Vrijwilligerswerk in De Media: Termen in De Nederlandse Samenleving1
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Vrijwilligerswerk in de media: termen in de Nederlandse samenleving1 Een media‐analyse van Nederlandse kranten en opiniebladen uit de periode 2000 tot en met 2010 Hoe te verwijzen naar deze publicatie: Huisman, W.H.A., Meijs, L.C.P.M., Roza, L., Metz, J., Hoogervorst, N. & Baren van, E.A. (2011). ECSP webpublicatie: Vrijwilligerswerk in de media: termen in de Nederlandse samenleving. Verkregen op [DATUM] van http://www.erim.eur.nl/ERIM/Research/Centres/Erasmus_Centre_for_Strategic_Philanthropy/R esearch/Publications/Vrijwilligerswerk_in_de_media.pdf Wendela Huisman, MSc Prof. Dr. Lucas Meijs Lonneke Roza, Doctoraal student Eva van Baren, Doctoraal student Dr. Niek Hoogervorst Rotterdam School of Management, Erasmus University Rotterdam Department of Business‐Society Management Erasmus Centre for Strategic Philanthropy Contact: Lonneke Roza E‐mail: [email protected] Telephone: +31 (0)10 408 1921 1 Deze achtergrondnotitie is onderdeel van een groter onderzoekstraject naar de unieke toegevoegde waarde van vrijwilligerswerk binnen de pedagogische civil society. In het kader van gezondheidsonderzoek en het stimuleren van het gebruik van de ontwikkelde kennis – om daarmee de zorg en gezondheid te verbeteren – wordt dit onderzoek gefinancierd door ZonMw. Introductie Inleiding Binnen het concept van de pedagogische civil society wordt veel nadruk gelegd op de vrijwillige inzet van burgers. Ook in de WMO en burgerparticipatietrajecten wordt veel van de vrijwillige inzet van burgers verwacht. Tegelijkertijd worden regelmatig vraagtekens gezet bij de aantrekkelijkheid en juistheid van de verschillende begrippen. Met name bij het begrip vrijwilligerswerk worden beleidsmatig vraagtekens gezet. Vrijwilligerswerk zou onbekend zijn in andere (niet Westerse) culturen, zou verwijzen naar te vaste, grote en formele verbanden en zou niet aansluiten bij nieuwe initiatieven in wijken en buurten. Daarom zijn beleidsmatig, naast vrijwilligerswerk, ook de termen vrijwillige inzet, burgerparticipatie, burgerinitiatief en actief burgerschap geïntroduceerd. De vraag is natuurlijk of dergelijke nieuwe en andere termen naast de nota’s van de beleidsmakers ook in de samenleving hun weg vinden. Om een eerste inzicht te krijgen is een verkenning van geschreven populaire media (negen kranten en vijf opiniebladen) gemaakt met behulp van een database. In deze verkenning is gekeken naar de kwantiteit van het gebruik van de verschillende termen vanaf 2000 (voorafgaand aan internationaal jaar van de vrijwilliger) tot 2010 (voorafgaand aan het Europees jaar van de vrijwilliger). Vanuit het perspectief van de pedagogische civil society en het lopende onderzoek naar de toegevoegde waarde van vrijwilligerswerk is ook gekeken naar de termen civil society, pedagogische civil society, waarde in combinatie met vrijwilligerswerk, pedagogiek in combinatie met vrijwilligerswerk, en jongeren in combinatie met vrijwilligerswerk. De resultaten van de analyse geven inzicht in het gebruik van de verschillende termen in de openbare schriftelijke media. Deze verkennende analyse maakt het bovendien mogelijk om kantelpunten aan te wijzen in de manier waarop er tegen de verschillende termen wordt aangekeken, waarbij ook naar verklaringen is gezocht. Hoewel het gebruik van deze termen in de schriftelijke media waarschijnlijk afwijkt van de professionele context, geeft deze verkennende analyse een goed beeld van het gebruik van deze begrippen in de Nederlandse samenleving gedurende het afgelopen decennium. Methodologie Binnen een media‐analyse is het mogelijk om te zien hoe vaak een bepaald begrip voorkomt in geselecteerde media over een bepaalde periode. Concreet is het aantal artikelen dat een bepaald begrip gebruikt gerapporteerd. Dus een artikel waarin het begrip vrijwilligerswerk bijvoorbeeld elf keer wordt gebruikt, is slechts als één keer genoteerd. Deze media‐analyse is in vijf stappen uitgevoerd. De eerste stap is de selectie van database en media. Database LexisNexis beheert de archieven van bijna 10.000 dagbladen, tijdschriften en andere geschreven media, zowel nationaal als internationaal. Het voordeel van deze database als bron is dat deze archieven op iedere willekeurige term doorzoekbaar is, waarbij de diverse media en de gewenste periode geselecteerd kunnen worden. Er is voor gekozen om populaire Nederlandse kranten en Nederlandse opiniebladen onder de loep te nemen. Negen Nederlandse kranten zijn bestudeerd, te weten het Algemeen Dagblad, Trouw, De Volkskrant, het Nederlands Dagblad (vanaf 2007 in database), De Telegraaf, het NRC Handelsblad, de NRC Next (vanaf 2006), Het Financieele Dagblad en Het Parool. Het Nederlands Dagblad wordt pas vanaf 2007 weergegeven in database LexisNexis en daardoor in de