeldiscipline archeologie, bijgevolg dienen milderende maatregelen opgenomen te worden. Deze milderende maatregelen bestaan uit een archeologische prospectie en indien de resultaten positief zijn, dient in eerste instantie nagegaan te worden of in situ behoud mogelijk is, indien blijkt dat dit niet mogelijk is zal een volwaardige opgraving moeten plaatsvinden.

BUUR | Nota betreffende de behandeling van de adviezen in kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage van het RUP Godsheide‐centrum te Hasselt | Nota voor de dienst MER | pagina 1 van 3

Bebouwde zones

│ Aanduiding van de betreffende -plaggenbodems - Uittreksel bodemkaart (AGIV 2013)

Omwille van deze archeologische potenties zal volgend voorschrift inzake archeologisch erfgoed in het RUP ingepast worden:

“Voorafgaand aan de werken met een grondverzet van meer dan 250 m³ moet een archeologisch detectieonderzoek worden uitgevoerd aan de hand van proefsleuven en boringen, op alle zones waar ondergrondse graafwerken noodzakelijk zijn, in overleg met de bevoegde dienst archeologie van de Vlaamse Overheid, om te vermijden dat bij de realisatie werken moeten worden stilgelegd overeenkomstig de geldende wetgeving.”

Discipline monumenten: In het projectgebied liggen 2 beschermde monumenten: - Platte Vijverstraat 8 - Spaans Huis, met de onmiddellijke omgeving beschermd als dorpsgezicht (aangeduid in de mer-screening). In de bundel wordt de beschermde status van deze panden fout weergegeven (Platte Vijverstraat 8). De andere panden, de parochiekerk en de pastorie, zijn opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed (aangeduid in de mer- screening).

Zowel het plan feitelijke en juridische toestand als de toelichtingsnota zullen in die zin aangepast worden (plan + tekst). De aangevulde tekst luidt als volgt:

“Ter hoogte van de Platte-Vijverstraat nr. 8 komt een langgestrekte vakwerkhoeve voor als monument met beschermingsbeslissing VR 1 december 2010. De bescherming werd doorgevoerd wegens de historische, historische in casu architectuurhistorische en sociaalculturele waarde van het pand.”

Onroerend Erfgoed Limburg besluit in haar advies dat het aanpassen van het plan aan bovenvermelde opmerkingen ervoor kan zorgen dat de milieueffecten niet meer als ‘aanzienlijk’ beschouwd worden.

Besluit

Rekening houdend met de uitgebrachte adviezen en de gevraagde aanvulling en aanpassing in functie van het advies van Onroerend Erfgoed Limburg, dient er besloten te worden dat bij de uitvoering van het voorliggende ‘RUP Godsheide- centrum’ geen aanzienlijke milieueffecten worden verwacht en dat het ‘onderzoek naar de significante milieueffecten’ op correcte wijze is gebeurd en voldoende beschreven is. Tevens beoogt het ruimtelijk uitvoeringsplan de wijziging van het juridisch kader inzake ruimtelijke ordening voor een klein gebied en op lokaal niveau.

Na de behandeling van de adviezen uit het ‘verzoek tot raadpleging’ dient geoordeeld te worden dat de opmaak van een planMER voor het ‘RUP Godsheide-centrum’ te Hasselt redelijkerwijs geen bijkomende informatie zal opleveren.

BUUR | Nota betreffende de behandeling van de adviezen in kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage van het RUP Godsheide-centrum te Hasselt | Nota voor de dienst MER | pagina 2 van 3 Nota opgemaakt door BUUR 23 september 2013

In bijlage - de lijst van de uitgenodigde instanties aangeleverd door de dienst MER; - de adviezen van de uitgenodigde instanties (verzoek te raadpleging); - het dossier m.e.r. screening met bijlagen zoals deze geadviseerd werd in het verzoek tot raadpleging;

BUUR | Nota betreffende de behandeling van de adviezen in kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage van het RUP Godsheide-centrum te Hasselt | Nota voor de dienst MER | pagina 3 van 3 Bijlage: originele m.e.r-screening

RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN

GEMEENSCHAPSVOORZIENINGEN GODSHEIDE te Hasselt

m.e.r‐screening – verzoek tot raadpleging

SCRPL13121

juli 2013

BUUR | Bureau voor urbanisme cvba Sluisstraat 79 / 03.02, 3000 Leuven T 016 89 85 50 – F 016 89 85 49 [email protected] – www.buur.be

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juli 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 3 / 30

1. Inleiding 5

1.1. Doel van de m.e.r.-screening ...... 5 1.2. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer en de opdrachthouder ...... 5 1.3. Beschrijving toepassingsgebied ...... 5 2. Context 6

2.1. Bondige situering en doel van het RUP ...... 6 2.2. De exponentiële groei van Godsheide ...... 7 2.3. Herlocalisatie van de school van Godsheide ...... 9 3. Beschrijving van het programma, plan en mogelijke alternatieven 10

3.1. Programma van het RUP ...... 10 3.2. Beschrijving van het plan ...... 12 3.3. Mogelijke alternatieven ...... 16 4. Onderzoek naar de significante milieu-effecten 17

4.1. Implicaties op de discipline bodem en grondwater ...... 17 4.2. Implicaties op de discipline oppervlaktewater...... 18 4.3. Implicaties op de disciplines landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie ...... 19 4.4. Implicaties op de discipline fauna en flora ...... 22 4.5. Implicaties op de discipline mens en ruimte ...... 25 4.6. Implicaties op de discipline geluid en trillingen ...... 26 4.7. Implicaties op de discipline lucht ...... 26 4.8. Grensoverschrijdende effecten ...... 27 4.9. Besluit waarom de opmaak van een plan-MER niet noodzakelijk wordt geacht ...... 27 5. De watertoets 28

5.1. Overstromingsgevoelige gebieden ...... 28 5.2. Waterbeheerders ...... 28 5.3. Infiltratiegevoelige bodems ...... 29 5.4. Grondwaterstromingsgevoelige gebieden ...... 30 5.5. Winterbedkaart ...... 30 5.6. Hellingenkaart ...... 30 5.7. Erosiegevoelige gebieden...... 31 5.8. Conclusie van de watertoets ...... 31

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 4 / 30 1. Inleiding

1.1. Doel van de m.e.r.-screening

De overheid kan geen plan en/of programma dat kadervormend is voor het afleveren van vergunningen voor projecten - zoals het voorliggende RUP Godsheide - goedkeuren als er geen onderzoek is gebeurd naar de significante milieu-effecten. De vergunningverlenende overheid moet steeds kennis hebben van de te verwachten milieu-effecten en de mogelijke milderende maatregelen. Er geldt enkel een plan-MER-plicht voor deze plannen en programma’s die aanzienlijke en significante milieu-effecten met zich kunnen meebrengen.

1.2. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer en de opdrachthouder

Initiatiefnemer

Stadsbestuur Hasselt | Groenplein 1 | 3500 Hasselt | 011 23 93 17 | Contactpersoon: Ruth Byloos | Architect- stedenbouwkundige | [email protected]

Opdrachthouder

BUUR cvba | bureau voor urbanisme | www.buur.be | Projectleider masterplan: Frank Geunes, contactpersoon voor het RUP en de m.e.r-screening: Jo Decoster | Sluisstraat 79 / 03.02, 3000 Leuven | 016 89 85 50 | [email protected], [email protected]

1.3. Beschrijving toepassingsgebied

Het RUP Godsheide is niet van ‘rechtswege’ plan-MER-plichtig omwille van volgende drie redenen:

1. Binnen het RUP worden geen projecten mogelijk gemaakt die behoren tot de in bijlage I en II van het project- m.e.r.-besluit 10/12/04 opgesomde projecten.

2. Het RUP vormt wel het kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in bijlage III van het project-m.e.r.-besluit 10/12/04, namelijk voor een project vernoemd in rubriek 10 b) ‘stadsontwikkelingsprojecten’. Het RUP regelt echter het gebruik van een klein gebied op lokaal niveau en het plan houdt een kleine wijziging in zoals bedoeld in de omzendbrief LNE/2007, en is dus screeningsplichtig. Het gebied zal in geen geval een uitstraling hebben van bovenlokaal belang.

3. Het RUP Godsheide is geen plan of programma waarvoor een passende beoordeling vereist is zoals bepaald door het artikel 36ter §3 van het natuurdecreet.

Omwille van bovenstaande motivering kan er besloten worden dat het RUP Godsheide van ‘rechtswege’ niet plan- MER-plichtig is, maar wel screeningsplichtig. Er moet met andere woorden een screening naar de mogelijke aanzienlijke milieu-effecten worden gevoerd. Naargelang het resultaat van deze screening wordt besloten of voor het RUP al dan niet een plan-MER dient te worden opgemaakt:

- Indien er geen aanzienlijke milieu-effecten zijn: geen plan-MER-plicht; - Indien er wel aanzienlijke milieu-effecten kunnen worden aangetoond voor één of meerdere criteria: wel plan- MER-plicht.

De criteria voor het opmaken van de m.e.r.-screening worden weergegeven in bijlage I van het DABM (Decreet Algemeen Milieubeleid). Volgende effectengroepen of delen van effectengroepen ‘atmosfeer, klimaat, geur en gezondheid van de mens’ worden niet geëvalueerd omdat deze geen informatie zullen bijbrengen die relevant is voor het onderzoek naar de significante milieuproblemen betreffende het ‘RUP Godsheide ’.

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 5 / 30 2. Context

2.1. Bondige situering en doel van het RUP

Godsheide is een landelijke woonkern, gelegen ten noordoosten van Hasselt-centrum. De kern bestaat uit twee deelgebieden: Godsheide-centrum in het zuiden en Malpertuus in het noorden. Beide delen vormden oorspronkelijk een ruimtelijk geheel, maar werden van elkaar gescheiden door de aanleg van het Albertkanaal. Sindsdien is Malpertuus geëvolueerd tot een monofunctionele residentiële wijk met een lage woondichtheid (ongeveer 5 wo/ha), langs de Genkersteenweg. Godsheide-centrum is tot op vandaag een landelijke woonkern gebleven met een beperkt voorzieningenniveau.

Malpertuus

Godsheide-centrum

Stad Hasselt

│ Situering van Godsheide-centrum en Malpertuus ten opzichte van Hasselt

De woonkern van Godsheide zal de komende jaren echter exponentieel groeien. Deze groei is te wijten aan de invulling van een groot aantal woonuitbreidingsgebieden (WUG’s) te Godsheide, en dit zowel op de korte als middellange termijn. De groei van Godsheide dient geduid te worden vanuit de behoefte van het stedelijk gebied Hasselt (zie infra bij de beschrijving van de effecten op mens en ruimte). Voorafgaand de beslissing voor het aansnijden van de WUG’s, werd een structuurschets opgemaakt voor de woonkern van Godsheide en omliggende woonuitbreidingsgebieden. Op basis van deze structuurschets werden de doelstellingen afgetoetst met het hoger beleidskader en werden de WUG’s aangeduid die op korte termijn aangesneden worden. Voor deze WUG’s worden vandaag de verkavelingsplannen opgemaakt.

Door de te verwachten forse bevolkingstoename van Godsheide, en dit zowel korte als middellange termijn, is het belangrijk dat de noodzakelijke gemeenschapsvoorzieningen (zoals onderwijs, ouderenzorg, sport- en spelvoorzieningen, zorgvoorzieningen ed.) van de woonkern gestaag meegroeien. Met voorliggend RUP wenst de stad Hasselt de ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen juridisch vast te leggen, om zo op termijn de kern van Godsheide evenwichtig uit te kunnen bouwen, en bijgevolg de woonkwaliteit te kunnen vrijwaren.

Naast het gestaag mee laten groeien van de gemeenschapsvoorzieningen op maat van de voorziene bevolkingstoename, heeft het voorliggend RUP eveneens tot doel om in een nieuwe locatie te voorzien voor de kleuter- en lagere school van Godsheide. Deze school heeft op korte termijn plannen om haar infrastructuur te

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 6 / 30 vernieuwen, en wil gebruik maken van deze vernieuwbouwoperatie om de school te herlocaliseren naar een nieuwe zone voor openbaar nut. De huidige locatie van de school ter hoogte van de Kleinstraat wordt te klein geacht en ligt bovendien in woonuitbreidingsgebied. De school is op zoek naar een nieuwe locatie op wandelafstand van de huidige locatie om haar verbondenheid met de kern van Godsheide te vrijwaren.

Met de opmaak van het RUP wenst de stad Hasselt op korte termijn de school van Godsheide de mogelijkheid te geven zich te herlocaliseren en op middellange termijn ruimte te reserveren voor gemeenschapsvoorzieningen, om zodoende de groei van de woonkern te ondersteunen.

