1 Filmmuziekmagazine Michael Dudok De

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

1 Filmmuziekmagazine Michael Dudok De FILMMUZIEKMAGAZINE MICHAEL DUDOK DE WIT - regisseur van The Red Turtle NUMMER 188 – 45ste JAARGANG – JULI 2016 1 Score 188 Juli 2016 45ste jaargang ISSN-nummer: 0921- 2612 Het e-zine Score is een uitgave van de stichting FILMMUZIEKMAGAZINE Cinemusica, het Nederlands Centrum voor Filmmuziek REDACTIONEEL Informatienummer: +31 050-5251991 Een groot deel van deze uitgave van Score is gewijd aan de animatiefilm The Red Turtle, die sinds vorige week in roulatie E-mail: is in ons land. Score sprak zowel met regisseur Michael Du- [email protected] dok de Wit als met componist Laurent Perez Del Mar over deze animatiefilm die zowel een jong als een volwassen pu- bliek aanspreekt. De totstandkoming van de ronduit orkestrale Kernredactie: Paul score van deze lange animatiefilm heeft heel wat voeten in de Stevelmans en Sijbold aarde gehad. Dat leest u vooral in het gesprek dat we hadden Tonkens met de regisseur. Het uiteindelijke resultaat kunnen we horen Aan Score 188 werkten in de film en ook op cd. Onlangs verscheen deze cd en in deze mee: Astrid Maagden- Score kunt u ook een recensie lezen. Muziek speelt een grote berg, Anton Smit, Paul rol bij animatiefilms, zo blijkt ook nu weer. Stevelmans en Sijbold Tonkens Een ander zwaartepunt van dit nummer is de Zweedse film- regisseur Ingmar Bergman. Negen jaar geleden overleed hij, maar zijn indrukwekkende œuvre is blijvend reden om onder- Eindredactie: Paul zoek te doen naar alle aspecten van zijn films. Vroeg of laat Stevelmans moest een boek verschijnen over de muziek in zijn films. Eer- der dit jaar was het zover en na lezing van dit boek zal een- ieder beslist anders naar zijn films gaan luisteren en kijken. Vormgeving: Paul Stevelmans INHOUDSOPGAVE Met dank aan: Michael Dudok de Wit, Jenny Canters (Lumière), 3 Michael Dudok de Wit - Interview Laurent Perez Del Mar 7 Laurent Perez Del Mar - Interview 10 Krakow 2016 - Verslag 13 John Williams AFI 15 Ingmar Bergman 17 Erik Nordgren - Portret 21 Boekbespreking 22 Recensies 2 MUZIEK ALS MUZE In gesprek met Michael Dudok de Wit Op het Filmfestival van Cannes ging dit jaar The Red Turtle in wereldpremière, de eerste lange animatiefilm van Michael Dudok de Wit. De reacties waren lovend, wat onder meer met de speciale juryprijs in de Un Certain Regard-sectie van het festival werd bekrachtigd. Net als in zijn korte films speelt muziek een cruciale rol in The Red Turtle. In een gesprek met Score legt Dudok de Wit uit hoe de muziek tot stand kwam en wat deze bijdraagt aan de film die onlangs in Nederland in première ging en een opmerkelijk succes beleeft. moine et le poisson (1994) en Vader en dochter (2000) waarvoor hij in 2001 de Oscar voor de beste korte animatiefilm won. Voor Dudok de Wit is muziek een muze: ʽToen ik het verhaal schreef van Le moine et le poisson kon ik dat alleen doen omdat ik de muziek al in mijn gedachten had. Ik had het op de radio gehoord en ik weet nog precies het moment dat ik het hoorde. Dat was tien jaar daarvoor. Het moment dat ik dat hoorde, dacht ik meteen: dat is perfecte muziek voor een animatie- film. Het ging om La Folia, waar je alle emoties in kunt uitdrukken: langzaam, vrolijk, sereen. Bovendien is het een me- lodie die eindeloos mooi is, waar je nooit genoeg van krijgt. Ik heb het nu waar- schijnlijk vaker gehoord dan de musici die het spelen en dat was de drijfkracht voor de animatie.