Kiezen Voor De Stad

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Kiezen Voor De Stad Dit is een publicatie van: Ministerie van VROM > Rijnstraat 8 > 2515 XP Den Haag > www.vrom.nl Wonen, Wijken en Integratie www.vrom.nl VROM 7095 / APRIL 2007 Kiezen voor de stad Ministerie van VROM > Kwalitatief onderzoek naar de staat voor ruimte, milieu, wonen, wijken en integratie. Beleid maken, uitvoeren en handhaven. vestigingsmotieven van de allochtone Nederland is klein. Denk groot. middenklasse Kiezen voor de stad Kwalitatief onderzoek naar de vestigingsmotieven van de allochtone middenklasse Inhoud Voorwoord 03 1 Inleiding: de zwarte vlucht 05 1.1 De trek naar buiten 05 1.2 Kiezen voor de stad 06 1.3 Leeswijzer 07 2 De allochtone middenklasse 09 2.1 Stedelijke winnaars en verliezers 09 2.2 Een typologie van alllochtone stedelijke winnaars 12 3 Onderzoekslocaties 15 3.1 Amsterdam en Rotterdam 15 3.2 Bos en Lommer, Amsterdam 17 3.3 Delfshaven, Rotterdam 19 4 Acht portretten 23 5 Woonpreferenties 39 5.1 Inleiding 39 5.2 Woning 39 5.3 Woonomgeving 41 5.4 Sociale bindingen 45 6 Conclusies 49 6.1 De allochtone stedelijke middenklasse 49 6.2 Blijf ik in de stad of ga ik weg? 50 6.3 Opwaartse mobiliteit en distinctie 51 7 Aanbevelingen 55 7.1 Voorbij de robuuste stedeling 55 7.2 Vijf stadsbinders voor de allochtone middenklasse 55 Literatuur 58 Bijlagen 62 Bijlage 1: Methodologische verantwoording 62 Bijlage 2: Begripsbepaling ‘allochtoon’ 64 Bijlage 3: Overzicht respondenten en informanten 65 Meer informatie 70 03 Voorwoord In de periode november 2005 – september 2006 is door onderzoe- kers van de Erasmus Universiteit Rotterdam (EUR) en MOVISIE - destijds nog het Nederlands Instituut voor Zorg en Welzijn (NIZW) - het onderzoek ‘Kiezen voor de stad’ uitgevoerd. Aanleiding hiervoor was het gegeven dat zich in het kielzog van de suburba- nisatie van autochtone Nederlanders een nieuwe trend aan het aftekenen is. Ook allochtonen met een hogere sociaal-economi- sche status keren de stad steeds vaker de rug toe ten gunste van een rustige, groene woonomgeving in de periferie. Net als in de Verenigde Staten is nu ook in Nederland, na de ‘white flight’ uit de steden, een proces van ‘black flight’ op gang gekomen. Over de motieven van leden van de allochtone middenklasse om de stad te verlaten is nog weinig bekend, maar er is nog minder bekend over de motieven van deze bevolkingscategorie om juist in de stad te blijven. Daarom staat deze groep centraal in dit onderzoek. Welke afwegingen liggen aan deze keuze ten grond- slag? Waarom heeft men de stad niet de rug toegekeerd? Dit onderzoek geeft een eerste antwoord op deze vragen en daarmee ook op de meer algemene vraag hoe de allochtone middenklasse aan de stad gebonden dan wel tot terugkeer verleid kan worden. De onderzoeksgegevens zijn van belang voor het stedelijk ver- nieuwingsbeleid waarin het versterken van de sociale structuur van steden een hoge prioriteit heeft. Het onderzoek ‘Kiezen voor de stad’ is mogelijk gemaakt door financiële bijdragen van het ministerie van VROM, de Amsterdamse woningcorporaties Rochdale en Algemene Woningbouw Vereniging (AWV) en de Rotterdamse woning- corporaties Woonbron Maasoevers, Vestia en COM Wonen. Wij hopen met dit onderzoek bruikbare kennis te hebben aange- dragen voor overheden en woningcorporaties om hun bouwpro- gramma’s en stedelijke investeringsprogramma’s nader vorm te geven. Het onderzoek ‘Kiezen voor de stad’ is overigens niet het laatste woord als het gaat om de vraag hoe de allochtone mid- denklasse voor de stad te behouden is. De komende jaren zal het onderzoek naar dit onderwerp vanuit de Erasmus Universiteit worden voortgezet, zoals ook MOVISIE zich de komende jaren zal blijven buigen over de vraag welke sociaal-fysieke infrastructuur past bij de wensen en ambities van stadsbewoners en