Het Dramatisch Eerste Ministerschap Van Mark Eyskens: Een Terugblik Na Twintig Jaar 1

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Het Dramatisch Eerste Ministerschap Van Mark Eyskens: Een Terugblik Na Twintig Jaar 1 Het dramatisch Eerste Ministerschap van Mark Eyskens: een terugblik na twintig jaar 1 baron Aloïs VAN DE VOORDE Ere secretaris-generaal van het Ministerie van Financiën 1. Ontslag van de regering-Martens IV (CVP/PSC-SP/PS) Begin oktober 1980 viel de regering-Martens III (CVP/PSC-SP/PS-PW/PRL) over de liberale eis om strenge besparingen door te voeren. Op 25 oktober al stelde Wilfried Martens met de christen-democraten en socialisten zijn vierde regering samen. De liberalen verdwenen voor een jaar in de oppositie. Paul Hatry werd als minister van Financiën opgevolgd door Mark Eyskens. Begin 1981 werd de regering-Martens IV opnieuw geconfronteerd met de ha­ chelijke ontwikkeling van de overheidsfinanciën die al in de voorbije herfst de politieke crisis had veroorzaakt. Op zondag 22 maart 1981 kon de regering een akkoord bereiken over het zogenaamde Vastenplan. De bijkredieten werden vol­ ledig weggewerkt, er werden een aantal besparingsmaatregelen vastgelegd e n en­ kele nieuwe bronnen van inkomsten gevonden. De CVP, bij monde van voorzit­ ter Leo Tindemans, vond het herstelplan, hoe verdienstelijk ook, onvoldoende. Ook de Nationale Bank drong aan op krachtiger maatregelen, gelet op de zwak­ ke positie van de Belgische frank. Martens zocht een uitweg in de richting van een herziening van het interpro­ fessioneel akkoord. Hij onderzocht de mogelijkheid om de industriële competi­ tiviteit te herstellen en het internationaal klimaat ten voordele van de frank te verbeteren door een schorsing van de indexering van de lonen en zelfs door een tijdelijke toepassing van sommige loonsverminderingen. Op zaterdagavond 28 maart werd in die zin aan de topministers een lijst van maatregelen voorgelegd die in de loop van de dag in der haast was opgesteld: besparingen op de lonen in de ondernemingen in moeilijkheden die overheidssteun genoten, blokkering van de prijzen en besnoeiïngen in de werkloosheidsuitkeringen en in de kinderbij­ slagen. Politiek belangrijk was vooral het voorstel met betrekking tot de index: in 1981 zou èèn indexaanpassing worden overgeslagen en vanaf 1982 zou van de procentuele indexering worden afgestapt. De coalitiepartners waren echter verdeeld over de maatregelen. De CVP- en de PSC-ministers konden er mee instemmen. Minister Claes (SP) maakte voor­ behoud en koppelde de indexwijziging aan nieuw overleg met de sociale part­ ners. Vice-premier Mathot (PS) kon de voorstellen niet aanvaarden omdat er niet ge­ raakt werd aan de opbrengsten van kapitaal. Op zondag 29 maart legde premier Martens in eigen naam een enigszins gewijzigd voorstel, een 'noodplan', voor aan de regering. 's Anderendaags besprak hij, in een ultieme poging, een licht afge­ zwakte versie met de partijvoorzitters van de regeringscoalitie. Maar de compro- 1 Met dank aan prof. Mark Van den Wijngaert voor zijn kritische opmerkingen. 