Infobestand Pelgrimsroute Sellingen Ter Apel
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Infobestand Pelgrimsroute Sellingen Ter Apel. Hoogtekaart van de Pelgrimsroute Sellingen Ter Apel. Grijs gebied in Duitsland. Stichting Pelgrimeren in Groningen www.spig.nl SPiG Facebook, E: [email protected] ’t Oldehof 49 9951 JX Winsum KvK 66778166 BTW nr. 8566.94.034 Bankrekening NL25.RBRB.0943.5716.42 Rivier Ruiten Aa. De Ruiten Aa (ook: Ruiten A) is een beek in Oost-Groningen in de streek Westerwolde in Nederland. De beek begint bij Ter Apel en stroomt langs Sellingen, Vlagtwedde, Smeerling, Ter Wupping naar Wessinghuizen waar hij samen met de Mussel-Aa de Westerwoldse Aa vormt. Deze mondt bij Nieuwe Statenzijl uit in de Dollard. De Ruiten Aa wordt voor het eerst in 1327 vermeld als Ruetna. De naam zou verbonden moeten worden met Gronings (Nedersaksisch) roet, ruut, dat 'onkruid' betekent.[1] Anderen denken eerder aan een Protogermaans woord *rûh-itha, dat 'ruigte, struikgewas, onkruid (met name waterplanten als riet en biezen)' zou betekenen.[2] Oorspronkelijk ontsprong de Ruiten Aa zuidelijker in de buurt van het Bargerveen. De bron werd gevormd door een veenmeer met de naam Zwarte Meer. Dit meer liep leeg na het graven van de verlengde Hoogeveense Vaart. Het dorp Zwartemeer ontstond vervolgens op deze plek. De bovenloop van de beek heette de Runde. Anno 2004 zijn er weer plannen om de Runde te herstellen. Ongeveer op de plek waar de beek de Drents-Groningse grens passeert krijgt ze de naam Ruiten Aa. Aan de andere kant van de rijksgrens ligt Rütenbrock, waarvan de Nederlandse naam Ruitenbroek is en waarnaar de beek is genoemd. Het dal is erg breed voor deze vrij kleine beek. In de laatste ijstijd stroomde de Eems door Westerwolde. Later heeft deze rivier haar loop verlegd. De Ruiten Aa is het overblijfsel hiervan. De Ruiten Aa stroomt bij de Laudermarke het oude dal van deze rivier in en de rest van haar bedding naar het noorden toe ligt in dit dal. Ten zuiden van Vlagtwedde splitst de Ruiten Aa zich. De oostelijke loop die door Vlagtwedde heen loopt draagt de naam Veelerdiep en de westelijke loop houdt gewoon de naam Ruiten Aa. Tussen Wessinghuizen en Wedde komen beide lopen weer bij elkaar. Het Veelerdiep is een restant van de poging om een kanaal tussen Eems en Westerwoldse Aa te graven van de stad Groningen en het bisdom Munster in de 15e eeuw om de tol bij Emden te ontlopen. De poging strandde uiteindelijk. Op de oude kaarten is naast het Veelerdiep ook nog dit kanaal te herkennen in de vorm van Oude Gracht die van Bourtange naar het Veelerdiep loopt. Langs de beek zijn veel restanten van het esdorpenlandschap en hoevenlandschap te vinden. Bolle akkercomplexen op hoger gelegen zandruggen afgewisseld met lager gelegen gronden langs de beek, die oorspronkelijk graslanden waren. Van de houtwallen en kleine bossen die het landschap een parkachtig karakter geven is veel tijdens ruilverkavelingen opgeruimd, maar er is ook het een en ander bewaard gebleven. Het beekdal van de Ruiten Aa vormde vele eeuwen ruggengraat van Westerwolde, dat als een wig lag in een groot en vrijwel onbewoond veengebied. Dit veengebied, het Bourtangerveen genoemd, is vrijwel geheel ontgonnen Zijn betekenis voor de waterafvoer van Westerwolde is door het graven van het