Lied & Opera

Montserrat Figueras . Cançons d’amor de l’antigua Hespèria al Casticisme Goyesc maandag 26 januari 2004 Lieder in deSingel en in de Vlaamse Opera Antwerpen Seizoen 2003-2004

Koor en Orkest La Petite Bande . Sigiswald Kuijken Mozart Die Zauberflöte (concertant) maandag 6 oktober 2003 . deSingel

Felicity Lott . Thomas Allen Graham Johnson Purcell, Quilter, Warlock, Lehrmann, Messager, Loewe, Rod- gers, Lehár maandag 27 oktober 2003 . Opera

Vesselina Kasarova . Charles Spencer Haydn, Gounod, Bizet, Brahms, Tsjaikovski, Rossini woensdag 10 december 2003 . Opera

Bernarda Fink . Roger Vignoles Haydn, Schumann, Granados, Rodrigo, Nin woensdag 14 januari 2004 . deSingel

Montserrat Figueras . Rolf Lislevand Cançons d’amor de l’antigua Hespèria al Casticisme Goyesc maandag 26 januari 2004 . deSingel

Sergei Leiferkus . Simion Skigin Tsjaikovski, Glinka, Rachmaninov, Moessorgski vrijdag 27 februari 2004 . Opera

Elzbieta Szmytka . Levente Kende Rachmaninov maandag 22 maart 2004 . deSingel begin concert 20.00 uur pauze omstreeks 20.45 uur einde omstreeks 21.50 uur inleiding door Gert Haelterman . 19.15 uur . Foyer teksten programmaboekje Gert Haelterman coördinatie programmaboekje deSingel druk programmaboekje Fotogravure Godefroit gelieve uw GSM uit te schakelen!

Montserrat Figueras

Foyer deSingel enkel open bij avondvoorstellingen in Rode en/of Blauwe Zaal open vanaf 18.40 uur kleine koude of warme gerechten te bestellen vóór 19.20 uur broodjes tot net vóór aanvang van de voorstellingen en tijdens pauzes

Hotel Corinthia (Desguinlei 94, achterzijde torengebouw ING) • Restaurant HUGO's at Corinthia open van 18.30 tot 22.30 uur • Gozo-bar open van 10 uur tot 1 uur, uitgebreide snacks tot 23 uur deSingelaanbod: tweede drankje gratis bij afgifte van uw toegangsticket van deSingel voor diezelfde dag Rolf Lislevand Montserrat Figueras sopraan Rolf Lislevand viola de mà, barokgitaar en romantische gitaar

Diàspora Sefardí 1492-1600 Música al temps de Lope De Vega 1562-1635 La dama y el pastor: Por allí pasó un cavallero (Turquia) Tonos humanos El Conde Dirlos: Por qué llorax blanca niña (Sarajevo) José Marín (1618-1699) La guirnalda de rosas: Una matica de ruda (Rodes) Sepan todos que muero Mi señora Mariantaños El renaixement Cortesà 1500-1570 Ojos pues me desdeñais Música per a Viola de mà Juan Hidalgo (ca.1612-1685) Luys Milán (ca.1500-ca.1561) Trompicávalas amor Fantasia Luys de Narváez (ca.1500-1555) Gaspar Sanz (ca.1640-1710) Guardame las vacas Jácaras Marizápalos Alonso Mudarra (ca.1510-1580) Canarios Fantasia

Villancicos y romances Música al temps de Francisco de Goya 1746-1828 Ariette Italiane Luys de Narváez (ca.1500-1555) Con que la lavaré Fernando Sor (1778-1839) Ti ricordi che giurasti Luys Milán (ca.1500-ca.1561) Povero cor t’inganni Falai miña amor Alonso Mudarra (ca.1510-1580) Seguidillas Triste estava el rey David Fernando Sor (1778-1839) Luys Milán (ca.1500-ca.1561) Prepárame la tumba Al amor quiero vencer De amor en las prisiones El que quisiera amando Las mujeres y cuerdas pauze Vijf eeuwen Spaanse liefdesliederen - vijf eeuwen liefde voor Spaanse muziek