stadsbe- stuurders. Prof. dr. Jack Burgers (Afdeling Sociologie, EUR) 04 055 1. Inleiding: de zwarte vlucht 1.1 De trek naar buiten is zo oud als de steden zelf. Al in de zeventiende eeuw beschik- ten welgestelde Amsterdammers over een buitenverblijf in de ‘Succesvolle allochtonen trekken massaal naar Almere’, kopte Watergraafsmeer, langs de oevers van Vecht of Amstel, of tegen het Parool op 9 december 2003. Aanleiding voor dit bericht de duinenrij bij Haarlem (SCP 2006). In het voorjaar laadde men vormde een studie van de gemeente Almere waarin becijferd de trekschuit vol met huisraad en men vertrok naar het buiten- was dat tweederde van de Amsterdammers die zich in Almere huis, om pas diep in de herfst weer in de stad terug te keren. vestigde, van allochtone komaf was. In januari 2006 schreef In de loop der tijd werd ‘buiten’ wonen voor een grotere groep NRC Handelsblad dat de laatste jaren net zoveel allochtonen bereikbaar. als autochtonen Amsterdam verlaten. Waar Surinamers zich vooral aangetrokken voelen tot Almere, vertrekken Turken en Wat drijft allochtone groepen de stad uit? Marokkanen veelal naar Hoofddorp, Zaanstad en Purmerend. Eerste onderzoekingen maken duidelijk dat hun beweegredenen Eerder had het Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) in overeenkomen met die van autochtone groepen (SmartAgent Rotterdam gemeld dat Surinaamse gezinnen in toenemende 2001; De Groot 2004; Karsten, Reijndorp en Van der Zwaard mate op zoek gaan naar een groene, kindvriendelijke en veilige 2006). Allochtone middengroepen zijn op zoek naar betaalbare, woonomgeving in de regio Rotterdam (Ouweneel 2002). Het veilige, rustige woonomgevingen, naar wat grotere huizen met Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) noteerde in 2004: ‘ook in een tuin, naar kindvriendelijke buurten met speelgelegenheid Nederland (begint) zichtbaar te worden dat de allochtone mid- en gemengde scholen. Dit zijn de krachtige ‘pull-factoren’ van denklasse uit de stad trekt om in de regio een woning te betrek- suburbane woonmilieus. Vooral (aankomende) gezinnen voelen ken’ (2004: 144). De zwarte vlucht – de trek van de allochtone de trekkracht van suburbia. De Groot (2004) onderzocht de uit- middenklasse naar de suburbs en vinex-locaties van Nederland stroom van Surinaamse Amsterdammers naar Almere, en stelde – begint in het oog te lopen. vast dat vaak gezinsuitbreiding het motief was om Amsterdam voor Almere te verruilen. In Almere is de woning te krijgen die in Dat kan ook niet anders, omdat het om grote aantallen gaat en Amsterdam zo moeilijk te bemachtigen is: de (nieuwbouw) om aantallen die volgens recente prognoses van het Ruimtelijk eengezinswoning met een tuin. De Groot (2004: 81) in dit ver- Planbureau en het Centraal Bureau voor de Statistiek (2006) de band: ‘Surinamers verschillen dus niet van de doorsnee vestigers komende twee decennia verder in omvang zullen toenemen. In in Almere’. En diezelfde conclusie is door te trekken naar Turken 2025 zal in gemeenten als Schiedam, Diemen en Almere het aan- en Marokkanen. Zo schrijven Karsten et al. (2006) dat Turkse deel niet-westerse allochtonen tot circa 30 procent toenemen, en Surinaamse sociale stijgers zich geenszins schamen voor een percentage dat aanzienlijk boven het huidige percentage van het huisje-boompje-beestje ideaal, terwijl uit het woonwensen- een stad als Utrecht ligt. Daartegenover staat dat de groei van onderzoek van SmartAgent (2001) blijkt dat de woonambities van het aantal niet-westerse allochtonen in de grote steden zal Turken, Marokkanen en Surinamers sterk wijzen in de richting stabiliseren; in Amsterdam en Den Haag wordt zelfs een afname van het suburbane woonmilieu. verwacht. Volgens de onderzoekers is er in 2025 sprake van ‘grote regionale veranderingen ten opzichte van de situatie De drijfveren van de