Ruiten-Aa-kanaal, het Mussel-Aa-kanaal en B.L. Tijdenskanaal tussen 1911 en 1920 sterk verminderd. Hierbij is ten zuiden van Vlagtwedde de loop van de Ruiten Aa onderbroken en wordt het water van de beek via de Voedingsleiding naar het Ruiten-Aa-kanaal geleid. Tijdens ruilverkavelingen na de Tweede Wereldoorlog is veel geëgaliseerd en is de loop van de Ruiten Aa gekanaliseerd. Dit is onlangs weer teruggedraaid: de beek heeft zijn meanderende loop teruggekregen. Het landschap rond de Ruiten-Aa maakt deel uit van de ecologische hoofdstructuur van Nederland waardoor veel gronden natuurgebied zijn geworden. Bij het Wollinghuizen (onderdeel van het grotere complex Dal van de Ruiten A van Natuurmonumenten) en bij Sellingen is de beek hermeanderd en is gepoogd het oude reliëf te herstellen. Bij deze reconstructie van de oude loop tussen Weende en Smeerling zijn de ontkoppelde delen van de beek nog niet met elkaar verbonden, maar anno 2005 zijn er plannen om deze verbinding weer te herstellen. De verbinding met voedingskanaal wordt dan gestremd, waarbij er wel de mogelijkheid komt om eventueel overtollig water via dit kanaal af te voeren. Ten noorden van Smeerling zijn de natuurgebieden in handen van Staatsbosbeheer. Hier liggen ook enige rivierduincomplexen bij een oude loop van de Ruiten Aa. Ter Borg. Ter Borg zelf is mogelijk ontstaan in de middeleeuwen. Het is van oorsprong een hoevenederzetting. Het gebied rond Ter Borg werd vroeger wel aangeduid als 't Börger Hammerk; de hamrik (buurt) rond Ter Borg. Dit gebied ten westen van Ter Borg was niet geschikt voor de landbouw en bestond voornamelijk uit uitgestrekte heidevelden. In de jaren 1930 is een groot deel van de heide beplant met voornamelijk Stichting Pelgrimeren in Groningen www.spig.nl SPiG Facebook, E: [email protected] ’t Oldehof 49 9951 JX Winsum KvK 66778166 BTW nr. 8566.94.034 Bankrekening NL25.RBRB.0943.5716.42 naaldbomen om deze voor landbouw ongeschikte 'woeste gronden' toch productief te kunnen gebruiken als productiebos. Dit productiebos werd uiteindelijk in de jaren zeventig aangewezen als natuurgebied Ter Borg. Door bedrijfsverplaatsing en grondruil is het natuurgebied sindsdien verder uitgebreid. Binnen het bosgebied is een deel van het oorspronkelijke heideveld bewaard gebleven. Dit heideveld heeft een oppervlakte van 35 hectare en is daarmee het grootste aaneengesloten heideveld van de provincie Groningen. Het is in beheer bij Staatsbosbeheer, die een schaapskudde heeft geherintroduceerd om de heide open te houden en het productiebos deels probeert om te vormen tot natuurbos. In 2005 werd door Staatsbosbeheer het kanaal Beetserwatering (dat al honderd jaar door het natuurgebied liep ter bevordering van de landbouw rond Ter borg) gedempt om het heidegebied drassiger te maken om zo de uitdroging van de heide te doen stoppen en de flora en fauna te bevorderen. Ter Wisch. Ter Wisch wordt al in 1773 genoemd als een van de dorpen in Westerwolde. De naam komt van Terwisch = lage weidegrond. Ter Haar. De standerdmolen in Ter Haar bij Ter Apel is de enige originele standerdmolen in de provincie Groningen. De molen werd naar alle waarschijnlijkheid rond 1619 in Bourtange gebouwd en werd aldaar in 1831 afgebroken om in 1832 in Ter Haar weer te worden opgebouwd voor Frederik Maarsingh. In de loop