Jaarverslag 2013
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Jaarverslag 2013 Centrum voor Parlementaire Geschiedenis 1 Foto Bob Karhoff Inhoudsopgave Voorwoord 5 Missie en organisatiestructuur 6 Reddingsoperatie 7 Onderzoeksresultaten 9 Toekomstig onderzoek 11 Lopend onderzoek 12 Valorisatie 13 Samenwerking 14 Onderwijs 17 Summary 18 Bijlagen 1 Publicaties 20 2 Lezingen en gastcolleges 24 3 Overige activiteiten 26 4 Bestuur (Board) van EUparl.net 28 3 Voorwoord In het jaar 2013 werd het Centrum opgeschrikt door een brief van de minister en staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, waarin het voorgenomen besluit werd meegedeeld dat de jaarlijkse subsidie aan het CPG met ingang van 2014 zou worden gehalveerd en met ingang van 2015 zou worden beëindigd. Een grootscheepse reddingsactie kwam op gang. Met de hulp van velen kon het voort- bestaan van het CPG uiteindelijk worden veiliggesteld. Vanaf het jaar 2014 kan het CPG zich gelukkig prijzen met drie nieuwe financiers (het ministerie van Binnen- landse Zaken en Koninkrijksrelaties, de Tweede Kamer en de Eerste Kamer) en een extra financiële bijdrage van de Radboud Universiteit. Het totale subsidie- bedrag zal in de toekomst echter lager liggen dan voorheen, waardoor ingrijpende maatregelen onvermijdelijk zullen zijn. Maar 2013 was ook een vruchtbaar jaar. De wetenschappelijke staf van het CPG publiceerde onder meer vier boeken, organiseerde twee conferenties en onder- richtte vele studenten in de Nederlandse parlementaire historie. In het in februari gepubliceerde rapport van een internationale visitatiecommissie, die eind 2012 het onderzoek van de Faculteit der Letteren onder de loep had genomen, kreeg het CPG een goede beoordeling. Woorden van dank spreek ik graag uit voor eenieder die zich in 2013 voor het Centrum voor Parlementaire Geschiedenis heeft ingezet. Carla van Baalen Directeur 5 Missie en organisatiestructuur Missie De missie van het in 1970 opgerichte Centrum voor Parlementaire Geschiedenis luidt: het doen van onderzoek naar de parlementaire geschiedenis van Nederland sinds de Tweede Wereldoorlog en het publiceren van de resultaten van dit onderzoek. Het Centrum is een onderzoeksinstituut binnen de Radboud Universiteit Nijmegen; het maakt deel uit van de Faculteit der Letteren. Sinds de Stichting Katholieke Universiteit (gevestigd te Nijmegen) en de Stichting Parlementaire Geschiedenis (gevestigd te Den Haag) een samen- werkingsovereenkomst hebben afgesloten (1985), financieren beide instellingen het Centrum gezamenlijk. Kerntaak van het CPG: de serie Parlementaire geschiedenis van Nederland na 1945 (9 delen ver- schenen) en het Jaarboek Parlementaire Geschiedenis (15 jaargangen verschenen). Daarnaast ver- werft het Centrum additionele middelen, uit zowel de tweede als de derde geldstroom, voor specifieke projecten. Deze aanvullende middelen worden dikwijls via een constructie van ‘matching’ verkregen. Sinds 2007 werkt het CPG samen met Europese zusterinstituten in het—mede door het CPG opgerichte—zogeheten EuParl.net (zie p. 14) Bestuur van de Stichting Parlementaire Geschiedenis Mr. Th.C. de Graaf, voorzitter van de Vereniging Hogescholen en lid van de fractie van D66 in de Eerste Kamer, voorzitter; Dr. G.A.M. Beekelaar, historicus, oud-medewerker van de Radboud Universiteit Nijmegen, secretaris-penningmeester; Drs. A.M.C. Eijsink, lid van de fractie van de PvdA in de Tweede Kamer, lid; Mr. S. van