De Stedelijke Ruivstverzameliîv&
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
DE STEDELIJKE RUIVSTVERZAMELIÎV& VAN LEEUWARDEN, BEVATTENDE AFBEELDINGEN VAN VORSTEN, BEROEMDE MANNEN, MERKWAAR DIGE GEBEURTENISSEN EN VOORNAME GEBOUWEN, BENEVENS PLATTEGRONDEN, GEZIGTEN, KUNSTVOORTBRENGSELEN EN BIJZONDERHEDEN DEZER HOOFDSTAD VAN FRIESLAND, VERZAMELD , BESCHREVEN EN TOEGELICHT DOOR W. EEKHOFF, Arcliivarius der slad Leemearden. MET EEN VERVOLG OP DEN CATALOGUS VAN DE STEDELIJKE BIBLIOTHEEK VAN 1870, ALSMEDE EEN OVERZIGT VAN DE Cìtescliiedeiiis der Kunst in Friesland. GEDRUKT TER STADS-DRUKKERIJ VAN H. BOKMA. 1875. De kunst was een opvoeding van den geest, want uit het zinnelijke lichaam sprak de gedaclite, in den geest geboren, en zelfs boven het stof verheft zich de geest en sticht daar zijn eigen rijk, het rijk der vrijheid en zedelijkheid, waarop de godsdienst rust. Zoo neemt de kunst in het leven van den mensch een belangrijke en eigenaardige plaats in. Prof. C. W. OPZOOMEK , /<eí wezen en de grenzen der kunst. Van nature schijnen wij als getrokken te worden, om de beeldte- nissen en statuen te kennen van groote mannen , welker ligchamen de verblijfplaatsen waren hunner hemelsche ziel. Prof. N. BLANCARDOS. Na de uitgave van den Catalogus der Stedelijke Bibl iotheek van Leeuwarden, welke in 1870 het licht zag, besloot het Gemeentebestuur ook tot het drukken van den Catalogus der Stedelijke Kunstver zameling, door de zorg van den Archivarius dezer stad gedurende vele jaren bijeengebragt en daarna door hem beschreven en historisch toegelicht, ten einde den inhoud en het doel ook daarvan te doen kennen en om het gebruik er van ten algemeenen nutte te bevorderen. Overtuigd, dat de verschillende rubrieken van dezen Catalogus nog voor vermeerdering vatbaar zijn, acht het Gemeentebestuur deze uit gave tevens eene geschikte gelegenheid, om , door aanwijzing van het voorhandene, het nog ontbrekende op te sporen. Dat deze be loeling ten aanzien der stedelijke Bibliotheek reeds voor een groot deel bereikt is, moge blijken uit het Supplement op den Catalogus daarvan , hetwelk de aanwinsten bevat sedert 1870 bekomen en hier achter is gedrukt. Met dankbetuiging aan allen, die hiertoe bijdragen leverden, noodigt het Gemeentebestuur bij dezen ieder uit, die in staat mogt zijn tot aanvulling van het ontbrekende verder iets bij te dragen, om daarvan aan den Archivarius mededeeling te doen, ten einde zoowel deze Kunstverzameling als de Bibliotheek te vermeerderen met alles, wat tot de stad Leeuwarden, hare geschiedenis en haren vroegeren toestand betrekking heeft. Het doe!, om deze stedelijke instelling nader te doen kennen en om het gebruik daarvan ten behoeve van het algemeen te bevorderen, tot verspreiding van wetenschappelijke kennis en kunstzin , moge door deze uitgave bereikt worden. Het Gemeentebestuur van Leeuwarden, J. BIEEÜMA OOSTING, Burgemeester. F. A. BERGSMA, Secretaris. VOORREDE. Indien wij wensehen, dat de geschiedenis van eene stad niet enk een getrouw verhaal zij van de uitwendige lotgevallen harer bewoners maar ook eene duidelijke voorstelling geve van hun toestand, liunr denkbeelden en werkzaamheden in verschillende tijdperken, opdat z een tafereel, een beeld worde van de personen, die zich op verschi lende wijzen onderscheidden en van de maatschappij, die zich bestendi ontwikkelde, — dan dienen velerlei hulpbronnen daartoe bij te drager onderscheidene elementen dat tafereel te stofï'eeren. Dat de sinc eeuwen bewaarde stedelijke archieven en bescheiden de grondstof dt geschiedenis uitmaken, spreekt van zelf; maar om die ruwe stof I bewerken en de bronnen te verrijken, ten einde aan dat tafereel kei merkende eigenschappen , aan het beeld van den tijd een juisten stan en schoone vormen te geven, welke door eene sprekende gelijken zoowel het oog behagen als het verstand en den smaak bevrediger daartoe dienen zoowel de voortbrengselen der letterkunde als dt kunst hulpmiddelen aan te bieden, welke het geheel kunnen voltooijei In vele onzer vaderlandsche stedebeschrijvingen zijn de ruwe stofïe opeengehoopt medegedeeld, en is er te weinig aan den vorm gedacl om ons van het geheel eene aanschouwelijke voorstelling te geven om de staatkundige lotgevallen der bewoners in verband te brenge met de verstandelijke en wetenschappelijke krachten, waardoor vel uitstekende personen zich hebben onderscheiden , ten einde kennis e kunst te doen bloeijen, het leven van den geest te onderhoude en de maatschappij vooruit te brengen. Naast de vermelding van vel stoffelijke belangen hebben ook de onstoffelijke behoeften hare regten want wetenschap en kunst waren steeds de middelen om de hooger behoeften van den geest te vervullen en de zamen'eving te ontwik kelen tot meerdere werkzaamheid en volkomenheid. Ten einde de bewerking van eene gewenschte Geschiedenis de stad