FRUIT LOGISTICA 2020 5 - 7 February 2020 List of Exhibitors
Total Page：16
File Type：pdf, Size：1020Kb
Load more
Recommended publications
-
Peele Binnenwerk Compleet DEF.Indb
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/22271 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Peele, Ada Title: Een uitzonderlijke erfgenaam : de verdeling van de nalatenschap van Koning- Stadhouder Willem III en een consequentie daarvan : Pruisisch heerlijk gezag in Hooge en Lage Zwaluwe, 1702-1754 Issue Date: 2013-11-19 In 1702, na de dood van Koning-Stadhouder Willem III, ontstond P tussen Johan Willem Friso van Nassau en de Pruisische koning EELE Frederik I een erfenisstrijd. Frederik was internationaal gezien de sterkste partij en maakte daarvan gebruik om de verdeling van de nalatenschap te beïnvloeden. De Staten-Generaal stelden als executeurs-testamentair in 1711 Frederik tijdelijk in het bezit van de Oranjelenen in het Westland en de heerlijkheid Hooge en Lage ERFGENAAM EEN UITZONDERLIJKE EEN Zwaluwe. In 1732 sloten stadhouder Willem IV en Frederiks opvol- ger een defi nitief Traktaat van Partage. Al kort na zijn aantreden in 1740 besloot de Pruisische koning Frederik II zijn Hollandse be- UITZONDERLIJKE zittingen te verkopen, maar het duurde nog tot 1754 voor hij ze aan Anna van Hannover, de weduwe van Willem IV, kon overdragen. ERFGENAAM Een uitzonderlijke erfgenaam beschrijft en analyseert de erfenis- strijd, de verdeling van de nalatenschap en een consequentie daar- van: Pruisisch heerlijk gezag in Hooge en Lage Zwaluwe. 9 789087 043933 De verdeling van de nalatenschap van Koning-Stadhouder Willem III en een consequentie daarvan: Pruisisch heerlijk gezag in Hooge en Lage Zwaluwe, 1702-1754 Ada Peele HR 9789087043933.pcovr.Peele.pdf 1 30-09-13 08:05 Een uitzonderlijke erfgenaam Ter herinnering aan mijn ouders. -
Protestantse Gemeente Roodeschool
De Burgerlijke gemeente PROTESTANTSE GEMEENTE In het uiterste noorden van Nederland ligt de gemeente Eemsmond, direct aan de Waddenzee. Een prachtig gebied voor mensen die van rust, ruimte en natuur houden. Niet alleen achter de dijk is het mooi. Ook vóór de dijk op het Hoogeland is veel ROODESCHOOL fraais te zien. Gemeente Eemsmond ligt op steenworp afstand van De kerkenraad van de Protestantse gemeente Groningen en Delfzijl. Het bedrijfsklimaat in de gemeente Eemsmond is bijzonder aantrekkelijk.De Roodeschool zoekt voor de vervulling van de stad Groningen is binnen 20 minuten te bereiken via de Eemshavenweg. Dankzij de uitstekende weg vacature van de predikantsplaats een predikant(e) en openbaarvervoersverbindingen zijn ook omliggende dorpen prima te bereiken. Roodeschool ligt in de Oostpolder. Het langgerekte dorp ligt vlakbij de Eemshavenweg en telt ruim 1.300 inwoners. Het dorp dankt zijn naam aan de rode kleur van de school, die in 1830 werd gebouwd. Oldenzijl verwijst naar een oude sluis. Het dorp is ontstaan aan een dijk en ligt ten zuiden van Uithuizermeeden. Oldenzijl is een rustiek dorp in een prachtig weids landschap. Er wonen nog altijd ruim 100 inwoners. Oosteinde ligt tussen Roodeschool en de gemeentegrens met de gemeente Delfzijl. Het dorp valt onder Roodeschool en ligt nabij de Eemshavenweg. Oosteinde, een dorpje met ca. 120 inwoners, is van oudst het oostelijke deel van Roodeschool. In Oosteinde staat de voormalige hervormde kerk uit 1846. Naast de kerk staat de pastorie van de protestantse gemeente Roodeschool. Oosternieland ligt ten zuiden van Roodeschool en telt ongeveer 150 inwoners. Deze brochure presenteert Het is een vriendelijk woondorp aan de voet van de dijk in een open landschap. -