│ Foto-impressies van het gebied tussen de Kiezelstraat en de Platte Vijversstraat (Brugbemdenstraat)

2.2. De exponentiële groei van Godsheide

Het gewestplan Hasselt- (KB 03-04-1979) bestemt grote delen van Godsheide-centrum en Malpertuus als woonuitbreidingsgebied. Op basis van de woonbehoeftestudie van de stad Hasselt voor de periode tot 2012 (principieel goedgekeurd door de bestendige deputatie van de provincie Limburg op 16-10-2003), werd 37 ha woonuitbreidingsgebied vrijgegeven. Deze woonuitbreidingsgebieden zijn opgenomen in de Woonatlas van de Vlaamse overheid. In het RUP voor de afbakening van het regionaalstedelijk gebied Hasselt-Genk (momenteel in opmaak) worden deze woonuitbreidingsgebieden herbevestigd als aan te snijden woongebieden.

Met de voorgestelde richtdichtheden uit de woonbehoeftestudie (tussen de 10 en 25 wo/ha, afhankelijk van het woonuitbreidingsgebied), komt dit neer op een bijkomend woonaanbod van 464 woningen. Voor heel Godsheide betekent dit bijna een verdubbeling van het aantal woningen (zie bijhorende staafdiagram).

Met het oog op de toekomstige uitbreiding van het woonaanbod, wenst de stad Hasselt in Godsheide-centrum ruimte te vrijwaren voor gemeenschapsvoorzieningen. Zodoende kan op middellange termijn de woonkwaliteit gegarandeerd blijven, en de kern evenwichtig uitgebouwd worden. In het gewestplan is er echter onvoldoende ruimte bestemd voor gemeenschapsvoorzieningen in Godsheide. De stad Hasselt wil met dit RUP de nodige ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen juridisch vastleggen (middellange termijn).

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 7 / 30

│ Uittreksel uit de woonatlas van de Vlaamse Overheid

│ Aanduiding van het plangebied te Godsheide op het gewestplan met aanduiding van de omliggende WUG’s

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 8 / 30 2.3. Herlocalisatie van de school van Godsheide

De kleuter- en lagere school van Godsheide ligt momenteel langs de Kleinstraat, gedeeltelijk in woongebied en gedeeltelijk in woonuitbreidingsgebied. De school heeft een driehonderdtal leerlingen, een verouderde infrastructuur en een prangend ruimtetekort. Op korte termijn wenst de school haar infrastructuur te vernieuwen. Voor deze werkzaamheden diende de school enkele jaren geleden al een subsidie-aanvraag in bij AGION.

De school overweegt om haar huidige locatie te verlaten, en zich te vestigen in de toekomstige zone voor openbaar nut. Op deze nieuwe locatie ligt de school dichter bij een aantal voorzieningen waar ze nu al gebruik van maakt (sportvelden en parochiezaal), en kan een betere ontsluiting gerealiseerd worden. Het woonuitbreidingsgebied aan de Kleinstraat zal op termijn immers als woonwijk ontwikkeld worden (een ontwikkelaar is momenteel bezig met de opmaak van een verkavelingsplan), en de ontsluiting van de school zou een zware hypotheek leggen op de woonkwaliteit van het binnengebied. Als de school op termijn zou moeten groeien (als gevolg van de bevolkingstoename van Godsheide) biedt de huidige locatie ook geen mogelijkheden. Om deze herlocalisatie te kunnen realiseren, zal de school haar subsidiedossier voor AGION moeten herzien. Om de timing van dit subsidiedossier te kunnen respecteren, zou het juridisch kader (RUP) begin 2015 goedgekeurd moeten zijn.

│ Figuur. schoolgebouw in het binnengebied │ Figuur. schoolgebouw aan de straatzijde Kleinstraat

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 9 / 30 3. Beschrijving van het programma, plan en mogelijke alternatieven

3.1. Programma van het RUP

Voorafgaand aan het RUP werden verschillende inrichtingsplannen opgemaakt voor het gebied van de gemeenschapsvoorzieningen. Deze inrichtingsschetsen leggen de ambitie en de stedenbouwkundige krijtlijnen vast voor de concrete inrichting van het gebied. Het RUP dient het planologisch kader aan te reiken om de concrete inrichting mogelijk te maken. Onderstaand vindt U de inrichtingsschets terug voor de ontwikkeling van het gebied op langere termijn.

Albertkanaal

Platte Vijversstraat

recreatie Godsheide

Brugbemdenstraat begraafplaats

medisch pedagogisch instituut Bethanië

Kleinstraat

Oude Miserikbeeek

Mizerikstraat

golf Kiezelstraat Demer

│ Inrichtingsschets voor de site met gemeenschapsvoorzieningen (met aanduiding van ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen op middellange termijn) – variant met de school aan de Kiezelstraat

Volgend programma voor het RUP Godsheide wordt naar voren geschoven:

 Ruimte voor een nieuwe school op korte termijn. De kleuter- en lagere school van Godsheide wordt ingeplant op wandelafstand van de huidige locatie (ca. 200 meter). De leeromgeving wordt geconcipieerd als een ‘open school’, waarbij maximaal gestreefd word naar dubbel gebruik van functies (zoals, sportzaal, klasruimtes, trapveldjes…). In het RUP worden twee inplantingsmogelijkheden opengehouden voor de school:

- 1. ter hoogte van de Kiezelstraat, waarbij de bestaande gemeenschapsvoorzieningen (zoals jeugdhuis, kerk, pastorij, parochiezaal en begraafplaats) worden aangevuld met de school. In dit voorkeurscenario krijgt de school een representatieve ontvangst- en ontmoetingsruimte aan de Kiezelstraat (hoofdstraat van Godsheide). De uitvoering van dit scenario is afhankelijk van het verwerven van een perceel aan de Kiezelstraat dat eigendom is van Tevona vzw. Tevona vzw is een tehuis die opvang en begeleiding biedt aan volwassen personen met een verstandelijke beperking (zelfstandig wonen). Dit tehuis kampt net zoals de school met ruimtetekort. De opportuniteit bestaat om Tevona te herlocaliseren in het woongebied (bvb. op de huidige locatie van de school). De vzw is vragende partij om de zelfstandige woonvormen te mixen met het regulier wonen, om sociale isolatie van haar bewoners te vermijden.

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 10 / 30 Momenteel worden gesprekken gevoerd tussen de stad Hasselt en Tevona vzw om een geschikte locatie in de kern van Godsheide te kunnen aanduiden.

- 2. centraal in het gebied tussen de Kiezelstraat en het bestaande recreatiegebied van Koninklijke Godsheide V.V. In dit terugvalscenario kan de school volledig gerealiseerd worden op eigendommen van de stad Hasselt. Nadeel van dit scenario is dat de school zal voorkomen achter het bebouwde lint van de Kiezelstraat,hetgeen minder interessant is voor de zichtbaarheid en uitstraling van de school.

 Ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen op de middellange termijn. Gezien de voorziene groei van de woonkern Godsheide (mogelijke verdubbeling van het aantal inwoners tegenover het huidige woonaanbod – zie infra) dienen de gemeenschapsvoorzieningen gestaag maat te houden. Het programma van de gemeenschapsvoorzieningen op de middellange termijn werd vandaag nog niet gedefinieerd, maar er kan gedacht worden aan:

- cultureel centrum, openbare culturele voorzieningen : zoals bibliotheek, theater, enz...; - wijkkantoor van de politie; - openbare sport- en spelinfrastructuur; - lokale onderwijsinstellingen; - sociale voorzieningen zoals kinderkribben, bejaardenzorg, rusthuizen, dienstencentra, enz...;

Een belangrijk randvoorwaarde voor het aanduiden van deze ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen bestaat eruit dat deze aansluiten met het ‘kerngebied’ van Godsheide (Kiezelstraat en Platte Vijversstraat). Een opportuniteit bestaat erin de gemeenschapsvoorzieningen te voorzien op de bestaande stadseigendommen.

 Behoud van de ‘open ruimtecorridor’ tussen Godsheide en de stad Hasselt. Bij de opmaak van het gewestplan dd. 03-04-1979 werd er tussen de landelijke kern van Godsheide en de stad Hasselt een ‘open ruimtecorridor’ in getekend. Door deze ‘open ruimtecorridor’ werd vermeden dat Hasselt overvloeit in het woongebied van Godsheide en het dorp haar lokaal karakter zou verliezen. De open ruimtecorridor komt voor vanaf het gebied met de Grenslandhallen en loopt over het Albertkanaal verder in het Vijvergebied van Midden-Limburg en de bosgebieden van en Genk. Tussen Godsheide en Hasselt bestaat deze ‘open ruimtecorridor’ uit de Hasseltse golfclub, het groene domein van het medisch pedagogisch instituut Bethanië, het bestaande recreatiegebied van Koninklijke Godsheide V.V. en een aantal agrarische restruimtes.

 Lokale parkstructuren en polyvalente open ruimtes. De woonomgevingen van Godsheide kennen een uitgesproken open en groen karakter. Het aanduiden van lokale parkstructuren in het plangebied wordt als programma-element naar voren geschoven om dit open en groene karakter te vrijwaren. De parkstructuren dienen een gelaagde overgang te realiseren tussen het bestaand woongebied van Godsheide, de gemeenschapsvoorzieningen en de voorgenoemde ‘open ruimtecorridor’. Een parkstructuur centraal in het plangebied wordt zodanig ingericht dat een polyvalent gebruik mogelijk wordt (bvb. organisatie van lokale evenementen, speel-en ravotweide voor de school /het jeugdhuis/ouderenvereniging/Bethanië…).

 Bereikbaarheid en toegankelijkheid. De zones voor gemeenschapsvoorzieningen dienen vrij en gemakkelijk toegankelijk te zijn voor het publiek. De lokale parkstructu(u)r(en) moet ook uitnodigen om ontdekt te worden. In alle richtingen wordt een netwerk voorzien met trage wegen voor het zachte verkeer. Deze trage wegen garanderen de doorwaadbaarheid van het gebied en snelle verbindingen voor fietsers en wandelaars.

Verbindingen voor het autoverkeer worden beperkt tot het ontsluiten van de gemeenschapsvoorzieningen. Een doorgaande autoverbinding tussen de Platte Vijversstraat en Kiezelstraat of een verbinding de Platte Vijversstraat en de Vissenbroekstraat kan niet worden gerealiseerd (geen doorgaand verkeer mogelijk). Het autoverkeer dient opgevangen worden in een aantal kleinere parkeerpockets.

Het weggedeelte van de Vissenbroekstraat tussen de Kiezelstraat en het domein van het medisch pedagogisch instituut Bethanië kan omwille van zijn beperkt profiel ingekleurd worden voor het zachte verkeer.

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 11 / 30 3.2. Beschrijving van het plan

3.2.1 Schetsontwerp grafisch plan

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 12 / 30 Het schetsontwerp RUP werd afgebakend volgens de begrenzing van het agrarische gebied zoals aangeduid door gewestplan , de rooilijnplannen van de Kiezelstraat en de Platte Vijversstraat en het BPA nr. 14 vel 5 (grondgebied tussen de Gouverneur Verwilghensingel, de Sasstraat, het Albertkanaal, de ontworpen A12 en de Universiteitslaan).

3.2.2 Voorzorgsmaatregelen

Tijdens het onderzoek naar de significante milieueffecten (zie infra bij de behandeling van de disciplines) kunnen proactief aan aantal voorzorgsmaatregelen in het RUP ingebouwd worden. De milderende of flankerende maatregelen kunnen bestaan uit:

 Het hemelwater komende van bebouwing dient verplicht te worden opgevangen, passend gebufferd en verplicht hergebruikt (inrichting wateropvang) te worden. Hierbij geldt het principe van opvangen en vasthouden van het hemelwater, infiltreren en indien nodig geleidelijk vrijgeven aan de omliggende waterlopen (Borgravebeek, Oude Miserikbeek en Oude Demer). De aanleg van een gescheiden rioleringsstelsel voor de afvoer van het grijs of zwart water en de aansluiting hierop is verplicht.

 In het noordelijk deel van het gebied komt de Borgravebeek voor. Deze waterloop dient in de gebieden voor wonen en het parkgebied voor te komen in een open bedding. Ter hoogte van de Platte Vijversstraat kan deze ingebuisd worden om de wegenis te kruisen. In een open bedding dient de beek met haar watergang, oevers en droge omgevingen natuurlijk ingericht en beheerd te worden. Het lozen van hemelwater vrij van elke verontreiniging op de waterloop is toegelaten mits een maximaal lozingsdebiet van 5l/sec per ha verharde oppervlakte.

De waterloop dient begeleid te worden door streekeigen en inheems laag- en hoogstammig groen. In de parkzone worden plaatselijke verbredingen en plas- en drasbermen voorzien met als bedoeling de ecologisch- landschappelijke waarde van het gebied en de biodiversiteit te verhogen.

 In functie van de fasering van de zone voor gemeenschapsvoorzieningen wordt beheerslandbouw voorzien als nevenbestemming. In de parkstrip worden beheerslandbouw, natuur- en waterbeheer voorzien als ondersteunende nevenfuncties in functie van het parkbeheer.

