Nachtvlinders in De Broekstraat- Aan De Watergang

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Nachtvlinders in De Broekstraat- Aan De Watergang Sint-Gillis-Waas 2009 NACHTVLINDERS IN DE BROEKSTRAAT- AAN DE WATERGANG Macro –en Micro LepiDoptera Jaarverslag 2009 Samensteller: Dirk Baert 1 INLEIDING: Dit verslag geeft een overzicht van de resultaten verkregen door veldonderzoek naar het voorkomen van macro –en micronachtvlinders van een in de Broekstraat gelegen privé-tuin. OPZET ONDERZOEK EN DOELSTELLINGEN: Om een beter inzicht van de diversiteit te krijgen is een gestructureerd onderzoek noodzakelijk. Dit is mogelijk door elke week 1maal een nachtvlinderval op een vaste plaats te plaatsen en de gegevens te verzamelen. Dit is een statistisch verantwoorde methode en de verkregen resultaten kunnen dan vergeleken worden met die van de volgende jaren. Door deze opzet kunnen eventuele conclusies over bijvoorbeeld de diversiteit worden getrokken. Deze onderzoeken worden in samenwerking met Natuurpunt toegevoegd aan het “Nachtvlindermeetnet”. Met het nachtvlindermeetnet wil Natuurpunt lange tijdsreeksen opbouwen van (macro-) nachtvlinderwaarnemingen. Ook trachten ze na te gaan welke verschillen in soortendiversiteit er zijn tussen bijv. agrarische en natuurlijke landschappen. Hiervoor worden op heel wat locaties in Vlaanderen (veelal in tuinen)op regelmatige basis nachtvlinders gevangen op een gestandaardiseerde methode (met een skinnerval). Alle soorten worden nauwkeurig gedetermineerd, en met het precieze aantal genoteerd en ingevoerd. Een projectscherm op het invoerportaal waarnemingen.be fungeert hier als meldpunt. 2 GEBRUIKTE VANGMETHODEN: Als vlinderval wordt een Jacobs-skinnerval met een 125W HPL-lamp gebruikt. Deze val bestaat uit een kwikdamplamp met daaronder een trechter gevormd door twee schuine plexiglazenplaten. Onder de doorzichtige platen staan eierkartons zodat de vlinders er tot rust kunnen komen. RESULTATEN: Dit jaar werden de eerste waarnemingen pas vastgelegd in april. Het is de bedoeling de volgende jaren deze waarnemingen te starten van begin maart. Dit jaar werd er over een periode april – oktober, 27 waarnemingsdatum vastgelegd. Met als resultaat 3567 nachtvlinders. 176 soorten macronachtvlinders ( waarvan 5 zeldzame soorten ) - Bosbesbruintje ( Macaria brunneata ) - Sneeuwbeer ( Spilosoma urticae ) - Kajatehoutspanner ( Pelurga comitata ) - Koekoeksbloemspanner ( Perizoma affinitata ) - Paddenstoeluil ( Parascotia fuliginaria ) 3 67 soorten micronachtvlinders De waarnemingen werden vooral gericht op de macronachtvlinders, vandaar het lage micro nachtvlinders soortenaantal. Er waren ook een aantal bijvangsten: - meikever, zwarte doodgraver, zweefvliegen, vliegen, muggen, langpootmuggen, gaasvliegen, kokerjuffers, sluipwespen en andere keversoorten. VERVOLG VELDONDERZOEK: De gevolgde methodiek en bijhorende vangstresultaten geven een beter inzicht in de diversiteit in het gebied aan de watergang te Sint-Gillis-Waas. We zien de dit jaar waargenomen soorten rijkdom dan ook als basis voor verder onderzoek de volgende jaren. DANKWOORD: Mijn dank gaat uit naar Natuurpunt Waasland-Noord voor de aangeboden mogelijkheid om dit onderzoek naar nachtvlinders te kunnen bewerkstelligen. Dit via de aankoop van een Jacobs- Skinnerval. Ook bedank ik Hugo De Beuckeleer voor de opleiding en hulp bij het determineren en het maken van foto’s. GEBRUIKTE LITERATUUR: - Paul Waring en Martin Townsend Nachtvlinders: veldgids met alle in Nederland en België voorkomende soorten. - Website voor alle in Nederland voorkomende dagvlinders en macronachtvlinders: www. vlindernet.nl - Website voor alle in Nederland voorkomende micronachtvlinders: www.microlepidoptera.nl BIJLAGE: Lijst met macronachtvlinder waarnemingen Lijst met micro-nachtvlinderwaarnemingen 