ONS ERFGOED Beknopte Geschiedenis Van De Kerk Van Jezus Christus Van De Heiligen Der Laatste Dagen ONS ERFGOED
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
ONS ERFGOED Beknopte geschiedenis van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen ONS ERFGOED Beknopte geschiedenis van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen Een uitgave van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen Biz. 50: © Greg Olsen, Joseph Smith in de gevangenis van Liberty. Biz. 68: © Glen Hopkinson, Het einde van Parley Street. © 1996,2004 by Intellectual Reserve, Inc. Alle rechten voorbehouden Printed in Germany Engels origineel vrijgegeven: 11/96 Ter vertaling vrijgegeven: 4/97 Titel van het origineel: Our Heritage - A Brief History of The Church of Jesus Christ of Latter-day Saints 35448 120 Dutch Inhoud Inleiding V Hoofdstuk een: Het eerste visioen 1 Hoofdstuk twee: De grondlegging van de kerk 5 Hoofdstuk drie: Bouwen aan het koninkrijk in Kirtland (Ohio) 21 Hoofdstuk vier: De vestiging van Zion in Missouri 37 Hoofdstuk vijf: Opoffering en zegen in Nauvoo 55 Hoofdstuk zes: Elke stap in geloof 69 Hoofdstuk zeven: Een banier voor de volken 81 Hoofdstuk acht: Een periode van beproevingen 93 Hoofdstuk negen: De kerk breidt zich uit 105 Hoofdstuk tien: De wereldwijde kerk 121 Hoofdstuk elf: De kerk in onze tijd 133 Tot slot 145 Noten 147 III Elke profeet in deze bedeling heeft getuigd van de goddelijke zending van de Heiland, Jezus Christus. Inleiding De belangrijkste boodschap van dit boek is die welke vanaf het begin door De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen is uitgedragen. Joseph Smith, de eerste profeet van deze bedeling, heeft gezegd: 'De grondbeginselen van onze godsdienst zijn het getuigenis van de apostelen en profeten aangaande Jezus Christus - dat Hij stierf, werd begraven, ten derden dage is verrezen en ten hemel is opgevaren. Al het andere dat verband houdt met onze godsdienst is hier slechts een aanhangsel van/1 Elke profeet na Joseph Smith heeft daar zijn eigen getuigenis aangaande de goddelijke zending van de Heiland aan toegevoegd. Het Eerste Presidium heeft plechtig verklaard: 'Wij die geroepen en geordend zijn om tot de gehele wereld van Jezus Christus te getuigen, verklaren dat Hij op die paasmorgen van bijna tweeduizend jaar geleden is opgestaan en dat Hij nu leeft. Hij heeft een verheerlijkt, onsterfelijk lichaam van vlees en beenderen. Hij is de Heiland, het Licht en het Leven van de wereld/2 Miljoenen gelovige heiligen hebben ook hun getuigenis van de god- delijkheid van Jezus Christus ontvangen. Die wetenschap heeft hen gemotiveerd om de noodzakelijke offers te brengen voor de opbouw van De Kerk van Jezus Christus van de Heiligen der Laatste Dagen, het koninkrijk van God op aarde. De geschiedenis van de vestiging van de kerk is een verhaal van geloof, toewijding en vreugde. Het is het ver- haal van profeten die in deze tijd Gods waarheden aan de wereld hebben verkondigd. Het is een verhaal van mensen uit alle rangen en standen, die de volheid van het evangelie van Jezus Christus vonden en tot elk offer bereid waren om discipel van de Heiland te worden. V Ons erfgoed Die trouwe heiligen zetten door, ondanks lijden en ontbering, en getuig- den zelfs toen de toekomst er donker uitzag van Gods goedheid en de vreugde die zijn liefde hun bracht. Zij hebben een legaat van geloof, moed, gehoorzaamheid en offerbereidheid nagelaten. Het erfgoed van geloof werkt door in onze tijd. Heiligen der laatste dagen over de hele wereld zijn pioniers in hun eigen land waar ze een gelovig en moedig leven leiden in een tijd vol nieuwe hindernissen en mogelijkheden. Er zal nog veel meer geschiedenis geschreven worden. We kunnen allemaal erfgoed aan de volgende generaties nalaten waardoor zij de vreugde van het leven en doorgeven van het evangelie van Jezus Christus beter zullen begrijpen. Naarmate we meer te weten komen over het geloof van hen die ons zijn voorgegaan, zullen we meer begrip kunnen opbrengen voor hen met wie we de handen ineen hebben geslagen om van de Heiland en de vestiging van zijn koninkrijk te getuigen. We kunnen besluiten tot een rechtschapener leven als trouwe discipelen van de Heer Jezus Christus. VI Inleiding VII Doordat de jonge Joseph in de Schriften las, werd hij ertoe gebracht de Heer te vragen welke kerk gelijk had. HOOFDSTUK EEN Het eerste visioen De noodzaak van de herstelling De macht van het priesterschap en veel waarheden van het evangelie werden na de dood van Jezus' apostelen van de aarde weggenomen, waardoor een lange periode van geestelijke duisternis aanbrak die de grote afval wordt genoemd. De profeet Amos had dit voorzien en voor- spelde dat er een tijd zou aanbreken waarin er honger zou zijn, 'geen honger naar brood, en geen dorst naar water, maar om de woorden des Heren te horen' (Amos 8:11). Tijdens de lange periode van