allochtone middenklasse sporen dus sterk in 2005’. Die veranderingen komen vooral op het conto van met die van autochtone middenklasse. SmartAgent (2001) Surinamers. Naar verwachting neemt hun aantal in de vier grote spreekt dan ook de verwachting uit dat allochtonen gaandeweg steden met ongeveer 50.000 af, terwijl buiten de steden een meer op de woningmarkt zullen emanciperen, en dat hun woon- toename verwacht wordt van 90.000. Maar ook andere etnische wensen steeds meer de woonwensen van autochtonen gaan groepen zullen buiten de steden hun woning gaan zoeken en benaderen. Voor zover de onderzoekers verschillen tussen cul- bemachtigen. turele groepen aantroffen, liggen die veel sterker bij de eerste dan bij de tweede generatie. Ook Karsten et al. (2006) signaleren De trek naar buiten dat de tweede generatie makkelijker denkt over verandering Succesvolle allochtonen treden vandaag de dag in het spoor van van baan en woonplek dan de eerste generatie. De ‘black flight’ vele andere succesvolle voorgangers, want ‘de trek naar buiten’ die zich in de migratiestatistieken aftekent, lijkt dus te wijzen 066 op het ontstaan van een allochtone middenklasse die er gaan- de komst van kinderen. De onderzoekers stellen vast dat niet voor deweg beter in slaagt haar woonwensen te realiseren (Dagevos alle ouders de gewenste woning in suburbia hoeft te staan. ‘Ze en Gijsberts 2005). Wie hogerop komt op de maatschappelijke associëren ouderschap met een eengezinswoning met een tuin, ladder, ziet kans de stedelijke concentratiewijken de rug toe te maar waar die moet staan is nog vaag’ (Karsten et al 2006: 31). keren. We zien dat Surinamers en Turken die stap nu aan het Daarbij maken de onderzoekers de kanttekening dat kindvrien- zetten zijn. Marokkanen blijven vooralsnog achter, maar ook zij delijkheid voor deze groep weliswaar een cruciale factor is in de weten geleidelijke hun woonsituatie te verbeteren. Niet voor niets keuze van een woning, maar dat beter gesproken kan worden schrijft het SCP in de ‘Rapportage Minderheden 2005’ dat zich in van ‘oudervriendelijkheid’. De wijk wordt immers niet beoordeeld Nederland een Marokkaanse middenklasse begint af te tekenen. door de ogen van de kinderen, maar vanuit de pedagogische kwa- liteitseisen van de ouders. De witte vlucht Met het groeikernenbeleid – beleidsmakers spraken van Het bij elkaar brengen van dit soort stukjes kennis (‘realiseer in ‘gebundelde deconcentratie’ – uit de Tweede Nota Ruimtelijke de stad eengezinswoningen met een tuin’, ‘maak de stad ouder- Ordening (1966), kwam eind jaren zestig een suburbanisatiegolf vriendelijk’) is belangrijk bij het vinden van strategieën en het op gang.
Recommended publications
  • TU1206 COST Sub-Urban WG1 Report I
    Sub-Urban COST is supported by the EU Framework Programme Horizon 2020 Rotterdam TU1206-WG1-013 TU1206 COST Sub-Urban WG1 Report I. van Campenhout, K de Vette, J. Schokker & M van der Meulen Sub-Urban COST is supported by the EU Framework Programme Horizon 2020 COST TU1206 Sub-Urban Report TU1206-WG1-013 Published March 2016 Authors: I. van Campenhout, K de Vette, J. Schokker & M van der Meulen Editors: Ola M. Sæther and Achim A. Beylich (NGU) Layout: Guri V. Ganerød (NGU) COST (European Cooperation in Science and Technology) is a pan-European intergovernmental framework. Its mission is to enable break-through scientific and technological developments leading to new concepts and products and thereby contribute to strengthening Europe’s research and innovation capacities. It allows researchers, engineers and scholars to jointly develop their own ideas and take new initiatives across all fields of science and technology, while promoting multi- and interdisciplinary approaches. COST aims at fostering a better integration of less research intensive countries to the knowledge hubs of the European Research Area. The COST Association, an International not-for-profit Association under Belgian Law, integrates all management, governing and administrative functions necessary for the operation of the framework. The COST Association has currently 36 Member Countries. www.cost.eu www.sub-urban.eu www.cost.eu Rotterdam between Cables and Carboniferous City development and its subsurface 04-07-2016 Contents 1. Introduction ...............................................................................................................................5