4 BIJLAGE: LIJST MET MACRO-NACHTVLINDER WAARNEMINGEN: - A W : aantal waarnemingen op 27 waarnemingsbeurten - A V : aantal vlinders in totaal Wetenschappelijke Nederlandse naam A W A V naam HEPIALIDAE WORTELBOORDERS 1 Triodia sylvina Oranje wortelboorder 3 4 COSSIDAE HOUTBOORDERS 2 Zeuzera pyrina Gestippelde houtvlinder 1 1 LASIOCAMPIDAE SPINNERS 3 Euthrix potatoria Rietvink 1 1 DREPANIDAE EENSTAARTEN 4 Drepana falcataria Berkeneenstaart 3 3 5 Thyatira batis Braamvlinder 1 1 6 Habrosyne pyritoides Vuursteenvlinder 1 2 GEOMETRIDAE SPANNERS 7 Ligdia adustata Aangebrande spanner 3 3 8 Campaea margaritata Appeltak 7 7 9 Eulithis mellinata Bessentakvlinder 1 1 10 Macaria brunneata Bosbesbruintje 1 3 11 Cabera exanthemata Bruine grijsbandspanner 12 18 12 Xanthorhoe spadicearia Bruine vierbandspanner 9 46 13 Macaria alternata Donker klaverblaadje 6 21 14 Lycia hirtaria Dunvlerkspanner 1 1 15 Idaea fuscovenosa Dwergstipspanner 2 5 16 Eupithecia absinthiata Egale dwergspanner 3 3 17 Eupithecia tantillaria Fijnspardwergspanner 1 1 18 Hydria undulata Gegolfde spanner 1 2 19 Xanthorhoe montanata Geoogde bandspanner 1 1 20 Lomaspilis marginata Gerande spanner 11 39 21 Macaria liturata Gerimpelde spanner 1 1 22 Camptogramma bilineata Gestreepte goudspanner 1 2 23 Epirrhoe alternata Gewone bandspanner 8 13 24 Eupithecia vulgata Gewone dwergspanner 2 3 25 Ectropis crepuscularia Gewone spikkelspanner 2 2 26 Idaea aversata Grijze stipspanner 6 28 5 27 Acasis viretata Groene blokspanner 1 1 28 Pasiphila rectangulata Groene dwergspanner 1 1 29 Opisthograptis luteolata Hagedoornvlinder 11 39 30 Perizoma alchemillata Hennepnetelspanner 8 43 31 Selenia dentaria Herculesje 3 4 32 Ennomos autumnaria Iepentakvlinder 1 1 33 Pelurga comitata Kajatehoutspanner 2 2 34 Chiasmia clathrata Klaverspanner 4 4 35 Colostygia pectinataria Kleine groenbandspanner 2 2 36 Hemithea aestivaria Kleine zomervlinder 3 15 37 Perizoma affinitata Koekoeksbloemspanner 1 1 38 Xanthorhoe designata Koolbandspanner 2 2 39 Crocalis elinguaria Kortzuiger 3 5 40 Timandra comae Lieveling 8 14 41 Selenia lunularia Lindeherculesje 2 2 42 Ecliptopera silaceata Marmerspanner 12 25 43 Angerona prunaria Oranje iepentakvlinder 2 3 44 Idaea seriata Paardenbloemspanner 7 13 45 Biston betularia Peper-en zoutvlinder 3 4 46 Dysstroma truncata Schimmelspanner 3 3 47 Apeira syringaria Seringenvlinder 1 1 48 Peribatodes rhomboidaria Taxusspikkelspanner 14 53 49 Petrophora chlorosata Varenspanner 1 1 50 Chloroclystis v-ata V-dwergspanner 1 3 51 Xanthorhoe ferrugata Vierbandspanner 9 19 52 Idaea dimidiata Vlekstipspanner 7 16 53 Eupithecia abbreviata Voorjaarsdwergspanner 3 3 54 Cabera pusaria Witte grijsbandspanner 1 1 55 Lomographa temerata Witte schaduwspanner 4 4 56 Eupithecia succenturiata Witvlakdwergspanner 2 2 57 Xanthorhoe fluctuata Zwartbandspanner 12 20 58 Gymnoscelis rufifasciata Zwartkamdwergspanner 8 44 59 Eupithecia centaureata Zwartvlekdwergspaner 15 35 SPHINGIDAE PIJLSTAARTEN 60 Sphinx pinastri Dennenpijlstaart 1 1 61 Deilephila elpenor Groot avondrood 1 1 62 Sphinx ligustri Ligusterpijlstaart 1 1 63 Mimas tilae Lindepijlstaart 1 1 64 Smerinthus ocellatus Pauwoogpijlstaart 2 2 65 Laothoe populi Populierenpijlstaart 4 5 NOTODONTIDAE TANDVLINDERS 66 Pheosia gnoma Berkenbrandvlerkvlinder 1 1 67 Pheosia tremula Brandvlerkvlinder 10 16 68 Clostera curtula Bruine wapendrager 6 14 69 Notodonta dromedarius Dromedaris 1 1 70 Notodonta ziczac Kameeltje 1 1 6 71 Furcula furcula Kleine hermelijnvlinder 1 1 72 Ptilodon capucina Kroonvogeltje 1 1 73 Pterostoma palpina Snuitvlinder 6 6 74 Phalera bucephala Wapendrager 6 10 75 Cerura erminea Witte hermelijnvlinder 1 2 LYMANTRIIDAE DONSVLINDERS 76 Euproctis similis Donsvlinder 2 2 77 Calliteara pudibunda Meriansborstel 1 1 NOLIDAE VISSTAARTJES 78 Meganola albula Groot