Entomofauna van Texel Verslag van de 159e zomerbijeenkomst te Den Hoorn

Tijdens de 159e zomervergadering van de NEV, samenstelling Jan G.M. Cuppen1 & Bas Drost2 die plaatsvond op Texel van 4 tot 6 juni 2004, 1Buurtmeesterweg 16 zijn 1117 taxa van veertien insectenordes waar- 6711 HM Ede genomen. Hoewel ook dit keer wat aantal soor- [email protected] ten betreft kevers de boventoon voerden zijn er 2Lingedijk 35 geen nieuwe keversoorten voor de provincie 4014 MB Wadenoijen Noord-Holland gevonden.

Entomologische Berichten 65(3): 70-89

Trefwoorden: inventarisatie, faunistiek, Texel

Inleiding

De 159e zomerbijeenkomst van de NEV vond plaats van 4 tot 6 juni 2004 op het eiland Texel, provincie Noord-Holland. De 43 deelnemers vonden onderdak in de groepsaccomodatie De weersomstandigheden waren gedurende de zomerbij- 'De Stolp' aan de Stolpweg in Den Hoorn. De verwachtingen eenkomst zeker niet optimaal: op vrijdag en zaterdag zwaar waren hooggespannen: Texel heeft een veelzijdig landschap bewolkt weer met enige neerslag en weinig wind. De zon liet van uitgestrekte duinen, stranden, kwelders en enkele bos- zich zaterdag nauwelijks zien en de temperatuur bleef toen sen en staat bekend om zijn rijke entomofauna. Staatsbos- steken op ruim 12 °C. Op zondag werd het wat beter: droog beheer en Natuurmonumenten verleenden ons vergunnin- weer met wisselende bewolking en temperaturen rond de 14 gen voor een groot aantal reservaten verspreid over het °C. De nachten waren koel met ongeveer 8 °C. Hierdoor vie- eiland. len de vangsten van sommige groepen insecten, zoals bijen, wespen en vlinders wat tegen. Een groot deel van de activiteiten speelde zich af op het zuidelijke en (zuid)westelijke deel van het eiland. Debet hier- aan was de voorspelling van files naar en op het eiland als gevolg van een drukbezochte zeilrace in hetzelfde weekend. Dat viel achteraf erg mee, maar omdat veel deelnemers daarom voor alle zekerheid met het openbaar vervoer waren gekomen, waren ze voor de excursies afhankelijk van een fiets, wat hun actieradius enigszins beperkte. Niettemin zijn er in 65 kilometerhokken insecten verzameld. Sommige hok- ken zijn bezocht door een enkeling met gebruik van beperkte vangtechnieken, andere werden vrij intensief bemonsterd met meerdere vangmethoden en door verschillende perso- nen. De bemonsterde kilometerhokken van dicht bij elkaar liggende terreinen hebben we samengevoegd. De entomo- fauna van een aantal van deze clusters, waarvan de begren- zing soms wat arbitrair is, wordt hierna besproken.

De gebieden

‘t Horntje Figuur 1. Verzamelen onder aanspoelsel bij ’t Horntje langs de Wadden- De eerste onderscheiden cluster ligt in het zuidoosten rond zeedijk, biotoop van de kevers Cercyon littoralis, Phytosus balticus, de aanlegplaats van de veerboot bij ’t Horntje (code 'tho'). Aleochara punctatella en Phaleria cadaverina. Foto: Jeroen Fokker Dit is een vrij heterogeen gebied met enerzijds veel cultuur- Collecting under debris washed ashore near ‘t Horntje along the Wadden grond (nauwelijks bemonsterd), anderzijds veel kleine bij- Sea dike, biotope of the Cercyon littoralis, Phytosus balticus, zondere landschapselementen zoals een stukje duin (Schil- Aleochara punctatella and Phaleria cadaverina. bolsnol), enkele poelen en (brakke) sloten, ruderale wegber- men en de zeedijk met aanspoelsel van de Waddenzee (fi-

70 Entomologische Berichten 65(3) 2005 guur 1) In dit gebied zijn in totaal 193 soorten insecten ver- rosarum (nieuw voor de Waddeneilanden). zameld, waarbij de keverfamilie Curculionidae goed verte- De tussen de Hors en de Geul gelegen Horsmeertjes en genwoordigd bleek. Deze kevers waren afkomstig van een de Kreeftepolder zijn vrij recent (tussen 1953 en 1964) van wegberm bij De Petten en van een ruderaal terreintje van de zee afgesloten. In de beschutte Kreeftepolder zijn gradiën- Rijkswaterstaat nabij de haven (figuur 2). De meeste water- ten ontstaan van voedselarm naar voedselrijk en van droog keversoorten zijn hier gevangen in een poeltje met veel riet naar zeer nat, waardoor zich tussen de kruipwilgen een rijke en drijvend fonteinkruid bij het Schilbolsnol, terwijl enkele flora ontwikkelt van onder meer orchissen, tweerijïge zegge 'halofiele' Ochthebius-soorten van de oevers van een brakke en duinkruiskruid. Een groot deel van de oevers van de Hors- sloot afkomstig zijn. Spoelen van de oevers van deze sloten meertjes is in de loop van jaren begroeid geraakt met riet en leverde hier zowel de zoutminnende loopkever Bembidion kruipwilg, terwijl in het open water veel kranswieren voor- normannum als de oevergraafkever Heterocerus obsoletus komen. De meertjes herbergen een soortenrijke waterkever- op. Meer zoutminnende soorten zijn gezeefd uit een hoop fauna, vooral in de zeer ondiepe delen en in de rietkraag, zeewier op een zandstrandje bij een kwelder, onder andere waaronder de oeversoort Dryops griseus, die slechts van en- Cercyon littoralis, Cafius xantholoma, Phytosus balticus en kele plaatsen uit Nederland bekend is. Naast de echte water- Aleochara punctatella. kevers zijn veel soorten loopkevers, onder andere Odacantha melanura (figuur 4), en kortschildkevers actief in deze riet- kraag met zijn dikke laag dood riet. De meest voorkomende soorten waren Myllaena dubia en Ocyusa maura. Het haan- tje Chrysolina collaris is hier gesleept van kruipwilg. In de richting van de Waddenzee strekt zich de Mokbaai uit: een kwelder omzoomd door dijk en duinen, met over- gangen van zoet naar zout. Er groeien hier zoutplanten zoals rood zwenkgras, Deens lepelblad, zeekraal en Engels slijk- gras.

Duin- en bosgebied Het duin- en bosgebied van Texel vormt bij elkaar een waar- devol, aaneengesloten natuurgebied, dat in 2002 de officiële status van Nationaal Park heeft gekregen. De oudere duinen tussen Den Hoorn en De Koog zijn relatief kalkarm, zoals de Seetingsnollen, het Duinpark, de Bleekersvallei, de Wester- duinen en de Bollekamer. Aan de westkust van Texel liggen de jongere duinen die pas de laatste 250 jaar zijn ontstaan. Het deelgebied Westerduinen (code 'wes') grenst in het zuiden aan de Moksloot; in het noorden is de Jan Ayeslag zo Figuur 2. ’t Horntje - ruderaal duinterrein bij opslagplaats Rijkswaters- ongeveer de grens. Het landschap wordt in hoge mate gedo- taat. Foto: Theodoor Heijerman mineerd door hoge en droge duinen met schrale duingras- Lushly vegetated area near the dunes in the south of Texel. landen, heideterreintjes en door lage struweeltjes met duin- en meidoorn. In enkele duinvalleien liggen duinpoelen met relatief zoet water. Dit deelgebied, waaronder ook de noor- De Geul, De Hors en Mokbaai delijke Moksloot valt, bleek wat betreft kevers het soorten- Een tweede deelgebied loopt van de zuidpunt van het eiland rijkst (235 soorten). Er is hier rijkelijk aandacht geschonken met de zandplaat De Hors (code 'hor') noordwaarts tot en aan het verzamelen van water- en oeverkevers. met De Geul. De Hors, een jong en dynamisch gebied, toont In het Pieter Rozenvlak is de op een harig rupsje lijkende diverse stadia van primaire, open zeeduinen. De Geul is een miljoenpoot Polyxenus lagurus vastgesteld. Een braakliggen- voormalige strandvlakte, die in het begin van de vorige eeuw de akker leverde de wants Emblethis denticollis op, een ontstond door het vastgroeien van een zandbank aan het ei- soort die via de duinen naar het noorden oprukt en nu Texel land. Elk jaar broeden er lepelaars in de zuidelijke helft. bereikt heeft. Ook de wants Eurygaster testudinaria (figuur Daardoor was onze vergunning beperkt tot de noordelijke 5) heeft zijn areaal in noordelijke richting vergroot en werd Geulvlakte. bij de Jan Ayenslag gesleept van grassen; hij is daarmee In De Hors zijn handmatig kevers verzameld die rondkr- nieuw voor de Waddeneilanden. Daarnaast is deze soort tij- open over het kale zand (Otiorhynchus atroapterus, Philo- dens de zomerbijeenkomst ook verzameld in De Dennen en pedon plagiatus, Aegialia arenaria) of rondvlogen (Cicindela nabij de Horsmeertjes. maritima, C. hybrida (figuur 3)), dan wel zich verscholen on- Bij de Jan Ayeslag is een aantal percelen aangeplant met der aan de voet van helm (Oulema melanopus, Demetrias dennen, waarmee onder andere de lieveheersbeestjes Scym- monostigma). Andere kevers zochten beschutting onder hout nus suturalis, Chilocorus bipustulatus, Myrrha octodecimgut- (Broscus cephalotes) of bevonden zich onder dode vogels tata en Harmonia quadripunctata, het doodskloppertje Erno- (Hypocaccus sp., Phaleria cadaverina). Kevers die het niet bius mollis en de snuitkevers Pissodes notatus, Magdalis konden bolwerken in deze droge, stormachtige omgeving memnonia en M. armigera geassocieerd kunnen worden. zagen hun leven eindigen in een stuifkuil (Hygrotus impres- Boktorren werden opvallend weinig gevonden tijdens de zo- sopunctatus, Dyschirius impunctipennis). merbijeenkomst: alleen in de Westerduinen is een drietal Opmerkelijke zweefvliegen die in De Hors zijn gevangen soorten waargenomen. zijn Anasimyia contracta (nieuw voor Texel) en Pyrophaena

Entomologische Berichten 65(3) 2005 71 De Mientgronden vindplaatsen bekend, waar overigens de Slufter al bijgere- Rond 1880 werden bij De Koog de binnenduinen en oude kend is. De rups leeft op Engels gras en lamsoor. De vlinder mientgronden aangeplant met naaldhout. De door Jac. P. is ook uit die vegetatie gesleept. Thijsse (1927) beschreven legendarische Fonteinsnol, een In het terrein zijn 132 keversoorten waargenomen, waar- duin waaruit een bron ontsprong die de gehele Mient be- in 'halofiele en halobionte' keversoorten een relatief groot vloeide, is voorgoed verdwenen. Van de Mient zelf zijn nog aandeel hebben, onder andere de loopkevers Pogonus chal- kleine fragmenten over, zoals ’t Mientje (code 'mie'), waar de ceus, Dyschirius chalceus, D. salinus, Bembidion norman- graafwesp Crossocerus varus is gevonden. num en B. minimum, de oevergraafkevers Heterocerus flexuosus en H. obsoletus, de kortschildkevers van het ge- De Moksloot slacht Bledius en diverse Ochthebius-soorten uit de familie Ten westen van De Koog lagen in de 19e eeuw veel natte . Dit gezelschap kunnen we aantreffen op de duinvalleien met een uitzonderlijk rijke flora en fauna. Rond randen van kwelders en langs de oevers van kreken en poel- 1880 ontstond de behoefte deze duinvalleien om te zetten tjes. De snuitkever Pelenomus zumpti noteerden we als tot grasland. Voor de ontwatering van het gebied werd de handvangst in een vegetatie die gedomineerd werd door Moksloot gegraven, die van de Bleekersvallei tot aan de melkkruid (Glaux maritima). In de drogere duinen (figuur 8) Mokbaai liep. Tussen 1956 en 1993 is het Pompevlak en het werden veelal dezelfde soorten gevonden als elders in de Groote Vlak (figuur 6) bovendien gebruikt als drinkwater- duinen op het eiland. Zeer bijzonder waren de handvangsten wingebied. Na stopzetting van de wateronttrekking heeft van de kevers rufipes en Pselactus spadix. Staatsbosbeheer een herstelprogramma in gang gezet, waar- door de valleien weer drassig zijn geworden en deels onder De Eierlandse Duinen water zijn komen te staan. Er zijn Schotse hooglanders inge- Dit relatief oude duingebied (code 'eie') was eens een zelf- zet om verruiging van de vallei tegen te gaan. Kenmerkende standig eilandje. Het terrein bestaat voornamelijk uit droge planten, waaronder weegbreefonteinkruid en teer guichel- duinen met enkele struwelen. Aan de rand ervan bevinden heil, zijn inmiddels teruggevonden. zich vochtige weilandjes met een paar duinrellen. In de Het zuidelijk deel van de Moksloot met het Pompevlak en noordwestelijke Mandenvallei liggen twee vergraven duin- het zuidelijke deel van het Groote Vlak met omringende dui- meertjes. Het Krim is een recent aangelegd recreatiebos. Van nen kregen de vindplaatscode 'mok'. De keverlijst ervan daaruit kun je de polder Eierland zien, een voormalige kwel- bestaat voor een belangrijk deel uit loopkevers, die gespoeld der die sinds 1630 in cultuur gebracht is. zijn van de Mokslootoevers (Omophron limbatum, In de Eierlandse duinen zijn het vlindertje Hedya prunia- lugens) en van diverse poelen in het Groote Vlak. De water- na, de kleine wolbij (Anthidium punctatum) en de zeldzaam kevers waren in dit deelgebied zeer goed vertegenwoordigd, geworden hommels Bombus muscorum en B. jonellus aan- waarbij zowel de Moksloot (Bidessus unistriatus, getroffen. brevis) als duinpoelen (Agabus labiatus) een belangrijk aan- deel hadden. Uit de oevers van de Moksloot zijn meer dan De Hooge Berg en de Zandkuil 30 soorten kortschildkevers gespoeld, waaronder de vrij Het deelgebied De Hooge Berg (code 'hoo') is het oudste deel zeldzame Carpelimus lindrothi. De netwants Dictyla conver- van Texel. De bodem bestaat uit keileem, dat afkomstig is gens was in aantal te vinden op moerasvergeet-mij-nietje. van het Saalien, de voorlaatste ijstijd. Heel interessant zijn Ook is hier een klein aantal min of meer xerotherme loopke- de tuinwallen, rijen opgeworpen plaggen die als perceelaf- vers gevonden (Amara lucida, A. tibialis). De geslachten Cer- scheiding dienen. Behalve historisch zijn deze tuinwallen cyon en Aphodius waren goed vertegenwoordigd in koeien- ook botanisch en entomologisch van belang. Het is dan ook vlaaien en schapenkeutels. Enkele dode zilvermeeuwen in een goede zaak dat De Hooge Berg al in 1968 werd aange- diverse stadia van ontbinding zijn onderzocht (figuur 7) en wezen als landschapsreservaat. telden naast rovende kortschildkevers (Ontholestes murinus, Bij het loofbosje 'Het Doolhof' ligt ons kleine, maar o zo Philonthus spp.), diverse bijzonderheden uit de keverfamilies belangrijke insectenreservaat De Zandkuil. Jac. P. Thijsse Dermestidae (Dermestes undulatus, D. frischii), Histeridae roemde in zijn Verkadealbum Texel (1927) al de bijzondere (Saprinus semistriatus, S. planiusculus) en Nitidulidae (Omo- bijen en wespen die hij hier waarnam. Op de eerste avond sita colon, Nitidula carnaria). Fytofage kevers werden hier van de zomerbijeenkomst hield Ben Brugge een boeiende le- slechts weinig verzameld. We noemen als bijzondere soor- zing met dia’s over de geschiedenis van het terrein, dat in de ten: Lixus vilis en de distelbewonende Cleonis pigra. loop van jaren overwoekerd en overschaduwd raakte. Vrij recent zijn in CIN-verband (Commissie voor Inventarisatie De Slufter en Natuurbescherming) door vele vrijwilligers herstelwerk- Dit deelgebied (code 'slu') ontstond door twee duindoorbra- zaamheden uitgevoerd, waarna gelukkig veel van de oude ken in 1858. De zee sleep er twee diepe geulen uit: de Grote luister wederkeerde. en de Kleine Slufter. De grootste doorbraak kon na vele po- Op de Hooge Berg is de zeldzame Texelse zandbij Andre- gingen uiteindelijk niet hersteld worden, zodat de open ver- na fulvago in de omgeving van het reservaat teruggevonden binding met de zee behouden is gebleven. Grote velden van en tot onze verrassing ook in de Bollekamer en langs een zeekraal en lamsoor bedekken tegenwoordig de bodem, die zandige wegberm bij De Kamp. In de Zandkuil zelf zijn onder varieert van slib- tot zandrijk met schelpenbanken. Tegen de meer de wants Harpocera thoracica en graafwesp Crossoce- Zanddijk aan ligt in het noordelijk deel een dikke gordel van rus varus aangetroffen. Ook is de sprinkhaandoder Tachy- aanspoelsel met strandmelde, gele hoornpapaver, spiesmel- sphex fulvitarsis hier vastgesteld. Deze laatste soort heeft de, schorrenkruid, zeepostelein en loogkruid. een Mediterrane verspreiding en komt bij ons zeldzaam in In de Slufter is het kleine vlindertje Aristotelia brizella ge- de duinen voor. vonden. Van deze soort zijn uit ons land maar negen of tien