 Verhardingen dienen te worden uitgevoerd in waterdoorlatende materialen tenzij afwatering en opvang en infiltratie in de naastliggende zones mogelijk is. Met uitzondering van de gebieden bestemd voor wonen en gemeenschapsvoorzieningen zijn permanente parkeerplaatsen enkel toegelaten in de grafisch aangeduide parkeerpockets. Verhardingen in de bestemming parkgebied worden beperkt tot het strikt noodzakelijke.

 Met uitzonering van de woongebieden dient de samenstelling van het plantenmateriaal (bomen, heesters en hagen) te gebeuren op basis van streekeigen en inheemse plantensoorten, al dan niet in combinatie met streekeigen cultuurgewassen.

 Bij het beheer en de inrichting van de zones voor gemeenschapsvoorzieningen, het parkgebied en de parkstrip dient er rekening te worden gehouden met het harmonisch park- en natuurbeheer, een natuurtechnische inrichting en een gedifferentieerd maaibeheer om zo de ecologische en landschappelijke waarde van het gebied te verhogen.

 In de parkstrip met letteraanduiding ‘g’ en recreatiestrip kunnen evenementen, zoals een lokaal muziekfestival, Vlaamse kermis, wijk- en buurtfeest… georganiseerd worden. Het is aan te raden om eventuele geluidsbronnen te richten naar zuid en/of westelijke richting (weg van de Kiezelstraat en de Platte Vijverstraat).

 De parkstrip kan niet geprivatiseerd worden. Het voorzien van afsluitingen, hekjes of andere obstakels met als doel de zones of delen van de zone af te sluiten worden m.a.w. niet toegelaten. In de parkstrip dient de beslotenheid en sereniteit van de begraafplaats gevrijwaard te worden.

 Het bouwkundig erfgoed wordt op de schetsontwerp RUP aangeduid met de doelstelling dit erfgoed zowel aan de buitenzijde als aan het interieur in hun huidige vormgeving te bewaren (zoals op het grafisch plan voorzien

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 13 / 30 met het symbool ). De karakteristieke elementen en het silhouet van de aanwezige bebouwing dienen bewaard te worden volgens de regelgeving van het Agentschap onroerend erfgoed. Het gaat om volgende erfgoed elementen:

- Het Spaans Huis (beschermd dorpsgezicht bij MB 12/01/1987 -‘Spaans Huis-bestaande uit woonhuis, dwarsschuur met stalling en onmiddellijke omgeving) - Kiezelstraat 70-72; - Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw-Bezoeking; - Neoclassicistische pastorie - Kiezelstraat 132; - Langgestrekte vakwerkhoeve - Platte-Vijversstraat 8;

De buitenaanleg van het Spaans Huis wordt eveneens aangeduid als erfgoed. De inrichting dient te gebeuren in hoogwaardige materialen en in overeenstemming met de historische context.

3.2.3 Randvoorwaarden van de stedenbouwkundige voorschriften

woonzone

In het schetsontwerp RUP wordt de bestemming van de bestaande woonranden van de Kiezelstraat en Platte Vijversstraat bestendigd zoals aangeduid door het vigerende gewestplan. De bestaande aanwezige niet-vervallen verkavelingen worden door het RUP niet opgeheven. De aanwezige gemeenschapsvoorzieningen zoals de kerk met begraafplaats, het jeugdhuis, parochiehuis worden in hun gemeenschapskarakter bestendigd binnen de woonzone.

De woonzone wordt in het schetsontwerp RUP bestemd voor wonen en gemeenschapsvoorzieningen met inbegrip van aanhorigheden, tuinen, parkings, toegangen en ontsluitingen. Langs de Kiezelstraat worden kleinschalige kleinhandelsfuncties voorzien, met wonen boven winkels, en dit vanaf de Miezerikstraat tot aan de Platte Vijversstraat (nadruk op kernversterking).

gemengde zone - wonen en gemeenschapsvoorzieningen

De gemengde zone - wonen en gemeenschapsvoorzieningen wordt in het schetsontwerp RUP voorzien ter hoogte van het perceel Tevona (met letteraanduiding ‘b’ - aan de Kiezelstraat) en ter hoogte van het zuidelijke woonzone van de Platte Vijversstraat (met letteraanduiding ‘a’). In deze gemengde zone wordt zowel de bestemming wonen als zuivere gemeenschapsvoorzieningen toegelaten.

De motivatie om de agrarische gebieden ter hoogte van Platte Vijversstraat in het schetsontwerp te bestemmen met een dubbele bestemming wonen en gemeenschapsvoorzieningen bestaat eruit dat deze gebieden deel kunnen uitmaken van de cluster met zuivere gemeenschapsvoorzieningen (bvb. bejaardenzorg, RVT of andere zelfstandige woonvormen voor ouderen,…). Het is eveneens te verantwoorden dat in dit achterliggende gebied een gemeenschappelijk woonproject gerealiseerd wordt. Dit gebied is voldoende groot (ca. 1 ha) en kan voor het autoverkeer ontsloten worden via de Platte Vijversstraat.

Omwille van de versnipperde perceelstructuur en de noodzaak van één (gemeenschappelijke) ontwikkelingsvisie voor het gebied, wordt in het schetsontwerp RUP deze zone, samen met een deel van de woonzone, aangeduid als projectzone (met grafische aanduiding ). De aanduiding als projectzone bepaalt dat er een ontwikkeling dient plaats te vinden volgens gemeenschappelijk plan of concept. Hierbij wordt de nadruk voornamelijk gelegd op een gemeenschappelijke ontsluiting voor het autoverkeer naar de Platte Vijversstraat.

Het perceel met letteraanduiding ‘b’ zoals aangeduid op het grafisch plan kan met zijn dubbele bestemming ingericht worden in functie van de nieuwe school. Om dit mogelijk te maken, worden er gesprekken gehouden met de huidige eigenaar Tevona vzw en de stad Hasselt. Het perceel behoudt echter zijn bestaande bestemming volgens het gewestplan (wonen) om niets te hypothekeren of te bruuskeren.

zone voor gemeenschapsvoorzieningen

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 14 / 30 In het schetsontwerp RUP wordt de zone voor gemeenschapsvoorzieningen bestemd voor bebouwing, constructies en voorzieningen voor gemeenschapsvoorzieningen met inbegrip van groene ruimtes, ontsluitingen, openbare wegenis en toegangen. De gemeenschapsvoorzieningen kunnen bestaan uit functies zoals lokale onderwijsinstellingen, cultureel centrum, openbare culturele voorzieningen, wijkkantoor, sociale voorzieningen zoals kinderkribben, bejaardenzorg, rusthuizen, dienstencentra…, groene ruimtes en pleinzones (…).

Op het schetsontwerp grafisch plan worden twee zones aangeduid in functie van de korte termijnbehoefte van de kleuter- en lagere school van Godsheide. De locatie van het beschreven voorkeursscenario wordt aangeduid op het grafisch plan door de letter c. De inplantingsmogelijkheid van het terugvalscenario voor de school wordt voorzien ter hoogte van de letteraanduiding ‘d’.

Op middellange termijn worden de bestemmingszone met letteraanduiding ‘e’ en de niet-weerhouden zone voor de school eveneens aangeduid voor gemeenschapsvoorzieningen. Over een exact programma of de timing voor de realisatie van deze voorzieningen bestaan nog geen concrete uitspraken. Er wordt voornamelijk gedacht aan voorzieningen voor ouderen en buurtfuncties (RVT, serviceflats, begeleid wonen, polyvalente zaal,..). De zones kunnen aangesneden worden naargelang de op stapel zijnde woonprojecten gerealiseerd zullen worden (WUG’s).

De stedenbouwkundige inrichting van de zones worden voorzien als campusmodel, waarbij het globale open ruimte karakter richtinggevend is voor de uiteindelijke lay-out van de zones.

parkstrip

De parkstrip wordt ingericht in functie van landschapszone met publiek karakter en gericht op de gemeenschapsvoorzieningen. De bestaande begraafplaats, pastorietuin en de buitenruimte van het jeugdhuis maken eveneens onderdeel uit van de parkstrip (bestemmingszone met letteraanduiding ‘f’).

Een grotere zone bestemd als parkstrip wordt centraal het gebied ingekleurd en heeft en belangrijke publieke aantrekkingskracht. Deze zone vormt het overgangsgebied of de uitloopzone tussen de gemeenschapsvoorzieningen en de aangeduide recreatiestrip. In deze zone wordt kleinschalige bebouwing voorzien in functie van de gemeenschapsvoorzieningen zoals abri’s, fietsenstallingen, parkpaviljoen, enz. Het organiseren van tijdelijke evenementen zoals een muziekfestival, het circus, culturele organisaties wordt in de zone eveneens mogelijk gemaakt.

parkgebied

De parkgebieden zijn bestemd voor de instandhouding en ontwikkeling van hun natuurlijke en landschappelijke waarde. In de zone voor parkgebied worden beheerslandbouw, bos en waterbeheer voorzien als ondersteunende nevenfuncties en in functie van het landschapsbeheer. Laagdynamische recreatievormen zoals wandelen en fietsen worden in het parkgebied voorzien.

In het schetsontwerp RUP wordt twee zonevreemde woningen aangeduid (met grafische overdruk ). Deze zonevreemde woningen kunnen zich verder ontwikkelen volgens de bepalingen van de VCRO.

recreatiestrip

De recreatiestrip wordt bestemd voor sport- en spelvoorzieningen zoals voetbalvelden en andere outdoor faciliteiten met bijhorende bebouwing en verhardingen. In de recreatiestrip is het open en groen karakter richtinggevend voor de inrichting. Er wordt een maximale bebouwings- en verhardingscoëfficiënt voorzien van 25%. De overige delen van het gebied kunnen niet verhard noch bebouwd worden. De bebouwing wordt voorzien in functie van kleedkamers, clubruimte met kantine, ‘dug-outs’ enz.

De bestaande bomengroepen dienen gevrijwaard en/of gecompenseerd te worden binnen de bestemmingszone volgens de richtlijnen van het Agentschap Natuur en Bos.

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 15 / 30 De recreatiestrip wordt ontsloten langs de Platte Vijversstraat. Aansluitend aan deze wegenis wordt een parkeerpocket voorzien.

openbare wegenis

De openbare wegenis bestemt de bestaande wegenis van Platte Vijversstraat en de toegangen tot het binnengebied met de gemeenschapsvoorzieningen.

ontsluitingen voor zacht verkeer (fietsers en voetgangers)

De ontsluitingen voor het zacht verkeer duiden in het gebied de belangrijkste ontsluitingen aan voor voetgangers en fietsers. Deze doorwaadbaarheid van het gebied is een belangrijk programma-element om de sociale controle en het lokale karakter te versterken.

De Vissenbroekstraat werd ter hoogte van de Kiezelstraat reeds geknipt voor het doorgaand verkeer, en is dus (omwille van het zeer smalle profiel) reeds ingericht voor fietsers en voetgangers.

3.3. Mogelijke alternatieven

3.3.1 Het nulalternatief

Het nulalternatief bestaat uit het niet-realiseren van de zones voor gemeenschapsvoorzieningen en het behouden van de geïsoleerde bestemming agrarisch gebied zoals aangeduid op het vigerende gewestplan. Dit betekent dat er voor de kleuter- en lagere school van Godsheide een andere locatie zal gezocht moeten worden en dat ook de gemeenschapsvoorzieningen op de middellange termijn niet in het binnengebied gerealiseerd kunnen worden. Het aanduiden van locatie alternatieven voor zowel de korte als middellange behoefte aan gemeenschapsvoorzieningen zal waarschijnlijk buiten de kern van Godsheide moeten plaatsvinden (gezien de reservatie van de WUG’s voor wonen).

3.3.2 Motivatie van de huidige locatie voor de gemeenschapsvoorziningen

Als locatie voor de zone voor openbaar nut achter de kerk van Godsheide wordt doelbewust gekozen, en wel om de volgende redenen :

 Het gebied is vandaag ingekleurd als landbouwzone. Ten opzichte van andere landbouwgebieden in Hasselt ligt het geïsoleerd en heeft het een beperkte oppervlakte (niet opgenomen als HAG-gebied);

 Het gebied sluit aan op de historische kern van Godsheide;

 In en rond het gebied komen reeds een aantal gemeenschapsvoorzieningen voor zoals de kerk, het kerkhof, het parochiecentrum, de sportvelden van de lokale voetbalvereniging, het medisch pedagogisch instituut Bethanië, het Tehuis voor Nazorg (Tevona). De bouwaanvraag voor een nieuw jeugdhuis aansluitend op het gebied werd recentelijk goedgekeurd. Een aantal van deze voorzieningen liggen vandaag wat geïsoleerd (Bethanië) of zijn zonevreemd (voetbalterreinen). Met de bestemmingswijziging kan een performantere en meer samenhangende voorzieningencluster uitgebouwd worden.

