+

Toelichtingsnota

Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan nr. 207 “Godsheide-centrum”

Ontwerp

Stad

Definitief goedgekeurd door de gemeenteraad op 30/09/2014

opdrachtgever Stadsbestuur Hasselt | Groenplein 1 | 3500 Hasselt | 011 23 93 17 | Contactpersoon: Ruth Byloos | Architect- stedenbouwkundige | [email protected]

BUUR cvba | bureau voor urbanisme | www.buur.be | opdrachtnemer Projectleider masterplan: Frank Geunes, contactpersoon

voor het RUP en de m.e.r-screening: Jo Decoster |

Sluisstraat 79 / 03.02, 3000 Leuven | 016 89 85 50 | [email protected], [email protected]

Dit plan werd opgesteld de erkende Ruimtelijk Planners:

Frank Geunes en Jo Decoster

A. Voorontwerp RUP oktober 2013 fase en aanpassingen B. Ontwerp RUP januari 2014

C. Definitief ontwerp RUP juli 2014

RUP_71022_214_00207_00001 planidentificatienummer

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 2 / 60 1. Inleiding 5

1.1. Bondige situering en doel van het RUP ...... 5 1.2. Aanleiding ...... 6 1.3. Locatiekeuze voor de gemeenschapsvoorzieningen ...... 8 2. Context 9

2.1. Bestaande feitelijke toestand ...... 9 2.2. Eigendomsstructuur ...... 10 2.3. Relatie met de structuurplannen ...... 11 2.4. Bestaande juridische toestand ...... 18 2.5. Relevante studies en plannen ...... 21 3. Gewenste ruimtelijke structuur en uitwerking 23

3.1. Concepten die de gewenste ruimtelijke structuur voor het plangebied bepalen ...... 23 3.2. Inrichtingsplan ...... 27 3.3. Vertaling van de visie naar het RUP ...... 31 4. De gevolgen van het RUP 42

4.1. Onderzoek naar de significante milieueffecten ...... 42 4.2. De watertoets ...... 43 4.3. Opsomming van strijdige en op te heffen voorschriften ...... 45 4.4. Ruimtebalans ...... 47 4.5. Register van percelen met mogelijke planbaten, planschade en bestemmingswijzigingscompensatie i.v.m. het grond- en pandenbeleid ...... 47 4.6. Gewijzigde juridisch technische aspecten ...... 47 4.7. Onteigeningsplan en tabel der inname ...... 48 4.8. Recht van voorkoop ...... 49 5. Resultaten van het overleg en inspraak 50

5.1. Overleg met de betrokken partners ...... 50 5.2. Bijkomende inlichtingen uit de plenaire vergadering ...... 51 5.3. Resultaat van het openbaar onderzoek en advies van de Gecoro ...... 55 5.4. Wijzigingen van het definitief ontwerp t.o.v. het ontwerp voorlopige vaststelling ...... 55 6. Bijlagen 57

6.1. Stedenbouwkundige voorschriften ...... 57 6.2. Plannen ...... 57 6.3. Adviezen en verslag van de plenaire vergadering ...... 58 6.4. M.e.r.-Screening en resultaten van de m.e.r-screening ...... 59 6.5. Advies van de Gecoro ...... 60

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 3 / 60

1. Inleiding

1.1. Bondige situering en doel van het RUP

Godsheide is een landelijke woonkern, gelegen ten noordoosten van Hasselt-centrum. De kern bestaat uit twee deelgebieden: Godsheide-centrum in het zuiden en Malpertuus in het noorden. Beide delen vormden oorspronkelijk een ruimtelijk geheel, maar werden van elkaar gescheiden door de aanleg van het Albertkanaal. Sindsdien is Malpertuus geëvolueerd tot een monofunctionele residentiële wijk langs de Genkersteenweg, met een lage woondichtheid (ongeveer 5 wo/ha). Godsheide-centrum is tot op vandaag een landelijke woonkern gebleven met een beperkt voorzieningenniveau.

Malpertuus

Godsheide-centrum

Stad Hasselt

│ Situering van Godsheide-centrum en Malpertuus ten opzichte van Hasselt

De woonkern van Godsheide zal de komende jaren echter exponentieel groeien. Deze groei is te wijten aan de invulling van een groot aantal woonuitbreidingsgebieden (WUG’s) te Godsheide, en dit zowel op korte als middellange termijn. De groei van Godsheide dient geduid te worden vanuit de behoefte van het stedelijk gebied Hasselt. Voorafgaand aan de beslissing voor het aansnijden van de WUG’s, werd een structuurschets opgemaakt voor de woonkern van Godsheide en omliggende woonuitbreidingsgebieden. Op basis van deze structuurschets werden de doelstellingen afgetoetst met het hoger beleidskader en werden de WUG’s aangeduid die op korte termijn aangesneden worden. Voor deze WUG’s worden vandaag de verkavelingsplannen opgemaakt.

Door de te verwachten forse bevolkingstoename van Godsheide, en dit zowel op korte als middellange termijn, is het belangrijk dat de noodzakelijke gemeenschapsvoorzieningen (zoals onderwijs, ouderenzorg, sport- en spelvoorzieningen, zorgvoorzieningen ed.) van de woonkern gestaag meegroeien. Met voorliggend RUP wenst de stad Hasselt de ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen juridisch vast te leggen, om zo op termijn de kern van Godsheide evenwichtig uit te kunnen bouwen, en bijgevolg de woonkwaliteit te kunnen vrijwaren.

Naast het gestaag mee laten groeien van de gemeenschapsvoorzieningen op maat van de voorziene bevolkingstoename, heeft het voorliggend RUP eveneens tot doel om in een nieuwe locatie te voorzien voor de kleuter- en lagere school van Godsheide. Deze school heeft op korte termijn plannen om haar infrastructuur te vernieuwen, en wil gebruik maken van deze vernieuwbouwoperatie om de school te herlocaliseren naar een nieuwe

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 5 / 60 zone voor openbaar nut. De huidige locatie van de school ter hoogte van de Kleinstraat wordt te klein geacht en ligt bovendien in woonuitbreidingsgebied. De school is op zoek naar een nieuwe locatie op wandelafstand van de huidige locatie om haar verbondenheid met de kern van Godsheide te vrijwaren.

Met de opmaak van het RUP wenst de stad Hasselt op korte termijn de school van Godsheide de mogelijkheid te geven zich te herlocaliseren en op middellange termijn ruimte te reserveren voor gemeenschapsvoorzieningen, om zodoende de groei van de woonkern te ondersteunen.

1.2. Aanleiding

1.2.1. De exponentiële groei van Godsheide

Het gewestplan Hasselt- (KB 03.04.1979) bestemt grote delen van Godsheide-centrum en Malpertuus als woonuitbreidingsgebied. Op basis van de woonbehoeftestudie van de stad Hasselt voor de periode tot 2012 (principieel goedgekeurd door de bestendige deputatie van de provincie op 16.10.2003), werd 37 ha woonuitbreidingsgebied vrijgegeven. Deze woonuitbreidingsgebieden zijn opgenomen in de Woonatlas van de Vlaamse overheid. In het RUP voor de afbakening van het regionaalstedelijk gebied Hasselt-Genk (momenteel in opmaak) worden deze woonuitbreidingsgebieden herbevestigd als aan te snijden woongebieden.

Met de voorgestelde richtdichtheden uit de woonbehoeftestudie (tussen de 10 en 25 wo/ha, afhankelijk van het woonuitbreidingsgebied), komt dit neer op een bijkomend woonaanbod van 464 woningen. Voor heel Godsheide betekent dit bijna een verdubbeling van het aantal woningen.

Met het oog op de toekomstige uitbreiding van het woonaanbod, wenst de stad Hasselt in Godsheide-centrum ruimte te vrijwaren voor gemeenschapsvoorzieningen. Zodoende kan op middellange termijn de woonkwaliteit gegarandeerd blijven, en de kern evenwichtig uitgebouwd worden. In het gewestplan is er echter onvoldoende ruimte bestemd voor gemeenschapsvoorzieningen in Godsheide. De stad Hasselt wil met dit RUP de nodige ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen juridisch vastleggen (middellange termijn).

│ Uittreksel uit de woonatlas van de Vlaamse Overheid

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 6 / 60

│ Aanduiding van het plangebied te Godsheide op het gewestplan met aanduiding van de omliggende WUG’s

1.2.2. Herlocalisatie van de school van Godsheide

De kleuter- en lagere school van Godsheide ligt momenteel langs de Kleinstraat, gedeeltelijk in woongebied en gedeeltelijk in woonuitbreidingsgebied. De school heeft een driehonderdtal leerlingen, een verouderde infrastructuur en een prangend ruimtetekort. Op korte termijn wenst de school haar infrastructuur te vernieuwen. Voor deze werkzaamheden diende de school enkele jaren geleden al een subsidie-aanvraag in bij AGION.

De school overweegt om haar huidige locatie te verlaten en zich te vestigen in de toekomstige zone voor openbaar nut. Op deze nieuwe locatie ligt de school dichter bij een aantal voorzieningen waar ze nu al gebruik van maakt (sportvelden en ontmoetingscentrum) en kan een betere ontsluiting gerealiseerd worden. Om het gewenste programma te huisvesten, heeft de school momenteel een bebouwde oppervlakte van ongeveer 2.600 m², een buitenruimte van ongeveer 2.000 m² en een 15-tal parkeerplaatsen voor leerkrachten voor ogen.

│ Schoolgebouw in het binnengebied │ Schoolgebouw aan de straatzijde Kleinstraat

Het woonuitbreidingsgebied aan de Kleinstraat zal op termijn immers als woonwijk ontwikkeld worden (een ontwikkelaar is momenteel bezig met de opmaak van een verkavelingsplan) en de ontsluiting van de school zou een

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 7 / 60 zware hypotheek leggen op de woonkwaliteit van het binnengebied. Als de school op termijn zou moeten groeien (als gevolg van de bevolkingstoename van Godsheide) biedt de huidige locatie ook geen uitbreidingsmogelijkheden.

Om deze herlocalisatie te kunnen realiseren, zal de school haar subsidiedossier voor AGION moeten herzien. Om de timing van dit subsidiedossier te kunnen respecteren, is het voorzien in een juridisch kader (RUP) urgent.

1.3. Locatiekeuze voor de gemeenschapsvoorzieningen

Als locatie voor de zone voor gemeenschapsvoorzieningen wordt bewust gekozen voor een gebied achter de kerk van Godsheide, en wel om de volgende redenen :

- Het gebied is vandaag ingekleurd als landbouwzone. Ten opzichte van andere landbouwgebieden in Hasselt ligt het geïsoleerd en heeft het een beperkte oppervlakte (niet opgenomen als Herbestemd Agrarisch Gebied); - Het gebied sluit aan op de historische kern van Godsheide; - In en rond het gebied komen reeds een aantal gemeenschapsvoorzieningen voor, zoals de kerk, het kerkhof, het parochiecentrum, de sportvelden van de lokale voetbalvereniging, het multifunctioneel centrum ‘Bethanië’ en het Tehuis voor Nazorg (Tevona). De bouwaanvraag voor een nieuw jeugdhuis aansluitend op het gebied werd recentelijk goedgekeurd. Een aantal van deze voorzieningen liggen vandaag wat geïsoleerd (Bethanië) of zijn zonevreemd (voetbalterreinen). Met de bestemmingswijziging kan een performantere en meer samenhangende voorzieningencluster uitgebouwd worden. - De stad Hasselt heeft grote delen van het gebied in eigendom, waardoor de stad een sturend beleid kan voeren ten aanzien van de uitbouw van gemeenschapsvoorzieningen in Godsheide.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 8 / 60 2. Context

2.1. Bestaande feitelijke toestand

Zie plan feitelijke en juridische toestand

2.1.1. Beschrijving van het plangebied

Zoals aangegeven in de inleiding bestaat de kern van Godsheide uit twee deelgebieden welke van elkaar worden gescheiden door het Albertkanaal: Godsheide-centrum in het zuiden en Malpertuus in het noorden. Het plangebied behoort tot Godsheide-centrum en wordt in het noorden begrensd door het Albertkanaal. Ten zuiden van het plangebied situeren zich de terreinen van de Hasseltse golfclub, welke worden doorkruist door de Demer.

Het centrum van de landelijke woonkern Godsheide wordt momenteel gevormd door de kerk, de pastoriewoning (waar nog steeds de pastoor woont), het ontmoetingscentrum en het jeugdhuis, alle gelegen langsheen de Kiezelstraat, de oostelijke begrenzing van het plangebied.

│ Parochiekerk (voor- en achterzijde), pastoriewoning en jeugdhuis/ontmoetingscentrum in de Kiezelstraat

Daarachter bevinden zich de begraafplaats en enkele lokale voetbalterreinen. Onmiddellijk ten westen van het plangebied ligt het multifunctioneel centrum ‘Bethanië’.

│ Begraafplaats (oud en nieuw gedeelte) en lokale voetbalterreinen

De Kiezelstraat en de Platte Vijverstraat vormen samen een L-vormig woonlint, opgebouwd uit opeenvolgende kavels met vrijstaande woningen. Centraal in het plangebied worden de gronden gebruikt als akker- en hoofdzakelijk weiland.

│ Vrijstaande woningen Kiezelstraat, akker- en weilanden binnengebied

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 9 / 60 2.1.2. Bestaande zonevreemde entiteiten

Ter hoogte van de Platte Vijverstraat komen twee zonevreemde woningen voor en een aantal zonevreemde voetbalvelden. Deze zonevreemde entiteiten situeren zich in een agrarische bestemming. De vergunningenstatus van de voetbalinfrastructuur wordt als volgt weergegeven:

- Perceel 3C 910E: eerste ingebruikname in 1982, mutatie in 1993, geen vergunning afgeleverd - Perceel 3C 909G: eerste ingebruikname in 1993, geen vergunning afgeleverd - Perceel 3C 909F: geen vergunning afgeleverd - Perceel 3C 887C: geen vergunning afgeleverd

Ook ter hoogte van de Kiezelstraat komt – in parkgebied – een zonevreemde woning voor. Het juridisch aangeduide kleiner stukje parkgebiedje aan de Kiezelstraat komt evenwel geïsoleerd voor tussen de agrarische gebieden en het woongebied. Dit deeltje parkgebied bestaat uit een tuinzone.

De basisrechten voor de zonevreemde entiteiten wordt verleend door de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO - HOOFDSTUK 4. Afwijkingen van stedenbouwkundige voorschriften). In het agrarische gebied langsheen de Platte Vijverstraat geldt dat de bestaande bestemmingsvoorschriften, mits een aantal voorwaarden, op zichzelf geen weigeringsgrond vormen bij de beoordeling van een aanvraag voor een stedenbouwkundige vergunning voor het verbouwen, herbouwen en uitbreiden van de zonevreemde entiteiten.

Het ruimtelijk toetsingskader voor deze zonevreemde entiteiten wordt gevormd door het ruimtelijk structuurplan (zie verder). Zowel de zonevreemde woningen als de recreatiegebieden zijn in goede staat en behoudenswaardig.

2.2. Eigendomsstructuur

De eigendomsstructuur is een belangrijk gegeven om rekening mee te houden bij het uitwerken van een visie en plan voor een gebied voor gemeenschapsvoorzieningen.

De stad Hasselt heeft evenwel grote delen van het gebied in eigendom, waardoor zij een sturend beleid kan voeren ten aanzien van de uitbouw van gemeenschapsvoorzieningen in Godsheide. De kerk en de naastgelegen pastoriewoning zijn in handen van de Kerkfabriek. De bestaande bebouwing langsheen de Kiezelstraat en Platte Vijverstraat zijn eigendom van particulieren. Centraal in het plangebied situeren zich de percelen in eigendom van vzw Tehuizen voor Nazorg (Tevona).

Particulieren

Stad Hasselt

Kerkfabriek

Tehuizen voor Nazorg (Tevona)

│ Overzicht eigendomsstructuur strategische percelen

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 10 / 60 2.3. Relatie met de structuurplannen

Een ruimtelijk uitvoeringsplan vormt steeds de uitvoering van het desbetreffende ruimtelijk structuurplan. Hieronder wordt het RUP gepositioneerd tegenover de verschillende structuurplannen.

2.3.1. RSV - Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (laatste herziening VR 17.12.2010)

Delen van de gemeente Hasselt, waaronder Godsheide, behoren tot het regionaalstedelijk gebied Hasselt-Genk. Ook delen van de gemeenten , Genk en Zonhoven worden hierin opgenomen.

Voor de vier categorieën van stedelijke gebieden worden verschillende ontwikkelingsperspectieven geformuleerd. Deze bestaan enerzijds uit doelstellingen inzake het ruimtelijk beleid voor de betrokken categorie, anderzijds situeren ze zich op het kwantitatieve en het kwalitatieve vlak. De regionaalstedelijke gebieden nemen omwille van hun verzorgingsniveau, hun stedelijke voorzieningen en hun economische structuur een belangrijke plaats in in de ruimtelijke structuur van Vlaanderen. In kwantitatief en kwalitatief opzicht hebben de regionaalstedelijke gebieden grote potenties om een belangrijk aandeel van de groei inzake bijkomende woongelegenheden, stedelijke voorzieningen en ruimte voor economische activiteiten op te vangen.

Samengevat betreffen de ontwikkelingsperspectieven voor stedelijke gebieden:

- concentratie en verdichting. Dit betekent het creëren van een bijkomend aanbod aan woningbouw, aan stedelijke voorzieningen en aan economische activiteiten. Als richtcijfer voor de minimale woondichtheid wordt 25 wo/ha gehanteerd. Het omgaan met minimale dichtheden dient te gebeuren, opdat kwaliteitsvolle woonomgevingen worden gecreëerd; - differentiatie en verbetering van de woningvoorraad. Om de woonfunctie te stimuleren en attractief te maken, dient in de stedelijke gebieden te worden gestreefd naar een gedifferentieerde samenstelling van de woningvoorraad. Dit vereist het ontwikkelen van nieuwe woning- en woonomgevingsconcepten; - versterken van de multifunctionaliteit. Dit kan door het gericht en doordacht verweven en bundelen van (gemeenschaps)functies en activiteiten en een goed gebruik en beheer van de bestaande ‘stedelijke’ voorzieningen en infrastructuren; - afstemmen van voorzieningen op het belang van het stedelijk gebied; - optimalisering van recreatieve en toeristische voorzieningen waaronder openluchtrecreatie verblijven (kampeerverblijfparken, kampeerterreinen en vakantieparken), individuele weekendverblijven en golfterreinen; - vernieuwing van verwaarloosde of onderbenutte terreinen, zoals kazernes, stationsomgevingen, spoorwegemplacementen of bedrijventerreinen (stedelijke vernieuwing); - herwaardering van de collectieve en openbare ruimte als een onmiskenbare voorwaarde om de stedelijke vernieuwing en het stedelijk wonen aantrekkelijk te maken; - behoud en ontwikkeling van stedelijke natuurelementen als een essentieel element van de stedelijke leefbaarheid. Bestaande groengebieden, zoals parken, dienen te worden versterkt en komen in aanmerking voor socio-educatieve en/of recreatieve functies en natuurbouw; - waarborgen voor landbouw in stedelijke gebieden; - garanderen van de verkeersleefbaarheid, onder andere door zachte vormen van verkeer te stimuleren en een gericht vergunningenbeleid te voeren ten aanzien van nieuwe stallingen en parkeervoorzieningen; - behoud en uitbouw van cultureel-maatschappelijke en historische elementen in de stedelijke gebieden.

Het stedelijk gebied van Hasselt behoort tevens tot het economisch netwerk van het Albertkanaal (ENA), dat in het RSV wordt aangeduid als een belangrijke economische as op Vlaams niveau. Door de selectie van Hasselt-Genk als stedelijk gebied wordt het automatisch beschouwd als economisch knooppunt. Het Albertkanaal maakt deel uit van het hoofdwaterwegennet. Het hoofdwaterwegennet verzorgt de verbindingen van (inter-)nationaal en Vlaams niveau. Het plangebied grenst in het noorden aan het Albertkanaal.

Bij de bespreking van de gewenste ruimtelijke structuur wordt binnen het RSV gesteld dat in Vlaamse context de promotie van ‘minder bezochte’ stedelijke gebieden, waaronder ook Hasselt, opgedreven kan worden. Omwille van

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 11 / 60 hun ruimtelijke impact en complexiteit behoeven een aantal specifieke toeristisch-recreatieve infrastructuren een uitspraak in verband met hun gewenste ruimtelijke ontwikkeling op Vlaams niveau. Dit is met name het geval voor terreinen voor openluchtrecreatie verblijven (kampeerverblijfparken, kampeerterreinen en vakantieparken) en individuele weekendverblijven, golfterreinen en U.L.M.- en sportvliegvelden. Concreet betekent dit dat de ontwikkelingsperspectieven voor voornoemde toeristisch-recreatieve infrastructuren (voornamelijk) zullen worden bepaald door het Vlaams Gewest. (gedeeltelijk gelegen op het grondgebied van Hasselt) wordt aangeduid als een toeristisch-recreatief knooppunt van Vlaams niveau en ligt ongeveer 4.000 meter ten noorden van het plangebied. Het golfterrein van Hasselt grenst in het zuidwesten aan de perimeter van voorliggend RUP.

De R71 (Ring) en delen van de N702 worden in het RSV geselecteerd als primaire wegen II. Deze wegen hebben een verzamelfunctie voor gebieden en/of concentraties van activiteiten van gewestelijk belang. Voor de regionaalstedelijke gebieden en economische netwerken van ten minste Vlaams niveau verzorgen de primaire wegen II de verbinding naar het hoofdwegennet of naar een primaire weg I. De R71 ligt op ongeveer 1.200 meter ten westen en de N702 op ongeveer 400 meter ten zuiden van het plangebied.

De spoorlijn Brussel – Leuven – Landen / Aarschot – Hasselt – Genk wordt geselecteerd als onderdeel van het hoofdspoorwegennet voor personenvervoer. Deze spoorlijn ligt op ongeveer 2.000 meter ten noorden van het plangebied.

Het RUP Godsheide-centrum kadert in de doelstelling van het RSV van het versterken van de (dorps)kernen in de stedelijke gebieden. Door ruimte te creëren voor bijkomende gemeenschapsvoorzieningen (school, jeugdhuis, sport- en speelvelden, zorg, …) wordt het nodige draagvlak gecreëerd voor de groei van de kern, zowel op korte als lange termijn.

2.3.2. PRS - Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Limburg (gecoördineerde versie – september 2012)

In het ruimtelijk structuurplan voor de provincie Limburg wordt de visie van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen overgenomen en genuanceerd. Het PRSL neemt het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen als kader en projecteert hierin volgende hoofddoelstellingen:

- beschermen, beheren en versterken van de groene waarden; - versterken van het stedelijk draagvlak met een concentratie van (nieuwe) diensten en meer kwaliteitsvolle stedelijke en geconcentreerde woonvormen; - Limburg als een economisch te diversifiëren regio, waarbij de provincie streeft naar een duurzame verankering van de bestaande bedrijven en een endogene groei om tot een breed en minder kwetsbaar economisch profiel te komen; - meer aandacht voor kwaliteit van o.m. hoogwaardige bedrijventerreinen, toeristisch-recreatieve voorzieningen, betere wegen, enz. De bestaande landschappelijke verschillen en cultuurhistorische rijkdom moeten behouden blijven.

Het stedelijk gebied Hasselt-Genk is de spil en het zwaartepunt van de hoofdruimte “Netwerk Midden-Limburg” en van de provincie Limburg. Het wordt aangeduid als centrum van een stedelijke hiërarchie. Om zijn positie voor de MHAL-regio te versterken, moet worden gewerkt aan de versterking van de stedelijkheid (verdichting, grootstedelijk imago op bepaalde plaatsen) van het gebied. Daardoor wordt er een draagvlak gecreëerd om een aantal hoogwaardige stedelijke voorzieningen aan te trekken. In deze hoofdruimte zijn de volgende ruimtelijke principes van toepassing:

- Verscheidene infrastructuren van Vlaams niveau creëren samenhang in de hoofdruimte. Het Albertkanaal, de E313/E314 en de spoorlijn zijn de dragers. In het bijzonder het gebied langs het Albertkanaal en E313 heeft mogelijkheden voor een verdere ruimtelijk-economische ontwikkeling. De N75 ten noorden van het plangebied (aan de overzijde van het kanaal) is geselecteerd als secundaire weg type III.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 12 / 60 - De Demer en noordelijke zijbeken fungeren als open ruimte verbindingen. De valleien worden gevrijwaard van bebouwing en aantasting en ontwikkeld voor natuur, beheerslandbouw en recreatie. - Het vijvergebied onderbreekt de verstedelijking in de hoofdruimte. Het wordt ontwikkeld in overeenstemming met de natuur en zachte vormen van toerisme en recreatie. Het vijvergebied functioneert als te vrijwaren open ruimte buffer naast het regionaalstedelijk gebied Hasselt - Genk. Verdere verstedelijking wordt hier maximaal tegengegaan. - Het Albertkanaal is geselecteerd als structurerend hydrografisch element. De hydrografische elementen spelen als landschappelijke elementen en als netwerk een structuurbepalende rol. Bebouwing op of nabij de oevers wordt tegengegaan. Behoud en herkenbaarheid van het element staan centraal bij ruimtelijke ingrepen. De provincie stelt dat voor de structurerende hydrografische elementen een samenhangende ontwikkeling van vallei en omgeving door gedifferentieerde typologieën en concepten nodig is. Bij de opmaak van provinciale ruimtelijke uitvoeringsplannen voor structurerende hydrografische elementen legt de provincie randvoorwaarden vast met het oog op een kwaliteitsvolle aanpak van waterfronten, een vernieuwde relatie tussen nederzetting en beek of rivier en het behoud van het structuurbepalend karakter.

In de visie voor de deelruimte ‘Hasselt-Genk’ wordt voor dit meerkernig stedelijk gebied vanuit de invalshoek van de provincie volgend ruimtelijk principe voor Hasselt als suggestie van de Vlaamse Overheid voorgesteld. Ondanks de meerkernige structuur is Hasselt de meest centrale kern in het gebied. Hasselt groepeert de belangrijkste voorzieningen en kan als ‘uithangbord’ en ‘aanspreekpunt’ functioneren. Een bijkomend aanbod aan stedelijke functies in het algemeen is noodzakelijk.

Specifiek met betrekking tot Godsheide worden de volgende belangrijke aandachtspunten omschreven:

- Tussen de elementen van Vlaams niveau liggen in de gewenste ruimtelijk-natuurlijke structuur droge en natte natuurlijke verbindingen. Die verbindingen zijn essentieel om een samenhangend, duurzaam ecologisch netwerk te vormen. Tussen de Borggraafvijvers en Godsheide, over het Albertkanaal, ligt een droge natuurverbinding (29) met als verbindende elementen: kleine landschapselementen (KLE), tuinen, overblijvende open ruimte verbinding. - Godsheide is geselecteerd als woonkern, maar deze selectie vervalt als de woonkern binnen de afbakening van een stedelijk gebied valt.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 13 / 60 - In het kader van de gewenste landschappelijke structuur selecteert de provincie een open ruimte verbinding (24) tussen de Maten en het universitair centrum en langs het Albertkanaal omgeving Godsheide, Rooierheide en Dorpsheide.

Van belang bij de opmaak van het RUP voor het plangebied, is de nabijheid van de droge natuurverbinding tussen de Borggraafvijvers en Godsheide, over het Albertkanaal. Deze droge natuurverbinding mag door de uitwerking van het plan niet in het gedrang komen.

2.3.3. GRS – Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Hasselt (MB 27.08.2003)

De stad Hasselt heeft de ambitie om haar imago van een aangename woon- en werkstad in de toekomst verder te versterken. Daarnaast wil de stad haar verantwoordelijkheid als regionaalstedelijk gebied en provinciehoofdplaats opnemen en een bijkomend woonaanbod voorzien voor een brede doelgroep. Hasselt wil dus groeien, maar op een gecontroleerde en kwalitatieve manier. Groei om de groei is geen doelstelling.

Met betrekking tot het wonen in het algemeen formuleert het structuurplan van Hasselt de volgende doelstellingen:

- Hasselt is en blijft een aangename woonstad. De woonkwaliteit in Hasselt is goed. Ondanks de stedelijke groei die voor Hasselt vooropgesteld wordt, moet deze woonkwaliteit gegarandeerd blijven. - De stedelijke groei wordt opgevangen door zowel inbreiding als uitbreiding. Om de versnippering van het buitengebied tegen te gaan zal Hasselt, als onderdeel van het regionaal stedelijk gebied Hasselt-Genk, een aanbod aan woongelegenheden creëren (vlg. de taakstelling zoals aangegeven in het RSV). - Elke kern moet in de invulling van zijn lokale woonbehoefte kunnen voorzien en moet kunnen instaan voor de opvang van een deel van de taakstelling van het stedelijk gebied. - De gewenste ruimtelijke structuur dient als referentiekader bij het invullen van de kwantitatieve taakstellingen. Elke kern moet voldoende aanbod hebben voor de eigen behoefte en voor de opvang van een deel van de taakstelling van het stedelijk gebied. Er wordt een aanbodbeleid gevoerd in de dorpskernen, dit rekening houdend met de draagkracht van het gebied, en steeds kerngericht. Verspreide ontwikkelingen (linten, verspreide bebouwing, …) worden niet gestimuleerd. - Doordachte ontwikkeling van het aanbod aan te ontwikkelen woongebieden. Gelet op de stedelijke taakstelling (kwantitatief), dient het grootste deel van het aanbod aan niet uitgeruste woon- en woonuitbreidingsgebieden, én van de reconversiegebieden én van het te ontwikkelen oostelijke stedelijk verwevingsgebied op korte termijn effectief tot ontwikkeling gebracht te worden. Het is belangrijk voor de goede

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 14 / 60 stedelijke ontwikkeling dat nieuwe en zeker grootschalige ontwikkelingen op een doordachte wijze plaatsvinden. Bij het bijkomend voorzien van een groot aantal woningen dienen het bestaande schaalniveau, de eigenheden en kwaliteiten van een gebied gerespecteerd te worden. Zulke ontwikkelingen vragen ook bijkomende ontsluitingsmogelijkheden, sociale voorzieningen (school, buurthuis, jeugdvoorzieningen, ...), ruimte voor ontspanningsmogelijkheden, ... . Elk te ontwikkelen gebied moet hier dan ook op onderzocht en eventueel bijgestuurd worden.

Volgens het GRS is het plangebied gelegen in de hoofdruimte Demervallei, in een uitloper van de deelruimte Verstedelijkt gebied Hasselt, tussen het Albertkanaal en de deelruimte Stedelijke Demerzone. De stad suggereert aan het Vlaamse Gewest om o.a. de kern van Godsheide te beschouwen als stedelijk gebied.

Meer concreet naar Godsheide toe formuleert het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan de volgende visie (zie blz. 154 – ontwikkelingsperspectieven voor de deelruimten – stedelijke Demerzone 2.2):

“In de stedelijke Demerzone wordt het wonen geconcentreerd in de woonkern van Godsheide. De woonkern Godsheide wordt verder ontwikkeld met de nodige voorzieningen, geïntegreerd in het omliggende Demerlandschap en met het nodige respect voor de bestaande woonkwaliteit.

Deze kernen fungeren al op stedelijk niveau. Ze voorzien in een aantal verzorgende functies, in sommige kernen wordt reeds gewoond aan een stedelijke dichtheid en ze bieden nog ruimte voor invulling van de stedelijke taakstelling.”

Om de woonkwaliteit te garanderen, worden in het ruimtelijk concept voor de nederzettingsstructuur woongebieden onderscheiden volgens hun uitrustingsniveau en identiteit. O.a. Godsheide wordt als suburbaan woongebied in de stadsrand aangegeven, als tweede gordel rond de stad. De woongebieden in de stadsrand vormen de overgang tussen de stad en de open ruimte. Wonen vindt plaats in vrij grote oppervlakten aan dichtheden die aansluiten aan de omgevende bebouwing. De nodige voorzieningen op wijkniveau worden gegarandeerd.

Het GRS voorziet een kwalitatieve ontwikkeling van de bestaande stedelijke woongebieden. Deze wijkkernen worden verder ontwikkeld als ontmoetingsplaatsen. De buurtvoorzieningen worden er geconcentreerd. Nieuwe inplantingen moeten daarom gestuurd worden om het evenwicht niet te verstoren en kernverschuivingen te voorkomen. Er dient gewerkt te worden aan een hoge woon- en omgevingskwaliteit in deze wijken.

Het groenstedelijk woonlandschap van Godsheide heeft als groene bos- en bomenrijke omgeving een karakter als woonpark ontwikkeld, en is hierdoor erg in trek bij een aantal bevolkingsgroepen als specifieke stedelijke woonomgeving in het regionaalstedelijk gebied. Grote delen van dit woongebied liggen op fietsafstand van de kernstad en zijn goed ontsloten met het openbaar vervoer.

Specifiek voor Malpertuus, ten noorden van het kanaal, bepaalt het gemeentelijk structuurplan dat het woonparkkarakter gevrijwaard en versterkt moet worden door o.a. door het aanbieden van percelen met een bomenrijke tuinaanleg, dreefbeplantingen, enz. Om een ruimtelijk geheel te realiseren is het principe van woonparkkarakter ook van toepassing bij de ontwikkeling van de woonuitbreidingsgebieden. In de buurt van wijkvoorzieningen is een plaatselijke morfologische verdichting wenselijk.

Specifiek voor Godsheide-centrum bepaalt het gemeentelijk structuurplan dat nieuwe woningtypologieën ingebracht moeten worden en tegelijkertijd het groene karakter versterkt moet worden. In de buurt van wijkvoorzieningen is een plaatselijke morfologische verdichting wenselijk.

Godsheide centrum wordt verder ontwikkeld als centrum in dit groenstedelijke woonlandschap. Daarom wordt vooropgesteld:

- het versterken van de kern met een breed gamma van bijkomende woningen voor diverse gezinstypes en diverse sociale, culturele en andere voorzieningen; - aandacht voor de studentenhuisvesting in Godsheide (beperkte draagkracht woonomgeving, inname regulier woonaanbod). Bijkomende studentenhuisvesting is er niet gewenst.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 15 / 60 De zonevreemde voetbalterreinen worden in het GRS beoordeeld door middel van een toetsingskader met twee evaluatietrappen: een eerste evaluatie naar de aard van de activiteiten en een tweede gebiedsgerichte evaluatie. Er kan aangenomen worden dat de bestaande voetbalvelden mogelijks verweefbaar zijn met de dorpskern van Godsheide en dat de infrastructuur voldoende uitgerust is en behoudenswaardig. De voetbalvelden komen voor in de deelruimte van de verstedelijkte Demerzone, waarbinnen een draagvlak kan bestaan voor nieuwe of de uitbreiding van sport- en recreatieterreinen (pagina 251 – 254).

Het zonevreemde recreatiegebied aan de Platte Vijverstraat blijft behouden op zijn huidige locatie door de opmaak van een RUP. Naast de algemene uitgangspunten moet dit RUP ontwikkeld worden vanuit een specifieke visie voor heel Godsheide. Elementen die in dit RUP aan bod moeten komen zijn:

- de relatie met het centrum van Godsheide rond de kerk en de school; - het behoud van de open ruimte; - de uitbreiding van de sporthal (parochiaal centrum); - de link met het schooltje en met de sporthal (parochiaal centrum); - de binding met het “nieuwe centrum voor jongeren met gedragsmoeilijkheden “Bethanie”; - een fietsverbinding met Hasselt; - de relatie met het golfterrein.

Het beleid met betrekking tot zonevreemde woningen richt zich naar de wettelijke bepalingen hieromtrent. Deze bepalingen bieden rechtszekerheid voor vergunde woningen en gebouwen buiten de geëigende bestemmingszones.

