JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 1

cultuurpolitiek wbs jaarboek 2005 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 2 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 3

Cultuurpolitiek

wbs jaarboek 2005

Onder redactie van Frans Becker en Wim van Hennekeler

mets & schilt, wiardi beckman stichting, amsterdam JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 4 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 5

Inhoud

Redactie Jaarboek Inleiding 7

Cas Smithuijsen Tijd voor een radicale cultuurpolitiek? 17 Over de wankele positie van kunst op de agenda van het openbaar bestuur

Hans Blokland Op weg naar het einde van onze cultuur 37 Sociaal-democratie in de moderne tijd

Edwin Jacobs Stil gewin – snelle winst 59 Museum Jan Cunen in Oss

Jacqueline Oskamp Mission impossible 73 Over het falen van de cultuurspreiding en het elitaire karakter van kunst

Een terugblik op vier jaar staatssecretariaat door ‘Ik was geen culturele flappentap’ 87 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 6

Simon B. Kool Fotografie en cultuurpolitiek 97 De betekenis van lokaal opdrachtgeverschap

Pim van Klink en Jan Riezenkamp Het besturingsmodel als politiek strijdpunt 125

S.J. Doorman De waarde van kunstzinnige vorming 137

Els van der Plas Kunst tussen culturen 147

Een gesprek met Hans van Beers ‘Bevorder de toegankelijkheid, maar populariseer de kunst niet’ 157

Marga van Mechelen Kunst en nieuwe media. Een gesprek met Arjen Mulder, Heiner Holtappels en Arie Altena 165

Personalia 183

Personenregister 185 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 7

Inleiding

Redactie Jaarboek

De kunsten en de politiek ontmoeten elkaar eens in de tuurpolitiek is cultuurbeleid geworden en voorwerp vier jaar wanneer de verdeling van overheidssubsidies van pragmatiek en subsidiekwesties. Voor alle duide- voor een planperiode aan de orde is. Dit ongemakke- lijkheid: de systematiek van de toe- en verdeling van fi- lijke ritueel is inmiddels het symbool geworden van nanciële middelen aan kunst en cultuur door de ver- hun onderlinge verhouding. Het laat zien hoezeer de schillende overheden is niet irrelevant, noch is het to- betrekkingen tussen de politiek en de kunsten vooral tale bedrag aan overheidssubisies van belang ontbloot. economische betrekkingen zijn geworden. In de poli- De verdelingssystematiek schiet volgens veel betrokke- tiek is het debat over de waarde en betekenis van kunst nen dermate tekort dat deze zelf een deel van het pro- geweken voor een discussie over de verdeling van het bleem in plaats van de oplossing is geworden en hoog- geld. De waardering van wat de kunstwereld in Neder- nodig op een nieuwe leest moet worden geschoeid. land bijdraagt aan onze samenleving, wordt primair in Het huidige systeem heeft tal van perverse effecten en economische termen vertaald, en inderdaad, die bij- leidt bovendien sterk af van een meer fundamenteel drage is niet gering. Kunstenaars en kunstinstellingen debat over plaats, maatschappelijke betekenis en rich- worden nu vooral gezien als cultureel ondernemers en ting van de cultuurpolitiek. De voorstellen die staats- moeten zich als zodanig gedragen. Een dergelijke ver- secretaris in september 2005 heeft smalling van de politiek-culturele betrekkingen zou niet gedaan ter verbetering van het systeem van subsidie- zo bezwaarlijk zijn, als daaronder maar een stevig funda- verdeling worden – in kritische zin – door Cas Smit- ment zou liggen van gedeelde politiek-culturele opvat- huijsen resp. Pim van Klink en Jan Riezenkamp in dit tingen. Het probleem is dat eronder een leegte gaapt. jaarboek besproken. Over het wenselijke totaal bedrag Het ongemak tussen de politiek en de kunsten zit aan overheidssubsidies voor kunst en cultuur circule- diep. Misschien wel dieper dan we prettig vinden. De ren al langer ideeën (1 procent van de rijksuitgaven), grote politieke partijen zijn programmatisch naar el- maar deze hebben nog niet tot een politieke consensus kaar toe en naar het politieke midden gekropen. Cul- geleid. Het is hoog tijd dat deze financiële vraagstuk-

7 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 8

ken tot een oplossing worden gebracht. Maar de poli- toe aanzetten, maar ook omdat de maatschappelijke tieke partijen – inclusief de Partij van de Arbeid – zou- omstandigheden daartoe aanleiding geven en ten slot- den tekortschieten als zij daarmee het debat over cul- te als gevolg van achterstallig onderhoud in de politiek tuurpolitiek als gesloten zouden beschouwen. Dan be- op dit terrein. De sociaal-democratie kan bij dit debat gint het pas. overigens inspiratie putten uit een rijke cultuurpolitie- In november 2003 hield acteur en toneelschrijver ke traditie. De vragen die zich voordoen, zijn van zeer Gijs Scholten van Aschat een hartstochtelijk pleidooi onderscheiden abstractieniveau en reikwijdte. Zij heb- voor een dergelijk fundamenteel debat over kunst. ben betrekking op de door Scholten van Aschat aange- ‘Waarop ik aanstuur,’ zo zei hij, ‘is een debat over de sneden thematiek: welke waarde hechten wij aan waarde die een moderne samenleving aan haar kunst kunst? Zij hebben ook betrekking op traditionele hecht. Laten we het, voor we het over geld hebben doelstellingen van sociaal-democratische cultuurpoli- (waar het al snel over gaat), eerst hebben over onze tiek, zoals cultuurspreiding en bevordering van partici- idealen, hoe wij vinden dat ons leven eruit moet zien. patie, die in de huidige omstandigheden opnieuw Welke rol spelen de kunsten hierin? Misschien komen doordacht moeten worden. we er dan wel achter dat die kunst onontbeerlijk is in Voor de sociaal-democratie lagen van begin af aan een tijd waarin iedereen zoekende is. Kunst stelt vra- twee cultuurpolitieke opties open. De eerste stelde de gen. Door over die vragen na te denken, denken we ontwikkeling van een eigen socialistische cultuur voor- over een antwoord – niet hét antwoord, een antwoord. op; de tweede ging het om een zo breed mogelijke Noem het een dialoog. Dat is een begin van bescha- spreiding van de burgerlijke cultuur. De eerste optie ving. Ik moedig de politiek, kunstenaars en de media heeft soms een grotere, soms een minder sterke aan- aan deel te nemen aan dit debat en er een plaats voor te trekkingskracht uitgeoefend. Een uitgesproken voor- vinden.’1 Zelf droeg hij, als schrijver en acteur, aan het beeld ervan vormt de socialistische jongerencultuur debat over onze zoektocht en idealen onder andere bij van de Arbeiders Jeugd Centrale, die niet alleen de met De kortste eeuw, dat te zien valt als een onderzoek identiteit van de eigen gemeenschap tot uitdrukking naar onze houding tot God en godsdienst. wilde brengen, maar ook een scherpe scheidslijn met Een debat over de plaats en betekenis van de kun- de buitenwereld tot stand bracht en sterk anti-kapita- sten in onze samenleving – en daarmee over de doel- listisch van karakter was. Op een heel andere wijze stellingen voor cultuurpolitiek – is nodig, niet alleen kwam het streven naar een eigen cultuur naar voren in omdat nieuwe wetenschappelijke inzichten ons daar- de jaren zeventig van de 20ste eeuw, bijvoorbeeld in de

8 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 9

vorm van het vormingstoneel. Ook toen weer gingen lijning van een burgerlijke cultuur, inclusief het bijbe- beleving van eigen, socialistische waarden hand in horende ‘Bildungsideal’, is vervaagd. De elite zelf is hand met een scherpe afbakening ten opzichte van de niet standvastig en winkelt in wat zij beschouwt als een tegenstanders en waren de cultuuruitingen dikwijls supermarkt van kunst, cultuur en vermaak. Zij is zelf uitgesproken anti-kapitalistisch. nauwelijks meer een drager van deze cultuur. De afba- De tweede optie is in haar kern geformuleerd door kening van kunst ten opzichte van andere uitingen van Karl Kautsky: ‘Nicht so sehr die Kunst zu revolutio- cultuur wordt in een postmodernistisch wereldbeeld nieren, als vielmehr das, was die herrschenden Klassen losgelaten. De doelgroepen van het spreidingsbeleid an herrlichen Leistungen der Kunst bisher für sich zijn bovendien minder ontvankelijk gebleken voor monopolisiert haben, den Massen zugänglich zu ma- verheffing dan de sociaal-democratie wel zou willen en chen, ist die Aufgabe der Künstler und Kunstverstän- nemen massaal hun toevlucht naar vermaak en com- digen dem Proletariat gegenüber.’ Deze uitspraak heeft merciële massacultuur. in Nederland onder meer bekendheid gekregen door- Illustratief is in dit opzicht de positie van de publie- dat zij als tweede stelling bij het proefschrift van Ema- ke omroep. Deze heeft onder meer tot taak om het kij- nuel Boekman uit 1939 is opgenomen.2 Ruim vijftig kerspubliek kunst en cultuur te bieden, maar heeft te- jaar later gebruikte cultuurminister Hedy d’Ancona de gelijkertijd de opdracht om een breed publiek te berei- uitspraak van Kautsky om de pvda te overtuigen van ken en goede kijkcijfers te behalen. In de huidige haar participatiebeleid. praktijk gaat dat de publieke omroep – nog afgezien Het is deze tweede opvatting die binnen de sociaal- van alle politiek-organisatorische gevechten tussen democratie veruit dominant is geworden. Er volgt een Hilversum en Den Haag – niet makkelijk af. Enerzijds simpele cultuurpolitieke logica uit. De opdracht voor heeft zij de neiging om de commerciële zenders in de een op deze leest geschoeide sociaal-democratische cul- concurrentiestrijd te kopiëren en daarmee aan publie- tuurpolitiek is: 1. bevorder de kwaliteit van de burger- ke kwaliteit in te leveren, anderzijds heeft zij de groot- lijke cultuur, 2. zorg voor spreiding en een breed bereik ste moeite een breed publiek vast te houden. Vooral van kunst en cultuur en ruime participatiemogelijkhe- jongeren, allochtone Nederlanders en lager opgeleiden den. Spreiding en participatie kunnen zowel via de aan- keren de publieke omroep massaal de rug toe.3 Het ri- bodzijde als via de vraagzijde worden nagestreefd. sico bestaat dat de scheidslijnen in kijkgedrag meer en Het probleem is nu dat alle parameters van dit type meer samenvallen met scheidslijnen in opleidingsni- cultuurpolitiek aan het schuiven zijn gegaan. De om- veau en in maatschappelijke betrokkenheid. Deze zelf-

9 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 10

de scheidslijnen zijn ook zichtbaar in de culturele parti- ook met allerlei ambities, maar langzamerhand heb ik cipatie.4 Bij dergelijke samenvallende scheidslijnen die allemaal laten varen. Het doet niet meer zo ter zake dreigt een tweedeling te ontstaan die idealen van cul- of ze later naar de concertzaal zullen gaan of van mo- tuurspreiding en volksverheffing danig in de weg staan. derne muziek gaan houden. Ik vind het al prachtig als Een bijzondere positie neemt daarbij de kunstzinni- leerlingen naar elkaar leren luisteren, leren samenwer- ge vorming in. De vatbaarheid voor culturele vorming ken en elkaar de ruimte geven. Het gaat om primaire en esthetische impressies lijkt op jonge leeftijd groter ervaringen die iedereen kan delen. Wat de artistieke te zijn dan in latere levensfasen. Cruciaal is daarom betekenis daarvan is? Misschien gaat dat meer in de een stevige inbedding van kunstzinnige vorming in het richting van de traan van Máxima.’5 Zou een leraar reguliere onderwijs, naast mogelijkheden daartoe bui- wiskunde even ontspannen reageren? ten schooltijd. De vrijblijvendheid op dat terrein is Inmiddels doet zich in de cultuureducatie een vraag echter groot. De plaats van kunstzinnige vorming in voor die ook voor het geschiedenisonderwijs actua- het reguliere onderwijs is niet goed geregeld; van een liteit heeft gekregen: is er een canon te omschrijven, gedegen didactische aanpak is over het algemeen geen waarvan wij vinden dat een nieuwe generatie ermee sprake. Om resultaten te boeken, ook in de sfeer van moet zijn opgegroeid? Voor de geschiedenis (vergelijk multiculturele kennismaking en verdieping, zal cul- de bijdrage van Els van der Plas in dit jaarboek) heb- tuureducatie een hogere prioriteit en een serieuzer ben de historici Jan Bank en Piet de Rooy een compact aanpak moeten krijgen. Wellicht speelt daarbij een rol verhaal gecomponeerd, dat volgens hen tot de stan- dat culturele en kunstzinnige vorming vooral wordt daardbagage van iedere Nederlander dient te behoren. benaderd als een aardig expressievak, te weinig als een In de culturele wereld is tot nu toe een andere weg in- materie die leerlingen zich eigen moeten maken. geslagen. Daar wordt – op een tamelijk vrijblijvende Kunst is niet makkelijk. Daarbij is het onderscheid wijze – gepleit voor verscheidenheid, voor het bereiken tussen hoge en lage kunst niet behulpzaam; veeleer van een nieuwe generatie migranten via hun eigen cul- gaat het om simpele tegenover complexe kunst. turele achtergrond en voorkeuren. Dit mozaïekmodel Jacqueline Oskamp deed in 2004 verslag van pro- in cultuurland staat recht tegenover het aanpassings- jecten op het gebied van muziekeducatie op enkele model in Verdonkland. scholen. Naast enthousiasme trof zij zeer beperkte re- sultaten aan. En weinig duidelijk omschreven doelstel- Welke grondslag zou de sociaal-democratie moeten lingen. Een betrokken leraar stelt: ‘Ik begon inderdaad kiezen voor haar cultuurpolitiek? Spreiding en partici-

10 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 11

patie zijn mooi, maar waartoe dienen zij? Paul Kalma dan ook te beschermen en haar te verdedigen als het heeft in Links, rechts en de vooruitgang daartoe een bij domein waar het andere, het vreemde en, zo men wil, de sociaal-democratische traditie aansluitend voorstel het onmaatschappelijke tot uitdrukking gebracht kun- gedaan en deze doelstelling omschreven in termen van nen worden. Kunst, aldus R. Fuchs, stelt de mensen in vrijheid: ‘Vrijheid is geen gegeven, maar moet door staat ‘om dingen te onderscheiden die anders zijn dan mensen zelf steeds veroverd en vormgegeven worden – normaal. Het kunstwerk bevordert individualiteit en tegen oude en nieuwe vormen van machtsuitoefening, tolerantie. Ervaring van kunst, vreemd en merk- van normering, van groepsdruk en intellectueel con- waardig, kan de mensen helpen hun identiteit te ont- formisme in; optornend tegen onverschilligheid en dekken. Kunst dwingt mensen hun vooroordelen te onmatigheid.’ Kunst en cultuur spelen in het verove- toetsen.’7 ren van die vrijheid een cruciale rol. In navolging van de Britse Labour-staatssecretaris van cultuur, Tessa Jo- In dit jaarboek zijn drie perspectieven bijeengebracht. well, meent hij dat ‘centraal in het kunst- en cultuur- Allereerst bevat het beschouwingen over de betekenis beleid van de overheid excellente kunstuitingen [zou- van de kunst en de doelstellingen van kunstzinnige den] moeten staan én datgene wat zij bijdragen aan de vorming. In de tweede plaats is er aandacht voor speci- kwaliteit van het bestaan, direct en indirect, zoals fieke thema’s in de cultuurpolitiek: cultuurspreiding nieuwsgierigheid naar het andere en vreemde en zelf- en participatie, financiering en opdrachtgeverschap, vertrouwen om te experimenteren’.6 In dit jaarboek cultuur in een multiculturele samenleving, en kunst betrekken Blokland en Doorman een vergelijkbare en de nieuwe media. In de derde plaats worden de be- stelling. trekkingen tussen cultuur, beleid en verantwoordelijke Deze opvatting is geen pleidooi voor de ‘politisering politici nader onderzocht. Deze drie perspectieven van de kunsten’. Het gevaar ligt natuurlijk al gauw op lopen overigens niet parallel aan de individuele bijdra- de loer dat de sociaal-democratie kunst en cultuur wil gen, maar gaan er af en toe dwars doorheen. In zijn ge- gebruiken voor haar eigen politieke doeleinden. Een heel levert dit jaarboek daarmee een basis voor een ge- buitengewoon slecht idee. De sociaal-democratie degen cultuurpolitieke oriëntatie voor de pvda. In het moet de verleiding weerstaan om het domein van onderstaande gaan wij kort op de verschillende bijdra- kunst en cultuur, bewust of onbewust, te moraliseren gen in. en/of te politiseren. Het is daarom verstandig om de De fundamentele vraag welke cultuurpolitieke kunst tegen welke maatschappelijke of politieke claim doelstellingen de sociaal-democratie moet nastreven,

11 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 12

staat centraal in de bijdrage van Hans Blokland. Het liteit. Veel meer dan een demografisch begrip is dit gaat erom, zo meent hij, mensen in staat te stellen om nog niet geworden. Doorman is een krachtig pleitbe- hun leven zelf gestalte te geven, niet alleen persoonlijk, zorger van kunstzinnige vorming. De didactiek van cul- maar ook maatschappelijk door gezamenlijk een lots- turele en kunstzinnige vorming is echter onontgonnen bestemming te omschrijven en na te streven. Om dit terrein. Vandaar zijn pleidooi voor een equivalent van ideaal van positieve vrijheid te realiseren – tegen de lo- het Freudenthal Instituut voor kunstzinnige vorming. gica van de markt en de logica van de bureaucratie in – Cas Smithuijsen analyseert de verhouding tussen de moeten mensen over de mogelijkheid beschikken be- politiek en de kunsten in Nederland in de afgelopen wuste keuzes te maken, ook op cultureel gebied. Daar- halve eeuw. Van voorwerp van ideologische strijd tus- voor is wel iets nodig. Men kan pas zinvol kiezen tus- sen politieke stromingen is de cultuurpolitiek onder- sen Bach en Bowie als men met beiden geconfronteerd deel geworden van pragmatisch beleid, waarin het is geweest. De cultuurpolitieke opdracht van de soci- vooral gaat om het afstemmen van instrumenten, aal-democratie stuit hier op een dilemma: willen men- middelen en reguleringen. De revolte van Fortuyn, die sen zich kunnen ontplooien, dan is het onvermijdelijk in de rest van de politiek voor een kleine aardbeving om hun langs paternalistische weg de mogelijkheden zorgde, heeft geen weerslag gekregen in een funda- daartoe te laten zien. menteel debat over kunst en cultuur. Integendeel, de Joop Doorman komt tot vergelijkbaar fundamente- kunsten spelen op de agenda van het openbaar bestuur le opvattingen over cultuurpolitiek, maar hij vertrekt maar een marginale rol. Dat is, zo meent Smithuijsen, vanuit de recente bevindingen van de neurologie. Naar niet genoeg. Hij pleit voor een centralere plaats van de zijn mening zijn kunstzinnige ervaring en vorming es- cultuurpolitiek in het openbaar bestuur, een stevige sentieel voor de ontwikkeling van sociale vermogens minister, die bovendien een gezaghebbende, overtui- zoals inlevingsvermogen en compassie, juist omdat zij gende cultuurpolitieke visie ontwikkelt. het samenspel van de emotionele en cognitieve syste- Het essay van Simon Kool over fotografie en lokaal men van onze hersenen bevorderen. De politiek zou, opdrachtgeverschap vertoont een interessante parallel aleer beleid te formuleren, zich eerst fundamenteler re- met de analyse van Smithuijsen. De fotografie, door kenschap moeten geven van de betekenis van kunst en zijn aard een niet makkelijk af te bakenen tak van cultuur voor de ontwikkeling van mensen en voor de kunst, heeft dankzij sterk en ondersteunend opdracht- maatschappij. Een gebrek aan fundamentele bezin- geverschap van lokale en regionale overheden een bloei ning treft hij ook aan waar het gaat om multicultura- doorgemaakt. Het resultaat van de lokale opdrachten

12 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 13

vormt niet alleen een spiegel van de veranderende lo- onder groepen burgers uit lagere klassen; voor zover er kale samenleving, maar ook van de ontwikkeling van cultuurspreiding plaatsvond, betrof die de midden- de fotografie, zoals zichtbaar wordt in de door Kool klasse. Omdat de middenklasse in de naoorlogse de- geselecteerde foto’s. In de afgelopen paar jaar hebben cennia enorm is uitgedijd, en daardoor het cultuurbe- de lokale overheden het als opdrachtgever laten afwe- reik is uitgebreid, kon misschien de indruk ontstaan ten. Opdrachten blijven uit of zijn sterk gereduceerd; dat er van een spreiding naar andere sociale lagen spra- de fotografie lijkt van de agenda van het lokale open- ke was, maar dit is een illusie. Kunst is complex en baar bestuur verdwenen. Dat is niet alleen jammer, daarom onvermijdelijk slechts voor een elite toeganke- maar veroorzaakt ook een breuk in de opgebouwde lijk. Kunst moet niet voor een groter publiek op de waardevolle collecties. knieën. Om dan toch overheidssteun voor de kunsten te legitimeren blijft er een ultieme reden over: het creë- Het vraagstuk van cultuurspreiding staat centraal in de ren van een oase van geestelijke rijkdom, van een ar- bijdragen van Jacqueline Oskamp en Edwin Jacobs. tistiek en intellectueel domein van kunstzinnige vrij- Jacobs neemt ons mee naar Museum Jan Cunen in heid, in onze overigens materialistische maatschappij. Oss, dat ‘social inclusion’ als een van zijn hoofddoel- Pim van Klink en Jan Riezenkamp leggen het cul- stellingen heeft geformuleerd. Zonder in te leveren op tuurpolitieke besturingsmodel onder het ontleedmes. kwaliteit en eigenzinnigheid van het tentoonstellings- Zij constateren dat de consensus over de grondslagen beleid, slaagt het museum erin een groot aantal bezoe- van het cultuurbeleid voor een deeel schijn is: bij im- kers aan te trekken, die over het algemeen niet tot mu- plementatie komen stevige meningsverschillen en con- seumbezoek geneigd zijn. Het museum gaat daarvoor flicten aan de oppervlakte. Wat is daarvan de oorzaak? intensieve relaties met de omgeving aan, waaronder de Op grond van een historische beleidsanalyse, waarin vmbo-afdeling van een naburige school. De organisa- zij niet alleen aandacht besteden aan de beleidssyste- tie van het museum is geheel gericht op dit type duur- matiek maar ook aan de bewindspersonen die aan het zame allianties. Tegenover de gangbare opvattingen roer stonden – en er wel degelijk toe deden – conclu- over marktwerking gaat het – gratis toegankelijke – deren zij dat het besturingsmodel voor de cultuurpoli- Museum Jan Cunen zijn eigenzinnige weg. tiek ondeugdelijk is. Er is sprake van een overbelasting Oskamp is daarentegen sceptisch over de mogelijk- van de bureaucratie, een gebrek aan serieus debat over heden van succesvolle cultuurspreiding. Er is, zo be- de richting van het cultuurbeleid en een onhandige toogt zij, geen sprake geweest van cultuurspreiding verhouding tussen adviesorgaan en politieke besluit-

13 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 14

vormers. Het model heeft een onmiskenbaar christen- bied, die elk op eigen terrein de e-cultuur vormgeven. democratische signatuur; sociaal-democraten zouden, Zij laten zien dat de rol van de kunstenaar, het gebruik aldus Van Klink en Riezenkamp, van de verandering van de techniek en de verhouding van de kunstenaars van dit model een politiek strijdpunt moeten maken. tot hun publiek opnieuw wordt gedefinieerd onder de Daarmee zouden zij wat eerder door Van der Leeuw en hedendaagse technologische verhoudingen, en dat d’Ancona in gang is gezet, alsnog realiseren. daarmee oude grenzen wegvallen. Politiek en beleids- Wat zijn de gevolgen geweest van de toestroom van makers, zo blijkt uit dit gesprek, hebben voorlopig nog migranten voor de kunstzinnige beleving en de cul- moeite om deze ontwikkelingen bij te houden. tuurpolitiek in Nederland? Die gevolgen zijn groten- deels achterwege gebleven, aldus de stelling van Els De redactie van het jaarboek sprak ten slotte met twee van der Plas. De ongemakkelijke omgang van Neder- sociaal-democraten die in verschillende functies een landers met de minder prettige kanten van hun verle- rol in de cultuurpolitiek hebben gespeeld dan wel spe- den (kolonialisme, slavernij, Tweede Wereldoorlog) len. Hans van Beers benadrukt dat de kunst een tegen- blokkeert een open omgang met de migratiebeweging wicht kan bieden tegen de dominante trend van ver- en haar culturele implicaties. Van der Plas meent dat strooiing en vermaak: niet in dienst van een politieke een breuk in het Nederlandse cultuurbeleid nodig is. doelstelling, maar als waarde in zichzelf. Het bijzonde- Er dient een culturele canon te worden opgesteld die re moet gekoesterd worden en met grote trots worden recht doet aan de diversiteit van de Nederlandse iden- uitgedragen. Daarom zal er veel geïnvesteerd moeten titeit. Migranten moeten een meer uitgesproken posi- worden in kunstzinnige vorming, zonder de kunst te tie krijgen in de culturele instituties. En in zijn inter- populariseren. nationale cultuurpolitiek zou Nederland meer moeten Rick van der Ploeg blikt terug op vier jaar staatsse- aansluiten op de eigen geschiedenis en de actuele be- cretariaat in het kabinet-Kok ii. Hij is kritisch over de volkingssamenstelling. bestuurscultuur die tijdens dit tweede paarse kabinet De wereld van de kunsten is ondertussen sterk in heerste. Inhoudelijk zijn er, aldus Van der Ploeg, op beweging en is direct betrokken op de technologische het terrein van de cultuurpolitiek successen behaald, veranderingen die zich op het ogenblik afspelen. Kun- zoals de impuls voor cultuurbeleving door schoolkin- stenaars volgen deze ontwikkeling niet alleen, maar ge- deren. Maar hij uit ook zijn ontevredenheid over de re- ven er zelf vorm en impulsen aan. Marga van Meche- sultaten op andere terreinen. De uitwisseling van cul- len sprak voor dit jaarboek met drie pioniers op dit ge- turele ideeën in de steeds multiculturelere samenleving

14 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 15

is onvoldoende tot stand gekomen. Vooral op ruimte- voor het jaarboek. We betuigen hem daarvoor, mede lijk gebied heeft Paars ii het echter laten afweten, ter- namens de uitgever, onze grote erkentelijkheid. Daar- wijl de pvda een sterke vertegenwoordiging in de naast sloot Monika Sie Dhian Ho met het 25ste Jaar- ruimte-portefeuilles van het kabinet had. ‘De maak- boek haar redacteurschap af. Ook haar bedanken we baarheid van de samenleving hadden we afgeschud, hartelijk voor de inspirerende bijdragen die ze sinds misschien nog wel terecht ook, maar op één punt toch haar komst in 2000 heeft geleverd zeker niet en dat is de openbare ruimte. Dat hebben De Wiardi Beckman Stichting zag in deze wijziging we gewoon weggegooid. Gevolg is dat Nederland er le- van de redactiesamenstelling aanleiding om de naam lijker en lelijker op wordt. Dat hebben we echt ver- van het jaarboek te veranderen. Het zal met ingang zaakt als Paars.’ van dit jaar, kort en krachtig, WBS jaarboek gaan heten. De redactie blijft haar werzaamheden overigens, net Met deze editie ondergaat het jaarboek voor het demo- als in de afgelopen vijfentwintig jaar, in onafhankelijk- cratisch socialisme een verandering in naam en in heid verrichten. Voor het WBS jaarboek 2005 dragen samenstelling van de redactie. Bart Tromp, initiator Frans Becker en Wim van Hennekeler de redactionele van het jaarboek in 1979 en sindsdien daaraan als re- verantwoordelijkheid. Bij de voorbereiding van deze dacteur verbonden, besloot na vijfentwintig afleverin- uitgave kregen wij waardevolle adviezen van Din Pie- gen zijn redacteurschap te beëindigen. Hij is als redac- ters; Vera van Lingen was ons zeer behulpzaam in de tielid (en als auteur) van onschatbare waarde geweest eindfase. Beiden danken wij voor hun bijdrage.

noten

1 G. Scholten van Aschat, ‘De waarde van de kunst’, in: Socialisme Haag 2005, waarin overigens een iets optimistischer toon wordt & Democratie, 61 (2004)4, p. 39. aangeslagen dan in eerdere rapporten van het scp. 2 E. Boekman, Overheid en kunst in Nederland, Amsterdam 1989 5 J. Oskamp, ‘Een uitstervende kunstsoort. Hoe scholieren klas- [1939], Stelling ii. sieke muziek moeten redden’, in: Vrij Nederland, 21 februari 3 Vgl. F. Becker, R. Cuperus en M. van Dam, De Publieke Om- 2004, p. 65. roep verdient beter. Een toekomstplan van de PvdA, Wiardi Beck- 6 P. Kalma, Links, rechts en de vooruitgang, Amsterdam 2005, man Stichting, Amsterdam 2005. p. 345 resp. pp. 311-312. 4 Vgl. A. van den Broek e.a., Cultuurminnaars en cultuurmijders. 7 R. Fuchs, ‘Kunst, geen staatszaak?’, in: R. Boon (red.), Nieuwe Trends in de belangstelling voor kunsten en cultureel erfgoed, Het arena’s: over vrijheid, gelijkheid, schaarste en sociaal-democratie, culturele draagvlak 6, Sociaal en Cultureel Planbureau, Den Amsterdam 1993, p. 117.

15 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 16 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 17

Tijd voor een radicale cultuurpolitiek? Over de wankele positie van kunst op de agenda van het openbaar bestuur1

Cas Smithuijsen

Geen grote denkbeelden meer. Het antwoord op deze vraag luidt vrij algemeen dat Als de wereld al beter kan worden, het ongenoegen al veel langer sluimerde en bezig was dan moet het met kleine stapjes. zich onderhuids op te bouwen. Vroeg of laat moest de Ian McEwan2 uitbarsting wel komen. En die zou gevolgen hebben. ‘De politieke agenda is door de revolte van Fortuyn ra- Na een lange periode van stabiliteit werd Nederland dicaal veranderd,’ schrijven de bestuurskundige Jouke opeens geteisterd door politieke wanorde. Deze was de Vries en de politicoloog Sebastiaan van der het gevolg van de enorme maatschappelijke onrust die Lubben.4 Het politieke spel werd in 2002 plotsklaps in 2002 als een orkaan over het land raasde.3 Na dat voor een groot deel bepaald door de nieuwelingen in jaar zijn historici en politicologen gaan theoretiseren het kabinet-Balkenende i afkomstig uit de Lijst Pim over de achtergronden van de onrust. De oorzaak Fortuyn, zoals Hilbrand Nawijn op het ministerie van daarvan, zo bleek hun, moest vooral gezocht worden Vreemdelingenzaken en Integratie, Herman Heins- in de lange wachttijden bij de hulpverlening in zieken- broek op Economische Zaken en op huizen en in problemen die te maken hadden met de Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Dat de lpf ook de aanwezigheid van groeiende groepen allochtonen in de bewindspersoon voor Cultuur en Media leverde, na- grote steden. Voor het stelselmatig verwaarlozen of melijk staatssecretaris Cees van Leeuwen, blijft in de zelfs ontkennen van deze problemen werden de politi- annalen van de politicologen onvermeld. Niet ver- ci en de overheid verantwoordelijk gesteld. Maar dan wonderlijk, want het departement Cultuur en Media was er nog de vraag hoe van de ene dag op de andere kreeg wel een lpf-staatssecretaris, maar werd daarmee zo’n grote politieke chaos kon ontstaan. We zaten aan geen punt op de typische Fortuyn-agenda. Dat had het eind van een tamelijk rustige regeerperiode van wel gekund: in haar partijprogramma 2002 liet de lpf twee paarse kabinetten en we hadden een minister- opnemen terughoudend te willen zijn met overheids- president van formaat. subsidies en kunst vooral te willen laten financieren

17 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 18

via sponsoring en het profijtbeginsel. Ook de thema’s lijkt niet aannemelijk. Veel van wat nu gebeurt, maakt van ‘falend overheidstoezicht’ en ‘doorgeslagen tole- niet de indruk het resultaat te zijn van een weldoor- rantie’ zouden met enige fantasie aan het cultuurbeleid dachte en consequent gevolgde politieke koers in die kunnen worden verbonden. Maar in de negen maan- richting. Er is eerder gebrek aan koersvastheid in de re- den dat Van Leeuwen het bewind over cultuur voerde, cente cultuurpolitiek, begonnen met de destabiliseren- heeft hij ongeveer alles gelaten voor wat het was.5 de schommelingen in het cultuurbudget. Het kabinet- Inmiddels zijn Nawijn, Heinsbroek en Bomhoff Balkenende ii, waarvan Medy van der Laan deel uit- vervangen door (vvd), Laurens Jan maakt, kondigde in zijn regeerakkoord aan dat ook Brinkhorst (d66) en (vvd). Staats- kunst en cultuur niet aan de bezuinigingsopdracht secretaris Van Leeuwen heeft plaatsgemaakt voor zouden ontsnappen. Vervolgens greep de Tweede Ka- Medy van der Laan (d66). De nieuwe bewindslieden mer in en maakte de bezuinigingen grotendeels onge- hebben gemeen dat ze ambitieuze projecten onder daan met geld dat toevallig elders was gevonden. De handen hebben: het terugsturen van illegale asielzoe- correctieve houding van het parlement ten opzichte kers, het privatiseren van de energiemarkt en het her- van de regeringsvoorstellen reikte overigens verder. Zo structureren van het stelsel van ziektekostenverzeke- kwamen leden van de Tweede Kamer tot de conclusie ringen. In de portefeuille cultuur en media wordt de dat de kabinetsplannen ten aanzien van de nieuwe pu- publieke omroep financieel gekort en omgebouwd, blieke omroep6 moesten worden bijgesteld omdat zij wordt het cultuurbudget beurtelings verlaagd en ver- de positie van kunst en cultuur in het publieke bestel hoogd en de regelgeving rondom de cultuurnota- ernstig ondermijnden. Opnieuw zoiets als een vijf- procedure herzien. Waar Van der Laan het belang van voor-twaalf-ingreep, waardoor kunst en cultuur er als haar cultuursubsidies publiekelijk moet verdedigen, het ware op het laatste moment weer doorheen zwijn- kiest zij ervoor te wijzen op de externe effecten van den. Overigens is ook de Tweede Kamer niet altijd een kunstsubsidies: in de culturele economie wordt het gesloten front als het om het belang van kunst gaat. aan kunst gespendeerde belastinggeld volgens haar vvd-kamerleden Stef Blok en Jan Rijpstra lieten in de dubbel en dwars terugverdiend. Volkskrant weten dat subsidies aan podiumkunst in Zijn de lopende projecten in de cultuur het gevolg strijd zijn met de consumentensoevereiniteit.7 Later van een radicaal veranderde agenda? En zo ja, is dat namen zij weer gedeeltelijk afstand van deze visie. En dan de directe vertaling van massaal ongenoegen met ook het kabinet kan van zijn eigen voornemens afwij- de artistieke en culturele staat van Nederland? Dat ken en onverwachts gul uit de hoek komen. Recent

18 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 19

bestemde het – ongeacht het moratorium op de mo- beleid met behulp van wetten, procedures en bestuur- numentenuitgaven dat het bij monde van de staatsse- lijke instrumenten. De vierde fase begint in 1994, het cretaris eerder aankondigde – een deel van de boven jaar waarin de laatste minister de publieke zorg voor verwachting uitgevallen aardgasbaten aan de monu- cultuur overdroeg aan de eerste staatssecretaris. mentenzorg: 100 miljoen euro uit de miljardenpot. Hoe komt het dat de positie van kunst en cultuur De stellingen betrokken: 1945-1965 politiek aan stabiliteit heeft ingeboet? Hoe kunnen be- Na 1945 stond cultuurpolitiek in het teken van weder- zuinigingen zo onvoorspelbaar verkeren in extra beste- opbouw en beschavingsoffensief. In de eerste jaren na dingen? Is dit grillige gedrag uitsluitend aan het eco- de oorlog overheerste het gevoel dat Nederland er weer nomische tij toe te schrijven? Heeft het misschien te bovenop moest komen. Collectief spande men zich in maken met het toevallige doen en laten van een be- het land economisch, sociaal en cultureel te herstellen. windspersoon? Of moet dat toch meer algemeen ver- Het culturele herstel speelde zich af op verschillende klaard worden uit de wijze waarop kunst zich verhoudt niveaus. Een kleine culturele elite laafde zich vanaf de tot politieke stromingen? Zijn er in die verhouding opening van het Holland Festival in 1947 jaarlijks aan misschien belangrijke wijzigingen opgetreden? de met subsidies geïmporteerde voorstellingen. Het Om dat te kunnen vaststellen wordt op de volgende waren veelal avant-gardevoorstellingen die in een door bladzijden de verhouding tussen kunst en politiek over de oorlogsjaren artistiek kaalgeslagen Nederland het langere termijn gevolgd, waarbij gemakshalve een toonbeeld werden van soevereine en autonome kunst.8 fasering wordt aangebracht. De eerste fase, van 1945 Tegelijk bedachten politici van christelijken en socia- tot 1965, kenmerkt zich door een sterk ideologisch ge- listischen huize hemelbestormende plannen om de fundeerde cultuurpolitiek. In die periode wemelt het grote massa desnoods met overheidsdwang van slechte van de fundamentele en hoogdravende uitspraken smaak en liederlijk gedrag af te houden. Het waren de over hoe het kunstbestel maatschappelijk moet wor- jaren van het cultuurpessimisme, het meest gepronon- den ingezet. De tweede fase, van 1965 tot 1982, ken- ceerd verwoord door sociaal-democratische voorlieden merkt zich door een oplopende spanning tussen ideo- als Willem Banning en Jan Buskes.9 logische overtuiging en ontluikend pragmatisme, cul- In deze naoorlogse hoogtijdagen van de verzuiling minerend in de strijd over de maatschappelijke bestond er een grote afstand tussen de principiële cul- relevantie van kunst. De derde fase, van 1982 tot 1994, tuurpolitieke vertogen en de beleidspraktijk van alle- is een periode van logistieke uitbouw van het cultuur- dag. Hoog boven de bibliotheken en bioscopen wer-

19 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 20

den in parlementaire polemieken argumenten aange- De belangstelling van de grote christelijke partijen, in dragen waarom er een actieve cultuurpolitiek zou het bijzonder de Katholieke Volkspartij (kvp), richtte moeten worden gevoerd. Ze hadden een overwegend zich op het organiserende vermogen van het maat- morele lading en werden ingegeven door de angst voor schappelijk middenveld. Daarmee werd bedoeld het populaire muziek en liederlijke films. Hoge kunst wijdvertakte verenigingsleven dat in verzuild Neder- werd gezien als een cultuurgoed dat min of meer auto- land het organisatorische kader vormde voor de meest matisch van dergelijke smetten vrij was en ook om die uiteenlopende activiteiten, ook culturele en artistieke. reden overheidssteun verdiende. De liaison tussen Overal in het verenigingsleven werden zelfredzaam- hoog en laag lag voor de hand: via politiek geprogram- heid en zelfwerkzaamheid in hoge mate verondersteld. meerde volksverheffing werd de massa over de drem- Het was min of meer vanzelfsprekend dat de overheid pel van musea, concertgebouwen en theaters getild. dergelijke niet-commerciële verenigingsactiviteiten steunde. In het meer recente subsidiebeleid laat het Rooms-rood cda zich nog steeds leiden door de overtuiging dat de Het eerste naoorlogse kabinet kende het ministerie organisatie van voor de samenleving belangrijke acti- van Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen een cen- viteiten aan die samenleving zelf moeten worden over- trale plaats in de regering toe. Aldus kon de volksop- gelaten. De overheid moet alleen optreden om vanuit voeding in de breedste zin ter hand worden geno- het principe van de verdelende rechtvaardigheid het men.10 Het kabinet-Schermerhorn/Drees (1945-1946) evenwicht in het activiteitenaanbod te bewaren en in- met de theoloog en socialist Gerardus van der Leeuw dien nodig de kwaliteit ervan te bevorderen. Een vari- als minister van okw proclameerde de christelijke leer ant van de maatschappelijke zelfredzaamheid is het als grondinspiratie voor het cultuurbeleid. Politiek subsidiariteitsbeginsel. Dit schrijft voor dat alles wat historicus Melchior Boogaarts stelt vast dat de pvda door provincie- of gemeentebesturen kan worden ge- daarmee een misschien wel meer met haar verwante daan niet door de centrale overheid moet gebeuren. inspiratiebron voor de cultuurpolitiek – het huma- Dit politiek-bestuurlijke recept is in het verleden ver- nisme – liet schieten.11 De bewuste keuze werd niet al- schillende malen – met wisselend succes – aan de cul- leen gemaakt bij de formatie van deze eerste naoorlog- tuursector voorgeschreven. se regering, maar ook daarna, bij deelname aan volgen- De Partij van de Arbeid raakte in de jaren vijftig en de regeringscoalities, waarvan de rooms-rode zestig vooral gericht op het publieke domein. Van be- samenwerking tot eind 1958 de spil vormde. lang daarbij was het werk van econoom en politicus

20 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 21

Joop den Uyl.12 Deze maakte zich bezorgd over de wilde echter het niveau van de collectieve voorzienin- wanverhouding tussen de rijkdom in de private sector gen aanzienlijk uitbreiden. en de karigheid in de collectieve. Terwijl mensen ge- makkelijk een auto konden kopen, bleven de publieke Liberalisme voorzieningen zoals onderwijs, zorg en huisvesting Na 1945 waren de liberalen, meestendeels verenigd in achter. Een politieke keuze voor betere publieke voor- de Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (vvd), zieningen omvatte ook de wereld van kunst en cultuur. juist tégen overheidssturing in kunst en cultuur. Zij Maar Den Uyl brak tegelijkertijd met het cultuurpes- vonden het marktmechanisme het meest doeltreffend simisme dat de sociaal-democratie in die dagen zo als het ging om de distributie en afname van artistieke sterk in zijn greep had. Hij moest niets hebben van producten. Daarin zagen zij een betere garantie voor programma’s voor ‘culturele beheersing’ en discipline- de bescherming van de individuele vrijheid – in de zin ring van een ‘ontwortelde’ massa van Banning c.s. Op van vrijheid van meningsuiting en een ongehinderde de keper beschouwd was Den Uyl praktisch in zijn po- ontplooiing van de persoonlijke talenten. Inbreuk litieke benadering. Het beleid zou dichter moeten aan- daarop door de staat op basis van een ‘linkse’ of reli- sluiten op de culturele behoeften die mensen zelf op gieus geïnspireerde cultuurpolitiek waren uit den individueel niveau zouden moeten vertolken. boze: de liberalen zagen het kunst- en cultuurbestel als Een dergelijke situatie sprak overigens niet vanzelf. een religievrije zone, waar evenmin plaats was voor po- Culturele keuzevrijheid was geen gegeven, maar moest litieke boodschappen. Subsidierelaties met musea, bi- ‘steeds weer door mensen zelf uitgebreid en vormgege- bliotheken of theaters mochten niet leiden tot ‘politi- ven worden – tegen de verdrukking van commerciali- seren’, waardoor de instellingen hun neutraliteit als ar- sering, gevestigde instituties en structuren en, niet in tistieke en culturele vrijplaats zouden verliezen. Als de de laatste plaats, de macht der gewoonte in’. En de overheid al een rol wilde spelen, kon dat op het gebied overheid diende daarbij een belangrijke, zij het op cul- van onderwijs, waarin jongeren werden geholpen hun tureel gebied ‘voorzichtige, voorwaardenscheppende gevoel voor schoonheid te ontwikkelen opdat zij later rol te spelen’.13 Dit sociaal-democratische pleidooi zelfstandig hun keuze in het culturele aanbod zouden voor vergroting van het publieke speelveld sloot daar- kunnen maken. Het beginsel van pluriformiteit bracht mee deels aan bij het gedachtegoed van de kvp. Beide de vvd dan ook niet in verband met een door de over- pleidooien richtten zich immers op steun aan het niet heid gereguleerde verscheidenheid in het aanbod, op winst georiënteerde deel van de economie. Den Uyl maar met de keuzevrijheid van de burger.14 Daarmee

21 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 22

plaatsten de liberalen zich in het cultuurdebat vaak geselecteerde maatschappelijke waarden werden recht tegenover de sociaal-democraten en christen-de- onderschreven. Uiteindelijk verdampte de eis van mocraten. maatschappelijke relevantie, maar waar de inhoud ver- dampte, bleef de vorm bestaan. Achteraf bekeken blij- Pragmatisme naast politisering: 1965-1982 ken de eerste kunstnota’s uit de jaren zeventig het be- Na 1965 verliep de ontzuiling in een hoog tempo, maar gin te markeren van een periode waarin het kunst- en trad ook nieuwe ideologisering op. De pvda tooide cultuurbeleid een hoog procedureel gehalte kreeg. zich met een cultuurpolitiek van duidelijk linkse sig- Tot in de jaren tachtig hield de pvda vast aan premi- natuur. Zij meende dat kunst en cultuur vooral in ering van kunst op grond van haar maatschappelijke dienst moesten staan van maatschappijhervorming. betekenis. In haar verkiezingsprogram van 1981 werd Het was de periode dat de eerste kunstnota’s tot stand nog gesteld dat artistieke activiteiten die zich richtten kwamen. Het kabinet-Den Uyl (1973-1977) tekende op maatschappelijke spanningen, zoals vormingsthea- voor de meest in het oog lopende nota’s.15 Zij werden ter, kritische filmers en fotografen en bepaalde muziek- gepubliceerd onder verantwoordelijkheid van minister ensembles, aanspraak konden maken op extra subsi- Harry van Doorn (Cultuur, Recreatie en Maatschap- die. Dit was een gruwel in de ogen van de vvd. Deze pelijk werk), lid van de Politieke Partij Radikalen, partij liet in hetzelfde jaar nog weten dat de culturele waarin zich voornamelijk ‘afvallige’ leden van de kvp zelfwerkzaamheid van burgers de basis vormde van het hadden gehergroepeerd. Van Doorns kunstnota’s voor- culturele leven en dat de financiering van de cultuur in zagen in een instrumenteel raamwerk waarin afzon- eerste instantie een aangelegenheid is voor gebruikers, derlijke kunstinstellingen consequent in een bestel- sponsors en de media (‘Als burgers en sponsoren het context werden beschreven (orkestenbestel, museum- laten afweten vervalt het bestaansrecht van de desbe- bestel). Dit raamwerk werd verbonden met de toets treffende instelling’). Ook het cda zag een grote ver- van maatschappelijke relevantie. Subsidie was pas ge- antwoordelijkheid bij de burgers liggen, maar was te- rechtvaardigd wanneer daarmee een politiek gewenste gelijk van oordeel dat de overheid voorwaarden moest maatschappelijke waarde werd gereflecteerd of, liever scheppen om de door het middenveld gekoesterde so- nog, bevorderd. Groot was de verontwaardiging in het ciaal-culturele verscheidenheid te garanderen. Het veld over dit ideologische uitgangspunt, met als argu- pleitte in het perspectief van verscheidenheid ook uit- ment dat autonome kunst met subsidie gesteund drukkelijk voor het recht op beleving van de eigen cul- moest worden zonder dat daarmee impliciet politiek tuur bij migranten.16

22 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 23

Terzelfder tijd ontwikkelde zich een meer pragmati- op zak. In de kunstsector is dat mandaat overigens sche bovenstroom in de politiek. Tussen de politieke nooit gekomen vanuit brede, massale lidmaatschap- partijen, die vroeger scherp tegenover elkaar hadden pen zoals die in de milieubeweging en natuurmonu- gestaan, kwam langzamerhand een wederzijdse uitruil menten gewoon zijn. De kunstlobby is overwegend van waarden tot stand, wat leidde tot een toenemende een lobby van de verzamelde gesubsidieerde instellin- convergentie van de politieke programma’s.17 Er kwam gen die zich ophoudt aan de productie- en distributie- ook een uitruil tot stand met van buitenaf komende kant van de cultuursector.19 De vorming van brede maatschappelijke bewegingen en belangengroepen die consumentenorganisaties op artistiek gevoelig vlak is zich rondom bepaalde issues organiseerden. Politico- vooralsnog niet mogelijk gebleken, voor zover bekend loog Jos de Beus ziet het politieke stelsel vanaf 1970 ook niet buiten Nederland. Daarmee heeft de over- meer en meer interactief worden met zijn omgeving. heid traditioneel een eigen verantwoordelijkheid voor Tegelijkertijd verminderde de interactiviteit van de po- de cultuurzorg. Dat constateerde Emanuel Boekman litieke partij met haar eigen achterban. Veel kiezers al in 1939, maar hij voegde er toen al aan toe dat het verruilden het actieve lidmaatschap van een breed ope- nakomen van deze verantwoordelijkheid niet tot ‘over- rerende politieke partij voor een passieve betrokken- heersing’ zou mogen leiden.20 heid (als donateur) bij een smalle maatschappelijke or- Meer oor voor de zaakwaarnemers van de burgers ganisatie en een beperkt, maar welomschreven ideëel bewerkstelligde onder de grotere politieke partijen een doel.18 trek naar het midden. Daar aangekomen trachtten po- Deze ontwikkeling bleef niet zonder gevolgen voor litieke partijen hun profiel te behouden door zo aan- de ‘intellectuele voeding’ van de politieke partijen. sprekend mogelijk te reageren op de uiteenlopende Waar de mogelijkheid afnam om de cultuurpolitieke noden die door allerhande groeperingen bij de politici uitgangspunten uit de eigen gelederen op te diepen, ter leniging werden neergelegd. Een manier van poli- moesten standpunten over maatschappelijke proble- tiek manoeuvreren die bij uitstek geldt voor de in 1966 men van elders worden gehaald. Standpunten over opgerichte partij Democraten ’66, die eigenlijk nooit maatschappelijke problemen bleken er overigens ge- grote cultuurpolitieke vergezichten schetste, behalve noeg te zijn. Ze werden op elk gebied aangemaakt en dat zij meermalen een duidelijke voorkeur uitsprak in de openbaarheid gebracht door professionele lobby- voor decentralisatie en voor het overige op losse be- isten: de zaakwaarnemers van allerhande single issue- leidsonderdelen gedetailleerde standpunten formu- organisaties met een mandaat van de verenigingsleden leerde. d66 stond met deze benadering in de jaren ze-

23 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 24

ventig nog tamelijk alleen, later gingen de andere par- (cda). De bedoeling was dat welom- tijen dit gedrag navolgen. Alleen de partijen van ‘klein schreven beleidsintenties met meerjarensubsidies zou- rechts’ en ‘klein links’ bleven vasthouden aan hun be- den worden gerealiseerd. Of dat lukte, zou met evalua- ginselen: de kleine christelijke partijen bleven onver- ties worden vastgesteld. moeid ten strijde trekken tegen het morele verval en Het zwaartepunt van het cultuurbeleid verschoof godslastering onder kunstzinnige voorwendselen; daarmee van inhoudelijke stellingnames naar procedu- klein links bleef zich verzetten tegen commercialise- rele exercities.21 Beleidstechnisch zou dat winst kun- ring van het cultuurbestel en tegen de afbraak van cre- nen opleveren. Door onvoldoende bestuurlijke ativiteit onder meer ten gevolge van een slecht kunste- (na)zorg aan het in de jaren tachtig ontwikkelde naarsbeleid. systeem is die winst echter grotendeels uitgebleven en heeft de verschuiving in de richting van regulering en Procedures en regulering: 1982-1994 procedures veeleer een politieke marginalisering van Van 1982 tot 1994 realiseerden drie kabinetten-Lubbers de kunst ingeluid. Hoe dan ook: centrale thema’s wer- (van cda-vvd- resp. cda-pvda-signatuur) een aaneen- den de effectiviteit van en de efficiency bij de inzet van gesloten periode van no-nonsense-regeringsbeleid, het overheidsapparaat ter verwezenlijking van vooraf waarvan het cultuurbeleid herkenbaar deel uitmaakte. vastgestelde beleidsdoelstellingen. Brinkman heeft zijn De doelstellingen van cultuurbeleid bleven vrij alge- zevenjarige ministerschap (1982-1989) voornamelijk meen: (1) het bevorderen van de kwaliteit van artistie- ingevuld met het aanslingeren van reorganisaties waar- ke en culturele producten; (2a) de evenwichtige sprei- van de directieven (privatisering, deregulering, decen- ding daarvan en (2b) een zo groot mogelijke en sociaal tralisatie, bezuiniging) van buiten de kunstsector kwa- ruim gesorteerde deelname daaraan. Het waren de men.22 De directieven waren in beginsel helder, maar doelstellingen die Harry van Doorn al eerder onaf- bij de uitvoering ervan zijn de betrokkenen geleidelijk scheidelijk bij elkaar had gebracht en die uiteindelijk aan vastgelopen in de bureaucratie. Hieronder een in de procedurewet op het specifiek cultuurbeleid overzicht van troebele beleidsgebieden. (1993) aan elkaar zouden worden vastgeklonken. De bestel-aanpak van Van Doorn werd omgevormd tot Cultuurnotaprocedures versus deregulering bovenleiding van het systeem van vierjarige, notage- In 1988 werd de methodiek van vierjarenplannen geïn- stuurde subsidieperiodes. De ‘pilot’ daarvan werd aan troduceerd. Die bleef aanvankelijk beperkt tot de (po- het eind van de jaren tachtig gelanceerd door minister dium)kunsten, waar het systeem van meerjarige subsi-

24 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 25

dies in beginsel goed werkte. In het midden van de ja- van vierjarenplannen beschouwen als het summum ren negentig werd het systeem echter zonder enige po- van het procedurele cultuurbeleid. Het prees het litieke discussie zodanig opgerekt dat het een ‘cul- systeem als zodanig ook in andere Europese landen tuurbrede’ reikwijdte kreeg. Een belangrijke overwe- aan. Gesignaleerde belangstelling voor het systeem in ging daarbij was dat de Raad voor de Kunst op last van Oost-Europa was voor Rick van der Ploeg (pvda), een algemeen regeringsdecreet23 werd omgevormd tot staatssecretaris van Cultuur en Media van 1998 tot een Raad voor Cultuur met adviserende bevoegdhe- 2002, een van de redenen om de kritiek op het systeem den ten aanzien van de hele sector: naast kunsten, film die de Tweede Kamer in 2002 naar voren bracht van de en letteren kwamen ook cultureel erfgoed, media, bi- hand te wijzen. Nu komt het systeem opnieuw ter dis- bliotheken en letteren onder zijn invloedssfeer. Hoe- cussie op initiatief van staatssecretaris Van der Laan, wel de minister van Cultuur Hedy d’Ancona (pvda) in die in de nota Verschil maken procedurewijzigingen 1993 waarschuwde voor deze ongenuanceerde omvor- voorstelt.25 ming, heeft deze toch plaatsgevonden, met alle gevol- gen van dien. Taakverdeling versus overlegcultuur Weliswaar kon de raad zich in de breedte verster- Van Dale definieert het subsidiariteitsbeginsel als ‘het ken, maar zijn vermogen tot verdieping werd door het beginsel dat zaken die door een lager orgaan kunnen fusieproces ernstig aangetast. Niettemin werd de raad, worden verricht niet door een hoger ter hand behoren eenmaal ongevormd, opgezadeld met de plicht tot ‘in- te worden genomen’. Dat beginsel wordt in de sector tegrale afweging [...] van alle subsidieverzoeken in de cultuur selectief toegepast.26 En waar het gebeurt, volledige breedte van de cultuursector’. Doordat na loopt dat niet altijd goed af. Nadat de kunsteducatie in 1994 over de subsidiëring van honderden culturele in- 1979 was gedecentraliseerd, volgde enkele jaren een be- stellingen elke vier jaar door alle partijen in korte tijd zuiniging op de rijksbijdrage die vlak daarvoor nog moest worden besloten, ontstond een ongekende piek- was overeengekomen. In de jaren negentig, toen het belasting in het overheidsbestuur.24 Bovendien werd onderwerp kunsteducatie weer meer belangstelling de grens tussen politieke verantwoordelijkheid van de kreeg van de kant van de rijksoverheid, werd een con- bewindspersoon en inhoudelijke advisering van de venantensysteem tussen het rijk en de lagere overhe- raad nooit goed gemarkeerd. Vooral hier wreekt zich den opgebouwd, waarmee het subsidiariteitsbeginsel het gebrek aan nazorg aan het eerder ontwikkelde grotendeels werd teruggedraaid. Het bevestigt weer systeem. Niettemin bleef het ministerie het systeem eens dat een rijksbijdrage niet zonder bemoeilijnen