visstaartje 1 1 THAUMETOPOEIDAE PROCESSIERUPSVLINDERS 79 Thaumetopoea processionea Eikeprocessierups 1 1 ARCTIIDAE BEERVLINDERS 80 Eilema sororcula Geel beertje 3 4 81 Spilosoma lutea Gele tijger 7 69 82 Eilema griseola Glad beertje 2 3 83 Phragmatobia fuliginosa Kleine beer 7 32 84 Diaphora mendica Mendicabeer 7 14 85 Eilema depressa Naaldboombeertje 1 2 86 Tyria jacobaeae Sint-jacobsvlinder 3 3 87 Spilosoma urticae Sneeuwbeer 4 6 88 Spilosoma lubricipeda Witte tijger 12 107 89 Atolmis rubricollis Zwart beertje 1 1 NOCTUIDAE UILEN 90 Hydraecia micacea Aardappelstengelboorder 6 15 91 Phlogophora meticulosa Agaatvlinder 7 10 92 Mythimna pallens Bleke grasuil 4 6 93 Apamea lithoxylaea Bleke grasworteluil 2 4 94 Herminia grisealis Boogsnuituil 1 1 95 Noctua fimbriata Breedbandhuismoeder 3 3 96 Hypena proboscidalis Bruine snuituil 15 119 97 Abrostola triplasia Donker brandnetelkapje 10 13 98 Oligia latruncula Donker halmuiltje 1 5 99 Protodeltote pygarga Donkere marmeruil 3 4 100 Cryphia algae Donkergroene korstmosuil 1 2 101 Xestia triangulum Driehoekuil 3 8 102 Perigrapha munda Dubbelstip voorjaarsuil 2 2 103 Arenostola phragmitidis Egale rietboorder 2 2 104 Hoplodrina blanda Egale stofuil 9 26 105 Autographa gamma Gamma-uil 12 80 7 106 Oligia strigilis Gelobd halmuiltje 6 50 107 Agrotis clavis Geoogde worteluil 5 18 108 Macdunnoughia confusa Getekende gamma-uil 1 1 109 Diarsia mendica Gewone breedvleugeluil 12 159 110 Gewone grasuil Gewone grasuil 1 1 111 Hoplodrina octogenaria Gewone stofuil 7 77 112 Agrotis segetum Gewone velduil 11 26 113 Agrotis exclamationis Gewone worteluil 10 59 114 Plusia festucae Goudvenstertje 4 6 115 Lycophotia porphyrea Granietuil 1 1 116 Apamea monoglypha Graswortelvlinder 5 15 117 Apamea remissa Grauwe grasuil 1 1 118 Cucullia umbratica Grauwe monnik 1 2 119 Lacanobia oleracea Groente-uil 18 171 120 Agrotis ipsilon Grote worteluil 1 1 121 Ochropleura plecta Haarbos 21 175 122 Mesapamea secalis Halmrupsvlinder 6 38 123 Mesa.s / Mesa didyma Halmrupsvlinder/Weidehalmuiltje 7 31 124 Rhizedra lutosa Herfstrietboorder 2 3 125 Hypena rostralis Hopsnuituil 1 1
Recommended publications
  • Nachtvlinders En Micro's Grenspark Kalmthoutse Heide 2020
    Nachtvlinders en micro’s Grenspark Kalmthoutse Heide 2020 Guus Dekkers KNNV Roosendaal Nachtvlinders en micro’s van Grenspark Kalmthoutse Heide 2020 KNNV insectenwerkgroep Roosendaal Pagina 2 Nachtvlinders en micro’s van Grenspark Kalmthoutse Heide 2020 INHOUD 1. Voorwoord ...................................................................................................................................... 4 2. Gebied ............................................................................................................................................. 5 3. Project ............................................................................................................................................. 8 4. Werkwijze ....................................................................................................................................... 9 5. Resultaten 2020 ............................................................................................................................ 14 6. Resultaten t/m 2020 ..................................................................................................................... 20 7. Conclusie ....................................................................................................................................... 28 8. Geraadpleegde literatuur ............................................................................................................. 29 9. Bijlagen ........................................................................................................................................
