De Markies De Condorcet

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

De Markies De Condorcet De markies de Condorcet Voordracht door Guido Heideldal Probus 1 Maastricht 25 april 2018 Inleiding Marie Jean Antoine Nicolas de Caritat, markies de Condorcet (Ribemont, 17 september 1743 – Bourg-la-Reine, 28 maart 1794) was een Franse filosoof, wiskundige en politicus (en vroege politieke wetenschapper) die het concept van de methode Condorcet ontwikkelde. In vele facetten vooruitlopend op zijn tijd als een 18e-eeuwse denker, pleitte hij voor een liberale economie, vrij en gelijk publiek onderwijs, grondwettelijk recht, en gelijke rechten voor vrouwen en voor mensen van alle rassen. Zijn ideeën en geschriften hebben de Franse en de wereldpolitiek beïnvloed en blijven invloedrijk tot aan de dag van vandaag. 2 Jean-Antoine-Nicolas de Caritat, beter bekend als de markies de Condorcet, leefde van 1743 tot 1794. De familie de Caritat, afkomstig uit de Dauphiné, ontving de grafelijke titel in 980. Ze gingen wonen in een kasteel, “Condorcet”, gelegen bij Nyons in de Provence. De provinciaalse Condorcets behoren tot een oude, lagere, provinciale adel en waren weinig gefortuneerd. De markies was één meter 75 lang, wat groot was voor zijn tijd. Hij had een rond voorhoofd, scherpe blik, een zeer geprononceerde havikneus en een ronde kin. 1 3 Waarom wil ik een voordracht wijden aan deze man? Om twee redenen: Bij het napluizen van mijn boekenverzameling werd ik geconfronteerd met een 15-tal volumes op de bovenste plank, getiteld: “Les oeuvres du marquis de Condorcet”. Een nalatenschap van mijn schoonouders. Bij het doorbladeren van het eerste volume viel mijn blik op een uitspraak die vertaald als volgt luidt: “De dwaling heeft, net zoals de waarheid, recht op vrijheid van expressie”. Deze uitsprak, gedaan door iemand die leefde in de 18e eeuw, intrigeerde mij. Een tweede reden was het feit dat de naam “Condorcet” in praktisch ieder dorp of stad van Frankrijk voorkomt als naam van een straat of school. De meeste fransen zijn dan ook bekend met deze naam maar de grote meerderheid heeft geen idee wie deze man was. Dit waren voor mij redenen genoeg om me wat verder te verdiepen in deze figuur. Belangrijk bij mijn onderzoek was de biografie van Condorcet, geschreven door Elizabeth en Robert Badinter: Markies de Condorcet 1743-1794, Een Intellectueel in de Politiek. Biografie die ook in het Nederlands werd vertaald door Frans de Haan en gedrukt in 1993 door de uitgeverij G.A. van Oorschot te Amsterdam. 2 Wij zijn allemaal kinderen van de tijd waarin we leven. Om het reilen en zeilen van Condorcet te begrijpen moeten we hem situeren in het kader, de horizon waarin hij leefde, namelijk de eeuw van de Verlichting. *Het verouderde beeld waarbij we onszelf zagen als deel uitmakend van een tijdloze, onveranderlijke, harmonieuze kosmos met God als fundamentele basis was reeds geruime tijd aan het veranderen. *Een fundamentele breuk begint zich langzaam af te tekenen in de 17e eeuw, bekend als de Renaissance. Sinds de publicatie van Descartes: “Discours de la méthode” is het niet langer God die de kosmische orde bepaalt, maar dankzij de kennis van nieuwe wetenschappelijk verantwoorde inzichten, ging men de natuur zien als geordend volgens haar eigen inzichten: “juxta propria principia”, volgens Bacon. Niet God, maar de mens staat centraal als subject, als cognitieve entiteit. Zo ontdekt