25 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 26

kan worden verleend. Financieringsregelingen ten slagvaardigheid van het centrale bestuur ten goede zou gunste van lagere overheden leiden vrijwel automa- komen.27 tisch tot het optuigen van zware overlegsituaties. Men zou dus verwachten dat in de nota Verschil ma- Halverwege de jaren tachtig werd ook het biblio- ken wordt gekozen voor doortastende decentralisatie theekstelsel gedecentraliseerd. Het rijk behield nog om de rijksbureaucratie structureel te ontlasten en de een beperkte regie- en kwaliteitsbewakingsfunctie. Op democratie te dienen met een transparante verdeling vrijwel hetzelfde moment werd het bestel voor toneel- van verantwoordelijkheid tussen overheden. Maar de gezelschappen en orkesten gecentraliseerd. De verkla- staatssecretaris kiest daar niet voor ‘omdat het cultuur- ring daarvoor is dat bibliotheken meer als welzijns- beleid al in belangrijke mate is gedecentraliseerd’. Bo- voorzieningen werden gezien, en orkesten niet. De vendien stelt ze dat de ‘landelijke regie’ vereist dat het angst dat ze in de plaatselijke politiek zouden worden rijk de zeggenschap over instellingen tot aan de lands- afgewogen tegen het belang van goede straatverlich- grenzen behoudt. Je zou ook kunnen concluderen dat ting leidde tot een in omgekeerde richting toegepaste het een het ander juist in de weg zit.28 Door de be- subsidiariteit. Een misschien onvoorzien gevolg is dat moeilijn met de regionale en plaatselijke podium- toneelgezelschappen en orkesten nu tot in de uithoe- kunstvoorzieningen te continueren zal de regiefunctie ken van Nederland centraal worden gefinancierd en moeilijk tot ontwikkeling komen. door de Haagse Raad voor Cultuur inhoudelijk beoor- deeld. Dat leidt tot overbelasting van de rijksbureau- Verzelfstandiging versus verstatelijking cratie, terwijl er ook in cultuurpolitieke zin een pro- Privatisering van overheidsinstellingen was ook een bleem aan kleeft. Het gevaar is dat de regionale bed- opdracht die de kabinetten-Lubbers zich stelden. De ding voor dergelijke voorzieningen op de lange duur bedoeling was dat de rijksdienst zich waar mogelijk wegslijt. Waarom zouden de plaatselijke politici zich ontdeed van uitvoerende werkzaamheden om zich met verantwoordelijk voelen voor het orkest in hun stad als des te meer gezag en afstand te kunnen profileren in de het rijk er toch voor opdraait? Politieke en inhoude- al genoemde rol van regisseur van de ontwikkelingen lijke verantwoordelijkheid voor het ‘eigen’ orkest en in de culturele sector. De regietaak kon worden gema- toneelgezelschap kan de kwaliteit en bestuurlijke ze- terialiseerd met behulp van rationeel bepaalde subsi- kerheid van het cultuurbeleid in steden en regio’s doen diebedragen en van wet- en regelgeving als stuurme- toenemen, terwijl een strikte afbakening van taken die chanismen. Vanuit dat perspectief werden de rijksmu- uitdrukkelijk tot de rijksoverheid behoren, ook de sea begin jaren negentig verzelfstandigd; bij gebrek aan

26 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 27

eigen vermogen en dus blijvende afhankelijkheid van Amsterdamse gemeenteraad zou in dat contract geen subsidies werd het niet meer dan een zachte variant goede balans zijn tussen de belangen van het museum van privatiseren.29 Gebouwen en collecties bleven en die van de bank. Bijna was het zover dat pvda-wet- rijkseigendom. Feitelijk werd alleen het management houder Hannah Belliot de bank dwong vertrouwelijke verzelfstandigd, terwijl alle rijksgesubsidieerde musea stukken openbaar te maken. Deze discussie werd voor- ook nog onderworpen bleven aan de cultuurnota-pro- tijdig afgebroken, gelukkig ook nog vóórdat de spon- cedure. Doordat rijksoverheid en -musea na de verzelf- sor zich terugtrok. Inmiddels is, zonder dat er ooit standiging tot op heden in regelgeving en procedures werkelijk politieke standpunten zijn uitgewisseld, 12 met elkaar verstrengeld zijn, is er ook vanwege deze be- procent van de totale cultuurbudgetten (zo’n 30 mil- moeilijn tot op heden van de zo gewenste regietaak joen euro op jaarbasis – peiljaar 200131) afkomstig van nog weinig terecht gekomen. sponsorende bedrijven, een percentage dat naar ver- Een van de belangrijkste overwegingen voor de ver- wachting de komende tijd verder zal stijgen. zelfstandiging was de instellingen de mogelijkheid te Een cultuurvriendelijke variant van bestuurlijke geven particulier geld aan te trekken. Ze moesten als verzelfstandiging is fondsvorming, die in een aantal volwassen kinderen worden losgelaten om waar moge- sectoren (beeldende kunst, podiumkunst, artistieke lijk hun eigen weg te vinden. Daar was lang over ge- film) haar beslag kreeg. Dat gebeurde begin jaren ne- wikt en gewogen, maar toen de verzelfstandiging ook gentig. Het model van fondsen was geïnspireerd door werkelijk plaatsvond, waren sommige politici weer be- al langer bestaande fondsen, zoals het Fonds voor de vreesd voor aantasting van de artistieke vrijheid. In de Letteren en het Filmfonds. De discussie over de wense- gemeenteraad van Amsterdam laaide tegen 2000 een lijkheid van een fondsenstelsel gaat terug tot de jaren discussie op over sponsoring van het Stedelijk Mu- zeventig. Toen werden ze gezien als een mogelijkheid seum door autofabrikant Audi.30 De gemeenteraadsle- om op eenvoudige wijze gestalte te geven aan het idee den vonden de opstelling van de sponsor tegenover het van een democratisch mecenaat: een overheid stelt museum te overheersend. De discussie had een nood- geld beschikbaar waarmee kunstenaars in alle vrijheid lottig verloop omdat de politici het museum geen al- hun artistieke werk kunnen doen. De nieuwe fondsen ternatieve financiering konden bieden en de sponsor zijn echter in veel opzichten overheidsdiensten geble- afhaakte. In het voorjaar van 2005 keerde het onder- ven en worden bijgevolg regelmatig voorzien van be- werp terug toen er een contract was getekend tussen stuurlijke aanwijzingen en opdrachten. Ook hier is het museum en ABN Amro. Volgens leden van de een directe bemoeilijn tussen ministerie en fondsen

27 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 28

gehandhaafd. Blijkens haar nota Verschil maken is lingen in het cultuurbeleid zijn overwonnen. Want staatssecretaris Van der Laan in meer algemene zin niet waar kwam die 1 procent vandaan? Ooit, in de jaren voornemens bemoeilijnen door te knippen. Ze ver- zeventig, was dat een initiatief van de Communisti- klaart zich tegenstandster van het uit het ministerie sche Partij van Nederland. Zij wilde naar analogie van plaatsen van subsidiebeslissingen omdat ze dat vereen- de ontwikkelingshulp 1 procent van de rijksuitgaven zelvigt met het creëren van afstand tussen kunstinstel- besteden aan kunst en cultuur. Na een lange afwezig- lingen en politiek. Daardoor zou het cultuurbeleid heid op de politieke agenda werd het daarop terugge- ‘juist verder marginaliseren’.32 bracht door de lobbyisten van Kunsten ’92. Sindsdien kent het idee niet alleen aanhangers onder de vvd, Verbreding en versmalling: ontwikkelingen na 1994 maar ook onder de kleine linkse partijen, het cda en In 1994 trad het eerste paarse kabinet-Kok aan, waarin de pvda. Weliswaar is daarmee de politieke basis voor de voorheen politieke tegenstanders pvda en vvd dit idee aanzienlijk verbreed, maar deze is nog niet samenwerkten. De pvda had haar ideeën over de hecht, breed en stabiel genoeg om tot werkelijke resul- maakbare samenleving flink getemperd, terwijl de vvd taten te komen. Uitblijven van een tergend dichtbij steeds meer was gaan openstaan voor de gedachte dat gelegen resultaat moet worden verklaard uit de om- overheidssubsidies combineerbaar zijn met het markt- standigheid dat de politieke besluitvorming over de mechanisme als sturingsprincipe. Dat kan heel goed in middelen voor kunst en cultuur nog steeds niet (of: een duaal bestel waarin een non-profit compartiment steeds minder) rust op een coherente discussie over de en een commercieel compartiment vreedzaam samen- doelstellingen van kunst- en cultuurbeleid. gaan of elkaar zelfs versterken. Aldus kwam een paars Verbreding is er daarnaast in die zin dat de klassieke getinte cultuurpolitiek binnen bereik, steunend op een probleemvelden in het Nederlandse kunst- en cultuur- brede bestuurlijke coalitie en met een aanzienlijk actie- beleid ook elders in Europa de meeste aandacht opei- vere vvd. In 2005 zou deze partij (niet meer behorende sen. Van een sterkere uitwisseling van ervaringen op tot paars) zelfs tijdens haar congres voorstellen 1 pro- het Europese podium zou Nederland nog wel wat wij- cent van de rijksuitgaven voor kunst te bestemmen zer kunnen worden. Uit het prioriteitenoverzicht in (het actuele percentage ligt rond de 0,6). Hoewel het het cultuurbeleid van vrijwel alle Europese landen valt congres er niet mee akkoord ging en de vvd recent ook een relatief beperkt aantal constanten te destilleren.34 heel andere geluiden laat horen,33 illustreert het voor- Met de nodige variatie per land is het een zestal stel dat de oude partijgebonden ideologische tegenstel- clusters van aandachtspunten die inmiddels bekend in

28 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 29

de oren zullen klinken. In een groot aantal landen, gegroeid, maar naar sociale en geografische herkomst vooral Oost-Europese, is men doende een efficiënte is er nauwelijks verbreding. Door fragmentatie en spe- verdeling van verantwoordelijkheden over overheids- cialisatie neemt terzelfder tijd de impact van de argu- lagen te realiseren. Daarbij tekent zich onmiskenbaar mentatie af. Als gevolg van gebrek aan tegenspel van- een voorkeur af voor decentralisatie. Dat is vooral voor uit de politieke partijen maakt het debat ook geen vor- ex-communistische landen een mogelijkheid om het dering in de zin dat er diepte en vergezicht aan wordt machtsmonopolie van de centrale staatsbureaucratie te toegevoegd. Het cultuurdebat biedt mede daardoor breken. Vrijwel even urgent vindt men een goede wet- een versplinterde, vluchtige, weinig beklijvende, kort- en regelgeving ten gunste van de instandhouding en om machteloze aanblik. Politieke partijen laten zich al ontwikkeling van kunst en cultuur. Hiervoor is vooral te gretig voeden door wat er dagelijks aan opinies over aandacht onder de nieuwe leden van de eu in Midden- een veelheid aan detailzaken wordt rondgesproeid. Europa. Heel belangrijk vinden de politici en beleid- Omdat zij zelf nauwelijks de ruimte creëren voor de smakers het creëren van financiële zekerheid voor kun- vorming van eigen, overwogen, uitgebalanceerde stenaars en instellingen. Vergelijkbare prioriteit krijgt standpunten over cultuurbeleid, kunnen zij vrijwel het scheppen van waarborgen voor artistieke innova- niets inbrengen tegenover de voortspuitende opinie- tie, creativiteitsontwikkeling en kunsteducatie. Tegen- fontein, laat staan een systematisch uitwisseling van over deze instrumenten ter stimulering van culturele argumenten op gang brengen. De historicus Piet de ontwikkeling staat de zorg voor het cultureel erfgoed Rooy constateert dat Nederland rijk is voorzien van die in vrijwel elk Europees land om de nodige politie- columnisten, naar zijn mening een normaal en wense- ke steun vraagt, terwijl de roep om respect voor cultu- lijk verschijnsel in een democratie, maar wie zet al die rele diversiteit in dit werelddeel eveneens alom op- meningen en suggesties om in een politiek programma klinkt. dat klinkt als een klok? Zolang niemand daarin slaagt, De wijze waarop de discussie over de genoemde blijven rondzingende opinies weliswaar waardevol als onderwerpen verloopt, verschilt per land. In de jonge literaire uitingen, maar zijn zij niet meer dan een losse democratieën van Midden- en Oost-Europa gaat dat verzameling meningen die op elkaar voortborduren in vaak heel ordelijk en met het nodige ontzag voor auto- wat De Rooy een ‘ongeleid gesprek’ noemt.35 riteiten op een specifiek gebied. In de Nederlandse de- Toonbeeld van versmalling van het cultuurdebat is mocratie is het debat weliswaar uitgebreid en versterkt de discussie over multiculturaliteit. Tot aan de val van doordat het aantal culturele opiniemakers numeriek is het kabinet-Kok ii, voorjaar 2002, was er in de Tweede

29 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 30

Kamer een ruim draagvlak voor het stimuleren van In plaats van een ruim gesorteerd gesprek over de in- maatregelen ten gunste van culturele diversiteit. Dat houd van het cultuurbeleid is er nu een tamelijk geslo- draagvlak was er al in de jaren tachtig. Van de grote ten onderonsje over de afstemming van instrumenten, partijen kwamen het cda en de pvda destijds vanuit middelen en reguleringen, over de externe effecten van een eigen gedachtegang tot de conclusie dat migran- kunstsubsidie en over de gefaseerde realisatie van be- tengroepen de ruimte zouden moeten krijgen om de leidsvoornemens op deelgebieden. De blik is daarbij eigen artistieke en culturele identiteit te beleven en noodgedwongen naar binnen gericht. Dat is buiten te binnen de grenzen van de Nederlandse rechtsstaat ver- merken. Terwijl de procedures door de staatssecretaris der te ontwikkelen. In de nadagen van de ambtsperio- van Cultuur worden herschreven, ziet de minister van de van Van der Ploeg leidde dat nog tot een veelbelo- Verkeer haar kans schoon het door menig columnist vend beleidsprogramma: het bevorderen van cultureel betreurde taalbouwsel ‘I love afstand houden’ boven contact tussen groepen nieuwe Nederlanders en ar- Nederlandse snelwegen op te hangen.37 Hier had haar tistieke geestverwanten in het land van herkomst. ambtgenote van cultuur uit oogpunt van de culturele Hiermee werd een dynamische culturele en artistieke regietaak op de rem moeten trappen. component in de meer algemene discussie over multi- culturaliteit gebracht.36 Veelbetekenend is dat na het Drie stappen aantreden van de kabinetten onder leiding van Bal- Fortuyn heeft ook na 2002 zijn stempel op de politiek kenende de bewindspersoon van cultuur – anders dan gedrukt, maar in het cultuurbeleid zijn radicale veran- het overwegen van subsidie-instrumenten ten behoeve deringen uitgebleven. Sterker nog: de lpf heeft haar van interculturaliteit – geen rol van betekenis speelt in culturele programmapunten aan de vigerende canon de openbare discussie over het brandende vraagstuk aangepast. In het partijprogramma van 2003 laat de van de multiculturaliteit in Nederland, zo prominent partij weten kunst en cultuur dichter bij de mensen te aanwezig op de politieke agenda sinds ‘Fortuyn’. Dat willen brengen: ‘Niet door cultuur bij mensen op te is jammer, want juist de toegevoegde artistieke en cul- dringen, maar wel door drempels te verlagen en ervoor turele talenten die Nederland via een multicultureel te zorgen dat mensen beter op de hoogte worden ge- perspectief verrijken, kunnen in het politieke debat bracht van het aanbod.’ Ook bij de lpf vinden we de zorgen voor een tegenwicht ten opzichte van de eis van nodige detaillering: eigen initiatieven als de jaarlijkse integratie en assimilatie die dat debat momenteel do- verkiezing van de culturele hoofdstad van Nederland mineert. en de cultuurschool van Nederland. Daarnaast is er

30 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 31

het voorstel te komen tot een tienrittencultuurkaart de bestuurders zoveel speelruimte hebben, zijn zij eens voor schoolverlaters en tot één ticketlijn voor alle cul- te meer zélf verantwoordelijk voor de gevolgen van het tuur in Nederland. Voorts is er instemming met al lan- beleid dat zij met betrekking tot kunst en cultuur uit- ger lopende projecten als ‘Kunstenaars in de klas’ en zetten. cultureel beleggen.38 Na een enkel jaar van revolte har- Radicale veranderingen zijn niet nodig, hoogdra- monieert de cultuurparagraaf van de lpf qua pragma- vende woorden over de cultuurpolitiek hoeven niet tiek, versnippering en uitwisselbaarheid nu keurig met worden gesproken, maar een drietal stappen moet die van de meeste andere politieke partijen. worden gezet om de kwaliteit van het kunst- en cul- Dit illustreert hoe weinig politici zich feitelijk (hoe- tuurbeleid binnen een termijn van enkele jaren te ver- ven) aan (te) trekken van wat de bevolking vindt van beteren. De eerste stap betreft de opwaardering van de kunst en cultuur. Politieke bestuurders hebben zich la- positie van kunst en cultuur in het openbaar bestuur. ten aanspreken op de lange wachtlijsten bij ziekenhui- Om de verantwoordelijkheid voor het culturele leven zen en de allochtonenproblematiek in achterstands- in Nederland niet uit de weg te gaan en het belang van wijken. Maar het politiek bestuur wordt nauwelijks of kunst en cultuur naar hun werkelijke betekenis te eigenlijk helemaal niet gecorrigeerd door massaal geui- schatten, moet de volgende kabinetsformateur ze cen- te culturele onlusten, of door het doortastend optre- traler in het openbaar bestuur verankeren. De partij den van brede, professioneel geleide consumentenbe- die de bewindspersoon voor cultuur levert, moet liefst langengroepen. Correcties komen ook steeds minder een grote partij zijn met wijdvertakte maatschappe- vanuit de eigen politieke partij. Door gebrek aan wel- lijke wortels, een partij ook die denkkracht wil investe- luidende weerklank vanuit politiek en samenleving ren in de combinatie van kunst, cultuur en beleid. Na hebben politieke bestuurders een zekere vrijheid bij de formatie zal de desbetreffende partij tevens met an- het nemen van beslissingen, het doen van voorstellen dere (grote, c.q. regerende) partijen moeten overleggen en het ontwikkelen van het beleid. Als er wordt gecor- over een nationaal zorgpakket voor kunst en cultuur rigeerd, gebeurt dat meestal tijdens begrotingsdebat- waarin de bruikbare programelementen van de afzon- ten door leden van de Tweede Kamer: kunstspecia- derlijke partijen in een duidelijk gestructureerd pro- listen of fractievoorzitters die ‘hun’ bewindspersonen gramma worden gecombineerd. Een centrale plek met de nodige standpunten tegemoettreden. Of deze voor kunst en cultuur vormt een zekere compensatie standpunten ook breed worden gedragen in politiek voor de omstandigheid dat zij door hun aard nu een- en samenleving, blijft vaak in het ongewisse. Omdat maal een beperkt maatschappelijk draagvlak hebben.

31 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 32

Dat maakt hen kwetsbaar en afhankelijk van een be- worden: het bereiken van een reële werkverhouding schermende en stimulerende overheid. Het is een on- tussen de Raad voor Cultuur en het ministerie. weerlegbaar feit dat het budget voor kunst en cultuur Het is met andere woorden de hoogste tijd voor een in de non-profitsector voor 85 procent van overheden politiek leider die met gezag over kunst en cultuur gaat afkomstig is.39 Dat gegeven belast de politici met de waken en er mede op toeziet dat het kabinet zich ook opdracht om een stabiele financiële basis onder het zelf houdt aan wat het de bevolking aan culturele en cultuurbestel te leggen. Is die basis eenmaal gelegd, artistieke waarden wil voorspiegelen.Wil een derge- dan wordt het mogelijk het cultuurdebat meer inhou- lijke leider als rustgevend schutspatroon van artistieke delijk te voeren. en culturele waarden fungeren en tegelijk maatschap- De bewindspersoon – tweede stap – zal ook nog een pelijke aandacht en respect voor kunst en cultuur ge- ervaren bestuurder moeten zijn, in staat om de over- nereren, dan zou dat een minister moeten zijn, liever heidsrol betreffende de cultuur alsnog om te vormen dan een staatssecretaris. van uitvoerder naar regisseur. Een zware manager ook, Vanuit de permanente botsing van belangen, stand- die in staat is voor de kunsten een licht bestuursmodel punten en meningen moet de minister tot een eigen te maken. Veel beheersmacht zal moeten worden los- gezaghebbende, overtuigende cultuurpolitieke visie gelaten om bestuurskracht te kunnen ontwikkelen. komen, de derde stap. In die visie zouden kunst en Nu is het overheidsoptreden aan de ene kant overheer- cultuur moeten fungeren als de belangrijkste arena’s send als het gaat om regelgeving en administratie van voor de overdracht van menselijke waarden. Wat dat subsidies en tegelijk aan de andere kant te weifelend betreft kan het humanistisch ideaal nog inspireren: het als het gaat om grote lijnen en verbanden. Het mi- gaat er uiteindelijk om dat kunst en cultuur bij uitstek nisterie wordt momenteel veel te veel in beslag geno- levenssferen zijn waarop de mens ‘het hogere in zich men door het beredderen van allerlei eigener beweging kan ontwikkelen’.40 Vervolgens dient de waarde van gestarte actieprogramma’s die tot de vaste inventaris het cultuurgoed waar mogelijk verbonden te worden van de bestuursdienst zijn gaan behoren. Langs de lij- met de verschillende maatschappelijke contexten, zo- nen van verzelfstandiging, functionele en territoriale als de omroep, het onderwijs, de jeugdzorg, de markt- decentralisatie kan de centrale bureaucratie worden sector, het maatschappelijk middenveld, de multicul- ontlast. Pas nadat de oneigenlijke taken zijn uitge- turele samenleving. Beleid in de breedte, in de ver- plaatst, kan de regietaak met succes ter hand worden schillende ruimtelijke contexten die vragen om een genomen. En wat misschien wel het eerst gedaan moet artistieke of culturele dimensie, is al voor een deel ge-

32 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 33

realiseerd. Beleid in een tijdsperspectief zoals dat er is kunst- en cultuurbeleid. Kleine stapjes voor de Neder- in de economie en de ruimtelijke ordening, is op het landse politiek. Of binnen Haagse dimensies toch een terrein van cultuur nog nauwelijks ontwikkeld.41 radicale omwenteling? Goed bestuur, financiële stabiliteit en een overtui- gende visie scheppen de voorwaarden voor een beter

noten

1 Met dank aan Frans Becker, Ingrid Janssen, André Nuchelmans 11 Een interessante constatering, want juist in zijn culturele profiel en Jolien Schuerveld voor commentaar op een eerdere versie en zijn opdracht tot ‘zelfverheffing’ toont het humanisme zijn van dit artikel. sterkste kant, en het is ook een stroming met stevig vertakte in- 2 I. McEwan, Zaterdag, Amsterdam 2005, p. 92. tellectuele en artistieke Europese wortels. Vgl. M. Boogaarts, 3 In de woorden van politiek journalist R. van den Brink, In de ‘Verzuild particulier initiatief. Dr. J.J. Gielen, minister van ok greep van de angst. De Europese sociaal-democratie en het rechts- en w in het eerste kabinet-Beel (3 juli 1946-7 augustus 1948)’, populisme, Antwerpen/Amsterdam 2005, p. 265. in: Boekmancahier, kwartaalschrift over kunst onderzoek en be- 4 J. de Vries en S. van der Lubben, Een onderbroken evenwicht in leid, 11 (maart 1992), p. 38. de Nederlandse politiek. Paars II en de revolte van Fortuyn, Am- 12 Den Uyl liet zich inspireren door de ideeën van de Canadese sterdam 2005, p. 147-148. econoom John Kenneth Galbraith. Zie ook: 5 Wel bood hij de Tweede Kamer op 9 april 2003 een brochure ter http://aurora.icaap.org/talks/galbraith.htm. kennisname aan met als titel ‘Geven om/aan Cultuur’. In een 13 P. Kalma, ‘Het revisionisme van J.M. den Uyl’, in: Socialisme & aanbiedingsbrief sprak hij de overtuiging uit dat kunst en cul- Democratie, 12 (1997) 12, p. 519. tuur niet in de eerste plaats de overheid aangaan, maar iedereen 14 F.J.P.M. Hoefnagel, Cultuurpolitiek: het mogen en moeten, Den (brief ocw, kenmerk acb/2003/14619). Haag 1992, p. 68. 6 Vgl de omroepnota Met het oog op morgen, voorjaar 2005, 15 Te weten Kunst en Kunstbeleid, Toneelbeleid, Orkestenbestel en downloadable via www.minocw.nl. Museumbeleid. 7 De Volkskrant, 4 oktober 2004. 16 Zie ook het commentaar op partijprogramma’s uit 1986 van de 8 J. Voeten (red.), Een Nederlands wonder. 50 jaar Holland hand van Huub de Graaf, in: Boekmankrant over kunst- en cul- Festival, Zutphen 1997. tuurbeleid, verschenen ter gelegenheid van de Tweede-Kamer- 9 H. van Dulken, ‘De cultuurpolitieke opvattingen van prof. dr. verkiezingen 1986, p. 21. G. van der Leeuw (1890-1950)’, in: Kunst en beleid in Nederland, 17 Hoefnagel, p. 105. Amsterdam 1985, p. 81-162. 18 Vgl. J. de Beus, Ruil zonder zuil. De Nederlandse consensus- 10 W. Hofstee, ‘Actieve cultuurpolitiek, nu. Prof. Dr. G.J. van der democratie in het laatste kwart van de twintigste eeuw, Leeuw, minister van ok en w in het kabinet- Den Haag 1999. Schermerhorn/Drees (24 juni 1945-3 juli 1946)’, in: Boekmanca- 19 Zelfs zeer nauw aan de overheid gelieerde instellingen, zoals de hier, kwartaalschrift over kunst, onderzoek en beleid, 11 (maart fondsen, zijn lid van Kunsten ’92, de belangrijkste lobbyvereni- 1992), p. 35. ging van verder privaatrechtelijke maar gesubsidieerde instellin-

33 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 34

gen. Veel lobby’s worden overigens door afzonderlijke kunstin- 30 Het Stedelijk Museum was destijds nog niet verzelfstandigd, stelling op gang gebracht. Zie voor een beschrijving van de re- maar dit incident heeft niemand ervan weerhouden om dat la- cente lobby rondom Museum Hermitage aan de Amstel: Het ter alsnog te doen. Parool, 30 september 2005. 31 C. Smithuijsen, ‘Van de slagroom en de taart’, in: I. Janssen 20 E. Boekman, Overheid en kunst in Nederland, Amsterdam 1989 (red.), Bedrijvige musea. Private betrokkenheid in de praktijk, [1939], p. 214. Amsterdam 2003, p. 125-127. 21 Inhoudelijk maakte Brinkman vooral naam met zijn weigering 32 Verschil maken, p. 6. Hugo Brandt Corstius de van staatswege ingestelde P.C. Hooft- 33 Al eerder werden Stef Blok en Jan Rijpstra ten tonele gevoerd. prijs te verlenen. Ook hier kon een procedurele oplossing meer Kortgeleden maakte voormalig staatssecretaris uitkomst bieden dan een politiek vastlopend debat: de P.C. haar debuut als specialist kunst en cultuur voor de vvd met de Hooftprijs werd verzelfstandigd. mededeling dat wat haar betreft de Raad voor Cultuur kan wor- 22 H. van Dulken, Sanering van de subsidiëring. Overheidsbemoeie- den opgeheven. nis met monumentenzorg, film en toneel vanaf de jaren zestig, 34 Beschikbaar op www.culturalpolicies.net. Amsterdam 2002. 35 De Rooy bedoelt hier vooral het debat over integratie, maar 23 De ‘woestijnwet’ bepaalde dat er per departementale eenheid ook op vele andere terreinen is het debat ongeleid. Zie: P. de maar één enkele adviesraad mocht bestaan. Rooy en H. te Velde, Met Kok. Over veranderend Nederland, 24 De geciteerde tekst is afkomstig van de Raad voor Cultuur. Zie: Amsterdam 2005, p. 198. C. Smithuijsen en I.C. van der Vlies (red.), Gepaste Afstand. De 36 Zie voor het Nederlands kunstbeleid in relatie met herkomst- ‘cultuurnotaprocedure’ tussen de kunst, het recht en het openbaar landen van migranten: Ö. Gölpinar en C. Smithuijsen (red.), bestuur, Den Haag/Amsterdam 2004, p. 84. Boekmancahier, kwartaalschrift voor kunst, onderzoek en beleid, 25 Verschil maken. Herijking cultuurnotasystematiek, nota van de 53 (september 2002). staatssecretaris van Cultuur en Media, september 2005, down- 37 Vlak na het verschijnen van de bewuste tekst besteedden Maria loadable via www.minocw.nl. Goos en Gerrit Komrij hun columns in de Volkskrant resp. 26 Zo blijkt uit: R. Pots, Cultuur, koningen en democraten. Over- NRC Handelsblad aan wat zij op de snelweg waarnamen. heid & cultuur in Nederland, Nijmegen 2000, p. 367-408. 38 Vgl: http://www.lijstpimfortuyn.nl/partijprogramma/ 27 Overigens voltrok die centralisatie zich destijds verre van vlek- lpf_verkiezingen2003.htm. keloos. Brinkman zei daar later over: ‘Het is nu eenmaal zo ge- 39 C. Smithuijsen, ‘Een schilderij uit de loterij. Over de financie- beurd. Het is in ieder geval niet de uitkomst van diepgravende ring van cultuur uit de opbrengst van de goededoelenloterijen’, cultuurpolitieke overwegingen.’ Zie: H. van Dulken, R. Pots en in: Boekman. Tijdschrift voor kunst, cultuur en beleid, 62 (winter C. Smithuijsen (red.) Boekmanmagazine: Cultuur, kunst en po- 2005), p. 92. litiek. Cultuur in alle staten, Amsterdam 1987, p. 79. 40 J. Goudsblom, Nihilisme en cultuur, Amsterdam 1977, p. 59. 28 De lijn van staatssecretaris Van der Laan volgend zou een cen- 41 Er zijn wel toekomstverkenningen ondernomen buiten ocw trale regie over het bibliotheekstelsel (bibliotheken vallen onder om. Zie: A. van der Broek en J. de Haan, Cultuur tussen compe- gemeenten en provincies) onmogelijk zijn. Die mening is zeker tentie en competitie. Contouren van het cultuurbereik in 2030, niet iedereen toegedaan. Amsterdam/Den Haag 2000; H. Langeveld, Kunst op termijn. 29 Op zich is het verzelfstandigingsmodel adequaat doorgevoerd, Toekomstscenario’s voor cultuurbeleid, Amsterdam/Den Haag maar er ging op details zoveel mis dat de onderhandelingsstrijd 2000; I. Janssen (red.), A portrait of the artist in 2015. Artistic tussen ocw en de Vereniging Rijksgesubsidieerde Musea tot op careers and higherarts education in Europe, Amsterdam 2004. heden voortduurt.

34 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 35

Overige geraadpleegde literatuur

F. van den Burg en H. van Dulken (red.), Jan Kassies 1920-1995. Tus- C. van Praag en W. Uitterhoeve, Een kwarteeuw sociale verandering sen politiek en cultuur, Amsterdam 1996. in Nederland. De kerngegevens uit het Sociaal en Cultureel Rap- I. Lipschits, Verkiezingsprogramma’s, bijeengebracht door het Docu- port 1998, Nijmegen 1999. mentatiecentrum Nederlandse Politieke Partijen, met register, Den Haag 1989, 1998.

35 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 36 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 37

Op weg naar het einde van onze cultuur Sociaal-democratie in de moderne tijd

Hans Blokland Aan Jan en Inge, tweelingbrigade

Moderne sociaal-democratische leiders hebben be- en esthetisch ontwikkelingsproces naar een vaststaand langstelling voor cultuur zolang deze een bijdrage le- ideaal: men heeft een beeld van menselijke perfectie vert aan het binden van degenen die hierin werkelijk voor ogen en cultuur is de mate waarin de werkelijk- zijn geïnteresseerd. Dit is te betreuren omdat de kern heid hieraan beantwoordt. Gedurende de renaissance van de sociaal-democratie bestaat uit een cultuurpoli- kwam dit cultuurideaal opnieuw in de belangstelling, tieke visie en missie. Omdat deze visie en missie wor- een belangstelling die de synoniemen ‘beschaving’ en den genegeerd, bevindt de sociaal-democratie zich ‘civilisatie’ voortbracht. Het kreeg voorts een dyna- reeds enige decennia op dood spoor. Hierin onder- misch karakter: als consequentie van zijn geloof in een scheidt ze zich overigens niet van andere hedendaagse kenbare kosmische orde was voor Plato het ideaal be- politieke stromingen. paald; later wenste men slechts een ordinaal ontwikke- lingsproces zonder vaststaand eindpunt te onder- Bijna alle discussies over cultuurpolitiek ontaarden in scheiden. een spraakverwarring omdat de deelnemers veelal ver- De tweede dimensie hangt nauw met de eerste sa- schillende zaken in hun hoofd blijken te hebben bij de men. Cultuur is ‘geobjectiveerde geest’: zij bestaat uit concepten ‘cultuur’ en ‘politiek’ en zij zelden de moei- intellectuele en vooral creatieve topprestaties die (op te nemen hun onderstellingen dienaangaande te ex- materiële wijze) door middel van boeken, schilderijen, pliciteren. Aan het begrip ‘cultuur’ zijn in de loop der beeldhouwwerken etcetera aan het nageslacht doorge- tijden verschillende betekenissen toegekend. Drie geven kunnen worden. Hier valt natuurlijk met name hiervan zijn nog steeds aan het tegenwoordige cultuur- te denken aan kunst, literatuur en wetenschap. In de begrip verbonden.1 De eerste betekenis is waarderend kunsten en de letteren worden fundamentele waarden, en valt terug te voeren tot op het Griekse opvoedings- idealen, ideeën, opvattingen op een esthetische wijze ideaal van onder anderen Plato. Met het woord cul- uitgedrukt en doorgegeven. Niet alleen de boodschap, tuur wordt gerefereerd aan een intellectueel, spiritueel maar zeker ook de vorm doet ertoe.

37 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 38

De derde en laatste dimensie is afkomstig uit de soci- ook een beschaving is. Een beschaving kan haar wil aal-culturele wetenschappen, met name de culturele haar grondleggende idealen te realiseren uitputten of antropologie: cultuur is de manier van leven van een kwijtraken en daarmee vervallen tot een dode cultuur. bepaalde groep mensen in een bepaalde tijdspanne. Men kan betogen dat dit in onze jaren gebeurt met de ‘Cultuur’ is hier niet langer een waarderende, maar een westerse marktdemocratieën: hun eens bevrijdende neutrale, beschrijvende term. Dit cultuurbegrip hangt cultuur is een zielloze herhaling van zetten geworden nauw samen met het sinds het einde van de negentien- die mensen niet meer brengt wat ze ooit hoopten te de eeuw in de wetenschap – en later ook daarbuiten – bereiken.2 Alle kunst is verder ook cultuur in beschrij- populair geworden cultuur- of waarderelativisme. Es- vende zin. Nochtans achten velen niet alle cultuur sentie van dit relativisme is de overtuiging dat het on- kunst. Zij die dit wel doen, zullen echter doorgaans mogelijk is onomstotelijk, dat wil zeggen ‘wetenschap- wel toegeven dat veel culturele verschijnselen een spe- pelijk’ aan te tonen dat een bepaalde waarde of cultuur cifieke artistieke dimensie bezitten. ‘juist’ of ‘waardevol’ is en dat daarom alle waarden re- Ook de term ‘politiek’ kent diverse betekenissen. latief, ja zelfs boven kritiek verheven zijn. Het woord Net als in het geval van het begrip ‘cultuur’ gaat het cultuur kan derhalve niet meer duiden op een ideaal, hier om een ‘essentieel betwist concept’,3 waarover ein- het kan slechts een uitputtende beschrijving bieden deloos kan worden gedebatteerd, daar deze betekenis van het leven van een groep mensen. De kunsten zijn onvermijdelijk in het kader van een specifiek wereld- hiervan een onderdeel. Tot de kunsten kunnen wij beeld wordt verleend. Wereldbeelden zijn onontkoom- slechts die verschijnselen rekenen die door een speci- baar gebaseerd op metafysische, epistemologische en fieke groep mensen als zodanig worden gekwalificeerd. ethische veronderstellingen die altijd aanvechtbaar zijn. Er zijn geen redenen aan te geven waarom wij de kwa- Bijgevolg zijn tevens de betekenissen van de desbetref- lificatie van de ene groep zouden moeten prefereren fende concepten onderwerp van een nimmer eindi- boven die van een andere. gend, maar daarmee beslist niet zinloos debat. Harde scheidingen tussen de drie dimensies zijn Politiek kan men allereerst binnen een liberaal, na- niet te maken. Het gaat om hetzelfde spectrum. De turalistisch wereldbeeld definiëren.4 Men gaat ervan opvattingen over de scheidslijnen variëren ook in de uit dat er geen kenbare kosmos is die ons laatste waar- tijd. Iedere beschaving is uiteraard een cultuur in soci- heden aanreikt op basis waarvan wij ons leven en ons ologische zin. Vanuit een normatieve cultuurpolitieke samenleven moeten inrichten. In ons bestaan worden visie kan men zich echter afvragen of iedere cultuur wij geconfronteerd met een grote pluriformiteit aan

38 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 39

voortdurend strijdende waarden, die onmogelijk in maatschappij. Politiek verwijst historisch naar wat een hiërarchisch systeem geordend kunnen worden. mensen bindt en gezamenlijk nastreven. Naast een De mogelijkheden een zinvolle, in consensus eindi- nooit eindigende strijd om schaarse middelen kan de gende discussie over waarden te voeren, worden bo- politiek een poging zijn om gezamenlijk het beste van vendien doorgaans als tamelijk beperkt ingeschat: de onszelf te maken. Democratie kan ook een uitdruk- betrokkenen onderschrijven in meer of mindere mate king zijn van gemeenschap, die via democratische par- het waarderelativisme. Mensen en groepen hebben ticipatie of overleg levend moet worden gehouden. Via vooral (meestal slecht begrepen) belangen. Deze bot- deze participatie kunnen burgers hun persoonlijke, al- sen voortdurend en om te voorkomen dat deze botsin- tijd beperkte horizon verbreden, publieke waarden en gen op geweld en chaos uitlopen, zijn er politieke be- verantwoordelijkheden ontdekken en samen met an- sluitprocedures geschapen. Politiek is de voortzetting deren een definitie van het algemeen belang formule- van de maatschappelijke belangenstrijd met vreedza- ren. Politiek, kortom, bestaat niet alleen uit conflicten, me middelen.5 Het belang van de politieke structuren maar tevens uit coöperatie, uit het scheppen van een die op basis van de naturalistische conceptie zijn ge- goede samenleving waarin het goede leven gerealiseerd schapen, kan niet worden overschat. Dit zeker niet in kan worden. En anders dan binnen de naturalistische een tijd waarin de culturele eigenheid door sommige conceptie bestaat politieke vrijheid niet alleen uit de in het nauw gebrachte groepen als nimmer tevoren afwezigheid van statelijke interventies in het privédo- wordt beleefd en uitgedragen. mein, maar tevens uit de mogelijkheid om gezamen- Tegenover de naturalistische conceptie staat een lijk met anderen, met wie men een gemeenschap meer communitaristische opvatting van politiek, een vormt, betekenis en richting te verlenen aan het samen opvatting die vooral in socialistische en radicaal leven en invloed uit te oefenen op de maatschappelijke christelijke kringen wordt aangehangen. Het bestaan- ontwikkelingen. de ethisch pluralisme brengt weliswaar een voortdu- Een systeem dat niet meer heeft te bieden dan het rende botsing tussen waarden met zich mee, maar dit verdelen van de schaarste en het defensief reageren op impliceert allesbehalve dat al deze waarden particula- maatschappelijke problemen, vervreemdt zich uitein- ristisch van aard zijn of dat er geen mogelijkheid be- delijk van zijn burgers. Juist dit vormt mijns inziens de staat tot politieke activiteiten, die zijn gericht op de re- kern van de grote en nog altijd groeiende desinteresse alisatie van een beredeneerd algemeen belang of van in en het cynisme over de politiek, die in alle marktde- een verreikend ideaal van een goed leven in een goede mocratieën waarneembaar zijn.6

39 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 40

Combineert men nu de concepten cultuur en politiek binnen de eerste cultuurpolitieke conceptie. Hetzelfde tot ‘cultuurpolitiek’, dan resulteert dit in een term die geldt wanneer men cultuurpolitiek van betrekking op twee dimensies in betekenis kan variëren: één di- acht op cultuur in de zin van ‘beschaving’, een norma- mensie reikt van cultuur in normatieve zin tot cultuur tieve opvatting over het goede leven in een goede in sociologische of antropologische zin. ‘Kunst’ acht maatschappij. men hierbij doorgaans een afgeleide van de eerste con- ceptie. Sommigen echter, en hun aantal groeit, achten Het socialisme als cultuurpolitiek antwoord op de dit veel te normatief en elitair. Zij zien kunst als niet modernisering meer dan een sociologisch verschijnsel. De andere di- Hoe verhoudt zich nu het democratisch socialisme tot mensie reikt van politiek als de beslechting van belan- cultuurpolitiek? genconflicten tot politiek als communitaristisch ide- Het socialisme is zowel een verzet tegen als een om- aal. Cultuur- of kunstpolitiek kan dus gewoon gaan arming van de modernisering van de samenleving die om het verdelen van de beschikbare overheidskoek ten tijde van de Verlichting in een versnelling geraakte. over de gegadigde kunstenaars en kunstinstellingen, Modernisering kan met drie termen worden geduid: een verdeling die de betrokkenen met alle mogelijke differentiëring, individualisering en rationalisering.8 middelen trachten te beïnvloeden. Politiek is ‘wie Differentiëring betekent dat een toenemend aantal krijgt wat en hoe’ en kunst is een allerindividueelste menselijke activiteiten wordt georganiseerd in gespeci- uiting van allerindividueelste emoties, zonder verder aliseerde verbanden. Hierdoor groeien de maatschap- maatschappelijk belang. Kijkt men naar de gedragin- pelijke complexiteit, alsmede, enerzijds, de onderlinge gen van de direct belanghebbenden in Nederland, dan functionele afhankelijkheden en, anderzijds, de zelf- lijkt deze opvatting van cultuurpolitiek vandaag een standigheid binnen de onderscheiden verbanden. brede aanhang te genieten.7 Het proces van individualisering hangt hiermee Het onderwerp van cultuurpolitiek kan ook zijn de deels samen: mensen ontlenen hun identiteit aan een in esthetische vorm gegoten uitdrukkingen van steeds grotere diversiteit aan verbanden. Hun iden- waarden en idealen, waarden en idealen die reeds titeit wordt daarmee, naar het lijkt, steeds unieker, binnen een gemeenschap leven of die deze gemeen- maar ook abstracter. De omvang, diversiteit en com- schap de weg wijzen naar een beter bestaan. Het plexiteit van het rolrepertoire van mensen groeien, spreekt voor zich dat men met deze invalshoek een an- maar dit repertoire verleent hun in afnemende mate dersoortige cultuurpolitieke discussie krijgt dan een constante, vastomlijnde, samenhangende en van-

40 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 41

zelfsprekende identiteit. Individuen kunnen mede tieel rationeel wanneer hij een minimaal inzicht heeft daarom op het idee komen dat zij unieke, autonome in de op elkaar betrokken gebeurtenissen waaruit deze persoonlijkheden zijn, die het leven in eigen hand situatie bestaat en wanneer hij op basis van een door- hebben en die, onafhankelijk van de cultuur van een dachte afweging van de voor deze situatie relevante specifieke groep, de eigen waarden, doeleinden en waarden tot eigen oordelen en keuzen komt. De ver- identiteit definiëren. Als gevolg hiervan gaan zij vooral mogens tot substantieel rationeel denken en tot auto- persoonlijke en veel minder gemeenschappelijke doel- nomie hangen dus nauw samen. einden nastreven. Bovendien bevechten zij een steeds Een gevolg van het proces van rationalisering is dat grotere negatieve vrijheid, het privédomein waar- mensen steeds meer gevangen lijken in ‘ijzeren binnen men, ongestoord door anderen, dat kan doen kooien’11 van bureaucratieën en markten. Deze door of zijn wat in zijn vermogen ligt. Men wordt ‘mondig’. functionele rationaliteit beheerste systemen dringen In de opvatting van zowel conservatieven als socia- mensen keuzes en realiteiten op, die zij steeds minder listen impliceren een afneming van de verbondenheid kunnen ontlopen en die zij steeds minder machtig zijn met groepen en een toeneming van de negatieve vrij- ter discussie te stellen. Denken buiten ‘het systeem’ heid echter geenszins een evenredige toeneming van wordt een schier onmogelijke opdracht. De individua- de individuele positieve vrijheid of autonomie, het lisering, de differentiëring en de vervaging van gedeel- vermogen om op basis van zelfgekozen waarden de substantiële rationaliteiten hebben bovendien tot meester over het eigen leven te zijn. Dit proces van gevolg dat burgers zich steeds moeilijker met elkaar en onthechting en verzelfstandiging kan juist de ontwik- met een algemeen belang kunnen identificeren. Bijge- keling van het vermogen tot autonomie frustreren.9 volg ontbreken de gemeenschappelijke concepties van Rationalisering, tot slot, betekent een toeneming in het goede leven en de goede samenleving, die aan de steeds meer levenssferen van het belang van de functi- basis liggen van gezamenlijk politiek handelen om de onele rationaliteit 10 en een, niet logisch hiermee ver- samenleving vorm te geven.12 bonden, afneming van het belang van de substantiële Het socialisme deelt allereerst de nadruk van de li- rationaliteit. Van functionele rationaliteit is sprake berale verlichtingsdenkers op de rechten en de vrijhe- wanneer een serie van handelingen op een dusdanige den van het individu en hun kritiek op door traditie, wijze is georganiseerd dat zij met zo weinig mogelijk geloof en macht gestutte hiërarchieën en privileges die kosten leidt tot een vooraf gedefinieerd doel. Daaren- de uitoefening van deze rechten en vrijheden belem- tegen handelt iemand in een bepaalde situatie substan- meren. Uniek voor socialisten is het besef dat anonie-

41 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 42

me maatschappelijke structuren en processen – men had. Socialisten verzetten zich tegen individualisering denke met name aan structuren en processen die met wanneer dit louter gedefinieerd dreigt te worden als de economische markt samenhangen – de rechten en een toeneming van negatieve vrijheid en zij verzetten vrijheden van individuen niet minder in gevaar kun- zich tegen differentiëring en individualisering wanneer nen brengen als direct aanwijsbare actoren als staten, deze processen vooral leiden tot een kille contractsa- organisaties en personen. Met de conservatieve, ro- menleving van naamlozen waarin het vermogen tot mantische critici van de Verlichting deelt het socia- positieve vrijheid nauwelijks tot ontwikkeling kan ko- lisme daarnaast de kritiek op de abstracte conceptie men. van het individu van de verlichtingsdenkers. Individu- Het socialisme is dus in de eerste plaats een cultuur- en worden weliswaar geboren met bepaalde talenten, politiek ideaal waarin een visie op het goede leven en maar ontwikkelen deze pas in het kader van door ge- de goede samenleving wordt gepresenteerd die de door meenschappen gedragen culturen. Dit laatste geldt modernisering bepaalde realiteit overstijgt. Het heeft evenzeer voor hun voorkeuren en behoeften. een normatieve opvatting van cultuur en een commu- Hiermee samenhangend onderschrijft het socia- nitaristische opvatting van politiek. De kern van het lisme veel van de conservatieve bezwaren tegen proces- socialistische cultuurpolitieke ideaal is natuurlijk niet sen van individualisering, differentiëring en rationali- ‘fatsoen’,13 maar positieve vrijheid. Individuele positie- sering die niet langer worden gebreideld door traditie, ve vrijheid is het vermogen en de mogelijkheid op ba- cultuur en politiek. In zekere zin vormt de poging om sis van een afdoende kennis van de beschikbare alter- processen van modernisering te beheersen zelfs de be- natieven het eigen leven weloverwogen richting en be- staansreden van het socialisme. Het socialisme was en tekenis te verlenen. Politieke positieve vrijheid is het is een protest tegen een samenleving die vooral op vermogen en de mogelijkheid van burgers om geza- functioneel-rationele wijze is georganiseerd en was en menlijk inhoud en richting te geven aan hun samenle- is een poging hier een substantieel-rationeel alternatief ving en daarmee aan het eigen bestaan. Socialisten tegenover te stellen. Socialisten proberen van oudsher hechten waarde aan gelijkheid vanuit de overtuiging tegenwicht te bieden aan anonieme, zich steeds meer dat eenieder in principe het vermogen tot positieve verbreidende, functioneel-rationele structuren van vrijheid bezit of kan ontwikkelen en vanuit de weten- markt en bureaucratie die individuen en groepen tot schap dat maatschappelijke ongelijkheid de ontwikke- keuzes dwingen die zij mogelijk niet hadden gemaakt ling en de uitoefening van dit vermogen ernstig kan wanneer zij een werkelijke keuzevrijheid hadden ge- belemmeren. Een samenleving die grove maatschappe-

42 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 43

lijke ongelijkheid tolereert, is daarom onfatsoenlijk gestimuleerd door schrijvers en kunstenaars. Bescha- omdat zij het vermogen tot vrijheid van individuen ving, het streven naar een beeld van perfectie of kwa- ontkent. liteit, valt niet alleen te onderscheiden binnen het be- Deze kernwaarden van vrijheid en gelijkheid en, perkte gebied van de traditionele burgerlijke cultuur, waarom ook niet, ‘fatsoen’ hebben het socialisme van maar ook met betrekking tot consumptiegoederen, oudsher geïnspireerd. De gedachte dat zij in de ‘mo- stedenbouw, ruimtelijke ordening, arbeidsomstandig- derne tijd’ plotseling zijn verouderd, is simpelweg een heden, tijdsbesteding, onderwijs, media, sociale wet- kennistheoretisch misverstand.14 Niettemin is ook het geving etcetera.15 Om het onderwerp hanteerbaar te socialisme in de laatste vijfentwintig jaar ‘gemoderni- houden kan het weliswaar zinvol zijn om aan te sluiten seerd’. Tal van normatieve uitgangspunten en idealen bij de bestaande praktijk onder ‘cultuurbeleid’ het zijn als overbodige, achterhaalde ballast overboord ge- kunst- en letterenbeleid te vatten,16 maar socialisten zet. De eisen van de moderne tijd en de moderne kie- zullen deze beleidsvelden eerder als speerpunten van zer zouden dit onontkoombaar hebben gemaakt. Het het cultuurbeleid beschouwen, dan als zijn werkelijke cultuurbegrip van de sociaal-democratie is sociolo- totale omvang. Een cultuurbeleid dat zich trouwens gisch geworden en haar begrip van politiek natura- louter richt op de kunsten en de letteren, is ook ge- listisch of liberaal. De consequentie is dat zij samen doemd te mislukken daar het in hoge mate omge- met het marktliberalisme een stuwende kracht achter vingsfactoren zijn die de kennis van, de ontvankelijk- de modernisering is geworden en iedere poging lijkt te heid voor en het begrip van en voor deze cultuuruitin- hebben opgegeven om cultuurpolitieke doeleinden te gen bepalen. realiseren, die de bestaande maatschappelijke proces- De doelen die de Nederlandse overheid nastreeft sen overstijgen. Zij heeft hiermee een belangrijke bij- met haar kunst- of cultuurbeleid zijn met drie termen drage geleverd aan de in de marktdemocratieën alom- te duiden: kwaliteit, pluriformiteit en participatie. Zij tegenwoordige politieke malaise. poogt de condities te scheppen voor de creatie en de genieting van een hoogwaardig en pluriform aanbod Verwantschap tussen socialisten, kunstenaars en schrijvers van cultuuruitingen. Men zou kunnen verdedigen dat Het zal duidelijk zijn dat het binnen een socialistische deze doelen reeds vanaf de allereerste jaren van groot- cultuurpolitiek om veel meer gaat dan de kunsten en schalige overheidsinterventie van kracht zijn en dat zij de letteren. Het gaat om beschaving, een beschaving in verschillende periodes slechts verschillende gewich- die krachtig kan worden verwoord, verbeeld en soms ten toegekend hebben gekregen. Dit toekennen van ge-

43 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 44

wichten geschiedt zowel absoluut als relatief, het laatste sche zin en waarin nieuwe vergezichten en stan- wanneer de drie doelen onderling worden afgewogen. daarden worden ontwikkeld op basis waarvan deze In absolute zin hebben sociaal-democraten traditio- cultuur zich verder zou kunnen ontwikkelen. Zij leve- neel meer sympathie voor de kunsten en de letteren ren aldus een bijdrage aan het elan en de dynamiek gehad dan het merendeel van hun politieke tegenvoe- van de cultuur, een elan en een dynamiek die een cul- ters. Tot voor kort heeft er ook altijd een nauwe band tuur tot een levende beschaving maken. Op hun beurt tussen kunstenaars en socialisten bestaan. Deze ver- bezitten socialisten, normaal gesproken, een op hun wantschap laat zich in de eerste plaats verklaren door fundamentele beginselen gebaseerde utopie aangaande het verzet van beide kringen tegen de opmars van het het goede leven in de goede maatschappij. En ook so- functioneel-rationele denken in steeds meer levenssfe- cialisten zijn voortdurend op zoek naar nieuwe, aan ren, een opmars die wordt gestuwd door voortdurend veranderende omstandigheden aangepaste vergezich- uitdijende markten en bureaucratieën. De kunsten be- ten die het dagelijkse politieke handelen een richting vinden zich uit de aard van hun zaak in sferen van ra- en een samenhang kunnen geven. Dit alles vanuit het tionaliteit (substantieel, affectief en traditioneel17) die besef dat men louter tegenwicht kan bieden aan het zich slecht verhouden tot de functionele rationaliteit. momentum dat eigen is aan de modernisering, wan- Net als socialisten verzetten zij zich daarom tegen haar neer men vergelijkbare substantiële rationaliteiten ongebreidelde verbreiding. Hun protest is geregeld ontwikkelt als de vooral door traditie en religie aange- dermate intens en radicaal dat er voor een moderne, reikte rationaliteiten die in vroeger tijden de moderni- meer en meer door functionele rationaliteit gevormde sering in toom hielden. beschouwer geen touw meer aan vast valt te knopen. In de derde plaats kunnen de kunsten en de letteren Kunstenaars die maatschappelijk relevant willen blij- uitdrukking geven aan de waarden, doeleinden, ideeën ven, moeten zich in dat geval afvragen of zij hun doel en utopieën die binnen een politieke gemeenschap le- niet voorbijschieten. ven. Zeker democratisch socialisten begrijpen dat iede- In de tweede plaats delen kunstenaars en socialisten re gemeenschap levend moet worden gehouden door een hang naar utopieën: op verandering gerichte denk- zowel democratische participatie als door uitdrukking kaders waarin een preferabele werkelijkheid wordt ge- en celebratie van datgene wat de gemeenschap bindt. schetst.18 De kunsten en de letteren vormen geregeld, En tenslotte kunnen de kunsten en de letteren een bij- maar niet per definitie, een laboratorium waarin kri- drage leveren aan de ontwikkeling van iemands positie- tisch wordt gereflecteerd op de cultuur in sociologi- ve vrijheid, de kernwaarde van het socialisme.

44 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 45

Cultuurparticipatie of een toneelstuk dan van een abstract schilderwerk of In vergelijking met aanhangers van andere politieke een symfonisch muziekstuk. Het kan dan gaan om een stromingen hebben sociaal-democraten er altijd rela- bepaalde visie of reflectie op het leven, de dood, de tief veel belang aan gehecht dat mensen cultureel par- liefde, het samenleven, de maatschappij, de cultuur, de ticiperen. Tegenover moderne, mondige individuen is kunst, het voetbal etcetera. Anders dan sommige pro- het echter steeds moeilijker geworden het desbetref- gressieven in de jaren zestig bepleitten, behoort kunst fende streven te rechtvaardigen: steeds meer brengen dus geenszins maatschappijkritisch te zijn of zelfs maar zij het idee van cultuurspreiding in verband met pater- de maatschappij tot onderwerp te hebben. Wel is er nalisme en elitarisme. Hoe zouden tegenwoordige so- eerst sprake van communicatie wanneer de boodschap cialisten hun inspanningen in deze richting niettemin voor anderen op enigerlei wijze herkenbaar en relevant kunnen verantwoorden? is. De boodschap moet overkomen. Dit kan dankzij Allereerst kan men zich afvragen welke wezenlijke een gemeenschappelijke culturele, historische, reli- eigenschappen kunst heeft, eigenschappen die haar gieuze, politieke of esthetische achtergrond. voor een ieder relevant zouden kunnen maken. Kunst Op welke specifieke manier kunnen de kunsten en zou men kunnen omschrijven als een ‘communicatie- de letteren nu iets voor mensen betekenen en zou de middel’, voortgekomen uit de wens zich uit te druk- idee van cultuurspreiding dus kunnen worden ge- ken en zich verstaanbaar te maken.19 Zij onderscheidt rechtvaardigd? Blijkens een bericht in NRC Handels- zich van andere communicatiemiddelen door de blad van 8 maart 2005 dwingt de burgemeester van een esthetische vorm waarin de boodschap wordt overge- Mexicaanse stad zijn 1100 agenten sinds twee jaar om dragen. Deze wint hierdoor vaak aan kracht en inten- iedere maand minimaal één boek te lezen van een door siteit. Het is niet noodzakelijk dat de kunstenaar speci- hem opgestelde leeslijst. Hij hoopt hiermee hun fieke onderwerpen aansnijdt voordat men van kunst ‘lompheid’ te bestrijden. Tegenover een verslaggever kan spreken. De boodschap kan zelfs louter bestaan van de Los Angeles Times verklaarde hij tevens: ‘We ge- uit een bepaald esthetisch genoegen, een mooie vorm loven dat lezen hun vocabulaire zal verbeteren, hen zal waar niets achter gezocht kan en moet worden, behal- helpen zich uit te drukken, hun ideeën te ordenen en ve wellicht een ontkenning van het functioneel-ratio- met het publiek te praten. Lezen zorgt ervoor dat ze nele denken. Hoe meer er echter sprake is van taal, hoe betere agenten worden én betere mensen.’ De crimina- belangrijker doorgaans de inhoudelijke boodschap. liteit is de laatste twee jaar, meldt de verslaggever ver- Deze kunnen wij dus eerder verwachten van een boek der zonder omwegen, met twintig procent gedaald.