de afval waren veel oprechte mensen op zoek naar de volheid van het evangelie, maar konden die niet vinden. Geestelijken van diverse godsdiensten predikten verschillende boodschappen en deden een beroep op hun toehoorders om zich bij hen aan te sluiten. Hoewel de meesten eerlijke bedoelingen hadden, was geen van hen in het bezit van de volledige waarheid of het gezag van God. De Heer had echter in zijn goedheid beloofd dat zijn evangelie en de macht van het priesterschap op zekere dag zouden worden hersteld en nooit meer van de aarde zouden worden weggenomen. In het begin van de negentiende eeuw deed Hij zijn belofte gestand. De lange nacht van de afval moest wijken voor de dageraad van de herstelling. De moed van de jonge Joseph Smith Begin 1800 woonde het gezin van Joseph en Lucy Mack Smith in Lebanon (New Hampshire) in de Verenigde Staten van Amerika. Het waren nederige, gewone mensen die met hard werken een bescheiden inkomen verdienden. Hun vijfde kind, Joseph junior, overleefde toen hij zeven jaar was een tyfusepidemie die in New England meer dan 1 Ons erfgoed drieduizend doden eiste. Tijdens zijn herstel raakte het beenmerg in zijn linkerbeen geïnfecteerd, en de bijna ondragelijke pijn hield meer dan drie weken aan. De plaatselijke chirurg wilde het been amputeren, maar op aandrin- gen van Josephs moeder lieten ze een andere dokter komen. Nathan Smith, arts aan het nabijgelegen Dartmouth College, zei dat hij zou pro- beren het been te redden door middel van een betrekkelijk nieuwe en buitengewoon pijnlijke ingreep waarbij een gedeelte van het bot verwij- derd zou worden. De dokter had touw bij zich om de jongen vast te binden, maar Joseph maakte daar bezwaar tegen en zei dat hij niet vast- gebonden wilde worden. Hij weigerde ook de cognac, de enige verdo- ving die hem ter beschikking stond, hij vroeg alleen of zijn vader hem tijdens de operatie in zijn armen wilde houden. Joseph onderging de operatie heel moedig, en het lukte dokter Smith, een van de kundigste artsen van het land, om Josephs been te redden. Het duurde geruime tijd voordat Josephs been genas en hij zonder pijn kon lopen. Na Josephs operatie verhuisde het gezin Smith naar Norwich (Vermont) waar hun oogst drie opeenvolgende jaren mislukte, en daarna verhuisden ze naar Palmyra (New York). Het eerste visioen De jonge Joseph Smith werkte mee aan de ontginning van het land, verwijderde stenen, en deed veel andere karweitjes. Zijn moeder, Lucy, wist te vertellen dat de jonge Joseph bespiegelend van karakter was en vaak nadacht over het welzijn van zijn onsterfelijke ziel. Hij hield zich vooral bezig met de vraag welke van alle kerken die in Palmyra zielen probeerden te winnen, de ware was. Zoals hij in zijn eigen woorden uitlegde: Tn deze tijd van grote opwinding werd mijn geest tot ernstig naden- ken en grote onrust aangespoord; maar ofschoon mijn gevoelens diep waren en dikwijls pijnlijk getroffen werden, hield ik mij toch afzij- dig van al deze groepen, hoewel ik hun onderscheiden bijeenkomsten bijwoonde zo dikwijls de gelegenheid zich voordeed. Na verloop van tijd begon ik te gevoelen voor de methodistische sekte, en was min of meer verlangend daarin opgenomen te zijn. Maar zo groot waren de verwarring en de twist tussen de verschillende richtingen, dat het 2 Het eerste visioen onmogelijk was voor iemand van mijn jeugdige leeftijd, en zo weinig bekend met mensen en zaken, om uit te maken wie gelijk had en wie niet. (...) Toen ik met de geweldige moeilijkheden die werden veroorzaakt door de twisten tussen deze godsdienstige groeperingen te kampen had, las ik op zekere dag uit de zendbrief van Jakobus hoofdstuk 1 vers 5, dat luidt: En indien iemand van u wijsheid ontbreekt, dat hij ze van God begere, Die een iegelijk mïldelijk geeft, en niet verwijt; en zij zal hem gegeven worden. 'Nog nooit had een tekst uit de Schriften een mensenhart sterker getroffen, dan deze, toen, het mijne. Hij leek wel met grote kracht in iedere vezel van mijn hart door te dringen. Ik dacht telkens en telkens weer over deze tekst na, in het besef dat, als iemand ooit wijsheid van God nodig had, ik het was; ik immers wist niet wat ik doen moest, en als ik niet meer wijsheid zou krijgen dan ik toen bezat, zou ik het nooit te weten komen; want de godsdienstleraars van de verschillende sekten vatten dezelfde bijbelteksten zo verschillend op, dat al iemands vertrouwen aan de hand van de Bijbel tot een oplossing te komen de bodem werd ingeslagen. 'Uiteindelijk kwam ik tot de gevolgtrekking dat ik in het duister en de verwarring moest blijven verkeren, als ik de weg die Jakobus wees niet bewandelde: wijsheid van God begeren' (Geschiedenis van Joseph Smith 1:8; 11-13). Op een mooie lentemorgen in 1820 ging Joseph Smith alleen naar het bos bij zijn ouderlijk huis, knielde neer en begon de verlangens van zijn hart tot God op te zenden en om leiding te vragen.