Het voorliggend RUP Godsheide-centrum vormt de onmiddellijke uitvoering van de bepalingen van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Volgende acties uit het GRS worden geconcretiseerd:

- de uitbouw van een woonkern, gelegen in het regionaalstedelijk gebied Hasselt-Genk; - de (lokaal) verzorgende functie van de woonkern op korte termijn versterken door ruimte te bieden aan de herlocalisatie van de school; - de verdere verweving van functies in deze woonkern versterken door fysieke verbindingen voor zacht verkeer te creëren tussen de school, de sportterreinen, Tevona en Bethanië; - anticiperen op de toekomstige uitbreiding van de kern van Godsheide door ruimte te voorzien voor (toekomstige) gemeenschapsvoorzieningen; - een kader te creëren voor de versterking van het openbaar domein; - een oplossing bieden aan de problematiek van het zonevreemde sportterrein; - een oplossing bieden aan de problematiek van enkele zonevreemde woningen; - de woonkern ruimtelijk afwerken door een oostelijke rand te creëren langs de droge natuurverbinding; - het vaststellen van karaktervolle en beeldbepalende gebouwen; - een oplossing bieden aan de parkeerproblematiek in het centrum op piekmomenten; - de kern een betekenis geven binnen het stedelijk gebied door ruimte te voorzien voor het organiseren van tijdelijke evenementen.

Het voorliggende RUP geeft uitvoering aan volgende bindende elementen: - bepaling 3. Selectie van gemeentelijke open ruimteverbindingen volgende lokale open ruimteverbindingen worden geselecteerd:

o Open ruimteverbinding tussen de vallei van de Demer en het gebied Borggravevijvers, via de Golfclub, over het Albertkanaal en de Genkersteenweg. De open ruimte verbinding wordt er gevormd door de bufferstrook gesitueerd tussen het woon- en het winkellint langs de Genkersteenweg (1).

o Open ruimteverbinding gevormd door de vallei van de Demer, gesitueerd tussen de bebouwing van het gebied Wolske en de bebouwde entiteit Godsheide (2).

- Bepaling 5. De nederzettingsstructuur

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 16 / 60 o De suburbane woongebieden in de stadsrand (Kuringen, Over-De-Demer, delen van Kuringenheide, Berkenveld, Kiewit, Godsheide, Malpertuus). - Bepaling 12. Selectie van Sportinfrastructuur op wijkniveau o Godsheide: landbouwgebied aan de Platte Vijverstraat met voetbalterreinen en sporthal. - Bepaling 40. RUP zonevreemde terreinen en gebouwen voor sport-; recreatie en jeugdactiviteiten o De gemeente stelt een ruimtelijk uitvoeringsplan op voor de zonevreemde terreinen en gebouwen voor sport- , recreatie en jeugdactiviteiten. Per terrein worden de ontwikkelingsmogelijkheden vastgelegd.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 17 / 60 2.4. Bestaande juridische toestand

Onderstaand wordt de relevante bestaande toestand van het RUP geschetst. In het gebied komen geen APA of RUP’s voor. Noch komen er specifieke beschermingszones voor zoals voorzien door het Natuurdecreet of Decreet Algemene Bepalingen Milieubeleid (DABM).

In het gebied werden een aantal milieuvergunningen verleend, maar geen enkele van eerste klasse (mogelijk sterk milieubelastende activiteiten).

2.4.1. Gewestplan

Zie plan feitelijke en juridische toestand

Het gewestplan Hasselt-Genk (KB 03.04.1979) bestemt de gebieden binnen de afbakening van het RUP grotendeels als ‘landbouwgebied’. De bebouwing langsheen de Kiezelstraat en Platte Vijverstraat is gelegen in ‘woongebied’. Een klein gebied ten noorden van de Platte Vijverstraat, evenals de westelijke strip van het plangebied, worden aangeduid als ‘parkgebied’.

2.4.2. Bestaande bijzondere plannen van aanleg

Zie plan feitelijke en juridische toestand

Het plangebied sluit in het zuiden aan op het BPA Grenslandhallen, nr. 14 vel 5 (KB 21.03.1979). Dit bijzonder plan van aanleg bestemt de terreinen van de Hasseltse golfclub, onmiddellijk ten zuiden van het plangebied, als ‘openbaar groen als parkgebied’.

Deze bestemming houdt in dat het gebied hoofdzakelijk bestaat uit canada-plantages en in zijn huidige staat als houtwinnings- en weidegebied bewaard dient te blijven. Het kan echter ook, indien noodzakelijk, bv. door aanpassing of herbestemming van de aanwezige bebouwing, een sociale functie voor de stad en haar omgeving vervullen. Alle andere dan voormelde canadabomen en bomengroepen zullen behouden blijven.

│ BPA nr. 14 vel 5

2.4.3. Bestaande rooilijnplannen

Zie plan feitelijke en juridische toestand

Volgend rooilijnplan komt voor in de afbakening van het RUP:

- rooilijnplan nr. 719.80/01/272: Kiezel- en Platte Vijverstraat (MB. 14.04.1985)

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 18 / 60 2.4.4. Bestaande niet-vervallen verkavelingen

Zie plan feitelijke en juridische toestand

Volgende niet-vervallen verkavelingen komen voor in de afbakening van het RUP:

nr stad nr RWO Hasselt Vlaanderen datum goedkeuring ligging Has0059 77VK 1963 28-2-1964 Kiezelstraat Has0065 58V 52 25-6-1963 Kiezelstraat Has0074 en Has 0112 58V 92 26-5-1964 Platte Vijverstraat Has0297 3VK 1973 20-4-1973 Kiezelweg/Platte Vijverstraat Has0308 24VK 1973 10-12-1973 Kiezelstraat Has0350 24VK 1976 14-6-1976 Kiezelstraat Has0356 24VK 76 9-9-1976 Platte Vijverstraat Has0832 40VK 1986 9-7-1986 Kiezelstraat Has0855 100VK 1986 16-4-1987 Kiezelstraat Has0863 16VK 1987 9-4-1987 Kiezelstraat Has1027 10VK 91 24-5-1991 Kiezelstraat Has1371 niet gekend 2001 Kiezelstraat Has0112 9VK 1965 20-5-1965 Platte Vijverstraat Aan de Kiezelstraat komt een vervallen verkaveling voor in toepassing van de artikelen 57-4° van de wet van 29 maart 1962. Deze verkaveling was gekend als has082 en voorzag in twee kavels.

2.4.5. Beschermd erfgoed

Zie plan feitelijke en juridische toestand

In het zuidelijke gedeelte van het plangebied is het ‘Spaans Huis’ in de Kiezelstraat zowel beschermd als monument als dorpsgezicht, overeenkomstig het MB 12 januari 1987. De bescherming als monument, om reden van artistieke (architectuurhistorische) en documentaire waarde, betreft het woonhuis en de dwarsschuur met stalling (gelegen in de Kiezelstraat 100). Omwille van de historische en artistieke waarde impliceert de bescherming als dorpsgezicht tevens de onmiddellijke omgeving.

Ter hoogte van de Platte Vijverstraat nr. 8 komt een lang gestrekte vakwerkhoeve voor als monument met beschermingsbeslissing VR 1 december 2010. De bescherming werd doorgevoerd wegens de historische, historische in casu architectuurhistorische en sociaal-culturele waarde van het pand.

2.4.6. Andere beschermingen inzake erfgoed

Zie plan feitelijke en juridische toestand

Binnen de afbakening van het RUP komen verschillende bouwkundige elementen voor die opgenomen zijn in de vastgestelde inventaris van het bouwkundig erfgoed (Vlaams Instituut voor Onroerend Erfgoed - VIOE). Het betreft de volgende relicten:

RELICT_ID NAAM ADRES STATUS 22127 “Spaans huis” semi-gesloten hoeve Kiezelstraat 70-72 Bewaard 22126 Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw-Bezoeking Kiezelstraat z.n. Bewaard 22128 Neoclassicistische pastorie Kiezelstraat 132 Bewaard 207035 Lang gestrekte vakwerkhoeve Platte Vijverstraat 8 Bewaard

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 19 / 60 2.4.7. Atlas der buurtwegen

Zowel de Kiezelstraat als de Platte Vijverstraat zijn opgenomen in de Atlas der Buurtwegen, respectievelijk als buurtweg nr. 7 en 43. In het gebied komen geen officiële voetwegen voor.

2.4.8. Bestaande waterlopen

Het plangebied bevindt zich centraal in het Demerbekken en meer bepaald in het deelbekken Midden Demer. Het noorden van het gebied wordt doorkruist door de Borgravebeek, die door de Vlaamse Hydrografische Atlas aangeduid wordt als een niet geklasseerde waterloop (VHAG-code 7675 – beheerd door de stad).

Niet geklasseerd 1 ste categorie (onbevaarbaar) 2 de categorie (onbevaarbaar)

│ Uittreksel uit de Vlaamse Hydrografische Atlas met aanduiding van de Borgravebeek (AGIV - 2013)

Onmiddellijk buiten de perimeter van het RUP komen tevens volgende waterlopen voor:

- de noordelijke grens van het plangebied wordt gevormd door het Albertkanaal (bevaarbaar – categorie 0 – VHAG- code 4), beheerd door nv De Scheepvaart; - ten zuiden van het plangebied bevindt zich de Demer (1ste categorie – VHAG-code 7151), in beheer van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) – afdeling Operationeel Waterbeheer Hasselt; - de Oude Miserikbeek, onmiddellijk ten zuiden van het projectgebied, betreft een waterloop van 2de categorie (VHAG-code 7591), en wordt beheerd door de provincie Limburg.

2.4.9. Bestaande reservatiezone langs het Albertkanaal

De noordelijke begrenzing van het plangebied wordt gevormd door het Albertkanaal. Als beheerder van deze waterweg acht nv De Scheepvaart het noodzakelijk dat langs de oever van de waterweg een bepaalde zone, reservatiezone genoemd, wordt gevrijwaard voor het uitvoeren van onderhoudswerken aan de kanaaloever.

De Raad van Bestuur van nv De Scheepvaart heeft op 14 maart 2007 beslist dat de diepte van de reservatiezone langs het Albertkanaal wordt vastgelegd op: - een zone van 20 m vanuit de bestaande oever indien in uitgraving; - een zone van 3,00 m uit de teengracht indien in ophoging; (van toepassing in dit plangebied) - uitzonderingen: . nog uit te voeren verbredingswerken; . werkzones rond kunstwerken.

Opmerking. De reservatiestrook zoals opgelegd door de nv De Scheepvaart, in het gebied va het RUP, bestaat uit de strook tussen het kanaal en een zone van 3,00 m gemeten vanuit de teengracht. De bestaande Borgravebeek in het gebied functioneert als teengracht. De reservatiestrook wordt m.a.w. begrensd door de Borgravebeek.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 20 / 60 2.5. Relevante studies en plannen

2.5.1. Afbakening stedelijk gebied Hasselt-Genk

De opmaak van dit gemeentelijk RUP voor gemeenschapsvoorzieningen in Godsheide-centrum valt samen met de opmaak van het Gewestelijk RUP voor de afbakening van het regionaalstedelijk gebied Hasselt-Genk (bevoegdheid van de Vlaamse Overheid). Op basis van de visie van de Stad Hasselt en de visie van Ruimte Vlaanderen op Godsheide, kan met vrij grote zekerheid gesteld worden dat Godsheide binnen de afbakeningslijn van het stedelijk gebied zal liggen. In het ontwerp Gewestelijk RUP is de kern Godsheide alvast opgenomen binnen de afbakeningsgrens en zijn de woonuitbreidingsgebieden van Godsheide als deelplan opgenomen met als doel omzetting naar woongebied.

De toekomstige woonverdichting in Godsheide wordt dus bevestigd in de ontwerpplannen voor de afbakening van het stedelijk gebied. De modaliteiten van deze verdichting waren op het moment van de opmaak van het RUP gemeenschapsvoorzieningen Godsheide-centrum echter nog niet uitgeklaard. De stad hanteert bijvoorbeeld de dichtheden die in de structuurschets voor Godsheide naar voren geschoven worden, terwijl Ruimte Vlaanderen hogere dichtheden vooropstelt. Ook qua timing voor het aansnijden van de woonuitbreidingsgebieden zitten stad en Gewest nog niet op dezelfde golflengte. Beide randvoorwaarden zullen in de loop van het afbakeningsproces verder uitgeklaard worden.

2.5.2. Structuurschets Godsheide

In opdracht van de stad Hasselt werkten BUUR | bureau voor urbanisme cvba en het communicatiebureau TOPOS in 2008 een schets uit voor de gewenste ruimtelijke structuur van Godsheide.

Aanleiding voor deze structuurschets was de vrijgave van een aantal woonuitbreidingsgebieden in Godsheide door de hogere overheden. De stad Hasselt vond het wenselijk om de verschillende initiatieven die zich hierdoor in de toekomst konden aandienen op elkaar af te stemmen, rekening houdend met de bestaande ruimtelijke context en de bekommernissen van de bewoners. De studie diende ook enkele concrete randvoorwaarden te formuleren om de ontwikkeling van de woonuitbreidingsgebieden aan te sturen.

De structuurschets werd opgemaakt in overleg met de bewoners van zowel Godsheide-centrum als Malpertuus, de woonwijk onmiddellijk ten noorden van het Albertkanaal. Tijdens een aantal infovergaderingen werd de mening van de bewoners gevraagd over de ontwikkeling van hun wijk. De randvoorwaarden van de structuurschets hielden hiermee zoveel mogelijk rekening.

De structuurschets heeft geen bindende juridische waarde, maar geeft wel een indicatie van de visie van de stad op de ontwikkeling van de woonuitbreidingsgebieden in Godsheide. De stad hanteerde in de voorbije jaren deze structuurschets als een toetskader voor de beoordeling van concrete verkavelingsaanvragen.

In de structuurschets wordt de basis gelegd voor het voorliggende RUP. In 2008 werd immers al de nood aan bijkomende ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen onderkend, indien de woonuitbreidingsgebieden effectief aangesneden zouden worden. Ook werd al in de structuurschets het gebied achter de kerk aangeduid als de meest aangewezen locatie, omwille van de redenen die reeds werden aangehaald onder ‘1.3 locatiekeuze’ en hierbij nog even worden herhaald:

- Het gebied is ingekleurd als landbouwzone. Ten opzichte van andere landbouwgebieden in Hasselt ligt het geïsoleerd en heeft het een beperkte oppervlakte; - Het gebied sluit aan op de historische kern van Godsheide; - In en rond het gebied komen reeds een aantal gemeenschapsvoorzieningen voor, zoals de kerk, het kerkhof, het parochiecentrum, de sportvelden van de lokale voetbalvereniging, het medisch pedagogisch instituut Bethanië en het Tehuis voor Nazorg (Tevona). Een aantal van deze voorzieningen liggen geïsoleerd (Bethanië) of zijn zonevreemd (voetbalterreinen). Met de bestemmingswijziging kan een performantere en meer samenhangende voorzieningencluster uitgebouwd worden.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 21 / 60 - De stad Hasselt heeft grote delen van het gebied in eigendom, waardoor de stad een sturend beleid kan voeren ten aanzien van de uitbouw van gemeenschapsvoorzieningen in Godsheide.

2.5.3. Uitbreiding jeugdhuis ‘De Bem’

In april 2013 werd een aanvraag tot stedenbouwkundige vergunning ingediend voor de uitbreiding van het ontmoetingscentrum/jeugdhuis ‘De Bem’ in de Kiezelstraat. Ten noorden van het huidige gebouw wordt een nieuwbouw ingeplant met ruimte voor het jeugdhuis, een polyvalente zaal, lokalen voor de plaatselijke jeugdbeweging en de bijhorende technische en sanitaire voorzieningen. Deze plannen werden ondertussen voorwaardelijk vergund door de stad Hasselt.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 22 / 60 3. Gewenste ruimtelijke structuur en uitwerking

3.1. Concepten die de gewenste ruimtelijke structuur voor het plangebied bepalen

3.1.1. Ruimte voor een nieuwe school op korte termijn

De kleuter- en lagere school van Godsheide wordt ingeplant op wandelafstand van de huidige locatie (ca. 200 meter). De leeromgeving wordt geconcipieerd als een ‘open school’, waarbij maximaal gestreefd word naar dubbel gebruik van functies (zoals sportzaal, klasruimtes, trapveldjes, …).

│ Herlocalisatie kleuter- en lagere school

3.1.2. Ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen op middellange termijn

Gezien de voorziene groei van de woonkern Godsheide (mogelijke verdubbeling van het aantal inwoners tegenover het huidige woonaanbod – zie inleiding) dienen de gemeenschapsvoorzieningen gestaag maat te houden. Het programma van de gemeenschapsvoorzieningen op middellange termijn werd vandaag nog niet gedefinieerd, maar er kan gedacht worden aan:

- een cultureel centrum, openbare culturele voorzieningen, zoals bibliotheek, theater, enz., ...; - een wijkkantoor van de politie; - openbare sport- en spelinfrastructuur; - lokale onderwijsinstellingen; - sociale voorzieningen, zoals kinderdagverblijven, bejaardenzorg, rusthuizen, dienstencentra, enz., ...;

Een belangrijk randvoorwaarde voor het aanduiden van deze ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen is dat deze aansluit bij het ‘kerngebied’ van Godsheide (Kiezelstraat en Platte Vijverstraat). Een opportuniteit bestaat erin de gemeenschapsvoorzieningen te voorzien op de bestaande stadseigendommen.

3.1.3. Behoud van de ‘open ruimtecorridor’ tussen Godsheide en de stad Hasselt

Bij de opmaak van het gewestplan dd. 03.04.1979 werd er tussen de landelijke kern van Godsheide en de stad Hasselt een ‘open ruimtecorridor’ ingetekend. Door deze ‘open ruimtecorridor’ werd vermeden dat Hasselt overvloeit in het woongebied van Godsheide en het dorp haar lokaal karakter zou verliezen. De open ruimtecorridor komt voor vanaf het gebied met de Grenslandhallen en loopt over het Albertkanaal verder in het Vijvergebied van Midden-Limburg en de bosgebieden van Bokrijk en Genk. Tussen Godsheide en Hasselt bestaat deze ‘open ruimtecorridor’ uit de Hasseltse golfclub, het groene domein van het multifunctioneel centrum ‘Bethanië’, het bestaande recreatiegebied van Koninklijke Godsheide V.V. en een aantal agrarische restruimtes. Deze ‘open ruimtecorridor’ geeft vorm aan de provinciale droge natuurverbinding.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 23 / 60 3.1.4. 3 dimensionale structuur

In de huidige toestand richten de woonlinten langs de Kiezelstraat en de Platte Vijverstraat zich naar deze woonstraten, terwijl het binnengebied uitkijkt op hun achterkanten. De bestaande publieke voorzieningen in Godsheide-centrum staan veelal op zichzelf en zijn in het geval van de voetbalterreinen zelfs zonevreemd.

Het RUP heeft als streefdoel om deze 2 dimensionale structuur om te buigen tot een 3 dimensionaal systeem door het gebied in de diepte te ontwikkelen, alle functies op elkaar te betrekken en de verschillende buitenruimten landschappelijk aaneen te schakelen. Ook de bestaande voorzieningen worden op deze manier, zowel ruimtelijk als juridisch, onderdeel van één grote cluster.

│ 2 dimensionale structuur (huidige situatie) │ 3 dimensionale structuur als streefdoel

3.1.5. Een minimale functiemenging

Met het voorliggende RUP wordt een ruimtelijke structuur aangereikt om in hoofdzaak de inplanting van gemeenschapsvoorzieningen mogelijk te maken. Een belangrijke randvoorwaarde voor de inplanting van de gemeenschapsvoorzieningen is de integratie en samenhang met het bestaande dorpsweefsel. Deze samenhang wordt enerzijds verzorgd door de zogenaamde driedimensionele structuur en anderzijds de verweving van functies.

Als tweede element om de samenhang te realiseren tussen het bestaande en het nieuwe, wordt ingezet op een evenwichtige verweving van functies. Kenmerkend voor het huidige centrum van Godsheide is immers dat wonen en kleinschalige, lokale voorzieningen naast elkaar voorkomen. Dit is niet uniek voor Godsheide, maar is eigen aan de meeste dorpskernen rond Hasselt centrum. Deze verweving van functies bepaalt in belangrijke mate het typische dorpse karakter van deze kernen. In de nieuwe ontwikkelingen zou daarom ook een zekere mate van verweving van voorzieningen en wonen gerealiseerd moeten worden. Daarnaast draagt deze verweving ook bij aan:

- de sociale veiligheid van Godsheide-centrum, omdat de verweving van wonen en voorzieningen doorlopend activiteit genereren, en er bijgevolg geen “doodse” periodes voorkomen (waardoor de achterkantsituatie bevestigd wordt); - de sociale mix van Godsheide-centrum, omdat in de nieuwe uitbreiding verschillende sociale groepen (senioren, jonge gezinnen, alleenstaanden, …) naast elkaar voorkomen, en bijgevolg het gemeenschapsgevoel wordt versterkt; - het meervoudig ruimtegebruik, omdat de verschillende gebruikersgroepen (scholieren, jeugdbeweging, bewoners) de (open) publieke ruimte op verschillende manieren zullen gebruiken en (tijdelijk) toe-eigenen, hetgeen positief is. Het meervoudig ruimtegebruik wordt geïntensiveerd naarmate de nabijheid van publieke ruimte en de permanente programma’s groter is, en er meerdere permanente programma’s voorkomen. Een argument dus om een (beperkte mate van) wonen in het plangebied te realiseren.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 24 / 60 3.1.6. Lokale parkstructuren en polyvalente open ruimtes

De woonomgevingen van Godsheide kennen een uitgesproken open en groen karakter. Het aanduiden van lokale parkstructuren in het plangebied wordt als programma-element naar voren geschoven om dit open en groene karakter te vrijwaren. De parkstructuren dienen een gelaagde overgang te realiseren tussen het bestaande woongebied van Godsheide, de gemeenschapsvoorzieningen en de voorgenoemde ‘open ruimtecorridor’. Een parkstructuur centraal in het plangebied wordt zodanig ingericht dat een polyvalent gebruik mogelijk wordt (bv. organisatie van lokale evenementen, speel- en ravotweide voor de school / het jeugdhuis / ouderenvereniging / Bethanië, …).

3.1.7. Bereikbaarheid en toegankelijkheid

In de huidige situatie wordt in het centrum van Godsheide veel sluipverkeer opgetekend. Door, ten westen van de Hasseltse golfclub, de Trichterheideweg in noordelijke richting door te trekken tot aan Het Sas, wordt een snellere verbinding met de Universiteitslaan gerealiseerd, waarmee Godsheide-centrum (Kiezelstraat en Platte Vijverstraat) zal worden ontlast van regionaal verkeer.

Ter plaatse van het plangebied worden verbindingen voor het autoverkeer beperkt tot het ontsluiten van de gemeenschapsvoorzieningen. De Kiezelstraat en Platte Vijverstraat vormen samen de wijkontsluitingsweg, waarop uitsluitend met verkeerslussen dan wel doodlopende straten kan worden aangesloten. Een doorgaande autoverbinding tussen de Platte Vijverstraat en de Kiezelstraat of een autoverbinding tussen de Platte Vijverstraat en de Vissenbroekstraat kan niet worden gerealiseerd (geen doorgaand verkeer mogelijk!). Het autoverkeer dient te worden opgevangen in een aantal kleinere parkeerpockets.

De zones voor gemeenschapsvoorzieningen dienen evenwel vrij en gemakkelijk toegankelijk te zijn voor het publiek. De lokale parkstructu(u)r(en) moeten ook uitnodigen om ontdekt te worden. Hiertoe wordt in alle richtingen een netwerk voorzien met trage wegen voor het zachte verkeer. Deze trage wegen garanderen de doorwaadbaarheid van het gebied en snelle verbindingen voor fietsers en wandelaars.

Het weggedeelte van de Vissenbroekstraat tussen de Kiezelstraat en het domein van het multifunctioneel centrum ‘Bethanië’ kan omwille van zijn beperkt profiel ingekleurd worden voor het zachte verkeer.

Op deze manier wordt voor Godsheide-centrum een duidelijk hiërarchie gebracht in het wegennetwerk.

│ Netwerk zacht verkeer │ Netwerk gemotoriseerd verkeer

3.1.8. Zonevreemde elementen

Conform het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan is het toetsingskader voor de zonevreemde woningen de VCRO. Deze woningen hebben basisrechten en kunnen, mits een aantal voorwaarden, verbouwd, herbouwd en uitgebreid worden tot 1000 m³ . Het RUP wijzigt niets aan de bestaande basisrechten van deze woningen.

Het behoud en de eventuele uitbreiding van de zonevreemde voetbalinfrastructuur van koninklijk Godsheide VV. wordt onderstaand afgetoetst conform het structuurplan:

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 25 / 60 . Eerste evaluatie: aard van de activiteiten: - Niveau reikwijdte: de voetbaltreinen functioneren ontegensprekelijk op niveau van de dorpskern Godsheide; - Terreinbezetting: de voetbalinfrastructuur wordt veelvuldig gebruikt door de verschillende afdelingen (drie seniorafdelingen en zes jeugdafdelingen). De voetbalactiviteiten zijn verweefbaar met hun omgeving ( de dorpskern, het parkgebied van het multifunctioneel zorgcentrum ‘Bethanië’, het parkgebied van de golf en de aanwezige kleinschalige landbouwactiviteiten); - Uitrusting infrastructuur: de voetbalinfrastructuur is behoudenswaardig en wezenlijk aanwezig;

. Tweede evaluatie: gebiedsgericht - De voetbalinfrastructuur komt voor in de deelruimte van de verstedelijkte Demerzone en dit aansluitend aan de kern van Godsheide. De verstedelijkte Demerzone is een deelruimte met draagvlak voor nieuwe of uitbreidingen van sport- en recreatieterreinen. Er kan gesteld worden dat de draagkracht voor het behoud van de sportinfrastructuur groot is. Hierbij zijn er volgens het GRS twee opties: de verhuis naar een gemeentelijke sportzone of de opmaak van een gemeentelijk RUP (zonevreemde recreatie).

Omwille van de verweefbaarheid van de voetbalterreinen met de dorpskern van Godsheide en de verwachte exponentiële bevolkingsgroei van Godsheide is het te verantwoorden om de bestaande zonevreemde recreatie een zone-eigen statuut toe te meten in het voorliggende RUP. Gezien de geplande bevolkingstoename is het realistisch om – op termijn – in een uitbreidingsbehoefte te voorzien voor het recreatiegebied.

Het GRS geeft aan dat de opmaak van een RUP voor deze sportvoorzieningen ontwikkeld moet worden vanuit een specifieke visie voor heel Godsheide. Elementen die in dit RUP aan bod moeten komen zijn:

- de relatie met het centrum van Godsheide rond de kerk en de school; - het behoud van de open ruimte; - de uitbreiding van de sporthal (parochiaal centrum); - de link met het schooltje en met de sporthal (parochiaal centrum); - de link met het nieuwe centrum voor jongeren met gedragsmoeilijkheden “Bethanie”; - een fietsverbinding met Hasselt; - de relatie met het golfterrein.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 26 / 60 3.2. Inrichtingsplan

Voorafgaand aan het RUP werden verschillende inrichtingsplannen opgemaakt voor het gebied van de gemeenschapsvoorzieningen in Godsheide-centrum. Deze inrichtingsschetsen leggen de ambitie en de stedenbouwkundige krijtlijnen vast voor de concrete invulling van het gebied. Het RUP dient het planologisch kader aan te reiken om de concrete inrichting mogelijk te maken.

3.2.1. Inrichtingsplan – korte termijn

Op korte termijn krijgt de school [1] haar plaats ter hoogte van de Kiezelstraat, waarbij de bestaande gemeenschapsvoorzieningen (zoals jeugdhuis [2], ontmoetingscentrum [3], kerk [4], begraafplaats [5] en pastoriewoning [6] ) worden aangevuld met de school. De school krijgt een representatieve ontvangst- en ontmoetingsruimte aan de zijde van de Kiezelstraat, waarmee het huidige openbaar domein langsheen deze hoofdstraat van Godsheide wordt uitgebreid. Tegelijk staat zij in directe relatie met de achtergelegen sportinfrastructuur [7] en de extensieve centrale groenruimte [8], welke deel uitmaken van de ‘open ruimtecorridor’ tussen Godsheide en Hasselt.

De voorziene percelen bieden als voordeel dat de bouwcapaciteit groot is. Het inrichtingsplan beantwoordt aan de programmabehoefte, zoals opgegeven door de school. Bovendien blijft het mogelijk om dit programma op langere termijn in zuidelijke richting uit te breiden op publieke kavels.

Naast de bestaande parkeervoorzieningen ter hoogte van het jeugdhuis in de Kiezelstraat [P1] voorziet het plan in twee bijkomende parkeerpockets. Een eerste situeert zich in het westen van het plangebied [P2], is bereikbaar vanaf de bocht in de Platte Vijverstraat en bedient hoofdzakelijk de sportinfrastructuur. De andere parking [P3] sluit in het zuiden onmiddellijk aan bij het nieuwe schoolgebouw en wordt via een nieuwe weg ontsloten vanaf de Kiezelstraat.

Voor het gemotoriseerd verkeer vormen deze parkeerpockets telkens het eindpunt. Het centrale gedeelte van het plangebied wordt gevrijwaard van autoverkeer. Zo is het doorkruisen van het plangebied in oost/west-richting (Kiezelstraat/Platte Vijverstraat) en/of noord/zuid-richting (Platte Vijverstraat/Vissenbroekstraat) uitsluitend mogelijk voor zacht verkeer.

7 P2 8 5 6 8 5 4 2 7 P3 1 3 P1 1

│ korte termijn – overzichtsfiguur

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 27 / 60

│ korte termijn – functionele vertaling

In het inrichtingsplan bestaat de opportuniteit om Tevona te herlocaliseren in het woongebied (bv. op de huidige locatie van de school). Tevona vzw is een tehuis dat opvang en begeleiding biedt aan volwassen personen met een verstandelijke beperking (zelfstandig wonen). Dit tehuis kampt net zoals de school met ruimtetekort. De vzw is vragende partij om de zelfstandige woonvormen te mixen met het regulier wonen, om sociale isolatie van haar bewoners te vermijden. Momenteel worden gesprekken gevoerd tussen de stad Hasselt en Tevona vzw om een geschikte locatie in de kern van Godsheide te kunnen aanduiden (januari 2014).

3.2.2. Inrichtingsplan – lange termijn

Met de opmaak van het RUP wenst de stad Hasselt niet enkel op korte termijn de school van Godsheide de mogelijkheid te geven zich te herlocaliseren, maar ook op middellange termijn ruimte te reserveren voor gemeenschapsvoorzieningen, om zodoende de groei van de woonkern te ondersteunen. Het lange termijnscenario kan vandaag evenwel nog niet worden gespecifieerd, gezien het effectieve programma niet gekend is. De specifieke inrichting zal later bepaald worden in functie van de behoefte, de bevolkingssamenstelling en leeftijdsopbouw. In de inrichtingsschets en voorliggend RUP worden wel reeds de belangrijkste principes vastgelegd voor de deelzones die op lange termijn zullen kunnen worden aangesneden.

Het betreffen de percelen in het zuidoosten van het plangebied die hiertoe worden geselecteerd [11]. Zij liggen begrepen tussen het woonlint aan de Kiezelstraat en de centrale groenruimte ter ondersteuning van de ‘open ruimtecorridor’ tussen Godsheide en Hasselt. De noord/zuid georiënteerde verbinding voor zacht verkeer tussen de Platte Vijverstraat en de Vissenbroekstraat vormt de westelijke begrenzing van deze nieuwe zone voor gemeenschapsvoorzieningen. Godsheide-centrum eindigt met andere woorden tegen deze as voor zacht verkeer. Het gebied ten westen van deze noord/zuid-as wordt gevrijwaard van bebouwing ter versterking van de ‘open ruimtecorridor’.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 28 / 60 11

│ Inrichting op de lange termijn

Met de opmaak van het RUP wenst de stad Hasselt niet enkel op korte termijn de school van Godsheide de mogelijkheid te geven zich te herlocaliseren, maar ook op middellange termijn ruimte te reserveren voor gemeenschapsvoorzieningen, om zodoende de groei van de woonkern te ondersteunen. Het lange termijnscenario kan vandaag evenwel nog niet worden gespecifieerd gezien het effectieve programma niet gekend is. De specifieke inrichting zal later bepaald worden in functie van de behoefte, de bevolkingssamenstelling en leeftijdsopbouw. In de inrichtingsschets en voorliggend RUP worden wel reeds de belangrijkste principes vastgelegd voor de deelzones die op lange termijn zullen kunnen worden aangesneden.

Het betreffen de percelen in het zuidoosten van het plangebied die hiertoe worden geselecteerd [11]. Zij liggen begrepen tussen het woonlint aan de Kiezelstraat en de centrale groenruimte ter ondersteuning van de ‘open ruimtecorridor’ tussen Godsheide en Hasselt. De noord/zuid georiënteerde verbinding voor zacht verkeer tussen de Platte Vijverstraat en de Vissenbroekstraat vormt de westelijke begrenzing van deze nieuwe zone voor gemeenschapsvoorzieningen. Godsheide-centrum eindigt met andere woorden tegen deze as voor zacht verkeer. Het gebied ten westen van deze noord/zuid-as wordt gevrijwaard van bebouwing ter versterking van de ‘open ruimtecorridor’.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 29 / 60

│ Netwerk zacht en gemotoriseerd verkeer met aanduiding │ Bebouwd versus onbebouwd/open ruimte programma van de L-vormige ontsluitingsweg

3.2.3. Synthesefiguur

De volgende afbeelding geeft de samenvatting weer van de belangrijkste principes welke werden weerhouden uit de inrichtingsplannen (korte en lange termijn):

- De woonranden langsheen de Kiezelstraat en Platte Vijverstraat verdichten met aandacht voor de visuele en fysieke relatie tussen de straat en de achtergelegen ‘open ruimte verbinding’, opdat de doorwaadbaarheid van het plangebied verhoogt.

- De open ruimteverbinding is (van oost naar west) opgebouwd uit 3 deelgebieden: de zone voor gemeenschapsvoorzieningen, de parkstrip en de recreatiestrip. Gradueel maken deze de overgang van de Kiezelstraat als hoofdstraat van Godsheide-centrum naar de ‘open ruimtecorridor’.

│ Overzicht synthesefiguur

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 30 / 60 3.3. Vertaling van de visie naar het RUP

Zie grafisch plan

De vertaling van de visie naar het RUP vormt de brug tussen de inrichtingsplannen en het voorliggende ruimtelijk uitvoeringsplan. Deze vertaling van de visie naar het RUP omvat de toelichtende bepalingen van het RUP die de verordenende stedenbouwkundige voorschriften begeleiden.

3.3.1. Afbakening van het RUP

Het RUP wordt afgebakend volgens de begrenzing van het agrarische gebied zoals aangeduid door het gewestplan, de wegenis van de Kiezelstraat en de Platte Vijverstraat en het BPA nr. 14 vel 5 (grondgebied tussen de Gouverneur Verwilghensingel, de Sasstraat, het Albertkanaal, de ontworpen A12 en de Universiteitslaan).

Het parkgebied, zoals aangeduid door het gewestplan en gelegen aan de Platte Vijverstraat en het domein van het multifunctioneel centrum ‘Bethanië’, wordt mee opgenomen in de afbakening van het RUP om in deze zone tijdelijke infrastructuur mogelijk te maken in functie van het multifunctioneel centrum ‘Bethanië’ (bv. zomerkampen). De inherente parkaanleg dient wel behouden te blijven.

3.3.2. Een milieuvriendelijk en duurzaam plan

Vaak wordt pas echt over de duurzaamheid van een plan nagedacht op het moment dat er effectief gebouwd wordt. Het Departement LNE raadt echter aan om in elke stap van het proces zo veel mogelijk gepaste duurzaamheidsmaatregelen te integreren. De verantwoordelijkheid daarvoor ligt zowel bij initiatiefnemers en overheden als bij ontwikkelaars.

