<<

CONCEPT*

Jaarstukken 2019

Colofon

Gemeente Súdwest-Fryslân Postbus 10.000 8600 HA (0515) 48 90 00 www.gemeentesudwestfryslan.nl

Pagina 2 van 126

Leeswijzer

Voor u liggen de jaarstukken 2019: het jaarverslag en de jaarrekening. Het college legt hiermee verantwoording af aan de gemeenteraad over het afgelopen bestuursjaar. We leggen vast hoe, vanuit de Programmabegroting 2019 (vastgesteld in november 2018, ontwikkelingen gestalte hebben ge- kregen. Is gelukt wat we voor ogen hadden? Of hebben onvoorziene ontwikkelingen of bewuste koerswijzigingen geleid tot een aangepaste uitkomst?

1. Bestuurlijke hoofdlijnen We geven op hoofdlijnen inzicht in de resultaten van de jaarstukken. In de hierna genoemde punten 2 en 3 lichten we dit nader toe. Daarnaast tonen we enkele overzichten en geven we de bestuurlijke structuur weer per ultimo 2019.

2. Jaarverslag In het jaarverslag geven we de beleidsinhoudelijke en financiële hoofdlijnen van 2019 aan. Zijn de voorgenomen doelstellingen en resultaten bereikt? Welke activiteiten en middelen zijn ingezet? De verantwoording vindt plaats per programma. We beantwoorden de vragen “Wat wilden we bereiken?” en “Wat hebben we daarvoor gedaan?” Ook vermelden we “Wat heeft het gekost?”

3. Jaarrekening In de Jaarrekening gaan we (aanvullend) in op de financiële toelichting op 2019. We brengen de balans in beeld en geven hierop een toelichting. Daarna geven we een financieel beeld per programma. We richten ons specifiek op de grotere afwijkingen. We vermelden of afwijkingen al dan niet een incidenteel of een structureel effect hebben.

4. Controleverklaring De Jaarrekening is door de (onafhankelijke) accountant gecontroleerd. De verklaring is bijgevoegd.

5. Bijlagen Er zijn twee bijlagen opgenomen: A: Beleidsindicatoren B: Overzicht investeringskredieten groter dan € 100.000

Pagina 3 van 126 Inhoudsopgave

Leeswijzer ...... 3 Inhoudsopgave ...... 4 Aanbiedingsbrief ...... 6

1. Bestuurlijke hoofdlijnen ...... 7 1.1 Resultaten op hoofdlijnen ...... 7 1.2 Enkele overzichten ...... 9 1.3 Bestuurlijke structuur ...... 10 1.4 Verlenen van ‘decharge’ en Controleverklaring ...... 11

2. Jaarverslag ...... 12 2.1 Vooraf ...... 12 2.2 Verantwoording programma’s ...... 12 2.2.1 Programma 1: Sociaal ...... 16 2.2.2 Programma 2: Ruimte...... 22 2.2.3 Programma 3: Bestuur ...... 28 2.2.4 Overzichten ...... 31 2.3 Verantwoording paragrafen ...... 32 2.3.1 Paragraaf 1: Lokale heffingen ...... 33 2.3.2 Paragraaf 2: Weerstandsvermogen/risicobeheersing ...... 36 2.3.3 Paragraaf 3: Onderhoud kapitaalgoederen ...... 41 2.3.4 Paragraaf 4: Financiering ...... 45 2.3.5 Paragraaf 5: Bedrijfsvoering ...... 48 2.3.6 Paragraaf 6: Verbonden partijen ...... 51 2.3.7 Paragraaf 7: Grondbeleid ...... 58

Pagina 4 van 126 3. Jaarrekening ...... 63 3.1 Vooraf ...... 63 3.2 Balans ...... 64 3.3 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling ...... 66 3.4 Toelichting op de balans ...... 69 3.5 Programmarekening met toelichting ...... 81 3.5.1 Programma 1: Sociaal ...... 83 3.5.2 Programma 2: Ruimte...... 93 3.5.3 Programma 3: Bestuur ...... 100 3.5.4 Overzichten ...... 102 3.6 Overzicht incidentele baten en lasten ...... 106 3.7 Overzicht verloop onvoorzien ...... 108 3.8 Vennootschapsbelasting ...... 109 3.9 Wet WNT (Wet normering topinkomens) ...... 110 3.10 Overzicht van de baten en lasten per taakveld ...... 111 3.11 Sisa-overzicht ...... 112

4. Overige gegevens ...... 116 4.1 Controleverklaring ...... 116

Bijlagen ...... 122 Bijlage A: Beleidsindicatoren ...... 123 Bijlage B: Overzicht investeringskredieten groter dan € 100.000 ...... 125

Pagina 5 van 126 Aanbiedingsbrief

Hierbij ontvangt u de jaarstukken over 2019. Deze jaarrekening wordt echter zwaar overschaduwd door de Corona-crisis en impact daarvan wereldwijd en voor ons als gemeente SWF in het bijzonder. Een jaarrekening vraagt van u specifiek terugkijken naar 2019 maar we realiseren ons terdege dat u dit document leest met de wetenschap van de huidige situatie veroorzaakt door de corona crisis.

Voor 2019 was een eindresultaat begroot van € 8,6 miljoen (stand Berap oktober). Het feitelijke eindresultaat 2019 bedraagt € 9,1 miljoen nadelig, hetgeen slechts € 0,5 miljoen afwijkt ten opzichte van de verwachting. Dit op een totaal van circa € 280 miljoen.

Het werkelijke resultaat komt grotendeels overeen met de laatste verwachting, echter een nadere beschouwing leert dat er een voordeel is in het programma Ruimte (van € 3,2 miljoen) en opnieuw een nadeel in het programma Sociaal (van € 3,4 miljoen). Per saldo heffen deze elkaar op.

Het tekort in het programma Sociaal is wederom het gevolg van hogere kosten voor de Jeugdzorg. Extra zorgelijk hierbij is dat deze overschrijding een structureel karakter heeft, waardoor we hier ook in de toekomst rekening mee moeten gaan houden. Veel gemeenten hebben te maken met tekorten in de Jeugdzorg net zoals Súdwest-Fryslân. Onze zorg over de jeugdzorg hebben wij onder de aandacht gebracht bij de VNG en het Rijk. Wij vragen ons serieus af of de zorg in de huidige vorm door gemeenten moeten worden blijven uitgevoerd.

Koppeling jaarrekening en het begrotingsjaar 2020. Het aanvullende tekort zal verwerkt worden in de begroting 2020. Zoals gezegd heeft de uitbraak van COVID-19 (Corona) eind februari 2020 een enorme impact. De wereldwijde pandemie leidt tot ongekende omstandigheden. Voor de aanpak van COVID-19 kijken wij wat we, aanvullend op de landelijk maatregelen van het Rijk, kunnen doen. Dit raakt veel beleidsterreinen van onze organisatie. We streven naar een zo adequaat mogelijke uitvoering van de landelijke en lokale maatregelen en naar zoveel mogelijk continuïteit van de reguliere werkzaamheden en van noodzakelijke (digitale) besluitvorming en hebben daarvoor de nodige interne maatregelen genomen. De gevolgen van de coronacrisis uiten zich nog niet in deze jaarstukken over 2019, maar hebben wel invloed op 2020.

Beleidsmatig gezien hebben we wel positieve resultaten behaald. De meeste speerpunten uit de programmabegroting hebben we uitgevoerd. In enkele gevallen is dat helaas niet gelukt en dat motiveren wij in dit verslag.

Sneek, 2 juni 2020

Burgemeester en wethouders van Súdwest-Fryslân

Pagina 6 van 126 1. Bestuurlijke hoofdlijnen

1.1 Resultaten op hoofdlijnen

De resultaten op hoofdlijnen zijn te verdelen in beleidsmatige en in financiële resultaten.

Beleidsmatig In de Programmabegroting 2019 zijn 40 speerpunten opgenomen. In het jaarverslag rapporteren wij over de realisatie van deze speerpunten. De meeste speerpunten zijn uitgevoerd. Verdeeld over de programma’s ziet het er als volgt uit:

Aantal Deels Niet uitgevoerd Programma speerpunten Uitgevoerd uitgevoerd 1 Sociaal 18 11 5 2 2 Ruimte 16 11 5 0 3 Bestuur 6 6 0 0 Totaal 40 28 10 2

Een nadere toelichting op uitvoering van de speerpunten is opgenomen in hoofdstuk 2.

Financieel De jaarrekening toont een financieel resultaat van € 9,1 miljoen nadelig . Verdeeld over de programma’s ziet het er als volgt uit:

Overzicht per programma Voordelig Nadelig (bedragen x € 1.000) Programma 1 – Sociaal 0 -3.430 Programma 2 – Ruimte 3.193 0 Programma 3 – Bestuur 0 -890 Overzichten 0 -7.984 Totaal 3.193 -12.304 Totaal gerealiseerd resultaat -9.111

Het resultaat van € 9,1 miljoen nadelig is ontstaan door:

Sociaal (€ 3,4 miljoen nadelig) : Dit komt evenals vorig jaar hoofdzakelijk door de overschrijding op het begrote budget voor de Jeugdzorg. Daarnaast zijn er vele diverse voor- en nadelen.

Ruimte (€ 3,2 miljoen voordelig) : De grootste afwijkingen betreffen: • € 2,13 miljoen voordeel (per saldo) bij Wonen, met name door voordelen bij de grondcomplexen en de verkoop van panden. • € 1,34 miljoen voordeel (per saldo) bij Leefomgeving, vanwege voordelen op afval en lagere uitgaven bij ruimtelijk beleid bij het budget voor de invoering van de omgevingswet.

Bestuur (€ 0,9 miljoen nadelig) : Dit komt vooral doordat in de begroting rekening is gehouden met een voordeel op kapitaallasten van € 0,63 miljoen, dit in verband met een verwachte gefaseerde uitvoering van investeringen. Dit begrote voordeel is in werkelijkheid niet opgenomen op deze post, maar verantwoord op andere programma’s (hoofdtaakvelden) in de programmarekening, waardoor op programma Bestuur nu een nadeel ontstaat.

Pagina 7 van 126 Overzichten (€ 8,0 miljoen nadelig) : De grootste afwijkingen betreffen: • € 2,17 miljoen nadelig, zijnde onttrekkingen uit reserves, met name door het in de Programmabegroting al geraamde nadelige saldo van € 2,95 miljoen. • € 5,64 miljoen nadelig, met name door het nadelige saldo volgens de berap oktober 2019.

Kortom: We hielden rekening met een tekort van € 2,95 miljoen (conform primitieve begroting) en een aanvullend tekort van € 5,61 miljoen (conform de bestuursrapportage oktober en rekening houdende met de vervallen reservering voor de Klameare). Per saldo was het de verwachting om op € 8,6 miljoen nadelig uit te komen. In werkelijkheid geeft de jaarrekening een nadeel van € 9,1 miljoen. Dit komt dus grotendeels overeen met het nadelige saldo dat we al hadden verwacht.

Een nadere toelichting op de afwijkingen is opgenomen in paragraaf 3.5.

Pagina 8 van 126

1.2 Enkele overzichten

Baten en Lasten In 2019 bedroegen de lasten en baten van de gemeente een bedrag van € 289,8 miljoen. In het volgende overzicht zijn de bedragen per onderdeel weergegeven.

Heffingen Het totaal aan lokale heffingen bedroeg in 2019 € 54,5 miljoen. In onderstaand diagram is de verdeling per onderdeel aangegeven.

Pagina 9 van 126

1.3 Bestuurlijke structuur

Gemeenteraad

De gemeenteraad van Súdwest-Fryslân bestaat uit 37 leden, die verdeeld zijn over 11 fractie (situatie per december 2019).

Jannewietske de Grietsje Stegenga Vries Griffier Voorzitter

CDA CDA CDA CDA CDA CDA CDA CDA

Douwe Attema Petra van den Uilkje Attema - Bauke Dam Arjen Doedel Pieter Greidanus Samantha Joustra Anneke Koster - Fractievoorzitter Akker de Groot Klijnstra

CDA CDA PvdA PvdA PvdA PvdA PvdA PvdA

Pieter de Vries Theunis de Vries Johan Feenstra Habtamu de Hoop Djoke de Jong Johan Langbroek Marianne Poelman Paula van der Fractievoorzitter Veer

FNP FNP FNP FNP FNP VVD VVD VVD

Corrie Bergstra – Douwe Blom Tsjerk Bouwhuis Sicco Rypma Jikkie Ruiter - Debbie Douwes Hielke Bandstra Lianne van der Veldhuis Postma Fractievoorzitter Wal Fractievoorzitter

VVD GroenLinks GroenLinks GroenLinks GBTL GBTL ChristenUnie ChristenUnie

Simon de Witte Angelina Kerver Thomas van Dijk Rowdy van der Bertus Walsma Carla van der Geartsje Horjus – Gert Schouwstra Veen Fractievoorzitter Hoek Vos Fractievoorzitter

D66 D66 De Wind Semplonius Poie szZijlstra

Mirjam Bakker Marieke Vellinga Harmen de Wind Klaas Jan Rinske Poiesz – Fractievoorzitter Fractievoorzitter Semplonius Zijlstra Fractievoorzitter Fractievoorzitter

Pagina 10 van 126

College van burgemeester en wethouders Het college van burgemeester en wethouders (B&W) is het dagelijks bestuur van de gemeente en bestaat uit de burgemeester en vier wethouders. Elk collegelid heeft een eigen portefeuille. Zie het overzicht (situatie per december 2019):

Jannewietske de Vries – Burgemeester • Algemeen bestuur • Bestuurlijke samenwerking • Openbare Orde en Veiligheid • Brandweer • Rampenbestrijding • Communicatie • Burgerzaken

Maarten Offinga – Wethouder Gea Wielinga – Wethouder • Grondexploitatie • Ruimtelijke ontwikkelingen en • Financiën Omgevingswet • Economische zaken, inclusief • Agenda Sneek- Landbouw • Zorg / WMO • Ontwikkelagenda (strategie) en • Welzijn / Vrijwilligers • Gebiedsagenda ZWH • Gebiedsteams • Agenda IJsselmeerkust • Sport • Kernenbeleid • Arbeidsparticipatie en Inkomen • Onderwijs

Mark de Man - Wethouder Erik Faber - Wethouder • Toerisme en Recreatie • Duurzaamheid, inclusief afval, • Verkeer en Vervoer waterbeheer en riolering • Kapitaalgoederen, inclusief • Bedrijfsvoering en Dienstverlening, vastgoed en huisvesting inclusief Huisvesting en Digitalisering buitendienst • Vernieuwing Lokale Democratie • Jeugd en Jeugdzorg (bestuurlijke vernieuwing) • Handhaving • Agenda Ut de Mienskip • Wonen, inclusief programma • Dorpshuizen wonen • Cultuur en Kunst

Pieter Zondervan – Gemeentesecretaris

1.4 Verlenen van ‘decharge’ en Controleverklaring De gemeenteraad beoordeelt de verantwoording en stelt de jaarstukken vast. De gemeenteraad keurt hiermee de uitgaven goed en accepteert de verklaring bij de cijfers. Hiermee sluiten we het financiële jaar af en verleent de gemeenteraad ‘decharge’ aan het college. Met het verlenen van decharge accepteert de gemeenteraad dat het college zijn taak naar behoren heeft verricht en ontlast het college van aansprakelijkheid voor hun bestuur over dat jaar.

De accountant heeft de jaarrekening gecontroleerd. De verklaring is opgenomen onder 4. Overige gegevens.

Pagina 11 van 126 2. Jaarverslag

2.1 Vooraf

In het jaarverslag geven we de beleidsinhoudelijke en financiële hoofdlijnen van 2019 aan. Zijn de voorgenomen doelstellingen bereikt? Welke activiteiten zijn uitgevoerd en welke middelen zijn ingezet? De verantwoording vindt plaats per programma. Dat gebeurt aan de hand van de onderdelen:

1. Wat hebben we bereikt? 2. Wat hebben we daarvoor gedaan? 3. Wat heeft het gekost?

Het jaarverslag is de spiegel van de begroting. De gegeven verantwoording in dit jaarverslag is ten opzichte van de Programmabegroting 2019. Het jaarverslag bevat de onderdelen:

• Verantwoording programma’s • Verantwoording paragrafen

Gebeurtenissen na balansdatum De uitbraak van COVID-19 (corona) eind februari 2020 heeft een enorme impact op ons allemaal. De wereldwijde pandemie leidt tot ongekende omstandigheden. Voor de aanpak van COVID-19 kijken wij wat we, aanvullend op de landelijke maatregelen van het Rijk, kunnen doen. Dit raakt veel beleidster- reinen van onze organisatie. We streven naar een zo adequaat mogelijke uitvoering van de landelijke en lokale maatregelen en naar zoveel mogelijk continuïteit van de reguliere werkzaamheden en van noodzakelijke (digitale) besluitvorming en hebben daarvoor de nodige interne maatregelen genomen.

2.2 Verantwoording programma’s

Het antwoord op de vragen “Wat hebben we bereikt?” is algemeen van aard en sluit aan bij de ambities van de beleidsbegroting. Deze vraag lichten we tekstueel toe. We volgen hierbij de inrichting van de Programmabegroting 2019.

Net als in de bestuursrapportages werken we bij het onderdeel “Wat hebben we daarvoor gedaan?” met een kleurcodering. In het Jaarverslag 2019 rapporteren we over alle speerpunten, ook als er geen afwijkingen zijn.

Per speerpunt kennen we een kleur toe. De kleuren hebben de volgende betekenis: Het speerpunt is volledig Het speerpunt is deels Het speerpunt is niet uitgevoerd. uitgevoerd. uitgevoerd.

1. Wat hebben we bereikt?

Gebiedsgericht ontwikkelen - Doel: Krachtige en slagvaardige Ontwikkelagenda’s Resultaat: Met een Ontwikkelagenda werken we gezamenlijk aan projecten en programma’s waaronder gemeenschappelijke financiering en uitvoering de basis moeten zijn. We hebben met de (sub)agenda’s voor Sneek, Bolsward, IJsselmeerkust, Ut de Mienskip en duurzaamheid een krachtige, gebiedsgerichte en thematische aanpak waarmee we projecten realiseren die echt bijdragen aan de sociaal economische positie van onze gemeente. In 2019 zijn weer belangrijke stappen gezet bijvoorbeeld waar het gaat om het binnenhalen van substantiële cofinanciering (versterken IJsselmeerkust) en het uitvoeren van projecten zoals het ondergronds brengen van de hoogspanningsleiding in Sneek. Verdere toelichting staat onder speerpunt 29.

- Doel: Naar één integrale gebiedsgerichte aanpak Resultaat: Integraal gebiedsgericht werken houdt in dat we maatschappelijke vraagstukken in onze gebieden in samenhang benaderen. In 2019 hebben wij het gebiedsgericht werken verder doorontwikkeld. Bij deze doorontwikkeling betrekken wij ook de resultaten van de evaluatie sociaal domein 2019. Uit deze evaluatie blijkt dat onze inwoners de gebiedsteams goed kunnen vinden. Verdere toelichting staat bij de speerpunt 13.

Pagina 12 van 126

- Doel: Goed, innovatief en duurzaam wonen Resultaat: Súdwest -Fryslân heeft in 2019 met een nieuw woonbeleid en een nieuw afwegingkader voor Wonen de randvoorwaarden vastgesteld. Daarmee kan de komende jaren een stevige regie worden gevoerd op de doelstellingen voor een kwalitatief en kwantitatief passende en duurzamere woningvoorraad en innovatieve concepten voor de diverse doelgroepen. Door goede afwegingskaders kunnen nu de juiste prioriteiten worden gesteld en weten alle partijen waar de kansen en mogelijkheden liggen. Onder speerpunten 19,20 en 21 wordt verder ingegaan op de inspanningen in 2019 ten aanzien van (de verduurzaming) van onze toekomstige woningvoorraad.

- Doel: Ruimte van nieuwe omgevingswet benutten Resultaat: 2019 is een jaar waarin de omgevingswet en alle inhoudelijke mogelijkhe den en organisatorische zaken een belangrijke rol hebben gespeeld. Onder het programma omgevingswet is met stakeholders in onze gemeente in 2019 al hard gewerkt aan de totstandkoming van een nieuwe omgevingsvisie. Integraler aan de slag met de ontwikkeling van onze gemeente én meer ruimte voor specifieke afweging: Dáár draait het om... Tegelijkertijd zijn organisatorisch stappen gezet om te zorgen dat alle medewerkers straks ook klaar zijn voor het werken onder de nieuwe omgevingswet. Het is duidelijk dat dit een hele omslag te weeg zal brengen. Onder speerpunt 31 wordt verder ingegaan op het traject omgevingsvisie.

Meedoen, ontplooien en ondernemerschap - Doel: Meer inzet op preventie Resultaat: We hebben het afgelopen jaar onze inzet op het terrein van het gezondheidsbeleid, schulddienstbeleid, sportbeleid, sluitende aanpak jongeren en minimabeleid geïntensiveerd. De sluitende aanpak is een gezamenlijk project van een aantal gemeenten om kwetsbare jongeren te coachen in de richting van activering, dagbesteding, onderwijs of werk . Op het terrein van bijvoorbeeld de schulddienstverlening hebben we samen met de Rabobank een netwerk financieel gezond SWF opgericht. Het doel van dit netwerk is om inwoners meer grip te laten krijgen op hun financiën. De deelnemers van het netwerk willen actief meewerken aan het bevorderen van de financiële gezondheid van mensen die in Súdwest-Fryslân wonen en werken. Inmiddels bestaat dit netwerk al uit 30 deelnemers o.a. ondernemers, vrijwilligersorganisaties, onderwijs en maatschappelijke organisaties. Tevens zijn wij in 2019 gestart met de uitvoering van de pilots Cool SWF en Vitale Regio en het opstellen van het preventie-akkoord. Nader informatie staat ook bij speerpunt 8.

- Doel: Een goede start voor iedereen Resultaat: We willen o.a. dat jongeren een startkwalificatie halen. Een startkwalificatie geeft jongeren meer kans om een baan te vinden. Indien jongeren voortijdig uitvallen worden zij terug geleid richting het onderwijs. Indien dat niet lukt dan worden ze begeleid richting werk zodat deze jongeren alsnog een startkwalificatie kunnen halen. De “aanpak vroegtijdig schoolverlaters” hebben we in 2019 weer succesvol uitgevoerd. Van de 39 RMC-regio’s in Nederland staat onze gemeente op de tweede plaats.

- Doel: Vitaal ondernemerschap in Sú dwest -Fryslân Resultaat: De gemeente Súdwest -Fryslân is een ondernemende gemeente. In 2019 is het aantal banen (Voor het vijfde jaar op rij) gestegen naar ruim 42.000. Werk is de rode draad, niet alleen als het gaat om aantal banen maar ook om de kwaliteit van de banen. Van meer naar beter is het credo.

Onder vitaal ondernemerschap verstaan we vooral dat ondernemers klaar zijn voor de toekomst en de mensen kunnen vinden die ze nodig hebben. Met specifieke projecten voor techniek (Technolab en Yacht builders academy), het gerichter acquireren van bedrijven en het inzetten op innovatie en kennis (maritiem cluster) zijn in 2019 weer stappen gezet voor een sterkere economische structuur. De Hemmen III is onze focus voor nieuwe bedrijvigheid. De ontwikkeling daarvan loopt helaas nog niet zo snel als we zouden willen. Een reden hiervoor is de stikstofproblematiek en de noodzaak tot het vaststellen van nieuwe regelgeving daaromtrent op rijks- en provinciaal niveau. We gaan daar onder speerpunt 22 verder op in.

Pagina 13 van 126

- Doel: Meer participatie in Súdwest -Fryslân Resultaat: De meeste inwoners participeren ook door bijvoorbeeld het uitvoeren van betaald of onbetaald werk zoals mantelzorg of vrijwilligerswerk. Er is echter ook een groep inwoners die in een uitkeringssituatie terechtkomt. We willen dat deze mensen snel weer aan de slag gaan. Dit kan door te re-integreren naar werk en/ of participatie richting maatschappelijke activiteiten (vrijwilligerswerk). 2019 was de tweede jaarschijf van het Innovatief Actieplan Uitstroom 2018 – 2022. Dit heeft geresulteerd in een daling van het aantal uitkeringsgerechtigden van 2.365 in januari 2019 naar 2.190 ultimo 2019.

Daarnaast biedt de NV Empatec een veilige werkplek voor een kwetsbare doelgroep. Omdat instroom in het SW bedrijf sinds 2015 niet meer mogelijk is, is er een koerswijziging nodig. In 2019 is er een positon paper vastgesteld. Nader toelichting staat ook bij speerpunt 16.

Omdat we weinig directe invloed hebben op de arbeidsmarkt, leggen we ons toe op het verbinden en bouwen van kennis en kennisnetwerken, het werken aan goed en passend onderwijs en het ondersteunen van ondernemers. Een belangrijk middel om hierin te sturen is het Arbeidsmarktplatform; een samenwerking tussen de 3 O’s, ondernemers, onderwijs en overheid. Het aanvragen van een RIF subsidie (Regionaal Investeringsfonds mbo, project Beaufort) is ook een concreet voorbeeld waartoe de samenwerking tussen de 3 O’s heeft geleid.

- Doel: Inzet op vernieuwing van zorg, hulp en ondersteuning Resultaat: In 2019 is de pilot de praktijkondersteuner voor jeugd GGZ (POH -GGZ Jeugd) geëvalueerd. Samen met de zorgverzekeraar leveren wij een praktijkondersteuner bij de huisarts . Uit de evaluatie blijkt dat inwoners erg tevreden zijn over de inzet van de POH-GGZ Jeugd. Door deze gezamenlijke aanpak worden de jongeren zo veel mogelijk vroegtijdig, in de eigen omgeving en zonder wachtlijsten geholpen. Kinderen en jongeren zijn zeer tevreden over de ondersteuning die zij kregen van de praktijkondersteuner. Vanwege de positieve resultaten is besloten om de inzet van de POH-GGZ Jeugd continueren en uit te breiden naar alle huisartsenpraktijken in de gemeente. Op dit moment heeft 56 procent van de huisartsen een POH-GGZ Jeugd.

Daarnaast zijn wij in in 2019 gestart met het inkooptraject voor de Wmo- en participatievoorzieningen. Nadere informatie staat bij de speerpunten 17 en 18.

Leefbaarheid - Doel: Duurzame openbare ruimte Resultaat: In de openbare ruimte dragen we bij aan het verduurzamen van de leefomgeving. Ook in 2019 is ingezet op behoud en herstel van biodiversiteit. Zo zijn we in Sneek gestart met een pilot gefaseerd maaibeheer en is een plan ontwikkeld voor de uitrol van het insectennetwerk. Een mooi voorbeeld van het vergroenen van de leefomgeving is de succesvolle Actie Steenbreek en de werkzaamheden van de Waterpoortsgracht in Sneek. Vergroenen van de leefomgeving draagt ook bij aan het voorkomen van wateroverlast en voorkomen van hittestress en sluit aan bij de Agenda klimaatadaptatie waar de voorbereidingen voor zijn gestart. Door het toepassen van onder meer LED-verlichting, isolerende maatregelen en energiezuinige installaties in gebouwen dragen we bij aan de klimaatdoelstellingen. Daarnaast hergebruiken we bijna elk stukje hout dat bij onderhoud of vervanging van waterbouwkundige kunstwerken vrijkomt. We verwijzen verder naar speerpunt 34.

- Doel: Toekomstbestendige voorzieningen Resultaat: In 2019 heeft onderzoeksbureau Ennëus al onze 64 ontmoetingsplaatsen (MFC’s, dorpshuizen, wijkcentra) onderzocht op toekomstbestendigheid. Het bureau heeft daarvoor gekeken naar zeven onderdelen: 1. Bestuurskracht, 2. Financieel, 3. Gebouw 4. Duurzaamheid, 5. Activiteiten, 6. Vrijwilligers, 7. Omgeving en inwoners. De uitkomsten van het onderzoek zijn in eind oktober begin november met de betrokken besturen besproken en daarna met de gemeenteraad. Afgesproken is dat de gemeente, voordat zij verdergaat met de ontwikkeling van nieuw beleid (verduurzaming en herijking beleid dorpshuizen regeling), zij dit voorlegt aan de besturen in de loop van 2020.

Pagina 14 van 126 - Doel: Versterking cultuur, erfgoed en toerisme Wij hebben in 2019 gestandaardiseerde planregels voor het bestemmingsplan vastgesteld voor beschermde stads- en dorpsgezichten. Hierdoor wordt in de toekomst dezelfde regelgeving gehanteerd voor de vele beschermde gezichten die in onze gemeente gelegen zijn. In 2019 is de Landschapsbiografie Súdwesthoeke online beschikbaar gekomen. Dit is een digitaal platform waarin de gehele ontstaansgeschiedenis van ons landschap en alle cultuurhistorische waarden die zich daar in bevinden worden beeldend hierin toegelicht. Daarnaast is de Pingjumer Gulden Halsband aangewezen als gemeentelijk monument. Een van de eerste dijkenstelsels in Nederland die het predicaat van gemeentelijk monument verkregen heeft.

- Doel: V eilig leven De Raad heeft begin 2019 de nieuwe nota Veiligheid vastgesteld. Daarin zijn ook de genoemde thema’s over radicalisering, heling en de aanpak voor verwarde personen opgenomen. Ook de thema’s brandveiligheid, externe veiligheid en rampen- en crisisbestrijding maken onderdeel uit van de nota. Voor alle onderwerpen geldt dat nauw wordt samengewerkt met overige instanties, zoals justitie, politie, brandweer en veiligheidsregio. Voor wat betreft de brandveiligheid maakt Brandweer Fryslân d.m.v. het project Brandveilig Leven mensen bewust van de risico’s op brand. Er wordt hulp verleend bij het brandveiliger maken van de leefomgeving.

- Doel: Optimale bereikbaarheid Optimale bereikbaarheid begint bij het in standhouden en goed onderhouden van de bestaande infrastructuur. We voeren als gemeente actief onderhoud- en beheer beleid om de kapitaalgoederen in stand te houden. Er is in 2019 bij meerdere wegen, straten en kunstwerken groot onderhoud uitgevoerd. Daarnaast proberen we mogelijke knelpunten te verbeteren. De gemeente anticipeert hierbij in Rijks- en provinciale projecten om de gemeentelijke belangen te waarborgen, voorbeelden hiervan zij: De nieuwe en Sluis , bereikbaarheid platteland met openbaar vervoer project ‘Bûten gewoan berikber’ en de realisatie van 3 ongelijkvloerse kruisingen N359 Bolsward Noord, en Noord.

Daarnaast is de gemeente gestart met projecten die moeten bijdragen aan een optimale bereikbaarheid: onder meer: Start studie aquaduct Bolsward; Verbetering aansluiting N7 Sneek afslag 20 De Hemmen (irt bedrijventerrein De Hemmen 3), Aanleg rondweg Warns en de verbetering van fietsverbindingen tussen de dorpen.

Bestuur en organisatie - Doel: Een krachtig bestuur Resultaat: Binnen dit onderwerp gaat het in de eerste plaats om de vernieuwende werkwijze van de raad. Daarbij gaat het vooral om het experiment ‘Ynwenners oan it wurd’ waarbij inwoners hun mening kunnen geven over raadszaken die niet op de agenda van een raadsvergadering staan. In de tweede plaats gaat het om manieren om onze inwoners, bedrijven, organisaties en instellingen beter te betrekken bij het voorbereiden en uitvoeren van gemeentelijk beleid. De Tafel van Makkum is daarvan een voorbeeld.

- Doel: Een professionele organisatie Resultaat: In 2019 is verder gegaan met de beweging naar een meer flexibele organisatie die omgevingsbewust en opgavengestuurd meebeweegt met de veranderende samenleving en bestuurlijke ambities. Er zijn stappen gezet op het gebied van gedrag en persoonlijk leiderschap. Daarnaast zijn ook concrete maatregelen genomen rondom het organiseren en flexibel uitvoeren van werk.

Ook de ingebruikname van de Centrale Huisvesting aan de Marktstraat 15 in december 2019 draagt bij aan de flexibiliteit van de organisatie. De tijdelijke huisvesting als gevolg van de verbouwing is niet voorbij. Nagenoeg alle ambtenaren werken nu in een pand zonder eigen bureaus, vrijwel papierloos en zonder kasten. Ook de overgang van ICT van Bolsward naar Sneek en de verbeteringen op het gebeid van digitalisering dragen daaraan bij. Daardoor werken we efficiënter en effectiever.

Pagina 15 van 126 2.2.1 Programma 1: Sociaal

2. Wat hebben we daarvoor gedaan?

Onderwijs

Nr. Speerpunt Uitgevoerd ? 1 Doordecentralisatie huisvesting voortgezet onderwijs uitwerken.

Toelichting op de speerpunten: ad 1: Doordecentralisatie huisvesting voortgezet onderwijs uitwerken In de eerste helft van 2019 hebben schoolbesturen voortgezet onderwijs en gemeente intensief overleg gevoerd over de uitwerking van het principe doordecentralisatie huisvesting. In beginsel staan we onverminderd positief tegenover het principe van doordecentralisatie van taken en middelen onderwijshuisvesting aan de besturen in het voortgezet onderwijs. Het is echter nog niet gelukt om overeenstemming over de financieel-technische uitgangspunten van doordecentralisatie van taken en middelen onderwijshuisvesting te bereiken. In overleg met de schoolbesturen voortgezet onderwijs is afgesproken om de verdere uitwerking van de doordecentralisatie op te schorten naar 2020. In de berap juli, augustus, september 2019 is deze afwijking al gemeld.

Pagina 16 van 126 Sport

Nr. Speerpunt Uitgevoerd ? 2 De uitvoering van sportcarrousel Sneek voorbereiden. 3 Het vraagstuk van de sportvelden in Súdwest -Fryslân oppakken . 4 Een jaarlijks evenement sport / cultuur aanjagen en faciliteren .

Toelichting op de speerpunten: ad 2: De uitvoering van sportcarrousel Sneek voorbereiden Over een lange periode hebben de sportclubs SWZ, ONS en SMHC en de gemeente de mogelijkheden van een zogenoemde Sportcarrousel Sneek besproken. Eind 2018/begin 2019 zijn de gesprekspartners tot de conclusie gekomen dat de aanvankelijke opzet om SWZ en ONS als (uiteindelijk) te fuseren club, samen te voegen op één locatie, een stap te ver was. Vooral de te kiezen locatie bleek daarbij een breekpunt. Middels de berap van november 2019 is de raad hier over geïnformeerd. Er wordt nog wel gezocht naar de oplossing van het veldenprobleem van de hockeyclub binnen de grenzen van het totale sportpark Tinga. Hierbij moet worden gedacht aan de combinatie voetbal/hockey. ad 3: Het vraagstuk van de sportvelden in Súdwest-Fryslân oppakken In mei 2019 heeft het college het Plan van Aanpak Mulier onderzoek vastgesteld en daarna is de raad geïnformeerd. Naar aanleiding daarvan is de werkgroep buitensport opgericht. Deze werkgroep heeft als eerste opdracht meegekregen om, in de clusters IJsselmeerkust, de buitensport (waaronder de sportvelden) te gaan uitwerken. In de zomer van 2020 zal de uitwerking hiervan gereed zijn. ad 4: Een jaarlijks evenement sport / cultuur aanjagen en faciliteren In 2019 hebben we de zwemtocht van Maarten van der Weijden mede mogelijk gemaakt vanuit dit budget. Met dit evenement is ontzettend veel media-aandacht gegenereerd voor in het algemeen en onze gemeente in het bijzonder.

Cultuur

Nr. Speerpunt Uitgevoerd ? 5 Kleine culturele initiatieven stimuleren. 6 Een cultureel -toeristische hoofdstructuur opstellen. 7 Meer met cultuurcoaches werken.

ad 5: Kleine culturele initiatieven stimuleren. In 2018 konden inwoners gebruik maken van een Iepen Mienskipsregeling. In 2019 is er gewerkt aan een vervangende regeling die opstartgeld beschikbaar stelt voor het ontwikkelen van culturele projecten die bijdragen aan het versterken van het artistieke klimaat in de gemeente. De regeling gaat per 2020 in. Daarnaast zijn er in 2019 kleinschalige initiatieven gesubsidieerd in het kader van 75 jaar vrijheid. ad 6: Een cultureel-toeristische hoofdstructuur opstellen. Begin 2019 zijn we met een integraal team vanuit erfgoed, toerisme, cultuur en legacy LF2018 in gesprek gegaan met het cultuur-toeristische veld, betrokken organisaties en diverse vrijwilligers over cultuurtoerisme in Súdwest-Fryslân. Hiervoor hebben we een tiental stakeholderssessies georganiseerd. Met commissieleden van de raad is in mei 2019 aan de hand van stellingen gesproken over cultuurtoerisme en is ingegaan op de kansen van LF2028. In juni vond een ondernemersbijeenkomst plaats in . Daar is met name een oproep gedaan aan ondernemers om initiatieven te nemen om cultuurtoerisme op de kaart te zetten. Gedurende het najaar is een concept visie ter toetsing en aanscherping voorgelegd aan stakeholders, middels diepte-interviews. Dit met het doel om de visie Cultuurtoerisme te kunnen presenteren in 2020, met daaraan gekoppeld een uitvoeringsplan.

Pagina 17 van 126 ad 7: Meer met cultuurcoaches werken. Dit speerpunt is uitgevoerd. Cultuur Kwartier Sneek heeft een cultuurcoach aangesteld, die kunst en cultuur gebruikt als middel om met maatschappelijke vraagstukken aan de slag te gaan. De cultuurcoach werkt daarin nauw samen met Sociaal Collectief. Een voorbeeldproject is “Nieuwe Buren” in Lemmerweg-West in Sneek en Cool SWF. Het project Nieuwe Buren heeft tot doel het versterken van de sociale basis in de wijk door buurtbewoners met elkaar en met betrokken instanties in contact te brengen. Stichting Sociaal Collectief en woningcorporatie Accolade waren de organiserende partij, maar ook de GGD, de buurtsportcoaches en het gebiedsteam waren actief betrokken.

Voorliggend veld

Nr. Speerpunt Uitgevoerd ? 8 Preventie aanpak sociaal domein opstellen. 9 Onderzoek doen naar de toekomst van dorpshuizen en wijkgebouwen. 10 Plan van aanpak Vrijwillige inzet opstellen. 11 Uitvoering geven het onderzoek draagkracht / draaglast. 12 De ondersteuning mantelzorg (o.a. vernieuwing respijtzorg) doorontwikkelen.

Toelichting op de speerpunten: ad 8: Preventie aanpak sociaal domein opstellen In 2019 zijn wij gestart het opstellen van een preventie-akkoord. We hebben hiervoor een levenslijn ontwikkeld. Er is provinciaal en landelijk interesse in deze levenslijn. De Vereniging Nederlandse Gemeenten ondersteunt ons in het proces en is gecharmeerd van de aanpak. Het preventie-akkoord wordt zo veel mogelijk gecombineerd met het nog op te stellen sportakkoord, zodat zij elkaar kunnen versterken. In 2019 is ook de samenwerking gezocht met de Friese hogeschool NHL/Stenden, dit heeft onder andere geresulteerd in een werkatelier met studenten. Studenten gaan werken aan innovatieve oplossingen voor vraagstukken die spelen in onze gemeente o.a. preventie. Daarnaast zijn wij in het kader van preventie gestart met de pilots Cool SWF en Vitale regio. Cool SWF is gericht op het voorkomen van middelengebruik (o.a. drugs en alcohol) bij jongeren. De Vitale regio heeft als doel om ouderen met dementie op het platteland zo lang mogelijk thuis te laten wonen. ad 9: Onderzoek doen naar de toekomst van dorpshuizen en wijkgebouwen De resultaten van dit onderzoek zijn op 18 november gepresenteerd aan de gemeenteraad. Voor Súdwest-Fryslân zijn dorpshuizen, MFC’s en wijkgebouwen belangrijke pijlers voor de leefbaarheid van een dorp of wijk, want dit is de plaats waar de bewoners van een kern elkaar ontmoeten en met elkaar activiteiten ontplooien. Onze gemeente houdt ontmoetingsplekken waar alle bewoners van het dorp of de wijk terecht kunnen in stand. Hiervoor heeft Súdwest-Fryslân de subsidie voor grootonderhoud. Eind 2021 loopt deze subsidieregeling af. Daarnaast wil de gemeente de duurzaamheid en de toegankelijkheid van deze gebouwen bevorderen. Dit zijn de aanleidingen voor toewerken naar nieuw beleid voor ontmoetingsplekken.