The Statistical Battle for the Population of Greek Macedonia
XII. The Statistical Battle for the Population of Greek Macedonia by Iakovos D. Michailidis Most of the reports on Greece published by international organisations in the early 1990s spoke of the existence of 200,000 “Macedonians” in the northern part of the country. This “reasonable number”, in the words of the Greek section of the Minority Rights Group, heightened the confusion regarding the Macedonian Question and fuelled insecurity in Greece’s northern provinces.1 This in itself would be of minor importance if the authors of these reports had not insisted on citing statistics from the turn of the century to prove their points: mustering historical ethnological arguments inevitably strengthened the force of their own case and excited the interest of the historians. Tak- ing these reports as its starting-point, this present study will attempt an historical retrospective of the historiography of the early years of the century and a scientific tour d’horizon of the statistics – Greek, Slav and Western European – of that period, and thus endeavour to assess the accuracy of the arguments drawn from them. For Greece, the first three decades of the 20th century were a long period of tur- moil and change. Greek Macedonia at the end of the 1920s presented a totally different picture to that of the immediate post-Liberation period, just after the Balkan Wars. This was due on the one hand to the profound economic and social changes that followed its incorporation into Greece and on the other to the continual and extensive population shifts that marked that period. As has been noted, no fewer than 17 major population movements took place in Macedonia between 1913 and 1925.2 Of these, the most sig- nificant were the Greek-Bulgarian and the Greek-Turkish exchanges of population under the terms, respectively, of the 1919 Treaty of Neuilly and the 1923 Lausanne Convention. -
The Impact of Phoenician and Greek Expansion on the Early Iron Age
Ok%lkVlht a, ol a- Pk- c-i--t-S- 'L. ST COPY AVAILA L Variable print quality 3C7 BIBLIOGRAPHY Abbreviations used AJA American Journal of Archaeology AEArq Archivo Espanol de Arqueologia BASOR Bulletin of the American School of Oriental Rese arch Bonner Jb Bonner JahrbUcher BRGK Bericht der R8misch-Germanischen Kommission BSA Annual of the British School at Athens CAH Cambridge Ancient History CNA Congreso Nacional de Arqueologia II Madrid 1951 x Mahon 1967 x]: Merida 1968 XII -Jaen 1971 XIII Huelva 1973 Exc. Arq. en Espana Excavaciones Arqueolo'gicas en Espana FbS Fundberichte aus Schwaben Jb RGZM Jahrbucfi des Rbmisch-Germaniscfien Zentraimuseums Mainz JCS Journal of Cuneiform Studies JHS Journal of Hellenic Studies JNES Journal of Near Eastern Studies MDOG Mitteilungen der Deutschen Orient-Gesellschaft MH Madrider Mitteilungen NAH Noticario Arqueologico Hispanico PBSR Papers of the British School at Rome PEQ Palestine Exploration Quarterly PPS Proceedings of the Prehistoric Society SCE Swedish Cyprus Expedition SUP Symposium Internacional de Prehistoria Peninsular, V Jerez de la Frontera 1968: Tartessos y sus Problemas, Publicaciones Eventuales 13 SPP Symposium de Prehistoria Peninsular VI Palma de Mallorca 1972 Trab. de Preh. Trabajos de Prehistoria 8L \ t 4. ADCOCK FE 1926 The reform of the Athenian State; CAH IV, 'Ch. II, IV and'V, 36-45 ALBRIGHT WF 1941 New light on the early history of Phoenician colonisation, BASOR 83, (Oct. ) 14-22 1942 ArchaeologX and*the Religion of Israel, Baltimore 1958 Was the age of Solomon without monumental art? Eretz-Israel V, lff 1961 The role of the Canaanites in the history of civilization in WRIGHT GE ed. -