    [Show full text]
  • Thuiswonende Tot -Jarige Amsterdammers
    [Geef tekst op] - Thuiswonende tot -jarige Amsterdammers Onderzoek, Informatie en Statistiek Onderzoek, Informatie en Statistiek | Thuiswonende tot - arigen in Amsterdam In opdracht van: stadsdeel 'uid Pro ectnummer: )*) Auteru: Lieselotte ,icknese -ester ,ooi ,ezoekadres: Oudezi ds .oorburgwal 0 Telefoon 1) Postbus 213, ) AR Amsterdam www.ois.amsterdam.nl l.bicknese6amsterdam.nl Amsterdam, augustus )* 7oto voorzi de: 8itzicht 9estertoren, fotograaf Cecile Obertop ()) Onderzoek, Informatie en Statistiek | Thuiswonende tot - arigen in Amsterdam Samenvatting Amsterdam telt begin )* 0.*2= inwoners met een leefti d tussen de en aar. .an hen staan er 03.0)3 ()%) ingeschreven op het woonadres van (een van) de ouders. -et merendeel van deze thuiswonenden is geboren in Amsterdam (3%). OIS heeft op verzoek van stadsdeel 'uid gekeken waar de thuiswonende Amsterdammers wonen en hoe deze groep is samengesteld. Ook wordt gekeken naar de kenmerken van de -plussers die hun ouderli ke woning recent hebben verlaten. Ruim een kwart van de thuiswonende tot -jarigen woont in ieuw-West .an de thuiswonende tot en met 0*- arige Amsterdammers wonen er *.=** (2%) in Nieuw- 9est. Daarna wonen de meesten in 'uidoost (2.)A )2% van alle thuiswonenden). De stadsdelen Noord en Oost tellen ieder circa 1.2 thuiswonenden ()1%). In 9est zi n het er circa 1. ()0%), 'uid telt er ruim .) ())%) en in Centrum gaat het om .) tot en met 0*- arigen (2%). In bi lage ) zi n ci fers opgenomen op wi k- en buurtniveau. Driekwart van alle thuiswonende tot en met 0*- arige Amsterdammers is onger dan 3 aar. In Nieuw-9est en Noord is dit aandeel wat hoger (==%), terwi l in 'uidoost thuiswonenden vaker ouder zi n dan 3 aar (0%).
    [Show full text]
  • Transvaalbuurt (Amsterdam) - Wikipedia
    Transvaalbuurt (Amsterdam) - Wikipedia http://nl.wikipedia.org/wiki/Transvaalbuurt_(Amsterdam) 52° 21' 14" N 4° 55' 11"Archief E Philip Staal (http://toolserver.org/~geohack Transvaalbuurt (Amsterdam)/geohack.php?language=nl& params=52_21_14.19_N_4_55_11.49_E_scale:6250_type:landmark_region:NL& pagename=Transvaalbuurt_(Amsterdam)) Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie De Transvaalbuurt is een buurt van het stadsdeel Oost van de Transvaalbuurt gemeente Amsterdam, onderdeel van de stad Amsterdam in de Nederlandse provincie Noord-Holland. De buurt ligt tussen de Wijk van Amsterdam Transvaalkade in het zuiden, de Wibautstraat in het westen, de spoorlijn tussen Amstelstation en Muiderpoortstation in het noorden en de Linnaeusstraat in het oosten. De buurt heeft een oppervlakte van 38 hectare, telt 4500 woningen en heeft bijna 10.000 inwoners.[1] Inhoud Kerngegevens 1 Oorsprong Gemeente Amsterdam 2 Naam Stadsdeel Oost 3 Statistiek Oppervlakte 38 ha 4 Bronnen Inwoners 10.000 5 Noten Oorsprong De Transvaalbuurt is in de jaren '10 en '20 van de 20e eeuw gebouwd als stadsuitbreidingswijk. Architect Berlage ontwierp het stratenplan: kromme en rechte straten afgewisseld met pleinen en plantsoenen. Veel van de arbeiderswoningen werden gebouwd in de stijl van de Amsterdamse School. Dit maakt dat dat deel van de buurt een eigen waarde heeft, met bijzondere hoekjes en mooie afwerkingen. Nadeel van deze bouw is dat een groot deel van de woningen relatief klein is. Aan de basis van de Transvaalbuurt stonden enkele woningbouwverenigingen, die er huizenblokken