Het muzikale verleden van Spanje is boeiend, weinig gekend, maar ook het jaar van de uitdrijving van de joden uit Spanje. veelzijdig. Verschillende culturen, vreemde invloeden, over- Dat beslisten ‘Los Reyes Católicos’, de katholieke koningen heersingen, religie en politiek, allemaal lieten ze hun sporen Ferdinand van Aragon en Isabella van Castilië. na. Spanje worstelde zich erdoor en zocht lang vóór het zijn Massaal verlieten de joden hun vaderland, want dat was eigen identiteit vond. Spanje voor hen geworden en ze trokken naar Noord-Afrika, Rond de negende eeuw ontstond de muzikale notatie, maar het Ottomaanse keizerrijk, de Balkan en de landen rond de het waren alleen de kerkelijke gezangen die door monniken Middellandse Zee. Men kan zich nauwelijks indenken in in de kloosters werden genoteerd. Populaire- en volksmuziek welke omstandigheden, want het was hen verboden geld, werd van generatie op generatie mondeling overgeleverd, juwelen of wat dan ook mee te nemen. Merkwaardig is dat gedurende eeuwen. Zó zijn trouwens de sefardische gezan- al die emigranten onderling hun Joods-Spaanse taal behiel- gen tot ons gekomen waarmee het programma van vanavond den en bleven spreken: het ‘ladino’. Ze behielden ook hun begint. muziek, de ‘romances’, heel typische en populaire liederen uit Want inderdaad: ze komen uit Turkije, Sarajevo, Rhodos - en de middeleeuwen en de renaissance. dat in een avond van Spaanse muziek? ‘Sefarad’ is het In Spanje zelf zocht de muziek haar weg en maakte zich in de Hebreeuwse woord voor Spanje. Daarmee wordt al een tipje vijftiende eeuw stilaan los van Franse en Italiaanse invloeden. van de sluier opgelicht. Er verscheen ‘El cancionero del Palacio’, die meer dan vierhon- Sinds altijd was er een grote joodse bevolking in Spanje. His- derd vijftig composities bevat, geschreven tussen 1415 en pania was een provincie van het Romeinse keizerrijk en vele 1510 met zowel geestelijke als wereldlijke werken. joden kwamen mee met de Romeinse legioenen en vestigden In de zestiende eeuw doken uit alle hoeken van Spanje zich in het Iberische schiereiland. De Visigoten veroverden in namen op waardoor deze eeuw terecht als ‘El siglo de oro’ de vijfde eeuw bijna het ganse schiereiland, maar op hun (de gouden eeuw) de geschiedenis zou ingaan. beurt werden ze verjaagd door de Moren die in 711 Spanje De invloed van de politiek van ‘Los Reyes Católicos’ bleef de binnenvielen en dat luidde een periode in van hoogstaande ganse tijd voelbaar en kerkelijke muziek, tamelijk traditiona- beschaving en vreedzame coëxistentie tussen drie culturen: listisch, stond op het eerste plan, met onder meer Cristóbal christenen, joden en Arabieren. de Morales, Tomás Luis de Victoria en Antonio Cabezón. De De noordelijke provincies van Spanje waren nooit ingenomen profane en volksmuziek was echter heel origineel en verschil- door de Moren en de ‘Reconquista’, de herovering door de lend van wat er in de rest van Europa gebeurt. christenen, werd stilaan werkelijkheid. 1492 was het jaar van de val van Granada, het jaar van de ontdekking van Amerika, In de renaissance werden de tokkelinstrumenten overal popu- lair. Hoewel de luit als afstammeling van de Arabische ‘al’ud’ via Spanje in Europa was binnengekomen, bestond er in dit land zelf nooit veel belangstelling voor. De plaats van de luit werd ingenomen door de vihuela, het geliefkoosde instru- ment van de koninginnen van Spanje. De eerste en één van de belangrijkste vihuelistas (vihuelaspe- lers en -componisten) was Luys Milán (ca. 1500-ca.1561). In 1536 verscheen zijn ‘Libro de música de vihuela de mano, inti- tulado el Maestro’ dat kan beschouwd worden als het eerste instructieboek voor de vihuela de mano (die met de vingers bespeeld wordt). Milán gaf de beginnende speler nauwkeuri- ge aanwijzingen waaruit we een heleboel over de uitvoe- ringspraktijk van toen te weten komen. Andere grote namen, waar echter weinig over gekend is, zijn Luys de Narváez (ca. 1500-1555) die twee jaar na Milán zijn ‘El Delfín de música de cifra para tañer vihuela’ publiceerde waaruit blijkt dat hij een grootmeester in de variatiekunst was. Nog een belangrijke componist uit die periode, de derde op het programma van vanavond, is Alonso Mudarra (ca.1510- 1580). Ook van hem verscheen een verzameling composities voor vihuela ‘Tres Libros de Música’, maar die bevat eveneens stukken voor viersnarige gitaar. Het is één van de eerste publi- caties voor dit instrument. Vihuela werd toen gespeeld door de aristocratie, het volk gaf de voorkeur aan de gitaar. Alle publicaties bevatten de genres die in deze periode zo geliefd zijn: fantasia (de naam spreekt voor zichzelf), diferen- cias (variaties op bestaande liederen - een voorbeeld is ‘Guár- dame las vacas’ dat door heel veel componisten gebruikt en gevarieerd werd), villancicos (poëtische liederen die een voort- zetting waren van de oude romances), ensaladas (waarin het tragische en komische afwisselen).