    [Show full text]
  • Download PDF ( Final Version , 375Kb )
    14 Vergelijkend onderzoek van de macronachtvlinders (Lepidoptera) van enkele uiterwaarden nabij Dordrecht Ruud Vis Dik O. Visser TREFWOORDEN Macrolepidoptera, Heterocera, faunistiek, similarity index Entomologische Berichten 67 (1-2): 14-26 De macronachtvlinders van de uiterwaarden van Kop van het Land, nabij Dordrecht, zijn van 1987 tot en met 2004 onderzocht. Het gebied bestaat uit buitendijkse terreinen die regelmatig onderlopen en waarin weinig onderzoek is gedaan. De Kop van het Land is relatief rijk aan soorten. Enkele soorten zijn opmerkelijk voor dit gebied en deze worden afzonderlijk besproken. De faunistische overeenkomst tussen het onderzochte gebied en de Rhoonse Grienden en de Biesbosch wordt besproken. Mede op basis hiervan kan worden aangegeven welke soorten nog in de Kop van het Land kunnen worden verwacht. Inleiding In 1987 zijn we gestart met een waarnemingsreeks van macro- nachtvlinders (Heterocera, Macrolepidoptera) in de buitendijkse grienden bij de Kop van het Land te Dordrecht. Het is een dyna- misch gebied dat bij hoge waterstanden, vooral in de winter en het voorjaar, gedurende enkele weken gedeeltelijk onderloopt. Aangezien er weinig bekend is van de macronachtvlinders van uiterwaarden is een nadere beschouwing zinvol. Van enkele gebieden in de omgeving zijn ook gegevens van macronachtvlinders beschikbaar. In de Rhoonse Grienden heb- ben Elfferich et al. (sine anno) in de jaren 1995, 1997, 1998 en 1999 de macronachtvlinders geïnventariseerd en in de database van de Werkgroep Vlinderfaunistiek van Stichting European Inverte- brate Survey-Nederland (EIS-Nederland) zijn gegevens over de macronachtvlinders van de Biesbosch voorhanden. Gebied Het onderzochte terrein ligt langs de westoever van de Nieuwe Merwede en is aan de westzijde door een dijk afgesloten van het landbouwgebied van polder de Biesbosch.
    [Show full text]
  • Native Insects on Non-Native Plants in the Netherlands: Curiosities Or Common Practice?
    288 entomologische berichten 72 (6) 2012 Native insects on non-native plants in The Netherlands: curiosities or common practice? Kim Meijer Chris Smit Leo W. Beukeboom Menno Schilthuizen KEY WORDS Herbivorous insects, introduced plants, inventory, phytophagous insects Entomologische Berichten 72 (6): 288-293 In The Netherlands, close to 10% of all plant species occurring in natural habitats are non-native: species that were introduced from e.g. North America or Asia. Insect communities on non-native plants tend to get little attention from many (amateur) entomologists in The Netherlands for two main reasons. First, it is assumed that non-native plant species are not commonly used by herbivorous insects as host plants. Second, many entomologists consider insects associated with non-native plants of minor interest. Here, we give an overview of a large number (99) of native herbivorous insect species collected from non-native plant, clearly showing that non-native plants are used often as host plants. Introduction that species shifting to a novel environment (e.g., ecosystem or Non-native species can cause serious economic damage. In host) suffer less from natural enemies like predators, parasites, North America more than 50,000 species of plants, animals and herbivores and pathogens. Blossey & Nötzold (1995) suggested microbes have been introduced, causing an estimated $137 bil- the ‘Evolution of Increased Competitive Ability Hypothesis’ lion damage annually (Pimentel 2001). Furthermore, in many (EICA) as possible explanation of the success of non-native countries non-native species have a large effect on native spe- species. The EICA predicts that if plants escape from their her- cies and therefore also on the natural ecosystems in which bivores, they will allocate fewer resources to herbivore defence they occur.