430 RES PUBLICA misteksten van de Eerste Minister slaagden er niet meer in het vertrouwen tus­ sen de regeringspartners te herstellen. Het 'noodplan' werd definitief verwor­ pen door de socialisten, waarop Martens in de voormiddag van dinsdag 31 maart 1981, na een korte laatste ministerraad, de koning het ontslag van zijn regering aanbood. Enkele uren na het ontslag van Martens IV nam koning Boudewijn het uitzon­ derlijke initiatief negentien personaliteiten uit de politieke, economische en so­ ciale wereld te ontbieden op het paleis in Brussel. In zijn korte toespraak hekel­ de de vorst de politieke instabiliteit, gewaagde hij van een oorlogstoestand en drong hij aan op een snelle oplossing van de crisis: "Het is nu de hoogste tijd om geschillen, van welke aard ook, aan de kant te schuiven om voorrang te geven aan de overleving. Het is wat wij zouden doen moesten wij in oorlog zijn. Welnu dit is oorlog: oorlog voor het behoud van onze economie, voor het welzijn van allen en vooral voor de minstbedeelden, voor onze plaats in de economie". 2 Na­ dat hij bijna al deze topfiguren nogmaals individueel had ontvangen, aanvaardde de koning op donderdag 2 april 1981 het ontslag van de regering. Algemeen werd verwacht dat PSC-voorzitter Paul Vanden Boeynants door de koning zou worden aangesteld als formateur. Achter de schermen bereidde hij reeds druk het terrein voor, samen met de Vlaamse socialistische voorman Willy Claes. Donderdagmorgen 2 april was de minister van Financiën Mark Eyskens door zijn secretaris-generaal Marc Defossez op de hoogte gebracht van een onderzoek door de 881 (Bijzondere Belastingsinspectie) in hoofde van Vanden Boeynants wegens verdenking van ernstige fiscale fraude. Op de middag waarschuwde Eys­ kens de secretaris van de ministerraad,Jan Grauls. Op zijn beurt informeerde deze het paleis. In de loop van de namiddag liet Grauls aan Eyskens verstaan dat hij wellicht zou worden aangesteld als formateur. Diezelfde dag werd Eyskens, rond 19 uur, ontvangen door koning Boudewijn, die hem vroeg 'binnen de kortst mogelijke tijd een regering te vormen'.Het was een onverwachte wending, die Eyskens niet onmiddellijk had voorzien noch had gewenst. Door de uitschakeling van Vanden Boeynants en doordat Martens zelf niet meteen opnieuw wilde beginnen, was de aanduiding van Mark Eyskens ei­ genlijk geen verrassing. Als de man die de voorbije dagen en weken zo vaak en zo uitdrukkelijk had gewaarschuwd en die bovendien van zo nabij betrokken was geweest bij het opstellen van het 'noodplan' van Martens, was hij de aangewezen figuur om te proberen een nieuwe coalitie op de been te brengen. Op die ma­ nier werd het 'noodplan' van Martens toch ook niet helemaal afgewezen. 3 Eyskens moest de opdracht wel aanvaarden.Zoniet, had de publieke opinie hem verweten dat hij niet kon of niet durfde. Achteraf gaf hij ruiterlijk toe: "dat hij de 2 E. GERARD , Koning Boudewijn, de regering en de binnenlandse politiek, in:Boude­ wijn. Een Koning en zijn tijd, Tielt, 1998, blz. 116 en 127; La Libre Belgique van 1 april 1981: 'Après la démission -suspendue- du gouvernement, Ie Roi en appelle aux "pouvoir de droit et de fait". La Belgique en guerre pour la survie de son économie'. 3 M. PLATEL, 'Martens IV- Eyskens 1 - Martens V', in: Res Publica, 1982, nr. 2, blz. 280. DE REGERING M. EYSKENS 43 1 kans met twee handen gegrepen had". 4 Ook Gaston Eyskens was van oordeel dat zijn zoon de opdracht niet kon weigeren. Het was, zei hij, een kans die hij in zijn leven niet dikwijls zou krijgen. Het was voor vader Eyskens een groot genoe­ gen zo zijn oudste zoon Mark te zien aantreden als Eerste Minister, nog geen tien jaar nadat hijzelf, eind januari 1973, die functie had neergelegd. 