Titelgegevens / Bibliographic Description

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Titelgegevens / Bibliographic Description Titelgegevens / Bibliographic Description Titel John Forbes (ca. 1568-1634) / Christiaan George Frederik de Jong. Auteur(s) Jong, C.G.F. de Details S.l., 1987. XIV, 198 p. Copyright 2006 / C.G.F. de Jong | Claves pietatis. Producent Claves pietatis / 2007.08.30; versie 1.0 Bron / Source Onderzoeksarchief / Research Archive Nadere Reformatie Annotatie(s) Proefschrift Groningen. Website Sleutel tot de Nadere Reformatie Nummer B00001645 De digitale tekst is vrij beschikbaar voor The digital text is free for personal use, persoonlijk gebruik, voor onderzoek en for research and education. Each user onderwijs. Respecteer de rechten van de has to respect the rights of the copyright rechthebbenden. Commercieel gebruik holders. Commercial use is prohibited. is niet toegestaan. Het 'Onderzoeksarchief Nadere The 'Research Archive Nadere Reformatie' bevat digitale documenten Reformatie' contains digital documents over het gereformeerd Piëtisme en de about reformed Pietism and the Nadere Nadere Reformatie in Nederland tot Reformatie in the Netherlands until 1800. Het is doorzoekbaar met de 1800. These can be retrieved by 'Bibliografie van het gereformeerd searching the 'Bibliography of the Piëtisme in Nederland (BPN)' op de reformed Pietism in the Netherlands website 'Sleutel tot de Nadere (BPN)' database at the 'Sleutel tot de Reformatie'. Nadere Reformatie' website. RIJKSUNIVERSITEIT TE GRONINGEN JOHN FORBES (ca. 1568-1634) PROEFSCHRIFT TER VERKRIJGING VAN HET DOCTORAAT IN DE GODGELEERDHEID AAN DE RIJKSUNIVERSITEIT TE GRONINGEN OP GEZAG VAN DE RECTOR MAGNIFICUS DR. E. BLEUMINK IN HET OPENBAAR TE VERDEDIGEN OP DONDERDAG 10 SEPTEMBER 1987 DES NAMIDDAGS TE 2.30 UUR PRECIES. door CHRISTIAAN GEORGE FREDERIK DE JONG geboren te Amsterdam Promotor: Prof. dr. F.R.J. Knetsch voorJannet Marcus Maarten Rijk Inhoudsopgave Voorwoord xi Inleiding xm I Forbes' Schotse jaren (omstreeks 1568-1606) 1 LI James en de Church of Scotland 1 1.2 Het geslacht Forbes 6 1.3 John Forbes te St. Andrews 9 1.4 Predikant te Alford 13 1.5 De kerk en de adel 14 1.6 De General Assembly te Aberdeen (1605) 16 II Predikant der Merchant Adventurers (1606-1634) 35 II. 1 Forbes' eerste jaren op het vasteland 35 11.2 De Merchant Adventurers 37 11.3 Predikant te Middelburg 39 11.4 Predikant te Delft 51 11.5 Liturgie en Kerkorde 56 11.6 Thomas Hooker en de Engelse Kerk van Delft 60 11.7 Forbes' reis naar Duitsland. Bemiddeling in Delft 64 11.8 Forbes'laatste jaar als predikant 66 III De Engelse synode 93 IV Forbes'werk en theologie. 115 IV. 1 Inleiding 115 Ramistische invloed op Forbes' werk 115 Forbes' gebruik van de bijbel 117 Verspreiding van Forbes' werk 119 VII IV.2 Theologie 119 Gods wil en heilsbesluit 120 Verbond 121 Zondeval 122 Rechtvaardiging 123 Christologie 124 Geloof 125 Geloofszekerheid 127 Levensheiliging 129 Kerk en sacramenten 131 Kerk en overheid 133 V Conclusie 141 VI Bijlagen 145 I Forbes aan ? 145 II Forbes aan koning James [Middelburg, oktober, 1608] 148 III Forbes aan James Melville, Middelburg, 15 oktober, 1613 150 IV Forbes aan koning James, Middelburg, 24 juli, 1616 152 V Forbes aan koning James [na juli 1616] 153 VI Forbes aan R. Boyd of Trochrigg, Middelburg, 10 mei, 1618 154 VII Forbes aan Sir Dudley Garleton, Middelburg, 22 november, 1620 [o.s.] 155 VIII Forbes aan Sir Dudley Carleton, Middelburg, 27 november, 1620 [o.s.] 156 IX Deel van de notulen van de eerste vergadering van de Engelse synode, Delft, 20 april, 1622. 