Voortgangs- Rapportage Leren Loont!

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Voortgangs- Rapportage Leren Loont! Voortgangs- rapportage Leren Loont! December 2017 Inhoud 1. Vliegende start 5 2. Aansluiting Onderwijs-Jeugdhulp 11 3. Kwaliteit door schoolontwikkeling 19 4. De beste leraren van Rotterdam 25 5. Werken aan vakmanschap 35 Inleiding Dit is de vijfde voortgangsrapportage van het programma Leren Loont! Dit is een gezamenlijke rapportage van de gemeente en het Rotterdamse onderwijs. Deze rap- portage wordt tegelijk met De staat van het Rotterdamse Onderwijs 2017 gepresenteerd. De stukken zijn complementair: De staat verschaft de cijfermatige onderbouwing van het beleid en laat zien wat de resultaten zijn. De voortgangsrapportage biedt informatie over de voortgang van het programma en geeft inzicht in de manier waarop afspraken uit Leren Loont! uitwerken voor de praktijk van scholen en de vve. De praktijkscenes en interviews in deze rapportage zijn meer dan decoratie. Zij vertellen het echte verhaal over het Rotterdamse onderwijs: de urgentie van de thema’s, de ervarin- gen uit de praktijk en het enthousiasme en de gedrevenheid van alle mensen die werken in en aan het Rotterdamse onderwijs. De rapportage behandelt achtereenvolgens de stand van zaken op de vijf hoofdthema’s van Leren Loont!: 1. Vliegende start 2. Aansluiting Onderwijs-Jeugdhulp 3. Kwaliteit door schoolontwikkeling 4. De beste leraren voor Rotterdam 5. Werken aan Vakmanschap De hoofdstukken bevatten de afspraken uit Leren Loont!, de voortgang, de resultaten en een korte vooruitblik op de komende periode. 2 3 1. Vliegende Start Een vliegende start betekent dat peuters zonder achter- We hebben deze harmonisatie van peuterspeelzaalwerk stand op de basisschool beginnen. Door ontwikkelings- en kinderopvang vanaf maart 2016 in Rotterdam inge- achterstanden in de voorschoolse periode te voorkomen voerd. Doel van de harmonisatie is om segregatie tussen en weg te werken, winnen we veel voor de hele doelgroep peuters en niet-doelgroep peuters en tussen onderwijsloopbaan. peuters van werkende ouders en peuters van niet wer- kende ouders te voorkomen en om doorgaande leerlijnen De actielijnen van Vliegende Start zijn: te realiseren, doordat peuters niet van opvang hoeven te • In Rotterdam is er één voorschoolse voorziening wisselen als hun ouders werk vinden dan wel werkloos voor alle peuters. raken. We hebben er in Rotterdam voor gekozen om deze • Aan alle Rotterdamse peuters wordt de gelegenheid harmonisatie zo in te richten dat tegelijkertijd de wacht- geboden om deel te nemen aan deze voorschoolse lijsten voor de peuterspeelzalen worden opgelost, dat er voorziening; voor alle doelgroep peuters is er een voor alle Rotterdamse plaats. peuters een plek is in de opvang en dat alle peuters in • In Rotterdam zijn de voor- en vroegschoolse voor- een kwalitatief hoogwaardige voorziening goed worden zieningen van de beste kwaliteit en voldoen aan voorbereid op de basisschool. de normen van de inspectie. Daarnaast is afgesproken te investeren in de ontwikkeling Plek voor alle peuters bijna gerealiseerd van kindcentra. Die transitie is begin 2017 succesvol afgerond, mede dankzij enorme inspanningen van peuter- De bijbehorende indicatoren zijn: speelzaalorganisaties, kinderopvangorganisaties en • Indicator 1: Het percentage driejarige Rotterdamse een aantal schoolbesturen voor primair onderwijs. doelgroepkinderen dat een vve-programma volgt Onze eerste ambitie hebben we dus gehaald; een stijgt (2013 = 67%). In 2018 wordt 80% bereikt. (Doel- resultaat waar we trots op zijn. In april 2017 waren er in groepkinderen zijn kinderen met een (risico op) taal- Rotterdam 583 groepen in de voorschool. vve groepen.1 of ontwikkelingsachterstand.) Op dat moment bereikten we 8.074 Rotterdamse peuters • Indicator 2: Verbetering van resultaten van doelgroep- en 3.523 van de 3.789 van de twee- en driejarige doel- kinderen in groep 1 en in groep 3 (nulmeting in 2015) groep peuters volgde in april 2017 een vve-programma; • Indicator 3: De voor- en vroegschoolse educatie in dat is 93%. Rotterdam voldoet aan de kwaliteitsindicatoren van de Inspectie van het Onderwijs. Wachtlijsten In de Rotterdamse voorschool zijn alle peuters welkom, Op alle drie indicatoren zijn goede resultaten geboekt: ongeacht hun achtergrond (wel of niet doelgroep peu- we bereiken maar liefst 93% van de Rotterdamse doel- ter) of de situatie van hun ouders (werkend/niet-werkend groepkinderen (indicator 1). Met de aanpassing van de bijvoorbeeld). Op dit moment zijn er in een aantal wijken doelgroepdefinitie Extra Spelen en Leren, hopen we nog nog wachtlijsten, waardoor niet alle doelgroep peuters meer peuters die dat nodig hebben, te bereiken. Samen vanaf het moment dat zij twee jaar worden terecht kunnen met instellingen en schoolbesturen wordt geïnvesteerd in in de voorschool. In april 2017 stonden er 527 kinderen op de kwaliteit van het personeel, opbrengstgericht werken, de wachtlijst voor een voorschoolse groep, voornamelijk doorgaande leerlijn en ouderbetrokkenheid en hiermee in de gebieden IJsselmonde, Feijenoord, Prins Alexander aan verbetering van de resultaten van (doelgroep) en Kralingen-Crooswijk. We ontvangen op dit moment kinderen (indicator 2). signalen van instellingen dat de wachtlijsten snel krimpen. Cijfers daarover worden gepubliceerd begin 2018. De De inspectie van het onderwijs vindt dat de kwaliteit van resterende wachtlijsten worden in 2018 opgelost, door het Rotterdams voorschools beleid en de voorschoolse het verhuizen van groepen vanuit wijken met een over- voorzieningen inmiddels op 11 van de 13 indicatoren aan schot aan plaatsen en door het indien nodig openen van de voorwaarden voldoet (indicator 3). nieuwe groepen. Eén voorschoolse voorziening voor alle Aanpassing doelgroepdefinitie per 1 oktober 2017 Rotterdamse peuters Per 1 oktober jl. is de doelgroepdefinitie voor de voor- school in overleg met het veld aangepast, zodat deze Harmonisatie beter aansluit op de ervaren praktijk van achterstand. Om de ambities van Vliegende Start te bereiken, hebben Een peuter ontvangt van het CJG een zogenaamde we de voorschool in Rotterdam geharmoniseerd, gecombi- “indicatie extra spelen en leren” als een peuter voldoet neerd met een kwaliteitsinvestering. aan één of meer van de volgende kenmerken: 1 ) De cijfers uit de 2e tussenrapportage in september 2017 en van de OBI-telling in 2017 zijn nog niet compleet en worden opgenomen in een volgende rapportage vve in 2018. 4 5 • Uit de screening van het CJG blijkt dat het kind baat de kwaliteitseisen voor vve en wordt in alle groepen nul heeft bij de indicatie extra spelen en leren vanwege een hbo’er ingezet als pedagogisch medewerker op de een ontwikkelingsachterstand. groep of als coach voor de mbo’ers op de groep. Er wordt • Daarnaast is afgesproken dat de voorscholen een opbrengstgericht gewerkt. Door de harmonisatie is de Moeder Willemijn de Vin: versnelde indicatieprocedure kunnen volgen als ze op kwaliteit van de Rotterdamse voorscholen in de praktijk De hbo-coach meerwaarde grond van objectieve observatiecriteria vermoeden dat de afgelopen jaren verder toegenomen. ‘Leren van elkaar in het kind een taalachterstand of een sociaalemotionele voor de groep achterstand heeft. Rotterdams kwaliteitskader voorschoolse educatie de voorschool’ Daarnaast is door kinderopvangorganisaties, school- De verwachting is dat het aantal peuters met een indica- besturen en gemeente gezamenlijk een Rotterdams Rotterdam loopt landelijk voorop in het verbeteren tie door de nieuwe definitie zal stijgen en het percentage kwaliteitskader voorschoolse educatie vastgesteld. In