Cornelis Dopper 1870 - 1939

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Cornelis Dopper 1870 - 1939 Cornelis Dopper 1870 - 1939 “Schitterend op de tweede rang” CORNELIS DOPPER, componist, dirigent, muziekpedagoog en musicograaf, is geboren in Stadskanaal op 7 februari 1870 en overleden te Amsterdam op 18 september 1939 ‘De meest Nederlandse van de Nederlandse componisten’ werd Cornelis Dopper genoemd. Alleen al de bijnamen van zijn symfonieën wijzen daarop: Rembrandt-symfonie, Amsterdamse symfonie, Zuiderzee-symfonie. Het zijn namen, die associaties oproepen met de schoonheid van het Hollandse landschap, de Amsterdamse kermis op Koninginnedag, kerktorens en carillons. De ‘Hollandse boerenbruiloft’ uit de Zuiderzee-symfonie is zo suggestief dat men ‘de klompjes klotsen hoort en de rokken zwaaien ziet, de blauwe, strakke lucht boven het fris-blozende landschap. ’Op andere momenten weer is er sprake van ‘ernstige overpeinzingen, bedrukte stemmingen, van Hollandse zwaarwichtigheid ook, waarover de zingende torens hun klanken, die geschiedenis zijn, uitstralen’. Of, zoals Willem Mengelberg het zo kernachtig verwoordde: ‘Doppers groot talent als componist herinnert mij aan onze schilderkunst der zeventiende eeuw. Hij is door en door Nederlander, in melodie en kleur. In ernst en humor de typische Hollandse meester. Als zodanig behoort hij tot de meest begaafde onder onze musici.’ Doppers werk is door sommigen omschreven als gemoedelijk, humoristisch, volkseigen, Vlaams, maar ook als stug en boers, Hollandse boerenklompenmuziek die naar spruitjes ruikt, en doet denken aan keurig aangelegde tuintjes en een saai, zeer vlak polderlandschap. Daarentegen vond Willem Pijper, dat als het lot Dopper niet in Amsterdam had geplaatst, maar ergens in Duitsland of Oostenrijk, hij ongetwijfeld uitgegroeid zou zijn tot een internationale figuur. Hij was geen vernieuwer, ontdekte geen nieuwe wegen. Willem Pijper schreef: ‘Dopper was een wandelaar, geen ontdekkingsreiziger’. Hij was en bleef een omstreden figuur: door zijn afkomst, door zijn persoonlijkheid, door intriges, door onbegrip, door z’n conservatisme – een man, die zichzelf door zijn eenvoud, zijn aangeboren schuchterheid niet wist te verkopen, die zichzelf wegcijferde en nooit voor zichzelf opkwam, die zichzelf in de schaduw stelde van de grote Willem Mengelberg. Opleiding in Leipzig Als 18-jarige werd Dopper toegelaten tot het Conservatorium van Leipzig, waar hij ongeveer anderhalf jaar doorbracht. Hij volgde lessen in viool, piano, theorie en compositie, ensemblespel, muziekgeschiedenis, muziekesthetiek en koorzang. In Groningen schreef hij z’n eerste opera, De blinde van Castel Cuillé (1892). In 1894 nam de Nederlandsche Opera onder leiding van Cornelis van der Linden deze opera op het repertoire. Er volgden succesvolle uitvoeringen in Den Haag, Rotterdam en Amsterdam. In 1895 voltooide Dopper een tweede opera: Frithjof . Zijn derde opera was William Ratcliff, die hij voltooide in 1901. Op 19 september 1909 beleefde deze opera onder leiding van dirigent Peter Raabe in het Hoftheater te Weimar zijn wereldpremière. Operadirigent in de V.S. In 1906 werd Dopper dirigent van een reizend operagezelschap in de V.S., de Opera Company van Henry W. Savage. Met dit gezelschap introduceerde hij de opera Madama Butterfly van Puccini in Amerika, delen van Canada en Mexico. Rembrandt-symfonie en