45 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 46

Hoewel dit neveneffect zeker niet kan worden uitge- krijgen op hun eigen bestaan. Wanneer kunstuitingen sloten, ligt het vanuit een sociaal-democratische cul- daarentegen hoofdzakelijk een esthetische vorm com- tuurpolitieke visie meer voor de hand om de cultuur- municeren, wanneer het dus voornamelijk om spreiding vanuit de waarde vrijheid te verdedigen. schoonheid gaat, dan bevordert een cultuurspreidings- Cultuur en vrijheid hebben veel raakvlakken.20 De beleid de individuele autonomie omdat keuzevrijheid kunsten en de letteren kunnen een stimulerende rol pas bestaat wanneer men op de hoogte is van de be- spelen in het vergroten van het zelfbewustzijn en het schikbare alternatieven. Men kan pas zinvol kiezen voorstellingsvermogen van individuen. Zij kunnen tussen Bach en Bowie nadat men met beiden gecon- mensen inzicht geven in het eigen bestaan en alterna- fronteerd is geweest. Vanuit maatschappelijk perspec- tieve manieren aanreiken om tegen het leven aan te tief kunnen de kunsten en de letteren bijdragen aan kijken. Individuen die in het bezit zijn van een grotere het overleven van de substantiële rationaliteit in een culturele bagage, hebben derhalve doorgaans ook een meer en meer door functionele rationaliteit gedomi- grotere kans op een autonoom bestaan. Omdat zij op neerde cultuur. Zij kunnen bijdragen aan de politieke de hoogte zijn van alternatieve ideeën, waarden, op- positieve vrijheid zich andere maatschappelijke struc- vattingen, smaken, stijlen enzovoort, hebben zij im- turen en processen en hierdoor bepaalde leefwijzen mers de mogelijkheid eerder reële keuzes in hun leven voor te stellen dan de thans bestaande. te maken, keuzes die niet worden bepaald door onwe- tendheid, vooroordeel of gewoonte.21 Daarnaast die- Vraag- en aanbodzijde nen mensen enigermate hun talenten te ontplooien, Kunst is communicatie. Komt de boodschap niet over, willen zij werkelijk meester over hun leven kunnen zoals vandaag steeds meer het geval is,22 dan kan dit zijn. Mensen moeten leren afstand van zichzelf te ne- liggen aan de burger of aan de kunstenaar. De kunste- men, hun vermogens actief te gebruiken en keuzes te naar kan weinig mee te delen hebben of een vorm van maken. Participatie in culturele activiteiten kan hierin communiceren hebben gekozen die niet wordt ge- een belangrijke rol vervullen. waardeerd of die zijn boodschap onbegrijpelijk maakt. De kunsten en de letteren kunnen een bijdrage leve- Op zijn beurt kan de burger lijden aan een gebrek aan ren aan het vergroten van de individuele autonomie cultureel kapitaal of culturele competentie. Hij kan in door, wanneer zij een inhoudelijke boodschap hebben, het algemeen te weinig bagage hebben om zich te kun- interpretaties van en visies op de werkelijkheid te bie- nen verplaatsen in de vragen waarmee de kunstenaar den die mensen de mogelijkheid bieden meer greep te zich bezighoudt. In een maatschappij die meer en

46 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 47

meer wordt gedomineerd door de functionele rationa- het tegenwoordige aanbod.24 De overheid bevordert liteit van bureaucratieën en markten, kan hij te weinig de totstandkoming van een pluriform, kwaliteitsrijk worden geconfronteerd met de substantieel-rationele aanbod dat burgers de mogelijkheid biedt tot partici- vragen die kunstenaars zich geregeld stellen. Daaren- patie in culturele activiteiten. Wellicht faalt de tegen- boven kan de burger te weinig vertrouwd zijn met de woordige invulling van deze ‘pluriformiteit’ en ‘kwa- vormtaal waarin de kunstenaar spreekt om diens kunst liteit’. Inzake kwaliteit blijkt dat beslissingen over de te kunnen vatten. subsidiëring van kunstenaars en kunstinstellingen van- In principe kan men dus op twee wijzen trachten de daag vooral worden genomen op basis van criteria als participatie in de kunsten en de letteren te vergroten: vernieuwing, authenticiteit en originaliteit. Traditio- via de vraag- of via de aanbodzijde. Uit onderzoek naar neel vakmanschap en het begrijpen van en het voort- de verklarende variabelen van de bestaande cultuur- bouwen op een bepaalde traditie zijn van veel minder deelname weten we dat aan de vraagzijde culturele belang. Kunstenaars die werken in een culturele tradi- competentie het belangrijkst is.23 In vergelijking hier- tie en waarden proberen te verwoorden of te verbeel- mee spelen geld en bereikbaarheid een bescheiden rol. den die grote groepen in de samenleving delen, wor- Deze competentie verkrijgen mensen in het gezin, den veel minder gehonoreerd dan kunstenaars die pro- door deel te nemen aan culturele activiteiten en via beren bakens te verzetten, taboes te doorbreken, het scholing in het reguliere en het buitenschoolse onder- publiek op het verkeerde been te zetten, te schokken. wijs. Anders dan de beleidsmakers lange tijd hebben Men zou dit onder andere kunnen verklaren uit het verondersteld, is de aanwezigheid van een betaalbaar gegeven dat de beoordelaars in kunstraden en -fondsen en bereikbaar aanbod dus niet genoeg: voordat men- over een meer dan gemiddelde culturele competentie sen kunnen participeren, dienen ze eerst te beschikken beschikken en derhalve meer complexe stimuli, meer over de daartoe noodzakelijke culturele competentie. onbetreden paden verlangen om geboeid of in ieder De overheid kan aan de ontwikkeling hiervan een bij- geval niet verveeld te raken. drage leveren door de kunsteducatie en de kunstzinni- Een verklaring voor deze eenzijdigheid is ook dat ge vorming te stimuleren. Hoewel er het laatste decen- vernieuwing, kritiek en avant-gardisme in de heden- nium vooruitgang is geboekt, heeft zij op dit gebied al- daagse kunst een welhaast absoluut streven, een dog- tijd sterk tekortgeschoten. ma is geworden. Van een discours met de samenleving Misschien is de participatie daarnaast wel zo be- is nauwelijks sprake meer, de kunsten zijn vooral met perkt en zo sterk teruggelopen omdat er iets mis is met zichzelf in debat gegaan. Enige minachting voor het

47 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 48

gewone volk is de betrokkenen daarbij ook niet De tegenwoordige marginale positie van de kunsten vreemd. Kunstenaars, zo lijkt men in de kunstenwe- hangt ook samen met de manier waarop invulling is reld te denken, zijn in de eerste plaats, zo niet uitslui- gegeven aan het begrip ‘pluriformiteit’. Deze plurifor- tend zieners, niet bepaald middelmatige wezens met miteit is dus allereerst aangetast door een eenzijdige bijzondere vaardigheden die nieuwe realiteiten schep- benadrukking van specifieke kwaliteitscriteria. Boven- pen, die vernieuwende, oorspronkelijke ziens- en leef- dien is het culturele spectrum van het aanbod te be- wijzen creëren, en die dus per definitie ver op de con- perkt. Naast, onder veel meer, toneel, beeldende kunst servatieve, enigszins bekrompen burgerij of massa en dans moet er ook muziek in het aanbod zitten. En vooruitlopen. Door deze eenzijdige opvatting van het muziekaanbod moet niet alleen uit klassiek, maar kwaliteit is zeker in de beeldende en de theaterkunsten ook uit jazz, blues, pop, raï, rap en folk bestaan. Hoe- een sterk eenzijdig onconventioneel, avant-gardistisch wel meer en meer culturele uitingen in de loop der ja- aanbod geschapen. Dit aanbod vereist door zijn com- ren als zodanig door de overheid en de cultuurinstel- plexiteit een dermate grote culturele competentie dat lingen zijn erkend en de definitie van kunst dus lang- de participatie van gemiddelde liefhebbers en leken zaam is opgerekt, zijn zij in hun keuzes van te sterk is bemoeilijkt. Er is vandaag te weinig ruimte ondersteunen culturele uitingen altijd sterk conserva- voor kunst die aansluit bij de belevingswereld van de tief geweest en hebben zij veelal achter de feiten aan burger en die hem naast interessante, nieuwe visies op gelopen. Zo hebben zij veel te lang veel te weinig aan- de werkelijkheid tevens bevestiging, vertroosting en dacht gehad voor die uitingen die betekenisvol zijn esthetische genoegens biedt. Hiermee samenhangend voor jongeren, zoals popmuziek, dans en moderne me- is er geen middengebied meer in het culturele aanbod. dia. Hetzelfde geldt voor de uitingen van culturele Aan de ene kant bestaat het enorme, weinig uitdagen- minderheden. De verrijking die zij voor onze cultuur de aanbod van de commerciële cultuurproducenten, zouden kunnen betekenen, wordt hiermee genegeerd. en helemaal aan de andere kant van het culturele spec- Wanneer men, in het algemeen, een cultuurbeleid wil trum is het moeilijk te begrijpen en te plaatsen gesub- voeren dat meer is dan een voorzieningenbeleid voor sidieerde aanbod. Mensen hebben hierdoor niet meer een kleine culturele elite, dan doet men er verstandig de mogelijkheid om hun culturele competentie lang- aan tevens aan te sluiten bij de massacultuur en te pro- zaam, stap voor stap op te bouwen, hetgeen een ver- beren deze cultuur daar te corrigeren – met betrekking eiste is van culturele participatie. tot haar kwaliteit en pluriformiteit – waar zij tekort- schiet. Beschaving en het streven naar kwaliteit en per-

48 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 49

fectie zijn niet alleen binnen het domein van de tradi- mand vrij in negatieve zin is, of iemand al dan niet in tionele burgerlijke cultuur te vinden, maar doortrek- kluisters is geslagen, terwijl de vraag of iemand auto- ken de ganse samenleving. noom is, pas over een zekere tijdspanne kan worden beantwoord. Een met dit alles samenhangend verschil Het emancipatiedilemma is verder dat men voor negatieve vrijheid niemand no- Pleidooien om door kunsteducatie en culturele vor- dig heeft: van deze vrijheid geniet men het meest op ming de culturele competentie van mensen – en hier- een onbewoond, cultuurloos eiland. Voor de ontwik- door de omvang van de cultuurparticipatie – te ver- keling van zijn positieve vrijheid heeft men echter een groten worden in onze moderne cultuur al snel in ver- door anderen gedragen cultuur nodig. Door interac- band gebracht met elitarisme en paternalisme en een ties met deze cultuur ontwikkelen mensen hun voor verderfelijk, kleinburgerlijk ‘beschavingsoffensief’. positieve vrijheid noodzakelijke talenten en kunnen zij Deze kritiek is misplaatst. Het probleem waarmee vertrouwd raken met meerdere wijzen om de werke- mensen worden geconfronteerd die zich niet wensen lijkheid te beschouwen en het leven in te richten. Voor neer te leggen bij de bestaande sociale ongelijkheid in maatschappijcritici brengt deze wetenschap echter een culturele participatie of, in het algemeen, bij bestaande dilemma met zich mee, dat zij niet kunnen oplossen. preferenties op cultureel, sociaal of politiek terrein, Zij kunnen slechts proberen een evenwicht te vinden heb ik elders omschreven als het emancipatie- tussen zijn beide, even waardevolle of plausibele ele- dilemma.25 menten, tussen negatieve en positieve vrijheid. Ten grondslag hieraan liggen de negatieve en posi- Het dilemma valt als volgt te omschrijven. Ener- tieve vrijheidsconceptie. In het kader van het emanci- zijds constateren mensen die met het emancipatiedi- patiedilemma is een belangrijk verschil tussen beide lemma worstelen, dat esthetische, culturele, ethische opvattingen dat men voor vrijheid in positieve zin, in en politieke voorkeuren in hoge mate het product zijn tegenstelling tot voor haar negatieve tegenhanger, iets van enculturatie, socialisatie of indoctrinatie. Naarma- moet doen: men dient eerst enigszins zijn talenten te te mensen zich meer van de laatste processen bewust hebben ontplooid, wil men onafhankelijk van anderen zijn en meer op de hoogte zijn van de binnen een cul- het leven in eigen hand kunnen nemen. Het laatste is tuur beschikbare alternatieven, kunnen hun voorkeu- tevens een activiteit, een activiteit die men voor nega- ren evenwel autonomer of authentieker van karakter tieve vrijheid geenszins hoeft te ontplooien. Hiermee worden. Juist omdat mensen sociale wezens zijn die verbonden kan men in één oogopslag vaststellen of ie- zich in een interactie met hun omgeving ontplooien,

49 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 50

kan deze toeneming van hun positieve vrijheid even- nen daar hun voorkeuren immers, ten vijfde, de be- wel vaak pas worden bewerkstelligd door een interven- staande structuren en processen weerspiegelen. De cir- tie, door scholing en educatie. Anderzijds huldigen de kel is rond. Naarmate men hardnekkiger vasthoudt betrokkenen het democratische beginsel, dat individu- aan het tegelijkertijd respecteren van beide componen- en de beste beoordelaars van de eigen behoeften, wen- ten, zal het moeilijker zijn die cirkel te doorbreken. sen en belangen zijn en dat de bestaande voorkeuren Evenzo zal men hardhandiger met het dilemma wor- altijd dienen te worden gerespecteerd. De negatieve den geconfronteerd naarmate men de waarde van de vrijheid van het individu staat voorop. Voor een op so- bestaande voorkeuren, alsmede de wijze waarop deze ciologische en sociaal-psychologische gronden ge- tot stand zijn gekomen, sterker betwijfelt. rechtvaardigde relativering van het politieke belang van de individuele voorkeuren is binnen dit beginsel Individualisme en relativisme geen plaats. In combinatie vormen beide componen- Degenen die het emancipatiedilemma willen doorbre- ten of uitgangspunten een dilemma. ken, moeten de verwachting onderbouwen dat burgers Stel, men meent, ten eerste, dat de bestaande voor- mogelijk iets anders zouden willen wanneer ze een keuren ongeïnformeerd en heteronoom zijn. Zij zijn werkelijke keuze hadden. Zij moeten inspanningen dus niet gebaseerd op een redelijke kennis van de be- rechtvaardigen burgers buiten de bestaande socialisa- schikbare alternatieven en zijn geen product van enigs- tieprocessen om in contact te brengen met hun onbe- zins overwogen keuzen. In plaats daarvan zijn zij, kende smaken, ideeën, behoeftes, bevredigingen en denkt men, ten tweede, vooral het resultaat van struc- hen in de gelegenheid te stellen deze weloverwogen turen en processen van enculturatie, socialisatie of in- over te nemen of af te wijzen. De belangrijkste belem- doctrinatie waarop de betrokkenen onvoldoende vat meringen om deze rechtvaardiging te leveren vormen hebben. Ten derde verwacht men dat er voorkeuren in een moderne cultuur het individualisme en waarde- bestaan die ook de betrokkenen zouden prefereren bo- en cultuurrelativisme. Waarderelativisme is de overtui- ven hun huidige, wanneer zij daarvan op de hoogte ging dat waarden slechts binnen een specifieke sociale zouden zijn. Het laatste is niet het geval als gevolg van en historische constellatie geldig zijn. Cultuurrelati- de werking van de genoemde structuren en processen. visme is de opvatting dat bepaalde opvattingen en ge- Het wijzigen hiervan kan louter gebeuren, meent men, bruiken alleen in de eigen culturele context begrepen ten vierde, met de democratische instemming van de en gewaardeerd kunnen worden. Beoordelingen, laat betrokkenen. De laatsten zullen deze echter niet verle- staan veroordelingen van een cultuur vanuit een ande-

50 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 51

re cultuur zijn derhalve zowel onmogelijk als ongepast. eigen waarden, doeleinden en identiteit definiëren. De Het woord ‘cultuur’ kan, anders dan bij ‘beschaving’, idee dat hun voorkeuren op allerhande terreinen wel- niet meer duiden op een ideaal, maar slechts op het le- eens sociaal bepaald zouden kunnen zijn, dat er wel- ven van een specifieke, plaats- en tijdgebonden groep. licht preferabele voorkeuren bestaan waarvan zij niet Evenzo kunnen alleen die verschijnselen tot de kun- op de hoogte zijn, dat hun voorkeuren of overtuigin- sten worden gerekend die een specifieke groep als zo- gen op enigerlei wijze tekort zouden kunnen schieten danig kwalificeert. Het relativisme hangt samen met en dat hun leven in het algemeen wordt bepaald door rationalisering in de zin dat de ‘onttovering’ van de structuren die zij begrijpen noch beheersen, is voor werkelijkheid oude, op traditie en religie gebaseerde deze moderne ‘mondige’ burgers volstrekt onaan- rechtvaardigingen van waardehiërarchieën doet erode- vaardbaar. Zij zijn hiermee de gevangene van de eigen, ren. Individualisering en differentiëring helpen vervol- grotendeels toevallige preferenties geworden. gens niet nieuwe, even vanzelfsprekende en eenvoudig Het waarde- en cultuurrelativisme is juist binnen de te begrijpen rechtvaardigingen te ontwikkelen. Hou- linkse beweging altijd relatief populair geweest. Mede vast probeert men vervolgens tevergeefs te zoeken in daarom is het cultuurideaal van het socialisme goed- de functionele rationaliteit van markt en bureaucratie, deels verloren gegaan. Het socialisme is verworden tot die overigens dikwijls aanmerkelijk onverbiddelijker een pressiegroep die binnen de kaders van de bestaan- en hardvochtiger is dan de oude (substantiële, affectie- de maatschappij tracht te bevorderen dat de door de- ve en traditionele) rationaliteiten waarvan men zich zelfde maatschappij opgewekte behoeftes van haar zojuist had weten te bevrijden. achterban optimaal worden bevredigd. De popula- Individualisme is evenzeer verbonden met rationali- riteit van het relativisme in linkse kringen is op zich sering en relativisme. Door de differentiëring van de begrijpelijk: machthebbers, regenten en andere be- samenleving ontlenen mensen hun identiteit aan een voogders die zich laten voorstaan op hun superieure steeds grotere diversiteit aan verbanden. Samen met de kennis en beschaving, kunnen effectief worden ont- gelijktijdige toeneming van de negatieve vrijheid, als- maskerd en bestreden door te betogen dat deze superi- mede de erosie van oude waardehiërarchieën en de ver- oriteit loos is. En vaak is dat ook inderdaad het geval. breiding van het relativisme, brengt dit individuen op Men komt echter zelf ook met lege handen te staan het idee dat zij unieke, autonome persoonlijkheden wanneer men de kritiek op bestaande hiërarchieën ge- zijn, die meester over het eigen leven zijn en die, onaf- neraliseert tot de overtuiging dat er op geen enkel ter- hankelijk van de cultuur van een specifieke groep, de rein hiërarchieën in waarden en kwaliteiten zijn te

51 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 52

onderscheiden. En toch is dit voor veel progressieven de mensen bepaalde dingen op bepaalde plaatsen in een zeer verleidelijke conclusie gebleken. Uitingen bepaalde tijden mooi vinden. Hij, schrijft Bevers, ‘lijkt hiervan zijn onder meer het basisme of neopopulisme het radicale standpunt in te nemen dat op de eerste dat ten tijde van Nieuw Links de Partij van de Arbeid vraag geen ander geldig antwoord mogelijk is dan dat in zijn greep kreeg26 en het langdurig ontkennen van van de sociologie, omdat niets van zichzelf al mooi is, de problemen die de ‘multiculturele samenleving’ met maar slechts sociaal mooi gevonden wordt. Hij vindt zich mee kan brengen, met name voor degenen die da- om die reden de eerste vraag niet zinvol en wisselt hem gelijks met deze multiculturaliteit moeten leven. daarom in voor de tweede.’29 Een pregnante en uiterst belangrijke manifestatie Deze (voorzichtige) interpretatie komt overeen met van het relativisme in specifiek de context van de kun- die van de overgrote meerderheid van de lezers en de sten en de letteren vormt een wijdverbreide interpreta- aanhangers van Bourdieu. Typische representanten van tie van het denken van de Franse socioloog Pierre de laatste groep zijn de literatuursociologen Verdaas- Bourdieu. Zeker onder de linkse deelnemers aan de donk en Rekvelt. Zij schrijven dat Bourdieu in La discussies over cultuurbeleid en -politiek kon deze, Distinction30 ‘tot de conclusie kwam’ dat de aanwen- naar Bourdieus eigen zeggen overigens onjuiste inter- ding van kunst of van smaak in het algemeen ‘dient om pretatie zich op een enorme populariteit verheugen.27 zich te onderscheiden van andere klassen [...] en een in- Ieder idee van beschaving, van een streven naar perfec- tegrerend bestanddeel uitmaakt van het geheel aan stra- tie en kwaliteit, ieder idee van cultuurspreiding, werd tegieën waarmee sociale groepen hun positie proberen bijgevolg vanaf de jaren tachtig onmiddellijk in het ka- te konsolideren of te verbeteren’.31 Er bestaan geen bo- der van kleinburgerlijke ‘beschavingsoffensieven’ ge- vensociale maatstaven waaraan de kwaliteit van cultuu- plaatst. ‘Cultuur in premie-A-woningen’ schamperden ruitingen kan worden afgemeten. De heersende opvat- de betrokken grachtenpandbewoners.28 tingen op dit terrein zijn uitsluitend de resultante van Kern van Bourdieus theorie is, stelt de socioloog machtsverhoudingen. De keuze van de cultuurgoede- Ton Bevers, ‘dat de goede smaak geen persoonlijke ver- ren die in het onderwijs op leerlingen worden overge- dienste is, noch de intrinsieke waarden van de kunst bracht, is hiervan volgens Bourdieu, in de lezing van weerspiegelt, maar primair product en producent van Verdaasdonk en Rekvelt, een voorbeeld: ‘In La Repro- klassegrenzen is’. Goedbeschouwd wenst Bourdieu duction32 wordt het onderwijs geanalyseerd als een geen onderscheid te maken tussen de esthetische vraag vorm van “symbolisch geweld”: een “willekeurige” wat mooi is, en de sociologische vraag waarom bepaal- macht legt een “willekeurige” kultuur op. De macht

52 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 53

noch de kultuur kunnen uit enig universeel principe groeiend aantal deelnemers aan het debat over cul- worden afgeleid en berusten uitsluitend op de machts- tuurbeleid en -politiek overgenomen.35 Zeker in de verhoudingen tussen de maatschappelijke klassen.’ wereld van de bibliotheken werd zij in beleid vertaald, Hetzelfde geldt voor het antwoord op de vraag waar hetgeen leidde tot een kaalslag in het boekenbestand.36 de autoriteit van literaire instituties als de literatuur- Sinds de jaren zestig, kon Ganzeboom daarom in 1989 kritiek en de universiteiten op is gebaseerd. Verdaas- melden, is de idee van cultuurspreiding omstreden ge- donk en Rekvelt schrijven: ‘Bourdieus analyses leiden worden daar ‘de gedachte terrein [heeft] gewonnen dat tot het antwoord dat deze autoriteit niet gefundeerd beschavingsoffensieven verwerpelijk zijn, omdat zij ge- kan worden op enig universeel principe – zij berust op tuigen van een cultureel imperialisme en daarmee au- de machtsverhoudingen binnen het culturele krach- thentieke leefwijzen van achtergestelde strata verdruk- tenveld en bijgevolg, in afgeleide zin, op die tussen de ken’.37 Evenzo, kan men hieraan toevoegen, zijn sinds- verschillende maatschappelijke klassen.’33 Na onder- dien ideeën over de sociaal-democratie als een zoek te hebben verricht naar de vraag wie, met welke cultuurpolitiek ideaal teloorgegaan. machtsmiddelen, bepaalt welke boeken en schrijvers De statustheorie kan op tal van manieren worden tot de literaire canon gaan behoren, schaart Verdaas- bekritiseerd.38 Een belangrijke kritiek is dat haar relati- donk zich een decennium later uitdrukkelijk achter visme uiteindelijk dezelfde status-quo-bevestigende ‘Bourdieus inzicht dat opvattingen over de aard, de uitwerking heeft als een te ver oprekken van het kunst- kwaliteit en de aantrekkelijkheid van culturele pro- en cultuurbegrip. Er kan namelijk niet meer worden dukten, dus ook van boeken, institutioneel bepaald gerechtvaardigd dat men tracht de sociale condities te zijn’.34 Naar zijn indruk was dit inzicht eind jaren scheppen die eenieder, ongeacht zijn sociale afkomst, tachtig ook in brede kring aanvaard. In de Boekenbijla- de mogelijkheid biedt zélf te beslissen of hij in bepaal- ge van Vrij Nederland schrijft hij in 1989: ‘Sinds de jaren de culturele activiteiten wenst te participeren. Het zeventig heeft het besef zich algemeen verbreid dat iede- wordt mensen onmogelijk gemaakt om, mede dankzij re omschrijving van wat literatuur zou zijn niet juister of een cultuurbeleid, kennis te nemen van datgene wat onjuister is dan willekeurig welke andere omschrijving.’ onze beschaving heeft opgeleverd en zélf te beslissen De laatste waarneming van Verdaasdonk was juist: wat zij hiervan de moeite waard vinden. Mensen wor- de al dan niet door Bourdieu verwoorde ‘statustheorie’ den vastgenageld op hun huidige, deels toevallige cul- – kunst en cultuur dienen slechts om zich van anderen turele voorkeuren en hun wordt de kans ontnomen te distantiëren – werd vanaf de jaren zeventig door een om over de muren van de eigen opvoeding en de eigen

53 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 54

sociale positie heen te kijken. Wanneer cultuurpartici- machteloosheid. Alles van waarde wordt weerloos of patie volledig valt te herleiden tot de menselijke be- niet meer de moeite waard om na te streven. De be- hoefte zich te onderscheiden van anderen, wanneer de trokkenen schijnen te denken dat de onmogelijkheid verschillende sociale lagen authentieke, aan elkaar ge- een voor iedereen acceptabel, onomstotelijk kennis- lijkwaardige culturen bezitten, wanneer de notie van fundament te vinden, impliceert dat alle uitspraken ‘kwaliteit’ niet meer is dan een ‘complot’ van de burger- over de werkelijkheid even waar of juist zijn en slechts lijke elite tegen de lagere strata,39 wanneer de sociale door sociale categorieën worden bepaald. Zij laten zich cultuurspreiding louter een beheersingsinstrument of aldus kennen als metafysici die weliswaar van hun ge- een vorm van cultureel imperialisme is, of wanneer zij loof zijn afgevallen, maar nog steeds in dezelfde di- slechts een dekmantel vormt om te legitimeren dat er chotomieën zijn blijven denken: God bestaat wel óf gemeenschapsgelden worden gebruikt om de particu- God bestaat niet; er is één objectieve waarheid óf er liere hobby van de elite te bekostigen, hóé kan dan nog zijn louter puur subjectieve opinies; de kwaliteit van worden gerechtvaardigd dat overheden en particulieren een kunstwerk wordt uitsluitend bepaald door de ken- pogen de deelname van mensen (uit met name de lage- merken van het desbetreffende object óf louter door re strata) aan culturele activiteiten te bevorderen? het machtswoord van een maatschappelijke elite. Marktdenkers als de econoom Paul de Grauwe40 heb- Er zijn inderdaad geen objectieve maatstaven waar- ben dan ook dankbaar gebruik gemaakt van het ge- aan de schoonheid van een bepaald kunstwerk of de dachtegoed van de distinctietheoretici en hun redene- juistheid van een waarde kan worden afgemeten. Maar ring doorgetrokken tot de logische conclusie: waarom wij beschikken ook niet over puur objectieve criteria, wordt de vorming en verspreiding van artistieke goede- over een onomstotelijk kennisfundament, om het ren niet simpelweg volledig aan de markt overgelaten? waarheidsgehalte van een bepaalde wetenschappelijke De aanhangers van deze theorie zijn het antwoord of filosofische theorie vast te stellen. Het zou echter schuldig gebleven. Zij hebben zich de wapens waarmee van weinig begrip van onze beschaving getuigen wan- dit marktliberalisme bestreden zou kunnen worden, neer men hieraan de conclusie zou verbinden dat de zelf uit handen geslagen. Iedere serieuze tegenargumen- beoefening van wetenschap en filosofie dus eigenlijk tatie zal immers gestoeld moeten zijn op uitgangspun- maar een zinloze bezigheid is. Wij kunnen erkennen ten die zijzelf zo hardvochtig hebben bestreden.41 dat alle theorieën of paradigma’s onvermijdelijk zijn In het algemeen lijdt het waarde- en cultuurrelati- gebaseerd op een aantal altijd betwistbare uitgangs- visme tot dezelfde politieke en zeker cultuurpolitieke punten aangaande mens, maatschappij en wereld.

54 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 55

Maar wij weten ook dat sommige theorieën ons meer steeds moeilijker zijn een afweging te vinden tussen greep op de werkelijkheid verschaffen dan andere. Het negatieve en positieve vrijheid. De kunsten en de lette- ene paradigma beschrijft, verklaart en voorspelt op een ren zullen daarom, net als eerder met het onderwijs, de overtuigender manier een groter deel van de werkelijk- wetenschap en de media is gebeurd, steeds meer aan de heid dan het andere en beschikt derhalve over meer markt worden overgelaten. ‘kwaliteit’. In de wetenschap en de filosofie valt heel De interesse in cultuur wordt grotendeels bepaald goed te leven met deze situatie en gezien vanuit het door de omgeving van wat wij onder cultuurbeleid perspectief van deze gebieden is het dan ook curieus vatten. Deze omgeving bestaat vandaag meer en meer waarom velen hier in de wereld van de cultuur niet toe uit een door rationalisering, individualisering en diffe- in staat zijn. Het blijkt hier vaak alles of niets te moe- rentiëring gekenmerkte maatschappij van zich steeds ten zijn: men eist objectieve, universele, eeuwige crite- uitbreidende markten en private en publieke bureau- ria van kwaliteit en indien blijkt dat deze niet voor- cratieën. Uit de aard van haar zaak bestaat er in deze handen zijn, concludeert men dat de notie van ‘kwa- samenleving weinig ruimte voor de waarden waarvoor liteit’ een complot is van de maatschappelijke elite de kunsten staan. Evenzo raakt de cultuur opgevat als tegen de gewone man.42 beschaving, als een streven naar de realisatie van een utopie, als een streven naar de realisatie van een beeld Het individualisme en het relativisme maken het vin- van perfectie, in een dergelijke samenleving langzaam den van een evenwicht in het emancipatiedilemma ui- uitgeput. Het feit dat de westerse cultuur zich als een terst moeizaam. Beide zijn aan krachtige kritiek onder- olievlek over de wereld heeft verspreid en alle andere hevig en zeker het socialisme heeft aan deze kritiek van culturen naar de marge heeft verdrongen, doet hier oudsher een bijdrage geleverd. Helaas zijn nog maar niets aan af. Wat men verder ook mag denken van de weinigen zich van het laatste bewust. In een moderni- kritiek vanuit de islam op de westerse cultuur, er is re- serende cultuur zal dat bewustzijn slechts verder verva- den zijn kritiek op de decadentie en de leegheid van gen. Binnen het emancipatiedilemma zal het daarom deze cultuur serieus te nemen.43

noten

1 R. Williams, The Long Revolution, Harmondsworth 1984 2 R.E. Lane, The Loss of Happiness in Market Democracies, New [1961], p. 57 e.v.; T. Lemaire, Over de waarde van culturen, Haven 2000. Baarn 1976, p. 26-38. 3 W.B. Gallie, ‘Essentially contested concepts’, in: Proceedings of

55 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 56

the Aristotelian Society, 57 (1956), p. 167-198. H.T. Blokland, geringsbeleid, Beleidsgerichte toekomstverkenning, deel 2: Een Pluralisme, democratie en politieke kennis: Ontwikkelingen in de verruiming van perspectief, ’s-Gravenhage 1983. Veelzeggend moderne tijd, Een rehabilitatie van de politiek, Deel II, Assen voor de modernisering van de samenleving in het algemeen en 2005, p. 152, 373 e.v. de sociaal-democratie in het bijzonder is dat het onderwerp 4 Blokland, Pluralisme, democratie en politieke kennis. p. 442-447 sindsdien steeds meer is beperkt tot ‘kunsten’. en 261-270. 17 M. Weber, Economy and Society: an Outline of Interpretive Soci- 5 J. Schumpeter, Capitalism, Socialism and Democracy, Londen ology, Berkeley-Los Angeles-Londen 1978, p. 54-57. 1981 [1942], p. 242 e.v. 18 K. Mannheim, Ideology & Utopia: An Introduction to the Socio- 6 H.T. Blokland, De modernisering en haar politieke gevolgen: We- logy of Knowledge, San Diego-New York-Londen 1985 [1936], ber, Mannheim en Schumpeter. Een rehabilitatie van de politiek, p. 261 e.v. Deel I, Amsterdam 2001; Blokland, Pluralisme, democratie en 19 Men zou hiertegen kunnen inbrengen dat er mensen zijn die politieke kennis; H.T. Blokland, ‘Lof der waarlijke politiek’, in: kunst scheppen zonder enige behoefte te hebben aan een pu- De Groene Amsterdammer, 13 (2005), p. 24-28. bliek. Hoewel mij dit op psychologische gronden onwaar- 7 H.T. Blokland, ‘Een falend debat over cultuurpolitiek’, in: De schijnlijk lijkt, kan dit niet worden uitgesloten. Maatschappe- Helling, 3 (1992), p. 34-38. H T. Blokland, ‘Planning in Dutch lijk, en dus cultuurpolitiek, is deze kunst echter irrelevant. cultural policy: an attempt at mixed-scanning’, in: Acta Politica, 20 Blokland, Wegen naar vrijheid, hfdst. 6 en 7. 2 (1993), p. 151-171. H.T. Blokland, Publiek gezocht: Essays over 21 Of zij daadwerkelijk van deze mogelijkheid gebruik maken, is cultuur, markt en politiek, Amsterdam 1997, hfdst. 2. afhankelijk van een aantal andere belangrijke variabelen, waar- 8 Blokland, De modernisering en haar politieke gevolgen; Blokland, onder de aanwezige negatieve vrijheid, wilskracht en het (deels Pluralisme, democratie en politieke kennis, p. 1-4. geleerde) vermogen de druk van het conformisme te weerstaan. 9 H.T. Blokland, Vrijheid, autonomie, emancipatie: Een politiekfi- Het verband tussen vrijheid en cultuur impliceert overigens losofische en cultuurpolitieke beschouwing (diss.), Delft 1991; niet dat mensen met een grotere culturele bagage ook zonder H.T. Blokland, Wegen naar vrijheid: Autonomie, emancipatie en meer moreel hoogstaander zullen zijn. Tal van kampbeulen blij- cultuurpolitiek in de westerse wereld, Amsterdam 1995. ken prachtig piano te kunnen spelen. Autonomie of vrijheid is 10 K. Mannheim, Man and Society in an Age of Reconstruction, iets anders dan rechtschapenheid of deugdzaamheid. De mate Londen 1951 [1940]. waarin mensen het kunnen verdragen te worden geconfron- 11 M. Weber, The Protestant Ethic and the Spirit of Capitalism, teerd met alternatieve visies op het bestaan, is overigens aan Londen 1991 [1905]. psychologische grenzen gebonden. Er is hier een parallel te 12 Ch. Taylor, The Ethics of Authenticity, Cambridge-Londen 1991. trekken met de bevindingen van het onderzoek naar de effecten 13 Hoe wordt men trouwens lid van zo’n beginselprogramcom- van deliberatieve democratie: in hoeverre mensen bereid en in missie? staat zijn zich bloot te geven, zich open te stellen voor andere 14 H.T. Blokland, ‘De onvermijdelijkheid en continuïteit van po- opvattingen en complexiteit te verdragen, is sterk bepaald door litiek en politieke beginselen’, in: F. Becker, B. Tromp e.a. de opvoeding die zij in hun eerste jaren genoten hebben. Deli- (red.), Inzake beginselen. Het zeventiende jaarboek voor het de- beratie kan voor veel deelnemers een tegengesteld effect hebben mocratisch socialisme, Amsterdam 1996, p. 105-122. dan door de organisatoren van dergelijke democratische bijeen- 15 C.A.R. Crosland, The Future of Socialism, Londen 1956, p. 355. komsten werd beoogd: een toenemende rigiditeit en onver- 16 Nog niet zo lang geleden werden het onderwijs-, media-, kunst- draagzaamheid. Zie: Blokland, Pluralisme, democratie en politie- en wetenschapsbeleid tot het cultuurbeleid gerekend. Zie bij- ke kennis, p. 276-278. voorbeeld: Sociaal en Cultureel Planbureau, Advies Cultuurwet- 22 Het publiek van de kunsten en de letteren wordt steeds ouder geving. Cultuurbeleid in historisch, beleidsanalytisch en juridisch en meer elitair van samenstelling. Zie: Blokland, Publiek ge- perspectief, Rijswijk 1986; Wetenschappelijke Raad voor het Re- zocht, p. 124-126. Uit de scp-studie Achter de schermen: Een

56 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 57

kwart eeuw lezen, luisteren, kijken en internetten uit 2004 blijkt 33 Verdaasdonk en Rekvelt, ‘De kunstsociologie van Pierre Bour- bijvoorbeeld dat het percentage Nederlanders dat wekelijks mi- dieu’, p. 55. nimaal een kwartier in boeken las, tussen 1975 en 2000 daalde 34 H. Verdaasdonk, ‘De sociologie van het boek’, in: Boekmanca- van 49 naar 31. De gemiddelde tijd besteed aan het lezen van ge- hier, 3 (1990), p. 4. drukte media daalde in deze periode van 6,1 naar 3,9 uur per 35 Ik heb diverse malen voorgesteld een onderzoek te verrichten week. Mensen die vroeger lazen, doen dat nog steeds. Het zijn naar de sociologische en sociaal-psychologische achtergronden de nieuwe generaties die afhaken. Het tegenwoordige publiek en kenmerken van de mensen die zeer ontvankelijk zijn geble- van gesubsidieerde kunst- en cultuurinstellingen bestaat voorts ken voor ideeën zoals verwoord door Bourdieu. Helaas be- voor meer dan 80 procent uit mensen die academisch of hoger schouwen de betrokkenen hun ideologiekritiek louter van toe- beroepsonderwijs hebben genoten. Een elite van hooguit 2,5 passing op derden. procent van de Nederlandse bevolking maakt nog gebruik van 36 Blokland, Publiek gezocht, hfdst. 4. het gesubsidieerde toneelaanbod; 70 procent van de Neder- 37 H. Ganzeboom, Cultuurdeelname in Nederland, Assen 1989, p. landse bevolking zegt nooit naar een museum te gaan, 80 pro- 159. cent gaat nooit naar popmuziek, jazz of musicals, 90 procent 38 Blokland, Vrijheid, autonomie, emancipatie, p. 304-310; Blok- gaat nooit naar klassieke muziek of toneel, 95 procent gaat land, Wegen naar vrijheid, p. 344-372; Blokland, Publiek gezocht, nooit naar een filmhuis of een opera en 97 procent gaat nooit hfdst. 3. naar ballet. In zoverre vergelijkingen getrokken kunnen wor- 39 H.T. Blokland, ‘Sociale cultuurspreiding: complot of ideaal?’, den, komen deze cijfers overeen met die in landen als België en in: Socialisme & Democratie, 54 (1998) 12, p. 349-354. Zweden. Wij steken echter gunstig af ten opzichte van landen 40 P. de Grauwe, De Nachtwacht in het donker: Over kunst en eco- als Engeland, de Verenigde Staten en Frankrijk. Zie: Blokland, nomie, Tielt 1990. Wegen naar vrijheid, hfdst. 7. 41 Blokland, Publiek gezocht, hfdst. 3. 23 Blokland, Wegen naar vrijheid, p. 330-337. 42 S.J. Doorman, ‘Enkele speculaties over kunst en wetenschap’, 24 Blokland, Publiek gezocht, p. 118-126. in: Tekens in de tijd. 65 jaar , Amsterdam 1984; Willi- 25 Blokland, Wegen naar vrijheid, hfdst. 1 en 6; Blokland, Plura- ams, The Long Revolution; H.T. Blokland, ‘Socialistische cul- lisme, democratie en politieke kennis, hfdst. 3, 9 en 11. tuurpolitiek. Een onderzoek naar een fundament’, Hollands 26 Blokland, Pluralisme, democratie en politieke kennis, p. 293-297. Maandblad, 1988, januari (deel 1), p. 12-25 en februari (deel 2), p. 27 Een overzicht en een uitvoerige kritiek hierop heb ik gegeven 15-24; Blokland, Wegen naar vrijheid; Blokland, ‘Berlin on libe- in: Blokland, Vrijheid, autonomie, emancipatie, p. 296-310, ralism and pluralism: a defense’, in: The European Legacy: To- Blokland, Wegen naar vrijheid, 354-372, Blokland, Publiek ge- ward New Paradigms; Journal of the International Society for the zocht, p. 53-97. Study of European Ideas, 4 (1999), p.1-24; Blokland, Pluralisme, 28 H.T. Blokland, ‘Loze beweringen uit een grachtepand’, in: democratie en politieke kennis, hfdst. 10. Boekmancahier, Kwartaalschrift over kunst, onderzoek en beleid, 9 43 Er is hier overigens een parallel met de kritiek die Jacques de (1991), p. 343-349. Kadt in zijn Het fascisme en de nieuwe vrijheid uitte op een al te 29 A.M. Bevers, ‘Kunstsociologie in Nederland’, in: Boekmanca- gemakkelijke misprijzing en negatie van de centrale ideeën van hier, 1 (1989), p. 9. het fascisme: het fascisme, stelde hij, kan alleen werkelijk wor- 30 P. Bourdieu, La Distinction: Critique Sociale du Jugement, 1979. den overwonnen door de aantrekkingskracht die het op velen 31 H. Verdaasdonk en K. Rekvelt, ‘De kunstsociologie van Pierre uitoefent, te begrijpen. Een belangrijk onderdeel van deze aan- Bourdieu’, in: De Revisor, nr. 3, 1981, p. 53. trekkingskracht achtte hij de kritiek op de passieloosheid en in- 32 P. Bourdieu & J.A. Passeron, La Reproduction; éléments pour une nerlijke leegte van de bestaande ‘burgerlijke’ cultuur. Zie: J. de théorie du système d’enseignement, Parijs 1971. Kadt, Het fascisme en de nieuwe vrijheid, Amsterdam 1939.

57 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 58 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 59

Stil gewin – snelle winst1 Museum Jan Cunen in Oss

Edwin Jacobs

Blast those art galleries and museums which classify and imprison human spirit.

Verzamelen, samenstellen, inrichten en tentoonstellen Het museum tussen markt en maatschappij op basis van een duidelijk beleid is van begin af aan Medio 2005 organiseerde het ministerie van Onder- educatief werk. wijs, Cultuur en Wetenschappen drie rondetafelbij- Antje von Graevenitz2 eenkomsten naar aanleiding van de vraag van staatsse- cretaris van Cultuur Medy van der Laan om het huidi- Dit essay is het verhaal van een klein museum in de ge museale bestel kritisch tegen het licht te houden. middelgrote provinciestad Oss. Het is een verhaal met Doel ervan was na te gaan of er een andere, nieuwe meerdere lagen en perspectieven. Het laat zien hoe het rijksverantwoordelijkheid voor de musea moet worden museum erin slaagt het aandeel van bezoekers uit de la- geformuleerd.3 De nota Museumbeleid van het mi- gere sociaal-economische groepen fors te doen stijgen, nisterie van wvc dateert al weer uit 1985 en nog steeds terwijl het tegelijkertijd kiest voor een eigenzinnig aan- dienen haar criteria als basis van rijkssubsidie aan mu- koop- en presentatiebeleid. De aan kunst zowel als sea. ‘Het rijk heeft de taak,’ stelt de nota, ‘een museaal doelgroepenbereik toegewijde visie klinkt door in het aanbod van hoge kwaliteit te garanderen. Dit aanbod ‘missionstatement’ van Museum Jan Cunen, waarin het betreft musea waarvan het verzamelterrein een inhou- begrip ‘social inclusion’ een centrale plaats inneemt. delijk gebied of thema van nationale reikwijdte be- Daarmee neemt het museum afstand van de heersende strijkt; waarvan de collectie een hoge kwaliteit bezit, trend in museaal beleid, waarin de markt en een be- voor het betreffende terrein representatief is en zich perkte opvatting van ondernemerschap dominant zijn. geografisch niet beperkt tot één stad, regio of gebied in Wat het effect van deze visie is, wat de grondslagen van Nederland; waarvan de taken op nationaal niveau presentatie en collectiebeleid zijn, hoe het samenspel worden uitgeoefend.’ van presentatie, collectievorming en educatie vorm Het rondetafelgesprek leverde – helaas – niet veel krijgt en welke politieke en financiële beslissingen hier- meer op dan bekende zetten: het museum als ‘inter- op van invloed zijn geweest, daarover gaat dit verhaal. face’, het belang van de collectie, het verbeteren van

59 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 60

efficiëntie en versterking van de relatie tot ‘de markt’. Het marktmechanisme is in het museum daarom een Het gesprek draaide vooral om het halen van bezoe- fremdkörper. Het leidt tot een weinig consistent en in- kersaantallen, recettes, winst en het ‘halen’ – lees: ver- flexibel beleid en ontkent idealen of visies. De verant- zilveren – van schoolgroepen. Bezoekersaantallen ne- woordelijkheid dreigt uit het museum zelf te verdwij- men toe, zeker, ze nemen in ieder geval niet af en jonge- nen en te vervallen tot iets schimmigs wat ‘de markt’ ren en allochtonen in het bijzonder hebben voor musea heet, gedomineerd door financieel-economische over- grotere belangstelling dan voorheen. Wat oud-staatsse- wegingen en modieuze politieke beslissingen. Het mu- cretaris van Cultuur Rick van der Ploeg ooit inzette als seum ‘verrecreatiseert’ met als doel hoge inkomsten te doelgroepenbeleid, werpt, ondanks de kritiek indertijd, halen. Een publiek debat daarover gaan de musea voor vruchten af. Maar het is spielerei, niet meer en niet moderne kunst niet aan. Zelfverdediging en nest- minder. Er zit geen doorleefde visie achter. En het ge- bevuiling overheersen.6 mak waarmee museummensen hun eigen werk als in- Daarbovenop komt dat deskundigen beweren dat strumenteel uitleggen, aan elkaar, aan beleidsmakers en musea met name aan de werking van de beleveniseco- aan politici, is opvallend en lichtelijk verbijsterend.4 nomie niet kunnen ontkomen. Tja. Maar wordt het Overheersend is de trend van commercialisering en museum in deze beweging eigenlijk wel voldoende op economisering van musea geworden. In het licht van zijn waarde geschat? Ondernemerschap betekent risi- de terugtrekkende overheid worden musea nadrukke- co’s nemen. Maar tegen welke prijs? Een calculerende lijk aangesproken op hun cultureel ondernemerschap, museumdirecteur zal opmerken dat de kosten en ba- met andere woorden op het verkrijgen van eigen in- ten, zeker in de zin van mensuren, van het nastreven komsten. In de beste betekenis van het woord is cultu- van een maatschappelijke doelstelling als ‘social inclu- reel ondernemerschap gericht op het bewerkstelligen sion’ op geen enkele wijze in verhouding tot elkaar van een connectie tussen het museum en de buitenwe- staan en een onevenredig grote investering daarin niet reld, kortom naar buiten treden. Maar is het werkelijk gerechtvaardigd vinden. Cultureel ondernemerschap naar buiten treden? Het valt te betwijfelen. Cultureel is dan risicomijdend geworden, ‘lichtzinnig dansen ondernemerschap dekt, met respect voor het feit dat naar de waan van dag’, zoals Riemer Knoop, kroonlid het voortkomt uit een diep beleefde sociaal-democra- Musea van de Raad voor Cultuur, het eens zo prachtig tische visie,5 botweg de lading niet, of beter gezegd, is zei. Maar het museum hoort discussie op te roepen; de lading niet gáán dekken. Ondernemerschap gaat een museum dat dát niet doet, moet zich afvragen wat over concurrentie, marktpositie, concurrentiepositie. het niet goed doet, alle ondernemerschap ten spijt.

60 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 61

Waartoe dient het museum? in de gelegenheid stellen zich bewust te worden van Moet er dan een museale strategie komen die een zijn kulturele positie in de dynamische maatschappij.’7 nieuw museaal elan creëert en een herijking van het Met andere woorden: het museum moet uit zijn qua- begrip museum oplevert? Nee. Evenmin als een Euro- rantaine komen, initiatief nemen en duidelijk maken pese Grondwet een verenigd Europa maakt, maakt een dat het betekenissen kan bieden die een meer bewuste museale strategie van de overheid een museum. Maar kijk op de samenleving en de ontwikkelingen daar- hoort de overheid een opvatting te formuleren over binnen stimuleren. Dit proces is evengoed te vangen het bestaansrecht van musea, over wat ze doen en onder de noemer van ‘social inclusion’: mensen helpen vooral over wat ze niet doen? Dat moet de overheid ze- hun plaats in de wereld te bepalen, hun identiteit te le- ker, sterker, ze dient daarbij het voortouw te nemen, ren kennen en hun zelfbeeld en gevoel voor eigen- het is haar plicht. Waartoe dient het museum? Cen- waarde te verbeteren.8 traal zou de maatschappelijke functie van het museum Wanneer musea de culturele en maatschappelijke moeten staan. Mensen dienen te kunnen en mogen context op de voorgrond plaatsen, dan zullen zij op weten waar ze vandaan komen, hoe ingewikkeld het een andere wijze met hun basistaken als educatie en om hen heen is en wat zij hebben veroorzaakt. presentatie, behoud en beheer, collectievorming en Kernachtiger is de taak en de functie van het museum onderzoek omgaan. Deze taken komen in één nieuw niet samen te vatten. Urgentie en bestaansrecht ont- perspectief, één nieuwe taakopdracht te staan, name- leent het museum aan degenen die het museum aan- lijk het publiek iets te kiezen bieden. Voor het zover is, gaan, het publiek en de samenleving. Die stellen – te- dient er publiek voor te worden ‘gekweekt’. Een eerste recht – eisen. Musea kunnen niet anders dan telkens stap is dat het publiek zich verheugt over het prestige opnieuw beredeneren wat hun doelstellingen zijn en van het museum, trots is op wat het museum doet, dat hoe zij deze aan het publiek willen overdragen. Daar- het er is en wat het voor hen doet, zonder dat het be- mee komt een functie in beeld die de overheid niet kende en ‘oude’ museumpubliek, dat zich al gebonden vanzelfsprekend bij musea heeft neergelegd, maar wel weet aan het museum, wegloopt. elders, namelijk bij het onderwijs. Het publiek moet nadrukkelijker het museum in en In 1970 formuleerde oud-Van Abbedirecteur Jean vervolgens ook in het museum zichtbaar blijven. Dit Leerling de opdracht van het museum als volgt: ‘Het is betekent dat de inhoudelijke invulling van de museale niet meer voldoende dat het museum een forum is opdrachten en taakstelling zich richt op het weven van voor de eigentijdse kunst, want het moet de bezoeker een web van verbanden tussen het sociaal-maatschap-

61 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 62

pelijk leven enerzijds en kunst en erfgoed anderzijds. spreken. In 2004 maakten zij tegen de vijftig procent Want in het museum – of waar elders dan ook – is het uit van de 48000 bezoekers die het museum wist te be- publiek nooit alleen met het kunstwerk of historisch reiken.10 Tot 1998 kwamen de museumbezoekers voor- object. De buitenwereld doet altijd mee en iedereen namelijk van buiten Oss. Als het al om Ossenaren komt met een eigen achtergrond en erfenis uit die bui- ging, betrof het hoofdzakelijk bezoekers uit de rijkere tenwereld het museum binnen.9 Maar het museum en hoger opgeleide lagen. De lagere en middenklassen behoudt zijn eigen rol. Om de naam ‘museum’ recht te bleven opvallend achter, terwijl die in Oss toch het doen, dient het leven buiten het museum waaruit merendeel van de bevolking vormen. kunst voortkomt, tegelijkertijd te worden buitengeslo- Daarbij heeft Museum Jan Cunen aangetoond dat ten. Kunst komt uit het leven voort maar ís het leven beleid gericht op ‘social inclusion’ op geen enkele wijze buiten niet. leidt tot verdomming van wat een museum – voor he- dendaagse kunst – aanbiedt. Het binnenhalen van Een positiebepaling doelgroepen, zoals basisschoolleerlingen, ouderraden, Museum Jan Cunen voor kunst en samenleving. Zo buurtverenigingen, amateurs – maar voornamelijk staat onze positiebepaling geformuleerd in het ‘mis- vmbo-leerlingen én hun ouders, immers zestig procent sion statement’ van het museum. ‘We willen mensen van de lokale bevolking – heeft nog niet één enkele aan de hand van kunst mondig maken,’ schreven we in keer tot een concessie geleid die de kwaliteit van de het jaarverslag van 2003. Mondig in de zin van zonder uitvoering van welk taakgebied van het museum dan leiding of autoriteit denkend en je zelf van je verstand ook heeft geschaad. bedienend. We houden van kunst én we houden van Museum Jan Cunen is in artistieke zin, nationaal en mensen, is het credo. En daarom willen we een blij- internationaal, op kwalitatief hoog niveau gaan functi- vende gesprekspartner zijn voor onderwijs, welzijn, oneren en kan daarbij bogen op belangstelling van een zorg en andere maatschappelijke terreinen. In het bij- steeds verder uitdijende groep musea uit binnen- en zonder richt het museum zich al jaren op onderwijs als buitenland, juist door het feit dat het museum zo van- belangrijke samenwerkingspartner. ‘Social inclusion’ zelfsprekend omgaat met het binnenhalen van allerlei als doelstelling bepaalt de museale visie van Museum groepen mensen, in het bijzonder de minder kansrij- Jan Cunen, dat zich richt op oude en hedendaagse ken voor wie museumbezoek niet zonder meer van- beeldende kunst en erfgoed. Het museum is erin ge- zelfsprekend is. Maar het museum maakt zich even- slaagd de lagere sociaal-economische groepen aan te goed sterk voor een eigenzinnig presentatie- en aan-

62 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 63

koopbeleid, gestuurd door uiterst subjectieve kunste- gemeentelijke collectie hét onderscheid zou vormen naarskeuzes. De artistiek inhoudelijke argumenten die tussen educatie en recreatie. Dat een lokale overheid hieraan ten grondslag liggen moeten wel degelijk wor- op dergelijke wijze de reikwijdte van een museale taak- den gezien in het verlengde van de marsroute die Mu- stelling heeft vastgelegd, is bijzonder. Het is ongebrui- seum Jan Cunen al in 1998 op het gebied van ‘social in- kelijk dat de overheid een inhoudelijke museale visie clusion’ inzette. ‘Slow win’, te vertalen als ‘stil gewin’, ten behoeve van het maatschappelijk belang formu- daar heeft Museum Jan Cunen voor gekozen. De En- leert en bovendien specificeert. gelsen kunnen het mooi zeggen. Hun taal is gelaagd, De eerste periode van Jan Cunencentrum past in de rijk aan nuances en raakt de betekenis van het woord tijdgeest van de jaren zeventig en ook de toenmalige vaak in de kern. Het was David Fleming, directeur van visie van de gemeente Oss is daarvan niet los te zien. de National Museums in Liverpool, die de doelstelling Zo brak het ministerie van crm met de nota Kunst en van ‘social inclusion’11 omschreef in termen van ‘slow kunstbeleid al in 1976 een lans voor een nadrukkelijk win’ versus ‘quick win’, resultaat van vercommerciali- educatieve benadering van het museale werk en een in- sering en vereconomisering van musea. tegratie daarvan in het totaal van museumtaken. On- der de publieksgerichte taakstelling van het museum Een korte geschiedenis werden museumpresentaties met publieksbegeleiding Sinds Museum Jan Cunen in 1978 als gemeentelijk en voorlichting samengebracht. De geïntegreerde visie cultuurinitiatief van de grond kwam, heeft het zich op klinkt nadrukkelijk door: het museum zal zich vooral educatie gericht. De relatie die kunsthistorica Von bezig moeten houden met de uiteenzetting van de zin- Graevenitz in het citaat hierboven legt, gold van het tuiglijke verschijnselen, met het bewust maken van de begin af aan voor de wijze waarop Jan Cunencentrum, omgeving met inbegrip van maatschappelijke verban- zoals het destijds heette, zijn basistaken presentatie, den. Duidelijk is dat de ministeriële visie toentertijd verwerving en educatie opvatte. Voor wat nu Museum niet wilde meegaan in het gemakkelijk en kunstmatig Jan Cunen in het Nederlandse museale landschap van gemaakte onderscheid tussen een elite, die wel toegang andere musea onderscheidt, werd destijds door de ge- heeft tot de ‘hogere’ cultuur, en een brede massa meenteraad van Oss de grondslag gelegd. Jan Cunen- achterblijvers. In Oss heeft de bevolking en haar ge- centrum zou dienen te functioneren als een op collec- meenteraad toen en nu een museum gekregen waarom tievorming gerichte museale instelling, waarbij het be- zij vroeg en vraagt. Nooit heeft de gemeente Oss haar houden van objecten van kwaliteit ten behoeve van de middelen voor het museum bijgesteld of omgebogen,