157 X Forbes aan Sir Dudley Carleton, Delft, 7 november, 1623 [o.s.] 158 XI Forbes aan de Engelse kerk van Amsterdam, Delft, 16 december, 1623 158 XII Forbes aan Sir Dudley Carleton, [Den Haag, 14 april, 1624] 159 XIII Forbes aan [Sir Dudley Carleton ?] Delft, 26 februari, 1625 160 XIV Forbes aan Sir Edward Conway, Londen, 9 maart, 1624 [o.s.] 162 XV Engelse kerk van Vlissingen aan Forbes en Th. Potts, Vlissingen, d.d. 3 december, 1627 163 XVI Engelse kerk van Vlissingen aan Engelse synode, Vlissingen, d.d. 13 mei, 1628 163 XVII Forbes aan William Laud, Delft, 1 februari, 1634 164 VIII VII Summary 167 VIII In druk verschenen werk van Forbes 171 IX Geraadpleegde bronnen en literatuur 173 Manuscripten 173 Gedrukte bronnen 177 Naslagwerken 181 Literatuur 181 X Afkortingen 189 XI Index 191 IX Voorwoord Nu dit proefschrift voltooid is, wens ik mijn erkentelijkheid uit te spreken jegens diegenen, die het tot stand komen ervan (mede) hebben mogelijk gemaakt. In de eerste plaats gaat mijn dank uit naar prof. dr. W. Nijenhuis, die zich in zijn hoedanigheid van promotor en begeleider voortdurend een zeer deskundig, gedul­ dig en precies leermeester getoond heeft. Des te groter is die erkentelijkheid, daar hij zich bij zijn begeleiding niet heeft laten hinderen door de grote geografische afstand, die de laatste 4 jaren tussen hem en de promovendus bestaan heeft. Niet geringer is mijn dank jegens prof. dr. F.R.J. Knetsch, die zich in 1985 bereid ver­ klaarde het formele promotorschap van professor Nijenhuis over te nemen, zodat een ongestoorde voortgang van mijn werk gewaarborgd werd. Mijn wetenschapelijke vorming heb ik aan de Rijksuniversiteiten van Utrecht en Groningen mogen ontvangen. Van de hoogleraren, wier colleges ik als student heb mogen volgen, noem ik met eerbied dr. H.G. Hubbeling en dr. A.J. Visser, beiden inmiddels overleden. De begaafdheid van de eerste en de eruditie van de tweede hebben een onuitwisbare indruk op mij gemaakt en zijn voor mij van grote waarde geweest. Dat laatste geldt ook voor de colleges Exegese van het Oude Testament van prof. dr. A. S. van der Woude. Deze staan mij tot op heden voor de geest als het toonbeeld van helderheid en doordachtheid. Ten aanzien van diegenen, die verder nog het hunne aan het tot stand komen van dit proefschrift hebben bijgedragen, beperk ik mij tot Rev. dr. J. E. Piatt (Pembroke College, Oxford) en de historicus drs. J. Bosma. De eerste dank ik voor zijn hulp bij mijn onderzoek in de Bodleian Library in Oxford, de laatste voor de geboden hel­ pende hand waar de grote afstand, die mij de laatste jaren van Europese universi­ teitsbibliotheken scheidde, voor problemen dreigde te zorgen. Ujung Pandang, 24 februari 1987 XI Inleiding Deze studie is gewijd aan de Schotse predikant John Forbes (omstreeks 1568-1634), een telg uit een oud adellijk geslacht, die door zijn optreden zowel in Schotland (1605 -1606) als in de Nederlanden (1608 -1634) naar het oordeel van de schrijver wetenschappelijke belangstelling rechtvaardigt. In zijn Schotse periode vestigde Forbes de aandacht op zich door de wijze waar­ op hij de rechten en vrijheden van de presbyteriaanse, calvinistische Church of Scotland zocht te verdedigen tegenover de staat, die, in de persoon van koning