De zeventiende eeuw wordt door geschiedschrijvers wel eens beschouwd als een muzikale (Spaanse) woestijn. In heel Euro- Titelblad van ‘Libro de Música de Vihuela de mano’ van Luys Milán, Valencia, 1536 pa bloeide de barok, alle grote instrumentale vormen (sona- Doménico Scarlatti en Padre Soler hielden de naam van Span- te, concerto, fuga, ouverture, suite) kregen hun eigen bouw- je hoog met hun expressieve en virtuoze composities voor kla- plan en in Italië werd de opera geboren. vecimbel. Spanje daarentegen bracht wel grote namen voort op het Op het eind van de achttiende eeuw verscheen dan de figuur gebied van literatuur en eigenaardig genoeg waren het niet van Fernando Sor (1778-1839) ten tonele, misschien wel de de componisten, maar wel de schrijvers die begonnen te zoe- belangrijkste gitarist van de geschiedenis. In het klooster van ken naar een afwisseling tussen zang en gesproken woord: Monserrat studeerde hij eerst viool, cello en orgel en pas later Lope de Vega is de auteur van ‘La Selva sin Amor’ waarvan de legde hij zich toe op gitaar en compositie. Sor was de eerste componist onbekend is. gitarist die een internationale loopbaan kende als uitvoerend Calderón de la Barca stond aan de wieg van de ‘zarzuela’, musicus, overal in Europa trad hij op en Parijs gaf hem de bij- toneelstukken in twee acten met gezongen gedeelten. Hij is naam “de Paganini van de gitaar”. Hij liet een omvangrijk de auteur van ‘El púrpura de la Rosa’, waarvoor Juan Hidalgo oeuvre na (met meer dan zestig opusnummers voor gitaar) de muziek schreef en wat kan beschouwd worden als de eer- dat de spiegel is van zijn vele omzwervingen, reizen en inter- ste Spaanse opera. Voor de rest gebeurt er weinig. Orgelmu- nationale contacten. ziek bleef belangrijk en stilaan begon de gitaar (de vijfsnari- Belangrijk is ook het feit dat hij trachtte de grote muzikale ge barokgitaar) de vihuela van de eerste plaats te verdrijven vormen (zoals de sonate, thema en variaties) die tot dan voor- en er vormde zich een grote gitaarschool. behouden waren aan andere instrumenten, te introduceren José Marín (1618-1699) liet een manuscript na, getiteld ‘Tonos in het gitaarrepertoire. humanos’: een verzameling van zestig liederen (canciones) die Ook hij schreef een handleiding ‘Méthode pour la guitare’, een beeld geven van de zwoele, geraffineerde, passionele waarin alle aspecten van het instrument in detail bestudeerd sfeer van het hofleven te Madrid op het einde van de zeven- worden, met studies en werken die men nog altijd beschouwt tiende eeuw. Hijzelf was een virtuoos gitarist, maar zijn lie- als de beste voor beginnende gitaristen. deren lopen vooral over van sensuele, barokke beeldspraak en suggestieve ritmes van populaire dansen. Dat de gitaar steeds maar veld won, bewijst ook het belang- rijkste werk van Gaspar Sanz (ca.1640-1710): ‘Instrucción de música sobre la guitarra española’, gepubliceerd in Saragossa in 1674. Net zoals destijds Luys Milán deed voor de vihuela, schreef Sanz dit instructieboek met raadgevingen voor het bespelen van zijn instrument (de barokgitaar was helemaal anders gestemd dan de moderne gitaar), met dansen en vari- aties op populaire melodieën. De achttiende eeuw kwam dichterbij, opnieuw werd Spanje overspoeld door Franse en later Italiaanse invloeden, want het ganse operaleven was in handen van de Italianen. Enkel La dama y el pastor: Por allí pasó un cavallero Daar kwam een ridder voorbij