Harvey de bloedsomloop waarbij hij de hartfunctie beschreef als een pomp = voorbeeld van wat men is gaan noemen: de mechanisering van ons wereldbeeld. *Deze trend zet zich verder door in de 18e eeuw, de eeuw van de verlichting waarbij zich radicale veranderingen voordeden in de sociale verhoudingen. Lodewijk XIV was opgevolgd door de regent, Philippe d’Orléans. Hij verlaat Versailles om zich te vestigen in zijn Palais Royal te Parijs. De aristocratie kon zich bevrijden van het harnas waarin ze smachten te Versailles om zich te vestigen in hun luxueuze huizen, Hôtels genoemd, waar ze vrijelijk konden doen en laten wat ze wilden. Dit was trouwens ook het gevoel dat heerste bij een bredere laag van de bevolking: het gevoel van vrijheid, vrij van alle geestelijk en wereldlijk gezag. *De verlichting heeft dus twee betekenissen. Enerzijds te zien als een zich verlichten van het juk opgelegd door autoritaire gezagdragers en anderzijds verlichting doordat de horizon van de Europese mens zich spectaculair verruimde dankzij nieuwe wetenschappelijke inzichten. Een factum in plaats van een fatum. De verlichtingsdenkers hebben dus niet gewacht op de boodschap van Obama: “yes we can”. Hoe heeft zich dit verlichtingsdenken concreet gemanifesteerd in het leven van Condorcet? Dit zal ik trachten aan te tonen door drie aspecten van hem nader te beschrijven: Drie aspecten van de Condorcet o als wetenschapper o als sociaal betrokkene o als politicus Condorcet als wetenschapper o 1758 Collège de Navarre o 1765 publicatie “Essai sur le calcul intégral” o 1770 lid van de Académie des Sciences; publicatie “L’arythmétique politique” 3 Als 15jarige jongeling wordt Condorcet in 1758 ingeschreven op het “Collège de Navarre” te Parijs, een instelling voor Middelbaar Onderwijs. Deze school stond hoog aangeschreven op het gebied van de exacte wetenschappen zoals meetkunde en wiskunde. Condorcet interesseerde zich vooral voor de algebra omdat men hier geen beroep doet op onnauwkeurige voorstellingen van de natuur maar kan volstaan met wiskundige symbolen en formules. Hier opende zich voor hem een wereld van redelijkheid en precisie vrij van theologische wartaal en filosofische vaagheid. Twee jaar later keert Condorcet terug naar zijn ouderlijk huis waar zijn moeder en een tirannieke bisschop, zijn oom, een plan hadden uitgestippeld voor zijn toekomst: hij zou de traditie van het huis Caritat de Condorcet voortzetten en zoals zijn vader officier worden. De jonge man wees dit plan af. Hij wilde wiskundige worden, wat in de ogen van de bisschop gelijk stond met onderwijzer of regent: ”een beroep uitgeoefend door straatarme kleine burgers om niet van honger om te komen”. Na een vergeefs strijd die ongeveer twee jaar duurde legde de familie zich er uiteindelijk bij neer, en vertrok de 19jarige jonge man weer naar Parijs. Hij bezoekt regelmatig een kring van wiskundigen en leerde o.a. D’Alembert kennen: de meest vooraanstaande wiskundige van Europa, en samen met Diderot één van de opstellers van de Encyclopédie. Wiskunde werd zeer belangrijk. Na Galilei ging men er in de 17e eeuw vanuit dat het grote boek van het universum in de taal van de wiskunde was geschreven. Wiskundige begrippen waren reeds aanwezig in de oudheid. Denk aan Pythagoras voor wie het universum bestaat uit getallen en hun formele verhoudingen. Maar deze mathematische eenheden moeten platonisch opgevat worden. Dat is te zeggen: als