)Rogramma KOOR EN ORKEST VAN COLLEGIUM VOCALE Bach Cantates D Missa Brevis
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
)rogramma KOOR EN ORKEST VAN COLLEGIUM VOCALE Bach Cantates d Missa Brevis DESINGEL 24 NOVEMBER 1996 Koor en Orkest van Collegium Vocale muzikale leiding Philippe Herreweghe solisten Ingrid Schmithüsen, sopraan Sarah Connoly, alt Mark Padmore, tenor Peter Kooy, bas Programma Johann Sebastian Bach (1685-1750) Nun komm der Heiden Heiland BWV 61 Missa Brevis in g groot BWV 236 Pauze Schwingt euch freudig empor BWV 36 Nun komm der Heiden Heiland BWV 62 inleiding door Nicole van O pstal. 19.15 u u r. Foyer begin concert 20.00 uur pauze om 20.50 uur einde concert 22.00 uur teksten en coördinatie deSingel druk Kopie Kopij JOHANN SEBASTIAN BACH Cantates . Missa "Dass Bach jemals routiniert gearbeitet hätte, dass er sich in seinen Arbeiten wiederholte, habe ich noch nie empfunden... Jede neue Kantate, jede neue Arie ist ein Abenteuer, ist eine aufregende Entdeckung für uns... Ich kenne keinen Komponisten, der die Skala von strengster Kontrapunktik bis zu expressivster Romantik immer wieder bis an die let zten Grenzen durchschreitet wie Bach." Nikolaus Harnoncourt, Die Kantaten - Bachs zentrales Werk in "Der musikalische Dialog" pag. 71 De cantate is een vocale compositie die begin zeventiende eeuw in Italië ontstond. Ze stamt in directe lijn af van het madrigaal en ontwikkelde zich enerzijds als kerkcantate verwant aan het oratorium en anderzijds als kamercantate quasi als miniatuur-opera. In Duitsland floreerde voornamelijk de kerkcantate; Heinrich Schütz met zijn Geistliche Konzerte en Dietrich Buxtehude zijn slechts twee van de eminente voorgangers van Johann Sebastian Bach in het genre. Bach zelf gebruikte de titel cantate niet. Zijn kerkcantates duidde hij aan met de term "concerto", bij vroegere werken sprak hij van "motetto", bij gelegenheid van "dialogus" of simpelweg van "Kirchenmusic". Hoe dan ook, van de ruim driehonderd kerkcantates die Bach componeerde (het merendeel tussen 1Z23 en 1729 in Leipzig waar Bach sinds '23 Kantor was) is slechts twee-derde bewaard. Van de profane cantates is zelfs meer verdwenen en zijn er slechts 16 over, daaronder de bekende, enigzins J.S.Bach / © Johann Jakob Ihle, 1720 folkloristische Kaffee- en de Bauernkantate BWV 211 - 212. De kerkcantates hadden hun vaste plaats in de Iutheriaanse het koor is zo goed als een vast gegeven (slechts 7 cantates liturgie. In Leipzig moest de kantor iedere zondag en op gebruiken geen koor). Het koraal ligt aan de basis van ieder bepaalde hoogdagen ( zo'n 59 keer per jaar dus) voor een werk, vaak als omkadering van het werk (groots opgezet muzikaal programma binnen de mis zorgen met naast begindeel en eenvoudig vierstemmig slot) - al wordt een motetten en koralen eveneens een cantate. Deze diende op cantate net zo goed ingeleid door een solostuk of door een de lectuur van het evangelie te volgen en ging aan het ser instrumentale introductie in de vorm van een ouverture of moen vooraf (al hield Bach zich niet altijd aan die volgorde concerto. en liet hij soms een cantate in twee delen horen of compo neerde hij dubbelcantates, een voor, een na het sermoen). De vier Missae Breves, waaronder deze van vanavond in g groot, BWV 236, behoren ongetwijfeld tot de mooiste vocale We mogen niet vergeten dat de tekst