ʼ Michael Dudok de Wit. Lange film Aan La tortue rouge, zoals de Frans-Japan- se coproductie eigenlijk heet, heeft Dudok Ook bij Vader en dochter werd dezelfde de Wit (Abcoude, 1953) negen jaar in werkwijze toegepast. ʽToen ik eenmaal het Frankrijk gewerkt met een team van ani- idee had voor deze film, dacht ik aan De matoren. De animatiefilm over een dren- golven van de Donau, geschreven door keling die aanspoelt op een onbewoond Iosif Ivanovici. Het is een wals, die een eiland en daar geconfronteerd wordt met nostalgische en een cirkelachtige kwaliteit een rode schildpad is geheel zonder dia- heeft.ʼ Bij The Red Turtle verliep dit pro- loog. Al tijdens het animatieproces is mu- ces geheel anders. ʽBij deze lange film had ziek van levensbelang voor Dudok de Wit. ik geen idee van de muziek en dat was een Dat bleek zo bij zijn korte films zoals Le enorme frustratie. Ik denk dat daar een re- 3 den voor is: voor een korte film neem je dat de animatie heel mooi werd, visueel een compositie, van begin tot einde van de gezien.ʼ film. Dat is de muziek voor de film en dan is het ook heel duidelijk: het is klaar, het is Met de componist die inmiddels was in- afgerond. Voor een lange film doe je dat gehuurd wilde het echter niet vlotten on- niet. Je hebt lange gedeeltes zonder mu- danks een goede, vriendschappelijke werk- ziek, dus dan heb je niet één compositie, relatie. Vrij laat in de totstandkoming van maar een aantal composities die bij elkaar de film ontsloegen de producenten hem en passen en hopelijk een thema dat terug- werd omwille van het belang van een pas- komt. Dat begreep ik, maar daardoor sende score gezocht naar een vervanger. raakte ik in de war, want ik zag niet één Die werd gevonden in de Franse filmcom- compositie. Ik dacht steeds: nou dat komt ponist Laurent Perez Del Mar. ʽIk kende zijn muziek al, maar ik vond het veel te groots en dramatisch. Ik dacht dat hij niet geschikt was, maar hij deed een voorstel van iets heel eenvoudigs en toen dacht ik: ja, we hebben hem gevonden. Er was ook een praktisch voordeel: ik zat toen in Parijs en hij woonde ook in Parijs, dus ik kon hem als ik wilde zo vaak mogelijk ontmoe- ten. Hij was heel enthousiast, hij wilde de film heel graag doen. Verder werkt hij snel, hij is heel intuïtief, maar hij is ook heel praktisch, hij weet door de kleine aarzelingen heen te gaan en meteen naar het doel te gaan.ʼ The Red Turtle werd mede geproduceerd door het Japanse Ghibli, de studio van onder meer Hayao Miyazaki, die baanbre- kende animatiefilms als Spirited Away (2001) en The Wind Rises (2014) maakte en daarbij steevast met filmcomponist Joe Hisaishi werkte. Waarom werd de laatste niet benaderd? ʽOm verschillende redenen. De producenten van Ghibli hebben nooit gezegd dat het een Ghibli-film zou worden, wel, over een maand of over een paar maanden. De jaren gingen echter voorbij ze hebben gezegd: je maakt het in Europa en er kwam helemaal geen idee voor de met Europeanen en niet in Japan. Dat muziek. Ik heb natuurlijk eindeloos ge- laatste wilde ik ook niet. Misschien zou zocht en geprobeerd en naar andere films hun logo niet eens op de film verschijnen. gekeken en zelfs composities van Max Dat hebben ze pas op het laatste moment Richter en van Armand Amar onder de besloten, dus ze waren heel voorzichtig. Ik wilde dezelfde gevoeligheid scheppen als film gezet die ik mooi vond. En telkens dacht ik: het werkt tijdelijk, dit wordt het zij, dezelfde eerbied voor bepaalde dingen niet. Dat was vervelend, want ik voelde dat zoals de menselijke natuur, maar niet dat de inspiratiebron ontbrak. Maar ondertus- het een typische Ghibli-film zou worden. sen was het zo'n groot verhaal, groot in de Ik heb dus ook niet hun design gebruikt en zin dat het lang duurt en zoveel werk met hun manier van animeren. Daarnaast was een team vergde, dat ik maar door ging en er ook een praktische reden: Joe Hisaishi is 4 De drenkeling en de rode schildpad in The Red Turtle. heel langzaam, hij heeft heel veel tijd als ik een stem hoor, dan komen heel veel nodig.