Het gaat daarbij onder meer over duurzame mobiliteit. Het stimuleren van duurzame vervoerswijzen heeft onmiskenbaar een positieve invloed op de leefbaarheid van verblijfsgebieden. Het is hierbij belangrijk om de concurrentiepositie van langzame verkeersnetwerken ten aanzien van het autogebruik te versterken, bv. door te voorzien in voldoende, diefstalveilige en gemakkelijk bereikbare fietsparkeerplaatsen en de wegenis volgens het STOP-principe in te richten zodat het langzaam verkeer voorrang heeft op gemotoriseerd verkeer.

Vanuit milieustandpunt moet er ook efficiënt omgegaan worden met ruimte, energie en materialen. De stedenbouwkundige layout, de bebouwingswijze en de inrichting kunnen een bijdrage leveren aan de CO2- neutraliteit, de beperking van het energie- en materiaalgebruik en de grondinname per functionele eenheid. In nieuwe gebouwen en gebouwen die ingrijpend verbouwd worden, moet thans reeds nu of in de nabije toekomst een minimale hoeveelheid energie uit hernieuwbare energiebronnen worden gebruikt. Daarom is het vrijwel noodzakelijk om tijdig de verschillende mogelijkheden te onderzoeken en ruimte te reserveren in het plan voor hernieuwbare energievoorzieningen op individueel gebouwniveau en/of buurt- of bouwblokniveau.

Verder dient er voldoende aandacht besteed te worden aan de principes van zongericht en compact bouwen. Bij projecten kan het te ontwikkelen openbaar domein (bv. het stratenpatroon) het best zo opgebouwd worden zodat een optimaal zongeoriënteerde inplantingswijze van gebouwen tussen het zuidwesten en het zuidoosten mogelijk is.

Verder is het belangrijk om ecologisch en landschappelijk waardevolle elementen (bv. kleine landschapselementen) te integreren in de open ruimte en de ecologische dooradering te versterken.

3.3.3. De verbindende landschapskamer/zone voor natuurverbinding

Het binnengebied tussen de Kiezelstraat en Platte Vijverstraat wordt in het RUP bestemd als ‘verbindende landschapskamer/zone voor natuurverbinding’. In dit gebied is het van bijzonder belang dat er gestreefd wordt naar eenheid in zowel de bebouwing als de buitenaanleg. In de landschapskamer worden weliswaar verschillende programma’s voorzien, echter dient elke individuele vergunningsaanvrager zich te vergewissen van het totaalbeeld van deze landschapskamer (toevoegen van inrichtingsplan).

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 31 / 60

│ Aanduiding ‘verbindende │ Referentiebeeld ‘landschapskamer’ landschapskamer/zone voor natuurverbinding’

De verbindende landschapskamer/zone voor natuurverbinding zal, in de toekomst, functioneren als de nieuwe ‘achtertuin’ van Godsheide. Hierbij is het van belang dat de verschillende (zowel private als publieke) stedenbouwkundige interventies in elkaar passen als deeltjes van de puzzel. In de landschapskamer is het immers niet aangewezen dat elke aparte zone functioneert als een eilandje. Het RUP formuleert hiertoe een aantal aandachtpunten waar de vergunningsaanvragers rekening mee dienen te houden bij de inrichting van de landschapskamer, zodat de stad de samenhang kan bewaken:

- het streven naar een globaal en groen parkkarakter; - het voorzien van zowel zicht- als wandelrelaties tussen de verschillende delen van de landschapskamer; - het implementeren van de bovenlokale droge natuurverbinding tussen de Borggraafvijvers en Godsheide, over het Albertkanaal; - gebouwen en constructies dienen steeds alzijdig te zijn (alle gevels dienen als voorgevel behandeld te worden) en met een kleinschalige korrel; - …

De ‘verbindende landschapskamer/zone voor natuurverbinding’ geeft invulling aan de provinciale droge natuurverbinding tussen de Borggraafvijvers en Godsheide, over het Albertkanaal. In de ‘verbindende landschapskamer/zone voor natuurverbinding’ wordt ruimtelijke ondersteuning geboden aan een hogere ecologische basiskwaliteit, en dit door:

- het voorzien van lintvormige kleine landschapselementen zoals, grachten, hagen en bomenrijen; - het voorzien van ruimte voor wateropvang- en infiltratie door het stimuleren van een adequaat grachtensysteem, retentiezones of poelen en terreinruwheid; - bodemgebruik met permanente bodembedekking; - het opheffen van barrièrewerking van bestaande afsluitingen, en het inrichten van voor dieren doorwaadbare afsluitingen; - de afstemming van bebouwing en verhardingen.

In de publieke delen van de landschapskamer kunnen evenementen, zoals een lokaal muziekfestival, Vlaamse kermis, wijk- en buurtfeest, … georganiseerd worden. Hierbij zijn eventuele tijdelijke en noodwendige verhardingen en constructies eveneens toegelaten. Ook eventuele kampementen van jeugdverenigingen kunnen in deze zone voorzien worden (inclusief kleinschalige sanitaire voorzieningen).

3.3.4. Opheffen van alle verkavelingen

In het RUP worden alle bestaande niet vervallen verkavelingen, inclusief hun latere wijzingen, opgeheven. Het overgrote deel van de verkavelingen worden bestemd voor open bebouwingsvormen met een unieke woonfunctie. Gezien de toekomstige groei van Godsheide is het belangrijk dat er ruimte geboden wordt voor dichtere woonvormen (minstens halfopen), de mogelijkheid voor de inplanting van meergezinswoningen en het stimuleren

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 32 / 60 van winkels en andere voorzieningen als nevenbestemming aan het wonen. Deze ruimte voor dorpsversterking is vandaag nauwelijks aanwezig door de veelheid aan verkavelingen met hun eerder beperkende en ‘bevriezende’ stedenbouwkundige voorschriften.

Door het opheffen van de verkavelingen kan de Kiezelstraat en dit deel van de Platte Vijverstraat uitgroeien tot lokale hoofdstraten (dorpskernversterking). Deze transformatie kan plaatsvinden zonder een schaalbreuk te bekomen met het bestaande eerder kleinschalige en landelijke karakter van Godsheide.

Onderstaande tabel geeft een overzicht van de op te heffen verkavelingen. Bij de verwijdering van de verkavelingsmodaliteiten wordt er teruggevallen op de juridische bestemming woongebied en (onder meer) de geldende gemeentelijke stedenbouwkundige verordening ‘woonkwaliteit’ van de stad Hasselt.

nr stad nr RWO bebouwings- Hasselt Vlaanderen datum goedkeuring ligging aantal loten typologie Has0059 77VK 1963 28-2-1964 Kiezelstraat 2 halfopen halfopen Has0065 58V 52 25-6-1963 Kiezelstraat 4 -gesloten Has0074 58V 92 26-5-1964 Platte Vijverstraat 4 (2bouwloten) open Has0297 3VK 1973 20-4-1973 Kiezelweg/Platte Vijverstraat 3 open Has0308 24VK 1973 10-12-1973 Kiezelstraat 2 open Has0350 24VK 1976 14-6-1976 Kiezelstraat 3 open Has0356 24VK 76 9-9-1976 Platte Vijverstraat 8 open Has0832 40VK 1986 9-7-1986 Kiezelstraat 2 open Has0855 100VK 1986 16-4-1987 Kiezelstraat 7 open Has0863 16VK 1987 9-4-1987 Kiezelstraat 6 halfopen Has1027 10VK 91 24-5-1991 Kiezelstraat 4 open/halfopen Has1371 niet gekend 2001 Kiezelstraat 4 open Has0112 9VK 1965 20-5-1965 Platte Vijverstraat 3 open

3.3.5. Het woongebied

De stedenbouwkundige voorschriften voor het wonen worden relatief beperkt gehouden, omdat het vergunningenbeleid te Hasselt reeds grotendeels geregeld wordt door de stedenbouwkundige verordening ‘woonkwaliteit’ van de stad.

Naast de stedenbouwkundige verordening ‘woonkwaliteit’ kent de stad eveneens een verordening ‘gezinswoningen’. Door deze verordening geld een te Hasselt geld een principieel verbod om bestaande ééngezinswoningen op te delen of er bijkomende woongelegenheden of bestemmingen aan toe te voegen. Omwille van de beoogde kernversterking te Godsheide-centrum wordt dit principieel verbod opheffen (dorpskernversterking).

Conform het GRS wordt nieuwe huisvesting voor studenten in het RUP niet mogelijk gemaakt.

Aan de zuidelijke zijde van de Platte Vijverstraat wordt een deel van het agrarische gebied bestemd als woonzone. In deze deelzone A worden een zestal woningen (maximaal 7) mogelijk gemaakt die georiënteerd worden op een toegangsweg tussen de Platte Vijverstraat en de zone voor gemeenschapsvoorziening met letteraanduiding D. Deze herbestemming wordt gemotiveerd omwille van:

- Een minimale functiemenging in een ruimer gebied met voornamelijk gemeenschapsvoorzieningen zoals beschreven in punt 3.1.5. In het gebied tussen de golf – Bethanië en het bebouwde dorpslint van de Kiezelstraat voorziet het RUP hoofdzakelijk in een programma van gemeenschapsvoorzieningen, zowel op korte als op langere termijn. Deze structuur voor de inplanting van de gemeenschapsvoorzieningen bestaat

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 33 / 60 uit een fijnmazig netwerk van publieke ruimtes dat het bestaande, lintvormige netwerk aanvult. Deze structuur moet zorgen voor de ruimtelijke samenhang tussen de nieuwe ontwikkelingen en de bestaande woningen en voorzieningen (zie punt 3.14: 3 dimensionale structuur). Als tweede element om samenhang te realiseren tussen het bestaande en het nieuwe, wordt ingezet op een evenwichtige ( of minimale) verweving van functies. In de nieuwe ontwikkelingen zou daarom ook een zekere mate van verweving van voorzieningen en wonen gerealiseerd moeten worden.

- Het creëren van een bebouwde wand langsheen het kerkhof en de pastorietuin. De omgeving van het kerkhof en van de pastorietuin moet een intieme, besloten buitenruimte worden die qua sfeer en gebruik aansluit bij de functie van de kerk en het kerkhof. Om deze open ruimte het gewenste besloten karakter te geven, is de realisatie van een bebouwde wand aan de westzijde wenselijk. Zonder deze wand loopt de buitenruimte over in de tuinen achter de aangrenzende woningen.

- Het ontwikkelen van een toegangsweg. Het wordt mogelijk gemaakt om de gemeenschapsvoorzieningen in de deelzone D direct te ontsluiten vanaf de Platte Vijverstraat. Het voorzien van deze toegangsweg kan de verkeerscirculatie vereenvoudigen en in een heldere auto-ontsluiting voorzien voor deze zone met gemeenschapsvoorzieningen. Omdat de stad deze gronden niet in eigendom heeft en omdat deze deelzone ook aan oostelijke zone ontsloten kan worden, zal de stad zelf geen actie ondernemen om deze directe ontsluitingsweg aan te leggen. Privaat initiatief kan deze directe toegangsweg tot deelzone D met gemeenschapsvoorzieningen mogelijk maken.

- De ontwikkeling van een doorgaande fietsverbinding. De bovenvermelde ontsluitingsweg vormt tevens een ‘short cut’ voor een hoofdontsluiting voor fietsers en wandelaars en dit tussen de verplaatste Vissenbroekstraat en de Platte Vijverstraat. Deze trage ontsluiting vormt een ruggengraat voor het zachte verkeer en kan een alternatief bieden voor het autoverkeer. Ter hoogte van de deelzone A worden een aantal woningen mogelijk gemaakt om deze trage verbinding op te laden en om ter hoogte van deze ingesloten achterkant sociale controle mogelijk te maken.

- In de grotere figuur van Godsheide wordt op termijn in het kader van de woonbehoefte voor het stedelijk gebied Hasselt-Genk door de Vlaamse Overheid een bijkomend woonaanbod van 464 woningen gecreëerd. Het ontwikkelen van een zestal woningen in deelzone A in het absolute centrum van Godsheide is met andere woorden niet deviant het Vlaamse beleid.

Ter hoogte van de pastorietuin en het bestaande recreatiegebied wordt deze bouwmogelijkheid expliciet niet voorzien. De gronden worden hier respectievelijk bestemd als onderdeel van de parkstrip en het parkgebied.

Het bebouwen van de pastorietuin zou namelijk het waardevolle ensemble van de pastoriewoning en de begraafplaats teniet doen (historische samenhang pastorie, tuin, kerk en begraafplaats) en het gebiedje aan het bestaande recreatiegebied wordt niet ontsloten.

De woningen in het woongebied aan de achterzijde van de Platte Vijverstraat (met letteraanduiding A) worden ontsloten door middel van (een) nieuwe publiek toegankelijke ontsluitingsweg en dit vanaf de Platte-Vijverstraat. Publiek toegankelijk is hier niet noodzakelijk een synoniem voor een openbare weg. De ontsluitingsweg kan privaat ontwikkeld en beheerd worden met een publieke erfdienstbaarheid.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 34 / 60

│ Ontwikkeling van bouwkavels aan de achterzijde van de Platte-Vijversstraat – met een ontsluitingsweg (voorstel)

Om het binnengebied met gemeenschapsvoorzieningen tussen de Kiezelstraat en de Platte Vijverstraat voor het autoverkeer te ontsluiten worden verschillende toegangswegen op het grafisch plan ingetekend. Ter hoogte van de deelzone B wordt hierdoor een hoekperceel gecreëerd. Dit hoekperceel is ruimtelijk gezien strategisch gelegen om de nieuwe toegang te markeren. Op dit hoekperceel voorzien de stedenbouwkundige voorschriften dan ook de mogelijkheid om een representatieve hoekoplossing te realiseren. Concreet wordt hier een achteruitgeschoven volume met 3 volwaardige bouwlagen mogelijk gemaakt. Ter hoogte van de zijdelingse perceelgrenzen wordt een bouwvrije afstand van 5,00 m opgelegd. Bij de inplanting van de bebouwing dient er tevens rekening te worden gehouden met de zichten en lichtinval van de naastliggende woning.

│ Invulling van zone met letteraanduiding ‘b’ door wonen │ Invulling van zone met letteraanduiding ‘b’ door een gemeenschapsvoorziening

Het woongebied wordt zowel bestemd voor een residentiële woonfunctie als voor de inplanting van gemeenschapsvoorzieningen. Zo kan in het beschreven hoekperceel eveneens de bouw van de school gefaciliteerd worden en dit grensoverschrijdend met de achterliggende zones voor exclusieve gemeenschapsvoorzieningen.

De bestaande zonevreemde woning in het parkgebied aan de Kiezelstraat wordt op het grafisch plan ingekleurd binnen het woongebied. Deze keuze wordt gemotiveerd omwille van het aaneengesloten bestaande woonkarakter van de Kiezelstraat en het bijzonder geïsoleerd voorkomen van dit deeltje juridisch parkgebied. Er kan gesteld worden dat de bestemming van het parkgebied achterhaald is. Op het bestaande bebouwde perceel komen geen park- en/of natuurwaarden voor, het perceel is bebouwd. Het parkgebied dat wordt herbestemd naar woongebied, ca. 25 a, wordt ruimschoots gecompenseerd binnen de afbakening van het RUP. Het vrijwaren van dit stukje parkgebied zal het versnipperde karakter slechts versterken.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 35 / 60 3.3.6. Zone voor gemeenschapsvoorzieningen

In het RUP worden drie zones aangeduid voor gemeenschapsvoorzieningen:

- langs de Kiezelstraat voor de bestemming van de bestaande kerk, het parochiaal centrum en het jeugdhuis (deelzone I); - een ruime zone aan de achterzijde van de Kiezelstraat die voorziet in een plaats voor de school (deelzone C); - en een ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen op langere termijn (deelzone D).

Langsheen de Kiezelstraat (deelzone I) wordt het bestaande straatbeeld aangehouden. Voor de inplanting van de gebouwen, in de andere zones voor gemeenschapsvoorzieningen, wordt het campusmodel naar voren geschoven. Hierbij staan verschillende bouwvolumes los van elkaar in een uitgesproken groene ruimte. De bebouwing wordt georiënteerd op de centrale parkstrip als uitgesproken publieke ruimte. Hierbij is het van belang dat een doorwaadbare zone wordt ontwikkeld die geënt wordt op de centrale parkstrip.

Belangrijk bij de inplanting van een gebouw op de ‘kop’ van de parkstrip is dat de centrale parkstrip ‘opgespannen’ kan worden door deze nieuwbouw. Het RUP voorziet hier dan ook de mogelijkheid om in deze deelzone D hoger te bouwen, in zover de footprint van de bebouwing beperkt blijft en de onbebouwde ruimte toegankelijk is. Wanneer niet voldaan kan worden aan deze twee laatste voorwaarden wordt de bouwhoogte beperkt.

Bij gemeenschapsvoorzieningen wordt er eveneens geëist dat de gebouwen alzijdig zijn en zich zowel richten naar de straat als de achterliggende verbindende landschapskamer/zone voor natuurverbinding. Alzijdigheid betekent hier dat alle gevels als representatieve voorgevel behandeld dienen te worden, zodat ook de open ruimte rondom de voorzieningen er attractief en aantrekkelijk uitziet. Tevens dient de buitenruimte ontworpen te worden als (een) toegankelijke plek(ken) die een kwalitatieve fysieke verbinding vormt tussen de straat en het achterliggende groengebied (verbindende landschapskamer/zone voor natuurverbinding). Door deze continuïteit van het openbaar domein ontwikkelt het plangebied zich in de diepte en worden de verschillende publieke functies in Godsheide- centrum aan elkaar geregen (cfr. 3 dimensionale structuur).

│ Inplanting gemeenschapsvoorzieningen, tussen de Kiezelstraat en de globale landschapskamer

3.3.7. Zone voor gemeenschapsvoorzieningen met nevenfunctie wonen

Op het grafisch plan worden twee deelzones aangeduid met als hoofdfunctie gemeenschapsvoorzieningen met een nevenfunctie van 25 % wonen. De grootste deelzone (op het grafisch plan aangeduid met de letter F) wordt gereserveerd voor de gemeenschapsvoorzieningen op langere termijn. Deze zone kan dus pas als laatste aangesneden en ontsloten worden; de voorschriften bewaken dit.

De zone voor gemeenschapsvoorzieningen met nevenfunctie wonen wordt gemotiveerd omwille van volgende redenen:

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 36 / 60 - Een minimale functiemenging in een ruimer gebied met voornamelijk gemeenschapsvoorzieningen zoals beschreven in punt 3.1.5. In het gebied tussen de golf – Bethanië en het bebouwde dorpslint van de Kiezelstraat voorziet het RUP hoofdzakelijk in een programma van gemeenschapsvoorzieningen, zowel op de korte als op langere termijn. Deze structuur voor de inplanting van de gemeenschapsvoorzieningen bestaat uit een fijnmazig netwerk van publieke ruimtes dat het bestaande, lintvormige netwerk aanvult. Deze structuur moet zorgen voor de ruimtelijke samenhang tussen de nieuwe ontwikkelingen en de bestaande woningen en voorzieningen (zie punt 3.14: 3 dimensionale structuur). Als tweede element om samenhang te realiseren tussen het bestaande en het nieuwe, wordt ingezet op een evenwichtige (of minimale) verweving van functies. In de nieuwe ontwikkelingen zou daarom ook een zekere mate van verweving van voorzieningen en wonen gerealiseerd moeten worden.

- de sociale veiligheid van Godsheide-centrum, omdat de verweving van wonen en voorzieningen doorlopend activiteit genereren, en er bijgevolg geen “doodse” periodes voorkomen

- de sociale mix van Godsheide-centrum, omdat in de nieuwe uitbreiding verschillende sociale groepen (senioren, jonge gezinnen, alleenstaanden, …) naast elkaar voorkomen, en bijgevolg het gemeenschapsgevoel wordt versterkt. De zones ‘e’ en ‘f’ hebben gezamenlijk een relatief grote oppervlakte. Wanneer deze volledig met gemeenschapsvoorzieningen ingevuld wordt, bestaat de kans dat hier een geïsoleerd eiland met bv. ouderenzorg ontstaat. Om conform de verschillende beleids- en structuurplannen een minimale sociale mix, een zekere gezonde functionele mening en sociale segregatie te vermijden, voorziet het RUP in deze zones een nevenbestemming van 25 % residentieel wonen.

- Het meervoudig ruimtegebruik, omdat de verschillende gebruikersgroepen (scholieren, jeugdbeweging, bewoners) de (open) publieke ruimte op verschillende manieren zullen gebruiken en (tijdelijk) toe-eigenen. Het meervoudig ruimtegebruik wordt geïntensiveerd naarmate de nabijheid van publieke ruimte en de permanente programma’s toeneemt, en er meerdere permanente programma’s voorkomen. Een argument dus om (een beperkte mate van) wonen in het plangebied te realiseren.

Het is echter niet de bedoeling om met dit RUP systematisch het woonaanbod in Godsheide te vergroten; Vandaar dat wonen enkel als nevenfunctie wordt toegelaten. In de grotere figuur van Godsheide wordt door de Vlaamse Overheid - op termijn - een bijkomend woonaanbod van 464 woningen gecreëerd en dit in het kader van de woonbehoefte voor het stedelijk gebied Hasselt-Genk. Het ontwikkelen van de woningen in deze bestemmingszone in het absoute centrum van Godsheide is met andere woorden niet deviant voor het Vlaamse beleid.

Het maximaal aantal woningen in de nevenfunctie dient berekend te worden op de bebouwbare oppervlakte van de bestemmingszone. De voorschriften voorzien dat minimaal 30 % van de bestemmingszone bebouwd dient te worden en dat minimaal 50 % van de bestemmingszones gevrijwaard dient te worden voor groen. Dit komt neer op een gemiddelde van ca. 15 woningen in deelzone E en ca. 50 woningen in deelzone F.

De bebouwing in deze bestemmingszone wordt georiënteerd op de centrale parkstrip als uitgesproken publieke ruimte. Onderstaande figuren illustreren een inplantingsmogelijkheid voor de bestemmingszone ter hoogte van de Kiezelstraat. Hierbij is het van belang dat een doorwaadbare zone wordt ontwikkeld die geënt wordt op de centrale parkstrip. In de zone voor gemeenschapsvoorzieningen wordt het campusmodel naar voren geschoven voor de inplanting van de gebouwen. Hierbij staan verschillende bouwvolumes los van elkaar in een uitgesproken groene ruimte.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 37 / 60

│ Campusmodel met visuele en fysieke relaties naar de │ Inrichtingsvoorbeeld deelzones met letteraanduiding ‘e’ parkstrip en ‘f’

De ruimere zone voor gemeenschapsvoorzieningen wordt onderverdeeld in twee deelzones en dit met het doel een duidelijke fasering in te bouwen. De grootste deelzone (op het grafisch plan aangeduid met de letter ‘f’) wordt gereserveerd voor de gemeenschapsvoorzieningen op langere termijn. Deze zone kan dus pas als laatste aangesneden en ontsloten worden, de voorschriften bewaken dit. In deze zone wordt een nevenbestemming voorzien van 25 % residentieel wonen (regulier of ‘normaal’ wonen). Deze nevenbestemming wordt gemotiveerd omwille de beoogde (sociale) mix van gebruikers. Wanneer deze zone van bijna 1,8 ha wordt ontwikkeld met uitsluitend gemeenschapsvoorzieningen (bv. een rust- en verzorgingstehuis) bestaat de kans dat zich een eilandje vormt. Daarom is het hier van belang om een percentage ‘normaal’ wonen te voorzien.

3.3.8. Parkstrip

De parkstrip bestemt zowel de aaneengesloten ruimte met de pastorietuin, de begraafplaats en de achterliggende zone van het jeugdhuis als de nieuwe centrale parkstrip aansluitend met de verbindende landschapskamer/zone voor natuurverbinding. Bij de inrichting van de parkstrip wordt het karakter van beide zones versterkt. De zone van de begraafplaats en de pastorietuin kent een intiem en gesloten karakter, terwijl de centrale parkstrip de openheid van de globale landschapskamer kan benadrukken. In de zone met de begraafplaats en de pastorietuin kan elk programma van elkaar afgesloten worden, terwijl de centrale parkstrip niet opgedeeld kan worden en dit omwille van het beoogde open karakter ervan.

In de centrale parkstrip dienen verplicht landschappelijke ingrepen voor de opvang/retentie en vertraagde afvoer van hemelwater geïntegreerd te worden (bv. open grachtenstructuur of retentievlak), terwijl dit in de andere bestemmingszones gestimuleerd wordt. In de parkstrip kunnen abri’s ingericht worden als kleine overdekte parkinfrastructuur.

Bijhorende figuur illustreert de mogelijke inrichting van de parkstrip.

│ Inrichtingsvoorbeeld parkstrip

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 38 / 60 3.3.9. Recreatiestrip

De recreatiestrip is bedoeld voor openluchtsportvelden en bijhorende sport- en spelinfrastructuur. Deze bestemming voorziet in een geëigende bestemming voor de aanwezige voetbalclub met zijn voorzieningen (vandaag gelegen in agrarisch gebied). Gezien het strategische karakter van dit RUP, wordt de mogelijkheid voorzien dat georganiseerde sport- en spelactiviteiten uitbreiding kunnen vinden aansluitend bij de bestaande sportinfrastructuur. Wanneer de bevolking zal toenemen in Godsheide, is het te verwachten dat ook de noodzaak aan sportvelden zal toenemen. De intekening van de recreatiestrip voorziet in deze behoefte.

Bij inrichting van deze bestemmingszone dient in het bijzonder aandacht uit te gaan naar het aaneengesloten landschapsbeeld en de integratie van de bebouwing en de open ruimte in de ‘globale landschapskamer’.

De bebouwing in de recreatiestrip wordt beperkt tot vier bouwvolumes met een maximale gezamenlijke bebouwde oppervlakte van 1200 m². Gezien het provinciaal natuurverbindingsgebied wordt elke bebouwingskorrel beperkt tot 400 m². De gebouwen worden minstens 15,00 m van elkaar gepositioneerd.

Momenteel zijn er reeds twee gebouwen aanwezig in het gebied, een 3de en 4de gebouw wordt voorzien om een andere sportactiviteiten (clubs) mogelijk te maken op de site. Wanneer er vraag is naar bijkomende clubruimtes dient er samengewerkt te worden. De bebouwing wordt met andere woorden beperkt, zodat bundeling van sportvoorzieningen en gemeenschappelijk gebruik wordt nagestreefd.

Aan de ingang van het hoofdgebouw wordt een ontvangstplein voorzien. De ontsluiting geschiedt via de parkeerpocket aan de Platte Vijverstraat.

In de bestemmingszone van de recreatiestrip worden uitdrukkelijk geen indoor sportvelden voorzien en dit omwille van de implementatie van de bovenlokale droge natuurverbinding tussen de Borggraafvijvers en Godsheide, over het Albertkanaal (groene open ruimtecorridor). Indoor sportvelden kunnen wel gerealiseerd worden in de zone voor gemeenschapsvoorzieningen met letteraanduiding D en F op het grafisch plan (zuivere sportinfrastructuur).

│ Inrichtingsvoorbeeld recreatiestrip

3.3.10. Parkgebied

Het parkgebied kleurt hoofdzakelijk de delen van het agrarische gebied in die niet bestemd worden voor gemeenschapsvoorzieningen, parkstrip en recreatiestrip. Hierbij is het niet de hoofdbedoeling om deze snippers aan het landbouwgebruik te onttrekken, maar om een coherente zonering te bekomen met de omliggende bestemmingen. Beheerslandbouw blijft hier natuurlijk mogelijk en dit om de ecologische en/of landschappelijke kwaliteit van het gebied in stand te houden of te verhogen.

Het bestaande parkgebied ten oosten van Bethanië wordt, binnen het RUP, als parkgebied herstemd. Voor deze kleinere strip blijven de randvoorwaarden van het gewestplan bestaan, echter wordt de inplanting van abri’s in het

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 39 / 60 gebied mogelijk gemaakt. Een kleinschalig overdekte voorziening kan ingeschakeld worden voor de jeugdkampen die in deze zone of op de terreinen van Bethanië doorgaan (voor bv. sanitaire voorzieningen of als schuilplek).

Ter hoogte van de Platte Vijverstraat komen een tweetal zonevreemde woningen voor in het agrarisch gebied. Deze zonevreemde woningen blijven hun rechten behouden volgens de VCRO en dit binnen de nieuwe bestemming parkgebied. Deze zonevreemde woningen komen voor ter hoogte van de verbindende landschapskamer (provinciaal natuurverbindingsgebied). Het intekenen van deze twee zonevreemde woningen in woongebied zal de provinciaal aangeduide droge natuurverbinding hypothekeren in het open, groene en aaneengesloten karakter.

De Borgravebeek in het noorden van het RUP wordt binnen het parkgebied gevrijwaard. Het verhogen van de ecologisch-landschappelijke waarde van de waterloop is voorzien. Deze waterloop dient in de woonzone en het parkgebied voor te komen in een open bedding. Ter hoogte van de Platte Vijverstraat

3.3.11. Zone voor openbare wegenis

De zone voor openbare wegenis wordt zowel in grondkleur aangeduid als in overdruk. De woonzone wordt op twee plaatsen onderbroken voor de aanleg van openbare wegenis ter ontsluiting van de zone voor gemeenschapsvoorzieningen via de Kiezelstraat.

De overdruk ‘zone voor openbare wegenis’ bestemt de nieuw aan te leggen wegen ter ontsluiting van de openbare

parkeerpockets, dan wel van de bouwkavels in 2e orde vanaf de Platte Vijverstraat. Deze wegenis in overdruk is indicatief aangeduid op het grafisch plan, wat betekent dat hun exacte positie niet vast ligt (begin- en eindpunt wel).

Het is aan te bevelen dat de laanbeplanting van de Kiezelstraat wordt behouden en beschermd (buiten de perimeter van het RUP gelegen). De lindes dienen passend verzorgd en onderhouden te worden. Het vellen van de laanbomen is best enkel mogelijk om veiligheidsredenen of in geval van ziekte die tot afsterven leidt. In dit geval is het vervangen van de bomen aan te raden door soorteigen plantmateriaal.

│ Geen doorgaande bewegingen mogelijk voor gemotoriseerd verkeer

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 40 / 60 3.3.12. Ontsluiting zacht verkeer (overdruk)

De aangeduide trage wegen in overdruk duiden de verbindingen voor voetgangers en fietsers aan die minimaal dienen te worden gerealiseerd in het plangebied.

3.3.13. Waardevol bouwkundig erfgoed (overdruk)

In het RUP wordt het ‘waardevol bouwkundig erfgoed’ indicatief aangeduid op het grafisch plan. Het betreft zowel het bouwkundig erfgoed (bv. kerk en pastoriewoning en vakwerkhoeve) als het beschermde dorpsgezicht rondom het ‘Spaans huis’ en het beschermde monument van de langgestrekte vakwerkhoeve aan de Vijverstraat 8.

Elke stedenbouwkundige aanvraag kan voorgelegd worden aan de bevoegde dienst voor het onroerend erfgoed.

3.3.14. De reservatiestrook langs het Albertkanaal

De beheerder van het Albertkanaal, namelijk nv De Scheepvaart, voorziet in een reservatiezone langsheen het kanaal. Deze reservatiestrook wordt opgesloten door de Borgravebeek en de baangracht langsheen de Platte Vijverstraat. In de reservatiezone moeten alle werken, handelingen en wijzigingen toegelaten zijn voor de aanleg, het functioneren of de aanpassing van de waterweg en zijn aanhorigheden. Door nv De Scheepvaart wordt niet toegestaan dat er door derden, constructies worden opgericht in een reservatiezone, tenzij de bouwheer via een notariële akte een afstand van meerwaarde ondertekent.

Tevens wijst nv De Scheepvaart er op dat het openbaar karakter en de functie als dienstweg van het jaagpad te allen tijde behouden moeten blijven. Ook moet voor ieder gebruik van gronden, in beheer of eigendom van nv De Scheepvaart, voorafgaandelijk een aanvraag worden ingediend en een vergunning verkregen bij nv De Scheepvaart.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 41 / 60 4. De gevolgen van het RUP

4.1. Onderzoek naar de significante milieueffecten

4.1.1. M.e.r-screening RUP Godsheide

Op 16.07.2013 werd het dossier m.e.r-screening van het RUP Godsheide-centrum overgemaakt aan de dienst MER voor het verkrijgen van een preadvies en de lijst met adviesinstanties. Het preadvies evenals de lijst werden ontvangen op 24.07.2013. De aanbevelingen uit het preadvies werden integraal verwerkt in het ‘verzoek tot raadpleging’.

Op basis van de lijst aangeleverd door de dienst MER werd op datum van 31.07.2013 het ‘verzoek tot raadpleging’ verstuurd naar de verschillende adviserende instanties. Het verzoek tot raadpleging bestaat uit de aangepaste m.e.r- screening met bijlagen. Onderstaande instanties werden uitgenodigd om hun advies te verlenen op de m.e.r- screening:

0. De stad Hasselt (initiatiefnemer); 1. Provinciebestuur Limburg, Directie Infrastructuur, Ruimtelijke Ordening, Milieu en natuur; 2. Agentschap Natuur en Bos (ANB) – Limburg; 3. Ruimte Vlaanderen, Afdeling Participeren en Adviseren Lokaal (APL) – Limburg; 4. Onroerend Erfgoed Limburg; 5. Departement Mobiliteit en Openbare Werken (MOW); 6. Departement Leefmilieu, Natuur en Energie (LNE), Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid, dienst Veiligheidsrapportering (VR);

Binnen de voorziene termijn van 30 dagen en een bijkomende herinneringstermijn hebben alle adviesinstanties een advies verleend.

Met uitzondering van Onroerend Erfgoed Limburg, stelden de adviezen unaniem dat er geen aanzienlijke milieueffecten worden verwacht en het ‘onderzoek naar de significante milieueffecten’ op correcte wijze is gebeurd en voldoende werd beschreven.

Onroerend Erfgoed Limburg wijst er op dat gezien een groot gedeelte van het gebied aangeduid staat op de bodemkaart als bodem met profielontwikkeling ‘m’ (plaggenbodems) en gelet op de ligging van het gebied dat de kans reëel lijkt dat er nog waardevol archeologisch erfgoed in de bodem aanwezig is. De dienst adviseert om een archeologische prospectie als milderende maatregel op te nemen in het RUP. Omwille van deze archeologische potenties werd volgend voorschrift inzake archeologisch erfgoed in het RUP ingepast:

“Voorafgaand aan de werken met een grondverzet van meer dan 250 m³ moet een archeologisch detectieonderzoek worden uitgevoerd aan de hand van proefsleuven en boringen, op alle zones waar ondergrondse graafwerken noodzakelijk zijn, in overleg met de bevoegde dienst archeologie van de Vlaamse Overheid, om te vermijden dat bij de realisatie werken moeten worden stilgelegd overeenkomstig de geldende wetgeving.”

Naaste de potentieel archeologische potenties van het gebied wijst Onroerend erfgoed op de aanwezigheid van het beschermde monumenten ‘Platte Vijverstraat 8’. De m.e.r.-screening maakt hier geen melding van. Zowel het plan feitelijke en juridische toestand als de toelichtingsnota werden in die zin aangepast.

Onroerend Erfgoed Limburg besluit in haar advies dat het aanpassen van het plan aan de twee opmerkingen ervoor kan zorgen dat de milieueffecten niet meer als ‘aanzienlijk’ beschouwd worden.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 42 / 60 Op datum van 15.10.2013 werd, op basis van een motivatienota, door de dienst MER geconcludeerd dat het voorgenomen plan geen aanleiding geeft tot aanzienlijke negatieve milieugevolgen en dat de opmaak van een plan- MER niet nodig is.

In bijlage van de voorliggende toelichtingsnota werd de m.e.r-screeningsnota, de adviezen, de motivatienota met de verwerking van de adviezen en de ontheffingsbeslissing van de dienst MER opgenomen.