5 Het was de bedoeling van de formateur een coalitiewisseling uit te voeren door de socialisten in de regering te vervangen door de liberalen. Dit werd hem ech­ ter stellig afgeraden door de partijvoorzitters Tindemans en Vanden Boeynants, omwille van de smalle basis in Wallonië en omdat de PSC toen onder geen be­ ding wilde regeren met de liberalen, want dit zou de definitieve splitsing van de partij hebben betekend. 6 Ook de leiding van het VBO (Verbond van de Bel­ gische Ondernemingen) 7 was er tegen; zij vreesde immers sociale onrust. 8 Op 24 januari 1981 had het ABW al een betoging met zowat 100.000 deelnemers georganiseerd in Brussel en in verscheidene sectoren waren er stakingen uitge­ broken tegen de geplande herstelwet. Buiten verkiezingen -die werden afgewe­ zen door de Parti Socialiste, de CVP, het ACW en het paleis- bleef er voor de for­ mateur slechts een mogelijkheid over: verder werken met de socialisten. Zo kwam Eyskens aan het hoofd te staan van een coalitie, die hijzelf eigenlijk niet had ge­ wild. Bij de CVP verliep de opvolging van Martens door Eyskens niet ge makkelijk. Enkele leden van de Kamerfractie vonden dat Martens de laan werd uitgestuurd op een weinig elegante manier, vooral omdat hij moest opstappen terwijl de an­ dere CVP-ministers op hun post bleven.Op de vergadering van dinsdag 7 april deed Wilfried Martens het tij keren door zijn volledige steun toe zeggen aan de nieuwe regering en aan zijn opvolger. 9 In de "Gesprekken met zeven regerings­ leiders" zei Eyskens hierover aan Kris Hoflack: "Ik weet trouwens niet of Martens mijn optreden als een dolkstoot ervaren heeft. Hij heeft zich loyaal gedragen te­ genover mij . Mijn regering stuitte in de Kamerfractie op zware weerstand en op een gegeven moment stond Martens recht en zei hij overtuigend dat de fractie mijn regering een eerlijke kans moest geven." 10 Martens zag in dat hij - na vier regeringen op twee jaar tijd- best een tijdje zou verdwijnen als premier. Ook was hij ervan overtuigd dat de regering Eyskens slechts een overgangskabinet zou zijn en dat hij zelf spoedig zou terugkomen. Achteraf beschouwd was de aanstelling van Eyskens als premier een goede zaak voor Martens zelf. Het bezorgde hem een welgekomen en misschien zelfs een na­ gestreefde rustpauze. Jn zijn memoires noteert Georges Debunne daarover: 'In die tijd schreef ik dat Martens een duw in de rug had gekregen van Leo Tinde- 4 K. HOFLACK, De achterkant van de premier. Gesprekken met zeven regeringsleiders. Leuven, Kritak, 1995, p. 237. 5 Le Soir van 4 april 1981, 'Gaston Eyskens: ' Mark sait ce qu'il doit faire ... '. Kort inter­ view met Gaston Eyskens over zijn zoon Mark. 6 M. EYSKENS , interview in: De Standaard van 16 nove mber 1981; F. DELPEREE, Chro- nique de crise 1977-1982, Brussel, 1983, blz. 133. 7 Voorzitter Daniël Janssen en afgevaardigd-beheerder Raymond Pulinckx 8 H . DE RIDDER, Geen winnaars in de Wetstraat, Le uven, 1986, blz. 8 4. 9 H. DE RIDDER, Geen winnaars ... , blz.104 10 K. HOFLACK, o.c., p . 29. 432 RES PUBLICA mans, en dat de nieuwe CVP-voorzitter daarbij geen blijk had gegeven van veel fair-play. Vandaag ben ik er niet meer zo zeker van dat Martens zelf geen vrijwil­ lige fout heeft begaan, waardoor hij zelf een rode kaart heeft uitgelokt'.