63 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 64

ook recentelijk niet nu er landelijk sprake is van een samenbracht. In de historische presentaties werden de grote gemeentelijke bezuinigingsoperatie. Integendeel, bezoekers erop attent gemaakt dat de industrialisatie, de middelen zijn geoormerkt, beschermd en recent behalve welvaart, ook milieuvervuiling, drankgebruik verruimd. en verpaupering met zich mee had gebracht. Bij kunst- Overigens gaf de gemeenteraad in 1978 aan dat de tentoonstellingen, de eerste tien jaar van Jan Cunen- opdracht tot cultuurspreiding van Jan Cunencentrum centrum opvallend in de minderheid, zoals Verover het weliswaar museaal beleid betrof, maar dat de naam beeld, werd evengoed aandacht besteed aan maatschap- ‘museum’ diende te worden vermeden. ‘Centrum’ had pelijke invalshoeken, bijvoorbeeld aan apartheid. De bij een overweldigende politieke meerderheid de voor- getoonde kunst diende daartoe wel aanleiding te geven. keur. Conform de visie van de gemeente dat het cen- Het gevolg van de manier waarop Jan Cunencen- trum een sociaal-maatschappelijke taak toekwam, trum al doende en zonder theorie naar buiten trad, werd bovendien de term ‘educatieve dienst’ toege- was dat de instelling – ook later als Museum Jan Cu- voegd. Jan Cunencentrum educatieve dienst startte nen – lange tijd niet als museum werd gezien, maar als min of meer als een soort vakdienst op het terrein van een a-museale plek, waar men vanuit een maatschap- educatie. Het zocht naar verbindingen in en tussen de pelijke, op onderwijs gerichte tentoonstellingsgeest verschillende interessewerelden van in eerste instantie werkte. Museum Jan Cunen vestigde zich in deze ni- schoolgroepen en successievelijk amateurs, (lokale) che. Van daaruit verscheen een achterland dat door het kunstenaars, heemkundekringen en amateurarcheolo- museum vrijelijk en onderzoekend is geëxploreerd en gen. De punten van gemeenschappelijke belangstel- dat een vruchtbare voedingsbodem bood voor wat zijn ling werden vervolgens gekoppeld aan thema’s of uiteindelijke karakter en aard genoemd kan worden. onderwerpen uit terreinen die het centrum in collec- Het is een vrijplaats geworden voor kunstenaars, tieverband bijeenbracht. Herkenbare uitwerking stond onderzoekers – kunsthistorici, archeologen, sociolo- in de presentatie vrijwel altijd centraal en alle delen uit gen, pedagogen – schrijvers, idealisten en politiek ge- een kwalitatief uitermate wisselende collectie werden engageerden. Deze combinatie heeft bijgedragen aan daarbij zoveel mogelijk gebruikt. de onderzoekende en op experiment gerichte houding In presentaties als Toen Maasland de wereld was en mentaliteit die de benadering van het museum van (1980), Maasland in bedrijf (1982) en Verover het beeld zijn museale taakstelling is gaan bepalen. (1985) klonk een thematisch educatief beleid door dat Door tentoonstellingen te maken die de directe om- de belangstellingswerelden van uiteenlopende actoren geving het museum in brachten, legde Jan Cunencen-

64 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 65

trum een stevige basis voor Museum Jan Cunen en in kelingen in de kunst, Museum Jan Cunen wist meer het bijzonder voor de visie dat educatie integraal onder- en meer contact te krijgen met diverse generaties na- deel vormt van alle lagen van het museumwerk. De hui- tionaal en internationaal opererende kunstenaars die dige aanpak van educatie als integraal deel van het mu- belangrijke standpunten in de kunst vertegenwoordi- seumwerk is zelfs systematischer en meer structureel gen. De kwaliteit van de kunst prevaleert nu. geworden. Jan Cunencentrum slaagde erin de onmid- De gemeentelijke visie op het functioneren van haar dellijke omgeving aan te spreken door nauwe samen- museale dienst ontwikkelde mee. De stijgende bezoe- werking met andere sociaal-culturele instellingen. Deze kerscijfers en het toenemende publieksbereik, plus de manier van werken werd destijds door de gemeenteraad aanhoudende belangstelling van de klassieke groep van aangemoedigd en met middelen ondersteund, hetgeen museumbezoekers voor de programmering, heeft de nog steeds het geval is.12 Door de blijvende steun van de aandacht van de lokale politici getrokken en leidde tot lokale overheid aan deze principes kon het centrum la- een meer algemeen cultureel-sociaal beleid in de ge- ter als museum vrijelijk experimenteren met een grote meente. De doelstellingen van het museum kunnen openheid in zijn beleid. De gerichtheid op behoeften en niet alleen in de Osse politiek op waardering rekenen, initiatieven uit de samenleving bleef. Met andere woor- het eigen karakter van Museum Jan Cunen werd ook den, de institutionele muren waren reeds door Jan Cu- opgemerkt door de Raad voor Cultuur: ‘Ontwikkeling nencentrum geslecht. De maatschappelijke oriëntatie en experiment – hier opgevat als reflectie op de verdere en de aandacht voor volksopvoeding is gehandhaafd, ontwikkeling van het instituut museum en vernieu- maar inmiddels aangevuld met een museale identiteit, wing binnen de verschillende taakvelden – vindt plaats de identiteit van Museum Jan Cunen. in musea met een voorbeeldfunctie, zoals Museum Jan Wat Jan Cunencentrum ‘verzuimde’, was mee te Cunen.’13 De combinatie van ‘centrum’ en museum ontwikkelen met de kunstwereld waaraan het als cen- heeft een bijzondere waarde, zeker in het hedendaagse trum, evengoed als andere musea, verbonden was. Jan debat over de wijze waarop musea – en in het bijzon- Cunencentrum opereerde meer als ‘onderwijsinsti- der die voor hedendaagse kunst – zich heroriënteren tuut’, Museum Jan Cunen is in de schaduw van de op hun bestaansrecht.14 grote museumwereld een volwaardig operatief mu- seum geworden, met instandhouding van zijn sociale De museale functie en educatieve kwalificaties. Raakte Jan Cunencentrum Een vraag die de medewerkers van Museum Jan Cu- in artistiek opzicht achterop ten opzichte van ontwik- nen bezighield, was hoe destijds, in de eerste fase van

65 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 66

het Jan Cunencentrum, de kunstenaarskeuze tot stand hogere cultuur te spreiden richtingbepalend is voor kwam. Er is toen nooit sprake geweest van een kunst- collectie-, presentatie- en educatiebeleid. Er wordt of presentatiebeleid dat bijvoorbeeld aansloot op de binnen het museum niet zozeer over hogere cultuur toen al aanwezige kerncollectie 19de-eeuwse teken- en gesproken en geen scheiding gemaakt tussen collectie, schilderkunst. De situatie nu is dat er bij elk project presentatie en educatie. Projecten en tentoonstellingen opnieuw nadrukkelijk wordt gezocht naar de relatie kunnen aanleiding zijn om kunst en historische objec- tussen collectiebeleid – lees kunstenaars – en tentoon- ten te behouden. stellingsbeleid. Beide aspecten dienen evenveel kwa- ‘Leren kijken.’ Dit motto koos Museum Jan Cunen liteit te hebben: kunst en publiekswerking. Het gaat vanuit bovenstaand perspectief voor zijn legitimatie. Museum Jan Cunen niet om het tot uitdrukking bren- Het museum spant zich in bij het publiek een appèl te gen van de actualiteit van de kunst, maar om het meest doen op sociaal-maatschappelijke fantasie, de mense- effectvolle museale gebaar ten opzichte van kunst én lijke emotie, expressie en creativiteit. Het museum is publiek. een open terrein tegenover een gesloten en uitsluiten- Een museum met een actieve cultuurpolitiek, soci- de werkelijkheid en maakt mensen bewust van een al- aal voelend en mensgericht, is zonder kunstenaars en ternatief bestaan. Weet je niet wat het is en ben je er hun bijdragen ondenkbaar. Zij dragen immers bij tot nooit mee in aanraking gekomen, dan kan het verlan- de geestslijperij die een sociaal-emancipatorisch mu- gen daartoe eenvoudigweg niet worden opgewekt en seum wil voorstaan. Daarom kijkt Museum Jan Cu- gevormd. Deze visie heeft zich uitgekristalliseerd in nen nadrukkelijk naar ontwikkelingen die zich binnen een samenhangend tentoonstellingsbeleid, een antici- de kunst voltrekken. Deze is nog nooit zo naar buiten perende lokale en regionale functie, een dynamische gericht als nu.15 Het museum zet – in tegenstelling tot cultuurpolitiek en een hecht museumteam dat met de Jan Cunencentrum – verzamelen nadrukkelijk als onmiddellijke omgeving samenwerkt en actief naar middel in om de aandacht voor kunst zelf kracht bij te buiten treedt. zetten, in plaats van deze als ‘onderdeel’ van het educa- tieve geheel te beschouwen. Het museum volgt ook Educatie als kernbegrip nauw de wijze waarop museumbezoekend publiek Educatie betekent voor Museum Jan Cunen ‘inzet van zich ontwikkelt en ontwikkeld heeft tot een meer so- het sociale leven, door de muren van het museum phisticated publiek. Het is echter een misverstand dat heen die in feite het sociale leven buiten houden. Het in een sociaal-emancipatorische visie de noodzaak de gaat over kunst [en erfgoed] – niet meer en niet min-

66 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 67

der [...] maar ook om het sociale leven. Educatie komt rele participatie en cultuureducatie tot mislukken ge- voort uit een werkelijke interesse in beide.’16 Het mu- doemd. Daarom is Museum Jan Cunen in 1998 een seum streeft naar een hecht en intergraal museaal be- hecht samenwerkingsverband aangegaan met de leid, waar collectioneren, presenteren en educatie niet vmbo-afdeling van het Hooghuis Lyceum, in de on- los van elkaar staan, maar één geheel vormen. Voor middellijke omgeving van het museum het belangrijk- educatie is daarbij een centrale rol weggelegd. De ste onderwijsprofiel. Het effect is een vergaande inte- werkzaamheden van de museummedewerkers worden gratie van onderwijs en museum,17 zonder dat beide steevast ‘activiteiten’ genoemd, of het nu gaat om het partners hun identiteit hebben ingewisseld en ver- maken van tentoonstellingen, het opzetten van kin- wisseld. derprogramma’s, publieksprogramma’s of het presen- In nadrukkelijke samenwerking met het onderwijs tatiebeleid. De bezigheden overlappen elkaar, zodat heeft het museum speciale klassen opgericht waar jon- voortdurend onderlinge beïnvloeding plaatsvindt. Alle geren op basis van hun talent vrijwillig bijeenkomen activiteiten moeten worden gezien als onderdelen van en samenwerken. Het eerste resultaat is verpletterend. één dynamisch proces. Dit betekent dat curatoren, Museum en onderwijs hebben in samenwerking een educatoren, kunstenaars en publiek – kinderen, jonge- ‘stand alone’ gerealiseerd aan de rand van de stad in ren, ouderen – zowel gezamenlijk als individueel in- een ‘identiteitsloze wijk’, onder de titel Museum- houdelijk aan bod komen. school. Deze ruimte biedt onderdak aan presentaties De relatie van het museum met het onderwijs is van de museumcollectie, collectiegegevens op het buitengewoon intensief. Onderwijs is immers dé plek internet, workshops met kunstenaars van kunstacade- waar cultuurparticipatie een levende zaak dient te zijn. mies, dj-cursussen en een ‘sociaal plastiekkamer’ met Alles moet daartoe worden ingezet: menskracht, extra ruimte voor graffiti, fotografie, literatuur en geschie- uren voor docenten, uren voor museummedewerkers, denis. veel extra financiële middelen, ruimte in het curricu- In het presentatiebeleid is ervoor gekozen de kun- lum. Onderwijs is voor het museum dé partner om de stenaar naar het publiek te laten afdalen, kunst te doelstelling van ‘social inclusion’ te laten slagen. Zo- brengen. De ruimte die het museum nu bezit, de in- lang het museum het onderwijs niet als zodanig ziet en dustriële villa aan de rand van het centrum van Oss, de alle vormen van samenwerking blijven steken in goede ruimte eromheen én de diverse buitenlokaties, zoals de bedoelingen, probeersels blijven en geen continuïteit Museumschool, zijn geschikt om verschillende kunst- kennen, zijn de inspanningen op het terrein van cultu- en niet-kunstdisciplines, zoals sport,18 in elkaar te laten

67 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 68

overvloeien. Het is juist het brede scala aan activiteiten genretentoonstellingen voor diverse genres publiek. die het museum zijn dynamiek verschaft. Hierdoor Onder één noemer weet onderwijs een uitgebreide en krijgt het meest eigen element van het museum, zijn zeer diverse populatie samen te laten komen. Boven- collectie inclusief beheers- en behoudstaken, geholpen dien weet het een gecompliceerde en buitengewoon door het effectieve publieksbereik, een adequate gelaagde inhoud over te dragen. Los daarvan kan context. onderwijs – in het bijzonder het vmbo-onderwijs, dat Het museum bewijst zich nadrukkelijk op de lokale als onderwijsterrein zeer veel ruimte neemt voor expe- markt door de koppeling die het maakt met zijn direc- riment en zo langzamerhand aan het uitgroeien is tot te omgeving, het onderwijs voorop. In het museum de nationale agora van vernieuwing – van alles teza- wordt daarbij graag gesproken over ‘museumfactor’. men één proces creëren, namelijk een leerproces. Overheden zien op hun beurt het onderwijs als instru- Daarin zit de grote kracht van het onderwijs. Als het ment en onderdeel van hun politieke en bestuurlijke museum de houding en mentaliteit van het in gang doeleinden. In Oss komt hierdoor het museum in zetten van leerprocessen zou overnemen én het geloof beeld omdat het sterk in het onderwijs is verankerd. van onderwijs in de kracht van communicatie over wat Als ouders op hun scholen pleiten voor meer en fre- het doet, dan komt het museum vanzelf meer en beter quenter museumbezoek door hun kinderen, dan zal in beeld. Dan kan het laten zien dat het belangrijk is, geen schooldirecteur daar afwijzend op reageren. Als dat het politiek is, dat het debat is, dat het publiek is. ouders in hun rol als burger vinden dat binnen het Musea hebben te weinig gedaan om een publiek te onderwijs voor hun kinderen museumbezoek van be- scheppen dat hiervan overtuigd is en op zijn beurt aan lang is – het was voor hen ook een belangrijk goed – anderen uitdraagt wat zijn ervaringen waren of welke dan zal geen gemeentebestuur daarop bezuinigen. In- nieuwe inzichten het heeft opgedaan. tegendeel, het maakt en houdt het museum gratis toe- gankelijk en is bereid een belangrijk deel van de ex- Het museum als werkplaats ploitatie voor zijn rekening te nemen. Museum Jan Cunen gaat het er bij de uitvoering van Er is nog een andere – zeer verfrissende – manier zijn museumtaken, in het bijzonder educatie, allereerst om vanuit het museum naar het onderwijs te kijken en om het museum een plaats te geven in de directe om- wel als ‘genre’,19 zoals ook multiculturaliteit als ‘genre’ geving, in de omringende maatschappij, niet om het kan worden bekeken of zoals het museum het publiek profileren van het museum in de kunst- of cultuursec- als ‘genre’ beschouwt. Daarom is er zo’n overvloed aan tor. Het heeft een onbedwingbare behoefte de eigen

68 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 69

praktijk telkens opnieuw tegen het licht te houden, los heeft gemaakt? Ze staan in nadrukkelijke wisselwer- van een overheid, fonds, commissie, wethouder, cura- king tot elkaar. De wijze waarop het museum het pu- tor of wie of wat dan ook die of dat middelen verschaft bliek bij zijn activiteiten betrekt, is daarbij doorslagge- die het museum in stand houden. Het museumwerk vend. Het team werkt sterk naar buiten gericht, zoekt wordt als een brandende kwestie gezien, iets wat over- de diversiteit aan krachten in de omgeving op en bindt eind moet blijven en niet ten onder dient te gaan in die aan het museum. Tal van interdisciplinaire werk- consensus, ‘loketterie’, verkaveling en de-intellectuali- groepen met een belangrijke rol voor alle leden van het sering. Museum Jan Cunen bestaat niet omdat de ge- museumteam zijn daarbij van belang. Wezenlijk voor meente Oss, de provincie Noord-Brabant of het mi- het succes van deze werkgroepen is het functioneren nisterie van ocw museumbeleid uitdraagt, maar om- van een projectcoach, een coördinator die zich zowel dat het museum een eigen missie heeft. Cruciaal is de in als buiten het museum manifesteert en parallelle kijk op en verbinding met het onderwijs. In de Osse processen in gang zet die de grondslag vormen van situatie gaat het vooral om het vmbo-onderwijs omdat projecten en tentoonstellingen. Daarnaast is er een be- zestig procent van de Ossenaren deze vorm van onder- langrijke rol voor de betrokken kunstenaars. wijs geniet en dat al meer dan vier generaties achtereen Hoezeer het museum in de contouren van het ge- doet.20 bouw en tentoonstellingszalen, depot, balie en koffie- Essentiële vragen bij het opstellen van de activitei- corner ‘af’ lijkt, en tentoonstellingen na openingen ‘af’ ten zijn: wat is het bestaansrecht van het museum en zijn, Museum Jan Cunen verlegt telkens het accent en wat dragen we daarin over aan het publiek (kinderen, creëert opzettelijk iets wat ‘niet af’ is. Deze program- jongeren, ouderen). Deze vragen lijken open deuren, meringsvisie leidt tot bijzondere neveneffecten. Uit maar worden zelden gesteld. Voor Museum Jan Cunen alle activiteiten komen producten voort, kunst, of zo raken zij alle aspecten van zijn museale werk. Het men wil, creativiteit, die volstrekt op zichzelf staan, schuwt risico’s niet maar zoekt ze juist op. Elk proces is vooraf niet gepland zijn of als ‘kunst’ bedoeld zijn. Zij minstens zo belangrijk als ieder eindresultaat. Het doel leggen het museum daarmee een nieuwe inspanning van de museale activiteiten is steeds ‘de ogen op steel- op, bijvoorbeeld de beslissing hiervan een collectie aan tjes zetten’. te leggen. Hoe sporen nu de interesses en verwachtingen van Museum Jan Cunen voedt met zijn aanpak de het publiek met het museale aanbod en de museale openbare meningsvorming. Sterker, het publiek ver- praktijk die Museum Jan Cunen zich sinds 1998 eigen wacht van het museum deze rol, volgt het debat dat

69 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 70

het museum in gang zet en mengt zich graag in de opi- Maar het heeft ook betrekking op de samenwerking nievorming. De relatie met de lokale en regionale pers tussen allerlei betrokkenen, in en buiten het museum, is hierom van levensbelang, want het museum en zijn om te beginnen met het onderwijs. Vaak genoeg leidt activiteiten dienen onder de aandacht te worden ge- samenwerking tussen zeer verschillende partijen tot bracht. Dus worden successen, missers, visies en ver- grijze consensus en onooglijke compromissen. Feite- schillen in inzicht met bijvoorbeeld het gemeentebe- lijk komen noch consensus noch compromissen mu- stuur via de televisie, radio en geschreven pers meege- seumbeleid ten goede. Maar samenwerking, zeker die deeld. Het effect is dat de onmiddellijke omgeving het tussen uiteenlopende partijen als onderwijs, welzijns- museum door en door leert kennen en uiteindelijk organisaties en musea, kan evengoed leiden tot in- kent. Oss heeft het museum dat het vraagt. Misschien zicht. Inzicht, in de zin van een onverwacht moment zit het wel in de genen van Oss om te opiniëren. van bewustwording, resultaat van een complex proces van interacties. Dan is er niet alleen sprake van inzicht, Waaruit bestaat museumbeleid? Uiteraard omvat het maar ook van onderling contact, tussen álle vormen ideeën over hoe het museum dient te worden geleid. van leven. Dat is museumbeleid.

noten

1 Met dank aan René Pingen. 9 J. Kehla, Jaarverslag Museum Jan Cunen, Oss 2003. Kehla be- 2 A. von Graevenitz, ‘Nieuwe trends in de edukatieve diensten. pleit een inzicht in een eigen museumcarrière van museumpu- Een aantal kritische opmerkingen’, in: Museumjournaal, 19 bliek (1974) 6, p. 246. 10 Museum Jan Cunen 2003 2004 3 Rondetafelgesprek Museale Strategie, 26 mei 2005, Utrecht. Tentoonstellingen 811 4 Met dank aan Hendrik Driessen. Bezoekers 29508 48800 5 R. van der Ploeg, Cultuur als confrontatie. Uitgangspunten voor Totaal lasten (€) 840568 814627 het cultuurbeleid 2001-2004, Den Haag, Ministerie van ocw, Kosten tentoonstellingen (€) 148288 102963 1999. Fte’s 5,65,6 6 R. de Beer en H. Janssen, ‘Iedereen dacht het gaat toch goed’, Bezoekers uit Oss en regio in % 35 50 in: de Volkskrant, 23 juni 2005, p. 10-15. Nettokosten per bezoeker (€) 22,216,9 7 R. Pingen, Dat museum is een mijnheer. De geschiedenis van het Van Abbemuseum 1936-2003, Van Abbemuseum/Artimo, 2005, 11 D. Fleming, ‘Positioning the museum for social inclusion’, in: p. 128. Museums, Society, Inequality, Londen 2002. 8 Blauwdruk, Expertmeeting Social Inclusion. David Fleming, 12 In 1978 werd door de gemeente Oss het Overleg voor de Osse Nederlandse Museumvereniging e.a., 2005, p. 171-175. Kulturele Instellingen, kortweg het okvo, geïnstalleerd. Jan

70 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 71

Cunencentrum vormde samen met Lievekamp, schouwburg, bliek aan – hun – kunst wordt gewerkt. Van Heeswijk legde in cinema en muziekschool steevast binnen het okvo één overleg- deze termen de basis voor De Strip in Vlaardingen, een multi- orgaan richting onderwijs, amateurgroepen, amateurarcheolo- disciplinair werkplaats- en tentoonstellingsgebied in een oude gen en andere uiteenlopende lokale maatschappelijk-sociale winkelstraat. Bade richtte in 2003 Arte Swa op, een sociaal- instellingen als Riagg, Vrouwenopvang etcetera. Doel was het maatschappelijk kunstmodel. realiseren van een afstemming van vraag en aanbod van initia- 16 E. Jacobs, ‘Inleiding’, in: M.L. de Noo, Waar een wil is. Een tieven en ideeën vanuit de Osse samenleving. Hierop zouden de onderzoek naar het huidige educatiebeleid van beeldende kunst- culturele instellingen met gezamenlijke programmeringen rea- musea, Museum Jan Cunen, Oss 2003, p. 1-11. geren. Het okvo is inmiddels verzelfstandigd. Vanaf zijn op- 17 Blauwdruk, GSM 1e Klas, Nederlandse Museumvereniging, vsb richting was het uitermate succesvol in het samenbrengen van Fonds, Cultuurnetwerk Nederland, 2005, p. 105-111. verschillende culturele en maatschappelijk-sociale partijen. 18 idem, Lijnvoetbalshow, p. 118-124. 13 Raad voor Cultuur, 2005, p. 26-27. 19 Khaldoun Elmecky, oud-directeur van Cosmic, was bij mijn 14 F. van Westrenen, Je moet je rol durven kiezen. Kunstmuseum in weten de eerste die het woord ‘genre’ hanteerde als typering van de 21e eeuw, doctoraalscriptie kunst- en cultuurwetenschappen, multiculturaliteit als onderscheidend terrein binnen kunst en Erasmus Universiteit Rotterdam, 2003. cultuur. 15 Beeldend kunstenaars als David Bade en Jeanne van Heeswijk 20 Blauwdruk, Museum Jan Cunen, Oss, Nederlandse Museumver- richten zich nadrukkelijk op plekken buiten het museum en de eniging e.a., 2005, p. 96-100. galeriewereld en opereren in de openbare ruimte waar met pu-

71 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 72 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 73

Mission impossible Over het falen van de cultuurspreiding en het elitaire karakter van kunst

Jacqueline Oskamp

Hoewel alle pogingen tot cultuurspreiding in de vorige op een zo breed en divers mogelijk publiek, met als eeuw zijn mislukt, blijft de roep klinken dat kunst toe- doel de populatie in de theaters een meer getrouwe af- gankelijk moet zijn voor brede lagen van de bevolking. spiegeling van het Nederlandse straatbeeld te laten Is dat realistisch in een samenleving waarin de massa- zijn. ‘De culturele instellingen zouden [...] zich niet cultuur oprukt en jongeren vooral in hun eigen sub- moeten beperken tot die ene hun zo bekende golfleng- cultuur geïnteresseerd zijn? Wat legitimeert overheids- te. Door alle kanalen open te zetten kunnen cultuur- steun aan kunst die in de aard der zaak elitair is? makers en culturele instellingen communiceren met een zo breed mogelijk publiek: arm en rijk, jong en Kunstenaars moeten het publiek in hun hart sluiten, oud, man en vrouw, autochtoon en allochtoon, homo- zo klonk de hartstochtelijke oproep van Rick van der seksueel en heteroseksueel, regionaal en stedelijk.’ Ploeg aan de kunstwereld. In ambtenarentaal gefor- De visie van Van der Ploeg is geenszins nieuw. Door muleerd: ‘Concreet kom ik tot de stelling dat de factor de geschiedenis van het kunstbeleid klinkt als een echo publiek een veel dominanter element moet worden.’1 de roep om alle lagen van de bevolking deelgenoot te Bij zijn aantreden in 1998 constateerde de nieuwe maken van het hogere cultuurgoed. Of zoals de socio- staatssecretaris dat het kunstleven in Nederland veel loge H.M. in ’t Veld-Langeveld in 1961 deze doelstel- weg heeft van ‘een goed bewaard geheim’, gekoesterd ling formuleerde: ‘Het deelachtig doen worden van door een gelukkige kring van ingewijden. ‘Maar voor cultuur aan bevolkingsgroepen, die daarvan geheel of een wijdere cirkel van buitenstaanders bevat de uit- grotendeels verstoken blijven, omdat hun de noodza- gaansladder ongeveer evenveel geheimen als de dage- kelijke financiële middelen daartoe ontbreken; hun de lijkse beursberichten in de krant.’ geestelijke middelen ontbreken; hun levenspatroon Van der Ploeg zag het dan ook als zijn taak de deu- hiervoor geen ruimte laat, dat wil zeggen de cultuur ren open te zetten: theaters en concertzalen moesten geen plaats inneemt in het geheel van objecten, die de zich niet langer richten op de trouwe liefhebber, maar voorstellings- en gedragswereld van de groep vullen.’

73 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 74

Aan het begin van de vorige eeuw bekommerden voor- rokmuziek, niet-westerse muziek, jazz en performan- al particulieren zich om het geestelijk welzijn van de ces gebroederlijk na elkaar werden gespeeld. Het klas- onderkant van de samenleving. Volksconcerten, de sieke en romantische repertoire ging bij deze ‘happe- gratis openstelling van musea en de publicatie van nings’ in de ban. goedkope boeken, zoals die van de Maatschappij voor De no-nonsensepolitiek die in de jaren tachtig on- Goede en Goedkoope Lectuur, opgericht in 1905, en der minister Elco Brinkman haar intrede deed, kwam de Salamanderreeks die Emanuel Querido in 1934 be- tot uitdrukking in een nieuwe term: publieksbereik. gon, het waren stuk voor stuk pogingen de arbeiders- Het idealistische streven dat in het woord ‘cultuur- klasse zedelijk te ‘verheffen’.2 Na 1945 werd er voor het spreiding’ nog min of meer doorgeklonken had, werd eerst door de overheid een officieel kunstbeleid gefor- vervangen door een zakelijker benadering waarbij de muleerd dat, naast het behoud en de ontwikkeling van zaalbezetting bepalend was. Marktwerking en mana- kunst, zijn rechtvaardiging vond in cultuurspreiding. gement zijn begrippen die steeds vaker in de discussies Dit streven werd overgenomen door sommige maat- over het kunstbeleid opduiken. Toch drukte de be- schappelijke organisaties. Een treffend voorbeeld is de windsman zich genuanceerd uit in zijn uitgangspunt Matinee op de vrije zaterdag, een door de Vara in 1960 dat ‘een voorziening, een activiteit in beginsel gehou- gestarte klassieke concertserie in het Amsterdamse den is aan de opgave om de belangstelling van het pu- Concertgebouw die door zijn lage toegangsprijzen ook bliek te wekken die overeenkomt met zijn aard en de voor ‘de gewone man’ toegankelijk was (en is). schaal van de presentatie’. In de radicale jaren zestig deed de jonge generatie Vergeleken daarmee ging Hedy d’Ancona een flinke het kunstleven op zijn grondvesten schudden. Een van stap verder door zich na haar aantreden in 1989 publieke- de sleutelwoorden in hun ideologisch begrippenkader lijk af te vragen of ook niet af en toe ‘het enthousiasme was democratisering, die in de praktijk echter minder van het publiek’ gehonoreerd moest worden. Bovendien betrekking had op het publiek dan op de kunsten zelf. was zij de eerste die concrete maatregelen voorstelde om De bestaande hiërarchie tussen verschillende kunstdis- gesubsidieerde instellingen te dwingen meer publiek ciplines en genres moest worden opgeheven. De aan- binnen te lokken: de instellingen kregen minder subsidie val werd ingezet op de klassieke canon en de ‘regenten’ en werden verplicht twintig procent van hun inkomsten die haar vertegenwoordigden. Zo werd het muziekle- zelf te verdienen. Voor de podiumkunsten geldt de ‘vijf- ven, om ons daar even toe te beperken, opgevrolijkt tienprocentsregeling’, die uiteindelijk het resultaat was met ‘inklusieve konserten’, waar nieuwe muziek, ba- van haar voorstel, tot op de dag van vandaag.

74 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 75

Haar opvolger moest als gevolg van heftige Uitdijende middenklasse bezuinigingen noodgedwongen een defensief beleid Het streven van de opeenvolgende ministers en staats- voeren. Zijn terughoudende optreden stond in sterk secretarissen om groepen burgers voor kunst te interes- contrast met de luidruchtige manier waarop Van der seren die daar uit zichzelf niet naar neigen, zou sympa- Ploeg de kunstwereld vervolgens onder schot nam. Hij thiek zijn ware het niet dat de geschiedenis heeft uitge- schilderde het kunstenveld af als een zelfgenoegzaam, wezen dat al deze pogingen keer op keer mislukt zijn. navelstaarderig wereldje, dat zich zover mogelijk van Zelfs de gegoede burgers die aan het begin van de vori- de grote boze buitenwereld houdt. Waarom 330 gul- ge eeuw met eigen geld en gewapend met de beste be- den per bezoeker toeleggen op een productie van Göt- doelingen probeerden de schoonheid van kunst met terdämmerung die wordt bezocht door een verwaar- de laagste klassen te delen, kwamen bedrogen uit. Ook loosbaar aantal mensen en niet een concert van de Rol- al was de toegang gratis, de man uit de straat bleef weg. ling Stones subsidiëren, waar tienduizenden fans van Voor zover er cultuurspreiding plaatsvond, betrof die genieten? Zo probeerde de staatssecretaris een bom- het eigen milieu, de burgerij, niet de arbeidersklasse. metje te leggen onder het kunstbeleid als geheel, dat Het door de overheid gevoerde spreidingsbeleid zich immers van oudsher had gericht op kunstuitingen boekte niet meer resultaat. Als het publiek in de na- die zichzelf niet kunnen bedruipen. Hij spitste zijn on- oorlogse decennia groeide, ging het om een steeds ver- genoegen toe op het ontbreken van jongeren en al- der uitdijende middenklasse die kunst als een aangena- lochtonen onder het in kunst geïnteresseerde publiek. me en verantwoorde vorm van vrijetijdsbesteding ont- Een stelsel van doelsubsidies moest de kunstinstellin- dekte. De laagste sociale klassen bleven, ook nadat het gen prikkelen om deze twee groepen de zaal in te krij- accent meer was verlegd naar kunsteducatie, buiten gen. De huidige bewindsvrouw Medy van der Laan schot. Het lijkt er dus op dat Gerard Reve in een veel- heeft juist deze doelsubsidies weer afgezwakt, omdat ze geciteerde strofe uit een brief aan Simon Carmiggelt opportunisme in de hand werken: instellingen passen de spijker op de kop slaat: ‘Vooral op die rare oer- allerlei kunstgrepen toe om hun subsidieaanvraag te drang, het volk tot de kunst te willen brengen heb ik laten aansluiten bij het gevoerde overheidsbeleid. Dat het in het geheel niet begrepen. Het komt er in de neemt niet weg dat de discussie over het al dan niet eli- praktijk op neer, dat de kunst naar het volk gebracht taire karakter van kunst nog steeds hoog op de agenda moet worden, want het volk verzet heus geen stap in staat. de richting van de kunst, om die te begrijpen.’ Ook het ministerie van crm constateerde in 1982 dat kunst

75 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 76

voor brede lagen van de bevolking ‘een utopische Kunst is een uitgelezen middel om zich superieur te wens’ is gebleken. wanen ten opzichte van een andere sociale klasse of om Het heeft dus op zijn minst iets Don Quichot- zich juist codes en etiquette van een hogere klasse ei- achtigs dat de opeenvolgende bewindslieden op crm gen te maken. Het blijkt echter dat dit sociale mecha- en later ocw steeds weer hun troeven op het publieks- nisme alleen in de hogere en middenklasse werkzaam bereik hebben gezet. Te meer daar in de loop van de is; de laagste sociale klassen staan hierbuiten. decennia een stroom van onderzoeken het falen van het overheidsbeleid heeft onderbouwd en verklaard. Kritiek op de kunstwereld Kort samengevat komt het erop neer dat cultuurparti- Deze wetenschap heeft echter niet kunnen verhinde- cipatie afhankelijk is van inkomen, opleiding en leef- ren dat sinds het bewind van Rick van der Ploeg de tijd. Van doorslaggevende invloed is het gedrag van de geest uit de fles is: van alle kanten staat de kunstwereld ouders. Tot de leeftijd van veertien jaar is hun voor- onder druk om te bewijzen dat zij aanspraak kan ma- beeldfunctie bepalend voor de mate waarin de kinde- ken op overheidsgelden, ondanks het feit dat maar een ren interesse ontwikkelen voor kunst. In de tweede beperkt deel van de bevolking gebruikt maakt van deze plaats komen de culturele activiteiten op school. Met voorzieningen (overigens blijkt in alle West-Europese andere woorden, het sociale milieu (dat goeddeels tot landen dat percentage op ongeveer twintig procent uitdrukking komt in opleiding en inkomen) bepaalt van de bevolking te liggen). De kritiek komt van ver- de ontvankelijkheid van een jongere voor kunst en ook schillende kanten en wordt gevoed door heel verschil- de kans dat hij of zij op latere leeftijd kunstliefhebber lende motieven. In de eerste plaats is er de oprechte zal worden. bezorgdheid dat het kunstpubliek verstart en vergrijst. Twee factoren spelen bij deze verklaring een rol: het En in het verlengde daarvan ligt een even oprecht ver- kenmerk van (moderne) kunst is een zekere mate van langen de kunstwereld een betere afspiegeling te laten complexiteit. Het vergt een bepaald niveau van intelli- vormen van de maatschappij en haar in de multicultu- gentie en/of opleiding om kunst te kunnen waarderen rele samenleving te verankeren. (zoals het doorzien van dubbele bodems en de bereid- Een tweede vorm van kritiek is economisch van heid symboliek te duiden). Daarnaast is een sociale aard. Waarom zou de kunstwereld niet moeten functi- distinctiedwang aan het werk, die maakt dat het ene oneren via de wetten van vraag en aanbod, conform de sociale milieu zich wil onderscheiden van het andere, markt? Waarom allerlei kasplantjes creëren die bij het terwijl een lager sociaal milieu zal trachten te ‘stijgen’. kleinste zuchtje wind het loodje leggen? Al sinds de ja-

76 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 77

ren tachtig klinkt deze roep om een meer zakelijke zich overwegend anti-intellectualistisch op. Daarmee aanpak van het ‘kunstbedrijf’ en met name op het ge- vormen ze een spiegelbeeld van het rechtse denken, bied van public relations en marketing is veel veran- dat eveneens het populaire en het volkse verdedigt.’3 derd. Grote instellingen besteden veel tijd en geld aan Deze definitie lijkt uitstekend van toepassing op ie- marktonderzoek om hun (potentiële) publiek in kaart mand als Rick van der Ploeg, die als staatssecretaris te brengen, welk publiek in talloze deelpubliekjes op- vaak koketteerde met zijn zogenaamde slechte smaak. gesplitst blijkt te kunnen worden. Deze marketing- Van der Ploeg pleitte eveneens voor een ‘democracy methodes, gestoeld op commerciële modellen, hebben of culture’ in plaats van een ‘aristocracy of culture’. Er zeker een groter publiek op de been gebracht. Zo von- schuilt in deze formulering een addertje onder het gras den er de afgelopen vijftien jaar een paar tentoonstel- want het begrip ‘democratie’ is niet ontbloot van de- lingen plaats die ongeëvenaarde publieksaantallen ge- magogie, zoals ook wordt gesignaleerd in een discussie nereerden. Hetzelfde geldt voor grote muziekfestivals, in De Standaard over dit onderwerp: ‘De vrije markt zoals het Mahler-festival in het Amsterdamse Concert- wordt de metafoor voor de democratie, en een perfecte gebouw of de Gergiev-festivals in de Rotterdamse en legitieme democratie is er een die verkoopt zoals Doelen. Maar weer gaat het om een publiek – een een topproduct uit de commerciële sfeer. Enkel wat middenklasse – dat in de breedte groeit. vlot circuleert en dus “populair” is, wordt gezien als De derde vorm van kritiek drijft mee op een popu- democratisch, legitiem, als instrument van directe in- listische stroom, die zich keert tegen alles wat niet ‘van spraak en beslissingsmacht. “Goed” zijn die dingen die de straat’ is. Het belangrijkste criterium dat aan kunst massaal (kunnen) worden verspreid. Datgene wat niet gesteld wordt, is de directe emotie: kunst moet je rá- goed verkoopt is elitair, sektarisch en zeker niet demo- ken. Kunst die enig abstractievermogen vergt, wordt al cratisch.’4 snel afgedaan als gefrustreerde moeilijkdoenerij. In Ook al wordt hier een wat eenduidige voorstelling Nederland komt deze tendens het duidelijkst tot ui- van zaken gegeven, het gebruik van het woord ‘demo- ting in een politieke partij als de lpf en haar aanhang. cratisch’ in dit verband is interessant. De redenering De Belgische socioloog Rudi Laermans wijst echter gaat ongeveer als volgt: als er duizenden mensen naar ook op het ontstaan van een nieuwe ‘anti-elitaire elite’, The Phantom of the Opera in het Circustheater gaan, die met nauw verwante opvattingen de publieke opi- dan betekent dit dat deze musical kwalitatief goed is nie beïnvloedt: ‘Het is een nieuwe klasse van hogerop- (waarom zouden er anders zoveel mensen gaan kij- geleiden, progressief en politiek-correct, en die stelt ken?) en dus een democratisch principe vertegenwoor-

77 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 78

digt (want de voorstelling wordt gedragen door grote veilig te stellen. Omgekeerd houdt populaire cultuur groepen mensen). mensen dom. Zij stompt af omdat zij gebaseerd is op Het demagogische aspect betreft de manier waarop herhaling en steeds weer refereert aan het bekende. publieke waardering oftewel verkoopbaarheid gelijk Het is plat vermaak, voorspelbaar en met voorgepro- wordt gesteld aan kwaliteit. De omgekeerde redenering grammeerde emoties. Tegelijkertijd weten cultuurpes- heeft in deze denkwijze immers evenveel geldigheid: als simisten van alle tijden zeker dat deze massacultuur de een voorstelling maar een handjevol mensen trekt, kan overhand zal krijgen. Dit standpunt wordt in onze tijd het ook niets om het lijf hebben. Moeten wij daar onze ingenomen door de schrijver Herman Franke die con- zuurverdiende belastingcenten aan spenderen? stateert hoe ‘bovenin het ene mooie cultuurgoed na het andere over de rand wordt geduwd en ongemerkt Hoe de massacultuur aan terrein wint verdwijnt in de vergetelheid’. En hoe ‘de meer fragiele, Kunst of kitsch: bondiger kan de tegenstelling tussen “hogere” kunstvormen ten onder dreigen te gaan’.5 hoge en lage kunst niet worden uitgedrukt. Een tegen- Ook het cultuurpessimisme dateert niet van van- stelling die overigens ook kan worden aangeduid als daag of gisteren. Toch zijn er een paar ontwikkelingen ‘complex’ versus ‘simpel’. Adorno typeerde de massa- gaande die de huidige zwartkijker in het gelijk lijken te cultuur als babyvoedsel: hap, slik, weg. Hij zag het als stellen. Zo wijst Bram de Swaan er terecht op dat de een typisch product van het kapitalisme. Alleen auto- populaire cultuur enorm heeft geprofiteerd van de nome avant-garde kunst kon maatschappijkritisch technologische ontwikkelingen in de twintigste eeuw zijn, al het overige was gecorrumpeerd door het kapi- (van televisie tot nieuwe media) waardoor nu letterlijk talisme. sprake is van een massacultuur. Hij schrijft in zijn es- Tegenwoordig zijn we niet meer zo geneigd de say ‘Alles is in beginsel overal’: ‘De hoge kunst gaat schuld aan het kapitalisme te geven, maar de argumen- conservatief om met de media maar niet met de struc- ten dan wel verwijten over en weer zijn door de tijden tuur [vernieuwing binnen het genre, J.O.]; de massa- heen overeenkomstig gebleven. Elitekunst wordt afge- cultuur is conventioneel van structuur maar radicaal in schilderd als snobistisch, autistisch en hermetisch, uit- het gebruik van de media.’6 Het is door deze systema- sluitend refererend aan de eigen canon die volledig tische exploitatie van de distributiekanalen dat de bestaat uit werk van dwems (Dead White European massacultuur in onze tijd zo onontkoombaar is gewor- Males). Deze kunst wordt verdedigd door een conser- den. vatieve elite die er vooral op uit is de eigen belangen

78 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 79

Een tweede ontwikkeling betreft de vermenging van gelezen en van voetbal houden? Het is bon-ton zich hoog en laag. Waar vroeger misschien nog sprake was met bepaalde vormen van kitsch en camp te affiche- van duidelijk afgebakende sferen, is een ongedefini- ren. Daar komt bij dat de vrijetijdsindustrie de laatste eerd middenveld ontstaan van cultuuruitingen die as- decennia enorm is gegroeid en eveneens een beroep pecten van beide werelden in zich verenigen. Opval- doet op de hoger opgeleide burger. Sport, ontspanning lend genoeg gaat het dan wel om een eenrichtingsver- en uitgaan zijn allemaal activiteiten die voorheen meer keer: laag cultuurgoed dat stijgt. De omgekeerde tot het domein van de lage cultuur behoorden, maar beweging vindt niet of nauwelijks plaats. Het gaat om nu ook door de hogere klassen worden bedreven. Of, disciplines die voorheen tot de populaire cultuur wer- zoals medewerkers van het Sociaal en Cultureel Plan- den gerekend, maar waarbij zich op deelgebieden een bureau (scp) Andries van de Broek en Jos de Haan het zodanige verdieping heeft voorgedaan dat deze in het in NRC Handelsblad formuleerden: ‘Tegenover een domein van de hoge kunst terecht zijn gekomen. Te moeizame cultuurspreiding onder voorheen cultureel denken valt aan sommige strips, design, mode, mis- niet-actieve bevolkingsgroepen staat een spontane daadromans, films en popmuziek. En omgekeerd stel- spreiding van niet-culturele activiteiten onder de cul- len kunstenaars die werkzaam zijn in de hoge cultuur, turele voorhoede. In zekere zin betekent dit een toena- zich in toenemende mate open voor de populaire cul- dering tussen elitekunst en massacultuur.’7 tuur. Een van de meest frappante voorbeelden daarvan Is dat erg? Nee, maar het betekent dat de traditione- is de succesvolle Belgische theatermaker Alain Platel, le kunstliefhebber per saldo minder tijd besteedt aan wiens voorstellingen ook in Nederland op veel belang- hoge cultuur. Wellicht blijft Dostojevski liggen, slaat stelling mogen rekenen. Hij plukt zijn acteurs vaak let- de muziekliefhebber de serie Wereldberoemde Or- terlijk van de straat en neemt hun belevingswereld als kesten in het Concertgebouw een jaartje over of laat de uitgangspunt voor zijn werk. theaterliefhebber de nieuwe productie van Toneel- Parallel aan deze ontwikkeling is een nieuw soort groep Amsterdam maar even schieten. De kunstinstel- kunstliefhebber ontstaan: de culturele omnivoor. Ook lingen zien trouwe bezoekers veranderen in incidentele hier betreft het de traditionele liefhebber van hoge bezoekers. Aan alle kanten wordt aan de vrijetijdsbe- kunst die zich open is gaan stellen voor vormen van steding van mensen getrokken en dat heeft zijn reper- populaire cultuur. Hoeveel moderne intellectuelen cussies op de kunstconsumptie. Van een kloof tussen gaan er immers niet prat op dat zij naast de klassieken hoge en lage kunst is dan ook geen sprake, menen Van ook naar André Hazes luisteren, Harry Potter hebben den Broek en De Haan: ‘Niet de afstand tot maar juist

79 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 80

de competitieve nabijheid van de massacultuur zet de maar mensen. Net als ieder ander hebben ze behoefte belangstelling voor elitekunst onder druk.’ aan bevestiging. Noodgedwongen kan dat in een be- Deze tendens wordt versterkt door het drukke leven paalde fase van hun carrière (in het begin) of in een be- dat veel (stads)mensen leiden. Als je na een dag wer- paalde artistieke kring (avant-garde) beperkt blijven ken snel moet koken, de kinderen in bed moet stop- tot de waardering van een kleine groep geestverwan- pen en moet rennen om op tijd in het theater te zijn, ten, maar het liefst wordt een kunstenaar begrepen in komt dit de ontvankelijkheid voor het gebodene niet de volle betekenis van het woord. ten goede. Veel kunst vereist een zekere rust, concen- De zorg om het juiste publiek te interesseren en vast tratie en helderheid om ten volle begrepen en ge- te houden wordt door kunstinstellingen dan ook let- waardeerd te kunnen worden. Wie door een jachtig terlijk van levensbelang geacht. Want als het publiek dagelijks leven daar steeds minder voor gedisponeerd steeds grijzer wordt, staat men op termijn voor een raakt, zal eerder een avondje voor de buis blijven han- lege zaal. Met name de grote en middelgrote instelin- gen of naar een cabaretoptreden gaan. Zo wordt ook gen (kleine groepen en individuele kunstenaars heb- voor veel hoogopgeleiden de behoefte aan ontspan- ben uiteraard niet de tijd en middelen) houden zich al ning en entertainment groter dan het verlangen naar vele jaren intensief met publiekswerving bezig. Niet al- inzicht en bezinning. De vrees van sommigen dat de leen omdat de respectievelijke staatssecretarissen drei- massacultuur steeds verder oprukt, lijkt dus bewaar- gen met financiële sancties als de zalen niet voldoende heid. gevuld zijn, maar vooral omdat communicatie een we- zenlijk onderdeel is van kunst. Kunst is niet cool Tegenwoordig is de zaak echter zo op scherp gezet ‘Er zijn veel redenen om Anna Enquist te verguizen. dat het dilemma zich aftekent: moet het kunstaanbod Om te beginnen hebben haar poëziebundels een ver- zodanig worden aangepast dan het aantrekkelijk wordt dacht hoge oplage’, aldus Ilja Leonard Pfeiffer in een voor een groot en jong publiek? Of moet het probleem interview enkele jaren geleden. Pfeiffer neemt met van de andere kant worden benaderd: moeten jonge- deze uitspraak een typisch elitair standpunt in, geheel ren ontvankelijk gemaakt worden voor kunst? Overi- conform de distinctiedwang zoals Pierre Bourdieu die gens kan niet genoeg worden benadrukt dat de matige heeft beschreven: iets wat goed verkoopt, kan niet veel belangstelling van de jeugd voor kunst geen exclusief voorstellen. Toch is deze houding niet representatief probleem van de kunstwereld is. Kranten, weekbladen voor de kunstwereld als zodanig. Kunstenaars zijn ook en omroepen worstelen met precies hetzelfde euvel.

80 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 81

Sociologen wijzen als oorzaak aan dat jongeren in deze dans) uitgebreide educatieve programma’s ontwikkeld. tijd (en voor het eerst in de geschiedenis) een eigen, De ervaring heeft geleerd dat projecten waarbij jonge- gelegitimeerde cultuur hebben die vrijwel autonoom ren zelf actief bezig zijn met kunst, meer effect sorte- naast de ‘volwassen’ cultuur functioneert. Het scp con- ren dan het passief ondergaan van een voorstelling of stateert ‘dat recentelijk opgegroeide generaties in cultu- concert. De bekende Engelse jeugdsocioloog Paul reel opzicht anders geprogrammeerd zijn’.8 De ver- Willis wijst erop dat een actieve omgang met kunst de wachting is dat als deze jongeren ouder worden ze nau- jongere een sterker besef geeft van identiteit, het ge- welijks zullen doorstromen naar de ‘reguliere’ cultuur. voel deel uit te maken van een groter geheel en invloed Ook de anti-autoritaire verhoudingen, thuis en op op iets te kunnen uitoefenen.9 Inherent aan deze me- school, spelen daarbij een rol, in die zin dat jongeren thode is wel dat de jongere centraal komt te staan en nog nauwelijks worden uitgedaagd zich de (kunst)ca- niet het kunstwerk. Kunst wordt hier ingezet als non eigen te maken. Het relativisme viert hoogtij. middel tot zelfexpressie. Er is dan ook geen enkele ga- De belangrijkste factor die maakt dat jongeren op rantie dat de jongere zal doorstromen naar het ge- latere leeftijd interesse voor kunst zullen ontwikkelen, vestigde kunstleven. Op z’n hoogst zal hij of zij meer is het gedrag van de ouders. Vanaf hun veertiende zijn ontvankelijk worden voor kunst. jongeren gevoeliger voor het oordeel van leeftijdgeno- Veel educatieve projecten gaan uit van de cultuur ten en in die periode is de populaire cultuur het meest van de jongeren zelf. In een tweedelig artikel beschrijft geëigende middel zich te onderscheiden. Kunst is niet Janny Donker de zogenoemde ‘urban arts’ in relatie tot cool (zoals dat bijvoorbeeld voor de naoorlogse gene- het reguliere theatercircuit en het kunstbeleid.10 Zij ratie wél het geval was), terwijl rappen, skaten of spin- brengt mooi in kaart hoe verschillende theatergroepen nen middelen zijn om je populair te maken. Kunst is een brug proberen te slaan naar de jongerencultuur iets wat jongeren overkomt, aan de populaire cultuur (o.a. Artisjok/Nultwintig en Made in da Shade) en hoe nemen ze actief deel. er talrijke instellingen zijn ontstaan die cursussen, trai- Al deze reserves in aanmerking genomen is cultuur- ningen en soms zelf volledige opleidingen in de urban educatie toch het enige middel om belangstelling te arts (streetdance, breakdance, spinnen, skaten, rap wekken. Het is een terrein dat de afgelopen decennia etc.) geven: Hiphophuis Foundation, Rotterdams Lef, een grote professionalisering heeft doorgemaakt. On- dox en Likeminds. Juist omdat hiermee kansarme der het motto ‘wie niet zaait, zal niet oogsten’ hebben jongeren worden bereikt, zijn het belangrijke en sym- de grote gezelschappen (theater, muziek, opera en pathieke initiatieven.

81 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 82

Deze situatie roept wel de vraag op in hoeverre het geen bungeejumpen meer, het verschijnsel is opgeno- gaat om artistieke projecten (die overheidssteun be- men in de kunstwereld.’11 hoeven), om opleidingstrajecten (die onder het kunst- vakonderwijs zouden moeten vallen) of om commer- Kunst als intrinsiek goed ciële initiatieven die eigenlijk op eigen benen zouden Moeten kunstenaars hun werk aanpassen aan de moeten staan. Een concreet voorbeeld ter illustratie is smaak van het grote publiek of terugbrengen naar een de in 1999 opgerichte skatedancegroep ish. Zij brengt niveau dat jongeren kunnen behappen? Alleen al het multidisciplinaire voorstellingen met ‘acrobatische onvermogen van jongeren om zich langer dan zo’n stunts, dans op inline skates, streetdance, breakdance, twintig minuten op iets te kunnen concentreren – ook videokunst, een live mix van een dj, martial arts, acro- wel aangeduid als zapgedrag – werpt onoverkomelijke batiek, rap, beatbox en zelfs bungeejumpen’. De shows bezwaren op bij deze benadering. Een opera van Wag- zijn een waanzinnig succes: Carré is een weeklang uit- ner bezoeken, om maar een dwarsstraat te noemen, zit verkocht en in het buitenland wordt de groep met er dan niet meer in. open armen ontvangen. Ook ish heeft een eigen oplei- Nee, zei Gerardjan Rijnders ooit in een interview dingsinstituut waar jongeren worden getraind in de over dit onderwerp. ‘We gaan niet speciaal voorstellin- fijne kneepjes van het skaten en breakdancen. On- gen voor jongeren maken, al kun je op een bepaalde danks het commerciële karakter van ish – wat blijkt manier rekening houden met hun interesses. [Maar] ik uit de lijst huidige sponsors: Red Bull, mtv, msn en zie er niets in om een klassiek stuk, laten we zeggen 3fm – is de groep in het kunstenplan opgenomen. van Racine, te brengen in de taal van de jeugd van Je kunt je afvragen of een dergelijk initiatief, als het nu.’12 Waarom niet? Omdat op het moment dat je de al subsidie nodig heeft, niet veel beter op zijn plaats taal van Racine gaat versimpelen of actualiseren, de zou zijn bij welzijnsbeleid. Zo betoogt ook de filosoof kwaliteit van het stuk in het geding komt. Precies dat- C.W. Maris in een scherp artikel over de cultuurnota gene wat Racine bijzonder maakt, dat waar je moeite van Van der Ploeg ‘dat de overheid geen kunstsubsidie voor moet doen en helaas juist dat waardoor grote moet verlenen aan bungeejumpen of bodypiercen, ook groepen mensen Racine als ontoegankelijk ervaren, al ontwikkelen springers en boorders nog zo’n adem- bepaalt de kwaliteit van Racine. Is die kwaliteit vast te benemende stijl. Ze kan wel een roman of een toneel- stellen? Jazeker, meent zelfs voormalig staatssecretaris stuk subsidiëren óver een bungeejumper die steeds ris- Van der Ploeg. Het gaat om aspecten als ‘verstilde kantere sensaties zoekt bijvoorbeeld. Maar dan ís het schoonheid, prikkeling van de geest, verwondering,

82 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 83

doorbreken van gevestigde patronen van kijken en onafhankelijkheid van kunstenaars en het proces van luisteren en andere vormen van waarnemen, en het voortdurende vernieuwing binnen de kunsten ont- opwekken van nieuwsgierigheid’.13 staan er steeds nieuwe stijlen en zienswijzen die door- Allemaal kwalificaties die haaks staan op de hapkla- sijpelen naar de cultuur in brede zin: ‘Dankzij de ar- re brokken die de amusementsindustrie opdient. De tistieke avant-garde ontstaat een rijke culturele struc- conclusie kan dan ook niet anders zijn dat slechts voor tuur die door haar complexiteit en diepte de een kleine groep mensen kunstervaring een diepge- keuzemogelijkheden van de burgers verrijkt.’15 wortelde behoefte is. Een behoefte aan schoonheid en Zou het inderdaad waar zijn? In ieder geval is het te – vergelijkbaar met filosofie en religie – aan betekenis hopen dat er meer van boven naar beneden sijpelt dan geven. Net als in het geval van de filosofie gaat het om er van beneden naar boven opstijgt, zoals eerder in dit een kleine culturele elite, jong of oud, welvarend of hoofdstuk beschreven. Uiteindelijk blijven immers al- arm, maar altijd hoogopgeleid. De Britse filosoof Ro- leen uiterst subjectieve argumenten over die pleiten ger Scruton wees ooit ter illustratie op de functie van voor kunst als intrinsiek goed – dat dwingt tot reflec- monniken in vroeger tijden: ‘De monniken die zich tie, uitnodigt tot zelfinzicht, inspanning vergt, esthe- tijdens hun meditaties bezighielden met de grote vra- tisch genot verschaft en de zintuigen scherpt. En ook gen over de zin van het bestaan, waren vaak straatarm. al ligt het klassieke ‘Bildungsideaal’ hier om de hoek, Maar zij waren wel in staat om in woorden, beelden of het valt zelfs niet hard te maken dat iemand een beter muziek te schetsen hoe het menselijk leven er óók uit mens wordt van kunst. zou kunnen zien, hoe de wereld zou zijn als zij geper- Misschien moet je het omdraaien: in onze door en fectioneerd zou zijn. Zij kwamen daarmee tegemoet door materialistische maatschappij is een kleine oase aan de behoefte van de mens om boven zichzelf uit te van geestelijke rijkdom toch wel het minste wat je mag stijgen.’ 14 vragen van een overheid. Met een oase bedoel ik niet Als cultuurspreiding op grote schaal in feite een een vacuüm, maar een artistiek en intellectueel do- ‘mission impossible’ is, wat kan een overheidsbeleid mein waar kunstenaars zich in alle vrijheid tot de ten aanzien van kunst dan rechtvaardigen? Maris samenleving kunnen verhouden. Een luwte waar kun- meent een uitweg uit deze netelige kwestie te vinden stenaars, vrij van economische wetten, vooropgezette aan de hand van de theorie van Ronald Dworkin, die kaders, publieksvoorkeuren of politiek-correcte stelt dat hoge kunst op lange termijn wel degelijk haar dwang, kunnen reflecteren. En in die oase gaat het in- weg vindt naar de maatschappij. Juist door de relatieve derdaad niet om amusement, maar om verbeelding en

83 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 84

verdieping, om het proberen door te dringen tot een die aanvankelijk te nieuw waren om onze geest iets essentie. Ter illustratie een citaat uit À la recherche du anders dan verwarring te brengen, waardoor zij vaag temps perdu van Marcel Proust, een schrijver bij wie en onaangetast konden blijven. Het is zoals met overigens op een voorbeeldige manier existentiële vra- haar die wij dag na dag zonder het te weten voorbij- gen hand in hand gaan met maatschappelijke observa- lopen, die zich heeft ingehouden, die louter door ties geplaatst tegen een historisch decor, en tevens een haar schoonheid onzichtbaar was geworden en on- schrijver die in zijn tijd de grootste moeite had om een gekend was gebleven: zij komt pas als laatste tot uitgever voor zijn werk te vinden. Het is een citaat dat ons. Maar wij verlaten haar ook als laatste. En wij deze zoektocht naar een essentie mooi weergeeft: beminnen haar veel langer dan de anderen. Omdat wij er langer over deden haar te leren beminnen. De schoonheden die we in de sonate van Vinteuil Ook al gaan we allemaal te gronde, we hebben ten- het eerst ontdekken, daar hebben we ook het eerst minste deze frasen, goddelijke gevangenen, kunnen genoeg van – en vermoedelijk om dezelfde reden: gijzelen die ons lot zullen delen. Met hen is de dood omdat ze het minst verschillen van wat we al ken- minder bitter, minder onzalig, misschien wel min- den. Zodra we deze eerste impressies hebben wegge- der waarschijnlijk.16 schoven, kunnen we ons overgeven aan die frasen

noten

1 Everybody wants to get in, nobody wants to get out, Lezing in het 6 A. de Swaan, ‘Alles is in beginsel overal (maar de Mosselman is Theaterinstituut op 15 maart 1999, gepubliceerd in: Theaterma- nergens meer)’, in: Boekmancahier, 6 (december 1990), p. 328- ker, april 1999. 343. 2 T. Bevers, Georganiseerde cultuur. De rol van overheid en markt 7 NRC Handelsblad, 22 oktober 1998. in de kunstwereld, Bussum 1993. 8 Sociaal en Cultureel Rapport 1998 – 25 jaar sociale verandering, 3 De Standaard, 17 oktober 2002. Sociaal en Cultureel Planbureau, Rijswijk/Den Haag 1998. 4 J. Blommaert, E. Corijn, M. Holthof en D. Lesage, ‘De “kwa- 9 H. Henrichs, ‘We laten die mensen wel even zien wat onze liteit” van de cultuur. Omtrent consumentisme en verrecht- kunst is’, in: Boekmancahier 40, 1999, pp. 153-155. sing’, in: De Standaard, 2 en 3 januari 2003. 10 Theatermaker, maart 2005, p. 21-31, en april 2005, p. 22-30. 5 H. Franke, ‘Een verplattingsoffensief’, in: NRC Hndelsblad, 14 11 C.W. Maris, ‘De derde weg in het cultuurbeleid: over de cul- april 2000. tuurnota van Van der Ploeg’, in: Filosofie & praktijk, 3 (maart 1999).