4.1.2. Wijzingen ten aanzien van het voorontwerp dossier

Het schetsontwerp RUP dat onderworpen werd aan de m.e.r-screening werd beperkt gewijzigd ten aanzien het voorontwerp dossier. Het kadastraal perceel C920/C ten zuiden van de voetbal werd mee opgenomen in het plan waar dit tijdens de m.e.r-screening niet het geval was. Dit perceel heeft een oppervlakte van ca. 85 a, wordt bestemd als parkgebied en is eigendom van het multifunctioneel zorgcentrum ‘Bethanië’. In dit parkgebied gaan regelmatig zomerkampen door. Het RUP maakt deze kampementen mogelijk. Omwille van de bestaande parkbestemming werd het Agentschap Natuur en Bos tijdens de m.e.r-screening telefonisch op de hoogte gebracht van deze wijziging.

De wijziging werd eveneens besproken tijdens de plenaire vergadering dd. 2/12/2013 en de dienst MER geeft deze wijziging aan in hun schriftelijk advies. Gezien de kleine wijziging van het schetsontwerp RUP, dat beoordeeld werd in de m.e.r-screening, ten aanzien van het voorontwerp dossier dient er geoordeeld te worden dat er geen significant verschil aanwezig is naar de beoordeling van de milieueffecten.

4.2. De watertoets

4.2.1. De watertoets volgens de overstromingskaarten

Ten behoeve van voorliggend RUP werd, geïntegreerd met de m.e.r-screening, de watertoets opgemaakt. De bevindingen en resultaten van de watertoets werden mee beoordeeld tijdens het verzoek tot raadpleging (m.e.r.- screening - zie bijlage).

In het kader van de watertoets is een recente kaart aangemaakt die de overstromingsgevoelige gebieden tot op perceelsniveau weergeeft voor het gehele Vlaamse Gewest. De kaart bevat de effectief overstromingsgevoelige gebieden en de mogelijk overstromingsgevoelige gebieden. De potentiële overstromingsgevoelige gebieden zijn samengesteld uit de van nature overstroombare gebieden (NOG, exclusief colluvia), de potentiële overstromingsgebieden (POG) en de mijnverzakkingsgebieden (MVG), doch die buiten de effectief overstromingsgevoelige gebieden vallen.

Effectief overstromingsgevoelig Mogelijk overstromingsgevoelig

│ Kaart met de overstromingsgevoelige gebieden (AGIV)

De golfterreinen ten zuiden van het gebied Godsheide worden aangeduid als effectief overstromingsgevoelig (vanuit de Demer). Binnen de afbakening van het RUP worden de gronden hoofdzakelijk aangeduid als niet overstromingsgevoelig.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 43 / 60 Potentieel nadelige effecten aan het watersysteem kunnen te wijten zijn aan de aanwezigheid van verharde oppervlakten. Deze kunnen beperkt worden door:

- De aanleg van de afwateringsgrachten of greppels, zoals voorzien in de stedenbouwkundige voorschriften. Omwille van de infiltratiegevoeligheid van de bodem kan het hemelwater na buffering in de open zones infiltreren in de ondergrond. Het aandeel hemelwater dat niet infiltreert kan ter plaatse worden vastgehouden, gebufferd en kan mogelijks langzaam afgevoerd worden naar de omliggende waterlopen. Het dient steeds de bedoeling te zijn om het hemelwater zo lang mogelijk vast te houden op de site zelf (buffering boven infiltratie en dan gecontroleerde afvoer).

- In de nabijheid van de verhardingen en de zones waar de infiltratie plaatselijk bemoeilijkt wordt, wordt een afdoende wateropvang, infiltratie en vertraagde afvoer voorzien. Hierbij gelden minstens de wettelijke bepalingen van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 1 oktober 2004 inzake hemelwaterputten e.a. (GSV).

4.2.2. Provinciaal advies i.v.m. de watertoets (voorwaarden)

In de gewestelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratievoorzieningen, buffervoorzieningen en gescheiden lozing van afvalwater en hemelwater wordt aangegeven dat een lozing van hemelwater op een watersysteem een maximaal lozingsdebiet mag hebben van 40 l/s/ha. Vanaf een verharde oppervlakte van meer dan 1 000 m² is het effect significant en kan het niet meer eenduidig gemilderd worden door de maatregelen zoals opgenomen in de stedenbouwkundige verordening.

Gezien de bodemgesteldheid (cfr. bodemkaart) hier uitermate geschikt is om het regenwater van de verharding te laten bezinken moet bij nieuwe verharding en bebouwing er van uitgegaan worden dat er geen lozing van hemelwater op de riolering plaatsvindt. Er moet voldoende ruimte voorzien worden om het regenwater te laten infiltreren. Na de opvang met hergebruik in hemelwaterputten (conform de gewestelijke stedenbouwkundige verordening) is het dus - rekening houdend met de aanwezige zandbodem - noodzakelijk gebruik te maken van infiltratievoorzieningen. Deze bepalingen moeten worden opgenomen in de stedenbouwkundige voorschriften en worden aangevuld in de watertoets.

Bij het uitvoeren van infiltratiemaatregelen moet voor nieuwe structuren steeds gekozen worden voor open waterstructuren zoals infiltratiegrachten of wadi’s. Deze ruimtes moeten dienen voor de compensatie van de verharde oppervlakte van de wegenis en de verhardingen op de percelen.

De zate van eventuele nieuwe wegen moet worden verbreed zodat een grachtensysteem kan voorzien worden. Er moet uitgegaan worden van het principe dat langs elke nieuwe weg een komvormige infiltratieberm wordt aangelegd voor de infiltratie van hemelwater. Bestaande grachten moeten behouden blijven.

Er moeten infiltratieproeven worden uitgevoerd op de locaties waar men regenwater wenst op te vangen om de infiltratiecapaciteit van de bodem en afgeleid daarvan de dimensionering van het infiltratiebekken(s) te kunnen bepalen. Hierbij moet uitgegaan worden van een terugkeerperiode van de overloop van minimaal 20 jaar, met een minimum van 250 m³/ha verharde oppervlakte (los van de aanwezige hemelwaterputten) en een infiltratieoppervlakte van minimaal 4 % van de verharde oppervlakte. Het risico van overloop moet zo mogelijk op eigen terrein worden gehouden. Tevens moet een inschatting gemaakt worden van de hoogste grondwaterstand. De dekking tussen de bodem van de infiltratievoorziening en de grondwatertafel moet minimaal 30 cm bedragen.

Ook de bestaande verharde oppervlakte, binnen een project, moet afwateren naar de aan te leggen open infiltratievoorziening. De dimensionering ervan moet aangepast worden aan de totaal aangesloten verharde oppervlakte. Hieraan kan enkel voorbijgegaan worden indien aan de hand van een haalbaarheidsstudie blijkt dat afkoppelen van de bestaande verharding niet mogelijk is.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 44 / 60 Er moet in de te verwachten bouwvergunning(en) een dwarsprofiel van het infiltratie/bufferbekken bijgebracht worden met het niveau van de inloop en eventuele overloop. Het volume dat voor buffering instaat is het volume onder de overloop.

Infiltratievoorziening:

Infiltratievoorziening:

inloop noodoverloop

infiltratie

waterdoorlatende materialen

De ruimte voor water die moet gecreëerd worden onder vorm van open waterbergingszones moet binnen elk van de voorgestelde zoneringen in dit GRUP mogelijk zijn.

Uit bovenstaand onderzoek, concludeert de provincie, dat het RUP geen betekenisvol schadelijk effect op het milieu zal betekenen als gevolg van de verandering van de toestand van watersystemen (of bestanddelen ervan) door het realiseren van het voorliggende ruimtelijk uitvoeringsplan voor zover de voorwaarden bovenstaande voorwaarden worden opgenomen in de stedenbouwkundige voorschriften en toelichting.

4.3. Opsomming van strijdige en op te heffen voorschriften

Gewestplan Hasselt-Genk

Onderstaande voorschriften van het RUP zijn strijdig met het gewestplan Hasselt-Genk (KB 03.04.1979 en latere wijzigingen). De strijdige voorschriften van het gewestplan zullen opgeheven worden.

Strijdige bestemming van het gewestplan Hoofdbestemming van het RUP

Woongebieden - Zone voor gemeenschapsvoorzieningen De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, De ‘zone voor gemeenschapsvoorzieningen’ is bestemd voor dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf, … , voor groene ruimten, bebouwing, constructies en voorzieningen voor voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare gemeenschapsvoorzieningen, … nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische - Parkstrip bedrijven, … De parkstrip is bestemd voor de inrichting en het beheer van een multifunctioneel parkgebied met gemeenschapsvoorzieningen, … - Zone voor openbare wegenis De zone is bestemd voor openbare wegenis met de daarbij horende vrije ruimten.

Agrarische gebieden - Woongebied De agrarische gebieden zijn bestemd voor de landbouw in de ruime Hoofdbestemming: residentieel wonen en zin. Behoudens bijzondere bepalingen mogen de agrarische gemeenschapsvoorzieningen met inbegrip van aanhorigheden, gebieden enkel bevatten de voor het bedrijf noodzakelijke tuinen, groenzones, terrassen, parkings, toegangen en ontsluitingen. gebouwen, de woning van de exploitanten, benevens - Zone voor gemeenschapsvoorzieningen verblijfsgelegenheid voor zover deze een integrerend deel van een De ‘zone voor gemeenschapsvoorzieningen’ is bestemd voor leefbaar bedrijf uitmaakt, en eveneens para-agrarische bedrijven. … bebouwing, constructies en voorzieningen voor gemeenschapsvoorzieningen, … - Zone voor gemeenschapsvoorzieningen met nevenbestemming wonen

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 45 / 60 Strijdige bestemming van het gewestplan Hoofdbestemming van het RUP De ‘zone voor gemeenschapsvoorzieningen’ is bestemd voor bebouwing, constructies en voorzieningen voor gemeenschapsvoorzieningen… - Parkstrip De parkstrip is bestemd voor de inrichting en het beheer van een multifunctioneel parkgebied met gemeenschapsvoorzieningen, … - Recreatiestrip De recreatiestrip is bestemd voor openluchtsportvelden, bijhorende sport- en spelinfrastructuur, wandel- en fietswegen. - Parkgebied Dit gebied is bestemd voor de instandhouding en herstel van het parkgebied. Het parkgebied dient te voorzien in een landschappelijke en natuurlijke functies en in recreatief medegebruik zoals wandelpaden en tijdelijke kampementen. - Zone voor openbare wegenis De zone is bestemd voor openbare wegenis met de daarbij horende vrije ruimten.

- Verbindende landschapskamer / zone voor natuurverbinding De verbindende landschapskamer / zone voor natuurverbinding wordt bestemd voor de ruimtelijke ondersteuning van de droge natuurverbinding Borggraafvijvers en Godsheide, over het Albertkanaal en een aaneengesloten landschapsbeeld.

Parkgebieden - Woongebied De parkgebieden moeten in hun staat bewaard worden of zijn Hoofdbestemming: residentieel wonen en bestemd om zodanig ingericht te worden, dat ze, in de al dan niet gemeenschapsvoorzieningen met inbegrip van aanhorigheden, verstedelijkte gebieden, hun sociale functie kunnen vervullen. tuinen, groenzones, terrassen, parkings, toegangen en ontsluitingen.

BPA Grenslandhallen

Onderstaande voorschriften van het RUP zijn strijdig met het BPA Grenslandhallen, nr. 14 vel 5 (KB 21.03.1979). De strijdige voorschriften van het BPA zullen opgeheven worden.

Strijdige bestemming van het BPA Hoofdbestemming van het RUP

Artikel 4 - openbaar groen als parkgebied - Parkgebied Dit gebied dat hoofdzakelijk uit canada-plantages bestaat, dient in Dit gebied is bestemd voor de instandhouding en herstel van het zijn huidige staat als houtwinnings- en weidegebied bewaard te parkgebied. Het parkgebied dient te voorzien in een landschappelijke blijven. en natuurlijke functies en in recreatief medegebruik zoals wandelpaden en tijdelijke kampementen.

- Verbindende landschapskamer/zone voor natuurverbinding De verbindende landschapskamer/zone voor natuurverbinding wordt bestemd voor de ruimtelijke ondersteuning van de droge natuurverbinding Borggraafvijvers en Godsheide, over het Albertkanaal en een aaneengesloten landschapsbeeld.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 46 / 60 4.4. Ruimtebalans

Onderstaande tabel geeft de ruimtebalans weer van het RUP Godsheide-centrum ten opzichte van het vigerende gewestplan. Het RUP Godsheide-centrum heeft een oppervlakte van ca. 27ha 58a 30ca.

Gebiedsaanduiding gewestplan bestaand BPA RUP

Wonen – subcategorie woongebied 7ha 68a 48ca 8ha 79a 24ca

Landbouw – subcategorie agrarisch gebied 17ha 81a 30ca

Overig groen – subcategorie parkgebied 2ha 03a 40ca 5a 12ca 7ha 18a 53ca

Lijninfrastructuur (wegeninfrastructuur) - 1ha 70a 76ca

Gemeenschaps- en nutsvoorzieningen - 4ha 69a 54ca

Recreatie 5ha 20a 23ca

4.5. Register van percelen met mogelijke planbaten, planschade en bestemmingswijzigingscompensatie i.v.m. het grond- en pandenbeleid

Zie kaart. Register van percelen met mogelijke planbaten, planschade en bestemmingswijzigingscompensatie

In uitvoering van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening in voege sinds 1 september 2009 wordt een register1 opgesteld van de percelen gelegen in het RUP waarop een bestemmingswijziging wordt doorgevoerd die aanleiding kan geven tot een planschadevergoeding (art. 2.6.1 van de codex), planbatenheffing (art. 2.6.4 van de codex) of een bestemmingswijzigingscompensatie zoals vermeld in het grond- en pandenbeleid (boek 6, titel 2 en 3 van het decreet grond- & pandenbeleid van 27 maart 2009). De mogelijke planbaten/planschade en bestemmingswijzigingscompensatie zijn grafisch weergegeven (zie kaart in bijlage).

4.6. Gewijzigde juridisch technische aspecten

4.6.1. Gedeeltelijke opheffing van het BPA Grenslandhallen, nr. 14 vel 5 (KB 21.03.1979)

Een kleiner deel van het BPA Grenslandhallen, nr. 14 vel 5 (KB 21.03.1979) wordt vervangen door het voorliggend RUP. Het vervangen van een kleiner deel van het BPA, met een kadastrale oppervlakte 571m², moet worden doorgevoerd om de volledige verkaveling HAS 0863 te kunnen opheffen. Als dit deeltje van het BPA gevrijwaard blijft, kan ook de volledige verkaveling niet opgeheven worden.

De wijziging van het BPA betreft geen strijdige en op te heffen voorschrift, omdat het BPA dit deeltje bestemd als parkgebied, net zoals het voorliggende RUP.

4.6.2. Wijziging wegenis

Zie kaart grafisch plan

Door het RUP worden geen bestaande gewestwegen of buurtwegen beïnvloed.

1 Dit register geeft conform de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening art. 2.2.2, §1, de percelen weer waarop een bestemmingswijziging gebeurt die aanleiding kan geven tot vergoeding of heffing. De opname van de percelen in dit register houdt dus niet in dat sowieso een heffing zal worden opgelegd of dat een vergoeding kan worden verkregen. Voor elk van de regelingen gelden uitsluitingsvoorwaarden, uitzonderings- of vrijstellingsgronden die per individueel geval beoordeeld dienen te worden. Het register kan dus geen uitsluitsel geven over de toepassing van die voorwaarden, uitzonderings- of vrijstellingsgronden.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 47 / 60 Nieuwe wegenis wordt voorzien ter ontsluiting van de openbare parkeerpockets, de gemeenschapsvoorzieningen en het achterliggend woongebied vanaf de Platte Vijverstraat. Het RUP voorziet eveneens in een aantal trage wegen welke de doorwaadbaarheid van het plangebied bevorderen.

4.6.3. Opheffen van niet-vervallen vergunde verkavelingen

Zie kaart grafisch plan

Het RUP voorziet in het opheffen van de volgende verkavelingen:

nr stad nr RWO Hasselt Vlaanderen datum goedkeuring ligging aantal loten Has0059 77VK 1963 28-2-1964 Kiezelstraat 2 Has0065 58V 52 25-6-1963 Kiezelstraat 4 Has0074 en Has 0112 58V 92 26-5-1964 Platte Vijverstraat 4 (2bouwloten) Has0297 3VK 1973 20-4-1973 Kiezelweg/Platte Vijverstraat 3 Has0308 24VK 1973 10-12-1973 Kiezelstraat 2 Has0350 24VK 1976 14-6-1976 Kiezelstraat 3 Has0356 24VK 76 9-9-1976 Platte Vijverstraat 8 Has0832 40VK 1986 9-7-1986 Kiezelstraat 2 Has0855 100VK 1986 16-4-1987 Kiezelstraat 7 Has0863 16VK 1987 9-4-1987 Kiezelstraat 6 Has1027 10VK 91 24-5-1991 Kiezelstraat 4 Has1371 niet gekend 2001 Kiezelstraat 4 Has0112 9VK 1965 20-5-1965 Platte Vijverstraat 3

Deze verkavelingen werden op het grafisch plan aangeduid. Het opheffen van de verkavelingen wordt gemotiveerd omwille van de onverenigbaarheid met de doelstelling om in het woongebied dichter wonen (hoofdzakelijk halfopen bebouwing), kleinschalige winkels en andere voorzieningen en meergezinswoningen mogelijk te maken.

Het opheffen van de verkavelingen zal plaats vinden volgens Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, TITEL 4. Vergunningenbeleid, afdeling 2, art. 4.6.5 $1.

4.7. Onteigeningsplan en tabel der inname

Zie onteigeningsplan en tabel der inname

Bij het RUP wordt een onteigeningsplan en tabel der inname gevoegd volgens art. 2.4.3. en 2.4.4. van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening. Het onteigeningsplan wordt opgemaakt binnen dezelfde procedure van het RUP.

Te onteigenen percelen (kadaster Hasselt, afdeling 3, sectie C)

(Delen van) volgende percelen: C899/L, C900/E, C904/S, C906/L, C906/M, C906/N en C927/A

Motivering

Het algemeen nut

Om uitvoering van de planopties mogelijk te maken worden de percelen, gelegen langsheen de centrale oost/west- as tussen de Kiezelstraat en de Platte Vijverstraat en de recreatiestrip, opgenomen in een onteigeningsplan. Het onteigenen van deze percelen heeft tot nut om zowel de zone voor gemeenschapsvoorzieningen, de parkstrip als de recreatiestrip te kunnen realiseren, ontsluiten en toegankelijk maken. Alle worden ingevuld met een publiek programma om tegemoet te komen aan de groeiende woonkern van Godsheide-centrum en zodoende van algemeen nut.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 48 / 60 In eerste instantie zal de stad alle mogelijkheden uitputten om de realisatie van de gemeenschapsvoorzieningen, park- en recreatiestrip, evenals de aanleg van de bijhorende ontsluitingsweg, te faciliteren aan de hand van het afsluiten van een samenwerkingsovereenkomst tussen de eigenaars. Indien dit niet resulteert in een overeenkomst, kunnen de nodige gronden onteigend worden.

Noodzaak

Door het niet kunnen inrichten van de centrale ontsluitingsweg zal het RUP niet uitgevoerd kunnen worden. De centrale ontsluitingsweg voorziet immers in de ontsluiting en het toegankelijk maken van de te ontwikkelen zone voor gemeenschapsvoorzieningen en de bijhorende openbare parkeerpocket via de Kiezelstraat, terwijl het centrale gedeelte van het plangebied wordt gevrijwaard van doorgaand verkeer. De aanwezigheid van deze weg is noodzakelijk voor de bereikbaarheid van de school op haar nieuwe locatie. Ook de gronden van de recreatiestrip kunnen niet gerealiseerd worden zonder de noodzakelijke onteigeningen.

Het doel is zonder meer realiseerbaar. De bestemmingen worden juridisch vastgelegd en ontwikkelbaar gemaakt door het voorliggende RUP.

Hoogdringendheid

Zoals eerder vermeld, wordt het onteigeningsplan tegelijkertijd met het ruimtelijk uitvoeringsplan opgemaakt en onderworpen aan de procedureregels bepaald voor het opmaken van dat ruimtelijk uitvoeringsplan (zoals voorzien in de codex).

De urgentie voor het inrichten van de ontsluitingsweg via de Kiezelstraat is onlosmakelijk verbonden met de realisatie van de centrale zone voor gemeenschapsvoorzieningen, waarbinnen op korte termijn een nieuw gebouw zal worden opgetrokken voor de kleuter- en lagere school. Dit is eveneens de motivatie om het onteigeningsplan te koppelen aan het ruimtelijk uitvoeringsplan. De codex voorziet strikte termijnen die de geldigheid van het onteigeningsplan regelen.

4.8. Recht van voorkoop

Zie kaart grafisch plan

Het RUP voorziet in een recht van voorkoop, zoals bedoeld in hoofdstuk IV van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, ten voordele van de stad Hasselt voor alle percelen in het plangebied.

Dit recht van voorkoop wordt gemotiveerd vanuit de wens van de stad om de mogelijkheid te bezitten om sturend te kunnen optreden bij de ontwikkeling van het plangebied. De stad wenst deze percelen niet actief te verwerven, maar echter wel een hefboom te bezitten om te kunnen participeren.

Het RUP wijzigt niets aan het recht van voorkoop door nv De Scheepvaart.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 49 / 60 5. Resultaten van het overleg en inspraak

5.1. Overleg met de betrokken partners

Al ten tijde van de opmaak van de structuurschets voor Godsheide-centrum (2008) werd de lokale bevolking intensief betrokken bij de planvorming. Omdat het RUP voor de gemeenschapsvoorzieningen in Godsheide kadert in de verdere uitwerking van deze structuurschets, wenste de stad Hasselt opnieuw de belangrijkste lokale actoren te betrekken.

In 3 werkgroepvergaderingen (georganiseerd op 13/03/2013, 6/05/2013 en 11/06/2013) werd de visie van de stad Hasselt op de toekomstige uitbouw van de gemeenschapsvoorzieningen in Godsheide scherpgesteld. Deze visie werd opgemaakt met de medewerking van de jeugddienst, de dienst wonen, de dienst ruimtelijke ordening, de dienst sport en de dienst mobiliteit. Tussentijds werden 3 overlegmomenten georganiseerd met de lokale actoren (georganiseerd op 13/03/2013, 15/05/2013 en 29/06/2013). Vanuit hun ervaring op het terrein vulden de lokale actoren de visie verder aan.

Concreet namen de volgende lokale actoren uit het plangebied deel aan deze overlegmomenten:

- vzw Tevona – opvang en begeleiding van volwassen personen met een verstandelijke beperking. - Bethanië – multifunctioneel centrum voor schoolgaande kinderen en jongeren met gedrags- en emotionele problemen. - Vrije basisschool Godsheide. - Ontmoetingscentrum Godsheide – beheerd door de stad en de parochie - Voetbalclub Godsheide V.V.

Op datum van 20 november 2013 werd een bewonersoverleg gepleegd met de buurt over het voorontwerp RUP. Na een presentatie van het RUP werden verschillende groepjes van omwonenden gevormd, elk rond een grote afdruk van het bestemmingsplan. In elke groep konden de bewoners vragen stellen aan een deskundige. Na deze face-to- face bevraging werden de verschillende topics overlopen en beantwoord of verduidelijkt door een panel en dit voor geheel de zaal.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 50 / 60 5.2. Bijkomende inlichtingen uit de plenaire vergadering

Het verslag van de plenaire vergadering dd. 2/12/2013 en de schriftelijke adviezen worden toegevoegd als bijlage aan de toelichtingsnota.

De bijsturingen die gevraagd werden vanuit de adviserende instanties werden grotendeels doorgevoerd in het dossier. Hierna worden een aantal aspecten in verband met de verwerking van de adviezen verduidelijkt voor die elementen die niet zonder meer in het dossier werden doorgevoerd.

Departement Landbouw en Visserij

. In het schriftelijk advies van het departement wordt er gesteld dat ca. 3,13 ha te herbestemmen agrarisch gebied in beroepsmatig landbouwgebruik voorkomt. Deze oppervlakte werd echter tijdens de plenaire vergadering ter discussie gesteld. Na de plenaire vergadering werd er contact opgenomen met het departement, Uit dit gesprek blijkt dat ca. 1 ha van dit professioneel landbouwareaal in eigendom is van Tevona (Tehuizen voor Nazorg). Op deze gronden zit geen professionele landbouw. De stad Hasselt geeft aan dat de andere delen van het agrarisch gebied in hun eigendom zijn, en dat hierop geen bestaande landbouwpacht plaatsvindt (wel een aantal gebruiksovereenkomsten met particulieren) .

Provinciebestuur Limburg

. De provincie vraagt om de bestemming van het woongebied meer te specifiëren en dus niet volledig terug te vallen op de stedelijke verordening ‘woonkwaliteit’. Tijdens de plenaire vergadering werd de discussie gevoerd in welke mate gedetailleerde voorschriften noodzakelijk zijn gezien de stad over een verordening beschikt. De provincie zou hierover navraag doen bij hun juridische dienst. Na telefonisch contact met de provincie wordt er gevraagd een minimale bindende stedenbouwkundige omschrijving te voorzien en in de toelichtende bepalingen te verwijzen naar de stedelijke verordening ‘woonkwaliteit’.

. De provincie vraagt aan welke dichtheid de nevenbestemming van 25 % residentieel wonen in de zone voor gemeenschapsvoorzieningen ‘e’ en ‘f’ voorzien dienen te worden en of deze nevenbestemming te combineren is met de beoogde globale landschapskamer. De zones ‘e’ en ‘f’ hebben gezamenlijk een relatief grote oppervlakte. Wanneer deze volledig met gemeenschapsvoorzieningen ingevuld wordt, bestaat de kans dat hier een geïsoleerd eiland met bv. ouderenzorg ontstaat. Om conform de verschillende beleids- en structuurplannen een minimale sociale mix, een zekere gezonde functiemening en sociale segregatie te vermijden, voorziet het RUP in deze zones een nevenbestemming van 25 % residentieel wonen.

Het maximaal aantal woningen in de nevenfunctie dient berekend te worden op te worden op de bebouwbare oppervlakte van de bestemmingszone. De voorschriften voorzien dat minimaal 30% van de bestemmingszone bebouwd dient te worden en dat minimaal 50 % van de bestemmingszone gevrijwaard dient te worden voor groen. Dit komt neer op een gemiddelde van ca. 15 woningen in deelzone E en ca. 50 woningen in deelzone F. De voorontwerp stedenbouwkundige voorschriften omschreven hier reeds een aantal aspecten inzake groenvoorzieningen en afsluitingen. Echter werden de ontwerp voorschriften aangescherpt om het beeld van de globale landschapskamer te bewaken.

Ruimte Vlaanderen

. Het gewest vraagt of de provinciale natuurverbinding door de uitwerking van het plan niet in het gedrang kan komt. Concreet vragen zij of de bebouwing niet op een andere plaats kan voorzien worden.

Omwille van de droge natuurverbinding ten westen van Godsheide-centrum, en de aanwezigheid van een uitgestrekte open parkruimte (met het golfterrein), wordt er niet voor geopteerd om een harde en formele beëindiging te maken aan de westelijke rand van Godsheide-centrum. Er wordt daarentegen een graduele overgang gemaakt tussen het woonlint langs de Kiezelstraat in het oosten en Bethanië in het westen. Concreet betekent dit dat de hardere programma-onderdelen en de bebouwing geconcentreerd worden in het

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 51 / 60 gebied aansluitend op het woonlint, en dat de zachtere programma-onderdelen en de open ruimte programma’s zoals recreatie, waterbeheersing en park gerealiseerd worden in het gebied aansluitend op Bethanië. Dit laatste wordt in het RUP vertaald in een recreatiestrip en een parkstrip over de volledige lengte van het plangebied waarin bebouwing beperkt wordt. Deze beide bestemmingszones vormen tegelijk een buffer tussen Godsheide- centrum en het NVG.

Bebouwing in de recreatiestrip zoals de voetbalkantine, kleedkamers, tribune zijn elementen die functioneel en visueel aanliggend bij de sportvelden dient voor te komen. Deze bebouwing voorzien in de deelzones A en D, zoals het gewest suggereert, is functioneel niet aangewezen (wegens de optimale bediening van de sportvelden). De ontwerpvoorschriften werden aangescherpt zodat de ontwikkeling van de provinciale natuurverbinding niet in het gedrang komt. De bebouwing wordt beperkt in oppervlakte, randvoorwaarden werden opgelegd voor afsluitingen, de integratie van het NVG wordt bewerkstelligd door de aanplanting van kleine landschapselementen enz. De droge natuurverbinding werd op het grafisch plan aangeduid onder de noemer van de verbindende landschapskamer/zone voor natuurverbinding.

. Het gewest stelt vragen bij de intekening van het woongebied – deelzone A. In deze deelzone worden een zestal woningen voorzien (maximaal zeven). Het gewest vraagt zich af of hier ook een andere functie voorzien kan worden (zoals recreatie of gemeenschapsvoorzieningen). De keuze om hier woningen te voorzien, wordt onderstaand gemotiveerd:

- Een minimale functiemenging in een ruimer gebied met voornamelijk gemeenschapsvoorzieningen zoals beschreven in punt 3.1.5. In het gebied tussen de golf – Bethanië en het bebouwde dorpslint van de Kiezelstraat voorziet het RUP hoofdzakelijk in een programma van gemeenschapsvoorzieningen (en dit zowel op de korte als de langere termijn). Deze structuur voor de inplanting van de gemeenschapsvoorzieningen bestaat uit een fijnmazig netwerk van publieke ruimtes dat het bestaande, lintvormige netwerk aanvult. Deze structuur moet zorgen voor de ruimtelijke samenhang tussen de nieuwe ontwikkelingen en de bestaande woningen en voorzieningen (zie punt 3.14: 3 dimensionale structuur). Als tweede element om samenhang te realiseren tussen het bestaande en het nieuwe, wordt ingezet op een evenwichtige (of minimale) verweving van functies. In de nieuwe ontwikkelingen zou daarom ook een zekere mate van verweving van voorzieningen en wonen gerealiseerd moeten worden.

- Het creëren van een bebouwde wand langs het kerkhof en de pastorietuin. De omgeving van het kerkhof en van de pastorietuin moet een intieme, besloten buitenruimte worden die qua sfeer en gebruik aansluit bij de functie van de kerk en het kerkhof. Om deze open ruimte het gewenste besloten karakter te geven, is de realisatie van een bebouwde wand aan de westzijde wenselijk. Zonder deze wand loopt de buitenruimte over in de tuinen achter de aangrenzende woningen.

- Het ontwikkelen van een toegangsweg. Het wordt mogelijk gemaakt om de gemeenschapsvoorzieningen in de deelzone D direct te ontsluiten vanaf de Platte Vijverstraat. Het voorzien van deze toegangsweg kan de verkeerscirculatie vereenvoudigen en in een heldere auto-ontsluiting voorzien. Omdat de stad deze gronden niet in eigendom heeft en omdat deze deelzone ook aan oostelijke zone ontsloten kan worden, zal de stad zelf geen actie ondernemen om deze directe ontsluitingsweg aan te leggen. Privaat initiatief kan deze directe toegangsweg tot deelzone D met gemeenschapsvoorzieningen mogelijk maken.

- De ontwikkeling van een doorgaande fietsverbinding. De bovenvermelde ontsluitingsweg vormt tevens de ’short cut’ voor een hoofdontsluiting voor fietsers en wandelaars en dit tussen de verplaatste Vissenbroekstraat en de Platte Vijverstraat. Deze trage ontsluiting vormt een ruggengraat voor het zachte verkeer en kan een alternatief bieden voor het autoverkeer. Ter hoogte van de deelzone A worden een aantal woningen mogelijk gemaakt om deze trage verbinding op te laden en om ter hoogte van deze ingesloten achterkant sociale controle mogelijk te maken.

- In de grotere figuur van Godsheide wordt op termijn in het kader van de woonbehoefte voor het stedelijk gebied Hasselt-Genk door de Vlaamse Overheid een bijkomend woonaanbod van 464 woningen gecreëerd.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 52 / 60 Het ontwikkelen van maximaal zeven woningen in deelzone A in het absolute centrum van Godsheide is met andere woorden niet deviant het Vlaamse beleid.

. Het gewest merkt op dat in de deelzone voor gemeenschapsvoorzieningen F een nevenbestemming van 25 % ‘residentieel wonen’ wordt voorzien. Het agentschap vraagt om deze keuze te verantwoorden:

- Een minimale functiemenging in een ruimer gebied met voornamelijk gemeenschapsvoorzieningen zoals beschreven in punt 3.1.5. In het gebied tussen de golf – Bethanië en het bebouwde dorpslint van de Kiezelstraat voorziet het RUP hoofdzakelijk in een programma van gemeenschapsvoorzieningen, zowel op de korte als op langere termijn. Deze structuur voor de inplanting van de gemeenschapsvoorzieningen bestaat uit een fijnmazig netwerk van publieke ruimtes dat het bestaande, lintvormige netwerk aanvult. Deze structuur moet zorgen voor de ruimtelijke samenhang tussen de nieuwe ontwikkelingen en de bestaande woningen en voorzieningen (zie punt 3.14: 3 dimensionale structuur). Als tweede element om samenhang te realiseren tussen het bestaande en het nieuwe, wordt ingezet op een evenwichtige ( of minimale) verweving van functies. In de nieuwe ontwikkelingen zou daarom ook een zekere mate van verweving van voorzieningen en wonen gerealiseerd moeten worden.

- De sociale veiligheid van Godsheide-centrum, omdat de verweving van wonen en voorzieningen doorlopend activiteit genereren, en er bijgevolg geen “doodse” periodes voorkomen (waardoor de achterkantsituatie bevestigd wordt).

- De sociale mix van Godsheide-centrum, omdat in de nieuwe uitbreiding verschillende sociale groepen (senioren, jonge gezinnen, alleenstaanden,…) naast elkaar voorkomen, en bijgevolg het gemeenschapsgevoel wordt versterkt. De zones ‘e’ en ‘f’ hebben gezamenlijk een relatief grote oppervlakte. Wanneer deze volledig met gemeenschapsvoorzieningen ingevuld wordt, bestaat de kans dat hier een geïsoleerd eiland met bv. ouderenzorg ontstaat. Om conform de verschillende beleids- en structuurplannen een minimale sociale mix, een zekere gezonde functiemening en sociale segregatie te vermijden, voorziet het RUP in deze zones met gemeenschapsvoorzieningen een nevenbestemming van 25 % residentieel wonen.

- Het meervoudig ruimtegebruik, omdat de verschillende gebruikersgroepen (scholieren, jeugdbeweging, bewoners) de (open) publieke ruimte op verschillende manieren zullen gebruiken en (tijdelijk) toe-eigenen, hetgeen positief is. Het meervoudig ruimtegebruik wordt geïntensiveerd naarmate de nabijheid tussen publieke ruimte en de permanente programma’s toeneemt, en er meerdere permanente programma’s voorkomen. Een argument dus om een (beperkte mate van) wonen in het plangebied te realiseren.

- Het is echter niet de bedoeling om met dit RUP systematisch het woonaanbod in Godsheide te vergroten; Vandaar dat wonen enkel als nevenfunctie wordt toegelaten. In de grotere figuur van Godsheide wordt door de Vlaamse Overheid - op termijn - een bijkomend woonaanbod van 464 woningen gecreëerd en dit in het kader van de woonbehoefte voor het stedelijk gebied Hasselt-Genk. Het ontwikkelen van ca. 15 en ca. 50 woningen in respectievelijk de deelzones E en F in het absoute centrum van Godsheide is met andere woorden niet deviant voor het Vlaamse beleid.