 De stad Hasselt heeft grote delen van het gebied in eigendom, waardoor de stad een sturend beleid kan voeren ten aanzien van de uitbouw van gemeenschapsvoorzieningen in Godsheide.

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 16 / 30 4. Onderzoek naar de significante milieu-effecten

Het onderzoek naar de significante milieu-effecten wordt steeds gereflecteerd op de volgende drie deelgebieden:

1 Zone Borgravebeek. Dit gebied grenzend aan het Albertkanaal bestaat uit een bijna volledig gerealiseerd woongebied met achterliggend groenzone. In de groenzone komt de niet-gecategoriseerde Borgravebeek voor. Langs de Platte Vijversstraat bevinden zich twee zonevreemde woningen (agrarisch gebied).

2 De gemeenschapscluster. Het grootste deel van het gebied wordt gereserveerd voor de gemeenschapsvoorzieningen (inclusief recreatie- en parkstrip). Dit gebied herbergt vandaag de begraafplaats, een aantal voetbalvelden aan de Platte Vijversstraat, enkele achtertuinen en een aantal percelen met een huidig agrarisch gebruik. Ter hoogte van de Vissenbroekstraat komt een kleiner perceel voor met hooghout.

3 Zone Vissenbroekstraat. Deze zone omvat de woonbebouwing van de Kiezelstraat met een aantal diepere tuinpercelen en kleinere perceeldelen met landbouwgewassen.

4.1. Implicaties op de discipline bodem en grondwater

4.1.1 Beschrijving referentiesituatie

Overeenkomstig de bodemkaart wordt het gebied met gemeenschapsvoorzieningen gekenmerkt door matig droge tot matig natte zandbodems, met uitzondering van de woonbebouwing aan de Kiezelstraat die door de bodemkaart aangeduid worden als antropogene of bebouwde zone. De terreinen van de golfclub worden omschreven als natte lichte zandleembodem met een kern van gleyige kleibodem, doch situeren zich volledig ten zuiden van het projectgebied. Het gebied bestaat hoofdzakelijk uit matig natte bodems.

1 1

2 2

3 3

Bebouwde zones Onbepaald Matig natte zandbodem Matig droge zones Matig droge zandbodem Matig natte zones

N atte lemige zandbodem Natte zones

Natte lichte zandleembodem

S terk gleyige kleibodem

│ Uittreksel bodemkaart (AGIV 2013) │ Uittreksel uit de drainagekaart (AGIV 2013)

Uit de verklarende tekst van de bodemkaart bij het kaartblad Hasselt 77E blijkt dat de relatief laag gelegen depressies en de beekvalleien onder invloed staat vaneen permanente grondwatertafel en dit op minder dan 2-3 meter diepte. De grondwatertafel stijgt in de winter en bereikt in het voorjaar haar hoogste punt. De gemeenschapscluster (inclusief de recreatiestrip) bevindt zich op een licht verhoogde positie tussen de Borgravebeek en de Oude Miserikbeek/Oude Demer. De bijhorende figuur uit de verklarende tekst van de bodemkaart bij het kaartblad Hasselt 77E (1975) illustreert dit.

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 17 / 30 Uit de literatuur leren we dat in de zones 1. Borgravebeek en 3. Vissenbroekstraat het grondwater stijgt tot 40 cm onder het maaiveld. De bodems van de gemeenschapscluster (inclusief recreatiestrip) zijn nat in de winterperiode.

gemeenschapscluster

│ Uittreksel uit de verklarende tekst van de bodemkaart bij het kaartblad Hasselt 77E (1975) met aanduiding van de permanente grondwatertafel

4.1.2 Beschrijving van de effecten

Er kan besloten worden dat de zandgronden van het projectgebied matig gevoelig zijn voor verdichting door bedekking en betreding en dit voornamelijk in de winterperiodes en het voorjaar. Het is aan te raden dat bij de ontwikkeling van de gemeenschapscluster (inclusief recreatiestrip) voldoende afwateringsgrachten of greppels voorzien worden om de verdichting door bedekking en betreding van de bodem te milderen. Het voorzien van een landschappelijke vormgeving van het gebied met afwateringsgrachten of greppels zal bindend worden opgelegd in de stedenbouwkundige voorschriften. Deze grachten kunnen hun afwatering krijgen naar de omliggende waterlopen (Borgravebeek, Oude Miserikbeek en Oude Demer) of in een retentiezone in het gebied. De aanleg van de afwateringsgrachten of greppels kan de ecologische waarde en de biodiversiteit in het gebied gevoelig verhogen.

4.2. Implicaties op de discipline oppervlaktewater

In deze beschrijving wordt eveneens verwezen naar de watertoets – hoofdstuk 5.

4.2.2 Beschrijving van de referentiesituatie

Het plangebied bevindt zich centraal in het Demerbekken en meer bepaald in het deelbekken Midden Demer. In het gebied komt de Borgravebeek voor, die door de Vlaamse Hydrografische Atlas aangeduid wordt als een niet geklasseerde waterloop (VHAG-code 7675 – beheerd door de stad). In de omgeving van het plangebied komen volgende waterlopen voor:

- onmiddellijk ten noorden van het projectgebied situeert zich het Albertkanaal (bevaarbaar – categorie 0 – VHAG-code 4), beheerd door NV De Scheepvaart; - ten zuiden van het projectgebied bevindt zich de Demer (1ste categorie – VHAG-code 7151), in beheer van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) – afdeling Operationeel Waterbeheer Hasselt; - de Oude Miserikbeek, onmiddellijk ten zuiden van het projectgebied, betreft een waterloop van 2de categorie (VHAG-code 7591), en wordt beheerd door de provincie Limburg.

Inzake de behandeling van het afvalwater geven de zoneringsplannen, opgemaakt door de Vlaamse Milieumaatschappij, aan dat de Kiezelstraat en Platte Vijversstraat voorkomen in ‘centraal gebied’. Dit betekent dat er in deze wegenis en de omliggende woonstraten een afvalwaterriolering aanwezig is, die verbonden is met één of meerdere operationele waterzuiveringsinstallatie(s). In dit centrale gebied moet het afvalwater verplicht aangesloten worden op het afvalwaterriool (de zgn. aansluitingsplicht).

Het projectgebied bevindt zich niet in een beschermingszone voor waterwinning of waterwingebieden.

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 18 / 30 1 1

2 2

3 3

–– Centraal gebied Niet geklasseerd ste Collectief te optimaliseren buitengebied 1 categorie (onbevaarbaar) de Individueel te optimaliseren buitengebied 2 categorie (onbevaarbaar)

│ Uittreksel uit de zoneringsplannen (VMM - 2013) │ Uittreksel uit de Vlaamse Hydrografische Atlas met aanduiding van de Molenbeek (AGIV - 2013)

4.2.3 Beschrijving van de effecten

De stedenbouwkundige voorschriften verplichten dat het hemelwater van de bebouwing binnen de contouren van het RUP wordt opgevangen, passend gebufferd en verplicht herbruikt wordt. De aanleg van een gescheiden rioleringsstelsel en de aansluiting hierop is verplicht.

De Borgravebeek zal bestemd worden in zones voor openbare wegenis (Platte Vijversstraat), het woongebied en een zone voor parkgebied. De stedenbouwkundige voorschriften zullen bepalen dat de waterloop, wanneer deze deel uit maakt van een wegzate, behouden of ingericht dient te worden als een baangracht met open bedding. Het instandhouden of verplaatsen van de inbuizing dwars op de rijrichting is steeds mogelijk; inbuizingen parallel met de rijrichting niet. De Borgravebeek dient in de gebieden voor wonen en het parkgebied voor te komen in een open bedding.

In een open bedding dient de Borgravebeek met haar watergang, oevers en droge omgevingen natuurlijk ingericht en beheerd te worden. Het lozen van hemelwater vrij van elke verontreiniging op de waterloop is toegelaten mits een maximaal lozingsdebiet van 5l/sec per ha verharde oppervlakte.

Na evaluatie van de watertoets mag worden geoordeeld dat m.b.t. de discipline oppervlaktewater het RUP geen significante effecten zal hebben.

4.3. Implicaties op de disciplines landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie

3.3.1 Beschrijving van de referentiesituatie a.h.v. de atlas der buurtwegen

De Atlas van de Buurtwegen werd opgesteld naar aanleiding van de wet van 10 april 1841 en vormen een inventaris van alle wegen die van belang waren voor het lokaal verkeer. Die wegen waren bedoeld voor doelgericht verkeer naar het dorp, de kerk, de weide, het veld. Op deze atlas worden de Kiezelstraat en Platte Vijverstraat reeds aangeduid.

Op deze kaart is ook de oudste bebouwing terug te vinden van Godsheide, zoals het Spaans Huis, de kerk (?) en de pastorijwoning(?). Ook de oorspronkelijke bebouwing van het medisch pedagogisch instituut Bethanië en de voormalige hoeve aan de Vissenbroekstraat kunnen herkend worden (beide buiten de contour van het RUP).

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 19 / 30 Noemenswaardig is het ontbreken van het Albertkanaal en de verbondenheid tussen Godsheide-centrum en Malpertuus.

1

2

3 Uittreksel uit de atlas der buurwegen (provincie Limburg 2013)

3.3.2 Beschrijving van de referentiesituatie a.h.v. de Vlaamse landschapsatlas

Ankerplaatsen zijn wetenschappelijk in kaart gebracht, geselecteerd en beschreven in de Landschapsatlas. Het zijn de meest waardevolle landschappen van Vlaanderen omwille van hun contextwaarde, gaafheid, herkenbaarheid, identiteit en natuurlijkheid. Relictzones werden afgebakend waar waardevolle landschapselementen voorkomen in relatief gave, herkenbare onderlinge samenhang.

Binnen de afbakening van het RUP en ruime omgeving worden door de landschapsatlas geen ankerplaatsen of relictzones aangeduid (naast gave landschapsgebieden). Naast ankerplaatsen en relictzones duidt de landschapatlas ook lijn- en puntrelicten aan. Deze relicten worden gevormd door hun lijn- of puntvormig karakter en hun onmiddellijk aangrenzende ruimte. In de onmiddelijke omgeving van het plangebied te Godsheide wordt de Demer met haar afgesneden meanders, gelegen ten zuiden van het projectgebied, aangeduid als lijnrelict.

Ter hoogte van deelgebied 3 – de zone van de Vissenbroekstraat wordt het Spaans Huis (code P70328) langsheen de Kiezelstraat door de landschapsatlas aangegeven als puntrelict.

1 1

2 2

3 3

│ Uittreksel uit de Vlaamse landschapsatlas (AGIV - 2013) │ Uittreksel uit de Vlaamse landschapsatlas (AGIV – 2013)  lijnrelicten – de Demer  lijn- en puntrelicten – het Spaans huis

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 20 / 30 3.3.3 Beschrijving van de referentiesituatie a.h.v. de beschermde landschappen, dorpsgezichten en monumenten

Het bovenvermelde Spaans Huis werd zowel beschermd als monument als dorpsgezicht, overeenkomstig het MB 12 januari 1987. De bescherming als monument, om reden van artistieke (architectuurhistorische) en documentaire waarde, betreft het woonhuis en de dwarsschuur met stalling (gelegen in de Kiezelstraat 100). Omwille van de historische en artistieke waarde impliceert de bescherming als dorpsgezicht tevens de onmiddellijke omgeving.

1 1

2 2

3 3

│ Kaart met aanduiding van beschermd erfgoed (AGIV - 2013) │ Aanduiding relicten uit Inventaris Bouwkundig Erfgoed (Onroerend erfgoed - 2013)

3.3.4 Beschrijving van de referentiesituatie a.h.v. de vastgestelde Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed

De vaststelling van de inventaris van het bouwkundig erfgoed bepaalt eenduidig, in een overzichtelijke lijst per gemeente, het gebouwd patrimonium van Vlaanderen (Vlaams Instituut voor Onroerend Erfgoed - VIOE). Met betrekking tot het projectgebied zijn de volgende relicten opgenomen in de inventaris:

RELICT_ID NAAM ADRES STATUS 22127 “Spaans huis” semi-gesloten hoeve Kiezelstraat 70-72 Bewaard 22126 Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw-Bezoeking Kiezelstraat z.n. Bewaard 22128 Neoclassicistische pastorie Kiezelstraat 132 Bewaard 207035 Langgestrekte vakwerkhoeve Platte Vijversstraat 8 Bewaard

3.3.5 Beschrijving van de referentiesituatie a.h.v. de Centraal Archeologische Inventaris

De Centrale Archeologische Inventaris is een inventaris van tot nog toe gekende archeologische vindplaatsen. Vanwege het specifieke karakter van het archeologisch erfgoed dat verborgen zit in de ondergrond, is het onmogelijk om op basis van de Centrale Archeologische Inventaris uitspraken te doen over de aan- of afwezigheid van archeologische sporen. De aan- of afwezigheid van archeologische sporen dient met verder onderzoek vastgesteld te worden.