Por allí pasó un cavallero Daar kwam een ridder voorbij, asentado y muy gentil Hij was wijs en edel. - Si vos plaze cavallero “Wanneer u wil, heer, de mí tomaréx plazer. kunt u met mij een aangename tijd beleven.” - No lo quere el Dió del cielo, “God in de hemel, bewaar mij ni me dexa tal hazer, en red mij van zulke daad. que tengo mujer hermoza Ik heb een prachtige vrouw en kinderen, hijos para el bien hazer. En omwille van hen moet ik weg van jou.” - Allí vayáx cavallero “Ga dan, ridder, todo topéx al revéz dat alles zich tegen jou moge keren. tu mujer topes con otro Dat je jouw vrouw met een ander mag vinden. los hijos al mal hazer. En dat jouw kinderen schurken worden.” El Conde Dirlos: Por qué llorax blanca niña Waarom ween je, mooi kind?

Por qué llorax blanca niña, Waarom ween je, mooi kind? Por qué llorax blanca flor? Waarom ween je, mooie bloem? - Llóro por vos cavallero, Ik ween om jou, mijn ridder, Que vos vax y me dexáx. Want jij gaat en laat mij alleen achter. Me dexáx niña y muchacha, In mij laat je een meisje, een kind achter, Chica y de poca edad. Een jong meisje van delicate leeftijd. Tengo niños chiquiticos, Ik heb heel kleine kinderen Lloran y demandan pan. Die huilen en om brood smeken. Si demandan al su padre, Als ze naar hun vader vragen, Qué repuesta les vo a dar? Wat zal ik hen dan antwoorden? Metió la mano en su pecho, Hij stak zijn hand in zijn zak Cien dovlones le fue a dar. En gaf haar honderd dubloenen. Esto para qué m’abasta, Wat kan ik daarmee doen? Para vino o para pan? Is het genoeg om wijn of brood te kopen? Si esto no vos abasta, Als dit niet genoeg is voor jou, Ya tenéx d’onde tomar. Heb je nog andere middelen. Venderéx viñas y campos, Je zal velden en wijngaarden verkopen, Media parte de la civdad. De helft van de stad zal je verkopen. Venderéx viñas y campos, Je zal velden en wijngaarden verkopen, De la parte de la mar. Deze, die in de buurt van de zee liggen. Vos asperaréx a los siete. Je zal zeven jaar op me wachten , Si no, a los ocho vos cazáx. Maar in het achtste jaar zal je trouwen. Tomaréx un mancevico, Je zal met een jonge man trouwen Que paresca tal y cual. Die erg op mij zal lijken. Que se vista las mis ropas, Laat hem dan al mijn kleren dragen Sin sudar y sin manchar. Zonder ze vuil te maken met vlekken of zweet. Esto que sintió su madre, Toen zijn moeder dit hoorde, Maldición le fue a echar. Vervloekte zij hem met de volgende woorden: “Todas las naves del mundo, “Laat alle schepen op deze wereld Vayan y bolten con paz. vertrekken en terugkeren in vrede. Y la nave del mi hijo, Behalve het schip van mijn zoon, Vaya y no abolte jamás” Laat het zeilen en nooit meer terugkeren.” Pasó tiempo y vino tiempo, De tijd kwam en de tijd ging, Descariño le fue a dar. Ze werd het slachtoffer van haar verdriet. Asentada en la ventana, En als ze aan haar venster zat, La que da para la mar. Met uitzicht op de zee, Vido venir navezica, Toen zag ze een klein bootje Navegando por la mar. Zeilen op de zee. Así biva el Capitan, God bescherme jou, mijn goede kapitein, Que me diga la verdad. Ik smeek je, zeg me de waarheid. Si veríax al mi hijo, Heb je toevallig mijn zoon gezien, Al mi hijo caronal? De zoon van mijn hart? Ya lo vide al su hijo, Jazeker, ik heb hem gezien, Al su hijo caronal. De zoon van jouw hart. Echado en aquellos campos, Hij lag in verre velden La tierra tenía por cama, Op een bed van aarde Y el cielo por cuvierta. En enkel door de hemel bedekt. Tres buracos él tenía, Hij had drie gaten in zijn lijf. Por el uno le entra el aire, Door een gat blies de wind, Por el otro le entra el sol. Door het andere scheen de zon. Y por el mas chico de ellos, En door het kleinste van de drie Le entra sale el lunar. Kwam en ging de maan. Esto que sintio su madre, Toen zijn moeder dit te horen kreeg, A la mar se fue a echar. Wierp ze zichzelf in de zee. No vos echéx la mi madre, Moeder, verdrink niet, Que yo so tu hijó caronal. Ik ben het, de zoon van jouw hart. Ya se bezan y se abrasan, De twee omarmden en kusten elkaar Y se van a paséar. En samen gingen ze weg. La guirnalda de rosas: Een krans van rozen: Una matica de ruda Een takje wijnruit