De eerste stap hierin is het onderzoek dat onderzoeksbureau Ennëus het afgelopen jaar heeft uitgevoerd naar de stand van zaken van de toekomstbestendigheid van de 64 Ontmoetingsplaatsen van Súdwest-Fryslân. Ook heeft het onderzoeksbureau een deelrapportage geschreven voor elke Ontmoetingsplaats. De Ontmoetingsplaatsen zijn door Ennëus op zeven punten onderzocht. Verwacht was dat er een bepaalde mate van onderlinge vergelijking en overeenkomst aan de uitkomsten ten grondslag zou liggen. De uitkomsten laten echter een beeld van verscheidenheid en diversiteit zien. De uitkomsten van het onderzoek zijn een tijdsopname en een nulmeting van onze Ontmoetingsplaatsen. Met deze uitkomsten in de hand kan onze gemeente nieuw beleid ontwikkelen. ad 10: Plan van aanpak Vrijwillige inzet opstellen Het plan van aanpak voor Vrijwillige Inzet is niet in 2019 opgeleverd. In het kader van de opgave transformatie sociaal domein, zijn wij als onderdeel van het speerpunt versterking kracht van de samenleving bezig met het in kaart brengen van de verschillende netwerken. De (eerste) inventarisatie van netwerken is beschikbaar (en verspreid naar aanleiding van de bijeenkomst met de commissie B&M over de transformatie Sociaal Domein). Daarnaast voert het atelier sociaal domein, onderdeel van de NHL een aantal onderzoeken uit die als input dienen voor het plan van aanpak Vrijwillige inzet. Dit geeft ons input voor het plan van aanpak Vrijwillige Inzet dat in 2020 wordt opgeleverd. In de Berap van juli, augustus, september hebben wij hierover gerapporteerd.

Pagina 18 van 126 ad 11: Uitvoering geven aan het onderzoek draagkracht / draaglast Het onderzoek “De kracht van draagkracht”, uitgevoerd door het adviesbureau BMC en de Universiteit Twente, is begin 2019 afgerond. De hoofdconclusie van het onderzoek is dat de draagkracht van een inwoner versterkt wordt door het vergoten van het netwerk en het vergroten van persoonlijke vaardigheden. Het versterken van de draagkracht van inwoners is een onderdeel van de taken van de gebiedsteams. We hebben in een brede bijeenkomst met interne en externe stakeholders en de onderzoeker uitgezocht welke succesfactoren op onze gemeente van toepassing zijn en hoe we dit kunnen verankeren. De uitkomst is dat de succesfactoren in 2020 opgenomen worden in de nieuwe werkwijze van de gebiedsteams en in de nieuwe inkoop als opdracht aan zorgaanbieders. De beleidsvoorbereiding is in 2019 gedaan. ad 12: De ondersteuning mantelzorg (o.a. vernieuwing respijtzorg) doorontwikkelen Er is in 2019 met name ingezet op de doorontwikkeling van de stipepunten en de ontwikkeling en implementatie van de mantelzorgpas. Bij de Stipepunten kunnen inwoners terecht met hun vragen op het gebied van vrijwilligerswerk en mantelzorg. Met de pas kunnen mantelzorgers gebruik maken van de vrijwillige diensten, kennismaken met verschillende professionele diensten en deelnemen aan ontspannende activiteiten. De mantelzorgpas heeft in 2019 geleid tot een grote toename in het aantal inschrijvingen. In totaal zijn meer dan 800 passen uitgedeeld. Een ander resultaat is dat zeker 200 mantelzorgers lid zijn geworden van MantelzorgNL. In navolging van de eerste krant in 2018 is ook in 2019 de Mantelzorgkrant huis-aan-huis verspreid en goed ontvangen. Rond 10 November (Dag van de Mantelzorg) zijn diverse activiteiten georganiseerd om de mantelzorger in het zonnetje te zetten, verspreid over de gemeente. Met de input uit de netwerken mantelzorg en de werkgroep mantelzorg van de Wmo-adviesraad is gewerkt aan een richtinggevend stuk voor het mantelzorgbeleid in de komende jaren. Dit stuk wordt begin 2020 opgeleverd.

Gebiedsgericht werken

Nr. Speerpunt Uitgevoerd ? 13 Integraal gebiedsgericht werken inclusief Kernenbeleid doorontwikkelen .

Toelichting op de speerpunten: ad 13: Integraal gebiedsgericht werken inclusief Kernenbeleid doorontwikkelen Integraal gebiedsgericht werken houdt in dat we maatschappelijke vraagstukken in onze gebieden in samenhang benaderen. In 2019 is een aantal stappen gezet. Waar het gaat om samenhang tussen ruimtelijke, sociale en bestuurlijke aspecten wordt verbinding gezocht. Bij de doorontwikkeling betrekken wij ook de resultaten van de uitgevoerde evaluatie sociaal domein in 2019. Uit deze evaluatie blijkt dat onze inwoners de gebiedsteams kunnen vinden. Er is echter ook een aantal taken die nog niet of onvoldoende worden uitgevoerd. Hierbij kan o.a. worden gedacht aan de preventieve taken. In het kader van de doorontwikkeling van het kernenbeleid hebben wij ons ook extern georiënteerd. Zowel het integraal gebiedsgericht werken en de doorontwikkeling (versterken) van het Kernenbeleid komen terug in de programmabegroting van 2020.

Lichte en specialistische ondersteuning

Nr. Speerpunt Uitgevoerd ? 14 Een actieplan wonen en zorg opstellen. 15 Integrale Kindaanpak (IKA) verder ontwikkelen (0 -12 jaar). 16 Uitvoering geven aan het innovatief uitstroomplan en visie op de sociale werkvoorziening implementeren (participatie). 17 Nieuwe ondersteuningsarrangementen ontwikkelen en inkopen. 18 Het zorglandschap vernieuwen.

Pagina 19 van 126 Toelichting op de speerpunten: ad 14: Een actieplan wonen en zorg opstellen In 2019 zijn de eindrapportages van het woonbehoefteonderzoek van Companen en het onderzoek Wonen, zorg en ondersteuning van Partoer opgeleverd. Deze resultaten dienen als basis voor de nog op te stellen notitie wonen en zorg in 2020. In deze notitie gaan we in op de knelpunten en de opgave op dit terrein. Daarnaast gaan we omschrijven hoe de gemeentelijke regierol in samenwerking met onze partners kan worden doorontwikkeld als basis voor een succesvolle samenwerking tussen de gemeente en partners. Deze notitie zal aansluiten bij de aanpak van de landelijke taskforce wonen en zorg. ad 15: Integrale Kindaanpak (IKA) verder ontwikkelen (0-12 jaar) In de Berap van oktober jl. hebben wij u geïnformeerd over de vertraging m.b.t. IKA. Deze vertraging is ontstaan doordat tijdelijk onvoldoende capaciteit vrijgemaakt kon worden. Inmiddels wordt er voortvarend aan de IKA gewerkt in samenwerking met de partners uit het veld. ad 16: Uitvoering geven aan het innovatief uitstroomplan en visie op de sociale werkvoorziening implementeren (participatie) 2019 was de tweede jaarschijf van het Innovatief Actieplan Uitstroom 2018 – 2022. De belangrijkste doelstellingen in dit actieplan zijn: minder mensen stromen in de bijstand en meer bijstandsgerechtigden stromen uit de bijstand naar betaald werk. Het aantal uitkeringsgerechtigden is gedaald van 2.365 in januari 2019 naar 2.190 ultimo 2019. Daarnaast hebben 325 bijstandsgerechtigden inmiddels een competentiegericht assessment gedaan. Met de uitkomsten van een assessment kan een individueel trajectplan naar werk doelmatiger worden opgesteld, om uiteindelijk de match tussen werkzoekende en werkgever effectiever te kunnen maken.

NV Empatec biedt een veilige werkplek aan een kwetsbare doelgroep. Omdat landelijk bepaald is dat er geen nieuwe instroom meer mogelijk is in het SW-bedrijf, is een koerswijziging noodzakelijk. De gemeenten die deelnemen in NV Empatec hebben een position paper vastgesteld waarin staat dat NV Empatec een publieke organisatie moet zijn. Een concrete uitwerking hiervan kan zijn de transitie van NV Empatec als SW-bedrijf naar een leerwerkbedrijf. Binnen het bestuur van de gemeenschappelijke regeling waar NV Empatec onder valt wordt deze optie momenteel nader verkend. In de herfst van 2019 bleek echter dat NV Empatec financiële problemen heeft; de deelnemende gemeenten hebben naar aanleiding daarvan besloten dat een nader onderzoek noodzakelijk is. De uitkomsten van het onderzoek zijn van belang voor de uitwerking van de position paper. De resultaten van het onderzoek worden in april verwacht; een nadere uitwerking van de position paper staat gepland voor de zomer 2020. Daarna volgt de implementatie. Dit betekent dat we de implementatie van de visie niet in 2019 hebben gerealiseerd. Dit is ook verwoord in de berap van november 2019. ad 17: Nieuwe ondersteuningsarrangementen ontwikkelen en inkopen De invoering van resultaatsturing is eind 2018 o.a. vanwege de uitspraken van de Centrale Raad van Beroep on hold gezet. In 2019 hebben wij met de zorgaanbieders besproken hoe we verder kunnen werken aan de beoogde doelen. Dit betreft de doelen: vernieuwing van de dienstverlening, meer samenwerking tussen zorgaanbieders en meer samenwerking tussen zorgaanbieders en voorliggend veld. Hieruit zijn verschillende pilots voortgekomen. Deze zijn inmiddels gestart.

Voor het opnieuw inkopen van voorzieningen op het gebied van Wmo en participatie is inmiddels een inkooptraject gestart. Hierin wordt nadrukkelijk gekeken naar de mogelijkheden om het aanbod meer aan te laten sluiten bij de behoefte en de omgeving van de inwoner. ad 18: Het zorglandschap vernieuwen Er zijn twee pilots ontwikkeld met zorgaanbieders en de zorgverzekeraar. 1. Indicatie enkelvoudige Huishoudelijke Hulp door de wijkverpleegkundige in gebied gebiedsteam Bolsward. Deze pilot is het laatste kwartaal van 2019 gestart. 2. Werken met een integraal team voor mensen met een ernstige psychiatrische aandoening in Sneek. Deze pilot start in 2020.

De pilot POH-GGZ Jeugd is uitgebreid met nieuwe huisartsenpraktijken en geëvalueerd. Op basis van de evaluatie is besloten om door te gaan met deze aanpak en deze verder uit te rollen over alle huisartsen. Door deze aanpak zorgen we er voor dat kinderen en ouders eerder worden geholpen en dat kosten op het terrein van de jeugd verminderen. Er is een regionetwerk ontwikkeld met wijkverpleeg- kundigen, medewerkers gebiedsteam en zorgkantoor om ingewikkelde zorgvragen te bespreken die worden bekostigd vanuit meerdere wetten, door meerdere zorgaanbieders (Wmo, Zvw, Wlz).

Pagina 20 van 126 3. Wat heeft het gekost?

Overzicht lasten en baten per hoofdtaakveld (bedragen x € 1.000)

Lasten Primitieve Begroting na Rekening Voordeel / begroting wijziging 2019 Nadeel

01 Onderwijs 10.861 11.666 10.981 685 V 02 Sport 7.107 7.305 7.508 -203 N 03 Cultuur 8.511 9.360 9.187 173 V 04 Voorliggend veld 7.941 8.763 8.799 -35 N 05 Gebiedsgericht werken 6.880 7.263 7.077 186 V 06 Lichte ondersteuning 74.796 75.100 75.224 -124 N 07 Specialistische ondersteuning 27.735 33.132 36.484 -3.352 N Totaal lasten 143.831 152.589 155.259 -2.670 N

Baten Primitieve Begroting na Rekening Voordeel / begroting wijziging 2019 Nadeel

01 Onderwijs 1.391 2.341 2.392 51 V 02 Sport 1.281 1.163 1.368 205 V 03 Cultuur 416 396 356 -40 N 04 Voorliggend veld 233 83 242 160 V 05 Gebiedsgericht werken 40 146 173 26 V 06 Lichte ondersteuning 36.782 33.944 32.865 -1.079 N 07 Specialistische ondersteuning 405 447 441 -6 N Totaal baten 40.547 38.521 37.838 -683 N

Saldo baten en lasten -103.284 -114.068 -117.421 -3.353 N Mutaties reserves Toevoegingen (in reserve) 0 -169 -201 -32 N Onttrekkingen (uit reserve) 670 2.553 2.507 -45 N Gerealiseerd resultaat -102.614 -111.684 -115.115 -3.430 N

Pagina 21 van 126 2.2.2 Programma 2: Ruimte

2. Wat hebben we daarvoor gedaan?

Wonen

Nr. Speerpunt Uitgevoerd ? 19 Flexibele woonconcepten voor verschillende doelgroepen realiseren. 20 Een plan van aanpak voor duurzame herstructurering van wijken opstellen. 21 Proeftuin aardgasvrije bestaande wijk (bijv. het Eiland in Sneek) en proeftuin aardgasvrij dorp starten.

Toelichting op de speerpunten: ad 19: Flexibele woonconcepten voor verschillende doelgroepen realiseren Beleidsmatig wordt er aan alle randvoorwaarden voldaan om flexibele woonconcepten mogelijk te maken. De gemeenteraad heeft haar ambitie voor flexibele woonconcepten opgenomen in het “Ambitiedocument Wonen”, het college heeft deze ambitie in september 2019 vertaald naar het “Afwegingskader Woningbouw”. Vanuit onze kernen en het bedrijfsleven wordt belangstelling getoond voor flexibele woonconcepten. Hoewel er vanuit de dorpen interesse wordt getoond voor flexibele woonconcepten, omdat deze kunnen voorzien in een huidige vraag en er tegelijkertijd mee ingespeeld kan worden op de te verwachten huishoudenskrimp, worden er nog geen concrete verzoeken tot realisatie van deze woonconcepten ingediend. Dit kan er mee te maken hebben dat wensen vanuit kernen niet (volledig) overeen komen met individuele woonwensen en de keuzes van woonconsumenten die hieruit voorvloeien. Waardoor dit mogelijk (tot nu toe) niet interessant is (gebleken) voor investeerders. De gemeentelijke instrumenten maken een dergelijke ontwikkeling wel mogelijk. Ook zullen wij in gesprek met mogelijke investeerders deze mogelijkheden (blijven) verkennen, zodat dit in de toekomst wellicht kan leiden tot meer (slagings)kansen.

Pagina 22 van 126 ad 20: Een plan van aanpak voor duurzame herstructurering van wijken opstellen In 2019 zijn de voorbereidingen getroffen voorafgaand aan het opstellen van de definitieve Transitie Visie Warmte. De gemeente is verplicht om eind 2021 met de Transitie Visie Warmte aan te geven wanneer en op welke wijze de wijk verwarmd gaat worden. De Transitie Visie Warmte kan worden gezien als een “masterplan” van aanpak voor duurzame herstructurering van wijken. Bij duurzame herstructurering wil de gemeente de balans vinden tussen het realiseren van aardgasvrij binnen de verplichte termijn en de betaalbaarheid voor alle betrokken.

In 2020 zal een plan van aanpak worden vastgesteld waarin we de kaders, leidende principes, het proces en de organisatiestructuur vastleggen. De gemeente is verplicht om iedere vijf jaar de Transitie Visie Warmte te herzien. Het plan van aanpak wordt een dynamisch document en moet jaarlijks worden aangepast aan de hand van de (mogelijk) gewijzigde omstandigheden. ad 21: Proeftuin aardgasvrije bestaande wijk (bijv. het Eiland in Sneek) en proeftuin aardgasvrij dorp In 2019 zijn de voorbereidingen gestart voor twee proeftuinen. Er is een studie gedaan met daarin een voorstel voor een collectieve warmte oplossing voor de betreffende wijk. Deze oplossing kan de gehele wijk stapsgewijs aardgasvrij maken middels een positieve businesscase. Gezien de positieve uitkomst van het onderzoek, willen we in 2020 in deze wijk concreet aan de slag met een wijkuitvoeringsplan. Het hoofddoel hiervan is om alle wijkbewoners te betrekken bij de voorgestelde oplossingen en hierin concrete vervolgstappen te zetten. De resultaten van deze proeftuinen zijn input voor de Transitievisie Warmte en de wijkuitvoeringsplannen die uiteindelijk voor iedere wijk/dorp moet worden opgesteld.

Daarnaast zijn er in 2019 concrete vervolgstappen gezet in . Naar aanleiding van een provinciale en gemeentelijke verkenning is gebleken dat Heeg middels aquathermie verwarmd kan worden als alternatief voor aardgas. Deze oplossing is vanaf het begin omarmd door de energiecoöperatie. De gemeente ziet Heeg als een concreet bottom-up initiatief om samen met de bewoners te werken aan het aardgasvrij maken van het dorp.

Werken

Nr. Speerpunt Uitgevoerd ? 22 Bedrijventerrein De Hemmen III ontwikkelen. 23 Acquireren om nieuwe ondernemers aan te trekken. 24 De ontwikkeling naar een duurzame landbouw met natuur en biodiversiteit faciliteren. 25 De legacy van Fryslân 2018 borgen door te werken aan de Agenda 2028.

Toelichting op de speerpunten: ad 22: Bedrijventerrein De Hemmen III ontwikkelen Voordat de realisatie van De Hemmen kan starten dient eerst een bestemmingsplan door de raad te worden vastgesteld. In 2019 zou het college besluiten over de ingediende inspraakreacties op het voorontwerp bestemmingsplan en de overlegreacties. Daarna zou het ontwerpbestemmingsplan ter inzage worden gelegd. Door een aantal ontwikkelingen is dit niet haalbaar gebleken. De stikstofproblematiek en de noodzaak tot het vaststellen van nieuwe regelgeving daaromtrent op rijks- en provinciaal niveau is er daar één van. Op dit moment is nog niet precies aan te geven hoe lang dit gaat duren.

Recent is in overleg met Rijkswaterstaat vast komen te staan dat het Rijk op dit moment geen mogelijkheid ziet om middelen vrij te maken voor het verlenen van een bijdrage aan de kosten voor het aanpassen van het kunstwerk over de A7, in het verlengde van de State-as in Sneek voor de ontsluiting van het nieuwe bedrijventerrein. Onderzocht wordt of in het kader van het MIRT (Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport) een rijksbijdrage voor de aanpassing van het kunstwerk kan worden verkregen. De ontwerpwerkzaamheden kunnen daar niet op wachten. In overleg met Rijkswaterstaat wordt naar een werkbare oplossing gezocht. In de paragraaf Grondbeleid zijn de financiële resultaten van de geactualiseerde grondexploitatie van Bedrijventerrein De Hemmen III verwerkt.

Pagina 23 van 126 ad 23: Acquireren om nieuwe ondernemers aan te trekken Met onze partners van de F4 werken we op basis van een convenant nauw samen bij nieuwe leads voor bedrijven die richting Fryslân willen komen. Binnen dit F4 verband zijn er tot nu toe verschillende leads geweest, waarvan een klein aantal geleid heeft tot daadwerkelijke vestiging binnen Friesland. De meeste van deze leads zijn voor SWF niet relevant geweest vanwege het gebrek aan beschikbare ruimte. Het F4 kernteam ontwikkelt een gezamenlijke (rode loper) aanpak om nieuwe en bestaande bedrijven te faciliteren. Ook is een centrale applicatie ontwikkeld waarin alle leads worden geregistreerd, waarbij het convenant is betrokken. Dit verbetert de kwaliteit van samenwerking en monitoring.

Als gemeente hebben we gerichter en intensiever diverse beurzen, bijeenkomsten en netwerken bezocht. Dit heeft concrete uitbreiding van relaties en ons netwerk opgeleverd in de branches die voor ons belangrijk zijn, zoals de maakindustrie en toerisme en recreatie. Doel is in deze voor onze gemeente belangrijke branches en sectoren netwerken en relaties te onderhouden en op te zoeken, waardoor we toegang creëren tot bedrijven die zich (op termijn) op de Hemmen 3 of elders in onze gemeente willen vestigen., In die zin is er nu vooral sprake van zaaien voordat er geoogst kan worden. ad 24: De ontwikkeling naar een duurzame landbouw met natuur en biodiversiteit faciliteren Het landbouwdossier met alle daaraan gekoppelde aspecten heeft zich in 2019 ontpopt tot een complex geheel van vraagstukken. Als onderdeel speelde o.a. prominent de stikstofproblematiek. De verbrede aanpak ‘landbouw in een vitaal landschap’ is in gang gezet, verkend en gericht op verdere uitvoering en uitwerking in 2020. Dat gebeurt samen met diverse stakeholders, zoals agrariërs, natuurbeschermers, toerisme en de voedselbranche. Er is bereidheid bij alle partijen om verder te praten en te werken aan experimenten.

Er is verkend hoe de gemeente Súdwest-Fryslân als experimenteergebied een prominente rol kan innemen binnen de landbouwtransitie. Onder andere in lijn met ambities rond de Regio Deal Natuurinclusieve Landbouw Noord-Nederland (toegekend medio 2019) met een investeringsomvang van € 20 miljoen. ad 25: De legacy van Leeuwarden Fryslân 2018 borgen door te werken aan de Agenda 2028 Na het culturele hoofdstadjaar 2018, was 2019 een brugjaar. Voor zowel de organisatie LF2028 als voor Súdwest-Fryslân. Een van de resultaten van dat brugjaar is dat er niet één agenda 2028 komt, maar dat er gewerkt wordt in een triënnale structuur. Waarbij er in 2022, 2025 en 2028 groots wordt uitgepakt aan de hand van een thema.

Voor Súdwest-Fryslân is in het kader van de legacy een aantal concrete resultaten geboekt. De Iepen mienskipsregeling van 2018 zal in 2020 doorgezet worden met opstartgeld voor nieuwe initiatieven (regeling artistiek klimaat). Er is in SWF een kernteam evenementen gevormd dat evenementen gaat faciliteren op het gebied van veiligheid, vergunningen en subsidies.

Bereikbaarheid

Nr. Speerpunt Uitgevoerd ? 26 Het aantal laadpalen voor elektrisch rijden op initiatief van marktpartijen significant laten stijgen. 27 Een plan maken voor veilige fietsverbindingen voor schoolgaande jeugd. 28 De aanleg van glasvezel in Súdwest -Fryslân faciliteren.

Toelichting op de speerpunten: ad 26: Het aantal laadpalen voor elektrisch rijden op initiatief van marktpartijen significant laten stijgen Het jaar 2019 is gebruikt om zowel een visie als concept beleid op te stellen en de voorbereiding op een bijpassend marktmodel te realiseren. Eind 2019 heeft het college de visie op de uitrol van laadinfra vastgesteld. De operationele uitrol via een marktmodel volgt in 2020.

Pagina 24 van 126 ad 27: Een plan maken voor veilige fietsverbindingen voor schoolgaande jeugd Er is een ‘wensenlijst van fietsverbindingen’ opgesteld. De routes van de fietsverbindingen zijn afkomstig vanuit de dorpen. De lijst telt ongeveer 50 fietsverbindingen. Om een rangschikking te maken van de fietsverbindingen zijn er verschillende criteria toegepast (denk aan schoolgaande routes etc.). De top 5 van de lijst is verder uitgewerkt. Het gaat hier om: 1. --; 2. Sibrandabuorren-Spears; 3. Witmarsum-; 4. viaduct A7; 5. -Grauwe Kat.

Voor de top 5 is er naast een vrij liggend fietspad ook naar andere oplossingsrichtingen gekeken. De verschillende oplossingsrichtingen zijn besproken met de dorpsbelangen, politie en Fietsersbond. Deze top 5 wordt nader uitgewerkt. ad 28: De aanleg van glasvezel in Súdwest-Fryslân faciliteren In 2019 hebben marktpartijen aangegeven concreet met aanleg van glasvezel in Súdwest-Fryslân aan de slag te willen. Daarop heeft men in 2019 ook een vraagbundelingstraject gehouden. Op basis daarvan lijkt men in iedere geval aan de slag te willen in het buitengebied en een groot aantal kleinere kernen waar men ”De drempel” heeft gehaald. Als gemeente faciliteren we met maatwerkafspraken binnen de wettelijke kaders qua leges- en aanlegvoorwaarden. Het is echter nadrukkelijk aan de markt om tot uitvoering te komen. We zijn in gesprek en de definitieve afspraken hierover kunnen naar verwachting medio 2020 worden gemaakt. Recent heeft men aangegeven de vraagbundeling te verlengen om zo nog meer dorpen mee te kunnen nemen in de aanleg.

Leefomgeving

Nr. Speerpunt Uitgevoerd ? 29 Agenda IJsselmeerkust, Agenda Sneek, Agenda Bolsward en Agenda Ut de Mienskip met partners uitwerken. 30 Uitvoering geven aan de nota cultureel erfgoed. 31 De Omgevingsvisie vaststellen en het Omgevingsplan maken. 32 De Agenda Duurzame ontwikkeling uitvoeren. 33 Ondernemers stimuleren om te bouwen aan een circulaire economie. 34 Kennis over circulair inkopen verbreden en grond en materialen in openbare ruimte hergebruiken.

Toelichting op de speerpunten: ad 29: Agenda IJsselmeerkust, Agenda Sneek, Agenda Bolsward en Agenda Ut de Mienskip met partners uitwerken. Binnen de Ontwikkelagenda is in totaal € 19,1 miljoen beschikbaar. In november 2019 is de vijfde Agenda Duurzame Ontwikkeling / Klimaatagenda hieraan toegevoegd.

De Agenda IJsselmeerkust is succesvol gebleken in de manier waarop we samen met partners gestructureerd optrekken. In 2019 heeft dat geresulteerd in de beschikbaarstelling van middelen vanuit het Rijk voor het Deltaprogramma en zijn voorbereidingen getroffen voor verdere samenwerking.

Voor de agenda’s Sneek en Bolsward ligt de focus tot dusver vooral op meerdere concrete lopende projecten en initiatieven, zoals bijv. De Tiid in Bolsward. Zo is ondermeer voor De Tiid in 2019 de realisatie gestart. Voor Bolsward jaagt dit verdere ontwikkelingen aan. In Sneek zijn er o.a. plannen in voorbereiding voor het onder de grond brengen van een hoogspanningsleiding (Pasveer). In Sneek en Bolsward zijn in 2019 voorbereidingen getroffen om een meer strategische samenwerking met partners verder gestalte te gegeven.

Voor Ut de Mienskip is in 2019 een regeling Ut de Mienskip open gesteld. Er is gekozen voor een toegankelijke en leesbare regeling met weinig beperkingen. Initiatiefnemers uit de samenleving van onze gemeente kunnen met deze nieuwe regeling effectief vanaf 2020 een aanvraag indienen voor een gemeentelijke bijdrage aan hun Mienskipsinitiatieven.

Pagina 25 van 126 ad 30: Uitvoering geven aan de nota cultureel erfgoed In 2019 is uitvoering gegeven aan een groot aantal taken zoals deze in de nota cultureel erfgoed verwoord zijn. Voorbeelden hiervan zijn: het opstellen van gestandaardiseerde planregels voor beschermde stads- en dorpsgezichten waardoor er in de toekomst dezelfde regelgeving wordt gehanteerd voor de vele beschermde gezichten die wij in onze gemeente hebben; het organiseren van publieksactiviteiten zoals Open Monumentendag; het geven van voorlichting door de Landschapsbiografie Súdwesthoeke voor iedereen beschikbaar te maken; en waardevol erfgoed te beschermen onder andere door het aanwijzen van de Pingjumer Gulden Halsband als gemeentelijk monument. Reguliere taken op basis van het erfgoedbeleid waren onder andere het adviseren bij ruimtelijke planvorming en het verlenen van subsidies bij restauraties. ad 31: De Omgevingsvisie vaststellen en het Omgevingsplan maken In het eerste kwartaal van 2019 is het Rondje SWF georganiseerd. Er zijn 5 bijeenkomsten georganiseerd, we zijn 2 dagen met een bus op stap geweest, we hebben 4 gastlessen op diverse scholen gegeven en we hebben met een stand op de Heamielmarkt gestaan. We hebben ruim 430 mensen gesproken, tussen de 10 en 90 jaar oud. Met de lessen en de bustour hebben we de gemiddelde leeftijd van de respondenten daadwerkelijk naar beneden kunnen krijgen. Er zijn verschillen en overeenkomsten tussen de dorpen en steden. Met twee belangrijke doelgroepen, de ondernemers en specifiek de agrarische sector, is Súdwest-Fryslân extra in gesprek. In de Omgevingsvisie neemt Súdwest-Fryslân ook de uitkomsten van de Provinciale Omgevingslabs, de Provinciale Omgevingsvisie en de Nationale Omgevingsvisie mee. In 2019 is naast landelijk/provinciaal en regionaal beleid, natuurlijk ook onderzoek gedaan naar al vastgesteld beleid in Súdwest-Fryslân. Daarnaast maakt Súdwest-Fryslân gebruik van de opbrengst uit de praktijkproef met de VNG om de Global Goals als afwegingskader te benutten.

Ter voorbereiding op het (tijdelijk) Omgevingsplan hebben we gewerkt aan een actualisering van de bestemmingsplannen. Daarnaast zijn ruim 20 verordeningen gescreend op de fysieke leefomgeving. Hier wordt in 2020 een vervolg aan gegeven. ad 32: De Agenda Duurzame ontwikkeling uitvoeren In 2019 hebben we gewerkt aan de uitvoering van de 5 thema’s uit de Agenda Duurzame Ontwikkeling. In oktober is de raad via actieve info geïnformeerd over de ombouw van de Agenda Duurzame Ontwikkeling naar een Klimaatagenda SWF in 2020. ad 33: Ondernemers stimuleren om te bouwen aan een circulaire economie Binnen Súdwest-Fryslân zijn we in 2019 het gesprek gestart met ondernemers en andere partners. We hebben het over een aanpak voor de uitdagingen waarvoor we op het gebied van circulaire economie staan. Dit wil zeggen dat we contacten hebben met een aantal bedrijven die toonaangevend bezig zijn met duurzaamheid in het algemeen en met circulaire economie in het bijzonder. Met elkaar gaat dit in 2020 leiden tot een concreet uitvoeringsplan circulaire economie. De gemeente, ondernemers en andere partners laten hiermee zien in staat te zijn circulaire producten en diensten op de markt te brengen. ad 34: Kennis over circulair inkopen verbreden en grond en materialen in openbare ruimte hergebruiken Samen met de vereniging Circulair Fryslân trekken we op in de Betonketen Fryslân en conformeren we ons aan het uitvoeringsprogramma t/m 2022 dat in 2019 is opgesteld. Als onderdeel hiervan is in 2019 het moederbestek aangepast en we trekken we samen met de markt op in het verder circulair maken van de betonketen. We zijn volop bezig met de voorbereiding voor een opslagterrein voor tijdelijke opslag van materialen en de ruimtelijke inpassing daarvan. Heel praktisch zijn we bezig met hergebruik van hout in de waterbouw, bijv. het hout dat vrijkwam bij vervangen van het remmingswerk bij de Waterpoort te Sneek als steiger bij Molen De Rat te IJlst

In 2019 is de dienstverlening voor grondstoffen verder verbeterd. Er zijn 4.000 extra papiercontainers uitgezet waardoor het totaal aantal huishoudens met een papiercontainer naar 20.000 is gestegen. Bij alle supermarkten in de gemeente is nu een ondergrondse voorziening voor glas, textiel en papier geplaatst. Ook is het gemakkelijker geworden om medicijnafval en medicijnresten in te leveren. Bij alle apothekers en apotheekhoudende huisartsen in de gemeente is nu een (gemeentelijk) inleverpunt voor dit afval. Verder is de gemeente is met kringloopwinkel Emmaus een samenwerking aangegaan voor het inleveren van kringloopgoederen via de milieustraat Koudum. Samen met de

Pagina 26 van 126 andere Friese gemeenten hebben we een gezamenlijke communicatie campagne uitgevoerd om de inwoners ertoe aan te zetten hun afval beter te gaan scheiden. Als opdrachtgever aan afvalverwerkers leggen we meer het accent op recycling. Bepaalde afvalstromen worden nu gerecycled en de verwerkingsprestatie van een zestal andere deelstromen van de milieustraten is verhoogd (CO2- prestatieladder).

3. Wat heeft het gekost?

Overzicht lasten en baten per hoofdtaakveld (bedragen x € 1.000)

Lasten Primitieve Begroting na Rekening Voordeel / begroting wijziging 2019 Nadeel

21 Wonen 5.168 5.705 15.765 -10.060 N 22 Werken 4.906 8.728 9.110 -382 N 23 Bereikbaarheid 22.946 26.178 25.752 426 V 24 Leefomgeving 27.333 28.964 27.996 967 V Totaal lasten 60.354 69.574 78.623 -9.049 N

Baten Primitieve Begroting na Rekening Voordeel / begroting wijziging 2019 Nadeel

21 Wonen 3.104 3.615 15.803 12.189 V 22 Werken 4.120 6.247 6.161 -86 N 23 Bereikbaarheid 3.571 3.859 4.086 227 V 24 Leefomgeving 19.762 19.885 20.262 378 V Totaal baten 30.557 33.605 46.313 12.708 V

Saldo baten en lasten -29.797 -35.969 -32.310 3.659 V Mutaties reserves Toevoegingen (in reserve) -35 -352 -445 -93 N Onttrekkingen (uit reserve) 262 9.497 9.125 -373 N Gerealiseerd resultaat -29.570 -26.823 -23.630 3.193 V

Pagina 27 van 126 2.2.3 Programma 3: Bestuur

2. Wat hebben we daarvoor gedaan?

Bestuur

Nr. Speerpunt Uitgevoerd ? 35 Experimenteren met co -creatie aan de voorkant, samen plannen maken. 36 Duurzame maatregelen nemen in eigen gebouwen die mogelijk toegevoegd worden aan de centrale huisvesting in Sneek. 37 Een definitief plan maken voor de herhuisvesting van de buitendienst in Bolsward. 38 Het wagenpark van Súdwest -Fryslân in 2020 voor 25% uit duurzame voertuigen laten bestaan.

Toelichting op de speerpunten: ad 35: Experimenteren met co-creatie aan de voorkant, samen plannen maken In de begroting is aangegeven dat het de bedoeling was om in 2019 minimaal één onderwerp te selecteren om burgers op een vernieuwende wijze te betrekken bij het formuleren en uitvoeren van plannen. Daartoe is de tafel van Makkum in het leven geroepen, waar de gemeente initiatiefnemers ondersteunt bij het vormen en realiseren van hun plannen. Het gaat daarbij om een co-creatief participatieproces tussen onder andere inwoners, bedrijven en instellingen (op het gebied van: zorg, onderwijs- en huisvesting). De gemeente helpt mee met als doel om de realisatiekans van de plannen te vergroten. Een aantal plannen zal een raadsbesluit verlangen (een uitgebreide omgevingsvergunning of een bestemmingsplan), waardoor de raad hierin een prominente en bepalende rol zal hebben. Verder zijn er natuurlijk ook andere initiatieven te noemen, zoals de het opstellen van de omgevingsvisie en het betrekken van jongeren uit de hoogste klassen van het basisonderwijs en uit het voortgezet onderwijs. In het verlengde van dit onderwerp is de raad gestart met het experiment ‘Ynwenners oan it wurd!’. Tijdens ‘Ynwenners oan it wurd!’ kunnen inwoners hun mening naar voren brengen over onderwerpen die betrekking hebben op het werk van de gemeenteraad dat niet op de agenda staat en worden inwoners vooral aangemoedigd om fracties op de hoogte te stellen van plannen die bij inwoners leven.

Pagina 28 van 126 ad 36: Duurzame maatregelen nemen in eigen gebouwen die mogelijk toegevoegd worden aan de centrale huisvesting in Sneek De raad heeft ingestemd met het verduurzamen van de gebouwen. De besluitvorming daarover is in 2019 afgerond. In januari 2020 beginnen de werkzaamheden voor het aanbrengen van duurzame maatregelen in de panden Markstraat 7-13 (A bestuur) in Sneek. Naar verwachting zijn de werkzaamheden voor de zomervakantie van 2020 afgerond. Verder wordt in de loop van 2020 bekeken of en zo ja, in welke panden nog duurzame maatregelen moeten worden genomen. ad 37: Een definitief plan maken voor de herhuisvesting van de buitendienst in Bolsward In november 2019 is een Europese aanbesteding gestart voor selectie en gunning van een ontwerpteam. Het ontwerpteam zal daarna met ons ambitiedocument en het Programma van Eisen het ontwerpproces verder oppakken. Beginnend met een schets ontwerp naar een voorlopig ontwerp. Zodra het voorlopig ontwerp met een daarbij horende investeringsraming gereed is, zal aan de raad een uitvoeringskrediet worden gevraagd. Dit zal naar verwachting in het 3 e kwartaal van 2020 zijn. Hierna volgt een definitief ontwerp. De start van de bouw wordt vanaf de tweede helft van 2021 verwacht. ad 38: Het wagenpark van Súdwest-Fryslân in 2020 voor 25% uit duurzame voertuigen laten bestaan In 2019 is er een analyse gemaakt van het wagenpark en onderzoek gedaan naar mogelijkheden van transitie naar een duurzamer wagenpark voor de komende 4 jaren. Dit heeft geresulteerd in een meerjaren vervangingsplan. Daarnaast is er met ingang van 1-1-2020 een nieuwe raamovereenkomst afgesloten voor de levering van schonere diesel (de “blend” B50 en Hydrotreated Vegetable Oil ook wel blauwe diesel genoemd). Deze biobrandstoffen zorgen voor een besparing tot wel 90 % CO2 uitstoot ten opzichte van de conventionele brandstof (diesel). Het gebruik van deze brandstof is een belangrijke stap in het verduurzamen van het wagenpark.

Burgerzaken en dienstverlening

Nr. Speerpunt Uitgevoerd ? 39 Investeren in dienstverlening (servicenormen) en digitalisering.

Toelichting op de speerpunten: ad 39: Investeren in dienstverlening (servicenormen) en digitalisering Na de verbouwing en oplevering van het Súdwesthûs is daarin het concept ‘Gastvrij SWF’ neergezet. Daarbij is aandacht voor de fysieke inrichting van het pand en de ‘warme’ ontvangst van klanten. Daarvoor zijn ervaringen van andere vooruitstrevende gemeenten als basis genomen. Het Súdwesthûs kent een onderscheid tussen: - korte klantvragen en het afhalen van producten (snelservice), waarvoor de klant geen afspraak hoeft te maken - reguliere klantvragen zoals aangifte van geboorte etc. (ronde balies), waarvoor de klant zelf een afspraak kan inplannen - langdurige klantvragen zoals naturalisatie (spreekkamers), waar ook een afspraak voor kan worden gemaakt. Alle werkprocessen zijn opnieuw ingericht om aan te sluiten bij het voornoemde concept.

Digitalisering betreft vooral de wijze waarop de samenleving meer en meer met de centrale en lokale overheid gaat communiceren. Dit zal de nodige investeringen vragen, zowel op het gebied van hard- en software maar ook op scholing en begeleiding.

In 2019 heeft de investering in informatievoorziening en ICT de eerste concrete resultaten opgeleverd. De nieuwe digitale werkplek is opgeleverd, en de nieuwe panden van de Centrale Huisvesting zijn voorzien van de bijbehorende apparatuur. Vanuit het project SWF Digitaal zijn belangrijke stappen gezet in de flexibilisering van de ambtelijke organisatie.

Proces- en functioneel beheer zijn het afgelopen jaar in de organisatie versterkt. Prioriteit lag daarbij op de dienstverlening aan de samenleving, zoals bijvoorbeeld de website, het systeem om meldingen in de openbare ruimte te kunnen doen, en de digitalisering van aanvragen in het sociaal domein en bij vergunningen.

Pagina 29 van 126 In VNG-verband heeft Súdwest-Fryslân zich aangesloten bij de initiatieven zoals printen en veilige netwerken. In november was onze gemeente gastheer van een regiodag van de VNG, in samenwerking met ICT Noord en Samenwerking Noord.

Tot slot is het van belang op te merken dat in 2019 het samenwerkingsverband DataFryslân vorm heeft gekregen. Dit leidt tot Big Data waarmee het data gestuurd werken vorm krijgt.

Veiligheid

Nr. Speerpunt Uitgevoerd ? 40 Uitvoering geven aan de nota Veiligheid.

Toelichting op de speerpunten: ad 40: Uitvoering geven aan de nota Veiligheid Op 24 januari 2019 heeft de Gemeenteraad het Integraal Veiligheidsplan 2019-2022 vastgesteld. Dit plan beschrijft in hoofdlijn hoe onze aanpak er in komende jaren uit ziet. We willen een aantrekkelijke gemeente zijn waar inwoners, ondernemers en bezoekers zich welkom, thuis en veilig voelen. Een gemeente met weinig overlast en criminaliteit, een gemeente ook die in staat is om hedendaagse, complexe veiligheidsproblematiek effectief het hoofd te bieden. We werken met energie, samen met onze ketenpartners én maatschappelijke partners, slim en efficiënt aan de verdere verbetering van de veiligheid én het veiligheidsbesef. Op de volgende veiligheidsthema’s is de komende jaren blijvende prioritaire aandacht en inzet nodig: 1. Overlast, geweld op het snijvlak van Zorg & Veiligheid 2. Veilig uitgaan en evenementen 3. Jeugd en veiligheid 4. Ondermijning

3. Wat heeft het gekost?

Overzicht lasten en baten per hoofdtaakveld (bedragen x € 1.000)

Lasten Primitieve Begroting na Rekening Voordeel / begroting wijziging 2019 Nadeel

31 Bestuur 3.949 4.294 5.377 -1.083 N 32 Burgerzaken 3.068 2.949 2.787 162 V 33 Veiligheid 7.044 7.121 7.151 -30 N Totaal lasten 14.061 14.364 15.316 -952 N

Baten Primitieve Begroting na Rekening Voordeel / begroting wijziging 2019 Nadeel

31 Bestuur 0 0 117 117 V 32 Burgerzaken 1.402 1.289 1.244 -46 N 33 Veiligheid 113 113 103 -9 N Totaal baten 1.514 1.402 1.463 62 V

Saldo baten en lasten -12.547 -12.962 -13.852 -890 N Mutaties reserves Toevoegingen (in reserve) -2.556 -6.301 -6.301 0 V Onttrekkingen (uit reserve) 2.949 5.693 5.693 0 V Gerealiseerd resultaat -12.154 -13.570 -14.461 -890 N

Pagina 30 van 126 2.2.4 Overzichten

Wat heeft het gekost?