onafhankelijk van de menselijke geest bevinden deze zich in de bovennatuurlijke, platonische hemel boven tijd en ruimte. Nu, in de zeventiende eeuw, is men overtuigd dat wiskunde bedacht wordt, een product is van de menselijke geest. Via symbolen is wiskunde in staat structuren te scheppen zoals een schilder dit doet via vormen en kleuren of een dichter via woorden. De vraag werd hierbij gesteld wat de precieze relatie is tussen een formele wiskundige beschrijving van de natuur en de reële fysische wereld buiten ons. Met andere woorden men zocht een antwoord op de vraag wat toch de status is van een verzameling van op zich betekenisloze symbolen, bedacht door het menselijk brein, die ondanks hun hoge mate van abstractie toch een voortreffelijk beeld schijnen te geven van de structuren die ten grondslag liggen van de concrete fysische wereld. Dit was toen en is ook nu nog steeds een raadsel. Als 22-jarige publiceerde Condorcet een dissertatie: “Essais sur le calcul intégral”, wat een diepe indruk maakte op D’Alembert. Het is op zijn voorspraak dat Condorcet in 1770 op 27- jarige leeftijd werd toegelaten tot “L’Académie Royale des Sciences”. Over deze bliksemcarrière van Condorcet schreef D’Alembert het volgende aan Voltaire: “de condor is de grootste en sterkste vogel, bestemd om een zeer voorname rol te spelen in de wetenschappen”. Hij publiceerde nog veel artikelen zoals: “L’arithmétique politique”, waarin hij wiskundige toepassingen zag voor het maatschappelijk leven. Hij sprak van “Sociale wiskunde”, welke een breed terrein bestrijkt van rechtspraak tot verkiezingen, van belastingen tot pensioenen. Hij zou beschouwd kunnen worden als voorloper van de econometrie. 4 Condorcet als sociaal betrokkene o Inleiding: sociaal kader o participatie: salons / vrijmetselarij o actief betrokken: slavernij, onderwijs, rechtspraak, rechten van de vrouw Zonder zijn wiskundige werkzaamheden te staken gaat hij meer en meer aandacht besteden aan de maatschappij. Hij zal zich hierbij manifesteren als een gepassioneerde ideoloog die tot de uiterste grens gaat van zijn engagement. Zijn uiterst kritisch ingestelde geest blijkt reeds toen hij als 12-jarige jongeling door zijn beruchte oom Bisschop naar het jezuïetencollege te Reims werd gestuurd. Als schuchtere jonge man maakte hij hier weinig vrienden. Het onderwijs beschrijft hij als volgt: “eindeloos lessen in het Latijn uit het hoofd leren zonder te begrijpen. Er heerst een moraal die liefde onderdrukt, schaamte koestert, waarbij ieder contact met de andere sexe diende vermeden te worden”. Zijn kritische instelling blijkt uit een heftig antiklerikalisme. Hij verfoeide niets zozeer als de godsdienst dan wel de clerus. Hij hekelde alle obstakels die de mens in de weg worden gelegd: vooroordelen, onverdraagzaamheid, bijgeloof en gebetonneerde zekerheden. Naar zijn mening is het ieders absolute recht om te denken naar zij eigen overtuiging. Vandaar de uitspraak: “de dwaling heeft, net zoals de waarheid, recht op vrijheid van expressie”. Franse publieke ruimte was ten tijde van Condorcet aan een grondige verandering toe ”une révolution sociétale”. Verlichte geesten verspreidden de gedachte van een nieuwe ethiek: “éthique républicaine”. Deze ontstond na de vroegere aristocratische ethiek die nog geloofde in een kosmische orde waar iedereen zijn plaats werd gegeven, namelijk de beste, de aristocraten op de hoogste ladder en de slaven onderaan.