72 Entomologische Berichten 65(3) 2005 hor1 Den Hoorn, oos2 Oosterend, wegberm, AC 121-567 De Hors, buitenste ouh De Koog, Oude Heide, AC 113-567 duinen, hand- par Den Burg, Duinpark, AC 111-565 vangst, zeeduinen pet De Koog, hoeve Petronella, AC bij paal 10, AC 109- 112-566 558 pl3 De Cocksdorp, kwelder bij paal 3, hor2 Den Hoorn, AC 120-576 De Hors, lage duin- plo1 Den Burg, De Ploegelanden, noord tjes, onder hout, AC van Tureluursweg, Rovershut, weiland, 110-557 slootkanten, heischraal grasland, duin- hor3 Den Hoorn, heidepoeltje, koeienvlaai, hondendrol, De Horsmeertjes en AC 112-564 Kreeftepolder, meer, plo2 Den Burg, De Ploegelanden, Koe- rietveld, stuifkuil, koeksweg, Westermient, Waterduinen, tussen mos (zowel bosterrein, werkschuur SBB, AC 112- vochtig als droog), 563 zeereep, duin, vlier- set De Koog, Seetingsnollen, AC 112- struiken, AC 111- 567 Figuur 3. Cicindela hybrida bij Hoornder Slag. Foto: Oscar Vorst 557 slu1 De Cocksdorp, De Slufter, kreek en Cicindela hybrida near Hoornder Slag. hor4 Den Hoorn, aangrenzend duinterrein, AC 117-573 De Hors, stuifkuil, slu2 De Cocksdorp, De Slufter, AC 118- primair duin, dode 573 Lijst van vindplaatsen meeuw, AC 111-556 slu3 De Cocksdorp, De Slufter, AC 117- bur Den Burg (dorp) westkant, AC 114- kam Den Burg, De Kamp, zanderige 572 563 wegberm, AC 114-561 slu4 De Koog, De Slufter, stuifduin, cer Oudeschild, Ceres, brakke sloot koi Den Burg, Kooikerbos, AC 119-564 duingrasland, kwelder, gespoeld oever met riet, AC 116-560 koo De Koog, ruige wegberm fietspad kreekje en drinkpoel, onder plank, AC deh Den Hoorn, tuin, op kaasjeskruid op struiken, AC 113-568 116-571 en stokroos, AC 112-560 kor De Koog, Korverskooi, De Koog, slu5 De Koog, De Slufter, gesleept, den1 Den Burg, De Dennen, Bleekers- duin en heide, droog, kalkarm duingras- handvangst, AC 116-572 vallei, gesleept, AC 111-564 land en droog struweel van de duinen, stb Den Burg, Westerduinen, De Den- den2 Den Burg, Westerduinen, De Den- AC 115-569 nen, Bleekersvallei, Staatsbossen, Duin- nen, geklopt van bomen en struiken, AC kri De Cocksdorp, De Krim, in duinen rel Tureluur, loofbos met enkele naald- 110-562 achter bosje tegenover ingang camping bomen, op en onder schors van stam- den3 Den Burg, Westerduinen, De Den- Sluftervallei, AC 119-574 men, geklopt, gesleept, AC 111-563 nen, geklopt van bomen en struiken, AC loo Den Hoorn, Loodsmanduin, weg sto Den Hoorn, Stolpweg, omgeving 111-562 langs camping, AC 111-559 kampeerboerderij, gesleept; slootrand dijk1 Oudeschild, Dijkmanshuizen, gras- mie Den Burg, ‘t Mientje, Ploeglander- en wegberm, geklopt van struiken, bin- land, AC 119-564 weg, droge duinheide, AC 112-565 nenshuis op raam, AC 112-559 dijk2 Oudeschild, Dijkmanshuizen, De mkb Mokbaai, hoge kwelder, AC 112- tho1 ‘t Horntje, De Petten, De Geul, Leemput, rietland, oever meer, AC 119- 557 Mokweg, op gewone berenklauw, brak- 563 mok1 Den Hoorn, Moksloot, Groote ke sloot, gesleept slootoever en weg- eie1 De Cocksdorp, Eierlandsche Dui- Vlak, Pompevlak, Boterpotsnollen, Mok- berm, tuinwal, AC 112-558 nen, AC 118-576 sloot, Hoornderslag, langs open water, tho2 ‘t Horntje, Watermolenweg, gras- eie2 De Cocksdorp, Eierlandsche Dui- vlakke duinpoel, AC 110-559 land, gesleept, gespoeld oever brakke nen, AC 119-576 mok2 Den Hoorn, Mokweg, Moksloot, sloot, poeltje met riet en drijvend fon- eie3 De Cocksdorp, Eierlandsche Dui- Pompevlak, Pietersduin, Kelderhuispol- teinkruid, AC 113-558 nen, AC 117-575 der, dode meeuw, schapenkeutels, koe- tho3 ‘t Horntje, gezeefd zeewier op eie4 De Cocksdorp, Eierlandsche Dui- ienvlaai, duingrasland, sloot, slootoever, zandstrandje, AC 115-558 nen, AC 118-574 duinplas, duinvallei, kruipwilgeilandjes tho4 ‘t Horntje, onder en tussen aan- eie5 Eierlandsche Duinen, Landjes van in lage vegetatie, AC 111-558 spoelsel voet zeedijk, AC 114-557 Pals, AC 118-575 mok3 Den Hoorn, Hoornderslag, bij Paal tho5 ‘t Horntje, gesleept ruderaal ter- gor Den Burg, Gortersmient, Duinpark, 9, ruderaal duinterrein rond parkeer- rein, handvangst, AC 113-557 zandzegge in dennenbos langs fietspad, plaats, handvangst onder reigersbek en wat Den Hoorn, Watermolenweg, AC AC 111-565 pijlkruidkers, AC 109-559 113-559 hoo1 Den Burg, De Hooge Berg, AC 116- muy De Koog, De Muy, Korverskooi, wbd Waal en Burgerdijk, gesleept, AC 561 struikgewas, koeienvlaai, AC 115-570 114-566 hoo2 Den Burg, De Hooge Berg, De nsz1 Oosterend, Nieuweschild, De web Den Burg, Waal en Burg, Waal en Zandkuil, Westergeest, Doolhofweg, Ski- Zandkes, AC 120-565 Burgerdijk, gesleept vochtig grasland en llepaadje, tuinwal, essenbosje, deel met nsz2 Oosterend, Nieuweschild, De slootoever, AC 115-567 overwegend elzen, AC 117-561 Zandkes, brakke sloot met riet, AC 120- wes1 Den Hoorn, Westerduinen, Bolle- hoo3 Den Burg, de Hooge Berg, tuinwal, 564 kamer, Pieter Rozenvlak, Zodenvlak, Jan zuidhelling AC 117-562 oos1 Oosterend, in tuin, AC 120-566 Ayenslag, kleine duinpoel, oever, ge-

Entomologische Berichten 65(3) 2005 73 klopt meidoorn, onder struikheidepol- Heitmans, D.J. Hermes, J. Huijbregts, K.J. HYDROMETRIDAE len, kruipwilg parkeerplaats opslagter- Huisman, R.P. Jansen, R.M.J.C. Kleukers, Hydrometra stagnorum: hor3, mok2, sto rein Rijkswaterstaat, AC 110-561 S. Kofman, P. Koomen, J.H. Kuchlein, C.M. VELIIDAE wes2 Den Hoorn, Westerduinen, Zoden- Kuchlein-Nijsten, S.C. Langeveld, B. van Microvelia reticulata: hor3, mok2 vlak, Heidehof, Jan Ayenslag, Bolleka- Maanen, P.A.H. Megens, J. Muilwijk, M.M. GERRIDAE mer, Staatsbossen, Oude Weg, geklopt E. van den Munckhof-Heunen, J. van de Gerris odontogaster: mok2 zeeden, handvangst, grasland, heide, Nieuwegiessen, H. Nieuwenhuijsen, F.G.J. Gerris thoracicus: mok2, wes1 zure duinpoel, gras, ruderale akker met M. van Nunen, J.D. Prinsen, C. van de SALDIDAE veel reigersbek en amsinckia, AC 111- Sande, M.W.J. van Rooij, J. Smit, J.A.H. Chartoscirta cincta: hor3, wes4 561 Smits, A. Span, E. van de Spek, A.J. Threels, Halosalda lateralis: slu1 wes3 Den Hoorn, Westerduinen, Groote S. Tiemersma, J. van Tol, A. van der Veen, Saldula orthochila: wes2 Vlak, Moksloot, duinplas, duinvallei, J.H.C. Velterop, O.F.J. Vorst Saldula pallipes: gor rond modderig gedeelte met gele lis Saldula pilosella: tho2 langs waterloop, AC 109-560 Soortenlijst Saldula saltatoria: (wes1), wes4 wes4 Den Hoorn, Westerduinen, Bolle- kamer, Groote Vlak, Kapenvlak, kleine HETEROPTERA - wantsen TINGIDAE Acalypta parvula: hor3, sto duinpoel (bemest), grote duinpoel, oe- B. Aukema, J.G.M. Cuppen & D.J. Hermes TX ver, geklopt takkenbos, op grote brand- Dictyla convergens: mok1, mok2. In aantal op moerasvergeet-mij-nietje. netel, weilandpoel, duinvlakte met her Het overzicht omvat naast waarnemingen Tingis cardui: mok2 en der duinroosje, vlakbij elzenbosje, AC van de auteurs ook gegevens van materi- MIRIDAE 110-560 aal verzameld door B. Drost, H. Edzes, T. wes5 Den Hoorn, Westerduinen, Maffen- heijerman, R. Jansen, R. Kleukers, B. van Dicyphus epilobii: wbd. vlak, Bollekamer, weilandpoel, gesleept Maanen, Sj. Tiemersma en O. Vorst. Capsus ater: slu3, slu4, sto, tho5, wbd akkertje, geklopt struikgewas en bos- Liocoris tripustulatus: wes2 Nomenclatuur en volgorde zijn confor m rand, AC 111-560 Lygus maritimus: wes2 Auk ema & Rieger (1995, 1996, 1999, 2001). wsl Den Burg, Westerduinen, Wester- Leptopterna ferrugata: slu4, sto, wes1 slag, paal 15, AC 110-564 Pithanus maerkelii: wbd, wes1 NEPIDAE Stenodema trispinosa: tho1 gebruikte symbolen en afkortingen Nepa cinerea: hor3, mok1, mok2, wes4 Stenodema calcarata: plo2, slu1, tho1, juv juveniel (geen geslachtsorgaan CORIXIDAE wbd, wes1 zichtbaar) Arctocorisa germari: mok1, mok2 Stenodema laevigata: slu1, sto, wes1, subad preadult (geslachtsorgaan onder- Callicorixa praeusta: hor3, mok1 wes2 huids zichtbaar, maar laatste vervelling Corixa punctata: hor3, mok1, mok2 Trigonotylus caelestialium: wes2 nog niet gehad) Hesperocorixa linnaei: mok2 W nieuw voor de Waddeneilanden Hesperocorixa moesta: tho2 Pachytomella parallela: wes1 TX nieuw voor Texel Hesperocorixa sahlbergi: mok1, tho2, Cyllecoris histrionius: den2 Heterocordylus tibialis: sto wes2, wes4 Lijst van deelnemers Orthotylus flavosparsus: wes2 Paracorixa c. concinna: mok1, mok2 B. Aukema, L. Blommers, R. Blommers, P. Orthotylus tenellus: den2 Sigara stagnalis: mok2 Boer, B.J.H. Brugge, J.G.M. Cuppen, M.B.P. TXSystellonotus triguttatus: slu4. Eén Sigara l. limitata: plo1, wes1 Drost, M. Drost-Rietberg, H.T. Edzes, G. mannetje onder een plank op het Sigara semistriata: mok2 van Ee, J.D. Fokker, T. Heijerman, W.R.B. schor. Sigara striata: hor3, mok1, mok2, plo1, Amblytylus nasutus: tho2, tho5, wes2 wes4 W TXHarpocera thoracica: hoo2. Eén Sigara lateralis: vrouwtje op zomereik. mok1, plo1, wes1 Monosynamma bohemanni: mok3 Sigara distincta: mok1, mok2 Plagiognathus chrysanthemi: sto Sigara falleni: mok1 Psallus betuleti: plo1 op berk TXPsallus perrisi: den2. In aantal op NAUCORIDAE zomereik. Ilyocoris cimicoides: TXPsallus wagneri: den3. Een mannetje mok1, mok2 op zomereik. NOTONECTIDAE Psallus varians: den3 Notonecta glauca: NABIDAE hor3, (mok2), plo1, Nabis flavomarginatus: slu4 tho2, (wes1) Nabis ericetorum: mok3, slu3, sto PLEIDAE Nabis ferus: tho1, wes2 Plea minutissima: Figuur 4. De loopkever Odacantha melanura, die de oevers van de Hors- ANTHOCORIDAE mok1, mok2, wes2 meertjes bewoont. Foto: Theodoor Heijerman Anthocoris confusus: sto The ground Odacantha melanura dwells at the shores of the Hors- HEBRIDAE Anthocoris nemorum: tho1 meertjes. Hebrus ruficeps: Orius majusculus: wes2, wes5 hor3, mok2, wes2