het eerste en belang composities uit de periode die Bach te Leipzig doorbracht. rijkste element van de cantate vormde, de muziek was slechts De relatieve onbekendheid van dit repertoire is te verklaren het vehikel om de vrome boodschap over te brengen. De vanuit zijn oorsprong. De vier missen zijn namelijk parodie tekst verwoordde het liturgisch thema van de dag en bestond missen; ze bestaan haast volledig uit muziek die Bach tevoren uit diverse elementen: al dan niet geparafraseerde passages voor zijn Duitse kerkcantates geschreven had en die hij aan uit de bijbel, koralen of vrije verzen van anonieme of toen de traditionele Latijnse teksten aanpaste. In de Bach-literatuur bekende dichters als Salomo Franck, Erdmann Neumeister en werden ze hierdoor eerder stiefmoederlijk behandeld, boven Christian Friederich Flenrici, beter gekend onderzijn pseudo dien wist men niet direct raad met hun hybride karakter. De niem Picander, een van de auteurs van Bachs Mattheus-passie. missen zijn immers noch geheel katholiek (want onvolledig, Bach verklankte enkel Kyrie en Gloria) noch echt lutheraans Formeel gezien lag het genre al zo'n vijftig jaar vast, maar (door het gebruik van het latijn dat normaal uit de protes- Bach zou Bach niet zijn als hij zich op stereotypen had laten tanste godsdienst werd geweerd). vastpinnen. Vooral met de werken uit de eerste Leipziger BW V 236 is waarschijnlijk voor 1742 ontstaan. Ze parodieert jaren creëerde hij niet alleen een opm erkelijk dens repertoire fragmenten uit de cantates BWV 17, 79, 138 en 179. maar ook een rijke vormentaal wars van ieder steriel schematisme. Bezetting, duur en structuur van de cantates verschillen wel eens: zo heeft het sublieme Ich habe genug BWV 82 maar één solist nodig, terwijl Nun ist das Heil und die Kraft BWV 50 beroep doet op een dubbel koor. Sommige cantates duren wel ruim 40 minuten, andere kortweg een kwartier. In de opeenvolging van de verschillende delen (aria- recitatief-koraal) toont Bach zich een ware puzzelmeester, die dezelfde stukjes telkens weer op verrassende manier combineert en integreert. Toch zijn er bepaalde constanten: Nun komm, der Heiden Heiland BWV 61 (Cantate voor de eerste adventszondag, eerste uitvoering 2 december 1714 in Weimar) Chor Rezitativ (bas) Nun komm, der Heiden Heiland, Siehe, ich stehe vor der Tür und klopfe an. So jemand meine Der Jungfrauen Kind erkannt, Stimme hören wird und die Tür auftun, zu dem werde ich Des sich wundert alle Welt: eingehen und das Abendm ahl mit ihm halten und er mit mir. Gott solch Geburt ihm bestellt. Arie (sopraan) Rezitativ (tenor) Öffne dich, mein ganzes Herze, Der Heiland is gekommen, Jesus kömmt und ziehet ein. Hat unser armes Fleisch und Blut Bin ich gleich nur Staub und Erde, An sich genommen Will er mich doch nicht verschmähn, Und nimmet uns zu Blutsverwandten an. Seine Lust an m ir zu sehn, O allerhöchstes Gut, Dass ich seine Wohnung werde. Was hast du nicht an uns getan? O wie selig werd ich sein! Was tust du nicht Noch täglich an den Deinen? Choral Du kommst und lässt Dein Licht Amen, Amen! Mit vollem Segen scheinen. Komm, du schöne Freudenkrone, Bleib nicht lange. Arie (tenor) Deiner wart ich mit Verlangen. Komm, Jesu, komm zu deiner Kirche Und gib ein selig neues Jahr! Befördre deines Nam ens Ehre, Erhalte die gesunde Lehre Und segne Kanzel und Altar! Missae in g groot