Bestekken Van Sarrieshutten Bij De Groninger Korenmolens Gebouwd En Herbouwd in De Periode 1630 - 1805
Tijdens de Open Monumentendag 2013 verscheen het boek: Bestekken van sarrieshutten bij de Groninger korenmolens gebouwd en herbouwd in de periode 1630 - 1805 Het boek is geschreven door B. D. Poppen, uit Uithuizen, kenner op het gebied van de Groninger molens en de sarrieshutten. Eerder schreef hij boeken over De belasting op het gemaal in Stad en Ommelanden 1594-1856 (2004) - nog verkrijgbaar; Aangestelde cherchers of opzichters bij de molens voor de belasting op het gemaal in de provincie Groningen in de periode 1629- 1809 (2013) - beperkte oplage en over de Groninger molenhistorie (2012). Het nu verschenen boek kan worden beschouwd als het derde deel van een trilogie over de intrigerende geschiedenis die zich gedurende enige eeuwen rond de Groninger korenmolens heeft afgespeeld. De sarrieshut bij de verdwenen korenmolen te ’t Zandt. In dit nieuwe boek worden de sarrieshutten, de woningen van de cherchers (controleurs), onder de loep genomen. Zo wordt de bouwgeschiedenis gevolgd van de allereerste bouw in 1630, tot en met de laatste herbouw in 1805. In de tussenliggende jaren zijn talloze reparaties aan de ruim 100 hutten uitgevoerd, die zowel in de stad Groningen als op het platteland waren gebouwd. Middels de vele in het boek opgenomen getranscribeerde bestekken, is op te maken dat de hutten in de loop der jaren niet alleen iets groter werden gebouwd, maar ook van meer comfort werden voorzien. De gedetailleerde bestekken die voor de reparaties en herbouw werden opgesteld, vormen een bijzondere bron van informatie over de toenmalige wijze van bouwen. Het boek omvat 296 pagina’s en is voorzien van ruim 100 afbeeldingen. -
Reception Crisis in Northern Greece: Three Years of Emergency Solutions
May 2019 | Reception crisis in Northern Greece: three years of emergency solutions RECEPTION CRISIS IN NORTHERN GREECE: THREE YEARS OF EMERGENCY SOLUTIONS May 2019 https://rsaegean.org/en/reception-crisis-in-northern-greece-three-years-of-emergency-solutions 1 May 2019 | Reception crisis in Northern Greece: three years of emergency solutions INDEX Intro ......................................................................................................................................... 3 1. PERSISTENT CHALLENGES: OVERCROWDING, AN EMERGENCY APPROACH AND LACK OF LEGAL BASIS ........................................................................................................... 4 2. ΜAIN FINDINGS .................................................................................................................. 5 2.1. Insufficient services and impact upon refugees living in camps .......................... 6 2.2. Absence of a formal procedure for referrals of land border arrivals to camps .. 7 2.3. Recognized refugees at risk of homelessness and destitution following Ministerial Decision ............................................................................................................ 8 2.4 The impact of life in camps for vulnerable groups: victims of torture ............... 9 2.5. Reception conditions .................................................................................................. 11 2.5.1. Diavata .................................................................................................................. -
ODLUKU O Izboru Pravnih Lica Za Poslove Iz Programa Mera Zdravstvene Zaštite Životinja Za Period 2014–2016