74 Entomologische Berichten 65(3) 2005 Orius niger: slu3, wes2 Elasmostethus interstinctus: den3, sto groter gebied waargenomen en nu dus REDUVIIDAE SCUTELLERIDAE ook op Texel. Coranus subapterus: sto W TXEurygaster t. testudinaria: den1, hor3, Texel is de laatste jaren intensief LYGAEIDAE wes1. In aantal gesleept van grassen. bemonsterd en steeds meer soorten Nysius ericae: tho5, wes2 PENTATOMIDAE van het vasteland worden dan ook op Nysius senecionis: slu1, tho5, wes2 Arma custos: plo1 het eiland aangetroffen. In 1989 waren Kleidocerys resedae: den2, sto, wes4 Aelia acuminata: slu1, slu3, slu4, sto, er 181 soorten van Texel bekend (Auke- Cymus claviculus: wes2 tho1, tho2, tho5, wes1 ma & Woudstra 1989), maar inmiddels Cymus glandicolor: hor3, mok2, plo1, Aelia klugii: sto, tho2, tho5 zijn dat er 279, een toename met meer slu1, slu3, slu4, sto, tho5, wes1, wsl Dolycoris baccarum: plo2, sto, tho5, dan de helft van het aantal soorten! TXCymus melanocephalus: plo1, tho5. In wes1, wes2 aantal op pitrus. Palomena prasina: den2, den3, sto, wes2 Van de Nederlandse Waddeneilanden Heterogaster urticae: hor3, wes2 Piezodorus lituratus: slu1, sto, tho5, (336 soorten) heeft Texel nu de meeste Gastrodes grossipes: wes2 wes1 soorten (in 1989 had Terschelling 240 Scolopostethus affinis: plo1, wes1, wes2 Sciocoris cursitans: hor3, slu3, tho5, soorten, nu 272), hetgeen in overeen- Scolopostethus decoratus: hor3, gor, sto, wes2 stemming is met het grotere oppervlak, wes1 Eurydema oleracea: sto, tho5, wes2 een kleinere afstand tot het vasteland TXAphanus rolandri: slu1. Een vrouwtje, Podops inuncta: mok3, slu4, tho5 en de aanwezigheid van een pleistoce- handvangst in ruderaal duingrasland. ne kern op Texel. W TXEmblethis denticollis: wes2. Een vrouwtje, handvangst in braakliggende Figuur 5. De wants Eurygas- akker. ter testudinaria bij de Fon- Macrodema microptera: mok1, wes1 teinsnol, Texel. Deze soort is Trapezonotus arenarius: mok3, wes1, lange tijd alleen uit Zuid-Lim- wes2 burg gemeld, maar wordt Megalonotus chiragra: slu4, tho5 tegenwoordig in een steeds Megalonotus praetextatus: mok3, sto, groter gebied waargenomen. Foto: Roy Kleukers tho5, wes2 The bug Eurygaster testudina- Sphragisticus nebulosus: tho5 ria at the Fonteinsnol, Texel. Pachybrachius fracticollis: hor3 This species used to be repor- Plinthisus brevipennis: hor3, slu4, sto, ted exclusively from Zuid-Lim- tho5 burg, but it is observed in an Graptopeltus lynceus: mok3, wes2 ever increasing area nowadays. Peritrechus geniculatus: plo1, slu3, slu4, sto, tho2, tho5, wes1, wes2 Op Texel zijn inmiddels 279 van de 610 NEUROPTERA - netvleugeligen Peritrechus nubilus: plo1, slu1, wes2 uit Nederland bekende soorten want- P. Boer Stygnocoris fuligineus: plo2, mok3, slu4, sen waargenomen (Aukema et al. tho5 2004). Tijdens deze bijeenkomst wer- MYRMELEONTIDAE - mierenleeuwen BERYTIDAE den 110 soorten waargenomen, waar- Euroleon nostras : gor, hoo2, loo, mie, Neides tipularius: mok3 van tien voor het eerst op Texel en vier wes2 RHOPALIDAE daarvan tevens nieuw voor de Wadden- Myrmeleon formicarius: wes2 Rhopalus parumpunctatus: mok3, slu3, eilanden: Harpocera thoracica, Emble- sto, wes2 this denticollis, Coreus marginatus en MACROLEPIDOPTERA - grote vlin- Chorosoma schillingii: tho5 Eurygaster testudinaria. De interes- ders Myrmus miriformis: tho5 K.J. Huisman, met een bijdrage van J.A.H. santste soorten zijn Emblethis denti - COREIDAE Smits collis en Eurygaster testudinaria, twee Arenocoris fallenii: mok3, slu3, sto, tho5, soorten die zich de laatste tijd in Ne- wes2 PSYCHIDAE Ceraleptus lividus: wes2 derland invasief gedragen en op Texel Taleporia tubulosa: koi Coriomeris denticulatus: sto, tho2 de noordwestgrens van hun areaal be- LASIOCAMPIDAE W TXCoreus marginatus: slu1, wes2. In reiken. Emblethis denticollis is in West- Malacosoma neustria: slu1. Rups op aantal op ridderzuring. Europa een zeldzame soort die in Ne- zeealsem. CYDNIDAE derland vanuit Zeeland (eerste vondst Dendrolimus pini: plo2 Byrsinus flavicornis: mok3 in 1992) via de Zuid- en Noord-Hol- LYCAENIDAE Legnotus limbosus: slu1, sto, tho5, landse duinen Texel heeft weten te be- Lycaena phlaeas: hoo2 wes1, wes2 reiken. Eurygaster testudinaria (figuur Polyommatus icarus: slu1 Tritomegas bicolor: sto 5) werd gedurende lange tijd (1944- NYMPHALIDAE ACANTHOSOMATIDAE 1991) alleen uit Zuid-Limburg gemeld, Coenonympha pamphilus: hoo2, mie, Acanthosoma haemorrh o i d a l e : den2, den3 maar wordt sinds 1991 in een steeds slu1

Entomologische Berichten 65(3) 2005 75 Euproctis chrys - Emmetia marginella: hoo1 orrhoea: slu1. TINEIDAE Rups. Tinea trinotella: plo2 NOLIDAE Monopis laevigella: plo2 Nola confusalis: BUCCULATRICIDAE plo2 Bucculatrix maritima: pl3, slu3 ARCTIIDAE Bucculatrix ulmella: kri Eilema sororcula: GRACILLARIIDAE plo2 Caloptilia alchimiella: plo2 Spilosoma Caloptilia syringella: bur, kri. Mijnen op lubricipeda: sto liguster, es en sering. Arctia caja: slu1. Aspilapteryx tringipennella: plo2 Rups. Parornix anglicella: loo Parornix betulae: plo2 TXPhyllonorycter leucographella: bur

Figuur 6. Gezicht op het Groote Vlak met gele lissen (Iris pseudacorus). Een buitengewoon Phyllonorycter rajella: bur. Mijnen op Foto: Theodoor Heijerman armoedige vangst, zwarte els. View to Het Groote Vlak with yellow flags (Iris pseudacorus). in de eerste plaats Phyllonorycter schreberella: kri door het ongunsti- Phyllonorycter kleemannella: eie4 YPONOMEUTIDAE DREPANIDAE ge weer. Het jaar Yponomeuta padella: loo. Spinsels op Watsonalla binaria: plo2 2004 is in zijn geheel tamelijk slecht eenstijlige meidoorn. Watsonalla cultraria: plo2 tot erg slecht voor macro’s. Cedestis subfasciella: loo GEOMETRIDAE In de omgeving van de groepsacco- TXArgyresthia trifasciata: kri Macaria notata: plo2 modatie De Stolp zijn de zwarte c-uil Argyresthia conjugella: kri Odontopera bidentata: plo2 (Xestia c-nigrum) (figuur 9) en de meri- TXArgyresthia pruniella: plo2 Hypomecis punctinalis: plo2 ansborstel (Calliteara pudibunda) (fi- TXArgyresthia bonnetella: plo2 Campaea margaritata: plo2 guur 10) gevonden. PLUTELLIDAE Hylaea fasciaria: plo2 Heel ongebruikelijk is de rups van Plutella xylostella: sto Cyclophora punctaria: plo2 Malacosoma neustria op zeealsem. Op GLYPHIPTERIGIDAE Xanthorhoe spadicearia: plo2, sto 50-100 meter van de vindplaats groei- TXGlyphipterix simpliciella: kri Xanthorhoe montanata: sto de braam, een veel plausibeler voed- Glyphipterix schoenicolella: pl3 Chloroclysta truncata: plo2 selplant. LYONETIIDAE Hydriomena impluviata: plo2 Lyonetia clerkella: bur, loo. Mijnen op Perizoma albulata: plo2 MICROLEPIDOPTEA - kleine vlinders eenstijlige meidoorn. Eupithecia centaureata: plo2 J.H. Kuchlein, C.M. Kuchlein-Nijsten & OECOPHORIDAE NOTODONTIDAE K.J.Huisman Endrosis sarcitrella: kri, stb, sto Notodonta dromedarius: plo2 ELACHISTIDAE Ptilodon capucina: plo2 De gegevens hebben betrekking op adul- Elachista biatomella: loo Phalera bucephala: plo2 ten, tenzij anders wordt vermeld. Volg- Elachista canapennella: kri NOCTUIDAE orde en nomenclatuur van de soorten Elachista argentella: slu3 Callistege mi: slu1 zijn volgens naamlijst van Kuchlein & De Elachista maculicerusella: kri Caradrina morpheus: koi Vos (1999). COLEOPHORIDAE Hoplodrina ambigua: koi Coleophora serratella: eie4, kri, loo. Charanyca trigrammica: koi, plo2 MICROPTERIGIDAE Zakken respectievelijk op zwarte els, Apamea crenata: plo2 Micropterix aruncella: eie4, hoo1, west6 berk en berk. Oligia fasciuncula: plo2, sto OPOSTEGIDAE Coleophora spinella: bur, loo, sto. Zak- Discestra trifolii: sto Opostega salaciella: kri ken op eenstijlige meidoorn. Hada plebeja: koi NEPTICULIDAE Coleophora frischella: kri, wes. Zakken Sideridis albicolon: sto Stigmella hybnerella: bur, loo, sto. Mij- op witte klaver. Axylia putris: sto nen op eenstijlige meidoorn. Coleophora caespititiella: hoo1, kri, wes1 Ochropleura plecta: sto Stigmella lemniscella: kri. Mijnen op iep. Coleophora glaucicolella: hoo1, slu3 Diarsia rubi: plo2 Stigmella splendidissimella: hoo1 Coleophora alticolella: hoo1, kri, pl3, slu, Noctua pronuba: plo2 Ectoedemia albifasciella: kri wes1 Xestia c-nigrum: koi, plo2, sto HELIOZELIDAE MOMPHIDAE Agrotis puta: sto Heliozela resplendella: eie4 Mompha raschkiella: plo2 Agrotis exclamationis: plo2 PRODOXIDAE TXMompha subbistrigella: kri Agrotis segetum: sto Lampronia luzella: kri GELECHIIDAE LYMANTRIIDAE TISCHERIIDAE Aristotelia brizella: slu1, slu3. Honder- Calliteara pudibunda: plo2

76 Entomologische Berichten 65(3) 2005 den. Crambus perlella: kri, slu1 de helft van die nieuw gevonden soor- Chrysoesthia drurella: loo. Mijnen op Cataclysta lemnata: pl3 ten recent Texel heeft bereikt. Dit geldt melde. Pyrausta aurata: bur voor soorten die eind vorige eeuw pas TXMonochroa tenebrella: hoo1, plo2, slu1 ons land zijn binnengekomen (Phyllo- Bryotropha terrella: plo2 Een beeld dat overheerst bij de herin- norycter leucographella en Argyresthia Bryotropha desertella: slu3, wes1 nering aan de inventarisatie-activitei- trifasciata), maar ook voor soorten Teleodes proximella: koi, plo2 ten op Texel in 2004 is de niet aflaten- waarvan al lange tijd de areaalgrens Teleiopsis diffinis: hoo1 de worsteling met de elementen om dwars door Nederland liep, maar waar- Pseudotelphusa scalella: plo2 hier en daar een micro te kunnen be- van deze nu in noordwestelijke richting Anacampsis populella: wes1. Rupsen op machtigen. Dat moest overdag ge-beu- verschuift (Argyresthia pruniella, Syn- kruipwilg. ren, omdat het ‘s avonds en zeker in Neofaculta ericetella: gor demis musculana, Hedya pruniana, de schemering al gauw te fris was en TORTRICIDAE Strophedra weirana, Cydia fagiglan - de nachten voor de vangsten veel te Phalonidia affinitana: pl3 dana en C. nigricana). koud. Hiermee is slecht te rijmen dat Acleris bergmanniana: wes1. Rups op Voor faunistische informatie over duinroosje. ons verblijf toch nog 96 soorten heeft de soorten hebben wij het Tinea-be- Acleris hastiana: wes1. Rups op kruip- opgebracht en dat ligt vast wel boven stand kunnen raadplegen. wilg. het zomerbijeen- Cnephasia longana: slu1. Rupsen op zee- komstgemiddelde. alsem. Als de lezer dit re- TXPseudargyrotoza conwagana: bur sultaat aan onze Archips rosana: wes1. Rups op kruip- toewijding en ijver wilg. wil toeschrijven Pandemis cerasana: kri dan laten wij ons TXSyndemis musculana: plo2 snel overtuigen. Op Clepsis spectrana: kri het eerste gezicht Bactra lancealana: kri; plo2 nóg minder begrij- Bactra robustana: kri pelijk is de oogst TX Hedya pruniana: eie4 aan nieuwe soorten Hedya nubiferana: kri voor het eiland. Argyroploce lacunana: hoo1, kri, plo2 Van Texel waren Argyroploce schulziana: kri 407 soorten micro’s Celypha striana: kri Figuur 7. Een entomoloog onderzoekt een dode meeuw. Foto: E. van bekend (ten tijde Celypha cespitana: hoo1 der Spek TXLobesia littoralis: slu3 van de uitgave van An entomologist investigates a dead gull. TXEpinotia abbreviana: kri de Kleine Vlinders Epinotia immundana: kri (Kuchlein 1993) Epiblema cynosbatella: kri, plo2, slu3 waren dat er 296). Daar zijn nu zeven- DIPTERA - muggen en vliegen Epiblema rosaecolana: kri tien nieuwe soorten aan toegevoegd en J.H.C.Velterop, J. Huijbregts, B.J.H. Brugge Epiblema roborana: kri dat zijn: Phyllonorycter leucographella, & B. van Maanen Eucosma cana: kri Argyresthia trifasciata, A. pruniella, A. TXEucosma obumbratana: kri bonnetella, Glyphipterix simpliciella, STRATIOMYIDAE (wapenvliegen) Eucosma tripoliana: pl3 Mompha subbistrigella, Monochroa Chloromyia formosa: sto TXStrophedra weirana: plo2 tenebrella, Pseudargyrotoza conwaga- Nemotelus notatus: slu1 TX Cydia fagiglandana: plo2 na, Syndemis musculana, Hedya pruni - Nemotelus cf notatus: nsz2. Larve. TX Cydia nigricana: kri ana, Lobesia littoralis, Epinotia abbre - Odontomyia ornata: sto Cydia compositella: hoo1 Odontomyia tigrina: sto viana, Eucosma obumbratana, Stophe- CHOREUTIDAE Oplodontha viridula: mok1. Larve. dra weirana, Cydia fagiglandana, C. Anthophila fabricana: bur, wes1 Stratiomys singularior: hor3, nsz2 nigricana en C. compositella. Tot voor PTEROPHORIDAE (Larve), sto, tho2 kort zou men dit resultaat hebben be- Agdistis bennetii: kri, slu3 RHAGIONIDAE (snipvliegen) PYRALIDAE schouwd als de opvulling van leemten Chrysopilus auratus: hor3 Cryptoblabes bistriga: plo2 in onze kennis van een lokale fauna. TABANIDAE (dazen) Pyla fusca: plo2 Nu we wat meer vertrouwd zijn ge- Tabanus autumnalis: tho4 Scoparia ambigualis: kri, loo, slu3, wes1 raakt met het dynamisch karakter van THEREVIDAE (viltvliegen) Chrysoteuchia culmella: kri, wes1 verspreidingspatronen en vervolgens Acrosathe annulata: den2, hor3, slu4, sto Crambus pascuella: plo2 naar de verspreidingsbeelden van de Thereva unica: hor3 Crambus lathoniellus: eie4, hoo1, kri, betrokken soorten ki j k en, dan is het ASILIDAE (roofvliegen) loo, pl3, sl3, wes1, plo2 ui t e r mate waarschijnlijk dat minstens Dioctria atricapilla: dijk2, hoo2, oos2