James, deze wenste in te perken en de kerk trachtte om te vormen tot een episcopa­ le. Dit conflict bereikte een voorlopig hoogtepunt in de door John Forbes geleide doch door de kroon verboden General Assembly van 1605. Forbes' onverzettelijk­ heid in deze kwestie, die evenwel nooit de vorm van openlijke rebellie tegen het staatshoofd aannam, leidde tenslotte tot zijn verbanning uit zijn vaderland in het jaar 1606, al bleef hij nog vele jaren nadien voor velen in Schotland een symbool van een strijdbare kerk, zoals dat ook met Andrew Melville, diens neef James Melville en een aantal anderen het geval is geweest. Kort na zijn verbanning vestigde Forbes zich in de Nederlanden (1608), waar hij tot eenjaar voor zijn dood in 1634 diende als predikant een Engels genootschap van kooplieden in lakense stoffen, de Merchant Adventurers, die aanvankelijk in Mid­ delburg, Zeeland, en vanaf 1621 in het Zuidhollandse Delft hun stapelplaats had­ den. In zijn Nederlandse tijd ontwikkelde Forbes zich tevens tot een zeer vrucht­ baar auteur en legde zich toe op het voor zijn gemeenteleden en andere belangstel­ lenden toegankelijk maken van de in supralapsaristische zin geïnterpreteerde pre­ destinatieleer, zoals die onder meer door de Geneefse theoloog Theodorus Beza (1519-1605) was uitgedragen. Forbes kan gekwalificeerd worden als een piëtistisch theoloog, wiens geschriften voornamelijk als doel hadden zijn lezers de helpende hand te reiken bij hun zoeken naar geloofszekerheid en omdat hij vrijwel altijd inging op in zijn gemeente levende vragen, geven zijn geschriften een goede indruk van het geestelijk klimaat, dat heerste in kringen van in de Nederlanden verblijven­ de Merchant Adventurers gedurende de eerste 35 jaren der zeventiende eeuw. Hoe­ wel zijn werk, voor zover bekend, nooit in het Nederlands vertaald is, kan hij gezien worden als een vroege vertegenwoordiger van die geestesrichting, die in het latere Nederlandse gereformeerde pietisme tot bloei is gekomen. Vanaf zijn verhuizing naar Delft (1621) tot vlak voor zijn dood (1634) heeft hij, XIII samen met enkele Engelse en Schotse collegapredikanten hier te lande, onvermoei­ baar doch met weinig vrucht getracht zo veel mogelijk van zijn in de Nederlanden verblijvende Engelse en Schotse confraters onder het toezicht te stellen van een in 1620/1621 mede door hem opgerichte Engelse synode (ook Engelse classis ge­ noemd). In de eerste plaats wilde hij aldus tegemoet komen aan irritaties aan Ne­ derlandse zijde, die het ongedisciplineerde optreden van een aantal van hen veroor­ zaakte, vervolgens probeerde hij hiermee een schild te creëren waarachter hij en geestverwante collegas bescherming konden vinden tegen de Engelse staatskerk, de Church of England, die in deze jaren in toenemende mate trachtte Engelse en Schotse onderdanen in de Nederlanden te bewegen zich naar haar kerkorde en liturgie te richten, en tenslotte meende hij een kans te zien een kerkelijke organisatie op te richten, zoals hij die in Schotland had leren waarderen en verdedigen, doch waarvan hij inmiddels de ondergang aldaar had moeten constateren. De Engelse synode is in haar opzet niet geslaagd en is zowel als gevolg van een gebrek aan innerlijke samenhang, als van het optreden van de Engelse ambassadeur in Den Haag, William Boswell, nog tijdens Forbes' leven te gronde gegaan, doch de betrekkelijke korte tijd van haar bestaan is toch niet zonder betekenis geweest.