Na osnovu člana 53. stav 5. Zakona o veterinarstvu („Službeni glasnik RS”, br. 91/05, 30/10, 93/12), Ministar poljoprivrede, šumarstva i vodoprivrede donosi ODLUKU o izboru pravnih lica za poslove iz Programa mera zdravstvene zaštite životinja za period 2014–2016. godine Poslovi iz Programa mera za period 2014–2016. godine, koji su utvrđeni kao poslovi od javnog interesa, ustupaju se sledećim pravnim licima: Grad Beograd 1. VS „Tika Vet” Mladenovac Rabrovac, Jagnjilo, Markovac Amerić, Beljevac, Velika Ivanča, Velika Krsna, Vlaška, Granice, Dubona, Kovačevac, Koraćica, Mala Vrbica, 2. VS „Mladenovac” Mladenovac Međulužje, Mladenovac, selo Mladenovac, Pružatovac, Rajkovac, Senaja, Crkvine, Šepšin Baljevac, Brović, Vukićevica, Grabovac, Draževac, VS „Aćimović– 3. Obrenovac Zabrežje, Jasenak, Konatica, LJubinić, Mislođin, Piroman, Obrenovac” Poljane, Stubline, Trstenica Belo Polje, Brgulice, Veliko Polje, Dren, Zvečka, Krtinska, 4. VS „Dr Kostić” Obrenovac Orašac, Ratari, Rvati, Skela, Ušće, Urovci 5. VS „Simbiosis Vet” Obrenovac Obrenovac, Barič, Mala Moštanica 6. VS „Nutrivet” Grocka Begaljica, Pudarci, Dražanj Umčari, Boleč, Brestovik, Vinča, Grocka, Živkovac, 7. VS „Grocka” Grocka Zaklopača, Kaluđerica, Kamendo, Leštane, Pudraci, Ritopek Baroševac, Prkosava, Rudovci, Strmovo, Mali Crljeni, 8. VS „Arnika Veterina” Lazarevac Kruševica, Trbušnica, Bistrica, Dren Vrbovno, Stepojevac, Leskovac, Sokolovo, Cvetovac, 9. VS „Artmedika Vet” Lazarevac Vreoci, Veliki Crljeni, Junkovac, Arapovac, Sakulja Lazarevac, Šopić, Barzilovica, Brajkovac, Čibutkovica, VS „Alfa Vet CO 10. Lazarevac Dudovica, Lukovica, Medoševac, Mirosaljci, Zeoke, Petka, 2007” Stubica, Šušnjar, Županjac, Burovo 11. VS „Ardis Vet” Sopot Slatina, Dučina, Rogača, Sibnica, Drlupa 12. VS „Uniprim Vet” Barajevo Arnajevo, Rožanci, Beljina, Boždarevac, Manić 13. VS „Vidra-Vet” Surčin Bečmen, Petrovčić, Novi Beograd, Bežanija Surčin Surčin, Dobanovci, Boljevci, Jakovo, Progar 14. -
Food for the Future
Food for the Future Rotterdam, September 2018 Innovative capacity of the Rotterdam Food Cluster Activities and innovation in the past, the present and the Next Economy Authors Dr N.P. van der Weerdt Prof. dr. F.G. van Oort J. van Haaren Dr E. Braun Dr W. Hulsink Dr E.F.M. Wubben Prof. O. van Kooten Table of contents 3 Foreword 6 Introduction 9 The unique starting position of the Rotterdam Food Cluster 10 A study of innovative capacity 10 Resilience and the importance of the connection to Rotterdam 12 Part 1 Dynamics in the Rotterdam Food Cluster 17 1 The Rotterdam Food Cluster as the regional entrepreneurial ecosystem 18 1.1 The importance of the agribusiness sector to the Netherlands 18 1.2 Innovation in agribusiness and the regional ecosystem 20 1.3 The agribusiness sector in Rotterdam and the surrounding area: the Rotterdam Food Cluster 21 2 Business dynamics in the Rotterdam Food Cluster 22 2.1 Food production 24 2.2 Food processing 26 2.3 Food retailing 27 2.4 A regional comparison 28 3 Conclusions 35 3.1 Follow-up questions 37 Part 2 Food Cluster icons 41 4 The Westland as a dynamic and resilient horticulture cluster: an evolutionary study of the Glass City (Glazen Stad) 42 4.1 Westland’s spatial and geological development 44 4.2 Activities in Westland 53 4.3 Funding for enterprise 75 4.4 Looking back to look ahead 88 5 From Schiedam Jeneverstad to Schiedam Gin City: historic developments in the market, products and business population 93 5.1 The production of (Dutch) jenever 94 5.2 The origin and development of the Dutch jenever -
Formation and Quantification of OH in Oxidative Water Treatment
