Weg En Wat.Erbouw
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
1. WEG EN WAT.ERBOUW Maandschrift gewijd aan het ontwerp en de uitvoering van ciVÏel-technische werken, voortzetting van het Maandblad Weg en 'Vegenbouw Officieel orgaan van de Vakgroepen BaggerwerkelI, Grond- en lVaterbouw en~eg'enbouw der .Bedrijfsgroep Bouwindust.rie Hoofdredacteur )}r. Ir. M. J. W. Roegholt. Redactie-adres: Oudenrijn "6, Utrecht. Advertenties en Abonnelnenten: A. W. SJjthoff's Uitg.rnij N.V., Leiden. Abonnelnentsprijs f10.150 p. j., losse nnrnrners CI, Jaargang 6 NUDlDler 5-6 Mei-Juni I946 I N HO U D: Inpoldering van R ietgorzen, Krek en en J-Vater i n de Z.g. P an of Kri m op Rozenb·ura, d oor Ir. A. G. Verhoeven , blz. 55 - D e Noordoostelijke polder der Z 'l.tide'rzeewerken, door Ir. F . L . v. d. Bom Jr., blz. 68 - B aanverbeten'.ngen bi j de Nederlandsche Spoorwegen ten behoet'c van het ri jden mel groole treinsnelheden, door Ir. J . L. A. Cu perus, blz. 85. INPOLDERING VAN RIETGORZEN, KREKEN EN W ATEB IN DE Z.G. PAN OF KRIM OP ROZENBURG Inleiding. plannen volledig uitgewerkt, zoodat tijdens de De voedselschaarschte tijdens den oorlog, waarin uitvoering nog tal van terreinopmetingen en ons land op 10 Mei 1940 werd betrokken, bracht waterpassingen moesten geschieden ten einde mede, dat al het mogelijke moest worden gedaan voor later aan te besteden en uit te voeren onder om de in ons land beschikbare oppervlakte land dee1en de plannen, bestekken en begrootingen bouwgronden ten spoedigste te vergrooten. Uit nauwkeurig te kunnen opmaken. Van deze werken dien hoofde moest, nadat reeds in de jaren 1941 is het eerstgenoemde thans, met uitzondering van en 1942 de bedijking van den Bospolder met om de te bouwen opstallen en de langs de wegen aan geving onder de gemeenten Ridderkerk en Hendrik te brengen beplanting, geheel voltooid. Het tweede Ido-Ambacht tot stand was gebracht, op korten nadert zijn voltooiing, terwijl de uitvoering van termijn nog de uitvoering van een drietal inpolde het derde zeer is vertraagd door het herstellen van ringen ter hand worden genomen, t.w. : ernstige stormschaden. Van de voorgeschiedenis en de uitvoering van Ie. de inpoldering van buitengronden in de Z.g. de bedijkingswerken op Rozenburg zij hier een a Pan of Krim op het westelijk deel van het nadere beschrijving gegeven. eiland Rozenburg; Voorgeschiedenis en ligging der gronden. J.) 2e. de omkading van gorzen voor en bij den Kroningspolder onder de gemeente Stellen . De geschiedenis van de geographische wording dam; van het eiland Rozenburg vangt aan na den be kenden St. Elizabethsvloed, voorgevallen in den 3e. de bedijking van kweldergronden onder de nacht van 18 op 19 November 1421, aldus genaamd gemeenten Uithuizen en Uithuizermeeden. naar den heiligen dag op 19 November. Ingrijpende Bij den aanvang dezer werken was geen der veranderingen niet alleen voor het oogenblik 55 doch ook voor de toekomst grepen toen pl<lats 8 m. Ten aanzien van de nabijgelegen polders zij in het gebied van de benedenrivieren van dit deel nog het volgeilde vermeld 1). van ons land. Zoo was de verzanding van den De bedijking van den Scheurpolder werd zeearm tusschen de eilanden Voorne en Putten voltooid in 1870; een gedeelte van den N oord en het vaste land van Zuid-Holland als een gevolg bankpolder was reeds omkaad in 1853, uitgebreid daarvan te beschouwen. Immers door de ver in 1872 en watervrij ·bedijkt en vergroot in 1879, mindering in vermogen verzandde allengs deze terwijl de bedijking van den Jantjespolder daarop benedenloop, . begonnen zich platen te vormen volgde in 1885. Het kanaal door Rozenburg, dat en ontstond het oostelijk gedeelte van het eiland deel uitmaakte van de werken tot doorgraving Rozenburg. De breede zeearm tusschen Brielle van den Hoek van Holland' ten behoeve van en Maassluis werd teruggebracht tot twee smal den Waterweg van Rotterdam naar zee, kwam lere riviermonden langs de Noord- en Zuidzijde nagenoeg gereed in 1883 en werd op 1 Februari van het eiland. De noordelijke arm, het Scheur, 1884 in gebruik gesteld. verondiepte meer en meer en deze voortgaande Na den aanleg van den afsluitdam Dam de verondieping leverde een gevaar op voor het be sterke verzanding en opslibbing van de benoorden houd van Rotterdam als een der belangrijkste en bezuiden daarvan gelegen gedeelten van de handelssteden der wereld. Om nu Rotterdam ook voormalige Scheurmonding een aanvang. Om zich in de toekomst voor de steeds grooter wordende een denkbeeld te vormen van de aanslibbing zij zeeschepen bereikbaar te doen zijn, moest men tij vermeld, dat de aanwezige steenglooiingen op en dig daarvoor een oplossing vinden. Het geniale tegen den dam thans ongeveer 2 m in den grond ontwerp van den ingenieur van den Rijkswater zijn ingesloten. Vooral bezuiden den dam vormden staat P. Caland om den Nieuwen Waterweg te zich gaandeweg uitgestrekte rietgorzen. Dit riet graven en daartoe