Model Analyses Des Postures
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
1 Analyse van yogahoudingen 18. Vīrabhadrāsana 18. VĪRABHADRĀSANA1 A. Concept van de houding 1. Naam, betekenis en definitie vīra lett. viriliteit, kracht, krijger, held bhadra de beste vīrabhadrāsana houding van de held Vīrabhadra was een machtige en krachtige krijger (kṣatriya) gewapend met een boog, bijl, discus, strijdknots en een drietand. Hij was de verpersoonlijking van Śiva, die impulsief is, in tegenstelling tot bijvoorbeeld de bedachtzame Ganeśa. De yoga zelf is niet gebonden aan een kaste. Bepaalde yogahoudingen of āsana-s hebben een symbolische betekenis of houden een specifieke actie in. Vīrabhadrāsana is er zó één door haar naam en haar effecten op het vlak van het spierstelsel, de ademhaling en de psyché. Vīrabhadra vertegenwoordigt kracht, moed, vastberadenheid, uithoudingsvermogen… kwaliteiten die met de houding kunnen ontwikkeld worden. Vīrabhadrāsana is dus een houding geschikt voor alle soorten van mensen en alle leeftijden: jongeren, gedeprimeerden, oudere mensen, enzovoort. Het is ook een driesterrenhouding voor groepslessen want iedereen kan er een bepaalde vorm van uitvoeren. Ze is niet veeleisend op het vlak van de gewrichten. De Yogarahasya vermeldt vīrabhadrāsana. De legende van de krijger2 Satī, de dochter van de grote wijze Dakṣa was gehuwd met de god Śiva, grotendeels tegen de zin van Dakṣa. Op een dag organiseerde Dakśa een groot religieus feest maar nodigde Satī en Śiva niet uit. Satī ging toch en vroeg haar vader waarom hij Śiva niet had uitgenodigd. "Omdat je echtgenoot gek is. Hij draagt slangen rond zijn lichaam en besmeurt zich met as.” Satī stierf door deze vernedering. Śiva vernam haar dood en ontstak in woede. Hij trok een haarlok uit en wierp het op de grond. Daaruit kwam een wrede krijger Vīrabhadra tevoorschijn. Śiva benoemde hem tot bevelhebber van zijn leger en gaf hem de opdracht het feest van Dakṣa te vernietigen. 1 Het onderwijs van Frans Moors Claude Maréchal in RVY n°12 décember 1986 p.17 TKV Desikachar, Kausthub and Frans Moors: The viniyoga of yoga. Applying yoga for health. Modifications p.246 2 Swati & Rajiv Chanchani: Yoga pour les enfants p.34,35 Opleiding yogaśāntiḥ tot yogaleerkracht o.l.v. Paul Meirsman, leerling van Frans Moors en yogalerarentrainer erkend door TKV Desikachar en de Yogafederatie van de Nederlandstaligen in België vzw. 2 Analyse van yogahoudingen 18. Vīrabhadrāsana Vīrabhadra was harteloos en krachtig. Met zijn wapens versloeg hij goden als Indra, Viṣṇoe, Agni, Yama en vele andere. Met magische riten haastte de wijze Bhṛgu1 zich om vele krijgers te creëren maar geen enkele weerstond aan de woede van Vīrabhadra. Uiteindelijk onthoofdde Vīrabhadra Dakṣa en wierp zijn hoofd in het sacrale vuur. Brahma, Viṣṇoe en vele andere goden vroegen genade aan Śiva en vroegen hem om Dakṣa terug tot leven te wekken. Śiva wilde hun wens verhoren maar het hoofd van Dakṣa was al verast. Daarom liet Śiva een geit offeren en zette het hoofd van de geit op de romp van Dakṣa. Op die manier kon Dakṣa zijn ceremonie beëindigen. Vīrabhadra presenteerde het hoofd van Dakṣa aan Śiva op een schenkbord. Vol droefheid om de dood van zijn vrouw trok Śiva zich terug op de heilige berg Kailāś om te mediteren. Op een bepaald ogenblik werd Satī opnieuw geboren ergens in de Himālaya en zij veroverde opnieuw het hart van haar echtgenoot.2 Wat is de moraal van het verhaal? In de yoga wordt een innerlijke strijd geleverd: de vastberadenheid, het engagement, het uithoudingsvermogen, de nauwgezetheid (abhyāsa) én het vertrouwen in de leraar (vairagya). Zie YS.I.12. Vervolg van de legende3 Na de ceremonie van Dakṣa ontmanteld te hebben, ging Vīrabhadra door met alles dat hij tegenkwam op zijn weg te vernietigen. Om hem te bedaren, schonk Śiva hem een gunst: "Op een dag zal je een planeet zijn aan de hemel en aanbeden worden. De planeet zal Maṅgala (Mars) noemen." Vandaag nog aanbidden vele Indiërs de planeet Mars. Van hun kant brachten de demonen hun tijd door met de goden en de wijzen te pesten. Vīrabhadra gebruikte zijn kracht om de goden en wijzen te beschermen. Op een dag slikte een slang-demon talrijke goden in. Vīrabhadra doodde de slang en redde de goden. Op een andere keer kwamen vele wijzen om in een brand. Vīrabhadra doofde het vuur en gebruikte zijn magische krachten om hen terug tot leven te wekken. Tevreden over zijn moed en edelmoedigheid schonk Śiva hem vele voordelen. 2. De vinyāsa aṅga (het schema) 1. Het achterste been gestrekt, de voet schuin naar buiten en naar voren gedraaid, plat op de grond. Het andere been een grote stap voorwaarts, de knie gebogen, het dijbeen horizontaal en het kuitbeen verticaal t.o.v. de grond. 2. De rug achterovergebogen (extensie); de borstkas uitgezet. 3. De armen gestrekt, omhoog geheven, langs de oren of erachter, vingers gekruist, en eventueel de handpalmen naar boven gedraaid. 