Recommended publications
  • POLITICS, SOCIETY and CIVIL WAR in WARWICKSHIRE, 162.0-1660 Cambridge Studies in Early Modern British History
    Cambridge Studies in Early Modern British History POLITICS, SOCIETY AND CIVIL WAR IN WARWICKSHIRE, 162.0-1660 Cambridge Studies in Early Modern British History Series editors ANTHONY FLETCHER Professor of History, University of Durham JOHN GUY Reader in British History, University of Bristol and JOHN MORRILL Lecturer in History, University of Cambridge, and Fellow and Tutor of Selwyn College This is a new series of monographs and studies covering many aspects of the history of the British Isles between the late fifteenth century and the early eighteenth century. It will include the work of established scholars and pioneering work by a new generation of scholars. It will include both reviews and revisions of major topics and books which open up new historical terrain or which reveal startling new perspectives on familiar subjects. It is envisaged that all the volumes will set detailed research into broader perspectives and the books are intended for the use of students as well as of their teachers. Titles in the series The Common Peace: Participation and the Criminal Law in Seventeenth-Century England CYNTHIA B. HERRUP Politics, Society and Civil War in Warwickshire, 1620—1660 ANN HUGHES London Crowds in the Reign of Charles II: Propaganda and Politics from the Restoration to the Exclusion Crisis TIM HARRIS Criticism and Compliment: The Politics of Literature in the Reign of Charles I KEVIN SHARPE Central Government and the Localities: Hampshire 1649-1689 ANDREW COLEBY POLITICS, SOCIETY AND CIVIL WAR IN WARWICKSHIRE, i620-1660 ANN HUGHES Lecturer in History, University of Manchester The right of the University of Cambridge to print and sell all manner of books was granted by Henry VIII in 1534.
    [Show full text]
  • Acknowledgements There Are Several People Without
    Acknowledgements There are several people without whose assistance this thesis could not have been produced. I would like to thank, in particular, the following: Dr Alan Marshal, my supervisor at Bath Spa University College, for his constant nagging to 'get on with it'; Professor Roger Richardson of King Alfred's for his support as my external supervisor; Bath Spa University College for a constant supply of Inter Library Loans, a bursary and a travel grant to Spain; The Andrew C. Duncan Catholic History Trust for a research grant; Mgr Peter Pooling and the staff at Collegio Ingleses, Valladolid, Spain for their hospitality and access to their Archives; Mgr Michael Williams, for his assistance at Archive General, Simancas; Fr Daniel Rees, Librarian, Downside Abbey, Stratton on the Fosse, Somerset for access to the monastic library; Dr Dominic Bellenger and Dr Elaine Chalus, for their support and suggestions; Dr Ratal Witkowski, for Polish biographies; Joan Pattison, Dick Meyer, Irene Stansby for French, Dutch and Polish translations respectively; and David and Louise for being there. I would also like to thank Dr Paul Hyland & Doctor Barry Coward for their useful comments and suggestions that have enabled me to complete this work successfully. This thesis is dedicated to the memory of Charlotte May Anderson (May, 1977). Phis copy has been supplied on the understanding that it is copyright material and that no quotation from the thesis may be published without proper acknowledgement. Contents List of Illustrations Abbreviations Preface 12 Introduction 22 1. James VI and I and the Early Seventeenth-Century Political Scene 27 2.