. Het gewest vraagt in haar advies waarom langsheen de volledige zuidelijke en westelijke grenzen van de bestemmingszone ‘Zone voor gemeenschapsvoorzieningen met nevenbestemming woongebied’ een weg voorzien kan worden. Er wordt verduidelijkt dat bij ontwikkeling van alle zones voor gemeenschapsvoorzieningen hierdoor de mogelijkheid bestaat om voor het autoverkeer een lus- beweging of zelfs een kamstructuur vanaf de vanaf de meeste westelijke toegang in te bouwen. Door deze lus of de kam wordt de Kiezelstraat en toegang langsheen de school in het bijzonder ontlast (lange termijn – bij volledige invulling van de gemeenschapsvoorzieningen).

. Het gewest vraagt in haar advies of er extra parkeermogelijkheden voorzien worden infunctie van bestaande winkels en horecazaken. Er wordt verduidelijkt dat, buiten de geplande parkeerpockets in de afbakening van het

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 53 / 60 RUP, de stad bijkomende parkeervoorzieningen plant ten oosten van de Kiezelstraat. het RUP voorzien teven parkeerrichtcijfers voor winkel-en horecazaken (toe te passen bij aanvraag stedenbouwkundige vergunning).

Wonen Vlaanderen

. Het Agentschap vraagt zich af waarom de te verlaten schoollocatie niet is opgenomen in het voorliggende planproces. Het voorontwerp RUP geeft hier geen inzicht hoeveel woningen op deze site ontwikkeld kunnen worden. De te verlaten schoollocatie maakt geen deel uit van het RUP en er worden hier dan ook geen uitspraken over geformuleerd. Er bestaat evenwel een denkpiste om de vzw Tevona – een tehuis voor opvang en begeleiding van volwassen personen met een verstandelijke beperking op deze site te herbergen (verder te onderzoeken )

. Het Agentschap tekent bezwaar aan omdat in verschillende zones binnen de afbakening van het RUP bijkomend woonaanbod gecreëerd wordt. Wonen Vlaanderen vraagt om deze herbestemmingen te schrappen uit het RUP. Zie verduidelijking provincie en gewest.

BLOSO

. Bloso merkt op dat de bruto-vloeroppervlakte van 1200 m² die voorzien wordt voor een sporthal te gering wordt ingeschat. Er dient verduidelijkt te worden dat BLOSO hier een foutieve invulling geeft aan de term sportzaal. Er kan aangenomen worden dat Bloso de term sporthal interpreteert als een ruimte voor (semi-) professioneel gebruik. Het RUP doelt hier echter op een lokale, polyvalente ruimte, waar naast de bewoners ook de school gebruik kan van maken i.f.v. de sportlessen. De term sportzaal werd aangepast naar een ‘polyvalente ruimte’ en de bvo van 1200 m² teruggebracht.

nv De Scheepvaart

. nv. De Scheepvaart merkt op dat er tot op heden nog geen advies aan hen werd gevraagd. Er wordt verduidelijkt dat een eerdere adviesvraag aan de nv De Scheepvaart tot op heden niet noodwendig was. In dit zowel in het kader van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening als het decreet algemeen milieubeleid (voor de m.e.r- screening).

. nv De Scheepvaart vraagt dat hun gronden gelegen in het RUP als woongebied bestemd worden. Concreet gaat het hier om de percelen met kadastraal nummer 878C/Z en het perceel zonder nummer in de hoek van de Platte Vijverstraat. Er dient verduidelijkt te worden dat omwille van de nabijheid van de droge natuurverbinding, het woonlint langs de Platte Vijverstraat niet in westelijke richting verlengd wordt. De bestaande woningen ten noorden van de voetbalterreinen worden herbevestigd als zonevreemde woningen (gelegen in parkgebied). De bebouwing van Godsheide-Centrum wordt zodoende geconcentreerd ten oosten van een denkbeeldige lijn die van noord naar zuid doorheen het plangebied loopt (zie afbakening van de verbindende landschapskamer/zone voor natuurverbinding op het ontwerp RUP). Ten westen van deze afbakening komen binnen het plangebied enkel recreatie- en parkgebieden voor. Het grootste deel van deze denkbeeldige lijn wordt in het plangebied gemarkeerd door een pad voor zacht verkeer, dat de bestemmingszone D in het noorden verbindt met de Vissenbroekstraat in het zuiden. In het kleine, driehoekige gebied tussen het kanaal en de achterkanten van de woningen langs de Platte Vijverstraat/Kleinstraat, wordt ervoor geopteerd om de bestaande waardevolle groene rand langs het kanaal, de Borgravebeek en het nog onbebouwde deel van het bestaande parkgebied te behouden. Dit gebied wordt beschouwd als een uitloper van de grotere parkzone ten westen van het plangebied, en krijgt een groene inkleuring.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 54 / 60 5.3. Resultaat van het openbaar onderzoek en advies van de Gecoro

Het openbaar onderzoek voor het RUP werd georganiseerd van 13 maart 2014 tot en met 12 mei 2014. Het ontwerp- RUP en het hieraan gekoppelde onteigeningsplan lagen samen met de m.e.r-screening ter inzage op de dienst ruimtelijke ordening van de stad Hasselt. Het volledige dossier was en is tevens integraal raadpleegbaar op de webstek van de gemeente.

Er werden in totaal twee ontvankelijke bezwaarschriften ingediend. Tijdens het openbaar onderzoek werd er eveneens een advies van de Deputatie en Ruimte Vlaanderen verkregen. Voor de bundeling, behandeling en motivatie van de bezwaarschriften en de adviezen van deputatie en gewest wordt er verwezen naar het formele advies van de Gecoro ter zake.

5.4. Wijzigingen van het definitief ontwerp t.o.v. het ontwerp voorlopige vaststelling

Naar aanleiding van het advies van de deputatie worden volgende wijzigingen opgenomen:

. In de toelichtingsnota p48; Opsomming van strijdige en op te heffen voorschriften: opname deel BPA Grenslandhallen . In de toelichtingsnota p38; bij de beschrijving van de zone voor gemeenschapsvoorzieningen met nevenfunctie wonen, wordt nog gesproken van drie deelzones zoals in het voorontwerp GRUP. Dit wordt aangepast naar “twee deelzones”. . In de stedenbouwkundige voorschriften p9 - art 0.4: Recht van voorkoop van de nv. Scheepvaart wordt verduidelijkt in de toelichtende kolom. . In de stedenbouwkundige voorschriften p23 – art 4.2 Er wordt verduidelijkt dat de inplantingsafstand t.o.v. de parkstrip eveneens 0,00 m bedraagt. . In de stedenbouwkundige voorschriften p24 wordt i.v.m. het overgangsgebied de zinsnede ‘ indicatief aangeduid op het grafisch plan’ geschrapt.

Ruimte Vlaanderen duidt op het belang van de nabijheid van de droge natuurverbinding tussen de Borggraafvijvers en Godsheide, over het Albertkanaal. Het agentschap brengt de aandacht op de voorschriften en het grafisch plan waar dit natuurverbindingsgebied een betere doorwerking moet kennen. Naar aanleiding van het advies van gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar, Vlaamse Overheid, Ruimte Vlaanderen, worden volgende wijzigingen opgenomen:

. In de stedenbouwkundige voorschriften p28 – art 6.2 wordt het natuurverbindingsgebied en de doelstellingen hiervan in de verf gezet. . Op het grafisch plan wordt het natuurverbindingsgebied eveneens verduidelijkt (art. 1 – verbindende landschapskamer wordt gewijzigd art. 1 – verbindende landschapskamer – droge natuurverbinding). Deze aanpassing heeft eveneens een doorwerking in de verklarende toelichtingsnota en de doorheen de stedenbouwkundige voorschriften.

Tijdens de periode van het openbaar onderzoek werden er twee ontvankelijke bezwaarschriften ingediend. Zoals eerder vermeld word er voor de bundeling, juiste behandeling en volledige motivatie van de bezwaarschriften verwezen naar het formele advies van de Gecoro ter zake. De twee bezwaren kunnen als volgt gesynthetiseerd worden:

. Het eerste bezwaar handelt over de opname van een woonperceel, gelegen aan de Kiezelstraat, in het onteigeningsplan horende bij het RUP. De Gecoro weerlegt gemotiveerd het bezwaar (zie formeel advies) en duidt erop dat de stad in dialoog is met de bewaarindiener om het getroffen perceel te ruilen met een perceel, in eigendom van de stad, met evenwaardige bouwrechten en eveneens gelegen aan de Kiezelstraat.

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 55 / 60 . Het tweede bezwaar wordt ingediend omwille van de volledige opname van een achterliggend perceel in het onteigeningsplan horende bij het RUP. De indiener verzet zich niet tegen een gedeeltelijk en noodzakelijk grondinname voor de realisering van een toegangsweg, maar heeft wel bezwaar tegen de volledige inname van het perceel. De Gecoro adviseert om het onteigeningsplan niet aan te passen en dit om de realisatie van de bestemming van het perceel te garanderen (zie formeel advies). Zij stelt wel voor om na opmeting de zone te bepalen die effectief noodzakelijk is voor de realisatie van de toegangsweg. In een eerste fase kan er dan geopteerd worden om enkel dat deel te verwerven/onteigenen en mocht dit in een latere fase noodzakelijk zijn, dan kan de rest van het perceel alsnog verworven/onteigend worden.

Naar aanleiding van de ingediende bezwaarschriften worden volgende wijzigingen opgenomen:

. Geen

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 56 / 60

6.3. Adviezen en verslag van de plenaire vergadering

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 58 / 60 Verslag plenaire vergadering

RUP ‘Godsheide centrum’ te Hasselt

2 december 2013 –Provinciehuis Limburg

Aanwezigheidslijst

A: aanwezig | V: verontschuldigd | N: niet aanwezig en niet verontschuldigd

1. Representatie stad Hasselt en BUUR | bureau voor urbanisme

naam Instantie (en functie) email aanwezig Marc Swyngedouw Stad Hasselt - Departementshoofd [email protected] A Technische Diensten Ruth Byloos Stad Hasselt - Architect- [email protected] A stedenbouwkundige Frank Geunes BUUR - projectleider [email protected] A Jo Decoster BUUR - ruimtelijke planner [email protected] A

2. Volgende adviesinstanties hebben een schriftelijk advies verstrekt:

naam Instantie (en functie) email aanwezig Jean Vandeputte GECORO stad Hasselt (voorzitter) [email protected] A Martine Baptist Provincie Limburg – directie ruimte [email protected] A Thierry Gaethofs Provincie Limburg – dienst [email protected] waterlopen Rosita Vanbergen RWO Vlaanderen – Ruimte [email protected] .be A Vlaanderen Jos Gorssen RWO Vlaanderen – Wonen Limburg [email protected] A Ingrid Vanderhoydonck RWO Vlaanderen – Onroerend [email protected] V erfgoed .be Jan Cielen Departement Landbouw en Visserij [email protected] V Sam Van Vlierberghe Duurzame Landbouwontwikkeling [email protected] Barbara Jans LNE – Afdeling Milieu-, Natuur- en [email protected] V energiebeleid, Dienst Veiligheidsrapportage Jeroen Vanlooy LNE – Afdeling Milieu-, Natuur- en [email protected] V energiebeleid (dienst MER) Andy Pieters nv. De Scheepvaart [email protected] N Bloso – Vlaamse overheid [email protected] V [email protected] Mia Lammens Toerisme Vlaanderen [email protected]

3. Volgende adviesinstanties hebben geen of een laattijdig advies overgemaakt:

naam Instantie (en functie) email aanwezig

BUUR | bureau voor urbanisme cvba | Sluisstraat 79 / 03.02 | 3000 Leuven p. 1 | 6 T +32(0)16.89 85 50 | F +32(0)16.89 85 49 | [email protected] | www.buur.be

naam Instantie (en functie) email aanwezig VMM - Afdeling Operationeel N Waterbeheer (watertoets) ANB – Agentschap Natuur en Bos N

Resultaten van de plenaire vergadering

1. Verwelkoming en inleiding

Dhr. Geunes opent de vergadering en geeft een toelichting van het RUP aan de hand van een korte presentatie.

De woonkern van Godsheide zal de komende jaren exponentieel groeien. Deze groei is te wijten aan de invulling van een groot aantal woonuitbreidingsgebieden (WUG’s) te Godsheide, en dit zowel op korte als middellange termijn. De groei van Godsheide dient geduid te worden vanuit de behoefte van het stedelijk gebied Hasselt (cfr. afbakeningsproces van de Vlaamse Overheid). Door de te verwachten forse bevolkingstoename van Godsheide, en dit zowel op korte als middellange termijn, is het belangrijk dat de noodzakelijke gemeenschapsvoorzieningen (zoals onderwijs, ouderenzorg, sport- en spelvoorzieningen, zorgvoorzieningen ed.) van de woonkern kunnen meegroeien. Met voorliggend RUP wenst de stad Hasselt de ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen juridisch vast te leggen, om zo op termijn de kern van Godsheide evenwichtig uit te kunnen bouwen, en bijgevolg de woonkwaliteit te kunnen vrijwaren.

Naast het anticiperen op de voorziene bevolkingstoename op middellange termijn, heeft het voorliggend RUP eveneens tot doel om op korte termijn een nieuwe locatie te voorzien voor de kleuter- en lagere school van Godsheide. Om haar subsidiedossier voor de vernieuwing en uitbreiding van haar infrastructuur te kunnen indienen, moet de school begin 2015 juridische zekerheid hebben aangaande de haar nieuwe locatie. Dit RUP moet deze juridische zekerheid bieden.

Op datum van 1/08/2013 werd er een vooroverleg gehouden met de hogere overheid (Provincies, Ruimte Vlaanderen en het Departement Landbouw en Visserij). Na de toelichting van het RUP worden de schriftelijke adviezen overlopen van de adviesinstanties die niet aanwezig zijn op de plenaire vergadering.

Onderstaand worden de aanvullingen/bemerkingen overlopen van de aanwezigen op deze schriftelijke adviezen.

2. Aanvullingen/bemerkingen in navolging van de schriftelijke adviezen van de niet-aanwezige instanties

2.1 Bloso

Bloso stelt in haar voorwaardelijk gunstig advies advies dat 1.200m² voor een sportzaal te weinig is. De vergadering vermoed dat BLOSO hier een foutieve invulling geeft aan de term sportzaal. Bloso verstaat – in alle waarschijnlijkheid – onder de term sporthal een ruimte voor (semi-)professioneel gebruik. Het RUP doelt hier echter op een lokale, polyvalente ruimte, waar naast de bewoners ook de school gebruik kan van maken i.f.v. de sportlessen. De term sportzaal kan hier het best aangepast worden in bv. polyvalente ruimte.

2.2 Duurzame landbouw

Duurzame landbouw stelt in haar voorwaardelijk gunstig advies dat in het gebied een oppervlakte van 3,13 ha voorkomt in beroepsmatig landbouwgebruik. Als grootste grondeigenaar van het betreffende gebied reageert de stad hierop dat zij geen pachtovereenkomsten hebben met landbouwers. De vergadering geeft aan dat het cijfermateriaal uit de mestbank vaak een onjuist beeld weergeeft voor het feitelijke landbouwgebruik. De Gecoro-voorzitter duidt dat de afgevaardigden uit de landbouwsector eveneens geen melding maakten van een structurele landbouwaanwezigheid.

BUUR | bureau voor urbanisme cvba | Sluisstraat 79 / 03.02 | 3000 Leuven p. 2 | 6 T +32(0)16.89 85 50 | F +32(0)16.89 85 49 | [email protected] | www.buur.be

Er zal contact opgenomen worden met de instantie Duurzame Landbouw met een verduidelijking inzake het professionele landbouwareaal.

2.3 LNE-milieueffectenrapportagebeheer

LNE-milieueffectenrapportagebeheer geeft in haar voorwaardelijk gunstig advies een aantal aanbevelingen om het plan en zijn voorschriften milieuvriendelijker en duurzamer te maken. Deze aanbevelingen zijn waardevol maar laten zich niet in eenduidige stedenbouwkundige voorschriften gieten (niet-ruimtebepalende aanbevelingen en/of aanbevelingen met een neerslag buiten het werkveld van het RUP). Er wordt voorgesteld om de aanbeveling te concretiseren en te synthetiseren in duurzaamheidmaatregelen in de algemene bepalingen van het RUP.

Op datum van 15.10.2013 werd, op basis van een motivatienota, door de dienst MER geconcludeerd dat het voorgenomen plan geen aanleiding geeft tot aanzienlijke negatieve milieugevolgen en dat de opmaak van een plan- MER niet nodig is. Tijdens de vergadering wordt er opgemerkt dat de plancontour lichtjes werd aangepast ten aanzien van het dossier-mer-screening. Er wordt gevraagd op dit te motiveren.

2.4 LNE-dienst- Ruimtelijke Veiligheidsrapportage

De dienst- Ruimtelijke Veiligheidsrapportage geeft een gunstig advies en concludeert dat er geen Ruimtelijk Veiligheidsrapport opgemaakt moet worden.

2.5 Nv. de Scheepvaart

De nv. de Scheepvaart geeft een voorwaardelijk gunstig advies mits rekening gehouden wordt aan hun opmerkingen. De nv vraagt om het woongebied uit te breiden ter hoogte van hun eigendommen. De vergadering besluit dat de herbestemming van parkgebied naar woongebied ter hoogte van de eigendom van de nv. niet te verantwoorden is.

De nv. vraagt eveneens om hun reservatiestrook in te tekenen. De provincie en Ruimte Vlaanderen treden deze vraag bij. Er zal contact gezocht worden met de nv. de scheepvaart om een grafische aanduiding te verkrijgen.

2.6 Onroerend erfgoed

De administratie geeft een gunstig advies.

2.7 Toerisme Vlaanderen

Na de plenaire vergadering heeft de stad een advies ontvangen van Toerisme Vlaanderen, dit advies heeft als poststempel 27/11/2013 en is maw. ontvankelijk. Toerisme Vlaanderen geeft een gunstig advies.

2.8 (Agentschap Natuur en Bos)

Het gunstig advies van ANB heeft de stad laattijdig ontvangen.

BUUR | bureau voor urbanisme cvba | Sluisstraat 79 / 03.02 | 3000 Leuven p. 3 | 6 T +32(0)16.89 85 50 | F +32(0)16.89 85 49 | [email protected] | www.buur.be

3. Advisering door de aanwezige instanties

3.1 De provincie – directie ruimte:

De provincie kan zich vinden in de verschillende planopties van het RUP en geven bijgevolg een gunstig advies. Zij vraagt wel een aantal verduidelijkingen en/of heeft opmerkingen:

. De provincie vraagt wat de huidige functie is van de pastorie? Er wordt verduidelijkt dat de pastorie nog gebruikt wordt door de pastoor.

. Er wordt gevraagd wat de vergunningenstatus is van de voetbalterreinen van Godsheide VV. Deze recreatieve infrastructuur is naar alle waarschijnlijkheid geacht vergund.

. De provincie merkt op dat de ruimtebalans zoals opgenomen in de toelichtingsnota materiële onjuistheden bevat. Dit zal worden rechtgezet.

. In het wegdeel van de Kiezelstraat tussen het Kanaal en de Platte Vijverstraat wordt een deeltje parkgebied herbestemd naar woongebied. Er wordt verduidelijkt dat in dit deel parkgebied zowel een zonevreemde woning als een woning in een verkaveling voorkomen. Ruimtelijk is het te verantwoorden om deze woningen in woongebied te voorzien omdat langsheen de Kiezelstraat de inkleuring Parkgebied niet noodzakelijk - naar de ruimtelijke visievorming toe - dient voor te komen. Daarentegen bevinden de twee zonevreemde woningen langsheen de Platte Vijverstraat zich echter in de invloedssfeer van de droge natuurverbinding tussen de Borggraafvijvers en Godsheide, over het Albertkanaal. Het parkgebied langsheen de Platte Vijverstraat blijft behouden.

. In de woongebieden langsheen de Kiezelstraat en Platte Vijverstraat komen een aantal bestaande gemeenschapsvoorzieningen voor. De provincie adviseert om deze gebieden daadwerkelijk in te kleuren als gemeenschapsvoorzieningen. Er wordt tijdens de vergadering verduidelijkt dat het een onderbouwde keuze was om de woonranden van het RUP te bestemmen als woongebieden naar analogie van het gewestplan, ongeacht de huidige gemeenschapsvoorzieningen. De voorschriften maken zowel de woonfunctie als gemeenschapsvoorzieningen mogelijk en dit naar analogie van het gewestplan.

. De provincie duidt erop dat de stedenbouwkundige voorschriften voor de woongebieden vrij ruim te interpreteren zijn. Ruimte Vlaanderen en Wonen Limburg sluiten zich hierbij aan. De detailgraad van de voorschriften werd bewust ruim gehouden naar analogie van de woongebieden zoals aangeduid in het gewestplan, er wordt verduidelijkt dat de verordening Woonkwaliteit van de stad Hasselt voor deze gebieden van toepassing is. De vergadering vraagt zich af of er hier geen juridisch knelpunt ontstaat inzake rechtszekerheid. De provincie zal dit nagaan. De ontwerper van het RUP geeft de volgende motivering voor deze keuze: de goede ruimtelijke ordening van het woongebied wordt in Hasselt geregeld door de verordening Woonkwaliteit. De stad kiest om haar verordening te laten gelden voor geheel haar grondgebied (dus ook voor de westzijde van de Kiezelstraat en voor de Platte Vijverstraat te Godsheide), dit is een valabele keuze en behoort tot de bevoegdheid van de stad. Het detailleren van de voorschriften van het RUP kan interpretaties met zich mee brengen en meer onduidelijkheid en rechtsonzekerheid scheppen. De voorschriften van de verordening blijven immers gelden tenzij tegenstrijdig met het RUP (art. 2.3.3 VCRO).

. Er wordt nagevraagd hoe studentenhuisvesting geweerd zal worden in het RUP. Dit zal in het RUP ingeschreven worden.

. In de zones voor gemeenschapsvoorzieningen op de langere termijn (deelzones ‘e’ en ‘f’) wordt een nevenbestemming residentieel wonen voorzien. De provincie vraagt om deze nevenbestemming te verfijnen (bv. dichtheid). De vergadering besluit eveneens dat residentieel wonen niet kan opgenomen worden in een bestemming voor gemeenschapsvoorzieningen. Wonen Limburg vindt principieel dat de residentiële woonfunctie niet kan voorkomen in het gebied, buiten het juridische woonaanbod. Er wordt gemotiveerd dat het voorzien van

BUUR | bureau voor urbanisme cvba | Sluisstraat 79 / 03.02 | 3000 Leuven p. 4 | 6 T +32(0)16.89 85 50 | F +32(0)16.89 85 49 | [email protected] | www.buur.be

een residentiële woonfunctie geen kwantitatieve doelstelling is, maar dat een kwalitatieve functiemenging, woondifferentiatie en een minimale sociale cohesie aan de basis liggen voor deze keuze. Het schrappen van de nevenbestemming zal resulteren in een verlies aan ruimtelijke kwaliteit.

. De provincie vraagt om de bebouwingsmogelijkheden i.f.v. de parkbegraafplaats en het recreatiegebied te herbekijken en te verfijnen i.f.v. inplanting, bouwhoogte, … Nu zijn volgens het RUP te grote volumes toegelaten.

. De provincie vraagt waarom de aangeduide ontsluitingsweg tussen de Platte Vijverstraat en de deelzone met letteraanduiding A, niet is opgenomen in het onteigeningsplan of niet start met een vlakvormige aanduiding. Er wordt tijdens de vergadering verduidelijkt dat de stad hier geen initiatief zal nemen om deze wegenis te ontwikkelen.

. De vergadering besluit dat de korrelgrootte van de bebouwing en het open ruimte karakter bepalend zijn voor de mogelijkheden.

. Op het plan bestaande toestand vraagt de provincie om de verschillende functies te duiden.

. De provincie duidt op het provinciale wateradvies i.v.m. de watertoets. Er wordt tijdens de vergadering gevraagd of geheel het paragraaf moet opgenomen worden in de stedenbouwkundige voorschriften, delen hiervan zijn immers tijdsgeboden en niet ruimtebepalend. Dit zal nagegaan worden door de provincie.

3.2 Ruimte Vlaanderen

Ruimte Vlaanderen kan zich grotendeels vinden in de verschillende planopties van het RUP en geven bijgevolg een gunstig advies. Zij vraagt wel een aantal verduidelijkingen en/of hebben een aantal opmerkingen:

. Ruimte Vlaanderen vraagt om de term ‘serviceflats’ te vervangen door ‘assistentiewoningen’. Ook de termen ‘kangoeroewoningen’ en ‘meergeneratiewoningen’ kunnen beter vervangen worden door ‘zorgwoningen’.

. Ruimte Vlaanderen vraagt of de verschillende planopties in het RUP de uitwerking van de droge natuurverbinding tussen de Borggraafvijvers en Godsheide niet zullen hypothekeren. Er wordt in de vergadering de discussie gevoerd waar deze natuurverbinding juist gesitueerd is. Er kan aangenomen worden dat deze voorkomt ter hoogte van de Golf en de site Bethanië en de bufferzone aan de Genkersteenweg aan de overzijde van het kanaal. Het RUP heeft de intentie een geleidelijke overgang te realiseren tussen de kern van Godsheide en de natuurverbinding, door de publieke open ruimte programma’s aan de westzijde te voorzien, en de intensievere gemeenschapsprogramma’s te laten aansluiten op het bestaande oostelijke woonlint.

. Tijdens de discussie, inzake het voorzien van een residentiële woonfunctie buiten de bestaande woonranden, sluit ruimte Vlaanderen zich aan bij de bemerking van Wonen Limburg. Ruimte Vlaanderen vraagt dat deze woonopties beter gemotiveerd en onderbouwd moeten worden. Het Agentschap geeft aan dat het woongebied in tweede orde t.h.v. de Platte Vijverstraat vreemd overkomt. De ontwerper geeft aan dat het hier geen ontwikkeling in tweede orde betreft. Door het ontwikkelen van het gebied achter de Kiezelstraat, krijgen het kerkhof en de pastorietuin immers een centrale ligging. Een afwerking van de westelijke rand met een zinvol programma is hierdoor aangewezen. De vergadering besluit dat er hier een zinvolle bestemming voorzien moet worden, de inplantingsmodaliteiten voor de bebouwing kunnen hier herzien worden (cfr. schriftelijk advies RWO). De stad duidt erop dat zij eigenaar is van de hoofdmoot van de gronden en aldus de ontwikkelingen kan sturen.

. Het gewest vraagt verduidelijking over de aspecten van verhardingen en beplantingen bij het organiseren van evenementen. De vergadering besluit dat het rooien van verhardingen en wijzingen van reliëf geregeld wordt door het natuurdecreet of door de VCRO en bijgevolg niet opgenomen dient te worden in het RUP. Het aspect van de verhardingen zal verduidelijkt worden.

. Ruimte Vlaanderen vraagt om de 15,00 m overgangszone t.h.v. gemeenschapsvoorzieningen in het woongebied van de Kiezelstraat grafisch aan te duiden.

BUUR | bureau voor urbanisme cvba | Sluisstraat 79 / 03.02 | 3000 Leuven p. 5 | 6 T +32(0)16.89 85 50 | F +32(0)16.89 85 49 | [email protected] | www.buur.be

3.3 Wonen Limburg (ongunstig advies)

. Wonen Limburg duidt op een rechtsonzekerheid voor de school omdat in de toelichtingsnota een voorkeur- en een terugvalscenario wordt beschreven. Omdat in de verordenende stedenbouwkundige voorschriften waaraan de rechtszekerheid moet afgetoetst worden geen scenario’s ingeschreven zijn, zal er volgens de ontwerper geen rechtsonzekerheid ontstaan. Tevens is voor de gemeenschapsvoorzieningen die op korte termijn ontwikkeld kunnen worden (i.f.v. de ontsluiting) een onteigeningsplan toegevoegd of is de stad eigenaar van de terreinen. Er wordt een discussie gevoerd inzake de rechtszekerheid en RUP’s.

. Het Agentschap heeft eerder in de vergadering laten weten dat zij principieel niet akkoord kan gaan met de residentiële woonfunctie buiten het huidige juridische woonaanbod.

. In het schriftelijk advies van Wonen Limburg vraagt het Agentschap een nieuwe plenaire vergadering voor het RUP.

3.4 Gecoro (gunstig advies)

4. Besluit van de vergadering

Uit de vergadering kan afgeleid worden dat de stad onverhinderd het planningsinitiatief kan nemen voor het ordenen en inrichten van gemeenschaps- en recreatievoorzieningen zoals voorzien door art. 2.2.1 van de VCRO.

In het schriftelijk advies van Wonen Limburg vraagt het Agentschap een nieuwe plenaire vergadering voor het RUP. Er wordt tijdens het overleg aan de Provincie en Ruimte Vlaanderen gevraagd hoe zij dit zien; beide validerende instanties zien het nut van een nieuwe plenaire vergadering niet in. Het RUP dient tegemoet te komen aan hun opmerkingen, maar er wordt geen structurele aanpassing gevraagd die een nieuwe plenaire vergadering vereist.

De Provincie kijkt na:

. of de stad haar verordening woonkwaliteit onverminderd kan aanhouden in de woongebieden die voorkomen in het RUP, zonder dat dit een juridisch probleem vormt;

. of de volledige waterparagraaf dient overgenomen te worden in de stedenbouwkundige voorschriften.

BUUR neemt contact op:

. met de nv. De Scheepvaart voor het verkrijgen van een grafische afbakening van de reservatiestrook;

. met duurzame landbouw voor een verduidelijking inzake het professionele landbouwareaal;

. Met de provincie omtrent de ligging van de droge natuurverbinding

Dit verslag wordt binnen veertien dagen bezorgd aan de instanties die op de plenaire vergadering aanwezig dienden te zijn. Eventuele reacties op het verslag kunnen worden ingediend door de instanties die effectief aanwezig waren op de plenaire vergadering, en moeten binnen veertien dagen na ontvangst van het verslag, bezorgd worden aan het college van burgemeester en schepenen.

De lijst met uitgenodigde instanties en de ontvangen schriftelijke adviezen worden bijgevoegd in bijlage.

Verslag opgemaakt door BUUR dd. 4 december 2013.

BUUR | bureau voor urbanisme cvba | Sluisstraat 79 / 03.02 | 3000 Leuven p. 6 | 6 T +32(0)16.89 85 50 | F +32(0)16.89 85 49 | [email protected] | www.buur.be

Bureau Urbanisme Sluisstraat 79 3OOO LEUVEN

uw ber¡cht van contactgegevens ons kenmerk bijlagen Ingrid Vanderhoydonck 4.002/77022/99.304 [email protected] uw kenmerk 071 74 22 20 datum 2 fr h!ü'1. 2ff3 Betreft: Voorontwerp gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Godsheide Centrum- advies (plenaire vergadering dd. 02/ L2/2013).

Geachte heer, Geachte mevrouw/

In toepassing van artikel 2.2.13 van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ofdening en het Besluit van de Vlaamse Regering van 11 mei 2001, verzocht u Onroerend Erfgoed om advies.

Voor voorliggend RUP geven wij een gunstig advies

Hoog

Els Verbert Provinciaal Directeur

(:t Vlaamse Overheld - Onroerend Effgoed L¡mburg - Hendrik Van Veldekegebouw - Koningin Astridlaan 50 - 3500 Hasselt Tel. 011 74 22 20 - Fax 011 74 22 39 - e-mail l¡[email protected] - www.onroerenderfgoed.be

Departement Landbouw en Visserij

Duurzame Landbouwontwikkeling Ellips, 6e verdieping Koning Albert II-laan, 35, bus 40 College van Burgemeester en Schepenen 1030 Brussel Dr. Willemsstraat 34 Tel. 02 552 78 70 – Fax 02 552 78 71 3500 Hasselt [email protected]

uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk bijlagen 5/11/2013 RUPnr.207 "Godsheide Centrum" 2013_029251 vragen naar / e-mail telefoonnummer datum Jan Cielen 011 74 26 93 [email protected] Sam Van Vlierberghe 02 552 79 03 [email protected]

Betreft: Advies vanuit landbouwkundig standpunt betreffende het gemeentelijk RUP nr. 207 "Godsheide Cen- trum" te Hasselt. Plenaire vergadering: 2/12/2013

Geachte,

Uw adviesaanvraag betreffende het gemeentelijk RUP ‘Godsheide Centrum’ werd vanuit landbouw- kundig standpunt onderzocht en er wordt een strikt voorwaardelijk gunstig advies verstrekt om de volgende redenen:

Het voorliggend plan beoogt een herbestemming van ruim 18 ha agrarisch gebied naar zone voor ge- meenschap- en nutvoorzieningen, overig groen en lijninfrastructuur. Het overgrote gedeelte van het agrarisch gebied wordt herbestemd naar parkgebied. In de voorliggende dossierstukken werd zo goed als geen rekening gehouden met het aanwezig landbouwgebruik. Een duidelijke motivering en ruimte- behoefte voor het parkgebied wordt in het dossier niet gegeven.

Bovendien worden door het voorliggend plan restruimtes agrarisch gebied gecreëerd, die geen beteke- nisvolle meerwaarde hebben voor de lokale landbouwstructuur. Concreet betreft dit de reeds beboste percelen met agrarische bestemming ten noorden van de waterloop Oude Miserikbeek en ten zuiden van het plangebied. Dergelijke resterende snippers agrarisch gebied hebben geen nut meer voor enig beroepsmatig landbouwgebruik. Een herbestemming naar het feitelijk gebruik (parkgebied) is dan ook aangewezen. Deze opmerking werd reeds meegedeeld in het advies met ref. 2013_026120 overhandigd op het informeel vooroverleg dd. 01.08.2013.

www.vlaanderen.be/landbouw 2

Met betrekking tot de in bijlage opgenomen mer-screening wordt opgemerkt dat de afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling niet om advies werd gevraagd. Nochtans is ruim 64% van het plangebied gele- gen binnen agrarisch gebied en is 3,13ha in beroepsmatig landbouwgebruik. Het is dan ook niet duidelijk welke flankerende maatregelen er worden genomen voor de menselijke impact en het verdwijnen van deze landbouwfunctie. De betrokken landbouwers dienen billijk vergoed te worden voor het areaalverlies.

Enkel indien rekening wordt gehouden met het feit dat de behoefte voor voorliggende plannen duide- lijk verantwoord moet worden, er geen restpercelen agrarisch gebied worden gerealiseerd en dat de betrokken landbouwers billijk vervoeg worden, kan er vanuit landbouwkundig standpunt een gunstig advies worden verstrekt.

Gelieve de afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling te willen verontschuldigen voor de aanstaande plenaire vergadering.

Hoogachtend,

Johan Verstrynge Afdelingshoofd Afdeling Duurzame Landbouwontwikkeling

www.vlaanderen.be

Stad Hasselt Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid T.a.v. College van Burgemeester en Schepenen Koning Albert II-laan 20 bus 8 Administratief Centrum 1000 Brussel Dr. Willemsstraat 34 3500 Hasselt

uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk bijlagen 5 november 2013 RUP nr. 207 LNE/RUP/13/222 1 vragen naar / e-mail telefoonnummer datum [email protected] 02 553 75 14 29 november 2013

Betreft : Voorontwerp van RUP nr. 207 “Godsheide-centrum” te Hasselt

Geachte heer, mevrouw,

Het Departement Leefmilieu, Natuur en Energie (LNE) heeft op 7 november 2013 uw adviesvraag ontvangen over het voorontwerp van RUP nr. 207 “Godsheide-centrum” te Hasselt. Dat verzoek om advies is intern verspreid bij verschillende afdelingen van LNE.