vaste aanstelling Op 24 mei 1906 had Mengelberg de Rembrandt-symfonie met veel succes uitgevoerd en nodigde de componist uit het werk zelf te komen dirigeren. Dat gebeurde op 17 mei 1908, als gastdirigent van het Concertgebouworkest. In september van datzelfde jaar volgde zijn aanstelling als tweede dirigent onder Mengelberg van het Concertgebouworkest als opvolger van Heuckeroth. ‘Ik kwam er. En ik bleef er’, zou Dopper later zeggen. Hij bleef er 23 jaar. Intussen kreeg Dopper als componist steeds meer bekendheid en werd vooral bij het grote publiek razend populair. Zijn symfonieën werden op alle belangrijke concertpodia, niet alleen in Nederland, maar ook ver daarbuiten, gespeeld. Zuiderzeesymfonie en Amsterdamse symfonie In 1917 voltooide Dopper zijn Zevende symfonie, de Zuiderzee- symfonie, die een van zijn meest bekende werken zou worden. Een uitvoering van deze symfonie onder leiding van Dopper op 24 november 1918 vormde de aanleiding tot een onverkwikkelijk incident met de aankomende componist en muziekrecensent Matthijs Vermeulen, nadat hij na afloop van de uitvoering van de symfonie luidkeels had geroepen: ‘Leve Sousa!’, een cynische verwijzing naar de Amerikaanse marsencomponist. Op 8 november 1918 voerde Richard Strauss Doppers zesde, de Amsterdamse symfonie, uit te Berlijn, terwijl de kogels van de Duitse novemberrevolutie door de straten vlogen. Ciaconna Gotica Maar Doppers belangrijkste werk moest nog volgen: de C i a c o n n a g o t i c a (1920). Dit werk vormt ongetwijfeld het hoogtepunt in Doppers compositorisch oeuvre. In alle grote muziekcentra van Europa en Amerika werd het gespeeld: New York, Boston, Philadelphia, Berlijn, Parijs, Rome, Hamburg, Wenen, Londen, Glasgow, Edinburgh etc. Het is een van de zeer weinige in druk verschenen werken van Dopper, ook nu nog regelmatig te beluisteren. Ten slotte … Na zijn pensionering ging de gezondheid van Dopper zienderogen achteruit en na een langdurig ziekbed overleed hij op 18 september 1939. In het Handelsblad van 18 september 1939 schreef Herman Rutters: ‘Over het formaat, over de hoogte van het niveau van Doppers muziek kan men van mening verschillen. Maar dat het muziek is van onbekommerde eerlijkheid, zonder effectzoekerij, zonder geforceerde originaliteit, zonder onnatuurlijke hoogdravendheid, kan niemand ontkennen. Dopper heeft zich als componist steeds getoond, niet anders willen tonen, dan gelijk hij was. Hij is onbekommerd zijn eigen weg gegaan. (…) Van één, die het vak grondig kende. Muziek, die in het beste ervan een typisch Nederlands cachet heeft. Die hem een plaats geeft naast onze componisten van het laatst der negentiende eeuw. En, die Dopper, meer nog dan zijn geschilderd portret in het Concertgebouw of in de muziekgeschiedenisboeken, ook bij het nageslacht zal blijven doen leven.’ B i o g r a f i e Joop Stam schreef een biografie over Cornelis Dopper: “Schitteren op de tweede rang”. ISBN 90-800932-2-2-X “Tel brille au second rang qui s’éclipse au premier” (Voltaire) (“Menigeen schittert op de tweede rang, die op de eerste niet zou opvallen”) www.cornelisdopper.nl Scholenproject ondersteund door de RABO-bank De Stichting Cornelis Dopper is een project gestart om leerlingen van scholen voor voortgezet onderwijs te stimuleren een werkstuk over Dopper te maken. Honderd scholen in Nederland zijn hiervoor gedurende de afgelopen maanden aangeschreven. .