Recommended publications
  • Annales Historiques De La Révolution Française, 344 | Avril-Juin 2006 Cercles Politiques Et « Salons » Du Début De La Révolution (1789-1793) 2
    Annales historiques de la Révolution française 344 | avril-juin 2006 La prise de parole publique des femmes Cercles politiques et « salons » du début de la Révolution (1789-1793) Olivier Blanc Édition électronique URL : http://journals.openedition.org/ahrf/5983 DOI : 10.4000/ahrf.5983 ISSN : 1952-403X Éditeur : Armand Colin, Société des études robespierristes Édition imprimée Date de publication : 1 juin 2006 Pagination : 63-92 ISSN : 0003-4436 Référence électronique Olivier Blanc, « Cercles politiques et « salons » du début de la Révolution (1789-1793) », Annales historiques de la Révolution française [En ligne], 344 | avril-juin 2006, mis en ligne le 01 juin 2009, consulté le 01 mai 2019. URL : http://journals.openedition.org/ahrf/5983 ; DOI : 10.4000/ahrf.5983 Ce document a été généré automatiquement le 1 mai 2019. Tous droits réservés Cercles politiques et « salons » du début de la Révolution (1789-1793) 1 Cercles politiques et « salons » du début de la Révolution (1789-1793) Olivier Blanc 1 L’influence, le crédit et le début de reconnaissance sociale1 dont les femmes des classes nobles et bourgeoises de la société française bénéficièrent à la toute fin du XVIIIe siècle, devaient subitement décliner avec la guerre totale et la politique de salut public qui en fut la conséquence. Durant cette longue période – de Valmy à Waterloo –, le pouvoir politique relégua aux oubliettes les beaux projets d’émancipation agités par Condorcet et Marie- Olympe de Gouges entre autres, et les nouvelles classes bourgeoises ne s’y intéressèrent pas comme en ont témoigné George Sand et d’autres femmes de la nouvelle génération. Si l’histoire a retenu que, pour les femmes, cette évolution fut une défaite en termes d’émancipation et de consécration légale de leur influence réelle, les documents issus des archives révèlent pourtant leur intérêt constant et leur participation active sous des formes inattendues et variées aux événements politiques de leur temps.
    [Show full text]
  • Recherches Sur Diderot Et Sur L'encyclopédie, 39 | 2005 Quatorze Lettres Inédites De Sophie De Grouchy Et Des Éditeurs Des Œuvres Dit
    Recherches sur Diderot et sur l'Encyclopédie 39 | 2005 Varia Quatorze lettres inédites de Sophie de Grouchy et des éditeurs des Œuvres dites Complètes de Condorcet Jean-Nicolas Rieucau Édition électronique URL : https://journals.openedition.org/rde/322 DOI : 10.4000/rde.322 ISSN : 1955-2416 Éditeur Société Diderot Édition imprimée Date de publication : 1 décembre 2005 Pagination : 125-155Nous remercions A. Chassagne, P. Crépel et D. Varry pour leurs remarques sur une première version de cette présentation. Nous demeurons cependant seul responsable des imperfections qui y subsistent. ISSN : 0769-0886 Référence électronique Jean-Nicolas Rieucau, « Quatorze lettres inédites de Sophie de Grouchy et des éditeurs des Œuvres dites Complètes de Condorcet », Recherches sur Diderot et sur l'Encyclopédie [En ligne], 39 | 2005, mis en ligne le 08 décembre 2008, consulté le 30 juillet 2021. URL : http://journals.openedition.org/rde/ 322 ; DOI : https://doi.org/10.4000/rde.322 Ce document a été généré automatiquement le 30 juillet 2021. Propriété intellectuelle Quatorze lettres inédites de Sophie de Grouchy et des éditeurs des Œuvres dit... 1 Quatorze lettres inédites de Sophie de Grouchy et des éditeurs des Œuvres dites Complètes de Condorcet Jean-Nicolas Rieucau 1 Traductrice de Smith, artiste peintre, épistolière, Sophie de Grouchy fut aussi, au lendemain de la mort de Condorcet (mars 1794), la principale éditrice de ses écrits. Elle fut en particulier responsable de la publication posthume de deux ouvrages, l’Esquisse d’un tableau historique des progrès de l’esprit humain [an III] et les Moyens d’apprendre à compter sûrement et avec facilité [an VII].