    [Show full text]
  • Motýli (Lepidoptera) Vybraných Lokalit Klatovska
    ZÁPADOČESKÁ UNIVERZITA V PLZNI FAKULTA PEDAGOGICKÁ CENTRUM BIOLOGIE, GEOVĚD A ENVIGOGIKY Motýli (Lepidoptera) vybraných lokalit Klatovska BAKALÁŘSKÁ PRÁCE Lukáš Bešta Biologie se zaměřením na vzdělávání Vedoucí práce: Doc. RNDr. Michal Mergl, CSc. PLZEŇ 2017 0 Prohlášení Prohlašuji, že jsem svou bakalářskou práci s názvem Motýli (Lepidoptera) vybraných lokalit Klatovska vypracoval samostatně pod vedením doc. RNDr. Michala Mergla, CSc. s použitím literatury a dalších informačních pramenů citovaných v práci, jež jsou uvedeny v seznamu zdrojů. V Plzni dne: ..……………………………….... Vlastnoruční podpis Poděkování Rád bych poděkoval vedoucímu této práce doc. RNDr. Michalu Merglovi, CSc. za cené rady a konzultace, Ivu Těťálovi za zpřístupnění sbírek motýlů v Západočeském muzeu v Plzni a Mgr. Petru Heřmanovi za věcné připomínky, kontrolu věrohodnosti textového obsahu a revidování a determinaci obtížněji určitelných druhů. ABSTRAKT Tato bakalářská práce poskytuje soupis druhového spektra motýlí fauny na čtyřech lokalitách v okolí města Klatovy (Obr. 1) v jihozápadních Čechách. Konkrétně se jedná o lokality Křesťanský vršek, lesní komplex Bor, Zámkovská hora a lesní komplex u obce Hráz. Minoritně jsou zmiňovány i další lokality Klatovska, pokud nějak souvisejí s výskytem ochranářsky významných druhů motýlů, jež byly pozorovány na zájmových lokalitách. Soupis je vyhotoven z vlastních dat monitoringu motýlí fauny z období 2004 až 2016 a historických literárních a muzejních záznamů. Na daných čtyřech zájmových lokalitách bylo zjištěno 552 druhů motýlů náležejících
    [Show full text]
  • Elaboration D'une Liste D'espèces Déterminantes ZNIEFF D
    Rapport d'expertise Elaboration d’une liste d’espèces déterminantes ZNIEFF d’hétérocères (Lépidoptères) en Midi-Pyrénées De gauche à droite : Calamia tridens, Zygaena carniolica (photos D. Demerges) David DEMERGES Relecture : Samuel Danflous, Sylvain Déjean, Daniel Marc Octobre 2014 Document validé en CSRPN le 14/11/2014 CEN Midi-Pyrénées - 75, voie du TOEC BP 57611 - 31076 - Toulouse cedex 3 Tél. 05 81 60 81 90 - Fax. 05 81 60 81 91 - www.cen-mp.org Sommaire 1. INFORMATIONS PREALABLES 2 1.1. HISTORIQUE 2 1.2. LES ESPECES PRISES EN COMPTE : CHOIX DES FAMILLES ET REFERENTIEL 2 1.3. ETAT DES LIEUX 4 1.4. SOURCE DES DONNEES 5 1.5. VALIDATION DES DONNEES 6 1.6. EXPERTS CONSULTES 6 2. METHODOLOGIE 7 2.1. CADRE METHODOLOGIQUE ZNIEFF 7 2.2. DONNEES INSUFFISANTES (DD) 7 2.2.1. Cas particuliers (exceptions) 8 2.3. ESPECES INTRODUITES OU A CARACTERE MIGRATOIRE (INDIG) 9 2.4. NOTE DE RARETE REGIONALE 9 2.4.1. Coefficient de rareté 9 2.4.2. Indice de sténoécie 10 2.5. NOTE DE RESPONSABILITE REGIONALE 11 2.6. CROISEMENT DES ENJEUX : ATTRIBUTION DES NOTES ZNIEFF 11 2.7. ESPECES A STATUT SCAP 12 3. RESULTATS 13 4. BIBLIOGRAPHIE 17 5. ANNEXES 20 1 1. INFORMATIONS PREALABLES 1.1. HISTORIQUE La liste des espèces déterminantes de rhopalocères (« papillons de jour ») en Midi-Pyrénées a été réalisée en 2004 (Legal et al., 2004) puis révisée en 2007 (Demergès, 2007). Il n’existait pas jusqu’alors de liste d’espèces déterminantes d’hétérocères pour les ZNIEFF en Midi-Pyrénées.
    [Show full text]
  • Download PDF ( Final Version , 606Kb )
    natuurhistorisch maandblad oktober 2013 jaargang 102 | 10 229 Het 1000-soortenproject in Nationaal Park De Meinweg Ed Colijn, European Invertebrate Survey - Nederland, Postbus 9517, 2300 RA Leiden, e-mail: [email protected] In 2012 werd in Nationaal Park De Meinweg een zeer suc- ders en gewervelden waren op verschillende tijdstippen gedurende het jaar actief en leverden daarmee een belangrijke bijdrage aan de cesvol 1000-soortenproject gehouden. Tijdens diverse kennis over de biodiversiteit van de Meinweg. soortgroepgerichte excursies werd de biodiversiteit van Over eerdere activiteiten van diverse onderzoekers in het gebied op het gebied in beeld gebracht. In totaal werden 2967 soor- het gebied van biodiversiteit was voor de start van het 1000-soor- tenproject al veel gepubliceerd (zie bijvoorbeeld Vossen, 1985a, b; ten vastgesteld waarvan twee zelfs nieuw waren voor de Hermans & van Buggenum, 1986; Hermans, 1992; Akkermans & Boeren, Nederlandse flora en fauna. In de geschiedenis van het 1997; Vorst et al., 2000; Cuppen, 2000; Vorst & Cuppen, 2003; Boeren & van Asseldonk, 2008). Aan het gebied zijn recent bovendien di- 1000-soortenproject werd niet eerder een dergelijk hoog verse themanummers van het Natuurhistorisch Maandblad ge- aantal bereikt. Dit artikel vat de resultaten van het project wijd: Meinweg (december 1999), Biodiversiteit in Nationaal Park kort samen. De Meinweg. Deel 1 (juni 2007), Biodiversiteit in Nationaal Park De Meinweg. Deel 2 (juli 2007), Natuur in het Grenspark Maas-Swalm- Nette (oktober 2011), Herpetologisch onderzoek in Nationaal Park De Meinweg (oktober 2012) en Bijzondere gewervelde dieren in Na- het 1000-soortenproject tionaal Park De Meinweg (april 2013). In totaal waren tot 2012 reeds ongeveer 5500 soorten planten en dieren geregistreerd (persoonlij- Wat meer dan tien jaar geleden begon als een onregelmatig, door di- ke mededeling Ton Lenders).