der jaren is de molen regelmatig gerestaureerd. De laatste grote restauratie vond in 1986 plaats. Hierbij werden veel onderdelen vernieuwd, maar werd de molen wel weer als koren- en pelmolen maalvaardig gemaakt. Het pelkoppel ligt direct achter het stormbint en wordt aangedreven door de achterste tandkrans van het bovenwiel. De overbrengingsverhouding is 1 : 6,38. Om goed te kunnen pellen moest het gevlucht dus wel snel draaien. De voorste tandkrans van het bovenwiel drijft het maalkoppel aan. Hier is de overbrengingsverhouding 1 : 5,64. Ter Apel. Het dorp is ontstaan bij het klooster Ter Apel, dat vanaf de 13e eeuw een voorwerk van de premonstratenzers was en vanaf 1465 een klooster van de orde van het Heilige Kruis. In 1594 werd het klooster geseculariseerd bij de reductie van Groningen. In 1619 verwierf de stad Groningen Westerwolde en daar hoorde ook het klooster, het er tegenover gelegen brouw- en bakhuis (nu Hotel Boschhuis) en de bijbehorende gronden bij. In de loop van de tijd plantte de stad steeds meer bossen aan op deze gronden. Tussen 1931 en 1933 werden de overgebleven delen van het klooster gerestaureerd. In 1976 deed de stad het hele complex (klooster, Boschhuis en een deel van het bos) voor een symbolisch bedrag over aan het Rijk. Het bos kwam daarbij in eigendom van Staatsbosbeheer. De landbouwgronden van het Landbouwbedrijf Ter Apel van de stad Groningen zijn in 1987 ook verkocht omdat ze de stad alleen maar geld kostten. Sinds de 19e eeuw is er ook veenkoloniale lintbebouwing, langs het Stads-Ter Apelkanaal richting Stadskanaal, de Weerdingermond richting Nieuw-Weerdinge, en richting Emmer-Compascuum. In 1920 kwam het Ruiten-Aa-kanaal gereed dat anno 2004 weer bevaarbaar is voor de pleziervaart. In de eerste helft van de 20e eeuw was het een knooppunt van spoor- en tramwegen, met de EDS, de EGTM, de DSM, de OG, en de STAR. Van deze spoorlijn is anno 2005 nog de aardenbaan in de bossen bij Ter Apel herkenbaar. Klooster Ter Apel. In 1464 schonk Jacobus Wiltingh, pastoor in Garrelsweer en vicaris in Loppersum, zijn nederzetting Apell aan de Orde van het Heilig Kruis [Ordo Sanctae Crucis] onder voorwaarde dat op deze plek een klooster zou verrijzen. In mei 1465 kwam het Generaal Kapittel van de Kruisheren bijeen in B-Hoei aan de Maas. Het Ordebestuur van dit klooster accepteerde Apell als een Godsgeschenk. Het benoemde het Kruisherenklooster Sint Gertrudis in D-Bentlage aan de Eems bij Rheine tot moederklooster. Van hieruit werden vier priesters en Stichting Pelgrimeren in Groningen www.spig.nl SPiG Facebook, E: [email protected] ’t Oldehof 49 9951 JX Winsum KvK 66778166 BTW nr. 8566.94.034 Bankrekening NL25.RBRB.0943.5716.42 enkele lekenbroeders naar Apell gestuurd. Zo ontstond er een nieuw klooster in de landstreek Westerwolde, dat de naam kreeg Domus Novae Lucis, Huis van het Nieuwe Licht. Tussen 1465 en 1561 werd gewerkt aan de bouw van het klooster volgens een middeleeuws plan. Behalve het conventgebouw, betekende dat ook de realisatie van ondermeer een poortgebouw, watermolens, perkamenthuis, bak- en brouwhuis en een gastenverblijf. Met de verovering van het gebied door Willem Lodewijk van Nassau in 1593 werd het katholieke geloof afgezworen. Stormen, brand en hoge onderhoudskosten zorgden voor grote problemen in de eeuwen na 1600.