    [Show full text]
  • Download De EVR 2019
    ECONOMISCHE VERKENNING ROTTERDAM 2019 GROEI VAN DE STAD. INHOUDSOPGAVE. Voorwoord 4 Trends en ontwikkelingen Groei van de stad 6 Essay Uitdagingen voor een groeiend Rotterdam 10 Essay Diensten motor voor Rotterdamse economie 12 Rabobank Herboren Rotterdam houdt wind in de zeilen 24 Kamer van Koophandel Groeien kun je leren 28 UWV Oplossingen voor het personeelstekort 32 Essay Hoe ziet Rotterdam er in 2035 uit? 34 Essay Dit kan Rotterdam leren van andere steden 38 InHolland Rotterdam heeft een duurzaam voedselsysteem nodig 48 CGI Mobility as a Service houdt de Maasstad bereikbaar 50 Essay Rotterdamse woningmarkt naar een nieuw evenwicht 52 Ooms In toekomstig Rotterdam gaan wonen en werken samen 58 R’damse Nieuwe Houd de stad toegankelijk voor alle Rotterdammers 60 Interview Rotterdam groeit: wat doen we goed en wat blijft achter? 62 Havenbedrijf Plek voor stad én haven 64 Essay Spanning tussen wonen en maakindustrie 66 Erasmus Universiteit Rotterdam Grotere baankansen bij goede vervoersinfrastructuur 76 Randstad Naar een arbeidsmarkt voor iedereen 78 UWV Potentiële beroepsbevolking Rijnmond krimpt 80 Albeda Samenwerken aan een sterke stad voor de toekomst 82 Essay Consumptieve voorzieningen als vliegwiel 84 Rotterdam Partners Zorg dat kennismigranten zich thuis voelen 92 Colofon 94 EVR 2019 Rotterdam | Inhoudsopgave 3 Voorwoord VOORWOORD. Rotterdam is aanjager van de economie in de regio. De vestigingsklimaat ontwikkelen waar we rekening houden met werkgelegenheid groeit en er komen steeds meer nieuwe alle veranderingen die de transitie naar de nieuwe economie bedrijven bij. Steeds meer wijken en mensen profiteren met zich meebrengt. We zetten ons in voor digitalisering, van de groei van de economie.
    [Show full text]
  • Juryrapport Citylab010 2020
    Juryrapport CityLab010 2020 Van Stadsjury CityLab010 Datum Oktober 2020 1 Inhoudsopgave 1. Wildcards 2. Gelijke kansen 3. Groei van de Stad 4. Energietransitie 5. Nieuwe economie 6. Samenleven 7. Toerisme en stadscultuur 2 1. Thema: Wildcards 3 Stoken voor de Bijen Initiatiefnemer: Serious Bee Distillers Samenvatting Stichting BeeSerious werkt aan het behoud van de honingbij d.m.v. de teelt van bijen met hoge resistentie tegen de varroamijt. De volgende stap is het in eigen huis ambachtelijk distilleren van honing tot unieke 'finest mead brandy', de ontwikkeling van educatiemateriaal en een informatiecentrum. Zie ook: https://www.citylab010.nl/initiatieven/distilleren-voor-de-bijen Subsidie Aangevraagd subsidiebedrag: € 45.200,00 Voorstel toekenning subsidiebedrag: € 45.200,00 Definitieve scores stadsjury Kwaliteit Mate van Maatschappelijke bijdrage (MB) Totaal aantal punten projectplan Vernieuwing (MBx2) 1 2 3 9 Motivering Kwaliteit Doestelling van dit project is het professionaliseren van productie en verkoop van Projectplan bijenproducten waaronder distillaten. Dit geeft omzet die kan worden ingezet voor het doel van de stichting: het tegengaan van de bijensterfte. Het team is prima in staat om de productie op te voeren, bijen te telen en aan bewustwording te werken. De promotiecampagne is globaal uitgewerkt en vraagt in de uitwerking nog om een kwaliteitsslag. Vernieuwing Honingdistillaat is zeer vernieuwend product. Het kan niet anders dan 2 punten krijgen. Maatschappelijke Het is een bijzonder sympathiek plan van bevlogen (ervaren) imkers met een groot Bijdrage maatschappelijk belang: tegengaan van de hoge bijensterfte door de teelt van bijen met een hoge resistentie tegen de varroamijt. Heel bijzonder om een mooi product te maken dat hier ook aandacht voor heeft en de winst te investeren in het helpen groeien van gezonde bijenvolken.