ʼ emotionele boodschappen naar binnen. Want hoe de zanger of zangeres ook zingt, Zangeres er is een context. Zodra je een stem hoort, hoor je al iets.ʼ Ondanks het verzoek geen Welke opdracht heeft u Laurent gegeven? zangstemmen te gebruiken, kon de door ʽMeteen bij de eerste ontmoeting heb ik Perez Del Mar opgenomen zangeres uit- hem eerlijk gezegd: ik wou dat ik een idee eindelijk de goedkeuring van Dudok de had van de muziek, maar dat heb ik niet, Wit wegdragen. ʽZij was heel puur en dat dus ik moet helemaal op je rekenen. Dit is vond ik heel mooi. Eigenlijk was mijn op- geen film voor een piano, hoewel ik de dracht aan hem: geen stemmen, tenzij je piano juist heel mooi vind in andere films. een perfecte stem vindt. Maar dat heb ik En ik dacht ook serieus: geen stemmen, uiteindelijk niet gezegd, en hij heeft de geen zanger, geen koor, en ook niet stem- meest perfecte stem gevonden en daar ben men als instrument gebruiken en dat heeft ik heel blij mee.ʼ hij begrepen. Op een dag, een paar maan- den later, had hij een zangeres uitgenodigd De samenwerking tussen regisseur en com- in zijn studio en haar stem opgenomen. Hij ponist verliep ondanks de late entree van gaf me toen een melodie met een zangeres, de laatste voorspoedig. ʽDe samenwerking en ik schrok. Ik had een paar minuten no- met Laurent was makkelijk, want voor mij dig om dit te verwerken, maar toen heb ik is belangrijk dat we goede vrienden zijn. Je gezegd: dit is toch heel mooi en heel apart. werkt met gevoeligheid die je niet altijd Want ik was bang dat een stem teveel een verbaal uit kunt drukken. Dat is met ieder- specifieke emotie zou geven aan een mo- een zo, vooral met andere tekenaars.
Recommended publications
  • THE SEVENTH SEAL 1958 92 Min
    April 15, 2008 (XVI:14) Ingmar Berman THE SEVENTH SEAL 1958 92 min. Directed and written by Ingmar Bergman Produced by Allan Ekelund Original Music by Erik Nordgren Cinematography by Gunnar Fischer Film Editing by Lennart Wallén Production Design by P.A. Lundgren Gunnar Björnstrand...Jöns, squire Bengt Ekerot...Death Nils Poppe...Jof Max von Sydow...Antonius Block Bibi Andersson...Mia, Jof's wife Inga Gill...Lisa, blacksmith's wife Maud Hansson...Witch Inga Landgré...Karin, Block's Wife Gunnel Lindblom...Girl Bertil Anderberg...Raval Anders Ek...The Monk Åke Fridell...Blacksmith Plog Gunnar Olsson...Albertus Pictor, Church Painter Erik Strandmark...Jonas Skat INGMAR BERGMAN (14 July 1918, Uppsala, Uppsala län, Sweden—30 July 2007,Fårö, Gotlands län, Sweden ) directed 61 films and wrote 63 screenplays. (Bio from WorldFilms.com) "Universally regarded as one of the great masters of modern cinema, Bergman has often concerned himself with spiritual and realized in this cinematic signature. Of the early period, WILD psychological conflicts. His work has evolved in distinct stages STRAWBERRIES stands out for its narrative invention in a fluid over four decades, while his visual style—intense, intimate, manipulation of flashbacks, reveries and dream sequences. Its complex—has explored the vicissitudes of passion with a penetrating psychological investigation of the closing of the life mesmerizing cinematic rhetoric. His prolific output tends to return cycle established Bergman's preoccupation with the relationship to and elaborate on recurrent images, subjects and techniques. between desire, loss, guilt, compassion, restitution and Like the Baroque composers, Bergman works on a small scale, celebration. SAWDUST AND TINSEL (1953)/NAKED NIGHT, finding invention in theme and variation.