84 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 85

12 ‘Mensen komen af op titels en bekende namen’, in: Vakblad 14 M.A. Goudswaard, ‘Roger Scruton: een conservatief met her- Management Kunst & Cultuur, 4 (1995). sens’, in: Het Fiancieele Dagblad, 18 oktober 2003. 13 R. van der Ploeg, Cultuur als confrontatie. Uitgangspunten voor 15 Maris, “De derde weg in het cultuurbeleid’. het cultuurbeleid 2001-2004, Den Haag Ministerie van ocw, 16 M. Proust, De kant van Swann, het ro Theater 2003, vertaling 1999. C. Linssen, p. 229.

85 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 86 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 87

‘Ik was geen culturele flappentap’

Een terugblik op vier jaar staatssecretariaat door Rick van der Ploeg

Rick van der Ploeg is hoogleraar aan de Europese Uni- Cultuur had ik voor de onderhandelingen over het versiteit in Florence. Hij werd op 3 augustus 1998 be- tweede paarse kabinet wel aangegeven als een belang- noemd tot staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en stellingssfeer. Ik had er stukken over geschreven met Wetenschappen in het tweede kabinet-Kok. Daarvóór Felix Rottenberg. Cultuur ligt dicht bij wetenschap. was hij vier jaar financieel woordvoerder van de pvda- Toch had ik het ook leuk gevonden om minister van fractie. Deze jaren vormen achteraf gezien een politiek Ontwikkelingssamenwerking te zijn of minister van uitstapje in wat toch vooral een wetenschappelijke Economische Zaken. Of in ieder geval staatssecretaris loopbaan is. Van der Ploeg is de laatste bewindsper- van Financiën of minister van Sociale Zaken. Dat had soon van pvda-huize op het beleidsterrein Cultuur. allemaal beter bij mijn achtergrond gepast en dan had Hij blikt hieronder met Wim van Hennekeler en Frans de partij mijn capaciteiten beter benut. Hoe gaat dat Becker, de redacteuren van dit jaarboek, terug op de dan op het laatste moment? Die Van der Ploeg moet periode waarin hij staatssecretaris was. ook wat. Die kunnen we toch niet in de fractie heb- ben, want dat wordt lastig. Zo interpreteer ik dat. Mij Ik was financieel woordvoerder in de fractie vanaf werd vervolgens het staatssecretarisschap van Onder- 1994. Dat was natuurlijk een veel belangrijker functie wijs aangeboden. Toen had ik natuurlijk moeten zeg- dan woordvoerder op cultuurgebied. Als financieel gen: nee, ik blijf in de fractie want ik wil een onafhan- woordvoerder ga je in feite over alles, in ieder geval al- kelijk geluid laten horen. Maar zo dacht ik niet. Mijn les wat met geld te maken heeft, en er is weinig waar- stelling was: je stelt jezelf op als ‘public servant’. Je doet voor dat niet geldt. Zeker als financieel woordvoerder waarvoor je gevraagd wordt. Ik heb wel gemerkt dat de van een regeringspartij die niet de minister van Finan- meeste partijgenoten van de paarse generatie keihard ciën levert, heb je veel invloed. Meer invloed dan veel voor zichzelf lobbyden. Dat heb ik nooit gedaan. Ver- mensen denken. Dat was de situatie voordat ik staats- volgens kwamen de kabinetsformatieonderhandelin- secretaris werd. gen met d66 en vvd. Toen rees het probleem dat Karin

87 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 88

Adelmund al op Emancipatie was bedacht, maar d66 Tussen kabinet, ambtelijk apparaat en het culturele veld dat terrein wilde hebben. Dus toen kon het ongeveer Als staatssecretaris opereer je in je dagelijkse werk op de laatste dag van de onderhandelingen gebeuren vooral in de driehoek tussen kabinet, ministerie en het dat Karin naar Onderwijs ging en ik naar Cultuur en ‘veld’. pvda’ers zijn op bewindsposities in het alge- daar stemde ik graag mee in. Zo is dat gekomen. meen dossiervreters. Ik was op die regel geen uitzonde- Ik wilde wel wat bestuurservaring opdoen, maar ring. pvda’ers besturen vaak ‘hands-on’, liberalen twijfelde tegelijkertijd, want ik was al vier jaar uit de ‘hands-off’. Die kijken wat er komt opborrelen en wetenschap. Je kunt ook denken: vier jaar in de poli- doen er dan een strikje omheen. Er ging nooit een stuk tiek als Tweede-Kamerlid is mooi geweest. Met een uit dat ik niet grondig had gelezen en waar mijn eigen langer verblijf in de politiek geef ik veel op. Als je er mening niet in terugkwam. Daardoor was ik voor acht jaar uit bent, kun je in de wetenschap dan nog iets mijn ambtenaren vaak veeleisend. Dat werd wel ge- nieuws opbouwen of heb je dat helemaal om zeep ge- waardeerd. De kunst is om je eigen ambtenaren niet holpen? Ik heb toen de keuze gemaakt voor het staats- van je te vervreemden, hen op pad te sturen met mis- secretariaat. Gevolg is wel geweest dat ik de paar jaar sies die ze graag helpen voltooien, hun een agenda te sinds ik weer wetenschappelijk werk doe, hard heb geven waarmee ze kunnen lobbyen. moeten vechten. Ik heb nu een heel mooie baan, een In het kabinet stond cultuur niet vaak op de agenda. baan die de meeste hoogleraren ook wel zouden willen Veel bewindspersonen interesseerde het helemaal niet. hebben: een onderzoeksbaan aan de Europese Univer- De overheersende houding is: zolang ik mijn eigen siteit. Je hebt alle vrijheid die je maar wilt, maar je tent maar goed voor elkaar heb. De meeste ministers moet wel je best doen om overeind te blijven. Tien jaar krijgen bovendien instructies mee van ambtenaren. geleden was ik een ‘leading figure’ in de wetenschappe- De basishouding van de gemiddelde ambtenaar is om lijke wereld. Nu ben ik een ‘old man’ met een goed cv, tegen zijn minister te zeggen: nee, u kunt dat niet al bouw ik die wetenschappelijke reputatie nu weer ge- doen, want dat is ten nadele van het ministerie. Er zijn leidelijk op. Maar dit zijn toch belangrijke afwegingen weinig bewindslieden die daarboven uit stijgen. Ik was om in de politiek als bewindspersoon wel of niet actief het niet altijd met eens, maar hij was wel te zijn. Ik heb mijzelf in 2002 ook niet meer kandidaat een van de goede uitzonderingen. gesteld. Een vooroordeel dat in de praktijk waar bleek, is dat van de hiërarchie van de beleidsterreinen. In zo’n kabi- net is Cultuur natuurlijk niet zo hoog in de hiërarchie.

88 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 89

Je zit hoog in de hiërarchie als je Financiën doet of So- kon maken en geaccepteerd krijgen dat door cultuur ciale Zaken, los van het feit of je staatssecretaris of mi- de economie steviger wordt, net als de ruimtelijke or- nister bent. Eigenlijk ben je als staatssecretaris van dening en zelfs het milieu, je je veel breder moet bewe- Cultuur een soort super-directeur-generaal, die vol- gen dan alleen in de buurt van de subsidiekraan van je strekt zijn eigen gang kan gaan. Dit gold ook in de ver- eigen departement. Daar gaat de cultuur eigenlijk houding tot de andere bewindslieden op het ministe- over. Cultuur met een grote C en niet met een kleine. rie van ocw, minister en staatssecreta- Het veld ziet echter vooral de kleine c – en de subsi- ris van Onderwijs . Ik heb vanaf het diestromen die wel of niet in het verschiet liggen. begin af aan tegen Loek gezegd: jij doet jouw ding, ik Loek, Karin en ik hebben wat dat betreft ook altijd doe mijn ding. Dat is in het algemeen anders bij de an- één lijn getrokken. Ik heb het cultuurbudget geleide- dere ministeries, waar de staatssecretaris echt afhanke- lijk kunnen verhogen, mede op grond van een af- lijk is van de goedkeuring van de minister. Zoniet bij spraak die we met ons drieën in de eerste week maak- Cultuur. Loek heeft een paar keer wel iets geprobeerd ten: meer geld voor onderwijs is goed voor cultuur en in de trant van: kun je niet die-en-die vvd’er daar-en- meer geld voor cultuur is goed voor onderwijs. We daar benoemen? ‘Nee Loek, daar ga ik over en aan po- gaan met zijn allen omlaag of met zijn allen omhoog. litieke benoemingen doe ik niet’ was dan steevast het Van die afspraak hebben de cultuursector en ik vier antwoord. jaar lang profijt gehad. In de relatie met het culturele veld kwam vaker weerstand voor dan in de relatie met collega-bewinds- De paarse bestuurscultuur lieden of ambtenaren. In het algemeen was er sprake De later veel bekritiseerde paarse bestuurscultuur heb van constructieve samenwerking. Waar men in de ik aan den lijve meegemaakt. Ik kan die alleen moeilijk praktijk echter moeilijk aan kon wennen, is dat ik niet vergelijken met eerdere kabinetten, want daar ben ik een veredelde subsidiegever wilde zijn – een soort cul- geen onderdeel van geweest. Ik denk dat het grootste turele flappentap – maar inhoudelijk richting wilde probleem van veel bewindslieden in het tweede paarse geven aan ontwikkelingen op cultuurgebied. Het ver- kabinet was dat ze te weinig oprecht en geloofwaardig wachtingspatroon in het veld was dat de staatssecreta- waren, of althans overkwamen. Bij Jan Peter Balkenen- ris zijn mond moest houden en gewoon geld moest ge- de is dat anders. Hij is hopeloos qua charisma en inspi- ven. Maar zo werkt dat niet bij mij. Het was en is mijn rerend vermogen, maar hij is wel oprecht en authen- rotsvaste overtuiging dat als je in het kabinet duidelijk tiek. Je hebt het gevoel: hier staat een man met over-

89 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 90

tuiging, ook al vind je het een beetje een sukkelig fi- een ‘community spirit’. We hebben ‘communities’ no- guur. Hij ziet er raar uit, hij stuntelt, maar hij heeft wel dig waar mensen zich verbonden voelen met elkaar. twee keer de verkiezingen gewonnen en nog steeds Dat altruïsme dat we daarvoor nodig hebben, zit ei- onderschatten we hem. Dat was destijds in de paarse genlijk in de genen van mensen. Al die stukken in dat periode ook al zo. Ik herinner me dat ik in een be- boek hadden daar iets mee te maken. Ik dacht in mijn windspersonenoverleg tegen fractieleider Ad Melkert naïviteit: vrijheid, blijheid, het was een boek van Jet en zei: ‘Ja maar Ad, onderschat Balkenende niet, die kan mij met de auteurs, en we hoefden aan niemand ver- best de verkiezingen gaan winnen.’ Dat werd toen als antwoording af te leggen. Ik was inmiddels uit de frac- een volkomen belachelijke opmerking neergesabeld. tie, maar het bleek later dat Jet een enorm lange dis- Bij Paars waren er te veel technocratische mensen cussie gehad heeft met Ad Melkert over de vraag of dat zonder veel geloofwaardigheid aan het roer. Neem wel of niet gepubliceerd mocht worden. Vervolgens . Als hij zegt: ‘Wij moeten niet al die bui- ging het over of er nou wel of niet een vraagteken ach- tenlanders in Nederland hebben’, komt dat niet ge- ter de titel Leven na Paars moest staan. Het mocht na- loofwaardig over. Je weet dat hij iets zegt wat hij niet melijk vooral niet de indruk geven dat het misschien meent. Als Ad Melkert de waarheid vertelt, dan ge- wel eens goed zou zijn dat de pvda met de linkervleu- loofde je hem toentertijd nog steeds niet. Het blijft gel van het cda zou regeren, iets waarvan ik toen zelf jammer dat de Haagse politiek in het algemeen en de vond dat we die weg bespreekbaar moesten maken. pvda in het bijzonder hem kwijt zijn geraakt, want het Heel kenmerkend voor de cultuur waar Melkert was een heel goede tweede man geweest. Een heel goe- zijn stempel op drukte, maar zeker niet als enige, was de minister. Maar om het vertrouwen te vragen heb je het krampachtige, het angstige waarmee gereageerd iemand nodig die vooral authentiek is. werd op niet-welgevallige ideeën die potentiële electo- heeft dat meer, maar hij is nog bezig om te investeren rale risico’s hadden. Zelfs iemand als in de zes of acht jaar die nodig zijn om dat op te bou- heeft op het laatste moment een stuk teruggetrokken wen. voor dat boek, onder druk van de partijleiding. Ook Een voorbeeld om aan te geven hoe de pvda-be- werd belobbyd door de toekomstige stuurscultuur onder Paars was. Ik had een boekje ge- partijleider. ‘Dat kunnen we er nog niet eens een keer- maakt samen met Jet Bussemaker, Leven na Paars. Dat tje bij hebben’, dat soort opmerkingen krijg je dan. was in feite een aanval op het egocentrisme van de jaren Een ander, inhoudelijker voorbeeld was hoe het negentig. De strekking was: we moeten weer terug naar ging met mijn streven om op omroepgebied een soort

90 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 91

bestel naar bbc-model te ontwikkelen. Ad voelde er in de praktijk in belangrijke mate verdeeld door Boris niets voor. Hij was doodsbenauwd dat de Vara ieder- Dittrich. Eigenlijk is dat schandalig. Als ik voorzitter een tegen ons zou opzetten en dat ons dat kiezers zou van de Raad voor Cultuur was, zou ik aftreden. Over gaan kosten. Het ging niet eens om de dossiers zelf, de 10 tot 15 miljoen euro extra is niet eens advies gege- denk ik. ven door de raad: de Kamer maakt haar eigen verde- Toen kwam het allerergste: die radiofrequenties. Als ling. Dat komt in de praktijk vaak neer op vriendjes- het gewoon ongespecificeerde frequenties zijn, waar politiek. Dat vind ik echt het slechtste wat je kunt geen cultuur- of nieuwsaspecten aan zitten, kun je die doen op cultuurpolitiek gebied. Ook als ik extra geld veilen aan de hoogste bieder. Uitgerekend mijn eigen kreeg, heb ik de verdeling altijd via de lijnen van de partij had daar het grootste verzet tegen. Een schurk Raad voor Cultuur laten lopen, en dat kan wel eens als Erik de Zwart parkeerde zijn Jaguar bij wijze van minder overeenkomen met de opvattingen van de spreken gewoon bij de toenmalige woordvoerder thuis Tweede-Kamerleden. en de fractieleider zei weer: ‘Ja, dat kunnen we er niet Een belangrijk doelgebied van beleid, ondersteund ook bij hebben.’ Want die goedbeluisterde commer- door meer financiële middelen, was cultuurbeleving ciële stations slingerden om het halfuur scherpe bood- door schoolkinderen. Daarbij vond een verschuiving schappen de ether in tegen de plannen voor het veilen plaats van aanbod naar vraag. Schoolkinderen kregen van frequenties. de kunst niet meer door de strot geduwd, zij mochten zelf kiezen ze waar ze naartoe gingen. Er is een enorme Resultaten impuls geweest voor de jeugd. Er is bijvoorbeeld een Als ik de balans opmaak van vier jaar op deze post, wat grote hoeveelheid jeugdtheatergezelschappen bij geko- zijn dan de voornaamste resultaten geweest, en waar is men. Belangrijk vond ik bovendien dat je ervoor het allemaal wat tegengevallen? Laat ik met het eerste moest waken dat de kunsten er zijn voor een witte ou- beginnen. Ik denk dat er daadwerkelijk vernieuwing dere elite in de Randstad. De grote steden verkleuren heeft plaatsgevonden van het cultuurbeleid en dat de snel, dus ik heb geprobeerd aansluiting te vinden bij effecten daarvan in de samenleving zichtbaar zijn. Nu de grote allochtone groepen. Daar heb ik dus moge- is die ambitie er niet meer zo. Normaal in de cultuur- lijkheden voor gemaakt. Ik noemde het culturele di- sector is eigenlijk zoals het nu gebeurt: staatssecretaris versiteit. Cruciaal was ook niet-westerse cultuuruitin- Medy van der Laan krijgt extra geld, en wat doet ze? gen een kans te geven. Ze laat het verdelen door de Tweede Kamer. Het wordt Een ander succes is de koppeling van het cultuurbe-

91 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 92

leid aan andere beleidsterreinen en -doelstellingen ge- tuurbereik in de regio wordt momenteel onderzocht weest. Een van de redenen waarom ik ook relatief veel door het Sociaal en Cultureel Planbureau, maar het geld kreeg was dat ik cultuur heb gekoppeld aan Eco- zou me niet verbazen als daaruit komt dat de effecten nomische Zaken, aan Landbouw, Natuur en Visserij, enorm verschillen per stad of regio. aan Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Mi- lieu, aan Buitenlandse Zaken. Dat betekent bijvoor- Punten van kritiek beeld dat je met ez dingen doet over design, samen Ontevreden ben ik met name over de resultaten op met ‘cultural industries’. Voor de kracht van de Neder- drie terreinen: de culturele dimensie met een grote C, landse economie is design ontzettend belangrijk. Niet de milieukant van cultuur en de ruimtelijke dimensie. alleen design van een mooi keukenvoorwerp of een Zeker als sociaal-democraat moet je je in feite schamen mooie stoel, maar ook van producten die door bedrij- dat op deze gebieden zo weinig bereikt is en zaken ven worden gebruikt. vaak alleen maar slechter zijn geworden. Ik laat ze alle- Ook op regionaal gebied zijn er successen geweest. drie de revue passeren. Ik heb veel met de regio gedaan, want ik heb in mijn Een hoofdpunt van mijn cultuurbeleid was de cul- Actieplan Cultuurbereik bepaald dat elke euro die ik tuur met een grote C: de uitwisseling van culturele in cultuurbereik stopte, verdubbeld werd door de ge- ideeën in een steeds multiculturelere samenleving. Die meente of de provincie. Dat ging naar de bejaarden- uitwisseling is cruciaal om botsingen en conflicten te huizen, verpleeghuizen, scholen, parken, winkelcen- vermijden. Dat vind ik een belangrijke kant van cul- tra, bibliotheken. Amsterdam doet dat niet zo goed, tuurbeleid. Ik merkte dat ik onder groeperingen van moet ik zeggen. Dat is mijn enige mislukte stad. Am- verschillende minderheden heel veel steun had, met sterdam ging gewoon geld uitdelen aan instellingen als name van Marokkanen, Turken en Antillianen. Vanuit Cosmic, als deel van de subsidie. Ik had ze eigenlijk de culturele hoek kun je altijd meer de positieve kant voor de rechter moeten slepen of gewoon moeten zeg- van de multiculturele samenleving benadrukken. Te- gen: u krijgt het niet. Maar toen was het net voor de gen de stroom in, want in de politiek en in de publi- verkiezingen en dat is dus niet gelukt. ‘Dat kunnen we citeit gaat de multiculturele samenleving veel vaker er niet bij hebben’ was het inmiddels welbekende ar- over criminaliteit, moeizame omgang met elkaar en gument. Amsterdam heeft er een potje van gemaakt. stereotiepe beeldvorming. Maar andere steden, zoals Maastricht of Groningen, Ik woon nu in Florence, maar af en toe terug in hebben het fantastisch gedaan. Het succes van cul- Nederland merk ik dat die positieve kanten veel te wei-

92 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 93

nig uit de verf zijn gekomen. Ik merk nu dat ze ook op De pvda had een milieuminister in het tweede paarse het Journaal al spreken van Marokkanen als ze Neder- kabinet: . Ik denk dat zij af had landers van Marokkaanse komaf bedoelen. Die ‘Ma- moeten treden na een jaar, toen ze keer op keer door rokkanen’ spreken niet eens Marokkaans. Ze spreken Kok en Melkert niet werd gesteund om rekeningrijden geen Arabisch, ze spreken geen Frans. Ik heb vaker het door te voeren. De vvd in de persoon van Hofstra voorbeeld genoemd van Abdelkader Benali, die ik mee nam telkens weer afstand van wat in het regeerakkoord heb genomen naar Marokko. Hij voelde zich daar meer was afgesproken. Terecht dus dat Tineke voet bij stuk buitenlander dan Adriaan van Dis. Van Dis moest voor wilde houden. Hogere politieke partijbelangen leid- hem tolken. Ik ben een Hollander van Britse afkomst. den echter tot andere prioriteiten. Maar Tineke was Eigenlijk ben ik Britser dan Benali Marokkaans is. Ik wel erg gehecht aan het pluche en bleef dus zitten. Ik heb in ieder geval nog zestien jaar van mijn leven in het vind dat als je aangesteld bent voor een klus en vervol- Verenigd Koninkrijk gewoond, maar de meeste alloch- gens niet gesteund wordt door je eigen partij, je de eer tone mensen hebben nooit gewoond in het land van aan jezelf moet houden. Dat gebeurde niet: Tineke zat oorspronkelijke herkomst. Ik word toch nooit een Brit de rit uit. Op milieugebied – ik vind dat een belangrijk genoemd? Ik vind dat juist een staatssecretaris van Cul- links thema – heeft Paars echt een steek laten vallen. tuur dit debat over minderheden op die manier moet Het derde thema: ruimte. Daar gaat het in Neder- voeren. Ik heb het geprobeerd te doen. Het was een land dus echt heel slecht mee. De kabinetten na Paars moeilijk tijdperk, maar je probeerde het. Nu blijft het maken het op dit gebied overigens alleen maar erger. angstvallig stil op ocw op dit vlak. Een samenhangend beleid ontbreekt nu, maar ten tij- Een tweede thema – dat Paars verslonsd heeft – is de van Paars ook. We hadden maar liefst vijf bewinds- het milieu. Dit heeft ook betrekking op het gebied personen op de ruimte-portefeuilles. Ik was verant- waar milieu en cultuur elkaar ontmoeten. Bij de dis- woordelijk voor architectuur, Tineke Netelenbos voor cussie over de boringen in de Waddenzee stelde ik bij- Verkeer en Waterstaat, Jan Pronk voor Ruimtelijke voorbeeld dat het toch niet zou moeten kunnen dat er Ordening, voor Landschap en door een wrak van een schip uit de Gouden Eeuw was premier. Vijf mensen, nog nooit eerder vertoond. heen wordt geboord. Als beeldend voorbeeld van de Maar vijf jaar lang is ruimte níét het hoofdthema van intrinsieke band tussen cultureel erfgoed en milieu. het beleid geweest. De maakbaarheid van de samenle- Dat soort argumenten werd echter totaal onbelangrijk ving hadden we afgeschud, misschien nog wel terecht gevonden. ook, maar op één punt toch zeker niet en dat is de

93 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 94

openbare ruimte. Dat hebben we gewoon weggegooid. Haast alle brieven met klachten die op mijn bureau te- Gevolg is dat Nederland er lelijker en lelijker op rechtkwamen gingen over de omroepbijdragen. Elke wordt. Dat hebben we echt verzaakt als Paars. week tientallen brieven. Ik ben doof, ik ben blind, dus Op dat gebied lieten Wim Kok en Ad Melkert de waarom moet ik betalen... etcetera. Er waren aan de vvd rustig over Jan Pronk en mij heen lopen. Er waren ene kant enorme uitvoeringskosten, terwijl aan de an- volgens hen andere dossiers die belangrijker waren, dere kant toenemende digitalisering optrad, waardoor vrijwel altijd sociaal-economische dossiers. Op dit de omroep als drager steeds minder belangrijk werd. soort dossiers kwam de worteling van de sociaal-de- Dat is een technische reden. De tweede reden is poli- mocratie in de tegenstelling tussen kapitaal en arbeid, tiek van aard. Ik vind het niet uit te leggen als je bij de zoals met name door Wim Kok beleefd, mij wel eens verzorgingstehuizen zegt: er komt een verzorgingste- minder van pas. Ik vind juist dat milieu en ruimte the- huizentoeslag. Idem voor het onderwijs, waar we geen ma’s zijn voor linkse politiek. Dat is mede een reden onderwijsbelasting hebben. voor mijn lidmaatschap van de pvda. Overigens is er in de hele operatie van afschaffing Een laatste punt van vaker gehoorde kritiek op mijn van de omroepbijdrage heel veel geld vrijgekomen, beleid, waar ik het echter niet mee eens ben, is de af- zo’n 60 miljoen euro. Er wordt nu wel gekort door een schaffing van de omroepbijdrage. De kritiek luidt: Van rechtse regering, maar ja, dat behoort nu eenmaal tot der Ploeg heeft dat afgeschaft en daarmee voor volgen- de speelruimte van een kabinet. de kabinetten de weg vrij gemaakt om ook de subsidië- ring van de publieke omroep te beknotten. Immers, Als ik nu opnieuw staatssecretaris van Cultuur zou met het wegvallen van de vrijwel automatische subsi- zijn, zou ik allereerst het interdisciplinaire karakter van diëring van de publieke omroep middels de omroep- cultuurpolitiek benadrukken. Cultuur is geen afge- bijdrage, werd de financiering van de publieke omroep schermd beleidsterrein, maar helpt veel beleidsdoel- meer afhankelijk van politieke besluitvorming. Die stellingen op andere gebieden realiseren. Dat geldt in laatste redenering klopt. Daar is op zich niets tegen in het bijzonder voor de multiculturele uitwisseling, te brengen. De vraag is echter of instandhouding van maar ook voor de ‘creative industries’ natuurlijk. Daar een volstrekt archaïsch instituut beter was geweest. heeft zeker een rechts kabinet weinig oog voor. Het argument was heel simpel. De omroepbijdrage is Dan de thema’s milieu en openbare ruimte. Hier is een doelheffing waar de omroepen aan hechten, om- absoluut nieuw cultuurpolitiek elan nodig. Dit hangt dat er een soort automatische garantie aan vastzit. mede samen met het vorige punt. Mijn oproep aan

94 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 95

Den Haag is dus ook: zie cultuur niet als een beleids- tegen als een platform om wat je politiek bereiken wil terrein waar in goede tijden geld bij kan en in slechte te verwezenlijken. tijden geld moet worden weggehaald. Zie het daaren-

95 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 96 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 97

Fotografie en cultuurpolitiek De betekenis van lokaal opdrachtgeverschap

Simon B. Kool

In de 19de eeuw gestart als luxe hobby van een nieuws- Ondertussen heeft de fotografie zich in de afgelopen gierige bovenlaag – die eerder geïnteresseerd was in de vijfentwintig jaar als serieus onderdeel van de Neder- chemische magie van het bevroren beeld dan in het landse cultuur gevestigd. Na een langdurige strijd zijn ontwikkelen van de artistieke mogelijkheden – is de er in de drie grote steden en een enkele provincieplaats fotografie tot een mondiaal massacommunicatiemid- prestigieuze podia voor de fotografie verschenen: de del geworden. En een ordinair bewijs van existentie. ‘huizen van de fotografie’, die ieder met een eigen seg- Op de meest gestelde vraag van de mobiele beller: waar ment succesvol een breed publiek bedienen. ben je?, wordt het antwoord in beeld geleverd: kijk De tevredenheid over deze recente waardering voor maar, ik ben in de Linnaeusstraat en ik was erbij toen de fotografie wordt inmiddels verstoord door een ge- het gebeurde. Zelfs het weerbericht op televisie wordt voel van onbehagen. Immers, de belangstelling voor al geruime tijd geïllustreerd door de digitale amateur de fotografie van de afgelopen decennia berustte in met netverbinding, een staalkaart van lokale identiteit sterke mate op de opdrachten die lokale overheden aan onder elke weersgesteldheid. Iedereen kan beeld van- fotografen verstrekten. Sinds enkele jaren zijn veel gen en doorzenden. Overal is beeld: in de bladen, op fotografietaken van de lokale overheid geschrapt en televisie, op straat, op je eigen computer thuis en je daarmee is een belangrijke bron van succes voor de telefoon onderweg. Nu iedereen de camera kan bedie- Nederlandse fotografie weggevallen. Een merkwaardi- nen, het beeld kan bewaren en bewerken tot ware ge paradox. Terwijl jarenlang misplaatst chauvinisme kunstwerken, doemt de vraag op wie zich nog foto- een soepele vestiging van een nationaal instituut in de graaf mag noemen. Zij die haar geld er mee verdient, weg heeft gestaan, zijn bijna alle lokale fotografie-initi- hij die lid is van een vereniging of bond? De beeldend atieven die gericht zijn op het vastleggen van een re- kunstenaar die van de camera gebruik maakt? De jour- gionale identiteit inmiddels verdwenen. nalist die de tijdgeest vastlegt? Alles is beeld, dus alles Naast het slinkend publiek opdrachtgeverschap valt – meer dan ooit – onder ‘fotografie’. vormt ook een onzorgvuldige conservering en archive-

97 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 98

ring op korte termijn een bedreiging voor de fotografie den. Dat fotografen bijvoorbeeld geen beroep konden als lokaal en nationaal erfgoed. Het lijkt erop dat zo- doen op de toenmalige bkr-regeling is kenmerkend.1 wel lokale als nationale beleidsmakers het hier af laten In twee nota’s, beide verschenen in oktober 1984, van weten. Waarom zou je opdracht geven iets te laten ma- de Federatie van Kunstenaarsverenigingen en van de ken wat al in grote hoeveelheden in de huiskamer op- Landelijke Initiatiefgroep Fotografiebeleid, was duide- roepbaar is? En waarom zou je al die beelden nog eens lijk de toenmalige onvrede te proeven en er heerste lokaal georganiseerd bewaren? eenzelfde nerveuze houding waar het om de status van de fotografie gaat. De beroepsgroep bedelde om erken- De fotografie krijgt een plaats ning en om een eigen kader binnen het beeldende- Vooral na de Tweede Wereldoorlog is er in ons land kunstbeleid. een sterke fotografische traditie onstaan. Bedrijven zo- De fotografie nam inderdaad een problematische als de ptt, de suikerproducent csm, Philips, De Ploeg positie in. Aan de ene kant werd zij beschouwd als en de Rotterdamse Lloyd hadden oog voor fotografen beeldende kunst, aan de andere kant werd zij opgevat met visie en fungeerden – vrijwel als enige – als op- als onderdeel van de toegepaste beeldende kunsten, drachtgevers. In combinatie met vernieuwende vorm- naast grafische vormgeving, industrieel ontwerpen, gevers werden vele, inmiddels vermaarde fotoboeken mode enzovoort. ‘De conclusie’, aldus de eerste nota, geproduceerd. In meer algemene zin waren vooral de ‘kan dan ook niet anders zijn dan dat de positie van gedrukte media het podium van de fotograaf. Zelden fotografie in het beeldende kunstbeleid onduidelijk en werd een galerie bereikt. Hoogstens werd eens in de onuitgewerkt is.’2 Het is daarom begrijpelijk dat zoveel jaren door een selecte groep een museumzaal beeldmakers die zich toch al meer met het kunstcircuit gevuld. Het merendeel van de fotografen ging op pad verbonden voelden, het bordje ‘Fotograaf’ inmiddels voor de ‘foto in de krant’ of voor de populaire geïl- van de deur hadden gesloopt en vervangen door ‘Beel- lustreerde pers. Slechts een enkeling zocht het kunst- dend Kunstenaar’. circuit op. De tweede nota concludeerde: ‘Tegemoetkomend De rol van de overheid was tot halverwege de jaren aan het eigen karakter, de eigen beeldtaal en de eigen tachtig uiterst beperkt. De beroepsverenigingen pleit- kwaliteit van de fotografie enerzijds en inspelend op de ten bij de overheid jarenlang voor een eigen specifieke achterstand in de ontwikkeling daarvan door het ont- positie binnen de kunsten. Het heeft lang geduurd breken van een substantiële beleidsmatige steun van de voor de erkenning van die positie werd omgezet in da- overheid anderzijds, pleit de initiatiefgroep voor een

98 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 99

“zichtbaarmaking” van de fotografie binnen het beel- de Kunst voorgezet – opdrachtenbeleid ‘dat op termijn dende kunstbeleid. Een aparte post voor de fotografie een overzicht door de tijd zou tonen van de verande- op het gebied van de individuele subsidies [...] dient ringen in samenleving, landschap én de fotografie’. hiertoe binnen het budget voor beeldende kunst te Het Rijksmuseum volgde met een dergelijke opdracht worden gecreëerd.’3 op landelijk niveau. In Amsterdam hebben het Ge- Kort na deze noodkreten verbeterde het klimaat meentearchief en het Prentenkabinet van het Rijksmu- voor de fotografen, de fotografie, de expositiemoge- seum zich jarenlang ingezet voor het zorgvuldig con- lijkheden en de archivering, zowel landelijk als lokaal. serveren en beschrijven van die verzamelingen als Het beleid van het toenmalige ministerie van Welzijn, onderdeel van het beleid. Ook in de bovengenoemde Volksgezondheid en Cultuur onderging vanaf dat jaar nota van de Federatie van Kunstenaarsverenigingen een aantal belangrijke wijzigingen. Er werd binnen de werd de Amsterdamse situatie al geroemd. beleidsmatige onderverdeling in vrije beeldende kunst Elders is het opdrachtenbeleid voor – in eerste in- en toegepaste kunst voor het eerst gesproken over foto- stantie – documentaire fotografie vervolgens opgepikt. grafie. Na 1987, met de komst van het Fonds voor Er ontstonden initiatieven in o.a. Utrecht, Zaandam, Beeldende Kunst, Vormgeving en Bouwkunst, ver- Amersfoort, Den Bosch, Rotterdam, Eindhoven en schaften stipendia en subsidies de fotograaf meer mo- Groningen. Ook de provincies Noord-Holland, Gro- gelijkheden en ook rechtspersonen als de fotografie-in- ningen, Friesland en Gelderland schreven opdrachten stellingen konden sindsdien op meer begrip rekenen. uit. Zo is er gedurende drie decennia een bescheiden opdrachtenbeleid ontstaan, aanvankelijk als onderdeel De lokale overheid van de zogenoemde percentageregeling, waarbij rijks-, De belangrijkste impuls voor de Nederlandse fotografie provinciale en gemeentelijke overheden een percen- kwam echter van lokale opdrachtgevers. Op het mo- tage van de bouwsom besteedden aan kunstwerken, ment dat de eerdergenoemde nota’s verschenen, was er waaronder fotografie. één plaats in Nederland waar toen al zo’n tien jaar lan- Nadat de fotografie zich los van de beeldende kun- delijke en lokale documentaire opdrachten aan fotogra- sten een eigen status had weten te verwerven, zijn er in fen werden verleend – het gevolg van het enthousiasme enkele steden en provincies serieuze collecties fotogra- en de daadkracht van enkelen binnen de fotografie. fie gevormd, waaronder de resultaten van de bovenge- De gemeente Amsterdam startte in de jaren zeven- noemde documentaire opdrachten. Voor de financie- tig een – vrij spoedig door het Amsterdams Fonds voor ring werd uit verschillende bronnen geput. Het geld

99 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 100

was niet uitsluitend afkomstig uit cultuurfondsen, rand van de stad (titel opdracht Koen Wessing) in vele maar ook uit het budget voor economische zaken of verschijningen: Stadsprofielen van Aart Klein, Ruig- publiciteit. Op vrijwel alle plaatsen zijn deze initiatie- oord van Gerda van der Veen, maar ook de Huizen van ven nu in het slop geraakt. Een reconstructie en een bewaring I en II van Ad van Denderen en de Sociale paar voorbeelden, beginnend met Amsterdam. zorg van Kors van Bennekom. De Collages Straatvuil van Jos van Houweling probeerden nog een vrolijke Voorbeeld Amsterdam draai aan het zwaarmoedige tijdperk te geven, maar de Vanaf het moment dat Oscar van Alphen en Jan Ver- meeste beelden bleven even grof zwart-wit in die jaren snel in 1969 uit naam van de Gkf, de beroepsvereni- zeventig, een opmerkelijke kleurige serie van Eva Bes- ging van fotografen, de Kunstraad van de gemeente nyö over Woonboten en het werk van Ed van der Els- Amsterdam verzochten om eens een serieus fotografie- ken uitgezonderd. beleid te ontwikkelen, heeft Amsterdam een unieke In de dertig jaar Documentaire opdrachten in Am- verzameling met internationaal aanzien weten op te sterdam zijn er voorts veel Bekende Amsterdammers bouwen. Han Lammers, wethouder van Kunstzaken (Wubbo de Jong) geportretteerd, maar ook Archetypen in 1971, verstrekte, na opnieuw aandringen van foto- mannen (Michelle Talens), Russinnen in Amsterdam graaf Dolf Toussaint, de eerste opdrachten om ‘zowel (Adrienne van Eekelen), Kinderen (Esther Kroon), een goed beeld te geven van het leven in de stad en de Dertigers (Koos Breukel) en Bejaarden (Alex ten menselijke aspecten daarvan, als van de eigentijdse vi- Napel). sie daarop van de Amsterdamse fotografen’.4 Ata Kando was in 1975 de eerste die zich in de Suri- Bij de start van de Amsterdamse opdrachten in 1972 naamse gemeenschap bewoog, vijf jaar later volgde de werden deze nog door de opdrachtgever geformuleerd. Turkse gemeenschap (Ad van Denderen) en de Chine- Dat eerste jaar gingen vijf fotografen onder het motto se (Milly Low). Kadir van Lohuizen volgde een Am- Amsterdam voor het te laat is – overduidelijk een in- sterdams gezin naar zijn roots in Marokko. Teake Zui- haalslag – aan het werk: Oscar van Alphen, Willem dema bracht de Allochtone religies in Amsterdam in Diepraam, Maya Pejic, Dolf Toussaint en Koen kaart. Amsterdam bezit inmiddels een archief dat in Wessing. beeld getuigt van de veranderingen in de maatschappij De thematiek werd vanaf de daaropvolgende jaren van het laatste kwart van de vorige eeuw. Straatbeeld, door de aanvragers zelf voorgedragen. Deze verried mode, bevolkingssamenstelling, subcultuur en ge- van fotografenzijde vooral een voorkeur voor De rafel- woonten, alles is vastgelegd voor later.

100 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 101

Zowel in fotografische aanpak als in de onderwerpkeu- dracht een bijeenkomst waar de voorwaarden werden ze was door de jaren heen een verandering te bemer- geformuleerd en ervaringen uitgewisseld. Na beëindi- ken. De geëngageerde onderwerpen uit de beginperio- ging van de opdracht leverde men een expositiedruk de maakten plaats voor meer persoonlijke verslagen uit en een selectiedruk op klein formaat in. Inmiddels is de directe belevingswereld. Kleur heeft na dertig jaar het grootste deel – 3500 foto’s – van de collectie ook het zwart-witwerk bijna volledig verdrongen. De op- toegankelijk op de site van het archief.5 drachten van Jacqui Marie Wessels (Eten in openbare Al snel na aanvang van de opdrachten van de stad ruimte) of Dominique Panhuysen (Paden en Paaltjes en Amsterdam werd op initiatief van Wim Vroom, direc- Interieurbeelden) in de jaren negentig zijn kenmerkend teur van de afdeling Nederlandse Geschiedenis bij het voor het gewijzigde blikveld van de fotograaf. De eerste Rijksmuseum, een vergelijkbare maar dan landelijke doet een uitbundig kleurig verslag van de overdadige opdracht geformuleerd. Ook die zegt veel over de tijd- genotscultuur in de Amsterdamse openbare ruimte, geest. De eerste opdracht in 1975 had als titel Werkloos- van de Kalverstraat tot aan de Parade. Panhuysen heid in Nederland nú, uitgevoerd door Bert Nienhuis dringt binnen in de intimiteit van een straat, laat plaat- en Eddy Posthuma de Boer, een jaar later gevolgd door sen in huis en buiten zien die niet eerder zo in beeld Andere Culturen in Nederland van Hans van den Bo- werden gebracht. Beiden hebben niet langer de behoef- gaard en Koen Wessing. Wanneer in 1990 Luuk Kra- te verslag te doen van veranderingen of misstanden, zij mer en Reinier Gerritsen De Bedrijfscultuur in Neder- tonen hun werkelijkheid van Amsterdam. land in beeld brengen en een jaar later Werry Crone Voor het Amsterdams Fonds voor de Kunst, dat de zichtbaar kind aan huis is bij Het Koninklijk Huis, is organisatie rond de opdrachtverlening verzorgde, het duidelijk dat de tijden, thema’s én de fotografie speelde een rol dat de fotograaf zelf vrij was een idee – zijn veranderd. Sinds 1997 worden de opdrachten na zijn of haar opdracht – te formuleren. Een commissie een kortstondige onderbreking jaarlijks verleend in van drie deskundigen koos uit het grote aantal inzen- samenwerking met NRC Handelsblad, dat het resultaat dingen een vijftal opdrachten. Het geheim van de in zijn bijlage toont. hoge kwaliteit van deze collectie ligt in de voortduren- Onder de titel Document Nederland zijn ook deze de begeleiding tijdens de productieperiode van ge- beelden van meer dan dertig jaar opdrachten op het middeld een jaar. Het Gemeentearchief Amsterdam, internet te zien. De fotografie wordt bewaard door het de uiteindelijke ontvanger van de resultaten, belegde Rijksprentenkabinet als onderdeel van de Nationale bij aanvang, halverwege en na afsluiting van de op- Fotocollectie.6

101 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 102

Andere lokale initiatieven litair Hospitaal van Ton Hendriks uitgebreid in beeld Na het succes van de Amsterdamse fotografieopdrach- gebracht, gevolgd door onderwerpen als Vreemdelin- ten in de jaren zeventig werden ook elders initiatieven genopvang (opnieuw Michiel de Ruiter), Gevangenen ondernomen, meestal door particuliere stichtingen, (Gerard van Wingerde), Diakonessenhuis (Rob Hui- verenigingen of centra voor beeldende kunst, gesteund bers) en Leger des Heils van Willem Mes. De katholieke door de plaatselijke ‘kunstzaken’. Ook een enkele pro- identiteit van de bisschopsstad Utrecht kwam tot ui- vincie heeft een poging gedaan een traditie te starten. ting in series als De Zeven Werken van Barmhartigheid Nooit was er een eenduidige motivatie. De ene ge- en Frederike Eckharts Profane mythen en sagen van meente vond, net als de hoofdstad, dat de stadsarchie- Utrecht. ven met hoogstaande actuele fotografie moesten wor- Hoe belangrijk de continuïteit in de opdrachten is, den gevuld. De andere vond het tijd voor een jubi- toont de reeks over de Rijksuniversiteit Utrecht van leumboek of expositie met een speciaal thema, waar Werry Crone in 1987 en de resultaten van 2000 door een opdracht voor werd uitgeschreven. Een derde wil- Hans Aarsman en Andrea Stultiëns met hetzelfde de wel eens een beroemdheid over de vloer. Exposities onderwerp. Het degelijke betrokken documentaire of publicaties toonden van tijd tot tijd de resultaten. zwart-witwerk heeft plaats gemaakt voor een meer De beste resultaten werden daar behaald waar een persoonlijke versie van de werkelijkheid, nu in kleur. visie of plaatselijke identiteit werd gezocht. Een voor- Er ontstaat reliëf in de collectie. beeld daarvan is in de stad Utrecht te vinden. De Een op dat moment zeer opvallende presentatie was Stichting Stedelijke Fotografie Utrecht verleent al het resultaat van de stedelijke opdracht over het sinds 1987 jaarlijks aan twee fotografen een opdracht. Kromhoutkazerneterrein in 1995. De fotograaf Theo Utrecht kent geen open inschrijving. Fotografen wor- Bos produceerde The Perfect Picture, een fotografisch den door een commissie gevraagd voor bepaalde the- experiment op cd-rom, een virtuele tocht door de ge- ma’s of onderwerpen een voorstel in te dienen, waarna bouwen en over het inmiddels flink veranderde ter- uit een aantal kandidaten in de tweede ronde twee rein. Sinds 2002 poogt Utrecht met een opdrachten- worden gekozen. Bij aanvang van de Utrechtse reeks reeks onder de titel Het Geheim van Utrecht (o.a. Mi- was de invloed van de ‘sociale fotografie’ van de jaren sha de Ridder, Hans van der Meer, Holger Niehaus en tachtig merkbaar. Die reeks startte met o.a. Michiel de Leo Divendal) aansluiting te vinden bij de surrealisti- Ruiters Kraakbeweging. Een jaar later werden het Wil- sche traditie van die stad, vertegenwoordigd door helmina Kinderziekenhuis van Hapé Smeele en het Mi- schilders als Pyke Koch en Henrik Moesman.

102 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 103

De kracht van de Utrechtse opdrachten is gelegen in om binnen het centrale thema De onderstroom van de sterke betrokkenheid van het bestuur van genoem- Groningen op zoek te gaan naar ‘dat wat het karakter de stichting, dat inhoudelijk scherp bij de les blijft en van de stad vormt maar tegelijkertijd zo alledaags is achteraf de resultaten verantwoordt door middel van dat het zelfs de Groningers nauwelijks nog opvalt’. exposities en publicaties. De fotografie van de op- De reeks namen bewijst het ambitieniveau van de or- drachten wordt in Utrecht door het gemeentearchief ganisatoren. Groningen kan zich met Noorderlicht bewaard en ook hier is een selectie van de resultaten op inmiddels internationaal meten. het internet terug te vinden.7 De publicatie Groningen in Foto’s A-Z (1997) toont in het bijzonder waartoe lokaal opdrachtbeleid kan lei- Vanaf 1991 gaf de gemeente Groningen jaarlijks beur- den. Het fotoboek was een geschenk aan de stad van telings via het Centrum voor Architectuur en Stede- het Academisch Ziekenhuis Groningen, dat hiermee bouw en via het Centrum voor Beeldende Kunst een de opening van zijn nieuwe gebouw vierde. Het boek- reeks opdrachten aan fotografen. Groningen neemt werk is voor een groot deel samengesteld uit de ver- een bijzondere positie in: niet alleen de stad verstrekte schillende opdrachten, eerder verstrekt door o.a. de fotografieopdrachten, ook de provincie. De tweejaar- provincie, Noorderlicht, het Centrum voor Architec- lijkse provinciale opdracht van Groningen, de Post- tuur en Stedebouw en het Centrum Beeldende Kunst. Middendorp-opdracht, wordt nog wel verstrekt, de Het werd vervolmaakt met speciaal voor het boek ge- gemeentelijke opdrachten zijn om begrijpelijke rede- produceerd beeldmateriaal.8 nen inmiddels gestopt. In een recent beleidsvoorne- De provinciale opdrachten benadrukken de lokale men van de gemeente wordt met tevredenheid vastge- identiteit door fotografen te selecteren die een relatie steld dat het Groninger Museum en vooral het in de met de streek hebben. Zo zal in 2005 de beeldend kun- stad Groningen gevestigde Noorderlicht, dat beurte- stenaar Hans Scholten de opdracht De invloed van de lings in deze stad en in Leeuwarden een fotomanifesta- scheepvaart op leven en industrie in Groningen uitvoe- tie organiseert, de taken hebben overgenomen. ren. Uiteindelijk worden de fotografische resultaten Noorderlicht, dat in de stad Groningen ook over van de provinciale opdrachten opgenomen in de ver- een galerie beschikt, verleende vanaf 2001 opdrachten zameling van de Groninger Archieven. aan vijf internationaal beroemde fotografen: Anders Petersen, Antoine d’Agata, Adrienne van Eekelen, Om de toekomst van een jonge traditie John Davies en Ken Schles. Zij kregen de vrije hand Momenteel worden de meeste foto-opdrachten be-

103 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 104

dreigd. Amersfoort publiceerde een kloek overzicht 1000 foto’s van Amsterdam, in het Amsterdams Histo- van de stedelijke opdrachten, Document van een stad, risch Museum, te beschouwen als de afsluiting van een maar de expositie ervan in De Zonnehof bleek een tijdperk. Dat de – ook al afgeslankte – Rijksmuseum- laatste teken van leven.9 De provincie Noord-Holland opdrachten nog voortgang vinden is te danken aan de organiseerde zomer 2002 in het Spaarnestadarchief een gevonden commerciële partner NRC Handelsblad. overzichtstentoonstelling onder de titel ...en zij schie- De afnemende populariteit van de fotografieop- pen het landschap, geopend door commissaris van de drachten is niet uitsluitend te wijten aan de roekeloze koningin Harry Borghouts. Na enige lovende woor- bezuiniging van een ongeïnteresseerde overheid. De den over de nieuw geschapen werkelijkheid vervolgde fotografie is na anderhalve eeuw blijkbaar nog steeds te hij: ‘Overigens passen de documentaireseries ook goed zwak georganiseerd en nauwelijks gegrondvest. Zij zit binnen de aandachtspunten van de provinciale cul- voortdurend op de schopstoel. Het enthousiasme en tuurnota. Deze zijn o.a. gebiedsgericht beleid en ver- doorzettingsvermogen van slechts enkele personen sterking van de regionale identiteit. [...] De series laten blijkt doorslaggevend voor het voortbestaan van de zien hoe pluriform de Noord-Hollandse samenleving opdrachten. Ook de status van de opdrachten is er de is.’10 Nadat Rachel Corner vanaf 2003 Amsterdamse oorzaak van. Waar de aandacht bij de opdrachtgever boeren heeft gefotografeerd, is er ook van de Noord- verslapt, neemt de interesse van de fotograaf evenzeer Hollandse opdrachten niets meer vernomen. af. Het verlenen van opdrachten zonder georganiseer- De provincie Gelderland heeft haar sinds 1996 op- de openbaarmaking en archivering in het verschiet gebouwde collectie in museum Het Valkhof in Nijme- doet het animo afnemen, zeker waar er ook nog eens gen getoond. Na de zorgvuldig verzorgde tentoonstel- op budgetten wordt gekort. ling Document van het Moment die in de zomer van Opmerkelijk zijn de overeenkomsten bij de in- 2003 de Gelderse resultaten liet zien, zijn ook deze middels gestaakte opdrachten: juist de publicatie of de provinciale fotografieopdrachten in schoonheid ge- overzichtsexpositie, overladen met lovende woorden, storven. De publicatie, inclusief dvd met gefilmde zijn blijkbaar aanleiding geweest om de handelingen interviews met de fotografen, luidde een diepe stilte terstond te staken. Alsof men in tevredenheid omkeek in.11 Hoewel de Amsterdamse opdrachten flink zijn en in diepe slaap raakte. Het lijkt er ook op dat de oor- uitgekleed zullen deze waarschijnlijk wel doorgang spronkelijke initiatiefnemers of ondersteuners op be- vinden in een nieuwe vorm. Toch is ook hier de grote leidsniveau overgeplaatst werden of zich hebben terug- overzichtstentoonstelling uit 2003, Zwart wit Kleur, getrokken. Het is onbegrijpelijk dat de vele mogelijk-

104 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 105

heden die de lokale fotografieopdrachten bieden, on- Het verdwijnen van de lokale opdrachten is slecht benut blijven. Juist de langdurige brede opbouw van voor de Nederlandse fotografie. De dag- en weekbla- lokaal gebonden fotografie levert op termijn een hoog- den hebben in ons land al lang geleden de opdrachten waardige collectie op, die een veranderend beeld van die te veel verdieping van de maker vragen wegbezui- het onderwerp, de ingrijpende wijzigingen in de be- nigd. De nog gepubliceerde reportages, vooral de bui- bouwde omgeving, zowel in de stad als op het platte- tenlandse, zijn vaak betaald door niet-gouvernemente- land, de veranderende samenstelling van de bevolking, le organisaties. De fotograaf heeft behoefte aan goed maar ook van de fotografie zelf toont. Zeker op ter- begeleide langlopende opdrachten met inhoud. Zoals mijn zullen zij een verslag vormen van een plaatselijke Linda Roodenburg in Fotowerk. Fotografie in opdracht identiteit en samenleving met grote invloed op de stelt: ‘De opdracht is bij uitstek de situatie waarin beeldvorming van onze leefomgeving in ons toekom- fotografie in een maatschappelijke context functio- stig verleden. Niet in nostalgische zin of als troetelkind neert. De opdrachtgever heeft met de opdracht een ze- van de heemschut. Op deze wijze zal een collectie beel- kere bestemming voor ogen, die in overeenstemming den ontstaan met een historische, sociaal-geografische is met zijn eigen doelstellingen op cultureel, ideëel en artistieke betekenis. en/of commercieel gebied. [...] De resultaten krijgen Bij een weloverwogen selectie van fotografen ont- een functie in het maatschappelijk verkeer. Het kader staat een waardevolle verzameling fotografie, die het van de opdracht is geen hinderlijke bijkomstigheid, lokale karakter visueel vastlegt en mede de ontwikke- maar een gegeven dat de fotograaf in staat stelt om zijn ling van het individueel kunstenaarschap toont. De werk een functie te geven. De beperkingen kunnen in- eerder genoemde verzamelingen zijn daarom juist op spirerend zijn en ook de wetenschap dat het werk termijn van onschatbare waarde. In het bijzonder de wordt gebruikt, gepubliceerd en niet te vergeten be- collectie documentaire fotografie van het Amsterdam- taald, betekent een stimulans voor de fotograaf.’12 Het se Gemeentearchief wordt inmiddels – ook internatio- zijn verstandige aanbevelingen, maar vooral de doel- naal – hoog gewaardeerd. Bovendien dienen zich nog stellingen van de opdrachtgever moeten helder zijn. enige praktische mogelijkheden aan. Als zelfstandig Bij een juiste aansturing kunnen de lokale opdrachten boekwerk of als expositie kunnen zij dienen als ge- een reeks bijzondere foto-essays opleveren. schenk voor relaties of zustersteden. Ook als jaarlijks En dan is er nog de opdracht van het conserveren terugkerende publicatie in het jaarverslag misstaat de van het erfgoed. Het verdwijnen van een structurele opdracht niet. lokale opdrachtsituatie zou te maken kunnen hebben

105 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 106

met de verleidingen van het wereldwijde web, waar ie- onderschat. Het misverstand dat een digitaal beschik- dereen zijn aandacht naar heeft verplaatst en een plaats bare foto gelijkstaat aan een met zorg gedrukte foto op probeert te veroveren. Terecht mag men kraaien van een hoogwaardige drager moet uit de wereld. Het web plezier dat fotografiecollecties nu wereldwijd via het toont de foto zoals de Wehkampcatalogus de kleding web te bewonderen zijn, maar men mag de aandacht toont: het is slechts een afbeelding van het origineel. voor het negatief, de print en tegenwoordig de harde ‘Zonder kast om het resultaat in op te bergen, valt schijf nooit verwaarlozen. Nu de fotografie is veran- er geen collectie op te bouwen,’ heeft de Groningse derd van ambachtelijk nat procédé naar digitaal snel Noorderlicht-directeur Ton Broekhuis al eens opge- medium, dreigt het belang van het bewaren te worden merkt.

noten

1 bkr staat voor Beeldende Kunstenaars Regeling, een inkomens- 7 www.stedelijkefotografie.nl. regeling van het rijk voor kunstenaars, die van 1945 tot 1986 8 Bas Vroege, Deanna Herst, Henrik Barends, Groningen in Foto’s door middel van de contraprestatie (tegenprestatie bestaande A-Z., Uitgeverij Paradox, Edam 1997. uit het inleveren van een kunstwerk) kunstenaars van een inko- 9 Carolien de Boer, Gerda Brethouwer en Marga Rotteveel (red.), men voorzag. In 1987 vervangen door het Fonds voor Beelden- Document van een stad. Stedelijke fotografie-opdrachten gemeente de Kunst, Vormgeving en Bouwkunst, dat vanaf dat moment Amersfoort, Uitgave De Zonnehof, in samenwerking met de de individuele subsidies en vergoedingen voor beroepskosten Grafische Cultuurstichting, 1999. zou gaan uitkeren. 10 Toespraak van mr. H.C.J.L. Borghouts, commissaris van de ko- 2 Willem Woudenberg, ZWART OP WIT. Naar een fotografiebeleid ningin in Noord-Holland, op 26 juli 2002 bij de opening van in Nederland, in samenwerking met de projectgroep en het be- de expositie ... en zij schiepen het landschap. Een selectie uit de stuur van de Federatie van Kunstenaarsverenigingen, Amster- fotodocumentaire opdrachten met als thema ‘het gecreëerde dam 1984. landschap’, Spaarnestad Archief. 3 Fotografie Belicht, Nota van de Landelijke Initiatiefgroep Foto- 11 Anouk van Heesch en Bart Sorgedrager, Document van het Mo- grafiebeleid 1984, Rotterdam, oktober 1984. ment, Gelderland gefotografeerd, Museum Het Valkhof, Nijme- 4 Maartje van den Heuvel, ‘Zeven-en-negentig visies op Amster- gen 2003. dam’ en Anneke van Veen, ‘Foto’s voor de stad’, in: Foto’s voor 12 Linda Roodenburg, Fotowerk. Fotografie in opdracht 1986-1992, de stad, Amsterdamse documentaire opdrachten 1972-1991, Ge- Uitgeverij 010, Stichting Perspectief, Rotterdam 1992. meentearchief Amsterdam, Amsterdam 1992. 5 www.gemeentearchief.amsterdam.nl/archieven/beeldbank, on- De reproductie van kleurenfotografie in zwart-wit doet veel van de der ‘zoeken’, bij ‘namen collecties’, onder de ‘D’ ‘Documentaire kwaliteiten van deze werken verloren gaan. Onder andere op de foto-opdrachten’. bovengenoemde sites zijn de kleurenbeelden te zien. 6 www.rijksmuseum.nl/collectie/rijksprentenkabinet, onder ‘Foto-opdrachten’.