Formation and Quantification of •OH in Oxidative Water Treatment Dissertation zur Erlangung des akademischen Grades eines Doktors der Naturwissenschaften – Dr. rer. nat. – vorgelegt von Alexandra Fischbacher geb. Jarocki geboren in Thorn (Polen) Institut für Instrumentelle Analytische Chemie der Universität Duisburg-Essen 2017 Die vorliegende Arbeit wurde im Zeitraum von Juli 2008 bis Dezember 2017 im Arbeitskreis von Prof. Dr. Torsten C. Schmidt am Institut für Instrumentelle Analytische Chemie der Universität Duisburg-Essen durchgeführt. Tag der Disputation: 20. April 2018 Gutachter: Prof. Dr. Torsten C. Schmidt Prof. Dr. Malte Behrens Vorsitzende: Prof. Dr. Karin Stachelscheid II Abstract •OH are unselective and fast reacting. Water treatment processes leading to •OH are called advanced oxidation processes (AOPs). The Fenton process, one of several AOPs, describes the reaction of Fe(II) with hydrogen peroxide. Fe(II) is oxidized to Fe(III) that reacts with hydrogen peroxide to Fe(II) and again initiates the Fenton reaction. One reactive species formed in the • Fenton process are OH. Conditions such as pH, the H2O2:Fe(II) ratio and ligand concentration may influence the •OH yield. It could be shown that at pH < 2.7 and > 3.5 the •OH yield decreases significantly. The investigated ligands were pyrophosphate and sulfate. It was found that pyrophosphate forms a complex with Fe(III) that does not react with hydrogen peroxide and thus, terminates the Fenton process and decreases the •OH yield. Sulfate also influences the Fenton process but not to the same extent as pyrophosphate. The •OH yield is decreased when sulfate is added but even at higher concentrations the Fenton reaction is not terminated. -
15Th November 2015.Indd
NUMBER : 1008 THE SCINDIA SCHOOL, FORT GWALIOR EVIEW-15 EST. 1897 SUNDAY, 15 NOVEMBERER 20152015 | WPPWPP : REGN.NO.GWL.DN.11 Mr Vishesh Sahai Dear Readers, a spellbinding, thought provoking speech which had innumerable messages – each embellished with anecdotes and personal experiences. This was Diwali Greetings to all of you. followed by an exciting on-stage conversation between the students and the Chief Guest. The prestigious ‘Madhav Award’ for Old Boy of eminence was The auspicious festival of lights was celebrated with gusto and gaiety all over conferred upon Professor Gautam Barua. Finally, the ceremony symbolizing the country and on the Fort as well. Many children who stayed on campus the handing over of the traditions of the school by the Madhav Awardee to for one reason or the other during Diwali vacations were ensured a cracking the youngest Scindian was performed. Prof Gautam Barua read out the Diwali by the school, which took it upon itself to make merry for them. Boys message and handed over the lamp with the replica of the school lag to Ansh went for an outing down the Fort and then to Orchha, and a menu was specially Raj. It was an emotional moment for students, faculty and the parents. The innovated by the mess staff to suit their palates and the festivities. evening culminated with a memorable ballet, beautifully choreographed and performed, entitled – ‘Mrignayani’. On the 21st of October we commemorated our 118th Founder’s Day with great enthusiasm, zest and pomp and show. One more milestone was added It was indeed a beitting celebration, establishing the fact that we are all stars in our journey from our humble beginnings to its eminent stature today. -
Filmar Spal 18 Color.Indd