    [Show full text]
  • Married Women, Crime, and Questions of Liability in England, 1640-1760
    MARRIED WOMEN, CRIME, AND QUESTIONS OF LIABILITY IN ENGLAND, 1640-1760 by Marisha Christine Caswell A thesis submitted to the Department of History In conformity with the requirements for the degree of Doctor of Philosophy Queen‟s University Kingston, Ontario, Canada February, 2012 Copyright ©Marisha Christine Caswell 2012 Abstract Upon marriage, women in early modern England became subject to the common law doctrine of coverture. Coverture had a number of consequences, all of which stemmed from a married woman‟s lack of independent legal identity. These consequences largely manifested themselves in a married woman‟s complete lack of property rights, but the lack of an independent legal identity created complications for assigning criminal responsibility to married women in the early modern criminal justice system. Coverture largely manifested itself in the criminal law through the defence of marital coercion, which held that a married woman who committed a crime – with the exceptions of murder and treason – was assumed to be acting under her husband‟s coercion and was therefore not liable for her actions. This study examines the perceptions, treatment, and experiences of married women in the northern assize circuit and London between 1640 and 1760, with particular attention to the defence of marital coercion. This thesis discovered that the household ideal, not the defence of marital coercion, was the most important factor in determining the perceptions, treatment, and experiences of married women with the criminal justice system. People in early modern England did not see coverture as the loss of rights, but rather the means through which to create a unified household.
    [Show full text]
  • Introduction
    INTRODUCTION. THE beautiful valley of the Axe lies in south-east Devonshire, about four miles west of Dorset. The red marl and brown and sterile summits of the green sand-hills mark the situation with unmistakable signs. A real Devonshire valley cannot be confounded with any other; nor can its climate. Mild in winter, when southern Italy has frost and snow, and when Greece is not to be traversed from the same causes, its curative influence at length begins to be appreciated. Within four miles of Dorset stands the ancient town of Axminster, five miles above the mouth of the Axe; and Colyton, another ancient town, lies at a distance of three miles from the sea, at the opening of the beautiful valley of the Axe. The old commercial borough of Lyme Regis lies at a distance of five miles to the east, and one mile inside Dorsetshire. British and Danish earthworks, a battle-field between the Saxons and Danes, and the site of a famous Abbey, render the tract we have described truly classic ground. London, when coaches were unknown, was too distant to be visited by more than a few from this remote part of the country. Exeter was the metropolis of the West. Great men and abbots had their inns or town residences in this city. An almost magic power has virtually brought this city within five hours of London instead of a Downloaded from https://www.cambridge.org/core. IP address: 170.106.34.90, on 25 Sep 2021 at 10:17:53, subject to the Cambridge Core terms of use, available at https://www.cambridge.org/core/terms.
    [Show full text]
  • Part 1 – a Multifaceted Career
    WHO WAS DR JOHN MORE? RICHARD H. TURNER PART 1 – A MULTIFACETED CAREER John More, a Catholic recusant physician, has been a footnote figure - having left behind almost no writings of his own, a somewhat shadowy bit-part player on the early Stuart public stage. This essay draws on contemporary national, local, ecclesiastical, medical and family records, as well as subsequent historical and biographical material, to establish his contribution to the social, political and economic context of his times. Again and again paradox is encountered, exemplifying Shakespeare's observation that - in the seventeenth century at any rate - 'one man in his time plays many parts'. Underlying Dr More's activities and aspirations can be detected ambition to advance both his religion and his kin. Consequently he and his heirs became involved, over three generations, in numerous and contrasting fields of action – medicine, politics, commerce, military service, the Church, landholding. As with all human endeavour, the actual outcomes reflect the impact of unforeseeable events, social change, personal foibles, and mere chance. Part 2 of this essay examines this working out of his legacy – both religious and material – by his heirs, in search of a fuller answer to the question Who was Dr John More? The early Stuart recusant physician John More came from Thelwall on the north Cheshire border, just south of the river Mersey and a few miles east of Warrington. His origins, like much in his life, are obscure, in the sense of indistinct - how far so in the Hardyan sense of undistinguished is difficult to pin down. His parents, Edward More and Alice Mar(tin)scroft, appear to have been, at most, local gentry, with few if any pretensions to arms i - they were not listed as recusants, though Alice probably had recusant connections - and lacking wills or other documents to illuminate them.