    [Show full text]
  • Marco Polo – the Label of Discovery
    Marco Polo – The Label of Discovery Doubt was expressed by his contemporaries as to the truth of Marco Polo’s account of his years at the court of the Mongol Emperor of China. For some he was known as a man of a million lies, and one recent scholar has plausibly suggested that the account of his travels was a fiction inspired by a family dispute. There is, though, no doubt about the musical treasures daily uncovered by the Marco Polo record label. To paraphrase Marco Polo himself: All people who wish to know the varied music of men and the peculiarities of the various regions of the world, buy these recordings and listen with open ears. The original concept of the Marco Polo label was to bring to listeners unknown compositions by well-known composers. There was, at the same time, an ambition to bring the East to the West. Since then there have been many changes in public taste and in the availability of recorded music. Composers once little known are now easily available in recordings. Marco Polo, in consequence, has set out on further adventures of discovery and exploration. One early field of exploration lay in the work of later Romantic composers, whose turn has now come again. In addition to pioneering recordings of the operas of Franz Schreker, Der ferne Klang (The Distant Sound), Die Gezeichneten (The Marked Ones) and Die Flammen (The Flames), were three operas by Wagner’s son, Siegfried. Der Bärenhäuter (The Man in the Bear’s Skin), Banadietrich and Schwarzschwanenreich (The Kingdom of the Black Swan) explore a mysterious medieval world of German legend in a musical language more akin to that of his teacher Humperdinck than to that of his father.
    [Show full text]
  • Marco Polo – the Label of Discovery
    Marco Polo – The Label of Discovery Since its launch in 1982, the Marco Polo label has for over twenty years sought to draw attention to unexplored repertoire.␣ Its main goals have been to record the best music of unknown composers and the rarely heard works of well-known composers.␣ At the same time it originally aspired, like Marco Polo himself, to bring something of the East to the West and of the West to the East. For many years Marco Polo was the only label dedicated to recording rare repertoire.␣ Most of its releases were world première recordings of works by Romantic, Late Romantic and Early Twentieth Century composers, and of light classical music. One early field of exploration lay in the work of later Romantic composers, whose turn has now come again, particularly those whose careers were affected by political events and composers who refused to follow contemporary fashions.␣ Of particular interest are the operas by Richard Wagner’s son Siegfried, who ran the Bayreuth Festival for so many years, yet wrote music more akin to that of his teacher Humperdinck. To Der Bärenhäuter (The Man in the Bear’s Skin), Banadietrich, Schwarzschwanenreich (The Kingdom of the Black Swan), and Bruder Lustig, which further explores the mysterious medieval world of German legend is now added Der Heidenkönig (The Heathen King).␣ Other German operas included in the catalogue are works by Franz Schreker and Hans Pfitzner. Earlier Romantic opera is represented by Weber’s Peter Schmoll, and by Silvana, the latter notable in that the heroine of the title remains dumb throughout most of the action.
    [Show full text]
  • Two Personas
    Two Personas A Comparative Study of the Functions of Music in Ingmar Bergman’s Film Persona (1966) and Grus Grus Theatre’s Stage Adaptation of the Film (2013) Niklas Nybom, 32304 Master’s Thesis in Musicology Faculty of Arts, Psychology and Theology Supervisor: Johannes Brusila Åbo Akademi 2015 ÅBO AKADEMI – FAKULTETEN FÖR HUMANIORA, PSYKOLOGI OCH TEOLOGI Abstrakt för avhandling pro gradu Ämne: Musikvetenskap Författare: Niklas Nybom Arbetets titel: Two Personas: A Comparative Study of the Functions of Music in Ingmar Bergman’s Film Persona (1966) and Grus Grus Theatre’s Stage Adaptation of the Film (2013) Handledare: Johannes Brusila Handledare: Iscensättningar av filmer har blivit ett populärt inslag i teatrarnas utbud. En förenande faktor för många sådana iscensättningar är att ett flertal visuella och dramaturgiska element överförs direkt från filmduken till teaterscenen, men detta gäller sällan musiken. Ett bra exempel är teatersällskapet Grus Grus Teaters iscensättning av Ingmar Bergmans film Persona (1966) från 2013. Kompositör Lars Johan Werles originalmusik används ytterst sparsamt i filmen, medan det i iscensättningen inte finns någon originalmusik. Istället fylls ljudbilden av ett mångsidigt sortiment av tidigare publicerad musik. Avhandlingen syftade till att besvara tre frågor: I vilken utsträckning är skillnaderna i musikanvändningen relaterade till konstformen? Hurdana skillnader i scenernas innehåll lyfter det förnyade ljudspåret fram? Hur framställs rummet genom ljud i iscensättningen? Fyra scener ur filmen och pjäsen analyserades systematiskt, med fokus på skillnader i diegetiska, spatiala och rytmiska element. Avhandlingens analys resulterade i slutsatsen att man genom att byta ut musiken kan lyfta fram olika aspekter i narrativet, och ändra budskapet i en scen.