    [Show full text]
  • ISTORICUL STUDIULUI NOCTUIDELOR (LEPIDOPTERA, NOCTUIDAE) ÎN REPUBLICA MOLDOVA Cristina ŢUGULEA, Valeriu DERJANSCHI Rezumat
    Cristina ŢUGULEA, Valeriu DERJANSCHI 59 ISTORICUL STUDIULUI NOCTUIDELOR (LEPIDOPTERA, NOCTUIDAE) ÎN REPUBLICA MOLDOVA Cristina ŢUGULEA, Valeriu DERJANSCHI Rezumat Este prezentată analiza bibliografică a cunoașterii lepidopterelor din familia Noctuidae de pe teritoriul Republicii Moldova și a prezenţei acestora în diferite liste faunistice, ediţii și articole știinţifice. S-a constatat că au fost înregistrate și menţionate în publicaţii până în prezent 409 specii de noctuide taxonomic încadrate în 14 subfamilii: Acontiinae – 5 specii, Acronictinae – 21, Amphipyrinae – 12, Bryophilinae – 10, Condicinae – 1, Cuculliinae – 23, Dilobinae – 1, Eustrotiinae – 5, Heliothinae – 10, Metoponiinae – 5, Noctuinae – 288, Oncocnemidinae – 5, Pantheinae – 1 și Plusiinae – 22 specii. Specia Euxoa recussa (Hübner 1817) este nouă pentru fauna Republicii Moldova. Cuvinte cheie: Noctuidae, lista faunistică, Republica Moldova Introducere Familia Noctuidae este una dintre cele mai mari familii din ordinul Lepidoptera. În fauna mondială sunt înregistrate aproximativ 25 000 specii de noctuide, iar în cea europeană – cca. 1450 specii. Noctuidele sunt fluturi de talie mijlocie, de obicei au anvergura aripilor cuprinsă între 3 și 5 cm, se disting prin corpul gros și culoritul predominant brun-cenușiu cu diverse pete caracteristice pe aripi. Dăunează în special plantelor ierboase, multe specii sunt catalogate la nivel mondial ca dăunători agricoli foarte periculoși [55]. În Republica Moldova au fost înregistrate 409 specii, unele din ele periodic aduc daune culturilor agricole, în spaţiile forestiere sau plantelor decorative. Materiale și metode Materialele care au servit pentru elaborarea acestei lucrări sunt volumele „Животный мир Молдавии” – culegeri de indici bibliografici din anii 1800-1917, 1917-1968 și 1969-1978 [62-64]. Articolele publicate între anii 1979-2000 au fost colectate din lucrarea bibliografică „Fauna și ecologia animalelor din Moldova” [12].
