1 Genealogysk Jierboek 2011
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Genealogysk Jierboek 2011 1 FA nr. 1059 Genealogysk Jierboek 2011 © 2011 Fryske Akademy (Postbus 54, 8900 AB Ljouwert) Basis foarmjouwing: Roelof Koster bno, Mildaam Opmaak: BW H ontwerpers, Ljouwert Afûk, Postbus 53, 8900 AB Ljouwert NUR 680 ISSN 0928-0480 ISBN 978-90-6273-889-2 Neat út dizze útjefte mei op hokker wize dan ek fermannichfâldige wurde sûnder dat dêr skriftlike tastimming fan de útjouwer oan foarôf giet. De redaksje kin net oansprutsen wurde op ynhâld of strekking fan ûndertekene stikken. www.afuk.nl www.fryske-akademy.nl 2 ûnder redaksje fan ype brouwers, anne hielke lemstra, reid van der ley †, pieter nieuwland en jarich renema, heraldysk meiwurker: rudolf j. broersma Genealogysk Jierboek 2011 3 4 … Ynhâld Jan de Vries . Zeventiende-eeuwse Staversen, 7 naar aanleiding van het inventariseren van de grafschriften in de Nicolaaskerk Onno Hellinga . Genealogia Ayttana 125 en Paul N. Noomen Fryske Rie foar . Wapenregistraasje 309 Heraldyk 5 6 … Zeventiende-eeuwse Staversen, naar aanleiding van het inventariseren van de grafschriften in de Nicolaaskerk zeventiende-eeuwse staversen 7 8 jan de vries Zeventiende-eeuwse Staversen, naar aanleiding van het inventariseren van de grafschriften in de Nicolaaskerk 1. ‘Gelukkig hebben we de foto’s nog’ “Hier slaapt een rechtsgeleerd, die vlijtigh las de boeken, Van Bartolus en Bald´: En stak hun na de kroon. Vulcanus was zijn baas, hij Bachus echte zoon, die met pijp en ´t glas, het al wist te doorsoeken. Maar is van al dien derelijk ontbloot, en vast gebonden door de banden vande doot”. “Het bovenstaande merkwaardige grafschrift, dateerend van voor 1684, kon men eertijds te Staveren lezen”.1 Erg waarschijnlijk is dat niet, althans niet op een grafsteen zoals het citaat lijkt te suggereren. Wel werden er in die jaren boekjes uitgegeven met dergelijke grappig bedoelde ‘grafschriften’ op rijm.2 Een zerk met dit grafschrift is dan ook niet aangetroffen in de Staverse Nicolaaskerk, toen daar in 2009 bij het vervangen van de houten kerkvloer een grote collectie zeer oude grafzerken werd aangetroffen. Men wist van het bestaan want ook in 2001 werden ze blootgelegd, toen de vloer gedeeltelijk werd vernieuwd. In 2009 is de kerkvloer in zijn geheel vervangen door een betonnen exemplaar, voor welke operatie alle zerken, ondanks hun kwetsbaarheid, zonder beschermende maatregelen zijn verwijderd. Vele zerken zijn in de puincontainer beland. Een klein aantal kreeg een plaats in de nieuwe kerkvloer of buiten tegen de gevel. Op het erf van de aannemer ligt nog een viertal zerken te “fertutearzjen”. De operatie werd uitgevoerd onder verantwoordelijkheid van de Stichting Behoud Kerkelijke Gebouwen en met een vergunning van de voormalige gemeente Nijefurd, die verleend is ondanks het negatieve advies van zowel de Protestante Kerk Nederland als de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed. De zerken bevatten uiteraard waardevolle historische informatie in de vorm van grafschriften, familiewapens, handmerken en andere afbeeldingen. Het feit dat de collectie een van de weinige tastbare herinneringen aan de geschiedenis van de stad vormde - over welk zeventiende-eeuwse staversen 9 gebrek toeristen zich verbazen en door inwoners en ondernemers om die reden wel eens geklaagd wordt - maakt het nog moeilijker te begrijpen dat op deze wijze met de eerbiedwaardige grafstenen is omgesprongen, aan de vooravond nota bene van het 950-jarig stadsrechtenjubileum. Vier zerken uit de Nicolaaskerk op het erf van de aannemer. Misschien kunnen ze een plaatsje krijgen op het kerkhof, tegen de gevel van de kerk, zoals de zerken die voorheen in het portaal lagen. Een oude zerk in de zeewering bij Molkwerum. Duidelijk zichtbaar is een hoekversiering. Van de tekst is nog leesbaar: ‘hier begraven ao 1608’. Foto: Auke Bult. 10 genealogysk jierboek 2011 Het leed wordt enigszins verzacht door de inzet van de leden van de Grêfskriftekommisje van het Genealogysk Wurkferbân van de Fryske Akademy, die de zerken voor verwijdering allemaal heeft gemeten en gefotografeerd en alle grafschriften heeft geïnventariseerd. Het is overigens niet voor het eerst dat met de zerken werd gesleept. Want het oude kerkgebouw waarin ze oorspronkelijk lagen, is in de negentiende eeuw gesloopt en vervangen door een veel kleiner exemplaar.3 De zerken werden toen teruggelegd en vormden in eerste instantie de vloer van de nieuwe kerk. Een aantal kreeg echter een andere bestemming. “Ze kwamen bij de verbouwing voor een deel terecht in de stoep van nummer 33”.4 Waarmee waarschijnlijk op de stoep van een van de huizen aan de Voorstraat gedoeld wordt. Dat een deel van de zerken toch bewaard bleef is een klein wonder, want in Staveren bleef bijna niets bewaard dat herinnert aan de luisterrijke geschiedenis van de stad. Puin van gesloopte gebouwen kon men waarschijnlijk goed gebruiken bij het onderhoud of het versterken van de zeewering, zelfs dat van grafzerken, zoals de foto aantoont. De foto is in 1999 door Auke Bult gemaakt op het Dykmanshoofd,5 tussen Staveren en het naburige Molkwerum, waar, net als in de andere buurplaatsen Warns en Koudum, weinig oudheden bewaard bleven. 