Recommended publications
  • Recent Publications in Music 2010
    Fontes Artis Musicae, Vol. 57/4 (2010) RECENT PUBLICATIONS IN MUSIC R1 RECENT PUBLICATIONS IN MUSIC 2010 Compiled and edited by Geraldine E. Ostrove On behalf of the Pour le compte de Im Auftrag der International l'Association Internationale Internationalen Vereinigung Association of Music des Bibliothèques, Archives der Musikbibliotheken, Libraries Archives and et Centres de Musikarchive und Documentation Centres Documentation Musicaux Musikdokumentationszentren This list contains citations to literature about music in print and other media, emphasizing reference materials and works of research interest that appeared in 2009. It includes titles of new journals, but no journal articles or excerpts from compilations. Reporters who contribute regularly provide citations mainly or only from the year preceding the year this list is published in Fontes Artis Musicae. However, reporters may also submit retrospective lists cumulating publications from up to the previous five years. In the hope that geographic coverage of this list can be expanded, the compiler welcomes inquiries from bibliographers in countries not presently represented. CONTRIBUTORS Austria: Thomas Leibnitz New Zealand: Marilyn Portman Belgium: Johan Eeckeloo Nigeria: Santie De Jongh China, Hong Kong, Taiwan: Katie Lai Russia: Lyudmila Dedyukina Estonia: Katre Rissalu Senegal: Santie De Jongh Finland: Tuomas Tyyri South Africa: Santie De Jongh Germany: Susanne Hein Spain: José Ignacio Cano, Maria José Greece: Alexandros Charkiolakis González Ribot Hungary: Szepesi Zsuzsanna Tanzania: Santie De Jongh Iceland: Bryndis Vilbergsdóttir Turkey: Paul Alister Whitehead, Senem Ireland: Roy Stanley Acar Italy: Federica Biancheri United Kingdom: Rupert Ridgewell Japan: Sekine Toshiko United States: Karen Little, Liza Vick. The Netherlands: Joost van Gemert With thanks for assistance with translations and transcriptions to Kersti Blumenthal, Irina Kirchik, Everett Larsen and Thompson A.
    [Show full text]
  • Roots@Groningen 2010-2
    Roots@Groningen Enige spelregels wordt uitgegeven door de NGV (Nederlandse Genea­ • Auteurs van artikelen en genealogische publicaties logische Vereniging) afdeling Groningen en verschijnt geven door het inzenden toestemming tot publice­ drie keer per jaar. ren in zowel Roots@Groningen als op de website van de NGV-afdeling Groningen, tenzij de auteur bij Abonnementen inzending uitdrukkelijk een voorbehoud maakt. Roots@Groningen wordt gratis toegestuurd aan de le­ • Het spreekt vanzelf dat kopij grotendeels betrekking den van de NGV afdeling Groningen. dient te hebben op Groningen. Overige leden van de NGV kunnen zich abonneren • Bij voorkeur insturen via e-mail, op floppy (met een middels een bijkomend of gezinslidmaatschap (à€ 9,00 afdruk) of duidelijk geschreven/getypt. per afdeling/lidmaatschap) van de afd. Groningen. • Hoewel we uiteraard blij zijn met elke inzending, Dit kunt u aanvragen bij de landelijke ledenadministratie: worden meerdere bijdragen van één inzender ver­ NGV. Postbus 26, 1380 AA te Weesp. sp1·eid over dive1·se nummers van Roots@Gronin­ Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met gen. de afdelingssecretaris. • Artikelen kunnen door de redactie ( na overleg met Andere belangstellenden kunnen een los abonnement de auteur) worden bewerkt/lngekoti. nemen op Roots@Groningen door overmaking van een bedrag van€ 9,00 op girorekening 556 30 62 t.n.v. Verantwoordelijkheden NGV afdeling Groningen te Ten Boer onder vermel­ De redactie is niet verantwoordelijk voor de inhoud ding van 'Abonnement Roots@Groningen'. van de stukken die zijn voorzien van een naam. Opzeggen _van losse abonnementen schriftelijk vóór 1 De redactie behoudt zich het recht voor artikelen te november van het lopende jaar.