106 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 107

1972. In opdracht van het Amsterdams Fonds voor de Kunst (afk). Koen Wessing. Amsterdam voor het voorbij is. Prinseneiland.

1972. afk. Koen Wessing. Amsterdam voor het voorbij is. Rozengracht.

107 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 108

1974. afk. Hans van den Bogaard. Spaarndammerbuurt. Polanenstraat, Amsterdam.

108 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 109

1974. afk. Hans van den Bogaard. Spaarndammerbuurt. Houtrijkstraat, Amsterdam.

109 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 110

1980. afk. Ad van Denderen. De Turkse gemeenschap in Amsterdam. adm Scheepsreparatiewerf.

1980. afk. Ad van Denderen. De Turkse gemeenschap in Amsterdam. Koranles op de Selimmoskee aan de Gerard Doustraat.

110 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 111

1982. afk. Ad van Denderen. De Turkse gemeenschap in Amsterdam. Sportfondsenbad aan de C. Dirkszstraat.

111 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 112

1984. afk. Hans Aarsman. Openbare rituelen. Benefietveiling ten bate van het Concertgebouw (foto uit 1985).

112 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 113

1984. afk. Hans Aarsman. Openbare rituelen. Anti-racistische demonstratie na de moord op Kerwin Duinmeijer (foto uit 1983).

113 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 114

1994. afk. Hans van der Meer. Amsterdams verkeer. Amstel bij Blauwbrug (foto boven), Damstraat.

114 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 115

1994. afk. Hans van der Meer. Amsterdams verkeer. Herengracht hoek Spiegelstraat (foto boven), Rokin bij het Muntplein.

115 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 116

1996. afk. Nicole Segers. De verborgen stad. Bullebakbrug in de Marnix- straat over de Brouwersgracht.

116 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 117

1996. afk. Nicole Segers. De verborgen stad. Bankje op Claes Claeszhofje.

117 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 118

1996. Stichting Stedelijke Fotografie Utrecht. Paul Bogaers. Schuldige Locaties.

118 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 119

1996. Stichting Stedelijke Fotografie Utrecht. Paul Bogaers. Schuldige Locaties.

119 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 120

2003. Stichting Stedelijke Fotografie Utrecht. Leo Divendal. Beelden langs het water. Het Geheim van Utrecht.

120 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 121

2003. Stichting Stedelijke Fotografie Utrecht. Leo Divendal. Beelden langs het water. Het Geheim van Utrecht.

121 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 122

2003. Provinciale opdrachten Noord-Holland. Rachel Corner. Boeren van Amsterdam. Henk Worm, Osdorp.

122 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 123

2003. Provinciale opdrachten Noord-Holland. Rachel Corner. Boeren van Amsterdam. Alex Kuiper, Ransdorp.

123 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 124 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 125

Het besturingsmodel als politiek strijdpunt

Pim van Klink en Jan Riezenkamp

In het land van het poldermodel, waar politieke tegen- Ook op het gebied van inhoudelijke doelstellingen be- stellingen bij voorkeur worden gladgestreken, lijkt staan geen aanwijsbare verschillen. De participatie- kunst een prominent voorbeeld van een gedepoliti- doelstelling, van oudsher een sociaal-democratisch seerd beleidsterrein. Er zijn op het eerste gezicht geen speerpunt, is voor het eerst door de christen-demo- onderwerpen die als principiële scheidslijn tussen par- craat Elco Brinkman in het epicentrum van het kunst- tijen fungeren en ook in financieel opzicht is er nau- beleid geplaatst, alvorens de sociaal-democrate Hedy welijks verschil te ontdekken. Sinds de Tweede d’Ancona het tot hoofddoelstelling van haar beleid Wereldoorlog hebben slechts drie bewindspersonen verklaarde. pvda-staatssecretaris Van der Ploeg startte bezuinigingen voorgesteld: de kvp’er F.J.Th. Rutten in in 2001 een ambitieus Actieplan Cultuurbereik, maar 1950, de pvda’er André van der Louw in 1982 en de bouwstenen daarvoor waren aangedragen door zijn d66’er Medy van der Laan in 2004. Deze vertegen- voorganger Nuis en die is van links-liberale signatuur. woordigers van uiteenlopende politieke partijen stuit- Kunst lijkt, vergelijkbaar met ontwikkelingssamen- ten ieder voor zich op een gesloten, kamerbreed front werking, een soort graadmeter voor beschaving in de van volksvertegenwoordigers dat vervolgens op hoge politieke arena te zijn geworden: niemand waagt het er toon stopzetting van het bezuinigingsbeleid eiste. Ook een kritische beschouwing aan te wijden en iedereen is als er meer geld op de kunstbegroting wordt vrijge- van mening dat er meer geld voor moet komen. Kwa- maakt, zoals in het geval van d66’er Aad Nuis en liteit en richting van het kunstbeleid worden in hoge pvda’er Rick van der Ploeg, buitelen kamerleden van mate bepaald door de tijdelijke roerganger op dit ge- alle gezindten over elkaar heen om nog meer geld bij bied. de kunst te amenderen. En of dat nog niet genoeg is, Alle ministers en staatssecretarissen hebben op hun gaan met enige regelmaat stemmen op in de grote par- eigen wijze een stempel gedrukt op de ontwikkeling tijen om op wettelijke basis 1 procent van de rijksbe- van het kunstbeleid. Toch zijn er twee bewindslieden groting voor kunst te reserveren.1 die het verdienen in dit verband extra belicht te wor-

125 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 126

den: Brinkman en d’Ancona, al dan niet toevallig ook Toch geen idyllisch landschap de twee die het meest effectief met de ambtelijke orga- Verondersteld zou mogen worden dat een beleidster- nisatie samenwerkten. Brinkman is degene die na jaren rein waar geen politieke meningsverschillen worden waarin het kunstbeleid werd gedomineerd door be- uitgevochten, een idyllisch landschap oplevert. Eenie- leidsfilosofieën, een moderne, oplossingsgerichte be- der spant zich in een bijdrage te leveren aan de creatie sturingsstijl heeft geïntroduceerd. Veel dossiers die het van een kunstzinnig arcadia waarin iedere bloem tot ministerie al geruime tijd in hun greep hadden, zijn volle bloei wordt gebracht. Toch blijkt ook in kunsten- door hem tot een goed einde gebracht, zoals een sane- land het paradijs niet binnen handbereik te liggen, in- ring van het orkestenbestel, een nieuwe structuur voor tegendeel. Als eens in de vier jaar de subsidies worden de toneelsector, een centralisering van de financiering verdeeld, is het gedonder niet van de lucht. De media van de podiumkunsten en de beëindiging van de bkr staan vol met protesterende kunstenaars die in het al- om met het vrijkomende geld nieuw beleid voor de gemeen een stijging van het kunstbudget bepleiten en beeldende kunst te ontwikkelen. In het algemeen heeft in het bijzonder hun eigen activiteiten daarin aanprij- Brinkman met de introductie van het begrip kwaliteit zen. in het kunstbeleid voorkomen dat het kunstbeleid inte- Ogenschijnlijk lijkt het een eenvoudige geld- graal onderdeel is geworden van het welzijnsbeleid. kwestie: als er maar meer budget beschikbaar wordt D’Ancona springt eruit door haar vertaling van de gesteld, zal een grote tevredenheid zich meester maken aloude sociaal-democratische volksverheffingsdoelstel- van de kunstensector. De signalen uit de recente histo- ling naar de moderne, beleidsurgente participatiedoel- rie wijzen echter in tegenovergestelde richting. In de stelling. Als uitvloeisel daarvan heeft zij de bevordering laatste twintig jaar is het kunstbudget van de rijksover- van die kunstuitingen die laagdrempelig zijn, zoals heid gestegen van 0,2 procent tot 0,3 procent van de bouwkunst, vormgeving en fotografie, bewust gesti- totale rijksbegroting.2 Dit mag op zich futiel lijken, muleerd. Niet alleen heeft zij de doelstellingen gemo- maar hier is sprake van een stijging van de overheids- derniseerd en geactualiseerd, ook heeft zij zich ingezet preferentie voor kunst van 50 procent. In weerwil van om hetzelfde te doen met het besturingsinstrumentari- de gevleugelde uitspraak dat kunst weerloos zou zijn in um. Uit de weerstand die beiden ontmoetten, blijkt het meedogenloze afwegingsproces van de overheid, echter dat achter de schijnbare depolitisering van dit blijkt de kunst structureel een bevoorrechte positie in beleidsterrein serieuze meningsverschillen schuilgaan. te nemen bij de verdeling van de algemene middelen. De schijn van eensgezindheid is bedrieglijk. Wie mocht denken dat deze relatieve toename in het

126 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 127

kunstbudget heeft geleid tot toenemende tevreden- een toneelstuk dat louter bevolkt werd met honden. heid onder kunstenaars, komt bedrogen uit. Alle be- Going to the dogs zou op één avond twee opvoeringen windslieden die een cultuurnota hebben gepresen- kennen in de Amsterdamse Stadsschouwburg, waarbij teerd, zijn om budgettaire redenen bekritiseerd: d’An- de zes honden ondanks een straffe training van negen cona vanwege vermeende budgettaire neutraliteit, maanden reeds na enkele minuten uit hun rol vielen. Nuis vanwege een te bescheiden stijging, Van der De Tweede Kamer was not amused en nam de minister Ploeg omdat de door hem voorgestelde forse stijging kwalijk dat algemene middelen werden verspild en het niet direct de omvang van 1 procent van de rijksbegro- kunstbeleid werd geridiculiseerd. ting aannam en Van der Laan vanwege een eenvoudige Zelfs in de ministerraad was Brinkman op zijn eigen bezuiniging. De kunstensector kenmerkt zich door beleidsterrein niet veilig, zoals bleek toen een jury een structurele budgettaire ontevredenheid. Er zijn Hugo Brandt Corstius voordroeg voor de hoogste zelfs aanwijzingen dat het protest het hevigst was bij staatsprijs, de P.C. Hooftprijs. Als columnist had hij Van der Ploeg, die de grootste stijging van het kunst- minister van Financiën, Onno Ruding, vergeleken budget ooit op zijn naam mag schrijven. met Eichmann en dat was men in de ministerraad niet Dat bewindslieden door kunstenaars onder vuur vergeten. Brinkman werd onder zware druk gezet om worden genomen, wekt geen verbazing. Brinkman, die deze voordracht te negeren, hetgeen hoogst ongebrui- in 1987 in de Nieuwe Kerk in Amsterdam een taart in kelijk was. Het bracht hem in een heftig gewetenscon- het gezicht ‘geserveerd’ kreeg van een protesterend flict, waar hij met zijn stuurmanskunst overigens goed kunstenaar, sprak na contact met de taartgooier vergoe- uitgekomen is: de staatsprijs werd geprivatiseerd en lijkend dat ‘er niet echt kwaad bij zat’. Veel meer onder buiten de rechtstreekse invloedssfeer van politici ge- de indruk was Brinkman van de weerstand die hij met bracht. Daardoor kon Brandt Corstius de prijs alsnog regelmaat van collega-bestuurderen ondervond. Als in ontvangst nemen. hoogtepunt van regionaal bestuursoproer noemt hij de Ook Hedy d’Ancona heeft haar portie bestuurlijke Friese protesten tegen de besluitvorming om het Frysk tegenwerking gehad. Zij werd in de formatie van het Orkest op te laten gaan in een fusie-orkest te Gronin- kabinet-Lubbers/Kok minister van Welzijn, Volksge- gen. Ook Tweede-Kamerleden hebben het de minister zondheid en Cultuur (wvc). Zij betrad het departe- nogal eens lastig gemaakt, in het bijzonder toen Brink- ment met structureel 40 miljoen gulden extra voor man geheel in lijn met een advies van de Raad voor de Cultuur, in de vaste overtuiging daar leuke dingen mee Kunst besloot subsidie te verstrekken ten behoeve van te gaan doen in de sfeer van de haar goed bekende sec-

127 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 128

tor van de podiumkunsten. Haar teleurstelling was werd op ongeveer 15 miljoen gulden geraamd. Dit nu dan ook groot toen zij op het departement werd ge- werd als een onmogelijke en dus buitengewoon on- confronteerd met de grote achterstanden in de conser- rechtvaardige zo niet schandelijke inmenging in de vering van de museale collecties. Het inlopen van deze autonomie van de instellingen ervaren. Uiteraard werd achterstanden was urgent en zou zeker gedurende een gewezen op de culturele kaalslag die hier zonder enige lange reeks van jaren een aanzienlijk deel van de 40 twijfel uit zou voortvloeien. Er ontstond grote, dus met miljoen gulden vergen. De feiten – zoals die ook in een veel publiciteit omgeven, opwinding over zoveel onre- rapport van de Algemene Rekenkamer waren ver- delijkheid: de actiegroep Kunsten ’92, onder de bezie- woord – overtuigden haar echter en het Deltaplan lende leiding van Frans de Ruiter, werd opgericht. Cultureel Erfgoed ging, mede door haar aldus gewij- De minister ervoer het wantrouwen en onbegrip als zigde inzichten, van start. Het zou, samen met de ver- een bijna persoonlijke krenking. Zij was toch immers zelfstandiging van de rijksmusea, een van de belang- gewapend met goede bedoelingen en kennis van zaken rijkste naoorlogse beleidsdaden worden op het gebied toegetreden tot het kabinet. Zij stond versteld over het van cultureel erfgoed, een term die toen overigens nog onbegrip en de onredelijkheid waarmee de kritiek op niet werd gebezigd vanwege de vermeende ultra-recht- haar tot uiting werd gebracht, zij voelde zich te kort se connotatie. gedaan en gekrenkt. Vanuit die gemoedstoestand In het kabinet had Kok als minister van Financiën slaagde ze erin om dit nadeel om te buigen tot een inmiddels hevige spijt gekregen van het extra geld voor voordeel voor de sector Cultuur. Zij combineerde de Cultuur. Hij wilde die lichtzinnigheid terugdraaien. discussie over de 40 miljoen gulden met de opwinding Hedy d’Ancona raakte ook tot haar verbazing – het re- over de 15 procent-maatregel en confronteerde Kok geerakkoord was toch duidelijk – in een hevige strijd daarmee. Het werd snel duidelijk dat als er opwinding verwikkeld met haar politiek leider in zijn hoedanig- over 15 miljoen gulden zou ontstaan, dat klein bier zou heid van minister van Financiën. blijken indien de afgesproken 40 miljoen gulden als- Intussen werden de podiumkunstinstellingen door nog zou worden gekort, laat staan indien dat bedrag de bewindsvrouw geconfronteerd met een nieuwe sub- helemaal zou verdwijnen. Zo zorgde opwinding in de sidievoorwaarde: ten minste 15 procent van hun uitga- sector podiumkunsten voor een structurele verhoging ven zouden zij voortaan zelf moeten verdienen. In de van het budget voor cultureel erfgoed. Een bewijs dat praktijk ‘verdienden’ de meeste instellingen niet meer er uit de ontmoeting van ‘strange bedfellows’ toch nog dan 5 à 10 procent. De opbrengst van de maatregel mooie kinderen geboren kunnen worden.

128 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 129

Probleemanalyse I rendement van haar investeringen zien. De kunsten- Ondanks de rituele opwinding en de structurele onte- sector reageerde afwijzend en benadrukte het autono- vredenheid over het kunstbeleid – en dan vooral de me karakter van kunstproductie. Men vond een willig budgettaire kant ervan – is er nauwelijks onderzoek oor bij christen-democratische en liberale volksver- gedaan naar de oorzaken die hieraan ten grondslag lig- tegenwoordigers en het was dit pact dat een uitspraak gen. De eerste indruk dat het probleem louter een van Thorbecke uit 1862 te voorschijn toverde om de kwestie van te beperkte middelen zou zijn, lijkt niet af- overheid op inhoudelijke afstand te plaatsen.3 doende. De hardste protesten werden immers gehoord Niet alleen in de politieke arena leed het voornemen bij de grootste stijging van het kunstbudget onder Van om kunst meer naar overheidsdoelstellingen te model- der Ploeg. Een nadere analyse is nodig en wijst in de leren, schipbreuk. In de praktijk tekende zich juist in richting van een uiterst complexe relatie tussen over- die periode een ontwikkeling in de kunsten af die heid en kunstensector. steeds meer nadruk legde op vernieuwing en experi- De eerste wrijvingsverschijnselen tussen kunst en ment, zodat de publieke belangstelling nog verder overheid deden zich voor in de jaren zeventig, toen de terugliep. Deze divergentie tussen overheidsdoelstel- overheid na de opbouw van een fijnmazige infrastruc- ling en sectorontwikkeling werd versterkt door de uit- tuur tot de conclusie kwam dat de effecten van het besteding van het artistiek oordeel aan de Raad voor kunstbeleid niet in overeenstemming waren met de de Kunst. De feitelijke oordeelsvorming vond plaats in verwachtingen. In weerwil van stijgende subsidiebud- commissies, samengesteld uit sectordeskundigen die, getten maakten steeds minder mensen gebruik van het conform de mores in de sector, vernieuwing tot door- gesubsidieerde kunstaanbod. Dat was een doorn in het slaggevend criterium hadden verheven. oog van het kabinet-Den Uyl, dat het maatschappelijk Zo was de overheid verstrikt geraakt in een con- welzijn hoog in het vaandel voerde. Kunst behoorde structie waarin ze wel geacht werd budget beschikbaar geen privilege voor welstandigen te zijn, maar een bij- te stellen, maar zichzelf het recht ontzegd had over de drage te leveren aan het welzijn van zoveel mogelijk verdeling te beslissen. De subsidiestromen vloeiden mensen. In deze geest verscheen in 1976 de eerste be- derhalve rijkelijk in een richting die haaks stond op de leidsnota, Kunst en Kunstbeleid, die kunst tot instru- algemene doelstelling van participatie. Deze ontwik- ment van welzijnsbeleid uitriep. In feite wilde de over- keling kende eind jaren tachtig haar apotheose toen de heid, die zichzelf in rap tempo tot belangrijkste finan- bezoekcijfers een historisch dieptepunt bereikten. cier van de kunsten heeft ontwikkeld, maatschappelijk Toen in 1989 d’Ancona aantrad, vatte zij direct de koe

129 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 130

bij de hoorns. Als betrekkelijke ingewijde in de zeden echter deels ondergraven, omdat ook de fondsen be- van de kunstwereld hekelde zij in haar eerste grote smet waren met het Thorbecke-virus en zich bedien- kranteninterview de besluitvormingsstructuur, die den van anonieme beoordelingscommissies van wisse- anoniem en ontoegankelijk in besloten commissies lende samenstelling. En zo heerst tot op de dag van van de Raad voor de Kunst plaatsvond. Kunstsubsidies vandaag in het Nederlandse kunstbestel de scheiding werden verdeeld op basis van de opvatting van een tussen de algemene beleidsontwikkeling en de concre- kleine groep sectorspecialisten, die zich niets gelegen te subsidieverdeling. lieten liggen aan overheidsbeleid of consumenten- vraag. D’Ancona wilde de macht van dit geheime ge- Probleemanalyse II nootschap doorbreken en opperde alternatieve besluit- Een ander specifiek Nederlands verschijnsel op het ge- vormingsmodellen, zoals de aanstelling van rijkskunst- bied van het kunstbeleid is het planmodel dat in 1988 meesters. Zij oogstte met dat idee vooral een storm aan werd ingevoerd, nog wel door de christen-democraat protest van kunstenaars, kamerleden en de pers, zon- Brinkman. Belangrijke overweging daarbij was dat het der dat aandacht werd geschonken aan de onderlig- de mogelijkheid bood om eens in de vier jaar een inte- gende problematiek. grale afweging en herijking van subsidiestromen te D’Ancona kwam tijdig tot het inzicht dat radicale maken. In principe is het planmodel een instrument veranderingen in de besluitvormingsstructuur niet dat de overheid beter in staat zou moeten stellen haar haalbaar waren, maar liet zich niet voor dit ene gat doelstellingen te realiseren. De neiging om bestaande vangen. Zij kondigde aan het fondsmodel een meer subsidierelaties automatisch te continueren wordt prominente plek in het kunstbestel te willen geven om doorbroken en vervangen door een integrale, groot- de subsidieverdeling meer effectief en efficiënt te laten scheepse schouw van de sector. Deze vormt de basis verlopen. Tijdens haar regeerperiode werden het van nieuw aan te gane subsidierelaties voor vier jaar. Fonds voor de Podiumkunsten (voor projectsubsidies) Dit plansysteem werd bij de introductie alom toege- en de Mondriaanstichting (ten behoeve van presenta- juicht vanwege de toegenomen transparantie voor alle ties op het gebied van beeldende kunst) opgericht en betrokkenen en de zekerheid van een vierjarige subsi- werden de twee bestaande filmfondsen samengevoegd die voor de instellingen. Vier planperiodes verder is tot één efficiënt en slagvaardig Fonds voor de Neder- het aanvankelijke enthousiasme in zijn tegendeel om- landse Film. De ambitie van d’Ancona om de besluit- geslagen. Een aantal niet-voorziene gevolgen van het vormingsprocessen op deze wijze te stroomlijnen werd planproces is daar verantwoordelijk voor.

130 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 131

Het allerbelangrijkste gevolg is misschien wel de leving’. Deze doelstellingen hebben een hoog abstrac- enorm aanzuigende werking die van het planmodel is tiegehalte met nauwelijks enige betekenis voor de ont- uitgegaan. In 1991 werden voor de eerste open cultuur- wikkeling van de kunsten. notaprocedure 316 verzoeken voor kunstsubsidie inge- Niet alleen deze beleidsinflatie leidt tot veel nuttelo- diend bij een bestaand subsidiebestand van 168 instel- ze inspanningen, daarnaast is ook sprake van procesin- lingen; twaalf jaar later was zowel het subsidiebestand flatie. Het planproces is een doel op zichzelf geworden verdubbeld naar 333 instellingen als ook het aantal ver- binnen het overheidsapparaat. Bij iedere cyclus wordt zoeken naar 633, terwijl de bevolking slechts met een een verdere stroomlijning en perfectionering nage- kleine tien procent toenam van 15 naar 16,2 miljoen. streefd. Het proces wordt met telkens nieuwe stappen De planprocedure heeft blijkbaar als een magneet ge- en onderdelen opgetuigd, die uiteraard een steeds gro- werkt. Het effect ervan is versterkt door bewindslieden ter beslag leggen op de bestuurlijke en ambtelijke ca- die, zoals Van der Ploeg, in hun beleid de nadruk leg- paciteit. Tegelijkertijd ontvangen instellingen van den op vernieuwende activiteiten en daardoor veel overheidswege een groeiende stroom voorschriften en nieuwe aanvragen genereerden. Deze grote toename regels om het proces beheersbaar te maken. Deze ont- van subsidierelaties en subsidieverzoeken veroorzaakt wikkeling wordt versterkt door de werking van de Al- uiteraard een navenante belasting van alle schakels in gemene Wet Bestuursrecht, die instellingen de gele- het beleidsproces. genheid geeft tegen onvolkomenheden in het proces Het planmodel heeft ook beleidsinflatie in de hand formeel protest aan te tekenen. Dit heeft een golf van gewerkt. Iedere nieuwe bewindspersoon wordt geacht juridisering veroorzaakt, die enerzijds veel directe zijn eigen beleidsvisie met doelstellingen te presente- werkzaamheden met zich meebrengt, maar daarnaast ren. De eerste twee ‘plan’-ministers, Brinkman en de overheid ook nog eens dwingt alle beleidsonderde- d’Ancona, vulden dit zakelijk en pragmatisch in met len goed te documenteren en te verantwoorden. als hoofddoelstelling het versterken van de participa- Alle signalen wijzen in de richting van een plan- tie. Na hen namen de doelstellingen een hoge vlucht. ningsproces dat de overheid in zijn greep heeft geno- Nuis stelde zich ten doel ‘de culturele ruggengraat’ te men in plaats van te dienen als een besturingsinstru- versterken door kunstenaars ‘in het eigen zadel te hel- ment. Tot overmaat van ramp wordt sinds enige tijd pen’. Van der Ploeg wilde ‘het beste populairder ma- een personeelsbeleid gevoerd waarbij voor belangrijke ken en het populaire beter’. Van der Laan ambieert managementfuncties bij de overheid vaardigheden op versterking van het ‘cultureel bewustzijn in de samen- het gebied van procesmanagement belangrijker wor-

131 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 132

den geacht dan inhoudelijke kennis van de sector. In- ook bij de Nederlandse private kunstfondsen zoals de houdelijke kennis, ervaring en daarop gebaseerd oor- VandenEnde Foundation, het vsb Cultuurfonds en de deelsvermogen hebben plaats gemaakt voor targets, Stichting Doen. service level agreements, balanced score cards en ande- Het Nederlandse model heeft van meet af aan kri- re werktuigen uit de gereedschapskist van de mobiele tiek geoogst van parlementariërs zonder onderscheid manager. Dit beleid markeert het einde van een tijd- van politieke kleur. Bij de bespreking van de eerste cul- perk waarin de rolverdeling op departementen inhield tuurnota in 1992 spitste de kritiek zich nog toe op de dat bewindslieden over algemene bestuurlijke kwa- eenzijdige aandacht voor de verdeling van subsidies, liteiten beschikten en de ambtelijke organisatie de sec- terwijl de beleidsuitgangspunten bijna achteloos pas- tor kende. Hiermee wordt de cirkel gesloten van een seerden. In reactie daarop werd in de volgende plan- overheid die zich in toenemende mate in zichzelf keert procedure eerst een uitgangspuntennota naar de Twee- en geen kennis en inzicht meer heeft van en in de sec- de Kamer gestuurd alvorens in de definitieve nota tor die bestuurd moet worden. De kloof tussen over- voorstellen tot subsidieverdeling werden gepresen- heid en sector wordt aldus steeds groter. teerd. Uiteindelijk bleek dit vooral een treffend voor- beeld van procesinflatie op te leveren, want ook bij De politieke reactie volgende planbesprekingen in het parlement stond de Het uitbesteden van het artistiek oordeel aan sector- verdeling van het geld centraal. specialisten gecombineerd met de invoering van een Tweede-Kamerleden zijn vervolgens in hun bijdra- planmodel heeft in Nederland een besturingsmodel gen steeds meer ingegaan op de werking van het plan- opgeleverd dat zijn weerga niet kent. Op het Europese model zelf. Zij toonden zich steeds kritischer. Zij hoef- vasteland hanteert men een model waarbij de overheid den daarvoor geen veldwerk te verrichten maar kon- het beleid bepaalt, de artistieke selectie uitvoert en per den zich baseren op hun eigen ervaringen met de zeer begroting de subsidie vaststelt. In Engeland beperkt de indringende lobby vanuit de kunstensector. Al bij het overheid zich tot algemene beleidsontwikkeling en debat over de cultuurnota van Van der Ploeg in 2000 heeft zij de gehele beleidsuitvoering, inclusief artistie- riepen kamerleden in koor dat wat hen betreft de maat ke beoordeling, uitbesteed aan een fonds. Deze Arts vol was en dat ze dit nooit meer wilden meemaken.4 Council werkt niet met commissies van sectorspecia- Ondanks deze ferme uitspraken speelde zich vier jaar listen maar met deskundige medewerkers die het later exact dezelfde procedure af met wederom een li- fondsbestuur adviseren. Deze constructie kent men tanie aan klachten van vrijwel alle volksvertegenwoor-

132 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 133

digers. Zij beschouwden zich als het afvoerputje van aandringen van de Kamer zegde zij toe om te komen het model omdat alle instellingen die niet tevreden tot verbetering van het systeem. Op voorhand ver- zijn met de departementale plannen zich tot hen wen- klaarde zij echter dat het systeem als zodanig niet ter den. Dat leidt tot een zodanige lawine aan e-mails, discussie zou staan. In haar contourennota Verschil brandbrieven, handtekeningenacties, protestbrieven maken die op 16 september 2005 is gepresenteerd, doet en lobbybezoeken dat andere werkzaamheden volledig zij niet veel meer dan het aangeven van een richting weggedrukt worden. waardoor het systeem meer beheersbaar zou moeten Ondanks de massale protesten werd het Nederland- worden. Aan de ‘bovenkant’ wordt het orkesten- en se besturingsmodel niet fundamenteel ter discussie ge- operabestel uit de plansystematiek getild; aan de steld. Van der Ploeg waagde het zelfs te zeggen dat er ‘onderkant’ worden honderd à honderdvijftig instel- in het buitenland met jaloezie naar dit model gekeken lingen naar de fondsen verwezen. Hoe de scheidslijn wordt. Hij baseerde die uitspraak op een rapport uit precies wordt getrokken en geëffectueerd, wordt er 1994 van een Europese onderzoekscommissie, waarin overigens niet bij vermeld, zodat gerede twijfel bestaat het Nederlandse model vooral als interessant werd ge- over de slaagkans van de voorstellen. Meest opvallend kwalificeerd en zeker niet als voorbeeld werd gesteld. is dat Van der Laan haar aanvankelijk kritische hou- Bovendien stamde het onderzoek uit 1994, toen de ne- ding ten opzichte van het plansysteem heeft laten va- gatieve gevolgen zich nog niet in volle omvang gema- ren en zich in haar nota opstelt als overtuigd protago- nifesteerd hadden. In ieder geval heeft de door Van der nist. Met betrekking tot het besturingsmodel is derhal- Ploeg gemelde jaloezie in geen enkel land geleid tot ve sprake van een gapende kloof tussen de verenigde het overnemen van het model. volksvertegenwoordigers, die bij herhaling hebben ge- Bij Van der Ploeg heeft zich ongetwijfeld een sterke roepen dat dit model op de helling moet, en de poli- identificatie met het eigen instrumentarium voorge- tiek verantwoordelijke bestuurders die, eenmaal in het daan, waarbij de kritische zin enigszins op de achter- zadel, soeverein verklaren dat er geen beter model is. grond is geraakt. Dit fenomeen doet zich nog sterker Al bij de parlementaire behandeling van de eerste voor bij zijn opvolger. Van der Laan sprak bij haar aan- cultuurnota in 1991 maakte Frits Niessen (pvda) kriti- treden buitengewoon kritisch over het besturingsmo- sche opmerkingen over de werking van de plansyste- del waarin ‘de zon nooit ondergaat’, hetgeen een tref- matiek. De hoge verwachtingen over de integrale fende metafoor is voor de nimmer aflatende bureau- afweging en de ontwikkelingsperspectieven voor de cratische drukte die hiermee gepaard gaat. Op sterk sector werden niet ingelost. Niessen sprak bij die gele-

133 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 134

genheid over ‘een kleine tevredenheid bij begunstig- minister Jos Gielen stond aan de wieg ervan. Toen hij den en een grote ontevredenheid bij de getroffenen’. in 1947 een Voorlopige Raad voor de Kunst in het le- Ook minister d’Ancona betoonde zich kritisch over ven riep, zei hij bij de installatie: ‘Hoe zal ik beoorde- het plansysteem, omdat het naast de al eerder genoem- len wat kunst is en welke kunstenaars zullen derhalve de anonieme besluitvorming ook alle aandacht op de door de overheid moeten worden gesteund?’ Gielen subsidieverdeling richtte in plaats van op de hoofdlij- gaf de verantwoordelijkheid voor de verdeling van het nen van beleid, waar het in een kamerdebat toch over kunstbudget hiermee aan genoemde raad, waardoor zou moeten gaan. Deze fundamentele kritiek van hijzelf schone handen kon houden, terwijl de budget- weerszijden heeft toen niet geleid tot een fundamente- taire beslissingsbevoegdheid gewoon bij de bewinds- le heroverweging van de cultuurnotasystematiek. Op persoon bleef. De minister bleef wel verantwoordelijk het ministerie ging men aan de slag om het systeem te voor de personele samenstelling van het raadsbestuur. perfectioneren en bij iedere nieuwe cultuurnota was de Gielen had voor de zekerheid een partijgenoot als systematiek meer opgetuigd. Dit leidde echter niet tot voorzitter van de raad aangewezen, zodat hij niet voor instemming en tevredenheid bij kamerleden, integen- onaangename verrassingen zou worden geplaatst. deel. De kritiek uit die hoek zwol eveneens per nota Deze meesterzet werd door zijn partijgenoot en opvol- aan, omdat de Tweede-Kamerleden door steeds meer ger in 1955 verder uitgewerkt en wettelijk ver- kunstinstellingen op steeds indringender wijze werden ankerd. Sindsdien kent Nederland een bestuurscon- belobbyd. Het systeem is daardoor zelf hoofdonder- structie waarin de minister de budgetbevoegdheid werp van debat in de Tweede Kamer geworden, maar heeft en de Raad voor de Kunst, later Raad voor Cul- aangezien haar leden niet in staat zijn gebleken een tuur, gevraagd en ongevraagd advies kan geven. In de nieuw voorstel te ontwikkelen en de bewindspersonen wet staat niet nader gespecificeerd dat subsidieverde- zich in korte tijd identificeren met het eigen besturings- ling tot de kerntaken behoort. De conclusie is dan ook model, lijkt het een debat te zijn geworden van partijen gerechtvaardigd dat de uitbesteding van dit ‘vuile die volledig langs elkaar heen praten. werk’ vooral uit tactische overwegingen heeft plaatsge- vonden. Het maakt de bewindspersoon minder kwets- Het Nederlands besturingsmodel is een CDA-model baar voor protesterende kunstenaars, terwijl hij wel Een blik op de ontstaansgeschiedenis leert dat het aan de touwtjes kan blijven trekken. Nederlandse besturingsmodel vooral het product is Ook de andere pijler onder het Nederlandse bestu- van een christen-democratische bestuurscultuur. kvp- ringsmodel is aangebracht door een christen-demo-

134 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 135

craat. Brinkman, die zich erg heeft ingespannen voor Piet Lieftinck, die moeite had met de voorgestelde een rationalisatie van het kunstbeleid, is de architect enorme stijging van het kunstbudget van 2,5 miljoen van het eerste Kunstenplan, dat de periode 1988 tot naar 10 miljoen gulden, én over de principiële bezwa- 1992 bestrijkt. Hij is tevens de laatste christen-demo- ren van de kvp. De ministers van deze partij riepen dat craat die deze portefeuille beheerde en sloot daarmee met dit model de invloed van de staat te groot zou wor- een tijdvak van ruim veertig jaar af waarin de kunsten den. Feitelijk gezien is dit argument een gotspe, omdat vrijwel onafgebroken door christen-democraten zijn juist het fondsmodel de grootst mogelijke onafhanke- bestuurd.5 Het Nederlandse besturingsmodel kan lijkheid van het kunstbeleid garandeert. Met deze kri- daarom zonder meer de vrucht van de christen-demo- tiek van twee kanten was het pleit wel beslecht en ver- cratische bestuurstraditie genoemd worden. dween Van der Leeuw met medeneming van dit plan van het politieke toneel. Het was het sein voor de kvp Het besturingsmodel als sociaal-democratisch strijdpunt om de kunstportefeuille naar zich toe te trekken om Opmerkelijk genoeg hebben de weinige sociaal-demo- verder onheil af te wenden. De eigen achterban moest craten die zich bestuurlijk over de kunsten mochten er immers wel op kunnen rekenen dat vergelijkbaar ontfermen, intensieve pogingen gedaan een ander be- met het onderwijs een gestage subsidiestroom de eigen sturingsmodel te bewerkstelligen. De basis daarvoor is activiteiten zou blijven ondersteunen. gelegd in 1945 toen de illustere sociaal-democraat Ge- Het is Hedy d’Ancona die 45 jaar later in de voetspo- rardus van der Leeuw in het kabinet-Schermerhorn- ren van Van der Leeuw trad. Zij stelde openlijk de Drees de taak kreeg het kunstbestel op te bouwen. Hij introverte en anonieme besluitvormingsstructuur in de presenteerde in het voorjaar van 1946 een plan aan de kunsten aan de kaak. De proefballon die zij opliet om ministerraad dat grote overeenkomst vertoonde met rijkskunstmeesters aan te stellen, bleek echter een brug het model van de Britse Arts Council. Hij stelde voor te ver te zijn en leidde de aandacht af van het onderlig- een Nederlandse Kunststichting in het leven te roepen gende probleem van een slecht functionerend bestu- die bestuurd zou moeten worden door twaalf onafhan- ringssysteem. Vandaag de dag heeft dit probleem de kelijke deskundigen. Deze stichting zou de beschikking vorm aangenomen van een veelkoppig monster dat, in krijgen over een fors budget, dat naar eigen inzicht kon plaats van dienend, dominant is geworden in het worden besteed aan de inrichting van een goed over het kunstbestel. Dit besturingsmodel is de oorzaak van een land gespreide, kunstzinnige infrastructuur. Zijn voor- groeiende kloof tussen overheid en kunstensector, stel struikelde over de bezwaren van zijn partijgenoot waarbij steeds meer energie bij zowel de overheid als de

135 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 136

instellingen aangewend moet worden om het systeem vormingsproces waarin taken en verantwoordelijkhe- te laten functioneren. Een gelijkenis dringt zich op met den helder zijn gepositioneerd en waarin mensen ook de planeconomie in de voormalige communistische verantwoording kunnen en durven afleggen voor de landen, waarbij ook alles in het teken van het plan werd keuzes die zij maken. Voorts is het in het licht van de gesteld terwijl de economie verkommerde. gesignaleerde kloof tussen overheid en kunstensector Om te voorkomen dat zich in het Nederlandse aan te raden zoveel mogelijk budgetten met de daarbij kunstbestel een vergelijkbare ineenstorting voordoet, behorende mandaten aan fondsen over te dragen. Het zou de sociaal-democratie de hervorming van het be- Britse model van een grote, allesomvattende Arts sturingssysteem tot hoogste prioriteit moeten uitroe- Council zou daarbij een wenkend perspectief kunnen pen. Daarbij zou in ieder geval in woord en daad af- vormen, omdat dit model de meeste kansen biedt op scheid genomen moeten worden van het idee dat de een effectieve en efficiënte beleidsuitvoering. Een overheid niet inhoudelijk mag oordelen over kunst. voorstel in deze richting past in ieder geval geheel in de Deze misinterpretatie van de woorden van Thorbecke sociaal-democratische traditie zoals deze zestig jaar ge- legitimeert een besluitvormingscircus, waarin de in- leden door Van der Leeuw in gang is gezet. Wellicht houdelijke oordeelsvorming op anonieme groepsbasis kan het scheepsrecht behulpzaam zijn om de ideeën is gefundeerd. Alle partijen zijn gebaat bij een besluit- van Van der Leeuw en d’Ancona alsnog te realiseren.

noten

1 Als meest recente voorbeelden kunnen dienen Ad Melkert die en de lobbydrift van instellingen. Halsema sprak letterlijk uit in 2001 dit voornemen wereldkundig maakte, terwijl Geert Da- dat zij ‘dit nooit meer hoopt mee te maken’. Vier jaar later les in 2005 voorstelde dit in het vvd-program op te nemen. maakte zij het wel degelijk weer mee, maar liet zich als enige 2 Cijfers zijn ontleend aan het proefschrift van Van Klink dat niet meer verleiden om amendementen en/of moties ten gunste eind 2005 verschijnt. van instellingen te steunen. 3 Thorbecke sprak in 1862 dat de ‘overheid geen oordelaar van 5 Van 1946 tot 1989 zijn louter kvp-ministers verantwoordelijk wetenschap en kunst’ behoorde te zijn. Hij bedoelde geheel in geweest voor de kunsten met uitzondering van klassiek-liberale traditie dat de overheid geen geld aan kunst die namens de pvda van 1965 tot 1966 de scepter zwaaide, Har- zou moeten besteden, maar zijn woorden worden ruim hon- ry van Doorn die als geradicaliseerde katholiek voor de ppr mi- derd jaar later vooral gebruikt om een overheid die de kunsten nister was tussen 1973 en 1977 en Elco Brinkman die voor het allang structureel subsidieert, het inhoudelijk oordeel te ont- cda minister was van 1982 tot 1989. zeggen. 4 Met name Femke Halsema en Boris Dittrich onderscheidden zich met kritiek op het functioneren van de Raad voor Cultuur

136 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 137

De waarde van kunstzinnige vorming

S.J. Doorman

Als men mij de vraag zou stellen waarom ik geïnteres- lijkt wat bruusk geformuleerd, maar zelfs Hegel, een seerd ben in kunsteducatie1 en cultuurspreiding, luidt lange reeks van (vaak socialistische) auteurs en moder- mijn antwoord: ik heb een sterke missionaire drang ne perceptiepsychologen zijn mij voorgegaan. Een co- om diepe schoonheidservaringen met anderen te de- rollarium van deze opvatting: een belangrijk onderdeel len. Het gaat daarbij niet alleen om het beter begrijpen van kunstzinnige vorming is het leren twisten met an- en heugelijk maken van eigen ervaringen, maar ook dere mensen over onze waarnemingen van kunst. Men om anderen ertoe te bewegen de bevrediging van zou kunnen tegenwerpen: maar over smaak valt toch soortgelijke ervaringen te hebben. Dit geldt ook voor niet te twisten? Ik zou dit willen omkeren: smaak- het uitleggen van een mooi mathematisch-logisch be- twisten zijn een onderdeel van esthetische ervaringen wijs aan studenten. Gemotiveerd door dit wellicht pri- en dus ook van kunstzinnige vorming.4 mitieve motief ben ik steeds meer belang gaan hechten Waarom moet bij het formuleren van onderwijs- en aan het vraagstuk van de kunstzinnige vorming: hoe kunstbeleid intensieve aandacht worden besteed aan kun je anderen leren een schilderij te zien, muziek die kunstzinnige vorming? Wat is de waarde van het ont- je lief is te horen?2 Kun je het waarnemingsvermogen wikkelen van het esthetische waarderingsvermogen en daarmede de verbeeldingskracht van jonge mensen van mensen? Veel mensen menen waarschijnlijk dat zodanig vormen dat een grote diversiteit van artistieke hier sprake is van een luxe die geen direct nut heeft. uitingen voor hen ervaarbaar wordt? Eerder heb ik betoogd dat hier zelfs sprake is van een Ik onderschrijf de vaak verdedigde these dat het fundamenteel probleem: subsidiëren van kunst zou in waarderen van kunst in hoge mate sociaal bepaald een democratische samenleving kunnen betekenen dat wordt.3 Ons esthetisch waarderingsvermogen is geen je iets subsidieert wat door een meerderheid van men- zuiver individuele verworvenheid, doch in de omgang sen gezien wordt als het smijten van geld naar activitei- met andere mensen geleerd. Levend op een onbe- ten waarvan slechts enkelen profiteren.5 Redenen ge- woond eiland heb ik géén esthetische ervaringen. Dit noeg dieper op beide vragen in te gaan.

137 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 138

Waarneming en verwachtingen amusante voorbeelden uit het dagelijks leven verwach- Waarnemingen veronderstellen het hebben van ver- tingen creëerde over de verrassende manieren waarop wachtingen. Als ik op geen enkel gebied verwachtingen je vaak rare alledaagse ervaringen door een wiskundige heb, dan neem ik niets waar. Wij worden geboren met beschouwingswijze begrijpelijk kan maken. Meestal een klein repertoire van verwachtingen (bijvoorbeeld luidt het antwoord ontkennend. Het internationaal de voor borstvoeding typische geuren). De overige ver- prominente Freudenthal Instituut van de Universiteit wachtingen, nodig om meer gecompliceerde percepties van Utrecht houdt zich, geïnspireerd door de ideëen te hebben, worden geleerd, zowel door zelftraining als van de vroegere wiskundige prof. H. Freudenthal, be- via sociale omgang met anderen; daarvoor zijn wij ge- zig met het ontwerpen van onderwijsvormen voor wis- netisch geprogrammeerd. Ruw geformuleerd: veel van kunde die het onderwijs in deze zin kunnen ombui- de op een hoger niveau liggende waarnemingsactivitei- gen. ‘Niets hebben met wiskunde’ betekent in veel ge- ten involveren sociaal geleerde verwachtingen. Hierbij vallen dat het aan zo’n leraar ontbroken heeft, met als gaat het zowel om het gebruik van taal als om rekenen gevolg dat de elementaire verwachtingen die het ‘waar- respectievelijk het kunnen herkennen van mensen en nemen’ van opmerkelijke wiskundige structuren in de het kunnen inschatten van de gevoelens die andere alledaagse werkelijkheid mogelijk moeten maken, niet mensen hebben mede op grond van hun lichaamstaal. zijn gevormd. Wiskunde ontaardt dan in formele Dit geldt derhalve ook voor zulke waarnemingen als het kunstjes en draagt niet bij aan het rijker maken van al- zien van een kunstwerk of het horen van muziek. Bij dit ledaagse ervaringen. laatste valt te denken aan eenvoudige kinderliedjes (ge- Ook voor het waarnemen van kunst moeten ver- leerd door imitatie) respectievelijk complexer gestructu- wachtingen worden aangeleerd. In een museum dat reerde muziek zoals bijvoorbeeld pop-, jazz- of meer tra- een collectie Aziatische kunst bevat, gaf ik onlangs toe- ditionele vormen van muziek. lichtingen aan kennissen over een aantal beelden en re- Een plausibele these is: hoe complexer de waarne- liëfvoorstellingen uit de Indiase en de Hindoe-Javaan- mingen, des te groter de diversiteit van verwachtingen se traditie. Ik was hiertoe in staat omdat ik tijdens die daarbij een rol spelen. Ik kom met grote regelmaat mijn studie in de wis- en natuurkunde intensief colle- mensen tegen die verklaren dat ze ‘niets hebben met ges liep over de Aziatische kunstgeschiedenis. Plotse- wiskunde’. Ik vraag in dat geval altijd of ze vroeger een ling werd ik door een leerlinge van een plaatselijke stimulerende en spannend vertellende wiskundeleraar school voor voorbereidend hoger onderwijs aan een hebben gehad, zo’n leraar die steeds opnieuw met mouw van mijn jasje getrokken. Zij behoorde tot een

138 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 139

groepje scholieren dat ik al eerder lichtelijk nerveus geval heeft er nauwelijks kunstzinnige vorming plaats- met potlood en notitieboek in de desbetreffende zaal gevonden. had zien ronddwalen. Zij vroeg mij, wijzend op het Moraal: kunstzinnige vorming involveert onder vierarmige beeld van de god Shiva in zijn hoedanig- meer het aanleren van een diversiteit van verwachtin- heid van koning van de (kosmische) dans: ‘Kunt u ons gen. Dat geldt overigens ook voor creatieve artistieke iets over dat beeld vertellen, want wij weten niet goed activiteiten. Schönberg, bijvoorbeeld, achtte een goed wat wij ermee aan moeten.’ Met instemming van mijn gehoor voor de traditionele tonale muziek van groot gasten heb ik hun gevraagd op de grond voor het beeld belang voor studenten die de nieuwe atonale composi- te gaan zitten. Vervolgens heb ik hun verteld hoe een tieleer wensten te studeren. Hij meende terecht dat de hindoe vanuit die positie naar het beeld kijkt en hoe nieuwe muziek dan pas als een alternatieve grammati- hij het beeld zal lezen, kortom wat hij ziet. Tenslotte ca kan worden begrepen. heb ik kort uiteengezet waarom dit beeld waarschijn- lijk als een bijzonder mooie verbeelding van de god zal De waarde van kunstervaringen worden beschouwd. Waarom zouden wij belang hechten aan culturele en Hierna vroeg ik hun wat zij hier eigenlijk moesten kunstzinnige vorming (ckv)? Voor een plausibele be- doen. Hun opdracht luidde deze kunstwerken te be- antwoording van deze vraag is het van belang om eerst kijken en op te schrijven wat zij ervan vonden. Op te onderzoeken welke waarde kan worden toegekend mijn vraag of de docent hen vooraf enigszins had voor- aan esthetische ervaringen. Een antwoord hierop zal in bereid op wat zij zouden gaan zien, kreeg ik een ont- belangrijke mate worden bepaald door de opvattingen kennend antwoord. Nu zijn er ten minste twee moge- die men koestert over de aard en de werking van zulke lijkheden. Of de docent heeft enige expertise op het ervaringen. Ik wil kort twee zulke opvattingen noe- gebied van Aziatische kunst en wilde de kinderen in men. Deze modellen moeten vooral als gedachte-expe- hun onbevangenheid laten ervaren dat je zonder enige rimenten beschouwd worden die wellicht aan het ont- achtergrondkennis (verwachtingen) alleen iets raars wikkelen van adequate inzichten met betrekking tot ziet (‘Een mensachtig wezen hééft toch geen vier ar- onze vraagstelling kunnen bijdragen. men!’) en probeert vervolgens aan te geven wat je bij In het semantische model is kunst een met taal ver- het kijken naar zo’n beeld moet verwachten. Of de do- gelijkbaar middel om bepaalde aspecten van de na- cent beperkt zich ertoe na te gaan of de kinderen heb- tuurlijke of sociale werkelijkheid te representeren. Een ben geprobeerd om iets op te schrijven. In dit laatste voorbeeld: als de 15de-eeuwse humanist Cristoforo

139 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 140

Landini een terminologie zoekt om over de beoorde- datgene wat wij in eerste instantie zien als het vrolijk ling van kunstwerken van gedachten te kunnen wisse- spelen van de jonge dieren. Het ziet eruit alsof de jon- len, ontleent hij de daarvoor benodigde beoorde- ge dieren veel emotioneel ‘genot’ beleven bij allerlei lingstermen en metaforen aan theorieën over de lite- ‘spelletjes’, waarbij ze over elkaar heen buitelen of snel- raire stijl. Daarbij wordt imitatie van de waarheid heidswedstrijden aangaan, terwijl in feite langs die weg genoemd als een belangrijke beoordelingsnorm.6 Ken- complexe sociale gedragsvormen worden geleerd zoals nelijk wordt kunst dus als een talig medium gezien. het collectief vormen van configuraties waarbij de Problemen met dit model ontstaan onder meer bij de prooi in de val loopt.9 opkomst van de ‘absolute’ muziek in de 18de eeuw. Wat wij wellicht zien als nutteloze activiteiten, heeft Ook voor de moderne kunst heeft dit model veel van een belangrijke functie in de sociale vorming van de zijn verklaringskracht verloren. jonge dieren. Het is aannemelijk dat zulks ook het ge- In het sensibiliseringsmodel gaat het om de vraag val is met de homo sapiens. Bedenk wel dat daarbij wat specifiek is voor esthetische ervaringen; een vraag sprake is van een belangrijk verschil: bij de overige met een lange geschiedenis.7 In termen van dit model zoogdieren moet ‘vorming’ steeds na een eindige tijd krijgt de vraag de volgende vorm: Heeft het genot dat de gewenste gedragsvormen vastleggen. Bij ons is dat ik ervaar bij het zien van een kunstwerk of bij het ho- geenszins het geval, al is dat alleen al omdat wijzelf ren van muziek wellicht iets te maken met de wijze onze omgeving voortdurend beïnvloeden. Onze socia- waarop mijn geest zich ontwikkelt? 8 Voor het vinden le vorming eindigt pas met onze dood. Sociale vor- van een antwoord op deze vraag is het vruchtbaar om ming heeft bij mensen bovendien een belangrijk mo- te bekijken hoe sociale zoogdieren gecompliceerde ta- reel aspect, namelijk het ontwikkelen van inlevingsver- ken zoals het jagen leren, die zij collectief moeten uit- mogen, dat immers de basis legt voor iedere vorm van voeren. Onze cognitieve vermogens moeten immers compassie. Het behoeft geen betoog dat een adequate juist voor het verrichten van collectief uit te voeren ta- ontwikkeling van dat vermogen belangrijk is voor ons ken worden gevormd. Typische voorbeelden zijn in dit politiek-sociale functioneren. In dat verband wijst bij- verband een jagende groep leeuwinnen of wilde hon- voorbeeld de filosoof Aristoteles reeds op het grote be- den, wellicht bekend uit de schaarse goede natuur- lang van mooie verhalen over helden en hun vijanden films. Uit vele waarnemingen blijkt dat het om vermo- voor jonge mensen, alsmede het belang van de grote gens gaat die een intensief vormingsproces vereisen. tragedies voor volwassenen.10 Bij dat proces is een belangrijke rol weggelegd voor

140 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 141

Rationaliteit en emotie Romantici bevestigen daarmee het van Plato stam- Gedurende de 15de eeuw is er sprake van een belangrij- mende beeld van de relatie tussen ons verstand en ge- ke verbetering van de maatschappelijke positie van voel. Plato gebruikt ter verduidelijking van die relatie kunstschilders. Dankzij de theoretische verhandelin- de metafoor van een tweespan paarden dat onder de gen van de vooraanstaande Renaissancekunstenaars leiding staat van een menner (dat wil zeggen ons ‘Ik’). Alberti en Ghiberti werden kunstschilders niet langer Het ene paard (het verstand) zoekt op beheerste wijze als gewone handwerkslieden beschouwd, maar qua naar de zuiver redelijke en ‘hogere’ realiteit. Het ande- maatschappelijke status op één lijn gesteld met weten- re paard (het gevoel) probeert daarentegen steeds weer schapsbeoefenaars. En dat waren zij ook. Zo is de pro- op woeste wijze het span op de ‘lagere’ realiteit van jectieve meetkunde in de 15de eeuw als theorie over het onze passies te richten. In termen van deze metafoor lineaire perspectief vooral door Piero Della Francesca betekent voor de menner ‘humaniteit’ het beteugelen in zijn speurtocht naar een realistische schildertech- van de neigingen van het tweede paard, opdat het hele niek ontwikkeld. span het hogere zal bereiken. Humaniteit betekent: de Reeds tijdens de Verlichting nam het denken over de rede domineert in ethisch-politieke kwesties over onze relatie tussen wiskunde en schilderkunst onder invloed passies. Dit antropologische beeld is sterk overheer- van allerlei geharrewar in de Franse Academie een nieu- send in onze intellectuele traditie.12 In filosofische the- we wending. De grote wiskundige en encyclopedist orieën over (moreel) menselijk handelen worden emo- d’Alembert stelt in een bijdrage aan de encyclopedie ties meestal negatief gewaardeerd: goed, dat wil zeggen dat wiskundige regels niet beperkend hoeven te zijn zuiver redelijk, handelen vereist het onderdrukken van voor de creatieve intenties van kunstschilders. Is dit bij emoties. Ook wij zeggen vaak tijdens een verhit poli- hem nog een opvatting over schilderkunst, tijdens de tiek debat: ‘Probeer nu eerst niet emotioneel te zijn.’ Romantiek ontstaat het geloof in een scherpe tegenstel- Kortom, de beste beslissingen zijn die waarbij het de ling tussen wetenschap en kunst die beide apart geno- actor lukt emoties uit te schakelen (vergelijk de uit- men volstrekt autonoom zijn. Kunst geeft uitdrukking drukking ‘het hoofd koel houden’). aan de nobele emoties van mensen. Kunst is het medi- Het beeld is van grote invloed geweest op het ro- um bij uitstek waarin het subjectieve innerlijk van mantische denken over kunst. Helaas voor de filosofi- mensen op een zuivere manier kan worden gearticu- sche traditie blijkt gedurende de tweede helft van de leerd. In die zin staat zij tegenover kille en inhumane 20ste eeuw dat het hier, zoals vaker in onze intellectue- analytische wetenschappen zoals de wiskunde.11 le geschiedenis, om een misleidend en niet realistisch

141 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 142

antropologisch beeld gaat. Ik heb zelf géén eigen ex- sche beeld zou dat moeten betekenen dat het vermo- pertise op het gebied van de hersenwetenschappen. gen om redelijke beslissingen te nemen niet is aange- Derhalve baseer ik me op publicaties van de in de krin- tast. Vervolgens bleek na terugkeer van x in de kringen gen van de cognitieve wetenschap gerespecteerde An- van zijn eigen familie veel mis te gaan, en ook op zijn tonio R. Damasio.13 werk liep veel totaal in het honderd. Vooral op het ge- De mogelijkheden om in termen van de architec- bied van het nemen van beslissingen leek deze oor- tuur van onze hersenen meer te weten te komen over spronkelijk zeer intelligente en bedachtzame patiënt de functionele eigenschappen van onze hersenen heb- een ander mens te zijn. Zowel thuis als op zijn werk ben zich in de laatste vijftig jaar enorm uitgebreid. Re- lukte het hem vaak niet om taken te voltooien. Bij sultaten, gebaseerd op de huidige verscheidenheid van nieuw onderzoek werd een slimme test ontworpen om geavanceerde onderzoekstechnieken, suggereren dat te achterhalen wat er aan de hand was. In beginsel be- onze beslissingen het resultaat zijn van een gecompli- stond de test uit een door de onderzoekers ontworpen ceerde wisselwerking van subsystemen van onze herse- spel waarvoor een winnende strategie bestond, die nen die zowel met rationele als met emotieve hersen- evenwel een tamelijk contra-intuïtieve speelwijze ver- functies te maken hebben. Sommige van die systemen eiste. De uitkomst was verrassend. In het begin verloor sturen in het proces dat ons tot het nemen van een be- x in een groot aantal gevallen. Vervolgens werd hem ge- slissing op basis van de beschikbare informatie moet vraagd om na te denken over de vraag of er een winnen- leiden, het ‘berekenen’ van de mogelijke winst en ver- de strategie bestond. Dit vraagstuk werd door x feilloos lies van gegenereerde opties waaruit wij kunnen kie- opgelost. Bij de hervatting van het spel bleef hij echter zen. Andere genereren emoties die onze hersenen als weer voortdurend verliezen. Op een of andere manier het ware richten op die beslissing die als optimaal had het rationele inzicht in het karakter van het spel wordt gevoeld. geen invloed op zijn keuzegedrag in de spelsituaties. Laat ik kort een voorbeeld schetsen van een derge- Damasio’s onderzoeksteam nam een belangwekken- lijk onderzoeksresultaat. Bij patient x is een deel van de reeks van verschijnselen waar, die meestal strijdig de hersenen dat nauw betrokken is bij de emotieve waren met verwachtingen die men op grond van het subsystemen vanwege een tumor verwijderd. Vervol- traditionele beeld zou hebben. Op basis hiervan for- gens deed zich een merkwaardige gedragsverandering muleerde Damasio de volgende veronderstelling: het voor. De iq-test leverde na de ingreep dezelfde score beslissingsproces ten aanzien van sociaal risicovolle, op als daarvoor. Op basis van het traditionele filosofi- bedreigende en conflictueuze situaties vereist afstem-