In de programma’s in de begroting zijn doelstellingen geformuleerd, waarover we hiervoor gerapporteerd hebben. Bij de overzichten zijn geen doelstellingen geformuleerd. Vandaar dat we hier alleen een overzicht van de lasten en baten weergeven.

Overzicht lasten en baten per hoofdtaakveld (bedragen x € 1.000)

Lasten Primitieve Begroting na Rekening Voordeel / begroting wijziging 2019 Nadeel

91 Algemene dekkingsmiddelen 2.467 2.336 1.919 417 V 92 Overhead 30.928 32.926 33.956 -1.029 N 93 Heffing VPB 20 20 26 -6 N 98 Bedrag onvoorzien 109 -5.552 -8.877 3.325 V Totaal lasten 33.524 29.731 27.023 2.707 V

Baten Primitieve Begroting na Rekening Voordeel / begroting wijziging 2019 Nadeel

91 Algemene dekkingsmiddelen 176.665 184.003 184.448 446 V 92 Overhead 1.197 1.604 1.994 390 V Totaal baten 177.862 185.606 186.442 836 V

Saldo baten en lasten 144.338 155.876 159.419 3.543 V Mutaties reserves Toevoegingen (in reserve) 0 -6.383 -6.633 -250 N Onttrekkingen (uit reserve) 0 2.585 419 -2.166 N Gerealiseerd resultaat 144.338 152.078 153.205 1.127 V

De Algemene dekkingsmiddelen bestaan uit treasury, verschillende belastingen en de algemene uitkering en overige uitkeringen. Overhead bestaat uit baten en lasten van personeel, huisvesting, ICT en tractie.

De volgende inhoudelijke toelichtingen zijn beschikbaar: • over het onderdeel Treasury zie de paragraaf Financiering. • over de diverse belastingsoorten zie de paragraaf Lokale heffingen. • over de Overhead zie de paragraaf Bedrijfsvoering.

Een verklaring van de financiële afwijkingen kunt u vinden in de Jaarrekening, paragraaf 3.5 en verder.

Pagina 31 van 126 2.3 Verantwoording paragrafen

In deze jaarstukken zijn de volgende paragrafen opgenomen:

Paragraaf 1: Lokale heffingen Paragraaf 2: Weerstandsvermogen/risicobeheersing Paragraaf 3: Onderhoud kapitaalgoederen Paragraaf 4: Financiering Paragraaf 5: Bedrijfsvoering Paragraaf 6: Verbonden partijen Paragraaf 7: Grondbeleid

Op de volgende pagina’s gaan we nader op de verschillende paragrafen in.

Pagina 32 van 126 2.3.1 Paragraaf 1: Lokale heffingen

Inleiding We geven hier informatie over de lokale heffingen. We gaan in op de belastingen en heffingen, de uitvoering van de Wet WOZ en het kwijtscheldingsbeleid.

Lokale heffingen: belastingen en rechten

Heffingen met gecombineerde aanslag Het grootste deel van de lokale heffingen is eind februari 2019 opgelegd via de gecombineerde aanslag. Het combineren van belastingaanslagen heeft voor de burgers als voordeel dat daardoor het lokale belastinggebied transparanter is. Daarnaast is voor al deze aanslagen een betalingsregeling te treffen (betalen in acht termijnen via automatische incasso). De combinatie van aanslagen zorgt voor lagere perceptiekosten.

Bijzonderheden Bij de aanslagoplegging in februari 2019 waren zo’n 17.200 belastingplichtigen (35%) aangesloten op MijnOverheid. Dit is een stijging van 3% ten opzichte van vorig jaar. Degenen die aangesloten zijn bij MijnOverheid ontvangen de aanslag niet langer op papier maar alleen nog in hun digitale berichtenbox. Voor de belastingplichtigen overzichtelijk en veilig. Het versturen van de aanslagen via MijnOverheid zorgt niet alleen voor lagere kosten maar ook sparen we hiermee het milieu.

Gelijk aan eerdere jaren zijn de tarieven voor de OZB niet-woningen extra verhoogd ten behoeve van het ondernemersfonds. Het betreft een percentage van 0,06% op de WOZ-waarde. De meeropbrengst zal middels een subsidie worden overgedragen aan het ondernemersfonds.

Door een ruilverkaveling tussen het elektriciteitsnetwerk van Liander en het gasnetwerk van Enexis kunnen we precario heffen over het gasnetwerk. Jaarlijks wordt een opgaaf van meters van Liander ontvangen. Hierdoor is de belastingopbrengst voor 2019 gestegen van totaal € 2.479.872 naar € 6.672.991 (excl. precario terrassen). De aanslag over 2019 is al vroeg in 2019 opgelegd. Tot eind 2019 liep de bezwaarperiode. Deze is verstreken zonder dat er bezwaar is ingediend tegen de aanslag.

De toeristenbelasting voor belastingjaar 2019 wordt voor het grootste deel geheven in 2020. We moeten immers het jaar afwachten voordat aangifte kan worden gedaan door de ondernemers. Om die reden is er een stelpost opgevoerd. Er is in 2019 een meeropbrengst van € 293.000. Dit betreft voornamelijk het resultaat over belastingjaar 2018. Er waren in 2018 aanzienlijk meer overnachtingen dan begroot.

Overzicht belastingen en rechten

Belastingen Begroting 201 9 Rekening 201 9 € € a. Onroerende -zaakbelasting (OZB) 19. 893.254 20 .025.559 b. Forensenbelasting 730.859 734.944 c. Parkeerbelasting 2.2 18.615 2.121.089 d. Precariobelasting 6.752.872 1 6.773.577 e . Toeristenbelasting 2.122.215 2. 415.000 f. Roerende Ruimtebelasting 4.096 3.751 Totaal 31.721.911 32.073.9 20

1na begrotingswijziging

Pagina 33 van 126

Rechten Begroting 201 9 Rekening 201 9 € € a. Afvalstoffenheffing 9.020.269 8.962.018 b. Reinigingsrechten 319.000 399.251 c. Rioolheffingen 7. 871.062 7.985.545 d. Bouwleges 1. 848.107 1.990.114 e. Diverse overige leges 1. 519.125 1.553.026 f. Grafrechten 604.385 579.879 g. Liggeld 835 .265 865.106 h. Marktgeld 67.419 52.245 i. Passagegelden (sluisgelden) 85.673 88.384 Totaal 22.170.305 22.475.567

Lokale lastendruk

Woonlasten ten opzichte van landelijk gemiddelde In de tabel zetten we de jaren 2018 en 2019 naast elkaar.

Woonlasten t.o.v. landelijk gemiddelde van het jaar ervoor 201 8 201 9 € € a. OZB lasten voor gezin bij gemiddelde WOZ -waarde 27 2 281 b. Rioolheffingen voor gezin bij gemiddelde WOZ -waarde 177 17 9 c. Afvalstoffenheffing voor een gezin 224 235 d. Eventuele heffingskorting - - e. Totale woonlasten voor gezin bij gemiddelde WOZ -waarde 67 3 695 (a+b+c+d) f. Woonlasten voor landelijk gemiddelde van het jaar ervoor 72 3 740 Percentage woonlasten ten opzichte van landelijk gemiddelde 93% 94% van het jaar ervoor: (e/f) x 100%

Conclusie: de woonlasten in Súdwest-Fryslân liggen circa 6% onder het landelijke gemiddelde.

Uitvoering Wet WOZ Jaarlijks waarderen we alle onroerende zaken in de gemeente. De Waarderingskamer (onafhankelijk toezichthouder op de Wet WOZ), vindt dat de kwaliteit voldoende is en heeft toestemming verleend om de WOZ-beschikkingen te versturen. Ook vindt men dat de algehele uitvoering goed verloopt.

In lijn met de voorgaande jaren is tijdens en na de verzending van de WOZ-beschikkingen veel aan- dacht besteed aan communicatie richting belastingplichtigen. Daarbij hebben we ons gericht op toe- gankelijk informeel contact met de belastingplichtigen in plaats van een formele bezwaarfase. Dat deze werkwijze effect sorteert blijkt wel uit het feit dat het percentage bezwaren zowel bij de woningen als bij de niet-woningen ver onder het landelijk gemiddeld blijft. Ook in vergelijking met Leeuwarden, en geeft dit een gunstig beeld.

Gemeente Bezwaren woningen Bezwaren niet -woningen 201 8 201 9 201 8 201 9 Landelijk 1,5% 2,1 % 3,7% 3, 6% Súdwest -Fryslân 0,9% 1,0% 1,8% 1, 6% Heerenveen 2,0% 1,3% 4,2% 2,3% Smallingerland 0,8% 1,1% 6,5% 6, 3% Leeuwarden 1,1% 1, 3% 3,1% 3, 0%

Pagina 34 van 126 Kwijtscheldingsbeleid Het kwijtscheldingsbeleid is vastgelegd in landelijke regelgeving. De gemeente kan op meerdere onderdelen vrij besluiten: • wel/niet kwijtschelding voor een bepaalde belastingsoort verlenen • het te hanteren percentage van de bijstandsnorm • de verruimde norm voor pensioengerechtigden hanteren • wel/niet rekening houden met de netto kosten van de kinderopvang • wel/niet zelfstandigen kwijtschelding laten aanvragen

Súdwest-Fryslân hanteert de zogenoemde 100% norm (de meest gunstige norm voor aanvragers) en de verruimde norm voor pensioengerechtigden. Ook houden we rekening met kinderopvang. Verder kunnen zelfstandige ondernemers kwijtschelding aanvragen voor het privégedeelte van de aanslag. In de kwijtschelding betrekken we de afvalstoffenheffing, rioolheffingen en (on)roerende-zaakbelas- tingen.

Op dit moment zijn alle tot nu toe binnengekomen aanvragen afgehandeld. Voor de zelfstandigen moeten we nog een aantal behandelen (het wachten is op de jaarcijfers van deze zelfstandigen). In boekjaar 2019 is er in totaal voor een bedrag van bijna € 629.000 kwijtgescholden.

Kwijtscheldingen aantal percentage bedrag 201 8 201 9 201 8 201 9 201 8 201 9 % % € €

Automatische kwijtschelding 1. 610 1. 512 58 59 441 .000 442.000 Volledige kwijtschelding 715 700 26 26 176 .000 180.000 Gedeeltelijke kwijtschelding 51 32 2 1 10 .000 7.000 Geen kwijtschelding 394 365 14 14 - - Totaal 2.770 100 100 627 .000 629.000

NB Burgers met een eigen woning krijgen nooit automatische kwijtschelding.

De gemeente kent een proactief kwijtscheldingsbeleid en benadert zo veel mogelijk belastingplichtigen die eventueel recht hebben op kwijtschelding. Het Inlichtingenbureau toetst burgers die in jaar x kwijtschelding hebben gekregen op: inkomen, saldi van bankrekeningen en kentekens van voertuigen. Uit de terugkoppeling kunnen we de burgers bij geen belemmering voor de drie criteria voor jaar x+1 automatische kwijtschelding verlenen. De uitvallers op één of meer criteria krijgen hiervan bericht met een setje aanvraagformulieren. Meer inwoners zijn in aanmerking gekomen voor automatische kwijtschelding. Dit zorgt voor een verlaging van de administratieve lastendruk bij die categorie. Verder zien wij een daling als gevolg van een beter economisch klimaat.

Pagina 35 van 126 2.3.2 Paragraaf 2: Weerstandsvermogen/risicobeheersing

Algemeen We gaan hier in op de beheersing van risico’s. Als onderdeel hiervan berekenen we het weerstandsvermogen. Ook nemen we enkele kengetallen op.

Voor het afdekken van risico’s kijken we vooral naar de mogelijkheden die de reserves en voorzieningen bieden: • Reserves In beginsel dienen de algemene reserve en bestemmingsreserves ter dekking van niet of lastig in te schatten risico’s. Bestemmingsreserves zijn door de raad gecreëerd ter dekking van specifiek benoemde doeleinden. Soms zijn hier al verplichtingen aangegaan. In sommige gevallen kan een bestemmingsreserve, na een raadsbesluit, toch een ander karakter krijgen, zodat het afdekken van risico’s mogelijk wordt. De algemene reserve is vrij besteedbaar. • Voorzieningen Voor risico’s van te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is in te schatten treffen we voorzieningen. Deze voorzieningen vormen een onderdeel van het vreemd vermogen en zijn daarom niet vrij inzetbaar.

Het is onmogelijk om elk risico waaraan de gemeente wordt blootgesteld af te dekken, maar ook niet ieder risico zal zich tegelijkertijd voordoen. Hier gaan we bij de berekening van het weerstandsvermogen verder op in. De gemeente heeft zich tegen aansprakelijkheidsrisico’s verzekerd en daarnaast nog diverse andere verzekeringen afgesloten ter dekking van kwantificeerbare risico’s en/of schades.

Weerstandsvermogen Uitgangspunten Voor het analyseren van risico’s is de berekening van het weerstandsvermogen van belang. In de nota weerstandsvermogen en risicomanagement zijn beleidsuitgangspunten opgenomen (gemeenteraad, 20 september 2012).

Berekening weerstandsvermogen Op basis van een risico-inventarisatie brengen we de risico’s in beeld. Via een risico-simulatie berekenen we de benodigde weerstandscapaciteit en vergelijken dit met de beschikbare weerstands- capaciteit. Op basis van een te berekenen ratio weerstandsvermogen beoordelen we of een aanpassing van het huidige niveau weerstandsvermogen nodig is. Het niveau weerstandsvermogen bepaalt de hoogte van de algemene reserve die vrij beschikbaar moet zijn voor het opvangen van risico’s.

Risico-inventarisatie Om de risico's van Súdwest-Fryslân in kaart te brengen is een risicoprofiel opgesteld. Dit risicoprofiel is tot stand gekomen met behulp van het softwareprogramma NARIS® (Nederlands Adviesbureau Risicomanagement Informatie Systeem). Hiermee brengen we risico's systematisch in kaart en komen tot een beoordeling. De inventarisatie bevat 37 risico's. In tabel 1 presenteren we (volgens afspraak) de 10 risico's met de hoogste bijdrage aan de berekening van de weerstandscapaciteit.

Pagina 36 van 126 Tabel 1: Belangrijkste financiële risico's Nr. Risico Gevolgen Maatregelen Kans Maximaal Invloed Financieel gevolg 1. Sociaal domein Hogere zorgvraag betekent Door in te zetten op de eigen kracht 70% € 3.000 .000 24,36 % Hogere zorgvraag door hogere kosten. van burgers wordt geprobeerd de externe factoren. tendens te keren. Gebiedsteams werken nauw samen met huisartsen, jeugdartsen en zorginstellingen. Monitoring en analyse vindt plaats op lokaal, regionaal en landelijk niveau. 2. Algemene uitkering Lagere inkomsten. De gemeente is hierbij volledig 70% € 3.000.000 22,36% Daling Algemene afhankelijk van het Rijk. uitkering. 3. Ombuigingen Tekorten nemen onvoldoende De gemeente staat voor een grote 10% € 10.000.000 8,81% Worden niet (volledig) af. uitdaging. Alle opties worden tegen het gerealiseerd. licht gehouden. De gemaakte keuzes in ombuigingen zullen worden uitgevoerd. 4. Grondexploitaties Lagere verkoopopbrengsten en 1. Monitoren van de markt. 50% € 2.540.000 7,41% Daling van grondprijzen (aanvullend) verlies in 2. Streven naar een stabiel door gemeentelijke grondprijsbeleid. marktontwikkelingen. grondexploitaties. 5. Sociaal domein Gemeente wordt minder Door aan de voorwaarden te voldoen 50% € 1.600.000 6,97% Vangnetuitkering wordt gecompenseerd voor het wordt de kans op (volledige) niet (volledig) toegekend. verstrekken van toekenning vergroot. inkomensvoorzieningen aan inwoners. 6. Sociaal domein De herstructurering kan tot In 2018 is een proces plan gemaakt om 40% € 2.000.000 6,92% Herstructurering Sociale gevolg hebben dat de huidige in 2019 richtinggevende besluitvorming werkvoorziening. taken die belegd zijn bij de te doen plaatsvinden voor de GR/NV meer gaan kosten. herstructurering. Pas na de richting zal inzichtelijk worden welke kosten daadwerkelijk gemoeid zijn met de herstructurering. 7. Culturele instellingen Dorpshuizen doen een beroep Er zijn voorwaarden gesteld over 10% € 6.100.000 5,27% Dorpshuizen krijgen te op calamiteitenfonds van de wanneer een beroep op dit fonds kan maken met een gemeente. worden gedaan. calamiteit. 8. Openbare ruimte Extra kosten en hogere kans Herstelmaatregelen worden snel 50% € 500.000 3,32% Extra schade door op schade aan het wegdek, uitgevoerd zodat de schade zoveel weersomstandigheden. opruimen rioolslib e.d. mogelijk wordt beperkt. 9. Openbare ruimte Vervangingsopgave icm Uitvoeren inspecties om de 25% € 1.000.000 2,31% Falen brug of kade beschikbaar budget constructieve veiligheid onder de waterlijn in beeld te krijgen. Uitwerken programmatische aanpak. Eventueel beperkende maatregelen. 10. Algemene uitkering Gemeente wordt via de Het betreft een voor de gemeente 15% € 1.134.000 1,48% Pensioen- en cao-premies algemene uitkering autonome ontwikkeling. stijgen meer dan onvoldoende gecompenseerd. compensatie Rijk Totaal (10 grootste risico's) € 30.874.000

Totaal 10 grootste risico's € 30.874.000

Totaal overige 27 risico’s € 9.171.800

Totaal € 40.045.800

Overzicht totaalbedrag risico’s 2015-2019

Overzicht bedragen 201 5 201 6 201 7 201 8 201 9 Jaarverslag € € € € € Totaalbedrag risico’s 29. 118 .000 27.243 .000 30.806. 000 25.844.400 40.045.800

Pagina 37 van 126 Risico-simulatie en benodigde weerstandscapaciteit Op basis van de ingevoerde risico’s voeren we een risicosimulatie uit. De risicosimulatie passen we toe omdat het reserveren van het maximale bedrag van ruim € 40 miljoen ongewenst is. De risico’s zullen immers niet allemaal tegelijk en in hun maximale omvang optreden. Uit de grafiek (tabel 2) volgt dat 90% zeker is dat we alle risico's kunnen afdekken met een bedrag van € 9,1 miljoen.

Tabel 2: Benodigde weerstandscapaciteit bij verschillende zekerheidspercentages Percentage Bedrag x miljoen € Percentage Bedrag x miljoen € 5% 2,0 55% 5,6 10% 2,7 60% 5,9 15% 3,2 65% 6,2 20% 3,6 70% 6,6 25% 3,9 75% 6,9 30% 4,2 80% 7,4 35% 4,5 85% 8,0 40% 4,8 90% 9,1 45% 5,0 95% 11,2 50% 5,3

Beschikbare weerstandscapaciteit De beschikbare weerstandscapaciteit van de gemeente bestaat uit het geheel aan middelen dat vrij beschikbaar is om de financiële risico’s af te dekken. Het gaat hier per 31 december 2019 om € 32,7 miljoen, bestaande uit € 9 miljoen (zie 3.3 Toelichting op de balans, B1 Vaste passiva, Overzicht verloop reserves, nummer 108 Algemene reserve SWF) en € 23,7 miljoen (zelfde tabel, nummer 137 Reserve precariobelasting).

Ratio weerstandsvermogen De benodigde weerstandscapaciteit die uit de risicosimulatie voortvloeit kan worden afgezet tegen de beschikbare weerstandscapaciteit. De uitkomst van die berekening vormt het weerstandsvermogen.

Beschikbare weerstandscapaciteit € 32,7 miljoen Ratio weerstandsvermogen = = = 3,59 Benodigde weerstandcapaciteit € 9,1 miljoen

De ratio van onze gemeente valt in klasse A. Dit duidt op een uitstekend weerstandsvermogen.

Tabel 3: Weerstandsnorm Waarderingscijfer Ratio Betekenis A >2.0 uitstekend B 1.4 -2.0 ruim voldoende C 1.0 -1.4 voldoende D 0.8 -1.0 matig E 0.6 -0.8 onvoldoende F <0.6 ruim onvoldoende De normtabel is ontwikkeld in samenwerking met de Universiteit Twente. Het biedt een waardering van het berekende ratio.

De ratio weerstandsvermogen is op dit moment erg hoog. Dit wordt veroorzaakt door de vrijval van opgespaarde precariogelden. Doordat de bezwaarperiodes zijn vervallen, zijn deze middelen vrij aanwendbaar. Een deel van de middelen is echter nodig voor het opvangen van het verwachte tekort over 2019 (ca. € 8,2 miljoen) en de begrote tekorten over 2020 (€ 7,5 miljoen) en 2021 (€ 1,5 miljoen). Daarnaast is er een Investeringsagenda met een omvang van € 6,2 miljoen. Rekening houdende met al deze uitgaven, neemt de beschikbare weerstandscapaciteit de komende jaren af naar € 9,5 miljoen. Dit zou dan een ratio geven van 1,04. Dit duidt op een voldoende weerstandsvermogen.

Vastgesteld en minimaal gewenst weerstandsvermogen • Het niveau weerstandsvermogen is het meest recent vastgesteld op € 8,9 miljoen in de raadsvergadering van 17 november 2017. Het vastgestelde niveau ligt daarmee iets lager dan de benodigde weerstandscapaciteit (€ 9,1 miljoen). • We voldoen uitstekend aan de beleidsregel dat de ratio weerstandsvermogen tenminste 1,0 moet zijn. • Een eventuele aanpassing van het (vastgestelde) niveau weerstandsvermogen kan bij de vaststelling van de volgende begroting aan de orde komen.

Pagina 38 van 126 Kengetallen risicobeheersing Het is sinds 2016 verplicht om enkele kengetallen/overzichten op te nemen in deze paragraaf. Het is een wettelijke verplichting op basis van het (vernieuwde) BBV.

Voor de uitwerking van de kengetallen geldt een vast format. Hierdoor berekent iedere gemeente de kengetallen op dezelfde wijze en zijn de uitkomsten te vergelijken.

We lichten de kengetallen puntsgewijs toe:

Verplichte kengetallen Rekening Begroting Rekening 2018 2019 2019 a1. Netto Schuldquote 64,23% 75,26% 62,13 % a2. Netto Schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen 51,08% 63,64% 50,37% b. Solvabiliteitsratio 19,55% 12,38% 15,09 % c. Grondexploitatie 4,25% 5,24 % 3,06 % d. Structurele exploitatieruimte -3,32% -0,40% -1,29% e. Belastingcapaciteit 93,08% 93,92% 93 ,92 %

a. Netto schuldquote (a1) en; Netto schuldquote gecorrigeerd voor verstrekte leningen (a2) Het kengetal netto schuldquote(a1), ook wel bekend als de netto schuld als aandeel van de inkomsten, zegt het meest over de financiële vermogenspositie van een gemeente. De netto schuldquote geeft aan of een gemeente investeringsruimte heeft of juist op zijn tellen moet passen. De correctie (a2) geeft een nog zuiverder beeld van de schuldquote als je die wilt vergelijken met andere gemeenten.

In een grafiek ziet het verloop van de netto schuldquote er als volgt uit:

150%

130%

110% netto schuldquote

90% netto schuldpositie na aftrek verstrekte leningen

70% ongezonde balanspositie

aandacht geboden 50%

30% 2014 2015 2016 2017 2018 2019

De definitie van de netto schuldquote netto schuldenlast € 169 miljoen = = 62% is: baten exploitatie € 27 2 miljoen

Onze totale schuldenlast is in absolute zin in 2019 gestegen van € 167 miljoen naar € 169 miljoen. De totale baten zijn gestegen van € 260 miljoen naar € 272 miljoen. Dit resulteert in een kleine daling van onze schuldquote van 64% naar 62%. Hierdoor is de verhouding tussen schulden en baten nauwelijks veranderd. Boven de 130% is er sprake van een ongezonde schuldpositie. Onze schuldquote bedraagt 62% en is daarmee voldoende.

Pagina 39 van 126 b. Solvabiliteitsratio Deze ratio zegt iets over de mate waarin we aan onze financiële verplichtingen kunnen voldoen. Onder de solvabiliteitsratio wordt verstaan het eigen vermogen (algemene reserve + bestemmingsreserve) als percentage van het balanstotaal. Het aandeel van het eigen vermogen op het balanstotaal is ongeveer gelijk gebleven. c. Grondexploitatie Het kengetal grondexploitatie is de totale boekwaarde van alle grondcomplexen gedeeld door de totale jaarlijkse baten van de gemeente. Dit geeft een percentage. Hoe hoger het percentage, hoe groter het risico van de grondexploitatie. Ten opzichte van het jaar 2018 is het kengetal gedaald. Dit houdt in dat er een lager risico is dan in 2018. Er is (nog) geen norm vastgesteld voor gemeenten. Dit kengetal dient vooralsnog vooral als vergelijkingscijfer met andere gemeenten. d. Structurele exploitatieruimte Een begroting met hogere structurele baten dan structurele lasten is meer flexibel dan een begroting waarbij structurele baten en lasten in evenwicht zijn. Het kengetal structurele exploitatieruimte is dit jaar negatief. Als dit elk jaar zo zou zijn, is dat onwenselijk. Het zou betekenen dat structurele lasten jaarlijks gedekt moeten worden met incidentele meevallers of onttrekkingen uit reserves. Voor de komende jaren is er weer een positieve uitkomst begroot. Zie hiervoor de begroting 2020-2023. e. Belastingcapaciteit Het kengetal geeft inzicht in de mate waarin we financiële tegenvallers kunnen opvangen. We berekenen de belastingcapaciteit door de totale woonlasten meerpersoonshuishouden te vergelijken met het landelijk gemiddelde in het jaar ervoor. Dit geeft een percentage. Een percentage onder de 100% geeft aan dat je onder het landelijk gemiddelde zit. Dit is bij ons het geval.

Conclusie De kengetallen moeten in samenhang bekeken worden. Volgens de huidige, algemeen aanvaarde normen, is er in meerjarenperspectief sprake van een gezonde positie.

Pagina 40 van 126 2.3.3 Paragraaf 3: Onderhoud kapitaalgoederen

Inleiding In deze paragraaf doen we verslag van het beleidsproces, financiële beleidskader, Asset management en de verrichtingen op de diverse onderdelen rond het onderhoud van kapitaalgoederen in 2019.

Beleidsproces en beleidskader Onze missie is om te werken aan een leefomgeving waarin iedereen zich thuis voelt. In de Nota kapitaalgoederen 2017-2018 zijn hiertoe vijf strategische lijnen uitgezet: a. De Basis op Orde b. Financieel Gedegen c. Professioneel beheer (Asset management) d. Duurzaamheid e. Samen

We zijn bezig met de voorbereiding van de actualisatie van de Nota kapitaalgoederen. Dit wordt in 2020 aan de raad voorgelegd.

Financieel beleidskader Op basis van de meerjarenplanning en het beschikbare budget zijn onderhouds- en beheerwerkzaamheden uitgevoerd op basis van de duurzame aanpak. In 2019 was verder, financieel gezien, het volgende aan de orde:

• Indexering Het budget is sinds 2011 beperkt geïndexeerd (0,624% in 2019). In de praktijk merken we duidelijk dat we te maken hebben met een opgaande economie en stijgende marktprijzen. Door het hanteren van de nullijn, neemt in feite de reële bestedingsmogelijkheid af. Het betekent minder uitvoering van werk en daardoor kwaliteitsverlaging en kans op oplopende achterstanden.

• Incidentele bijdrage We zoeken naar synergie tussen onderhoud in de openbare ruimte en ruimtelijke ontwikkelingen. Op die manier voeren we slim werk met werk uit en zetten we middelen zo efficiënt mogelijk in.

• Ombuigingen (incidenteel) Om het tekort over 2019 terug te brengen, zijn onderstaande werken uitgesteld tot 2020: - Vervangen steigers Makkum (naar 2020) € 600.000 - Vervangen haven/steigers houtstad IJlst (naar 2020) € 100.000

• Bestemmingsreserve kapitaalgoederen Kapitaalgoederen De bestemmingsreserve kapitaalgoederen biedt ruimte voor diverse te treffen maatregelen. Voor een deel gaat het om het aanpakken van urgente situaties waar de veiligheid in het geding is. Daarnaast is een deel van de bestemmingsreserve gelabeld voor verkeersmaatregelen en specifieke werken. De reserve bevat nog € 692.871 en kent geen structurele voeding.

Onderhoud gebouwen Voor het onderdeel gebouwen geldt, dat, in geval er regulier onderhoudsbudget overblijft, deze bedragen terugvloeien naar de bestemmingsreserve ten behoeve van groot onderhoud. In 2019 is het restant van € 200.000 uit 2018 toegevoegd aan de reserve. Er is een bedrag vrijgemaakt van € 114.450 uit de reserve als afkoopsom voor de overdracht van twee monumentale windmolens aan de Molenstichting Súdwest-Fryslân en € 140.000 als afkoopsom voor de overdracht van twee monumentale kerktorens aan de stichting tot behoud monumenten Súdwest- Fryslân. Daarnaast is een bedrag van € 374.000 onttrokken voor het uitvoeren van groot onderhoud aan verschillende gebouwen. De reserve onderhoud is aangevuld met € 359.018 en bevat per saldo op 31/12 nog € 324.227. Daarnaast wordt voorgesteld om de ontvangen gelden van € 140.947 m.b.t. overname “Ons Gebouw” Bolsward via resultaatbestemming beschikbaar te houden voor groot onderhoud komende jaren en te storten in de reserve onderhoud gebouwen.

Pagina 41 van 126 • Risico’s als onderdeel weerstandsvermogen In het kader van doorontwikkeling van professioneel beheer met behulp van Asset management, zijn we in 2017 gestart met het vullen van het risicoregister kapitaalgoederen. In 2018 zijn maatregelen aan de tien hoogste risico’s verbonden. Het risicoregister Asset management is de input voor de NARIS©- inventarisatie. (zie Paragraaf 2 “Weerstandsvermogen en risicobeheersing”). Het risico gerelateerd aan kapitaalgoederen is verdisconteerd in de beschikbare weerstandscapaciteit.

• Weersomstandigheden Ook het jaar 2019 kende extreme weersomstandigheden, met name droogte. De weersomstandigheden hebben invloed op de onderhoudsstaat van onze assets zoals verzakking van wegen of bermen. De financiële effecten hiervan zijn lastig te duiden.

Onderdelen De kapitaalgoederen zijn opgedeeld in zeven groepen. We geven hier per onderdeel een korte terugblik over 2019.

Wegen (programma 2, hoofdtaakveld Bereikbaarheid) In 2019 is een onafhankelijke inspectie uitgevoerd. Hieruit blijkt dat de duurzame aanpak van de asfaltwegen resultaat heeft gehad en de kwaliteit gemiddeld basis heeft bereikt. Zoals verwacht bevinden de meeste achterstanden zich nu binnen de elementenverharding.

Beleidsuitgangspunt is om werk met werk te maken zodat we onze middelen zo slim mogelijk inzetten. Onder andere werkzaamheden aan de riolering in Makkum en in Sneek zijn gecombineerd met wegonderhoud. Ook het vervangen van bomen en groenvoorzieningen worden daar in meegenomen. Dit werk met werk maken levert synergievoordelen op en er is minder overlast voor inwoners. Vanuit het budget wegen en groen is bijgedragen aan gecombineerde werken. Het werk aan de Jancko Douwamastraat in Sneek is verschoven naar 2020 in verband met de kwetsbare grondwaterstand. De bijdrage van wegen aan het rioleringswerk heeft daarom niet plaatsgevonden. In de Nota openbare ruimte komen we met voorstellen om de budgetten flexibeler in te zetten.

Dit jaar is een pilot opgezet om door middel van integraal wijkbeheer klein onderhoud in de openbare ruimte uit te voeren. Deze pilot wordt uitgevoerd in de rayons Makkum en Workum en bedoeld om te kijken of dit soort onderhoud efficiënter uitgevoerd kan worden. Binnen de pilot wordt onder andere klein herstelwerk aan bestrating, straatmeubilair, bebording en bewegwijzering uitgevoerd.

Openbare verlichting (programma 2, hoofdtaakveld Bereikbaarheid ) De verlichting wordt door de Coöperatie Openbare Verlichting & Energie Fryslân U.A. verzorgd. De vervangingsopgave is een doorlopend proces en is conform programma uitgevoerd. Daarbij wordt overgeschakeld op LED-verlichting.

Openbaar groen (programma 2, hoofdtaakveld Leefomgeving) De geplande onderhoudswerkzaamheden zijn uitgevoerd. Bij onderhoud groen is sprake van een hoge inzet Social Return. In het gemeentelijke groen binnen de bebouwde kom wordt naar schatting jaarlijks 4.023 ton CO 2 vastgelegd.

Insectennetwerk Naar aanleiding van de motie over een insectennetwerk in 2017, is een plan opgesteld voor een insectennetwerk Súdwest-Fryslân. De aanleiding hiervoor is de sterke achteruitgang van de insecten (biodiversiteit). Een insectennetwerk is een netwerk van insectvriendelijke gebieden binnen de gemeente Súdwest-Fryslân verbonden met ecologisch beheerde bermen. Besloten is het basismodel vanaf 2020 gefaseerd uit te rollen. Het eerste jaar (2020) vindt de dekking incidenteel uit de kapitaalgoederen plaats.

Dit jaar is in Sneek een pilot gestart met gefaseerd maaibeheer. Waar het kan, laten we stukken berm staan. Het niet gemaaide deel biedt dekking, voedsel en voortplantingshabitat voor vlinders, bijen en andere dieren en geeft kruiden de kans om langer te bloeien en zaad te zetten. Smalle bermen zijn minder geschikt voor gefaseerd bermbeheer.

Pagina 42 van 126 Eikenprocessierups Aan de hand van regelmatige inspecties en meldingen van particulieren brengen we het voorkomen van de eikenprocessierups in beeld. Ten opzichte van 2018 is een verdubbeling van het aantal nesten geconstateerd. De nesten worden door een erkend bedrijf weggehaald.

Herplant Vanaf november 2019 zijn we begonnen met het planten van nieuwe bomen en bosplantsoen. Er zijn in totaal 897 bomen en 7.000 stuks bosplantsoen geplant. We planten 145 verschillende boomsoorten, dit zorgt voor meer biodiversiteit en minder kwetsbaarheid bij eventuele ziekten en plagen. Helaas moeten we ook bomen kappen, deze zijn bijvoorbeeld aangetast door de essentaksterfte of watermerkziekte, maar uiteindelijk zijn dit jaar 341 meer bomen geplant dan er worden gekapt! Ook dit jaar zijn weer tienduizenden biologisch geteelde bloembollen geplant bij entrees van dorpen en steden.

In het kader van Actie Steenbreek zijn er sinds dit jaar samen met inwoners al 60 geveltuinen aangelegd in diverse dorpen en steden. De aanleg van het groen in de buurt levert naast bewustwording een meerwaarde op voor klimaat, waterberging en biodiversiteit. Ook was er een wedstrijd uitgeschreven voor meest vergroende voortuinen en mooiste geveltuin. In het kader van het groene kadeproject is de Waterpoortsgracht in Sneek vergroend en zijn 40.000 stenen vervangen door een mooie groenvoorziening met geveltuinen.

Waterbouwkundige kunstwerken (programma 2, hoofdtaakveld Bereikbaarheid) De bruggen zijn geïnspecteerd en de resultaten zijn verwerkt in het beheersysteem. Onder andere in IJlst, en hebben we hout een tweede leven gegeven. Het remmingswerk bij de Waterpoort te Sneek is hergebruikt als steiger bij Molen de Rat te IJlst, de oeverbeschoeiing van de Voorstraat te Stavoren bestaat bijna volledig uit hergebruikt hout evenals de damwand in Oosthem. Een ongebruikt brugdeel wordt in 2020 nuttig toegepast door een andere gemeente.

De kademuur aan de Looxmagracht in Sneek bevindt zich in slechte staat van onderhoud en de parkeerplaatsen achter de kademuur zijn vanuit oogpunt van veiligheid afgesloten voor gebruik. Vanwege de cultuurhistorische en architectuurhistorische waarde van de kademuur dient restauratie op zeer zorgvuldige wijze plaats te vinden. In 2019 zijn de werkzaamheden voorbereid en in 2020 gaan we over op uitvoering.

Er zijn vele werkzaamheden uitgevoerd aan onze waterbouwkundige kunstwerken. Onder meer de brug aan de Abbegeasterketting is gerenoveerd. Hiervoor zijn middelen vrijgemaakt uit het investeringsprogramma.

Vanwege drukte bij aannemers en toeleveranciers konden niet alle werken volgens planning uitgevoerd worden. Op het budget oevers blijft een gedeelte over.

De onderhoudsstaat onder de waterlijn is nog niet goed in beeld. Op basis van verdere inspecties wordt hier een beheerplan met een kostenraming voor opgesteld. We verwachten hier een substantiële financiële opgave in de Waterbouw.

Waterbodems (programma 2, hoofdtaakveld Bereikbaarheid) Het Budget onderhoud waterwegen is bestemd voor het onderhoud van de watergangen die in ons eigendom zijn. De onderhoudsstrategie is gebaseerd op correctief onderhoud. Dit houdt in dat we aan de hand van meldingen actie ondernemen. Daarnaast geven we voorrang aan baggeren ten behoeve van economische belangen.

Het project overdracht vaarwegen is in 2019 afgesloten. Het tekort van € 96.669 is opgevangen binnen het reguliere budget. In 2018 is zand gewonnen uit de vaargeul Makkum. Dit zand is in 2019 tegen een vergoeding ingezet in een werk.

In het kader van beheer stedelijk water werken we samen met andere gemeenten en Wetterskip Fryslân aan het opstellen van een gezamenlijk beheer- en onderhoudsplan. Tevens is in 2019 gewerkt

Pagina 43 van 126 aan het opstellen van het baggerplan voor de overige waterbodems in ons beheer. De resultaten worden verwerkt in de Nota openbare ruimte.

Riolering (programma 2, hoofdtaakveld Leefomgeving) De geplande onderhoudswerkzaamheden zijn grotendeels uitgevoerd. De werkzaamheden aan It Skil en de Stedspolle te Workum en de Christiaan Schotanusstraat te Sneek zijn afgerond. Ook zijn de gemalen in een aantal straten in Sneek en Makkum vervangen. Voor het optimaliseren en klimaatbestendig maken van de riolering in de Lohmanstraat te Sneek is ook het riool in de aangrenzende straten vervangen. De meerkosten hiervan zijn binnen de voorziening riolering opgevangen.

Voor drie locaties, in Heeg, en Sneek, is sprake is van een verhoogd risico op wateroverlast (www.frieseklimaatatlas.nl ). Voor deze locaties is onderzoek gedaan naar mogelijke oplossingen. In het jaarplan 2020 is voor het aanpakken van de locaties in Heeg en Sneek een krediet opgenomen. De situatie in Woudsend is complexer en vergt meer onderzoek.

Vastgoed (programma 1 en 2) We optimaliseren door de verkoop van snippergroen en gemeentelijke gebouwen die niet meer aansluiten bij de gemeentelijke kerntaken. De verkoop hiervan ligt op schema, in de afgelopen jaren zijn circa 50 gebouwen afgestoten. Er zijn aan 75 adressen snippergroen verkocht en er zijn 4 panden verkocht. De centrale huisvesting Sneek is opgeleverd en voor de nieuwe huisvesting buitendienst te Bolsward is begin december, via TenderNed, de Europese aanbesteding voor een Ontwerpteam van start gegaan. Halverwege 2019 hebben wij als gemeente SWF het beheer (exploiteren) van het bestuur van Ons gebouw aan het Broereplein 7-9 te Bolsward overgenomen. Het gebouw was al ons eigendom. Daarnaast zijn er 2 oude historische molens overgedragen aan de Molenstichting Súdwest-Fryslân en 2 monumentale kerktorens aan de stichting tot behoud monumenten Súdwest-Fryslân.

Naast alle regulier onderhoud van onze ca. 200 gebouwen is: • het Havenkantoor te Stavoren gerenoveerd, goed geïsoleerd, gasloos gemaakt en voorzien van een Warmtepomp, WTW unit en led verlichting; • groot onderhoud uitgevoerd aan de bibliotheek te Sneek; • het oude deel van het vm. stadhuis te Workum meegenomen in het groot onderhoud; • het toiletgebouw aan de Rienck Bockemakade te Sneek voorzien van 2 stuks luchtafvoer warmtepompboilers en zijn de 4 geisers verwijderd; Op 11 gebouwen zijn zonnepanelen geplaatst met een totaalvermogen van 74,7 kWp en is op een aantal wijkposten de buitenverlichting vervangen door led armaturen.