    [Show full text]
  • Early Modern Women Philosophers and the History of Philosophy
    Early Modern Women Philosophers and the History of Philosophy EILEEN O’NEILL It has now been more than a dozen years since the Eastern Division of the APA invited me to give an address on what was then a rather innovative topic: the published contributions of seventeenth- and eighteenth-century women to philosophy.1 In that address, I highlighted the work of some sixty early modern women. I then said to the audience, “Why have I presented this somewhat interesting, but nonetheless exhausting . overview of seventeenth- and eigh- teenth-century women philosophers? Quite simply, to overwhelm you with the presence of women in early modern philosophy. It is only in this way that the problem of women’s virtually complete absence in contemporary histories of philosophy becomes pressing, mind-boggling, possibly scandalous.” My presen- tation had attempted to indicate the quantity and scope of women’s published philosophical writing. It had also suggested that an acknowledgment of their contributions was evidenced by the representation of their work in the scholarly journals of the period and by the numerous editions and translations of their texts that continued to appear into the nineteenth century. But what about the status of these women in the histories of philosophy? Had they ever been well represented within the histories written before the twentieth century? In the second part of my address, I noted that in the seventeenth century Gilles Menages, Jean de La Forge, and Marguerite Buffet produced doxogra- phies of women philosophers, and that one of the most widely read histories of philosophy, that by Thomas Stanley, contained a discussion of twenty-four women philosophers of the ancient world.
    [Show full text]
  • Research Programs in Preference and Belief Aggregation
    1. Introduction: Research Programs in Preference and Belief Aggregation Norman Schofield 1 1.1 Preferences and Beliefs Political economy and social choice both have their origins in the Eighteenth Century, in the work of Adam Smith (1759, 1776) during the Scottish En­ lightenment and in the work of the Marquis de Condorcet (1785) just before the French Revolution.2 Since then, of course, political economy or economic theory has developed apace. However, it was only in the late 1940's that social choice was rediscovered (Arrow 1951; Black 1948, 1958), and only relatively recently has there been work connecting these two fields. The connection be­ tween political economy and social choice theory is the subject matter of this volume. Adam Smith's work leads, of course, to modern economic theory-the anal­ ysis of human incentives in the particular context of fixed resources, private goods, and a given technology. By the 1950's, the theorems of Arrow and De­ breu (1954) and McKenzie {1959) had formally demonstrated the existence of Pareto optimal competitive equilibria under certain conditions on individual preferences. The maintained assumption of neoclassical economics regard­ ing preference is that it is representable by a utility function and that it is private-regarding or "selfish". The first assumption implies that preference is both complete and fully transitive, in the sense that both strict preference ( P) and indifference (J) are transitive (thus for example if a: and yare indifferent as are y and z, then so are a: and z). The private-regarding assumption means that each individual, i, has a choice space, X;, say, on which i's preferences are defined.
    [Show full text]
  • Adam Smith and the Marquis De Condorcet. Did They Really Meet?
    Adam Smith and the Marquis de Condorcet. Did they really meet? Simona PISANELLI University of Salento [email protected] Received: 31/03/2015 Accepted: 01/07/2015 Abstract This article focuses on the alleged direct acquaintanceship between Condorcet and Adam Smith. Mistaken infor- mation about this issue was repeated many times in the literature of the late 1800s and 1900s. It is presumed that they met in France, during Smith’s journey there, chez Sophie de Grouchy. I will attempt to show that the meeting be- tween the two authors was not in fact arranged by Sophie de Grouchy, Condorcet’s wife, even though she was very interested in Smithian theories, especially about the category of “sympathy”, as confirmed by her French translation of the Theory of Moral Sentiments. My purpose is to demonstrate that Madame de Condorcet did never meet Smith and, as a result, she could not have introduced Condorcet to Smith. A greater degree of probability can be attributed to the version that indicates Turgot as the intermediary between Condorcet and Smith. In my opinion, not even this hypothesis is totally convincing, because neither Smith nor Condorcet ever talk about their meeting. Moreover, there is no evidence of correspondence between them. Key-words: Enlightenment, Adam Smith, Condorcet, Sophie de Grouchy, Turgot. JEL Classification: B11, B12 Contents: 1. Introduction. 2. Smith’s journey and the success of Theory of Moral Sentiments. 3. Sophie de Grouchy and Condorcet. 4. Smith, Turgot, Condorcet. 5. The circulation of Wealth of Nations in France before Smith’s death. 6. Conclusions 1.
