Resolutions of the Council of Policy of Cape of Good Hope Cape Town Archives Repository, South Africa
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Resolutions of the Council of Policy of Cape of Good Hope Cape Town Archives Repository, South Africa Reference code: C. 71, pp. 115−118. Saturdagh den 17 Junij 1724, voormiddags. Extraordinaire vergaderin[g]. Present den Edelen Heer Gouverneur en alle de leeden. Door den Edelen Heer Gouverneur de schippers van de aanweesende scheepen Prattenbur[g], Berkenroode, Leijden, de Theodora en de Johanna ter vergaderinge afgevraagt geworden zijnde of zijlieden geduurende haar legtijd alhier niet ten genoege waren voorsien geworde[n] met goede en deugtsame ververssinge van moescruijden, vers vleesch en brood, is door deselve betuijgt zulx ten volle contentemente genoten te hebben, dog op de afvraging wanneer zijlieden dierhalven [1] vermijnden in staat te kunnen zijn om de rheijse na Batavia en Ceijlon aan te neemen, is door de schippers de[r] scheepen Berkenroode en d' Theodora vermeijn[d] dat haar monsterdag bij handsaam weeder vastgesteld zoude kunnen werden op Woensdag den 21en deeser, werdende nogtans door de schippers van Prattenburg, Leijden en de Johanna versogt dat zulx ten haren reguarde mogte uijtgesteld blijven tot Saturdag den 24 daaraan volgende, alsoo ten dien eijnde tot nog toe in geen volle gereedheijd waren gebragt; welken aangaande dan gedelibereert zijnde, besloten is dat Berkenroode en d' Theodora op Woensdag den 21en, en Prattenburg, Leijden en d' Johanna op Saturdag 24 deeser lopende maand bij toelatinge van weer en wind zullen werden gemonstert en naar Batavia en Ceijlon gedimitteerd. Waar naar door den Edelen Heer Gouverneur is voorgesteld hoe door 't overleijden van den Heer independent fiscaal, Cornelis van Beaumont [2] , die bedieninge was komen te vaceeren, welk emploij ook niet leedig diende gelaten te werden, tot handhavinge der justitie en voorkominge van disordres en ongeregeltheeden, daaromme ook van den dienst der E. Comp. hadde vermeijnt de leeden des Raads in bedenkinge te geeven of daar omtrent hoe eer hoe liever niet behoorde te werden voorsien, en die plaatse met een bequaam subject vervult, immers tot tijt ende wijle daar omtrent nader bij onse Heeren en Meesteren zal weesen voorsien, ten dien eijnde tot pl. fiscaal voordragende den ondercoopman en secretaris van politie, Adriaan van Kervel; welken aangaande gedelibereert zijnde, goedgevonden en geresolveerd is den voorm. ondercoopman en secretaris van politie, Adriaan van Kervel, bij deesen aan te stellen tot pl. fiscaal deeses Gouvernements, omme de gem. bedieninge met ende benevens de politicque secretarije te bedienen ende waar te neemen, tot tijt ende wijle omtrent het voorm. fiscaals ampt door Haar Wel Edele Hoog Agtb. de Heeren 17en nader zal weesen gedisponeerd. En gelijk deesen Raad door het afsterven van wijlen de Heeren Abraham Cranendonk [3] en Cornelis van Beaumont twee leeden was verswakt en vermindert geworden, Zoo is op de voorstellinge van den Edelen Heer Gouverneur meede vastgesteld en beslooten dat tot meede leeden van den Raad van Politie zullen werden aangesteld, zoo als aangesteld werden bij deesen, den ondercoopman en dispencier, Nicolaas Heijning, [4] benevens den ondercoopman en pakhuijsmeester, Hendrik Swellengrebel. [5] Aldus geresolveerd ende gearresteerd in 't Casteel de Goede Hoop, ten dage en jaare voorsz. [6] M. DE CHAVONNES. JAN DE LA FONTAINE. K. J. SLOTSBOO. 1 A. V. KERVEL. JN. ALDERSZ. Notes: [1] Die gekursiveerde woord is deur Van Kervel tussen die reëls bygeskryf. [2] Hy is op 14.6.1724 oorlede en op 18.6.1724 begrawe. Vgl. C.605, Origineel Dagregister, 1718− 1724, pp. 956 en 958−959. [3] Abraham Cranendonk van Amsterdam het op 4.3.1715 uit Nederland in Tafelbaai aangekom om Willem Helot as sekunde van die Kaap op te volg. Hy was getroud met Elisabeth Angelica Burlamachi, die dogter van Benjamin Burlamachi en Wilhelmina van der Hoop. Cranendonk is is op 8.10.1721 oorlede en drie dae later in die Kaapse kerk begrawe. In 1722 het sy weduwee en hulle dogter, Johanna Wilhelmina, na Batavia vertrek. (Sien M.O.O.C.7/3, Testamenten, 1721−1725, no. 27.) [4] Nicolaas Heijning van Delft het in 1704 as adelbors na die Kaap gekom, en is die volgende jaar bevorder tot boekhouer. Hy het in 1717 kassier geword, en in 1720 volg hy Jacobus Cruse op as soldyboekhouer. In 1722 word hy dispensier. Hy is op 20.8.1713 getroud met Geertruijd Vermeij, die dogter van Steven Vermeij en Alleta van Es. (Sien C.224, Requesten en Nominatiën, 1717, no. 66; C.J.2650, Testamenten, 1709−1715, no. 77; C.J.2651, Testamenten, 1716−1721, no. 13.) [5] Hendrik Swellengrebel was die seun van Johannes Swellengrebel en Johanna Cruse, en is op 26.9.1700 aan die Kaap gebore. Hy het in 1713 as assistent by die Kompanjie in diens getree, en het gevorder totdat hy in 1739 Goewerneur van die Kaap geword het. In 1751 het hy uit die Kompanjiesdiens getree en hom in Utrecht, Nederland gaan vestig, waar hy op 26.12.1760 oorlede is. Swellengrebel is op 15.7.1727 getroud met Helena Wilhelmina ten Damme, die dogter van Willem ten Damme en Helena Gulix. Sy is op 30.12.1746 oorlede, en op 20.3.1755 is hy te Oosterbeek, Nederland getroud met Helena van Ruijven. (Sien C.223, Requesten en Nominatiën, 1715−1716, pp. 27−28.) [6] Die kladnotule van hierdie vergadering kan gevind word in C.113, Klad Notulen, 1721−1725, p. 227. Publication is only permitted if the name of the repository and the reference number are mentioned. 2.