Una matica de ruda, Een takje wijnruit, una matica de flor, een bloemenkrans, hija mia mi querida O mijn liefste dochter, dime a mí quén te la dio. wie gaf ze aan jou? Una matica de ruda, Een takje wijnruit, una matica de flor, een bloemenkrans, Me la dio un mancevico ik kreeg ze van een jonge man que de mí se namoró. die me liefheeft. Hija mia mi querida, O mijn liefste dochter, no te echés a la perdicion. laat jou niet bederven. Más vale un mal marido Beter een slechte echtgenoot que un mancebo de amor. dan een goede jonge minnaar. Mal marido, la mi madre, Een slechte echtgenoot, moeder, el pilisco y maldición is lijden en vervloeking. mancebo de amor, la mi madre Een jonge minnaar, moeder, la mançana y el buen limon . is appel en frisse citroen. Luys de Narváez Con que la lavaré Waarmee zal ik het wassen?

¿Con que la lavaré Waarmee zal ik het wassen, la flor de la mi cara? de bloem van mijn gezicht? ¿Con que la lavaré, Waarmee zal ik het wassen, que vivo mal penada? want ik leef in verdriet? Lávanse las casadas De getrouwde vrouwen wassen zich con agua de limones, met citroenwater. lávome yo cuitada Ik was mezelf con penas y dolores. met verdriet en pijn.

Luys Milán Falai miña amor Spreek tot mij, geliefde

Falai miña amor falai me, Spreek tot mij, geliefde si no me fallays matay me. En als je dat niet doet, dood me dan. Falai miña amor queos faça saber, Spreek tot mij, geliefde, want ik waarschuw je, si no me falays que non teño ser. als je niet tot me spreekt, dan ben ik niets. Pois teneys poder falai me Je bezit de macht tot mij te spreken. si no me falays matay me. Doe je dat niet, dood me dan. Alonso Mudarra Triste estava el rey David Koning David was triest

Triste estava el rey David Koning David was triest, triste y con gran passión triest en met veel liefde Quando le vinieron nuevas toen het nieuws hem bereikte de la muerte de Absalón. van Absalons dood: «Ellos mismos fueron causa de tu muerte y de mi passión. “Hijzelf was in het land No te quisiera ver muerto, van de dood en de liefde, sino vivo en mi prisión, ik zou niet willen dat hij gedood wordt que aunque me eras desobediente alleen levend in mijn gevangenis. yo te orotgara perdón Ik zou hem, ongehoorzame, Fili mi» altijd vergeven. Mijn zoon.”

Luys Milán Al amor quiero vencer Ik wil de liefde overwinnen

Al amor quiero vencer Ik wil de liefde overwinnen mas quien podrá? maar hoe moet ik dat doen? Qu’ella con su gran poder Ze heeft me met al haar macht vencido me ha. volledig overweldigd. Al amor querría vencer Ik wil de liefde overwinnen y con bien ser del vencido. en door haar overwonnen worden Por poder mejor querer om nog meer te kunnen beminnen para ser mejor querido. en nog meer bemind te worden. Quien tuviesse tal poder, O! Zoveel macht te bezitten! mas quien podrá? Maar wie zou dat kunnen? Qu’ella con su gran poder Ze heeft me met al haar macht vencido me ha. volledig overweldigd. José Marín Sepan todos que muero Iedereen moet weten dat ik sterf