    [Show full text]
  • Chapter 1: Schoenberg the Conductor
    Demystifying Schoenberg's Conducting Avior Byron Video: Silent, black and white footage of Schönberg conducting the Los Angeles Philharmonic in a rehearsal of Verklärte Nacht, Op. 4 in March 1935. Audio ex. 1: Schoenberg conducting Pierrot lunaire, ‘Eine blasse Wäscherin’, Los Angeles, CA, 24 September 1940. Audio ex. 2: Schoenberg conducting Verklärte Nacht Op. 4, Berlin, 1928. Audio ex. 3: Schoenberg conducting Verklärte Nacht Op. 4, Berlin, 1928. In 1975 Charles Rosen wrote: 'From time to time appear malicious stories of eminent conductors who have not realized that, in a piece of … Schoenberg, the clarinettist, for example, picked up an A instead of a B-flat clarinet and played his part a semitone off'.1 This widespread anecdote is often told about Schoenberg as a conductor. There are also music critics who wrote negatively and quite decisively about Schoenberg's conducting. For example, Theo van der Bijl wrote in De Tijd on 7 January 1921 about a concert in Amsterdam: 'An entire Schoenberg evening under the direction of the composer, who unfortunately is not a conductor!' Even in the scholarly literature one finds declarations from time to time that Schoenberg was an unaccomplished conductor.2 All of this might have contributed to the fact that very few people now bother taking Schoenberg's conducting seriously.3 I will challenge this prevailing negative notion by arguing that behind some of the criticism of Schoenberg's conducting are motives, which relate to more than mere technical issues. Relevant factors include the way his music was received in general, his association with Mahler, possibly anti-Semitism, occasionally negative behaviour of performers, and his complex relationship with certain people.
    [Show full text]
  • Uva-DARE (Digital Academic Repository)
    UvA-DARE (Digital Academic Repository) "Our subcultural shit-music": Dutch jazz, representation, and cultural politics Rusch, L. Publication date 2016 Document Version Final published version Link to publication Citation for published version (APA): Rusch, L. (2016). "Our subcultural shit-music": Dutch jazz, representation, and cultural politics. General rights It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open content license (like Creative Commons). Disclaimer/Complaints regulations If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible. UvA-DARE is a service provided by the library of the University of Amsterdam (https://dare.uva.nl) Download date:27 Sep 2021 "Our Subcultural Shit-Music": Dutch Jazz, Representation, and Cultural Politics ACADEMISCH PROEFSCHRIFT ter verkrijging van de graad van doctor aan de Universiteit van Amsterdam op gezag van de Rector Magnificus prof. dr. D.C. van den Boom ten overstaan van een door het College voor Promoties ingestelde commissie, in het openbaar te verdedigen in de Agnietenkapel op dinsdag 17 mei 2016, te 14.00 uur door Loes Rusch geboren te Gorinchem Promotiecommissie: Promotor: Prof.
    [Show full text]
  • Tussen Vecht En Eem
    TVE 16e jrg. nr. 4, december 1998 Tussen Vecht en Eem ik 'p tolhuisje Semnesserweg tusschen Xaren en J$laricum. ]?% % , ...-■ Tijdschrift voor regionale geschiedenis GOOIS MUSEUM G Ü G\ Stichting tot bevordering van de belangen van “Het Goois Museum” te Hilversum. Ontwikkelingen gaan snel. Een deel van wat er vorig jaar nog was, is dit jaar al verdwenen. Een duidelijker voorbeeld dan de Kerkbrink is niet te geven; wij allen kunnen ons nog levendig voor de geest halen hoe de Kerkbrink er uitzag voor de kaalslag, maar voor de lagere schooljeugd van over tien jaar zal dat iets zijn uit een ver verleden, waar ze geen asso­ ciaties m eer bij hebben. Het is één van de taken van het Goois Museum de karakteristieken van voorbije perioden vast te leggen en te bewaren. Hierbij hebben wij zowel morele als uw financiële steun hard nodig. Als donateur van het Goois Museum verleent u deze steun en wordt u tevens op de hoog­ te gehouden van alle activiteiten en tentoonstellingen en krijgt u korting bij een aantal spe­ cifieke activiteiten en uitgaven van het museum. De minimumbijdrage is ƒ30,-. U kunt u opgeven bij het Goois Museum, telefoon 035- 6292826. U kunt het Goois Museum ook gedenken in uw testament. U kunt kiezen uit twee formu­ leringen: a. Ik legaten vrij van rechten en kosten aan de Stichting tot bevordering van de belangen van het Goois Museum te Hilversum een bedrag van....... off b. ik benoem als mijn erfgenaam voor...... eengedeelte, de. Stichting tot bevordering van de belan­ gen van het Goois Museum te Hilversum.