    [Show full text]
  • Ruimtelijke Onderbouwing Realisatie Supermarkt En Woningen Zwart Janstraat Rotterdam
    Ruimtelijke onderbouwing realisatie supermarkt en woningen Zwart Janstraat Rotterdam Adromi B.V. Ruimtelijke onderbouwing realisatie supermarkt Reeweg 146 3343 AP Hendrik-Ido-Ambacht en woningen Zwart Janstraat Rotterdam T 078 – 684 55 55 F 078 – 684 55 59 [email protected] www.adromi.nl K.v.K. 230.825.46 te Rotterdam BTW: 8050.63.286.B.01 IBAN: NL75RABO0385477481 Projectnummer: wil/R201814/1802g IDN: NL.IMRO.0599.PB5080Nrdblvrd-va01 Status: Definitief Datum: 24-9-2019 Auteur: Geaccordeerd: Ruimtelijke onderbouwing realisatie supermarkt en woningen Inhoudsopgave 1. Inleiding ........................................................................................................................................... 4 1.1. Aanleiding ................................................................................................................................ 4 1.2. Doel van het project ................................................................................................................ 4 1.3. Ligging projectgebied .............................................................................................................. 4 1.4. Strijdigheid met het geldende bestemmingsplan ................................................................... 5 2. Beleidskader .................................................................................................................................... 6 2.1. Rijksbeleid...............................................................................................................................
    [Show full text]
  • Fact Sheet Leefbaarheidsindex Periode 2010-2012
    Fact sheet Leefbaarheidsindex Periode 2010-2012 nummer 3 | februari 2013 Deze fact sheet gaat in op de leefbaarheid van buurten in Amsterdam. Ontwikkelingen vanaf 2010 komen aan de orde, met specifieke aandacht voor de verandering tussen 2011 en 2012. De leefbaarheid in Amsterdam is tussen 2010 en 2012 licht verbeterd. Tussen 2011 en 2012 is de leefbaarheid op vergelijkbaar niveau gebleven. Bewoners in de stadsdelen Centrum, Nieuw-West en Noord beoordelen in 2012 de leefbaarheid het slechtste. Bewoners van Zuid en Zuidoost beoordelen de leefbaarheid juist beter dan gemiddeld het geval is. Een openbare ruimte die schoon, heel en veilig is hun buurt ervaren, oftewel het gaat om een draagt bij aan het verminderen van gevoelens van subjectieve index. onveiligheid. Om deze reden is in het Programakkoord Amsterdam 2010-2014 opge- Het bronjaar van de leefbaarheidsindex is 2010 nomen dat de leefbaarheid van Amsterdamse (oftewel de index is in 2010 op 100 gezet). De buurten gemonitord moet worden met een scores op de 24 verschillende indicatoren zijn leefbaarheidsindex. Op verzoek van de direc- per indicator geïndexeerd door te delen door tie Openbare Orde en Veiligheid (OOV) van de de gemiddelde waarde in 2010.1 De indexcijfers gemeente Amsterdam heeft O+S deze leefbaar- worden per buurt gepresenteerd met toevoe- heidsindex ontworpen. De leefbaarheidsindex ging van de kleuren rood, oranje, lichtgroen en bestaat uit drie deelindexen, die elk uit acht donkergroen. Deze kleuren laten zien hoe de indicatoren bestaan (zie tabel 1). De indicatoren leefbaarheid van de buurt zich verhoudt tot de komen uit de Veiligheidsmonitor Amsterdam- gemiddelde buurt in Amsterdam in 2010.
    [Show full text]
  • Neighbourhood Liveability and Active Modes of Transport the City of Amsterdam
    Neighbourhood Liveability and Active modes of transport The city of Amsterdam ___________________________________________________________________________ Yael Federman s4786661 Master thesis European Spatial and Environmental Planning (ESEP) Nijmegen school of management Thesis supervisor: Professor Karel Martens Second reader: Dr. Peraphan Jittrapiro Radboud University Nijmegen, March 2018 i List of Tables ........................................................................................................................................... ii Acknowledgment .................................................................................................................................... ii Abstract ................................................................................................................................................... 1 1. Introduction .................................................................................................................................... 2 1.1. Liveability, cycling and walking .............................................................................................. 2 1.2. Research aim and research question ..................................................................................... 3 1.3. Scientific and social relevance ............................................................................................... 4 2. Theoretical background ................................................................................................................. 5 2.1.