Estribillo: Refrein: Sepan todos que muero Iedereen moet weten dat ik sterf de un desdén que quiero. door de minachting van haar die ik liefheb. Coplas: Strofen: Quiero un desdén apaçible Ik hou wel van een beetje minachting y si ay ángeles acá en wanneer er in het hiernamaals engelen zijn, un ángel que quiero está is de engel waar ik van hou más allá de lo imposible. ver buiten mijn bereik. Quiero sufrir lo insufrible Ik wil het ondraaglijke ondergaan, de amar y no perecer liefhebben en niet vergaan, de sembrar y no cojer zaaien zonder te oogsten, pues e de morir primero. toch moet ik eerst sterven. Sepan todos que muero Iedereen moet weten dat ik sterf de un desdén que quiero. door de minachting van haar die ik liefheb. Al sol le quento las benas Ik tel de glanzende aders van de zon, luçientes que llaman rayos die men stralen noemt, y temo menos desmayos ik heb minder schrik te bezwijken contando raios por penas. door stralen te tellen dan door Ya de mi amor las cadenas mijn pijnen te tellen. arrastran mi livertad De ketenen van de liefde y en el çielo de piedad houden mijn vrijheid in gevangenschap, aun no e mirado un luçero. en aan de edelmoedige hemel Sepan todos que muero kon ik nog geen enkele ster ontwaren. de un desdén que quiero. Iedereen moet weten dat ik sterf door de minachting van haar die ik liefheb. De altura tan singular Zo hoog verheven es la causa de mi empleo is het voorwerp van mijn verlangen y con el bano deseo dat, hoewel ik niets vuriger wens, aún no la llego a igualar. ik haar niet kan evenaren. De mí me puedo quejar Vandaar moet ik mezelf beklagen; si conoçiéndome humano Maar aangezien ik maar een mens ben, de amor lo que es soberano Heb ik vertrouwen in de verhevenheid van de liefde prudente no desespero. en wanhoop niet. Sepan todos que muero Iedereen moet weten dat ik sterf de un desdén que quiero. door de minachting van haar die ik liefheb. José Marín Mi señora Mariantaños Mevrouw Mariantaños

Mi señora Mariantaños Mevrouw Mariantaños en la eternidad de un mes na de eeuwigheid van een maand, pregunta como la quise vraagt hoe het komt dat ik op haar verliefd was, i ignoro que responder en ik weet niet wat te antwoorden porque yo no sé donde anda el amor want ik kan de wegen van de liefde niet doorgronden, sin qué ni porqué ze heeft noch doel noch reden. Usted era fea adrede Je was lelijk, eerlijk gezegd, y fue fácil sin querer en een makkelijke buit, zonder liefde, y vino a ser mi ocasión het was voor mij een goede gelegenheid, que pudo mas que luzbel die sterker was dan Lucifer; porque yo no sé quando en lo peor want ik weet niet waarom ik je tot mijn ongeluk se halló que escojer gekozen heb. Efectos de avorrecida Misschien was ze door vele afwijzingen la deslumbravan tal vez door een vals beeld verblind, pues quando la quise mal want ik hield het minst van haar, fué quando quise muy bien wanneer ik het meest van haar hield, porque yo no sé que aya voluntad want ik weet niet of er een liefde is, a más no poder groter dan deze. Si era esquiva se quedava Als ze verlegen was, dan bleef ze steeds a solas con su esquivez alleen achter met haar schroom y nunca pudo su ardid en nooit kon ze met haar listen hecharme un ruego a perder mij haar doen weigeren, porque yo no sé qual será peor want ik weet niet wat erger is: huir o bençer vluchten of overwinnen. Ni más ni menos la quise Ik hield niet meer of niet minder van haar con que podrá conozer zodat ze goed kan inzien que si fué mi amor caval of mijn liefde oprecht was. lo que me vendió compré Ik kocht alleen maar wat zij mij verkocht, porque yo no sé dejar de pagar want ik kon toch niet meer doen dan betalen lo que fué bender wat er te koop was. José Marín Ojos pues me desdeñais Minachtende ogen