dit van de kwaliteit van de voorschoolse voorziening. De voorschool helpt taalachterstanden voorko- bereik van deze peuters wellicht tijdelijk zal dalen, omdat kwaliteitskader zijn afspraken opgenomen om de kwaliteit Door de harmonisatie van peuterspeelzalen en kin- men of verkleinen, versoepelt de overgang naar de zij niet allemaal tegelijk kunnen worden geplaatst. Dit wordt in de Rotterdamse voorscholen verder te verbeteren op deropvang en de collectieve en ambitieuze afspra- basisschool en draagt bij aan de sociaal-emotionele gemonitord. De doelstelling dat 80% van de driejarige de volgende aspecten: ken in het Rotterdams Kwaliteitskader vve loopt ontwikkeling van het kind. Uiterst positief dus, peuters met vve wordt bereikt, blijft daarbij uitgangspunt. 1. Gedifferentieerd / opbrengstgericht werken in Rotterdam vooruit op de invoering van de nieuwe maar hoe werkt het in de praktijk? Hoe beleven 2-4 dagdelen en vve-resultaten wet Innovatie door Kwaliteit Kinderopvang per 1 ouders en hun peuters het? Willemijn de Vin, sinds 2. Rotterdamse A-kwaliteit januari 2018. In Rotterdam wordt op elke groep een 1999 woonachtig op het Noordereiland, is moeder Betere resultaten doelgroepkinderen groepen 1 en 3 3. Doorgaande leerlijn hbo’er ingezet als medewerker of coach. Wendy van drie kinderen. De jongste, Rive (3,5 jaar), gaat 4. Ouderbetrokkenheid ten Cate, pedagogisch medewerker bij De Boezem- naar de voorschool. Wat betreft indicator 2: ‘Verbetering van resultaten van 5. Ontwikkeling, begeleiding en zorg en externe zorg vrienden van Kinderopvang Mundo en haar hbo- doelgroepkinderen in groep 1 en in groep 3 (nulmeting 6. Kwaliteitszorg coach Marlies Slaa vertellen over de meerwaarde ‘Rive is een vrolijk, pittig wildebrasje. Ze is ook sociaal in 2015)’ maken we gebruik van de resultaten van een van een hbo-coach op de groep. en deelt graag met andere kinderen. Op de Rotter- aantal landelijke onderzoeken. De belangrijkste is het Het kwaliteitskader biedt instellingen handvatten om damse Peuterschool De Nieuwe Haven kan ze haar
Recommended publications
  • TU1206 COST Sub-Urban WG1 Report I
    Sub-Urban COST is supported by the EU Framework Programme Horizon 2020 Rotterdam TU1206-WG1-013 TU1206 COST Sub-Urban WG1 Report I. van Campenhout, K de Vette, J. Schokker & M van der Meulen Sub-Urban COST is supported by the EU Framework Programme Horizon 2020 COST TU1206 Sub-Urban Report TU1206-WG1-013 Published March 2016 Authors: I. van Campenhout, K de Vette, J. Schokker & M van der Meulen Editors: Ola M. Sæther and Achim A. Beylich (NGU) Layout: Guri V. Ganerød (NGU) COST (European Cooperation in Science and Technology) is a pan-European intergovernmental framework. Its mission is to enable break-through scientific and technological developments leading to new concepts and products and thereby contribute to strengthening Europe’s research and innovation capacities. It allows researchers, engineers and scholars to jointly develop their own ideas and take new initiatives across all fields of science and technology, while promoting multi- and interdisciplinary approaches. COST aims at fostering a better integration of less research intensive countries to the knowledge hubs of the European Research Area. The COST Association, an International not-for-profit Association under Belgian Law, integrates all management, governing and administrative functions necessary for the operation of the framework. The COST Association has currently 36 Member Countries. www.cost.eu www.sub-urban.eu www.cost.eu Rotterdam between Cables and Carboniferous City development and its subsurface 04-07-2016 Contents 1. Introduction ...............................................................................................................................5
    [Show full text]
  • Openingsfeest Het Landje!