    [Show full text]
  • Ingmar Bergman Zum 100. Geburtstag Ingmar Bergman
    Ingmar Bergman zum 100. Geburtstag Ingmar Bergman 27 Ingmar Bergman bei den Dreharbeiten zu DAS SIEBENTE SIEGEL 1960 schreibt James Baldwin, nachdem er im Jahr da- den Weltmarkt erobern. Er endete als Fiasko, Bergman vor Ingmar Bergman in Stockholm besucht hatte, um nannte ihn seinen schlechtesten Film und erteilte spä- ihn zu interviewen: »I realized, with a small shock, that ter Aufführungsverbot. the landscape of Bergman's mind was simply the land- Eine Voraussetzung für das filmische Werk des 1918 scape in which he had grown up.« Für den in New York in Uppsala nördlich Stockholm geborenen Schweden geborenen afroamerikanischen Intellektuellen muss es war die tiefe Verwurzelung in »seiner« schwedischen zumindest eine kuriose Erkenntnis gewesen sein, dass Kultur und Tradition. Bergman, der ja zunächst beim der international erfolgreiche Regisseur sein gesam- Theater angefangen hatte und diesem Medium im Ge- tes künstlerisches Potential aus diesem, zumindest gensatz zum Kinofilm bis ins hohe Alter treu blieb, nann- damals noch, recht weltfernen kleinen Land schöpfte. te stets als seine größten Vorbilder den schwedischen Bergman hatte im Sommer das Mittelalterdrama DIE Filmpionier Victor Sjöström und den schwedischen JUNGFRAUENQUELLE (1960), das ihm seinen ersten Dramatiker August Strindberg. Eine weitere prägende Oscar bescheren sollte, abgedreht und bereitete die Instanz war die bürgerlich-protestantische Familie, der Don Juan-Komödie DAS TEUFELSAUGE (1960) vor. er entstammte. Die beinahe lebenslange Auseinander- Zehn Jahre zuvor hatte Bergman zuallererst aus setzung mit der väterlichen Autorität – Bergmans Vater finanziellen Gründen fürSvensk Filmindustri einen war evangelischer Pastor – und die zumindest für die Politthriller im Stil der Schwarze-Serie-Filme gedreht. erste Hälfte des Werkes bis in die 1960er Jahre hinein Physisch zwar in Schweden angesiedelt, hatte der Film bestimmende Frage nach der Existenz Gottes, die Berg- inhaltlich und emotional aber nichts mit dem Regisseur man dann in DAS SCHWEIGEN (1963) für das Publikum zu tun.
    [Show full text]
  • Genealogía Y Esperanza En La Filosofía De La Existencia De Ingmar Bergman
    Genealogía y esperanza en la Filosofía de la Existencia de Ingmar Bergman Jordi Puigdomènech López Marta Al meu pare 2 Í N D I C E INTRODUCCIÓN .............................................................................................................. 4 I. INGMAR BERGMAN Y LA CINEMATOGRAFÍA NÓRDICA 1.1 La tradición nórdica: de Snörri Sturlsson a Ingmar Bergman .......... 22 1.2 Ingmar Bergman: arte y metafísica .................................................. 36 1.2.1 Bergman y su mundo ....................................................... 37 1.2.2 Elementos para una clasificación de la obra bergmaniana .. 46 1.2.2.1 La obra literaria ................................................ 48 1.2.2.2 La obra escénica .............................................. 52 1.2.2.3 La obra cinematográfica ................................... 58 II. ANÁLISIS DEL DISCURSO FÍLMICO BERGMANIANO 2.1 Poética fílmica: imágenes y símbolos .............................................. 90 2.1.1 Estética fílmica: la tragedia y el romanticismo nórdico ........ 91 2.1.2 La metafísica del artista ..................................................... 102 2.2 Filosofía de la imagen: estructura del discurso fílmico ..................... 109 2.2.1 Producción y guión ............................................................. 110 2.2.2 Imagen y encuadre .............................................................. 118 2.2.3 Ambientación y decorados ................................................... 124 2.2.4 Montaje y banda sonora ......................................................