Estribillo: Refrein: Ojos pues me desdeñais Minachtende ogen, No me mireis kijk me niet aan, pues no quiero que logréis want ik wil niet dat jullie kunnen el ver como me matáis. zien hoe jullie me doden. Coplas: Strofen: Cese el çeño y el rigor Hou op met fronsen en kijk niet zo streng, ojos mirad que es locura zie, ogen, dat het waanzin is arriesgar buestra hermosura jullie schoonheid op het spel te zetten por hazerme un disfavor alleen maar om mij te kwellen. si no os corrige el temor Hebben jullie dan geen angst de la gala que os quitais. jullie charme te verliezen? Y si el mostraros severos En wanneer jullie alleen maar zo streng zijn es no más que por matarme om mij te doden, podeis la pena escusarme bespaar jullie dan die moeite: pues moriré de no veros want ik zal zeker sterven wanneer ik jullie niet zie, pero si no e de veros maar wanneer ik jullie dan nooit meer zou zien, que de mí os compadezcáis heb dan tenminste medelijden. No me mireis Kijk me niet aan, pues no quiero que logréis want ik wil niet dat jullie kunnen el ver como me matáis. zien hoe jullie me doden. Juan Hidalgo Trompicávalas amor De liefde nam de meisjes beet

Trompicávalas amor De liefde nam a las niñas de Barajas de meisjes van Barajas beet. y tal como las trompicáva En hoe nam hij ze beet? trompicávalas concelos Hij nam ze beet door jaloezie, que son del descuido trampas wat een onvoorzichtige valstrik is, pues a pesar de lo frio want, ondanks hun kilte, aun a los biexos abrasan. brandt het zelfs bij de ouderen.

Fernando Sor Ti ricordi che giurasti Herinner je je dat je hebt gezworen

Ti ricordi che giurasti Herinner je je dat je hebt gezworen al tuo tenero amator tot jouw tedere minnaar di non scioglier le catene de kettingen niet los te breken che legaroo il tuo cor. die jouw hart verbonden.

Se t’offése il mio sospetto Als mijn verdenkingen jou kwetsen non ti bastan le mie pene is mijn verdriet geen waarborg. dunque placati mio bene Bedaar, mijn geliefde, e ritorna al primo amor. en keer terug naar jouw eerste liefde. Fernando Sor Povero cor t’inganni Arm hart, je bent in de war

Povero cor t’inganni, Arm hart, je bent in de war, fedel in van tu sei, je bent tevergeefs trouw, t’inganni t’inganni, je bent in de war, in de war, fedel in van tu sei. je bent tevergeefs trouw. Fedele non è colei, Zij is niet trouw! no no no non è fedele, Nee nee nee zij is niet trouw! no no no non è fedele colei. Nee nee nee zij is niet trouw. Per chi t’accese amor Zij, voor wie je in liefde bent ontvlamd, io che di te piu chiaro, ik, die helderder kan zien dan jij, tutto veder mi lice, ik kan alles zien, vedo ch’è ingannatrice, ik zie dat ze een verraadster is, ti vedo n’ell error. ik zie dat je je hebt vergist. Io che di tu piu chiaro, Ik, die helderder kan zien dan jij, tutto veder mi lice, ik kan alles zien, vedo ch’è ingannatrice, ik zie dat ze een verraadster is, ti vedo nell’error, ik zie dat je je hebt vergist. si si, vedo ch’è ingannatrice. Ja, ja, ze is een verraadster, ti vedo nell’error. Ik zie dat je je hebt vergist. Povero cor! Mijn arme hart! Povero! Povero! Mijn arme hart! Povero cor t’inganni, Arm hart, je bent in de war, fedel in van tu sei, je bent tevergeefs trouw, t’inganni t’inganni, je bent in de war, in de war, fedel in van tu sei. je bent tevergeefs trouw, Fedele non è colei, Zij is niet trouw! no no no non è fedele, Nee nee nee zij is niet trouw! no no no non è fedele colei. Nee nee nee zij is niet trouw. Per chi t’accese amor Zij, voor wie je in liefde bent ontvlamd, no no no non è fedele colei. Nee nee nee zij is niet trouw! Per chi t’accese amor Zij, voor wie je in liefde bent ontvlamd, No non povero cor! Nee nee mijn arme hart! Fernando Sor Prepárame la tumba Maak mijn graf klaar

Prepárame la tumba, Maak mijn graf klaar, que voy a expirar want ik ga sterven en manos de la madre in de armen van de moeder de la falsedad. van de leugen.

No siento tanto Ik vrees de dood niet zo erg el morir como hallarme als ik vrees mezelf in deze en tales brazos. armen te vinden.