    Pagina 3 Pagina 5 Pagina 9 Rotterdam investeert in Pameijer Summerparty Spelen in de stad duurzame groei deMaandkrant voor de bewonersstadsruit van cool, stadsdriehoek en cs-kwartier•14e jaargang nr.15 juni/juli 2011 Openingsfeest Het Landje! Op 29 juni is het plein Het Landje opgeleverd!!! Het is een prachtig resultaat geworden. Een groot feest waard. Woensdag, 29 juni a.s. is het zOvEr, dan OpEnEn we Officieel plein HEt LandjE! gericht en betaalbaar in circa 6 weken is het plein omgetoverd tot een mooi sport- en spelplein voor jongens, meisjes en volwassenen adverteren in destadsruit met daarop onder andere een kunstgras voetbalveld, Dé krant van Rotterdam Centrum een tennis- en basketbalveld; mede mogelijk gemaakt Huis-aan-huis verspreid in Cool, Stadsdriehoek en CS-Kwartier. met steun van de Krajicek foundation en de cruyff foundation. daar zijn we trots op en dat willen we met jullie vieren! Lees verder op pagina 2 kijk voor meer informatie op www.stadsruit.nl 2 NR 15 - juNi/juli 2011 destadsruit NR 15 - juNi/juli 2011 3 Openingsfeest Het Landje! Vervolg van pagina 1 Rotterdam investeert in duurzame groei Wat gaan we doen? College Rotterdam geeft met Programma Duurzaam extra impuls aan duurzame wereldhavenstad 13.30 uur Optreden van brassband en streetdance demonstratie 13.45 uur Officiële opening door laadpunten, de vervanging van mi- wethouder Alexandra van Huffelen, nimaal 4000 benzinescooters door portefeuillehouder Saïd Kasmi elektrische, het uitbreiden van (deelgemeente Centrum), Cruyff- en Een schone, groene en het gemeentelijke elektrische wa- Krajicek Foundation gezonde stad waar duur- genpark en het realiseren van een 14.00 uur (Sport)sterren uit de wijk stellen zich beleveniscentrum voor elektrisch voor zaamheid bijdraagt aan vervoer.
    [Show full text]
  • IEA HPC 2017 Rotterdam City Brochure
    12th IEA HEAT PUMP CONFERENCE 2017 Rotterdam 12TH IEA HEAT PUMP CONFERENCE WORLD TRADE CENTER ROTTERDAM 15 - 18 MAY 2017 ‘We’re from Rotterdam - we’ll keep going!’ appeared on a placard just days after by combining heat pumps with thermal the city was devastated by the WWII aerial bombings on 14 May 1940. This motto energy storage (ATES) in principal in many ways typifies the resolute character of Rotterdam and its inhabitants. In always in combination with district the war’s aftermath, a buzzing metropolis was built literally on the post-blitz ruins, heating. including a heating-network throughout the center. Sustainability is an important element In Rotterdam today, immigrants from over 170 different nations help create the city’s of Rotterdam’s vision. The thermal open and cosmopolitan atmosphere. The resolute perseverance of Rotterdam’s energy plan for the underground makes citizens still defines the city’s continual push for innovation at all levels of business, room for heat pump projects. Room for government and community life. innovation, but also literally: room to prevent interference between different Rotterdam is synonymous with innovation, whether it is in architecture, the creative sector thermal storage projects. or the port. Home to Europe’s largest port, Rotterdam is often a trendsetter. Just think of the Maasvlakte II project, extending the port into the sea, and of the architectural tours Rotterdam shows that having district de force in the Kop van Zuid district. heating does not exclude heat pumps nor energy storage, having this base The city on the Maas river is home to the offices of many of the world’s leading load opens opportunities.