Entomologische Berichten 65(3) 2005 77 Dysmachus trigonus: hor3, hoo2, slu1 OPOMYZIDAE Lucilia caesar: hoo2, koo, tho1 W TXLeptogaster cylindrica: dijk2 Opomyza germinationis: hoo2 Lucilia sericata: hoo2, tho1 EMPIDIDAE (dansvliegen) CHLOROPIDAE (halmvliegen) Pollenia rudis: hoo2 Hilara pilipes: tho1, hor3 Melanum laterale: tho1 SARCOPHAGIDAE (dambordvliegen) HYBOTIDAE Meromyza sp: tho1 Metopia staegerii: hoo2 Chersodromia hirta: hor3, tho3 Thaumatomyia notata: tho3 Brachicoma devia: hoo2 Platypalpus annulatus: hor3, tho1 Thaumatomyia trifasciata: tho1 Ravinia pernix: hoo2 DOLICHOPODIDAE (slankpootvliegen) Elachiptera brevipennis: tho3 Sarcophaga melanura: hoo2 Chrysotus palustris: hor3 Oscinella frit: tho1 Sarcophaga carnaria: hoo2 Chrysotus pulchellus: hor3 SPHAEROCERIDAE (mestvliegen) Sarcophaga variegata: hoo2, plo1 Campsicnemus armatus: hor3 Lotophila atra: hoo2 TACHINIDAE (sluipvliegen) Campsicnemus scambus: hor3 Phthitia empirica: tho3 Oswaldia muscaria: plo1 Sympycnus pulicarius: hor3 Telomerina pseudoleucoptera: tho3 Pales pavida: hoo2 Dolichopus nubilus: hor3 EPHYDRIDAE Dolichopus simplex: hoo2, hor3 Lamproscatella sibilans: tho1 HYMENOPTERA - bijen en wespen Dolichopus ungulatus: hoo2 Scatophila caviceps: hor3 H. Nieuwenhuijsen, J. Smit, P.A.H. Me- Hercostomus celer: hor3 Notiphila cinerea: tho1 gens, J. van de Nieuwegiessen, J.A.H. Hercostomus cupreus: hor3 SCATHOPHAGIDAE Smits, M.M.E. van den Munckhof-Heu- Tachytrechus insignis: hoo2 Scathophaga lutaria: hoo2 nen, R. Blommers, L.H.M. Blommers, E. SYRPHIDAE (zweefvliegen) Scathophaga stercoraria: hoo2, hor3, van der Spek & B.J.H. Brugge Lejogaster metallina: hoo2 mie, plo1, tho1, tho2 Neoascia interrupta: hor3 ANTHOMYIIDAE CHRYSIDIDAE (goudwespen) Neoascia tenur: hor3 Adia cinerella: hor3, tho1 Chrysis ignita: wes2 Eristalinus sepulchralis: hor3 Botanophila fuga: plo1 MUTILLIDAE (mierwespen) Eristalis pertinax: hoo2 Delia antiqua: hoo2 Smicromyrme rufipes: kor Eristalis tenax: sto Delia platura: hoo2 POMPILIDAE (spinnendoders) TXAnasimyia contracta: hor3 Hydrophoria lancifer: plo1 Caliadurgus fasciatellus: ouh, wes2 Anasimyia lineata: hor3, tho1 Hydrophoria linogrisea: plo1 Anoplius infuscatus: hoo2, kor, hor3, Parhelophilus versicolor: hor3 Hylemya variata: plo1 ouh, plo1, wes1 Myathropa florea: hoo2 FANNIIDAE Anoplius nigerrimus: hoo2, wes2 Eumerus funeralis: hor3, tho2 Fannia canicularis: mok2 Anoplius viaticus: gor, kor Sericomyia silentis: hoo2 Fannia minutipalpis: hor3 Arachnospila anceps: hoo2, gor, mie, Platycheirus clypeatus: hor3 Fannia rondanii: hoo2 plo1 Platycheirus sp. clypeatus-groep: hoo2 MUSCIDAE (echte vliegen) Arachnospila spissa: wes2 Platycheirus fulviventris: hor3 Coenosia infantula: tho3 Episyron rufipes: hoo2, kor, wes1 W TXPyrophaena rosarum: hor3 Coenosia tigrina: hoo2 Evagetes dubius: kor, ouh Episyrphus balteatus: mie Dexiopsis lacteipennis: hor3 Evagetes littoralis: kor, wes2 PIPUNCULIDAE Lispocephala erythrocera: hor3 Evagetes pectinipes: hoo2, gor, ko, plo1 Tomosvaryella littoralis: hor3 Limnophora tigrina: hor3, tho1 Pompilus cinereus: hoo2, hor3, plo1 ULIDIIDAE Lispe hydromyzina: hor3 VESPIDAE (plooivleugelwespen) Melieria omissa: hor3 Spilogona marina: tho1 Ancistrocerus oviventris: hoo2, oos1 Tetanops myopina: hor3 Eudasyphora cyanella: hoo2 Ancistrocerus parietum: oos1 PLATYSTOMATIDAE Musca autumnalis: hoo2 Vespula germanica: sto Rivellia syngenesiae: mok2 Polietes lardarius: hoo2, mie, plo1 Vespula rufa: gor TEPHRITIDAE (boorvliegen) Polietes meridionalis: hoo2 Vespula vulgaris: gor, hoo2 Dioxyna bidentis: hor3 Muscina levida: hor3 SPHECIDAE (langsteelgraafwespen) Tephritis vespertina: hor3 Hebecnema vespertina: tho1 Ammophila pubescens : gor LAUXANIIDAE Helina depuncta: hoo2 Ammophila sabulosa: hoo2, hor3, gor, Calliopum aeneum: hoo2 Helina evecta: tho2 ouh, plo1 CHAMAEMYIIDAE Helina protuberans: hor3 Podalonia affinis: hoo2, gor, wes2 Chamaemyia flavipalpis: hor3 Helina reversio: hoo2, plo1, tho1 CRABRONIDAE Chamaemyia juncorum: tho1, hor3 Phaonia incana: tho2 Cerceris rybyensis: hoo2 DRYOMYZIDAE Phaonia pallida: mie Crabro cribrarius: wes2 Dryomyza flaveola: tho3 CALLIPHORIDAE (bromvliegen) Crabro peltarius: hoo2, oos1, sto SCIOMYZIDAE Calliphora vicina:, hor3, koo, plo1, tho1, Crabro scutellatus: hoo2, oos1, plo1 Hydromya dorsalis: hor3 tho2 Crossocerus varus: hoo2, mie Ilione albiseta: hor3 Calliphora vomitoria: koo Crossocerus tarsatus: hoo2 SEPSIDAE Lucilia sp.: mok2 Crossocerus wesmaeli: plo1 Orygma luctuosum: tho3 Lucilia ampullacea: hoo2, koo, plo1 Dryudella stigma: wes1

78 Entomologische Berichten 65(3) 2005 Ectemnius cavifrons: oos1 In een kolonie van Andrena nigro- van Noord- en Zuid-Holland. Daarbui- Ectemnius continuus: wes2 aenea is de zeldzame koekoeksbij ten is deze soort nooit aangetroffen. Oxybelus uniglumis: hoo2 Sphecodes rubicundus aangetroffen. Ondanks intensief speuren werd T. al- Pemphredon inornata: plo1 De soort is bekend als parasiet van A. bipennis op Texel ook in 2004 niet aan- Tachysphex fulvitarsis: kor, plo1 labialis. Sladen (1895) vermeldt uit de getroffen. Tachysphex nitidus: wes1 omgeving van Dover ook A. nigroaenea Lasius psammophilus is in dezelfde Noord- en Zuid-Hollandse duinen ook Tachysphex pompiliformis: hoo2, hor3, als gastheer. kor, plo1, wes1 zeer algemeen. Dit bleek nu eveneens APIDAE s.l. (bijen) het geval te zijn op Texel. Op Vlieland HYMENOPTERA - mieren Andrena fulvago: hoo1, kam, wes2 en Terschelling komt deze soort in be- P. Boer, J.A.H. Smits & M.M.E. van den Andrena haemorrhoa: gor duidend lagere dichtheden voor, terwijl Munckhof-Heunen hij op Ameland en Schiermonnikoog Andrena labiata: hoo2 ontbreekt (onder andere Boer 2001b). Andrena nigroaenea: hoo2, tho2 FORMICIDAE Nieuw voor Texel is de veldmier Andrena wilkella: tho2 Formica exsecta: den1, gor, mie, mok2, (Lasius meridionalis), een soort die Panurgus banksianus: hoo1, hoo2 pet, plo1 voor koloniestichting gebruik maakt Nomada goodeniana: hoo2 Formica fusca: den1, gor, hoo2, mie, van buntgrasmieren (L. psammophilus). Bombus hortorum: sto, wes2 mok2, set , wes1, wes2 Er werden diverse kolonies op verschil- Bombus hypnorum: ouh For mica pres s i l a b r i s : mie, mok2, kri, plo1 lende locaties gevonden. Bombus jonellus: eie1, gor Formica rufa: gor. Tientallen polygyne In De Dennen en de omgeving van Bombus lapidarius: eie1, eie3, hoo2 Ecomare komen tientallen, totaal waar- exemplaren of hybriden. Bombus lucorum: gor, kor schijnlijk 100 à 150 koepelnesten van Lasius flavus: hoo2, kri, loo, mie, mok2, Bombus muscorum: eie1 rode bosmieren voor. Het gaat hier zeer wes1 Bombus pascuorum: eie1, eie2, eie3, waarschijnlijk om de behaarde bosmier Lasius fuliginosus: mok2, set hoo1, kor , wes2 (Formica rufa), hoewel het gros van de TXLasius meridionalis: mok2, set, wes2, Bombus pratorum: eie1, eie2, hoo1, bekeken werksters meer weg had van wes5 hoo2, sto hybriden tussen behaarde en kale bos- Lasius niger: hoo2, kri, mie, plo1, sto mier (F. polyctena). Hybriden zijn even- Bombus terrestris: eie1, kri, wes2 Lasius platythorax: den1, hoo2 als deze Texelse bosmieren polygyn, Bombus sylvestris: kor, hoo1, hoo2 Lasius psammophilus: kri, loo, mie, gor, wat wil zeggen dat een kolonie meer- Colletes impunctatus: ouh hoo2, mok2, set, tho1, wes1, wes2, wes5 dere koninginnen herbergt. De Texelse Halictus rubicundus: eie5, kor Leptothorax acervorum: den1, mie, set, bosmieren zijn hier in de zestiger jaren Halictus tumulorum: hoo2 wes1, wes5 ingevoerd en als tentoonstellingsmie- Lasioglossum albipes: gor, hoo2 MYRMICIDAE renhoop geplaatst bij het toenmalige Lasioglossum calceatum: kor, hoo2 W TXMyrmica gallienii: wes1 Texels Museum. Net als op veel andere Lasioglossum leucozonium: gor, hoo1, Myrmica rubra: hoo2, mok2, set, wes1 plekken in Nederland waar polygyne hoo2, kor, ouh bosmieren zijn ingevoerd, verplaatsen Myrmica ruginodis: den1, gor , hoo2, Lasioglossum punctatissimum: kor de werksters het overschot aan konin- mie, mok2, plo1, set , wes1, wes5 Lasioglossum villosulum: gor, hoo1, ginnen naar verder gelegen plekken, Myrmica sabuleti: gor, hoo2, kri, mie, hoo2, kor alwaar nieuwe mierenhopen ontstaan. mok2, set, wes1, wes2 Sphecodes pellucidus: hoo2 De Texelse populatie zal zich vast nog Myrmica scabrinodis: gor Sphecodes puncticeps: hoo2 wel verder uitbreiden. Tetramorium caespitum: gor, hoo2, loo, W TXSphecodes rubicundus: tho2 De mierenpopulaties van de tuin- mie, plo1, set, sto, tho1, wes2, wes5 wallen varieerden nogal van samen- Anthidium manicatum: oos1 stelling. Dit hing vooral samen met de Anthidium punctatum: eie1, hor3 De mieren van Texel (Hymenoptera: aard van de begroeiing. Zandige, met Coelioxys mandibularis: wes2 Formicidae) helm begroeide tuinwallen worden ge- Megachile versicolor: kor Peter Boer domineerd door zwarte zaadmieren Osmia rufa: hoo1 (Tetramorium caespitum) en buntgras- Het noordelijk deel van Texel is een mieren. De gele weidemier (L. flavus) Colletes impunctatus is ten zuiden van aantal malen op mieren onderzocht bleek de meest dominante mierensoort Texel alleen bekend van de Gravelijk- (Boer 2001a). Verder zijn er losse waar- op de overige tuinwallen. Ook zand- heidsduinen bij Den Helder. Deze nemingen verspreid over het hele ei- steekmieren (Myrmica sabuleti), weg- boreo-alpiene soort is verzameld in het land gedaan. Tijdens de zomerbijeen- mieren (L. niger) en grauwzwarte mie- Zwanewater bij Callantsoog, maar daar komst is alleen het zuidelijk deel van ren (F. fusca) werden vaak op de tuin- Texel bezocht. Totaal leverde deze zo- wallen aangetroffen. is de soort de laatste jaren niet meer merbijeenkomst achttien soorten op. Zeer opmerkelijk was de waarne- aangetroffen. Het is bijzonder dat hij in Twee soorten kregen tijdens dit onder- ming van enkele kolonies zeggesteek- 2004 op Texel op een vrij klein heide- zoek extra aandacht: de stengelslank- mieren (M. gallienii) in afgegraasde en terreintje, vlak naast de weg, is aan- mier (Temnothorax albipennis) en de met mos begroeide pijpestrootjespollen getroffen op een vrij ongewone voed- buntgrasmier (Lasius psammophilus). in een vochtige duinvallei. Deze soort selplant, namelijk Amerikaanse vogel- Temnothorax albipennis is zeer al- was tot nu toe slechts eenmaal in Ne- kers. gemeen in de duinen van het vasteland derland aangetroffen en wel in Limburg