de punt bij Hoek van Holland was van slechte hoedanigheid. Zeer veelvuldig door te graven c.a. bleek daarvoor het aange trof men op deze gronden ook aan de Cochleária wezen plan te zijn. Deze werken gingen gepaard Linnaeus (lepelblad). Het terrein was doorsneden met de afdamming van het boveneinde van het door tal van groote en kleine kreken, waarvan Scheur. Het maken van dezen afsluitdam ving aan de groote uitmondden in de Brielsche Maas. Een in 1868 en kwam in 1872 tot stand. Deze dam gedeelte dezer gronden ter grootte van- 60 ha, werd later doorgegraven. Immers om het tijd grenzende aan den afsluitdam, was reeds in 1914 roovende schutten van de grond bakken door het onder den naam van Weipolder doot een zomer in 1872 op kosten van den pachter van de Staats kade omgeven. Deze rietgorzen en kreken en dit gronden in den Scheurpolder aangelegde schut water behoorden in eigendom toe ten deele aan den sluisje (ter plaatse, waar thans de nieuwe uitwate Staat en ten deele aan de Vereeniging tot Land ringssluis is gebouwd) te ontgaan, verkregen de verbetering te Dordrecht. Het beheer van de aannemer~ van het grondopruimingswerk op Staatsbuitengronden en den Z.g. Weipolder be hun verzoek vergunning om op 2100 m bewesten rustte bij den Rentmeester der Domeinen te den bestaanden dam een nieuwen dam in de ver Klundert. laten Scheurmonding aan te leggen en na aanleg in den bestaanden dam een doorvaartopening Plannen en vordering der gronden. te maken, waardoor zij op goedkoopere wijze de Reeds voordat ons land in den wereldoorlog op te ruimen specie konden storten aan de West werd betrokken, rijpte bij den tegenwoordigen zijde van den in 1868-1872 aangelegd en dam. rentmeester, Dr. K. H. van Beek te Klundert, het Deze nieuwe dam kwam in 1877 tot stand en denkbeeld, dat deze gronden geschikt waren om sloot Zuidoostwaarts aan aan de hooge gronden in te polderen en op die wijze goede cultuurgron I van een ten Zuiden van den Noordbankpolder den te verkrijgen, die konden dienen om aan aanwezige eendenkooi. Daarmede verkreeg men een aantal landbouwers een zelfstandig be de verbinding tusschen de afgesneden landtong bij Hoek van Holland en het eiland Rozenburg. 1) Zie voor een meer uitvoerige beschrijving : " De Water Deze dam werd in 1879 verhoogd en verzwaard keeringen, Waterschappen en Polders van Zuid-Holland", deel V afd. 1: "Het eiland Rozenburg" door Teixeira de tot 4,53 m + N.A.P. met een kruinsbreedte van Mattos en Veth (blz. 108 t/rn 132). 56 staan te verschaffen. In verband daarmede gaf Een groot gedeelte van dit werk was van te hij in den winter 1939/40 aan de Nederlandsche waterbouwkundigen aard om dit in werkverrui Heide Maatschappij opdracht tot het opstellen ming uit te voeren. Immers aan het maken van van een voorloopig plan. Hiervoor maakte men den gehee1en nieuwen dijk met kruiwagens en gebruik van een kaart, gemaakt naar een lucht paardenspooren ongeschoolde arbeidskrachten foto, die een beeld gafvan de ligging der rietgorzen, viel niet 1 te denken, daar dit tot een mislukking kreken, duingedeelten en aangrenzende polder moest leiden. Voor het welslagen van deze onder gebieden, terwijl daarop tevens tal van globale neming was het noodig, dat de dijk voor het hoogtecijfers voorkwamen. Dit plan kwam gereed optreden van de najaarsstormen boven storm:" op 3 December 1940. Het Domeinbestuur zond vloedshoogte was opgewerkt, wat mogelijk dit ter nadere beoordeeling van den vorm en de was bij gebruik van groot aannemersmaterieel samenstelling der dijken, de ontwatering, de en geschoolde arbeidskrachten. Daarom besloot verkaveling en de begrooting van kosten aan het men 3833 mI dijk, waaronder viel het aan de Technisch Bureau der Domeinen toe. De omgren Brielsche Maas grenzende en meest moeilijke zing van het volgens dit plan in te polderen ge gedeelte aan te besteden en het resteerende gedeelte bied is door een zware getrokken lijn op figuur 1 van "1200 mI in werkverruiming uit te voeren. aangegeven. Voor dit plan kwam het ontwerp met bestek en begrooting van ko~ten op 12 Februari 1942 gereed. De opzet was gegrond op een uitvoering in De door de Wet van 14 Juli 1940 Stbl. no. 147 werkverruîming met een Rijkssubsidie in de voorgeschreven procedure voor het verkrijgen van loonen ten einde zoo mogelijk op dien grondslag de publiekrechtelijke vergunning tot bedijking, tot overeenstemming te komen met de Vereeni welke veel tijd vergt, kon men niet volgen, aan ging-eigenaresse voor een gemeenschappelijke in gezien de werken op zeer korten termijn tot uit dijking. Een dergelijke overeenstemming was alleen voering moesten komen. Men moest zich dus te verwachten, indien de overblijvende kosten niet beperken tot een mondeling overleg met den te hoog zouden zijn en de baten zouden opwegen dienst van de Benedenrivieren van den Rijks tegen de inkomsten, die men thans van de gronden waterstaat, welke dienst ook later bij de uitvoering trok.