Binnen de afbakening van het RUP te Godsheide en ruime omgeving zijn overeenkomstig de inventaris tot op heden nog geen archeologische vindplaatsen gekend. Tot nu toe is er ook geen systematische prospectie gebeurd. Op de kaart uit de atlas der buurtwegen staat langs de huidige Vissenbroekstraat evenwel een gebouw ingetekend, waarbij het omwille van de onnauwkeurigheid van het beschikbare kaartmateriaal moeilijk is op te maken of dit al dan niet bewaard bleef.

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 21 / 30

1

2

3

│ Uittreksel uit de Centraal Archeologische Inventaris (AGIV)

3.3.6 Beschrijving van de effecten

Er kan gemotiveerd worden dat de opmaak van het RUP Godsheide geen significante effecten met zich mee zal brengen met betrekking tot de discipline landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie. De bestaande wetgevingen inzake beschermingen als monument en dorpsgezicht en de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed blijvend ongewijzigd van kracht ongeacht het voorliggende RUP.

In het RUP wordt een voorzorgmaatregel ingebouwd om het aanwezige bouwkundig erfgoed zowel naar de buitenzijde als aan het interieur in hun huidige vormgeving te bewaren. Aanpassingen aan de huidige noden zijn mogelijk echter zonder de karakteristieke elementen en het silhouet van de aanwezige bebouwing te verstoren.

Het landschapsbeeld van het gebied zal bij de invullingen van de gemeenschapsvoorzieningen op de middellange termijn gewijzigd worden. Echter voorziet het RUP de noodzakelijke waarborgen om de open ruimtecorridor tussen Hasselt en Godsheide te bewaren (het parkgebied, de parkstrip en de recreatiestrip).

4.4. Implicaties op de discipline fauna en flora

4.4.1 Beschrijving van de referentiesituatie a.h.v. de biologische waarderingskaart

Het Instituut voor Natuurbehoud heeft de biologische waarderingskaart opgemaakt, een uniforme inventarisatie en evaluatie van de biologisch waardevolle en minder waardevolle gebieden (bwk-kaart).

In het deelgebied 1 – de zone met de Borgravebeek komen volgende aanduidingen voor op de bwk-kaart:

- het dijklichaam van het Albertkanaal aangeduid als een complex van biologisch waardevolle en zeer waardevolle elementen bestaande uit een eiken-berkenbos met loofhoutaanplanten; - een bosgebiedje tussen het hoofdvoetbalveld van Koninklijke Godsheide V.V. en de Platte Vijversstraat aangeduid als biologisch zeer waardevol en bestaande uit een nitrofiel alluviaal elzenbos;

In deelgebied 2 – de zone van de gemeenschapscluster gaat het om:

- een hoogstamboomgaard in een tuinzone aan de Platte Vijversstraat aangeduid als biologisch waardevol; - een groter aaneengesloten grasland met een biologisch waardevolle kartering. Dit soortenrijk permanent cultuurgrasland met relicten van halfnatuurlijke graslanden omvat een aantal extensief beheerde landbouwpercelen; - een bosgebiedje aan de Vissenbroekstraat (ter hoogte van de recreatiestrip) dat ingekleurd wordt als biologisch zeer waardevol nitrofiel alluviaal elzenbos met struweelopslag.

Tenslotte komt in deelgebied 3 – de zone van de Vissenbroekstraat een kleinere kartering voor van het biologisch waardevol soortenrijk permanent cultuurgrasland met relicten van halfnatuurlijke graslanden.

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 22 / 30 Binnen de afbakening van het RUP Gemeenschapsvoorzieningen te Godsheide en ruime omgeving worden door de biologische waarderingskaart geen faunistisch belangrijke gebieden aangeduid.

1 1

2 2

3 3

Biologisch minder waardevol

Biologisch waardevol Biologisch zeer waardevol

│ Uittreksel uit de biologische waarderingskaart (AGIV - 2013) │ Uittreksel uit de biologische waarderingskaart (AGIV - 2013)  biologisch waarderingszones  faunistisch belangrijke gebieden

4.4.2 Beschrijving van de referentiesituatie a.h.v. de gebieden van het VEN en IVON

Het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN) en het Integraal Verwevings- en Ondersteunend Netwerk (IVON), de natuurverwevingsgebieden en natuurverbindingsgebieden behoren tot de belangrijke instrumenten van het natuur- en bosbeleid. Deze instrumenten worden gedeeld met het ruimtelijke ordeningsbeleid. Op ca. 800 meter vanaf de noordelijke grens van de voorzieningencluster vangt de Grote Eenheid Natuur ‘Het Vijvergebied Midden-Limburg’ aan. Dit gebied wordt van de voorzieningencluster gescheiden door het Albertkanaal, enkele woonlinten en een uitloper van de KMO-zone langs de Genkersteenweg.

1 1

2 2 3 3

│ Aanduiding van de VEN- en IVON-gebieden (AGIV) │ Uittreksel uit het Natura2000-netwerk (AGIV) > gearceerde zone  vogelrichtlijngebieden > gearceerde zone  habitatrichtlijngebieden > groene zone

4.4.3 Beschrijving van de referentiesituatie a.h.v. het Natura2000-netwerk

Natura2000 is een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden op het grondgebied van de lidstaten van de Europese Unie. Dit netwerk vormt de hoeksteen van het beleid van de EU voor behoud en herstel van biodiversiteit.

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 23 / 30 Natura2000 dient niet enkel ter bescherming van gebieden (habitats), maar draagt ook bij aan soortenbescherming. De habitatrichtlijngebieden hebben een statuut als Speciale Beschermingszones, ook gekend als SBZ-gebieden.

Op ca. 800 meter vanaf de noordelijke grens van de voorzieningencluster vangt het habitatrichtlijngebied van de Valleien van de Laambeek, Zonderikbeek, Slangebeek en Roosterbeek met vijvergebieden en heiden (BE2200031) aan. Dit gebied wordt van de voorzieningencluster gescheiden door het Albertkanaal, enkele woonlinten en een uitloper van de KMO-zone langs de Genkersteenweg.

4.4.4 Beschrijving van de effecten

Met betrekking tot de discipline fauna en flora mag worden geoordeeld dat de uitvoering van het RUP Gemeenschapsvoorzieningen te Godsheide geen significante effecten zal veroorzaken. De vigerende wetgevingen van het natuur-en bosdecreet met de algemene zorgplicht en ecologische compensaties blijven onverhinderd van kracht.

Het RUP bestemt grote delen van de voorkomende agrarische gebieden als parkgebied en als parkstrip. Door deze bestemmingen als groenzones kan de biologische kwaliteit van zowel het dijklichaam van het Albertkanaal, de vallei van de Borgravebeek als van de Oude Miserikbeek gegarandeerd blijven. Tevens wordt met het RUP de volledige oppervlakte van de begraafplaats en de pastorietuin in deelgebied 2 bestemd als parkstrip, opdat deze elementen hun huidige functie en landschappelijke waarde kunnen behouden.

Daar het precieze programma voor de recreatiestrip pas op lange termijn zal worden bepaald, zullen de kleine, biologische zeer waardevolle bosfragmenten in deelgebied 2 op korte termijn in hun huidige toestand worden geïntegreerd in de recreatiestrip. Indien op lange termijn zou blijken dat deze bosfragmenten dienen te wijken voor een specifiek recreatief programma, zullen deze moeten worden gecompenseerd op een andere plaats binnen de contour van het RUP (verplichting volgens stedenbouwkundige voorschriften).

Het grootste deel van het waardevolle soortenrijk permanent cultuurgrasland kan geïntegreerd worden in de centrale parkstrip en de zone voor gemeenschapsvoorzieningen (zie letteraanduidingen ‘g’ en ‘e’ op het grafisch plan). De stedenbouwkundige voorschriften voorzien dat deze gebieden beheerd en ingericht dienen te worden volgens de principes van het harmonisch park- en natuurbeheer, de verschillende natuurtechnische vademecums en een gedifferentieerd maaibeheer. Tevens wordt in deze zones beheerslandbouw, natuur, bos en waterbeheer voorzien in functie van het landschapsbeheer (nevenfuncties).

Ook zal de aanleg van de afwateringsgrachten (zie supra bodem en grondwater) een positief effect hebben op de ecologisch-landschappelijke waarde, wat de biodiversiteit van het gebied ten goede zal komen.

Door de inrichting van de voorzieningencluster vervallen tevens de potentiële nefaste effecten van de landbouwbestemming - zoals vermesting, verzuring en verdroging op de biologische waardevolle gebieden binnen de contour van het RUP.

Gezien de afstand van het projectgebied tot de VEN-, IVON- en habitatrichtlijngebieden of SBZ-gebieden en de ligging van het Albertkanaal tussen beide, zal de uitvoering van het RUP Gemeenschapsvoorzieningen ook geen significante effecten hebben op dit natuurgebied.

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 24 / 30 4.5. Implicaties op de discipline mens en ruimte

4.5.1 Beschrijving van verkeer en mobiliteit

Referentiesituatie In de huidige situatie zijn er geen erkende voetwegen doorheen het projectgebied. Ook maken de aanliggende wegen geen deel uit van een fietsroutenetwerk. Langsheen de noordelijke zijde van het kanaal (Turfstekersstraat) komen zowel delen van het recreatief als het functioneel fietsroutenetwerk voor.

Naar openbaar vervoer wordt het gebied 2x daags bediend door de busverbinding H3 tussen Godsheide – Hasselt – Stokrooie/Kiewit (met haltes in de Kiezelstraat als aan de Platte Vijversstraat).

Het gebied wordt voor het autoverkeer enerzijds ontsloten via de Kiezelstraat die de verbinding maakt met de Universiteitslaan. Deze geeft toegang naar de ring rond Hasselt. Anderzijds wordt het gebied voor autoverkeer ontsloten via de Mizerikenstraat over het Albertkanaal richting Genk. Het autoverkeer kan met andere woorden in een lus rond de woonkern van Godsheide geleid worden.

Toekomstige situatie Met de uitvoering van het RUP wordt het projectgebied doorwaadbaar gemaakt voor zacht verkeer. Dit gebeurt enerzijds in de oost-west richting vanaf de Kiezelstraat naar de bocht in de Platte Vijversstraat, anderzijds in de noord-zuid richting tussen de Platte Vijversstraat en het golfterrein via de nieuwe parkstrip. Deze paden voor zacht verkeer sluiten tevens goed aan bij de bestaande halten voor openbaar vervoer.

Met betrekking tot het gemotoriseerd verkeer blijft de mogelijkheid van de lus rond de woonkern van Godsheide behouden. Voor het bestemmingsverkeer worden twee parkeerpockets voorzien. Deze ter hoogte van de bocht in de Platte Vijversstraat bedient in hoofdzaak de recreatiestrip. Ter ontsluiting van de nieuwe gemeenschapsvoorzieningen (korte termijn: school + middellange termijn: nog te bepalen programma) wordt een lus geïntegreerd binnen het projectgebied, waarlangs een tweede parkeerpocket wordt ingeplant. Doorgaande bewegingen voor gemotoriseerd verkeer blijven uitgesloten.

De plaatselijke kleuter- en lagere school verhuist vanuit de Kleinstraat over een afstand van ca. 200m naar de nieuwe site. Het te verwachten aantal voertuigen dat hiermee wordt aangetrokken, bedraagt ongeveer een 30-tal wagens (overeenkomstig het huidige parkeeraanbod aan de Kleinstraat).

4.5.2 Beschrijving van de referentiesituatie a.h.v. de aanwezige functies

Wonen en aanverwante functies aan wonen Het bestaande woonlint wordt bestendigd. Bij de inplanting van de nieuwe gemeenschapsfuncties wordt in het RUP bewaakt dat voldoende afstand wordt gehouden tot de bestaande achtertuinen om inkijk te vermijden. De aanwezigheid van de nieuwe gemeenschapsfuncties ter plaatse van het projectgebied heeft tevens tot doel om de Kiezelstraat op te waarderen en deze as op te laden met kleinhandelszaken.

Bovendien zullen zowel de school, het jeugdhuis, de lokale sportvereniging, e.a. ten volle gebruik kunnen maken van de nieuwe park- en recreatiestrip als sport-, speel- en ravotruimte.

Begraafplaats Om inkijk te vermijden en de sereniteit van de begraafplaats naar de toekomst toe te behouden, voorziet het RUP bij de inplanting van de nieuwe gemeenschapsfuncties en eventuele woningen in voldoende afstand tot de eigenlijke begraafplaats.

Landbouwfunctie De landbouw is in de huidige situatie niet structureel aanwezig. Tevens werd het gebied niet geselecteerd als herbevestigd agrarisch gebied (HAG).