    [Show full text]
  • Wild Strawberries / Smultronstället, 1957 “Where Is the Friend I Seek Where’Er I’M Going? Johan Olof Wallin, 1819 Hymn
    Wild Strawberries / Smultronstället, 1957 “Where is the Friend I seek where’er I’m going? Johan Olof Wallin, 1819 hymn Major Credits: Director and Screenplay: Ingmar Bergman Cinematographer: Gunnar Fischer Music: Erik Nordgren Cast: Victor Sjöström (Isak Borg), Bibi Andersson (Sara), Ingrid Thulin (Marianne), Gunnar Björnstrand (Evald), Naima Wifstrand (Isak’s mother), Jullan Kindahl (Agda), Gunnar Sjöberg (Alman), Gunnel Broström (Berit), Gertrude Fridh (Karin, Isak’s wife), Åke Fridell (Karin’s lover), Max von Sydow (Åkerman, gas station owner) Production Background: Wild Strawberries was created during a particularly busy and stressful time in Bergman’s life. In addition to directing plays at the state theater in Malmo, he was still brooding over the collapse of his third marriage (to Gun Grut), the recent breakup with Bibi Andersson, and his ongoing estrangement from his parents. And yet, the film was produced during the same year as another of his masterpieces, The Seventh Seal! Bergman wrote the script while he was hospitalized for nearly two months for a psychosomatic illness, ostensibly an ulcer. He consciously gave the protagonist, Isak Borg, his own initials but created him in the image of his father, Erik Bergman. Years later, he came to see the film as truly belonging to Victor Sjöström, the 77 year old patriarch of Swedish cinema and young Bergman’s mentor at Svensk Filmindustri. Like the wagon that transports the desperate troupe through the storm in The Seventh Seal, the hearse that appears in Isak’s dream at the beginning of the film is an homage to Sjöström’s silent classic, The Phantom Chariot (1921), which Bergman has described as “the most remarkable film” he has ever seen.
    [Show full text]
  • Les Pel·Lícules Del Mes D'abril
    CINEMA A SA NOSTRA Les pel·lícules del mes d’abril Exposició Identitat digital. Secció de cinema. Cicle any Ingmar Bergman A les 18.00 hores Exposició IDENTITAT DIGITAL Secció de cinema 2 D’ABRIL 16 D’ABRIL La red (1999) d’Irwin Winkler Simone (2002) d’Andrew Niccol Nacionalitat i any de Nacionalitat i any de producció: EUA, 1995 producció:EUA, 2002 Títol original: The Net Títol original: Simone Producció: Columbia Director: Andrew Pictures Niccol Director: Irwin Winkler Guió: Andrew Niccol Guió:John Brancato i Fotografia: Edward Michael Ferris lachman Fotografia: Jack N. Música: Carter Burwell Green Intèrprets: Al Pacino, Música: Mark Isham Catherine Keener, Intèrprets: Sandra Evan Rachel Wood, Bullock, Jeremy Rachel Roberts Northam, Dennis Millar, Diane Baker 9 D’ABRIL 23 D’ABRIL Matrix (1999) de Larry i Andy Wachowski Tienes un e-mail (1998) de Nora Ephron Nacionalitat i any de Nacionalitat i any de producció: EUA, 1999 producció: EUA,1998 Títol original: The Títol original: You’ve Matrix Got Mail Producció: Village Producció: Warner Roadshow Pictures, Bros Pictures Silver Pictures, Director: Nora Ephron Groucho II Film Guió: Nora i Delia Partnerdnip Ephron Director: Andy i Larry Fotografia: John Wachowski Lindley Guió: Andy i Larry Muntatge:Richard Wachowski Marks Fotografia: Hill Pope Música: George Música: Don Davis Fenton Intèrprets: Keanu Intèrprets: Tom Hanks, Reeves, Lawrence Meg Ryan, Dabney Fishburne, Carrie-Anne Coleman, Parker Posey Moss, Hugo Weaving 40 temps moderns núm. 142 CINEMA A SA NOSTRA Les pel·lícules del mes d’abril Exposició Identitat digital. Secció de cinema. Cicle any Ingmar Bergman 16 D’ABRIL A les 18.00 hores A lesson in love (VOSE-1954) Homenatge a Francesc Llinàs Nacionalitat i any de producció: Suecia,1954 Títol original: En lektion i kärlek Producció: Svensk Filmindustri Col·laboren FILMOTECA DE ESPANYA Director: Ingmar Bergman Cahiers de Cinema.