Pagina 44 van 126 2.3.4 Paragraaf 4: Financiering

Inleiding We geven hier een toelichting op het beleid en de uitvoering van de financiering (treasury). We willen de kosten die de financieringsfunctie met zich meebrengt zo laag mogelijk houden. De opbrengsten die we kunnen behalen willen we juist maximaliseren. Ons streven is om een voldoende grip te hebben/ houden op de schuldpositie. Zo geven we inhoud aan de ambitie “financieel vitaal”.

Súdwest-Fryslân is een ontwikkelgemeente. Hierdoor is er sprake van een financieringsbehoefte: we lenen geld om aan betalingsverplichtingen te kunnen voldoen. Dat is niet een probleem zolang de rente over het geleende geld gedekt is in de begroting. Op langere termijn kan een oplopende schuld tot problemen leiden. Ook kan de rentestand stijgen en dalen. Terwijl we elke euro die we aan rente betalen niet aan andere zaken kunnen besteden. De uitdaging is om hier een juiste balans te vinden.

Financieringsbehoefte In 2019 is een liquiditeitsprognose opgesteld voor de komende vier jaar. Zo bepalen we de financie- ringsbehoefte en weten we wanneer we geldleningen moeten afsluiten. We hebben in 2019 2 langlopende leningen afgesloten, 2 leningen van 20 miljoen.

Risico’s financieringsfunctie Onder de risico’s van de financieringsfunctie vallen onder andere rente-, krediet-, liquiditeits-, koers- en valutarisico’s. Deze onderwerpen zijn opgenomen in het treasurystatuut. Het meest omvattende risico is het renterisico. Ter beperking van het renterisico zijn in de Wet Financiering decentrale overheden (Wet Fido) twee verplichte normen opgenomen: (a) de kasgeldlimiet en (b) de renterisiconorm. Aan deze wettelijke normen moeten we voldoen.

Kasgeldlimiet De kasgeldlimiet heeft betrekking op leningen met een looptijd tot maximaal 1 jaar. Met als doel grote schommelingen in de rentelasten te voorkomen. In de begroting 2019 werd als kasgeldlimiet € 21,7 miljoen berekend. De limiet is in het 1 e kwartaal overschreden en de prognose was dat gedurende het jaar de kasgeldlimiet zou worden overschreden. Er was dan ook noodzaak om twee langlopende leningen voor in totaal € 40 miljoen af te sluiten.

Onderstaande tabel geeft een overzicht van het verloop van de afgesloten kasgeldleningen (in miljoenen).

kasgeldleningen 2019 40

20

0 jan feb mrt apr mei juni juli aug sept okt nov dec

kasgeldlimiet kasgeldleningen

Zoals te zien is in bovenstaande tabel hebben we in januari t/m april kasgeldleningen afgesloten. We hebben geld ontvangen op de aangetrokken geldleningen. De ontvangen rente op deze kortlopende leningen varieerde tussen de -0,34% en -0,39%. De totale opbrengst was bijna € 40.000.

Pagina 45 van 126 Zie in de grafiek het verloop van de percentages van de ontvangen kasgeldrente:

jan feb mrt apr mei juni juli aug sept okt nov dec 0 -0,2 -0,4 -0,6

Perc. Ontv. Rente

Onderstaande tabel geeft het overzicht van 2019 weer.

Berekening kasgeldlimiet Omvang begroting per 1 januari 2019 255.000

Kasgeldlimiet in procenten van de grondslag 8,50%

Kasgeldlimiet in bedrag 21.675

REALISATIE jan-mrt apr-jun juli-sep okt-dec jaar Totaal vlottende schuld 28.220 24.697 4.435 1.311 14.666 Totaal vlottende middelen 9.078 19.692 47.520 43.282 29.893 Totaal netto vlottende schuld 19.142 5.005 -43.085 -41.971 -15.227

Toegestane kasgeldlimiet 21.675 21.675 21.675 21.675 21.675 Ruimte (+) / Overschrijding (-) 2.533 16.670 64.760 63.646 36.902

Uitgangspunt van de kasgeldlimiet is het vermijden van grote fluctuaties in de rentelasten. De kasgeldlimiet stelt een grens aan de korte financiering, waardoor het renterisico hierop kan worden beperkt .

Renterisico’s vaste schuld en renterisiconorm De renterisiconorm legt een relatie tussen de opbouw van de leningenportefeuille en de mate waarin we tegenvallers kunnen beperken als gevolg van stijgende rente. We lopen renterisico bij rente- aanpassingen en herfinanciering.

Onderstaand schema geeft de renterisico’s weer voor de vaste schuld in relatie tot de renterisiconorm volgens de Wet Fido.

Renterisiconorm Bedragen € 1 Renteherzieningen 0 2 Aflossingen 15,6 3 Renterisico (1 + 2) 15,6

4 Begrotingstotaal 255 5 Vastgelegd percentage (20%) 20% 6 Renterisiconorm (20% van 4) 51,0

7 Renterisiconorm (6) 51,0 8 Renterisico op vaste schuld (3) 15,6 9 Ruimte (+) (7 - 8) 35,4

Hieruit blijkt dat ruim is voldaan aan de renterisiconorm. De ruimte (zie 9) is namelijk positief

Pagina 46 van 126 Leningenportefeuille

Verloop leningenportefeuille Het verloop van de leningenportefeuille in de periode 2017-2019 is als volgt:

Verloop langlopende leningen 2017 2018 2019 (x miljoen) € € € opgenomen geldleningen boekwaarde per 1/1 173,3 169,2 173,5 aangetrokken leningen (+) 0 18,0 40,0 aflossingen (-) 13,1 13,7 15,6 opgenomen leningen per 31/12 160,2 173,5 197,9

verstrekte geldleningen boekwaarde per 1/1 37,4 35,7 33,5 verstrekte leningen (+) 0,6 0 0 aflossingen (-) 2,5 2,2 2,6 verstrekte leningen per 31/12 35,5 33,5 30,9

saldo leningen 124,7 140,0 167,0

Afgesloten langlopende geldleningen In 2019 hebben we twee langlopende geldleningen afgesloten bij de BNG, € 20 miljoen met een looptijd van 25 jaar (rente 0,987%) en € 20 miljoen met een looptijd van 5 jaar (rente -0,095%).

Schuldpositie

De afgelopen drie jaar hebben we de volgende bedragen geïnvesteerd:

Investeringssaldo Rekening Rekening Rekening (x miljoen) 2017 2018 2019 a. netto investeringen 2,7 12,8 15,2 b. afschrijvingen -14,7 -14,1 -22,4 Saldo -12,0 -1,3 -7,2

In de onderstaande tabel geven we het resultaat van de berekening van het EMU-saldo weer.

EMU -saldo Rekening Begroting Rekening 2019 (x miljoen) 2018 2019 a. Berekend EMU -saldo 10,7 -12,4 -4,2 b. EMU-referentiewaarde 5,2 9, 3 9,6 Ruimte 15,9 -3,1 5,4

Súdwest-Fryslân heeft voor 2019 een vastgestelde referentiewaarde van € 9,6 miljoen. Deze referentiewaarde is gebaseerd op 0,27% van het BBP. We houden dit bedrag van € 9,6 miljoen aan voor de volgende jaren. We blijven binnen de referentiewaarde, wanneer de som van de investeringen niet groter is dan de som van de referentiewaarde en de jaarlijkse afschrijvingen.

We hebben nog investeringsruimte over om binnen de EMU-referentiewaarde te blijven.

Conclusie. We voldoen op dit moment aan de wettelijke en gangbare eisen met betrekking tot onze financiering.

Pagina 47 van 126 2.3.5 Paragraaf 5: Bedrijfsvoering

1. Inleiding In deze paragraaf Bedrijfsvoering besteden we achtereenvolgens aandacht aan de (2) organisatieontwikkeling, (3) digitalisering, (4) centrale huisvesting en (5) de ontwikkelingen in het ruimtelijke domein. Tot slot geven we een overzicht van de loonsom en de omvang van de ambtelijke organisatie.

2. Organisatieontwikkeling In de Programmabegroting 2017 is de basis gelegd voor het Ontwikkelprogramma 2017-2020 waarmee we concrete stappen hebben gezet naar een meer flexibele organisatie die omgevingsbewust en opgavengestuurd meebeweegt met de veranderende samenleving en bestuurlijke ambities. Hiervoor zetten we in op vorming van gedrag en persoonlijk leiderschap en nemen we ook concrete maatregelen rondom het organiseren en flexibel uitvoeren van werk. Hierbij investeren we ook in mobiliteit, met de inzet van instrumenten zoals het Leerhuis (voor persoonlijke ontwikkeling) en de Traineepool waarin 6 trainees breed worden ingezet op diverse vraagstukken.

Onder de naam Leerhuis SWF worden alle opleidings- en scholingsactiviteiten van onze medewerkers gecoördineerd. Het Leerhuis inventariseert opleidingswensen en organiseert deze. Financiering vindt plaats vanuit het reguliere opleidingsbudget. Ook voorziet het Leerhuis in eigen medewerkers, specifiek opgeleid, die worden ingezet op team- en/of persoonlijke ontwikkelvraagstukken. Door een meer regisserende aanpak vanuit het Leerhuis wordt ook scherper gestuurd op budgetten en zijn we in 2019 binnen de begroting gebleven.

De hele doorontwikkeling vraagt een stevige financiële inzet, voor dit ontwikkelprogramma wordt het reguliere opleidingsbudget (ca € 1 mln. jaarlijks structureel) ingezet. Hieruit worden op teamniveau vakspecifieke opleidingen gefinancierd en op centraal niveau specifieke coaching, teamoverstijgende trajecten rondom persoonlijk leiderschap en de bemensing van het Leerhuis zelf. Voor de periode 2017-2020 zijn de structurele middelen aangevuld met incidentele middelen (totaal € 1,7 mln, in 2019 € 0,5 mln). Deze incidentele middelen zijn in 2019 ingezet op de doorontwikkeling van de digitale dienstverlening en communicatie met onze inwoners (website en social media), doorontwikkeling accountmanagement voor onze ondernemers, interne HR-advisering aan managers en de opstart van de pilot bestuursondersteuning t.b.v. de bestuurlijke samenwerking raad-college-ambtelijke organisatie.

Met de toegekende budgetten is het mogelijk om de ambitie van onze organisatieontwikkeling verder uit te werken en door te voeren. De voor 2019 begrote € 1,6 mln. is volledig besteed.

De oplevering van de centrale huisvesting levert ook een belangrijke bijdrage aan onze organisatieontwikkeling. Deze centrale huisvesting biedt de mogelijkheden om nog beter met elkaar en de samenleving samen te werken. We gaan hierna specifiek in op de centrale huisvesting.

3. Investeren in informatievoorziening (digitalisering) en ICT Hiervoor verwijzen we naar speerpunt 39 bij het Programma bestuur.

4. Centrale Huisvesting Het project Centrale Huisvesting kent een aantal fases. Begin 2018 is de eerste fase afgerond door de oplevering en ingebruikneming van het Bestjoershûs Marktstraat 1 te Sneek. De tweede fase betrof het pand Marktstraat 8 dat begin december 2018 is opgeleverd en per 1 januari 2019 in gebruik is genomen. Hier vinden op de begane grond de klantcontacten plaats. Verder zijn er in het gebouw ruim 90 werkplekken gerealiseerd. De derde fase betreft Marktstraat 15. Conform de planning zijn deze begin december 2019 in gebruik genomen. Deze gebouwen, met de achterliggende panden die doorlopen tot aan de Kruizebroederstraat, bevatten nu moderne werkplakken. We hanteren hierbij het principe van flexibel werken, samenwerken en ontmoeten.

Medewerkers hebben geen eigen werkplek. Het aantal werkplekken bedraagt ongeveer 65% van het totaal aantal ambtenaren dat in de Centrale Huisvesting werkt.

Pagina 48 van 126

Er wordt zoveel mogelijk digitaal en dus papierloos gewerkt. Dat laatste heeft geresulteerd in de terugdringing van het aantal kasten van ongeveer 150 naar 6. In het nieuwe gebouw is ook een modern bedrijfsrestaurant gevestigd.

5. Stelselwijziging in het ruimtelijke domein Hiervoor verwijzen we naar speerpunt 31 bij het programma Ruimte.

6. Opbouw personeel In onderstaand overzicht zijn de formatie en loonsom vermeld voor de periode 2017-2019:

Loonsom Jaarrekening 2017 Jaarrekening 2018 Jaarrekening 2019 x € miljoen x € miljoen x € miljoen a. Raad 0,7 0,7 0,8 b. Griffie 0,4 0,4 0,4 c. Burgemeester en wethouders 0,7 0,7 0,7 d. Ambtelijke organisatie (loon - 47,4 52,1 55,0 som inclusief boventalligen) Totaal 49,2 53,9 56,9

Formatie -omvang 31 -12 -2017 31 -12 -2018 31 -12 -2019 (incl. vacatureruimte) fte fte fte a. Griffie 4,76 fte 4,76 fte 4,76 fte b. Ambtelijke organisatie 777,55 fte 842,86 fte 839,37 fte Totaal 782,31 fte 847,62 fte 844,13 fte

In 2019 is de personele omvang ten opzichte van 2018 vrijwel gelijk gebleven. Het bedrag bij de jaarrekening van ca. € 57 miljoen is lager dan de primitieve raming van € 58,2 miljoen bij de begroting. Het verschil van ca. 3 miljoen in de loonsom tussen 2018 en 2019, ten opzichte van de vrijwel gelijk gebleven formatie-omvang, wordt verklaard door een aanmerkelijke daling van het aantal vacatures.

7. Overzicht salarissen, inhuur en detacheringen betreffende de exploitatie 2019 De salariskosten, de kosten van inhuur, de inkomsten uit detacheringen en de vergoedingen voor personeel m.b.t. ZW/WAZO uitkeringen en loonkostensubsidie zijn nauw met elkaar verweven. In onderstaande tabel zijn de (afgeronde) totalen van de vier categorieën binnen de exploitatie opgenomen.

Onderdeel raming werkelijk Resultaat Voordeel/nadeel

Salarissen 57.137.000 56.933.000 204.000 voordeel Inhuur 10.089.000 10.762.000 -673.000 nadeel Vergoeding detacheringen 367.000 640.000 273.000 voordeel Uitkering ZW/WAZO en loonkostensubsidie 32.000 391.000 359.000 voordeel Totaal resultaat 163 .000 voor deel

Per saldo een voordeel van € 163.000 op de totale personele lasten. Het nadeel op inhuur derden wordt volledig gedekt door de beschikbare vacatureruimte bij salarissen en ontvangen vergoedingen voor elders gedetacheerd personeel, ZW/WAZO uitkeringen en loonkostensubsidie.

Procentueel is de inhuur licht gestegen, maar nog altijd lager dan die van 2017 (2017: ca. 18%; in 2018 ca. 15%; in 2019 was dit 16% van het totale personeelsbudget).

8. Ambtelijke en bestuurlijke integriteit Het belangrijkste doel van het integriteitsbeleid van Súdwest-Fryslân is het versterken van het vertrouwen in de gemeente en het voorkomen van integriteitsschendingen. Wij willen een organisatie zijn die toenemend vertrouwen geniet, zowel van binnenuit als van buitenaf.

Pagina 49 van 126 Dat willen wij bereiken door een actief integriteitsbeleid uit te voeren om het vertrouwen in de organisatie blijvend te versterken en risico’s op schendingen te beperken. Dat doen we door allerlei (harde en zachte) maatregelen uit te voeren, de risico’s periodiek te evalueren en dan nieuwe stappen te zetten.

Om het integriteitsbeleid te structureren is een meerjarenplan 2019-2021 opgesteld. In 2019 zijn de volgende acties ondernomen:

Vernieuwing van de oude risicoanalyse: om de kans op integriteitsschendingen te verkleinen is een periodieke risico-inventarisatie van belang. In 2019 is uitvoering gegeven aan een risicoanalyse ‘Venster op integriteit’ van de VNG. Deze analyse bestaat uit twee delen: deel één is een zogenaamde Quick Scan en deel twee een verkort belevingsonderzoek onder medewerkers (deel twee wordt in 2020 uitgevoerd). De risicoanalyse leverde informatie op om thema’s te prioriteren zoals: inventarisatie van kwetsbare functies, nevenfuncties van medewerkers centraal registreren, externe inhuur (registeren/beperken), meer aandacht aan gezondheid en vitaliteit van de medewerkers in relatie tot ziekteverzuim, gericht aandacht aan moreel bewustzijn en dilemma besprekingen.

Afstemming bestuurlijke en ambtelijke integriteit: periodiek vindt overleg plaats tussen de burgemeester, de raadsgriffier en de ambtelijke integriteitsfunctionarissen. Tijdens het overleg worden zaken afgestemd om bewustwording in de organisatie zowel ambtelijk als bestuurlijk te vergroten. Bij een bestuurlijke melding wordt een extern onderzoek gestart. Dit kwam afgelopen jaar één keer voor.

De interne ambtelijke meldingen: ondanks inspanningen om integriteitsschendingen te voorkomen, kan het bevoegd gezag door middel van een interne melding in kennis worden gesteld van een vermeende integriteitsschending binnen onze organisatie. Op grond van de interne regeling worden interne meldingen afgehandeld. In 2019 heeft het interne meldpunt drie meldingen ontvangen: één melding is anoniem en is op grond van de regeling niet ontvankelijk verklaard, één melding is overgedragen aan de klachtencoördinator ter afhandeling en één melding is door het meldpunt afgehandeld en heeft betrekking op de schijn van belangenverstrengeling bij het vervullen van nevenfuncties.

Pagina 50 van 126 2.3.6 Paragraaf 6: Verbonden partijen

1. Inleiding De meeste taken die de gemeente uitvoert zijn door een scala van wetgeving opgedragen aan de ge- meente (bijv. inzameling huishoudelijk afval en uitvoering van de participatiewet). Een aantal andere taken voert de gemeente uit op eigen initiatief (bijv. grondexploitatie en sport). Bij de uitvoering van de taken maakt de gemeente de keus om deze zelf uit te doen of om deze door een ander uit te laten voeren. De keuze wordt gemaakt op basis van de beantwoording van de volgende vragen: - óf er (bedrijfseconomische) schaalvoordelen kunnen worden behaald; - óf bij de uitvoering/dienstverlening een hogere kwaliteit/dienstverlening wordt gerealiseerd.

Is er voor gekozen om een taak door een ander te laten doen dan zijn er twee keuzes, te weten: 1. dit te laten doen door een organisatie waarin de gemeente geen zeggenschap heeft; 2. dit te laten doen door een organisatie waarin de gemeente wel zeggenschap heeft.

Schematisch kan dit als volgt worden weergegeven:

Taken die aan de Taken die de gemeente zijn gemeente zelf Uitvoering door organisa - opgedragen doet Taken die tie waarin de gemeente gemeente uitvoert geen zeggenschap heeft Taken waar de gemeente zelf voor heeft gekozen Taken die de Uitvoering door organisa - gemeente tie waarin de gemeente uitbesteed wel zeggenschap heeft, de zgn. `Verbonden partij΄

2. Verbonden partij Er is sprake van een verbonden partij als de gemeente in die organisatie een bestuurlijk en een financieel belang heeft. Dit is geregeld in artikel 1 lid b van het Besluit begroting en verantwoording waarin staat dat een verbonden partij een privaat- of publiekrechtelijke organisatie is waarin de gemeente een bestuurlijk en een financieel belang heeft.

3. Beleidskader/Visie In de in 2015 door de raad vastgestelde Nota verbonden partijen is vastgelegd dat een verbonden partij moet bijdragen aan een efficiëntere en effectievere mogelijkheid tot uitvoering van een bepaalde taak. Steeds weer moet de afweging worden gemaakt welke aanpak de beste is en/of we de taak uitvoeren op de manier die de raad voor ogen heeft. Hierbij houden we rekening met het uitgangspunt da wij een zodanige omvang hebben dat wij prima in staat zijn de meeste taken in eigen beheer uit voeren tegen aanvaardbare kosten. Niet in alle gevallen heeft de gemeente zelf de vrijheid om te kiezen voor het al of niet aangaan van een verbonden partij. Een voorbeeld hiervan is de totstandkoming van de Fryske Utfieringstsjinst Miljeu en Omjouwing (FUMO) die vanuit het Rijk aan de gemeente is opgelegd.

4. Soorten verbonden partijen Zoals gesteld kennen we twee soorten verbonden partijen, nl. die zijn opgericht onder publiekrech- telijk en die onder privaatrechtelijk recht.

4.1 Publiekrechtelijke verbonden partij Het gaat hier om een samenwerkingsvorm tussen overheden onderling. Een dergelijke verbonden partij is opgericht op basis van de Wet gemeenschappelijke regelingen. In de gemeenschappelijke regeling regelen de deelnemende overheden de vertegenwoordiging en de financiële aansprakelijkheid van de deelnemers. Mocht de gemeenschappelijke regeling niet meer aan zijn verplichtingen voldoen dan zijn de deelnemers gezamenlijk verantwoordelijk voor een eventueel nadelig saldo.

Pagina 51 van 126 4.2 Privaatrechtelijke verbonden partij Hiervan is sprake als wordt gekozen voor een samenwerking tussen overheden onderling (bijv. Bank Nederlandse Gemeenten) of tussen overheden en private partijen. De samenwerking is dan geregeld op basis van het gestelde in het Burgerlijk Wetboek (Boek 2). Privaatrechtelijke verbonden partijen zijn: - verenigingen; - commanditaire vennootschappen en onderlinge waarborgmaatschappijen; - naamloze vennootschappen; - besloten vennootschappen of - stichtingen.

5. Voorschriften In artikel 15 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten staat welke in- formatie bij de begroting en jaarrekening moet worden gepubliceerd. Het gaat dan om: a. de visie op en de beleidsvoornemens omtrent verbonden partijen; b. de lijst van verbonden partijen die wordt onderverdeeld in: 1. gemeenschappelijke regelingen; 2. vennootschappen en coöperaties; 3. stichtingen en verenigingen; 4. overige verbonden partijen.

In de lijst per verbonden partij wordt per verbonden partij de volgende informatie opgenomen: 1. de wijze waarop de gemeente een belang heeft; 2. het verwachte belang van de gemeente aan het begin en aan het einde van het begrotingsjaar; 3. de verwachte omvang van het eigen en vreemd vermogen aan het begin en het einde van het begrotingsjaar; 4. de verwachte omvang van het financieel resultaat; 5. eventuele risico’s.

6. Verbonden partijen De visie en de beleidsvoornemens over verbonden partijen zijn opgenomen in de op 14 juli 2015 door de raad vastgestelde Nota verbonden partijen.

6.1 Gemeenschappelijke regelingen

Veiligheidsregio Wijze van belang: Binnen de Veiligheidsregio Fryslân werken de Friese gemeen - ten, Brandweer Fryslân, GGD Fryslân en andere partners sa- men aan brandweerzorg, publieke gezondheidszorg, rampen- bestrijding en crisisbeheersing. Financieel belang: De vastgestelde bijdrage in het nadelig saldo voor de pro - gramma’s gezondheid en crisisbeheersing wordt verdeeld op basis van het inwonertal. De bijdrage voor het programma Brandweer wordt verdeeld op basis van de verdeling van het cluster openbare orde en veiligheid (OOV) binnen de alge- mene uitkering uit het Gemeentefonds die de gemeenten jaarlijks ontvangen. Eigen vermogen: 1 januari 201 8: € 3.041.686 31 december 2018: € 5.266.093. Vreemd vermogen (lang): 1 januari 201 8: € 41.614.408 ; 31 december 2018: € 42.508.367. Omvang resultaat 2018 : €1.873.661 . Positief Risico’s: Zolang alle gemeenten de afgesproken bijdrage betalen is er sprake van een te verwaarlozen risico.

Pagina 52 van 126 Fryslân -West Wijze van belang: Samen met nv Empatec vormt deze gemeenschappelijke re - geling het sociale werkbedrijf dat onder de naam van Empa- tec en Pastiel mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt een werkplek biedt (Empatec) of deze begeleidt/re-inte- greert naar een zinvolle werkplek (Pastiel). Financieel belang: De gemeentelijke bijdrage is geraamd op € 500 per werkne - mer. De bijdrage is ten opzichte van 2018 niet verhoogd. Doorberekening aan de gemeente vindt plaats op basis van het daadwerkelijk aantal werknemers met een Wsw-status dat werkzaam is bij Fryslân-West, andere schappen of in Be- geleid Werken. Eigen vermogen: 1 januari 2018: € 4 .538.000; 31 december 2018: € 4.538.000. Vreemd vermogen (lang): 1 januari 201 8: € 5.923.000 ; 31 december 2018: € 8.309.000. Omvang resultaat 2018 : €0, - Risico’s: Geen.

De Marrekrite Wijze van belang: De Marrekrite onderhoudt en beheert meer dan 3.500 vrije ligplaatsen midden in de natuur, zorgt voor afvoer van recre- atieafval en onderhoudt boeien en bakens in recreatievaar- ten. Daarnaast beheert en onderhoudt De Marrekrite het fietsknooppuntennetwerk en andere routestructuren op het land. Financieel belang: De vastgestelde bijdrage in het nadelig saldo voor het onder - deel waterrecreatie wordt verdeeld op basis van het aantal inwoners (40%), het aantal watersportovernachtingen (40%) en het aantal meters aanlegvoorziening (20%). De vastgestelde bijdrage in het nadelig saldo voor het onder- deel landrecreatie wordt verdeeld op basis van het aantal inwoners (50%) en het aantal landovernachtingen (50%). Eigen vermogen: 1 januari 201 8: € 4.012.195 ; 31 december 2018: € 4.136.522. Vreemd vermogen: 1 januari 201 8: € 1.520.946 ; 31 december 2018: € 1.380.309. Omvang resultaat 2018 : € 340.924, - Negatief Risico’s: Zolang binnen de begroting wordt gewerkt en iedere deelne - mer zijn bijdrage betaald is er sprake van een zeer gering risico.

Hûs en Hiem Wijze van belang: Welstands - en monumentenadvisering voor de deelnemende gemeenten. Financieel belang: Elke deelnemende gemeente draagt bij in de kosten van Hûs en Hiem naar rato van de dienstverlening op basis van tarie- ven die door het Algemeen Bestuur worden vastgesteld en meegedeeld aan de gemeenten. Eigen vermogen: 1 januari 201 8: € 321.942 ; 31 december 2018: € 369.353. Vreemd vermogen (lang): 1 januari 201 8: € 93.672 ; 31 december 2018: € 120.418. Omvang resultaat 2018 : € 47.411 Positief Risico’s: Zolang binnen de begroting wordt gewerkt en iedere deelne - mer zijn bijdrage betaald is er sprake van een zeer gering risico.

Pagina 53 van 126

Fryske Utfieringstsjinst Miljeu en Omjo uwing (FUMO) Wijze van belang: Inzetten voor een betere en veilige leefomgeving in Fryslân door vergunningen te verstrekken, toezicht te houden, te handhaven daar waar nodig en advisering van op het gebied van licht, geluid, trillingen, bodem, energie, externe veiligheid en juridische zaken. Financieel belang: Elke deelnemende gemeente draagt bij op basis van het aan - tal inrichtingen per deelnemer en het al/niet afnemen van plustaken. Eigen vermogen: 1 januari 201 8: € 5.729 ; 31 december 2018: € 647.128. Vreemd vermogen (lang) : 1 januari 201 8: € 500.000 ; 31 december 2018: € 500.000. Omvang resultaat 2018 : € 448.097 Positief Risico’s: De financiële situatie van deze gemeenschappelijke regeling is zorgelijk. In 2017 is het eigen vermogen bijna geheel ver- dampt. Dit komt o.a. door het feit dat zich tussen deelne- mers op het gebied van eenduidigheid en uniformering zoda- nige verschillen blijven voordoen. Inmiddels is het eigen vermogen weer op een goed niveau gebracht.

6.2 Vennootschappen en coöperaties

nv Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) Wijze van belang: Duurzaam bijdragen aan het laag houden van de kosten van de maatschappelijke voorzieningen voor de burgers. Financieel belang: Deelname in het aandelenkapitaal ter waarde van € 792.645. Eigen vermogen: 1 januari 201 8: € 4.953.000.000; 31 december 2018: € 4.991.000.000. Vreemd vermogen (lang): 1 januari 201 8: € 135.072.000; 31 december 2018: € 132.518.000. Omvang resultaat 2018 : € 337.000.000, - Positief. Risico’s: Resultaten staan onder druk door het huidig lage renteper - centage.

Vitens Wijze van belang: Leveren van drinkwater. Financieel belang: Deelname in het aandelenkapitaal ter waarde van € 56.720. Eigen vermogen: 1 januari 201 8: € 533.700.000; 31 december 2018: € 533.000.000. Vreemd vermogen (lang) : 1 januari 201 8: € 1.194.500.000; 31 december 2018: € 1.233.500.000. Omvang resultaat 2018 : € 13.000.000, - positief. Risico’s: Het risico beperkt zich tot de deelname in het aandelenkapi - taal.

Afvalsturing Friesland (Omrin) Wijze van belang: Transitie van afval naar grondstof en het sluiten van de kringlopen. Financieel belang: Deelname in het aandelenkapitaal ter waarde van € 140.899. Eigen vermogen: 1 januari 2018: € 48.680.000; 31 december 2018: € 50.585.000. Vreemd vermogen (lang) : 1 januari 2018: € 108.309.000; 31 december 2018: € 99.404.000.

Pagina 54 van 126 Omvang resultaat 2018 : € 2.026.000, - Positief. Risico’s: De belangrijkste risico’s voor de vennootschap liggen vooral in de technische beschikbaarheid van de kapitaalintensieve installaties, de beschikbaarheid van afval en de ontwikkelingen op de energiemarkt. Daarnaast kan aanpassing van de milieuregelgeving van invloed zijn op de toekomstige resultaten. Bijzonderheden: Vanaf het boekjaar 2016 is deze vennootschap belastingplich - tig voor de vennootschapsbelasting.

Vastgoed Zwembad Sneek Wijze van belang: Beheer en exploitatie zwembad Sneek. Financieel belang: Deelname in het aandelenkapitaal (incl. gestort agio) van een bedrag van € 389.359. Eigen vermogen: 1 januari 2018: € 763.504 negatief; 31 december 2018: € 698.742 negatief. Vreemd vermogen (lang) : 1 januari 2018: € 3.715.215 31 december 2018: € 3.481.805 Omvang resultaat 2018 : € 81.238, - Negatief Risico’s: Het negatief eigen vermogen wordt bij de gemeente voor hun aandeel (51%) afgedekt middels een voorziening. In hoeverre de andere aandeelhouder ook een voorziening heeft getroffen is niet bekend.

Coöperatie Openbare Verlichting & Energie Fryslân Wijze van belang: Beheer en onderhoud openbare verlichting in Fryslân en in - koop energie voor haar leden. Financieel belang: -. Eigen vermogen: 1 januari 2018 : € 280.983 ; 31 december 2018: € 264.975. Vreemd vermogen (lang): 1 januari 2018 : € 233.352 ; 31 december 2018: € 44.767. Omvang resultaat 2018 : € 16.008 ,- Negatief . Risico’s: Als ieder lid zich aan het bepaalde statuten houdt is er sprake van een gering risico. De coöperatie is actief sinds 1 januari 2018 en heeft dan ook nog niet een jaarrekening overlegd. De coöperatie komt voort uit de stichting Openbare Verlich- ting Fryslân die per dezelfde datum is opgeheven.

CBL Vennootschap bv Wijze van belang: De functie van deze vennootschap was de verkopende aan - deelhouders van energiebedrijf Essent te vertegenwoordigen als medebeheerder van het CBL Escrow Fonds en te fungeren als doorgeefluik voor betalingen in en uit het fonds. Financieel belang: Deelname in het aandelenkapitaal van € 19 in het totale aan - delenkapitaal van € 20.000. Eigen vermogen: 1 januari 2018: € 146.779 ; 31 december 2018: € 137.536. Vreemd vermogen: 1 januari 2018: € 16.517 ; 31 december 2018: € 21.460. Omvang resultaat 2018 : € 9.243 ,- Negatief Risico’s: De aansprakelijkheid voor de aandeelhouders is beperkt tot de hoogte van het nominale aandelenkapitaal.

Pagina 55 van 126 Verkoop vennootschap bv Wijze van belang: In het kader van de verkoop in 2009 van Essent hebben de verkopende aandeelhouders een aantal garanties en vrijwa- ringen gegeven aan RWE. Het merendeel van deze garanties en vrijwaringen is door de verkopende aandeelhouders over- gedragen aan Verkoop vennootschap. Financieel belang: Deelname in het aandelenkapitaal van € 19 in het totale aan - delenkapitaal van € 20.000. Eigen vermogen: 1 januari 2018 : € 150.934 ; 31 december 2018: € 112.694. Vreemd vermogen: 1 januari 201 8: € 19.656 ; 31 december 2018: € 56.904. Omvang resultaat 2018 : € 38.240 ,- Negatief Risico’s: De aansprakelijkheid voor de aandeelhouders is beperkt tot de hoogte van het nominale aandelenkapitaal.

Publiek Belang Elektriciteitsproductie bv Wijze van belang: Onderdeel van Essent in 2009 bij de verkoop aan RWE was het 50% aandeel in nv Elektriciteits Productiemaatschappij Zuid- Nederland (EPZ, o.a. eigenaar van de kerncentrale in Borsele). Het bedrijf Delta nv heeft de verkoop van dit bedrijfsonderdeel van Essent aan RWE in 2009 bij de rechter aangevochten. Als consequentie op deze procedure is het 50% belang van Essent in EPZ tijdelijk ondergebracht in deze bv. Financieel belang: Deelname in het aandelenkapitaal van € 19 in het totale aan - delenkapitaal van € 1.500.000. Eigen vermogen: 1 januari 2018 : € 1.620.245 ; 31 december 2018: € 1.605.524. Vreemd vermogen: 1 januari 2018 : € 17.940 ; 31 december 2018: € 22.928. Omvang resultaat 2018 : € 14.721 ,- Negatief Risico’s: De aansprakelijkheid voor de aandeelhouders is beperkt tot de hoogte van het nominale aandelenkapitaal. Bijzonderheden: Na bemiddeling is de gerechtelijke procedure stopgezet en zijn de aandelen in EPZ alsnog geleverd aan RWE.

CSV bv Wijze van belang: Afhandeling van alle rechten en plichten die zijn voortgeko - men uit de verkoop van Essent en Attero. Financieel belang: Deelname in het aandelenkapitaal van € 19 in het totale aan - delenkapitaal van € 20.000. Eigen vermogen: 1 januari 2018 : € 869.698 ; 31 december 2018: € 748.894. Vreemd vermogen: 1 januari 201 8: € 64.924 ; 31 december 2018: € 68.083. Omvang resultaat 2018 : € 120.804 ,- Negatief Risico’s: De aansprakelijkheid voor de aandeelhouders is beperkt tot de hoogte van het nominale aandelenkapitaal.

Pagina 56 van 126 6.3 Stichtingen en verenigingen

Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) Wijze van belang: Belangenbehartiging van de leden. Financieel belang: Een jaarlijkse contributie. Eigen vermogen: 1 januari 2018: € 65.530.000; 31 december 2018: € 61.975.000. Vreemd vermogen (lang): 1 januari 2018: € 64.144.000; 31 december 2018: € 64.851.000. Omvang resultaat 2018: € 154.000, - Positief. Risico’s: Gering, gezien het eigen vermogen en het feit dat er geen vreemd vermogen op lange termijn is aangetrokken.

Vereniging van Friese Gemeenten (VFG) Wijze van belang: Belangenbehartiging, advisering, dienstverlening, platform - functie en vertegenwoordiging van en voor de leden. Financieel belang: Een jaarlijkse contributie in 2017 van € 0,43 per inwoner (totaal € 36.140). Eigen vermogen: 1 januari 2018 : € 217.487.18 ; 31 december 2018: € 246.002,61. Vreemd vermogen: 1 januari 201 8: geen; 31 december 2018: geen. Omvang resultaat begrotingsjaar: € 28.866,70 Positief. Risico’s: Geen

Vereniging van Waddenzeegemeenten Wijze van belang: De vereniging is een platform voor overleg en informatie - en kennisuitwisseling van die aangelegenheden die het Wadden- gebied in bestuurlijk zin raken. De vereniging behartigt de belangen van de leden bij de betrokken instanties en doet de uitvoering van gezamenlijke projecten. Fina ncieel belang: Een jaarlijkse contributie. Eigen vermogen: 1 januari 2018: € 18.808; 31 december 2018: € 27.876. Vreemd vermogen (lang) : 1 januari 201 8: € 181.176; 31 december 2018: € 153.656. Omvang resultaat 2018 : € 9.068, - Positief Risico’s: De risico’s zijn beperkt voor zover de vereniging binnen de vastgestelde begroting handelt en de leden hun bijdrage vol- doen.

St ichting Sociaal Collectief Súdwest -Fryslân Wijze van belang: Het versterken en ondersteunen van de kracht van de samenleving. Financieel belang: Een ja arlijkse subsidie. Eigen vermogen: 1 januari 2018 : € 0; 31 december 2018: € 232.730. Vreemd vermogen: 1 januari 2018: € 0; 31 december 2018: € 100.842. Omvang resultaat 2018 : € 232.730 Positief Risico’s: Geen.

6.4 Overige verbonden partijen Geen.

Pagina 57 van 126 2.3.7 Paragraaf 7: Grondbeleid

Inleiding In de paragraaf Grondbeleid staat hoe wij het grondbeleid inzetten om bestuurlijke ambities en ruimtelijke beleidsopgaven te realiseren. De raad heeft hiervoor de Nota grondbeleid vastgesteld. Per ontwikkeling bepalen wij om actief of faciliterend grondbeleid in te zetten. Wij geven een financiële uiteenzetting van de ontwikkeling van de grondcomplexen over het afgelopen jaar.

Woningbouw Na stabilisatie in 2018 zijn in 2019 de woningprijzen in de gemeente fors gestegen, met circa 10%. In 2019 zijn in de gemeentelijke grondexploitaties 192 woningbouwkavels verkocht, de prognose was 298 kavels. De meerjarige prognose is 70 woningbouwkavels per jaar. In Bolsward-oost is grond aangekocht voor een toekomstige grondexploitatie voor 200 woningen, waarvoor de provincie heeft ingestemd met eerst 100 woningen.

Bedrijventerreinen In totaal is in 2019 door de gemeente 0,8 hectare bedrijventerrein verkocht, de prognose was 3,1 hectare. De meerjarige prognose is gemiddeld twee hectare per jaar. De verkopen vonden plaats op bedrijventerreinen Workum Burevaart.

Voor bedrijventerrein De Hemmen III wordt de vaststelling van het bestemmingsplan voorbereid. In de voorbereiding is duidelijk geworden dat vanwege de stikstofproblematiek (PAS) een milieu- effectrapportage moet worden uitgevoerd. Na vaststelling van het bestemmingsplan kan de uitvoering gestart worden en komt op termijn 12,5 hectare uitgeefbaar bedrijventerrein beschikbaar voor ondernemers.

Faciliterend grondbeleid Er zijn in 2019 meerdere faciliterende grondcomplexen geopend, vooral voor woonzorgontwikkelingen. Hiervoor is verstrekt en zijn overeenkomsten gesloten of in voorbereiding om de gemeentelijke kosten vergoed te krijgen en overige uitvoeringszaken vast te leggen. Het opzetten van gebiedsoverstijgend kostenverhaal is gestart. Hiermee kan worden bereikt dat private grondexploitanten vanuit de waardevermeerdering op hun grond een financiële bijdrage leveren aan infrastructuur en andere openbare voorzieningen.

Herstructureringen Lopende herstructureringsprojecten waar de gemeente een actieve rol in speelt zijn in Sneek de locaties IJlsterkade, Boschplein, Waterstad. In IJlsterkade is in 2019 de grond overgedragen voor 32 woningen, in Waterstad voor 54 appartementen. Daarnaast voert de gemeente de grondexploitatie in de Franekerstraat te Bolsward en It Eilân in Heeg. Op locatie Franekerstraat in Bolsward is het bestemmingsplan onherroepelijk, de verkoop door de projectontwikkelaar is gestart, en de aanbesteding van het bouwrijp maken wordt voorbereid. Alle bouwgrond op woningbouwlocatie It Eilân in Heeg is overgedragen aan de projectontwikkelaar.

Ontwikkelgronden MVA Alle gemeenten met strategische gronden (MVA, voorheen de categorie nog niet in exploitatie genomen) hebben eind 2015 een periode van vier jaar gekregen om dit grondbezit af te waarderen naar de waarde in de huidige bestemming. Deze periode eindigt op 31-12-2019. Om de waarde van onze strategische gronden te toetsen, is een benchmark met actuele transacties van agrarische grond uitgevoerd. Hieruit blijkt dat de marktwaarde in de huidige bestemming - veelal agrarisch - van de grondcomplexen MVA valt binnen de marktconforme bandbreedte.

De gronden die zijn aangekocht voor woningbouw in Bolsward-oost kunnen gewaardeerd blijven als ‘warme grond’. Deze categorie gronden is in 2019 (weer) ingevoerd in de BBV-regelgeving, voor gronden die voldoen aan een aantal strikte criteria. Onder andere moet er een door de raad vastgestelde visie voor woningbouw zijn, en akkoord van de provincie op de woningbouwaantallen. Dit is voor de gronden Bolsward-oost het geval.

Financiële positie Terugblik: Bestuursrapportage (Berap) In de Berap van oktober 2019 (raad 19 december 2019) werd rekening gehouden met tenminste een

Pagina 58 van 126 budgettair neutraal resultaat op de grondcomplexen.

