Nameii Voor Iiaamsvermeldiiig Twintig Zaaiikaeters in De Raadzaal Van Zaaiistads Nieiiwe Gemeeetehiiis
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Z/2009/187943 Reg. dd: 9-12-2009 Gemeente Zaanstad Nameii voor iiaamsvermeldiiig twintig Zaaiikaeters in de raadzaal van Zaaiistads nieiiwe gemeeetehiiis Navolgende lijst werd samengesteld door een commissie waarin zitting hadden: Geke van de Kamp, Rob Lengers, Piet Kleij, Marlies Romeijnders, Mieke Schaap, Ron Sman en Jan Pieter Woudt. Aan de wanden van de nieuwe raadzaal naar verwachting twintig Zaankanters vermeld worden die zich op enige wijze hebben onderscheiden. De commissie had daarbij de keuze uit in totaal 37 voorgedragen personen. Deze werden ondergebracht in acht groepen. De biografieen van hen worden hierna per groep in alfabetische volgorde weergegeven: eerst de door de commissie aanbevolen personen (herkenbaar aan het cijfer voor de naam), daarna de overige genomineerden. 1. en politick 1. Gerrit V van (1487 - Het geslacht Van Assendelft speelde vanaf het begin van de veertiende eeuw tot in het eerste kwart van de zeventiende eeuw een vooraanstaande rol in het graafschap van Holland. Opeenvolgende generaties waren ambachtsheer van Assendelft en eigenaar van slot Assumburg. Gerrit V maakte carriere ondanks een jeugdzonde: tijdens zijn rechtenstudie in Orleans (hij haalde in 1507 zijn meestergraad) trouwde hij een-dochter (Catherina) van een herbergier. Uit dit huwelijk werd hun zoon Claes geboren. Catherina reisde Gerrit, die heimelijk naar Holland teragkeerde, achterna en spande bij het Hof van Holland een proces aan. Gerrit erkende dat het huwelijk wettig was en het Hof verplichtte hem zijn vrouw te onderhouden. Nadat het echtpaar scheidde van tafel en bed, werd Catherine voor valsemunterij ter dood gebracht. Claes van Assendelft werd door Gerrit tot een kerkelijke carriere gedwongen. Een en ander be'fnvloedde Gerrits positie nauwelijks. In 1515 werd hij raadsheer in het Hof van Holland (zoals zijn grootvader, Gerrit IV eerder was) en in 1528 'eerste raadsheer presiderende'. Daarmee was hij feitelijk president van het Hof. Ondanks beschuldigingen van ketterijen, corruptie en vriendjespolitiek (waarvan hij een jaar na zijn dood werd vrijgesproken) behield hij deze functie dertig jaar. Om die reden wordt hij tot de belangrijkste Hollanders van zijn tijd gerekend. Zijn pogingen het bezit van de Assendelftse goederen na zijn dood niet in handen van zijn zoon Claes te laten vallen, faalden. Daarmee was de rol van het geslacht Van Assendelft in de bestuurlijke elite van het graafschap uitgespeeld. / 2. Adriaiips Pelt jr. (Koog aan de Zaan 1892 - Hermance, Zwitserland 1981) Adriaan Pelt, zoon van de eerste rector van de HBS te Zaandam, was in 1915-'26 correspondent voor het Nieuwsblad • voor Nederland in Londen en voor het Nieuws van den Dag en De Telegraaf in Parijs (1916-'20), waar hij gelijktijdig studeerde aan de Ecole libre de sciences politiques. Vanaf 1920 werkte hij voor de Volkenbond, onder meer als secretaris van de commissaris-generaal in Oostenrijk en als directeur van de sectie voorlichting te Geneve. 10 mei 1940 vertrok hij naar Londen, waar hij de persdienst van de Nederlandse regering omvormde tot een voorlichtingsdienst en drie radiozenders opzette (waaronder Radio Oranje), die vanuit Engeland uitzendingen naar Nederland verzorgden. Daarnaast creeerde hij een waardevolle luisterdienst die de Nederlandse radio volgde. In 1945 vertrok Pelt naar San Francisco, waar hij betrokken was bij het opstellen van het handvest van de Verenigde Naties en in 1946 als ondersecretaris- Overzicht bijzondere Zaankanters generaal verantwoordelijk werd voor de conferences en algemene diensten van de VN, en vervolgens voor Europese kwesties. In 1949 volgde zijn benoeming tot Hoge Commissaris voor Libie, dat bestond uit Engelse en Franse gebieden waarbinnen rivaliserende stammen en volken leefden. Pelt moest voor 1 januari 1952 een onafhankelijke Libische staat vormen. Hij bestuurde het gebied namens de Verenigde Naties, moest de volken/stammen bijeen brengen en deze helpen bij het opstellen van een grondwet en het opbouwen van een bestuursapparaat. Op 24 december 1951 kon hij de macht overdragen aan koning Idris. Pelt keerde terug naar het hoofdkantoor van de VN. Van 1952 tot zijn pensionering in 1957 was hij directeur van het Europese bureau van de VN te Geneve. Marcus Bakker (Zaandara 1923 - december 2009) Ten tijde van de crisis van de jaren '30 raakten vaders van Marcus Bakkers vriendjes in het vurig sociaal-democratische Zaandamse Vissershop werkloos. Dat raakte hem. In 1996 zei hij: 'Bij werkloosheid hoort demoralisatie. Een van de grote verdiensten van de arbeidersbeweging is dat deze instrumenten bood om demoralisatie tegen te gaan. Mensen werden communist door het verdommende van het leven. Verzet tegen werkloosheid was