142 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 143

ming tussen wat ik verder ruw aanduid als het ratio- De kunst van kunstzinnige vorming neel cognitieve en het emoties sturende subsysteem Hierboven heb ik in verband met de wiskunde iets ge- van onze hersenen. Kort en globaal gezegd: met name zegd over het Freudenthal Instituut. Het ging daarbij in dergelijke beslissingssituaties zijn wij sterk afhanke- over het belang van het creëren van steeds complexere lijk van een subtiele coöperatie van cognitieve en emo- verwachtingen in het wiskundeonderwijs. Als het om tieve subsystemen van de hersenen. Het advies om in ckv gaat, wil ik eerst een algemene opmerking maken, zulke gevallen maar eens te beginnen met het uitscha- die wat mij betreft voor alle kunst geldt. In de context kelen van onze emoties lijkt niet erg redelijk te zijn. van kunstzinnige vorming zijn sociologische ideeën Het is mijns inziens helemaal niet zo vergezocht om te over ‘hoge’ versus ‘lage’ kunst niet erg relevant. Voor veronderstellen dat ook die coöperatie spelenderwijs, dit essay acht ik alleen het verschil tussen eenvoudige dat wil zeggen door een aanvankelijk ongericht oefe- en complexe kunst van belang. Daarbij gaat het ui- nen van de wisselwerking tot stand komt. teraard om een continue schaal. Maar wat speelt er dan met wat? Laten wij mede on- Om mij voor te stellen wat eventuele gevolgen zijn der invloed van het advies van Aristoteles aannemen van de beschreven aspecten van ckv stel ik me de vol- dat de vorming van een moreel-politiek karakter zowel gende vraag. Stel dat men mij zou belasten met het do- het redeneervermogen als emotionele vermogens be- ceren van ckv. Ook op dit gebied ontbeer ik expertise. treft. Mede in het licht van het voorafgaande lijkt het Het enige dat ik kan doen, is me afvragen wat ik van niet onredelijk om te veronderstellen dat het beschik- mijzelf zou eisen als ik met deze vormingstaak zou ken over een fijn ontwikkeld afstemmingsvermogen worden belast. van de beide subsystemen van vitaal belang is voor het Hoe kan ik het waarnemingsvermogen van (jonge ontwikkelen van een sterk inlevingsvermogen. Het en/of oudere) mensen zó stimuleren dat ik met hen zo ontwikkelen van de beschreven coöperatie zou in dat ver mogelijk kan komen op de genoemde schaal van geval beschouwd kunnen worden als conditio sine qua toenemende complexiteit? Daarbij ga ik ervan uit dat non voor het ontwikkelen van een moreel karakter. ‘lage’ kunst complex, ‘hoge’ kunst simpel kan zijn. Zonder enige compassie geen moraliteit.14 Als deze Dus is eigenlijk de volgende vraag aan de orde: hoe vermoedens hout snijden, dan is daarmee niet alleen zou ik mijzelf als ckv-docent proberen te ontwikke- het fundamentele belang van culturele en kunstzinni- len? Wie zou mijn voorbeeld zijn? ge vorming aan de orde. Laten wij ook nagaan wat een In de jaren dertig wijdde de ‘rooie’ hoogleraar Min- en ander betekent voor het vormingsproces zelf. naert, gepassioneerd socialist en voortreffelijk natuur-

143 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 144

kundige, zich aan de belangrijke taak om voor zoveel werken uit de eigen tijd, teneinde het te vergelijken mogelijk mensen de natuurkunde van zijn tijd toegan- met de wijze waarop wij nu met onze, dus andere kelijk te maken. Daartoe schreef hij zijn driedelige De ogen, ernaar kijken.15 Dat is mijns inziens een belang- Natuurkunde van het Vrije Veld. Heel wat niet-fysici rijk onderdeel van culturele vorming. Ik zou er bij- die ik uit die jaren ken, leven alleen al bij het noemen voorbeeld naar willen streven dat jonge mensen ook van de titel van dat werk op. Het lezen van Minnaerts weer eens een recht voor zijn raap klassieke Shakespea- boeken tijdens hun jeugd gaf hun opwindende ideeën re-uitvoering te zien krijgen, uiteraard in een van de over de wijze waarop een fysicus naar de realiteit kijkt. mooie en zorgvuldige vertalingen die in het Neder- Zoiets vereist het simpel kunnen spelen met de ver- lands beschikbaar zijn, zoals die van Gerrit Komrij, en wachtingen en ideeën die gevormd moeten worden. in een vorm die ook de ‘Engelse ogen’ uit zijn tijd in- Dat vraagt niet alleen om een groot inlevingsvermo- sluit. Er bestaat een juist voor culturele vorming be- gen ten aanzien van de alledaagse ideeën die mensen langrijke diepe verwantschap tussen historische en over de natuur hebben, doch ook om kennis van het moderne kunstervaringen. Radicale culturele relati- ontstaan van de typisch fysische beschouwingswijze visten zullen dit ontkennen. Mijns inziens komen hun die daaruit is gegroeid. opvattingen voort uit typisch filosofische overdrijving. Uiteraard zou ik dus van mijzelf grondige kennis Eén uiterst belangrijke kwestie kan niet onbespro- van een breed spectrum van kunstgenres eisen. Op ba- ken blijven. De wijze waarop de term ‘multicultura- sis van die kennis en Freudenthals aanbeveling zou ik liteit’ de laatste twintig jaar is gebruikt, heeft mij vaak zoeken naar voorbeelden van elementaire artistieke er- verbaasd. Mijn probleem heeft niet zozeer betrekking varingen die dicht genoeg bij die van de leerlingen lig- op een zuiver beschrijvende betekenis van de term. Er gen om met hen na te gaan welke verwachtingen eraan werd evenwel weinig aandacht geschonken aan de sek- ten grondslag liggen. Ook zou ik zoeken naar moge- tarische onverschilligheid die wijd verspreid is overal lijkheden om leerlingen tot ‘smaaktwisten’ te brengen daar waar verschillende culturele en artistieke tradities die, mits op een steeds systematischer wijze gevoerd, met elkaar in aanraking komen. Er werd veelvuldig ge- voor het creëren van diepere verwachtingen noodzake- wezen op de grote satisfactie die een kleurrijke multi- lijk zijn. culturele samenleving ons zou schenken. Doch weinig Vervolgens zou ik in ieder geval mogelijkheden zien meer systematische aandacht werd gewijd aan de vraag te vinden om leerlingen iets te laten ervaren van de in hoeverre culturele onverschilligheid kan worden wijze waarop ‘ogen’ uit het verleden keken naar kunst- omgezet in een vruchtbare aandacht voor andere cul-

144 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 145

turele en artistieke tradities. Wellicht zou dat kunnen Socialisme als methode en moraliteit. bijdragen aan het eerder beschreven inlevingsvermo- Wat is de relatie tussen socialisme en deze benadering gen via de verdieping van onze sociale verwachtingen. van kunstzinnige vorming? Ik heb in het socialisme Maar is dat mogelijk? Veel Arabische culturen hebben steeds een methodologie en een moraliteit menen te een rijke traditie op het gebied van muziek, die het zien. Het methodologische aspect betreft het streven hele scala van eenvoudige naar complexe muziek om- om opvattingen over maatschappelijke verschijnselen vat. Dit geldt ook voor andere kunstgenres. Als docent zoveel mogelijk te baseren op wetenschappelijke analy- op het gebied van ckv zou ik mij er derhalve op toe ses van sociale processen. Daarnaast gaat het om de in- willen leggen om op grond van enige kennis of met be- tellectuele bereidheid zich te blijven richten op de ont- hulp van deskundigen de interesse voor andere creatie- wikkeling van ideeën over de inrichting van een recht- ve tradities aan te moedigen. vaardige samenleving, ook in die gevallen waarin Suggestie: laten wij ernaar streven het bevorderen dergelijke analyses nog ontbreken. van interculturele aandacht en belangstelling in de Het morele aspect heeft betrekking op de wil om context van ckv een duidelijk herkenbare plaats te extrinsieke ongelijkheden tussen mensen op te heffen, geven. ook daar waar dat ongunstig is voor eigen belangen.16 Zou het mij lukken om aan al deze eisen te voldoen? Steeds opnieuw moeten wij zoeken naar een voor onze Waarschijnlijk niet. Maar ik zou er wel naar streven zo tijd passende betekenis van de drie termen waarmede ver mogelijk te komen. Dit met mijzelf uitgevoerde in de Franse Revolutie een nieuwe opvatting over de gedachtenexperiment poogt aan te geven hoe ideeën inrichting van een humane samenleving vorm werd over de waarde van kunstzinnige vorming inzicht kun- gegeven. nen bieden in het bijzondere karakter van deze vorm In dit essay heb ik gepoogd aan te geven in welke van onderwijs. Waarom acht ik het van belang over dit zin ik meen dat een sociale kijk op de samenleving probleem na te denken? Mijns inziens worden succes consequenties kan hebben voor het denken over en prestige van culturele en kunstzinnige vorming in kunstzinnige vorming. Overigens is hiervoor meer in- het onderwijs mede bepaald door de bereidheid om tellectuele elitevorming nodig dan thans het geval is. zich steeds opnieuw te bezinnen op de waarde van Een elite die zich niet zozeer met ‘kunstbeleid’ bezig- ckv. In dit verband zou het stichten van een soort houdt maar met het (vaak gedwongen speculatieve) Freudenthal Instituut voor het ontwerpen van ckv- theoretiseren over de waarde van vorming op het ge- projecten een belangrijke bijdrage kunnen leveren. bied van kunst en cultuur, is geen luxe.

145 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 146

noten 1 Mijn voorkeur heeft nog steeds de term ‘kunstzinnige vor- 12 Vgl. de Phaedrus-dialoog van Plato. Twee uitzonderingen: ming’. Aristoteles meent dat moraliteit een goed ontwikkeld gevoel 2 Mijn opmerkingen beperken zich tot de vorming van aandacht vereist; de 18de eeuwse Engelse filosoof David Hume stelt: ‘rea- voor kunst; beoefening van amateurkunst laat ik hier buiten be- son alone can never be a motive to any action of the will; and schouwing. secondly, it can never oppose passion in the direction of the 3 De term ‘kunst’ gebruik ik in het vervolg in de meest omvatten- will’. Vgl. P. Churchland, ‘Feeling Reasons’, in: A.R. Damasio de zin: de beeldende kunsten, muziek, theaterkunsten, litera- en Y. Christen (red.), Decision-Making and the Brain, Berlin tuur. 1995. 4 Het wordt tijd om aan te geven dat de adjectieven ‘esthetisch’ 13 Vgl. A.R. Damasio, The Feeling of What Happens. Body, Emo- en ‘kunstzinnig’ sterk verwant zijn. tion and the Making of Consciousness, Londen 1999, vertaald on- 5 S.J. Doorman, ‘Enkele speculaties over kunst en wetenschap’, der de pikante titel Ik voel dus ik ben. Hoe gevoel en lichaam ons in: Tekens in de tijd. 65 jaar Joop den Uyl, Amsterdam 1984, p. bewustzijn vormen, Amsterdam 2001. In dit essay gebruik ik de 213-238. termen ‘emotie’ en ‘gevoel’ door elkaar. Voor een zorgvuldige 6 M. Baxandall, Painting and Experience in Fifteenth Century Ita- behandeling: zie de in deze en de vorige noot geciteerde litera- ly: A primer in the social history of pictorial style, Oxford 1972. tuur. Landini e.a. ontlenen hun opvattingen over goed taalgebruik 14 Het gaat hier om speculaties die lijken gesteund te worden door vooral aan de grote Romeinse retorici. dit nieuwe antropologische beeld. Er zijn overigens nog meer 7 U. Eco, De geschiedenis van de schoonheid, Amsterdam 2005. motieven voor ckv. Een goede vorming op dat gebied vergroot 8 Met ‘menselijke geest’ bedoel ik het hele complex van mentale het articuleringsvermogen, hetgeen voor een beschaafde en de- structuren die onze cognitie en emotionele gedrag sturen. mocratische cultuur van het grootst mogelijke belang is. In dit 9 Ik ben mij bewust van het feit dat ik met dit ruwe beeld geen essay wil ik echter de aandacht vestigen op een aspect van ckv enkel recht doe aan de wetenschappelijke prudentie waarmede dat mijns inziens in discussies over de waarde ervan vaak onder- een etholoog over dit fenomeen zal spreken. belicht blijft. 10 Verbazend scherpzinnige, nuchtere en nog steeds toepasbare in- 15 Vgl. J. Shearman, Only Connect. Art and the Spectator in the Ita- zichten zijn te vinden bij Aristoteles in zijn Nicomacheïsche lian Renaissance, Princeton-Washington 1992. Ethiek, die handelt over morele vorming. 16 Bedoeld zijn ongelijkheden die voortvloeien uit onze inrichting 11 De Engelse dichter en kunstschilder William Blake, die in 1827 van de samenleving. stierf, is een typische representant van deze opvatting.

146 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 147

Kunst tussen culturen

Els van der Plas

De meest populaire jongensnaam in het geboortere- aan het Nederlandse culturele leven sinds d’Ancona’s gister in Amsterdam is al ruim vijf jaar Mohammed. oproep, ging de culturele elite op eenzelfde manier als De naam Mohammed komt echter niet veel voor in de de politiek en de gemiddelde Nederlander om met mi- overzichten van Nederlandse kunstenaars, musici of granten: negeren en/of segregeren. toneelspelers. Het Stedelijk Museum wijdde nog geen Met de huidige felle en kritische discussies over deze solotentoonstelling aan zijn werk of aan dat van zijn Hollandse attitude, mede veroorzaakt en naar buiten Surinaamse, Turkse of Antilliaanse collega’s. Museum- gekomen door de recente turbulente geschiedenis van conservatoren zijn nog steeds wit en Hollands, net als 9/11 (2001) en de moorden op Pim Fortuyn (2002) en de directeuren van de fondsen of andere culturele be- Theo van Gogh (2004), veranderen ook de opvattingen middelingsorganisaties. Het is duidelijk: het betrekken over cultuur en cultuurbeleid. Je zou echter verwachten van de eerste tot zelfs de derde generatie migranten bij dat de culturele elite voorop zou hebben gelopen in het het cultuurbeleid is nog steeds geen makkelijke opgave.1 debat over de invloed van de multicultuur op de Neder- Een van de eerste ministers voor cultuur die de deel- landse samenleving. Het tegenovergestelde is waar. name van allochtonen aan het Nederlandse culturele leven stimuleerde, was Hedy d’Ancona (1989-1994). In De ontwikkeling van de multiculturele samenleving haar regeringsperiode schreef zij een brief aan kunstin- De Nederlandse samenleving is na de Tweede Wereld- stellingen waarin ze het management opriep allochto- oorlog steeds diverser van samenstelling geworden. nen aan te nemen of een beleid op te stellen dat mede Nederland herbergt nu zo’n twee miljoen allochtonen gericht was op migranten. Toch bleef de participatie die worden gerekend tot de zogeheten doelgroepen van allochtonen gering. Ze bezochten nauwelijks ten- van het minderhedenbeleid. Dan hebben we het over toonstellingen, deden niet mee aan het creatieproces mensen uit landen van herkomst als Turkije, Marok- en namen zelden deel aan culturele debatten. Hoewel ko, Suriname en de Antillen. De voorspelling van een er wel een stijging is in de deelname van migranten rapport uitgebracht door het Sociaal en Cultureel

147 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 148

Planbureau (scp) in 2000 luidde dat in 2015 twaalf Naast de migranten uit de genoemde herkomstlanden procent van de bevolking uit deze groepen afkomstig zijn vluchtelingen van zeer uiteenlopende nationaliteit zal zijn. In 2015 voorziet het scp ook dat ongeveer de neer Nederland geëmigreerd. Zij kwamen óf op uitno- helft van de bevolking in de vier grote steden een niet- diging van de Nederlandse regering hier óf op eigen Nederlandse achtergrond zal hebben. initiatief en hebben vervolgens na een asielaanvraag de De eerste grote groep migranten bestond uit Indi- status van vluchteling gekregen. De snelst groeiende sche Nederlanders. In Nederland wonen ruim een half groep asielzoekers, tot zo’n 60 procent, wordt ge- miljoen mensen van (gemengd Nederlands-)Indische vormd door mensen uit Aziatische landen, met name afkomst. De dekolonisatiepolitiek en de onafhanke- Irak, Iran en Afghanistan. lijkheidsstrijd in Indonesië direct na het einde van de Tweede Wereldoorlog leidde tot een toestroom van In- Integratie en participatie van migranten in het culturele dische Nederlanders en later ook Molukkers (voorna- leven melijk knil-militairen). De komst van migranten heeft de Nederlandse samen- In de jaren zestig kwam een tweede migratiegolf op leving blijvend veranderd. Hun integratie in de Neder- gang. Omdat er voor zwaar en ongeschoold werk on- landse samenleving en daarmee hun deelname aan het voldoende arbeidskrachten in Nederland te vinden culturele leven kwamen langzaam of soms helemaal waren, gingen werkgevers op zoek naar ‘gastwerkne- niet op gang. Dit heeft een aantal oorzaken. In Neder- mers’ uit het buitenland, in het bijzonder uit Marokko land ontbrak het lange tijd aan een culturele en poli- en Turkije. In het kielzog van deze eerste gastarbeiders tieke elite die de participatie van migranten stimuleer- kwamen familie, vrienden en dorpsgenoten. de. Migratie werd niet als serieus onderwerp geagen- De onafhankelijkheid in 1975 van Suriname bracht deerd voor de (culturele) ontwikkeling van Nederland, veel Surinamers naar Nederland. De meerderheid van noch op politiek niveau, noch in het cultuurbeleid. In deze immigranten, zo’n 300000, heeft zich blijvend in het kader van ‘Het Klimaat’, een project van de Cultu- Nederland gevestigd. De Nederlandse Antillen en rele Raad Zuid-Holland met een dertigtal tentoonstel- Aruba maken nog deel uit van het Nederlandse ko- lingen van zeventig buitenlandse kunstenaars in ninkrijk. Vanaf het moment dat in het Koninkrijkssta- Nederland (1991),2 werd directeuren van musea en ga- tuut (1954) het staatsburgerschap van Antillianen en lerieën de vraag gesteld hoeveel allochtonen deelna- Arubanen werd vastgelegd, zijn er ongeveer 117000 men in hun tentoonstellingen en collecties. Het ant- Antillianen en Arubanen in Nederland komen wonen. woord was veelal ontwijkend, in de trant van: ‘het gaat

148 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 149

om kwaliteit en niet om afkomst van de kunstenaar’. een kritische massa te vormen die met gezag politiek Het aantal migrantenkunstenaars in collecties of ten- en maatschappij kan aanspreken. Daardoor zijn ook toonstellingen was erg laag. weinig mensen van niet-Nederlandse afkomst werk- Pas negen jaar later wist Paul Scheffer met zijn arti- zaam bij culturele organisaties en opleidingen. Dit be- kel ‘Het multiculturele drama’ een serieuze discussie tekent dat de creatieve nieuwe Nederlanders weinig over de relatie tussen de multiculturele samenleving en herkenning vinden bij de culturele beleidsmakers en onderwerpen als taal, onderwijs en cultuur te stimule- adviseurs. En geen herkenning betekent voor velen ren. Hij analyseerde de positie van de migrant in geen erkenning. Nederland naar aanleiding van onder andere een onderzoek van het scp en beschreef de ontstane situa- Multiculturele initiatieven tie: ‘Wie alle beschikbare gegevens overziet komt tot Toch werden vanaf begin jaren tachtig vanuit de een ontnuchterende conclusie: werkloosheid, armoe- samenleving belangrijke ‘multiculturele’ initiatieven de, schooluitval en criminaliteit hopen zich op bij de genomen. Maar deze hebben uiteindelijk niet geleid etnische minderheden. En de vooruitzichten zijn over tot de gehoopte culturele integratie en participatie. In de gehele linie niet gunstig, in weerwil van individuele 1981 startten twee Antillianen, Norman de Palm en succesverhalen. Het gaat om enorme aantallen achter- Felix de Rooy, Cosmic Illusion, dat later werd opge- blijvers en kanslozen, die de Nederlandse samenleving volgd door Cosmic Theater. Beide organisaties stimu- in toenemende mate zullen belasten.’3 leren interculturele podiumkunsten. Theatergroep De Als gevolg van de maatschappelijke en culturele Nieuw Amsterdam (dna) opgericht in 1986, is het achterstandspositie van migranten ontbreekt het aan oudste multiculturele theatergezelschap van Neder- een allochtone elite. Hierdoor hadden en kregen mi- land. Rufus Collins, een zwarte Amerikaan, was de granten weinig invloed op het culturele leven. Natuur- aanstichter en drijvende kracht van het gezelschap en lijk is er een aantal belangrijke intellectuelen die de later de opleiding. Binnen het gezelschap en repertoire maatschappij sinds lange tijd aanspreekt op het gebrek inspireren verschillende culturen en theatervormen el- aan culturele kleur zoals Anil Ramdas (publicist), Ste- kaar. phan Sanders (schrijver), Rachid Ben Ali (beeldend In 1987 werd de Gate Foundation opgericht (door kunstenaar) en Abdelkader Benali (schrijver, die in ondergetekende), een organisatie die de interculturele 2003 de Libris Literatuurprijs ontving voor zijn boek uitwisseling van hedendaagse beeldende kunsten sti- De langverwachte). Dit aantal is echter te gering om muleert. Samen met een aantal andere culturele orga-

149 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 150

nisaties toonde de Gate Foundation kunst van niet- Als er al iets gedaan werd op het gebied van cultuur westerse kunstenaars in en buiten Europa. In hetzelfde binnen de multicultuur – en de meeste staatssecretaris- jaar ontstond El Hizjra, een organisatie die een Euro- sen en ministers voor cultuur agendeerden het onder- pees-Arabische dialoog stimuleert vanuit een kritische werp sinds d’Ancona – bestond dat uit het steunen en beschouwing van zowel Arabisch-islamitische als het creëren van gescheiden organisaties. Het Neder- westerse cultuuropvattingen. landse hokjesdenken vond ook hier zijn weg. Ge- Deze organisaties werden na geruime tijd van expe- noemde initiatieven als Cosmic Illussion, de Gate rimenteren en balanceren in de marge vanaf het Foundation en El Hizjra werden vanuit politieke over- midden van de jaren negentig door de landelijke en wegingen gefinancierd, vaak tegen de zin in van de gemeentelijke politiek bescheiden financieel gesteund. Raad voor Cultuur of gemeentelijke kunstraden in. Zij konden zich echter, mede vanwege de gebrekkige Staatssecretaris voor Cultuur Rick van der Ploeg initi- financiële mogelijkheden, niet ontwikkelen tot in- eerde uiteindelijk, in 2001, zelf een aantal organisaties vloedrijke instituten. Ze werden niet werkelijk serieus zoals stichting Atana (een inmiddels goed functione- genomen door de grote culturele centra of door cultu- rend initiatief voor migranten die bestuurlijke ambi- rele adviseurs. Debatten en discussies over participatie ties hebben) en de Phenix Foundation, een na twee van migranten bleven steken in onheldere kwaliteits- jaar jammerlijk mislukte organisatie, die als doel had discussies en werden verder gekenmerkt door een ge- migranten de culturele hoofdstroom binnen te lood- brek aan kennis en informatie bij de belangrijke insti- sen. Maar het oprichten van een speciale culturele or- tuten en beleidsadviseurs over migratiegeschiedenissen ganisatie voor de migrant geeft andere instituten een van betrokken bevolkingsgroepen en door onwetend- alibi aan dit beleid geen aandacht te besteden. Gevolg heid over het werk van de betreffende kunstenaars. was weer het scheiden van de multiculturele organisa- Binnen de mainstream culturele instellingen werden ties van de mainstream instituten. Het is juist van be- migranten lange tijd evenmin als interessante pu- lang bestaande instituten te bewegen tot insluiting, in blieksgroep gezien. ‘Toeristen zijn voor mij een veel plaats van uitsluiting. Van der Ploeg trachtte dit te be- belangrijkere publieksgroep dan migranten,’ zei de za- reiken door, geheel tegen de regels van Thorbecke in, kelijk directeur van het Stedelijk Museum tijdens een bestaande instituten een bonus voor te houden bij gro- debat over de relatie tussen musea en maatschappij, tere participatie van migranten. Het kwam hem dan georganiseerd door de Nederlandse Museumvereni- ook op veel kritiek te staan. De culturele instituten rie- ging eind jaren negentig. pen: ‘Het gaat toch om de kwaliteit!’

150 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 151

Complexe geschiedenis augustus 1947, in plaats van de door de Nederlanders Nederlanders reageerden traag op de ontwikkelingen aangehouden datum in 1949. van de multiculturele samenleving. Een belangrijke re- Dat wie zich afgesneden weet van de eigen geschie- den is de stroeve relatie die Nederlanders hebben met denis, ook niet goed kan doordringen tot andere cul- lastige (recente) historische periodes. Dat het kabinet turen, betreft ook de omgang van de Nederlanders acht jaar nodig had de – gedeelde – verantwoordelijk- met de nazaten van de slaven van Surinaamse en Antil- heid te erkennen voor de val van Srebrenica in 1995, liaanse afkomst. Nederland heeft in de internationale kenschetst de trage verwerking van deze gebeurtenis. top vijf van de slavenhandelaren gestaan. Pas op 1 juli Het is niet voor het eerst dat Nederland zo moeizaam 1863 won de moraal het van de geldzucht en schafte feiten uit het eigen verleden onder ogen ziet. Dat de Nederland als een van de laatste landen de slavernij af. Tweede Wereldoorlog meer een grijs verleden is dan Keti Koti, ‘het verbreken van de ketenen’, heet deze een zwart-witte geschiedenis van goed en kwaad, was dag, die in Suriname en op de Antillen gevierd wordt een van de inzichten die pas vijftig jaar na dato in de en tegenwoordig ook in het Oosterpark in Amster- geschiedenisboeken terecht zijn gekomen.4 dam. Paul Scheffer beschreef in zijn eerder aangehaalde Toen in 1999 Het verleden onder ogen uitkwam, een artikel de ongemakkelijke omgang met de Indonesi- boek over de herdenking van de slavernij, bleek de poc- sche onafhankelijkheidsstrijd: ‘Dat Nederland vijftig ket een gat in de populaire geschiedschrijving op te vul- jaar na de oorlog in Indonesië nog steeds worstelt met len.5 Vele academische publicaties waren reeds versche- excuses en doorgaat met spreken over “politionele ac- nen over dit onderwerp, maar een toegankelijk en mak- ties” en “excessen”, is exemplarisch. Slechts wie een kelijk geschreven boek bestond nog niet. Er vonden verhouding zoekt tot het eigen verleden zal spreken verhitte discussies plaats naar aanleiding van de publi- over de “zwarte bladzijden” en de “witte plekken” van catie en over de zin en onzin van een Nederlands slaver- het nationale geheugen. nijmonument. Dit laatste kwam er uiteindelijk, ge- Dat is ook om een andere reden wezenlijk, want wie stuwd en gekleurd door frustraties over de langdurige zich afgesneden weet van de eigen geschiedenis kan ontkenning van Nederlanders, na politiek getouwtrek, ook niet doordringen in andere culturen.’ Minister onenigheid tussen verschillende minderheden en ge- Bot van Buitenlandse Zaken erkende bij de herden- stuntel bij de organisatie. De feestelijke onthulling in king in Jakarta in 2005 voor het eerst de door de Indo- 2002 in het Amsterdamse Oosterpark in aanwezigheid nesiërs aangehouden datum van onafhankelijkheid, van de koningin viel voor de vele nazaten letterlijk in

151 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 152

het water. Ze waren niet welkom bij de officiële plech- De ongemakkelijke omgang met de eigen (ook recen- tigheid en stonden achter zwart afgeplakte hekken in te) historie pleit voor een canon van de Nederlandse de druilerige regen. Het is tekenend voor Nederland geschiedenis: dat wat iedereen zou moeten weten van dat pas 140 jaar na de afschaffing van de slavernij een het vaderlands verleden. Het is een onderwerp dat officieel herdenkingsmonument werd opgericht. Ener- mede door het artikel van Scheffer weer op de politie- zijds hebben veel Nederlanders geen weet van de kolo- ke agenda kwam te staan, waarvoor aandacht is ge- niale geschiedenis en de slavernij, anderzijds voelen Su- vraagd door de Onderwijsraad en onder meer door de rinamers en Antillianen zich onbegrepen en niet geres- historici Piet de Rooy en Jan Bank een uitwerking pecteerd. Het ontbreekt aan een maatschappelijk en kreeg in een in NRC Handelsblad verschenen korte ge- historisch bewustzijn en aan een besef dat wij een ge- schiedenis van Nederland. deeld verleden, heden en toekomst hebben. De canon van de Nederlandse geschiedenis zou niet De neiging tot het ontkennen van wat er aan de alleen betrekking moeten hebben op Rembrandt, de hand is en was, heeft ook geleid tot het negeren van de Oranjes en de Tweede Wereldoorlog, er zou ook vol- problemen van de multiculturele samenleving, waar doende en evenwichtige aandacht moeten worden ge- Pim Fortuyn ons zo indringend op wees. De proble- geven aan de geschiedenis van de slavernij, het koloni- men in de achterstandswijken in Rotterdam en Den aal verleden in Suriname, de Antillen en Indonesië, en Haag werden niet geïdentificeerd, want erkenning zou de recente geschiedenis van de Marokkanen en Turken een vorm van discriminatie betekenen. Dat migranten in Nederland. Aldus wordt niet alleen de traditionele ook de malaise van de eigen samenleving of ideeën die Nederlandse geschiedenis en identiteit bevestigd en niet stroken met de Nederlandse moraal met zich mee bestendigd, zoals Scheffer benadrukt, maar kan de kunnen brengen, was niet bespreekbaar.6 Het zwijgen aandacht ook worden gericht op de diversiteit van die hierover liep uit op frustratie en woede aan beide kan- identiteit, die de eigenheden maar ook de eigenaardig- ten. En uiteindelijk leidde de oorverdovende stilte tot heden van ons volk incorporeert. Het aardige van de erger, namelijk onwetendheid en onverschilligheid. Nederlandse volksaard is tenslotte het openstaan voor Gebrek aan informatie heeft tot vooroordelen aanlei- andere culturen. De tolerantie, die in eerste instantie ding gegeven, met scheve verhoudingen in de samen- voortkomt uit het pragmatisch commercialisme van leving tot gevolg. Doekjes voor het bloeden lijken in dit nieuwsgierig en reislustig volkje, heeft zijn uitdruk- het begin nog oplossingen te bieden, maar schieten king gevonden in een culturele traditie van Erasmus uiteindelijk tekort. tot de Wereldomroep en in een multiculturele samen-

152 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 153

leving die reikt van het Kwakoe Festival in de Bijlmer ken, en voor gedegen informatieoverdracht en gedeel- tot het Internationaal Film Festival in Rotterdam.7 de kennis. De culturele verscheidenheid hoort bovendien Van intercultureel beleid tot internationaal beleid zichtbaar te zijn op tentoonstellingen in musea en in Wat zouden de aanbevelingen kunnen zijn voor een culturele programmeringen. Er is weliswaar veel ver- interculturele politiek, die goede kunst binnen een anderd sinds de eerste multiculturele schreden in de multiculturele context stimuleert? En die nationale en jaren tachtig, maar er is nog steeds onvoldoende re- internationale cultuurpolitiek met elkaar verbindt? In presentatie van de huidige ‘state of the arts and state navolging van Van der Ploeg adviseer ik allereerst om of the world’. Het is immers niet alleen de multicultu- meer gekleurde adviseurs bij culturele organisaties aan rele samenleving die ons leven verandert, ook de te stellen en om de multicultuur in de mainstream cul- voortschrijdende internationalisering heeft een enor- tuur te integreren. Tegelijkertijd moet het curriculum me invloed op ons bestaan. Deze twee ontwikkelin- op scholen, academies en universiteiten worden aange- gen zijn niet los van elkaar te zien. Migratiestromen past. Het academisch onderwijs zou een verbinding worden bevorderd door de toenemende mobiliteit tussen de wetenschappelijke theorie en de multicultu- van de mens en de snelle informatievoorziening. rele werkelijkheid tot stand moeten brengen. Dat Mensen zijn steeds beter geïnformeerd over het houdt onder andere in het incorporeren van onderwijs werelds wel en wee en moeten zich hiertoe ook ver- over en onderzoek naar niet-westerse culturen, naar houden. Nederlanders moeten leven met de militaire gedeelde geschiedenissen van het Westen en het niet- betrokkenheid in Irak, met de dreigende gevolgen Westen en naar de effecten daarvan op de Europese hiervan én met de gevluchte Irakees, die deel is gewor- cultuur. Deze ontwikkelingen in onderwijs en onder- den van onze samenleving. In de kunstwereld leidt zoek zijn gedeeltelijk al ingezet, maar verdienen nog deze internationalisering van de context tot het bij- meer overtuigde steun en aandacht. Academici zouden stellen van de westerse canon van de cultuurgeschie- zich vervolgens meer kunnen manifesteren in politie- denis. Er ontstaan nieuwe culturele hoofdsteden met ke, maatschappelijke en culturele debatten in de me- een eigen vocabulaire en hiërarchie. Een Nederlandse dia en bij culturele evenementen. De samenwerking fotograaf kan nu kiezen tussen fotofestivals in Parijs, tussen de academische wereld, cultuur en politiek is Bamako en Aleppo, en zal dat steeds meer willen doen essentieel voor de duurzaamheid van een (aangepast) op basis van kwaliteit en niet enkel vanuit economi- curriculum in scholen, musea, archieven en bibliothe- sche of politieke motieven.

153 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 154

In de Nederlandse kunstwereld woedde geruime tijd een Internationale cultuurpolitiek zou in Nederland meer discussie over het wel of niet opnemen van de tentoon- moeten aansluiten op de eigen geschiedenis en bevol- stelling The Short Century: Independence and Liberation kingssamenstelling en het actuele wereldbeeld. Dit be- Movements in Africa, 1945-1994 van de Nigeriaanse cura- tekent niet dat er voor Marokkanen enkel Marokkaan- tor en voormalig directeur van Documenta 11, Okwui se onderwerpen moeten worden gepresenteerd. Het Enwezor, in een vooraanstaand museum in Nederland gaat veel meer om het begrijpen en verbinden van ver- (hetgeen uiteindelijk niet gebeurde).8 De tentoonstelling schillende culturen, godsdiensten en culturele produc- trachtte de internationale (kunst)geschiedenis te her- ten. De noodzaak hiertoe dringt zich steeds meer op. schrijven. Afrikaanse kunstenaars, postkoloniale stro- Toneelstukken die onze westerse canon kunnen aan- mingen in Afrika en de geschiedenissen van de slavernij vullen, films die vertellen van eigen en gedeelde verle- komen alle in beeld in een aansprekende selectie van dens en culturele programmeringen waar ook nieuwe kunstwerken, culturele producten (film, muziek, litera- Nederlanders zich aan kunnen spiegelen, zouden tuur) en in een lijvig boek. Het niet-tonen van deze ex- structureel moeten worden gesteund en dan niet op af- positie was een gemis in het Nederlandse recente aanbod gescheiden festivals en podia maar in mainstream lo- van internationale exposities en een gemis in de discussie katies en media. over het Nederlandse aandeel in het Afrikaanse koloniaal In de muziek is dit al eerder gebeurd aangezien de verleden (slavernij en Zuid-Afrika). Het zou bovendien grote groepen Marokkaanse, Turkse en Chinese be- een interessante en gedegen aanvulling zijn geweest op langstellenden zorgden voor optredens van wereldster het onderwijs in de kunstgeschiedenis. Cheb Khaled (Algerije) in Paradiso, zangeres Sezen Gelukkig werden en worden er andere exposities ge- Aksu (Turkije) en rockster Cui Jian (China) in de programmeerd die zo’n rol vervullen. Zo waren de ten- Melkweg. De combinatie van populariteit, laagdrem- toonstellingen Islam (2003) en Marokko (2004-2005), peligheid en commerciële belangen leidde hier al vroeg beide in de altijd druk bezochte Nieuwe Kerk in Am- tot uitverkochte zalen. sterdam, van belang voor de overdracht van informatie De jeugdcultuur heeft, ondanks het subsidiebeleid, over en de nieuwe kijk op beide onderwerpen. De ten- een eigen vermengingscultuur opgebouwd. Woorden toonstelling De Erfenis van de Slavernij in het Wereld- uit het Engels, Berbers, Sranangtongo (Surinaams) en museum in Rotterdam in 2004 droeg bij aan de kennis Arabisch vinden hun weg in rap-nummers. Hiphop en over de geschiedenis van de slavernij en wat dit verle- blingbling slaan aan bij jeugdige multiculturele ge- den nu betekent voor de betrokken samenlevingen. meenschappen. De jeugd spiegelt zich even makkelijk

154 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 155

aan Youssou N’Dour uit Senegal en 50 Cent uit de derde generatie Marokkaans meisje nog steeds alloch- Verenigde Staten als aan Ali B. en Marco Borsato. toon wordt genoemd. Internationale communicatie en de multiculturele In het kader van de uitreiking van de Prins Claus samenleving is voor hen vanzelfsprekend. Beleidsma- Prijs aan Youssou N’Dour in 2001 organiseerde het kers zouden voor hen culturele vooruitzichten moeten Prins Claus Fonds een concert op de Nederlandse am- creëren die niet zo grauw zijn als Paul Scheffer zich in bassade in Dakar met de wereldster, een aantal Senega- 2000 voorstelde. lese rappers en de groep Intersection. Intersection be- Maatschappelijke en politieke maatregelen die niets staat uit drie Marokkaans-Nederlandse rappers en een met cultuur lijken te maken te hebben, storen soms Braziliaans-Nederlandse zanger uit Haarlem. Zij werk- het integratieproces. Naast het asiel- en integratiebe- ten samen met rappers in Dakar en namen een cd op. leid van minister Verdonk zal het plan van minister De Nederlandse ambassadeur heette de jonge Neder- Dekker voor liberalisatie van de huurwet tot een grote- landse muzikanten bij aankomst officieel welkom op re scheiding van arm en rijk, en dus ‘zwart’ en ‘wit’ lei- de ambassade. Een van de derde generatie Marokkaan- den. De kunst van het samenleven wordt bevorderd se rappers fluisterde mij toen toe: ‘Ik voel me nu voor door een integrale politiek, die zowel sociaal als cultu- het eerst echt een Nederlander.’ reel, nationaal als internationaal van aard is. Het helpt Erkenning, herkenning en respect zijn de sleutel- niet als aan de ene kant de zeer populaire film Shouf woorden tot een Nederlands kunstbeleid tussen cultu- Shouf Habibi wordt gesubsidieerd maar aan de andere ren, dat een vreedzame en open samenleving kan be- kant het plan van minister Dekker wordt uitgevoerd; vorderen. Dat Mohammed straks de Nederlandse als aan de ene kant Turkse kunstenaars worden onder- ambassadeur wordt op de ambassade in Dakar, is dich- steund maar aan de andere kant universiteiten geen terbij dan we denken. Als we willen dat de culturele aandacht schenken aan de Turkse cultuurgeschiedenis; elite de voorhoede blijft van de samenleving, zou hij als aan de ene kant wordt gesproken over integratie toch eerst een solo in het Stedelijk Museum moeten maar aan de andere kant een in Nederland geboren krijgen.

noten

1 De termen allochtoon, migrant en nieuwe Nederlander worden toon en/of migrant worden genoemd, zijn tenslotte Nederlan- door elkaar heen gebruikt en proberen niet een politiek correcte ders. benaming te zijn. Integendeel, de meeste mensen die nu alloch- 2 ‘Het Klimaat, buitenlands beeldend kunstenaars in Nederland’,

155 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 156

werd in 1991 door de auteur georganiseerd voor de Culturele 5 Gert Oostindie, Het verleden onder ogen. Herdenking van de sla- Raad Zuid-Holland. Het evenement bestond uit dertig ten- vernij, Uitgeverij Arena/Prins Claus Fonds, 1999. toonstellingen van zeventig kunstenaars en vond plaats van 3 6 Paul Scheffer schreef op 6 november 2004 in NRC Handelsblad mei tot 30 juni. Rashid Araeen, Jean Hubert Martin, Els van naar aanleiding van de moord op Theo van Gogh over deze der Plas, Jan Wijle e.a., Het Klimaat, buitenlands beeldend kun- problematiek: ‘Tolerantie kan alleen overleven binnen grenzen: stenaars in Nederland, Culturele Raad Zuid-Holland, 1991. de kans voor een nieuw “wij”’. 3 Paul Scheffer, ‘Het multiculturele drama’, in: NRC Handelsblad, 7 Deze onderwerpen kwamen alle aan bod in de door de historici 29 januari 2000; Paul Scheffer, ‘Het multiculturele drama, een Jan Bank en Piet de Rooy geschreven ‘Een canon van het repliek’, in: NRC Handelsblad, 25 maart 2000. Nederlands verleden’, in NRC Handelsblad van 30 oktober 2004. 4 Chris van der Heijden, Grijs Verleden. Nederland en de Tweede 8 Okwui Enwezor, The Short Century: Independence and Libera- Wereldoorlog, Amsterdam & Antwerpen 2003. tion Movements in Africa, 1945-1994, Prestel, 2001.

156 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 157

‘Bevorder de toegankelijkheid, maar populariseer de kunst niet’

Een gesprek met Hans van Beers

Hans van Beers is sinds 1 september 2005 directeur al zijn geboekt in de laatste decennia. Althans, als je van het Amsterdamse Conservatorium. Het is niet dat afmeet aan de ‘state of the art’ en de mate waarin zijn eerste functie in de culturele sfeer. Zijn loopbaan steeds meer mensen deelnemen aan het culturele le- is een aaneenschakeling van bestuurlijke functies in ven, actief of passief. De toegankelijkheid daarvoor is kunst, cultuur en media in Nederland. Zo was Van stevig vergroot. Het verschil in waardering van ‘hoge’ Beers cultuurwethouder voor de pvda in Den Bosch, en ‘lage’ cultuur zoals we dat ten tijde van de emanci- directeur van de vpro en van het Rotterdams Philhar- perende arbeidersklasse kenden, is veel kleiner gewor- monisch Orkest, lid van de Raad van Bestuur van de den. De participatie is heel behoorlijk, al blijft het een nos, voorzitter van het Filmfestival Rotterdam en di- missie voor de politiek om die verder te verbeteren. recteur van het Stedelijk Museum in Amsterdam. Kortom, het spektakel speelt zich af op de podia en Hoe succesvol is het kunst- en cultuurbeleid volgens niet in de Tweede Kamer en dat levert inderdaad wei- hem geweest? Hoe sterk was de invloed van de poli- nig op voor de carrière. tiek, en van de pvda in het bijzonder? Kunst en cul- tuur zijn volgens Van Beers de onderwerpen waar po- Wat betekent die ontwikkeling voor de kunst- en litici het minst warm voor lopen bij de verdeling van cultuurbranche in Nederland? kabinetsposten, om over de toedeling van portefeuil- ‘Dat de kunst het vooral moet hebben van haar repu- les aan kamerleden maar te zwijgen: ‘Die zitten zo on- tatie, kracht en traditie en steeds minder vanzelfspre- geveer in de bezemwagen.’ kend van politieke steun. Kort en goed: het gaat niet slecht, maar dat komt niet of nauwelijks door scherp Waarom zitten kunst en cultuur ‘in de bezemwagen’? Is aangezette politieke opvattingen en echt onderschei- dit een terrein waar weinig politieke en publicitaire eer dend beleid. mee te behalen valt? De kunstbedrijvigheid staat er door de brede poli- Ten dele. Het heeft ook te maken met de successen die tieke steun in het verleden qua allure en financieel niet

157 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 158

echt slecht voor. Soms artistiek zelfs uitzonderlijk creëerd van zeer hoog tot het allerhoogste niveau. Dat goed. In de kunstbedrijvigheid is wat betreft structuur, vind ik nogal een prestatie. Maar wat me bezighoudt, bestuur en financiële steun nooit zo heel veel veran- is dat nooit eens iemand op sleutelfuncties dat uit- derd bij politieke wisselingen van de wacht. Wel heeft draagt. Dat je de Partij van de Arbeid er ook bijna het ene kabinet wat meer oog voor educatie dan het nooit over hoort. Dat in de maatschappij een proces andere: daar heeft links wat meer belangstelling voor aan de gang is dat juist van de brille, het bijzondere en dan rechts. Terecht. Er is ook heel veel gebeurd aan prestigieuze meer afraakt dan er waardering voor heeft. marketing. Dat is echt van de laatste tien à vijftien Dat is een ontwikkeling in de richting van de armoe- jaar: publiciteit en nog eens publiciteit. Mensen de, van de treurigheid. Het maakt extra droevig dat binnen halen, proberen om een volle zaal te hebben. kunst en cultuur binnen de politiek geen echt begeerd Dat laatste nu is aan het doorslaan, waardoor de kassa domein is. de maat der dingen wordt. Dan is er de aanbodkant. Eigenlijk is het probleem, Je hebt het nu enerzijds over de spreiding van en toegang een beetje raar om te zeggen, dat er in Nederland mis- tot kunst, anderzijds over de kwaliteit. Die twee worden schien wel te veel voorzieningen zijn. Ik hoorde laatst dat in de politiek wel eens als tegenpolen beschouwd. Je kiest er zo ongeveer elke paar dagen wel een dansvoorstelling óf voor het een, óf voor het ander. in première gaat. De infrastructuur zit bij het kunstleven Die tegenstelling is inderdaad vaak het politieke en be- heel erg goed in elkaar, zowel wat voorzieningen als wat leidsmatige uitgangspunt geweest in het naoorlogse variëteit betreft. Daar mag je wel tevreden over zijn. Als kunstbeleid. Ten onrechte, dunkt mij. Juist de pvda je dat nou koestert, dat met trots uitdraagt en ervoor zou de samenhang tussen spreiding en kwaliteit moe- zorgt dat dit alles zo kan blijven en je daarnaast de toe- ten benadrukken. Die twee sluiten elkaar helemaal gankelijkheid vergroot, dan is volgens mij het werk voor niet uit. Het is binnen de sociaal-democratische bewe- het belangrijkste deel gebeurd. Het is vreemd dat de am- ging lang traditie geweest om voorhoede en achterhoe- bitie om dingen op de schop te nemen altijd meer adre- de – in economische zin – bij elkaar te houden in een naline teweegbrengt dan de zorg die nodig is om iets van voortschrijdend continuüm. Het aloude ideaal van de grote waarde gewoon in stand te houden. verheffing van het volk, om het ouderwets te zeggen, Daarom is mijn verhaal ook geen aanklacht. Ik vind heeft een heel andere gedaante gekregen. Maar het ide- de kunstbedrijvigheid in Nederland van een zeer hoog aal als zodanig is niet weg en is nog steeds het nastre- niveau. Met zeer bescheiden middelen wordt kunst ge- ven waard. Het is heel belangrijk om kunst en cultuur

158 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 159

onderdeel te laten zijn van onderwijsprogramma’s. Dat is een politieke doelstelling? Hierbij gaat het dus om grotere deelname, kunstedu- Laat ik vooropstellen dat kunst een autonome kracht catie, participatie door groepen die van huis uit een is. Dat moet ook zo blijven. Veel mensen, vooral in de zeer beperkte bagage meekrijgen. linkse politiek, hebben lang het idee gehad dat de En daar zit een spanning met de dominante culture- kunst er eigenlijk was voor een politiek ideaal. Dat je le ontwikkelingen in de samenleving: de smaakverwar- daar toch de droom mee dichterbij bracht. Dat is een ring, de hang naar publiciteit, het toenemende popu- grote misvatting. Je moet meer benadrukken en duide- lisme, de platheid van veel media, de sterke neiging lijk maken dat kunst bijzonder is. Met andere woor- om complexe problemen tot soundbites te versimpe- den: dat brille gekoesterd moet worden, juist vanuit de len en nog zo het een en ander. Die cultuur brengt ons oude sociaal-democratische beschavingsidealen. Kunst veel entertainment, adrenaline en turbulentie, maar gaat over uitzonderlijkheid. Die is helaas niet iedereen tamelijk weinig winst, in de betekenis van méér dan al- gegeven. Maar we moeten wel zeker stellen dat ieder- leen maar verstrooiing. Je moet meer willen dan de een eraan kan deelnemen en dat het een alternatief is mensen amuseren. Het moet ook gaan om de dingen voor de platte, voorspelbare en meestal armoedige waar je even stil voor moet zijn, of over moet naden- waan van de dag. Kunst- en cultuurbeleid moeten dus ken. Of iets waarbij je je even moet voorbereiden, iets de toegang tot het bijzondere en uitzonderlijke stimu- teruglezen of eens wat op moet zoeken. Je verwonde- leren en daarnaast waarborgen dat de kunsten zich ren, iets ontdekken waarvan je denkt: ik wist niet dat kunnen ontwikkelen, als onverminderd autonoom dat bestond. Ik vind dat bijna een opdracht. Daar proces, ver van de overheid. moet het bij de opvoeding en in het onderwijs om gaan. Uitgerekend de kunst speelt daarin een grote rol. Kijk dan eens kritisch naar de bewindslieden van de Ik heb Jeltje van Nieuwenhoven wel eens horen zeggen afgelopen decennia. Wie gaat er wat jou betreft de boeken dat je van een boek lezen een beter mens wordt. De in als belangrijkste, invloedrijkste minister of wereld van de kunst breed toegankelijk maken is wat staatssecretaris op dit terrein? mij betreft de missie van de politiek en zeker van de Dan denk ik toch aan Elco Brinkman en niet een pvda. En dat is heel wat anders dan de kunst naar een pvda-minister. Brinkman is het ook acht jaar geweest. lager populair niveau brengen. Hedy d’Ancona was een minister die prominent was en ook niet flets, maar toch ook niet echt overrompe- lend in de betekenis van ‘nou ik’.

159 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 160

De meest recente PVDA-bewindspersoon was Rick van der Dat was een dramatisch slechte beslissing. Gesteund Ploeg. door Felix Rottenberg, die later heeft erkend dat dat Het kenmerkende voor Van der Ploeg was dat hij veel een grote fout is geweest. De omroepbijdrage was zendtijd had omdat hij jong was en nog al eens wat destijds wat kinderlijk, om niet te zeggen archaïsch ge- wilde roepen. Journalisten hebben het liefst politici die organiseerd via een aparte dienst met aanslagen en zorgen voor wat reuring, wat pregnante meningen en controleurs. Maar aan de andere kant had dat een gro- ondeugendheid en een beetje moderniteit en levendig- te symbolische betekenis. Net als in de ons omringen- heid en nog zo wat, en dus gaven zij die jongensachtige de landen werd de publieke omroep gefinancierd door staatssecretaris de nodige aandacht. Aan dat profiel de bevolking en niet door de staat. De huidige bezui- voldeed hij heel goed. Hij had een podium bij de me- nigingen op de publieke omroep waren onmogelijk dia. Dat kun je van lang niet iedereen zeggen in rege- geweest. Men had de omroepbijdrage kunnen verlagen ringen uit het verleden. Hij heeft de fout gemaakt om maar de opbrengst dan automatisch teruggegeven aan het kunstleven als een soort lollige aangelegenheid te de bevolking. brengen. Ik ben niet tegen vrolijkheid, maar je moet Verder is Van der Ploeg vooral bekend geworden ook niet de indruk wekken dat je een rollerskateclub door zijn ideaal van spreiding van kunst, vooral voor in een galerie belangrijker vindt dan een of ander stof- allochtonen. Dat was heel goed als signaal, maar het fig symfonieorkest, om in zijn termen te spreken. Van heeft, vind ik, niet echt geleid tot substantiële verande- der Ploeg heeft veel losgemaakt. Dat was op zichzelf ringen. Het is gebleven bij wat oproepen en wat idee- wel fris, maar daarmee werd de verwachting gewekt en. En wat ik heel slecht vind, hij heeft er nooit blijk dat iedereen in de kunst met plannen kon komen. van gegeven dat hij trots was op het Nederlandse Ook het eerste het beste bandje uit de garage. Daar is kunstleven. De enige die dat in het verleden wel eens natuurlijk helemaal niks van terechtgekomen. Aan het deed, was eigenlijk Brinkman. Die liet zich nog wel eind van de rit was het één grote teleurstelling. Volgens eens imponeren en verbazen. Van der Ploeg was meer mij was Van der Ploeg ook niet echt van de kunst maar geïnteresseerd in de goed ogende hippigheid dan in de meer van de vlotte modieuze cultuur en nog meer van verstilling. Dus inderdaad, Brinkman de beste mi- de economie. nister van cultuur. Ik kan me tenminste niet voorstel- len dat Medy van der Laan hem nog zal verdringen. Kun je daarvan een voorbeeld geven? Zijn heldendaad om de omroepbijdrage af te schaffen.

160 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 161

Vind je dat de PVDA het heeft laten afweten de afgelopen manier. Binnen de partij is er meestal gêne om iets tien, vijftien jaar? voor de gevestigde kunst te doen omdat die van en Er is een groot verschil tussen de landelijke en de voor de elite is. Dat is dus echt totaal anders dan in de plaatselijke politiek. Lokaal gebeurt er toch wel heel naoorlogse periode van de volksverheffing. veel, waarbij de Partij van de Arbeid nog al eens stimu- Daar ligt ook een parallel met de pvda op landelijk lerende bestuurders wil leveren. Ik heb een jaar of vijf niveau. De pvda heeft onder leiding van Wim Kok wel in Rotterdam gewerkt. Joop Linthorst was daar de goed meebewogen met de economie en bijtijds geanti- wethouder van Kunstzaken. Dat was op zichzelf hele- cipeerd op economische veranderingen, maar van cul- maal geen bevlogen man, maar die heeft gewoon zake- turele bevlogenheid was geen sprake. Kok was veel lijk heel erg goed voor de kunst gezorgd. Die deed het meer van de economie dan van de cultuur. Als je de ook met een grote mate van trots en vanzelfsprekend- kunst niet beschermt tegen economische veranderin- heid. Hij had in de gemeenteraad wat te vertellen, let- gen, gebeurt er wat nu in Duitsland aan de hand is. terlijk en figuurlijk. En dan merk je hoe zeer het van Daar wordt de kunst geweldig afgeknepen, terwijl er belang is dat een lokaal bestuur met een zekere trots de vroeger zo ongeveer alles mogelijk was. De musici van kunstbedrijvigheid stimuleert en koestert. de Berliner Philharmoniker konden maandelijks het In Amsterdam is de zelfsturende kracht vanuit de dubbele van die van het Concertgebouworkest tege- sector veel groter. Je moet er als gemeentebestuur wel moet zien. Dat is daar nu pittig aan het veranderen. een enorm potje van maken voordat je echt negatieve Kok had in de periode van welvaart het belang van invloed op de ontwikkelingen hebt. Toch kan pvda- de kunst en de cultuur veel meer moeten articuleren, wethouder Hannah Belliot niet ontzegd worden dat bijvoorbeeld in een soort compagnonschap met de we- ze, in haar woorden, een paar migrainedossiers oplost, tenschap, als innoverende en excellente beweging. waaronder het Stedelijk Museum. Chapeau dus, want Maar uitgerekend in die periode is in de culturele het is meer dan tien jaar niet gelukt en nu wel. Maar wereld de hang naar spektakel en evenementen enorm wat ook daar ontbreekt, is de ambitie om er glans aan toegenomen. te geven. Het is meer een hoofdpijndossier oplossen dan glorieus een nieuwe toekomst presenteren. Het is Wat zou jouw agenda zijn op het gebied van de kunst en dus meer een kwestie van politiek management dan cultuurpolitiek voor de komende tijd? brandende liefde. En in Amsterdam altijd op een bijna Om te beginnen: accepteren dat de kunst een autono- verontschuldigende in plaats van een vanzelfsprekende me kracht is en geen onderdeel van een hogere politie-

161 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 162

ke doelstelling. De betekenis en rol van de politiek zul- genlijk al genoeg. Het gaat niet zozeer om de ontwik- len een andere zijn dan dertig, veertig jaar geleden, keling van de kunsten zelf maar om de ruimte en de toen de discussies en ambities veel ideologischer wa- politieke waardering en betrouwbaarheid eromheen. ren. Veel mensen in de politieke wereld hadden toen Ik zou de toekomstige staatssecretaris adviseren om toch het idee dat het kunstleven de sociaal-democratie op dag één bijvoorbeeld te vertellen dat het Neder- dichterbij bracht en daarbinnen de verbeelding op peil landse muziekleven zich op het allerhoogste niveau zou houden. Binnen dat huwelijk zouden onderkant kan meten met de rest van de wereld en dat daaraan en voorhoede een onlosmakelijk geheel zijn. Nu is het dan ook niet te tornen valt. Dat is toch van een andere heel anders. De politiek distantieert zich van de moei- snit dan roepen dat hiphopbandjes ook het kunsten- lijke dingen van het leven. Echte ideologische uit- plan in moeten. En op dag twee aankondigen dat er gangspunten krijgen nauwelijks aandacht. In plaats een nieuwe publieke omroep komt naar Vlaamse en daarvan is er veel scoringsdrift en mediagerichtheid. Britse snit. Simpel en niet duurder dan nu. De Vla- Snel thuis, niet te moeilijk, beetje anti-intellectueel, mingen hebben het reuze goed gedaan en onze verzui- dat is de trend. Dat appelleert niet aan mensen met ling heeft het ellendige plan dat er nu ligt, over zichzelf een groots en meeslepend wereldbeeld. afgeroepen. En de kijk- en luisterbijdrage terug. Daar- Voorts moeten op de agenda staan: het koesteren mee geef je aan dat de publieke omroep van de burgers van het bijzondere, met grote trots dat ook uitdragen, is en niet van de staat. zeer veel investeren in kunstzinnige vorming, de toe- gankelijkheid bevorderen maar vooral de kunst niet Meer centen om te beginnen? populariseren, integendeel, het bijzondere en het uit- Ach ja, om te beginnen, maar daar gaat het niet alleen zonderlijke juist benadrukken, benadrukken dat cul- om. Ik ben een tijd plaatsvervangend voorzitter ge- tuur van iedereen is en kunst van enkelen. Bovendien weest van de Raad voor de Kunst in de tijd dat de onbeschaamd benadrukken dat je door deelname aan staatssecretaris Aitzo Nicolaï secretaris daarvan was. het culturele leven een ander mens wordt. Niet in mo- Destijds hebben we berekend dat als er, toen nog in rele zin beter, maar in elk geval rijker. En vooral niet guldens, zestien miljoen bijkwam, we alle wensen die meegaan met de waan van de dag. Daarnaast moet je er waren hadden kunnen realiseren. Maar laat dat nu ervoor zorgen dat je het zakelijk goed voor elkaar hebt in euro’s iets van twintig, dertig miljoen zijn gewor- en beschermt, dat het bij de sociaal-democraten in vei- den, dan zou de Partij van de Arbeid als regeringspartij lige handen is. Iemand die daarvoor zorgt, die doet ei- dat snel moeten regelen en daarmee van de regering

162 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 163

een Kabinet voor de Cultuur maken. Dan committeer bevorderen aan samenhang, uitstraling en bescha- je je bovendien als beweging aan de culturele krachten vingsgevoel. Het scheelt toch een slok op een borrel als in de wereld van de kunst, de journalistiek en de we- Remco Campert daar een aardiger stukje over schrijft tenschap, de kringen waarbinnen de sociaal-democra- dan wat hij zegt over het treurige vocabulaire van me- tie altijd haar meest kritische maar ook trouwe suppor- neer Balkenende. Maar ja, je koopt geen publiciteits- ters heeft gehad. Gezaghebbende mensen die uitdra- machine. Je moet het doen uit liefde en met overtui- gen wat we met de maatschappij willen, wat we willen ging. Daar begint het allemaal.