2. Het onderzoek6 De inspanning van de Grêfskriftekommisje vormt de directe aanleiding voor mijn onderzoek naar de in de grafschriften vermelde personen. In januari 2011 heb ik daarover iets verteld tijdens een bijeenkomst van het Genealogysk Wurkferbân in Leeuwarden, naar aanleiding van een eerdere bijeenkomst waarin het inventarisatieverslag van de Grêfskriftekommisje in concept werd gepresenteerd,7 en de Fryske Rie foar Heraldyk enkele bevindingen ten aanzien van de aangetroffen familiewapens naar voren liet brengen.8 Voor dit artikel is onderzoek gedaan in diverse bronnen. In de eerste plaats uiteraard in de Staverse doop-, trouw-, en begrafenis gegevens (dtb). Vanaf 1640 lijken de gereformeerde huwelijken compleet. Het blijkt echter dat de huwelijken van diverse Staverse echtparen om een of andere reden niet staan vermeld. Ook de gereformeerde dopen zijn compleet vanaf 1640, maar bijna alle vermeldingen uit de zeventiende eeuw bevatten alleen de naam van de dopeling en niet die van de ouders, waardoor ze weinig houvast bieden. Wie genealogische informatie zoekt over die periode uit de Staverse geschiedenis is daarom veelal aangewezen op andere bronnen. De gegevens van de zerken vormen dan ook een welkome aanvulling. Een voor de hand liggende en rijke bron is het archief van het Staverse nedergerecht, met een redelijk complete serie weesboeken die teruggaat tot 1600. Deze boeken bevatten veilingen zeventiende-eeuwse staversen 11 van inboedels, weesrekeningen, autorisaties, boedelbeschrijvingen en verdelingen van nalatenschappen. Sommige boedels zijn zeer compleet beschreven en bevatten omschrijvingen van familiedocumenten die teruggaan tot in de zestiende eeuw. Tussen de civiele sententies van het Hof van Friesland zitten vonnissen met betrekking tot inwoners van Staveren. Het vinden daarvan is door de omvang van dit archief een zaak die veel tijd vergt. De testamenten in het archief van het Hof vormen wel een goed toegankelijke bron, het gaat om enkele tientallen testamenten van personen uit Staveren.9 Diverse inwoners van deze stad lieten sporen na in archieven van steden aan de overkant van de Zuiderzee. Relatief veel informatie zit in die van de Amsterdamse notarissen. Het betreft vooral informatie over personen die werkzaam waren in de handel en de maritieme bedrijvigheid. Schippers uiteraard, maar bijvoorbeeld ook: kooplieden, scheepsmakelaars, scheepsbevrachters, toeleveranciers van schepen zoals brouwers en touwdraaiers en parthouders van schepen.10 Ook het oud notarieel archief van Noord-Holland en dan met name dat van de steden Hoorn en Enkhuizen bevat informatie uit de zeventiende eeuw over personen uit Staveren.11 Het doel van dit artikel is enerzijds om de aandacht op de zerken te vestigen en de historische waarde ervan, en door informatie te geven over de personen voor wie de zerken oorspronkelijk werden vervaardigd. Anderzijds, om ‘aan de hand’ van toenmalige inwoners en hun families iets te vertellen over het zeventiende-eeuwse Staveren, met daarbij, gezien de aanleiding, extra aandacht voor de dood en begrafenissen en voor maritieme zaken, gezien de band tussen Staveren en de zee en mijn persoonlijke belangstelling. Bij de bestudering van de Staverse geschiedenis is veel aandacht uitgegaan naar het roemruchte verleden als Frieslands oudste stad en als Hanzestad, waarover betrekkelijk weinig informatie voorhanden is. Naar het zeventiende-eeuwse Staveren, dat iets van de oude luister terugkreeg, is daarentegen bijzonder weinig onderzoek gedaan en is er dus zeer weinig over gepubliceerd, terwijl er van die periode verhoudingsgewijs veel meer gegevens te vinden zijn.12 Een doel op zichzelf vormt het publiceren van genealogische informatie. 3. Begrafenissen in Staveren In totaal zijn 73 zerken met grafschriften aangetroffen in de Nicolaaskerk. De oudste stammen uit de zestiende, de meeste uit de zeventiende en de jongste uit de achttiende eeuw. De grafschriften op individuele zerken stammen soms ook uit verschillende perioden. Aangenomen moet worden dat het in dergelijke gevallen gaat om zerken van familiegraven en dat om die reden de personen wier namen op een zerk staan familie van elkaar zijn. In diverse gevallen kon dit worden aangetoond. Van 12 genealogysk jierboek 2011 het grootste deel, namelijk van 43 zerken, is informatie gevonden over de personen die genoemd staan in de betreffende grafschriften. Van de resterende 30 zerken stammen de grafschriften uit de