    [Show full text]
  • Delft University of Technology Sexual Violence in the City Space, Gender
    Delft University of Technology Sexual Violence in the City Space, Gender, and the Occurrence of Sexual Violence in Rotterdam Vansetti Miranda, Julia ; van Nes, A. DOI 10.3390/su12187609 Publication date 2020 Document Version Final published version Published in Sustainability Citation (APA) Vansetti Miranda, J., & van Nes, A. (2020). Sexual Violence in the City: Space, Gender, and the Occurrence of Sexual Violence in Rotterdam. Sustainability, 12(18), [7609]. https://doi.org/10.3390/su12187609 Important note To cite this publication, please use the final published version (if applicable). Please check the document version above. Copyright Other than for strictly personal use, it is not permitted to download, forward or distribute the text or part of it, without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), unless the work is under an open content license such as Creative Commons. Takedown policy Please contact us and provide details if you believe this document breaches copyrights. We will remove access to the work immediately and investigate your claim. This work is downloaded from Delft University of Technology. For technical reasons the number of authors shown on this cover page is limited to a maximum of 10. Article Sexual Violence in the City: Space, Gender, and the Occurrence of Sexual Violence in Rotterdam Julia Vansetti Miranda 1 and Akkelies van Nes 2,3,* 1 Neolog Consultoria e Sistemas, 04571-011 São Paulo, Brazil; [email protected] 2 Department of Civil Engineering, Western Norway University of Applied Sciences, 5020 Bergen, Norway 3 Department of Urbanism, Faculty of Architecture, Delft University of Technology, 2628 CD Delft, The Netherlands * Correspondence: [email protected] or [email protected] Received: 15 July 2020; Accepted: 13 September 2020; Published: 15 September 2020 Abstract: There is a need for knowledge of how the spatial features of the urban environment can shape the potential for safe streets and a gender inclusive society.
    [Show full text]
  • Aanpak, Best Practices En Succesfactoren
    WIJKECONOMIE IN ZUID-HOLLAND: aanpak, best practices en succesfactoren - eindrapport - drs. H.M. ter Beek drs. D. Leveling dr. C. van Rij Amsterdam, april 2005 Regioplan publicatienr. 1296 Regioplan Beleidsonderzoek Nieuwezijds Voorburgwal 35 1012 RD Amsterdam Tel.: 020 - 5315315 Fax : 020 - 6265199 Onderzoek, uitgevoerd door Regioplan Beleidsonderzoek in opdracht van de provincie Zuid-Holland. INHOUDSOPGAVE Voorwoord ........................................................................................................................ 1 Management Summary ...................................................................................................... 3 1 Inleiding en vraagstelling ............................................................................................ 7 1.1 Doelen en vraagstelling van onderzoek............................................................... 7 2 Object van onderzoek.................................................................................................. 9 2.1 Wijkeconomie: wat is het en wat verstaan wij er onder? .................................... 9 2.2 Gemeenten, wijken en kernen die in onderzoek centraal staan......................... 12 3 Stedelijke wijken: activiteiten en ervaringen............................................................. 15 3.1 Den Haag: Zuidwest, Spoorwijk-Laakkwartier en Duindorp............................ 15 3.2 Rotterdam: Delfshaven, Witte de Withkwartier en Hoogvliet .......................... 19 3.3 Schiedam: Nieuwland-Groenoord....................................................................