    [Show full text]
  • Vakoefening Charlois Aan Het Water
    CHARLOIS AAN HET WATER Workshop meel, gist en water CHARLOIS AAN HET WATER Workshop meel, gist en water Gemeente Rotterdam Bureau Frontlijn Flyer voor de workshop 4 Charlois aan het water Veldacademie INLEIDING ‘Charlois aan het Water is een project dat De opdracht zich richt op de toekomst van de Maashavenkades Charlois. Workshop meel, gister en water Doel is het samenbrengen van alle betrokkenen (bewoners, gemeente, Wij; Timo van de Ven, Sanne Pronk, Anne Berkers, Havenbedrijf, marktpartijen, etc.) en het Davey van Giesen, Inge van der Ploeg, Steffi von Brunner en Annemieke Bláha, afstudeer studenten gezamenlijk opstellen van duurzame aan de Veldacademie, kregen de opdracht mee te toekomstscenario’s voor de kade.’ werken aan de voorbereidingen van de workshop Vitibuck Architects ‘Meel Gist en Water”. Aan de hand van 3 thema’s; Toerisme en recreatie, economie en onderwijs ‘Charlois aan het water’ is een samenwerking tussen en Publieke ruimte en experiment, werden visies Vitibuck architects, het Rotterdams wijktheater en opgesteld voor de Maaskade. Doelstelling van dit G-routes. Samen willen zijn met dit project een project was invulling te geven aan de workshop in binnenstedelijke havenlocatie op de kaart zetten en vorm van een presentatie en ruimtelijke installatie de potenties van de plek laten zien. voor de workshop. Om een visie op te kunnen stellen voor deze 3 thema’s werd in twee groepen van twee Op 29 september 2012 was de kick-off van het project en één groep van drie gewerkt aan een onderzoek op het terrein van de voormalige vuilverbrander aan waarbij de relatie wijk en kade (havengebieden en de Brielselaan.
    [Show full text]
  • Nieuwe Buren. Een Onderzoek Naar De Veranderende Sociale
    NIEUWE BUREN Een onderzoek naar de veranderende sociale compositie in drie Rotterdamse wijken Afke Weltevrede Alexandra van den Heerik Natascha Helmer Jan de Boom NIEUWE BUREN Een onderzoek naar de veranderende sociale compositie in drie Rotterdamse wijken Afke Weltevrede Alexandra van den Heerik Natascha Helmer Jan de Boom Rotterdam, april 2018 Erasmus Universiteit Rotterdam/ Risbo Postbus 1738 3000 DR Rotterdam tel.: 010-4082124 fax: 010-4081141 © Copyright Risbo BV. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze dan ook zonder voorafgaande toestemming van de Directie van het Instituut. Woord vooraf Rotterdam wil meer ‘sterke schouders’ en ‘kansrijke gezinnen’ onder haar bewoners in de stad. Door veranderingen in de woningvoorraad, verbeteringen van de openbare ruimte en het onderwijs wil men meer middengroepen in bepaalde wijken in Rotterdam aan- trekken en vasthouden. Daarvoor zijn in de periode 2014-2017 negen ‘kansrijke wijken’ rondom het centrum van Rotterdam aangewezen. Wetenschappers en beleidsmakers willen weten hoe de ontwikkelingen in deze kans- rijke wijken verlopen en inzicht in wat de komst van nieuwe ‘kansrijke’ bewoners bete- kent voor de buurt en haar bewoners. Hiertoe zijn een tweetal onderzoeken1 uitgevoerd in opdracht van de Kenniswerkplaats Leefbare Wijken en de clusters Stadsontwikkeling en Maatschappelijke Ontwikkeling van de Gemeente Rotterdam. De onderzoeken zijn uitgevoerd door Risbo, een onder- zoeksinstituut verbonden aan de Erasmus Universiteit en OBI, de onderzoeksafdeling van de gemeente Rotterdam. — Het onderzoek ‘Dynamiek in kansrijke wijken’ van Matthieu Permentier van OBI (2018) schetst op basis van beschikbare statistische gegevens de ontwikkelingen in de kansrijke wijken op het gebied van bevolking, sociaaleconomische ontwikkeling, onderwijs en leefbaarheid.