163 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 164 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 165

Kunst en nieuwe media

Marga van Mechelen in gesprek met Arjen Mulder, Heiner Holtappels en Arie Altena

Arjen Mulder is van oorsprong bioloog maar vooral die zich interesseren voor zelforganiserende processen, bekend als mediatheoreticus. Hij heeft een groot aan- interactie (artistiek, politiek enz.) en mediatheorie. De tal boeken over nieuwe media op zijn naam staan, aandacht is de afgelopen tien jaar verschoven van een waarvan een aantal is uitgegeven door v2 Publishing. meer kritisch-filosofische benadering (in de lijn van Hij was uitgenodigd voor dit gesprek gezien zijn be- Deleuze en Guattari) naar een meer wetenschappelijke trokkenheid bij dit Rotterdamse instituut, dat in 1981 aanpak, gericht op globaliseringprocessen, neurologie als kunstenaarsinitiatief in ’s-Hertogenbosch is ont- en internet, hetgeen men samenvat onder de noemer staan. Het werd opgericht door Alex Adriaansens en ‘netwerkdenken’, de verbindende schakel tussen deze Joke Brouwer, die tot op de dag van vandaag voor de drie terreinen. organisatie werken. v2 heeft zich ontwikkeld van een ‘draufgängerisch’ kunstenaarscollectief waarin per- Heiner Holtappels is artistiek directeur van het Neder- soonlijk leven, werk en publieksgerichte activiteiten lands Instituut voor Mediakunst (nim) en daarnaast min of meer samenvielen, naar een professionele in- kunstenaar en docent op dit terrein. Tevens is hij lid stelling waar onderzoek en presentatie van projecten van de Raad voor Cultuur. Het Nederlands Instituut plaatsvindt rond een kunstvorm waarvoor elders in voor Mediakunst, gehuisvest in een pand aan de Kei- instituten, musea en galeries niet of nauwelijks plaats zersgracht in Amsterdam, bestaat sinds 1993 en is een en expertise te vinden is. Bij v2 staat de technische – fusie van twee al wat oudere instellingen: MonteVi- interactieve, elektronische en digitale – kunst centraal. deo, door René Coëlho opgezet in 1978, en Time Ba- Daarnaast geeft v2 boeken uit, organiseert het confe- sed Arts, een initiatief van Stichting De Appel en de in renties en studiedagen, workshops en festivals waar al- 1983 opgerichte Vereniging van Videokunstenaars. Het tijd wel een artistieke component in zit, maar ook een instituut houdt zich nog steeds bezig met waar deze in- sociaal-politieke, economische of antropologische. v2 stellingen mee begonnen zijn: archivering, conserve- werkt met theoretici, wetenschappers en kunstenaars ring, onderzoek, distributie, educatie, promotie, pre-

165 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 166

sentatie (nu veel grootschaliger dan toen) en produc- Mediamatic is ook uitgever van cd-roms en dvd’s. In tie. Het is voortgekomen uit een collectie door kunste- Mediamatic lab ligt de nadruk op onderzoek, met een naars gemaakte videobanden die aan het publiek wat ander karakter dan universitair onderzoek. Het getoond werden. Momenteel omvat de collectie gaat veelal om het uitproberen van dingen in combi- achttienhonderd originele kunstenaarsbanden en in- natie met concrete – ook commerciële – projecten. stallaties. Distribueren werd al snel de tweede acti- Mediamatic is geïnteresseerd in de nieuwste ontwikke- viteit. De specialiteit van Coëlho bestond uit het lingen en heeft zich nooit exclusief beperkt tot wat tra- ondersteunen van de productie. Kunstenaars kwamen ditioneel tot de kunst behoort. Als er een duidelijke naar MonteVideo en komen nu nog naar het nim om lijn is in de afgelopen tien jaar, dan is dat een diep- werk op het terrein van de nieuwe media te maken. gaande interesse in nieuwe (communicatie)technolo- Tot 1998 werd MonteVideo (de naam die het nim nog gieën en de artistieke mogelijkheden die ze opleveren. steeds in de wandelgangen heeft) bij het Ministerie van Daar worden internationaal workshops over gegeven. ocw als een presentatie-instituut gezien, maar nu toch Tot in 2004 was Mediamatic naast een stichting ook vooral als een sectorinstituut, hetgeen volgens Holtap- een bedrijf dat websites voor grote bedrijven maakte. pels weer net té breed is. In de afgelopen tijd zijn veel De stichting is toen verhuisd naar het oude tpg-ge- kunstenaars met computers gaan werken en dit is terug bouw in Amsterdam vlak bij het Centraal Station, te vinden in de collectie en presentatie van het instituut. waar ook het Stedelijk Museum tijdelijk onderdak heeft gevonden. Arie Altena is kunstenaar, docent en publicist op het terrein van de nieuwe media. In die hoedanigheden is Op vrijdag 24 juni 2005 schoven deze drie specialisten hij al gedurende een groot aantal jaren nauw betrok- op het gebied van de nieuwe media in het Nederlands ken bij Mediamatic, opgericht in 1985. Mediamatic or- Instituut voor Mediakunst aan tafel om antwoord te ganiseert tentoonstellingen, presentaties, workshops geven op de vragen die ik hun had voorgelegd. Tijdens en salons. Het maakte een tijdschrift, dat sinds 1994 het gesprek werd duidelijk dat de genodigden ‘hun’ in- ook op het web verscheen. Die website (www.media- stellingen niet als concurrenten van elkaar zien, on- matic.net) is nu het knooppunt van de activiteiten. De danks het feit dat hun activiteiten elkaar soms lijken te site draait op een contentmanagementsysteem (soft- overlappen. Ze dragen alle drie bij aan de ontwikke- ware om de website bij te houden) dat door Mediama- ling van de nieuwe media. Het nim richt zich op facet- tic is ontwikkeld en steeds verder wordt ontwikkeld. ten als presentatie, collectie, distributie en onderzoek –

166 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 167

met een ‘artists in residence’-programma – en op de rol kunstbegrip ondergaan? Wat wordt hier onder een van de nieuwe media binnen de kunstpraktijk. Meer kunstenaar verstaan? dan de andere instituten houdt het nim zich bezig met Een tweede onderwerp betrof de rol van vrouwe- conservering en de vraag hoe life performances en lijke kunstenaars binnen de nieuwe media. In het ver- (multimedia-)installaties gedocumenteerd kunnen leden hebben de nieuwe media een opvallende rol worden. Voor v2 zijn onderzoek en ontwikkeling voor de emancipatie van de vrouwelijke kunstenaar ge- kerntaken. In zijn grootschalige ‘artists in residence’- speeld. Is dit nog steeds het geval of is hier het een en programma’s wordt veel technologisch onderzoek ver- ander veranderd? richt, waarbij de artistieke betekenis doorgaans van se- Het derde onderwerp lichtte de betekenis van het cundaire betekenis is. Daarnaast organiseert v2 met ze- internet eruit. Het internet komt via een kastje binnen kere regelmaat een grote internationale en boodschappen worden vervolgens weer verzonden publieksmanifestatie, deaf geheten. Mediamatic, bij via het internet naar willekeurige en onwillekeurige velen bekend als een tijdschrift, was vooral gericht op bestemmingen. Het gebruik van het internet door speculatieve (media)theorie met betrekking tot kunst, kunstenaars roept specifieke vragen op. Hoe verhou- hetgeen langzaam maar zeker is verschoven naar digi- den de experimenten op dit terrein zich tot de begin- tale theorie of theorie over de digitaliteit. De educatie- periode van de videokunst, die reageerde op de televi- ve en reflexieve kant van het nieuwe terrein is voor sie als massamedium? Hoe sterk is het sociale gezicht Mediamatic altijd van grote betekenis geweest. Meer van aan het internet gerelateerde projecten? Welke be- dan v2 hecht men belang aan de beeldende aspecten tekenissen hebben die al en welke kunnen ze in de toe- van het gebruik van nieuwe media. komst mogelijk krijgen? Verschillende onderwerpen kwamen in dit gesprek Het vierde thema stelde de markt en het publiek aan de orde. Ik vroeg mijn gesprekspartners allereerst voor de nieuwe mediakunst centraal. Hier moest dui- naar de wijze waarop de nieuwe media door kunste- delijk worden hoe deze instellingen hun verantwoor- naars worden ingezet en welke bijdrage kunstenaars le- delijkheid in deze zien, maar ook hoe de kunstenaars veren aan de ontwikkeling van de nieuwe media. Is het die binnen hun muren opereren, hun maatschappe- nog wel mogelijk disciplinaire onderscheidingen te lijke rol definiëren. Deze instellingen richten zich voor maken, zowel in theorie als in de praktijk? Vervolgens een belangrijk deel op de productie en productiebege- kwamen vragen aan de orde als: welke veranderingen leiding, maar betekent dit dat het publiek een onder- heeft binnen het veld van kunst en nieuwe media het geschikte rol speelt?

167 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 168

Natuurlijk was ik ook nieuwsgierig naar hoe zij den- ke bijdrage aan de ontwikkeling van de mobiele telefo- ken over een sociaal-democratisch cultuurbeleid, niet nie in al haar stadia lijkt me gering. Dat geldt ook voor alleen wat de ideologische maar ook wat de praktische de ontwikkeling van geluidsdragers en geluidsweerga- kant daarvan betreft. Dit vormde het vijfde thema van ve. Gaat het echter om de ontwikkeling van interacties dit gesprek. Ik vroeg hun voorts naar hun mening over en interfaces tussen mens en machine en mens en het Nederlandse model met een Raad voor Cultuur en mens, dan zijn er telkens weer kunstenaars die interes- het Nederlandse subsidiestelsel. Dit thema kreeg zoals sante dingen doen en wie weet ook wel een bijdrage ook al eerdere thema’s een zekere toespitsing gezien de aan de ontwikkeling van de nieuwe media leveren. vragen die elders in dit jaarboek aan de orde komen. Maar die bijdrage leveren ze eerder als bedrijf dan als De laatste vraag heeft wellicht een niet al te realistische kunstenaar. In uithoeken van de wetenschappelijke re- ondertoon: de hoop op verandering in de televisiecul- search en development zitten ook interessante kunst- tuur. Daar komt evenwel een optimistisch antwoord mensen. op van de kant van Arjen Mulder. Anderzijds levert de industrie maar een zeer geringe bijdrage aan de ontwikkeling van de artistieke moge- Hoe worden de nieuwe media naar jullie mening door lijkheden van de nieuwe media. Daarop richt v2 zich kunstenaars ingezet? Welke bijdrage leveren kunstenaars nu juist. Een overzicht van wat er op dit gebied ge- aan de ontwikkeling van de nieuwe media? Hoe denken beurt, is net verschenen in ons boek aRt&D: Research jullie over de wijze waarop posities binnen het veld and Development in Art. Het gaat daarin om vragen van de nieuwe media worden afgegrensd? Welke ont- als: wat valt er met nieuwe media te doen en te veran- wikkelingen voltrekken zich momenteel, welke richting deren bij interactieve dans, de opera, vr-installaties, gaat het uit, wat zijn jullie verwachtingen ten aanzien communicatieve performances, architectuur, stede- van de rol van kunstenaars op het vlak van de nieuwe lijke identiteitsontwikkeling, geluidskunst, databan- media? ken, poëzie enzovoort. Mulder: Het hangt ervan af wat je nieuwe media De vraag wat kunstenaars kunnen bijdragen aan een noemt en wat je ontwikkeling noemt. Technisch ge- ontwikkeling suggereert dat die ontwikkeling primair sproken leveren kunstenaars nog maar een zeer be- is en de kunst secundair. Zo zien wij dat niet. Bij elk scheiden rol aan de ontwikkeling van hardware, maar medium is er voor kunstenaars een rol weggelegd, na- op het gebied van film, games en internet is hun bij- melijk kunst maken, dat wil zeggen via het creëren van drage ook weer niet helemaal uit te wissen. De artistie- mediumspecifieke illusies het publiek dwingen tot re-

168 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 169

jodi (Joan Heemskerk en Dirk Paesmans), My%Desktop, 2002, te zien op de tentoonstelling ‘World Wide Wrong’ in het Nederlands Insituut voor Mediakunst Amsterdam in 2005.

© media art institute, montevideo/time based arts

flectie op de rol van de betreffende media en vandaar kunst. De mens wil zich uitdrukken, de ander verma- op de rol van waarneming en gedrag in het leven. Te- ken, zijn woede uiten, anderen aan het denken zetten. gelijk gaat het erom met het nieuwe medium nieuw Maar kunst moet je niet zien als breekijzer van de we- virtueel leven te creëren, nieuwe expressieve vormen te tenschap of de politiek. maken, wat bij interactieve kunst wil zeggen: interes- Niettemin leveren kunstenaars wel bijdragen in de sant gedrag op te roepen. laboratoria en werkplaatsen waar ze samenwerken met Altena: Zodra het gaat om nieuwe media, wat voor ingenieurs en technici. Op het Piet Zwart Instituut soort dan ook, zijn er mensen die daar ‘gekke’ dingen waar ik net ben geweest, was een student die een stukje mee gaan doen. Ze gaan kijken wat ze ermee kunnen, software had ontwikkeld om op een nieuwe manier hoever ze de al dan niet technische grenzen kunnen ‘radio te maken’. Niets prototype, je zorgt nu dat oprekken, ze geven ermee uitdrukking aan de dingen zoiets daadwerkelijk werkt. De vraag is: wordt hier nu die hen bezighouden, ze eigenen zich deze media toe, een kunstwerk gemaakt of een stukje commerciële ze verdraaien ze, ze maken er mooie dingen mee. Soms software geprogrammeerd? Wanneer een mbo’er, die zijn het kunstenaars die dat doen, soms leidt het tot zelf ook wel eens wat ‘speelt’ met programma’s, ziet

169 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 170

hoe een kunstenaar culturele betekenis voortbrengt Aansluitend: wat hebben de nieuwe media ten aanzien door met software ‘te freaken’, dan is het denkbaar dat van ons kunst- en kunstenaarsbegrip veranderd? hij iets van zijn eigen bezigheden daarin herkent. Holtappels: Ik denk dat inmiddels al duidelijk is ge- worden dat het kunstbegrip niet meer zoiets vanzelf- Hoe zien anderen die zich met de ontwikkeling en sprekends is. Dat kun je concreter maken door de toepassing van nieuwe media bezighouden het terrein vraag te stellen: ‘Wie zijn de helden van tegenwoordig van de kunst? Wat biedt het hun, wat biedt het hun niet? in de schilderkunst?’ Is dat Sigmar Polke? Als het daar Als ze de infrastructuur van de kunst gebruiken, waarom al niet zo duidelijk is? Ik vind het een verademing dat gebruiken ze die dan? En wat voor gevolgen heeft dit, die oude hiërarchieën niet meer mogelijk zijn. De di- voor henzelf, voor wat er vervolgens met hun inbreng versiteit is toegenomen. Op het vlak van de inhoud gebeurt binnen het veld van kunst en nieuwe media? zijn de thema’s nu veel sterker door technologische Altena: De kunstwereld is een infrastructuur die een ontwikkelingen bepaald en is de symbolische functie platform, presentatieplekken en geld biedt. Hij biedt die kunst van oudsher had, verminderd. Er wordt een ook een discours, een debat, een vloed van ideeën en ander verhaal verteld. Hoewel... op een ander vlak, de meningen. Daar kom je in terecht als je een werk in literatuur en de schilderkunst, zie je oude thema’s nog een galerie toont. De context bepaalt mede hoe een steeds terugkomen, al is het vanuit een ander tijdsper- werk wordt beleefd, en welke betekenissen het krijgt. spectief. De kwaliteit van de nieuwe media zie ik toch Natuurlijk, heel goede werken stijgen daarboven uit en vooral in de intensievere ervaring van de multimedia- dwingen hun eigen referenties af. Kunst stelt vragen, liteit... als die goed gebruikt wordt, wel te verstaan. brengt een bepaalde problematiek en zienswijze onder de aandacht. Welke rol spelen vrouwelijke kunstenaars op het gebied Holtappels: We moeten ons realiseren dat er ten op- van de nieuwe-mediakunst? Video als medium heeft voor zichte van de jaren zestig wel het een en ander is veran- de emancipatie van de vrouwelijke kunstenaar veel bete- derd. Maatschappelijke relevantie in de betekenis van kend, gezien zijn toegankelijkheid, het low-profile karak- die tijd speelt bij jonge kunstenaars niet meer. Kunste- ter, maar ook gezien het feit dat er op dat terrein nog naars nu willen überhaupt niet meer een kluizenaar in nauwelijks een geschiedenis bestond of concurrentie van een atelier zijn. Zij willen met mensen werken, waar mannelijke kunstenaars. Op een inhoudelijk niveau dan ook. Dat kan ook via het internet. maakte het mogelijk vragen naar identiteit te stellen. Dat speelt op dit moment niet meer zo’n overwegende rol. Is

170 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 171

daar iets voor in de plaats gekomen en hoe is het aandeel met games, terwijl de meisjes vooral graag chatten. van de vrouwelijke kunstenaars op dit moment? Het sociale is kennelijk voor hen belangrijker. Mulder: Als je kijkt naar de kunsttentoonstellingen Holtappels: In de videokunst zijn meer vrouwen van de laatste vier of vijf jaar, dan overheersen de man- dan mannen werkzaam, maar bij de interactieve media nen. Mij heeft echter altijd verbaasd dat de kwalitatief weer meer mannen. Hun aandeel is ook groter in de beste kunstenaars toch vaak vrouwen zijn, zoals Ulrike ‘artists in residence’-programma’s. En wat mijn grote Gabriel en Seiko Mikami. Die zitten als gekken te pro- frustratie in het begin was, was dat de mannen eigen- grammeren. En het ziet er ook het beste uit. Ik denk lijk heel vaak een ‘tool’ wilden ontwikkelen. Mannen dat in die zin de rol van de vrouwen erg groot is. verzuipen in de techniek, terwijl vrouwen eerder al een Altena: In mijn lessen communicatie, media en des- idee hebben van het eindproduct, vaak weer zonder ign sta ik praktisch voor een klas met alleen maar jon- voldoende besef van de techniek die daarvoor nodig is. gens. In een zaal van honderd leerlingen zitten mis- schien maar zeven meisjes. Met nieuwe media is van oudsher het idee van democra- tisering verbonden. Dat gold al in de jaren zestig. De Was dat in het verleden anders? avant-garde richtte zich op nieuwe media onder het mom Altena: Toen we bij Mediamatic begonnen met het le- dat die toegankelijker zouden zijn, bereikbaarder in fi- ren wat html was, waren daar overwegend vrouwen in nancieel opzicht. Daarmee zou men zich kunnen ont- geïnteresseerd. Het ging vaak om mensen binnen een trekken aan de vercommercialisering van de kunst. Wat bedrijf die daar niet de hoogste posities hadden. Toen me is opgevallen, is dat het woord ‘democratisering’ de internet belangrijk werd, kreeg je mensen met een ho- laatste jaren weer veel vaker valt. Wat voor rol speelt het gere positie, veelal de managers, en dat waren mannen. internet naar jullie mening, een bij uitstek democratisch Die ontwikkeling heeft zich vaker voorgedaan. Dat medium? zegt toch iets over sociale verschillen op de werkvloer. Altena: Het heeft te maken met het democratische de- ficit in de netwerkmaatschappij of de informatiemaat- Hoezo? schappij en de zoektocht naar nieuwe middelen om de Altena: Als ik kijk naar de hogere beroepsopleidingen, democratie vorm te geven. Daarin speelt natuurlijk dan blijkt het niet gemakkelijk om als meisje de hele het dominante communicatiemiddel, het internet, wel dag tussen jongens te zitten. Ik ben daar niet blij mee. een belangrijke rol. Zowel utopisch als dystopisch ge- Wat ook opvalt, is dat de jongens veel meer bezig zijn zien.

171 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 172

Interactieve filminstallatie Run Motherfucker Run, Marnix de Nijs, 2004 © rmr_org

Holtappels: Democratisering wordt vaak als iets nega- Maar als we terugdenken aan de verwachtingen ten tiefs gezien omdat het in verband wordt gebracht met aanzien van videokunst, dan moeten we ook constate- populisme. Let wel, echter, je kunt de wereld niet meer ren dat die niet waar gemaakt zijn. Dat geldt ook voor besturen zonder mensen gelijke condities te geven. wat Bertolt Brecht van de radio verwachtte. Maar het Internet is een fantastisch middel om dat te bereiken. zender/ontvanger-idee werkt wel op internet, omdat

172 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 173

er geen gespecialiseerde kennis nodig is. Hier is infor- aspect. Slechts een klein deel van de internetkunst richt matieverstrekking gedemocratiseerd, veelal ook gratis. zich op de commerciële kant, msn, chatsites, zoals Dat lag bij de videokunst anders. Wat Gerri Schum destijds een klein deel van de videokunst zich richtte op [die in 1968 een Televisiegalerie startte en met Land de tv als massamedium. Het gebied is zoveel groter: Art, Video en Conceptuele Kunstenaars ‘kunst’ op de verhalennetwerken, culture jamming, databasekunst, televisie produceerde, MvM] wilde, kunst op televisie activisme, alternative games, generative images... of televisiekunst, is niet echt gelukt. Op het moment Interessant is dat het internet niet een alternatieve dat kunst op de buis kwam, sliep iedereen. Ik denk dat tweede wereld heeft opgeleverd, maar dat het steeds er nu toch veel meer mogelijk is. Als ik mijn hele gedi- meer verbonden, verstrikt en vermengd is geraakt met de gitaliseerde collectie op breedband kon tonen, dan zou dagelijkse realiteit en dat zal alleen maar toenemen. Het ik de hele wereld onze kunstwerken op een kwalitatief is razend interessant om daar kunst mee en over te ma- goede manier kunnen laten zien. ken. Daarnaast zie je ook dat de computer het gereed- Altena: Vanuit de kunst geredeneerd is het logisch schap is geworden waarmee je dingen maakt. Je maakt er om de vergelijking tussen video en internet te maken, software mee, je bouwt je eigen microcontroller, je maar we moeten wel bedenken dat de maatschappij als knoopt technologie aan elkaar. Dat is de cultuur van nu. geheel door internet getransformeerd is. Op de vraag ‘hoe sterk is het sociale gezicht van kunstprojecten in de wereld’ is geen antwoord te ge- Hoe sterk is het sociale gezicht van aan het internet ven. Ja, er zijn heel sociaal gerichte projecten, er zijn gerelateerde projecten? Kunnen jullie aangeven welke ook heel esthetische projecten. Het is veel interessanter betekenissen die projecten hebben of mogelijk in de om te kijken tot wat voor transformaties op sociaal en toekomst zullen krijgen? economisch gebied het internet leidt. Samenwerking, Altena: Vandaag de dag zie ik het internet als de be- informatie delen volgens een open source-model, soft- langrijkste publicatieruimte überhaupt, een dagelijkse ware ontwikkelen, file-sharing. Je bent continu een en alledaagse communicatieruimte. Zoals er kunste- node in het netwerk, en daarin functioneer je alleen als naars zijn die werk maakten voor de wereld van het je meedoet. Voor wie wil, is het internet nog altijd ook drukwerk, zijn er nu kunstenaars die werk maken voor, een publieke ruimte of als zodanig te claimen. met, op, tegen, onder het internet. Kunst die daarbij specifiek gericht is op het internet en het dus niet ge- Internet speelt een belangrijke rol in ontwikkelings- bruikt als distributie- en publicatieruimte, is maar één organisaties als Sarai in New Delhi. Binnen de kunst is

173 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 174

interesse voor hun projecten en dat is wederzijds. Ze kunnen worden? We denken hierbij haast automatisch zoeken daar naar nieuwe manieren om te communiceren. aan de communicatie met een doelgroep of een publiek, Men wil bepaalde denkpatronen doorbreken ten aanzien aan educatie en onderricht. van de verhouding tot de moderne wereld of juist de derde Mulder: v2-kunst kan niet beoordeeld worden op wereld. Er zit zeker een cultuurkritische kant aan ten marktwerking, want die is nihil, niet omdat we de opzichte van het gewone denken over ontwikkeling van markt niet interessant vinden, want die interesseert derdewereldlanden. Zijn dit soort projecten marginaal? ons wel degelijk als het om globaliseringsprocessen Altena: Nee, niet marginaal. Sarai is natuurlijk een gaat, maar omdat het ons om kunst en reflectie gaat. denktank, daar worden ideeën ontwikkeld, ze gebrui- Kwaliteit is een politiek begrip over de inhoud waar- ken kunst daarvoor, ze gebruiken theorie daarvoor. van voortdurend gediscussieerd en gestreden dient te Maar is dat kunst of is dat development? worden. Zeggen dat het een begrip van het andere Mulder: Maar als je het bijvoorbeeld hebt over de kamp is, is de moed bij voorbaat opgeven. Kwaliteit is emancipatie van de Marokkaanse jongeren in Neder- echter wel een begrip dat telkens weer een specifieke, land, dan heb je het over internet. op een bepaald medium en een bepaald mediumge- bruik toepasbare betekenis moet worden gegeven. Dit interview wordt gepubliceerd in een jaarboek dat een bijdrage wil leveren aan een sociaal-democratische Wat is het publiek van V2, het NIM en Mediamatic? Wel- visie op de cultuur, de cultuurpolitiek en het cul- ke verantwoordelijkheid hebben deze instellingen volgens tuurbeleid. Wat hieronder verstaan moet worden, is niet jullie ten opzichte van het publiek? eenduidig, maar dat zal niet verbazen. Het jaarboek Mulder: v2 richt zich enerzijds op mensen binnen ons heeft echter als centrale vraag óf een sociaal- veld, die niet alleen op de hoogte moeten worden ge- democratische cultuurpolitiek zelfs maar wel mogelijk is houden van de lopende ontwikkelingen, maar aan wie en hoe die eruit zou moeten zien. Staat de sociaal- ook de kans moet worden geboden daar zelf een bij- democratische benadering haaks op het liberale drage aan te leveren. Anderzijds op een meer algemeen uitgangspunt van marktwerking? Is de kwaliteitseis iets publiek dat zich bewust is van de doordringende rol voor het andere politieke kamp? Moeten sociaal- van nieuwe media in hun leven en daarop wenst te re- democratische waarden als participatie, pluriformiteit flecteren. Kunst is geen entertainment. Amusement is en cultuurspreiding herkenbaar zijn en hoe zou een op iets anders. Kunst is moeilijk, en dat moet zo blijven. die waarden georiënteerd beleid ten uitvoer gebracht

174 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 175

Altena: Het publiek van kunst is altijd iedereen en nie- ideaal, of beledigend is voor sommige groeperingen, mand. Daarmee bedoel ik dat kunstwerken in princi- mag een politicus niet afschrikken om een dergelijke pe voor iedereen bedoeld zijn, niet voor een exclusief visie te verdedigen. Kunst is geen entertainment en ze- groepje. Kunst is niet elitair. Golfen in de Verenigde ker niet alleen bestemd voor de rijken en intellectue- Emiraten is elitair. Tegelijk is kunst het gebied waarbij len. Participatie en pluriformiteit horen bij een demo- de makers zich nu eens niet laten leiden door markt- cratie, bij een bloeiende samenleving. Je moet stimule- onderzoek, door de vraag of er wel een doelgroep is. Je ren wat er uit de mensen zelf voortkomt, beginnend maakt gewoon kunst. Je doet het ook als niemand bij de basis: creatieve vakken op school, goedkope oe- komt kijken, maar je bent blij als de zaal vol zit. Daar- fenruimte voor wie muziek wil maken, gratis of ten- aan ontleent kunst haar kracht. minste goedkope musea. Ik kom zelf uit de lagere middenklasse, ik ben niet Ik ben het er overigens niet mee eens dat marktwer- opgevoed met kunst, maar mijn ouders gingen wel king en door de overheid ondersteunde kunst elkaar naar het Boijmans en het Kröller-Müller. Er is op zich zouden uitsluiten. De vrije markt zou zonder over- niks moeilijks aan een doek van Fontana, een video heidsregulering en ondersteuning niet werken. van Bill Viola of een muziekstuk van Xenakis. Je kunt Holtappels: Er is niet één markt, er zijn vele mark- gewoon je oren en ogen openzetten. Het gaat fout als ten. Behalve de consumentenmarkt is er ook de ken- je denkt dat je van alles móét weten om ervan te kun- nismarkt of de researchmarkt. Het zou een waanzinni- nen genieten. Daarom is het ook zo belangrijk dat je ge verarming zijn als alleen dat wordt aangeboden met een schoolklas naar het museum gaat. Daarom waar publiek op afkomt. moet je videokunst downloaden van het internet. Mulder: Je zou misschien de vraag anders moeten Daarom word ik ook zo boos als er weer iemand be- benaderen, politiek benaderen en zeggen: wat wil je weert dat kunst elitair of exclusief is. Kunst is dat niet. dat kunst doet met het volk? Dat heb ik ook een beetje Dat is overigens iets heel anders dan zeggen dat met mijn antwoord willen zeggen. Het is een uitdruk- kunst gemakkelijk is, of makkelijk verteerbaar, of king van de tijd, zegt Holtappels, en dat klopt, maar automatisch op grote bezoekersaantallen kan rekenen. het is ook een middel om over je eigen tijd te leren na- Je moet beseffen dat kunst belangrijk is voor een denken. Als je je daarvoor alleen van kranten en mas- samenleving. Dat zoiets complex is, bijvoorbeeld dat samedia bedient, dan krijg je onvoldoende afstand om je als sociaal-democraat ook kunst ondersteunt die qua die reflectie mogelijk te maken. Als je op z’n liberale inhoud tegengesteld is aan het sociaal-democratische toer zou zeggen: de markt zal het wel uitwijzen, dan

175 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 176

betekent dit dat je alle kritische geluiden de kop in- een verkeerde denkwijze. Ik ben het met Mulder eens: drukt. Want niemand wil kritiek horen. Horen dat het kunst maakt de wereld juist complexer, of juist over- goed gaat met Nederland is prettiger. zichtelijker. Kunst kan afstand tot de wereld creëren of een context scheppen waardoor je beter begrijpt wat je Waar zou de sociaal-democratie zich hard voor moeten aan het doen bent of moet doen. Het gaat primair om maken naar jullie mening? Willen we de twee socialisti- de culturele betekenis. sche bewindslieden van cultuur, Hedy d’Ancona en Rick Holtappels: Een voorbeeld van de instrumentele be- van der Ploeg, terug, of zeggen jullie: geef mij maar een nadering van kunst is ‘inclusion’, het tegenovergestel- LPF’er als Van Leeuwen? de van ‘exclusion’. Dat is het Angelsaksische of Ameri- Altena: Liever iemand met een idee over waarom kaanse model dat ervan uitgaat dat musea in achter- kunst belangrijk is voor de samenleving, meer is dan buurten een functie hebben. Het idee is dat burgers mooie plaatjes boven de bank, een gezellige avond of hierin participeren waardoor een nieuwe gemeenschap een goede belegging voor de toekomst. ontstaat, maar dat heeft niets met kunst van doen. Het Holtappels: Ik vind de ene partij niet per definitie heeft met aandacht te maken. Die rol kan een bedrijf beter dan de andere wat dit aangaat. Bij de pvda was ook spelen. en is er altijd het risico dat men kunst wil gebruiken als voertuig waarvoor het bij voorbaat, denk ik, niet in De drie instellingen worden gesubsidieerd door de over- eerste instantie bedoeld is. Kunst is geen instrument heid. Mediamatic wordt als een ondersteunende instelling voor participatie en emancipatie, hoewel ze er natuur- aangemerkt, maar is voor een belangrijk deel een instel- lijk wel toe kan bijdragen. Kunst is er evenmin voor ling met producerende taken. Mijn indruk is dat er bij de om minderheden met de rest van de samenleving te la- Raad voor Cultuur een uitgesproken positief oordeel is ten participeren. over de drie instellingen. Ten tijde van de vorige cultuur- nota is de raad ten aanzien van V2 nogal sturend opgetre- Zijn jullie het daarmee eens? Ik kan me voorstellen dat er den, maar ook hier vanuit een positieve grondhouding. voorbeelden te bedenken zijn waar kunst een heel goed Wat mogen we concluderen? Nederlandse instellingen middel is geweest. doen het goed op het gebied van de nieuwe media? (Ik zou Altena: Nee, wat Holtappels zegt, sluit niet uit dat dan ook nog de Waag moeten noemen en het instellen van kunst soms wel als een middel functioneert. Maar er- een Virtueel Platform waarin de genoemde instellingen van uitgaan dat dát de functie van kunst zou zijn, is participeren.) Of stellen we vast dat de Raad er zeer van is

176 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 177

doordrongen dat de nieuwe media de volledige steun van eCultuur. Afsluitend kun je zeggen dat de Raad inder- de overheid behoeven? daad doordrongen is van het belang van eCultuur, Holtappels: Nadat Van der Ploeg staatssecretaris van maar niet genoeg zicht heeft op de kunst daarbinnen. Cultuur werd, kwamen er heel wat vragen van de kant van ocw in de zin van: we hebben geen verstand van Door meerdere personen, ook enkelen die aan dit nieuwe media, school ons bij. De Raad voor Cultuur is jaarboek meewerken, wordt geconstateerd dat voor de steeds meer de complexiteit van de nieuwe media en di- legitimering van het kunstbeleid steeds vaker, of voor de gitalisering gaan inzien. Men kwam ook tot het inzicht zoveelste keer naar sociaal-politieke argumenten wordt dat het terrein breder is dan het veld van de kunst. gegrepen in plaats van naar inhoudelijk artistieke argumenten en dat publiekscijfers steeds belangrijker Men is dus overtuigd door wat jullie konden laten zien, gevonden worden. Merken jullie dat ook of speelt dit niet jullie know how en visie. zo op het terrein van eCultuur? Of zeggen jullie: we zijn Mulder: Over eCultuur bestonden veel misverstan- te veel gefocust op experiment en ontwikkeling om ons den. Bij de vorige cultuurnota was er een speciale pot over artisticiteit druk te moeten maken? voor, die is nu afgeschaft. Michiel Schwartz heeft Altena: Volgens mij, maar nu spreek ik niet als ver- destijds een boekje over eCultuur geschreven en het tegenwoordiger van Mediamatic maar voor mezelf, ministerie heeft een studiedag georganiseerd, waar- kun je sociaal-politieke argumenten en inhoudelijk ar- voor v2 en de Waag aanvankelijk niet eens waren uit- tistieke nooit volledig loskoppelen. Iets alleen beoor- genodigd. Op die dag bleek men over eCultuur te den- delen op artistieke inhoud? Wat is dat dan, die puur ken als iets facilitairs, websites maken bijvoorbeeld. artistieke inhoud? En als die bestaat, waarom is die Het Rijksmuseum moest nodig zijn collectie digitali- dan zo belangrijk dat hij ondersteund moet worden? seren en ontsluiten, de Avro kon via websites luiste- Ik vind kunst en cultuur een zeer waardevol gebied dat raars bij haar radioprogramma’s betrekken. Het idee vanuit zichzelf openstaat voor iedereen, wat niet wil dat eCultuur iets met kunst te maken had, was niet zeggen dat iedereen erin geïnteresseerd moet zijn. Wat aangekomen. Medy van der Laan meende dat v2 en de ik jammer vind, is dat het stimuleren van kunst tegen- Waag de taak binnen eCultuur op zich konden nemen woordig alleen vertaald kan worden in publiekscijfers. om de te subsidiëren websites er leuk uit te laten zien. Je moet kunnen aangeven waarom het belangrijk is dat Daarop heeft v2 zelf een studiedag georganiseerd om er kunst is, zoals het ook belangrijk is dat mensen leren te laten zien wat voor kunst er gemaakt wordt binnen schrijven. Culturele waarde vertaalt zich niet alleen in

177 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 178

Gravicells, Seiko Mikami en Sota Ichikawap © seiko mikami en sota ichikawap

publiekscijfers, evenmin is een goed bezochte com- het oude tpg-gebouw met sms keywords naar de web- merciële tentoonstelling per definitie een slechte ten- site van Flickr stuurde, een website waarop honderd- toonstelling. Experiment of focussen op nieuwe din- duizenden hun foto’s publiceren, en zo de keuze van gen is ook helemaal niet het tegenovergestelde van pu- de beelden bepaalde. Experimenteel? Misschien. Maar blieksvriendelijkheid. Neem de Flickr-performances ook iets wat iedereen snapt, tenminste iedereen die van onlangs, waarbij het publiek van Restaurant 11 in zijn mobiele telefoon gebruikt en digitale foto’s maakt.

178 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 179

Mulder: In de vorige cultuurnota-ronde heeft de Raad tentoonstellingen, snapt welke werken goed zijn en voor Cultuur gezegd dat v2 zich vooral op onderzoek welke minder. Daar ligt ook een educatieve taak, die dient te richten en niet op publiekspresentaties. v2 we steeds meer aan het invullen zijn door het geven werd daarom ook niet beoordeeld op haar publieksbe- van rondleidingen en lessen aan leerlingen. reik en het presentatiebudget werd wegbezuinigd. Toch waren we het niet eens met de stelling dat pu- We hebben een Raad voor Cultuur en geen Raad voor de bliek voor v2 niet belangrijk is. Omdat het bij ons om Kunst meer. Er is een eCultuurnota geschreven. Hoewel interactieve kunst gaat, is het publiek per definitie be- er nog steeds op tal van terreinen gesproken wordt over langrijk, want zonder de interactie met het publiek be- kunst én cultuur, schrijft de redactie van dit jaarboek in staat ons soort kunst niet eens. Publiekspresentaties de inleiding dat ‘de afbakening van kunst ten opzichte zijn nodig, niet alleen om de interactieve kunst die op van andere uitingen van cultuur in een postmoder- het lab wordt geproduceerd te testen, maar ook om- nistisch wereldbeeld wordt losgelaten’. Toch zou ik de rol dat wij graag goed interactief werk laten zien, als een van kunstenaars er even uit willen uit lichten. van de weinige plekken waar dat kan gebeuren. Holtappels: Ik vind dat onderscheid tussen kunst en Daarbij heeft v2 twee soorten publiek: enerzijds een cultuur lastig. De raad heeft daarover ook heel lang ge- publiek van makers en professioneel betrokkenen, zeurd. Voor mij is alleen een antropologisch cultuur- voor wie workshops en expertmeetings worden geor- begrip relevant. Cultuur is de omgeving die door men- ganiseerd, anderzijds een breder publiek dat met een sen is gemaakt. En daar hoort kunst bij. Een heel klein internationale manifestatie als deaf en sommige pu- gebied in verhouding tot de rest. Interactie is funda- bliekspresentaties wordt aangesproken. Eigenlijk moet menteel, want anders beland je in een reservaat als de v2 per activiteit naar het bijpassende publiek zoeken: indianen. Sommigen mogen dan zeggen: ‘Kunst is soms zit de zaal vol met architecten, dan weer met zo’n gesloten bolwerk’, maar dat geldt evenzeer voor kunststudenten, dan weer met interaction designers de wetenschap. Daar gaat het niet om. Waar het wel enzovoort. om gaat, is of ze een gezonde interactie met hun omge- Artisticiteit en artistieke argumenten zijn hoogst be- ving aangaan. Dat moet de overheid zeker in de gaten langrijk voor v2. Goede interactieve kunst is zeldzaam houden. en het is altijd weer schitterend als het iemand of een groep lukt om een goed werk neer te zetten. Wel is het Werkt het huidige systeem nog wel met een Raad voor de vraag of een algemener publiek, zoals op de deaf- Cultuur die eens in de vier jaar met een nota komt,

179 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 180

waaraan de minister zich veel of weinig gelegen laat lig- kozen voor transparantie en een democratische organi- gen en daarnaast een stelsel met fondsen die gezien hun satie, dat lijkt me een pre. Ik ben ook blij met het complexe procedures hebben geleid tot veel bureaucrati- fondsenstelsel. Dat maakt dat we heel wat vangnetten sche rompslomp, vaak tot het aanstellen van medewerkers hebben. die zich uitsluitend met het aanvragen van subsidies be- zighouden? Moet dit niet teruggedraaid worden? Zien Denken jullie dat via de nieuwe media en de kunstenaars jullie alternatieven, bijvoorbeeld modellen die in het bui- die daarmee werken, onze massacultuur nog te beïn- tenland gevolgd worden? vloeden zal zijn? Mogen we ons nog illusies maken dat op Holtappels: Ik weet niet of we beter af zouden zijn de televisie in de toekomst iets anders te zien zal zijn dan zonder een Raad voor Cultuur. Het probleem is eerder tell-sales, weerberichten, postcodeloterijen de onvoldoende betrokkenheid van de Tweede Kamer en lingo’s? en de politiek in het algemeen. Er zouden van die kant Mulder: Zolang het Stimuleringsfonds Nederlandse best wat meer issues ingebracht mogen worden, zon- Culturele Omroepproducties bestaat, zal er ongetwij- der dat ze direct zelf kunstwerken gaan selecteren. Het feld nog wel iets beters te zien zijn dan al die zich snel is niet goed dat kunst zo in een vrije ruimte zweeft. terugverdienende tv-formats, maar zoals ik eens ie- Duitse of Engelse modellen zijn niet per se beter dan mand hoorde opmerken: vermoedelijk sterven de pu- het onze. Het nadeel van het Duitse model, dat met blieke omroepen tegelijk met hun doelgroep uit, te veel particulier geld werkt, is dat je nooit een juridi- weten de babyboomgeneratie. Jongeren zitten liever sche procedure kunt voeren. Hier slaat het overigens op internet en gamen, zij houden kortom van interac- weer naar de andere kant door: men dreigt al te snel tieve media in plaats van eenrichtingsmedia. Op dit naar een rechter te stappen. moment is video groot in de musea omdat de huidige generatie museumbezoekers is opgegroeid met film en Het Engelse voorbeeld wordt vaak een beter voorbeeld tv en dus van harte bereid is tot enige reflectie op de genoemd. media waardoor ze hun bewustzijn en wereldbeeld Holtappels: Tja, ik weet niet of dat veel beter is. Daar hebben laten vormen in een tijd dat ze daar nog hele- zitten ook commissies tussen en volgens mij wordt er maal open voor stonden. Over twintig jaar is de huidi- ook heel veel geklaagd door mensen die geen financie- ge generatie gamers toe aan museumbezoek voor de ring gekregen hebben. Nederland heeft, misschien om nodige reflectie over hoe zij hun bewustzijn hebben la- de consensus in de maatschappij te bewaren, altijd ge- ten vormgeven, dus tegen die tijd is interactieve kunst

180 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 181

hot. Het is daarom een goed idee die kunst nu tot ont- staat zijn heel heldere interactieve werken te maken die wikkeling te brengen. Videokunst had ook wat decen- de jeugd direct aanspreken en ook tot reflectie dwin- nia nodig voordat ze museumfähig werd. gen. Goede museumkunst doet altijd beide. Misschien Je kunt ook denken dat het museum helemaal zal is het niet zo erg als tv steeds dommer wordt, als het verdwijnen, maar dat geloof ik niet: er is al zo ver- publiek dan maar wat tv-bestendiger wordt dan dege- schrikkelijk veel geld in geïnvesteerd dat niemand be- nen die nu nog kijken (het instabiele electoraat en der- reid zal zijn tot een dergelijke kapitaalvernietiging. gelijke). En als er niemand meer kijkt, is er weer tijd Het museum zal voor kunst een belangrijke rol blijven voor een goed boek, want dat is een medium dat nog spelen, en dus ook voor de interactieve kunst. Je ziet eeuwen meegaat, al leert het je weinig over de interac- nu jongere en soms ook oudere kunstenaars die in tieve ervaringen.

181 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 182 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 183

Personalia

Hans Blokland (1960) studeerde politieke weten- Edwin Jacobs (1960) studeerde aan de Academie voor schappen en promoveerde in de sociale en politieke Beeldende Vorming te Tilburg. In 2000 werd hij direc- filosofie. Hij was fellow van de Koninklijke Neder- teur van het Museum Jan Cunen in Oss waaraan hij landse Akademie van Wetenschappen en onder meer vanaf 1994 verbonden was als conservator. In die peri- verbonden aan Yale University. Tot zijn recente publi- ode ontwikkelde hij projecten en tentoonstellingen op caties behoren Wegen naar vrijheid: Autonomie, eman- het gebied van oude en nieuwe kunst, die vooral op- cipatie en cultuur in de westerse wereld (1995), Publiek vielen door hun educatieve benadering. gezocht (1997), De modernisering en haar politieke ge- volgen (2001) en Pluralisme, democratie & politieke ken- nis (2005). Hij leidt een teruggetrokken bestaan in Pim van Klink (1952) studeerde af als algemeen eco- Midden-Europa. noom op de relatie tussen kunst en economie. Na en- kele jaren op het ministerie van wvc gewerkt te heb- ben, werd hij directeur van de theaters te Groningen en S.J. Doorman studeerde logica, grondslagenonderzoek vervolgens algemeen directeur kunst en cultuur in deze van de wiskunde en natuurfilosofie. Hij was lector we- stad. Sinds 1998 werkt hij als zelfstandig interimmana- tenschapsfilosofie aan de Technische Universiteit Eind- ger en adviseur in de kunstensector. Van Klink promo- hoven en hoogleraar algemene filosofie aan de Techni- veerde in het najaar van 2005 op de kunsteconomie. sche Universiteit Delft. Hij was regisseur van het stu- dententoneel in Eindhoven, voorzitter van de stichtingen Eigentijdse Dans en Theater Terzijde, direc- Simon B. Kool is tentoonstellingsmaker, part time- teur van de vpro, voorzitter van het Sweelinck Conser- docent beroepspraktijk Post-St. Joost Fotografie, Breda vatorium en voorzitter van de Vereniging voor Kunst- en medestichter van Fotobureau Hollandse Hoogte. zinnige Vorming. Doorman is thans met emeritaat.

183 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 184

Marga van Mechelen is verbonden aan de Universiteit Jan Riezenkamp (1944) studeerde af als fiscaal eco- van Amsterdam. Zij doet onderzoek naar ‘de oude noom op het onderwerp kunstsubsidies. Op 28-jarige nieuwe media’ (video, installatie en performance- leeftijd werd hij wethouder voor de pvda in Rotter- kunst). Over een instelling die op dit terrein baakbre- dam. Naast financiën en havenzaken beheerde hij ook kend werk heeft verricht, Stichting De Appel, heeft zij gedurende een periode de kunstportefeuille. Na tien een omvangrijke monografie geschreven die binnen- jaar maakte hij de overstap naar het Ministerie van kort zal verschijnen. Recentelijk is zij van start gegaan crm/wvc waar hij, na een periode als plaatsvervan- met een onderzoek naar de rol die netwerken als ge- gend secretaris-generaal, van 1984 tot 2004 de functie volg van globaliseringprocessen spelen in de contem- van directeur-generaal culturele zaken vervulde. Sinds poraine kunstpraktijk. zijn vertrek op het Ministerie van ocw bekleedt hij en- kele bestuursfuncties in de culturele sector, waaronder het voorzitterschap van de Amsterdamse Kunstraad. Jacqueline Oskamp (1964) studeerde politieke weten- schappen aan de Universiteit van Amsterdam. Sinds 1989 is zij werkzaam als freelance muziekjournalist en Cas Smithuijsen (1949) studeerde sociologie aan de schreef onder andere voor De Groene Amsterdammer Universiteit van Amsterdam. Daarna was hij mede- en de Volkskrant. Tegenwoordig is zij vaste medewerker werker van de Federatie van Kunstenaarsverenigingen van Vrij Nederland. In 2003 publiceerde zij bij Mets & en algemeen secretaris van de Amsterdamse Kunst- Schilt de interviewbundel Radicaal gewoon – bestaat er raad. Thans is hij directeur van de Boekmanstichting, zoiets als Nederlandse muziek? studiecentrum voor kunst, cultuur en beleid, alwaar hij het initiatief nam voor het Boekmancahier, tijd- schrift voor kunst- en cultuurbeleid en voor de publica- Els van der Plas (1960) is sinds 1997 directeur van het tiereeks Boekmanstudies. Hij heeft een groot aantal Prins Claus Fonds voor Cultuur en Ontwikkeling. Zij artikelen over kunst- en cultuurbeleid op zijn naam was oprichter en directeur van de Gate Foundation staan. Sinds 1994 is Smithuijsen ook op internationaal (1987-1997), een organisatie die de interculturele uit- terrein actief en was hij betrokken bij de organisatie wisseling van niet-westerse hedendaagse kunsten sti- van een aantal conferenties, onder meer als bestuurslid muleert. Ze is curator, kunstcriticus en organisator van van circle (Cultural Information and Research Cen- vele culturele evenementen. tres Liaison in Europe). Ten behoeve van de circle-

184 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 185

conferentie in Helsinki (augustus 2006) bereidt hij momenteel met de Universiteit Maastricht een publi- catie voor over de effecten van wto-regelgeving op cultuur.

185 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 186 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 187

Personenregister

Aarsman, H. 102, 112, 113 Bourdieu, P. 52, 53, 57, 80 Adelmund, K. 88, 89 Brandt Corstius, H. 34, 127 Adorno, Th. 78 Brecht, B. 172 Adriaansens, A. 165 Breukel, K. 100 Agata, A. d’ 103 Brinkman, E. 24, 34, 74, 125, 126, 127, 130, 131, 135, 136, 159, Aksu, S. 154 160 Alberti, Batista 141 Broek, A. van de 15, 34, 79 Alembert, J. d’ 141 Broekhuis, T. 106 Ali B. 155 Brouwer, J. 165 Alphen, O. van 100 Bussemaker, J. 90 Altena, A. 6, 165- 177 Ancona, H. d’ 9, 14, 25, 74, 125, 126-131, 134-136, 147, 150, 159, Cals, J. 134 176 Campert, R. 163 Aristoteles 140, 143, 146 Carmiggelt, S. 75 Coëlho, R. 165, 166 Balkenende, J.P. 17, 18, 30, 89, 90, 163 Collins, R. 149 Bank, J. 10, 152 Corner, R. 104, 122, 123 Belliot, H. 27, 161 Crone, W. 101, 102 Ben Ali, R. 149 Benali, A. 93, 149 Damasio, A. 142, 146 Bennekom, K. van 100 Davies, J. 103 Benschop, D. 90 Dekker, S. 155 Besnyö, E. 100 Deleuze, G. 165 Bevers, T. 52, 57, 84 Denderen, A. van 100, 110, 111 Boekman, E. 9, 15, 23, 34 Diepraam, W. 100 Borghouts, H. 104, 106 Dis, A. van 93 Borsato, M. 155 Dittrich, B. 91, 136 Bos, T. 102 Divendal, L. 102, 120, 121 Bos, W. 90 Donker, J. 81 Bot, B. 151 Dworkin, R. 83

187 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 188

Eckhart, F. 187 Kando, A. 100 Eekelen, A. van 100, 103 Kautsky, K. 9 Elsken, E. van der 100 Khaled, C. 154 Enquist, A. 80 Klein, A. 100 Erasmus, D. 71, 152 Knoop, R. 60 Koch, P. 102 Faber, G. 93 Kok, W. 93, 94, 128 Fleming, D. 63, 70 Komrij, G. 34, 144 Fontana, L. 175 Kramer, L. 101 Fortuyn, P. 12, 17, 30, 33, 147, 152 Kroon, E. 100 Francesca, Piero della 141 Franke, H. 78, 84 Laan, M. van der 7, 18, 25, 28, 59, 75, 91, 125, 127, 131, 133, 160, Freudenthal, H. 138 177 Fuchs, R. 11, 15 Laermans, R. 77 Lammers, H. 100 Gabriel, U. 171 Landini, Christoforo 00 Ganzeboom, H. 53, 57 Leerling, J. 61 Gerritsen, R. 101 Leeuw, G. van der 14, 20, 135, 136 Ghiberti, Lorenzo 141 Leeuwen, C. van 17, 18, 176 Gielen, J. 33, 134 Lieftinck, P. 135 Gogh, T. van 147, 156 Linthorst, J. 161 Graevenitz, A. von 63, 70 Lohuizen, K. van 100 Grauw, P. de 155 Louw, A. van der 125 Guattari, F. 165 Low, M. 100

Haan, J. de 34, 79 Mannheim, K. 56 Hazes, A. 79 Maris, C.W. 82, 83, 84, 85 Hendriks, T. 102 Meer, H. van der 102, 114, 115 Herfkens, E. 90 Melkert, A. 90, 93, 94, 136 Hermans, L. 89 Mes, W. 102 Hofstra, P. 93 Mikami, S. 171, 178 Holtappels, H. 6, 165-180 Minnaert, M.J.G. 143 Houweling, J. van 100 Moesman, H. 102 Huibers, R. 102 Mulder, A. 6, 165-180

Jian, C. 154 N’Dour, Y. 155 Jong, W. de 100 Napel, A. ten 100 Jowell, T. 11 Netelenbos, T. 93 Nicolaï, A. 162 Kalma, P. 11, 15, 33 Niehaus, H. 102

188 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 189

Nienhuis, B. 101 Scholten, H. 103 Niessen, F. 133 Scholten van Aschat, G. 8, 15 Nuis, A. 75, 125, 127, 131 Schönberg, A. 139 Schum, G. 173 Palm, N. de 149 Schwarz, M. 189 Panhuysen, D. 101 Scruton, R. 83, 85 Pejic, M. 100 Shakespeare, W. 144 Petersen, A. 103 Smeele, H. 102 Pfeiffer, I.L. 80 Stultiëns, A. 102 Platel, A. 79 Swaan, A. de 78, 84 Plato 37, 141, 146 Polke, S. 170 Talens, M. 100 Posthuma de Boer, E. 101 Thorbecke, J.R. 129, 130, 136, 150 Pronk, J. 88, 93, 94 Toussaint, D. 100 Proust, M. 84, 85 Uyl, J.M. den 21, 22, 33, 57, 129, 146 Querido, E. 74 Veen, G. van der 100 Racine, J. 82 Veld-Langeveld, H.M. in ’t 73 Ramdas, A. 149 Verdaasdonk, H. 52, 53, 57 Rekvelt, K. 52, 53, 57 Verdonk, R. 18, 155 Rembrandt 152 Versnel, J. 100 Reve, G. 75 Viola, B. 175 Ridder, M. de 102 Vroom, W. 101 Rijnders, G. 82 Roodenburg, L. 105, 106 Wallage, J. 189 Rooy, F. de 149 Weber, M. 56 Rooy, P. de 10, 29, 34, 152, 156 Wessels, J.M. 101 Rottenberg, F. 87, 160 Wessing, K. 100, 101, 107 Ruding, O. 127 Willis, P. 81 Ruiter, F. de 128 Wingerde, G. van 102 Ruiter, M. de 102 Rutten, F.J.Th. 125 Xenakis, Y. 175

Sanders, S. 149 Zuidema, T. 100 Scheffer, P. 149, 151, 152, 155, 156 Zwart, E. de 91 Schles, K. 103 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 190 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 191 JaarBoekWBS_05_def 24-11-2005 10:53 Pagina 192

isbn 90 5330 489 4 nur 754

© 2005 Wiardi Beckman Stichting, Amsterdam

kopijredactie Sjoerd de Jong

boekverzorging mms Grafisch Werk, Amsterdam

druk Haasbeek, Alphen aan den Rijn

www.metsenschilt.com www.wbs.nl