    [Show full text]
  • OPENBARE WERKEN EN BOUWNIJVERHEID TOT De Grote
    OPENBARE WERKEN EN BOUWNIJVERHEID OT de grote projecten, waaraan in 1964 werd voortgewerkt, behoren de Europoortwerken, de metrobouw, de aanleg T van het waterwinwerk op de Beerenplaat, de bouw van de Van Brienenoordbrug en van de Beneluxtunnel, het Concertge- bouw en de parkeergarage onder het Schouwburgplein. Gelden werden met name gevoteerd voor de verlenging van het Caland- kanaal en de aanleg van haven- en industrieterreinen in Europoort Midden-Oost. Besloten werd een nieuw onderzoek in te stellen naar de mogelijkheden tot vestiging van een staalbedrijf op de Maasvlakte. Na lange voorbereiding nam de Regering een beslissing inzake de zuidelijke begrenzing van de Maasvlakte, terwijl aan het eind van het jaar bij de Tweede Kamer het wetsontwerp tot indeling van het Botlekgebied bij Rotterdam werd ingediend. In het Botlekgebied werden in gebruik genomen het zwavel- overslagbedrijf van Frans Swarttouw's Havenbedrijf, de Aroma- tenfabriek van Esso en de eerste pneumaat van de Graan Elevator Maatschappij, in de Spaansepolder een fabriekshal van het Tech- nisch Bureau J. H. Goud, aan de Maashaven een fabriekshal van Ockers Constructiebedrijf en Machinefabriek C.V., aan de Tand- wielstraat een broodfabriek van N.V. Van der Meer en Schoep. Het kantoorgebouw van Phs. van Ommeren N.V. aan de Wes- terlaan werd officieel geopend evenals het gebouw van de Keu- ringsdienst van Waren (Baan), het kantoor van de Centrale voor Arbeidsvoorziening (Westzeedijk) en het kantoor van Rank Xerox N.V. (Schiekade). Gereed kwamen enige sportcomplexen. Een groots recreatieplan voor het gebied langs de Rotte werd openbaar gemaakt. Verschei- dene bejaardencentra konden worden betrokken. Het Studenten- huis aan de Maasboulevard werd geopend.
    [Show full text]
  • Rich Cities with Poor People; Waterfront Regeneration in the Netherlands and Scotland -- Utrecht 2010: Knag/Faculteit Geowetenschappen Universiteit Utrecht
    Rich cities with poor people Nederlandse Geografische Studies / Netherlands Geographical Studies Redactie / Editorial Board Drs. J.G. Borchert (Editor in Chief ) Prof. Dr. J.M.M. van Amersfoort Dr. P.C.J. Druijven Prof. Dr. A.O. Kouwenhoven Prof. Dr. H. Scholten Plaatselijke Redacteuren / Local Editors Dr. R. van Melik, Faculteit Geowetenschappen Universiteit Utrecht Dr. D.H. Drenth, Faculteit der Managementwetenschappen Radboud Universiteit Nijmegen Dr. P.C.J. Druijven, Faculteit der Ruimtelijke Wetenschappen Rijksuniversiteit Groningen Dr. L. van der Laan, Economisch-Geografisch Instituut Erasmus Universiteit Rotterdam Dr. J.A. van der Schee, Centrum voor Educatieve Geografie Vrije Universiteit Amsterdam Dr. F. Thissen, Afdeling Geografie, Planologie en Internationale Ontwikkelingsstudies Universiteit van Amsterdam Redactie-Adviseurs / Editorial Advisory Board Prof. Dr. G.J. Ashworth, Prof. Dr. P.G.E.F. Augustinus, Prof. Dr. G.J. Borger, Prof. Dr. K. Bouwer, Prof. Dr. J. Buursink, Prof. Dr. G.A. Hoekveld, Dr. A.C. Imeson, Prof. Dr. J.M.G. Kleinpenning, Dr. W.J. Meester, Prof. Dr. F.J. Ormeling, Prof. Dr. H.F.L. Ottens, Dr. J. Sevink, Dr. W.F. Sleegers, T.Z. Smit, Drs. P.J.M. van Steen, Dr. J.J. Sterkenburg, Drs. H.A.W. van Vianen, Prof. Dr. J. van Weesep ISSN 0169-4839 Netherlands Geographical Studies 391 Rich cities with poor people Waterfront regeneration in the Netherlands and Scotland Brian Doucet Utrecht 2010 Koninklijk Nederlands Aardrijkskundig Genootschap Faculteit Geowetenschappen Universiteit Utrecht This publication has been submitted as a PhD thesis in partial fulfilment of the requirements for the award of the degree of Doctor (PhD) at Utrecht University.