Resultaat 2019 Het financieel resultaat op de grondcomplexen over 2019 is € 1,3 miljoen voordelig. De belangrijkste gebeurtenissen en acties in 2019 die tot dit resultaat hebben geleid, zijn:

• Sneek – Harinxmaland fase 1 woningbouw € 0,9 miljoen verbetering verwacht saldo, onder andere door meer uitgeefbaar terrein en verhoging van de grondprijzen • Sneek – Waterstad fase 1 woningbouw € 0,4 miljoen verbetering verwacht saldo, door hogere grondopbrengst en aanbestedingsvoordeel bouw- en woonrijp maken • Sneek – IJlsterkade woningbouw € 0,2 miljoen verslechtering van het verwachte saldo in 2019. Oorzaak is met name het uitvoeren van een sanering • Bolsward – Franekerstraat woningbouw € 0,16 miljoen verslechtering verwacht saldo vanwege meer dan verwacht grondwerk • Sneek – Houkepoort De kosten en baten van het appartementencomplexzijn uit de grondexploitatie geschrapt. We verwachten hiervoor geen haalbare plannen te kunnen realiseren. Een alternatief wordt onderzocht • Sneek – De Hemmen III bedrijventerrein Budgetneutraal maar wel met onderliggende wijzigingen. Vanwege vertraging door PAS extra plankosten, mogelijk opstellen MER. Er is een extra risicobuffer opgenomen vanwege een grotere onzekerheid. De grondopbrengsten zijn bijgesteld en verhoogd naar de nieuwe marktconforme waarde. • Winstnemingen in de grondexploitaties Sneek – Furmerusstraat woningbouw, IJsbrechtum woningbouw, Sneek De Hemmen II bedrijventerrein, Sneek – De Oudvaart woningbouw Totaal € 0,4 miljoen

Financieel resultaat per grondexploitatie In de onderstaande tabel staan de totale verwachte toekomstige resultaten op de Bouwgrond In Exploitatie (BIE) per grondexploitatie, na verrekening van de winst- en verliesnemingen over 2019. De resultaten in de kolom ‘Voordelig’ en ‘Nadelig’ zijn weergegeven als netto contante waarde.

Bouwgrond In Exploitatie (BIE) 1 -1-2020 Voordelig € Nadelig €

Woningbouw 8000003 03 Bolsward - Franekerstraat Woningbouw 163.556 8000004 04 Witmarsum - De Dole Woningbouw 535.974 8000005 05 - De Dorpsrand Woningbouw 22.024 8000007 07 - fase 1 Woningbouw 190.278 8000010 10 Easthim - Ald Rien Woningbouw 277.582 8000011 11 Oudega W - Tjerkemar 1 Woningbouw 565.785 8000030 30 Sneek - De Oudvaart Woningbouw 400.960 8000053 53 Schettens - I Uitbreiding Woningbouw 707.754 8000076 76 - Sylroede 2 fase 2 Woningbouw 37.737 8000082 82 Warns - Zuid Woningbouw 79.393 8000084 84 - De Râne Woningbouw 101.270 8000085 85 Sneek - Harinxmaland 1e fase Woningbouw 1.338.727 8000089 89 Sneek - Houkepoort, Houkemar Woningbouw 685.570 8000096 96 Sneek - Furmerusstraat Woningbouw fase 1+2 50.223 8000098 98 - Boazumer Feart Woningbouw 59.041 8000099 99 - Boomgaard Woningbouw 185.813 8000100 100 - Wiuwerter Opfeart Woningbouw 153.559 8000102 102 - Tsjems en Tuolle Woningbouw 13.571 8000105 105 Heeg - It Eilân Woningbouw 10.139

Pagina 59 van 126

Bedrijventerrein 8000002 02 Sneek - Supermarkt Tinga 412.005 8000006 06 Witmarsum - De Potstal Bedrijventerrein 102.978 8000019 19 Woudsend - De Welle II Bedrijventerrein 495.504 8000021 21 Workum - Burevaart Bedrijventerrein 155.782 8000022 22 Koudum - De Poel Bedrijventerrein 64.923 8000035 35 Sneek - Duinterpen Zonnedauw Bedrijventerrein 183.547 8000040 40 Sneek - De Hemmen II Bedrijventerrein 229.686 8000044 44 Sneek - Woudvaart Bedrijventerrein 688.666 8000087 87 Sneek - De Hemmen III Bedrijventerrein fase A 856.704 8000103 103 Easterein - Fabrykswei Bedrijventerrein 5.187 8000104 104 - Easterwierrum Bedrijventerrein 40.741

Herstructurering 8000043 43 Sneek - Waterstad fase 1 Woningbouw 1.133.943 8000046 46 Sneek - IJlsterkade Woningbouw 531.606 8000047 47 Sneek - Boschplein Woningbouw 375.551 8000062 62 IJlst - Hoomanstrjitte Woningbouw 24.326

Kostenverhaalsexploitatie Woningbouw 8000083 83 Stavoren - Middenmeer Woningbouw (ovk) 77.700 8000097 97 Sneek - Harinxmaland fase F (ovk) 217.974 8000107 107 Sneek - Kaatsland (ovk) 251.922 Totaal 2.613.367 8.814.33 2

Voor de complexen met een verwacht nadelig resultaat – kolom ‘Nadelig’ - is een voorziening gevormd, totaal € 8,8 miljoen voor de Bouwgrond In Exploitatie (BIE). Jaarlijks bezien wij bij de hercalculatie van deze grondexploitaties of de voorzieningen nog toereikend zijn om het verwachte verlies mee op te vangen. Daarnaast verwachten wij op een aantal complexen een voordelig resultaat – kolom ‘Voordelig’ - totaal € 2,6 miljoen over de totale looptijd.

Verschil prognose en realisatie De gerealiseerde verkoopopbrengst voor woningbouw en bedrijventerreinen over 2019 was € 9,9 miljoen. Dit is minder dan de prognose in de grondexploitaties van € 13,3 miljoen. Verklaring van het verschil op hoofdlijnen:

Woningbouw • Sneek - Houkepoort Prognose € 2,6 mln Realisatie € 1,7 mln • Heeg - It Eilân Prognose € 0 Realisatie € 1,1 mln De verkoop van alle woningbouwkavels inééns heeft eerder plaatsgevonden dan verwacht. • Sneek – De Oudvaart Prognose € 1,1 mln Realisatie € 0,3 mln Gesprekken met een ontwikkelaar over afname van de laatste nog uit te geven appartementenkavel zijn afgebroken, er wordt een nieuwe marktselectie opgestart. Dit leidt tot latere grondverkoop. • Boschplein Prognose € 1,1 mln Realisatie € 0

Pagina 60 van 126 Bedrijventerreinen • Workum - Burevaart Prognose € 1,1 mln Realisatie € 0,5 mln • Sneek – De Hemmen II Prognose € 0,5 mln Realisatie € 0 Een aantal kaveluitgiften vond net na de jaarwisseling plaats, in 2020.

Stand van de portefeuille De voorraad bouwgrond voor woningbouw neemt snel af. De momenteel in exploitatie zijnde grondcomplexen geven nog een voorraad van 277 kavels. In 2020 verwachten we minimaal 57 stuks te verkopen. We verwachten dat eind van dit jaar alle kavels bestemd voor grondgebonden woningen volledig zijn uitverkocht in Sneek. We kunnen dan geen bouwgrond meer aanbieden voor rijenwoningen, 2 onder 1 kap en vrije kavels. In Sneek is dan enkel nog bouwgrond beschikbaar voor appartementen. Er is dan bijna geen direct beschikbare bouwgrond meer.

Risico’s en weerstandsvermogen Bij de ontwikkeling van de grondcomplexen lopen wij risico’s. Voor deze risico’s hebben wij een in- schatting gemaakt van de kans en het financieel gevolg. Deze aannames zijn meegenomen in de bepaling van de benodigde weerstandscapaciteit voor de hele gemeente. Zie hiervoor de Paragraaf Weerstandsvermogen. De grootste risico’s met betrekking tot de Bouwgrond In Exploitatie zijn:

a. Een noodzakelijke verlaging van de verkoopprijzen van bouwgrond b. Niet kunnen indexeren van de verkoopprijzen van bouwgrond c. Vertraging in het uitgiftetempo van bedrijfskavels

Het risico in de grondexploitaties neemt af. Dit is het gevolg ‘onder de streep’ van een aantal gebeurtenissen, waar onder:

• Verlaagd afzetrisico vanwege de grondverkopen in 2019 • Toename van het risico op eventueel noodzakelijke prijsverlagingen in de toekomst, omdat de grondprijzen zijn verhoogd • Afname risico op vertraagde grondverkopen op bedrijventerreinen, omdat de rekenrente op de grondexploitaties 0,5% punt lager is dan vorig jaar. • Het risico op vertraagde grondverkopen voor woningbouw is zodanig klein geworden dat dit niet meer meegenomen wordt in de weerstandscapaciteit.

Kengetal risico’s grondexploitatie In de Paragraaf Weerstandsvermogen gaan we ook in op het kengetal dat een inschatting geeft van de risico’s grondexploitatie. Hieronder staan in een tabel de onderliggende bedragen die tot het kengetal leiden. Het kengetal is de totale boekwaarde van alle grondcomplexen gedeeld door de totale jaarlijkse baten van de gemeente. Dit geeft een percentage. Hoe lager het percentage, hoe lager het risico op de grondexploitaties.

Kengetal Risico’s grondexploitatie Rekeni ng Rekening 2018 2019

(bedragen x € 1.000) A. Niet in exploitatie genomen 8.545 10.209 bouwgronden B. Bouwgronden in exploitatie 2.512 -1.872 min voorzieningen voor verliezen C. Totale baten 260.229 272.057

(A+B)/C x 100% 4,25% 3,06 %

Uit deze tabel blijkt dat het percentage en daarmee het risico op de grondexploitaties is afgenomen, vanwege de grondverkopen in 2019 met als gevolg een lagere boekwaarde.

Pagina 61 van 126

Pagina 62 van 126 3. Jaarrekening

3.1 Vooraf

We geven voor 2019 in de jaarrekening, in aanvulling op het jaarverslag, een verdere financiële toelichting. We leggen financiële verantwoording af. We geven aan: • of er overeenkomstig de begroting is gehandeld • waar er verschillen zijn ontstaan (en waarom) • wat de afwijkingen voor betekenis hebben voor de financiële positie van de gemeente

We brengen de volgende zaken in beeld: • Balans • Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling We geven een overzicht van verplichte aspecten op basis van het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten • Toelichting balans • Programmarekening met toelichting We geven een financieel beeld per programma. We richten ons specifiek op de grotere afwijkingen. We vermelden of afwijkingen al dan niet een incidenteel of een structureel effect hebben.

Pagina 63 van 126

3.2 Balans

Balans per 31 december (bedragen x € 1.000) ACTIVA 31-12-2019 31-12-2018

Vaste activa

Immateriële vaste activa 594 895 - Kosten van onderzoek en ontwikkeling 58 195 - Bijdragen aan activa in eigendom van derden 536 700

Materiële vaste activa 211.990 214.633 - In erfpacht uitgegeven gronden 526 526 - Investeringen met een economisch nut 182.292 175.660 - Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven 20.309 21.544 - Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend een maatschap - pelijk nut 8.863 16.903

Financiële vaste activa 32.072 34.218 - Kapitaalverstrekkingen aan: - deelnemingen 1.013 1.013 - Leningen aan - Woningbouwcorporaties 23.083 24.604 - Overige verbonden partijen 3.434 3.396 - Overige langlopende leningen u/g 4.542 5.205

Totaal vaste activa 244.656 249.746 Vlottende activa

Voorraden 958 2.541 - Onderhanden werk - In exploitatiegenomen gronden 925 2.512 - Grond- en hulpstoffen 33 29

Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar 65.514 41.198 - Vorderingen op openbare lichamen 14.261 18.343 - Overige vorderingen 6.400 14.634 - Uitzettingen in ’s Rijks schatkist met een rentetypische looptijd korter dan één jaar 44.853 8.221

Liquide middelen 2.667 5.625 - Kassaldi 1 11 - Banksaldi 2.666 5.614

Overlopende activa 4.246 13.327 - overige nog te ontvangen bedragen en vooruitbetaalde bedragen die ten laste van volgende begrotingsjaren komen. 4.246 13.327

Totaal vlottende activa 73.385 62.691

Totaal generaal 318.041 312.437

Pagina 64 van 126

Balans per 31 december (bedragen x € 1.000) PASSIVA 31-12-2019 31-12-2018

Vaste passiva

Eigen vermogen 47.777 61.052 - Algemene reserve 8.941 12.365 - Bestemmingsreserves 47.947 52.051 - Gerealiseerde resultaat -9.111 - 3.364

Voorzieningen 26.699 23.399 - Voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's 12.544 8.109 - Voorziening voor toekomstige investeringen waarvoor een heffing wordt geheven 14.155 15.290

Vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer 197.923 173.503 - Onderhandse leningen van: - Binnenlandse banken en overige financiële instellingen 197.923 173.503

Totaal vaste passiva 272.399 257.954 Vlottende passiva

Netto vlottende schulden met een rente typische looptijd korter dan één jaar 29.978 41.176 - Kasgeldleningen 15.000 27.000 - Banksaldi 1.903 2.661 - Overige schulden 13.075 11.515

Overlopende passiva 15.664 13.307 - Verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen, met uitzondering van Jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume; 13.631 10.442 - De van Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedings- doel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren; 565 334 - Vooruitontvangen bedragen met een specifiek bestedingsdoel 611 - Overige vooruit ontvangen bedragen ten bate van volgende jaren begrotingsjaren komen. 857 2.531

Totaal vlottende passiva 45.642 54.483

Totaal generaal 318.041 312.437

Gewaarborgde geldleningen 32.519 34.502

Pagina 65 van 126 3.3 Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling

Besluit begroting en verantwoording De jaarrekening is opgemaakt met inachtneming van de voorschriften uit het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten(BBV) en de financiële verordening ex artikel 212 Gemeentewet, waarin door de gemeenteraad op d.d. 15 december 2016 de uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede de regels voor het financiële beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie zijn vastgesteld.

Algemene grondslagen opstellen jaarrekening • De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van histo- rische kosten. Tenzij bij het desbetreffende balanshoofd anders is vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarden. • De baten en lasten worden toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten worden slechts genomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico's die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. • Dividendopbrengsten van deelnemingen worden als bate genomen op het moment waarop het dividend betaalbaar gesteld wordt.

Grondslagen balans

A1. Vaste activa

Activa voor 2011 Activa die aanwezig waren voor 2011 schrijven we conform de regels van de oude gemeenten af.

Toelichting afwijking beginbalans 01-01-2019 Gemeente Súdwest-Fryslân voert diverse incidentele exploitatieprojecten uit, waarbij er enerzijds geld beschikbaar wordt gesteld door externe partijen (subsidies) en anderzijds eigen middelen. Deze eigen middelen zijn beschikbaar gesteld door de raad en opgenomen in de bestemmingsreserve: Reserve beschikbaar gestelde kredieten uit reserves.

Wij hebben tot en met boekjaar 2018 de exploitatieresultaten van deze projecten niet jaarlijks toegerekend aan het verantwoordingsjaar waarop deze betrekking hebben. Eveneens hebben wij jaarlijks niet de eigen middelen uit de hiervoor beschikbaar gestelde bestemmingsreserve onttrokken. In plaats daarvan zijn deze projectresultaten als boekwaarde onder de materiele vaste activa verantwoord, en werd bij afsluiting van het project het volledige projectresultaat ineens ten laste van de exploitatie gebracht (via de afschrijvingen).

Dit heeft geleid tot de hieronder opgenomen afwijking in de jaarrekening van 2018 en in de beginbalans van boekjaar 2019. - De bestemmingsreserve ‘Reserve beschikbaar gestelde kredieten uit reserves’ in de jaarrekening van 2018 is 9,017 miljoen te hoog verantwoord. - Het resultaat voor bestemming in jaarrekening van 2018 is 9,017 miljoen te hoog verantwoord. - De reservemutaties zijn niet juist weergegeven. De onttrekkingen zouden 9,017 miljoen hoger moeten zijn als gevolg van het aanwenden van de bestemmingsreserves. - De boekwaarde van de materiele vaste activa is 9,017 miljoen te hoog verantwoord.

De hierboven genoemde afwijkingen leiden niet tot een afwijking van het resultaat na bestemming omdat de gesaldeerde impact van de hierboven genoemde fouten op het resultaat na bestemming nihil is.

Immateriële vaste activa De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- c.q. vervaardigingsprijs verminderd met de afschrijvingen en waardeverminderingen die naar verwachting duurzaam zijn. Eventuele van derden verkregen specifieke investeringsbijdragen worden in mindering gebracht op het geactiveerde bedrag. Hierbij wordt de verkregen bijdrage als bate verantwoord.

• Kosten van onderzoek en ontwikkeling van een bepaald actief. De kosten van onderzoek en ontwikkeling worden in 5 jaar afgeschreven. De afschrijving van de geactiveerde kosten van onderzoek en ontwikkeling vangt aan bij ingebruikneming van het gerelateerde materiële vaste actief. • Bijdragen aan activa in eigendom van derden. Dergelijke geactiveerde bijdragen zijn gewaardeerd tegen het bedrag van de verstrekte bijdragen, verminderd met afschrijvingen. De verleende bijdragen worden afgeschreven in de periode waarin het betrokken actief van de derde op basis van de door de gemeente gestelde voorwaarden moet bijdragen aan de publieke taak.

Pagina 66 van 126 Materiële v aste activa : • In erfpacht uitgegeven gronden De in erfpacht uitgegeven percelen zijn gewaardeerd tegen de eerste uitgifteprijs (de waarde die bij eerste uitgifte als basis voor de canonberekening in aanmerking is genomen). • Investeringen met economisch nut Deze materiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investering in mindering gebracht. Slijtende investeringen worden in het jaar na ingebruikneming lineair afgeschreven in de verwachte gebruiksduur, waarbij rekening wordt gehouden met een eventuele restwaarde. De afschrijvingsmethode is vastgelegd in de door de raad vastgestelde verordening ex art. 212. Op grond met economisch nut (buiten de openbare ruimte) wordt niet afgeschreven. - Strategische gronden, voorheen “Niet in exploitatie genomen gronden (NIEGG)”: Conform de notitie grondexploitaties 2016 van de commissie BBV zijn NIEGG en bouwgronden in exploitatie (BIE) die per 1 januari 2016 uit exploitatie zijn genomen, op basis van een overgangsbepaling tegen de boekwaarde per 1 januari 2016 (ingangsdatum Wijzigingsbesluit) geherrubriceerd naar de materiële vaste activa. Deze overgangsbepaling heeft een looptijd van 4 jaar t/m 31 december 2019. Om de waarde van onze strategische gronden te toetsen, is een benchmark met actuele transacties van agrarische grond uitgevoerd. Hieruit blijkt dat de marktwaarde in de huidige bestemming - veelal agrarisch - van de grondcomplexen MVA valt binnen de marktconforme bandbreedte. • Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven Wanneer investeringen grotendeels of meer worden gedaan voor riolering, het inzamelen van huishoudelijk afval of andere alsook voor rechten die op grond van art. 229 lid 1 a en b Gemeentewet worden geheven, dan worden deze investeringen op de balans opgenomen in een aparte categorie: de investeringen met economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven. • Investeringen in openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut Investeringen met een maatschappelijk nut worden, evenals investeringen met een economisch nut, geactiveerd en over de verwachte toekomstige gebruiksduur afgeschreven. De afschrijvingsmethode is vastgelegd in de door de raad vastgestelde verordening ex art. 212. De verplichting om alle investeringen te activeren volgens de nieuwe methode geldt alleen voor investeringen die vanaf het begrotingsjaar 2017 worden gedaan. Door de invoering van de nieuwe systematiek blijven verschillen bestaan in de wijze waarop mag worden afgeschreven op investeringen in de openbare ruimte met maatschappelijk nut die vóór het begrotingsjaar 2017 zijn gedaan. Om inzicht te geven in het deel van de activa dat wel vergelijkbaar is qua systematiek is in het verloopoverzicht in de toelichting op de balans aangegeven welk bedrag volgens de nieuwe systematiek is verantwoord en welk deel volgens een andere systematiek.

Financiële vaste activa • Kapitaalverstrekkingen aan gemeenschappelijke regelingen en overige verbonden partijen, (overige) leningen u/g(uitgezet geld) en (overige) uitzettingen zijn – tenzij hierna anders is vermeld - opgenomen tegen nominale waarde. Zo nodig is een voorziening voor verwachte oninbaarheid in mindering gebracht. • Participaties in het aandelenkapitaal van NV's en BV's ("kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen" in de zin van het BBV) zijn gewaardeerd tegen de verkrijgingsprijs van de aandelen. Indien de waarde van de aandelen onverhoopt structureel mocht dalen tot onder de verkrijgingsprijs zal afwaardering plaatsvinden. Tot dusver is een dergelijke afwaardering gelukkig niet noodzakelijk gebleken. De actuele waarde ligt ruim boven de verkrijgingsprijs. • Van een deelneming is krachtens artikel 1 lid d BBV sprake als de gemeente participeert in het aandelenkapitaal van een NV of BV.

A2. Vlottende activa

Voorraden • Grond en hulpstoffen Grond- en hulpstoffen zijn opgenomen tegen verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Wanneer de marktwaarde lager is dan de verkrijgings- of vervaardigingspijs, wordt afgewaardeerd naar deze lagere marktwaarde. • Onderhanden werk, gronden in exploitatie De als onderhanden werken opgenomen bouwgronden in exploitatie zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs dan wel de lagere marktwaarde. De vervaardigingsprijs omvat de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals grondaankopen en kosten van bouw- en woonrijpmaken) alsmede de rentekosten berekend zoals voorgeschreven in het BBV en de administratie- en beheerskosten. Voor winstneming geldt de percentage of completion methode: voor zover gronden zijn verkocht en opbrengsten zijn gerealiseerd kan tussentijds naar rato van de voortgang van de grondexploitatie winst worden genomen. Hiervoor moet het resultaat op de grondexploitatie wel op betrouwbare wijze kunnen worden ingeschat. Indien aan de volgende voorwaarden is voldaan, bestaat er voldoende zekerheid om winst te kunnen nemen:

Pagina 67 van 126 1. Het resultaat op de grondexploitatie kan betrouwbaar w orden ingeschat. 2. De grond (of het deelperceel) moet zijn verkocht. 3. De kosten zijn gerealiseerd (winst wordt naar rato van de realisatie gerealiseerd). Zolang daarvan geen sprake is, worden de verkregen verkoopopbrengsten ten volle op de vervaardigingskosten in mindering gebracht.

Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar • Vorderingen De vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening wordt statisch bepaald op basis van de geschatte inningskansen.

Liquide middelen en overlopende posten Deze activa worden tegen nominale waarde opgenomen.`

Algemene uitkering De algemene uitkering dient in de jaarrekening verantwoord te worden conform de in het jaar laatst gepubliceerde accresmededeling, die doorgaans is opgenomen in de septembercirculaire van het boekjaar. Wij hebben als gemeente de algemene uitkering verantwoord o.b.v. de laatste verzamelstaat/ betaalspecificatie, welke wel gebaseerd is op de septembercirculaire maar waarbij de eenheden zijn geüpdate.

B1. Vaste passiva

Reserves Het eigen vermogen bestaat uit de algemene reserve, de bestemmingsreserve en het saldo van de rekening van baten en lasten. Reserves worden gevormd in overeenstemming met de door de raad genomen besluiten. Ook de onttrekkingen aan de reserves gebeurt in overeenstemming met een daartoe strekkend besluit.

Voorzieningen Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. De pensioenverplichting ten behoeve van de wethouders is echter tegen de contante waarde van de (reeds opgebouwde) toekomstige uitkeringsverplichtingen gewaardeerd.

Vaste schulden Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde, verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer.

B2. Vlottende passiva

De vlottende passiva worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.

C. Borg- en garantstellingen

Voor zover leningen door de gemeente gewaarborgd zijn, is buiten de balanstelling het totaalbedrag van de geborgde schuldrestanten per einde boekjaar opgenomen.

Pagina 68 van 126 3.4 Toelichting op de balans

We geven hier een toelichting op de balans. Alle bedragen x € 1.000.

A. Activa

ACTIVA 31 -12 -2019 31 -12 -2018 A1. Vaste activa a. Immateriële vaste activa 594 895 b. Materiële vaste activa 211.990 214.633 c. Financiële vaste activa 32.072 34.218 A2. Vlottende activa a. Voorraden 958 2.541 b. Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar 65.514 41.198 c. Liquide middelen 2.667 5.625 d. Overlopende activa 4.246 13.327

Totaal generaal 31 8.041 312.437

A1. Vaste activa

In de onderstaande verloopoverzichten wordt bij de diverse onderdelen een onderscheid gemaakt in “ rubriek 4 ” en “ rubriek 7 ”. Deze methodiek is gehanteerd om inzicht te verschaffen in de wijze waarop de bedragen van rubriek 4 (incidentele kredieten) zijn gecorrigeerd in 2019.

Rubriek 4: Dit betreffen uitgaven en baten ten aanzien van incidentele kredieten. Deze bedragen zijn grotendeels ten onrechte verantwoord in de boekwaarde per 01-01-2019 en in de mutaties (investeringen, bijdragen van derden) onder de materiele vaste activa in 2019. In boekjaar 2019 zijn deze bedragen gecorrigeerd door middel van: a. een her-rubricering naar rubriek 7; b. een overboeking naar de passivazijde of c. deze zijn via de afschrijvingslast opgenomen in de exploitatie. Rubriek 7: Dit betreffen boekwaarde en mutaties van de reguliere activa welke conform het BBV onder de Materiele Vaste Activa verantwoord moeten worden.

Als gevolg van de verantwoording van de incidentele kredieten onder de Materiele Vaste Activa is eveneens een fout in de beginbalans van de jaarrekening van boekjaar 2019 geconstateerd. Een nadere toelichting hiervan is opgenomen in paragraaf 3.3. Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling.

a. Immateriële vaste activa

Verloopoverzicht beginbalans Immateriële vaste activa Omschrijving Stand per Aanpassing Stand per 31 -12 -18 beginbalans 01 -01 -2019 Immateriële vaste activa 895 -369 526 Totaal Immateriële vaste activa 895 -369 526

Verloopoverzicht Immateriële vaste activa Omschrijving Boekwaarde Overboe - Investe - Afschrij - Bijdrage Verlies - Boekwaarde 31-12-2018 king ringen vingen van neming/ 31-12-2019 derden Afwaard. Kosten onderzoek en ontwikkeling - rubriek 4 183 184 355 12 - grondexploitatie 12 * - 12 46 46 Bijdragen aan activa in eigendom van derden - rubriek 4 186 830 724 179 113 - rubriek 7 514 18 63 46 423 Totaal 895 - 12 1.078 1.142 179 46 594 * Complex 97 Sneek; Harinxmaland fase 1F is in exploitatie genomen. De boekwaarde van € 12.000 (voorbereidingskosten) is overgeboekt naar bouwgrond in exploitatie.

Kosten onderzoek en ontwikkeling m.b.t. grondcomplexen: In 2019 bedragen de totale voorbereidingskosten voor de diverse grondexploitaties € 46.000.

Pagina 69 van 126 b. Materiële vaste activa

Verloopoverzicht beginbalans Materiële vaste activa Omschrijving Stand per Aanpassing Stand per 31 -12 -18 beginbalans 01 -01 -2019 a. In erfpacht uitgegeven gronden 526 526 b. Investeringen met een economisch nut 175.660 560 176.220 c. Investeringen met een economisch nut waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven 21.544 -28 21.516 d. Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend een maatschappelijk nut 16.903 -9.180 7.723 Totaal Materiële vaste activa 214.633 -8.649 205.984

Verloopoverzicht materiële vaste activa Omschrijving Boekwaarde Boekwaarde 31 -12 -2018 31 -12 -2019 a. In erfpacht uitgegeven gronden 526 526 b. Investeringen met een economisch nut 175.660 182.292 c. Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven 21.544 20.309 d. Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend een maatschappelijk nut 16.903 8.863 Totaal 214.633 211.990

Toelichting sub b: Verloop investeringen met een economisch nut Omschrijving Boekwaarde Her - Investering Des - Afschrij - Bijdrage Overboeken Boekwaarde 31-12-2018 rubricering inves- vingen van naar overige 31-12-2019 tering derden jaarrekening posten Gronden en terreinen - rubriek 4 -812 32 -599 64 245 0 - rubriek 7 8.283 247 79 8.451 Strategische gronden 8.545 1.664 10.209 Bedrijfsgebouwen - rubriek 4 871 -575 440 692 92 48 0 - rubriek 7 135.339 455 13. 134 387 4.616 2.958 140.967 Woonruimten - rubriek 7 218 24 194 Grond -, weg - en waterbouwkundige werken - rubriek 4 6 6 0 - rubriek 7 7.516 367 956 6.927 Machines, apparaten en installaties - rubriek 7 6.803 790 927 6.666 Vervoermiddelen - rubriek 7 1.258 352 212 1.398 Overige materiële vaste activa - rubriek 4 -29 21 14 22 0 - rubriek 7 7.668 2.497 2.301 228 -156 7.480 Totaal 175.660 127 19. 303 387 9.228 3. 342 159 182.292 Kolom “herrubricering”: betreffen verschuivingen binnen de diverse onderdelen van de materiële vaste activa. Kolom “overboeking naar overige jaarrekeningposten”: betreffen posten welke voorheen onder de materiële vaste activa werden geboekt, maar nu aan de andere zijde van de balans (passiva) zijn verantwoord.

Verloopoverzicht van strategische gronden (voorheen NNIEG, SG en OG): Omschrijving Boekwaarde Investering Des - Winstneming Afwaardering Boekwaarde 31 -12 -2018 investering 31 -12 -2019 Strategische gronden 8.545 * 1.664 10.209 Totaal 8.545 1.664 10.209 * Betreft grondaankopen Bolsward-Oost

Pagina 70 van 126 Hieronder een opsomming van de belangrijkste investeringen met een economisch nut: Belangrijkste in het boekjaar gedane investeringen zijn Investering

Diverse investeringen onderwijshuisvesting 1.096 Diverse investeringen m.b.t. automatisering 2.112 Centrale huisvesting 9.278 Cultuur Historisch Centrum “De Tiid” 2.027 Aanschaf van diverse auto’s en machines 706 Herhuisvesting buitendienst 489

Toelichting sub c: Verloop investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven Omschrijving Boekwaarde Her - Investe - Des - Afschrijvingen Bijdrage Boekwaarde 31-12-2018 rubricering ringen investering van 31-12-2019 derden Riolering - rubriek 7 17.274 49 1.155 16.168 Afvalstoffen - rubriek 4 28 145 173 0 - rubriek 7 4.242 521 622 4.141 Rioleringen 21.544 715 1.777 173 20.309

Toelichting sub d: Verloop investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut Omschrijving Boekwaarde Her - Investe - Afschrij - Bijdrage Overboeken Boekwaarde 31-12-2018 rubricering ringen vingen van naar overige 31-12-2019 derden jaarrekening posten Maatschappelijk nut vòòr 2017 Grond -, weg - en waterbouw - kundige werken - rubriek 4 7.777 -2.110 714 6. 235 -224 -370 0 - rubriek 7 6.032 721 3 488 6.268 Overige materiële vaste activa - rubriek 4 1.093 227 1.123 207 13 3 Maatschappelijk nut vanaf 2017 Grond -, weg - en waterbouw - kundige werken - rubriek 4 1.438 433 1.463 930 543 21 - rubriek 7 157 1.262 1.143 57 1 2.504 Overige materiële vaste activa - rubriek 4 406 620 964 34 28 - rubriek 7 39 39 Totaal 16.903 -127 3.179 10. 330 948 186 8.863 Kolom “herrubricering”: betreffen verschuivingen binnen de diverse onderdelen van de materiële vaste activa. Kolom “overboeking naar overige jaarrekeningposten”: betreffen posten welke voorheen onder de materiële vaste activa werden geboekt, maar nu aan de andere zijde van de balans (passiva) zijn verantwoord.

Belangrijkste in het boekjaar gedane investeringen in de openbare ruimte Investering Bijdragen van met uitsluitend maatschappelijk nut derden Opstartkosten opgave IJsselmeerkust 423 Infrastructuur Rolpeal 798 Inpassing 6 fonteinen -54 841

Pagina 71 van 126 c. Financiële vaste activa Omschrijving Boekwaarde Investe - Afschrij - Aflossing * Niet ** Mutatie Boekwaarde 31-12-2018 ringen vingen ontvangen Voorziening 31-12-2019 aflossing 2019

Kapitaalverstrekkingen Deelnemingen 1.327 74 1.401 ** Voorziening deelneming VZS -314 -74 -388 Leningen Woningbouwcorporaties 24.604 1.521 23.083 Overige verbonden partijen 3.716 233 233 3.716 ** Voorziening lening VZS -320 38 -282 Overige langlopende leningen 5.205 146 809 4.542 Totaal 34.218 220 2.563 233 36 32.072 * De aflossingen van financiële vaste activa moeten op kasbasis worden verantwoord. Indien de aflossingen op 31-12-2019 nog niet zijn ontvangen, moeten deze in het verloopoverzicht worden gecorrigeerd. Het betreft hier de nog niet ontvangen aflossing van de Stichting Vastgoed Zwembad Sneek ad € 233.000

** Betreft de voorziening lening Vastgoed Zwembad Sneek, welke balans-technisch in mindering moet worden gebracht op de deelneming en de lening Vastgoed Zwembad Sneek.

A2. Vlottende activa a. Voorraden Omschrijving Boekwaarde Boekwaarde 31 -12 -2018 31 -12 -2019 a. Grond - en hulpstoffen 29 33 b. Onderhanden werk 2.512 925 Totaal 2.541 958

Toelichting sub a: Grond- en hulpstoffen Omschrijving Liters Prijs Bedrag

Dieselolie : Beginvoorraad 1 -1-2019 29.047 1,00 29 Inkoop 610.069 615 Verbruik 613.598 615 Meet - en prijsverschillen *) 7.008 4 Eindvoorraad 31 -12 -2019 32.526 33 *) Meet- en prijsverschillen ontstaan omdat we voor het verbruik rekenen met vaste standaardtarieven en we de eindvoorraad meten met hele centimeters. Zo zijn kleine afwijkingen niet te vermijden.

Toelichting sub b: Onderhanden werk Omschrijving Boekwaarde Boekwaarde 31 -12 -2018 31 -12 -2019 Bouwgronden in exploitatie (BIE) 12.399 6.942 Voorziening -9.887 * -6.017 Totaal 2.512 925 * Voor de verwachte verliesgevende grondexploitaties is een voorziening getroffen van € 8.814.000. Het is een waardecorrectie op de grondexploitaties en wordt om die reden in mindering gebracht op de boekwaarde. Echter wanneer bij een grondexploitatie de voorziening groter is dan de boekwaarde, moet het restant van de voorziening (wat niet kan worden gesaldeerd) aan de passivakant bij de voorzieningen worden gepresenteerd. Voor 2019 gaat het in totaal om € 2.797.000. Resteert een voorziening van € 6.017.000 welke hier als waardevermindering op de boekwaarde wordt gebracht.

Pagina 72 van 126 Overzicht verloop Bouwgronden in exploitatie (BIE) Omschrijving Boekwaarde Over - Mutaties Mutatie Overboeken Winst Verlies Boekwaarde 31-12-2018 boeking voor- naar neming neming 31-12-2019 ziening voorziening

In exploitatie genomen 3.057 * + 12 -5.861 1.073 2.797 404 1.482 gronden (IEG) Af te sluiten complexen -545 -12 -557 Totaal 2.512 + 12 -5.873 1.073 2.797 404 925 * Complex 97 Sneek; Harinxmaland fase 1F is in exploitatie genomen. De boekwaarde van € 12.000 (voorbereidingskosten) is van de immateriële vaste activa overgeboekt naar bouwgrond in exploitatie.

Algemene toelichting grondexploitaties Opgemerkt moet worden dat het uiteindelijke resultaat van de grondexploitaties afhankelijk is van een aantal onzekere factoren. Vooral de te realiseren grondprijzen, de fasering van de complexen en de realisatie van de geplande verkopen zullen van invloed zijn op het uiteindelijke resultaat van deze grondcomplexen.

Uitgangspunten Per grondcomplex is een toets uitgevoerd op de uitgangspunten. Ten behoeve van de resultaats- bepalingen van de grondexploitaties zijn rekenuitgangspunten vastgelegd en gehanteerd. Deze uitgangspunten hebben vooral betrekking op toekomstige verwachtingen en veronderstellingen. De uitgangspunten zijn, naast de in het verleden gemaakte keuzes, in belangrijke mate bepalend voor het verwachte resultaat van de betreffende grondexploitaties. Het gaat onder andere om de volgende uitgangspunten, schattingen, ramingen en veronderstellingen: • planningsaspecten • grondprijzen • uitgiftetempo van kavels • bouw- en woonrijp maken • afspraken uit contractvorming

We hebben begin 2020 een keuze gemaakt in de uitgangspunten voor het herzien van de grondexploitaties (BIE): • Rente 2,23% (was 2,73%) • Jaarlijkse kostenstijging 2,00% (ongewijzigd) • Jaarlijkse opbrengstenstijging 1,50% (was 1,00%) • Gemiddeld uitgiftetempo woningbouwkavels Minimaal 70 kavels per jaar (was gemiddeld 70 kavels) • Uitgiftetempo bedrijventerrein Gemiddeld circa 2 hectare per jaar (ongewijzigd)

Voor alle bouwgronden in exploitatie (BIE) is een samengevoegde Staat P gemaakt, zie overzicht hierna. Dit is de stand per 1-1-2020, na winst- en verliesnemingen in 2019. Hierin staan de totale kosten en opbrengsten. Daarbij staat ook wat er daarvan al gerealiseerd is. Tenslotte is ook aangegeven wat er nog aan kosten en opbrengsten wordt verwacht.

Pagina 73 van 126 Overzicht samenvoeging grondexploitaties:

De belangrijkste kengetallen uit deze tabel: • Boekwaarde per 31-12-2019: € 7,5 miljoen nadelig. Middelste cijferkolom, regel “Saldo”. Nb: samen met de boekwaarde van het grondcomplex ‘Te maken kosten in afgesloten grondcomplexen’ van € 0,6 miljoen voordelig komt de totale boekwaarde op € 6,9 miljoen nadelig. • Te verwachten kosten: € 32,2 miljoen. Meest rechtse kolom, regel “Totaal kosten”. • Te verwachten opbrengsten: € 32,2 miljoen. Meest rechtse kolom, regel “Totaal opbrengsten”. • Aan het einde van de looptijd verwachten we een tekort van circa € 7,5 miljoen. Zie de op twee na onderste regel “Saldo per ultimo”. Dit resulteert in een tekort op contante waarde per 01-01-2020 van € 6,2 miljoen als de huidige uitgangspunten werkelijkheid worden. Zie de op één na onderste regel “Tekort op startwaarde”. Dit bedrag bestaat uit de saldering van grondexploitaties met een tekort en met een overschot. • De grondexploitaties met een verwacht tekort zijn afgedekt door middel van een voorziening die is opgenomen in de jaarrekening 2019. Een voorziening kenmerkt zich doordat deze zowel in positieve of negatieve zin bijgesteld kan worden.

Pagina 74 van 126 b. Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar Omschrijving Saldo Saldo Overboeking Voorziening Gecorrigeerd 31-12-2018 31-12-2019 naar FVA * saldo 31 -12 -2019 Vorderingen op openbare lichamen 18.343 14.261 14.261 Overige vorderingen 14.634 10.783 233 4.150 6.400 Uitzettingen in ’s Rijks schatkist met een rentetypische looptijd korter dan één jaar 8.221 44.853 44.853 Totaal 41.198 69.897 233 4.150 65.514 * De aflossingen met betrekking tot de financiële vaste activa (FVA), welke in 2019 nog niet zijn ontvangen, moeten in het verloopoverzicht van de FVA worden verantwoord. Het betreft hier de nog niet ontvangen aflossing van de Stichting Vastgoed Zwembad Sneek ad € 233.000

De overige vorderingen bestaan voor een bedrag van € 6.771.000 uit debiteuren Sociale Zaken, hiervan heeft € 3.697.000 betrekking op dubieuze debiteuren (voorziening dubieuze debiteuren). Het restant bedrag van € 4.012.000 heeft betrekking op alle overige debiteuren waarvoor een voorziening dubieuze debiteuren van € 453.000 is opgenomen.

Schatkistbankieren Met schatkistbankieren wordt een risicoarm en een doelmatig beheer van publieke gelden beoogd. Tijdens de recente economische crisis is de schatkist van het Rijk een veilige haven gebleken. De gemeente is verplicht om haar overtollige middelen in de schatkist van het Rijk aan te houden. Om het dagelijkse kasbeheer te vereenvoudigen geldt er een drempelbedrag, dat we buiten de schatkist mogen houden. Het drempelbedrag is afhankelijk van het begrotingstotaal. Voor onze gemeente is het drempelbedrag 0,75% van het begrotingstotaal. De benutting van dit drempelbedrag berekenen we gemiddeld over alle dagen in het kwartaal. Gemiddeld mogen we maximaal € 1.913.000 buiten de schatkist hebben (zie punt 1). We overschrijden het drempelbedrag niet (zie punt 3b).