Recommended publications
  • Pinelopi Koujianou Goldberg
    Pinelopi Koujianou Goldberg Personal Dual Citizenship: Greece, U.S. Research and Teaching Interests International Trade, Development, Industrial Organization, Applied Microeconomics. Current Positions Chief Economist of the World Bank Group (Nov. 2018 – present). Elihu Professor of Economics, Yale University, 2017-present (on public service leave). Past Positions William K. Lanman, Jr. Professor of Economics, Yale University, 2010- 2017. Editor-in-Chief, American Economic Review, 2011- 2016. Professor of Economics, Princeton University, 2007- 2010. Co-Editor, American Economic Review, 2007-2010 and 2017. Professor of Economics, Yale University, 2001-2007. Visiting Scholar, Federal Reserve Bank of New York, 2006-07. Professor of Economics, Columbia University, 1999-2001. Assistant Professor of Economics, Princeton University, 1992-99. Summer Intern, Research Department of the IMF, 6/89-9/89. Professional Affiliations • American Economic Association Elected Vice-President, 2018-19. • Econometric Society, elected Fellow in 2004. Elected First Vice President in 2019 (to serve as President in 2021). Elected Member of the Executive Committee, 2017-2021. Elected Member of the Council, 2016-19. • Eastern Economic Association President, 2018-19. • National Bureau of Economic Research: Faculty Research Associate, 2001- present (currently on leave). Faculty Research Fellow, 1995-2001. • Bureau for Research and Economic Analysis of Development (BREAD): Member of the Board, 2010-present. Senior Fellow, 2005 - 2010. • International Growth Centre (IGC), London School of Economics, Research Affiliate, 2016- present. • Member of the Federal Economic Statistics Advisory Committee (FESAC), 2006-2012. Education Stanford University, Department of Economics, Ph.D., 1992 University of Freiburg, Germany, Diplom in Economics, 1986. Honors and Awards • National Academy of Sciences, elected in 2019.
    [Show full text]
  • Biographic Data for Use by Secretary Snyder. Circa 1949
    CONFIDENTIAL Biographic Data for use by Secretary Snyder and Members of his Party. I. His Royal Highness, Charles Theodore, Prince Regent of Belgium. Charles speaks English, having studied in England and served at one time in the British Navy. In 1931 he visited the United States incognito. He is unmarried. Although re- tiring, so far as publicity is concerned, he is quite popular in Belgium and is considered intelligent and competent. Charles was appointed Prince Regent of Belgium in September 1944, by virtue of a law voted by Parliament. The background of this law, which has prevented the return, since liberation, of King Leopold III to his country, is extremely complex. The chief element, however, was the fact that Leopold surrendered to the Germans in 1940, remained in the country during the occupation (under not uncomfortable cir- cumstances), and, at least at one point, believed that the Germans would win the war. The "Royal Question" (i.e., how to solve the problem of King Leopold III, who has not abdicated but who does not rule) has been one of the most important single domestic political issues in Belgium since the liberation. In general, the PSC (the Social Christian or Catholic Party), the largest party, has been pro-Leopoldist, while the Socialist and Liberal parties, the second and third in importance, have been anti-Leopoldist. There have, however, been may internal divisions within parties on this issue. The "Royal Question", an issue involving intense popular feelings and even religious aspects, has now probably become a question to which no clear-cut and generally satisfactory answer can be found.
    [Show full text]
  • La Belgique Confédérale Wil Unitair Beleid Voeren Zonder Democratie
    ESSAY 375 La Belgique confédérale wil unitair beleid voeren zonder democratie Wilfried Dewachter Het wordt deskundig verborgen gehou­ ren in 1961, tegen de Waalse revolte in , den, maar sinds zowat een halve eeuw van de eenheid swet van Gaston Eyskens. legt België aan tot en als een confederale Die eenheidswet diende om "de sta at te staat. Ni et doorgeduwd door separatisti­ ontvetten om de economische groei en de sche Vlaams-nationali sten, maar door de sociale bescherming veili g te stellen". Di e grote Franstalige politieke partijen, wan­ goedkeuring stimuleert in Wallonië het neer di e zich in 1968-1978 eenzijdig af­ federalisme, onder impuls van de Waalse scheuren van de unitaire partijen. vakbondsleid er André Renard. Tot in de kern van la Belgique unitai­ re car fran coplwne treffen twee cruciale beslissingen di e nagenoeg integraal de Macrostructurering Vlaamse voorstell en ter zake overnemen: de wettelijke vastlegging van de taalgrens In de jaren zestig van de vorige eeuw be­ in 1961 en de overheveling van de Univer­ reikt Vlaanderen economisch een peil dat sité Cat holique de Louvain naar Wallonië evenwaardig wordt aan dat van Franstalig en Brussel in 1968. Andere ' veroveringen', België. De economische groei in Vlaan­ zoals na 130 jaar eindelijk een rechtsgel­ deren stij gt voor het eerst tot boven het dige Nederl andstalige Grondwet erkend Belgische gemiddeld e. En gaandeweg krijgen, beroeren nauwelijks de Belgische verschuift het economische zwaartepunt politieke elite en haar Franse politieke nog meer naar Vl aanderen. Politiek komt cultuur. Die blijft ongestoord dominant, Vlaanderen daarmee in de jaren zestig gewoon al omdat de meeste Franstali ge van de vorig eeuw tot zo'n macht sniveau toppolitici ni et eens Nederl ands verstaan, dat het voortaan mee zal wegen op de be­ laat staan spreken.