De dienst Milieueffectrapportagebeheer (afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid) heeft de volgende opmerkingen:

De voorgenomen milieumaatregelen die voorgesteld zijn tijdens de milieubeoordelingsprocedure zijn voldoende vertaald in het RUP en het flankerende beleid. Op een aantal vlakken kunnen de stedenbouwkundige voorschriften die betrekking hebben op milieuaspecten sterker geformuleerd worden. Zo kan bv. bij de voorschriften voor de ‘Zone voor waterloop’ expliciet vermeld worden dat de inbuizing van de Borgravebeek niet is toegelaten. Enkel het instandhouden of het verplaatsen van de inbuizing dwars op de rijrichting is mogelijk.

Bij nazicht van het dossier blijkt dat het grafisch plan van het voorontwerp van voorliggend RUP niet volledig overeenstemt met het plan zoals weergegeven in het verzoek tot raadpleging (zie p. 12). Indien u van mening bent dat het aangepaste plan niet meer voldoende gevat wordt door de screening, dan dient u de screening aan te passen, de relevante adviesinstanties m.b.t. de aanpassing voor advies te vragen en de dienst Mer om een nieuwe beslissing te vragen aan de hand van het aangepaste dossier met de eventuele bijkomende adviezen en de verwerking ervan. Voor een gemeentelijk RUP dient minstens de provincie aangeschreven te worden.

We wijzen u er ook op dat, als het plan wijzigt n.a.v. de plenaire vergadering (het openbaar onderzoek of …), u eveneens dient na te gaan of de wijzigingen voldoende gevat zijn door de reeds gemaakte milieubeoordeling.

Het Departement LNE raadt aan ook rekening te houden met de onderstaande aanbevelingen om het plan en zijn voorschriften milieuvriendelijker en duurzamer te maken. Dat kan door in deze fase aandacht te besteden aan een aantal aspecten die daartoe kunnen bijdragen. Vaak wordt pas echt over de duurzaamheid van een plan nagedacht op het moment dat er effectief gebouwd wordt. Op dat ogenblik zijn bepaalde mogelijkheden echter al sterk afgenomen, waardoor duurzaamheidsmaatregelen beperkt zijn (tot bijvoorbeeld voorzien in een aantal verplichte EPB- 1

toepassingen, de toevoeging van een zonnepaneel waar de oriëntatie toevallig gunstig is, …). Door de meest doelmatige maatregelen en inrichtingsprincipes al in het plan, de voorschriften en eventueel in het flankerende beleid te integreren, kunt u doorgaans veel duurzamere plannen realiseren. Het Departement LNE raadt aan om in elke stap van het proces zo veel mogelijk gepaste duurzaamheidsmaatregelen te integreren. De verantwoordelijkheid daarvoor ligt zowel bij initiatiefnemers en overheden als bij ontwikkelaars. Het gaat daarbij onder meer over duurzame mobiliteit. Het stimuleren van duurzame vervoerswijzen heeft onmiskenbaar een positieve invloed op de leefbaarheid van verblijfsgebieden. Ook via ruimtelijke ordening, stedenbouw, inrichting en flankerend beleid kunnen maatregelen genomen worden om het autogebruik te verminderen. Hiervoor is een totaalpakket van enerzijds auto-ontmoedigende maatregelen en anderzijds maatregelen die het gebruik van duurzame vervoersmodi binnen het plan en zijn omgeving aanmoedigen, het meest efficiënt. Het is hierbij belangrijk om de concurrentiepositie van langzame verkeersnetwerken ten aanzien van het autogebruik te versterken, bv. door te opteren voor verkeersluwe (woon)straten, een goed netwerk van trage verkeersverbindingen en openbaar vervoer uit te bouwen, te voorzien in voldoende, diefstalveilige en gemakkelijk bereikbare fietsparkeerplaatsen en de wegenis volgens het STOP- principe in te richten zodat het langzaam verkeer voorrang heeft ten opzichte van gemotoriseerd verkeer. Vanuit milieustandpunt moet er ook efficiënt omgegaan worden met ruimte, energie en materialen. De stedenbouwkundige lay-out, de bebouwingswijze en de inrichting kunnen een bijdrage leveren aan de CO2-neutraliteit, de beperking van het energie- en materiaalgebruik en de grondinname per functionele eenheid. In nieuwe gebouwen en gebouwen die ingrijpend verbouwd worden, moet thans al of in de nabije toekomst een minimum hoeveelheid energie uit hernieuwbare energiebronnen worden gebruikt (zie het gewijzigde Energiebesluit - http://www.energiesparen.be/epb/groeneenergie). Daarom is het vrijwel noodzakelijk om tijdig mogelijkheden te onderzoeken en ruimte te reserveren om hernieuwbare energievoorzieningen op individueel gebouwniveau en/of buurt- of bouwblokniveau in het plan te integreren en te stimuleren door middel van flankerend beleid en ruimtelijke voorschriften. Verder dient er voldoende aandacht besteed te worden aan de principes van zongericht en compact bouwen. Bij nieuwe verkavelingen of vergelijkbare projecten kan het te ontwikkelen openbaar domein (bv. het stratenpatroon) het best zo opgebouwd worden dat een optimaal zongeoriënteerde inplantingswijze van gebouwen tussen het zuidwesten en het zuidoosten mogelijk is. 21 Verder willen we nog wijzen op het belang om ecologisch en landschappelijk waardevolle elementen (bv. kleine landschapselementen) te integreren in het RUP en de ecologische dooradering te versterken.

Besluit

Het advies van het Departement LNE is gunstig, indien er wordt tegemoetgekomen aan de bovenvermelde opmerkingen.

Dit advies staat los van het advies van de dienst Veiligheidsrapportering (afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid) dat u integraal als bijlage bij deze brief terug kan vinden.

Het Departement LNE verontschuldigt zich voor de plenaire vergadering.

Hoogachtend,

Jean-Pierre Heirman Paul Van Snick Secretaris-generaal Algemeen directeur Departement LNE Afdelingshoofd AMNEB

2

Stadsbestuur Hasselt Dienst Ruimtelijke Ordening T.a.v. mevr. Ruth BYLOOS Administratief Centrum Dr. Willemsstraat 34 3500 Hasselt Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Veiligheidsrapportering Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 BRUSSEL Tel 02 553 80 35 - Fax 02 553 21 25 [email protected] uw bericht van uw kenmerk ons kenmerk bijlagen 05/11/2013 RUP nr. 207 / “Godsheide Centrum” RUP 13-222 vragen naar / e-mail telefoonnr. Datum Barbara Jans 02 553 74 93 13/11/2013 [email protected]

Betreft: Advies over het gemeentelijk RUP nr. 207 “Godsheide Centrum” te Hasselt (Versie oktober 2013)

Geachte,

Met betrekking tot het in rubriek vermelde onderwerp vindt u hierbij het advies van de dienst Veiligheidsrapportering (dienst VR) van mijn afdeling.

Ter uitvoering van artikel 12 van de Seveso II-richtlijn1 dient in het beleid inzake ruimtelijk ordening rekening gehouden te worden met de noodzaak om op lange termijnbasis voldoende afstand te laten bestaan tussen Seveso-inrichtingen2 enerzijds en aandachtsgebieden3 anderzijds. Deze doelstelling wordt verwezenlijkt door het houden van toezicht op de vestiging van nieuwe Seveso- inrichtingen, op wijzigingen van bestaande Seveso-inrichtingen, en op nieuwe ontwikkelingen rond bestaande Seveso-inrichtingen.

Het advies van de dienst VR heeft specifiek betrekking op het aspect externe mensveiligheid zoals bedoeld in de Seveso II-richtlijn, of, m.a.w. op de risico’s waaraan mensen in de omgeving van Seveso-inrichtingen (kunnen) blootgesteld worden ten gevolge van de aanwezigheid van gevaarlijke stoffen in die inrichtingen. De dienst VR stelt vast dat het aspect ‘externe veiligheid’ niet behandeld werd in het voorontwerp van RUP, maar wel ter sprake komt in het “verzoek tot raadpleging” voor het RUP Gemeenschapsvoorzieningen Godsheide van juli 2013 in bijlage (zie pagina 26 van het verzoek tot raadpleging onder punt 4.5.3).

Om een inschatting te maken van het aspect externe mensveiligheid, dient het voorliggende RUP afgetoetst te worden aan de hand van criteria die werden opgenomen onder de vorm van een

1 Richtlijn 96/82/EG betreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen betrokken zijn, omgezet in Belgisch recht via het Samenwerkingsakkoord van 21 juni 1999 tussen de federale Staat, het Vlaams gewest, het Waalse gewest en het Brussels Hoofdstedelijk Gewestbetreffende de beheersing van de gevaren van zware ongevallen waarbij gevaarlijke stoffen zijn betrokken (B.S. 16/06/2001) en zijn wijzigingen (B.S. 26/04/2007) 2 Dit zijn inrichtingen met een zodanige hoeveelheid aan gevaarlijke stoffen op het terrein dat zij vallen onder het toepassingsgebied van de Seveso II richtlijn. 3 Zoals gedefinieerd in het besluit van de Vlaamse Regering van 26/01/2007 houdende nadere regels inzake ruimtelijke veiligheidsrapportage. www.lne.be

beslissingsdiagram in bijlage bij het besluit van de Vlaamse Regering van 26/01/2007 houdende nadere regels inzake de ruimtelijke veiligheidsrapportage.

Gelet op het feit dat:

• volgens de gegevens van de dienst VR4 in het plangebied geen Seveso-inrichtingen aanwezig zijn,

• volgens de gegevens uit de toelichtingsnota en de stedenbouwkundige voorschriften in het plangebied geen Seveso-inrichtingen mogelijk zijn,

• volgens de gegevens verstrekt in de toelichtingsnota in het plangebied aandachtsgebieden aanwezig en/of gepland zijn, m.n.: o herlocalisatie van een lagere- en kleuterschool (d.i. kwetsbare locatie), o gebied voor wonen, o uitbreiding van gebied voor gemeenschapsvoorzieningen met potentieel voor RVT & Serviceflats (d.i. kwetsbare locatie), door publiek bezochte plaatsen (polyvalente zaal),….;

• volgens de gegevens van de dienst VR binnen een perimeter van 2 km rond het plangebied twee lagedrempel Seveso-inrichtingen aanwezig zijn, m.n. Bouts en Argos Storage Hasselt (vroeger VDS Retail ). Beide liggen op meer dan 1,5 km ten westen van het plangebied,

• de dienst VR voldoende elementen in handen heeft om de risico’s in te schatten waaraan mensen in de omgeving van deze inrichtingen blootgesteld worden ten gevolge van de aanwezigheid van gevaarlijke stoffen bij deze inrichting en te besluiten dat de ontwikkelingen beschreven in het RUP te verzoenen zijn met de aanwezigheid van deze Seveso-inrichtingen, beslist de dienst VR dat er geen ruimtelijk veiligheidsrapport dient opgemaakt te worden, en dient er voor wat het aspect externe veiligheid betreft geen verdere actie ondernomen te worden.

De dienst VR wenst zich hierbij te verontschuldigen voor de plenaire vergadering.

Hoogachtend,

Paul Van Snick Algemeen directeur Afdelingshoofd AMNEB

4 Bron: webstek http://www.lne.be/themas/veiligheidsrapportage/inrichtingen/lijsten www.lne.be

6.4. M.e.r.-Screening en resultaten van de m.e.r-screening

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 59 / 60

Deze bundel omvat het resultaat van de m.e.r-screening van het RUP Godsheide-centrum te Hasselt. Het dossier omvat de ontheffingsaanvraag voor de planMER-plicht, bundelt de adviezen en geeft duidelijk inzicht hoe er met de adviezen omgegaan wordt in het RUP. In bijlage vindt U eveneens de originele m.e.r-screening, de verschillende adviezen, de lijst met uit te nodigen instanties en het pre-advies van de dienst MER. RUIMTELIJKUITVOERINGSPLAN

GEMEENSCHAPSVOORZIENINGENGODSHEIDEteHasselt

m.e.rͲscreening–ontheffingsaanvraagplanͲMERplicht

SCRPL13121





oktober2013







BUUR|Bureauvoorurbanismecvba Sluisstraat79/03.02,3000Leuven T016898550–F016898549 [email protected]–www.buur.be

 Notabetreffendedebehandelingvandeadviezeninkadervanhetonderzoek totmilieueffectrapportagevanhetRUPGodsheideͲcentrum

(dossiernummerdienstMER:OHPL13121)

Aangeschreveninstantiesenhistoriek

Op16juli2013werdhetdossierm.e.rͲscreeningovergemaaktaandedienstMER(Milieueffectrapportagebeheer)voorhet verkrijgenvaneenpreadviesendelijstmetaanteschrijvenadviesinstanties.Hetpreadviesendelijstwerdenverkregenop 24juli2013.Deaanbevelingenuithetpreadvieswerdenintegraalverwerktinhet‘verzoektotraadpleging’.

Op basis van de lijst aangeleverd door de dienst MER werd op datum van 31 juli 2013 het ‘verzoek tot raadpleging’ verstuurd naar de verschillende adviserende instanties. Het verzoek tot raadpleging bestaat uit de aangepaste m.e.rͲ Bebouwde zones screeningmetbijlagen.Onderstaandeinstantieswerdenuitgenodigdomhunadviesteverlenenopdem.e.rͲscreening: │ Aanduiding van de betreffende -plaggenbodems - Uittreksel bodemkaart (AGIV 2013) 1. ProvinciebestuurLimburg,DirectieInfrastructuur,RuimtelijkeOrdening,Milieuennatuur; 2. AgentschapNatuurenBos(ANB)–Limburg; Omwille van deze archeologische potenties zal volgend voorschrift inzake archeologisch erfgoed in het RUP ingepast 3. RuimteVlaanderen,AfdelingParticiperenenAdviserenLokaal(APL)–Limburg; worden: 4. OnroerendErfgoedLimburg; “Voorafgaand aan de werken met een grondverzet van meer dan 250 m³ moet een archeologisch detectieonderzoek worden 5. DepartementMobiliteitenOpenbareWerken(MOW); uitgevoerd aan de hand van proefsleuven en boringen, op alle zones waar ondergrondse graafwerken noodzakelijk zijn, in 6. Departement Leefmilieu, Natuur en Energie (LNE), Afdeling MilieuͲ, NatuurͲ en Energiebeleid, dienst overleg met de bevoegde dienst archeologie van de Vlaamse Overheid, om te vermijden dat bij de realisatie werken moeten Veiligheidsrapportering(VR); worden stilgelegd overeenkomstig de geldende wetgeving.” Binnendevoorzienetermijnvan30dageneneenbijkomendeherinneringstermijnhebbenalleadviesinstantieseenadvies Discipline monumenten: verleend. In het projectgebied liggen 2 beschermde monumenten: - Platte Vijverstraat 8 Adviesvandebetrokkeninstantiesm.b.t.dem.e.r.Ͳscreening - Spaans Huis, met de onmiddellijke omgeving beschermd als dorpsgezicht (aangeduid in de mer-screening). In kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage van het RUP GodsheideͲcentrum hebben de verschillende In de bundel wordt de beschermde status van deze panden fout weergegeven (Platte Vijverstraat 8). De andere panden, de adviserende instanties het ‘verzoek tot raadpleging’ doorgenomen en hun advies overgemaakt. Met uitzondering van parochiekerk en de pastorie, zijn opgenomen in de inventaris van het bouwkundig erfgoed (aangeduid in de mer- OnroerendErfgoedLimburg,stellendeadviezenunaniemdatergeenaanzienlijkemilieueffectenwordenverwachtenhet screening). ‘onderzoeknaardesignificantemilieueffecten’opcorrectewijzeisgebeurdenvoldoendewerdbeschreven. Zowel het plan feitelijke en juridische toestand als de toelichtingsnota zullen in die zin aangepast worden (plan + tekst). De aangevulde tekst luidt als volgt: Aanvullingenaanpassinginfunctievanhetadviesvanonroerenderfgoed “Ter hoogte van de Platte-Vijverstraat nr. 8 komt een langgestrekte vakwerkhoeve voor als monument met OnroerendErfgoedLimburgadviseerthetplaninzijnhuidigevormongunstig.Onderstaandwordteenoverzichtgegeven beschermingsbeslissing VR 1 december 2010. De bescherming werd doorgevoerd wegens de historische, historische in casu vandegeformuleerdeopmerkingen.InhetcursiefwordtweergegevenhoehieropzalwordeningespeeldinhetRUP. architectuurhistorische en sociaalculturele waarde van het pand.”

Disciplinearcheologie: Onroerend Erfgoed Limburg besluit in haar advies dat het aanpassen van het plan aan bovenvermelde opmerkingen ervoor Gelet op het feit dat een groot gedeelte van het gebied aangeduid staat op de bodemkaart als bodem met kan zorgen dat de milieueffecten niet meer als ‘aanzienlijk’ beschouwd worden. profielontwikkelingmengeletopdeliggingvanhetgebiedlijktdekansvolgensOnroerendErfgoedLimburgreëeldater nog waardevol archeologisch erfgoed in de bodem aanwezig is. Om deze redenen zijn zij van mening dat het RUP wel Besluit schadelijkeeffectenkanhebbenopdedeeldisciplinearcheologie,bijgevolgdienenmilderendemaatregelenopgenomente worden. Deze milderende maatregelen bestaan uit een archeologische prospectie en indien de resultaten positief zijn, Rekening houdend met de uitgebrachte adviezen en de gevraagde aanvulling en aanpassing in functie van het advies van dient in eerste instantie nagegaan te worden of in situ behoud mogelijk is, indien blijkt dat dit niet mogelijk is zal een Onroerend Erfgoed Limburg, dient er besloten te worden dat bij de uitvoering van het voorliggende ‘RUP Godsheide- volwaardigeopgravingmoetenplaatsvinden. centrum’ geen aanzienlijke milieueffecten worden verwacht en dat het ‘onderzoek naar de significante milieueffecten’ op correcte wijze is gebeurd en voldoende beschreven is. Tevens beoogt het ruimtelijk uitvoeringsplan de wijziging van het juridisch kader inzake ruimtelijke ordening voor een klein gebied en op lokaal niveau.

Na de behandeling van de adviezen uit het ‘verzoek tot raadpleging’ dient geoordeeld te worden dat de opmaak van een planMER voor het ‘RUP Godsheide-centrum’ te Hasselt redelijkerwijs geen bijkomende informatie zal opleveren.

BUUR|Notabetreffendedebehandelingvandeadviezeninkadervanhetonderzoektotmilieueffectrapportagevanhet BUUR | Nota betreffende de behandeling van de adviezen in kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage van het RUPGodsheideͲcentrumteHasselt|NotavoordedienstMER| pagina1van3 RUP Godsheide-centrum te Hasselt | Nota voor de dienst MER | pagina 2 van 3 Nota opgemaakt door Bijlage: originele m.e.r-screening BUUR 23 september 2013

In bijlage - de lijst van de uitgenodigde instanties aangeleverd door de dienst MER; - de adviezen van de uitgenodigde instanties (verzoek te raadpleging); - het dossier m.e.r. screening met bijlagen zoals deze geadviseerd werd in het verzoek tot raadpleging;

BUUR | Nota betreffende de behandeling van de adviezen in kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage van het RUP Godsheide-centrum te Hasselt | Nota voor de dienst MER | pagina 3 van 3

RUIMTELIJKUITVOERINGSPLAN

GEMEENSCHAPSVOORZIENINGENGODSHEIDEteHasselt

m.e.rͲscreening–verzoektotraadpleging

SCRPL13121





juli2013







BUUR|Bureauvoorurbanismecvba Sluisstraat79/03.02,3000Leuven T016898550–F016898549 [email protected]–www.buur.be

 BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juli 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 3 / 30

1. Inleiding

1.1. Doel van de m.e.r.-screening

De overheid kan geen plan en/of programma dat kadervormend is voor het afleveren van vergunningen voor projecten - zoals het voorliggende RUP Godsheide - goedkeuren als er geen onderzoek is gebeurd naar de significante milieu-effecten. De vergunningverlenende overheid moet steeds kennis hebben van de te verwachten 1. Inleiding 5 milieu-effecten en de mogelijke milderende maatregelen. Er geldt enkel een plan-MER-plicht voor deze plannen en 1.1. Doel van de m.e.r.-screening ...... 5 programma’s die aanzienlijke en significante milieu-effecten met zich kunnen meebrengen. 1.2. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer en de opdrachthouder ...... 5 1.3. Beschrijving toepassingsgebied ...... 5 1.2. Inlichtingen en coördinaten van de initiatiefnemer en de opdrachthouder

2. Context 6 Initiatiefnemer

2.1. Bondige situering en doel van het RUP ...... 6 Stadsbestuur Hasselt | Groenplein 1 | 3500 Hasselt | 011 23 93 17 | Contactpersoon: Ruth Byloos | Architect- 2.2. De exponentiële groei van Godsheide ...... 7 stedenbouwkundige | [email protected] 2.3. Herlocalisatie van de school van Godsheide ...... 9 Opdrachthouder

3. Beschrijving van het programma, plan en mogelijke alternatieven 10 BUUR cvba | bureau voor urbanisme | www.buur.be | Projectleider masterplan: Frank Geunes, contactpersoon voor het RUP en de m.e.r-screening: Jo Decoster | Sluisstraat 79 / 03.02, 3000 Leuven | 016 89 85 50 | 3.1. Programma van het RUP ...... 10 [email protected], [email protected] 3.2. Beschrijving van het plan ...... 12 3.3. Mogelijke alternatieven ...... 16 1.3. Beschrijving toepassingsgebied 4. Onderzoek naar de significante milieu-effecten 17 Het RUP Godsheide is niet van ‘rechtswege’ plan-MER-plichtig omwille van volgende drie redenen: 4.1. Implicaties op de discipline bodem en grondwater ...... 17 1. Binnen het RUP worden geen projecten mogelijk gemaakt die behoren tot de in bijlage I en II van het project- 4.2. Implicaties op de discipline oppervlaktewater...... 18 m.e.r.-besluit 10/12/04 opgesomde projecten. 4.3. Implicaties op de disciplines landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie ...... 19 2. Het RUP vormt wel het kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in bijlage III 4.4. Implicaties op de discipline fauna en flora ...... 22 van het project-m.e.r.-besluit 10/12/04, namelijk voor een project vernoemd in rubriek 10 b) 4.5. Implicaties op de discipline mens en ruimte ...... 25 ‘stadsontwikkelingsprojecten’. Het RUP regelt echter het gebruik van een klein gebied op lokaal niveau en het 4.6. Implicaties op de discipline geluid en trillingen ...... 26 plan houdt een kleine wijziging in zoals bedoeld in de omzendbrief LNE/2007, en is dus screeningsplichtig. Het 4.7. Implicaties op de discipline lucht ...... 26 gebied zal in geen geval een uitstraling hebben van bovenlokaal belang. 4.8. Grensoverschrijdende effecten ...... 27 3. Het RUP Godsheide is geen plan of programma waarvoor een passende beoordeling vereist is zoals bepaald 4.9. Besluit waarom de opmaak van een plan-MER niet noodzakelijk wordt geacht ...... 27 door het artikel 36ter §3 van het natuurdecreet. 5. De watertoets 28 Omwille van bovenstaande motivering kan er besloten worden dat het RUP Godsheide van ‘rechtswege’ niet plan- MER-plichtig is, maar wel screeningsplichtig. Er moet met andere woorden een screening naar de mogelijke 5.1. Overstromingsgevoelige gebieden ...... 28 aanzienlijke milieu-effecten worden gevoerd. Naargelang het resultaat van deze screening wordt besloten of voor 5.2. Waterbeheerders ...... 28 het RUP al dan niet een plan-MER dient te worden opgemaakt:

5.3. Infiltratiegevoelige bodems ...... 29 - Indien er geen aanzienlijke milieu-effecten zijn: geen plan-MER-plicht; 5.4. Grondwaterstromingsgevoelige gebieden ...... 30 - Indien er wel aanzienlijke milieu-effecten kunnen worden aangetoond voor één of meerdere criteria: wel plan- 5.5. Winterbedkaart ...... 30 MER-plicht.

5.6. Hellingenkaart ...... 30 De criteria voor het opmaken van de m.e.r.-screening worden weergegeven in bijlage I van het DABM (Decreet 5.7. Erosiegevoelige gebieden...... 31 Algemeen Milieubeleid). Volgende effectengroepen of delen van effectengroepen ‘atmosfeer, klimaat, geur en 5.8. Conclusie van de watertoets ...... 31 gezondheid van de mens’ worden niet geëvalueerd omdat deze geen informatie zullen bijbrengen die relevant is voor het onderzoek naar de significante milieuproblemen betreffende het ‘RUP Godsheide ’.

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 4 / 30 BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 5 / 30 2. Context vernieuwen, en wil gebruik maken van deze vernieuwbouwoperatie om de school te herlocaliseren naar een nieuwe zone voor openbaar nut. De huidige locatie van de school ter hoogte van de Kleinstraat wordt te klein geacht en ligt bovendien in woonuitbreidingsgebied. De school is op zoek naar een nieuwe locatie op wandelafstand 2.1. Bondige situering en doel van het RUP van de huidige locatie om haar verbondenheid met de kern van Godsheide te vrijwaren. Met de opmaak van het RUP wenst de stad Hasselt op korte termijn de school van Godsheide de mogelijkheid te Godsheide is een landelijke woonkern, gelegen ten noordoosten van Hasselt-centrum. De kern bestaat uit twee geven zich te herlocaliseren en op middellange termijn ruimte te reserveren voor gemeenschapsvoorzieningen, om deelgebieden: Godsheide-centrum in het zuiden en Malpertuus in het noorden. Beide delen vormden zodoende de groei van de woonkern te ondersteunen. oorspronkelijk een ruimtelijk geheel, maar werden van elkaar gescheiden door de aanleg van het Albertkanaal. Sindsdien is Malpertuus geëvolueerd tot een monofunctionele residentiële wijk met een lage woondichtheid (ongeveer 5 wo/ha), langs de Genkersteenweg. Godsheide-centrum is tot op vandaag een landelijke woonkern gebleven met een beperkt voorzieningenniveau.

Malpertuus

│ Foto-impressies van het gebied tussen de Kiezelstraat en de Platte Vijversstraat (Brugbemdenstraat) Godsheide-centrum │ Stad Hasselt

2.2. De exponentiële groei van Godsheide

Het gewestplan Hasselt-Genk (KB 03-04-1979) bestemt grote delen van Godsheide-centrum en Malpertuus als

woonuitbreidingsgebied. Op basis van de woonbehoeftestudie van de stad Hasselt voor de periode tot 2012 │ Situering van Godsheide-centrum en Malpertuus ten opzichte van Hasselt (principieel goedgekeurd door de bestendige deputatie van de provincie Limburg op 16-10-2003), werd 37 ha woonuitbreidingsgebied vrijgegeven. Deze woonuitbreidingsgebieden zijn opgenomen in de Woonatlas van de De woonkern van Godsheide zal de komende jaren echter exponentieel groeien. Deze groei is te wijten aan de Vlaamse overheid. In het RUP voor de afbakening van het regionaalstedelijk gebied Hasselt-Genk (momenteel in invulling van een groot aantal woonuitbreidingsgebieden (WUG’s) te Godsheide, en dit zowel op de korte als opmaak) worden deze woonuitbreidingsgebieden herbevestigd als aan te snijden woongebieden. middellange termijn. De groei van Godsheide dient geduid te worden vanuit de behoefte van het stedelijk gebied Hasselt (zie infra bij de beschrijving van de effecten op mens en ruimte). Voorafgaand de beslissing voor het Met de voorgestelde richtdichtheden uit de woonbehoeftestudie (tussen de 10 en 25 wo/ha, afhankelijk van het aansnijden van de WUG’s, werd een structuurschets opgemaakt voor de woonkern van Godsheide en omliggende woonuitbreidingsgebied), komt dit neer op een bijkomend woonaanbod van 464 woningen. Voor heel Godsheide woonuitbreidingsgebieden. Op basis van deze structuurschets werden de doelstellingen afgetoetst met het hoger betekent dit bijna een verdubbeling van het aantal woningen (zie bijhorende staafdiagram). beleidskader en werden de WUG’s aangeduid die op korte termijn aangesneden worden. Voor deze WUG’s worden Met het oog op de toekomstige uitbreiding van het woonaanbod, wenst de stad Hasselt in Godsheide-centrum vandaag de verkavelingsplannen opgemaakt. ruimte te vrijwaren voor gemeenschapsvoorzieningen. Zodoende kan op middellange termijn de woonkwaliteit Door de te verwachten forse bevolkingstoename van Godsheide, en dit zowel korte als middellange termijn, is het gegarandeerd blijven, en de kern evenwichtig uitgebouwd worden. In het gewestplan is er echter onvoldoende belangrijk dat de noodzakelijke gemeenschapsvoorzieningen (zoals onderwijs, ouderenzorg, sport- en ruimte bestemd voor gemeenschapsvoorzieningen in Godsheide. De stad Hasselt wil met dit RUP de nodige ruimte spelvoorzieningen, zorgvoorzieningen ed.) van de woonkern gestaag meegroeien. Met voorliggend RUP wenst de voor gemeenschapsvoorzieningen juridisch vastleggen (middellange termijn). stad Hasselt de ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen juridisch vast te leggen, om zo op termijn de kern van

Godsheide evenwichtig uit te kunnen bouwen, en bijgevolg de woonkwaliteit te kunnen vrijwaren.

Naast het gestaag mee laten groeien van de gemeenschapsvoorzieningen op maat van de voorziene bevolkingstoename, heeft het voorliggend RUP eveneens tot doel om in een nieuwe locatie te voorzien voor de kleuter- en lagere school van Godsheide. Deze school heeft op korte termijn plannen om haar infrastructuur te

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 6 / 30 BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 7 / 30 2.3. Herlocalisatie van de school van Godsheide

De kleuter- en lagere school van Godsheide ligt momenteel langs de Kleinstraat, gedeeltelijk in woongebied en gedeeltelijk in woonuitbreidingsgebied. De school heeft een driehonderdtal leerlingen, een verouderde infrastructuur en een prangend ruimtetekort. Op korte termijn wenst de school haar infrastructuur te vernieuwen. Voor deze werkzaamheden diende de school enkele jaren geleden al een subsidie-aanvraag in bij AGION.

De school overweegt om haar huidige locatie te verlaten, en zich te vestigen in de toekomstige zone voor openbaar nut. Op deze nieuwe locatie ligt de school dichter bij een aantal voorzieningen waar ze nu al gebruik van maakt (sportvelden en parochiezaal), en kan een betere ontsluiting gerealiseerd worden. Het woonuitbreidingsgebied aan de Kleinstraat zal op termijn immers als woonwijk ontwikkeld worden (een ontwikkelaar is momenteel bezig met de opmaak van een verkavelingsplan), en de ontsluiting van de school zou een zware hypotheek leggen op de woonkwaliteit van het binnengebied. Als de school op termijn zou moeten groeien (als gevolg van de bevolkingstoename van Godsheide) biedt de huidige locatie ook geen mogelijkheden. Om deze herlocalisatie te kunnen realiseren, zal de school haar subsidiedossier voor AGION moeten herzien. Om de timing van dit subsidiedossier te kunnen respecteren, zou het juridisch kader (RUP) begin 2015 goedgekeurd moeten zijn.

│ Uittreksel uit de woonatlas van de Vlaamse Overheid

│ Figuur. schoolgebouw in het binnengebied │ Figuur. schoolgebouw aan de straatzijde Kleinstraat

│ Aanduiding van het plangebied te Godsheide op het gewestplan met aanduiding van de omliggende WUG’s

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 8 / 30 BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 9 / 30 3. Beschrijving van het programma, plan en mogelijke alternatieven Momenteel worden gesprekken gevoerd tussen de stad Hasselt en Tevona vzw om een geschikte locatie in de kern van Godsheide te kunnen aanduiden.

- 2. centraal in het gebied tussen de Kiezelstraat en het bestaande recreatiegebied van Koninklijke 3.1. Programma van het RUP Godsheide V.V. In dit terugvalscenario kan de school volledig gerealiseerd worden op eigendommen van de stad Hasselt. Nadeel van dit scenario is dat de school zal voorkomen achter het bebouwde lint van de Voorafgaand aan het RUP werden verschillende inrichtingsplannen opgemaakt voor het gebied van de Kiezelstraat,hetgeen minder interessant is voor de zichtbaarheid en uitstraling van de school. gemeenschapsvoorzieningen. Deze inrichtingsschetsen leggen de ambitie en de stedenbouwkundige krijtlijnen vast voor de concrete inrichting van het gebied. Het RUP dient het planologisch kader aan te reiken om de concrete a Ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen op de middellange termijn. Gezien de voorziene groei van de inrichting mogelijk te maken. Onderstaand vindt U de inrichtingsschets terug voor de ontwikkeling van het gebied woonkern Godsheide (mogelijke verdubbeling van het aantal inwoners tegenover het huidige woonaanbod – zie op langere termijn. infra) dienen de gemeenschapsvoorzieningen gestaag maat te houden. Het programma van de gemeenschapsvoorzieningen op de middellange termijn werd vandaag nog niet gedefinieerd, maar er kan Albertkanaal gedacht worden aan:

Platte Vijversstraat - cultureel centrum, openbare culturele voorzieningen : zoals bibliotheek, theater, enz...; - wijkkantoor van de politie;

recreatie Godsheide - openbare sport- en spelinfrastructuur; - lokale onderwijsinstellingen; - sociale voorzieningen zoals kinderkribben, bejaardenzorg, rusthuizen, dienstencentra, enz...; Brugbemdenstraat begraafplaats Een belangrijk randvoorwaarde voor het aanduiden van deze ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen bestaat eruit dat deze aansluiten met het ‘kerngebied’ van Godsheide (Kiezelstraat en Platte Vijversstraat). Een medisch pedagogisch instituut Bethanië opportuniteit bestaat erin de gemeenschapsvoorzieningen te voorzien op de bestaande stadseigendommen.