    [Show full text]
  • Ingmar Bergman
    INGMAR BERGMAN Parte prima - Gli anni Cinquanta Settembre 2005 – maggio 2006 pag 1/15/ INTRODUZIONE 1 Quando si è artisti, quando si creano film, è molto importante non essere logici. Bisogna essere incoerenti. Se si è logici, la bellezza ti sfugge, scompare dalle tue opere. Dal punto di vista delle emozioni, bisogna essere illogici, è proibito non esserlo. Ma se si ha fiducia nelle proprie emozioni, allora si può essere del tutto incoerenti. Non fa nulla. Perché si ha il potere di cogliere le conseguenze delle emozioni che hai suscitato. Per sempre. (1) Oggi ancora sento in me uno di quei brividi dell’infanzia quando penso che in realtà io faccio dell’illusionismo, perché il cinema non esiste che grazie a una imperfezione dell’occhio umano, la sua incapacità di percepire separatamente delle immagini che si susseguono rapidamente e che essenzialmente sono simili…Facendo un film mi rendo dunque colpevole di un imbroglio, mi servo di un apparecchio grazie al quale trasporto il mio pubblico, come su un’altalena, da un sentimento a quello opposto, lo faccio ridere, sorridere, gridare di spavento, credere a leggende, indignarsi, risentirsi, entusiasmarsi, eccitarsi o sbadigliare. Sono quindi un ingannatore, o – nel caso di un pubblico cosciente dell’inganno – un illusionista. Mistifico, avendo a mia disposizione il più prezioso e stupendo degli apparecchi magici che sia mai stato, nel corso della storia del mondo, in mano a un prestigiatore. C’è in questo (dovrebbe esserci, per tutti coloro che creano o sfruttano i film) la fonte di un insolubile conflitto morale. (2) Molti registi dimenticano che il volto umano è il punto di partenza del nostro lavoro…Ne discende che l’attore è il nostro strumento più prezioso e che l’obiettivo non è che il mediatore delle reazioni di questo strumento…Dobbiamo anche ricordare che il più bel mezzo di espressione dell’attore è lo sguardo.
    [Show full text]
  • 2017 Neumann Anyssa 10403
    This electronic thesis or dissertation has been downloaded from the King’s Research Portal at https://kclpure.kcl.ac.uk/portal/ Sound, Act, Presence Pre-Existing Music in the Films of Ingmar Bergman Neumann, Anyssa Charlotte Awarding institution: King's College London The copyright of this thesis rests with the author and no quotation from it or information derived from it may be published without proper acknowledgement. END USER LICENCE AGREEMENT Unless another licence is stated on the immediately following page this work is licensed under a Creative Commons Attribution-NonCommercial-NoDerivatives 4.0 International licence. https://creativecommons.org/licenses/by-nc-nd/4.0/ You are free to copy, distribute and transmit the work Under the following conditions: Attribution: You must attribute the work in the manner specified by the author (but not in any way that suggests that they endorse you or your use of the work). Non Commercial: You may not use this work for commercial purposes. No Derivative Works - You may not alter, transform, or build upon this work. Any of these conditions can be waived if you receive permission from the author. Your fair dealings and other rights are in no way affected by the above. Take down policy If you believe that this document breaches copyright please contact [email protected] providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim. Download date: 07. Oct. 2021 Sound, Act, Presence: Pre-Existing Music in the Films of Ingmar Bergman Anyssa Charlotte Neumann 1040312 King’s College London December 2016 A thesis submitted in fulfilment of the requirements for the degree of Doctor of Philosophy in the Department of Music ABSTRACT This thesis explores the appearance, function, and meaning of pre-existing music in the films of Swedish filmmaker Ingmar Bergman (1918-2007), with an emphasis on works from the Western classical canon.