    [Show full text]
  • History of Parliament Online
    THE HISTORY OF PARLIAMENT TRUST Review of activities in the year 2011-12 July 2012 - 1 - Objectives and Activities of the History of Parliament Trust The History of Parliament is a major academic project to create a scholarly reference work describing the members, constituencies and activities of the Parliament of England and the United Kingdom. The volumes either published or in preparation cover the House of Commons from 1386 to 1868 and the House of Lords from 1660 to 1832. They are widely regarded as an unparalleled source for British political, social and local history. The volumes consist of detailed studies of elections and electoral politics in each constituency, and of closely researched accounts of the lives of everyone who was elected to Parliament in the period, together with surveys drawing out the themes and discoveries of the research and adding information on the operation of Parliament as an institution. The History has published 21,420 biographies and 2,831 constituency surveys in ten sets of volumes (41 volumes in all). They deal with 1386-1421, 1509-1558, 1558-1603, 1604-29, 1660-1690, 1690-1715, 1715-1754, 1754-1790, 1790-1820 and 1820-32. All of these volumes save those most recently published (1604-29) are now available on www.historyofparliamentonline.org . The History’s staff of professional historians is currently researching the House of Commons in the periods 1422-1504, 1640-1660, and 1832-1868, and the House of Lords in the periods 1603-60 and 1660-1832. The three Commons projects currently in progress will contain a further 7,251 biographies of members of the House of Commons and 861 constituency surveys.
    [Show full text]
  • Positive Representation of Inns of Court Lawyers in Jacobean City Comedy
    Positive representation of Inns of Court lawyers in Jacobean city comedy A thesis submitted for the degree of Doctor of Philosophy by David Westlake English, School of Arts, Brunel University November 2009 i Abstract _____________________________________________________________________ This thesis examines representations of lawyers and law in examples of Jacobean city comedy, taking into account certain contemporary developments in the legal profession and the law in England. The period covered is 1598-1616. The thesis questions the conventional interpretation of city comedy as hostile to the legal profession. It suggests the topic is more complex than has been assumed, arguing that city comedy makes direct and indirect positive representation of Inns of Court lawyers, who are to be distinguished from attorneys (newly segregated in the Inns of Chancery), amateur quasi-lawyers, and university-educated civil lawyers. It is proposed that city comedy represents Inns of Court lawyers positively in two ways. Firstly, by means of legal content: representations of developments in the profession and the law demonstrate a wish to connect with the young lawyers and students of the Inns of Court, and reflect a contemporary drive by them for increased organization and regulation. Secondly, by means of literary form: ostensibly pejorative representations need not be taken at face value; instead, they may be found to be ironic. The main proposed contributions to knowledge are: that Inns of Court lawyers were a favoured part of the target audience of the private playhouses, making it questionable that they would be represented negatively in city comedy; that lawyers as represented in city comedy are not a single or a simple category; that representation of lawyers is inflected by the various forms and impulses of city comedy; and that city comedy incorporates some reflection of the increasing professionalization of legal practice in the period.