SPAL Revista de Prehistoria y Arqueología de la Universidad de Sevilla 18 2009 Sevilla 2011 Reservados todos los derechos. Ni la totalidad ni parte de este libro puede re- producirse o transmitirse por ningún procedimiento electrónico o mecánico, in- cluyendo fotocopia, grabación y sistema de recuperación, sin permiso escrito de los editores CONSEJO DE REDACCIÓN DIRECTOR Fernando Amores Carredano (Universidad de Sevilla) Secretario Eduardo Ferrer Albelda (Universidad de Sevilla) Vocales José Beltrán Fortes (Universidad de Sevilla) Rosario Cabrero García (Universidad de Sevilla) Leonardo García Sanjuán (Universidad de Sevilla) Rosario Cruz-Auñón Briones (Universidad de Sevilla) Enrique García Vargas (Universidad de Sevilla) Victor Hurtado Pérez (Universidad de Sevilla) José Luis Escacena Carrasco (Universidad de Sevilla) Consejo Asesor Científico Manuel Acién Almansa (Universidad de Málaga) Manuel Bendala Galán (Universidad Autónoma de Madrid) Germán Delibes de Castro (Universidad de Valladolid) Carlos Fabiao (Universidad de Lisboa) Mauro S. Hernández Pérez (Universidad de Alicante) Bernat Martí Oliver (Servicio de Investigación y Museo de Prehistoria. Diputación de Valencia) M.ª Isabel Martínez Navarrete (Centro de Estudios Históricos. CSIC) Marisa Ruiz-Gálvez Priego (Universidad Complutense de Madrid) Gonzalo Ruiz Zapatero (Universidad Complutense de Madrid) Spal es una revista de Prehistoria y Arqueología que tiene como objetivo publicar artículos origi- nales, notas y recensiones con una cobertura temática amplia, que abarca aspectos teóricos y me- todológicos de la Arqueología y estudios por períodos cronológicos, desde el Paleolítico hasta la Arqueología Industrial. Se dará prioridad a los trabajos centrados en el sur peninsular, aunque tam- bién tendrán cabida aquellos que se refieran a la Península Ibérica y el Mediterráneo occidental. -
Relative Clause Constructions in Turkish Sign Language Dissertation
Relative Clause Constructions in Turkish Sign Language Dissertation zur Erlangung des Grades des Doktors der Philosophie Fachbereiche Sprache, Literatur, Medien I & II der Universität Hamburg vorgelegt von OKAN KUBUS aus Ankara Hamburg, Juni 2016 Hauptgutachter: Prof. Dr. Christian Rathmann Zweitgutachterin: Prof. Dr. Annette Hohenberger Tag der mündlichen Prüfung: 30.01.2015 Angenommen von der Fakultät für Geisteswissenschaften der Universität Hamburg am 11.03.2015 Veröffentlicht mit Genehmigung der Fakultät für Geisteswissenschaften der Universität Hamburg am 23.05.2016 ii Türk Sağır topluluğuna To the Turkish Deaf community iii ABSTRACT This dissertation examines the relative clause constructions (RCCs) in Turkish Sign Language (TİD). TİD, a recognized natural language, has rich, distinctive linguistic properties, as do other sign and spoken languages. For the analysis of various relativization strategies and discourse functions of RCCs in TİD, the collected data is based on TİD monologues in a small corpus (consisting of approximately three film hours), which has been annotated with special attention to RCC types in various discourse modes (narrative, information, report and description), with a high incidence of narrative passages. The distributions of head noun position, the positions of relative and matrix clauses, the accompanying nonmanual elements, and the relative elements indicated three strategies: (i) head noun exhibited within the scope of nonmanual, (ii) distinctive nonmanual scopes of head noun and modifying clause, and (iii) non-overt head nouns (free RCs). The data reveal that restrictive RCCs strongly favor circumnominal-like constructions, which are generally accompanied by squint, whereas nonrestrictive RCCs in TİD use a variety of strategies. Even though the way that relative clauses in TİD are marked also show a great distribution, the two strategies that were observed the most frequently are (i) no overt relative marker and (ii) clause-final IX (nominalizer).