Haersma Buma, voorzitter van de fractie van het CDA, vice-voorzitter; Drs. A. Slob, voorzitter van de fractie van de ChristenUnie in de Tweede Kamer, lid; Mr. A. van der Steur, lid van de fractie van de VVD in de Tweede Kamer, lid (m.i.v. 1 juni 2013). Bestuur van de Faculteit der Letteren Prof. dr. Th.L.M. Engelen, hoogleraar economische, sociale en demografische geschiedenis, decaan; Prof. dr. M.J.P. van Mulken, hoogleraar Internationale bedrijfscommunicatie, vice-decaan; Dr. M.M. Jagtman, directeur bedrijfsvoering; Drs. A.M. Schaap, secretaris. Wetenschappelijke Raad Prof. dr. R.A.M. Aerts, hoogleraar politieke geschiedenis, Radboud Universiteit Nijmegen, voorzitter; Prof. mr. P.P.T. Bovend’Eert, hoogleraar staatsrecht, lid; Prof. dr. R.A. Koole, hoogleraar Politieke Wetenschap, Universiteit Leiden en lid van de fractie van de PvdA in de Eerste Kamer, lid; Prof. dr. G. Voerman, directeur Documentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen, Rijksuniversiteit Groningen, lid. 6 Reddingsoperatie Op 30 mei 2013 schreven de minister en staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap een brief waarin zij voor tweehonderd miljoen aan ‘ombuigingen’ aankondigden. Een van de getroffen instellingen was het CPG. In de brief werd het voornemen meegedeeld dat de jaarlijkse subsidie aan het CPG met in- gang van 2014 met vijftig procent zou worden gekort en met ingang van 2015 zou worden beëindigd. Dit voornemen van het kabinet sloeg in als een bom en stuitte alom op onbegrip. Onmiddellijk werd dan ook besloten – door de voor het CPG verantwoordelijke besturen – te trachten de bewindspersonen van hun plannen af te brengen. Het waren met name de voorzitter van het bestuur van de Stichting Parlemen- taire Geschiedenis, de directeur van het CPG en de medewerkers van het Centrum die geen middel onbe- proefd lieten hun doel te bereiken. Er vonden vele gesprekken plaats, vooral in ‘politiek Den Haag’, er wer- den diverse interviews afgegeven voor radio, tv, kranten en weekbladen, en via de website en social media werd een oproep gedaan steun te betuigen aan het CPG. Het Centrum wist zich daarbij steeds gesteund door de universiteit: het College van Bestuur en het faculteitsbestuur. De steun die het CPG ontving in zijn strijd voor behoud was over- weldigend. Collega-wetenschap- pers uit Nederland schreven een opiniestuk waarin zij het belang van het – in Nederland unieke – Centrum benadrukten, collega- wetenschappers uit Europa spra- ken in een ‘Press Release’ hun verbazing en afkeuring uit over het voorgenomen kabinetsbe- sluit, vooraanstaande opiniema- kers en oud-politici besteedden aandacht aan het CPG in co- lumns en praatprogramma’s en steunbetuigingen uit uiteenlo- pende geledingen van de samen- leving bleven via de website bin- nenstromen. Bijzonder en in zijn soort uniek was de open brief van alle oud- voorzitters van de Eerste en de Tweede Kamer der Staten- Generaal – twaalf in getal –, ge- richt aan de minister en staats- secretaris van OCW. Op 17 juni 2013 schreven zij dat zij ‘gelet op het evidente belang van de parle- mentaire geschiedschrijving’ het voornemen van de bewindsper- sonen de subsidiëring van het CPG te beëindigen betreurden. 7 De oud-voorzitters verzochten het kabinet dan ook ‘met klem de continuering van de parlemen- taire geschiedschrijving te waarborgen, bij voorkeur door de nationale Stichting Parlementaire Geschiedenis, gevestigd te Den Haag, ook van overheidswege te blijven ondersteunen.’ Groot was de opluchting toen op 4 juli 2013 de Tweede Kamer de motie-Rog aannam, waarin de regering werd verzocht om ‘in overleg met alle betrokkenen een oplossing voor de continuïteit van het CPG te bevorderen’. De Kamer wenste hierover voor de behandeling van de Miljoenen- nota geïnformeerd te worden. De motie was medeondertekend door Van Meenen, Van Dijk (Jasper), Lucas, Mohandis en Voordewind. De oplossing werd na de zomervakantie gevonden. Tot vreugde van eenieder die zich had inge- spannen voor de redding verkreeg het CPG drie nieuwe financiers – het ministerie van Binnen- landse Zaken en Koninkrijksrelaties, de Tweede Kamer en de Eerste Kamer – en de toezegging van de Radboud Universiteit om haar jaarlijkse bijdrage te verhogen. De totale subsidie voor het CPG zou met ingang van 2014 echter wel worden verminderd. Wetenschappelijk personeel in 2013 Prof. dr. C.C. van Baalen 1,0 fte Drs. A.S. Bos 1,0 fte Drs. C.J.M. Brand 1,0 fte Dr. J.W.L. Brouwer 1,0 fte Drs. L.J. van Damme 1,0 fte Drs. C. van Driel 0,8 fte (project Kiesraad) (vanaf 1 maart ) Drs. P.G.T.W. van Griensven 1,0 fte Dr. P.B. van der Heiden 1,0 fte Dr. A. van Kessel 1,0 fte Dr. M.H.C.H. Leenders 0,8 fte Mr. dr. J.C.F.J. van Merriënboer 1,0 fte Dr. J. Oddens 0,2 fte (project Geschiedenis Tweede Kamer) Drs. J.J.M. Ramakers 1,0 fte Dr. H. Reiding 0,8 fte Dr. M.W.F. van der Steen 0,6 fte (EuParl.net) (vanaf 19 feb.) Administratief personeel H.F.M.J. Helsen 1,0 fte Student-assistenten S.C. de Lijser S.W. Geuze R.H.J. Wellink 8 Onderzoeksresultaten Kabinet-De Jong In de serie ‘Parlementaire geschiedenis van Nederland na 1945’ verscheen deel 9: Polarisatie en hoogconjunctuur. Het kabinet-De Jong 1967-1971, onder redactie van Johan van Merriënboer en Carla van Baalen. In deze studie worden kabinet en parlement in de tweede helft van de jaren zestig en begin jaren zeventig in hun onderlinge samenhang geanalyseerd. Het was opmerkelijk dat dit kabinet, confessioneel-liberaal van snit, nagenoeg ongeschonden de eindstreep haalde; in geen vijftig jaar had een kabinet de volle rit uitgezeten zonder tussentijdse crisis. Wie zou veron- derstellen dat politici in de jaren zestig zich uitsluitend of vooral bezighielden met opstandige jongeren, partijvernieuwing en ‘Vietnam’ vergist zich. Ook toen waren het de financieel- economische kwesties die in het centrum van de parlementaire aandacht stonden. In tijden van krapte op de arbeidsmarkt en forse loonstijgingen verschilden Kamer en kabinet hartgrondig van mening over het gewenste beleid. Minister-president Rutte presen- teerde het eerste exemplaar van het boek aan oud-premier De Jong, in Het Catshuis te Den Haag. Op diezelfde dag, 2 de- cember 2013, vond in de Oude Zaal van de Tweede Kamer naar aanleiding van het boek een sym- posium plaats: ‘Het Binnenhof in de jaren zestig’. Jaarboek Het Jaarboek Parlementaire Geschiedenis vierde zijn derde lustrum, met als thema de relatie tussen de monarchie en het parlement in de tweehonderd jaar van hun bestaan. Onder de titel De Repu- bliek van Oranje, 1813-2013 belichtte een tiental wetenschappers het thema vanuit uiteenlopende (parlementair-)historische perspectieven. Zo werd onder meer geschreven over de verschuivende machtsrelaties in de afgelopen twee eeuwen, over de omgang tussen vorst en volksvertegenwoor- digers, en over republikeinse uitingen in het Nederlandse parlement.