Berekening benutting drempelbedrag schatkistbankieren (bedragen x € 1000) Verslagjaar (1) Drempelbedrag 1.913 Kwartaal 1 Kwartaal 2 Kwartaal 3 Kwartaal 4 Kwartaalcijfer op dagbasis

(2) buiten 's Rijks schatkist 1.430 790 625 535 aangehouden middelen Ruimte onder het (3a) = (1) > (2) drempelbedrag 483 1.123 1.288 1.378 Overschrijding van het (3b) = (2) > (1) drempelbedrag - - - - (1) Berekening drempelbedrag Verslagjaar

(4a) Begrotingstotaal verslagjaar 255.000 Het deel van het begrotingstotaal dat kleiner (4b) of gelijk is aan € 500 255.000 miljoen Het deel van het

(4c) begrotingstotaal dat de € - 500 miljoen te boven gaat (1) = (4b)*0,0075 + (4c)*0,002 met een Drempelbedrag 1.913 minimum van €250.000 (2) Berekening kwartaalcijfer op dagbasis buiten 's Rijks schatkist aangehouden middelen Kwartaal 1 Kwartaal 2 Kwartaal 3 Kwartaal 4 Som van de per dag buiten 's Rijks schatkist

(5a) aangehouden middelen 128.685 71.871 57.436 49.201 (negatieve bedragen tellen als nihil) (5b) Dagen in het kwartaal 90 91 92 92 Kwartaalcijfer op dagbasis

(2) - (5a) / (5b) buiten 's Rijks schatkist 1.430 790 625 535 aangehouden middelen

Pagina 75 van 126 c. Liquide middelen Omschrijving Saldo Saldo 31 -12 -2018 31 -12 -2019 Kassaldi 11 1 Banksaldi 5.614 2.666 Totaal 5.625 2.667

d. Overlopende activa Omschrijving Saldo Saldo 31-12-2018 31-12-2019 Overige nog te ontvangen bedragen 13.327 4.246 Totaal 13.327 4.246

B. Passiva

PASSIVA 31 -12 -2019 31 -12 -2018 B1. Vaste passiva a. Eigen vermogen 47.777 61.052 b. Voorzieningen 26.699 23.399 c. Vaste schulden met rentetypische looptijd van één jaar of langer 197.923 173.503 B2. Vlottende passiva a. Netto vlottende schulden met rentetypische looptijd korter dan één jaar 29.978 41.176 b. Overlopende passiva 15.664 13.307

Totaal generaal 318.041 312.437

B1. Vaste passiva a. Eigen vermogen

Verloopoverzicht beginbalans Eigen Vermogen Omschrijving Stand per Aanpassing Stand per 31 -12 -18 beginbalans 01 -01 -2019 Algemene reserve 12.365 12.365 Bestemmingsreserves 52.051 -9.017 43.034 Gerealiseerde resul taat -3.364 5.653 Totaal Eigen Vermogen 61.052 -9.017 52.035

Verloopoverzicht Eigen Vermogen Omschrijving Saldo Toevoeging Onttrekking Saldo 01 -01 -2019 31 -12 -2019 Algemene reserve 12.365 1.677 5.101 8.941 Bestemmingsreserves 52.051 11.902 16.006 47.947 Gerealiseerde resul taat -3.364 -9.111 -3.364 -9.111 Totaal 61.052 4.468 17.743 47.777

Pagina 76 van 126 Overzicht verloop reserves (tussen 01-01-2019 en 31-12-2019) excl. gerealiseerde resultaat Nr. Reserve omschrijving Saldo Toevoeging I/S Onttrekking I/S Saldo 01-01-2019 31-12-2019 108 Algemene reserve SWF 12.364.960 1.677.259 I 5.101.162 I 8.941.057 113 Reserve Kernenfonds, onderdeel 273 273 I 0 projectengeld 119 Reserve kapitaalgoederen SWF 657.872 35.000 S 692.872 120 Reserve groot onderhoud 339.920 17.850 S 33.543 I 324.227 sport/recreatie/dorpshuizen SWF 126 Reserve rehabilitatie pand Bouma 4.730 4.730 I 0 SWF 137 Reserve precariobelasting 17.565.000 1.885.000 S 23.738.575 4.288.575 I 138 Reserve Flexpool 1.750 1.750 I 0 139 Reserve onderhoud gebouwen 867.000 359.018 I 828.500 I 397.518 140 Reserve verduurzamen vastgoed 12.085 12.085 141 Reserve HHT 357.567 357.567 142 Reserve ontwikkelagenda 1.315.500 500.000 S 1.553.001 I 262.499 143 Reserve sociaal domein 1.277.699 765.700 I 511.999 222 Reserve diverse objecten 230.001 230.001 399 Reserve beschikbaar gestelde 29.421.018 4.816.559 I 12.818.394 I 21.419.183 kredieten uit reserves Totaal 64.415.375 13.579.261 21.107.053 56.887.583

Korte toelichting per reserve

Nr. Reserve omschrijving Saldo Toelichting 31-12-2019

Algemene reserve 108 Algemene reserve 8.941.057 Algemene reserve

Bestemmingsreserve 113 Kernenfonds, onderdeel 0 Meerdere kleinere projecten projectengeld 119 Kapitaalgoederen 692.872 Meerdere bijdragen aan onderhoud/ verbetering kapitaalgoederen 120 Groot onderhoud 324.227 Meerdere bijdragen aan groot onderhoud sport/recreatie/dorpshuizen 126 Rehabilitatie pand Bouma, Sneek 0 Planontwikkeling hoek Tweede Oosterkade/ Leeuwar derweg 137 Precariobelasting 23.738.575 Surplus inkomsten precariobelasting 138 Reserve Flexpool 0 Egalisatiereserve resultaat Flexpool 139 Onderhoud gebouwen 397.518 Meerdere bijdragen aan onderhoud gebouwen 140 Verduurzamen vastgoed 12.085 Extra middelen voor verduurzaming gebouwen (overheveling vanuit reserve SLOK-gelden) 141 Reserve HHT 357.567 Middelen ten behoeve van Huishoudelijke toeslag 142 Reserve ontwikkelagenda 262.499 Middelen voor het uitvoeren van de projecten van de ontwikkelagenda 143 Reserve sociaal domein 511.999 Middelen voor ontwikkelingen in het sociaal domein 222 Reserve diverse objecten 230.001 Verzameling van een groot aantal diverse (vaak relatief kleinere) ontwikkelingen of bijdragen 399 Beschikbaar gestelde kredieten uit 21.419.183 Investeringskredieten uit andere reserves die al beschikbaar gesteld reserves zijn door de Raad

Totaal 56.887.583

b. Voorzieningen

Omschrijving Saldo Toevoeging In Vrijval Aan - Overboeking Saldo 01-01-2019 mindering wending van overige 31-12-2019 op FVA * jaarrekening posten Voorziening voor verplichtingen, verliezen en risico’s 8.109 2.945 36 54 1.217 2.797 12.544 Voorziening voor toekomstige investeringen waarvoor een heffing wordt geheven 15.290 2.265 185 3.215 14.155 Totaal 23.399 5.210 36 239 4.432 2.797 26.699 * Zie toelichting bij “Overzicht verloop voorzieningen”

Pagina 77 van 126 Voorziening voor bijdragen aan toekomstige vervangingsinvesteringen waarvoor een heffing wordt geheven heeft betrekking op voorziening riolering SWF en voorziening egalisatie afvalstoffenheffing. De voorziening riolering SWF wordt alleen gebruikt voor vervangingen en niet voor groot onderhoud. Wij hanteren voor deze voorziening de componentenmethode. Volgens notitie riolering BBV is het niet toegestaan een voorziening groot onderhoud te vormen bij toepassing van de componentenmethode. Het vGRP is de basis voor de voorziening riolering, daar komen de investeringsbijdragen uit voor rioolvervanging, pompen en gemalen etc.

Overzicht verloop voorzieningen (tussen 01-01-2019 en 31-12-2019) Nr. Voorziening omschrijving Saldo Toevoeging In Vrijval Vermin - Over - Saldo 01-01-2019 mindering dering boeking van 31-12-2019 op FVA * overige jaarrekening posten

Voorziening voor verplichtingen, verliezen en risico’s: 401 Wachtgeldaanspraken wethouders 643.408 102.098 227.735 517.771 404 Wethouderspensioenen SWF 6.612.629 2.057.792 333.955 8.336.466 421 Particuliere woning verbetering 6.539 6.539 444 Lening vastgoed zwembad Sneek 634.080 36.331 670.411 * In mindering gebracht op FVA -634.080 36.331 -670.411 447 Voorziening knelpunten personeel 789.500 315.075 53.965 598.590 452.020 449 Voorziening fietsbrug 57.300 57.147 153 450 Voorziening Klameare 0 346.000 346.000 451 Voorziening onderhoud 0 88.195 88.195 Middenmeer, Stavoren -- Voorziening g rondexploitaties 0 2.797.000 2.797.000

Voorziening voor toekomstige investeringen waarvoor een heffing wordt geheven 439 Riolering SWF 15.104.986 2.265.749 3.215.435 14.155.300 446 Egalisatie afvalstoffenheffing 184.840 184.840 0

Totaal 23.399.202 5.211.240 36.331 238.805 4.432.862 2.797.000 26.699.444 * Balans-technisch wordt de voorziening Vastgoed Zwembad Sneek in mindering gebracht op de financiële vaste activa bij - deelneming Vastgoed Zwembad Sneek ad € 388.359 (is 51% gestort aandelenkapitaal en agio) - lening Vastgoed Zwembad Sneek ad € 282.052 (is restant)

c. Vaste schulden met een looptijd langer dan één jaar Omschrijving Saldo Vermeer - Aflossingen Saldo 31 -12 -2018 deringen 31 -12 -2019 Onderhandse leningen van: Binnenlandse banken en overige financiële instellingen 173.503 40.000 15.580 197.923 Totaal 173.503 40.000 15.580 197.923 De totale rentelast voor 2019 met betrekking tot de vaste schulden bedraagt € 5.682.026.

B2. Vlottende passiva a. Netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar Omschrijving Saldo Saldo 31 -12 -2018 31 -12 -2019 Kasgeldleningen 27.000 15.000 Banksaldi 2.661 1.903 Overige schulden 11.515 13.075 Totaal 41.176 29.978

Pagina 78 van 126 b. Overlopende passiva Omschrijving Saldo Saldo 31 -12 -2018 31 -12 -2019 Verplichtingen 10.442 13.631 Ontvangen voorschotbedragen van Europese en Nederlandse overheidslichamen m.b.t. uitkeringen specifiek bestedingsdoel 334 565 Vooruitontvangen bedragen met een specifiek bestedingsdoel 611 Overige vooruit ontvangen bedragen 2.531 857 Totaal 13.307 15.664

Overzicht verloop ontvangen voorschotbedragen van overheidslichamen Omschrijving Saldo Toevoeging Vrijval Saldo 31-12-2018 31-12-2019 Rijksbijdrage RMC 334 139 195 Rijksbijdrage 0nderwijsachterstandenbeleid 171 171 Provinsje Fryslân; bijdrage IJlsterkade 199 199 Totaal 334 370 139 565

Overzicht vooruitontvangen bedragen met een specifiek bestedingsdoel Omschrijving Saldo Overboeking Saldo 31-12-2018 van overige 31-12-2019 jaarrekening posten Ontwikkeling plangebied 2e Oosterkade/Leeuwarderweg 188 188 Herinrichting Stationsgebied Sneek fase 1 91 91 Aanleg busstation fiets/loopverbinding Bolsward 72 72 Herinrichting locatie vm belastingkantoor Kerkhoflaan 64 64 Arrivaterrein Bolsward 57 57 Herstel en upgrading Kazematten 56 56 AZC onderwijshuisvesting Sneek 48 48 Cultureel Erfgoed - archeologische waardenkaart 22 22 Aanpak woninginbraken 13 13 Totaal 0 611 611

C. Gewaarborgde geldleningen De gemeente heeft aan diverse gemeentelijke gelieerde instellingen waarborgen verstrekt voor uitstaande leningen. Het risico van deze waarborgen schatten we op 0% en er zijn hiervoor geen voorzieningen in de balans opgenomen. Het grootste deel van de garanties heeft betrekking op de door woningbouwverenigingen aangetrokken geldleningen. Er is in 2019 geen aanspraak gemaakt op de garantstelling.

Per 31 december 2019 bedraagt het totaal van de gewaarborgde geldleningen: Omschrijving Oorspronkelijk Percentage Boekwaarde Boekwaarde bedrag borgstelling 31 -12 -2018 31 -12 -2019 Woningbouw 45.158 95 26.376 24.684 Recreatiestichting 463 100 189 165 HVO 1.520 100 819 669 Sport 7.084 96 6.930 6.838 Cultuur 45 100 2 0 Overig 268 100 187 163 Totaal 54.5 38 34.503 32.519

D. Aanvullende toelichting op niet uit de balans blijkende financiële verplichtingen De gemeente is voor een aantal toekomstige jaren verbonden aan verschillende, niet uit de balans blij- kende, financiële verplichtingen. Hieronder een opsomming van de belangrijkste van deze verplich- tingen:

Pagina 79 van 126 Langlopende huurcontracten Omschrijving Huurbedrag t/m

De Wymerts 7 Bolsward 235 3 maandelijks opzegbaar Himmelumerdyk 2 Warns 181 2050 Marktstraat 12 Sneek 34 jaarlijks opzegbaar Martini plein 15 Sneek (Martinistaete) 130 Jaarlijks opzegbaar Martiniplein 1 Sneek (Rabobank) 42 31 -12 -2019

Langlopende leasecontracten Omschrijving Huurbedrag t/m

Vrachtwagen Volvo 20 2019

Contracten welke niet voldoen aan de Europese aanbestedingsregels Van onderstaande contracten is geconstateerd dat deze niet voldoen aan de Europese aanbestedingsregels. - Loyalis; aanvullende arbeidsongeschiktheidsverzekering personeel Totale contractwaarde € 842.000 - Taxameter; aanpassing parkeerautomaten Totale contractwaarde € 366.000

Gebeurtenissen na balansdatum Het COVID-19 (Corona) virus heeft geen financiële gevolgen voor de jaarrekening 2019, maar wel naar verwachting voor veel beleidsterreinen van onze begroting 2020 en mogelijk voor de jaren daarna. Hoe groot de financiële impact zal zijn is nu onmogelijk te bepalen. We monitoren onze risico’s en die van onze partners voortdurend. Onze organisatie loopt geen risico voor de continuïteit. We bewaken onze liquiditeitspositie goed en nemen zo nodig maatregelen om onze taken gedurende deze crisis zo goed mogelijk te blijven uitvoeren.

In de liquiditeitsprognose is gekeken naar een eventuele aanvullende liquiditeitsbehoefte als gevolg van het coronacrisis, welke onder andere kan ontstaan als gevolg hieronder gekwantificeerde financiële risico’s. Op basis van de liquiditeitsbegroting tot en met juni 2021 dient er additionele financiering te worden verkregen voor een bedrag van € 35.000.000. Er is voldoende ruimte onder de kasgeldlimiet om op basis van kasgeldleningen in de liquiditeitsbehoefte te voorzien. In het tweede kwartaal van 2020 is een eerste impactanalyse gemaakt met betrekking tot de gevolgen van de coronacrisis voor de gemeente Súdwest-Fryslân. De gevolgen van de crisis voor zowel de gemeentelijke beleidsdoelstellingen als de gemeentelijke financiën zijn hiertoe, daar waar mogelijk, geduid. Daarbij wordt opgemerkt dat er op dit moment nog grote onzekerheid bestaat omtrent het verdere verloop van de crisis en de toegezegde compensatie vanuit het Rijk. Op basis van de meicirculaire van 2020 verwachten wij dat de compensatie vanuit het Rijk circa 75 procent van de kosten zal dekken. De resultaten van deze impactanalyse (exclusief de compensatie vanuit het Rijk) zijn opgenomen in de begrotingsrapportage van april 2020 en de Koersnota 2021.

In de begrotingsrapportage van april 2020 is reeds een bedrag van ca. € 6,3 miljoen euro aan financiële risico’s als gevolg van de coronacrisis gekwantificeerd: • Coronacrisis - Inkomensregeling bijstand/BUIG (€ 1.200.000 miljoen incidenteel) • Coronacrisis – opbrengsten belastingen (€ 2.120.000 euro incidenteel) • Coronacrisis – effecten bij derden / verbonden partijen (€ 2.325.000 euro incidenteel) • Coronacrisis – overige effecten (€ 655.000 incidenteel)

Via de reguliere P&C-documenten wordt de gemeenteraad frequent geïnformeerd over de financiële positie van de gemeente Súdwest-Fryslân en de gevolgen van de coronacrisis. De financiële consequenties van de coronacrisis voor de periode vanaf 2021 worden - daar waar mogelijk - in de begroting 2021 verder uitgewerkt. Indien nodig worden er maatregelen genomen om bij te sturen. De integrale afweging van middelen wordt hiermee geborgd.

Pagina 80 van 126 3.5 Programmarekening met toelichting

Vooraf We geven eerst een globale overzicht van het saldo van de programmarekening. Daarna volgt een analyse per programma van de afwijkingen tussen de begroting na wijziging en de programmarekening.

Globaal overzicht

Overzicht per programma

Overzicht per programma Voordelig Nadelig (bedragen x € 1.000) Programma 1 - Sociaal 0 -3.430 Programma 2 - Ruimte 3.193 0 Programma 3 - Bestuur 0 -890 Overzichten 0 -7.984 Totaal 3.193 -12.304 Totaal gerealiseerd resultaat -9.111

Begrotingsrechtmatigheid Er zijn begrotingsoverschrijdingen van de lasten van het Programma Sociaal, Ruimte, Bestuur en Overzichten.

In de toelichting op de programmarekening lichten we afwijkingen op de ramingen van baten en lasten per programma groter dan € 100.000 toe. We geven vervolgens een verklaring van de hoofdtaakvelden die meer dan € 100.000 afwijken. We stellen de raad voor akkoord te gaan met de verklaring van deze overschrijdingen en hiermee de begrotingsoverschrijding als zodanig te bevestigen.

Pagina 81 van 126 Overzicht van baten en lasten 2019

(bedragen x € 1.000) Primitieve begroting Begroting na wijziging Rekening

Baten Lasten Saldo Baten Lasten Saldo Baten Lasten Saldo

Programma: 1 Sociaal 40.547 143.831 -103.284 38.521 152.589 -114.068 37.838 155.259 -117.421 2 Ruimte 30.557 60.354 -29.797 33.605 69.574 -35.969 46.313 78.623 -32.310 3 Bestuur 1.514 14.061 -12.547 1.402 14.364 -12.962 1.463 15.316 -13.852

Subtotaal 72.617 218.245 -145.628 73.528 236.527 -162.999 85.615 249.198 -163.583 programma’s

Algemene

dekkingsmiddelen: Lokale heffingen 22.502 1.222 21.280 26.775 1.127 25.648 26.911 1.108 25.803 Algemene 152.483 152.483 154.983 154.983 155.474 155.474 uitkeringen Dividend 411 411 942 942 927 927 Saldo financierings - 1.270 1.245 25 1.302 1.209 93 1.136 810 326 functie Overige algemene 110 -110 84 -84 234 -234 dekkingsmiddelen

Subtotaal algemene 176.666 2.577 174.089 184.002 2.420 181.582 184.448 2.152 182.296 dekkingsmiddelen

Gerealiseerde 1.197 30.928 -29.731 1.604 32.926 -31.322 1.994 33.956 -31.962 kosten overhead Vennootschaps - 20 -20 20 -20 26 -26 belasting

Gerealiseerde totaal saldo van 250.480 251.770 -1.290 259.134 271.893 -12.759 272.057 285.332 -13.275 baten en lasten

Toevoeging/ onttrekking aan reserves: Programma 1 670 670 2.553 169 2.384 2.507 201 2.306 Programma 2 262 35 227 9.497 352 9.145 9.125 445 8.680 Programma 3 2.949 2.556 393 5.693 6.301 -608 5.693 6.301 -608 Overzichten 2.585 6.383 -3.798 419 6.633 -6.214

Subtotaal 3.881 2.591 1.290 20.328 13.205 7.123 17.743 13.579 4.164 mutaties reserves

Gerealiseerde 254.361 254.361 0 279.462 285.098 -5.636 289.800 298.911 -9.111 resultaat

Analyse per programma Zie de volgende overzichten/tekstfragmenten.

Pagina 82 van 126 3.5.1 Programma 1: Sociaal

Wat heeft het gekost?

Overzicht lasten en baten per hoofdtaakveld (bedragen x € 1.000)

Lasten Primitieve Begroting na Rekening Voordeel / begroting wijziging 2019 Nadeel

01 Onderwijs 10.861 11.666 10.981 685 V 02 Sport 7.107 7.305 7.508 -203 N 03 Cultuur 8.511 9.360 9.187 173 V 04 Voorliggend veld 7.941 8.763 8.799 -35 N 05 Gebiedsgericht werken 6.880 7.263 7.077 186 V 06 Lichte ondersteuning 74.796 75.100 75.224 -124 N 07 Specialistische ondersteuning 27.735 33.132 36.484 -3.352 N Totaal lasten 143.831 152.589 155.259 -2.670 N

Baten Primitieve Begroting na Rekening Voordeel / begroting wijziging 2019 Nadeel

01 Onderwijs 1.391 2.341 2.392 51 V 02 Sport 1.281 1.163 1.368 205 V 03 Cultuur 416 396 356 -40 N 04 Voorliggend veld 233 83 242 160 V 05 Gebiedsgericht werken 40 146 173 26 V 06 Lichte ondersteuning 36.782 33.944 32.865 -1.079 N 07 Specialistische ondersteuning 405 447 441 -6 N Totaal baten 40.547 38.521 37.838 -683 N

Saldo baten en lasten -103.284 -114.068 -117.421 -3.353 N Mutaties reserves Toevoegingen (in reserve) 0 -169 -201 -32 N Onttrekkingen (uit reserve) 670 2.553 2.507 -45 N Gerealiseerd resultaat -102.614 -111.684 -115.115 -3.430 N

Analyse per hoofdtaakveld

Hoofdtaakveld Afwijking I/S Toelichting (minteken is nadelig) Lasten 01 Onderwijs 685.000 I Onderwijsachterstandenbeleid : € 172.000 Het Rijksbudget voor Onderwijsachterstandenbeleid viel in 2019 hoger uit dan verwacht en is niet volledig uitgegeven. Een deel van de uitgaven voor reguliere peuteropvang kon daardoor alsnog ten laste worden gebracht van het onderwijsachterstandenbudget. In tegenstelling tot onderwijsachterstandenbeleid, hoeft een overschot op peuteropvang niet aan het Rijk te worden terugbetaald. Hierdoor is €172.000 minder uitgegeven op de reguliere peuteropvang.

Pagina 83 van 126 I Beleid brede scholen: € 76.000 De IKA (Integrale Kind Aanpak) ontwikkelingen brengen met zich mee dat het brede scholenbudget minder ingezet hoeft te worden.

I Peuterspeelzalenbeleid: € 114.000 Vernieuwing van het subsidiebeleid peuteropvang past in de lijn van ombuigingsvoorstellen Sociaal Domein en heeft een besparing opgeleverd.

S Huisvesting onderwijs: € -100.000 De aanslagen voor onroerendezaakbelasting (OZB) van scholen in onze gemeente zijn € 80.000 hoger uitgevallen dan vorig jaar. Daarnaast waren de budgetten reeds verlaagd met ruim € 20.000, daar er in de programmabegroting 2018 geld was bijgeraamd voor hogere OZB. De verwachting was toen dat de waarde van onderwijsgebouwen minder zou stijgen dan gemiddeld. Hierdoor zou het tekort op termijn af moeten nemen. Dit blijkt niet het geval.

I Huisvesting bijzonder basisonderwijs: € 223.000 De nieuwbouw van scholen in Workum, Sibrandabuorren en Arum is nog niet afgerond. Voor deze scholen hebben we daardoor nog geen kapitaallasten terwijl deze wel zijn begroot. Hierdoor ontstaat onderuitputting op de kapitaallasten van € 223.000.

I RMC: € 131.000 Betreft bijdrage uit balanspost vooruitontvangen RMC bijdragen (voorgaande jaren), waar tegenover kosten staan voor RMC- trajectbegeleiders die extra inzet hebben gepleegd. De kosten hiervan hebben betrekking op diverse taakvelden en zijn dienovereenkomstig verantwoord, waardoor hier een voordelig saldo ontstaat.

I Leerlingenvervoer: € 45.000 De komende drie jaar moeten de kosten van leerlingenvervoer jaarlijks met € 100.000 worden teruggebracht. In 2019 is een begin gemaakt met deze opdracht, met name door het stimuleren van kinderen om te reizen met het openbaar vervoer. Hierdoor kon alvast € 45.000 van de opgave worden gerealiseerd.

I Totaal aan kleinere verschillen: € 24.000

02 Sport -203 .000 S Sportbeleid algemeen : € -176.000 Met ingang van 2019 is de btw-sportvrijstelling verruimd. Als gevolg hiervan kunnen gemeenten de btw die hen in rekening wordt gebracht voor investeringen in sport niet meer in aftrek brengen. Dit betekent een kostenverhogend effect van € -176.000. Om de ontwikkeling en instandhouding van sportaccommodaties en de aanschaf van sportmaterialen te stimuleren kan er gebruik worden gemaakt van de Regeling specifieke uitkering stimulering sport (SPUK). Via deze regeling kunnen gemeenten grotendeels de gederfde btw-inkomsten terug ontvangen (zie ook de verklaring bij de baten).

I Totaal aan kleinere verschillen: € -27.000

03 Cultuur 173 .000 I HCW/ De Tiid Bolsward: € 435 .000 Op dit moment vindt ver- en nieuwbouw plaats van het pand HCW/ De Tiid(voormalig stadhuis) in Bolsward om te komen tot een nieuw complex. In dit complex zal onder meer een deel van de gemeente, een bibliotheek en CHC de Tiid ondergebracht worden. Tijdens de ver- en nieuwbouw vindt er geen onderhoud plaats aan het pand, waardoor de gebudgetteerde huisvestingslasten niet volledig gebruikt

Pagina 84 van 126 zijn. Wel zijn drie jaarschijven onderhoudsbudget ingezet ter dekking van de investering. Tot het moment van oprichting van CHC de Tiid staan ook de aanloopkosten voor De Tiid op deze post. Het betreft hier specifiek kosten die nodig zijn om het CHC in te richten en te komen tot programma’s, thema’s en tentoonstellingen. Het betreffen geen huisvestinglasten of kosten voor het pand. Deze kosten zijn gebudgetteerd voor de aanloopperiode en zijn niet gelijk over de jaren verdeeld. Kosten die dit jaar niet gemaakt zijn, zullen in 2020 gemaakt worden. Voorstel is daarom het restant budget aanloop- kosten van € 52.000 via resultaatbestemming beschikbaar te stellen voor 2020.

I Mutaties voorzieningen: € -346.000 Het geschikt maken van een deel van het voormalige gemeentehuis in Workum is een aantal jaar geleden afgerond. Oorspronkelijk was het de bedoeling dat na het geschikt maken dit deel van het voormalig gemeentehuis werd verkocht aan de exploiterende stichting. Door de verkoop van de voormalige Klameare en door het verkrijgen van subsidies van derden kon de stichting over voldoende financiële middelen beschikken om de overdracht te bekostigen. Door een aantal oorzaken is de overdracht nog niet uitgevoerd. Tot het tijdstip van overdracht wordt het pand vanaf 1 maart 2016 btw- belast verhuurd aan de exploiterende stichting. De exploiterende stichting heeft een aantal subsidies van derden ontvangen, die overeenkomstig de afspraken aan de gemeente moeten worden doorbetaald. Tot nu toe zijn deze subsidies niet van de stichting ontvangen. Aangezien de exploitatie van de stichting al een aantal jaren met verlies draait, is het onzeker of de door de stichting ontvangen subsidies van in totaal € 346.000 aan onze gemeente kan worden doorbetaald en moet hier een voorziening voor worden gecreëerd. Hier tegenover staat dat de koopsom van de oude Klameare ten bedrage van € 325.000 nog niet door de gemeente aan de stichting is voldaan.

I Pand Cultuur Kwartier Sneek: € 64.000 Er hoefde dit jaar minder onderhoud uitgevoerd te worden aan het pand Cultuur Kwartier Sneek. Het restant onderhoudsbudget wordt gereserveerd voor latere jaren via de reserve Onderhoud Gebouwen.

I Totaal aan kleinere verschillen: € 20.000

05 Gebieds - 186 .000 I Dienstverlening Sociaal Domein Fryslâ n: € 111.000 gericht Werken Met ingang van 2019 ontvangen alle gemeenten een bijdrage van het Rijk via de Algemene Uitkering voor de Regionale aanpak verwarde personen. Deze bijdrage van het Rijk is door alle Friese gemeenten doorbetaald als voorschot aan Sociaal Domein Fryslân (SDF). Omdat SDF ook veel subsidies heeft ontvangen voor de start van dit project is er een flink bedrag niet besteed. Dit bedrag hebben de Friese gemeenten teruggekregen. Het gaat om een bedrag van € 86.000. Daarnaast heeft de afrekening van personeelskosten SDF over 2018 plaatsgevonden. We hebben € 25.000 meer terugontvangen dan verwacht.

I Het resterende voordeel van € 75.000 is veroorzaakt door iets lagere loonkosten van de wijkteams.

06 Lichte -124.000 I Schulddienstverlening: € 80.000 Ondersteuning In 2019 hebben we geïnvesteerd in diverse projecten voor brede

Pagina 85 van 126 schuldenaanpak . We verwachten hiermee meer mensen te bereiken, niet alleen als de schulden problematisch zijn geworden maar ook in een eerder stadium als er sprake is van financiële zorgen. In 2020 gaan we hier mee verder en bouwen dit uit.

I BBZ: € -365.000 Bij de Bbz Starters is dit jaar veel inspanning gedaan om mensen in de bijstand aan het werk te krijgen als zelfstandige. Hierdoor is per saldo € 365.000 meer uitgegeven. Op termijn zullen deze inspanningen leiden tot duurzame uitstroom uit de bijstand. De kosten kunnen we deels declareren bij het Rijk. Deels betekent hier dat de kosten, uitgaven minus ontvangsten, van de Bbz voor 75% declarabel zijn bij het Rijk.

I Verstrekkingen Participatiewet: € 1.768.000 Minder inwoners hebben in 2019 een beroep moeten doen op een uitkering ingevolge de Participatiewet. De gunstige arbeidsmarkt speelt hierbij een rol. Tegelijkertijd is onder meer met Actieplan Uitstroom en andere re-integratiebeleid krachtig ingezet op het voorkomen van instroom van uitkeringsgerechtigden en het begeleiden van mensen richting de arbeidsmarkt. Ter illustratie: de zogenaamde preventiequote is in onze gemeente goed. Dit betekent dat veel aanvragen voor een bijstandsuitkering niet tot een toekenning komen, omdat men recht heeft op een voorliggende voorziening, of omdat men alsnog werk vindt. Daarnaast hebben de beleidsinterventies daadwerkelijk geleid tot meer werkkansen voor uitkeringsgerechtigden. Dit alles helpt mee om het tekort binnen de BUIG-middelen te verkleinen, waardoor we minder gebruik hoeven te maken van de vangnetregeling van het Rijk.

I Elders Verzorgden: € -129.000 Er is een toename van het aantal mensen dat (tijdelijk) in een inrichting verblijft. Dit is overigens een trend die we al langer zien. Met ingang van 2020 is de meerjarenraming op deze trend aangepast.

I Verstrekkingen WWB Krediethypotheek: € 74.000 Dit houdt direct verband met de daling van het aantal uitkeringsgerechtigden. Dit betekent een daling van het aantal mensen dat een krediethypotheek moet vestigen op het huis om in aanmerking te kunnen komen voor een uitkering.

I Re-integratie: € -155.000 In 2019 is krachtig ingezet op uitstroom naar werk van uitkeringsgerechtigden. Ondanks de gunstige conjunctuur gaat dat niet vanzelf. Ons beleid is gericht op een structurele daling van het aantal uitkeringsgerechtigden; de verwachting is dat deze incidentele overschrijding, bij een arbeidsmarkt die niet al te drastisch wijzigt, tot structurele daling van het aantal uitkeringsgerechtigden leidt. De overschrijding op deze post moet worden gezien in relatie tot de daling bij Verstrekkingen Participatiewet die vele malen groter is. Daaruit kan de conclusie worden getrokken dat een investering in het re-integratiebeleid gunstig uitpakt voor de bijstandsdichtheid in onze gemeente. Met het Innovatief Actieplan Uitstroom 2018 – 2022 wat als actieve info in de commissie Boarger en Mienskip d.d. 28 november 2018 is geweest, is ingezet op meer uitstroom en arbeidsdeelname door het re-integratiebeleid een impuls te geven. De raad heeft daarvoor in de begroting van 2019 extra middelen beschikbaar gesteld. Gezien de resultaten van 2019 zijn er bij de begroting van 2020 wederom extra middelen ter beschikking gesteld, om ook mede door deze krachtige inzet nog meer ombuigingen tot stand te kunnen brengen.

Pagina 86 van 126 I Incidentele projecten : € -172.000 Op basis van evaluatie is het project Wurkjouwer verlengd. Dit heeft tot extra kosten geleid van € 172.000.

I Loonkostensubsidie: € -58.000 Deze post moet gezien worden in relatie tot de uitgaven ID/WIW banen (zie ook bij lasten: Specialistische ondersteuning). De doelgroep van dit project zal in dit geval steeds meer gebruik gaan maken van loonkostensubsidie. Voor 2019 kan worden gezegd dat er meer banen zijn omgezet naar loonkostensubsidie dan voorzien.

S Minimaregelingen: € 363.000 Net als vorig jaar is een belangrijke oorzaak van de onderbesteding minimaregelingen de goede conjunctuur waar we nu in zitten. Dit uit zich vooral in de sterke uitstroom van mensen uit de bijstand. Dit betekent dat er minder mensen een beroep hoeven te doen op de minimaregelingen.

I Individuele inkomenstoeslag: € -84.000 Eerder is aangegeven dat er een daling is te zien in het aantal cliënten door onder andere de gunstige arbeidsmarkt. Dit betreffen vooral cliënten die slechts kort gebruik maken van de uitkering, bijvoorbeeld door seizoenswerk. Zitten cliënten eenmaal langer in de uitkering, dan is het ook lastiger om uit te stromen. Deze laatste groep doet een groter beroep op de individuele inkomenstoeslag.

I Vrijwilligersbijdrage: € -98.000 Net als voorgaande jaren wordt hier veel gebruik van gemaakt. In de programmabegroting 2020 is er met ingang van 2020 extra geld beschikbaar gesteld voor deze regeling.

S WMO maatwerkvoorzieningen: € -489.000 Uitvoering van het beleid vindt plaats conform de verordening Wmo, vastgesteld door de raad. Omdat is gebleken dat er een overschrijding van het budget vervoersmiddelen is (voornamelijk taxipassen) van € 395.000, is er opnieuw gekeken naar Wmo vervoer. Het college heeft in maart 2019 ingestemd met diverse maatregelen om alternatieve vervoersmogelijkheden te stimuleren. Zoals onder andere het verhogen van de eigen ritbijdrage van de Wmo taxi van € 0,19 naar € 0,24. Een voorstel om een starttarief te hanteren is niet doorgevoerd. Inwoners die niet in staat zijn zelfstandig te reizen, ervaren zo geen drempel en kunnen blijven meedoen in de samenleving. Voor rolstoelen en woonvoorzieningen is de overschrijding € 94.000.

I WMO Huishoudelijke Hulp: € 183.000 De stijging van de kosten van huishoudelijke hulp (HH) was iets kleiner dan verwacht. Gezien de vele ontwikkelingen (abonnementstarief, reële tarieven, indexatie) waren de kosten lastig in te schatten.

I WMO begeleiding: € 1.016.000 Naast Wmo begeleiding licht is er ook Specialistische begeleiding Wmo. Specialistische begeleiding Wmo is begroot op Hoofdtaakveld 07 Specialistische ondersteuning en daar is sprake van een tekort van € 1.759.000. Beide vormen van Wmo begeleiding (licht en specialistisch) met een totaal tekort van € 743.000 worden hieronder verantwoord.

Het tekort van € 743.000 was niet verwacht. Het kwam aan het licht nadat de aanbieders in 2020 hadden aangegeven welke zorg zij

Pagina 87 van 126 hadden geleverd in 2019 en daaruit voortvloeiend de factur en die wij nog kunnen verwachten. Deze facturen vertegenwoordigen een waarde van € 1,2 miljoen. Zodoende bleek dat er intensiever gebruik wordt gemaakt van de afgegeven beschikkingen dan in 2018. Waar in 2018 nog 65% van de beschikte zorg werd gebruikt, was dat in 2019 opgelopen tot ruim 68%. In de bestuursrapportage oktober 2019 werd al een overschrijding voorzien. Hierbij gingen we nog uit van een gebruik van 65%. De stijging in gebruik leidt tot een hogere uitgave van € 420.000. Voor het overblijvende verschil van € 323.000 is geen eenduidig aanwijsbare oorzaak. Wel zien we een verschuiving van het gebruik van begeleiding basis naar het duurdere begeleiding specialistisch. Aan de andere kant van het spectrum verwijzen wij relatief weinig cliënten door naar Beschermd Wonen. Dit heeft tot gevolg dat ook deze doelgroep gebruik zal maken van specialistische ondersteuning. Op provinciaal niveau plukken we hier nu de vruchten van. Doordat het gebruik van Beschermd Wonen daalt, is onze bijdrage aan het provinciale tekort lager (zie ook de verklaring bij Hoofdtaakveld 07 Specialistische ondersteuning). We verwachten dat de hogere uitgaven structureel van aard zijn. In de meerjarenraming is voorzien in een stijging van het zorggebruik waardoor de structurele financiële effecten van de stijging beperkt zijn.

S Jeugdhulp: € -2.146.000 Het betreft de onderdelen herstel, duurzaam, verblijf en pleegzorg. Bij de jeugdhulp op Hoofdtaakveld 07 Specialistische ondersteuning is daarnaast een tekort van € 1.236.000. Beide vormen van jeugdhulp (licht en specialistisch) met een totaal tekort van € 3.382.000 worden hieronder verantwoord.

Wij zien de volgende oorzaken: • Tegenvallende daling kosten in verband met resultaatgerichte financiering (€ -2.894.000) • Hogere kosten voor verblijf (€ -1.246.000) • Daling kosten specialistische jeugdhulp (€ 758.000)

Tegenvallende daling kosten resultaatgerichte financiering: In 2018 was er een overschrijding op de begrote budgetten op het vlak van de specialistische jeugdhulp. Bij het opstellen van de begroting over 2019 is ervan uitgegaan dat dit kwam door de conversie naar resultaatgerichte financiering en dat dit een eenmalige kostenpost zou zijn. We constateren dat dit niet in zo’n grote mate het geval lijkt als werd gedacht.

Ook bij resultaatgerichte financiering wordt ruim 50% van de jeugdhulp nog steeds ingezet door huisartsen, jeugdartsen en gecertificeerde instellingen. Deze verwijzen naar een aanbieder, die vervolgens vaststelt wat de noodzakelijke ondersteuning is. De invloed die gemeenten hierop hebben is klein. Via aanpassingen van het Jeugdcontract wordt er wel aan gewerkt om die invloed uit te breiden.

In eerdere financiële rapportages is deze overschrijding niet gemeld. Belangrijkste oorzaak is dat rekeningen laat binnenkomen en vaak in bulk worden verstuurd. Zo is er na december 2019 nog voor 2,9 miljoen euro aan rekeningen binnengekomen bij de gemeente. Deze rekeningen hebben betrekking op geleverde zorg in 2019 (en soms ook op eerdere jaren). Door te gaan sturen op afgegeven beschikkingen, willen we voortaan vooraf gaan inschatten welke

Pagina 88 van 126 facturen we kunnen verwachten.

Verblijf: Een ander groot deel van de overschrijding op jeugdhulp wordt veroorzaakt door de post verblijf. Deze is in 2019 gestegen met ruim € 1,2 miljoen ten opzichte van 2018. Deze stijging is bij alle Friese gemeenten waargenomen. Dit komt omdat aanbieders hoger hebben ingeschaald dan nodig, of dan dat ze konden bieden.

SDF en de gemeenten hebben eind 2019 maatregelen genomen om meer grip te krijgen op de kosten van verblijf. Onderdeel van deze maatregelen is dat het nu niet meer mogelijk is voor aanbieders om een hoger niveau van verblijf in rekening te brengen dan zij kunnen leveren. SWF zelf is bezig met het analyseren van de inzet van verblijf: Er wordt gekeken of het nodig is waar wordt geïndiceerd en er wordt meer naar alternatieven gekeken.