Leeuwarden voor te bereiden, zijn in de Stedelijke Bibliothee' zoo veel mogelijk bijeengebragt alle boeken en geschriften, wrelke al bronnen tot toelichting daarvan kunnen strekken; terwijl het verza VIII VOORBEDE. melen der werken van Leeuwarders tevens ten doel had, zoowel om hulde te bewijzen aan hunne verdiensten als om een wetenschappelijk monument op te rigten voor de eer dezer stad. Eene gelijke bestemming nu heeft ook de Stedelijke Kunstver zameling, gedurende vele jaren van lieverlede bijeengebragt vol gens het plan en de bedoeling van het Gemeentebestuur van 1838, omschreven in de Voorrede van den Catalogus der Bibliotheek, in 1870 uitgegeven. De bijval, waarmede die arbeid werd vereerd, was mij een sterke spoorslag om alle zorg en moeite aan te wenden ter bekoming van de boeken en geschriften, welke nog aan die Bibliotheek ontbraken, zoodat ik thans een aanzienlijk Supplement op dien Catalogus kan aanbieden; maar vooral om de Kunstverzameling zoo veel mogelijk te kompleteeren, en ze daarna te beschrijven en toe te lichten niet al die historische berigten en bijzonderheden, welke ik bij magte was op te sporen. Het doel daarvan was weder tweeledig: eensdeels om de geschiedenis dezer stad te verklaren door de voortbrengselen der kunst, hetzij in portretten van beroemde personen, die eenmaal tot haar in betrekking stonden; hetzij door historieplaten van belangrijke ge beurtenissen; hetzij door kaarten, plattegronden, gebouwen en ge- zigten , welke den toestand der stad in verschillende tijden voorstellen; — en anderdeels, om door het verzamelen der kunstwerken van Leeuwarder meesters zoowel kennis te bekomen van den aard en de behandeling van hunne werken, als om hulde toe te brengen aan hunne verdiensten , ten einde daardoor tevens de eer dezer stad te verhoogen en haar aandeel in den schilderroem des vaderlands in het licht te stellen. Deze laatste bedoeling heb ik tevens uitgebreid tot geheel Friesland, door aan dit werk toe te voegen een historisch overzigt van de voor naamste Schilders en Graveurs dezer provincie. Te gelijk toch heb ik, bij mij aan huis, in een Frisia Ulustrata eene nog grootere verzameling kaarten, platen en plattegronden van Friesland, alsmede portretten en kunstwerken van Friezen bijeengebragt, welke ik hoop, dat eenmaal ook eene openbare bestemming moge verkrijgen. Liefde voor vaderland , t letteren en kunst hebben mij dit alles gedurende 40 jaren doen opsporen in Holland en België, ja zelfs in verscheidene buitenlandsche hoofd steden, welke ik bij herhaling mogt bezoeken. Dankbaar erken ik daarbij de hulp en voorlichting ondervonden te hebben van drie kunstvrienden en verzamelaars, de Heeren Mr. J. T. Bodel Nijenhuis te Leiden (wiens overlijden wij nu reeds betreuren), V O O R E B D E. IX Frederik Muller te Amsterdam en J. Philip van der Keilen te Utrecht, die mij ook door het nazien van de proeven verpligt hebben. Ook zij zijn overtuigd, dat in ons vaderland smaak voor kunst en poëzie en ontwikkeling van verbeelding en gevoel gelijken tred moeten houden met de ontwikkeling van het verstand en de toeneming in kennis. Een maatschappij moge, naar de rigting onzer eeuw, nog zoo hoog staan in wetenschap" en hare toepassing op het leven, op het voor deel, — zij kan geen aanspraak maken op beschaving, als zij niet te gelijk vatbaar is voor den invloed der sehoone kunsten, die het ver broken evenwigt herstellen en door haar harmonie de opvoeding des volks voltooijen. Aan de vervulling van die hoogere behoeften van den geest; aan d« bevordering van wetenschap en kunst in onderling verband, ook bij het opkomende geslacht, mede te werken, en de gelegenheid aan te bieden, om, door het beschouwen van hetgeen de kunst verrigt heeft om de geschiedenis toe te lichten, onze vaderlandsche herinneringen te verlevendigen, — dit is pligt en belang tevens: want daaraan is een verstandelijk genot verbonden, dat voor ons levensgeluk op hoogen prijs is te stellen. Een genot, waarvoor ik hoop, dat velen onzer stad- genooten vatbaar zullen zijn of worden, en waarvan zij blijken mogen geven door het bezoeken van deze stedelijke instelling, nu zij door de gunst der Regeering voor het publiek toegankelijk is gesteld. Na de voltooijing van dezen moeijelijken arbeid, waarop ik met een dankbaar gevoel terugzie, herhaal ik den vroegeren wensch: „Mogt het mij vergund worden, nu ook nog den Inventaris der Stedelijke Archieven, nader bewerkt en aangevuld, ter perse te leggen en vol tooid te zien, dan zouden mijne hoogste wenschen ten aanzien mijner levenstaak en veeljarige werkzaamheid, aan deze sehoone stedelijke in- rígting besteed, vervuld zijn." 11 Mei 1875. W. EEKHOFF. IS E P A í, I m G E 31 OMTRENT HET GEBRUIK VAN DE KUNSTVERZAMELING DER STAD LEEUWARDEN. Art. 1. De Kunstverzameling is tot algemeen gebruik ter bezigtiging gesteld op eiken Donderdag