Kleinstraat a Behoud van de ‘open ruimtecorridor’ tussen Godsheide en de stad Hasselt. Bij de opmaak van het gewestplan dd. 03-04-1979 werd er tussen de landelijke kern van Godsheide en de stad Hasselt een ‘open ruimtecorridor’ in getekend. Door deze ‘open ruimtecorridor’ werd vermeden dat Hasselt overvloeit in het woongebied van Oude Miserikbeeek Godsheide en het dorp haar lokaal karakter zou verliezen. De open ruimtecorridor komt voor vanaf het gebied met de Grenslandhallen en loopt over het Albertkanaal verder in het Vijvergebied van Midden-Limburg en de Mizerikstraat bosgebieden van Bokrijk en Genk. Tussen Godsheide en Hasselt bestaat deze ‘open ruimtecorridor’ uit de Hasseltse golfclub, het groene domein van het medisch pedagogisch instituut Bethanië, het bestaande golf Kiezelstraat recreatiegebied van Koninklijke Godsheide V.V. en een aantal agrarische restruimtes. Demer a Lokale parkstructuren en polyvalente open ruimtes. De woonomgevingen van Godsheide kennen een

│ Inrichtingsschets voor de site met gemeenschapsvoorzieningen (met aanduiding van ruimte voor gemeenschapsvoorzieningen uitgesproken open en groen karakter. Het aanduiden van lokale parkstructuren in het plangebied wordt als op middellange termijn) – variant met de school aan de Kiezelstraat programma-element naar voren geschoven om dit open en groene karakter te vrijwaren. De parkstructuren dienen een gelaagde overgang te realiseren tussen het bestaand woongebied van Godsheide, de Volgend programma voor het RUP Godsheide wordt naar voren geschoven: gemeenschapsvoorzieningen en de voorgenoemde ‘open ruimtecorridor’. Een parkstructuur centraal in het a Ruimte voor een nieuwe school op korte termijn. De kleuter- en lagere school van Godsheide wordt ingeplant plangebied wordt zodanig ingericht dat een polyvalent gebruik mogelijk wordt (bvb. organisatie van lokale op wandelafstand van de huidige locatie (ca. 200 meter). De leeromgeving wordt geconcipieerd als een ‘open evenementen, speel-en ravotweide voor de school /het jeugdhuis/ouderenvereniging/Bethanië…). school’, waarbij maximaal gestreefd word naar dubbel gebruik van functies (zoals, sportzaal, klasruimtes, a Bereikbaarheid en toegankelijkheid. De zones voor gemeenschapsvoorzieningen dienen vrij en gemakkelijk trapveldjes…). In het RUP worden twee inplantingsmogelijkheden opengehouden voor de school: toegankelijk te zijn voor het publiek. De lokale parkstructu(u)r(en) moet ook uitnodigen om ontdekt te worden. - 1. ter hoogte van de Kiezelstraat, waarbij de bestaande gemeenschapsvoorzieningen (zoals jeugdhuis, In alle richtingen wordt een netwerk voorzien met trage wegen voor het zachte verkeer. Deze trage wegen kerk, pastorij, parochiezaal en begraafplaats) worden aangevuld met de school. In dit voorkeurscenario garanderen de doorwaadbaarheid van het gebied en snelle verbindingen voor fietsers en wandelaars. krijgt de school een representatieve ontvangst- en ontmoetingsruimte aan de Kiezelstraat (hoofdstraat Verbindingen voor het autoverkeer worden beperkt tot het ontsluiten van de gemeenschapsvoorzieningen. Een van Godsheide). De uitvoering van dit scenario is afhankelijk van het verwerven van een perceel aan de doorgaande autoverbinding tussen de Platte Vijversstraat en Kiezelstraat of een verbinding de Platte Kiezelstraat dat eigendom is van Tevona vzw. Tevona vzw is een tehuis die opvang en begeleiding biedt Vijversstraat en de Vissenbroekstraat kan niet worden gerealiseerd (geen doorgaand verkeer mogelijk). Het aan volwassen personen met een verstandelijke beperking (zelfstandig wonen). Dit tehuis kampt net autoverkeer dient opgevangen worden in een aantal kleinere parkeerpockets. zoals de school met ruimtetekort. De opportuniteit bestaat om Tevona te herlocaliseren in het woongebied (bvb. op de huidige locatie van de school). De vzw is vragende partij om de zelfstandige Het weggedeelte van de Vissenbroekstraat tussen de Kiezelstraat en het domein van het medisch pedagogisch woonvormen te mixen met het regulier wonen, om sociale isolatie van haar bewoners te vermijden. instituut Bethanië kan omwille van zijn beperkt profiel ingekleurd worden voor het zachte verkeer.

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 10 / 30 BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 11 / 30 3.2. Beschrijving van het plan Het schetsontwerp RUP werd afgebakend volgens de begrenzing van het agrarische gebied zoals aangeduid door gewestplan , de rooilijnplannen van de Kiezelstraat en de Platte Vijversstraat en het BPA nr. 14 vel 5 (grondgebied 3.2.1 Schetsontwerp grafisch plan tussen de Gouverneur Verwilghensingel, de Sasstraat, het Albertkanaal, de ontworpen A12 en de Universiteitslaan).

3.2.2 Voorzorgsmaatregelen

Tijdens het onderzoek naar de significante milieueffecten (zie infra bij de behandeling van de disciplines) kunnen proactief aan aantal voorzorgsmaatregelen in het RUP ingebouwd worden. De milderende of flankerende maatregelen kunnen bestaan uit:

a Het hemelwater komende van bebouwing dient verplicht te worden opgevangen, passend gebufferd en verplicht hergebruikt (inrichting wateropvang) te worden. Hierbij geldt het principe van opvangen en vasthouden van het hemelwater, infiltreren en indien nodig geleidelijk vrijgeven aan de omliggende waterlopen (Borgravebeek, Oude Miserikbeek en Oude Demer). De aanleg van een gescheiden rioleringsstelsel voor de afvoer van het grijs of zwart water en de aansluiting hierop is verplicht.

a In het noordelijk deel van het gebied komt de Borgravebeek voor. Deze waterloop dient in de gebieden voor wonen en het parkgebied voor te komen in een open bedding. Ter hoogte van de Platte Vijversstraat kan deze ingebuisd worden om de wegenis te kruisen. In een open bedding dient de beek met haar watergang, oevers en droge omgevingen natuurlijk ingericht en beheerd te worden. Het lozen van hemelwater vrij van elke verontreiniging op de waterloop is toegelaten mits een maximaal lozingsdebiet van 5l/sec per ha verharde oppervlakte.

De waterloop dient begeleid te worden door streekeigen en inheems laag- en hoogstammig groen. In de parkzone worden plaatselijke verbredingen en plas- en drasbermen voorzien met als bedoeling de ecologisch- landschappelijke waarde van het gebied en de biodiversiteit te verhogen.

a In functie van de fasering van de zone voor gemeenschapsvoorzieningen wordt beheerslandbouw voorzien als nevenbestemming. In de parkstrip worden beheerslandbouw, natuur- en waterbeheer voorzien als ondersteunende nevenfuncties in functie van het parkbeheer.

a Verhardingen dienen te worden uitgevoerd in waterdoorlatende materialen tenzij afwatering en opvang en infiltratie in de naastliggende zones mogelijk is. Met uitzondering van de gebieden bestemd voor wonen en gemeenschapsvoorzieningen zijn permanente parkeerplaatsen enkel toegelaten in de grafisch aangeduide parkeerpockets. Verhardingen in de bestemming parkgebied worden beperkt tot het strikt noodzakelijke.

a Met uitzonering van de woongebieden dient de samenstelling van het plantenmateriaal (bomen, heesters en hagen) te gebeuren op basis van streekeigen en inheemse plantensoorten, al dan niet in combinatie met streekeigen cultuurgewassen.

a Bij het beheer en de inrichting van de zones voor gemeenschapsvoorzieningen, het parkgebied en de parkstrip dient er rekening te worden gehouden met het harmonisch park- en natuurbeheer, een natuurtechnische inrichting en een gedifferentieerd maaibeheer om zo de ecologische en landschappelijke waarde van het gebied te verhogen.

a In de parkstrip met letteraanduiding ‘g’ en recreatiestrip kunnen evenementen, zoals een lokaal muziekfestival, Vlaamse kermis, wijk- en buurtfeest… georganiseerd worden. Het is aan te raden om eventuele geluidsbronnen te richten naar zuid en/of westelijke richting (weg van de Kiezelstraat en de Platte Vijverstraat).

a De parkstrip kan niet geprivatiseerd worden. Het voorzien van afsluitingen, hekjes of andere obstakels met als doel de zones of delen van de zone af te sluiten worden m.a.w. niet toegelaten. In de parkstrip dient de beslotenheid en sereniteit van de begraafplaats gevrijwaard te worden.

a Het bouwkundig erfgoed wordt op de schetsontwerp RUP aangeduid met de doelstelling dit erfgoed zowel aan de buitenzijde als aan het interieur in hun huidige vormgeving te bewaren (zoals op het grafisch plan voorzien

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 12 / 30 BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 13 / 30 met het symbool ). De karakteristieke elementen en het silhouet van de aanwezige bebouwing dienen In het schetsontwerp RUP wordt de zone voor gemeenschapsvoorzieningen bestemd voor bebouwing, constructies bewaard te worden volgens de regelgeving van het Agentschap onroerend erfgoed. Het gaat om volgende en voorzieningen voor gemeenschapsvoorzieningen met inbegrip van groene ruimtes, ontsluitingen, openbare erfgoed elementen: wegenis en toegangen. De gemeenschapsvoorzieningen kunnen bestaan uit functies zoals lokale onderwijsinstellingen, cultureel centrum, openbare culturele voorzieningen, wijkkantoor, sociale voorzieningen - Het Spaans Huis (beschermd dorpsgezicht bij MB 12/01/1987 -‘Spaans Huis-bestaande uit woonhuis, zoals kinderkribben, bejaardenzorg, rusthuizen, dienstencentra…, groene ruimtes en pleinzones (…). dwarsschuur met stalling en onmiddellijke omgeving) - Kiezelstraat 70-72; - Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw-Bezoeking; Op het schetsontwerp grafisch plan worden twee zones aangeduid in functie van de korte termijnbehoefte van de - Neoclassicistische pastorie - Kiezelstraat 132; kleuter- en lagere school van Godsheide. De locatie van het beschreven voorkeursscenario wordt aangeduid op het - Langgestrekte vakwerkhoeve - Platte-Vijversstraat 8; grafisch plan door de letter c. De inplantingsmogelijkheid van het terugvalscenario voor de school wordt voorzien ter hoogte van de letteraanduiding ‘d’. De buitenaanleg van het Spaans Huis wordt eveneens aangeduid als erfgoed. De inrichting dient te gebeuren in hoogwaardige materialen en in overeenstemming met de historische context. Op middellange termijn worden de bestemmingszone met letteraanduiding ‘e’ en de niet-weerhouden zone voor de school eveneens aangeduid voor gemeenschapsvoorzieningen. Over een exact programma of de timing voor de 3.2.3 Randvoorwaarden van de stedenbouwkundige voorschriften realisatie van deze voorzieningen bestaan nog geen concrete uitspraken. Er wordt voornamelijk gedacht aan voorzieningen voor ouderen en buurtfuncties (RVT, serviceflats, begeleid wonen, polyvalente zaal,..). De zones woonzone kunnen aangesneden worden naargelang de op stapel zijnde woonprojecten gerealiseerd zullen worden (WUG’s).

In het schetsontwerp RUP wordt de bestemming van de bestaande woonranden van de Kiezelstraat en Platte De stedenbouwkundige inrichting van de zones worden voorzien als campusmodel, waarbij het globale open ruimte Vijversstraat bestendigd zoals aangeduid door het vigerende gewestplan. De bestaande aanwezige niet-vervallen karakter richtinggevend is voor de uiteindelijke lay-out van de zones. verkavelingen worden door het RUP niet opgeheven. De aanwezige gemeenschapsvoorzieningen zoals de kerk met begraafplaats, het jeugdhuis, parochiehuis worden in hun gemeenschapskarakter bestendigd binnen de woonzone. parkstrip

De woonzone wordt in het schetsontwerp RUP bestemd voor wonen en gemeenschapsvoorzieningen met inbegrip De parkstrip wordt ingericht in functie van landschapszone met publiek karakter en gericht op de van aanhorigheden, tuinen, parkings, toegangen en ontsluitingen. Langs de Kiezelstraat worden kleinschalige gemeenschapsvoorzieningen. De bestaande begraafplaats, pastorietuin en de buitenruimte van het jeugdhuis kleinhandelsfuncties voorzien, met wonen boven winkels, en dit vanaf de Miezerikstraat tot aan de Platte maken eveneens onderdeel uit van de parkstrip (bestemmingszone met letteraanduiding ‘f’). Vijversstraat (nadruk op kernversterking). Een grotere zone bestemd als parkstrip wordt centraal het gebied ingekleurd en heeft en belangrijke publieke aantrekkingskracht. Deze zone vormt het overgangsgebied of de uitloopzone tussen de gemengde zone - wonen en gemeenschapsvoorzieningen gemeenschapsvoorzieningen en de aangeduide recreatiestrip. In deze zone wordt kleinschalige bebouwing voorzien De gemengde zone - wonen en gemeenschapsvoorzieningen wordt in het schetsontwerp RUP voorzien ter hoogte in functie van de gemeenschapsvoorzieningen zoals abri’s, fietsenstallingen, parkpaviljoen, enz. Het organiseren van van het perceel Tevona (met letteraanduiding ‘b’ - aan de Kiezelstraat) en ter hoogte van het zuidelijke woonzone tijdelijke evenementen zoals een muziekfestival, het circus, culturele organisaties wordt in de zone eveneens van de Platte Vijversstraat (met letteraanduiding ‘a’). In deze gemengde zone wordt zowel de bestemming wonen mogelijk gemaakt. als zuivere gemeenschapsvoorzieningen toegelaten. parkgebied De motivatie om de agrarische gebieden ter hoogte van Platte Vijversstraat in het schetsontwerp te bestemmen met een dubbele bestemming wonen en gemeenschapsvoorzieningen bestaat eruit dat deze gebieden deel kunnen De parkgebieden zijn bestemd voor de instandhouding en ontwikkeling van hun natuurlijke en landschappelijke uitmaken van de cluster met zuivere gemeenschapsvoorzieningen (bvb. bejaardenzorg, RVT of andere zelfstandige waarde. In de zone voor parkgebied worden beheerslandbouw, bos en waterbeheer voorzien als ondersteunende woonvormen voor ouderen,…). Het is eveneens te verantwoorden dat in dit achterliggende gebied een nevenfuncties en in functie van het landschapsbeheer. Laagdynamische recreatievormen zoals wandelen en fietsen gemeenschappelijk woonproject gerealiseerd wordt. Dit gebied is voldoende groot (ca. 1 ha) en kan voor het worden in het parkgebied voorzien. autoverkeer ontsloten worden via de Platte Vijversstraat. In het schetsontwerp RUP wordt twee zonevreemde woningen aangeduid (met grafische overdruk ). Deze Omwille van de versnipperde perceelstructuur en de noodzaak van één (gemeenschappelijke) ontwikkelingsvisie zonevreemde woningen kunnen zich verder ontwikkelen volgens de bepalingen van de VCRO. voor het gebied, wordt in het schetsontwerp RUP deze zone, samen met een deel van de woonzone, aangeduid als projectzone (met grafische aanduiding ). De aanduiding als projectzone bepaalt dat er een ontwikkeling dient recreatiestrip plaats te vinden volgens gemeenschappelijk plan of concept. Hierbij wordt de nadruk voornamelijk gelegd op een De recreatiestrip wordt bestemd voor sport- en spelvoorzieningen zoals voetbalvelden en andere outdoor gemeenschappelijke ontsluiting voor het autoverkeer naar de Platte Vijversstraat. faciliteiten met bijhorende bebouwing en verhardingen. In de recreatiestrip is het open en groen karakter Het perceel met letteraanduiding ‘b’ zoals aangeduid op het grafisch plan kan met zijn dubbele bestemming richtinggevend voor de inrichting. Er wordt een maximale bebouwings- en verhardingscoëfficiënt voorzien van 25%. ingericht worden in functie van de nieuwe school. Om dit mogelijk te maken, worden er gesprekken gehouden met De overige delen van het gebied kunnen niet verhard noch bebouwd worden. De bebouwing wordt voorzien in de huidige eigenaar Tevona vzw en de stad Hasselt. Het perceel behoudt echter zijn bestaande bestemming volgens functie van kleedkamers, clubruimte met kantine, ‘dug-outs’ enz. het gewestplan (wonen) om niets te hypothekeren of te bruuskeren. De bestaande bomengroepen dienen gevrijwaard en/of gecompenseerd te worden binnen de bestemmingszone volgens de richtlijnen van het Agentschap Natuur en Bos. zone voor gemeenschapsvoorzieningen

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 14 / 30 BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 15 / 30 De recreatiestrip wordt ontsloten langs de Platte Vijversstraat. Aansluitend aan deze wegenis wordt een 4. Onderzoek naar de significante milieu-effecten parkeerpocket voorzien. Het onderzoek naar de significante milieu-effecten wordt steeds gereflecteerd op de volgende drie deelgebieden: openbare wegenis 1 Zone Borgravebeek. Dit gebied grenzend aan het Albertkanaal bestaat uit een bijna volledig gerealiseerd De openbare wegenis bestemt de bestaande wegenis van Platte Vijversstraat en de toegangen tot het binnengebied woongebied met achterliggend groenzone. In de groenzone komt de niet-gecategoriseerde Borgravebeek voor. met de gemeenschapsvoorzieningen. Langs de Platte Vijversstraat bevinden zich twee zonevreemde woningen (agrarisch gebied).

2 De gemeenschapscluster. Het grootste deel van het gebied wordt gereserveerd voor de ontsluitingen voor zacht verkeer (fietsers en voetgangers) gemeenschapsvoorzieningen (inclusief recreatie- en parkstrip). Dit gebied herbergt vandaag de begraafplaats, een De ontsluitingen voor het zacht verkeer duiden in het gebied de belangrijkste ontsluitingen aan voor voetgangers en aantal voetbalvelden aan de Platte Vijversstraat, enkele achtertuinen en een aantal percelen met een huidig fietsers. Deze doorwaadbaarheid van het gebied is een belangrijk programma-element om de sociale controle en agrarisch gebruik. Ter hoogte van de Vissenbroekstraat komt een kleiner perceel voor met hooghout. het lokale karakter te versterken. 3 Zone Vissenbroekstraat. Deze zone omvat de woonbebouwing van de Kiezelstraat met een aantal diepere De Vissenbroekstraat werd ter hoogte van de Kiezelstraat reeds geknipt voor het doorgaand verkeer, en is dus tuinpercelen en kleinere perceeldelen met landbouwgewassen. (omwille van het zeer smalle profiel) reeds ingericht voor fietsers en voetgangers.

4.1. Implicaties op de discipline bodem en grondwater 3.3. Mogelijke alternatieven 4.1.1 Beschrijving referentiesituatie 3.3.1 Het nulalternatief Overeenkomstig de bodemkaart wordt het gebied met gemeenschapsvoorzieningen gekenmerkt door matig droge Het nulalternatief bestaat uit het niet-realiseren van de zones voor gemeenschapsvoorzieningen en het behouden tot matig natte zandbodems, met uitzondering van de woonbebouwing aan de Kiezelstraat die door de bodemkaart van de geïsoleerde bestemming agrarisch gebied zoals aangeduid op het vigerende gewestplan. Dit betekent dat er aangeduid worden als antropogene of bebouwde zone. De terreinen van de golfclub worden omschreven als natte voor de kleuter- en lagere school van Godsheide een andere locatie zal gezocht moeten worden en dat ook de lichte zandleembodem met een kern van gleyige kleibodem, doch situeren zich volledig ten zuiden van het gemeenschapsvoorzieningen op de middellange termijn niet in het binnengebied gerealiseerd kunnen worden. Het projectgebied. Het gebied bestaat hoofdzakelijk uit matig natte bodems. aanduiden van locatie alternatieven voor zowel de korte als middellange behoefte aan gemeenschapsvoorzieningen zal waarschijnlijk buiten de kern van Godsheide moeten plaatsvinden (gezien de reservatie van de WUG’s voor

wonen). 1 1

3.3.2 Motivatie van de huidige locatie voor de gemeenschapsvoorziningen

Als locatie voor de zone voor openbaar nut achter de kerk van Godsheide wordt doelbewust gekozen, en wel om de 2 2 volgende redenen :

a Het gebied is vandaag ingekleurd als landbouwzone. Ten opzichte van andere landbouwgebieden in Hasselt ligt

het geïsoleerd en heeft het een beperkte oppervlakte (niet opgenomen als HAG-gebied); 3 3 a Het gebied sluit aan op de historische kern van Godsheide;

a In en rond het gebied komen reeds een aantal gemeenschapsvoorzieningen voor zoals de kerk, het kerkhof, het parochiecentrum, de sportvelden van de lokale voetbalvereniging, het medisch pedagogisch instituut Bebouwde zones Onbepaald Bethanië, het Tehuis voor Nazorg (Tevona). De bouwaanvraag voor een nieuw jeugdhuis aansluitend op het Matig natte zandbodem Matig droge zones gebied werd recentelijk goedgekeurd. Een aantal van deze voorzieningen liggen vandaag wat geïsoleerd Matig droge zandbodem Matig natte zones Natte lemige zandbodem (Bethanië) of zijn zonevreemd (voetbalterreinen). Met de bestemmingswijziging kan een performantere en Natte zones Natte lichte zandleembodem meer samenhangende voorzieningencluster uitgebouwd worden. Sterk gleyige kleibodem a De stad Hasselt heeft grote delen van het gebied in eigendom, waardoor de stad een sturend beleid kan │ Uittreksel bodemkaart (AGIV 2013) │ Uittreksel uit de drainagekaart (AGIV 2013) voeren ten aanzien van de uitbouw van gemeenschapsvoorzieningen in Godsheide. Uit de verklarende tekst van de bodemkaart bij het kaartblad Hasselt 77E blijkt dat de relatief laag gelegen depressies en de beekvalleien onder invloed staat vaneen permanente grondwatertafel en dit op minder dan 2-3 meter diepte. De grondwatertafel stijgt in de winter en bereikt in het voorjaar haar hoogste punt. De gemeenschapscluster (inclusief de recreatiestrip) bevindt zich op een licht verhoogde positie tussen de Borgravebeek en de Oude Miserikbeek/Oude Demer. De bijhorende figuur uit de verklarende tekst van de bodemkaart bij het kaartblad Hasselt 77E (1975) illustreert dit.

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 16 / 30 BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 17 / 30 Uit de literatuur leren we dat in de zones 1. Borgravebeek en 3. Vissenbroekstraat het grondwater stijgt tot 40 cm onder het maaiveld. De bodems van de gemeenschapscluster (inclusief recreatiestrip) zijn nat in de winterperiode. 1 1 gemeenschapscluster

2 2

3 3

–– Centraal gebied Niet geklasseerd │ Uittreksel uit de verklarende tekst van de bodemkaart bij het kaartblad Hasselt 77E (1975) met aanduiding van de permanente Collectief te optimaliseren buitengebied 1ste categorie (onbevaarbaar) grondwatertafel Individueel te optimaliseren buitengebied 2de categorie (onbevaarbaar)

4.1.2 Beschrijving van de effecten │ Uittreksel uit de zoneringsplannen (VMM - 2013) │ Uittreksel uit de Vlaamse Hydrografische Atlas met aanduiding van de Molenbeek (AGIV - 2013) Er kan besloten worden dat de zandgronden van het projectgebied matig gevoelig zijn voor verdichting door bedekking en betreding en dit voornamelijk in de winterperiodes en het voorjaar. Het is aan te raden dat bij de ontwikkeling van de gemeenschapscluster (inclusief recreatiestrip) voldoende afwateringsgrachten of greppels 4.2.3 Beschrijving van de effecten

voorzien worden om de verdichting door bedekking en betreding van de bodem te milderen. Het voorzien van een De stedenbouwkundige voorschriften verplichten dat het hemelwater van de bebouwing binnen de contouren van landschappelijke vormgeving van het gebied met afwateringsgrachten of greppels zal bindend worden opgelegd in het RUP wordt opgevangen, passend gebufferd en verplicht herbruikt wordt. De aanleg van een gescheiden de stedenbouwkundige voorschriften. Deze grachten kunnen hun afwatering krijgen naar de omliggende rioleringsstelsel en de aansluiting hierop is verplicht. waterlopen (Borgravebeek, Oude Miserikbeek en Oude Demer) of in een retentiezone in het gebied. De aanleg van de afwateringsgrachten of greppels kan de ecologische waarde en de biodiversiteit in het gebied gevoelig verhogen. De Borgravebeek zal bestemd worden in zones voor openbare wegenis (Platte Vijversstraat), het woongebied en een zone voor parkgebied. De stedenbouwkundige voorschriften zullen bepalen dat de waterloop, wanneer deze deel uit maakt van een wegzate, behouden of ingericht dient te worden als een baangracht met open bedding. Het 4.2. Implicaties op de discipline oppervlaktewater instandhouden of verplaatsen van de inbuizing dwars op de rijrichting is steeds mogelijk; inbuizingen parallel met de rijrichting niet. De Borgravebeek dient in de gebieden voor wonen en het parkgebied voor te komen in een open In deze beschrijving wordt eveneens verwezen naar de watertoets – hoofdstuk 5. bedding.

4.2.2 Beschrijving van de referentiesituatie In een open bedding dient de Borgravebeek met haar watergang, oevers en droge omgevingen natuurlijk ingericht en beheerd te worden. Het lozen van hemelwater vrij van elke verontreiniging op de waterloop is toegelaten mits Het plangebied bevindt zich centraal in het Demerbekken en meer bepaald in het deelbekken Midden Demer. In het een maximaal lozingsdebiet van 5l/sec per ha verharde oppervlakte. gebied komt de Borgravebeek voor, die door de Vlaamse Hydrografische Atlas aangeduid wordt als een niet Na evaluatie van de watertoets mag worden geoordeeld dat m.b.t. de discipline oppervlaktewater het RUP geen geklasseerde waterloop (VHAG-code 7675 – beheerd door de stad). In de omgeving van het plangebied komen significante effecten zal hebben. volgende waterlopen voor:

- onmiddellijk ten noorden van het projectgebied situeert zich het Albertkanaal (bevaarbaar – categorie 0 – 4.3. Implicaties op de disciplines landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie VHAG-code 4), beheerd door NV De Scheepvaart; - ten zuiden van het projectgebied bevindt zich de Demer (1ste categorie – VHAG-code 7151), in beheer van de 3.3.1 Beschrijving van de referentiesituatie a.h.v. de atlas der buurtwegen Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) – afdeling Operationeel Waterbeheer Hasselt; - de Oude Miserikbeek, onmiddellijk ten zuiden van het projectgebied, betreft een waterloop van 2de categorie De Atlas van de Buurtwegen werd opgesteld naar aanleiding van de wet van 10 april 1841 en vormen een inventaris (VHAG-code 7591), en wordt beheerd door de provincie Limburg. van alle wegen die van belang waren voor het lokaal verkeer. Die wegen waren bedoeld voor doelgericht verkeer naar het dorp, de kerk, de weide, het veld. Op deze atlas worden de Kiezelstraat en Platte Vijverstraat reeds Inzake de behandeling van het afvalwater geven de zoneringsplannen, opgemaakt door de Vlaamse aangeduid. Milieumaatschappij, aan dat de Kiezelstraat en Platte Vijversstraat voorkomen in ‘centraal gebied’. Dit betekent dat er in deze wegenis en de omliggende woonstraten een afvalwaterriolering aanwezig is, die verbonden is met één of Op deze kaart is ook de oudste bebouwing terug te vinden van Godsheide, zoals het Spaans Huis, de kerk (?) en de meerdere operationele waterzuiveringsinstallatie(s). In dit centrale gebied moet het afvalwater verplicht pastorijwoning(?). Ook de oorspronkelijke bebouwing van het medisch pedagogisch instituut Bethanië en de aangesloten worden op het afvalwaterriool (de zgn. aansluitingsplicht). voormalige hoeve aan de Vissenbroekstraat kunnen herkend worden (beide buiten de contour van het RUP).

Het projectgebied bevindt zich niet in een beschermingszone voor waterwinning of waterwingebieden.

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 18 / 30 BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 19 / 30 Noemenswaardig is het ontbreken van het Albertkanaal en de verbondenheid tussen Godsheide-centrum en 3.3.3 Beschrijving van de referentiesituatie a.h.v. de beschermde landschappen, dorpsgezichten en monumenten Malpertuus. Het bovenvermelde Spaans Huis werd zowel beschermd als monument als dorpsgezicht, overeenkomstig het MB 12 januari 1987. De bescherming als monument, om reden van artistieke (architectuurhistorische) en documentaire waarde, betreft het woonhuis en de dwarsschuur met stalling (gelegen in de Kiezelstraat 100). Omwille van de historische en artistieke waarde impliceert de bescherming als dorpsgezicht tevens de onmiddellijke omgeving.

1 1 1

2

2 2

3 Uittreksel uit de atlas der buurwegen (provincie Limburg 2013) 3 3

3.3.2 Beschrijving van de referentiesituatie a.h.v. de Vlaamse landschapsatlas

Ankerplaatsen zijn wetenschappelijk in kaart gebracht, geselecteerd en beschreven in de Landschapsatlas. Het zijn │ Kaart met aanduiding van beschermd erfgoed (AGIV - 2013) │ Aanduiding relicten uit Inventaris Bouwkundig Erfgoed (Onroerend erfgoed - 2013) de meest waardevolle landschappen van Vlaanderen omwille van hun contextwaarde, gaafheid, herkenbaarheid, identiteit en natuurlijkheid. Relictzones werden afgebakend waar waardevolle landschapselementen voorkomen in relatief gave, herkenbare onderlinge samenhang. 3.3.4 Beschrijving van de referentiesituatie a.h.v. de vastgestelde Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed

Binnen de afbakening van het RUP en ruime omgeving worden door de landschapsatlas geen ankerplaatsen of De vaststelling van de inventaris van het bouwkundig erfgoed bepaalt eenduidig, in een overzichtelijke lijst per relictzones aangeduid (naast gave landschapsgebieden). Naast ankerplaatsen en relictzones duidt de landschapatlas gemeente, het gebouwd patrimonium van Vlaanderen (Vlaams Instituut voor Onroerend Erfgoed - VIOE). Met ook lijn- en puntrelicten aan. Deze relicten worden gevormd door hun lijn- of puntvormig karakter en hun betrekking tot het projectgebied zijn de volgende relicten opgenomen in de inventaris: onmiddellijk aangrenzende ruimte. In de onmiddelijke omgeving van het plangebied te Godsheide wordt de Demer RELICT_ID NAAM ADRES STATUS met haar afgesneden meanders, gelegen ten zuiden van het projectgebied, aangeduid als lijnrelict. 22127 “Spaans huis” semi-gesloten hoeve Kiezelstraat 70-72 Bewaard 22126 Parochiekerk Onze-Lieve-Vrouw-Bezoeking Kiezelstraat z.n. Bewaard Ter hoogte van deelgebied 3 – de zone van de Vissenbroekstraat wordt het Spaans Huis (code P70328) langsheen 22128 Neoclassicistische pastorie Kiezelstraat 132 Bewaard de Kiezelstraat door de landschapsatlas aangegeven als puntrelict. 207035 Langgestrekte vakwerkhoeve Platte Vijversstraat 8 Bewaard

3.3.5 Beschrijving van de referentiesituatie a.h.v. de Centraal Archeologische Inventaris 1 1 De Centrale Archeologische Inventaris is een inventaris van tot nog toe gekende archeologische vindplaatsen. Vanwege het specifieke karakter van het archeologisch erfgoed dat verborgen zit in de ondergrond, is het onmogelijk om op basis van de Centrale Archeologische Inventaris uitspraken te doen over de aan- of afwezigheid 2 2 van archeologische sporen. De aan- of afwezigheid van archeologische sporen dient met verder onderzoek vastgesteld te worden.

Binnen de afbakening van het RUP te Godsheide en ruime omgeving zijn overeenkomstig de inventaris tot op heden 3 3 nog geen archeologische vindplaatsen gekend. Tot nu toe is er ook geen systematische prospectie gebeurd. Op de kaart uit de atlas der buurtwegen staat langs de huidige Vissenbroekstraat evenwel een gebouw ingetekend, waarbij het omwille van de onnauwkeurigheid van het beschikbare kaartmateriaal moeilijk is op te maken of dit al

dan niet bewaard bleef. │ Uittreksel uit de Vlaamse landschapsatlas (AGIV - 2013) │ Uittreksel uit de Vlaamse landschapsatlas (AGIV – 2013) Æ lijnrelicten – de Demer Æ lijn- en puntrelicten – het Spaans huis

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 20 / 30 BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 21 / 30 Binnen de afbakening van het RUP Gemeenschapsvoorzieningen te Godsheide en ruime omgeving worden door de biologische waarderingskaart geen faunistisch belangrijke gebieden aangeduid. 1

1 1 2

2 2

3

3 3 │ Uittreksel uit de Centraal Archeologische Inventaris (AGIV)

3.3.6 Beschrijving van de effecten Biologisch minder waardevol Er kan gemotiveerd worden dat de opmaak van het RUP Godsheide geen significante effecten met zich mee zal Biologisch waardevol brengen met betrekking tot de discipline landschap, bouwkundig erfgoed en archeologie. De bestaande Biologisch zeer waardevol wetgevingen inzake beschermingen als monument en dorpsgezicht en de vastgestelde inventaris van het │ Uittreksel uit de biologische waarderingskaart (AGIV - 2013) │ Uittreksel uit de biologische waarderingskaart (AGIV - 2013) bouwkundig erfgoed blijvend ongewijzigd van kracht ongeacht het voorliggende RUP. Æ biologisch waarderingszones Æ faunistisch belangrijke gebieden

In het RUP wordt een voorzorgmaatregel ingebouwd om het aanwezige bouwkundig erfgoed zowel naar de buitenzijde als aan het interieur in hun huidige vormgeving te bewaren. Aanpassingen aan de huidige noden zijn 4.4.2 Beschrijving van de referentiesituatie a.h.v. de gebieden van het VEN en IVON mogelijk echter zonder de karakteristieke elementen en het silhouet van de aanwezige bebouwing te verstoren. Het Vlaams Ecologisch Netwerk (VEN) en het Integraal Verwevings- en Ondersteunend Netwerk (IVON), de Het landschapsbeeld van het gebied zal bij de invullingen van de gemeenschapsvoorzieningen op de middellange natuurverwevingsgebieden en natuurverbindingsgebieden behoren tot de belangrijke instrumenten van het natuur- termijn gewijzigd worden. Echter voorziet het RUP de noodzakelijke waarborgen om de open ruimtecorridor tussen en bosbeleid. Deze instrumenten worden gedeeld met het ruimtelijke ordeningsbeleid. Op ca. 800 meter vanaf de Hasselt en Godsheide te bewaren (het parkgebied, de parkstrip en de recreatiestrip). noordelijke grens van de voorzieningencluster vangt de Grote Eenheid Natuur ‘Het Vijvergebied Midden-Limburg’ aan. Dit gebied wordt van de voorzieningencluster gescheiden door het Albertkanaal, enkele woonlinten en een uitloper van de KMO-zone langs de Genkersteenweg. 4.4. Implicaties op de discipline fauna en flora

4.4.1 Beschrijving van de referentiesituatie a.h.v. de biologische waarderingskaart

Het Instituut voor Natuurbehoud heeft de biologische waarderingskaart opgemaakt, een uniforme inventarisatie en evaluatie van de biologisch waardevolle en minder waardevolle gebieden (bwk-kaart).

In het deelgebied 1 – de zone met de Borgravebeek komen volgende aanduidingen voor op de bwk-kaart:

- het dijklichaam van het Albertkanaal aangeduid als een complex van biologisch waardevolle en zeer waardevolle elementen bestaande uit een eiken-berkenbos met loofhoutaanplanten; 1 1

- een bosgebiedje tussen het hoofdvoetbalveld van Koninklijke Godsheide V.V. en de Platte Vijversstraat 2 2 aangeduid als biologisch zeer waardevol en bestaande uit een nitrofiel alluviaal elzenbos; 3 3 In deelgebied 2 – de zone van de gemeenschapscluster gaat het om:

- een hoogstamboomgaard in een tuinzone aan de Platte Vijversstraat aangeduid als biologisch waardevol; │ Aanduiding van de VEN- en IVON-gebieden (AGIV) │ Uittreksel uit het Natura2000-netwerk (AGIV) > gearceerde zone Æ vogelrichtlijngebieden > gearceerde zone - een groter aaneengesloten grasland met een biologisch waardevolle kartering. Dit soortenrijk permanent Æ habitatrichtlijngebieden > groene zone cultuurgrasland met relicten van halfnatuurlijke graslanden omvat een aantal extensief beheerde landbouwpercelen; - een bosgebiedje aan de Vissenbroekstraat (ter hoogte van de recreatiestrip) dat ingekleurd wordt als biologisch 4.4.3 Beschrijving van de referentiesituatie a.h.v. het Natura2000-netwerk zeer waardevol nitrofiel alluviaal elzenbos met struweelopslag. Natura2000 is een Europees netwerk van beschermde natuurgebieden op het grondgebied van de lidstaten van de Tenslotte komt in deelgebied 3 – de zone van de Vissenbroekstraat een kleinere kartering voor van het biologisch Europese Unie. Dit netwerk vormt de hoeksteen van het beleid van de EU voor behoud en herstel van biodiversiteit. waardevol soortenrijk permanent cultuurgrasland met relicten van halfnatuurlijke graslanden.

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 22 / 30 BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 23 / 30 Natura2000 dient niet enkel ter bescherming van gebieden (habitats), maar draagt ook bij aan soortenbescherming. 4.5. Implicaties op de discipline mens en ruimte De habitatrichtlijngebieden hebben een statuut als Speciale Beschermingszones, ook gekend als SBZ-gebieden.