BWV 236 Kyrie (sopraan, alt) (koor) Domine Deus, Rex coelestis, Kyrie eleison. Deus Pater omnipotens. Christe eleison. Domine Fili unigenite, Kyrie eleison. Jesu Christe. Domine Deus, Agnus Dei, Gloria Filius Patris. (koor) Qui tollis peccata mundi, Gloria in excelsis Deo. miserere nobis. Et in terra pax Qui tollis peccata mundi, hominibus bonae voluntatis. suscipe deprecationem nostram Laudamus te, Qui sedes ad dextram Patris, benedicimus te, miserere nobis. adoram us te, glorificamus te. (tenor) Quoniam tu solus Sanctus, (bas) tu solus Dominus, Gratias agim us tibi tu solus Altissimus propter magnam gloriam tuam. Jesu Christe. (koor) Cum Sancto Spiritu in gloria Dei Patris. Amen. Schwingt freudig euch empor BWV 36 (Cantate voor de eerste adventszondag) Erster Teil Chor Schwingt freudig euch empor zu den erhabnen Sternen, Ihr Zungen, die ihr itzt in Zion fröhlich seid. Doch haltet ein, der Schall darf sich nicht weit entfernen, Es naht sich selbst zu euch der Herr der Herrlichkeit. Choral (sopraan, alt) Nun komm, der Heiden Heiland, Der Jungfrauen Kind erkannt, Des sich wundert alle Welt: Gott solch Geburt ihm bestellt. Arie (tenor) Die Liebe zieht mit sanften Schritten sein Treugeliebtes allgemach. Gleich wie es eine Braut entzücket. Wenn sie den Bräutigam erblicket, So folgt ein Herz auch Jesu nach. Choral (koor) Zwingt die Saiten in Cythara Und lasst die süsse Musica Ganz freudenreich erschallen, Dass ich möge mit Jesulein, Dem wunderschönen Bräutgam mein, In steter Liebe wallen. Singet, Springet, Jubilieret, triumphieret, dankt dem Herren! Gross ist der König der Ehren. De Thomaskirche van Leipzig Zweiter Teil Arie (bas) Willkommen, werter Schatz! Die Lieb und Glaube machet Platz Vor dich in meinem Herzen rein; Zieh bei mir ein! Choral (tenor) Der du bist dem Vater gleich. Führ hinaus den Sieg im Fleisch, Dass dein ewig Gottsgewalt In uns das krank Fleisch enthalt, Arie (sopraan) Auch mit gedämpften, schwachen Stimmen Wird Gottes Majestät verehrt. Denn schallet nur der Geist darbei, So ist ihm solches ein Geschrei, Das er im Himmel selber hört. Choral (koor) Lob sei Gott, dem Vater g'ton, Lob sei Gott, seinm ein'gen sohn, Lob sei Gott, dem heilgen Geist, Immer und in Ewigkeit. De handtekening van Bach als Kantor In Leipzig Nun komm, der Heiden Heiland BWV 62 (Cantate voor de eerste adventszondag, eerste uitvoering 3 december 1724 in Leipzig) Chor Arie (bas) Nun komm, der Heiden Heiland, Streite, siege, starker Held! Der Jungfrauen Kind erkannt, Sei vor uns im Fleische kräftig. Des sich wundert alle Welt: Sei geschäftig, Gott solch Geburt ihm bestellt. Das Vermögen in uns Schwachen Stark zu machen! Arie (tenor) Bewundert, o Menschen, dies grosse Geheimnis: Rezitativ (sopraan, alt) Der höchste Beherrscher erscheinet der Welt. Wir ehren diese Herrlichkeit Hier werden die Schätze des Himmels entdecket, Und nahen nun zu deiner Krippen Hier wird uns ein göttliches Manna bestellt, Und preisen mit erfreuten Uppen, O Wunder! Die Keuschheit ward gar nicht beflecket. Was du uns zubereit'; Die Dunkelheit verstört' uns nicht Rezitativ (bas) Und sahen dein unendlich Licht. So geht aus Gottes Herrlichkeit und Thron Sein eingeborener Sohn. Choral Der Held aus Juda bricht herein, Lob sei Gott, dem Vater, ton, Den Weg mit Freudigkeit zu laufen Lob sei Gott, seinm ein'gen Sohn, Und uns Gefallne zu erkaufen.