    [Show full text]
  • Descendants of John Orway for Twenty Generations
    Descendants of John Orway For twenty generations An extraction, in Register format, taken from J. L. Vivian, Visitations of the County of Devon, comprising The Herald’s Visitations of 1531, 1564, & 1620. With additions by Lieutenant-Colonel J. L. Vivian (Exeter: For the Author by Henry S. Eland, 1895) No effort has been made to confirm or correct the information as presented in the original document. This document is simply a reconstruction of the charts presented by J. L. Vivian in a “Register” format Generation One 1. JOHN 1 ORWAY married Julian Atwell , daughter of Robert Atwell. 1 Children of John 1 Orway and Julian Atwell were: + 2 i. John 2 married Agnes Raleigh , daughter of Sir John Raleigh Knt. Generation Two 2. JOHN 2 ORWAY (John 1) married Agnes Raleigh , daughter of Sir John Raleigh Knt. 2 Children of John 2 Orway and Agnes Raleigh were: + 3 i. John 3 married Hawise de la Ford , daughter of Henry de la Ford and Margery de Vere. Generation Three 3. JOHN 3 ORWAY (John 2, John 1) married Hawise de la Ford , daughter of Henry de la Ford and Margery de Vere. 3 Children of John 3 Orway and Hawise de la Ford were: + 4 i. Thomas 4. Generation Four 4. THOMAS 4 ORWAY (John 3, John 2, John 1). Children of Thomas 4 Orway include: + 5 i. Phillipa 5 married Warren Hamton. + 6 ii. A daughter (name unknown) married Thomas Streche. Generation Five 5. PHILLIPA 5 ORWAY (Thomas 4, John 3, John 2, John 1) married Warren Hamton. 4 Children of Phillipa 5 Orway and Warren Hamton were: + 7 i.
    [Show full text]
  • The Arrest and Trial of Archbishop William Laud
    THE ARREST AND TRIAL OF ARCHBISHOP WILLIAM LAUD By NICHOLAS ROBERT CHARLES FORWARD A thesis submitted to the University of Birmingham For the degree of MASTER OF PHILOSOPHY Department of Modern History School of Historical Studies College of Arts and law University of Birmingham March 2012 University of Birmingham Research Archive e-theses repository This unpublished thesis/dissertation is copyright of the author and/or third parties. The intellectual property rights of the author or third parties in respect of this work are as defined by The Copyright Designs and Patents Act 1988 or as modified by any successor legislation. Any use made of information contained in this thesis/dissertation must be in accordance with that legislation and must be properly acknowledged. Further distribution or reproduction in any format is prohibited without the permission of the copyright holder. Archbishop William Laud was arrested on 18 December 1640, and specific treason charges were brought forward early in 1641. However he did not stand trial until 1644. This study aims to assess the charges; consider the reasons for the significant delay between the arrest and trial; review the law of treason pertaining at the time and how this was applied to Laud; analyse the condemnatory and often vindictive views of Laud within the public sphere as reflected in the pamphlets and newsbooks of the period; and assess in detail the trial itself. Along with Thomas Wentworth, earl of Strafford, Laud was a principle counsellor to the king and a major hate figure for parliament who considered the two men responsible for leading the king astray during the period of the personal rule.
    [Show full text]
  • Bibliography Manuscript Sources Aberdeen University Library MS
    Bibliography Manuscript Sources Aberdeen University Library MS 2538 James Fraser travel diary All Souls, Oxford MS 167 Parliamentary and state papers MS 181 Parliamentary and state papers Alnwick Letters and Papers 18 Northumberland Papers, 1657-63 MS 548-52 John Fitzjames letterbooks O.I.2f Hugh Potter letterbook, 1644-6 U.I.6 Northumberland Accounts, 1641-9 Anthony House Carew-Pole papers Buller papers Arundel Castle, Sussex Howard papers Badminton Sir Thomas Roe library list Bedfordshire Record Office St John of Bletso papers Trevor-Wingfield papers Bagshaw collection Orlebar papers Beinecke Library, Yale University, New Haven Osborn papers Boswell papers Edward S. Harkness pamphlet collection Belvoir Castle Tollemache papers Berkshire Record office Lenthall papers Reading borough corporation Berwick Record Office Berwick borough corporation Bethlem Royal Hospital Court Books Birmingham City Archives Knight papers Fetherston correspondence Bodleian Library MS Add.C.132 Parliamentary proceedings MS Bankes Sir John Bankes papers MS Carte Carte papers MS Clarendon Clarendon papers MS Eng.Lett.b.1 Symon Archer papers MS Eng.Lett.c.210 John Palmer correspondence MS Eng.Hist.e.184 Gerbier papers MS Eng.Hist.e.308 Roger Whitley papers MS Eng.Misc.c.338 William Freke accounts MS Eng.Misc.e.6 John Smyth of Nibley accounts MS Eng.Misc.e.118 George Starkey diary MS Eng.Misc.e.479 Henry Townshend papers MS Locke b.2 John Locke papers MS Nalson Lenthall papers MS North.c.4 Lord North papers, 1602-77 MS Rawl.A Thurloe papers MS Rawl.D.141 England’s Memorable Accidents, 1636-44 MS Selden Supra 108 John Selden papers MS Tanner Tanner papers MS Top.Essex.f.1 Personal account book MS Top.Oxon.c.154 Oxford stationers MS Top.Oxon.c.378 Thomas Wyatt of Ducklington diary MS Walker.c.4 Royalist ministers MS Wood 423 Anthony Wood papers Bristol Record Office Bristol borough corporation British Library Add.