Beschrijving van de effecten

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 25 / 30 Er kan aangetoond worden dat de uitvoering van het RUP geen significante negatieve elementen met zich mee zal brengen op de discipline mens en ruimte. In tegendeel: er wordt verwacht dat de realisatie van de gemeenschapsvoorzieningen (inclusief de recreatiestrip) een uitgesproken positief effect zal hebben op de attractiviteit en de leefbaarheid van de woonkern Godsheide en dit zowel op korte als middellange termijn.

4.5.3 Seveso-bedrijven

Een Seveso-bedrijf is een bedrijf dat activiteiten ontplooit op het vlak van de behandeling, de productie, het gebruik of de opslag van gevaarlijke stoffen.

Binnen een straal van 2 km komen twee Seveso-bedrijven voor het gaat om: 1. Het bedrijf Bouts aan de scheepvaatkaai en 2. Het bedrijf VDS Retail gelegen aan de Herderstraat. Beide bedrijven hebben een laagdrempelig profiel.

4.6. Implicaties op de discipline geluid en trillingen

* Een deel van de gegevens in deze discipline worden overgedragen naar de discipline mens en ruimte Er wordt verwacht dat de potentiële geluidsoverlast door het gebruik van de voorzieningencluster verwaarloosbaar zal zijn. Er dient bijgevolg aangenomen te worden het dagelijks gebruik van de voorzieningencluster geen significante invloed zal hebben op de discipline geluid en trillingen.

In de parkstrip met letteraanduiding ‘g’ en recreatiestrip kunnen evenementen, zoals een lokaal muziekfestival, Vlaamse kermis, wijk- en buurtfeest… georganiseerd worden. Er kan verwacht worden, gezien het periodieke en lokale karakter van deze organisaties, dat deze evenementen een (maximaal) 20-tal dagen op het jaar zullen plaats vinden. Omwille van het uitgesproken tijdelijk karakter van deze lokale evenementen en de afstand van ten minste 125m ten aanzien van de omliggende woningen kan gemotiveerd worden dat de impact op het woonmilieu niet significant te noemen is. Een flankerende maatregel kan eruit bestaan dat eventuele geluidsbronnen gericht worden naar zuid en/of westelijke richting (weg van de Kiezelstraat en de Platte Vijverstraat).

Er zijn geen gegevens beschikbaar die aantonen dat de inrichting van een lokaal evenement, een negatieve invloed heeft omliggende natuurwaarden (zie discipline fauna en flora).

4.7. Implicaties op de discipline lucht

* Een deel van de gegevens in deze discipline wordt overgedragen naar de discipline mens en ruimte

Referentiesituatie

Uit de raadpleging van kaartmateriaal ‘RUP-thema lucht’, ter beschikking gesteld door de Vlaamse Milieu Maatschappij, kan er geconcludeerd worden dat de luchtkwaliteit te Godsheide de Europese grenswaarden van voornamelijk de polluenten NO2 (stikstofdioxide) en PM10 (fijn stof) niet overschrijden. De vigerende Europees vastgelegde jaargrenswaarde bedraagt voor de betrokken polluenten NO2 en PM10 (fijn stof) 40 µg/m³. Bovendien mag voor PM10 een daggemiddelde van 50 µg/m³ niet meer dan 35 keer per jaar overschreden worden.

Ter hoogte de projectgebied werd volgend jaargemiddelde en aantal overschrijdingen opgetekend:

NO2 Jaargemiddelde PM10 Jaargemiddelde Aantal overschrijdingen norm PM10 daggemiddelde 26,2 23,3 20

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 26 / 30

1 4 7 10

2 5 8

3 6 9

1= uitstekende luchtkwaliteit

10= uiterst slechte luchtkwaliteit

│ Totale index luchtkwaliteit N02 – PM10 gemiddelde 2009-2011 (VMM)

Toekomstige situatie

Er wordt verwacht dat de inrichting van de gemeenschapsvoorzieningen (inclusief de recreatiecluster) en de herbestemming van delen van het agrarische gebied naar parkgebied geen negatieve effecten met zich mee zal brengen inzake de discipline lucht.

Op lokale schaal kan er zelfs een licht positief effect verwacht worden, gezien de landbouwgronden niet langer bemest zullen worden.

4.8. Grensoverschrijdende effecten

Gelet op de ligging van het projectgebied, de lokale schaal van de ontwikkeling en het ontbreken van significante milieu-effecten dient te worden geconcludeerd dat er geen gewest- of landgrensoverschrijdende effecten zullen voorkomen met de inrichting van het voorliggende RUP.

In de – al dan niet directe – nabijheid van het voorliggende RUP zal de uitvoering ervan, naar alle waarschijnlijkheid, geen aantoonbare invloed hebben op bijzonder beschermde gebieden, zoals opgesomd in het besluit van de Vlaamse Regering van 10 december 2004 houdende de vaststelling van categorieën van projecten onderworpen aan milieueffectrapportage.

4.9. Besluit waarom de opmaak van een plan-MER niet noodzakelijk wordt geacht

Er dient geconcludeerd te worden dat voor de bestemmingen en inrichtingen die binnen het RUP Godsheide kunnen worden gerealiseerd, er van rechtswege geen plan-MER-plicht is. Tevens dient er, zoals aangegeven in de m.e.r.-screening, geoordeeld te worden dat de uitvoering van het voorliggende RUP geen aanzienlijke milieu- effecten met zich mee zal brengen die de opmaak van een plan-MER noodzakelijk maken.

Er kan aangetoond worden dat de stedenbouwkundige interventies die in het RUP voorzien worden een uitgesproken lokaal karakter hebben en geen of slechts beperkte potentiële impact op de milieu-effecten met zich mee zullen brengen. Het voorliggende inrichtingsvoorstel toont een kwalitatieve en evenwichtige inrichting van de voorzieningencluster. Hierbij wordt er rekening gehouden met de bestaande ruimtelijke, natuurlijke en landschappelijke kwaliteiten. Er kan geconcludeerd worden dat de te verwachten effecten van het RUP uitgesproken positief zijn op de attractiviteit en leefbaarheid van de woonkern Godsheide.

Het RUP voorziet in een aantal milderen en/of flankerende maatregelen, deze worden opgesomd onder punt 3.2.1. Voorzorgmaatregelen.

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 27 / 30 5. De watertoets

De watertoets geeft uitvoering aan de integratie van de principes van integraal waterbeleid bij de vergunningverlening. Telkens wanneer er een beslissing wordt genomen op andere beleidsterreinen van het Vlaams Gewest en de overige besturen dient op basis van dit artikel (de watertoets vormt een onderdeel van het decreet op het integraal waterbeheer) rekening te worden gehouden met het integrale waterbeleid. De betrokken overheid moet dan – als het ware – het dossier aan een ‘watertoets’ onderwerpen vooraleer een beslissing te kunnen nemen. De overheden dienen bij het verlenen van een vergunning telkens te onderzoeken of de betrokken activiteit een schadelijk effect kan doen ontstaan dat vermijdbaar is.

Het uitvoeringsbesluit van de Vlaamse Regering (20.07.2006, BS. 31.10.2006), regelt de methodiek voor de uitvoering van de watertoets. De richtlijnen voor de watertoets staan in relatie tot 7 watertoetskaarten. Uit het beschikbare kaartmateriaal (AGIV, 2013) kan het volgende geconcludeerd worden:

5.1. Overstromingsgevoelige gebieden

In het kader van de watertoets is een recente kaart aangemaakt die de overstromingsgevoelige gebieden tot op perceelsniveau weergeeft voor het gehele Vlaamse Gewest. De kaart bevat de effectief overstromingsgevoelige gebieden en de mogelijk overstromingsgevoelige gebieden. De potentiële overstromingsgevoelige gebieden zijn samengesteld uit de van nature overstroombare gebieden (NOG, exclusief colluvia), de potentiële overstromingsgebieden (POG) en de mijnverzakkingsgebieden (MVG), doch die buiten de effectief overstromingsgevoelige gebieden vallen.

De golfterreinen ten zuiden van het projectgebied worden aangeduid als effectief overstromingsgevoelig (vanuit de Demer). Binnen de afbakening van het RUP worden de gronden evenwel aangeduid als niet van nature overstroombaar.

1

2

3 Effectief overstromingsgevoelig Mogelijk overstromingsgevoelig

│ Kaart met de overstromingsgevoelige gebieden (AGIV)

5.2. Waterbeheerders

In het kader van de watertoets is het voornamelijk van belang de waterbeheerder te kennen van de waterlopen in en/of nabij het projectgebied. De Vlaamse Hydrografische Atlas, afgekort VHA, is een geografisch informatiesysteem rond het oppervlaktewater in Vlaanderen. Deze beschrijft de toestand van de waterlopen en de wijze waarop ze beheerd worden.

Het gebied van de voorzieningencluster is centraal gelegen in het Demerbekken, meer bepaald in het deelbekken Midden Demer. Onmiddellijk ten noorden van het projectgebied situeert zich het Albertkanaal (bevaarbaar – categorie 0 – VHAG-code 4), beheerd door NV De Scheepvaart. Ten zuiden van het projectgebied loopt de Demer

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 28 / 30 (1ste categorie – VHAG-code 7151), in beheer van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) – afdeling Operationeel Waterbeheer Hasselt. De Borgravebeek in het meest noordelijke deelgebied van de site wordt door de Vlaamse Hydrografische Atlas aangeduid als een niet geklasseerde waterloop (VHAG-code 7675 – stad Hasselt als beheerder). De Oude Miserikbeek, onmiddellijk ten zuiden van het projectgebied, betreft een waterloop van 2de categorie (VHAG-code 7591), beheerd door de provincie Limburg.

1 1

2 2

3 3

Borgravebeek │ Uittreksel uit de atlas der waterlopen (werkatlas dd. 1990) Demer met aanduiding van de Demer en de Oude Miserikbeek Oude Miserikbeek (provincie Limburg)

│ Uittreksel uit de Vlaamse Hydrografische Atlas (AGIV)

5.3. Infiltratiegevoelige bodems

De kaart met de infiltratiegevoelige bodems werd opgemaakt om te kunnen nagaan in welke gebieden er relatief gemakkelijk hemelwater kan infiltreren naar de ondergrond. Infiltratie van hemelwater naar het grondwater is belangrijk omdat daardoor de oppervlakkige afstroming en dus ook de kans op wateroverlast afneemt. De kaart met infiltratiegevoelige bodems geeft twee types gebieden aan: de gebieden met infiltratiegevoelige bodems en de gebieden met niet-infiltratiegevoelige bodems.

Het volledige projectgebied wordt gekarteerd als infiltratiegevoelige bodems.

1 1

2 2

3 3

Niet infiltratiegevoelig Zeer gevoelig voor grondwaterstroming (type 1) Infiltratiegevoelig Matig gevoelig voor grondwaterstroming (type 2) Weinig gevoelig voor grondwaterstroming (type 3)

│ Kaart met de infiltratiegevoelige gebieden (AGIV) │ Grondwaterstromingsgevoelige gebieden (AGIV)

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 29 / 30 5.4. Grondwaterstromingsgevoelige gebieden

De kaart met de gebieden die gevoelig zijn voor grondwaterstroming werd opgemaakt om te kunnen nagaan in welke gebieden er minder of meer aandacht moet uitgaan naar de effecten van ingrepen op de grondwaterstroming. Met grondwaterstroming wordt vooral de laterale beweging van grondwater doorheen de ondergrond en de toestroming door kwel bedoeld. Voor de watertoets, die onder meer van belang is voor het evalueren van geplande bouwwerken, gaat de aandacht in de eerste plaats uit naar de ondiepe grondwaterstroming. Deze stroming kan worden beïnvloed of verstoord door ondergrondse constructies.

Het RUP voorziet geen bebouwing of infrastructuur die een invloed kan hebben op de grondwaterstroming (ondergrondse constructie met een diepte van meer dan 5,00m en een horizontale lengte van meer dan 100m).

5.5. Winterbedkaart

Doel van de winterbedkaart is het aanduiden van de gebieden waar veranderingen van het bodemgebruik aanleiding kunnen geven tot een gewijzigd afvoergedrag in geval van overstroming van het gebied. Omdat dergelijke veranderingen in peilen en stroomsnelheden maar relevant zijn voor relatief omvangrijke overstromingsgebieden, werd de winterbedkaart beperkt tot de gebieden die onderhevig zijn aan overstromingen vanuit de bevaarbare waterlopen.

Binnen de afbakening van het RUP Godsheide komen geen delen voor zoals aangeduid op de winterbedkaart.

5.6. Hellingenkaart

De hellingenkaart van Vlaanderen ten behoeve van de watertoets geeft de hellingsgraad weer voor het Vlaamse grondgebied. Deze kaart werd opgemaakt met het oog op het determineren van ‘steile’ of ‘sterke’ hellingen, omdat deze hellingen aanleiding kunnen geven voor exces afvloeiend hemelwater, die de overstromingsgevoeligheid van een gebied kunnen beïnvloeden.