Fernando Sor De amor en las prisiones Gevangen in de liefde

De amor en las prisiones Gevangen in de liefde gozosa vivo - ¡Ay! ben ik gelukkig. Ach! y sus dulces cadenas En ik kus en zegen beso y bendigo - ¡Ay! haar zoete kettingen. Ach!

Y el verme libre En me ervan te bevrijden más que el morir me fuera zou voor mij harder en pijnlijker zijn duro y sensible - ¡Ay! dan de dood. Ach! Fernando Sor Él que quisiera amando Hij die verliefd is

Él que quisiera amando Hij die verliefd is vivir sin pena, en zonder verdriet wil leven ha de tomar el tiempo moet de dingen nemen conforme venga. zoals ze komen.

Quiera querido; Bemin wanneer je bemind wordt; y si te aborrecieren, en wanneer men jou mijdt, haga lo mismo. doe dan hetzelfde.

Fernando Sor Las mujeres y cuerdas Vrouwen en snaren

Las mujeres y cuerdas Vrouwen en snaren de la guitarra, van een gitaar, es menester talento men heeft talent nodig para templarlas. om ze te stemmen.

Flojas no suenan, Te slap klinken ze niet y suelen saltar muchas en wanneer je ze te strak opspant, si las aprietan. zijn er vele die barsten. Montserrat Figueras Sopraan Montserrat Figueras begon al op jonge leeftijd met zang- en acteer- lessen in haar geboortestad . In 1968 trad ze in het huwelijk met en ze begeleidde hem naar Basel, waar ze haar zangstudie ver- derzette aan de Schola Cantorum Basiliensis bij Kurt Widmer, Thomas Bin- kley en later bij Eva Krasznai. Montserrat Figueras lag mee aan de basis van het ensemble Hesperion XX, dat in 1974 door Jordi Savall, en Lorenzo Alpert werd opgericht. In 1987 stond ze eveneens mee aan de wieg van La Capella Reial de Catalunya. Figueras’ repertoire omvat een brede waaier van Spaanse, Italiaanse en Franse muziek van de middeleeuwen tot de achttiende eeuw. Ze heeft vooral naam gemaakt als uitvoerder van renais- sance- en barokwerken, gaande van ‘El Cant de la Sibilla’ tot de ‘Tonadilla’ en muziek van Fernando Sor. Figueras gaf talrijke concerten in de meeste Europese landen, Canada, de Verenigde Staten, Zuid-Amerika, Japan en Australië en ze heeft een vijftigtal cd’s opgenomen, waarvan er enkele met prijzen onderscheiden werden, zoals de Edison Klassiek, de Grand Prix de l’Académie du Disque en de Grand Prix de l’Académie Charles Cros. Opmer- kelijke opnames met Hesperion XX en La Capella Reial de Catalunya zijn deze met werken van Monteverdi (‘Arie e Lamenti’, ‘Madrigali Guerrieri et Amorosi - Libro Ottavo’), Tarquinio Merula (‘Arie e Caprici’), Alonso Mudarra (‘Libro tercero de música en Cifras y Canto’). Op het label Aliavox verschenen ‘El Cant de la Sibilla’, een dubbel-cd met Sefardische liederen en ‘El Cancio- nero de Montecassino’ van Alfons V el Magnànim.

Rolf Lislevand Rolf Lislevand (°1961, Oslo) studeerde klassieke gitaar en luit aan het con- servatorium van Oslo. Terzelfdertijd trad hij op als jazzgitarist. Van 1983 tot 1987 specialiseerde hij zich in barokgitaar en luit bij Hopkinson Smith en Eugène Dombois aan de Schola Cantorum Basiliensis. Rolf Lislevand gaf reeds concerten in de Verenigde Staten, in Canada en in heel Europa. Hij was te gast op het Internationaal Gitaarsymposium in Londen, in de Guild- hall School of Music, op het Festival voor Oude Muziek van Barcelona en de Begegnungen Alte Musik in Heidelberg. Sinds 1986 maakt Rolf Lislevand deel uit van het ensemble Hesperion XX van Jordi Savall. In 1992 nam Lisle- vand een cd op met werken van Kapsberger voor het Franse label Astrée. Naast zijn concertactiviteiten doceert Lislevand luit en barokgitaar aan het conservatorium van Toulouse en geeft hij regelmatig masterclasses en zomercursussen in Spanje, Oostenrijk en Noorwegen.