    [Show full text]
  • Ntr Zaterdagmatinee NTRZM 2021-2022 Inhoud
    DAM HET CONCERTGEBOUW AMSTER CONCERTGEBOUW HET NTR ZATERDAGMATINEE NTRZM 2021-2022 Inhoud 2 De onverwoestbare magie van de NTR ZaterdagMatinee KEES VLAARDINGERBROEK Uw donaties 4 NTR ZaterdagMatinee op Radio 4 en internet Gedurende de eerste lockdown vanwege het 5 Ongezien, maar niet ongehoord! dreigende coronavirus, nu ruim een jaar geleden, SIMONE MEIJER - ROLAND KIEFT hebben we tien Matineeconcerten moeten afgelasten. Een overweldigend aantal van onze 6 Hans Abrahamsen BAS VAN PUTTEN vaste bezoekers heeft toen het aankoopbedrag van de kaarten voor deze concerten omgezet in 10 The hidden soul of harmony WILLEM BRULS een donatie aan de serie. 6 13 Première-partituren JOEP CHRISTENHUSZ Deze donaties zijn volledig en uitsluitend ten 17 Nieuwe muziek in oude vaten SOFIE TAES goede gekomen aan de NTR ZaterdagMatinee. Wij zijn heel blij dat wij de musici wier concerten zijn afgezegd hiervoor (ten dele) hebben kunnen De series compenseren. Daarnaast hebben we een bedrag gereserveerd voor een aantal grote 19 Opera 6 concerten compositieopdrachten aan Nederlandse componisten. 29 RFO & Friends I 6 concerten RFO & Friends II 6 concerten Namens het team van de NTR ZaterdagMatinee 10 37 en alle musici en componisten: heel hartelijk GOK & Friends 4 concerten bedankt voor uw genereuze bijdrage! 45 51 Oude Muziek 5 concerten Kees Vlaardingerbroek Artistiek leider 59 Hedendaags 4 concerten 64 Een cultureel baken in onzekere tijden PAUL JANSSEN 13 68 Ons Radio Filharmonisch Orkest en VERKOOP ABONNEMENTEN INFORMATIE OVER DE PROGRAMMERING Groot Omroepkoor
    [Show full text]
  • W Illem M Engelberg En Zijn Tijd
    108 Maart 2014 Willem Mengelberg en zijn tijd WM Cornelis Dopper Mengelberg en de fiscus W M Het gastenboek van Jan Tadema Inhoud Van de redactie 1 Van het bestuur 1 Aankondiging bijeenkomst 2 In memoriam Hans van Ispelen 3 Piet Wackie Eysten Het gastenboek van Jan Tadema 4 Paul Zander ter Maat Mengelberg kondigt zijn vertrek aan 13 Willem Mengelberg Bij Doppers ze stigste verjaardag 17 Rudolf Mengelberg Cornelis Dopper 60 jaar 18 Collegiale hulde aan Dopper 22 Anton Webern over het Concertgebouworkest 23 Johan Maarsingh Mengelberg dirigeert werken van Dopper 24 Ronald de Vet De potloodbiecht van een ongelukki ge m uzikant 26 Concertrecensies van werken van Dopper 30 Een brief van Mengelberg aan Doppers weduwe 43 Rudolf Mengelberg Programmatoelichting Zevende s ymfonie 44 Het Concertgebouworkest in Breda 46 Colofon WM is een kwartaaluitgave van de Stichting Willem Mengelberg Society (WMS). Net als zijn voorganger, de Willem Mengelberg Vereniging, wil de WMS wereldwijd zoveel mogelijk men- sen in aanraking brengen met de muzikale nalatenschap van de dirigent Willem Mengelberg. Redactie Johan Maarsingh, Ronald de Vet Bestuur Voorzitter Frederik Heemskerk Vice -voorzitter Eveline Nikkels Secretaris Olga de Kort Penningmeester Jan Reinoud Lid Frits Zwart Website www.willemmengelberg.nl Erevoorzitter Riccardo Chailly Donaties: minimaal € 30 indien u woont binnen Europa, € 35 daarbuiten. Voor dat bedrag ontvangt u viermaal per jaar WM en krijgt u reductie op de entreeprijs van onze bijeenkom- sten. Gaarne overmaking naar NL36 INGB 0006 1486 87 t.n.v. stichting Willem Mengel- berg Society o.v.v. ‘donatie WMS’. Overname van de redactionele inhoud is alleen toegestaan na schriftelijke toestemming van de redactie.