    [Show full text]
  • The Best-Offer-Over Pricing Method: a Best-Strategy? a Case-Study in the Rotterdam Housing Market
    THE BEST-OFFER-OVER PRICING METHOD: A BEST-STRATEGY? A CASE-STUDY IN THE ROTTERDAM HOUSING MARKET J.A. (JOOST) BOUMAN August 28TH 2020 University of Groningen | Faculty of Spatial Sciences |Real Estate Studies COLOFON Title The best-offer-over pricing method: a best-strategy? A case study in the Rotterdam housing market Version Final Author J.A. (Joost) Bouman Student number S3735818 E-mail (university) [email protected] E-mail (private) [email protected] Primary supervisor dr. M.N. (Michiel) Daams Secondary supervisor dr. M. (Mark) van Duijn Master’s program Real Estate Studies University University of Groningen Faculty Faculty of Spatial Sciences Address Landleven 1, 9747 AD Groningen Disclaimer: “Master theses are preliminary materials to stimulate discussion and critical comment. The analysis and conclusions set forth are those of the author and do not indicate concurrence by the supervisor or research staff.” Master’s thesis J.A. (Joost) Bouman 1 University of Groningen | Faculty of Spatial Sciences |Real Estate Studies Abstract As the best-offer-over method has been used increasingly in recent years, this suggests that the method is possibly rising to become the optimal sales strategy for house sellers. This study considers the situation in Rotterdam, where the use of the best-offer-over method has risen to 7.2 percent of all transactions in 2019, from only one application in 2008. Many argue that the best-offer-over method has a positive effect on transaction prices. To examine this, the present study focuses on the effect of the best-offer-over method on transaction prices in Rotterdam.
    [Show full text]
  • De Brandgrens Van 14 Mei 1940
    De brandgrens van 14 mei 1940 De brandgrens van 14 mei 1940 Veenman Publishers, Rotterdam Rotterdam aan de vooravond van de Tweede Wereldoorlog. Uit vier delen samengestelde plattegrond van de binnenstad uitgegeven door de DGW, schaal 1:5000. Data van de vier bladen vanaf linksboven met de wijzers van de klok mee: kaart No 5: 1935, No 6: 1928, No 9: 1926 en No 8: 1935. Inhoud pagina 9 Voorwoord pagina 11 Inleiding Essay pagina 13 14 Mei Hoofdstuk 1 pagina 21 Het tracé, reconstructie van de brandgrens Hoofdstuk 2 pagina 39 Historische panden op de brandgrens anno 2007 Hoofdstuk 3 pagina 75 Bommen buiten de brandgrens Appendix 1 pagina 79 Luchtaanvallen op de stad voor en na 14 mei 1940 Appendix 2 pagina 83 Het ‘vergeten bombardement’ van 31 maart 1943 pagina 89 Samenvatting van het juryrapport ‘Project Markering Brandgrens’ van mei 2007 Summary pagina 91 The fire boundary of 14 May 1940 pagina 93 Literatuurlijst pagina 96 Colofon 7 Voorwoord Elk jaar herdenken we op 14 mei de verwoesting van de Rotterdamse binnenstad in 1940. Dan denken we terug aan de verschrikkingen van de dag, die in het geheugen van velen staat gegrift. De uren met familie onder de trap. Het geloei van de sirenes. Het dreunen van inslaande bommen. De geur van het brandende puin. De 14e mei is een dag waarop voor velen het leven een andere wending kreeg, een dag ook die ook bepalend was voor de ontwikkeling van Rotterdam. Dat wordt zichtbaar door de brandgrens. Het is de grens tussen het verwoeste gebied en het deel van de stad dat gespaard bleef.