Daling kosten specialistische jeugdhulp: We zien overall een daling van de specialistische jeugdhulp: van 13,3 naar 12,6 miljoen euro en ook een absolute daling van het aantal jeugdigen dat van jeugdhulp gebruik maakt. Er is een verschuiving naar lichtere, kortstondiger inzet. Onze eerste analyse is dat dit voortkomt uit de inzet van de Praktijkondersteuners Jeugd die bij de huisartsen zijn ondergebracht, de inzet van schoolmaatschappelijk werk op de scholen en de inzet van de gebiedsteams bij het leveren van lichte ondersteuning. Dit zijn zeer positieve ontwikkelingen omdat de lichte jeugdhulp goedkoper is, en vroeg in trajecten zeer effectief.

S Persoons gebonden budgetten (PGB) Jeugd: € 337.000 Minder cliënten maken gebruik van een PGB, ze kiezen vaker voor Zorg in natura.

S Praktijkondersteuners: € -222.000 De pilot Praktijkondersteuner Jeugd bij huisartsen is uitgebreid. De extra kosten bedroegen in 2019 € 222.000. Hiertegenover staat extra cofinanciering van de zorgverzekeraar (zie baten bij 06 Lichte Ondersteuning). Ook zorgt de inzet van de Praktijkondersteuners voor een daling van het gebruik van specialistische jeugdzorg.

I Kleine verschillen: € -27.000

07 -3.352.000 I Beschut werk : € 67.000 Specialistische Doordat de loonkostensubsidie met ingang van 1 januari 2019 ondersteuning persoonsafhankelijk is gemaakt, is hier een voordeel op behaald. Voorheen was ons uitgangspunt standaard 70% van het wettelijk minimumloon, nu is onze bekostiging gebaseerd op de gemeten ontbrekende loonwaarde van de persoon, tot het wettelijk maximum van 70% van het minimumloon.

I Voormalige ID/WIW banen: € -156.000 Dit betreft het meerjarige project afbouw en modernisering voormalige gesubsidieerde arbeid. Dit project loopt sinds 2012 en in verband met de inwerkingtreding van de Participatiewet (met daarin nieuwe kaders voor gesubsidieerde arbeid) heeft het college op 30 juni 2015 besloten dit traject te vervolgen (via actieve informatie naar de raad). De definitieve afronding van dit project eind 2019 leidde tot eenmalige extra uitgaven. In structurele zin leidt de afronding al vanaf 2020 tot verruiming van het budget voor re- integratie van een grotere groep uitkeringsgerechtigden; dit is conform de doelstelling van het project.

Pagina 89 van 126 I WSW : € -376.000 De uitkering van het Rijk voor het Werkvoorzieningsschap was € 136.000 hoger dan begroot. Hier staat tegenover dat de structurele bijdrage aan Fryslân-West is verhoogd met € 512.000. Middels resultaatbestemming wordt een voorstel gedaan om de hogere bijdrage van € 512.000 te financieren uit de reserve sociaal domein, die precies dezelfde omvang heeft.

I Specialistische begeleiding WMO: € -1.759.000 Bij de Wmo begeleiding op Hoofdtaakveld 06 Lichte ondersteuning is een overschot van € 1.016.000. Beide vormen van Wmo begeleiding (licht en specialistisch) met een totaal tekort van € 743.000 zijn verantwoord bij Hoofdtaakveld 06 Lichte ondersteuning.

I Beschermd Wonen € 309.000 Beschermd Wonen wordt provinciaal aangestuurd door Sociaal Domein Fryslân (SDF). Door de inzet van SDF komt er steeds meer grip op het product Beschermd Wonen. Het tekort ten opzichte van vorig jaar is daardoor sterk gedaald. Voor onze gemeente betekent dat de bijdrage in het tekort € 309.000 lager is. Beschermd Wonen wordt gedecentraliseerd per 2022. Het geraamde tekort is tot dat moment opgenomen in de meerjarenbegroting. Het overschot wordt om die reden als incidenteel aangemerkt.

I Maatschappelijke opvang en Vrouwenopvang € -119.000 Maatschappelijke opvang en Vrouwenopvang wordt gefinancierd via een decentralisatieuitkering aan centrumgemeente Leeuwarden. Een deel van deze gelden wordt aan de Friese gemeenten uitgekeerd. De definitieve afrekening over 2018 viel lager uit dan waar we rekening mee hadden gehouden.

S Jeugdhulp: € -1.236.000 Het betreft de onderdelen herstel, duurzaam, verblijf, crisis, jeugdzorgplus, hoogspecialistisch, maatwerk en landelijke inkoop.

Bij de jeugdhulp op Hoofdtaakveld 06 Lichte Ondersteuning is een tekort van € 2.146.000. Beide vormen van jeugdhulp (licht en specialistisch) met een totaal tekort van € 3.382.000 worden verantwoord op Hoofdtaakveld 06 Lichte Ondersteuning.

I Jeugdbescherming: € -75.000 De Gecertificeerde Instellingen (Leger des Heils, William Schrikker Groep en het Regiecentrum) zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van wettelijke Jeugdbescherming en Jeugdreclasseringsmaatregelen in Fryslân. De bekostiging van deze maatregelen verloopt via een subsidie. De indexatie van deze subsidie was hoger dan begroot.

I Totaal aan kleinere verschillen: € -7.000

Hoofdtaakveld Afwijking I/S Toelichting (minteken is nadelig) Baten 02 Sport 205.000 S Sportbeleid algemeen : € 144.000 Sinds 1 januari geldt er een andere BTW-regeling voor sport, de zogenaamde SPUK regeling (specifieke uitkering stimulering sport). Gemeenten kunnen bij sportuitgaven de BTW terug ontvangen via deze regeling. Hoe de regeling er precies uit kwam te zien en welke gevolgen dat had voor onze gemeente bleef lang onduidelijk. Om die

Pagina 90 van 126 reden waren zowel kosten als opbrengsten niet in de begroting opgenomen. We hebben uiteindelijk een bedrag van € 144.000 van het Rijk toegekend gekregen. Dit is lager dan het aangevraagde bedrag (zie verklaring bij de lasten) omdat het landelijk vastgestelde uitkeringsplafond in totaliteit door alle gemeenten is overschreden.

I Buurtsportcoaches: € 39.000 De buurtsportcoaches voeren sport- en beweegactiviteiten uit die overeenkomen met het sportbeleid van de gemeente. Vanuit het basisonderwijs is de vraag gekomen of de buurtsportcoaches ingezet kunnen worden als vakleerkracht gymnastiek. De school kon hier zelf niet in voorzien. Het is geen corebusiness van de buurtsportcoaches, maar een extra vraag, los van de andere activiteiten waarvoor subsidie verstrekt is. In de Pilot Vakleerkracht Plus wordt vanuit de buurtsportcoaches samengewerkt met het onderwijs. De onderwijspartij zet de buurtcoach in als vakleerkracht en vergoed hiervoor de loonkosten (extra uren inzet). Het gaat om twee scholen waar vanuit een behoeftevraag een pilot is gedraaid. Voor deze pilot is een vergoeding ontvangen van € 39.000. Aan de lastenkant is dit een nadeel, in totaliteit is het per saldo budgettair neutraal.

I Totaal aan kleinere verschillen: € 22.000

04 Voorliggend 160.000 I Ons gebouw Bolsward: € 141.000 Veld De gemeente heeft het beheer en exploitatie van Stichting Ons Gebouw in Bolsward overgenomen. Het eigen vermogen van deze stichting is gestort naar de gemeente. De gemeente wil het geld gebruiken voor groot onderhoud. Voorgesteld wordt deze gelden via resultaatbestemming beschikbaar te houden voor komende jaren en te storten in de daarvoor bestemde reserve onderhoud gebouwen.

I Totaal aan kleinere verschillen: € 19.000

06 Lichte -1.079.000 I BBZ: € 80.000 Ondersteuning Er zijn dit jaar de nodige extra inspanningen gedaan om openstaande gelden binnen te halen (debiteurenbeheer). Dit heeft ertoe geleid dat er veel meer binnengekomen is dan waarmee rekening is gehouden. Wel moet aangegeven worden dat er bij de Bbz gevestigden minder is uitgegeven dan verwacht, omdat de toegekende bedragen minder hoog zijn dan voorgaande jaren. Echter dit betekent ook dat er minder gedeclareerd kon worden bij het Rijk. Voorgaande heeft geleid tot een voordelig saldo van € 80.000.

I Participatiewet BUIG: € -1.018.000 De inkomsten van het Rijk voor de uitvoering van de wettelijke taak (verstrekkingen uitkeringen inzake de Participatiewet) is via tussentijdse beschikkingen bijgesteld ten opzichte van de voorlopige beschikking. Daartegenover staat ook een daling van de lasten door een afnemend uitkeringsbestand omdat we krachtig hebben ingezet op het voorkomen van instroom van uitkeringsgerechtigden en het begeleiden van mensen richting de arbeidsmarkt (zie ook de verklaring bij de lasten).

I Bijzondere bijstand: € 83.000 De belangrijkste reden hiervan is dat er een groot bedrag aan leenbijstand omgezet is naar bijzondere bijstand om niet regeling. Hiermee konden veel leningen worden afgelost, wat geresulteerd heeft in een voordelig saldo op deze post.

S WMO – eigen bijdrage(CAK): € -274.000 Door de landelijke invoering van het abonnementstarief per 1 januari

Pagina 91 van 126 2019 betaalt de inwoner, ongeacht de hoogte van zijn inkomen en ongeacht het aantal Wmo-voorzieningen waarvan hij gebruik maakt, maximaal € 17,50 per 4 weken aan eigen bijdrage. Voorheen was de eigen bijdrage afhankelijk van de hoogte van het inkomen en gold voor iedere voorziening een eigen bijdrage. Maakte iemand gebruik van meerdere voorzieningen dan stapelden de eigen bijdragen tot een bepaald maximum. Het CIZ berekent en int de eigen bijdrage en betaalt de inkomsten door naar de gemeente. Het effect van het abonnementstarief is groter dan eerder ingeschat. Hoewel de totale uitgaven aan de Wmo stijgen staan daar, door de maximale bijdrage van € 17,50 per inwoner per maand, weinig extra inkomsten tegenover. We hadden in de begroting al rekening gehouden met een vermindering van € 800.000. De inkomsten blijken nog eens extra € 274.000 lager te zijn.

S Regresrecht: € -50.000 Vanaf dit jaar wordt het regresrecht niet meer afgekocht door de verzekeraars. De gemeente moet nu zelf de kosten van wmo- voorzieningen die voortvloeien uit letselschade, verhalen op de verzekeraars. In 2019 zijn er, voor zover bekend, geen dergelijke letselschade gevallen geweest.

S Vergoeding POH’ers: € 81.000 Vanwege meer inzet van praktijkondersteuners (POH-Jeugd) bij huisartsen, is er ook meer cofinanciering van de zorgverzekeraar ontvangen.

I Totaal aan kleinere verschillen: € 19.000

Pagina 92 van 126 3.5.2 Programma 2: Ruimte

Wat heeft het gekost?

Overzicht lasten en baten per hoofdtaakveld (bedragen x € 1.000)

Lasten Primitieve Begroting na Rekening Voordeel / begroting wijziging 2019 Nadeel

21 Wonen 5.168 5.705 15.765 -10.060 N 22 Werken 4.906 8.728 9.110 -382 N 23 Bereikbaarheid 22.946 26.178 25.752 426 V 24 Leefomgeving 27.333 28.964 27.996 967 V Totaal lasten 60.354 69.574 78.623 -9.049 N

Baten Primitieve Begroting na Rekening Voordeel / begroting wijziging 2019 Nadeel

21 Wonen 3.104 3.615 15.803 12.189 V 22 Werken 4.120 6.247 6.161 -86 N 23 Bereikbaarheid 3.571 3.859 4.086 227 V 24 Leefomgeving 19.762 19.885 20.262 378 V Totaal baten 30.557 33.605 46.313 12.708 V

Saldo baten en lasten -29.797 -35.969 -32.310 3.659 V Mutaties reserves Toevoegingen (in reserve) -35 -352 -445 -93 N Onttrekkingen (uit reserve) 262 9.497 9.125 -373 N Gerealiseerd resultaat -29.570 -26.823 -23.630 3.193 V

Analyse per hoofdtaakveld

Hoofdtaakveld Afwijking I/S Toelichting (minteken is nadelig) Lasten 21 Wonen -10.060 .000 I Mutaties grondexploitaties: € -9.719.000 De bouwgronden in exploitatie(BIE) zijn als zodanig onder de voorraden (balans) gerubriceerd. Volgens BBV-voorschriften dienen de mutaties (uitgaven en inkomsten) ook via de exploitatie verantwoord te worden. Waardoor hier een nadeel ontstaat van per saldo € 9.719.000. Aan de batenkant is dit een voordeel voor hetzelfde bedrag, per saldo geen afwijking.

I Afboeking boekwaarden: € -156.000 I.v.m. verkoop van voormalige schoolgebouwen afboeking van de boekwaarde van deze scholen. Aan de batenkant staan de inkomsten van deze verkopen.

I Kapitaallasten: € 79.000 Lagere kapitaallasten door de verkoop van vml. schoolgebouwen.

Pagina 93 van 126 S Energie: € -121.000 Door het grote aantal strategische gebouwen een structureel tekort op de post energie. Tevens lopen we de laatste jaren aan tegen hogere energielasten. Aan de batenkant wordt dit nadeel weer gecompenseerd door de extra inkomsten aan verhuur en doorberekende energiekosten.

I Rente: € -180.000 I.v.m. rente aanpassingen diverse leningen woningbouwvoorschotten meer betaalde rente. Aan de batenkant heft zich dit weer op door hogere rente-inkomsten aan leningen woningbouwvoorschotten.

I Totaal aan kleinere verschillen: € 37.000

22 Werken -382.000 I Beschikbaar gestelde gelden(onvoorzien): € 180.000 In de berap juli-aug-sept is een bedrag van € 115.000 gereserveerd t.b.v. uitgaven opstalrecht Tennet. De uitgaven hiervoor zijn nog niet geweest, voorgesteld wordt om de niet bestede gelden via resultaatbestemming beschikbaar te houden voor 2020. Daarnaast is een bedrag van € 65.000 in 2019 structureel beschikbaar gesteld voor circulaire economie in de openbare ruimte nog niet beleidsmatig uitgegeven. In 2020 gaat hier invulling aan worden gegeven.

I Diverse projecten: € -626.000 - Opgave IJsselmeerkust € -280.000. In de raadsvergadering van 14 november 2019 is de Ontwikkelagenda 2019 – 2023 vastgesteld. Hierbij is een bedrag beschikbaar gesteld van € 250.000 als bijdrage in het Projectbureau IJsselmeerkust. Daar het besluit van eind 2019 is, wordt niet eerder dan in 2020 deze bijdrage als zodanig begroot op het beschikbare krediet. Echter de bijdragen voor 2018 en 2019 van in totaal € 200.000 zijn in 2019 reeds aan de provincie voldaan, waardoor er nu een tekort is ontstaan. Daarnaast meer inzet van eigen personeel.

- Voorbereidingskosten toekomst Afsluitdijk € -155.000. Dit nadeel komt grotendeels door meer personele inzet van eigen personeel, daarnaast is er minder eigen personeel uitgeleend aan provincie t.b.v. dit project waardoor ook minder inkomsten hiervoor zijn ontvangen.

- Klameare Workum € -113.000. In het kader van het Friese Merenproject is de Klameare in Workum verplaatst naar het voormalige gemeentehuis. Destijds is besloten om door middel van subsidies en eenmalige bijdrage de nieuwe Klameare ineens af te schrijven. Vorig jaar is in overleg met de accountant besloten het pand alsnog te waarderen en in de activa op te nemen, waardoor er jaarlijkse rente- en afschrijvingslasten ontstaan, dit resulteert voor 2019 in een nadeel op de kapitaallasten.

- Herinrichting Galigapromenade € -78.000. Op dit project in de binnenstad van Sneek bleek na gereedkomen hiervan dat er bij de projectopzet een bedrag van € 65.000 niet als zodanig geraamd had moeten worden en ook niet in de dekking opgenomen had moeten worden. Deze opbrengst is dus niet gerealiseerd. Naast een extra uitgave van € 13.000 zorgt dit voor een totale overschrijding van € 78.000, welke nu als extra last t.l.v. de exploitatie komt.

Pagina 94 van 126 I Ondernemingsfonds: € 76.000 Minder doorbetaald aan het ondernemingsfonds. Daar tegenover staat ook minder ontvangen OZB t.b.v. ondernemingsfonds

I Totaal aan kleinere verschillen: € -12.000 23 Bereikbaar - 426.000 I/S Energie: € 65.000 heid Dalend energieverbruik van openbare verlichting door verduurzaming en toepassing LED verlichting. Hiervan is € 50.000 structureel.

I Wegen: € 404.000 Dit betreft vnl. de beschikbaar gestelde gelden van € 350.499 voor de aanpassing van 2 spoorweg overgangen. Al in de berap juni 2019 hebben we melding gemaakt van de vertraging van de aanpassing van de spoorwegovergangen. Naar de huidige verwachting vind de daadwerkelijke uitvoering in 2023 plaats. Dit is voor ons reden om deze middelen niet via resultaatbestemming over te hevelen naar 2020, maar om dit in de komende Programmabegroting 2021 mee te nemen in de meerjarenraming. Hierdoor kunnen we deze middelen in de tussentijd elders inzetten. Daarnaast zijn er minder uitgaven aan ICT-diensten geweest.

I Mutaties voorzieningen: € -88.000 Het plan Middenmeer in Stavoren is aangelegd door een ontwikkelaar. Met de ontwikkelaar zijn ook afspraken gemaakt over dekking van kosten van toekomstig onderhoud. Hiervoor is een bedrag van € 88.000 ontvangen. Omdat dit bedrag bestemd is voor toekomstig onderhoud, dient het bedrag te worden gestort in een daarvoor bestemde voorziening.

I Culturele kunstwerken: € -305.000 Op het krediet voor de fonteinen is een tekort ontstaan van € 304.731. Het tekort is ontstaan doordat er bij het project werk met werk gemaakt is, wat heeft geleid tot eerdere uitgaven van straatwerk, riolering en groen. Verder zijn er kwaliteitseisen vanuit beheer/onderhoud gesteld voor bepaalde investeringsonderdelen, waaronder een integrale koppeling met ons eigen gemaal- beheersysteem, met name de toepassing van modules t.b.v. de besturing op afstand en zijn er gasgeveerde toegangsluiken toegepast i.t.t. normale stalen valluiken. Voor beide onderdelen geldt dat er vanuit het projectbudget een eenvoudiger systeem was voorgeschreven. Deze extra kosten zouden worden gedekt uit het reguliere budget. De BBV schrijft voor dat in dit geval deze kosten op het krediet verantwoord moeten worden. De dekking zat bij de reguliere onderhoudsbudgetten van 2019/2020. Daar is nu sprake van een onderschrijding.

I Bruggen, tunnels en aquaducten: € 83.000 Er is hier een voordeel op het onderhoud doordat de onderhoudskosten aan de Abbegeasterkettingbrug alsnog op het investeringskrediet verantwoord moesten worden (volgens BBV- regelgeving) voor de renovatie en het groot onderhoud aan deze brug. Deze kosten worden nu geactiveerd.

I Parkeervoorzieningen (open terreinen): € 50.000 Betreft kosten m.b.t. digitalisering parkeerautomaten welke alsnog op het betreffende investeringskrediet verantwoord moesten worden (volgens BBV-regelgeving). Deze kosten worden nu geactiveerd.

Pagina 95 van 126 I Materialen: € 95.000 Bij oevers en kaden is een overschot ontstaan door niet tijdig kunnen leveren van materialen door leveranciers. Daardoor moesten werken uitgesteld worden.

I Onderhoud waterwegen(incl. baggeren): € 103.000 Naar aanleiding van het dreigende tekort zijn er baggerwerkzaam- heden uitgesteld. Na het corrigeren van het tekort in de berap, konden de uitgestelde werkzaamheden niet allemaal meer uitgevoerd worden in 2019.

I Totaal aan kleinere verschillen: € 19.000

24 Leef - 967.000 S Energie: € -51.000 omgeving Bij beheer en onderhoud recreatieve en toeristische voorzieningen is een tekort door een stijgend energieverbruik door groei recreatie en toeristische sector en toename van (e-laad)wal(stroom) voorzieningen.

I Bestek openbaar groen: € 92.000 Dit betreft vnl. gelden die hier beschikbaar zijn gesteld voor groot onderhoud (integrale werken en renovaties). Een aantal onderhoudswerken zijn doorbelast op andere posten van groen. Daarnaast zijn een aantal werken doorgeschoven naar 2020 (o.a. Slinkewei).

I Cultureel erfgoed: € 174.000 Aanvullende middelen voor erfgoedsubsidies zijn slechts ten dele gebruikt wegens het laat tot stand komen van een aanvullende subsidieregeling, hierdoor voordeel van € 107.000. De vertraging is opgelopen vanwege prioritering van werkzaamheden.

Daarnaast is in de programmabegroting 2019 een bedrag beschikbaar gesteld van € 112.500 voor de inventarisatie van cultureel erfgoed. Het inventariseren van de panden is een nauwkeurig en tijdrovend werk. Ruim 300 panden zijn al geïnventariseerd, echter dat is nog maar een klein percentage van het onderzoekgebied. De rest van de inventarisatie zal plaatsvinden in 2020 en mogelijk deels 2021. Zoals reeds in de berap gemeld, stellen wij daarom voor om de niet-bestede gelden van € 76.500 via resultaatbestemming beschikbaar te houden voor 2020. Restant bestaat uit kleinere afwijkingen.

I Afval: € 379.000 Lagere uitgaven aan inzamelen en verwerken kunststof, voordeel € 285.000. De uitgaven, maar ook de inkomsten van kunststof zijn al meerdere jaren structureel dalend. Bij beheer afval blijft per saldo een bedrag van € 228.000 over. Vanuit de beleidslijn van “afval naar grondstof“ zijn hier extra middelen door de Raad beschikbaar gesteld (€ 200.000 in 2019). De uitgaven voor afval naar grondstof komen vnl. tot uiting bij de transport- en verwerkingskosten milieustraten en leidt daar tot een overschrijding van € 159.000. Restant bestaat uit kleinere afwijkingen.

I Ruimtelijk beleid: € 352.000 Op het deel van budget welke specifiek beschikbaar gesteld is voor de invoering van de omgevingswet is een onderschrijding ontstaan doordat er o.a. nog niet volop gewerkt kon worden aan het omgevingsplan vanwege de benodigde applicatie welke in 2020 wordt geïmplementeerd. Hierop volgend kan voor dit onderdeel ook

Pagina 96 van 126 gerichter scholing geor ganiseerd worden. Doordat in 2019 veel tijd is besteed aan initiatieven met bijbehorende procedures van derden is veel minder ingezet op eigen actualisatieplannen, hierdoor is minder budget besteed aan onderzoeken e.d. (navenant hieraan zijn er ook hogere inkomsten aan leges ontvangen van derden voor uitgevoerde procedures). In 2020 wordt weer volop ingezet op het afronden van actualisaties voor 1 januari 2021 (omgevingswet). Tevens hebben we ervaren en kundige mensen op het gebied van ruimtelijke ontwikkeling en de leefomgeving in huis waardoor er in 2019 veel in eigen beheer uitgevoerd kon worden.

I Totaal aan kleinere verschillen: € 21.000.

Hoofdtaakveld Afwijking I/S Toelichting (minteken is nadelig) Baten 21 Wonen 12.189.000 I Mutaties grondcomplexen: € 11.196 .000 Dit bestaat uit de volgende drie onderdelen. De bouwgronden in exploitatie(BIE) zijn als zodanig onder de voorraden (balans) gerubriceerd. Volgens BBV-voorschriften dienen de mutaties (uitgaven en inkomsten) ook via de exploitatie verantwoord te worden. Waardoor hier een voordeel ontstaat van per saldo € 9.719.000. Aan de lastenkant is dit een nadeel voor hetzelfde bedrag, per saldo geen afwijking. Daarnaast een onttrekking aan de voorziening grondcomplexen van € 1.073.000 en zijn er diverse winstnemingen geweest voor een totaal bedrag van € 404.000. Voor nadere toelichting verwijzen we naar de paragraaf Grondbeleid.

I Rente: € 186.000 I.v.m. rente aanpassingen diverse leningen woningbouwvoorschotten meer ontvangen rente. Aan de lastenkant heft zich dit weer op door de meer betaalde rente aan leningen woningbouwvoorschotten.

I Verkoop panden: € 462.000 Extra opbrengst verkoop vml. schoolgebouwen. De verkoop liep voorspoediger dan verwacht. Daarentegen staat aan de lastenkant een nadeel m.b.t. de afboeking van de boekwaarde van deze gebouwen.

I Strategische gebouwen: € 167.000 Dit is voor € 84.000 aan extra huur inkomsten en voor € 38.000 extra inkomsten voor doorberekende energiekosten aan derden en € 45.000 aan beheer- en onderhoudskosten.

I Leges: € 89.000 Door de economische voorspoed meer leges omgevingsvergunningen ontvangen.

I Detachering personeel: € 44.000 Detacheringsvergoeding uitgeleend personeel m.b.t. vergunningen - wonen en bouwen.

I Restant bestaat uit diverse kleine verschillen € 45.000.

Pagina 97 van 126 22 Werken -86.000 I Baten toeristenbelasting: € 293.000 De meeropbrengst betreft het resultaat over belastingjaar 2018. Er waren in 2018 meer overnachtingen dan begroot. De toeristenbelasting voor belastingjaar 2019 wordt voor het grootste deel geheven in 2020. We moeten het jaar afwachten voordat aangifte kan worden gedaan door de ondernemers. Om die reden wordt er elk jaar een stelpost opgevoerd.

I Verkoop gronden: € -300.000 De grondverkoop van kavels buiten het grondbedrijf is lager geworden dan verwacht.

I Baten ondernemingsfonds: € -79.000 Minder OZB t.b.v. het ondernemingsfonds ontvangen. Daar tegenover ook minder doorbetaald aan het ondernemingsfonds.

I Mutatie verstrekte lening: € 76.000 Aanvulling lening m.b.t. grondverkoop, boekwaarde van deze lening was te laag vastgesteld.

S Ontvangen huur: € -54.000 Minder ontvangen huren openluchtrecreatie. Deze post kan structureel verlaagd worden, in de begroting zat nog bedrag aan huur wat inmiddels verkocht is.

I Restant bestaat uit diverse kleine verschillen € -22.000.

23 Bereikbaar - 227.000 I Leges: € 111.000 heid Meer inkomsten uit leges ontvangen dan verwacht. Het betreft de leges van vergunningen voor aanleg kabels en leidingen. De opbrengst wordt doelmatig besteed aan het herstel van openbare ruimte na de werkzaamheden.

I Parkeeropbrengsten: € - 90.000 Nieuw parkeerbeleid is ingevoerd m.i.v. september 2019. Doel van het nieuwe parkeerbeleid is beter evenwicht tussen kosten en baten te realiseren. Er was met het oude parkeerbeleid sprake van een structureel tekort. Pas na een volledig jaar is inzicht te geven of kosten en baten in evenwicht zijn. In het voorjaar van 2020 worden de eerste financiële cijfers vergeleken met die van een jaar eerder. Er is ook afgesproken dat de herziening van de parkeervisie jaarlijks wordt geëvalueerd.

I Verkoop materiaal: € 37.000 Extra inkomsten door verkoop materiaal straatreiniging op veiling.

I Ontvangen bijdragen: € 45.000 Bijdragen ontvangen van provincie voor verkeersveiligheid en van derden voor aangelegde parkeerplaatsen.

I Haven – en liggelden: € 34.000 Meer ontvangen aan haven- en liggelden.

I Verkoop gronden: € 35.000 M.b.t. oevers en kaden stukken grond verkocht.

I Bijdrage Wetterskip: € 30.000 Hogere bijdrage voor onderhoud waterwegen ontvangen.

I Restant bestaat uit diverse kleine verschillen € 25.000.

Pagina 98 van 126 24 Leef - 378 .000 I Mutatie voorziening: € 185.000 omgeving Onttrekking aan de voorziening egalisatie afvalstoffenheffing conform het gesloten huishouding systeem afval.

I Baten rioolheffingen: € 114.000 De meeropbrengst is voornamelijk toe te wijzen aan areaaluitbreiding.

I Vergoeding aansluitingen rioleringen: € 42.000 Niet geraamde particuliere vergoedingen voor nieuwe rioolaansluitingen en reparatie van bestaande aansluitingen

I Restant bestaat uit diverse kleine verschillen € 37.000.

Toelichting mutaties reserves

Toevoegingen/ Afwijking I/S Toelichting Onttrekkingen (minteken is nadelig)

Toevoegingen Mutaties -93.000 I Storting van de voor - en nadelige exploitatiesaldi op beheer en reserves onderhoud van diverse gebouwen in de reserve Onderhoud gebouwen: € -93.000.

Onttrekkingen Mutaties -37 3.000 I Lagere onttrekking voor Omgevingswet dan geraamd uit de reserve reserves Beschikbaar gestelde kredieten: € -373.000.

Pagina 99 van 126 3.5.3 Programma 3: Bestuur

Wat heeft het gekost?

Overzicht lasten en baten per hoofdtaakveld (bedragen x € 1.000)

Lasten Primitieve Begroting na Rekening Voordeel / begroting wijziging 2019 Nadeel

31 Bestuur 3.949 4.294 5.377 -1.083 N 32 Burgerzaken 3.068 2.949 2.787 162 V 33 Veiligheid 7.044 7.121 7.151 -30 N Totaal lasten 14.061 14.364 15.316 -952 N

Baten Primitieve Begroting na Rekening Voordeel / begroting wijziging 2019 Nadeel

31 Bestuur 0 0 117 117 V 32 Burgerzaken 1.402 1.289 1.244 -46 N 33 Veiligheid 113 113 103 -9 N Totaal baten 1.514 1.402 1.463 62 V

Saldo baten en lasten -12.547 -12.962 -13.852 -890 N Mutaties reserves Toevoegingen (in reserve) -2.556 -6.301 -6.301 0 V Onttrekkingen (uit reserve) 2.949 5.693 5.693 0 V Gerealiseerd resultaat -12.154 -13.570 -14.461 -890 N

Analyse per hoofdtaakveld

Hoofdtaakveld Afwijking I/S Toelichting (minteken is nadelig) Lasten 31 Bestuur -1.083 .000 I Afschrijving en Rente : € -629 .000 . Betreft stelpost geraamd voor onderuitputting kapitaallasten vanwege de verwachte voordelen in verband met vertraagde uitvoering van investeringen. In de berap juli-augustus-september is hier melding van gemaakt. Dit is hier een nadeel, echter de voordelen zijn binnen de diverse programma’s en hoofdtaakvelden opgenomen.

I Mutaties voorzieningen: € -436.000. Dit betreft een extra storting in de voorziening pensioenen wethouders doordat de rekenrente naar beneden is bijgesteld conform de laatste circulaire van het ministerie van BZK, daarnaast is de levensverwachting bijgesteld.

I Totaal aan kleinere verschillen: € -18.000. 32 Burgerzaken 162 .000 S Leges en andere rechten: € 107 .000. De rijksafdrachten zijn lager dan geraamd. In de begroting is vanaf 2019 een structurele afname aan legesinkomsten opgenomen. Inherent hieraan zijn de rijksafdrachten. De rijksafdracht van reisdocumenten bedraagt jaarlijks ongeveer 50%.

Pagina 100 van 126 I Overige goederen en diensten: € 31.000 Minder uitgegeven aan aangeschafte goederen en diensten m.b.t. verkiezingen en burgerzaken.

I Totaal aan kleinere verschillen: € 24.000

Hoofdtaakveld Afwijking I/S Toelichting (minteken is nadelig) Baten 31 Bestuur 117 .000 I Overige baten en lasten: € 23 .000. Ontvangen boetegeld wegens niet nagekomen verplichting tot bebouwen kavel.

I Agio: € 74.000. Betreft verstrekt agio aandelenkapitaal Vastgoed Zwembad BV (gemeente is voor 51% aandeelhouder).

I Totaal aan kleinere verschillen: € 20.000.

Pagina 101 van 126 3.5.4 Overzichten

Wat heeft het gekost?

Overzicht lasten en baten per hoofdtaakveld (bedragen x € 1.000)

Lasten Primitieve Begroting na Rekening Voordeel / begroting wijziging 2019 Nadeel

91 Algemene dekkingsmiddelen 2.467 2.336 1.919 417 V 92 Overhead 30.928 32.926 33.956 -1.029 N 93 Heffing VPB 20 20 26 -6 N 98 Bedrag onvoorzien 109 -5.552 -8.877 3.325 V Totaal lasten 33.524 29.731 27.023 2.707 V

Baten Primitieve Begroting na Rekening Voordeel / begroting wijziging 2019 Nadeel

91 Algemene dekkingsmiddelen 176.665 184.003 184.448 446 V 92 Overhead 1.197 1.604 1.994 390 V Totaal baten 177.862 185.606 186.442 836 V

Saldo baten en lasten 144.338 155.876 159.419 3.543 V Mutaties reserves Toevoegingen (in reserve) 0 -6.383 -6.633 -250 N Onttrekkingen (uit reserve) 0 2.585 419 -2.166 N Gerealiseerd resultaat 144.338 152.078 153.205 1.127 V

Analyse per hoofdtaakveld

Hoofdtaakveld Afwijking I/S Toelichting (minteken is nadelig) Lasten 91 Algemene 417 .000 I Geldleningen > 1 jaar: € 402 .000 . dekkings- Lagere kapitaallasten dan begroot. Daarnaast lagere rente middelen geldleningen.

I Diverse kleinere verschillen: € 15.000.

92 Overhead -1.029 .000 I Onvoorzien: € -268.000 Dotatie in de voorziening knelpunten personeel € -451.000. Gereserveerde middelen in de begroting € 183.000.

I Werkkostenregeling (WKR): € -400.000 Eindheffing 2019 belaste werkkosten. Als in een jaar het totaal bedrag aan vergoedingen meer dan 1,2% van de totale loonsom bedraagt, moet er 80% belasting over het extra bedrag afgedragen worden, de zgn. eindheffing.

I Centrale huisvesting: € -200.000 In de exploitatie van de centrale huisvesting is de beoogde € 200.000

Pagina 102 van 126 bezuiniging nog niet gehaald. Dit wordt met name veroorzaa kt door het feit dat de overtollige gebouwen nog niet allemaal zijn verkocht. Op de betreffende gebouwen rusten nog wel de lasten zoals kapitaallasten, gas, water en elektrisch. Zodra de totale verbouw is gerealiseerd en de beoogde gebouwen zijn verkocht, kan de doelstelling worden gerealiseerd.

I Afschrijvingen ICT: € -164.000. Hogere kapitaallasten, doordat investering in ICT eerder in gebruik is genomen dan voorzien in begroting.

I Applicaties externen: € 80.000 Betreft de verrekening van software t.b.v. de gemeente Harlingen. Het saldo is nihil, omdat we de kosten 1-op-1 doorzetten. De omvang wordt elk jaar geschat en in de praktijk bepaald door de werkelijke uitgaven van de gemeente Harlingen. In 2019 hebben ze minder aangeschaft dan gepland en hebben we navenant ook minder doorberekend (aan de batenkant nadeel van € 80.000)

I ICT Diensten: € -62.000 Overschrijding komt grotendeels door extra inzet van leverancier die de nieuwe infrastructuur heeft geleverd (PQR). Door ziekte en (nog) onvoldoende kennis is dit deels uitbesteed, nadeel van € 43.000. De verhuizing naar de Marktstraat bleek uiteindelijk ook niet helemaal op eigen kracht uitvoerbaar (met name aansluiten schermen en kabels). Dat heeft geleid tot een niet voorziene uitgaaf van € 12.500. Voor het overige zijn het kleine afwijkingen op diverse posten.

I Hard- en software: € -66.000 De oorzaak van deze overschrijding is een combinatie van twee factoren. Enerzijds hebben we ten behoeve van de nieuwe huisvesting en de nieuwe ICT omgeving op een aantal posten kleine overschrijdingen, nadeel van € 26.000 en anderzijds drukken de jaarlijkse onderhoudskosten voor de nieuwe ICT omgeving al volledig op 2019 en hebben we een aantal oude contracten nog niet kunnen uit faseren, nadeel van € 40.000.

I Programma digitalisering: € 42.000. In de programmabegroting van 2018 is voor drie jaar extra geld beschikbaar gesteld voor digitalisering. Het geld is bedoeld om de digitalisering (digitale dienstverlening en meer digitale processen) een flinke stap verder te brengen. Het geld is verdeeld over de drie jaarschijven, waarbij de aanname was dat het grootste accent in 2018 zou liggen (verdeling: 500-250-250). Bij de jaarrekening 2018 is aangegeven dat in 2018 minder geld was uitgegeven en is een bedrag van € 387.000 via resultaatbestemming toegevoegd aan budget 2019. In 2019 resteert van geplande budget nog een bedrag van €42.000. De voorgenomen plannen zijn grotendeels gerealiseerd.

I Diverse kleinere verschillen: € 9.000.

98 Bedrag 3.325 .000 I Saldo rekening: € 9.111 .000 . onvoorzien Nadelig rekeningsaldo 2019 (sluitpost).

I Saldo begroting: € -5.636.000 Dit betreft voornamelijk het saldo van de berap oktober 2019 (€ 5,9 miljoen nadelig), aangepast met het bij de berap juli-augustus- september aangenomen amendement over de Klameare (daardoor een verbetering van het saldo met € 0,3 miljoen).

Pagina 103 van 126 I Onvoorziene uitgaven: € -150 .000 . Voor het dekken van dubieuze debiteuren is er een voorziening. In 2019 is een bedrag van € 234.000 in deze voorziening gestort. Voor onvoorziene uitgaven was een bedrag geraamd van € 84.000, derhalve een nadeel op deze post van € 150.000.

Hoofdtaakveld Afwijking I/S Toelichting (minteken is nadelig)

Baten 91 Algemene 446 .000 I OZB: € 132 .000 . dekkings- De meeropbrengst is voornamelijk toe te wijzen aan middelen areaaluitbreiding.

I Geldleningen > 1 jaar: € -170.000. Minder ontvangen rente door afgeloste leningen en lagere rente.

I Algemene Uitkering: € 491.000. De algemene uitkering vanuit het gemeentefonds is € 491.000 hoger dan begroot. Op basis van verrekeningen over de jaren 2017 en 2018 is een aanvullend bedrag ontvangen van € 176.000. Daarnaast heeft er een bijstelling plaats gevonden via de decembercirculaire 2019. Op basis van deze circulaire is de bijdrage met € 315.000 verhoogd. Een deel van deze verhoging heeft betrekking op klimaatmiddelen, te weten; transitievisie warmte, wijkaanpak en energielokketten. In totaal gaat het om een bedrag van € 286.000. Na aftrek van de klimaatmiddelen is er sprake van een toename van € 29.000. Omdat de klimaatmiddelen op een zodanig laat moment van het jaar zijn ontvangen was het niet meer mogelijk om hier nog beleid op te maken. Gelet hierop wordt voorgesteld om een bedrag van € 286.000 ten behoeve van klimaat via resultaatbestemming beschikbaar te houden voor 2020. Dit is conform het raadsbesluit Ontwikkelagenda, Subagenda Duurzame Ontwikkeling van 27 februari 2020.

I Totaal aan kleinere verschillen: € -7.000.

92 Overhead 390 .000 I Vergoedingen voor uitgeleend personeel: € 111 .000. Er is meer personeel gedetacheerd dan geraamd, daardoor voordeel op inkomsten.

I Inkomstenoverdrachten overheden: € 235.000. Diverse teams hebben uitkeringen i.k.v. WAZO (Wet Arbeid en Zorg) en loonkostensubsidie ontvangen.

I Applicaties externen: € -80.000 Betreft de verrekening van software t.b.v. de gemeente Harlingen. Het saldo is nihil, omdat we de kosten 1-op-1 doorzetten. De omvang wordt elk jaar geschat en in de praktijk bepaald door de werkelijke uitgaven van de gemeente Harlingen. In 2019 hebben ze minder aangeschaft dan gepland en hebben we navenant ook minder doorberekend (aan de lastenkant voordeel van € 80.000)

I Overige goederen en diensten: € 80.000 Voordeel door hogere inkomsten verkopen kantine/ bedrijfsrestaurant. Daarnaast meer ontvangen vergoedingen m.b.t. ICT-middelen en bijdragen derden voor verrichte en geleverde diensten.

Pagina 104 van 126 I Inkomstenoverdrachten Rijk : € 37.000 Ontvangen subsidies BRIM (Besluit Rijkssubsidiëring Instandhouding Monumenten) t.b.v. instandhouding rijksmonumenten.

I Totaal aan kleinere verschillen: € 7.000

Toelichting mutaties reserves

Toevoegingen/ Afwijking I/S Toelichting Onttrekkingen (minteken is nadelig)

Toevoegingen Mutaties -250 .000 I Storting extra inkomsten precariobelasting in de reserve reserves precariobelasting: € -16.000.

I Storting van de voor- en nadelige exploitatiesaldi op beheer en onderhoud van diverse gebouwen in de reserve onderhoud gebouwen: € -234.000.

Onttrekkingen Mutaties -2.166 .000 I Geraamde nadelige s aldo primitieve begroting : € -2.9 49.000 reserves I Correctie begrote onttrekking Algemene Reserve t.b.v. vorming voorziening voor De Hemmen III. Was voor 2019 voorzien, echter bij jaarrekening 2018 moest hiervoor al een voorziening worden opgenomen: € 900.000.