    [Show full text]
  • THE Navy UNDER CHARLES I 1625-40
    THE NAvY UNDER CHARLES I 1625-40 ANDREW DEREK THRUSH University College Ph.D. Dissertation C ABSTRACT This study is primarily concerned with how the Caroline Navy was run, both in theory and in practice. Previous assessments of early Stuart naval administration have generally been superficial and unsympathetic in tone, but this new work, in shedding fresh light on a variety of themes, attempts to offer a more detailed and balanced view of the quality of administration in the 1620s and 1630s. Starting with an examination of the Navy's senior executive, the thesis broadens out into a discussion of the role of the Navy Board and the manner in which the yards were administered. Here it is argued that the yards were a good deal better regulated than has sometimes been appreciated. It is also suggested that the Navy's ability to reform its own administration has been understated. In the second part of the thesis, two chapters are devoted to the question of finance, in which both financial procedures and management are discussed. In the final section, the Navy's ability to man, victual and prepare its ships for sea is scrutinised. Detailed consideration is also given to the Ordnance Office, which was responsible for gunning and munitioning the Navy's ships. In these later chapters considerable space is devoted to administrative deficiencies which persistently dogged the Navy, but the author argues that institutional factors, such as underfunding, were often to blame rather than mismanagement, a theme which is echoed in the final conclusion. -2- PREFACE In the process of writing this thesis I have incurred many debts of gratitude.
    [Show full text]
  • Introduction
    INTRODUCTION. THE beautiful valley of the Axe lies in south-east Devonshire, about four miles west of Dorset. The red marl and brown and sterile summits of the green sand-hills mark the situation with unmistakable signs. A real Devonshire valley cannot be confounded with any other; nor can its climate. Mild in winter, when southern Italy has frost and snow, and when Greece is not to be traversed from the same causes, its curative influence at length begins to be appreciated. Within four miles of Dorset stands the ancient town of Axminster, five miles above the mouth of the Axe; and Colyton, another ancient town, lies at a distance of three miles from the sea, at the opening of the beautiful valley of the Axe. The old commercial borough of Lyme Regis lies at a distance of five miles to the east, and one mile inside Dorsetshire. British and Danish earthworks, a battle-field between the Saxons and Danes, and the site of a famous Abbey, render the tract we have described truly classic ground. London, when coaches were unknown, was too distant to be visited by more than a few from this remote part of the country. Exeter was the metropolis of the West. Great men and abbots had their inns or town residences in this city. An almost magic power has virtually brought this city within five hours of London instead of a VHl INTRODUCTION. week. Centralization and the constant intercourse now maintained with other counties are rapidly causing peculiarities and distinctions to disappear. The Yonge Diary, the property of the Editor, was kept by Walter Yonge, Esq., Barrister-at-Law, a Justice of the Peace, Sheriff for Devon, and Member of Parliament for Honiton, at his mansion- houses in Colyton and Axminster, from A.D.
    [Show full text]