grafieken. Daarnaast zijn vijf Nederlandse opiniebladen bekeken, namelijk Elsevier, De Groene Amsterdammer, Opzij, Vrij Nederland en Quote. Ten tweede is de selectie van de periode 2000‐2010, de tijdspanne voorafgaand aan twee speciale jaren van het vrijwilligerswerk. De eenheid van analyse is een jaar. De derde stap bestond uit het verzamelen van data, met behulp van de database LexisNexis, waar gewerkt is met eerdergenoemde sleutelwoorden. De verkregen data zijn verwerkt tot life cycle graphs. Ten slotte zijn de trends geanalyseerd en is gezocht naar verklaringen voor de kantelpunten in de grafieken. Indeling van deze media‐analyse In deze media‐analyse staat vrijwilligerswerk centraal. Eerst is er gekeken naar de populariteit van het concept ‘vrijwilligerswerk’ in de Nederlandse media, waarbij ook alternatieve begrippen als ‘vrijwillige inzet’, ‘burgerparticipatie’, ‘burgerinitiatief (ev/mv)’ en ‘actief burgerschap’ in beschouwing genomen zijn. Het aantal keer dat deze zes begrippen gebruikt worden is met elkaar vergeleken. Ten tweede is de ‘waarde van vrijwilligerswerk’ onder de loep genomen. Een derde thema is de ‘pedagogische civil society’, waarbij ook de sleutelwoorden ‘pedagogiek’ in combinatie met ‘vrijwilligerswerk’ en ‘jongeren’ en ‘vrijwilligerswerk’ aan bod kwamen. Ten slotte is het internationale begrip ‘civil society’ getest. Deel 1: Vrijwilligerswerk, vrijwillige inzet, burgerparticipatie en burgeriniatieven In de volgende grafieken worden de begrippen ‘vrijwilligerswerk’, ‘vrijwillige inzet’, ‘burgerparticipatie’, ‘burgerinitiatief (ev/mv)’ en ‘actief burgerschap’ bekeken in de geselecteerde Nederlandse kranten en Nederlandse opiniebladen. De vergelijking tussen de verzamelde data schetst een beeld van de populariteit van deze begrippen in de Nederlandse media. Vrijwilligerswerk Figuur 1.1 'Vrijwilligerswerk' in de Nederlandse kranten 800 Aantal keer dat het 600 woord 'vrijwilligerswerk' 400 verscheen in 200 Nederlandse kranten gedurende 0 de periode 2000‐ 2010 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 Wanneer men ‘vrijwilligerswerk’ invoert in de zoekmachine van Google, levert dit bijna 3,3 miljoen hits op. Vrijwilligerswerk is duidelijk een populaire term. Uit figuur 1.1 blijkt dat ook in de Nederlandse kranten vrijwilligerswerk vaak gebruikt wordt. Er is tevens sprake van een positieve trend . In 2001 is een duidelijke piek zichtbaar; een piek die te verklaren valt door het Internationaal Jaar van de Vrijwilligers. Hoewel deze aandacht voor vrijwilligerswerk een blijvende stijging in media‐aandacht zou doen vermoeden, is er tot en met 2003 sprake van een daling. Ook vanaf begin 2008 is een lichte daling zichtbaar. Een mogelijke verklaring voor beide dalingen zou de economische neergang in Nederland kunnen zijn, die zowel in de periode 2002/2003 als gedurende de kredietcrisis vanaf begin 2008, veel media‐aandacht gekregen heeft. Figuur 1.2 'Vrijwilligerswerk' in negen Nederlandse kranten 140 Algemeen Dagblad 120 Trouw 100 De Volkskrant 80 Het Nederlands Dagblad 60 De Telegraaf 40 NRC Handelsblad NRC Next 20 Het Financieele Dagblad 0 2000 2001 2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 Het Parool Wanneer de verschillende kranten bekeken worden, dan lijkt het erop dat deze ongeveer dezelfde veranderingen doormaken waarin de algemene trend positief is en waarbij de periode rondom de eerste economische neergang een daling betekent. Wel lijkt het zo te zijn dat de verschillen tussen de kranten groter worden naarmate de tijd verstrijkt. Zitten de kranten tot 2003 nog op een vergelijkbare lijn, is het verschil vanaf 2007 duidelijk zichtbaar. Trouw bericht het meeste over vrijwilligerswerk, maar ook De Volkskrant en De Telegraaf lijken een geleidelijk positieve trend te vertonen, terwijl de interesse van het NRC Handelsblad en NRC Next piekt in 2007, om vervolgens te dalen. Daar deze kranten een aanzienlijk economisch karakter hebben, kan ook deze daling verklaard worden door de kredietcrisis. De krant die het minste bericht over vrijwilligerswerk is Het Financieele Dagblad. Figuur 1.3 'Vrijwilligerswerk' per Nederlandse krant gedurende de periode 2000‐2010 1000 900 800 700 600 500 400 300 200 Aantal keer dat het woord 100 0 'vrijwilligerswerk' verscheen in een Nederlandse krant gedurende de periode 2000‐2010 Zoals ook zichtbaar is in figuur 1.2, blijkt uit figuur 1.3 dat Trouw en De Volkskrant het meeste bericht hebben over vrijwilligerswerk in het afgelopen decennium. Wanneer NRC Next en het Nederlands Dagblad buiten beschouwing worden gelaten, gezien het korte tijdsbestek waarin zij tot nu toe opgenomen zijn in LexisNexis , zijn Het Financieele Dagblad en Het Parool de kranten die het minst bericht hebben over vrijwilligerswerk. Opvallend is dat het NRC Handelsblad toch een groot gedeelte van de berichtgeving voor haar rekening neemt, ondanks