Im M Im M M Provinciale Ruimtelijke Structuurvisie Zuid-Holland
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Provinciale immimmm Dynamisch Stedelijk veld Ruimtelijke Veelzijdig stadslandschap Structuurvisie Vitaal landelijk gebied Zuid-Holland Provinciale Dynamisch stedelijk veld Ruimtelijke Veelzijdig stadslandschap Structuurvisie Vitaal landelijk gebied Zuid-Holland Verbindend netwerk 2020 Vastgesteld door Provinciale Staten 13 oktober 2004 lijke St Voorwoord Zuid-H' In 1989 viel de Berlijnse Muur. De periode tussen toen en nu is net zo lang als de periode die ons scheidt van 2020. In Europa en de rest van de wereld is sindsdien veel veranderd. En dat geldt ook voor Zuid-Holland. Waarschijnlijk is de samenleving meer veranderd dan de ruimte waarin de mensen samenleven. Kunnen we nu de trends van de voorbije 15 jaar doortrekken naar de komende 15 jaar? Dat zou te simpel zijn. Wat was er in 1989 nog niet? Er waren geen Vinexlocaties. De Utrechtse Baan was niet over- bouwd, er was geen Balijbos, geen Erasmusbrug en tussen Zoetermeer en Rotterdam was het landschap open met slechts een enkele kas. De economie was beduidend minder globaal en digitaal: gsm’s, pc’s en internet waren voor de meesten van ons onbekend. De files waren korter en ogenschijnlijk was er geen waterprobleem noch een multicultureel probleem. Inmiddels is Zuid-Holland iets voller en drukker dan toen. In elk geval weten we dat in 2020 de Zuid-Hollandse bevolking gemiddeld omvangrijker, ouder en multicultureler is dan in 2002. En de netwerksamenleving is ongetwijfeld weer een stap verder. In deze Structuurvisie schetsen wij het perspectief voor de ruimtelijke toekomst van onze provincie. Een toekomst die we verbeelden en waaraan actief gewerkt wordt, maar die zich natuurlijk niet als een blauwdruk laat plannen en ontwikkelen. Als we onze visie en ambities waarmaken, zien we rond 2020 in de steden de gevolgen van een ongekende binnenstedelijke vernieuwing. De steden in de Zuidvleugel zijn ‘hoger’ en dichter geworden, maar ook groener en gevarieerder. Vanwege goede archi tectuur en zorgvuldige stedenbouwkundige inpassing verrijkt de nieuwbouw het histo risch stedelijk beeld, ook omdat de vernieuwing gepaard gaat met een effectieve inpassing van wegen en spoorlijnen. De grootste verdichting is zichtbaar in bestaande centra en nieuwe knooppunten. Deze hebben zich ontwikkeld tot brandpunten van voorzieningen, werkgelegenheid en vrijetijdsbeleving. Met slimme logistieke oplos singen zijn trein, tram, metro, bus, auto en fiets veel beter met elkaar 'verknoopt’. Deze verknopingen hebben de steden van de Zuidvleugel in reistijd dichter bij elkaar gebracht. De Thalys rijdt met hoge snelheid over een eigen spoor en geeft de centra van de Randstad een betere positie in het Europese HST-netwerk. Economisch heeft de Zuidvleugel hiervan profijt. Door het betere regionale netwerk groeit de Zuidvleugel in de richting van een samen hangende woningmarkt, waar ook economische clusters, kennis en voorzieningen steeds meer complementair en op het niveau van de Zuidvleugel gaan functioneren. Bedrijventerreinen mogen weer gezien worden. En ondanks de ruimtelijke verdichting in de steden dragen robuuste parken en singels meer dan voorheen bij aan het beeld van de stad. Ook overtollig water vindt hierin zijn weg. Vanuit de stad kom je inmiddels gemakkelijker in het buitengebied. Geleidelijk verandert het voorheen verrommelde landschap rond de grote steden in aantrekkelijke regionale parken, met vooral recreatie, bos, water en natuur. Verspreid glas maakt plaats voor woningen, kleinschalige kantoren en voorzieningen in het groen, die zowel de nabijheid van de stad als de ruimte van buiten zoeken. In de Zuidplaspolder zien we de succesvolle experimenten van wonen, werken en infrastructuur op en in het water. De waardevolle cultuurlandschappen ogen onveranderd, maar dat is schijn. De bebouwing in de linten heeft niet meer alleen een agrarische functie. Het polderland schap is aanzienlijk toegankelijker en aantrekkelijker geworden door een fijnmazig net 0 van paden, meer water en beplanting. Vooral in het Groene Hart is het landschap wateriger geworden. De landbouw deelt de ruimte met nieuwe economische acti viteiten en vitale dorpskernen. Op de schaal van Zuid-Holland zijn de grenzen tussen stad en land overigens vervaagd. Gebieden als de Oude Rijnzone zijn interessante stadslandschappen geworden, waar wonen en werken in een groene, maar goed ontsloten omgeving het beeld bepalen. Ook de ontwikkelingen in de greenports dragen bij aan minder scherpe overgangen tussen stad en land. De bollenteelt is zich steeds meer gaan richten op specifieke teelten en handel en daarmee ontstaat meer ruimte voor een aantrekkelijk landschap. De glastuinbouw is steeds kennisintensiever geworden en daarmee succesvol onderdeel van de stedelijke