    [Show full text]
  • Virtual Sept. 22, 2020 (41:4)
    Virtual Sept. 22, 2020 (41:4) Ingmar Berman: THE SEVENTH SEAL/DET SJUNDE INSEGLET (1957, 96m) Spelling and Style—use of italics, quotation marks or nothing at all for titles, e.g.—follows the form of the sources. Cast and crew name hyperlinks connect to the individuals’ Wikipedia entries Bruce Jackson & Diane Christian video introduction to this week’s film Zoom link for all Fall 2020 BFS Tuesday 7:00 PM post- screening discussions: https://buffalo.zoom.us/j/92994947964?pwd=dDBWcDYvSlhP bkd4TkswcUhiQWkydz09 Meeting ID: 929 9494 7964 Passcode: 703450 DIRECTED AND WRITTEN BY Ingmar Bergman PRODUCER Allan Ekelund directed 61 films and wrote 63 screenplays. (Bio from MUSIC Erik Nordgren WorldFilms.com) "Universally regarded as one of the great CINEMATOGRAPHY Gunnar Fischer masters of modern cinema, Bergman has often concerned EDITING Lennart Wallén himself with spiritual and psychological conflicts. His work has PRODUCTION DESIGN P.A. Lundgren evolved in distinct stages over four decades, while his visual style—intense, intimate, complex—has explored the The film won the Jury Special Prize and was nominated for the vicissitudes of passion with a mesmerizing cinematic rhetoric. Palme d’Or at the 1957 Cannes Film Festival. His prolific output tends to return to and elaborate on recurrent images, subjects and techniques. Like the Baroque composers, CAST Bergman works on a small scale, finding invention in theme Gunnar Björnstrand...Jöns, squire and variation. Bergman works primarily in the chamber cinema Bengt Ekerot...Death genre, although there are exceptions, such as the journey Nils Poppe...Jof narrative of Wild Strawberries (1957) and the family epic of Max von Sydow...Antonius Block Fanny and Alexander (1983).
    [Show full text]
  • Sound and Silence in the Films of Bergman And
    Compositions of Crisis: Sound and Silence in the Films of Bergman and Tarkovsky Phoebe Pua August 2013 A thesis submitted for the degree of Master of Philosophy of the Australian National University AUTHOR’S DECLARATION As author, I declare that the research presented in this thesis is my own work. The influence of others has been indicated by references and/or citations. Phoebe Pua ii ACKNOWLEDGEMENTS The development of this thesis is greatly indebted to my supervisor, Dr. Gino Moliterno, who has been as severe a critic as he has been a supportive mentor. My gratitude also extends to my advisor, Dr. Roger Hillman, who constantly reminded me to listen to films. iii ABSTRACT This thesis examines seven films from the cinemas of Ingmar Bergman and Andrei Tarkovsky—Bergman’s The Seventh Seal (1957), Through a Glass Darkly (1961), Winter Light (1963), and The Silence (1963), and Tarkovsky’s Stalker (1979), Nostalghia (1983), and The Sacrifice (1986). These films were chosen as they represent the deepest periods of two directors’ engagements with the possible death of God and the subsequent loss of intrinsic existential meaning—topics with which this thesis is principally concerned. As a starting point, this thesis argues that the films present the silence of God as the primary indicator of God’s absence from the human world. Becoming aware of this silence thus causes one to interrogate religious certainties which have hitherto been taken to be timeless and true. This thesis then contends that, when faced with this silence and its implications, Bergman desperately sought evidence of God’s existence while Tarkovsky unyieldingly maintained an attitude of faith.
    [Show full text]