    [Show full text]
  • PVBS Annexes 6 À 9
    ANNEXE VI : LISTE DES ESPÈCES OBSERVÉES SUR LA COMMUNE DE CAYEUX-SUR- MER POUR LE TRONÇON 4 Liste des espèces nicheuses, hivernantes ou migratrices de la faune sauvage observées sur la commune de Cayeux-sur-Mer pour le Tronçon 4 Les espèces patrimoniales * Grive litorne (Turdus pilaris L.) : Menacé (en danger) - * Fulmar boréal (Fulmarus glacialis (L.)) : Menacé Assez rare - 2013 (vulnérable) - Très rare - 2010 Il s'agit des espèces rares (niveau rare, très rare, * Huîtrier pie (Haematopus ostralegus L.) : Menacé (en * Gobemouche noir (Ficedula hypoleuca (Pallas)) : Menacé exceptionnel) et/ou menacées (catégorie vulnérable, en danger, danger) - Très rare - 2015 (vulnérable) - Rare - 2013 en danger critique d'extinction, disparue) ou déterminantes de * Huppe fasciée (Upupa epops L.) : Menacé (en danger) - * Goéland brun (Larus fuscus L.) : Menacé (vulnérable) - ZNIEFF. Liste classée par niveau décroissant de menace. La Exceptionnel - 2010 Très rare - 2015 dernière année où l'espèce a été observée est précisée en fin de * Hypolaïs ictérine (Hippolais icterina (Vieillot)) : Menacé * Grèbe à cou noir (Podiceps nigricollis Brehm) : Menacé ligne. Lorsque plusieurs communes sont sélectionnées, l'année (en danger) - Rare - 2015 (vulnérable) - Très rare - 2015 est la plus récente toutes communes confondues. * Locustelle luscinioïde (Locustella luscinioides (Savi)) : * Moineau friquet (Passer montanus (L.)) : Menacé ATTENTION, 64 espèces considérées comme sensibles Menacé (en danger) - Rare - 2014 (vulnérable) - Assez commun - 2013 n'apparaissent
    [Show full text]
  • Artificial Light and Moth Biodiversity
    Journal of the Lundy Field Society, 7, 2020 ARTIFICIAL LIGHT AND MOTH BIODIVERSITY: A COMPARISON OF MOTH DIVERSITY ACROSS DIFFERENT HABITATS ON LUNDY TO INVESTIGATE THE EFFECT OF ARTIFICIAL LIGHT by STEPH FORD, PETER KIDD, KAY NASH AND ANGELINE RIETVELD College of Life and Environmental Sciences, University of Exeter, Exeter, EX4 4PY Corresponding authors, e-mail: [email protected]; [email protected]; [email protected]; [email protected] ABSTRACT Moths perform important roles within ecosystems. Behavioural responses to artificial light disrupt adaptive behaviours, causing population declines. Island populations can assess moth population attracted to artificial light, distinct from urbanisation. Here we present results from day counts of moth larvae and nocturnal Skinner light-traps from Lundy. Findings reveal a significant difference between moth population dynamics and species at differing locations. Overall, numbers of individuals and species caught with the UV-light trap were significantly greater than LED sources. These findings can be applied to potential artificial light changes on Lundy, as well as further changes throughout the United Kingdom. Keywords: Lundy, light-pollution, artificial light, moths INTRODUCTION The Earth is currently experiencing substantial biodiversity decline with extinction rates greatly exceeding the long-term average (May, 2010). Insects represent a vital component of terrestrial ecosystems and form a substantial proportion of terrestrial biodiversity (Conrad et al., 2006). They are under-represented in current assessments of biodiversity loss and our knowledge of insects lags behind that of vertebrates and plants (Fox et al., 2011). Common and widespread species undergo dramatic population changes that go largely undocumented, despite playing an important role in supporting the ecosystem (Conrad et al., 2006).
    [Show full text]
  • Výsledky Inventarizačního Průzkumu Motýlů (Lepidoptera) Lokality Kratochvílův Mlýn U Obce Číhalín (Kraj Vysočina)
    Acta rerum naturalium 4: 69–92, 2008 ISSN 1803-1587 Výsledky inventarizačního průzkumu motýlů (Lepidoptera) lokality Kratochvílův Mlýn u obce Číhalín (kraj Vysočina) Results of the research of butterfl ies and moths (Lepidoptera) of Kratochvílův Mlýn near Číhalín (Vysočina Region) IVO DVOŘÁK Vrchlického 29, CZ – 586 01 Jihlava; e-mail: [email protected] Abstract: The paper summarizes the results of lepidopteran faunal research in Kratochvílův Mlýn near Číhalín (Vysočina Region) in 2001–2006. The main method was portable light traps; additionally other methods were used. Light traps were installed at the rocky slope above the Jihlava river; charac- teristic habitats are thermophilic vegetation and deciduous forests, namely oak forests. A total of 600 species of butterfl ies and moths have been recorded, many of them being signifi cant for the study area. The records of some stenotopic species confi rm the well-preserved natural value of this locality. Key words: Lepidoptera, faunistics, Bohemian-Moravian Highlands ÚVOD severozápadně od obce Číhalín. Lokalita leží v nadmořské výšce 450 m a spadá do čtverce č. 6760 v rámci faunistic- Z hlediska motýlí fauny patří oblast severozápadního cípu kého síťového mapování (Pruner et Míka 1996); přesné třebíčského okresu v rámci Českomoravské vrchoviny (dále zeměpisné souřadnice jsou – 49°16‘29.838“ severní šířky, ČMV) doposud k nejméně probádaným územím (jedná se 15°46‘40.194“ východní délky. především o oblast širšího okolí obce Okříšky, tj. polygon Převládající potenciální přirozenou vegetací centrální Kněžice – Bransouze – Čechtín – Třebíč – Opatov). Důvodem a chladné části ČMV jsou květnaté a acidofi lní bučiny. tohoto nezájmu může být jednak zdánlivá neatraktivnost této Teplejší a klimaticky mírnější údolí řeky Jihlavy však na první pohled entomologicky chudé oblasti a také absence představuje vhodný prostor pro výskyt vegetace nižších místních entomologů.