    [Show full text]
  • Mme Marie-Louise Sophie De Grouchy Condorcet (1764-1822)
    Antologia de Escritoras Francesas do Século XVIII. Biografias. Marie-Louise Sophie de Grouchy Condorcet, Yéo N’gana. Marie-Hélène C. Torres. ISBN: 978-85-61482-68-8 Mme Marie-Louise Sophie de Grouchy Condorcet (1764-1822) Auto-retrato. Disponível em https://fr.wikipedia.org/wiki/Sophie_de_Condorcet. Marie-Louise Sophie de Grouchy nasceu em 1764 em Meulan. Filha de Françoise Jacques de Grouchy, primeiro marquês de Grouchy e de Marie Gilberte Henriette Fréteau de Pény. Sophie foi escritora, salonista e tradutora francesa. Cresceu sob a tutoria do seu tio Charles Dupaty, advogado e humanista bem conhecido no mundo intelectual do Iluminismo. Em 1786, casa-se com o famoso filósofo e matemático Marie Jean Antoine Nicolas de Caritat, vinte anos mais velho e marquês de Condorcet, também secretário perpetual da Academia de Ciências e defensor dos direitos da mulher. Quando viúva, dedicou parte da sua produção literária para a reabilitação e preservação da memória de Condorcet, o marido, e assinou prefácios nas edições dos seus trabalhos que estavam ainda em andamento. Ao reunir Benjamin Constant e Pierre Cabanis Guinguene, ambos vinculados à vertente filosófica dos ideólogos, Sophie formou o que, mais tarde foi considerado o legado do Iluminismo. Essa rede de relações foi central para ela no final da sua vida em 8 de Março de 1822 em Paris. Sua participação nos cursos do marido fez com que fosse chamada “La lycéenne de Venus” ou seja a “colegial de Vênus” embora já fosse escritora estabelecida. Conta-se que foi também aluna de Mme Vigée Le Brun cujos trabalhos copiou. Ciente da perseguição contra o marido e do risco daquilo Antologia de Escritoras Francesas do Século XVIII.
    [Show full text]
  • 10 the Age of Reason
    10 The Age of Reason “Judge a man by his questions rather than by his answers” —Voltaire Essential Question: How did spreading the principles of the Scientific Revolution lead to an emphasis on reason? The scientific advances that began with Copernicus’s theory of a sun- centered solar system continued through Isaac Newton’s discovery ofthe laws of gravity. These laid the groundwork for a dramatic shift in thinking about the universe and humanity’s place in it. Before Copernicus, the accepted view of the universe wasa religious one. People accepted the seemingly obvious geocentric (earth-centered) view that the church had promulgated for centuries. When Newton demonstratedthat the laws of nature controlled how applesfell and howplanets orbited the sun, the universe suddenly seemed both knowable and predictable. The Scientific Revolution was thus more than a revolution in science. It wasalso a revelation about the nature of knowledgeitself and about ways of thinking. During the 17th and 18th centuries, European thinkers applied reason andthe scientific method to all aspects of life, producing an across- the-board paradigm shift—aradical and important changein the established conceptual framework. The Enlightenment, or the Age of Reason, was the periodofintellectual history set in motion by the workof these thinkers in such diversefields as economics, politics, religion, education, and culture. The application of the scientific method to political, social, economic, and religious institutions transformed European society. Although the Enlightenment took different forms in various nations, two unifying themes emerged: * a rational questioning of prevailing institutions and patterns of thought + a general belief that human progress waspossible Old ideas were open to question.