Entomologische Berichten 65(3) 2005 79 Badister lacertosus: slu1 1 Figuur 8. Stuifduinen Badister peltatus: hor3, wes3. bij de Slufter, biotoop Moerassen gedomineerd door riet zijn van de zandloopkevers de voornaamste biotoop van de vrij Cicindela hybrida en C. zeldzame B. peltatus en B. dilatatus; ze maritima. Foto: Jeroen worden vaak samen aangetroffen. Fokker Badister dilatatus: wes3 Blowing dunes near De Harpalus affinis: slu4, tho3, wes3 Slufter, biotope of the Harpalus attenuatus: slu4. Deze zeld- beetles Cicindela hybrida zame Harpalus wordt in Nederland het and C. maritima. meest waargenomen in de duinen (Turin 2000). Harpalus servus: slu4, wes3 Harpalus tardus: hor1, slu1, slu4 Harpalus anxius: paa, wes2, wes3 Harpalus serripes: slu4 dengebied afkomstig (Turin 2000). Stenolophus mixtus: hor3, mok2, wes1, (Boer 2001c). In België is hij nooit ge- Dyschirius chalceus: slu4. In Nederland wes3, wes5 vonden en in de Duitse deelstaten die zeer zeldzame soort van kwelders, die aan Nederland grenzen slecht enkele Acupalpus brunnipes: slu1, wes1 nog niet eerder van Texel is gemeld malen. Acupalpus parvulus: mok2, wes4, wes5 (Turin 2000). Acupalpus dubius: wes1, wes4 Dyschirius salinus: slu1, slu4 COLEOPTERA - kevers Anthracus consputus: mok2 Dyschirius globosus: mok2, slu4, wes1, J.G.M. Cuppen, O. Vorst, T. Heijerman, B. Bradycellus harpalinus: ouh, plo1 we s 3 , wes4, wes5 van Maanen, F.G.J.M. van Nunen, M.B.P. Dicheirotrichus gustavi: slu1, slu4, tho3. Omophron limbatum: mok1, mok2, wes4 Drost, R.P. Jansen, J. Huijbregts, S.C. Lan- Een karakteristieke bewoner van zout- Broscus cephalotes: hor2, slu3, slu4 geveld, C. van de Sande & S. Tiemersma moerassen en kwelders in het kustge- Bembidion lampros: mok2, tho3 bied (Turin 2000). Langdurige over- Bembidion properans: tho3, tho4 De volgorde van de families en de spoeling met zeewater wordt door de Bembidion pallidipenne: mok2. De bio- nachtactieve kever goed verdragen. soorten is zoveel mogelijk gebaseerd toop van deze soort bestaat uit kale Amara plebeja: dijk2 op Brakman (1966), de naamgeving op oevers van zandige biotopen in duinen, Amara similata: dijk2 de meest recente overzichten, waarvan soms ook aan de voet van steile (zand)- Amara communis: tho4 Lucht (1987), Hansen (1996) en Köhler randen op kwelders. Bembidion palli- Amara curta: hor3 & Klausnitzer (1998) de belangrijkste dipenne is vrij algemeen langs de ge- Amara aenea: mok2, slu1, slu4 zijn. hele Nederlandse kust (Turin 2000). Amara spreta: hor1, hor2, slu1, slu4, Bembidion varium: slu4 slu5 CARABIDAE (loopkevers) Bembidion obliquum: mok2 Amara lucida: mok3, slu1 Cicindela hybrida: hor1, slu4, wes1 Bembidion tetracolum: slu1 Amara tibialis: mok2, tho5, wes5 Cicindela maritima: hor4, slu4, slu5. De Bembidion normannum: slu1, slu4, tho2. Pterostichus oblongopunctatus: ouh strandzandloopkever is een bewoner Bembidion normannum en B. mini - Pterostichus niger: mok2 van stranden en buitenduinen, plaat - mum zijn algemene bewoners van 1Pterostichus rhaeticus: eie1. Een alge- selijk ook in het binnenland op levend schorren die vaak onder aanspoelsel mene soort die tot vrij recent niet stuifzand. verzameld worden. onderscheiden werd van P. nigrita. Carabus granulatus: dijk2, mok2 Bembidion minimum: hor1, slu4 Pterostichus nigrita: hor3, mok2, wes3 Leistus ferrugineus: wes3 Bembidion articulatum: mok2, wes2 Pterostichus gracilis: wes3 Notiophilus palustris: ouh 1Cillenus lateralis: slu4. Deze soort is uit Pterostichus minor: hor3, mok2, wes3 Notiophilus substriatus: tho3 Nederland bekend van de waddenei- Pterostichus strenuus: ouh Elaphrus cupreus: mok2, wes1, wes3, landen en het Deltagebied, waar de Pterostichus diligens: wes1, wes5 wes4 soort gebonden is aan zandige plekjes fuscipes: hor3, slu1, slu4 Elaphrus riparius: mok2, wes1, wes3, aan de randen van het schor (Turin Calathus erratus: hor1, slu4, wes1, wes3 wes4 2000). Hij tolereert dagelijke overspoe- Calathus melanocephalus: hor3, muy, Clivina fossor: wes1 ling met zeewater door zich in te gra- slu1, slu4, wes1, wes5 Dyschirius thoracicus: mok2, slu1, slu4, ven. Calathus mollis: hor3, slu4. Voornamelijk slu5 Trechus obtusus: hor3 aangetroffen in de duinen, waar hij Dyschirius obscurus: mok2, slu4 Pogonus chalceus: slu1, slu4. Een alge- leeft op open zandige plekken met Dyschirius politus: slu4 mene soort van kwelders met een helm en buntgras. Dyschirius impunctipennis: hor1, hor3, bodem bestaande uit zware zeeklei. De Agonum sexpunctatum: eie1 slu1, slu4. Een bewoner van vochtige soort wordt vaak verzameld onder Agonum marginatum: eie1, wes1, wes3, plekken in stuifduinen. Nederlandse aanspoelsel. wes4 waarnemingen zijn vooral uit het wad- Oodes helopioides: mok2, wes1, wes3

80 Entomologische Berichten 65(3) 2005 Agonum afrum: mok2, wes3 Hyphydrus ovatus: mok2, wes2 Nederland. Agonum lugens: mok2, wes3. Een zeer Hydroglyphus geminus: plo1 Copelatus haemorrhoidalis: tho2, wes4 zeldzame soort in Nederland met Bidessus unistriatus: mok1, mok2. Deze Ilybius ater: wes5 slechts enkele verspreide vondsten, in Noord-Holland zeldzame soort Ilybius subaeneus: hor3 waarvan meerdere op Texel (Turin (Steenbergen 1993) is zowel in de Rhantus frontalis: eie3, hor3, mok1, 2000). Bewoner van modderbodems in Moksloot als in enkele aangrenzende mok2, tho2, wes4, wes5 dichtbegroeide rietmoerassen. duinpoelen verzameld. Rhantus exsoletus: hor3, mok1, wes4 Agonum piceum: wes4 Hygrotus impressopunctatus: hor3, Colymbetes fuscus: mok2, plo1, tho2, Agonum fuliginosum: wes3, wes4 mok1, mok2, tho2, wes4 wes3, wes4 Agonum thoreyi: eie1, hor3, mok2 Hygrotus confluens: eie3, wes1 Hydaticus cf seminiger: (wes4). Slechts Oxypselaphus obscurus: ouh, wes1, Hygrotus inaequalis: hor3, mok1, mok2, enkele larven zijn verzameld in een wes5 plo1, tho2 poel nabij het Groote Vlak. dorsalis: slu1 Hygrotus decoratus: hor3, mok2, tho2, Graphoderus cinereus: hor3, (mok1) Demetrias atricapillus: mok2, nsz1, slu4, wes4 Acilius sulcatus: plo1, tho2 sto, tho5, wes2, wes3 Suphrodytes dorsalis: tho2 Dytiscus marginalis: (mok2), tho2, Demetrias monostigma: hor1, hor3, Hydroporus scalesianus: hor3. Meerdere (wes2), (wes4), (wes5) hor4, slu4, web, wes3, wes5 exemplaren van deze in Noord-Holland HYDRAENIDAE Demetrias imperialis: hor3, mok2 zeldzame soort (Steenbergen 1993) 2Hydraena palustris: hor3, mok2, tho2. Paradromius linearis: hor3, slu1, slu4, werden verzameld in het ondiepe water Vrij zeldzaam in Nederland. De soort tho5, wes1 in de rietkraag van het westelijke Hors- wordt nog het meest aangetroffen in Dromius agilis: sto, wes1 meertje. het rivierengebied en in duinpoelen. Dromius angustus: wes4 Hydroporus angustatus: hor3, mok2, Hij is al eerder gemeld van Texel (Cup- Philorhizus notatus: slu1. Een vrij zeld- tho2, wes4 pen 1993, Steenbergen 1993). zame loopkever van open en droge ter- Hydroporus umbrosus: cer, hor3, mok2, Hydraena testacea: mok2. Deze meest reinen, in Nederland vrijwel uitsluitend wes4 algemene Hydraena-soort in Nederland in het kustgebied (Turin 2000). Hydroporus tristis: tho2 wordt niet vaak gevonden in West-Ne- Philorhizus melanocephalus: sto Hydroporus gyllenhalii: mok1, mok2, derland en daar nog het meest in de Syntomus truncatellus: hor1, hor3, tho4 tho2, wes1, wes2. In het westen van duinen (Cuppen 1993). Syntomus foveatus: hoo2, slu1, slu4, Nederland wordt H. gyllenhalii vrijwel Ochthebius dilatatus: cer, mok2, nsz2, wes1 uitsluitend in duinpoelen met een zan- slu1, slu4, tho1, tho2 Odacantha melanura: hor3, wes3, wes4 dige bodem aangetroffen. Ochthebius auriculatus: slu1, slu4. Deze HYGROBIIDAE Hydroporus palustris: cer, hor3, mok2, zeldzame bewoner van schorren en hermanni: mok1, mok2, wes1, plo1, tho2, wes4 oevers van brakke wateren wordt vaak wes2 Hydroporus incognitus: mok2 het gemakkelijkst verzameld onder HALIPLIDAE (watertreders) Hydroporus striola: hor3, mok2, wes4 aanspoelsel boven de hoogwaterlijn. Peltodytes caesus: eie1, plo1 Hy d r o p o r us eryt h r o c e p h a l u s : hor3, mok2, Ochthebius minimus: eie1, eie2, hor3, Haliplus ruficollis: eie1, (mok1), mok2, tho2, wes4 mok1, mok2, slu1, tho2, wes1, wes3, (wes2), wes4 Hydroporus planus: eie3, mok1, mok2, wes4, wes5 Haliplus immaculatus: mok2 tho2, wes1, wes4 Ochthebius marinus: cer, mok2, nsz2, Haliplus apicalis: mok1, mok2. Enigszins Hydroporus pubescens: mok1, mok2, slu1, slu4, tho1, tho2, wes1, wes5 zouttolerante soort die in Nederland plo1, tho2, wes4 Ochthebius viridis: mok1, mok2, wes1, vrijwel uitsluitend in het kustgebied Hydroporus nigrita: eie2 wes2, wes4, wes5 wordt waargenomen. Zeer algemeen in Hydroporus memnonius: tho2 Limnebius aluta: hor3, mok1, mok2, Noord-Holland (Steenbergen 1993). Graptodytes pictus: mok2 tho2, wes2, wes5 NOTERIDAE Agabus bipustulatus: mok1, mok2, tho2, SPERCHEIDAE Noterus crassicornis: hor3, mok2 wes1, wes2, wes4 emarginatus: mok2 Noterus clavicornis: eie1, hor3, mok1, Agabus sturmii: mok2, wes4 HELOPHORIDAE mok2, wes4 Agabus uliginosus: eie2, wes1, wes3 Helophorus aequalis: (cer), eie3, mok2, DYTISCIDAE (waterroofkevers) Agabus conspersus: slu4, tho2. Een ha- plo1, (tho1), tho2, wes1, wes2, wes4, Laccophilus minutus: mok1, mok2, wes2 lobionte waterkever die frequent op- wes5 Hydrovatus cuspidatus: eie1, mok1, duikt in pioniermilieus. Helophorus rufipes: slu4, slu5. Dit is een mok2, nsz2. In het begin van de vorige Agabus unguicularis: hor3. Tweede- en van de drie terrestrisch levende soor- eeuw was H. cuspidatus een echte derde-stadium larven van deze vrij ten van dit geslacht in Nederland. De zeldzaamheid in Nederland. Vanaf de zeldzame Agabus kropen door het riet- andere 21 soorten leven in en direct zeventiger jaren is de soort algemener strooisel van het westelijke Hors- langs de waterkant. Deze soort is zeer geworden (Van Nieukerken 1979) en in meertje. zeldzaam en sterk achteruitgegaan: er Noord-Holland is hij inmiddels alge- Agabus labiatus: mok2. Enkele exem- zijn slechts enkele recente waarnemin- meen in grotere wateren (Steenbergen plaren in een duinplas bij de Moksloot, gen (Van Ee et al. 1993). 1993). een karakteristieke vindplaats in West- Helophorus brevipalpis: cer, dijk1, eie1,

Entomologische Berichten 65(3) 2005 81 eie2, eie3, mok1, mok2, nsz2, slu4, Enochrus bicolor: cer, mok2, nsz2, tho1, Acrotrichis sericans: mok2 tho2, tho4, web, wes1, wes2, wes4, tho2 5Acrotrichis henrici: hor3. Een inmiddels wes5 3Enochrus halophilus: cer, eie1, hor3, overal in Nederland voorkomende Helophorus minutus: mok2, wes1 mok1, mok2, wes4. Deze soms zeer soort die door Jansen & Van Heijnsber- HYDROCHIDAE lastig van E. quadripunctatus te onder- gen (1986) voor het eerst uit Nederland Hydrochus carinatus: hor3, mok1, mok2, scheiden soort is algemeen in het (Bussum) werd gemeld. wes5 Deltagebied en op de Waddeneilanden, STAPHYLINIDAE (kortschildkevers) Hydrochus brevis: mok2. Een vrouwtje vrij zeldzaam in de rest van het kustge- 6Phyllodrepa puberula: tho4. Een man- werd gespoeld van de oevers van de bied en ontbrekend in het binnenland. netje van deze zeldzame soort (Vorst Moksloot. Eerder gemeld van Texel door Steen- 2002) werd verzameld onder aanspoel- HYDROPHILIDAE (spinnende watertor- bergen (1993). sel aan de voet van de zeedijk bij ‘t ren) Enochrus testaceus: hor3, mok1, mok2, Horntje. Coelostoma orbiculare: eie1, hor3, mok1, tho2, wes4 Omalium riparium: tho4 mok2, tho1, wes1, wes2, wes4 Enochrus coarctatus: hor3, mok2, tho2, Lesteva sicula heeri: hor3, tho2 Sphaeridium bipustulatum: muy wes4 Carpelimus bilineatus: wes5 Sphaeridium scarabeoides: muy Cymbiodyta marginellus: cer, hor3, Carpelimus rivularis: hor3, mok2, slu4, Sphaeridium lunatum: muy, plo1, wes3 mok1, mok2, tho2, wes3, wes4 wes4, wes5 Cercyon littoralis: tho3, slu4. Deze Cer- Chaetarthria seminulum: mok2, wes2, 99Carpelimus obesus: mok2. Deze vroeger cyon leeft in aanspoelsel aan de voet wes4 zeldzame soort (vergelijk Brakman van zeedijken, kwelders en stranden, 4Chaetarthria simillima: mok2, slu4, 1966) is inmiddels in vrijwel geheel wat geïllustreerd wordt door het ver- (wes2), wes4. Deze onlangs als nieuw Nederland te vinden. spreidingskaartje in Huijbregts (1982). voor de wetenschap beschreven soort Carpelimus corticinus: hor3, mok2, tho2, Cercyon ustulatus: eie2 (Vorst & Cuppen 2003) lijkt vrij alge- tho4, wes4 Cercyon impressus: plo1 meen te zijn in veenmoerassen (onder 99Carpelimus lindrothi: mok2 Cercyon melanocephalus: mok2 andere Naardermeer) en in de duinen. Carpelimus pusillus: slu4 Cercyon marinus: cer, hor3, mok2, wes5 Hydrophilus piceus: mok2, wes4 Carpelimus elongatulus: tho2 Cercyon bifenestratus: mok2, tho2, wes3, SILPHIDAE (aaskevers) Oxytelus laqueatus: mok1 wes5 Thanatophilus rugosus: eie1, (mok2) Platystethus cornutus: mok2 Cercyon lateralis: mok2, plo1 CHOLEVIDAE Bledius tricornis: slu4 Cercyon granarius: tho4 Catops chrysomeloides: mok2 Bledius spectabilis: slu2, slu4 Cercyon convexiusculus: hor3, mok2, CORYLOPHIDAE Bledius limicola: slu1, slu4. Evenals de wes4 Corylophus cassidoides: mok2, slu1, vorige soort is dit een typische bewo- Cercyon sternalis: eie1, hor3, mok2, tho4 ner van oevers op kwelders. wes3, wes4 PTILIIDAE Bledius opacus: slu4 Paracymus aeneus: nsz2. Een zeer zeld- Ptenidium fuscicorne: hor3, mok2, tho2 Bledius fergussoni: hor2, mok2, slu4 zame soort in brakke wateren, meestal Ptenidium pusillum: mok2, slu1, wes5 Bledius subniger: hor2, slu1, tho4 in inlagen en sloten met forse zoute Acrotrichis sitkaensis: slu1 Stenus juno: hor3, wes4 kwel achter zeedijken. Acrotrichis brevipennis: hor3, mok2. Een Stenus clavicornis: slu1 Hydrobius fuscipes: hor3, mok2, tho2, schaarse soort van rietmoerassen. Stenus boops: eie1, eie2, mok1, mok2 wes1, wes2, wes3, wes4 Stenus incrassatus: hor3, Anacaena globulus: tho3, wes4 mok1, mok2, tho2 Anacaena limbata: cer, eie1, Stenus melanarius: mok2 hor3, mok1, mok2, tho2, wes3, Stenus canaliculatus: mok1, wes4 wes4 Anacaena lutescens: mok2, tho2, Stenus nitens: wes4 wes1, wes2, wes4, wes5 Stenus carbonarius: wes1 Laccobius minutus: mok1, Stenus formicetorum: eie2 mok2, plo1, slu1, wes1, wes4 Stenus nigritulus: slu1. Een Laccobius colon: mok2 zeldzame Stenus die tegen- Laccobius bipunctatus: eie2, woordig voornamelijk tot het mok2, slu1 Waddengebied beperkt is. Helochares lividus: eie1, mok1, Stenus latifrons: eie2, mok2, mok2, plo1, tho2, wes1, wes2, wes1, wes4, wes5 wes4, wes5 Stenus cicindeloides: mok2 Helochares obscurus: hor3, Stenus impressus: ouh mok1, mok2, tho2, wes5 Figuur 9. Zwarte c-uil (Xestia c-nigrum), een duinbewoner. Foto: Theo- Euaesthetus ruficapillus: hor3, Enochrus melanocephalus: mok2 door Heijerman mok2, wes4 Xestia c-nigrum, an inhabitant of the dunes. Enochrus quadripunctatus: cer, Astenus cf lyonessius: slu1. mok2, plo1, wes4, wes5 Zeldzame soort waarvan