een belangrijk onderdeel van de klassenstrijd.' In de Tweede Wereldoorlog raakte Bakker via het uitzetten van de illegale krant De Waarheid betrokken bij de Communistische Partij Nederland. Na de oorlog werd hij partijbestuurder (1946), hoofdredacteur van de Waarheid (1953-'57), Tweede-Kamerlid (1956-'82, waarvan negentien jaar als fractievoorzitter). Toen de Koude Oorlog op z'n hoogtepunt was, verliet het gros van de parlementariers de vergaderruimte als hij sprak en de berichtgeving van De Waarheid over de Hongaarse opstand (1956) leidde tot een volksbelegering van het krantengebouw. Toen Bakker 25 jaar Kamerlid was (1981) kreeg hij veel waardering voor de wijze waarop hij voor de rechten van het parlement was opgekomen; in 1992 werd op het Binnenhof een vergaderzaal naar hem vernoemd. Bakker publiceerde enkele boeken, waaronder 'Wissels, Bespiegelingen zonder berouw' (1981), waarin hij zijn rol tijdens de Koude Oorlog kritiseerde. In 1997 nam hij afstand van het communisme, toen hem duidelijk werd dat de Russen en niet de Duitsers verantwoordelijk waren voor het bloedbad hi het Wit-Russische Katyn. Later kwalificeerde hij de opkomst van Gorbatsjov in Rusland als 'een verademing'. Adriaan Rogge (Zaandam 1732 -1816) Adriaan Rogge was een kind van de achttiende eeuw. In de geest van de Verlichting richtte hij zich op verbetering van de samenleving en zijn persoonlijkheid. Waarschijnlijk werkte hij vanaf zijn twaalfde, dertiende jaar in het bedrijf van zijn vader en richtte hij zich 's avonds onder begeleiding van leermeesters op wetenschappelijke en religieuze studie - geen ongebruikelijk pad voor zonen van doopsgezinde kooplieden-fabrikanten. Rogge's honger naar kennis en ontwikkeling was daarmee niet gestild. Hij trad toen hij negentien was toe tot het kunst- of dichtgenootschap 'Al Verder', bezocht bijeenkomsten van het Zaandamse Physisch Genootschap en van het College van de Doopsgezinde Gemeente, en vormde me^zijn broer en twee vrienden (beide doopsgezind leraar) een gespreksgroep die 49 keer onafgebroken wekelijks bijeenkwam. De leden hielden lezingen over onderwerpen zoals godsdienst, wijsbegeerte, zedenleer, wetenschap en beroep. Rogge hield onder meer een voordracht over 'De ondiepten der Zaan, hunne oorzaken en hoe deze te verbeteren'. Van dit onderwerp maakte hij later een diepere studie, die in 1780 door de Oeconomische tak van de Hollandse Maatschappij van Wetenschappen met de tweede gouden medaille werd bekroond en met gunstige resultaten deels werd uitgevoerd. In april 1787 werd hij met ruime meerderheid van stemmen gekozen in de Zaandamse Burgersocieteit en in 1797 werd hij afgevaardigd naar Den Haag. Hier deed hij voorstellen over de gelijkwaardigheid van stad en (platte)land, een regeling tot zelfstandigheid van dorpen tegenover het banbestuur, en over de scheiding van ban en polder - typisch onderwerpen voor een Zaankanter. Overzicht bijzondere Zaankanters 2. Emancipate 3. Catherina Cornelia (Ina) Kakes - Veen (Zaandam 1926 - 1985) Vanaf dejaren '60 van de twintigste eeuw raakte Ina Kakes-Veen zeer betrokken bij de vrouwenbeweging.Via de afdeling Zaandam-Centrum van de Nederlandse Christenvrouwenbond werd zij actief in de politick, in eerste instantie namens de Anti-Revolutionaire Party als lid van de A.R. Kieskring Den Helder. Hierin hield zij zich onder meer bezig met de fusie van het CDA. Vervolgens werd zij de eerste voorzitter van het CDA in Zaanstad (van 1973-'84) en hoogheemraad van Uitwaterende Sluizen (1976-'85). Ina Kakes-Veen werd vooral bekend door haar verdiensten voor de vrouwenbeweging. Zij was landelijk secretaris (en daarmee lid van het dagelijks bestuur) van de Nederlandse Christenvrouwenbond, alsmede lid van de Nederlandse Vrouwenraad, lid van de Landelijke Emancipatieraad, bestuurslid van de Tecoza, die cursussen voor buitenlandse vrouwen verzorgde. In 1983 verbleef zij in New York als lid van de Nederlandse delegatie in de Verenigde Naties, waarin zij optrad als vertegenwoordiger van de bij de Nederlandse Vrouwenraad aangesloten organisaties. In Zaanstad deed zij een bijdrage aan het totstandkomen van de Adviescommissie Emancipatiezaken. Uit waardering voor haar verdiensten voor de vrouwenbeweging, noemde de gemeente Zaanstad de emancipatieprijs naar haar. 4. Klaas Ris (Westzaan 1821 - Amsterdam 1902) Klaas Ris was een van de negentien kinderen uit een vissersgezin. Na enkele jaren school ging hij werken in een papiermolen om bij te dragen aan het gezinsinkomen. Hij werkte vervolgens voor verscheidene patroons, was van 1840 tot in 1846 soldaat en trok vervolgens naar Amsterdam, waar door armoede, voedseltekorten en ziektes het sterftecijfer onder arbeiders hoog was. Via het Amsterdamse armenbestuur werd hij knecht op een houtzaagmolen en werkte hij voor de brandweer, waar hij een reputatie vestigde als oproerkraaier - in 1864 schreef en publiceerde