    [Show full text]
  • 1 the Association for Diplomatic Studies and Training Foreign Affairs
    The Association for Diplomatic Studies and Training Foreign Affairs Oral History Project ARNOLD DENYS Interviewed by: Self Copyright 1998 ADST TABLE OF CONTENTS Acknowledgements A out the Author Note to the Reader Preface A Crisis in the Life of a Foreign Service Officer My Beginnings (S Citi)enship Return to Civilian Life Panama Assignment Crisis in Panama London Egypt Athens Mexico Canada ,ashington, DC Antwerp ,ashington to Tijuana Tijuana Tijuana to Retirement Conclusion DIARY Son of Flanders The Making of a Consul. Diary of an American Foreign Service Officer In Memory of Emiel Denys 01103411767 8odelieve Maria Denys 01101411117 AC9NO,LED8MENTS 1 I feel deep gratitude to my late parents for their encouragement to write this memoir. The late Mrs. 9atherine McCook 9nox, an art historian from ,ashington, DC, was in great part responsi le for my efforts in compiling letters and notes on the American Foreign Service. My thanks also go to Rhoda Riddell, Ph.D., a writer and teacher, who transcri ed and edited my handwritten account, which was taken from my diary. I also wish to thank Art Drexler, who completed the editing and prepared the book for printing. I wish also to thank the following persons, whom I have known in the long course of my foreign service career, and who have meant so much to me both personally and professionally, and deserve special acknowledgment. Consul 8eneral John D. Barfield Vice Consul 0Ret.7 Frank J. Barrett Miguel Angel 8arcia Charles Stuart 9ennedy, Director of the Association for Diplomatic Studies, who inspired me with his work on the Foreign Affairs Oral History Program.
    [Show full text]
  • Belgian Polities in 1985 « No T Urning Back » *
    Belgian Polities in 1985 « No T urning Back » * by Jozef SMITS, Licentiate in Polltical Science. * Belgian politica! life in 1985 was completely dominated by the parliamentary elections, for the Christian-Democrat and Liberal coalition under the leadership of Wilfried Martens (CVP) was in its last year. The Martens V government almost succeeded in completing the parliamentary term as it bas intended. They Heysel drama caused an unexpected rupture in the cabinet, so elections were set for October, while normally they would have been held in December. The electoral battle was completely dominated by the three major politica! families : on the one side, the Christian Democrats and the Liberals, who defended the recovery policy of the previous four years based on a transfer of financial resources from individuals to businesses ; on the other side were the Socialists, who stressed the negative effects of the « income cutback » policy. The polarization of the electoral campaign was symbolized the most clearly by the campaign of the largest majority party. With the slogan Geen Ommekeer (No Turning Back) and with outgoing Premier Martens as the figurehead, the CVP tried to com­ municate to the electorate that there was no alternative to the unpopular socio-economie recovery policy and that this policy had to be continued in order to solve the country's problems definitively. Against expectations and to its own astonishment, the majority emerged strengthened from the ballot box. Consequently, nothing stood in the way of a new edition of Martens V, and on 28 November, the new Christian-Democrat/Liberal government was formed. Wilfried Martens again had the leadership of • A part of the information given in this article is taken from the article written by M.