1 B.G.X.25. Onder de grote wijzen ben Ik Bhṛgu; van alle geluidsvibraties ben Ik het transcendentale OṀ; van alle offers ben Ik het reciteren van de heilige namen [japa], en van onverplaatsbare dingen ben Ik het Himālaya- gebergte │Brahmā, het eerste levend wezen in het universum, schiep een aantal zonen om verschillende levenssoorten voort te brengen. Onder deze zonen is Bṛghu de machtigste wijze. 2 Claude Maréchal in RVY n°12 p 17 3 Swati & Rajiv Chanchani: Yoga pour enfants p 45, 46, 47 Opleiding yogaśāntiḥ tot yogaleerkracht o.l.v. Paul Meirsman, leerling van Frans Moors en yogalerarentrainer erkend door TKV Desikachar en de Yogafederatie van de Nederlandstaligen in België vzw. 3 Analyse van yogahoudingen 18. Vīrabhadrāsana 4. De ogen open (de krijger!), klassiek de blik horizontaal of licht schuin omhoog, het hoofd en de kin licht achterover geheven. Dit vergemakkelijkt de extensie van de rug. Er is dus geen jālandharabandha. Zorg voor een goed kūrma: een goede positie van de voeten en het bekken. De positie van de voeten is belangrijk. Het principe is het contact met de rug niet verliezen aangezien het een houding van de rug is. De aandacht mag niet naar de benen of de voeten getrokken worden. De achterste voet in de grond en voldoende naar voren uitgedraaid (45°), niet te weinig, niet te veel. De voorste voet blijft recht in het verlengde van het been De rug en het bekken blijven in de verticale as van het lichaam. Daartoe draait men lichtjes de romp in de richting van de voorste voet, kwestie van evenwicht en beweeglijkheid van het bekken. De spreidstand voor–achter van de benen is groot: geen kleine maar een goede stap voorwaarts zoals tijdens het marcheren. B.K.S. Iyengar spreekt over een stap voorwaarts van 1,30 à 1,40 m.1 Probeer dat eens. Het is voor vele mensen niet mogelijk. De knie van het voorste been is boven de voet. 45? Dat hangt af van de morfologie. Belangrijk is in contact te blijven met de rug! 3. Belangrijkste eigenschappen Een rechtopstaande houding Een pārśva of asymmetrische houding Een pūrvatāna-houding: extensie van de rug (een boog), de borstkas opent. Een prāṇa-houding: IN, VL. Een houding van ontwaken en helderheid ('s morgens) Een bṛṃhana-houding: ze stimuleert, maakt de rug krachtig (viriel). Zij opent de heupen en werkt op de psoas. Ze hoort thuis in een sṛṣti krama. Ze is gunstig voor fysieke en psychische kwaliteiten: kracht, weerstand, wilskracht, uithoudingsvermogen. Het is een houding die de mens naar buiten keert (extraversie). Ze geeft vertrouwen en vastberadenheid. Men beoefent ze zowel DYN als STA. Geen uitvoering van bandha-s. 1 BKS Iyengar: Yogadīpikā p.50. Dit is wellicht gemeten naar de (lange) benen van BKS Iyengar. Opleiding yogaśāntiḥ tot yogaleerkracht o.l.v. Paul Meirsman, leerling van Frans Moors en yogalerarentrainer erkend door TKV Desikachar en de Yogafederatie van de Nederlandstaligen in België vzw. 4 Analyse van yogahoudingen 18. Vīrabhadrāsana B. De vinyāsakrama’s 1. De houding uitvoeren 1. Sta rechtop, de voeten samen, draai een hiel licht schuin naar buiten. Doe een grote pas vooruit met het andere been. De armen blijven ontspannen naast het lichaam. Een pas vooruit, niet achteruit. Dit is belangrijk op psychisch vlak! Opgelet: verplaats het been niet te ver vooruit. De knie dient verticaal boven de voet te komen. De hiel van de achterste voet drukt goed in de grond, het been gestrekt (een goed kūrma). Twee manieren om deze positie in te nemen en om de achterste voet te plaatsen, afhankelijk van de evenwichtszin en de soepelheid (o.a. van het bekken) van de beoefenaar: • Eerst de achterste voet naar buiten draaien en dan de voorwaartse pas doen, of • Eerst de pas voorwaarts zetten, de achterste hiel richt zich wat op, dan naar buiten draaien en in de grond drukken. 2. Op een inademing, hef de armen voorwaarts verticaal omhoog, de blik schuin omhooggericht; de handen samen, eventueel de vingers gekruist en de handpalmen naar boven gedraaid. Eventueel de ellenbogen lichtjes buigen. 3. Op de uitademing, de armen laten zakken tot naast de romp. 4. Keer terug d.w.z. breng de benen samen. De terugkeer naar de initiële positie dient met evenveel zorg te gebeuren als het innemen van de houding. 5. Wissel van kant. De houding kan l.e.k. DYN en STA uitgevoerd worden. 2. De voorbereiding in de les zelf De uitgesproken asymmetrie en extensie van de rug staan ver van het dagelijkse leven. De houding vergt dus een opwarming. Het is echter geen gevaarlijke houding en ze vraagt niet veel voorbereiding. Eén houding volstaat. Enkele bewegingen ter opwarming in rechtopstaande positie zijn nuttig. Opleiding yogaśāntiḥ tot yogaleerkracht o.l.v. Paul Meirsman, leerling van Frans Moors en yogalerarentrainer erkend door TKV Desikachar en de Yogafederatie van de Nederlandstaligen in België vzw.