    [Show full text]
  • MADNESS Notes
    MADNESS program notes Yvonne Chen, piano Alexey Stanchinsky (Russia, 1888-1914) began his formal studies as a pianist and composer traveling from the village of Logachyovo to Moscow for lessons with Josef Lhévinne, Konstantin Eiges, Nikolai Zhilyayev, and Alexander Grechaninov before finally studying with Sergey Taneyev and Konstantin Igumnov at the Moscow Conservatory in 1907. While he seemed to show a lot of promise, the death of his father the following year impacted him so greatly that he stopped composing. Upon bouts of hallucinations and “religious mania”, he was placed in clinical confinement. Reflected in the few pieces he composed after 1908, including the Canon in E Mixolydian Mode (1913-1914), this incurable madness presented itself in his music with a sudden obsessive use of “objective” formal structures, primarily the canon. The strict canon in four parts is not only inventive with its relentless 7/8 asymmetrical meter, but its expansive range in each voice produce endless voice crossings, creating new discernible melodies. The use of the Mixolydian mode seems !to reflect his influences of Mussorgsky and the use of Russian folksong. His mysterious death still remains largely speculation. However, it is known that just while the young pianist-composer was beginning to achieve considerable fame in 1914, he was found !dead by a river after two days meandering in the countryside by his hometown of Logachyovo. While Stanchinsky has been largely forgotten and is an unfamiliar name to many, his brief life was remembered by his acquaintance, Nikolai Medtner, in his Three Pieces Op. 31 written in memory of him.
    [Show full text]
  • The Late Choral Works of Ton De Leeuw: an Analytical Study
    THE LATE CHORAL WORKS OF TON DE LEEUW AN ANALYTICAL STUDY by RENS TIENSTRA A thesis submitted to the University of Birmingham for the degree of MASTER OF ARTS Department of Music College of Arts and Law University of Birmingham September 2016 University of Birmingham Research Archive e-theses repository This unpublished thesis/dissertation is copyright of the author and/or third parties. The intellectual property rights of the author or third parties in respect of this work are as defined by The Copyright Designs and Patents Act 1988 or as modified by any successor legislation. Any use made of information contained in this thesis/dissertation must be in accordance with that legislation and must be properly acknowledged. Further distribution or reproduction in any format is prohibited without the permission of the copyright holder. ABSTRACT Ton de Leeuw (1926–1996) is widely regarded as one of the most important post-war Dutch composers. Taught among others by Olivier Messiaen and Jaap Kunst, and strongly influenced by non-Western music, De Leeuw was a teacher at the University of Amsterdam and professor of composition and electronic music at the Amsterdam Conservatory from 1959 to 1986, a position in which he educated many Dutch composers active today. His book Music of the Twentieth Century, first published in 1964, is still regarded as an authoritative work. Despite De Leeuw’s formidable reputation as composer and teacher, and the regular performance of his works, hardly any scholarly research into his oeuvre has yet been undertaken. The current study is an attempt to change this, exploring five of De Leeuw’s later choral compositions as representative of the style he described in terms of ‘extended modality’.