De hellingenkaart toont aan dat de volledige voorzieningencluster een relatief vlakke structuur heeft. Het talud langsheen het Albertkanaal is duidelijk afleesbaar op de hellingenkaart.

1 1

2 2

3 3

0,5 winterbedding 0,5 - 5

5 - 10

>10 De winterbedkaart (AGIV) │ │ De hellingenkaart (AGIV)

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 30 / 30 5.7. Erosiegevoelige gebieden

De erosiegevoeligheidskaart ten behoeve van de watertoets werd opgemaakt om de gevolgen van belangrijke wijzigingen in grondgebruik te kunnen inschatten. Dergelijke wijzigingen kunnen immers mogelijk aanleiding geven tot versnelde afstroming van oppervlaktewater van hellingen en tot de afspoeling van bodemdeeltjes.

De eerder vermelde talud langs het Albertkanaal wordt aangeduid als erosiegevoelig. Echter is de effectieve erosiegevoeligheid minimaal door de permanente bodembezetting.

In het gebied van de voorzieningencluster komen geen noemenswaardige gebieden voor die aangeduid worden door de erosiekaart.

1

2

3 Niet erosiegevoelig Erosie gevoelig │ Kaart met de erosiegevoelige gebieden (AGIV)

5.8. Conclusie van de watertoets

Er dient geoordeeld te worden dat de watertoets voor het RUP Godsheide geen significante problemen met zich mee zal brengen inzake potentiële wateroverlast. Potentieel nadelige effecten aan het watersysteem zijn hoofdzakelijk te wijten aan de aanwezigheid van verharde oppervlakten. Deze kunnen beperkt worden door:

- De aanleg van de afwateringsgrachten of greppels, zoals voorzien in de stedenbouwkundige voorschriften. Omwille van de infiltratiegevoeligheid van de bodem kan het hemelwater na buffering in de open zones infiltreren in de ondergrond. Het aandeel hemelwater dat niet infiltreert kan ter plaatse worden vastgehouden, gebufferd en kan mogelijks langzaam afgevoerd worden naar de omliggende waterlopen. Het dient steeds de bedoeling te zijn om het hemelwater zo lang mogelijk vast te houden op de site zelf (buffering boven infiltratie en dan gecontroleerde afvoer).

- In de nabijheid van de verhardingen en de zones waar de infiltratie plaatselijk bemoeilijkt wordt, wordt een afdoende wateropvang, infiltratie en vertraagde afvoer voorzien. Hierbij gelden minstens de wettelijke bepalingen van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 1 oktober 2004 inzake hemelwaterputten e.a. (GSV).

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 31 / 30 Bijlage: verkregen adressenlijst van te adviserende instanties

Lijst adviesinstanties voor SCRPL13121 RUP ‘Gemeenschapsvoorzieningen Godsheide’ te Hasselt volgens het Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma’s van 12-10-2007

Provinciebestuur Limburg Directie Infrastructuur, Sectie 3.2.2 Ruimtelijke Provinciehuis Universiteitslaan 1 3500 Hasselt Ruimtelijke Ordening, Ordening – Planning en beleid Milieu en natuur ANB – Limburg VAC Koningin Astridlaan 50 bus 5 3500 Hasselt Ruimte Vlaanderen – APL - VAC Koningin Astridlaan 50 bus 1 3500 Hasselt Limburg Onroerend Erfgoed Limburg VAC Koningin Astridlaan 50 bus 1 3500 Hasselt Departement MOW t.a.v. Fernand Desmyter, Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 bus 2 1000 Brussel secretaris-generaal Departement LNE Afdeling Milieu-, Natuur- en Dienst VR Graaf de Ferraris-gebouw Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 Brussel Energiebeleid

Laatst gewijzigd op 2 oktober 2013 1/1 Jo Decoster

Van: Van Looy, Jeroen Verzonden: woensdag 24 juli 2013 12:02 Aan: Jo Decoster CC: Vercammen, Sven Onderwerp: mer-screening RUP Godsheide te Hasselt - adressenlijst adviesinstanties + opm. Bijlagen: adressen adviesinstanties SCRPL13121.doc

Geachte heer Decoster,

U verzocht ons voor het RUP ‘Gemeenschapsvoorzieningen Godsheide’ te Hasselt een selectie te bezorgen van de relevante betrokken instanties, vermeld in artikel 3, §1, 3° van het plan-m.e.r.-besluit van 12 oktober 2007, die in het kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage geraadpleegd moeten worden. Het verzoek tot raadpleging (= screeningsnota) heeft het dossiernummer SCRPL13121 gekregen. Gelieve dit dossiernummer bij verdere communicatie te vermelden.

Selectie van de relevante betrokken instanties In bijlage vindt u de gevraagde lijst van de relevante betrokken instanties voor het RUP. We vinden het raadzaam dat u minstens het advies inwint van deze instanties om hun mening te kennen over de vraag of dit plan al dan niet mogelijk aanzienlijk negatieve milieueffecten kan genereren. Uiteraard kan u ook nog het advies inwinnen van andere instanties.

Inhoudelijke opmerkingen Voordat u de screeningsnota verzendt naar de adviesinstanties, vragen wij u om volgende elementen te bespreken of aan te passen, zodat de definitieve screeningsnota enerzijds zou voldoen aan alle decretale formele vereisten en anderzijds alle concrete informatie zou bevatten die de dienst Milieueffectrapportagebeheer nodig heeft om al dan niet te kunnen besluiten dat het plan geen aanzienlijk negatieve milieueffecten kan hebben.

 Om aan te tonen dat het plan screeningsgerechtigd is, moet niet enkel nagegaan worden of het plan het kader vormt voor een bijlage I- of II-project, maar ook of het plan het kader vormt voor een bijlage III-project (zie het recent gewijzigde artikel 4.2.3, §2, 1° van het D.A.B.M.). Eén van onderstaande paragrafen dient daarom in elke screeningsnota onder een hoofdstuk “plan-m.e.r.-plicht” opgenomen te worden om aan te tonen dat het RUP screeningsgerechtigd is: “Het RUP vormt het kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in bijlage I, II of III van het project-m.e.r.-besluit van 10 december 2004, namelijk voor een project opgesomd in rubriek […] van bijlage […]. Het RUP bepaalt echter het gebruik van een klein gebied op lokaal niveau of houdt een kleine wijziging in omdat […], en is dus screeningsgerechtigd.” Of “Het RUP vormt niet het kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in bijlage I, II of III van het project-m.e.r;-besluit van 10 december 2004 en is dus screeningsgerechtigd.” Gelet op de informatie in het screeningsdossier lijkt alvast rubriek 10 b) ‘stadsontwikkelingsprojecten’ van bijlage III van het project-m.e.r.-besluit van toepassing te zijn.  Onder de bespreking van de discipline geluid en trillingen geeft de screeningsnota aan dat “het dagelijks gebruik van de voorzieningencluster geen significante invloed zal hebben op de discipline geluid en trillingen.” Verder blijkt dat binnen het RUP ook evenementen georganiseerd kunnen worden die buiten het dagelijks gebruik vallen. De eventuele effecten van deze evenementen worden echter niet besproken. Gelieve de screeningsnota in dit opzicht aan te vullen.  Gelieve ook expliciet aan te geven of er zich binnen een straal van 2 km rond het plangebied Seveso-inrichtingen bevinden. Informatie met betrekking tot de locatie van Seveso-inrichtingen in Vlaanderen vindt u onder meer op http://www.lne.be/themas/veiligheidsrapportage/inrichtingen/Kaart_Seveso_Vlaanderen  Gelieve bij de algemene conclusie met betrekking tot de milieueffecten ook aan te geven welke milderende maatregelen eventueel noodzakelijk zijn

Verder verloop van de procedure

1  U past de screeningsnota aan op basis van de opmerkingen hierboven.  U verstuurt de screeningsnota naar de adviesinstanties, vermeld op de adressenlijst (zie bijlage).  U stuurt een herinneringsbrief naar de instanties die niet gereageerd hebben binnen de 30 dagen na de adviesvraag. Dit is een wettelijke verplichting. Er is niet vastgelegd hoe lang u op een antwoord moet wachten. De keuze is aan u, maar het is aangewezen dat u de adviesinstanties 14 dagen de tijd geeft en dit ook zo naar hen communiceert in de herinneringsbrief.  U kan steeds telefonisch contact opnemen met de instantie(s) om na te gaan of en wanneer er een advies mag verwacht worden.  U bundelt de ontvangen adviezen. Indien in deze adviezen aanpassingen aan de screeningsnota worden gevraagd, kan u de screeningsnota aanpassen of onderbouwen waarom u een aanpassing niet noodzakelijk acht. De aanpassingen dienen wel herkenbaar te zijn ten opzichte van de oorspronkelijke tekst (vb. andere kleur, schuin gedrukt, kader). Bijkomende gegevens of informatie over hoe met bepaalde opmerkingen zal omgegaan worden in het verdere planproces kunnen ook via een aanvullende nota meegedeeld worden.  U stelt het dossier samen in functie van een beslissing over de plan-m.e.r.-plicht. Dit dossier bevat de volgende documenten:  de definitieve screeningsnota (analoog en digitaal, 1 exemplaar volstaat);  een kopie van alle ontvangen adviezen (analoog en digitaal);  indien van toepassing, een kopie van een herinneringsbrief;  indien van toepassing, een aanvullende nota (analoog en digitaal);  digitale versies kunnen ook via email aan de dossierbehandelaar bezorgd worden.  U verstuurt het volledige dossier aangetekend naar de dienst Milieueffectrapportagebeheer: Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Milieueffectrapportagebeheer Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel

U kan ons steeds contacteren als u nog vragen hebt.

Met vriendelijke groeten,

Jeroen Van Looy Vlaamse overheid ‐ Departement LNE Proces‐ en kwaliteitsbeheerder Afdeling Milieu‐, Natuur‐ en Energiebeleid Dienst Milieueffectrapportagebeheer Team Stedelijke Ruimte Koning Albert II‐laan 20 bus 8 ‐ 1000 Brussel T 02 553 75 14 www.mervlaanderen.be ‐ http://www.lne.be/disclaimer Schrijf u in op de nieuwsbrief van de dienst Mer.

2 Bijlage: verkregen adviezen 2013-09-04

p r o v i n

Directie Ruimte

College van burgemeester en schepenen Dienst Ruimtelijke Planning en Beleid Groenplein 1 3500 HASSELT

Geacht college

Betreft: uw verzoek tot raadpleging in het kader van een onderzoek tot milieueffectrapportage van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) “Godsheide centrum” te Hasselt

Op 1 augustus 2013 ontvingen we uw verzoek tot raadpleging in het kader van een onderzoek tot milieueffectrapportage voor het RUP “Godsheide centrum” te Hasselt met de vraag om advies uit te brengen binnen de decretaal voorziene termijn van 30 dagen na ontvangst van deze brief. Artikel 4.2.5 van het D.A.B.M. stelt dat de initiatiefnemer van een plan in het kader van het “onderzoek tot milieueffectrapportage” een aantal instanties dient te raadplegen aangaande de mogelijke aanzienlijke milieueffecten die het plan kan hebben.

Het plan waarover deze screeningsnota handelt, betreft het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor de inplanting van gemeenschapsvoorzieningen en dit zowel op korte als middellange termijn.

In onderstaand advies gebeurt er een toetsing aan het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV), het Ruimtelijk Structuurplan Provincie Limburg (RSPL) en het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan (GRS).

Volgens het RSV behoren delen van de gemeente Hasselt tot het regionaalstedelijk gebied Hasselt-Genk, waarin ook delen van , Genk en Zonhoven worden opgenomen. (RSV, bindende bepalingen, p. 583). Hasselt-Genk is in het RSV opgenomen als een economisch knooppunt in het economisch netwerk van het Albertkanaal. (RSV, bindende bepalingen, p. 587). De afbakening van het regionaalstedelijk gebied Hasselt-Genk is een bevoegdheid van de Vlaamse overheid. Het gewestelijk RUP in kader van dit afbakeningsproces is momenteel in opmaak. De kern Godsheide is in het ontwerp Gewestelijk RUP opgenomen binnen de afbakeningsgrens. De woonuitbreidingsgebieden van Godsheide zijn als deelplan opgenomen met als doel omzetting naar woongebied.