economie. Het Westland is overigens ook in andere opzichten veranderd: meer groen, meer water en een groene woonwijk als overgang naar Den Haag. De Delflandse kust bestaat inmiddels uit een brede jonge duinzone die in het zuiden uitzicht biedt op de grote nieuwe havenbekkens van de Tweede Maasvlakte. Zuid- Holland is een stukje groter geworden. Al met al zal het aanzien van Zuid-Holland in 2020 vooral bepaald worden door de nauwe verwevenheid en interactie tussen maatschappelijke ontwikkelingen en actief (ruimtelijk) ontwikkelingsbeleid. Hoe precies? Ik hoop dat we er trots op zullen zijn. gedeputeerde ruimtelijke ontwikkeling Provincie Zuid-Holland Ruimtelijke Structuurvisie Inhoudsopgave Zuid-Holland 2020 Inleiding 7 Deel I De Structuurvisie ii 1 De lagenbenadering ii ï.i De eerste laag: ondergrond n 1.2 De tweede laag: netwerken 12 1.3 De derde laag: occupatie 12 2 Een schaalsprong in ambities 15 2.1 Randstad Holland 15 2.2 De Rijn-Schelde Delta 16 3 Hoofdlijnen ruimtelijke structuurvisie 19 3.1 Zuid-Holland in de delta 19 3.2 Zuid-Holland in de metropool 21 4 Ruimtelijke Structuurvisie 2020 25 4.1 Dynamisch stedelijk veld 26 4.2 Veelzijdig stadslandschap 33 4.3 Vitaal landelijk gebied 37 4.4 Verbindend infranetwerk 39 D e e l II D e R u i m t e l i j k e O p g a v e n 4 3 5 Ruimtelijk program m a: de sectorale opgaven 43 5.1 Groenblauw 43 5.2 Infrastructuur 49 5.3 Wonen 53 5.4 Werken 54 6 Strategische opgaven en projecten 59 6.1 Selectie en clustering 59 6.2 Thema’s, opgaven en projecten 59 6.3 Opgaven en projecten in de tijd 72 6.4 Op weg naar uitvoering 74 D e e l III D e La n g e T e r m i j n 7 7 7 O pgaven voor 2020 en verder 7 7 7.1 Ruimtedruk in relatie tot milieu en water 78 7.2 Ruimtedruk en netwerkvorming in de Zuidvleugel 79 7.3 Ruimtedruk en netwerkvorming tussen Zuidvleugel en de omgeving 80 V erantwoording 82 0 H Inleiding Zuid-: d 2020 Zuid-Holland heeft geen traditie in ruimtelijke plannen decentrale overheden zorg voor de nadere invulling, die het gehele grondgebied van de provincie bestrijken. uitwerking en realisatie. Centraal wat centraal moet en In de afgelopen veertig jaar is slechts tweemaal een decentraal wat decentraal kan. is het motto. De dergelijk product gemaakt, echter zonder formele provincie Zuid-Holland neemt deze rol graag op zich. status. Het ruimtelijk beleid wordt tot dusver gedragen We geven de ruimtelijke structuurvisie in dat sturings- door vier streekplannen. Verankerd in de Wet concept een plaats. Ruimtelijke Ordening, vormen ze het ruimtelijk inte gratiekader voor sectoraal en gebiedsgericht beleid. Het doel van de structuurvisie is dan ook, dat we tijdig en actief willen inspelen op actuele en toekomstige Waarom dan nu wél een provinciedekkende visie? ruimtelijke processen. We willen een samenhangende Allereerst omdat er op andere beleidsterreinen al langer en richtinggevende ruimtelijke strategie schetsen, die sprake is van dergelijke plannen. Zie bijvoorbeeld het inspeelt op rijksbeleid, zoals in de Nota Ruimte en de Beleidsplan Milieu en Water en het Provinciaal Nota Mobiliteit en die actuele provinciale en regionale Verkeers- en Vervoerplan. Daarnaast omdat er met plannen en visies integreert: de streekplannen, het andere partners in de afgelopen jaren (ruimtelijke) Provinciaal Verkeers- en Vervoersplan, het Beleidsplan visies zijn ontwikkeld die grotere gebieden omvatten Milieu en Water, de Provinciale Economische Visie, de dan de afzonderlijke streekplannen. Voorbeelden zijn Deelstroomgebiedsvisies, de Zuidvleugelvisie en de de Zuidvleugelvisie en de Kwaliteitszonering Groene Kwaliteitszonering Groene Hart. Hart. Een derde aanleiding ligt in schaalvergroting en netwerkvorming: steeds meer maatschappelijke en De structuurvisie is niet slechts een optelsom van bestuurlijke processen spelen zich af op hogere schaal andere plannen en visies. We zetten hiermee de positie niveaus. In het spoor van de Vijfde Nota Ruimtelijke van Zuid-Holland duidelijker neer in het ruimere kader Ordening, respectievelijk de Nota Ruimte zijn visies en van de Randstad en de Rijn-Schelde Delta. In dat opzicht plannen ontwikkeld op het niveau van de Randstad en maken we een schaalsprong in het denken over ruimte van de Rijn-Schelde Delta. Zuid-Holland speelt daarin lijke ontwikkeling. De structuurvisie beschrijft een inte geografisch, dus ook bestuurlijk en inhoudelijk een grale ruimtelijke strategie op een hoger schaalniveau en belangrijke rol. geeft een doorkijk naar een termijn die langer is dan tot dusver gebruikelijk. Daarmee biedt zij een nieuwe en Dit scala aan visies en beleidsnota’s in een complexe andere manier van omgaan met ruimtelijke kwaliteit, beleidsomgeving heeft bij Provinciale Staten de ontwikkeling, differentiatie en samenhang. We beogen behoefte doen ontstaan aan een provinciedekkende een brug te slaan tussen de korte