    [Show full text]
  • A Theory-Guided Statistical Historiography Of
    A statistical historiography of Belgium’s national electoral and party system Tom Schamp1 & Carl Devos Background paper For the paper submitted for ECPR‟s Joint Sessions of Workshops “Party system dynamics. New tools for the study of party system change and party transformation” 11-16 March, 2013 Mainz, Germany 1 Ghent University Faculty of Social and Political sciences Department of Political science Universiteitstraat 8, 9000 Gent, Belgium e-mail: [email protected] 1 1. Introduction In their overview of the Belgian national electoral results and party systems since 1830, Matagne and Verjans (2012:85) concluded that Belgium advanced from a bipolar political system since 1848, via what Giovanni Sartori (1976) called a two-and-a-half party system in the 1920s to the fractionalized and highly volatile multiparty system that present-day Belgium is worldwide known for. In this paper we study the linkages between the changing political system, the process of electoral reforms and the development of the party system. We intend to do so focusing on an old democracy: Belgium. We analyze origin, rise and fall of Belgian political parties participating in the national legislative elections, of the nature and complexity and change of the national electoral system, of the persistence, consolidation and change of the national party system, and last but not least of the perception of democracy in itself.2 These issues are among the most central issues studied by political scientists. There are plenty of explanations for today‟s party system fragmentation. Ever since the 1960s political parties in Belgium, in The Netherlands and in many other Western European representative democracies were principally uprooting from social cleavages.
    [Show full text]
  • Vice-Premiers En Kernkabinetten. Een Evaluatie Van Deze Innovaties
    Vice-Premiers en kernkabinetten. Een evaluatie van deze innovaties Willy CLAES Minister van Staat Over Vice-Premiers en kernkabinetten werd er tot op heden zeer weinig gepu­ bliceerd. Hoogst verwonderlijk eigenlijk, als men de belangrijke, soms beslissen­ de rol bedenkt, die dit ministeriële comité in de voorbije decennia gespeeld heeft bij de aanpak, oriëntering en oplossing van structurele problemen, die tot en met de toekomst van België gehypothekeerd hebben. Allicht wordt deze lacune hoofd­ zakelijk verklaard door het gebrek aan authentieke en andere betrouwbare bron­ nen. Kandidaat - schrijvers van licenciaatthesissen wezen gewaarschuwd: zij zul­ len zich moeten vergenoegen met persartikelen, flarden uit gedenkschriften en ... mondelinge getuigenissen van ministers die aan de officiële, informele en ... ge­ heime bijeenkomsten van de "Kern" hebben deelgenomen, uitdrukking die zelfs in het Franstalige landsgedeelte ingeburgerd is . I. De Vice-Premier Men mag ervan uitgaan dat in elke coalitieregering er zich naast de Eerste Mi­ nister een "nummer 2 in het bevel" opdrong, die behoorde tot de andere poli­ tieke partij dan deze van de Premier en die, door de uitgeoefende bevoegdheden in de regering, door de plaats die hij in zijn politieke formatie bekleedde en al­ licht ook door aangeboren gezag en leiderstalent, politiek evenwicht binnen de regeringsploeg en in het gevoerde beleid trachtte te verzekeren. Daarom echter droeg betrokkene nog niet de titel van Vice- Eerste Minister. Henri Lemaître publiceert in zijn boek "Les gouvernements belges de 1968 à 1980 - Processus de crise." 1 (annexe IX) volgende lijst van Vice- Eerste Ministers. Enige verwarring inzake titulatuur dient hier wel vermeld. Noch de kansela­ rijdiensten van de Eerste- Minister, noch Professor Luykx en Marc Platel in hun "Politieke Geschiedenis van België" 2 vernoemen Gaston Eyskens (1947 - 1949), Albert Devèze (1949 - 1950), Henri Liebaert (1954 - 1958) als Vice- Premiers.