In het RSPL maakt Hasselt deel uit van de hoofdruimte “netwerk Midden-Limburg”, met Hasselt-Genk als centrum van een stedelijke hiërarchie. (RSPL, gecoördineerde versie, p. 323) In de visie voor de deelruimte Contactpersoon: Martine Baptist Correspondentieadres Provincie Limburg, Universiteitslaan 1, B-3500 Hasselt Telefoonnummer: 011 23 83 56 Telefoon 011 23 83 05 Fax 011 23 83 10 Kenmerk: 124.03.10/S2013N060410 [email protected] www.limburg.be Dossier: 2013N014925 Bij antwoord kenmerk, dossier en datum vermelden Bijlagen: / ‘Hasselt-Genk’ wordt voor dit meerkernig stedelijk gebied vanuit de invalshoek van de provincie volgend ruimtelijk principe voor Hasselt als suggestie aan de Vlaamse Overheid voorgesteld. Ondanks de meerkernige structuur is Hasselt de meeste centrale kern in het gebied. Hasselt groepeert de belangrijkste voorzieningen en kan als ‘uithangbord’ en ‘aanspreekpunt’ functioneren. Een bijkomend aanbod aan stedelijke functies in het algemeen is noodzakelijk. (RSPL, gecoördineerde versie, p. 331) In de gewenste ruimtelijk-natuurlijke structuur is droge natuurverbinding 29 ‘Hasselt, tussen Borggraafvijvers en Godsheide, over Albertkanaal als selectie opgenomen. (RSPL, gecoördineerde versie, p. 372) Godsheide is als woonkern geselecteerd in het RSPL, maar deze selectie vervalt als de woonkern binnen de afbakening van een stedelijk gebied vallen. (RSPL, gecoördineerde versie, p. 498) In het kader van de gewenste landschappelijke structuur is de selectie van de volgende open ruimte verbinding relevant: tussen de Maten en het universitair centrum en langs het Albertkanaal omgeving Godsheide, Rooierheide en Dorpsheide (24). (RSPL, gecoördineerde versie, p. 503)

Volgens het GRS is het plangebied gelegen in de hoofdruimte Demervallei, in een uitloper van de deelruimte Verstedelijkt gebied Hasselt, tussen het Albertkanaal en de deelruimte Stedelijke Demerzone. De stad suggereert aan het Vlaamse Gewest om o.a. de kern van Godsheide te beschouwen als stedelijk gebied. Om woonkwaliteit te garanderen worden in het ruimtelijk concept voor de nederzettingsstructuur woongebieden onderscheiden volgens hun uitrustingsniveau en identiteit. O.a. Godsheide wordt als suburbaan woongebied in de stadsrand aangegeven, als tweede gordel rond de stad. De woongebieden in deze stadsrand vormen de overgang tussen de stad en de open ruimte. Wonen vindt plaats in vrij grote oppervlakten aan dichtheden die aansluiten aan de omgevende bebouwing. De nodige voorzieningen op wijkniveau worden gegarandeerd. Het GRS voorziet een kwalitatieve ontwikkeling van de bestaande stedelijke woongebieden. Deze wijkkernen worden verder ontwikkeld als ontmoetingsplaatsen. De buurtvoorzieningen worden er geconcentreerd. Nieuwe inplantingen moeten daarom gestuurd worden om het evenwicht niet te verstoren en kernverschuivingen te voorkomen. Er dient gewerkt te worden aan een hoge woon- en omgevingskwaliteit in deze wijken.

Inhoudelijke opmerkingen zullen worden gemaakt in het kader van de plenaire vergadering.

Met achting

Kristien Lefeber directeur

2 UIMTE AANGETEKEND AANDEREN f)EPAR.I FMFNI VÁ¡J IJE VIAAMSF t]VFRI]I-IT) College van Burgemeester en Schepenen

Groenplein 1 35OO HASSELT

uw kenmerk ons kenmerk bijlagen 2.14/71022/106.1 vragen naarle-mail telefoonnummer datum Rosita Vanbergen 011 74 21 00 rosita.vanbergen @ rwo.vlaanderen. be

Betreft: Gemeente HASSELT, gemeentelijk RUP "Godsheide Centrum": verzoek tot raadpleging in het kader van een onderzoek tot milieueffectrapportage

Geacht college,

Het betreffende 'verzoek tot raadpleging' werd door de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar ontvangen op 01/08/201 3. ln toepassing van artikel 4.2.5 van het decreet van 27 april 2007 inzake de milieueffectrapportage over plannen en programma's en van artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma's, vindt u hierbij het advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar in verband met de ingeschatte effecten op de ruimtelijke ordening.

De screeningnota maakt een voldoende inschattinq van de milieueffecten voor de ruimtelijke ordening.

Dit advies vervangt geenszins het advies van de gewestelijke stedenbouwkundige ambtenaar in toepassing van artikel 2.2.13 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.

Hoogachtend, ter informatie aan BUUR cvba Sluisstraat 79 3000 Leuven lnge Coelmont Gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar

Ruinrle Viaanderen Limbutg, llendrik Van Veldekegel:ouw - Koningin Astridlaan 50 bus I 3500 Hasselt www.ruimtevlaanderen.be Bureau Urbanisme Sluisstraat 79 3OOO LEUVEN

uw bericht van contactgegevens ons kenmerk bijlagen 37/07/2073 Vicky Wuyts 4.002/7t022/99.304 vicky.wuyts@rwo, vlaanderen. be uw kenmerk o7r 74 22 37 datum

2I Atjr. 2013 Betreft: Gemeente(n) HASSELT . Verzoek tot raadpleging in het kader van een onderzoek tot milieueffectrappoftage van het RUP RUP Godsheide.

Geachte heer, Geachte mevrouw,

In toepassing van artikel4.2.5 van het decreet van05/04/L995 houdende algemene bepalingen inzake milieubeleid (D.A.B.M), zoals aangepast door het decreet van27/04/2007, en van artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 12 oktober 2007 betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma's, verzocht u Onroerend Erfgoed Limburg om advies. Onroerend Erfgoed heeft bovenvermelde adviesvraag ontvangen op l augustus 2013.

M,b.t. de discipline "landschap, bouwkundig efgoed en archeologie" worden volgende bemerkingen gemaakt:

Discipline archeologie :

Gelet op het feit dat een groot gedeelte van het gebied aangeduid staat op de bodemkaart als bodem met profielontwikkeling m en gelet op de ligging van het gebied lijkt ons de kans reëel dat er nog waardevol archeologisch erfgoed in de bodem aanwezig is. Om deze redenen zijn wij van mening dat het RUP wel schadelijke effecten kan hebben op de deeldiscipline archeologie, bijgevolg dienen milderende maatregelen opgenomen te worden. Deze milderende maatregelen bestaan uit een archeologische prospectie en indien de resultaten positief zijn dient in eerste instantie nagegaan te worden of in situ behoud mogelijk is, indien blijkt dat dit niet mogelijk is zal een volwaardige opgraving moeten plaatsvinden.

Discipline landschappen

geen opmerkingen

Discipline monumenten :

In het projectgebied liggen 2 beschermde monumenten: - Platte Vijverstraat 8 - Spaans Huis, met de onmiddellijke omgeving beschermd als dorpsgezicht. E In de bundel wordt de beschermde status van deze panden fout weergegeven. De andere panden, de parochiekerk en de pastorie, zijn opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed. Het o Vlaamse Overheid - Onroerend Erfgoed Limburg - Hendrik Van Veldekegebouw - Koningin Astridlaan 50 - 3500 Hasselt Tel.011 74 2220 - Fax 011 742239 - e-mail [email protected] - www.onroerendedgoed.be 2/2

vooropgestelde ontwerp heeft ons inziens geen directe nadelige gevolgen voor het bewaarde bouwkundige erfgoed.

Conclusie Onroerend EÉgoed

De verschillende disciplines van Onroerend Efgoed hebben aangegeven dat het plan in zijn huidige vorm aanzienlijke milieueffecten kan teweeg brengen. Het aanpassen van het plan aan bovenvermelde opmêrkingen kan ervoor zorgen dat de milieueffecten niet meer als "aanzienlijk" beschouwd worden voor onroerend erfgoed.

Hoogachtend,

y'D Els Verbeft Provinciaal Directeur n den Atrbeele ^/^r Provinciaal direcreur

E

Ò Vlaamse Overheid - Onroerend Erfgoed Limburg - Hendrik Van Veldekegebouw - Koningin Astr¡dlaan 50 - 3500 Hasselt Tel. 011 74 22 20 - Fax 011 74 22 39 - e-mail [email protected] - www.onroerenderfgoed.be Agentschap voor Natuur cn Bos

Aan BUUR cvba Frank Geunes Jo Decoster Sluisstraat 79 3000 Leuven

uw kenmerk ons kenmerk bijlagen 31-07.2013 BL-RUP/7058/13-060 18

vragen naar / e-mail telefoonnummer datum advies. [email protected]. be oII-74 24 50 0 5 $EP, 201$

Betreft verzoek tot raadpleging screeningsnota in het kader van het onderzoek tot MER van het GRUp "Godsheide" te Hasselt

Geachte mevrouw, heer

Het Agentschap voor Natuur en Bos ontving in goede orde de screeningsnota met betrekking tot mogelijke aanzienlijke milieueffecten van het GRUt'Godsheide" te Hasselt. Screeningsnota: situer¡ng en doel RUp

Godsheide, noordoosten ten van Hasselt-centrum, bestaat uit 2 deelgebieden: Godsheide-centrum in het zuiden en Malpeftuus in het noorden, gescheiden door het Albertkãnaal. Malpeftuus werd een monofunctionele residentiële wijk, langs de GenkersteeRweg. Godsheide- centrum is een landelijke woonkern met een beperkt voorzieningenniveau.

Door de invulling van een groot aantal woonuitbreidingsgebieden (wuG's) jaren zal de woonkern Godsheide de komende exponentieel groeien. De noodza-kei¡ke gemeenschápsvoorzieningen (onderwijs, ouderenzorg, sport- en spelvoorzieningen, zorg,toorzie-ningen; Van de *ooniern groeien. dienen mee te De stad Hasselt wil met dit RUP de ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen vas¡eggen zodat de woonkwaliteit kan behouden blijven en een nieuwe lõcatie voorzien voor de kleuter- en lagere school. Volgens het gewestplan Hasselt-Genk zijn g in woonuitbreidingsgebied. In het RUp in gebied Hasselt-Genk worden de woonu woongebieden waardoor 464 woningen bijkome onvoldoende ruimte is bestemd voor gemeenschap

De kleuter- en lagere school ligt nu langs de Kleinstraat deels woon- woonuitbreidingsgebied' in en deels in De school heeft een v( rouderde infrastructuur en ruimtetekort en wil verhuizen naar de toekomstige zone voor openbaar nut zodat ze dichtei b¡j ìe sportvelden en parochiezaal ligt en beter kan ontsloten worden voor de verwachte oevolknéigroË¡.

AGENTSCHAP VOOR NATUUR EN 8OS " PROVINCIALE DIENST LIMBURG . KONINGIN ASTRIDLAAN 50 BUS 5. 35OO HASSELT 181077742450. FAxOL7742499. E"t¡AlL LIM ANB@VLAANDEREN,BE. v,,Eß WWW NATUURENBOS,BE x 2

Besluit Na onderzoek van de screeningsnota stelt het Agentschap voor Natuur en Bos vast dat de impact van de inrichting van het gebied 'Godsheide'als beperkt kan beschouwd worden, mits alle maatregelen die zijn opgenomen in de nota en degene die we bij de bespreking van het RUP zullen doorgeven, in de mate van het mogelijke, worden opgenomen in het RUP. We kunnen dan ook besluiten dat het plan in zijn huidige vorm geen aanzienlijke milieueffecten heeft en dat het voor ons niet noodzakelijk is om een MER of passende beoordeling op te laten maken.

Hoogachtend

ls Ku l)

en Bos AgentschaP

Bert Vanholen Provinciaal directeur Agentschap voor Natuur en Bos - Limburg clc pa f I.e rn cnt Mobilìteit en 0penbare Werken

BUREAU URBANISME Algemeen Beleid t.a.v. de heer Roel Stessens Koning Albert ll-laan 20 bus 2 Gedelegeerd bestuurder 1000 Brussel Sluisstraat 79 Tel. 02 55371 09 - Fax 02 55371 07 3OOO LEUVEN beleid @mow.vlaanderen. be

uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk bijlagen AB/NDC/U/2013/00344 vragen naar le-mail telefoonnummer datum Tim De Backer 02-55374.03 2 AtJ6. 20t3 [email protected]. be I Betreft: Hasselt - RUP "Godsheide" - verzoek tot raadpleging - gecoördineerd advies

Geachte heer Stessens,

Als antwoord op uw schrijven van 31 juli 2013 met betrekking tot het verzoek tot raadpleging voor het RUP "Godsheide" te Hasselt, deel ik u mede dat het Departement Mobiliteit en Openbare Werken akkoord gaat met het gemotiveerd besluit dat het voorliggend RUP in zijn huidige vorm geen aanzienlijke milieueffecten zal genereren.

Het betreft een gecoördineerd advies van de afdelingen Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid, Haven- en Waterbeleid en Algemeen Beleid.

Hoogachtend,

retaris-generaal, afwezig

ir. Yvan Verbakel afdelingshoofd

afschrift ter kennisgeving aan : ir. Yvan Verbakel, afdelingshoofd, afdeling Beleid Mobiliteit en Verkeersveiligheid ir. llse Hoet, afdelingshoofd, Haven- en Waterbeleid