82 Entomologische Berichten 65(3) 2005 weinig recente waarnemingen bekend punt van de verspreiding in de kust- Melanotus punctolineatus: hoo2, hor1, zijn. streek ligt. hor3, mok2, slu1, slu4, tho1, wes1. Rugilus orbiculatus: mok2 Brundinia meridionalis: slu4, tho2. Een Deze soort wordt door Brakman (1966) 99Scopaeus laevigatus: mok2 soort van brakke oevers. opgegeven van alle provincies behalve 99Lathrobium multipunctum: mok2 Pachnida nigella: hor3 Groningen. Recente waarnemingen Lathrobium quadratum: eie1 Atheta terminalis: wes5 komen voornamelijk uit de duinen. Lathrobium fennicum: hor3 Atheta elongatula: mok2 Tijdens de zomerbijeenkomst door op- Lathrobium brunnipes: wes1 99Atheta malleus: mok2 vallend veel coleopterologen waarge- Xantholinus longiventris: wes4 Atheta vestita: mok2 nomen. Erichsonius cinerascens: hor3, mok2 Halobrecta flavipes: mok2. Een soort uit Athous haemorrhoidalis: dijk2, hoo2, Philonthus splendens: mok2, muy zoute milieus. mok2, ouh, slu1, wes1, wes2 Philonthus succicola: mok2 Drusilla canaliculata: slu4, wes3 Athous subfuscus: wes2 Philonthus cruentatus: mok1 Parocyusa longitarsis: tho3, tho4 Agriotes sputator: wes5 Philonthus varians: mok2 Meotica sp.: wes4 Agriotes lineatus: slu1 Philonthus umbratilis: hor3 Ocyusa maura: hor3 Denticollis linearis: plo1 Philonthus quisquilarius: mok1, mok2, Aleochara lanuginosa: wes5 THROSCIDAE wes4 Aleochara punctatella: tho3. Een typi- Trixagus dermestoides: den, sto 7Philonthus micantoides: hor3. Als nieuw sche bewoner van wierbanken langs de voor de fauna gemeld door Berger & kust, waar hij leeft van de maden van Microcara testacea: mok2 Poot (1970) op basis van een mannetje Coelopa spp. Cyphon laevipennis: dijk1, hor3, (mok2), dat door Hellinga op Texel is verza- PSELAPHIDAE tho4, wes4, wes5 meld. Euplectus karsteni: tho3 Scirtes sp.: mok2. Er zijn uitsluitend lar- 99Gabrius keysianus: mok2. Hoewel deze Brachygluta fossulata: mok2 ven waargenomen. Waarschijnlijk be- soort beperkt is tot het kustgebied, is Brachygluta helferi: slu1. In onze streken treft het voornamelijk larven van S. hij niet direct halofiel te noemen. een typische bewoner van kwelders. hemisphaericus. Cafius xantholoma: cer, tho3. Een typi- Trissemus impressus: mok2 DRYOPIDAE sche soort van zilte aanspoelgordels. Rybaxis longicornis: hor3 Dryops luridus: cer, eie1, hor3, mok1, Staphylinus dimidiaticornis: cer, slu4. HISTERIDAE (spiegelkevers) mok2, slu1, wes1, wes2, wes3, wes4, Deze zeer fraaie kortschildkever lijkt na Saprinus semistriatus: mok2. De meeste wes5 1966 slechts van Texel bekend te zijn. Saprinus- en Hypocaccus-soorten wor- Dryops griseus: hor3, mok1, mok2, tho2. Ocypus ater: slu4 den aangetroffen op dode vogels, het Een zeldzame soort van natuurlijke, Ontholestes murinus: mok2 meest langs de kust. moerassige, min of meer temporaire Quedius cruentus: wes2 Saprinus planiusculus: mok2, slu4 duinplassen die door regenwater ge- Quedius simplicifrons: slu1, slu2. Een Hypocaccus rugifrons: hor3, hor4, slu4 voed worden (Drost 1992). Verzameld typische kwelderbewoner. Hypocaccus metallicus: hor1, hor3, hor4, in de Horsmeertjes, de Moksloot en Quedius cf maurorufus: hor3 slu4, slu5 enkele aangrenzende duinpoelen en in Sepedophilus nigripennis: hor1, slu1 Margarinotus neglectus: wes2 een poeltje met veel riet bij het Schil- Tachyporus solutus: wat, web Margarinotus carbonarius: mok2, plo1 bolsnol. Tachyporus dispar: wat CANTHARIDAE (soldaatjes) GEORISSIDAE Tachyporus transversalis: mok2 Cantharis fusca: dijk1, hor1, plo1, slu4, Georissus crenulatus: mok2 Tachyporus hypnorum: wes1 wat, web HETEROCERIDAE (oevergraafkevers) Tachyporus pusillus: slu4 Cantharis livida: hor3, tho1, wat Heterocerus flexuosus: slu1, slu4 Tachinus humeralis: plo1 Cantharis rufa: slu2, wes5 Heterocerus obsoletus: mok2, nsz2, slu1, Tachinus marginellus: plo1 Cantharis pallida: hor3, wes5 tho1, tho2, wes1 Tachinus corticinus: slu2 Cantharis fulvicollis: dijk1, slu2, slu4 8Heterocerus marginatus: wes5 Myllaena dubia: hor3 MALACHIIDAE Heterocerus fenestratus: mok2, wes1, Myllaena intermedia: hor3, mok2 Clanoptilus marginellus: slu4, wes5 wes3, wes4, wes5 Myllaena minuta: (hor3), mok2 Malachius bipustulatus: tho1, wat, wes5 Heterocerus fusculus: mok2 Myllaena cf infuscata: mok2 Cordylepherus viridis: mok2, slu1, (slu4), Heterocerus hispidulus: mok2, wes1, Cypha sp: hor3 wes1, wes2, (wes5) wes4, wes5 Phytosus balticus: hor2, tho3. Een wei- MELYRIDAE (bastaardweekschilden) 99Heterocerus intermedius: slu4 nig waargenomen kortschild die leeft Dolichosoma lineare: slu4 DERMESTIDAE (spektorren) onder aanspoelsel (vaak dode vogels) CLERIDAE Dermestes frischii: eie1, mok2 op incidenteel door de zee overspoelde Thanasimus formicarius: den 9Dermestes murinus: eie1 zandige bodems. ELATERIDAE (kniptorren) Dermestes undulatus: mok2 99Tachyusa coarctata: mok2 Agrypnus murinus: dijk2, mok2, slu1, Attagenus pellio: sto Amischa sp.: mok2, wes1 slu4, wes1, wes2 Anthrenus fuscus: sto Dacrila fallax: hor3, mok2, wes5. Een Dicronychus sp.: hor1, hor4 KATERETIDAE moerasbewoner waarvan het zwaarte- Melanotus villosus: hor3, mok2, wes2 Kateretes rufilabris: hor3

Entomologische Berichten 65(3) 2005 83 Brachypterus glaber: wes4 Coccinella septempunctata: dijk1, hoo2, Tetrops praeustus: wes1, wes2, wes5 Brachypterus urticae: wat, wes4 mok2, slu1, slu4, tho5, wes1, wes2, wes3 CHRYSOMELIDAE (bladkevers) NITIDULIDAE Coccinella undecimpunctata: hor3, ouh, Donacia clavipes: dijk2, hor3, mok2, Pria dulcamarae: dijk2, wes5 slu4, wat wes1, wes4 Nitidula carnaria: mok2, slu2 Harmonia quadripunctata: mok2, wes2. Plateumaris bracata: hor3 Omosita colon: mok2 Myrrha octodecimguttata: wes2, wes5 Oulema melanopus: hor1, (hor3), hor4, Soronia punctatissima: wes2 Propylea quatuordecimpunctata: hor3, mok2, slu1, slu4, wes5 CUCUJIDAE wes5 Cryptocephalus rufipes: mok2 Psammoecus bipunctatus: dijk2 Myzia oblongoguttata: den Chrysolina polita: hor3, wes3, wes4 CRYPTOPHAGIDAE Psyllobora vigintiduopunctata: mok2, Chrysolina haemoptera: tho5 Telmatophilus caricis: mok2 sto, wes5 Gastrophysa polygoni: slu1, tho4, tho5 99Telmatophilus brevicollis: sto, web. Chilocorus bipustulatus: wes1, wes2 Phaedon armoraciae: mok1, web, wes3 Deze zeldzame soort is verzameld op ANOBIIDAE Chrysomela collaris: hor3, mok3, wes4 grote egelskop. De Texelse kevers Ernobius mollis: wes2 Phratora vitellinae: dijk2 waren veel donkerder dan de tabel van Anobium punctatum: sto Galerucella lineola: hor3 Lohse (1967) suggereert. De groef aan ANTHICIDAE Pyrrhalta viburni: mok2 de basis van het halsschild lijkt het Notoxus monoceros: slu3 Lochmaea suturalis: wes5 beste kenmerk om de soort te onder- Anthicus bimaculatus: hor1 Phyllotreta exclamationis: wes4 scheiden van de zeer algemene T. MORDELLIDAE Aphtona nonstriata: hor1, mok1, mok2, typhae. 10Mordellistenula perrisi: pet wes3 Telmatophilus typhae: mok2, sto SCRAPTIIDAE Altica sp.: mok2 Micrambe villosus: wes1 Anaspis maculata: plo1, wes1, wes2 7Altica lythri: dijk2. Vrij snel na de eerste Cryptophagus cf dentatus: wes4 TENEBRIONIDAE (zwartlijven) melding uit Nederland (Brakman 1968) Atomaria mesomela: mok2, tho4 Phylan gibbus: hor1, hor3, hor4, paa, werd deze soort ook uit het Noord- Atomaria basalis: tho2 slu4, wes1 Hollandse Ankeveen gemeld door Ber- Atomaria gutta: tho2 Melanimon tibiale: hor1, hor3, hor4, ger & Poot (1970). De soort is vrij alge- Atomaria rhenana: tho3 mok1, paa, slu4, tho4, wes3 meen op harig wilgenroosje. Atomaria fuscata: tho3, tho4 Phaleria cadaverina: hor2, tho3 Asiorestia transversa: hor4, plo2, wes1 Atomaria atricapilla: slu4, tho4 Crypticus quisquilius: hor1, hor3, hor4, Asiorestia ferruginea: tho2, plo2 Atomaria linearis: tho3 mok2, paa, slu1, slu2, slu4, wes1, wes3 Crepidodera fulvicornis: mok2 PHALACRIDAE GEOTRUPIDAE Crepidodera aurata: mok2, slu1 Phalacrus caricis: mok2. Soorten van het Geotrupes vernalis: wes3 99Epitrix pubescens: dijk2, wat geslacht Phalacrus leven op ‘roestige’ SCARABAEIDAE (bladsprietkevers) Mantura chrysanthemi: hoo2, slu1 zeggen en grassen. Onthophagus coenobita: plo1 Chaetocnema sp.: tho3, tho4 Olibrus aeneus: tho4, wes5 Onthophagus nuchicornis: plo1, slu4, Psylliodes affinis: hor1 Olibrus millefolii: slu1 wes3, wes5 Psylliodes marcidus: hor1, wes1 Olibrus affinis: dijk1, dijk2, hoo2, slu1, 99Aphodius erraticus: wes5 99Cassida viridis: mok2 slu4 Aphodius fossor: mok1, mok2, muy, Cassida rubiginosa: nsz1, slu1 Stilbus testaceus: hor1, tho3, tho4 plo1, wes1, wes3, wes5 Cassida nobilis: slu2 Stilbus oblongus: dijk1, dijk2, hor3, Aphodius haemorrhoidalis: mok2, muy, BRUCHIDAE hor4, mok2, tho3, tho4, wes4 plo1, wes3 Bruchidius villosus: ouh, slu1, sto LATRIDIIDAE Aphodius rufipes: plo1 CURCULIONIDAE (snuitkevers) Enicmus transversus: mok2, slu4, tho2, Aphodius distinctus: mok2 Otiorhynchus rugosostriatus: sto, wes5 tho3 Aphodius sphacelatus: wes3 Otiorhynchus singularis: sto Corticaria crenulata: slu1 Aphodius pusillus: mok2, muy, plo1 99Otiorhynchus sulcatus: sto, wes1 Cortinicara gibbosa: dijk2, mok2 Aphodius coenosus: mok2 Otiorhynchus ovatus: hor3, mok3, slu1, Corticarina fuscula: tho3 Aphodius fimetarius: wes3, wes5 sto, tho5 Corticarina truncatella: slu4 Aphodius foetidus: mok2, muy, plo1, Otiorhynchus atroapterus: hor1, hor3, Melanophthalma sp.: hor1, hor3 wes3 hor4, mok1, mok3, slu4, slu5, wes1 COCCINELLIDAE (lieveheersbeestjes) Aphodius ater: mok2, muy, plo1, wes3 Phyllobius oblongus: sto, tho5, wes5 Coccidula scutellata: hor3, tho1 Aphodius plagiatus: slu1, slu4. Een ka- Phyllobius vespertinus: den, eie1, hor3, Coccidula rufa: hor1, mok1, mok2, slu4, rakteristieke soort van kwelders. nsz1, sto, slu5, tho1, tho5, wes1, wes4, tho1, tho2, web, wes4, wes5 Aegialia arenaria: hor1, hor2, hor3, hor4, wes5. Phyllobius vespertinus staat als Rhyzobius litura: nsz1, slu1, wes3, wes5 paa, slu4 Phyllobius sp. vermeld in Cuppen et al. Rhyzobius chrysomeloides: mok2, wat Phyllopertha horticola: cer, mok2, muy, (2001). De soort wordt zonder enige Scymnus suturalis: wes2 slu1, slu4, tho1, tho5, wes1, wes2 opmerking voor het eerst gemeld uit Scymnus mimulus: slu4 CERAMBYCIDAE (boktorren) Nederland in een excursieverslag van Anisosticta novemdecimpunctata: hor3, Pogonocherus hispidus: sto, wes2 de sektie Everts (Vorst et al. 1999). mok2, wes3, wes5 Leiopus nebulosus: wes2 Vooral in de duinen is de soort zeer

84 Entomologische Berichten 65(3) 2005 Figuur 10. Rups van merians- borstel (Calliteara pudibunda). Foto: Theodoor Heijerman Caterpillar of Calliteara pudibun- da.