Op ca. 800 meter vanaf de noordelijke grens van de voorzieningencluster vangt het habitatrichtlijngebied van de 4.5.1 Beschrijving van verkeer en mobiliteit Valleien van de Laambeek, Zonderikbeek, Slangebeek en Roosterbeek met vijvergebieden en heiden (BE2200031) Referentiesituatie aan. Dit gebied wordt van de voorzieningencluster gescheiden door het Albertkanaal, enkele woonlinten en een In de huidige situatie zijn er geen erkende voetwegen doorheen het projectgebied. Ook maken de aanliggende uitloper van de KMO-zone langs de Genkersteenweg. wegen geen deel uit van een fietsroutenetwerk. Langsheen de noordelijke zijde van het kanaal (Turfstekersstraat) komen zowel delen van het recreatief als het functioneel fietsroutenetwerk voor. 4.4.4 Beschrijving van de effecten Naar openbaar vervoer wordt het gebied 2x daags bediend door de busverbinding H3 tussen Godsheide – Hasselt – Met betrekking tot de discipline fauna en flora mag worden geoordeeld dat de uitvoering van het RUP Stokrooie/Kiewit (met haltes in de Kiezelstraat als aan de Platte Vijversstraat). Gemeenschapsvoorzieningen te Godsheide geen significante effecten zal veroorzaken. De vigerende wetgevingen van het natuur-en bosdecreet met de algemene zorgplicht en ecologische compensaties blijven onverhinderd van Het gebied wordt voor het autoverkeer enerzijds ontsloten via de Kiezelstraat die de verbinding maakt met de kracht. Universiteitslaan. Deze geeft toegang naar de ring rond Hasselt. Anderzijds wordt het gebied voor autoverkeer ontsloten via de Mizerikenstraat over het Albertkanaal richting Genk. Het autoverkeer kan met andere woorden in Het RUP bestemt grote delen van de voorkomende agrarische gebieden als parkgebied en als parkstrip. Door deze een lus rond de woonkern van Godsheide geleid worden. bestemmingen als groenzones kan de biologische kwaliteit van zowel het dijklichaam van het Albertkanaal, de vallei van de Borgravebeek als van de Oude Miserikbeek gegarandeerd blijven. Tevens wordt met het RUP de volledige Toekomstige situatie oppervlakte van de begraafplaats en de pastorietuin in deelgebied 2 bestemd als parkstrip, opdat deze elementen Met de uitvoering van het RUP wordt het projectgebied doorwaadbaar gemaakt voor zacht verkeer. Dit gebeurt hun huidige functie en landschappelijke waarde kunnen behouden. enerzijds in de oost-west richting vanaf de Kiezelstraat naar de bocht in de Platte Vijversstraat, anderzijds in de noord-zuid richting tussen de Platte Vijversstraat en het golfterrein via de nieuwe parkstrip. Deze paden voor zacht Daar het precieze programma voor de recreatiestrip pas op lange termijn zal worden bepaald, zullen de kleine, verkeer sluiten tevens goed aan bij de bestaande halten voor openbaar vervoer. biologische zeer waardevolle bosfragmenten in deelgebied 2 op korte termijn in hun huidige toestand worden geïntegreerd in de recreatiestrip. Indien op lange termijn zou blijken dat deze bosfragmenten dienen te wijken voor Met betrekking tot het gemotoriseerd verkeer blijft de mogelijkheid van de lus rond de woonkern van Godsheide een specifiek recreatief programma, zullen deze moeten worden gecompenseerd op een andere plaats binnen de behouden. Voor het bestemmingsverkeer worden twee parkeerpockets voorzien. Deze ter hoogte van de bocht in contour van het RUP (verplichting volgens stedenbouwkundige voorschriften). de Platte Vijversstraat bedient in hoofdzaak de recreatiestrip. Ter ontsluiting van de nieuwe gemeenschapsvoorzieningen (korte termijn: school + middellange termijn: nog te bepalen programma) wordt een Het grootste deel van het waardevolle soortenrijk permanent cultuurgrasland kan geïntegreerd worden in de lus geïntegreerd binnen het projectgebied, waarlangs een tweede parkeerpocket wordt ingeplant. Doorgaande centrale parkstrip en de zone voor gemeenschapsvoorzieningen (zie letteraanduidingen ‘g’ en ‘e’ op het grafisch bewegingen voor gemotoriseerd verkeer blijven uitgesloten. plan). De stedenbouwkundige voorschriften voorzien dat deze gebieden beheerd en ingericht dienen te worden volgens de principes van het harmonisch park- en natuurbeheer, de verschillende natuurtechnische vademecums De plaatselijke kleuter- en lagere school verhuist vanuit de Kleinstraat over een afstand van ca. 200m naar de en een gedifferentieerd maaibeheer. Tevens wordt in deze zones beheerslandbouw, natuur, bos en waterbeheer nieuwe site. Het te verwachten aantal voertuigen dat hiermee wordt aangetrokken, bedraagt ongeveer een 30-tal voorzien in functie van het landschapsbeheer (nevenfuncties). wagens (overeenkomstig het huidige parkeeraanbod aan de Kleinstraat).

Ook zal de aanleg van de afwateringsgrachten (zie supra bodem en grondwater) een positief effect hebben op de 4.5.2 Beschrijving van de referentiesituatie a.h.v. de aanwezige functies ecologisch-landschappelijke waarde, wat de biodiversiteit van het gebied ten goede zal komen. Wonen en aanverwante functies aan wonen Door de inrichting van de voorzieningencluster vervallen tevens de potentiële nefaste effecten van de Het bestaande woonlint wordt bestendigd. Bij de inplanting van de nieuwe gemeenschapsfuncties wordt in het RUP landbouwbestemming - zoals vermesting, verzuring en verdroging op de biologische waardevolle gebieden binnen bewaakt dat voldoende afstand wordt gehouden tot de bestaande achtertuinen om inkijk te vermijden. De de contour van het RUP. aanwezigheid van de nieuwe gemeenschapsfuncties ter plaatse van het projectgebied heeft tevens tot doel om de Gezien de afstand van het projectgebied tot de VEN-, IVON- en habitatrichtlijngebieden of SBZ-gebieden en de Kiezelstraat op te waarderen en deze as op te laden met kleinhandelszaken. ligging van het Albertkanaal tussen beide, zal de uitvoering van het RUP Gemeenschapsvoorzieningen ook geen Bovendien zullen zowel de school, het jeugdhuis, de lokale sportvereniging, e.a. ten volle gebruik kunnen maken significante effecten hebben op dit natuurgebied. van de nieuwe park- en recreatiestrip als sport-, speel- en ravotruimte.

Begraafplaats Om inkijk te vermijden en de sereniteit van de begraafplaats naar de toekomst toe te behouden, voorziet het RUP bij de inplanting van de nieuwe gemeenschapsfuncties en eventuele woningen in voldoende afstand tot de eigenlijke begraafplaats.

Landbouwfunctie De landbouw is in de huidige situatie niet structureel aanwezig. Tevens werd het gebied niet geselecteerd als herbevestigd agrarisch gebied (HAG).

Beschrijving van de effecten

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 24 / 30 BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 25 / 30 Er kan aangetoond worden dat de uitvoering van het RUP geen significante negatieve elementen met zich mee zal brengen op de discipline mens en ruimte. In tegendeel: er wordt verwacht dat de realisatie van de 1 4 7 10 gemeenschapsvoorzieningen (inclusief de recreatiestrip) een uitgesproken positief effect zal hebben op de 2 5 8 attractiviteit en de leefbaarheid van de woonkern Godsheide en dit zowel op korte als middellange termijn. 3 6 9 1= uitstekende luchtkwaliteit 4.5.3 Seveso-bedrijven 10= uiterst slechte luchtkwaliteit

Een Seveso-bedrijf is een bedrijf dat activiteiten ontplooit op het vlak van de behandeling, de productie, het gebruik

of de opslag van gevaarlijke stoffen.

Binnen een straal van 2 km komen twee Seveso-bedrijven voor het gaat om: 1. Het bedrijf Bouts aan de scheepvaatkaai en 2. Het bedrijf VDS Retail Belgium gelegen aan de Herderstraat. Beide bedrijven hebben een │ Totale index luchtkwaliteit N02 – PM10 gemiddelde 2009-2011 (VMM) laagdrempelig profiel.

Toekomstige situatie 4.6. Implicaties op de discipline geluid en trillingen Er wordt verwacht dat de inrichting van de gemeenschapsvoorzieningen (inclusief de recreatiecluster) en de * Een deel van de gegevens in deze discipline worden overgedragen naar de discipline mens en ruimte herbestemming van delen van het agrarische gebied naar parkgebied geen negatieve effecten met zich mee zal brengen inzake de discipline lucht. Er wordt verwacht dat de potentiële geluidsoverlast door het gebruik van de voorzieningencluster verwaarloosbaar zal zijn. Er dient bijgevolg aangenomen te worden het dagelijks gebruik van de voorzieningencluster geen Op lokale schaal kan er zelfs een licht positief effect verwacht worden, gezien de landbouwgronden niet langer significante invloed zal hebben op de discipline geluid en trillingen. bemest zullen worden.

In de parkstrip met letteraanduiding ‘g’ en recreatiestrip kunnen evenementen, zoals een lokaal muziekfestival, Vlaamse kermis, wijk- en buurtfeest… georganiseerd worden. Er kan verwacht worden, gezien het periodieke en 4.8. Grensoverschrijdende effecten lokale karakter van deze organisaties, dat deze evenementen een (maximaal) 20-tal dagen op het jaar zullen plaats Gelet op de ligging van het projectgebied, de lokale schaal van de ontwikkeling en het ontbreken van significante vinden. Omwille van het uitgesproken tijdelijk karakter van deze lokale evenementen en de afstand van ten minste milieu-effecten dient te worden geconcludeerd dat er geen gewest- of landgrensoverschrijdende effecten zullen 125m ten aanzien van de omliggende woningen kan gemotiveerd worden dat de impact op het woonmilieu niet voorkomen met de inrichting van het voorliggende RUP. significant te noemen is. Een flankerende maatregel kan eruit bestaan dat eventuele geluidsbronnen gericht worden naar zuid en/of westelijke richting (weg van de Kiezelstraat en de Platte Vijverstraat). In de – al dan niet directe – nabijheid van het voorliggende RUP zal de uitvoering ervan, naar alle waarschijnlijkheid, geen aantoonbare invloed hebben op bijzonder beschermde gebieden, zoals opgesomd in het besluit van de Er zijn geen gegevens beschikbaar die aantonen dat de inrichting van een lokaal evenement, een negatieve invloed Vlaamse Regering van 10 december 2004 houdende de vaststelling van categorieën van projecten onderworpen heeft omliggende natuurwaarden (zie discipline fauna en flora). aan milieueffectrapportage.

4.7. Implicaties op de discipline lucht 4.9. Besluit waarom de opmaak van een plan-MER niet noodzakelijk wordt geacht * Een deel van de gegevens in deze discipline wordt overgedragen naar de discipline mens en ruimte Er dient geconcludeerd te worden dat voor de bestemmingen en inrichtingen die binnen het RUP Godsheide Referentiesituatie kunnen worden gerealiseerd, er van rechtswege geen plan-MER-plicht is. Tevens dient er, zoals aangegeven in de Uit de raadpleging van kaartmateriaal ‘RUP-thema lucht’, ter beschikking gesteld door de Vlaamse Milieu m.e.r.-screening, geoordeeld te worden dat de uitvoering van het voorliggende RUP geen aanzienlijke milieu- Maatschappij, kan er geconcludeerd worden dat de luchtkwaliteit te Godsheide de Europese grenswaarden van effecten met zich mee zal brengen die de opmaak van een plan-MER noodzakelijk maken. voornamelijk de polluenten NO2 (stikstofdioxide) en PM10 (fijn stof) niet overschrijden. De vigerende Europees Er kan aangetoond worden dat de stedenbouwkundige interventies die in het RUP voorzien worden een vastgelegde jaargrenswaarde bedraagt voor de betrokken polluenten NO2 en PM10 (fijn stof) 40 μg/m³. Bovendien uitgesproken lokaal karakter hebben en geen of slechts beperkte potentiële impact op de milieu-effecten met zich mag voor PM10 een daggemiddelde van 50 μg/m³ niet meer dan 35 keer per jaar overschreden worden. mee zullen brengen. Het voorliggende inrichtingsvoorstel toont een kwalitatieve en evenwichtige inrichting van de Ter hoogte de projectgebied werd volgend jaargemiddelde en aantal overschrijdingen opgetekend: voorzieningencluster. Hierbij wordt er rekening gehouden met de bestaande ruimtelijke, natuurlijke en landschappelijke kwaliteiten. Er kan geconcludeerd worden dat de te verwachten effecten van het RUP NO2 Jaargemiddelde PM10 Jaargemiddelde Aantal overschrijdingen norm PM10 uitgesproken positief zijn op de attractiviteit en leefbaarheid van de woonkern Godsheide. daggemiddelde 26,2 23,3 20 Het RUP voorziet in een aantal milderen en/of flankerende maatregelen, deze worden opgesomd onder punt 3.2.1. Voorzorgmaatregelen.

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 26 / 30 BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 27 / 30 ste 5. De watertoets (1 categorie – VHAG-code 7151), in beheer van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) – afdeling Operationeel Waterbeheer Hasselt. De Borgravebeek in het meest noordelijke deelgebied van de site wordt door de Vlaamse De watertoets geeft uitvoering aan de integratie van de principes van integraal waterbeleid bij de Hydrografische Atlas aangeduid als een niet geklasseerde waterloop (VHAG-code 7675 – stad Hasselt als de vergunningverlening. Telkens wanneer er een beslissing wordt genomen op andere beleidsterreinen van het Vlaams beheerder). De Oude Miserikbeek, onmiddellijk ten zuiden van het projectgebied, betreft een waterloop van 2 Gewest en de overige besturen dient op basis van dit artikel (de watertoets vormt een onderdeel van het decreet categorie (VHAG-code 7591), beheerd door de provincie Limburg. op het integraal waterbeheer) rekening te worden gehouden met het integrale waterbeleid. De betrokken overheid moet dan – als het ware – het dossier aan een ‘watertoets’ onderwerpen vooraleer een beslissing te kunnen nemen. De overheden dienen bij het verlenen van een vergunning telkens te onderzoeken of de betrokken activiteit 1 1 een schadelijk effect kan doen ontstaan dat vermijdbaar is.

Het uitvoeringsbesluit van de Vlaamse Regering (20.07.2006, BS. 31.10.2006), regelt de methodiek voor de 2 2 uitvoering van de watertoets. De richtlijnen voor de watertoets staan in relatie tot 7 watertoetskaarten. Uit het beschikbare kaartmateriaal (AGIV, 2013) kan het volgende geconcludeerd worden:

3 5.1. Overstromingsgevoelige gebieden 3

In het kader van de watertoets is een recente kaart aangemaakt die de overstromingsgevoelige gebieden tot op perceelsniveau weergeeft voor het gehele Vlaamse Gewest. De kaart bevat de effectief overstromingsgevoelige Borgravebeek gebieden en de mogelijk overstromingsgevoelige gebieden. De potentiële overstromingsgevoelige gebieden zijn │ Uittreksel uit de atlas der waterlopen (werkatlas dd. 1990) Demer met aanduiding van de Demer en de Oude Miserikbeek samengesteld uit de van nature overstroombare gebieden (NOG, exclusief colluvia), de potentiële Oude Miserikbeek (provincie Limburg) overstromingsgebieden (POG) en de mijnverzakkingsgebieden (MVG), doch die buiten de effectief overstromingsgevoelige gebieden vallen. │ Uittreksel uit de Vlaamse Hydrografische Atlas (AGIV)

De golfterreinen ten zuiden van het projectgebied worden aangeduid als effectief overstromingsgevoelig (vanuit de Demer). Binnen de afbakening van het RUP worden de gronden evenwel aangeduid als niet van nature 5.3. Infiltratiegevoelige bodems overstroombaar. De kaart met de infiltratiegevoelige bodems werd opgemaakt om te kunnen nagaan in welke gebieden er relatief gemakkelijk hemelwater kan infiltreren naar de ondergrond. Infiltratie van hemelwater naar het grondwater is 1 belangrijk omdat daardoor de oppervlakkige afstroming en dus ook de kans op wateroverlast afneemt. De kaart met infiltratiegevoelige bodems geeft twee types gebieden aan: de gebieden met infiltratiegevoelige bodems en de gebieden met niet-infiltratiegevoelige bodems.

2 Het volledige projectgebied wordt gekarteerd als infiltratiegevoelige bodems.

1 1 3 Effectief overstromingsgevoelig Mogelijk overstromingsgevoelig

│ Kaart met de overstromingsgevoelige gebieden (AGIV) 2 2

5.2. Waterbeheerders

In het kader van de watertoets is het voornamelijk van belang de waterbeheerder te kennen van de waterlopen in 3 3 en/of nabij het projectgebied. De Vlaamse Hydrografische Atlas, afgekort VHA, is een geografisch informatiesysteem rond het oppervlaktewater in Vlaanderen. Deze beschrijft de toestand van de waterlopen en de wijze waarop ze beheerd worden. Niet infiltratiegevoelig Zeer gevoelig voor grondwaterstroming (type 1) Infiltratiegevoelig Matig gevoelig voor grondwaterstroming (type 2) Het gebied van de voorzieningencluster is centraal gelegen in het Demerbekken, meer bepaald in het deelbekken Weinig gevoelig voor grondwaterstroming (type 3) Midden Demer. Onmiddellijk ten noorden van het projectgebied situeert zich het Albertkanaal (bevaarbaar – │ Kaart met de infiltratiegevoelige gebieden (AGIV) │ Grondwaterstromingsgevoelige gebieden (AGIV) categorie 0 – VHAG-code 4), beheerd door NV De Scheepvaart. Ten zuiden van het projectgebied loopt de Demer

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 28 / 30 BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 29 / 30 5.4. Grondwaterstromingsgevoelige gebieden 5.7. Erosiegevoelige gebieden

De kaart met de gebieden die gevoelig zijn voor grondwaterstroming werd opgemaakt om te kunnen nagaan in De erosiegevoeligheidskaart ten behoeve van de watertoets werd opgemaakt om de gevolgen van belangrijke welke gebieden er minder of meer aandacht moet uitgaan naar de effecten van ingrepen op de wijzigingen in grondgebruik te kunnen inschatten. Dergelijke wijzigingen kunnen immers mogelijk aanleiding geven grondwaterstroming. Met grondwaterstroming wordt vooral de laterale beweging van grondwater doorheen de tot versnelde afstroming van oppervlaktewater van hellingen en tot de afspoeling van bodemdeeltjes. ondergrond en de toestroming door kwel bedoeld. Voor de watertoets, die onder meer van belang is voor het De eerder vermelde talud langs het Albertkanaal wordt aangeduid als erosiegevoelig. Echter is de effectieve evalueren van geplande bouwwerken, gaat de aandacht in de eerste plaats uit naar de ondiepe erosiegevoeligheid minimaal door de permanente bodembezetting. grondwaterstroming. Deze stroming kan worden beïnvloed of verstoord door ondergrondse constructies. In het gebied van de voorzieningencluster komen geen noemenswaardige gebieden voor die aangeduid worden Het RUP voorziet geen bebouwing of infrastructuur die een invloed kan hebben op de grondwaterstroming door de erosiekaart. (ondergrondse constructie met een diepte van meer dan 5,00m en een horizontale lengte van meer dan 100m).

5.5. Winterbedkaart 1

Doel van de winterbedkaart is het aanduiden van de gebieden waar veranderingen van het bodemgebruik aanleiding kunnen geven tot een gewijzigd afvoergedrag in geval van overstroming van het gebied. Omdat dergelijke veranderingen in peilen en stroomsnelheden maar relevant zijn voor relatief omvangrijke 2

overstromingsgebieden, werd de winterbedkaart beperkt tot de gebieden die onderhevig zijn aan overstromingen vanuit de bevaarbare waterlopen.

Binnen de afbakening van het RUP Godsheide komen geen delen voor zoals aangeduid op de winterbedkaart. 3 Niet erosiegevoelig Erosiegevoelig 5.6. Hellingenkaart │ Kaart met de erosiegevoelige gebieden (AGIV) De hellingenkaart van Vlaanderen ten behoeve van de watertoets geeft de hellingsgraad weer voor het Vlaamse grondgebied. Deze kaart werd opgemaakt met het oog op het determineren van ‘steile’ of ‘sterke’ hellingen, omdat 5.8. Conclusie van de watertoets deze hellingen aanleiding kunnen geven voor exces afvloeiend hemelwater, die de overstromingsgevoeligheid van een gebied kunnen beïnvloeden. Er dient geoordeeld te worden dat de watertoets voor het RUP Godsheide geen significante problemen met zich mee zal brengen inzake potentiële wateroverlast. Potentieel nadelige effecten aan het watersysteem zijn De hellingenkaart toont aan dat de volledige voorzieningencluster een relatief vlakke structuur heeft. Het talud hoofdzakelijk te wijten aan de aanwezigheid van verharde oppervlakten. Deze kunnen beperkt worden door: langsheen het Albertkanaal is duidelijk afleesbaar op de hellingenkaart. - De aanleg van de afwateringsgrachten of greppels, zoals voorzien in de stedenbouwkundige voorschriften. Omwille van de infiltratiegevoeligheid van de bodem kan het hemelwater na buffering in de open zones 1 1 infiltreren in de ondergrond. Het aandeel hemelwater dat niet infiltreert kan ter plaatse worden vastgehouden, gebufferd en kan mogelijks langzaam afgevoerd worden naar de omliggende waterlopen. Het dient steeds de bedoeling te zijn om het hemelwater zo lang mogelijk vast te houden op de site zelf (buffering boven infiltratie en dan gecontroleerde afvoer). 2 2 - In de nabijheid van de verhardingen en de zones waar de infiltratie plaatselijk bemoeilijkt wordt, wordt een afdoende wateropvang, infiltratie en vertraagde afvoer voorzien. Hierbij gelden minstens de wettelijke bepalingen van de gewestelijke stedenbouwkundige verordening van 1 oktober 2004 inzake hemelwaterputten 3 3 e.a. (GSV).

0,5 winterbedding 0,5 - 5

5 - 10

>10 │De winterbedkaart (AGIV) │ De hellingenkaart (AGIV)

BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 30 / 30 BUUR | RUP Godsheide | m.e.r-screening juni 2013 | verzoek tot raadpleging | MER dossiernr. SCRPL1312 | 31 / 30 Bijlage: verkregen adressenlijst van te adviserende instanties

Lijst adviesinstanties voor SCRPL13121 RUP ‘Gemeenschapsvoorzieningen Godsheide’ te Hasselt volgens het Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de milieueffectrapportage over plannen en programma’s van 12-10-2007

Provinciebestuur Limburg Directie Infrastructuur, Sectie 3.2.2 Ruimtelijke Provinciehuis Universiteitslaan 1 3500 Hasselt Ruimtelijke Ordening, Ordening – Planning en beleid Milieu en natuur ANB – Limburg VAC Koningin Astridlaan 50 bus 5 3500 Hasselt Ruimte Vlaanderen – APL - VAC Koningin Astridlaan 50 bus 1 3500 Hasselt Limburg Onroerend Erfgoed Limburg VAC Koningin Astridlaan 50 bus 1 3500 Hasselt Departement MOW t.a.v. Fernand Desmyter, Graaf de Ferrarisgebouw Koning Albert II-laan 20 bus 2 1000 Brussel secretaris-generaal Departement LNE Afdeling Milieu-, Natuur- en Dienst VR Graaf de Ferraris-gebouw Koning Albert II-laan 20, bus 8 1000 Brussel Energiebeleid

Laatst gewijzigd op 2 oktober 2013 1/1 x U past de screeningsnota aan op basis van de opmerkingen hierboven. Jo Decoster x U verstuurt de screeningsnota naar de adviesinstanties, vermeld op de adressenlijst (zie bijlage). x U stuurt een herinneringsbrief naar de instanties die niet gereageerd hebben binnen de 30 dagen na de Van: Van Looy, Jeroen adviesvraag. Dit is een wettelijke verplichting. Er is niet vastgelegd hoe lang u op een antwoord moet wachten. Verzonden: woensdag 24 juli 2013 12:02 De keuze is aan u, maar het is aangewezen dat u de adviesinstanties 14 dagen de tijd geeft en dit ook zo naar Aan: Jo Decoster hen communiceert in de herinneringsbrief. CC: Vercammen, Sven x U kan steeds telefonisch contact opnemen met de instantie(s) om na te gaan of en wanneer er een advies mag verwacht worden. Onderwerp: mer-screening RUP Godsheide te Hasselt - adressenlijst adviesinstanties + opm. x U bundelt de ontvangen adviezen. Indien in deze adviezen aanpassingen aan de screeningsnota worden Bijlagen: adressen adviesinstanties SCRPL13121.doc gevraagd, kan u de screeningsnota aanpassen of onderbouwen waarom u een aanpassing niet noodzakelijk acht. De aanpassingen dienen wel herkenbaar te zijn ten opzichte van de oorspronkelijke tekst (vb. andere kleur, schuin gedrukt, kader). Bijkomende gegevens of informatie over hoe met bepaalde opmerkingen zal omgegaan Geachte heer Decoster, worden in het verdere planproces kunnen ook via een aanvullende nota meegedeeld worden. x U stelt het dossier samen in functie van een beslissing over de plan-m.e.r.-plicht. Dit dossier bevat de volgende U verzocht ons voor het RUP ‘Gemeenschapsvoorzieningen Godsheide’ te Hasselt een selectie te bezorgen van de documenten: relevante betrokken instanties, vermeld in artikel 3, §1, 3° van het plan-m.e.r.-besluit van 12 oktober 2007, die in het  de definitieve screeningsnota (analoog en digitaal, 1 exemplaar volstaat); kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage geraadpleegd moeten worden. Het verzoek tot raadpleging (=  een kopie van alle ontvangen adviezen (analoog en digitaal); screeningsnota) heeft het dossiernummer SCRPL13121 gekregen. Gelieve dit dossiernummer bij verdere  indien van toepassing, een kopie van een herinneringsbrief; communicatie te vermelden.  indien van toepassing, een aanvullende nota (analoog en digitaal);  digitale versies kunnen ook via email aan de dossierbehandelaar bezorgd worden. Selectie van de relevante betrokken instanties x U verstuurt het volledige dossier aangetekend naar de dienst Milieueffectrapportagebeheer: In bijlage vindt u de gevraagde lijst van de relevante betrokken instanties voor het RUP. We vinden het raadzaam dat Departement Leefmilieu, Natuur en Energie u minstens het advies inwint van deze instanties om hun mening te kennen over de vraag of dit plan al dan niet Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid mogelijk aanzienlijk negatieve milieueffecten kan genereren. Uiteraard kan u ook nog het advies inwinnen van andere Dienst Milieueffectrapportagebeheer instanties. Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 Brussel Inhoudelijke opmerkingen Voordat u de screeningsnota verzendt naar de adviesinstanties, vragen wij u om volgende elementen te bespreken of aan te passen, zodat de definitieve screeningsnota enerzijds zou voldoen aan alle decretale formele vereisten en U kan ons steeds contacteren als u nog vragen hebt. anderzijds alle concrete informatie zou bevatten die de dienst Milieueffectrapportagebeheer nodig heeft om al dan niet te kunnen besluiten dat het plan geen aanzienlijk negatieve milieueffecten kan hebben.

Met vriendelijke groeten, x Om aan te tonen dat het plan screeningsgerechtigd is, moet niet enkel nagegaan worden of het plan het kader vormt voor een bijlage I- of II-project, maar ook of het plan het kader vormt voor een bijlage III-project (zie het   recent gewijzigde artikel 4.2.3, §2, 1° van het D.A.B.M.). Eén van onderstaande paragrafen dient daarom in elke   screeningsnota onder een hoofdstuk “plan-m.e.r.-plicht” opgenomen te worden om aan te tonen dat het RUP screeningsgerechtigd is: JeroenVanLooy VlaamseoverheidͲDepartementLNE “Het RUP vormt het kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in bijlage I, II of III ProcesͲenkwaliteitsbeheerder AfdelingMilieuͲ,NatuurͲenEnergiebeleid van het project-m.e.r.-besluit van 10 december 2004, namelijk voor een project opgesomd in rubriek […] van  DienstMilieueffectrapportagebeheer bijlage […]. Het RUP bepaalt echter het gebruik van een klein gebied op lokaal niveau of houdt een kleine TeamStedelijkeRuimte KoningAlbertIIͲlaan20bus8Ͳ1000Brussel wijziging in omdat […], en is dus screeningsgerechtigd.”  T025537514 Of www.mervlaanderen.beͲhttp://www.lne.be/disclaimer “Het RUP vormt niet het kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd in bijlage I, II SchrijfuinopdenieuwsbriefvandedienstMer. of III van het project-m.e.r;-besluit van 10 december 2004 en is dus screeningsgerechtigd.” Gelet op de informatie in het screeningsdossier lijkt alvast rubriek 10 b) ‘stadsontwikkelingsprojecten’ van bijlage  III van het project-m.e.r.-besluit van toepassing te zijn.  x Onder de bespreking van de discipline geluid en trillingen geeft de screeningsnota aan dat “het dagelijks gebruik van de voorzieningencluster geen significante invloed zal hebben op de discipline geluid en trillingen.” Verder blijkt dat binnen het RUP ook evenementen georganiseerd kunnen worden die buiten het dagelijks gebruik vallen. De eventuele effecten van deze evenementen worden echter niet besproken. Gelieve de screeningsnota in dit opzicht aan te vullen. x Gelieve ook expliciet aan te geven of er zich binnen een straal van 2 km rond het plangebied Seveso-inrichtingen bevinden. Informatie met betrekking tot de locatie van Seveso-inrichtingen in Vlaanderen vindt u onder meer op http://www.lne.be/themas/veiligheidsrapportage/inrichtingen/Kaart_Seveso_Vlaanderen x Gelieve bij de algemene conclusie met betrekking tot de milieueffecten ook aan te geven welke milderende maatregelen eventueel noodzakelijk zijn

Verder verloop van de procedure

1 2 2013-09-04

Bijlage: verkregen adviezen p r o v i n

Directie Ruimte

College van burgemeester en schepenen Dienst Ruimtelijke Planning en Beleid Groenplein 1 3500 HASSELT

Geacht college

Betreft: uw verzoek tot raadpleging in het kader van een onderzoek tot milieueffectrapportage van het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan (GRUP) “Godsheide centrum” te Hasselt

Op 1 augustus 2013 ontvingen we uw verzoek tot raadpleging in het kader van een onderzoek tot milieueffectrapportage voor het RUP “Godsheide centrum” te Hasselt met de vraag om advies uit te brengen binnen de decretaal voorziene termijn van 30 dagen na ontvangst van deze brief. Artikel 4.2.5 van het D.A.B.M. stelt dat de initiatiefnemer van een plan in het kader van het “onderzoek tot milieueffectrapportage” een aantal instanties dient te raadplegen aangaande de mogelijke aanzienlijke milieueffecten die het plan kan hebben.

Het plan waarover deze screeningsnota handelt, betreft het gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor de inplanting van gemeenschapsvoorzieningen en dit zowel op korte als middellange termijn.

In onderstaand advies gebeurt er een toetsing aan het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV), het Ruimtelijk Structuurplan Provincie Limburg (RSPL) en het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan (GRS).

Volgens het RSV behoren delen van de gemeente Hasselt tot het regionaalstedelijk gebied Hasselt-Genk, waarin ook delen van Diepenbeek, Genk en Zonhoven worden opgenomen. (RSV, bindende bepalingen, p. 583). Hasselt-Genk is in het RSV opgenomen als een economisch knooppunt in het economisch netwerk van het Albertkanaal. (RSV, bindende bepalingen, p. 587). De afbakening van het regionaalstedelijk gebied Hasselt-Genk is een bevoegdheid van de Vlaamse overheid. Het gewestelijk RUP in kader van dit afbakeningsproces is momenteel in opmaak. De kern Godsheide is in het ontwerp Gewestelijk RUP opgenomen binnen de afbakeningsgrens. De woonuitbreidingsgebieden van Godsheide zijn als deelplan opgenomen met als doel omzetting naar woongebied.

In het RSPL maakt Hasselt deel uit van de hoofdruimte “netwerk Midden-Limburg”, met Hasselt-Genk als centrum van een stedelijke hiërarchie. (RSPL, gecoördineerde versie, p. 323) In de visie voor de deelruimte Contactpersoon: Martine Baptist Correspondentieadres Provincie Limburg, Universiteitslaan 1, B-3500 Hasselt Telefoonnummer: 011 23 83 56 Telefoon 011 23 83 05 Fax 011 23 83 10 Kenmerk: 124.03.10/S2013N060410 [email protected] www.limburg.be Dossier: 2013N014925 Bij antwoord kenmerk, dossier en datum vermelden Bijlagen: / ‘Hasselt-Genk’ wordt voor dit meerkernig stedelijk gebied vanuit de invalshoek van de provincie volgend ruimtelijk principe voor Hasselt als suggestie aan de Vlaamse Overheid voorgesteld. Ondanks de meerkernige structuur is Hasselt de meeste centrale kern in het gebied. Hasselt groepeert de belangrijkste voorzieningen en kan als ‘uithangbord’ en ‘aanspreekpunt’ functioneren. Een bijkomend aanbod aan stedelijke functies in het algemeen is noodzakelijk. (RSPL, gecoördineerde versie, p. 331) In de gewenste ruimtelijk-natuurlijke structuur is droge natuurverbinding 29 ‘Hasselt, tussen Borggraafvijvers en Godsheide, over Albertkanaal als selectie opgenomen. (RSPL, gecoördineerde versie, p. 372) Godsheide is als woonkern geselecteerd in het RSPL, maar deze selectie vervalt als de woonkern binnen de afbakening van een stedelijk gebied vallen. (RSPL, gecoördineerde versie, p. 498) In het kader van de gewenste landschappelijke structuur is de selectie van de volgende open ruimte verbinding relevant: tussen de Maten en het universitair centrum en langs het Albertkanaal omgeving Godsheide, Rooierheide en Dorpsheide (24). (RSPL, gecoördineerde versie, p. 503)

Volgens het GRS is het plangebied gelegen in de hoofdruimte Demervallei, in een uitloper van de deelruimte Verstedelijkt gebied Hasselt, tussen het Albertkanaal en de deelruimte Stedelijke Demerzone. De stad suggereert aan het Vlaamse Gewest om o.a. de kern van Godsheide te beschouwen als stedelijk gebied. Om woonkwaliteit te garanderen worden in het ruimtelijk concept voor de nederzettingsstructuur woongebieden onderscheiden volgens hun uitrustingsniveau en identiteit. O.a. Godsheide wordt als suburbaan woongebied in de stadsrand aangegeven, als tweede gordel rond de stad. De woongebieden in deze stadsrand vormen de overgang tussen de stad en de open ruimte. Wonen vindt plaats in vrij grote oppervlakten aan dichtheden die aansluiten aan de omgevende bebouwing. De nodige voorzieningen op wijkniveau worden gegarandeerd. Het GRS voorziet een kwalitatieve ontwikkeling van de bestaande stedelijke woongebieden. Deze wijkkernen worden verder ontwikkeld als ontmoetingsplaatsen. De buurtvoorzieningen worden er geconcentreerd. Nieuwe inplantingen moeten daarom gestuurd worden om het evenwicht niet te verstoren en kernverschuivingen te voorkomen. Er dient gewerkt te worden aan een hoge woon- en omgevingskwaliteit in deze wijken.

Inhoudelijke opmerkingen zullen worden gemaakt in het kader van de plenaire vergadering.

Met achting

Kristien Lefeber directeur

2

6.5. Advies van de Gecoro

BUUR cvba | RUP nr. 207 Godsheide-centrum | toelichtingsnota | definitieve vaststelling | p. 60 / 60