I Lagere onttrekking voor digitale dienstverlening dan geraamd uit de reserve Beschikbaar gestelde kredieten: € -117.000.

Pagina 105 van 126 3.6 Overzicht incidentele baten en lasten

In onderstaand overzicht worden de incidentele baten en lasten hoger dan € 100.000 per programma weergegeven.

Incidentele baten (bedragen x € 1.000) Programma Omschrijving Primitieve Begroting na Rekening Voordeel/ begroting w ijziging 2019 Nadeel 1 Storting eigen vermogen Stichting Ons Gebouw, gemeente - - 141 141 V heeft beheer en exploitatie overgenomen 1 Onttrekking reserve beschikbaar gestelde kredieten: Sociaal domein 267 267 267 - Exploitatie Rolpeal - 227 227 - Gezond in de stad - 148 148 - Culturele hoofdstad - 250 250 - Onderzoek ontmoetingsplaatsen - 195 195 - HCW exploitatie - 106 106 - Bijdrage It Joo - 300 300 - Actieplan uitstroom - 88 88 - Frictiekosten Rolpeal - 92 92 - Bijdrage vrijwillige inzet - 66 66 - Opmaak I HP 2012 SW F - 99 99 - Huisvestingsvoorzieningen onderwijs - 84 84 - Onderhoud bibliotheek te Sneek - 70 70 - Project Noorderhoek - 5 5 - Verduurzamen gebouwen - 31 31 - Integrale aanpak vergunninghouders (Jaarrekening 2018) - 6 6 - Vervangen lift bibliotheek Sneek - 28 28 - Compensatie tekort vrijwilliger inzet Vitaloo - 24 24 - 2 Verkoop panden en gronden 715 1.225 1.246 21 V 2 Bijdrage Wetterskip i.v.m. overdracht stedelijk water voor 338 338 368 30 V onderhoud 2 Huur AZC - 145 149 4 V 2 Opstalrecht Tennet in verband met aanleg kabel - 515 515 - 2 Baten omgevingsvergunningen (hogere opbrengst) - 300 308 8 V 2 Toeristenbelasting (hogere opbrengst) - - 293 293 V 2 Onttrekking Reserve Beschikbaar gestelde kredieten: FMP - 1.865 1.865 - Uitbreiding parkeerterrein het Oordje, Bolsward - 61 61 - Cultuurfonds voor monumenten - 15 15 - Wijkontwikkeling Noorderhoek, Sneek 2e fase - 684 684 - Herinrichting Doltewal e.o. - 366 366 - Visie Toerisme en Recreatie SWF - 40 40 - Instellen verkrottingsfonds - 34 34 - Fietspad Warns-Stavoren - 201 201 - Project De Nieuwe Afsluitdijk - 250 250 - Beschoeiingen Stavoren - 266 266 - Onderhoud waterbodems/overdracht vaarwegen - 1.542 1.542 - Strand Workum (vml. dorpenbudget ) - 4 4 - Ontsluiting Stavoren - 61 61 - Bodemsanering Flachterrein - 147 147 - Energiesprong - 83 83 - Yacht Building Academy - 75 75 - Onderhoud molen It Lam te Woudsend - 98 98 - Inpassing zes fonteinen - 448 448 - Noorderhoek - aanpass. kruispunt en herstel Chr. Schotanusstr. - 135 135 - Noorderhoek - herinr.parkeerterrein en extra parkeerplaatsen - 107 107 - Noorderhoek - bijdrage watertoets en opruimen grond wal - 8 8 - Toegangsbrug, bergruimte, zitmaaier en inricht.ontmoetingstuin - 26 26 - Verplaatsing voetbalkooi - 14 14 - Reservering Frysk Hynder bij de Afsluitdijk - 47 47 - Onderzoek vraagkant wonen en zorg - 20 20 -

Pagina 106 van 126 (bedragen x € 1.000) Programma Omschrijving Primitieve Begroting na Rekening Voordeel/ begroting wijziging 2019 Nadeel Opstartkosten opgave IJsselmeerkust - 134 134 - Herinrichting Broereplein, Bolsward - 264 264 - Verduurzamen diverse toiletgebouwen - 24 24 - Verduurzamen Trefpunt, Bolsward - 23 23 - Herinrichting Galigapromenade - 100 100 - Planontwikkeling Aquaresort It Soal, Workum - 67 67 - Onderhoud openbare verlichting - 244 244 - Onderhoud oevers en kaden - 33 33 - Onderzoek veilige (fiets)verbindingen schoolgaande jeugd - 13 13 - Onderhoudsbaggerwerkzaamheden - 30 30 - Omgevingswet (jaarrekening 2018) - 460 88 -372 N Omgevingswet (jaarrek. 2018) (berap JAS) tbv ombuigingen - 100 100 - Overdracht twee monumentale windmolens - 115 115 - Renovatie Kerbertsbrug te Sibrandabuorren - 384 384 - Verkeerskundige aanpassingen - 250 250 - Projecten versterking Friese IJsselmeerkust - 67 67 - Vervangen openbare verlichting - 300 300 - Waterglijbaan Heeg - 50 50 - Overzichten Precariobelasting (hogere opbrengst) - 4.273 4.289 16 V Overzichten Dividend (hogere opbrengst) - 525 525 - Overzichten Algemene uitkering (uitkering voorgaande jaren) - - 176 176 V Overzichten OZB (hogere opbrengst) - - 132 132 V Overzichten Onttrekking Reserve Beschikbaar gestelde kredieten: Verduurzamen diverse gebouwen - 37 37 - Calamiteitenbudget (frictie) - 87 87 - Digitale dienstverlening (jaarrekening 2018) - 387 270 -117 N Onvoorzien frictie - 25 25 - Totaal incidentele baten 1.320 19.198 19.530 332 V

Incidentele lasten (bedragen x € 1.000) Programma Omschrijving Primitieve Begroting na Rekening Voordeel/ begroting wijziging 2019 Nadeel 1 Vakanties minima - 126 115 11 V 1 Pilot Wurkjouwer 143 143 315 -172 N 1 Eenmalige bijdrage Empatec - - 558 -558 N 1 Storting reserve Beschikbaar gestelde kredieten: Infrastructuur scholen Workum - 151 151 - 2 Duurzaamheid 150 150 149 1 V 2 Bijdrage Wetterskip i.v.m. overdracht stedelijk water 338 338 402 -64 N 2 Implementatie omgevingswet - 200 223 -23 N 2 Schade gemeentelijke eigendommen - 197 124 73 V 2 Storting Algemene reserve: Huurvergoeding AZC - 145 145 - 2 Storting reserve Beschikbaar gestelde kredieten: Overdracht vaarwegen - 97 97 - Kerkenvisie - 75 75 - 3 Storting reserve Beschikbaar gestelde kredieten: Reserve wegen (t.b.v. afschrijving) 153 153 153 - 3 Storting reserve Ontwikkelagenda: Jaarlijkse storting c.f. primitieve begroting 500 500 500 - Overzichten Storting reserve Beschikbaar gestelde kredieten: Afschrijving Centrale huisvesting - 200 200 - Afschrijving HCW - 25 25 - Overzichten Storting reserve Precariobelasting 1.885 6.174 6.174 - Overzichten Storting reserve onderhoud gebouwen - - 234 -234 N Totaal incidentele lasten 3.169 8.674 9.640 -966 N

Totaal incidentele baten en lasten -1.849 10.524 9.890 -634 N

Pagina 107 van 126 3.7 Overzicht verloop onvoorzien

Gebruik onvoorzien (x € 1.000) Raming Raming Realisatie Saldo van de oorspronkelijke begroting na mutaties begroting wijziging

Onvoorzien structureel 108 83 - 83 Onvoorzien incidenteel - - 234 -234

Totaal 108 83 234 -151

Gebruik geraamde bedrag voor onvoorzien

Omschrijving Bedrag €

Onvoorzien structureel 108 Digitalisering vakteams -25 83

Onvoorzien incidenteel 0 - Op rekeningbasis heeft er tevens een storting plaatsgevonden in de voorziening dubieuze debiteuren -234 -234 Totaal -151

Pagina 108 van 126 3.8 Vennootschapsbelasting

Fiscale positie Met ingang van 2016 vallen gemeenten voor bepaalde activiteiten onder bepaalde voorwaarden onder de werking van de Wet op de vennootschapsbelasting (Vpb). Deze wijziging is ingevoerd om publiekrechtelijke lichamen op dezelfde wijze te behandelen als private. In deze rekening gaan we er dan ook vanuit dat enkel de activiteiten die door ons aan de Belasting- dienst ter kennis zijn gebracht op 26 november 2015 de activiteiten zijn waarover wij als gemeente vpb zijn verschuldigd.

Gedane aangiftes Inmiddels is voor 2016 op 23 mei 2017, voor 2017 op 2 mei 2018 en voor 2018 op 8 mei 2019 aangifte gedaan. Dit leidde voor de genoemde jaren de onderstaande aangiftes:

Op basis van de resultatenrekening

Omschrijving Aangifte Aangifte Aangifte 2018 2017 2016 BATEN Vergoedingen bedrijfsafval 381.416 384.471 413.678 Vergoedingen detachering ca. 957.530 1.822.122 1.766.445 Totaal omzet 1.338.946 2.206.593 2.180.123 Kosten: Doorberekende kosten 1.208.680 1.989.073 2.084.923 Totaal kosten 1.208.680 1.989.073 2.084.923 Belastbare winst 130.266 217.520 95.200

Vaststelling van de aangiftes Van de sinds 2016 gedane aangiftes vennootschapsbelasting is het onderstaande overzicht te geven:

Berekening aanslag 2018 2017 2016 Belastbare winst 130.266 217 .520 95.200

Verschuldigde vennootschapsbelasting: - op basis van tarief van 20% 26.053 40.000 19.040 - op basis van tarief van 25% - 4.380 - 26.053 44.380 19.040 Betaald op voorlopige aanslag 16.474 13.961 14.000 Te betalen op de definitieve aanslag 9.579 30.419 5.040 ..

Op 10 juli 2017 is de aanslag 2016 door de Belastingdienst onveranderd voorlopig vastgesteld. Het- zelfde geldt voor de aanslagen 2017 en 2018 die respectievelijk op 19 mei 2018 en 25 mei 1019 door de Belastingdienst voorlopig zijn vastgesteld.

2019 Voor 2019 is de aangifte nog niet ingediend. Dit in verband met de bewerkelijkheid van de materie. Wel is inmiddels een gestart met de aangifte. Verwacht wordt dat ruim voor de uiterste aangiftedatum (1 juni 2020) aangifte voor 2019 kan worden gedaan. Verwacht wordt dat het bedrag aan verschuldigde vennootschapsbelasting 2019 in de orde van grootte van de aangifte 2019 ligt. In het verslagjaar is een voorlopige aanslag vennootschapsbelasting 2019 betaald van € 17.000.

Pagina 109 van 126 3.9 Wet WNT (Wet normering topinkomens)

Inleiding De WNT is per 1 januari 2013 in werking getreden. Beloningen van bestuurders en overige topfunctio- narissen in de (semi)publieke sector dienen wettelijk genormeerd, respectievelijk gemaximeerd te worden. Dit heeft geresulteerd in de wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semi- publieke sector (WNT). De WNT voorziet in een democratisch gelegitimeerd instrument waarmee normen en verplichtingen kunnen worden opgelegd voor de bezoldiging van bestuurders en andere topfunctionarissen in de publieke en semipublieke sector.

Het bezoldigingsmaximum in 2019 voor gemeente Súdwest-Fryslân is € 194.000. Het weergegeven individuele WNT-maximum is berekend naar rato van de omvang en duur van het dienstverband, waarbij voor de berekening de omvang van het dienstverband nooit groter kan zijn dan 1,0 fte.

In 2019 hebben geen bezoldigingen boven deze bezoldigingsnorm plaatsgevonden. Zowel bij vast als bij tijdelijk personeel.

Aandachtspunt De WNT geeft aan dat de gemeente verplicht is om jaarlijks in het financieel jaarverslag de bezoldiging van iedere topfunctionaris en gewezen topfunctionaris op persoonsnaam op te nemen, ongeacht een eventuele overschrijding van het bezoldigingsmaximum. Dit houdt in dat de griffier en gemeentesecretaris van gemeente Súdwest-Fryslân opgenomen moeten worden in het jaarverslag.

Overzicht bezoldiging topfunctionarissen

Gegevens 2019 bedragen x € 1 [Zondervan P.S.] [Stegenga G.W.] Functiegegevens Gemeentesecretaris Griffier Algemeen Directeur Aanvang en einde functievervulling in 2019 01/01 – 31/12 01/01 – 31/12 Omvang dienstverband (als deeltijdfactor in fte) 1,00 0,83 Dienstbetrekking? ja ja Bezoldiging Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen 128.373,13 81.225,48 Beloningen betaalbaar op termijn 20.343,36 16.025,16 Subtotaal 148.716,49 97.250,64

Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum 194.000, - 161.666,67

-/- Onverschuldigd betaald en nog niet terugontvangen bedrag N.v.t. N.v.t.

Bezoldiging 148.716,49 97.250,64

Reden waarom de overschrijding al dan niet is toegestaan N.v.t. N.v.t. Toelichting op de vordering wegens onverschuldigde betaling N.v.t. N.v.t. Gegevens 2018 bedragen x € 1 [Zondervan P.S.] [Stegenga G.W.] Functiegegevens Gemeentesecretaris Griffier Algemeen Directeur Aanvang en einde functievervulling in 2018 01/01 – 31/12 01/01 – 31/12 Omvang dienstverband (als deeltijdfactor in fte) 1,00 0,83 Dienstbetrekking? ja ja Bezoldiging Beloning plus belastbare onkostenvergoedingen 126.160,14 89.645,46 Beloningen betaalbaar op termijn 18.576,60 14.726,97 Subtotaal 144.736,74 104.372,43

Individueel toepasselijke bezoldigingsmaximum 189.000, - 157.500 ,- Bezoldiging 144.736,74 104.372,43

Pagina 110 van 126 3.10 Overzicht van de baten en lasten per taakveld

Overzicht lasten en baten 201 9 Lasten Baten Saldo (x € 1.000) Programma 1 - Sociaal 4.1 Openbaar basisonderwijs 141 0 141 4.2 Onderwijshuisvesting 6.495 518 5.977 4.3 Onderwijsbeleid en leerlingenzaken 4.345 1.874 2.472 5.1 Sportbeleid en activering 1.203 236 967 5.2 Sportaccommodaties 6.305 1.132 5.173 5.3 Cultuurpresentatie, -productie en -participatie 6.112 336 5.776 5.4 Musea 749 9 740 5.6 Media 2.326 11 2.315 6.1 Samenkracht en burgerparticipatie 5.195 242 4.953 7.1 Volksgezondheid 3.603 0 3.603 6.2 Wijkteams 7.077 173 6.904 6.3 Inkomensregelingen 42.299 32.150 10.149 6.5 Arbeidsparticipatie 3.056 6 3.050 6.6 Maatwerkvoorzieningen (WMO) 4.399 15 4.384 6.71 Maatwerkdienstverlening 18+ 15.117 612 14.505 6.72 Maatwerkdienstverlening 18 - 10.352 81 10.271 6.81 Geëscaleerde zorg 18+ 5.765 373 5.392 6.82 Geëscaleerde zorg 18 - 14.003 68 13.934 6.4 Begeleide participatie 16.717 0 16.717

Programma 2 – Ruimte 8.3 Wonen en bouwen 5.950 4.608 1.342 8.2 Grondexploitatie (niet bedrijventerreinen) 9.815 11.196 -1.381 3.3 Bedrijvenloket en bedrijfsregelingen 1.268 2.750 -1.482 3.1 Economische ontwikkeling 1.795 5 1.790 3.4 Economische promotie 3.743 3.395 348 3.2 Fysieke bedrijfsinfrastructuur 178 0 178 7.4 Milieubeheer 2.125 11 2.114 0.63 Parkeerbelasting 166 2.121 -1.955 2.2 Parkeren 1.597 0 1.597 2.1 Verkeer en vervoer 18.478 525 17.953 2.5 Openbaar vervoer 20 21 -1 2.3 Recreatieve havens 871 876 -6 2.4 Economische havens en waterwegen 4.620 542 4.078 5.7 Openbaar groen en (openlucht) recreatie 7.546 194 7.352 7.5 Begraafplaatsen en crematoria 585 583 1 0.3 Beheer overige gebouwen en gronden 756 0 756 8.1 Ruimtelijke ordening 2.231 133 2.097 5.5 Cultureel erfgoed 1.116 57 1.059 7.2 Riolering 7.046 8.054 -1.009 7.3 Afval 8.717 11.241 -2.524

Programma 3 – Bestuur 0.1 Bestuur 5.377 117 5.260 0.2 Burgerzaken 2.787 1.244 1.544 1.1 Crisisbeheersing en brandweer 5.035 103 4.932 1.2 Openbare orde en veiligheid 2.116 0 2.116

Overige 0.5 Treasury 810 2.063 -1.253 0.61 OZB woningen 818 11.758 -10.939 0.62 OZB niet -woningen 207 8.375 -8.168 0.64 Belastingen overig 83 6.778 -6.696 0.7 Algemene uitkering en overige uitk. gemeentefonds 0 155.474 -155.474 0.4 Overhead 33.956 1.994 31.962 0.9 Vennootschapsbelasting (VpB) 26 0 26 0.8 Overige baten en lasten 234 0 234 0.11 Resultaat van de rekening van baten en lasten -9.111 0 -9.111 Saldo van baten en lasten 276.221 272.057 4.164

0.10 Mutaties reserves 13.579 17.743 -4.164 Resultaat 289.800 289.800 0

Pagina 111 van 126 3.11 Sisa-overzicht

Pagina 112 van 126

Aardcontrole R Aardcontrole R (IOAZ) Aardcontrole n.v.t.

Indicatornumm er:G2 06 / Indicatornumm er:G2 12 / Indicatornumm er:G3 06 / Baten (jaar T) IOAZ (exclusief Rijk) Gemeente I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen € 0 Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee Ja Besteding (jaar T) Bob € 0 ) PW Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole R (IOAZ)

Indicatornum mer:G2 05 / Indicatornum mer:G2 11 / Indicatornum mer:G3 05 / Besteding (jaar T) IOAZ Gemeente I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen € 187.728 Baten (jaar T) Loonkostensubsidie o.g.v. art. 10d Participatiewet (excl. Rijk) Gemeente I.7 Participatiewet ( € 26.333 Besteding (jaar T) aan onderzoek als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 (exclusief Bob) € 67.454 ) PW Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole R (IOAW ) Indicatornum m er:D9 04 / Indicatornum m er:D9 08 / Indicatornum m er:G2 04 / Indicatornum m er:G2 10 / Indicatornum m er:G3 04 /

Opgebouwde reserve ultimo (jaar T-1) Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie € 0 Correctie besteding 2018 aan andere gemeenten overgeboekte middelen (baten) uit de specifieke uitkering onderwijsachterstandenbeleid. Bij een lagere besteding dient u voor het bedrag een minteken op te nemen. Bedrag Baten (jaar T) IOAW (exclusief Rijk) Gemeente I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers € 40.077 Besteding (jaar T) Loonkostensubsidie o.g.v. art. 10d Participatiewet Gemeente I.7 Participatiewet ( € 660.811 Baten (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) (exclusief Rijk) € 357.808 ) Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole R W W IK Aardcontrole n.v.t. Aardcontrole n.v.t. (IOAW ) Indicatornum mer:D9 03 / Indicatornum mer:D9 07 / Indicatornum mer:G2 03 / Indicatornum mer:G2 09 / Indicatornum mer:G3 03 / Indicatornum mer:G3 09 /

Correctie besteding 2018 aan afspraken over voor- en vroegschoolse educatie met bevoegde gezagsorganen van scholen, houders van kindcentra en peuterspeelzalen (conform artikel 167 WPO). Bij een lagere besteding dient u voor het bedrag een minteken op te nemen. € 5.062 Hieronder per regel één gemeente(code) selecteren en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Besteding (jaar T) IOAW Gemeente I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers € 2.570.586 Baten (jaar T) W WIK (exclusief Rijk) Gemeente I.6 Wet werk en inkomen kunstenaars ( € 0 Baten (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) (exclusief Rijk) € 214.185 Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee Ja ) PW Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole R (Bbz 2004) Indicatornum m er:D9 02 / Indicatornum m er:D9 06 / Indicatornum m er:G2 02 / Indicatornum m er:G2 08 / Indicatornum m er:G3 02 / Indicatornum m er:G3 08 /

Correctie besteding 2018 aan overige activiteiten (naast VVE) voor leerlingen met een grote achterstand in de Nederlandse taal (conform artikel 165 WPO). Bij een lagere besteding dient u voor het bedrag een minteken op te nemen. -€ 55.474 Correctie besteding 2018 aan andere gemeenten overgeboekte middelen (lasten) uit de specifieke uitkering onderwijsachterstandenbeleid. Bij een lagere besteding dient u voor het bedrag een minteken op te nemen. Bedrag Baten (jaar T) algemene bijstand (exclusief Rijk) Gemeente I.1 Participatiewet ( € 538.467 Baten (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen Gemeente I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) € 372.341 Besteding (jaar T) kapitaalverstrekking (exclusief Bob) € 168.934 Besteding (jaar T) aan uitvoeringskosten Bob als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 € 0 (Bbz 2004) Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole n.v.t. ) PW Indicatornum m er:D9 01 / Indicatornum m er:D9 05 / Indicatornum m er:G2 01 / Indicatornum m er:G2 07 / Indicatornum m er:G3 01 / Indicatornum m er:G3 07 /

Correctie besteding 2018 aan voorzieningen voor voorschoolse educatie die voldoen aan de wettelijkekwaliteitseisen (conform artikel 166,eerste lid WPO). Bij een lagere besteding dient u voor hetbedrag een minteken op te nemen. € 11.556 Hieronder per regel één gemeente(code) selecteren en in de kolommen ernaastde verantwoordingsinformatie voor die gemeente invullen Besteding (jaar T) algemene bijstand Gemeente I.1 Participatiewet ( € 29.492.718 Besteding (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen Gemeente I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) € 1.044.876 Besteding (jaar T) levensonderhoud gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) € 444.859 Baten (jaar T) Bob (exclusief Rijk) € 0 1 Onderwijsachterstandenb eleid 2011-2018 (OAB) Gemeenten Gebundelde uitkering opgrond van artikel 69 Participatiewet_gemeente deel 2019 Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr. Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen)_gemeente deel 2019 Besluit bijstandverlening zelfstandigen (Bbz) 2004 D9 G2 G3 SZW SZW OCW

Pagina 113 van 126

Aardcontrole R Indicatornumm er:H4 06 / Verrekening (jaar T) overige kosten per project ten laste van Rijksmiddelen € 0 € 0 € 0 € 0 € 0 € 0 € 0 € 0 Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole n.v.t. Aardcontrole n.v.t. ten opzichte van tot Indicatornum mer:H4 05 / Indicatornum mer:H4 11 / Indicatornum m er:E27B 05 / Indicatornum m er:E27B 10 / Verrekening (jaar T) Roerende zaken sportbeoefening en sportstimulering per project ten laste van Rijksmiddelen € 0 € 10.103 € 4.319 € 6.405 € 13.332 € 18.017 € 4.862 € 0 Overig (Jaar T) ten opzichte van ontvangen Rijksbijdrage - automatisch ingevuld € 3.584 Correctie jaar T verantwoorde overige bestedingen Indien de correctie een vermeerdering van bestedingen betreft, mag het alleen gaan over nog niet eerder verantwoorde bestedingen Eindverantwoording Ja/Nee Als u kiest voor ‘ja’, betekent ditdat het project is afgerond en u voor de komende jaren geen bestedingen meer wilt verantwoorden Ja Nee Ja Nee Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole n.v.t. Aardcontrole n.v.t. ten opzichte van tot Indicatornum m er:H4 04 / Indicatornum m er:H4 10 / Indicatornum m er:E27B 04 / Indicatornum m er:E27B 09 / Verrekening (jaar T) Onroerende zaken (sportaccommodaties) per project ten laste van Rijksmiddelen € 4.007 € 4.700 € 4.878 € 15.918 € 3.342 € 14.569 € 6.829 € 28.902 Toelichting Hier eventueel opmerkingen of toelichtingen Correctie jaar T verantwoorde bestedingen ten laste van provinciale middelen Indien de correctie een vermeerdering van bestedingen betreft, mag het alleen gaan over nog niet eerder verantwoorde bestedingen Toelichting 2,79% 6,40% 8,13% 10,30% 15,53% 11,60% 22,67% Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole n.v.t. Indicatornum mer:H4 03 / Indicatornum mer:H4 09 / Indicatornum m er:E27B 03 / Indicatornum m er:E27B 08 / Totale aanvraag per project (jaar T) ten laste van Rijksmiddelen (automatisch berekend) € 4.007 € 14.803 € 9.197 € 22.323 € 16.674 € 32.586 € 11.691 € 28.902 Percentage besteed (Jaar T) per project tenopzichte van aanvraag ten laste van Rijksmiddelen (automatische berekening) Overige bestedingen (jaar T) € 0 € 0 € 49.218 € 42.731 Cumulatieve overige bestedingen tot en met (jaar T) Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie € 0 € 0 € 761.596 € 67.474 4007 9197 28902 20,10% 14803 22323 16674 32586 11691 Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole n.v.t. Aardcontrole n.v.t. Indicatornum m er:H4 02 / Indicatornum m er:H4 08 / Indicatornumm er:E27B 02 / Indicatornumm er:E27B 07 / Projectnaam / nummer 60500 - Zwembaden 60501 - Schuttersveld 60502 - Duinterpen 60503 - Sneker sporthal 60504 - De Rolpeal 60505 - De 60522 - De Greidhoeke 752011 - Renovatie Totale besteding (Jaar T) per project ten lasten van Rijksmiddelen (automatische berekening) Besteding (jaar T) ten laste van provinciale middelen € 0 € 2.344 € 49.218 € 29.052 Cumulatieve besteding ten laste van provinciale middelen tot en met (jaar T) Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie € 0 € 104.497 € 761.596 € 53.795 Aardcontrole R. Aardcontrole n.v.t. Aardcontrole n.v.t. Aard controle n.v.t. Indicatornum m er:H4/ 01 Indicatornum m er:H4 07 / Indicatornumm er:E27B/ 06 Indicatornumm er:E27B 01 / Ontvangen Rijksbijdrage (jaar T) € 143.767 Kopie projectnaam / nummer 60500 Zwembaden - 60501 Schuttersveld - 60502 Duinterpen - 60503 Sneker - sporthal 60504 De - Rolpeal 60505 De - Middelzee 60522 De - Greidhoeke 752011 Renovatie - Hieronder per regel één beschikkingsnummer en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie 1012618 1032965 1145232 1508268 Kopie beschikkingsnummer 1012618 1032965 1145232 1508268 1 2 3 4 5 6 7 8 1 2 3 4 5 6 7 8 1 2 3 4 1 2 3 4 Specifieke uitkering Sport Gemeenten Brede doeluitkering verkeer en vervoer (SiSatussen medeoverheden) Provinciale beschikking en/of verordening Gemeenten en Gemeenschappelijke Regelingen H4 E27B VW S IenW

Pagina 114 van 126

Aardcontrole n.v.t. Aardcontrole n.v.t. Indicatornum mer:FRL2C 06 / Indicatornum mer:FRL8C 06 / Toelichting Hier eventueel opmerkingen of toelichtingen Toelichting Hier eventueel opmerkingen of toelichtingen Aardcontrole n.v.t. Aardcontrole n.v.t. Aardcontrole n.v.t. Aardcontrole n.v.t. Indicatornum m er:FRL2C 05 / Indicatornum m er:FRL2C 11 / Indicatornum m er:FRL8C 05 / Indicatornum m er:FRL8C 11 / Cumulatieve totale besteding tot en met jaar T Tussentijds afstemmen van juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie ten laste van zowel provinciale als overige middelen € 0 Eindverantwoording Ja/Nee Als u kiest voor ‘ja’, betekent dit, dat hiervoor alle besteding is afgerond en u er de komende jaren geen besteding meer voor wilt verantwoorden Nee Cumulatieve totale besteding tot en met jaar T Tussentijds afstemmen van juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie ten laste van zowel provinciale als overige middelen € 138.750 € 36.721 Eindverantwoording Ja/Nee Als u kiest voor ‘ja’, betekent dit, dat hiervoor alle besteding is afgerond en u er de komende jaren geen besteding meer voor wilt verantwoorden Nee Nee Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole n.v.t. Aardcontrole n.v.t. t.o.v. jaar T-1 van t.o.v. jaar T-1 van Indicatornumm er:FRL2C /10 Indicatornumm er:FRL8C /10 Indicatornumm er:FRL2C 04 / Indicatornumm er:FRL8C 04 / Correctie verantwoorde totale besteding Tussentijds afstemmen van juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie ten laste van zowel provinciale als overige middelen Cumulatieve besteding tot en met jaar T ten laste van alleen provinciale middelen Tussentijds afstemmen van juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie ten laste van alleen provinciale middelen € 0 Correctie verantwoorde totale besteding Tussentijds afstemmen van juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie ten laste van zowel provinciale als overige middelen Cumulatieve besteding tot en met jaar T ten laste van alleen provinciale middelen Tussentijds afstemmen van juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie ten laste van alleen provinciale middelen € 138.750 € 36.721 Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole R t.o.v. jaar T-1 van t.o.v. jaar T-1 van Indicatornum m er:FRL2C 03 / Indicatornum m er:FRL2C 09 / Indicatornum m er:FRL8C 03 / Indicatornum m er:FRL8C 09 / Totale besteding in jaar T De besteding in jaar T ten laste van zowel provinciale middelen als overige middelen € 0 Correctie besteding ten laste van alleen provinciale middelen Als de correctie een vermeerdering is, gaat het om nog niet verantwoorde besteding ten laste van alleen provinciale middelen Totale besteding in jaar T De besteding in jaar T ten laste van zowel provinciale middelen als overige middelen € 138.750 € 36.721 Correctie besteding ten laste van alleen provinciale middelen Als de correctie een vermeerdering is, gaat het om nog niet verantwoorde besteding ten laste van alleen provinciale middelen Aardcontrole R Aardcontrole R Aardcontrole n.v.t. Aardcontrole n.v.t. Indicatornumm er:FRL2C 02 / Indicatornumm er:FRL2C 08 / Indicatornumm er:FRL8C 02 / Indicatornumm er:FRL8C 08 / W elke regeling betreft het 2.1 Verkeer, wegen en water De besteding in jaar T ten laste van alleen provinciale middelen Alleen de besteding in jaar T ten laste van alleen provinciale middelen € 0 W elke regeling betreft het 8.1 Ruimtelijke ordening 8.1 Ruimtelijke ordening De besteding in jaar T ten laste van alleen provinciale middelen Alleen de besteding in jaar T ten laste van alleen provinciale middelen € 138.750 € 36.721 Aardcontrole n.v.t. Aardcontrole n.v.t. Aardcontrole n.v.t. Aardcontrole n.v.t. Indicatornum mer:FRL2C 01 / Indicatornum mer:FRL2C 07 / Indicatornum mer:FRL8C 01 / Indicatornum mer:FRL8C 07 / Hieronder per regel één beschikkingsnummer en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie 1605844 Kopie beschikkingsnummer 1605844 Hieronder per regel één beschikkingsnummer en in de kolommen ernaast de verantwoordingsinformatie 1605250 1693669 Kopie beschikkingsnummer 1605250 1693669 1 1 1 2 1 2 Verkeer en vervoer Fryslàn SiSa tussen medeoverheden - provinciale middelen Fryslan Stimulering kleine maatschappelijk initiatieven Iepen Mienskipfuns SiSa tussen medeoverheden - provinciale middelen Fryslan FRL2C FRL8C

FRL FRL

Pagina 115 van 126 4. Overige gegevens

4.1 Controleverklaring

Pagina 116 van 126

Pagina 117 van 126

Pagina 118 van 126

Pagina 119 van 126

Pagina 120 van 126

Pagina 121 van 126

Bijlagen

Bijlage A: Beleidsindicatoren Bijlage B: Overzicht investeringskredieten groter dan € 100.000

Pagina 122 van 126 Bijlage A: Beleidsindicatoren

In bijlage G van de Programmabegroting 2019 is een aantal verplichte beleidsindicatoren opgenomen (op basis van de nieuwe voorschriften BBV). Hieronder hebben we de in de begroting opgenomen waardes vergeleken met de per ultimo 2019 beschikbaar gestelde waardes. De waardes van de meeste onderstaande indicatoren zijn beschikbaar gesteld via www.waarstaatjegemeente.nl . Daar is het ook mogelijk om te vergelijken met andere (groepen van) gemeenten. De beleidsindicatoren betreffende de bedrijfsvoering zijn door ons zelf berekend.

Programma 1 – Sociaal

Begroting 2019 Ultimo 2019 Mutatie Naam indicator Waarde Periode Waarde Periode in %

Onderwijs Voortijdige schoolverlaters (% tov totaal VO + MBO) 1 2016 1,4 2018 40% Absoluut verzuim (niet ingeschreven per 1.000 leerlingen) 1,22 2017 1,02 2018 -16% Relatief verzuim (ongeoorloofd afwezig per 1.000 leerlingen) 22,18 2017 25,64 2018 16%

Sport Niet-wekelijke sporters (% tov bevolking≥19 jr) 50,1 2016 50,1 2016 0%

Lichte ondersteuning Personen met een bijstandsuitkering (per 10.000 inw 18jr eo) 426 2017 398,5 2018 -6% Kinderen in uitkeringsgezin (% kinderen tot 18 jaar) 5,83 2015 6 2018 3% Banen (per 1.000 inw 15-64jr) 750 2017 642,3 2018 -14% Netto arbeidsparticipatie (% van de beroepsbevolking) 66,8 2017 68,3 2018 2% Werkloze jongeren (%) 2,04 2015 2 2018 -2% Aantal re-integratievoorzieningen (per 10.000 inw 15-65jr) 174 2017 188,3 2018 8% Wmo-cliënten met een maatwerkarrangement (per 10.000 inw) 790 2017 780 2019 -1% Jongeren met jeugdhulp (% van alle jongeren tot 18 jaar) 6,6 2017 8,4 2019 27%

Specialistische ondersteuning Jongeren met jeugdreclassering (% tov alle jongeren) 0,2 2017 0,2 2019 0% Jongeren met jeugdbescherming (% tov alle jongeren) 0,9 2017 1,1 2019 22% Jongeren met een delict voor de rechter (%) 1,24 2015 1 2018 -19%

Programma 2 – Ruimte

Begroting 2019 Ultimo 2019 Mutatie Naam indicator Waarde Periode Waarde Periode in %

Wonen Nieuw gebouwde woningen (aantal per 1.000 woningen) 4,4 2016 5,6 2017 27% Demografische druk (som <20 en >65, tov 20-65 jarigen) 81,9 2018 82,3 2019 0%

Werken Functiemenging (verhouding tussen banen en woningen) 50,1 2017 50,6 2018 1% Vestigingen (van bedrijven) (per 1.000 inw 15-64jr) 164,2 2017 169,9 2018 3% Hernieuwbare elektriciteit (%)** 45,5 2016 48,6 2017 7%

Pagina 123 van 126 Leefomgeving Omvang huishoudelijk restafval (kg per inwoner) 205 2016 211 2017 3%

Programma 3 – Bestuur

Begroting 2019 Ultimo 2019 Mutatie Naam indicator Waarde Periode Waarde Periode in %

Veiligheid Verwijzingen Halt (per 10.000 inw. 12-17 jr) 137 2017 107 2018 -22% Winkeldiefstallen (aantal per 1.000 inw.) 1,7 2017 1,4 2018 -18% Geweldsmisdrijven (aantal per 1.000 inw.) 4 2017 4,2 2018 5% Diefstal uit woning (aantal per 1.000 inw.) 1,2 2017 1,8 2018 50% Vernielingen en beschadigingen (aantal per 1.000 inw.) 5,9 2017 6,2 2018 5%

Paragraaf 1 – Lokale heffingen

Begroting 2019 Ultimo 2019 Mutatie Naam indicator Waarde Periode Waarde Periode in %

Gemiddelde WOZ waarde (dzd euro) 181 2017 199 2019 10% Gemeentelijke woonlasten eenpersoonshuishouden (euro) 642 2018 657 2019 2% Gemeentelijke woonlasten meerpers. huishouden (euro) 679 2018 695 2019 2%

Paragraaf 5 – Bedrijfsvoering

Begroting 2019 Ultimo 2019 Mutatie Naam indicator Waarde Periode Waarde Periode in %

Formatie (fte per 1.000 inwoners) 9,33 2019 9,38 2019 1% Bezetting (fte per 1.000 inwoners)* 8,04 2019 9,16 2019 14% Apparaatskosten (euro per inwoner)* 786 2019 837 2019 6% Externe inhuur (% tov totale loonsom en inhuur)** 6,0 2019 16,2 2019 170% Overheadkosten (% van de totale lasten) 12 2019 12 2019 0%

* Hogere bezetting doordat in 2019 veel vacatureruimte is ingevuld.

** Percentage externe inhuur is in werkelijkheid hoger dan begroot. Dit komt omdat vacatureruimte (tijdelijk) is ingevuld door externe inhuur. Beter is te vergelijken met de waarde uit de Jaarrekening 2018 (waarde van 15,5). De mutatie betreft dan slechts 4,5%.

Pagina 124 van 126 Bijlage B: Overzicht investeringskredieten groter dan € 100.000

In deze bijlage geven we een overzicht van de investeringskredieten die groter zijn dan € 100.000.

Omschrijving Investeringen Investeringen Investeringen Totaal Restant t/m 2018 2019 cumulatief krediet

Drie voertuigen en een tractor team BOG 35.266 76.835 112.101 117.200 5.099 Vervangen werkplekken (team ICT) 152.845 0 152.845 150.000 -2.845 Walbeschoeiing Starteiland 46.994 136.572 183.566 180.000 -3.566 Renovatie sportvelden 2018 65.602 1.860 67.462 201.000 133.538 Diverse uitgaven automatisering 2.802.356 1.276.070 4.078.426 4.152.000 73.574 Renovatie sportvelden 2016 274.250 6.047 280.297 381.000 100.703 2e kunstgrasveld Tinga Sneek 369.117 0 369.117 500.000 130.883 Innovatiekrediet informatievoorziening 2017 593.992 45.499 639.491 640.000 509 Innovatiekrediet informatievoorziening 2018 556.787 83.085 639.872 640.000 128 Havenkwartier (FMP) (activeren) 539.640 2.162 541.802 820.876 279.074 Toplaag kunstgrasvoetbalvelden Sneek 945.953 54.473 1.000.426 1.000.000 -426 CBS S.Havingaschool Sneek - verv. trespa gymzaal 54.586 2.078 56.664 59.042 2.378 BBS Arum - nieuwbouw 426.022 45.397 471.419 2.167.680 1.696.261 HCW Bolsward 1.101.824 2.026.662 3.128.486 12.039.106 8.910.620 BBS Sibrandabuorren - nieuwbouw 139.853 927.273 1.067.126 2.756.880 1.689.754 BBS It Finster, Workum - vervangende nieuwbouw 238.521 0 238.521 5.473.229 5.234.708 Centrale huisvesting 9.052.026 9.278.205 18.330.231 19.252.000 921.769 Innovatiekrediet informatievoorziening 2019 * 0 709.586 709.586 640.000 -69.586 Realisatie hoofdvestiging buitendienst 0 489.476 489.476 1.231.000 741.524 Veegmac hine 0 203.100 203.100 200.000 -3.100 Ontsluiting De Hemmen III 0 0 0 2.440.000 2.440.000 Renovatie Abbegeasterketting 0 257.376 257.376 200.000 -57.376 Bijdrage reconstructie kruispunt Marnezijl, Bolsward 0 18.051 18.051 800.000 781.949 Twee veegmachines 0 0 0 400.000 400.000 Rondweg Warns 0 42.980 42.980 2.500.000 2.457.020 Aanpassen infrastructuur Rolpeal 0 797.624 797.624 1.642.500 844.876 Aankoop en aanleg parkeerterrein Julianastraat 0 0 0 125.000 125.000 Digitaliseren parkeerautomaten 0 325.000 325.000 400.000 75.000 De Skelp - medegebruik Johannes Post School 0 100.773 100.773 101.000 227 Renovatie sportvelden 2019 0 165.155 165.155 210.000 44.845 Snippermachine 0 143.197 143.197 135.000 -8.197 Aanpassing recreatiegebied rondom De Hemmen III 0 0 0 456.000 456.000 Twee driedelige cirkelmaaiers 0 0 0 180.000 180.000 Twee werktuigdragers 0 0 0 160.000 160.000 Ondergrondse inzamelvoorzieningen bij supermarkten 0 197.000 197.000 150.000 -47.000 Huisvuilwagen 0 0 0 250.000 250.000 Twee kraanauto's 0 0 0 460.000 460.000 Zijlader 0 0 0 300.000 300.000 Vervangen/herstellen vloeistofdichte vloer milieustraat 0 273.877 273.877 400.000 126.123 Renovatie dak voormalig stadhuis Workum 0 117.050 117.050 121.000 3.950

* Overschrijding wordt gedekt uit Innovatiekrediet informatievoorziening 2020

Pagina 125 van 126

Pagina 126 van 126