    [Show full text]
  • Puni Tekst: Engleski
    Entomol. Croat. 2010. Vol. 14. Num. 3-4: 17-32 UDC 595.789 (497.6) ISSN 1330-6200 MOTHS (Lepidoptera: Heterocera) OF Kopački RIT Nature PARK - Results OF preliminary RESEARCH Goran VIGNJEVIĆ, Željko ZAHIROVIĆ, Nataša TURIĆ & Enrih MERDIĆ Department of Biology, J.J. Strossmayer University of Osijek, Trg Lj. Gaja 6, HR-31000 Osijek, Croatia (E-mail: [email protected]) Accepted: December 15th 2010 The aim of this study, which took place in Kopački rit Nature Park in Eastern Croatia from May 2008 to May 2009, was to create a list of species and to highlight both rare and typical moths. A UV-light was employed in a conventional Wilkinson trap to sample moths. Four traps were operated during the night twice a month on average. During the research, over 3000 moths were collected, and 201 species in 17 families were identified. Two moth families; Owlet moths (Noctuidae), with a total of 73 species and Geometer moths (Geometridae) with 56 species were the most diverse families. Within the collected material 6 rare wetland species were determined: Phragmataecia castaneae (Hübner, 1790), Thalera fimbrialis (Scopoli, 1763), Colobochyla salicalis (Denis & Schiffermüller, 1775), Nonagria typhae (Thunberg, 1784), Hemistola chrysoprasaria (Espero, 1794), and Idaea muricata (Hufnagel, 1767). Moths, Kopački rit, wetland species G. VIGNJEVIĆ, Ž. ZAHIROVIĆ, N. TURIĆ i E. MERDIĆ: Noćni leptiri (Lepidoptera: Heterocera) Parka prirode Kopački rit – rezultati preliminarnog istraživanja. Entomol. Croat. 2010., Vol. 14., Num. 3-4: 17-32. Ovo istraživanje napravljeno je na području Parka prirode Kopački rit (sjeveroistočna Hrvatska) radi izrade popisa vrsta te utvrđivanja rijetkih i karakterističnih močvarnih vrsta noćnih leptira ovog područja.
    [Show full text]
  • Mogelijkheden Voor Herstelbeheer in Hellingbossen Op Kalkrijke Bodem in Zuid-Limburg
    Mogelijkheden voor herstelbeheer in hellingbossen op kalkrijke bodem in Zuid-Limburg Resultaten praktijkproeven: omvorming van voormalig middenbos naar gevarieerd opgaand bos © 2016 VBNE, Vereniging van Bos- en Natuurterreineigenaren Rapport nr. 2016/OBN206-HE Driebergen, 2016 Deze publicatie is tot stand gekomen met een financiële bijdrage van BIJ12 en het Ministerie van Economische Zaken. Teksten mogen alleen worden overgenomen met bronvermelding. Deze uitgave kan schriftelijk of per e-mail worden besteld bij de VBNE onder vermelding van code 2016/OBN206-HE en het aantal exemplaren. Foto voorkant Slanke sleutelbloem, Wijlrebos. Fotograaf Rein de Waal Oplage 60 exemplaren Samenstelling P.W.F.M. Hommel (Alterra, Wageningen UR) R.J. Bijlsma (Alterra, Wageningen UR) K.A.O. Eichhorn (Eichhorn Ecologie) J. den Ouden (Leerstoelgroep Bosecologie en Bosbeheer, Wageningen UR) R.W. de Waal (Alterra, Wageningen UR) M.F. Wallis de Vries (De Vlinderstichting) m.m.v. L.S. Eichhorn (Eichhorn Ecologie) L. Goudzwaard (Leerstoelgroep Bosecologie en Bosbeheer, Wageningen UR) Th. Heijerman (EIS-Kenniscentrum Insecten) R.H. Kemmers (Alterra, Wageningen UR) M. Prick (Natuurhistorisch Genootschap in Limburg) F. Smeets (Leerstoelgroep Bosecologie en Bosbeheer, Wageningen UR) Druk KNNV Uitgeverij/Publishing Productie Vereniging van Bos- en Natuurterreineigenaren (VBNE) Adres : Princenhof Park 9, 3972 NG Driebergen Telefoon : 0343-745250 E-mail : [email protected] Ontwikkeling en Beheer Natuurkwaliteit 2 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 2 Samenvatting 8 1 Inleiding 14
    [Show full text]