    [Show full text]
  • Conductor Willem Mengelberg, 1871-1951 Conductor Willem Mengelberg, 1871-1951
    Conductor Willem Mengelberg, 1871-1951 Conductor Willem Mengelberg, 1871-1951 Acclaimed and Accused Volume 1 Frits Zwart Amsterdam University Press This publication was made possible by the Willem Mengelberg Stiftung (Switzerland). Original publication: Frits Zwart, Willem Mengelberg: Een biografijie 1871-1920. Prometheus Amsterdam, 1999 [ISBN 978 90 533 3849 0] and Willem Mengelberg: Een biografijie 1920-1951. Prometheus Amsterdam, 2016 [ISBN 978 90 351 4472 9] © Frits Zwart, 1999 and 2016 Translated by Cynthia Wilson For Marja, and for Johannes, Annemarie, Marijn and Joanne Cover illustration: Willem Mengelberg conducting the Fifth Symphony by Ludwig van Beethoven, Gebouw voor Kunsten & Wetenschappen, The Hague Photo: Erich Salomon Cover design: Gijs Mathijs Ontwerpers, Amsterdam Lay-out: Crius Group, Hulshout ISBN 978 94 6298 605 3 e-ISBN 978 90 4853 729 7 (pdf) DOI 10.5117/9789462986053 NUR 661 © Frits Zwart / Amsterdam University Press B.V., Amsterdam 2019 All rights reserved. Without limiting the rights under copyright reserved above, no part of this book may be reproduced, stored in or introduced into a retrieval system, or transmitted, in any form or by any means (electronic, mechanical, photocopying, recording or otherwise) without the written permission of both the copyright owner and the author of the book. Every efffort has been made to obtain permission to use all copyrighted illustrations reproduced in this book. Nonetheless, whosoever believes to have rights to this material is advised to contact the publisher. Table of Contents
    [Show full text]
  • Creating Bold New Music: a Proud History
    Creating Bold New Music: A Proud History The Festival is proud of its long history of investment in bold new works and our contribution to art music repertoire. The breadth of the Festival’s commissioned work is illustrated by the history of Beaver Blaze. In 2007 the Festival premiered a small brass quintet by Elena Kats-Chernin called ‘Beaver Blaze’. ‘Beaver’ because the inspiration came from Betty Beaver, a lifelong supporter of arts and music in Canberra, and ‘blaze’ because then Artistic Director, Nicole Canham, was married to a brass player. Betty’s involvement with the Festival dates back to its origins in 1994. A trained cellist and well-known local gallery owner, her ongoing personal commitment places Betty at the centre of our festival’s history. It was Betty’s intention to ensure that the opening of each festival would have a fanfare that inspired excitement. The idea took off and ever since 2007 the Festival has started with a little blaze. From 2007-2014 the blazes were a different incarnation of the original by Elena Kats-Chernin. Since Chris Latham passed the Artistic Director baton to Roland Peelman in 2015, different composers have written new pieces for each Opening Gala under the Beaver Blaze banner. Festival fanfare Continuing the Festival’s commitment to diverse voices, we commissioned Kate Moore to write a new Blaze. Kate’s piece, ‘The Dam,’ received the 2017 Matthijs Vermeulen Prize after acclaimed performances in the UK and the Netherlands. Kate, who divides her time between the Netherlands and Australia, was the first female composer to win this coveted Dutch Prize.
    [Show full text]
  • THE INTRODUCTION of JAZZ in the NETHERLANDS Kees Wouters When the United States Entered the First World War in 1917, Pianist
    THE INTRODUCTION OF JAZZ IN THE NETHERLANDS Kees Wouters When the United States entered the First World War in 1917, pianist and bandleader James Reese Europe was awarded the army rank of lieutenant and given the task of forming an orchestra to play for the troops overseas. In Februari and March 1918, he travelled some two thousand miles through France and performed in over twenty cities. Both the troops and the civilian population went mad on Jim Europe and his all-black 369th Infantry band, better known as the Hell Fighters. Apart from the usual marches, classic ouvertures and Sousa’s Stars and Stripes Forever, they played rags and tunes like the Memphis Blues in full swing and what’s more, their music became known under a new label: Jazz. Thanks to the Hell Fighters and other military bands such as Lt. Will Vodery’s brassband and Lt. Tim Brymn’s seventy Black Devils, France became the startingpoint of jazz in Europe. Initially the Dutch, who didn’t participate in the First World War, were kept in the dark. In 1918, they were still unfamiliar with the word “jazz,” but this changed in 1919 when at various dance schools “Jes,” “Jas,” or “Yasz” (initially there existed confusion over the correct spelling) was introduced as a new American dance. In 1920, the English orchestra The London Five played in The Hague and during that same year the Amsterdam dance instructor James Meyer founded the first Dutch professional jazz ensemble, the James Meyer’s Jazzband, under direction of the pianist Leo de la Fuente.
    [Show full text]