    [Show full text]
  • UC San Diego UC San Diego Electronic Theses and Dissertations
    UC San Diego UC San Diego Electronic Theses and Dissertations Title To rise by Enterprize : : Opportunism and Self-Interest in British Atlantic Literature, 1700- 1854 Permalink https://escholarship.org/uc/item/0253c3bv Author Filkow, Amie Bess Publication Date 2014 Peer reviewed|Thesis/dissertation eScholarship.org Powered by the California Digital Library University of California UNIVERSITY OF CALIFORNIA, SAN DIEGO “To rise by Enterprize”: Opportunism and Self-Interest in British Atlantic Literature, 1700-1854 A dissertation submitted in partial satisfaction of the requirements for the degree Doctor of Philosophy in Literature by Amie Bess Filkow Committee in charge: Professor Sara Johnson, Chair Professor Lisa Lampert-Weissig Professor Kathryn Shevelow Professor Cynthia Truant Professor Daniel Vitkus 2014 Copyright Amie Bess Filkow, 2014 All rights reserved. SIGNATURE PAGE The Dissertation of Amie Bess Filkow is approved, and it is acceptable in quality and form for publication on microfilm and electronically: _______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________ Chair University of California, San Diego 2014 iii DEDICATION DEDICATION For my mother, the reader and my father, the entrepreneur. And for Paul, for everything. iv ACKNOWLEDGEMENTS
    [Show full text]
  • Gender Oppression in the Enlightenment
    Gender Oppression in the Enlightenment era by Barbara Cattunar, presented by Gillian Ellis HSNSW HuVAT 13 July 2014 Since most histories have been written by men, the role of women in history has been largely ignored, and their works suppressed. Women have always been depicted as subordinated to men socially and legally. As such, they were subjected to many forms of oppression, backed up by religious texts which insist upon women's inferiority and subjugation. To quote from Howard Zinn's book, 'The People's History of the United States' he wrote, "It is possible, reading standard histories, to forget half the population of the country. The explorers were men, the landholders and merchants... the political leaders, the military figures, were men. The very invisibility of women, the overlooking of women, is a sign of their submerged status. In this invisibility they were something like black slaves and thus slave women faced a double oppression". The Enlightenment across Europe and America produced a great cluster of ideas. Different movements emerged, demanding freedom of religion, the abolition of slavery, rights for those who did not own property and universal suffrage among those ideas. The right to vote was the privilege largely of white male property owners. Even a woman of the aristocracy could not vote and any property which she held at the time of marriage became the possession of her husband. One of the most important ideas was that of social progress. Society had always had a strict class system of royalty, aristocracy, middle and peasant classes. The world of birth and privilege, of absolute power under the King and Church, where a person's merit counted for nothing, meant that both men and women of the lower classes were oppressed and unable to better their circumstances.
    [Show full text]
  • Lettres & Manuscrits Autographes
    Lettres & Manuscrits autographes Salle des ventes Favart Mercredi 16 et jeudi 17 mai 2018 Division Du catalogue Mercredi 16 mai Beaux-arts Nos 1 à 65 Musique et spectacle Nos 66 à 180 littérature Nos 181 à 375 Jeudi 17 mai sacha Guitry Nos 376 à 535 sciences, Médecine, voyaGes et technique Nos 536 à 631 Histoire Nos 632 à 768 Expert Thierry BODIN, Les Autographes Abréviations : Syndicat Français des Experts Professionnels en Œuvres d’Art L.A.S. ou P.A.S. : lettre ou pièce autographe signée 45, rue de l’Abbé Grégoire - 75006 Paris L.S. ou P.S. : lettre ou pièce signée Tél. : + 33 (0)1 45 48 25 31 - Fax : + 33 (0)1 45 48 92 67 (texte d’une autre main ou dactylographié) L.A. ou P.A. : lettre ou pièce autographe non signée [email protected] Mercredi 16 mai 2018 à 14 heures nos 1 à 375 Jeudi 17 mai 2018 à 14 heures nos 376 à 768 Vente aux enchères publiques Salle des Ventes Favart 3, rue Favart 75002 Paris Expert : Thierry BODIN, Les Autographes LETTRES & Syndicat Français des Experts Professionnels en Œuvres d’Art 45, rue de l’Abbé Grégoire - 75006 Paris Tél. : + 33 (0)1 45 48 25 31 Fax : + 33 (0)1 45 48 92 67 [email protected] MANUSCRITS Responsable de la vente : Marc GUYOT [email protected] AUTOGRAPHES Tél : 01 53 40 77 10 Exposition privée sur rendez-vous chez l’expert Expositions publiques Salle des Ventes Favart Mardi 15 mai de 11 h à 18 h Mercredi 16 mai de 11 h à 12 h Jeudi 17 mai de 11 h à 12 h Téléphone pendant l’exposition : 01 53 40 77 10 Catalogue visible sur www.ader-paris.fr Enchérissez en direct sur www.drouotlive.com En 1re de couverture, est reproduit le lot 671 En 2e de couverture, est reproduit le lot 73 En 4e de couverture, est reproduit le lot 201 9 4 7 2 BEAUX-ARTS 1.