    [Show full text]
  • Evaluatie Toezichthouders Transvaalbuurt Amsterdam Oost Derde Tussenrapportage (Najaar 2008)
    Evaluatie toezichthouders Transvaalbuurt Amsterdam Oost Derde tussenrapportage (najaar 2008) Sander Flight Marieke de Groot Paul Hulshof Evaluatie toezichthouders Transvaalbuurt Amsterdam Oost Derde tussenrapportage (najaar 2008) Amsterdam, 4 november 2008 Sander Flight Marieke de Groot Paul Hulshof DSP – groep BV Van Diemenstraat 374 1013 CR Amsterdam T: +31 (0)20 625 75 37 F: +31 (0)20 627 47 59 E: [email protected] W: www.dsp-groep.nl KvK: 33176766 A'dam Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Ontwikkeling overlast en criminaliteit 7 2.1 Drugsoverlast gedaald, jeugdoverlast toegenomen 7 2.2 Criminaliteit gedaald 8 2.3 Verplaatsing 9 3 Samenwerking, organisatie en kwaliteit van toezicht 10 3.1 Samenwerking tussen politie, toezichthouders en Vliegende Brigade 10 3.2 Organisatie en samenwerking politie en toezichthouders 11 4 Samenvatting en verbeterpunten 13 4.1 Samenvatting 13 4.2 Verbeterpunten 14 Bijlagen Bijlage 1 Politiecijfers, dagrapportages en logboeken 18 Bijlage 2 Onderzoeksverantwoording 25 Pagina 2 Evaluatie toezichthouders Transvaalbuurt Amsterdam Oost DSP - groep 1 Inleiding Stadsdeel Oost/Watergraafsmeer zet in de Transvaalbuurt sinds 2006 extra toezichthouders in om de leefbaarheid en veiligheid te vergroten. Na een pilot in 2006 bleek dat de meerderheid van de ondernemers en bewoners vond dat de overlast verminderd was. Ook politie en toezichthouders waren positief. Daarom is besloten een structureel karakter aan het extra toezicht te geven. De toezichthouders hebben als doel de veiligheid in het gebied te vergroten, de leefbaarheid te verbeteren en bij te dragen aan een verbetering van de sociale cohesie in de buurt: • Daling van 25% in aangiftecijfers, bij gelijkblijvende aangiftebereidheid; • Verbetering subjectieve veiligheid en leefbaarheid in de buurt.
    [Show full text]
  • Herijkt Gebiedsplan Delfshaven 2016-2018 Vastgesteld Op 15 Maart 2016 Door De Gebiedscommissie Delfshaven
    Herijkt Gebiedsplan Delfshaven 2016-2018 Herijkt Gebiedsplan Delfshaven 2016-2018 Vastgesteld op 15 maart 2016 door de Gebiedscommissie Delfshaven Colofon Dit Gebiedsplan is tot stand gekomen in goede samen- werking tussen de Gebiedscommissie Delfshaven, de Gebiedsorganisatie Delfshaven, accounthouders van de clusters, professionals en vele bewoners en ondernemers Gebiedscommissie Delfshaven [email protected] Postadres: Postbus 70012, 3000 KP Rotterdam Tekst: gebied Delfshaven Vormgeving: RSO Fotografie: Ruben Hamelink, Arnoud Verhey (foto voorzijde) Rotterdam – Delfshaven, maart 2016 2 Herijkt Gebiedsplan Delfshaven 2016-2018 Inhoudsopgave Leeswijzer 5 1 Inleiding en participatie 7 1.1 Kleurrijk Delfshaven 7 1.2 Naar een nieuwe cultuur van samen de stad maken 7 1.3 Participatie in de praktijk 8 1.4 Participatie en het gebiedsplan 8 2 Spangen, Oud-Mathenesse en Witte Dorp 11 2.1 De ambitie voor de wijken 11 2.1.1 Wijkbeschrijving 11 2.1.2 De ambitie 11 2.2 De doelen 12 2.2.1 Diagrammen wijkprofiel en SWOT 12 2.2.1 Doelen 12 2.3 De aanpak 13 2.3.1 Strategieën 13 2.3.2 Prioriteiten 15 3 Bospolder - Tussendijken 17 3.1 De ambities voor de wijk 17 3.1.1 Wijkbeschrijving 17 3.1.2 De ambitie 17 3.2 De doelen 18 3.2.1 Diagrammen wijkprofiel en SWOT 18 3.2.2 Doelen 19 3.3 De aanpak 19 3.3.1 Strategieën 19 3.3.2 Prioriteiten 20 4 Middelland en het Nieuwe Westen 23 4.1 De ambities voor de wijk 23 4.1.1 Wijkbeschrijving 23 4.1.2 De ambitie 23 4.2 De doelen 24 4.2.1 Diagrammen wijkprofiel en SWOT 24 4.2.2 Doelen 25 4.3 De aanpak 25 4.3.1 Strategieën 25 4.3.2 Prioriteiten 26 5 Delfshaven, Schiemond en het Lloydkwartier 29 5.1 De ambities voor de wijk 29 5.1.1 Wijkbeschrijving 29 5.1.2 De ambitie 30 5.2 De doelen 31 5.2.1 Diagrammen wijkprofiel en SWOT (sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen) 31 5.2.2 Doelen 32 5.3 De aanpak 33 5.3.1 Strategieën 33 5.3.2 Prioriteiten 36 Herijkt Gebiedsplan Delfshaven 2016-2018 3 6 Prioriteiten en actiepunten 39 1.
    [Show full text]