    [Show full text]
  • Het Beleid, Het Profiel En De Loopbaan Van De Ministers Die Financiën Bestuurden Tijdens De Periode September 1944 Tot 2011
    Federale Overheidsdienst Financiën - België Documentatieblad 71e jaargang, nr. 4, 4e kwartaal 2011 Het beleid, het profiel en de loopbaan van de ministers die Financiën bestuurden tijdens de periode september 1944 tot 2011 Aloïs VAN DE VOORDE (*) Eresecretaris-generaal van het Ministerie van Financiën AA B BS T S R TA CR T A C T This study is a survey concerned with the twenty Belgian Ministers of Finance since the liberation in September 1944 till the end of 2011. After a introduction it opens with Camille Gutt, who was Finance Minis- ter in the postwar Pierlot government, and closes with Didier Reynders. Attention is paid to the policies the ministers involved adopted, to their impor- tance and profile (social and educational background, including their occupa- tion), as well as their political and professional careers and th functions they carried out after their term of office. The most problematic events and issues they had to face during their term of office are particularly highlighted. The survey ends with a summary of the major facts and some concluding remarks, among others the profile of these former ministers, duration and stability of their term of office, the impact of the most influential collaborators, the turning points and evolution of Belgian finance during the 1944-2011 period. Keywords: period 1944-2011, policies and profile Belgian Finance Ministers, turning-points and evolution of Belgian public finances JEL Classifiication Code: H83, N44 (*) L’auteur remercie Reginald Savage et Christian Valenduc pour leurs remarques et leurs suggestions 29 Documentatieblad 71e jaargang, nr. 4, 4e kwartaal 2011 30 Documentatieblad 71e jaargang, nr.
    [Show full text]
  • Working Paper 188 a Century of Macroeconomic and Monetary
    A Service of Leibniz-Informationszentrum econstor Wirtschaft Leibniz Information Centre Make Your Publications Visible. zbw for Economics Maes, Ivo Working Paper A century of macroeconomic and monetary thought at the National Bank of Belgium NBB Working Paper, No. 188 Provided in Cooperation with: National Bank of Belgium, Brussels Suggested Citation: Maes, Ivo (2010) : A century of macroeconomic and monetary thought at the National Bank of Belgium, NBB Working Paper, No. 188, National Bank of Belgium, Brussels This Version is available at: http://hdl.handle.net/10419/144400 Standard-Nutzungsbedingungen: Terms of use: Die Dokumente auf EconStor dürfen zu eigenen wissenschaftlichen Documents in EconStor may be saved and copied for your Zwecken und zum Privatgebrauch gespeichert und kopiert werden. personal and scholarly purposes. Sie dürfen die Dokumente nicht für öffentliche oder kommerzielle You are not to copy documents for public or commercial Zwecke vervielfältigen, öffentlich ausstellen, öffentlich zugänglich purposes, to exhibit the documents publicly, to make them machen, vertreiben oder anderweitig nutzen. publicly available on the internet, or to distribute or otherwise use the documents in public. Sofern die Verfasser die Dokumente unter Open-Content-Lizenzen (insbesondere CC-Lizenzen) zur Verfügung gestellt haben sollten, If the documents have been made available under an Open gelten abweichend von diesen Nutzungsbedingungen die in der dort Content Licence (especially Creative Commons Licences), you genannten Lizenz gewährten
    [Show full text]
  • The Belgian Federal Parliament
    THE BELGIAN FEDERAL PARLIAMENT Published by : The Belgian House of Representatives and Senate Edited by : The House Department of Public and International Relations The Senate Department of Protocol and External Relations Printed by : The central printing office of the House II. 2004 THE BELGIAN FEDERAL PARLIAMENT VISITOR’S GUIDE This guide contains a concise description of the rooms that you will be visiting. The numbers shown in the margins refer to points of interest that you will see alongside the circuit. – 1 – INTRODUCTION The Palace of the Nation is the seat of the Federal Parliament. It is divided into two chambers: the House of Representatives and the Senate. The House and the Senate are different in terms of their composition and competences. 150 representatives elected by direct universal suffrage sit in the House of Representatives. The Senate is composed of 71 senators as well as Prince Philip, Princess Astrid and Prince Laurent who are senators by right. The House and the Senate share competences on an equal footing in matters relating to: – the revision of the Constitution; – the elaboration of legislation concerning the structure, functioning, and institutions of the State; – the organisation of Justice; – the ratification of international treaties; – the setting up of enquiry committees. – 2 – The House of Representatives has the following exclusive competences: – to examine the government political statement and subsequently to pledge its confidence in the government by voting (= vote of confidence); – to control government policy by means of interpellations addressed to government members and concluded by a vote of confidence or no confidence; Both the House of Representatives and the Senate are competent in all other areas of legislation.