    [Show full text]
  • European Romanticism 1405110392 1 Pretoc Final Proof Page Iii 10.9.2005 7:59Am
    Ferber: Companion to European Romanticism 1405110392_1_pretoc Final Proof page iii 10.9.2005 7:59am A C O M P A N I O N T O EUROPEAN R OMANTICISM EDITED BY MICHAEL FERBER Ferber: Companion to European Romanticism 1405110392_3_posttoc Final Proof page xiv 10.9.2005 7:58am Ferber: Companion to European Romanticism 1405110392_1_pretoc Final Proof page i 10.9.2005 7:59am A Companion to European Romanticism Ferber: Companion to European Romanticism 1405110392_1_pretoc Final Proof page ii 10.9.2005 7:59am Blackwell Companions to Literature and Culture This series offers comprehensive, newly written surveys of key periods and movements and certain major authors, in English literary culture and history. Extensive volumes provide new perspectives and positions on contexts and on canonical and post- canonical texts, orientating the beginning student in new fields of study and provid- ing the experienced undergraduate and new graduate with current and new directions, as pioneered and developed by leading scholars in the field. 1. A Companion to Romanticism Edited by Duncan Wu 2. A Companion to Victorian Literature and Culture Edited by Herbert F. Tucker 3. A Companion to Shakespeare Edited by David Scott Kastan 4. A Companion to the Gothic Edited by David Punter 5. A Feminist Companion to Shakespeare Edited by Dympna Callaghan 6. A Companion to Chaucer Edited by Peter Brown 7. A Companion to Literature from Milton to Blake Edited by David Womersley 8. A Companion to English Renaissance Literature and Culture Edited by Michael Hattaway 9. A Companion to Milton Edited by Thomas N. Corns 10. A Companion to Twentieth-Century Poetry Edited by Neil Roberts 11.
    [Show full text]
  • Les Écrits Politiques D'olympe De Gouges Ou Les Lumières En Héritage
    Penser la sollicitude : les Écrits politiques d’Olympe de Gouges ou les Lumières en héritage (1788-1791) Mémoire Claire Sinquin Maîtrise en études littéraires Maître ès arts (M.A.) Québec, Canada © Claire Sinquin, 2017 Penser la sollicitude : les Écrits politiques d’Olympe de Gouges ou les Lumières en héritage (1788-1791) Mémoire Claire Sinquin Sous la direction de : Thierry Belleguic, directeur de recherche Charlène Deharbe, codirectrice de recherche Résumé Le Siècle des Lumières a produit un grand nombre de bouleversements, non seulement dans le domaine politique, mais aussi les domaines économiques et sociaux. C’est dans ce contexte qu’Olympe de Gouges marque l’histoire. Par le biais de lettres, brochures, articles ou encore affiches placardées, Olympe de Gouges a cherché à influencer non seulement les institutions mais aussi l’opinion publique. En commençant par la dramaturgie, elle s’engage aux côtés des abolitionnistes de l’esclavage et lutte pour l’évolution des mœurs. Elle se consacre ensuite à ses écrits pamphlétaires dans lesquels elle plaide pour la cause des plus démunis et pour le partage des richesses. Son avant-gardisme tient encore dans le fait qu’elle remet en question la place et le rôle des femmes dans la vie de la cité. Aujourd’hui, sa posture humaniste résonne d’une contemporanéité aiguë, alors que ne cessent de se multiplier les exemples d’un capitalisme qui accroît le fossé entre les nantis et les démunis. Dès lors, l’engagement d’Olympe de Gouges apparaît comme un support idéel envisageable de la composition archéologique de la pensée des communs. Ce courant philosophique et politique actuel prône en effet l’organisation concertée de l’usage des ressources, de sorte que la responsabilisation des individus, co-acteurs de leur présent et de leur devenir, assure l’équité et la pérennité de cet usage.
    [Show full text]