algemeen. Hypera dauci: mok3, wes2 Coeliodes erythroleucos: den Phyllobius viridearis: cer, dijk2, hoo2, Hypera adspersa: sto Coeliodes rubicundus: sto nsz1, slu1, sto, tho1, tho5, web, wes2, Hypera rumicis: hor1, mok2, plo1, sto, Coeliodes ruber: den wes4, wes5 tho1, tho4, wes1, wes2, wes4, wes5 Trichosirocalus troglodytes: hor3, slu1, Phyllobius calcaratus: wes2, wes5 Hypera postica: tho5, wes2 sto, web, wes4, wes5 Phyllobius pomaceus: sto, tho1, tho5, Hypera plantaginis: sto Microplontus rugulosus: wes2 wes1, wes2 Hypera venusta: tho5 Parethelcus pollinarius: wes5 Trachyphloeus bifoveolatus: slu4, slu5, Lep y r us palustris: mok2. Een grote snuit- Ceutorhynchus floralis: slu1, slu5, tho5, tho5 kever die leeft op wilgensoorten die web, wes2, wes5 Polydrusus sericeus: hoo2, mok3, sto, groeien in een vochtig milieu. Ceutorhynchus pyrrhorhynchus: wes2 tho5, wes2, wes5 Pissodes castaneus: den, wes1, wes2 Ceutorhynchus obstrictus: tho1, tho5, Polydrusus confluens: slu4. Deze soort Magdalis memnonia: wes2 wes2 leeft op brem en heidebremsoorten op Magdalis armigera: wes2, wes5 Ceutorhynchus pallidactylus: tho5, wes2 zandgronden. Van de Nederlandse Tanysphyrus lemnae: slu4, sto, tho3 Ceutorhynchus erysimi: sto, tho1 Waddeneilanden alleen bekend van Pselactus spadix: slu3, slu5. Larven en Ceutorhynchus contractus: hor3, mok3, Ameland. adulten leven in hout (steigers en der- tho1, tho5, wes4 99Polydrusus pulchellus: slu4, slu5 gelijke) in zoute milieus, dus uitslui- Ceutorhynchus hirtulus: hor3, mok3 Polydrusus cervinus: den, sto, wes2, tend langs de kust van Nederland. De Orobitis cyaneus: tho5. Een vrij schaarse wes5 dieren verteren hemicellulose en cellu- snuitkever die leeft op viooltjes, in de Barypeithes pellucidus: hoo2, ouh, wes5 lose, maar lignine slechts wanneer het duinen meestal op hondsviooltje. Strophosoma melanogrammum: den, hout al door schimmels (houtrot) is Limnobaris dolorosa: (slu1), slu5 dijk2, plo1, sto, wes5 aangetast. Curculio pyrrhoceras: den Philopedon plagiatus: den, hor1, hor3, Pelenomus quadrituberculatus: hor3 Anthonomus rubi: eie1 hor4, mok3, slu1, slu4, slu5, sto, tho5, Pelenomus zumpti: slu5 Anthonomus pedicularius: wes1 wes1, wes2, wes5 Rhinoncus castor: sto, tho5, wes1 Tychius picirostris: slu5, wes2 Sitona striatellus: ouh Rhinoncus bruchoides: mok2, tho1, Mecinus collaris: slu5 Sitona lineatus: tho5, wes1, wes2 wes2 Mecinus janthinus: eie1 Sitona puncticollis: tho5 Rhinoncus pericarpius: dijk1, nsz1, sto, Mecinus pyraster: sto, tho5, wes5 Sitona lepidus: tho5 tho1, tho5, web, wes1, wes2 Gymnetron villosulum: web Sitona hispidulus: sto, tho5 Rhinoncus inconspectus: hor3, sto Gymnetron veronicae: web, wes4 Cleonis pigra: mok3 Rhinoncus perpendicularis: sto, wes5 Rhynchaenus rufus: wes5 Lixus vilis: mok3. Een vrij zeldzame 11Poophagus sisymbrii: wes5. Een alge- Rhynchaenus alni: sto soort langs de kust, waar hij vooral mene soort op de kruisbloemfamilie Tachyerges salicis: eie1, hor3, mok2, onder rozetten van reigersbek wordt langs oevers, vaak op gele waterkers. wes2, wes5 aangetroffen op (weinig betreden) par- Amalus scortillum: sto, wes5 Rhampus oxyacanthae: tho5, wes1, wes2 keerplaatsen en enigszins ruderale ter- Nedyus quadrimaculatus: hor3, slu1, sto, Cryptorhynchus lapathi: wes1 reintjes. tho5, wes1, wes2, wes5 Thryogenes festucae: mok2, sto, web

Entomologische Berichten 65(3) 2005 85 Thryogenes nereis: mok2, sto, web Deze lijst van Texel vermeldt 543 taxa soort algemener maar wordt hij niet Dorytomus melanophthalmus: eie1, (± 13% van de Nederlandse soorten), vaak opgemerkt vanwege de geringe wes2, wes5 waarvan 31 soorten niet in beide hier grootte (maximaal 3 mm), het voor Dorytomus rufatus: hor3 genoemde publicaties voor Noord- miljoenpoten merkwaardige uiterlijk APIONIDAE Holland genoemd worden (taxa waar- (lijkt op een harig rupsje) en een voor- Oxystoma pomonae: den, slu4, sto, tho5, van de determinatie niet zeker is (cf of liefde voor plekken waar niet veel an- wes1, wes2, wes5 sp. in de lijst) zijn hierbij niet be- dere miljoenpoten te vinden zijn (schors Perapion violaceum: dijk1, dijk2, sto, schouwd). Deze nieuwe soorten wor- van naaldbomen, aan de voet van zout- tho5 den in de hier gepresenteerde lijst minnende planten of tussen korstmos Perapion hydrolapathi: sto, tho1, wes2 voorafgegaan door een cijfer. De cijfers op keien en oude muren, zie Blower Perapion curtirostre: slu5, sto, tho1, tho5, web, wes1, wes2, wes4 verwijzen naar latere publicaties waar- (1985)). Perapion marchicum: hoo2, slu1, sto, in de soorten uit Noord-Holland wor- tho5 den gemeld, of refereren aan persoon- CHILOPODA - duizendpoten 99Malvapion malvae: deh lijke waarnemingen: 1 Turin (2000), 2 P. Koomen 12Ceratapion gibbirostre: deh, tho5. Deze Cuppen (1993), 3 Steenbergen (1993),4 op distels levende spitsmuis werd door Vorst & Cuppen (2003), 5 Jansen & Van GEOPHILIDAE Heijerman & Alders (2001) voor het Heijnsbergen (1986), 6 Vorst (2002), 7 Brachygeophilus truncorum (stronkaard- kruiper): mok2 (1() eerst uit Nederland gemeld. Bij revisie Berger & Poot (1970), 8 Van Strien CRYPTOPIDAE van het Nederlandse materiaal van C. (1980), 9 Kruizinga (1964), 10 Batten Cryptops hortensis (tuinbladkruiper): carduorum bleken vrijwel alle exem- (1976), 11 Vorst & Cuppen (1995), 12 tho2 (2), stb (2) plaren te behoren tot C. gibbirostre. Heijerman & Alders (2001), 99 per- LITHOBIIDAE Ceratapion onopordi: hor3, tho1, tho5 soonlijke waarnemingen J. Cuppen, O. Aspidapion radiolus: deh Lithobius forficatus (gewone steenloper): Vorst, T. Heijerman of J. Huijbregts. ( & Apion frumentarium: dijk2, mok2, slu1, stb (1 , 2 , 1 juv) Vijftien soorten blijken toch al eerder sto, wes2 gepubliceerd te zijn; daarnaast is het Apion haematodes: hoo2, sto, tho5 Alle drie soorten zijn algemeen in Neder- totale aantal ‘persoonlijke waarnemin- Apion cruentatum: web land (Berg 1995, Berg & Evenhuis 2001). gen’ voor de provincie 16. De eindcon- Apion rubiginosum: tho5 clusie is derhalve dat er geen enkele 99Apion rubens: tho5 ACARI - mijten Protapion filirostre: dijk1 nieuwe keversoort voor de provincie is P. Boer Protapion fulvipes: wes1, wes2 verzameld, een unicum voor de zomer- Protapion nigritarse: sto, tho5, wes4 bijeenkomsten. De keverfauna van de IXODIDAE Protapion apricans: sto provincie Noord-Holland zal ook bij Ixodes ricinus (gewone teek): mok2, wes5 Protapion assimile: sto, tho5, wes2 zeer intensief onderzoek niet veel uit- Cyanapion spencii: web breiding meer vertonen. ACARI: HYDRACHNIDIA - watermij- Cyanapion gyllenhalii: sto, web ten Eutrichapion viciae: hor3, sto, tho1, web, DIPLOPODA - miljoenpoten B. van Maanen & D. Tempelman wes1, wes2 P. Koomen, P. Boer & J.D. Prinsen Eutrichapion vorax: slu1, sto, tho1, tho5, EYLAIDAE wes2 POLYXENIDAE Eylais sp.: mok2 Ischnopterapion loti: eie1, wes1, wes2 WPolyxenus lagurus (penseeltje): den1, Eylais extendens: mok2 Trichapion simile: sto wes2 (div. ex) HYDRYPHANTIDAE Melanapion minimum: eie1, hor3 BLANIULIDAE Hydryphantes crassipalpis: mok1 ATTELABIDAE Proteroiulus fuscus (bruinstipje): stb (1() Hydryphantes octoporus: mok1 Deporaus betulae: sto JULIDAE Hydryphantes placationis: mok1 Pselaphorhynchites tomentosus: wes2 Brachyiulus pusillus (kleine tweestreep): HYDRODROMIDAE mok2 (1() Hydrodroma despiciens s.l.: mok2 Door Brakman (1966) werden 3830 Cylindroiulus punctatus: set UNIONICOLIDAE soorten kevers uit Nederland gemeld, POLYDESMIDAE Neumania spinipes: mok2 maar in 2001 was dit aantal al opgelo- Polydesmus denticulatus (gewone plat- PIONIDAE Piona alpicola: mok2 pen tot 4044 (Vorst & Huijbregts 2001). rug): hoo2 (1() Piona carnea: mok2, plo1 Uit Noord-Holland zijn door Brakman Piona variabilis: mok2 (1966) 2264 soorten gemeld (destijds De laatste vier soorten zijn algemeen Tiphys pistillifer: wes5 59% van de Nederlandse soorten). In in Nederland, maar Polyxenus lagurus Pionopsis lutescens: plo1, wes5 is slechts bekend van een handvol vind- het verslag van de zomerbijeenkomst ARRENURIDAE plaatsen (Berg 1995). De soort wordt van de NEV te Egmond (Cuppen et al. Arrenurus crassicaudatus: mok2 hierbij voor het eerst voor een wad- 2001) worden 27 soorten aan de Arrenurus cuspidator: mok2, wes5 Noord-Hollandse lijst toegevoegd. deneiland vermeld. Waarschijnlijk is de

86 Entomologische Berichten 65(3) 2005 Arrenurus cuspidifer: mok1, mok2, plo1 AMAUROBIIDAE (nachtkaardespinnen) TXHeliophanus flavipes (gewone blinker): Arrenurus latus: mok2 TXAmaurobius similis (muurkaardespin): mkb (2(), slu1 (1&, 1 juv &), wes2 Arrenurus buccinator: mok2, plo1, wes5 stb (5& , 1 juv, 1 subad () (1&) Arrenurus globator: mok1, mok2, wes5 DICTYNIDAE (kaardertjes) TXMarpissa nivoyi (helmmarpissa): wes2 Arrenurus inexploratus: mok1, mok2 TXArgenna patula (kwelderkaardertje): (2 juv) tho4 (1(, 1&) LYCOSIDAE (wolfspinnen) Texel behoort wat de watermijtenfauna TXArgenna subnigra (bodemkaardertje): TXArctosa leopardus (moswolfspin): mkb betreft tot de intensief onderzochte mkb (1 subad &) (1(), tho2 (2&, 2 juv), mok2 (4(, 4&, gebieden in Nederland (Smit & van der TXDictyna arundinacea (heidekaardertje): 1 subad &, 18 juv) Hammen 2000). Dat geldt vooral voor wes4 (1&) Arctosa perita (gewone zandwolfspin): het zuidelijk deel van het eiland, waar TXDictyna latens (zwart kaardertje): plo1 hor1 (1() ( & TX ook tijdens deze zomerbijeenkomst (1 ), hor3 (1 ) Pardosa agrestis (slikwolfspin): gor (1(, & & alle watermijtenmonsters genomen SEGESTRIIDAE (zesoogspinnen) 1 ), slu1 (1 ) TX TX zijn. Er zijn dan ook geen aanvullingen Segestria senoculata (boomzesoog): Pardosa amentata (tuinwolfspin): tho2 wes2 (1 ex) & op de soortenlijst van Texel te melden. (1 ) GNAPHOSIDAE (bodemjachtspinnen) Pardosa monticola (duinwolfspin): wes2 Slechts een klein aantal wateren is be- TXZelotes longipes (stekelkampoot): mie (4(, 8&), hob (1() monsterd, vooral poelen, waardoor het (1&) TXPardosa nigriceps (graswolfspin): mkb totaal aantal soorten laag is (18). Wel CLUBIONIDAE (struikzakspinnen) (1& + eicocon), mok1 (1(, 3& met ei- is een aantal zeldzame soorten op- TXClubiona phragmitis (rietzakspin): tho2 cocon), tho4(1(), wes2 (1(, 1&), wes4 nieuw aangetroffen. Vermeldenswaar- (1() (1(, 3&, 1 eicocon) dig is de vondst van een vrouwtje Ti- TX Clubiona reclusa (zompzakspin): mok1 TXPardosa pullata (gewone wolfspin): phys pistillifer in een kleine weiland- (2&), wes3 (1&) mok1 (2&), wes2 (1(), wes3 (1& met poel bij Den Hoorn. De soort is in de TXClubiona stagnatilis (moeraszakspin): eicocon), wes4 (1(, 3& met eicocon) kuststreek alleen bekend van Texel mok1 (1(, 1&) TXPirata hygrophilus (bospiraat): hoo2 (slechts een stip op de verspreidings- Clubiona subtilis (kleine zakspin): wes2 (1() kaart in Smit & Van der Hammen 2000). (1(), mkb (1() TXPirata piraticus (poelpiraat): mkb (1&), In dezelfde poel en in de Moksloot ZORIDAE (stekelpootspinnen) tho2 (1(), mok2 (1(, 1&) werd Arrenurus cuspidator waargeno- TXZora spinimana (gewone stekelpoot): PISAURIDAE (kraamwebspinnen) men. Deze in Nederland vrij algemene plo1 (1&) Pisaura mirabilis (grote wolfspin): wes2 soort ontbreekt vrijwel geheel op de THOMISIDAE (krabspinnen) (1&) waddeneilanden (Smit & Van der Ham- TXOzyptila atomaria (grote bodemkrab- AGELENIDAE (trechterspinnen) ( men 2000). Ondiepe duinpoeltjes in de spin): wes2 (1 juv ) TXAgelena labyrinthica (gewone doolhof- TX Hoornder slag bleken drie soorten Ozyptila praticola (gewone bodemkrab- spin): mok2 (1 juv & , 1 subad (), wes4 & Hydryphantes te herbergen, waaronder spin): stb (1 ) (1 juv) TXOzyptila trux (grasbodemkrabspin): TX de zeldzame H. placationis en H. octo - Textrix denticulata (gewone staartspin): wes1 (1&) ( ( ( porus (beide gecontroleerd door H. plo1 (1 ), stb (1 , 3 subad , 5 subad TXXysticus cristatus (gewone krabspin): & Smit, Alkmaar). Van de laatste soort , 9 juv) plo1 (1&) HAHNIIDAE (kamstaartjes) werden vijf exemplaren aangetroffen, TXXysticus erraticus (graskrabspin): wes2 TXHahnia helveola (boskamstaartje): stb waaronder een met tien genitaalnap- (1&) (1&) pen in plaats van de gebruikelijke acht. TXXysticus ninnii (duinkrabspin): wes2 (1 MIMETIDAE (spinneneters) Dergelijke intraspecifieke variatie is subad &) TX Ero aphana (vierspitsspinneneter): wes2 echter bekend en al vermeld door bij- PHILODROMIDAE (renspinnen) (2&) voorbeeld Lundblad (1962). Neumania TXPhilodromus aureolus (tuinrenspin): THERIDIIDAE (kogelspinnen) spinipes komt in de duinen van Texel wes2 (2() TXAnelosimus vittatus (slanke kogelspin): algemeen voor, maar is in grote delen TXPhilodromus cespitum (gewone ren- plo1 (3(, 2&), wes2 (1(, 1&), stb (1&) van Nederland behoorlijk zeldzaam. spin): hor3 (2&), wes2 (1 subad &) TXDipoena prona (neusgalgspin): wes2 TXPhilodromus dispar (zwartrugrenspin): (1&) OPILIONES - hooiwagens plo1 (1() TXEnoplognatha mordax (schorrentand- P. Koomen & J.D. Prinsen TX Philodromus longipalpis (s t r u i k r e n s p i n ) : kaak): slu1 (1() plo1 (1(, 1&) TX Enoplognatha ovata (gewone tandkaa k ) : PHALANGIIDAE TXThanatus striatus (duinrenspin): wes2 hoo2 (1 juv (, 3 juv &, 1 subad () ( ( Rilaena triangularis: stb (1 ), hoo2 (1 ) (1 juv) TXNeottiura bimaculata (witbandkogel- In het voorjaar de meest algemene TXTibellus maritimus (stippelsprietspin): spin): wes1 (1 subad &), wes2 (1 subad Nederlandse hooiwagen. mok1 (1&), wes3 (1&) (, 1 subad &) SALTICIDAE (springspinnen) TXPaidiscura pallens (kleine boskogel- ARANEIDA - spinnen TXEuophrys frontalis (gewone zwartkop): spin): plo1 (1(, 1&), stb (3&, 1 juv) ( & ( P. Koomen, J.D. Prinsen & S. Tiemersma mkb (2 , 1 ), wes2 (2 ) TXTheridion tinctum (zwartringkogelspin):