    [Show full text]
  • 175-25-Bel Bon .Indd
    François-Xavier Nève ans HISTOIREAU SERVICEDES SERVICES PUBLICS DE EN TOUSBELGIQUE 1831 1832 1833 1830 1834 1835 1836 1837 1838 1839 1840 1841 1842 1843 1844 1845 1846 1847 1848 1849 1850 18511 18527 1853 1854 18555 1856 1857 1858 1859 1860 1861 18621866 1863 18671864 1865 1868 1869 1870 1871 1872 1873 1874 1875 1876 1877 1878 1879 1880 1881 1882 1883 1884 1885 1886 1887 1888 1889 1890 1891 1892 1893 18941906 1895 18961907 1897 1908 1898 1 1899909 1 1910900 1901 1902 1903 1904 1905 1911 1912 1913 1914 1915 1916 1917 1918 1919 1920 1921 1922 1923 1924 1925 2926 1927 1928 1929 1930 1931 1932 1933 1934 1935 1936 1937 1938 1939 1940 1941 1942 1943 1944 1945 1946 1947 1948 1949 1950 1951 1952 1953 1954 1955 1956 1957 1958 1959 1960 1961 1962 1963 1964 1965 1966 1967 1968 1969 1970 1971 1972 1973 1974 1975 1976 1978 1979 1980 1981 1982 1983 1984 1985 1986 1987 1988 19891991 19 199290 1993 1994 1995 1996 1997 1998 1999 2000 2001 2002 2003 2004 2005 François-Xavier Nève 175 ans au service de tous Histoire des services publics en Belgique Avec des illustrations de Johan De Moor, François Waltéry et Henri Defresne Les Éditions de lʼUniversité de Liège 175 ans au service de tous 2 Les Éditions de lʼUniversité de Liège 31, Boulevard Frère-Orban 4000 Liège (Belgique) E-mail : [email protected] http : // www.editulg.ulg.ac.be © 2005 Imprimé en Belgique Couverture Créacom / Illustration Henri Defresne D/2005/8886/14 ISBN 2-87456-009-x 3 Avant-propos du Ministre Christian Dupont La Belgique est un pays jeune, né dans lʼélan romantique et révolutionnaire des années 1830.
    [Show full text]
  • Séance Plénière Plenumvergadering
    SÉANCE PLÉNIÈRE PLENUMVERGADERING du van JEUDI 6 FÉVRIER 2014 DONDERDAG 6 FEBRUARI 2014 Soir Avond ______ ______ La séance d’hommage est ouverte à 18.16 heures. Ont pris place au banc du gouvernement M. Alexander De Croo, vice-premier ministre et ministre des Pensions, et Mmes Annemie Turtelboom, ministre de la Justice, Monica De Coninck, ministre de l’Emploi, et Maggie De Block, secrétaire d’État à l’Asile et la Migration, à l’Intégration sociale et à la Lutte contre la pauvreté, adjointe à la ministre de la Justice. De huldevergadering wordt geopend om 18.16 uur. In de regeringsbanken hebben plaatsgenomen de heer Alexander De Croo, vice-eerste minister en minister van Pensioenen, en de dames Annemie Turtelboom, minister van Justitie, Monica De Coninck, minister van Werk, en Maggie De Block, staatssecretaris voor Asiel en Migratie, Maatschappelijke Integratie en Armoedebestrijding, toegevoegd aan de minister van Justitie. Introduits par la questrice Jacqueline Galant, les jubilaires font leur entrée dans la salle sous les vifs applaudissements de l’assemblée et prennent place dans les fauteuils qui leur sont réservés au centre de l’hémicycle. De jubilarissen worden door quaestor Jacqueline Galant de vergaderzaal binnengeleid onder het levendige applaus van de vergadering en nemen plaats op de stoelen in het midden van het halfrond. M. André Flahaut, président de la Chambre, préside la séance. De heer André Flahaut, voorzitter van de Kamer, zit de vergadering voor. Le président: Mesdames et messieurs, chers collègues, je salue la présence du président du Parlement flamand, de heer Jan Peumans, en ook de aanwezigheid van de minister van Staat, de heer Eyskens.
    [Show full text]