Entomologische Berichten 65(3) 2005 87 stb (1&), wes2 (1(, 1&) trekkertje): wes2 (2 subad &) Helsdingen (1999) was Texel een arach- TETRAGNATHIDAE (strekspinnen) TXLepthyphantes flavipes (zwart wevertje): nologisch nog onontgonnen terrein. TXMetellina mengei (zomerwielwebspin): stb (1&) Van de 81 gevonden soorten worden er plo1 (1&), hoo2 (3v) TXLepthyphantes pallidus (geknot bodem- slechts vijf in deze catalogus voor Texel TX & Pachygnatha degeeri (kleine dikkaak): wevertje): hoo2 (1 ) genoemd (Clubiona subtilis, Arctosa & & ( & TX wsl (1 ), mkb (1 ), plo1 (2 , 2 ) Lepthyphantes tenuis (bodemwevertje): perita, Pardosa monticola, Pisaura TX & ( Tetragnatha extensa (gewone strek- mok1 (1 ), wes2 (1 subad ), wes4 mirabilis, Peponocranium ludicrum). & & ( spin): plo1 (1 ) (1 ), hoo2 (1 juv, 1 subad ) De rest (94%) is ‘nieuw voor Texel’, TXTetragnatha montana (schaduwstrek- TXLepthyphantes zimmermanni (boswe- zoals de graswolfspin Pardosa nigri - spin): hoo2 (5&) vertje): stb (1&), hoo2 (1(, 1&, 1 juv () ceps (figuur 11). Deze soort is op ARANEIDAE (wielwebspinnen) TXLinyphia triangularis (herfsthangmat- meerdere plaatsen in het zuidelijk deel TXAraneus diadematus (kruisspin): hoo2 spin): wes2 (1 juv (, 1 juv &) gevonden. (1 juv) TXMeioneta innotabilis (grootoogpro- Het grappige van een waddeneiland TXAraniella opistographa (tweelingkom- bleemspinnetje): stb (1(, 3&) is dat er een veelheid aan biotopen kommerspin): hoo2 (1() TXMicrolinyphia impigra (zweephangmat- TXHypsosinga albovittata (witvlekpyjama- spin): mok1 (1() vlak bij elkaar voorkomt, van zeereep spin): wes2 (1&) TXOedothorax fuscus (gewone velddwerg- met duinen en kwelders tot bossen, TXLarinioides cornutus (rietkruisspin): spin): mok2 (1&) heide en cultuurlandschappen. Die hor3 (1 subad (), mkb (3&) TXOstearius melanopygius (zwartgatje): landschappelijke diversiteit weerspie- TXNeoscona adianta (heidewielwebspin): plo1 (1&) gelt zich mooi in de spinnenlijst. Ook slu1 (4 juv), wes2 (2 juv) Peponocranium ludicrum (heideballon- een leek kan hiervan een indruk krij- LINYPHIIDAE (hangmatspinnen) kopje): mkb (1&), wes2 (2&) gen aan de hand van de Nederlandse TXBathyphantes gracilis (gewoon wever- TXPocadicnemis pumila (bleek bosgroef- namen, waar regelmatig ‘duin’, ‘helm’, tje): mkb (1 subad &) kopje): mkb (1&) ‘schor’, ‘kwelder’, ‘slik’, ‘heide’, ‘bos’ TXDiplocephalus cristatus (gewoon dub- TXPrinerigone vagans (moerasdwergspin): en ‘moeras’ in voorkomen. belkopje): tho4 (1&) mok2 (1(, 4&, 2 subad &) TXDiplostyla concolor (langtongspinnetje): TXStemonyphantes lineatus (paardenkop- ISOPODA - pissebedden hoo2 (1(, 2&) je): wes2 (1(), tho4 (1() P. Koomen & J.D. Prinsen TXDrapetisca socialis (schorskoloniespin): TXWalckenaeria vigilax (klein vals sierkop- stb (1 juv) je): slu1 (1(), mok2 (4&) TRICHONISCIDAE TXErigone atra (storingsdwergspin): mok2 Trichoniscus pusillus (paars drieoogje): (5&) De meeste in bovenstaande lijst ver- hoo2 (1&) TXErigone dentipalpis (aeronautje): mok2 melde juvenielen zijn door J. Prinsen ONISCIDAE & (4 ) tot volwassenheid opgekweekt, waar- Oniscus asellus (kelderpissebed): stb TX Gnathonarium dentatum (knobbel- door (toch) een betrouwbare determi- (10&, 4 juv), hoo2 (2&) ( dwergtandkaak): mok2 (1 ) natie mogelijk was. De lijst vermeldt PHILOSCIIDAE TX Gongylidiellum vivum (nagelpalpje): de stadia zoals die tijdens de zomerbi- Philoscia muscorum (mospissebed): mok1 mkb (1() & & & jeenkomst waren. De nomenclatuur (3 ), tho2 (1 ), wes2 (2 , 1 juv), wes3 TXGongylidium rufipes (oranjepoot): hoo2 ( ( & & van de lijst is in overeenstemming met (1 ), wes4 (1 , 3 ), hoo2 (1 ) (4() Roberts (1998). ARMADILLIDIIDAE TXHylyphantes graminicola (lang kurken- Armadillidium vulgare (gewone oprolpis- Afgaande op de catalogus van Van sebed): tho2 (1& , 1 juv) PORCELLIONIDAE Porcellio scaber (ruwe pissebed): stb (3&), wes2 (2&), hoo2 (1(, 5&) TRACHELIPODIDAE Trachelipus rathkei (kleipissebed): tho2 (2(, 5&) Figuur 11. Mannetje graswolfspin (Pardosa nig- riceps). Deze soort is op Dankwoord meerdere plaatsen in het zuidelijk deel van het ei- Onze dank gaat uit naar de twee terreinbe- land gevonden. Foto: Peter herende instanties die toestemming verleen- Koomen den tot het verrichten van entomologisch Male Pardosa nigriceps. onderzoek: Natuurmonumenten en Staats- This species was found on bosbeheer. several locations in the southern part of the island

88 Entomologische Berichten 65(3) 2005 Literatuur 1-185. Kruizinga D 1964. De entomofauna. In: Recreatie en natuurbescher- Aukema B 1996. Emblethis denticollis nieuw voor de Nederlandse ming in het Noordhollands Duinreservaat. Mededeling Instituut fauna (Heteroptera: Lygaeidae). Entomologische Berichten 56: voor Toegepast Biologisch Onderzoek in de Natuur 69, suppl. 3: 125-128. 20-52. Aukema B, Bos F, Hermes D & Zeinstra P 2004. Wantsen van de Ne- Kuchlein JH 1993. De kleine vlinders; handboek voor de faunistiek derlandse Waddeneilanden II (Hemiptera: Heteroptera). van de Nederlandse Microlepidoptera. Pudoc. Nederlandse Faunistische Mededelingen 21: 79-122. Kuchlein JH & Vos R de 1999. Geannoteerde naamlijst van de Neder- Aukema B & Rieger C (eds) 1995. Catalogue of the Heteroptera of landse Vlinders: 1-302. Backhuys Publishers. the Palearctic Region Volume 1. Uitgeverij NEV. Lohse GA 1967. 55. Familie: Cryptophagidae. In: Die Käfer Mitteleu- Aukema B & Rieger C (eds) 1996. Catalogue of the Heteroptera of ropas 7 (Freude, Harde & Lohse eds): 110-158. Goecke & Evers the Palearctic Region Volume 2. Uitgeverij NEV. Lucht WH 1987. Die Käfer Mitteleuropas. Katalog. Goecke & Evers. Aukema B & Rieger C (eds) 1999. Catalogue of the Heteroptera of Nieukerken EJ van 1979. De verspreiding van Hydrovatus cuspidatus the Palearctic Region Volume 3. Uitgeverij NEV. (Kunze) in Nederland (Coleoptera: Dytiscidae). Entomologische Aukema B & Rieger C (eds) 2001. Catalogue of the Heteroptera of Berichten 39: 51-55. the Palearctic Region Volume 4. Uitgeverij NEV. Roberts MJ 1998. Tirion spinnengids. Uitgebreide beschrijvingen van Aukema B & Woudstra JH 1989. Wantsen van de Nederlandse Wad- 500 Europese soorten. Tirion. deneilanden (Heteroptera). Entomologische Berichten 49: Sladen FWL 1895. Sphecodes rubicundus and other bees near Dover. 121-132. Entomologist’s Monthly Magazine 33: 256-258. Berg MP 1995. Preliminary atlas of the centipedes of the Nether- Steenbergen HA 1993. Macrofauna-atlas van Noord-Holland: ver- lands. Communication EIS-Nederland 78: 1-60. spreidingskaarten en responsies op milieufactoren van onge- Berg MP,1995. Preliminary atlas of the millipedes of the Netherlands. wervelde waterdieren. Provincie Noord-Holland, Dienst Ruimte Communications EIS-Nederland 79: 1-65. en Groen. Berg M & Evenhuis C 2001. Determinatietabel voor de Nederlandse Strien AJ van 1980. De Nederlandse soorten van de keverfamilie He- duizendpoten (Myriapoda: Chilopoda). Nederlandse Faunisti- teroceridae. Zoologische Bijdragen 27: 10-42. sche Mededelingen 15: 41-77. Thijsse JP 1927. Texel. Verkade’s Fabrieken. Berger CJM & Poot P 1970. Nieuwe en zeldzame soorten voor de Ne- Turin H 2000. De Nederlandse loopkevers, verspreiding en oecolo- derlandse keverfauna I. Entomologische Berichten 30: 213-221. gie. Nederlandse Fauna 3: 1-666. KNNV Uitgeverij, NNM Natu- Batten R 1976. De Nederlandse soorten van de keverfamilie Mordel- ralis, EIS-Nederland. lidae. Zoologische Bijdragen 19: 3-37. Vorst O 2002. Nieuws over Nederlandse kortschildkevers I: Proteini- Blower JG 1985. Millipedes. Synopses of the British Fauna (NS) 35. nae, Micropeplinae, Omaliinae (Coleoptera: Staphylinidae). En- Brill, Backhuys. tomologische Berichten 62: 164-171. Boer P 2001a. Mieren van de Slufter (Texel) en directe omgeving. Vorst O & Cuppen J 1995. Verslag excursie naar de Amsterdamse Wa- Uitgave in eigen beheer. terleidingduinen, 8 mei 1993. Sektie Everts Info 26: 2-3. Boer P 2001b. Mieren van Terschelling: speciaal die van de Bosch- Vorst O & Cuppen JGM 2003. A third Palearctic species of Chaetar- plaat en de Koegelwieck. Uitgave in eigen beheer. thria Stephens (Coleoptera: Hydrophilidae). Koleopterologische Boer P 2001c. Zoektocht naar de zeggensteekmier Myrmica gallienii Rundschau 73: 161-167. (Hymenoptera: Formicidae) in Nederland beloond. Entomologi- Vorst O & Huijbregts J 2001. Overzicht van de wijzigingen in de lijst sche Berichten 61: 33-36. van Nederlandse kevers (1987-1999) (Coleoptera). Entomologi- Brakman PJ 1966. Lijst van Coleoptera uit Nederland en het omlig- sche Berichten 61: 80-88. gend gebied. Monographieën van de Nederlandsche Entomolo- Vorst O, Nunen F van, Edzes H, Ee G van, Teunissen APJA, Huijbregts gische Vereeniging 2: ix, 1-219. J & Muilwijk J 1999. Excursieverslag Huis ter Heide – 9 mei Brakman PJ 1968. Korte coleopterologische Notities VIII. Entomolo- 1998. Sektie Everts Info 45: 5-9. gische Berichten 28: 108-114. Cuppen JGM 1993. Distribution and ecology of Hydraena Kugelann Ingekomen 15 maart 2005, geaccepteerd 7 april 2005. in The Netherlands (Coleoptera: Hydraenidae). Tijdschrift voor Entomologie 136: 1-10. Cuppen JGM, Vorst O, Heijerman T, Drost MBP, Langeveld SC, Huij- bregts J, Tiemersma S, Sande C van de, Maanen B van & Krikken J 2001. Verslag van de 155e zomerbijeenkomst te Egmond, 26 t/m 28 mei 2000. Coleoptera – kevers. Entomologische Berich- Summary ten 61: xxviii-xxxvii. Drost MBP 1992. Dryopidae. In: De waterkevers van Nederland Entomological fauna of the island of Texel, Noord-Hol- (Drost MBP, Cuppen HPJJ, Nieukerken EJ van & Schreijer M red): land – report of the 159th summer meeting at Den Hoorn 242-250. KNNV. Ee G van, Cuppen JGM & Lucas MPA 1993. Recente waarnemingen The 159th meeting of the Netherlands Entomological Society took van Helophorus rufipes in Nederland (Coleoptera: Helophori- place from 4-6 June 2004 on the Island of Texel, Province of dae). Entomologische Berichten 53: 143-146. Noord-Holland. A total of 1117 taxa of fourteen different arthro- Hansen M 1996. Katalog over Danmarks biller. Entomologiske Med- pod orders were recorded. Beetles, with 543 species, were delelser 64: 1-231. Heijerman T & Alders K 2001. Het voorkomen van de snuitkevers Ce- particularly well represented, but, remarkably, none were new for ratapion gibbirostre en C. carduorum in Nederland (Coleoptera: the province. Apionidae). Nederlandse Faunistische Mededelingen 15: 1-6. Helsdingen PJ van 1999. Catalogus van de Nederlandse spinnen (Araneae). Nederlandse Faunistische Mededelingen 10: 1-189. Huijbregts J 1982. De Nederlandse soorten van het genus Cercyon Leach (Coleoptera: Hydrophilidae). Zoölogische Bijdragen Lei- den 28: 127-173. Jansen RP & Heijnsbergen S van 1986. Vijf soorten van het genus Acrotrichis Motschulsky nieuw voor de Nederlandse fauna (Co- leoptera: Ptiliidae). Entomologische Berichten 46: 7-8. Köhler F & Klausnitzer B 1998. Verzeichnis der Käfer Deutschlands. Entomologische Nachrichten und Berichte (Dresden), Beiheft 4:

Entomologische Berichten 65(3) 2005 89