    [Show full text]
  • Vaststellingsbesluit
    Relatie met het coalitieakkoord/collegewerkprogramma/eerder aangenomen moties en gedane toezeggingen: N.v.t. Toelichting: Tot aan de inwerkingtreding van deze parapluherziening wordt ten behoeve van de exploitatie van terrassen gewerkt met een gedoogbeschikking. Daarbij wordt de aanvrager van een terrasvergunning medegedeeld dat (nog) geen vergunning verleend kan worden maar dat zijn terras, tot het moment dat dit past in een bestemmingsplan of beheersverordening, alvast geëxploiteerd mag worden, zolang de exploitatie geen gevaar oplevert voor de openbare orde, de veiligheid of het doelmatig en veilig gebruik van de openbare weg. Deze aanpak is doeltreffend gebleken en heeft niet tot problemen geleid. Het ontwerp van deze parapluherziening heeft ter inzage gelegen van 8 november 2013 tot en met 19 december 2013. Het ontwerp had uitsluitend betrekking op horecaterrassen in het openbare gebied. In de Actualiteitenraad van 9 januari 2014 heeft wethouder Karakus uw raad bericht dat ook terrassen op particuliere gronden in de parapluherziening worden geregeld. De voorliggende vast te stellen parapluherziening heeft derhalve ook betrekking op vergunde terrassen op particuliere gronden. Het meenemen van deze terrassen leidt tot een wijziging van de opzet van het ontwerp dat ter inzage heeft gelegen. Ook overigens waren er reden om op enkele punten van de opzet van het ontwerp af te wijken. Puntsgewijs komen deze wijzigingen hoofdzakelijk op het volgende neer. 1. De bestemmingsplannen en beheersverordeningen waarop deze parapluherziening betrekking heeft moeten, anders dan in het ontwerp, expliciet worden benoemd omdat niet alle bestemmingsplannen kunnen worden meegenomen in deze herziening. Dit wordt verderop toegelicht. 2. Ten opzichte van het ontwerp wordt aan de herziening een lijst toegevoegd met adressen waarop terrassen zijn vergund.
    [Show full text]
  • Cultuurhistorische Verkenning Oude Westen Luchtfoto Oude Westen ± 1960
    Cultuurhistorische Verkenning Oude Westen Luchtfoto Oude Westen ± 1960 2 Deel 1 Deel 2 Deel 3 Ontwikkelingsgeschiedenis Kenmerken Locaties uitgelicht Stedenbouw + architectuur Pagina 12 Pagina 38 Pagina 56 Voorwoord 4 Inleiding 5 Samenvatting & Conclusie 6 Beeldverantwoording & literatuur 74 Colofon 75 3 Voorwoord Stadsvisie Cultuurhistorische Verkenning als bouwsteen voor het In 2007 heeft de gemeente Rotterdam de Stadsvisie Rotterdam Masterplan 2030 vastgesteld. In deze ruimtelijke ontwikkelingsstrategie staat De Cultuurhistorische Verkenning is een bouwsteen voor het het versterken van de economie en het aantrekkelijker maken van Masterplan. Inhoud en conclusies worden bekeken in relatie tot de Rotterdam als woonstad centraal. Eén van de pijlers waarlangs andere bouwstenen die ruimtelijk van belang zijn: woningdifferenti- deze doelen worden uitgelegd is de inzet van cultuurhistorisch atie, buitenruimte, aanhechting aan de stad en parkeerstrategie. In erfgoed als ontwikkelingskracht van de stad. Een gebied ontleent het Masterplan worden al deze ruimtelijke aspecten met elkaar in haar identiteit mede aan de geschiedenis en de fysieke weerslag verband gebracht en integraal afgewogen. Het Masterplan vormt daarvan. De geschiedenis van de stad biedt bestaande kwaliteiten het toetsingskader voor de uitwerking van de planlocaties. om in de toekomst op voort te bouwen, en nieuwe kunnen ingrepen in de historische context van de stad worden geplaatst. Het Bestuurlijk document instrument Cultuurhistorische Verkenning legt de cultuurhistorische De Cultuurhistorische Verkenning is bedoeld als bestuurlijk kwaliteiten van een gebied bloot, als bouwsteen voor planvorming. document. Bij vaststelling van het Masterplan door het College van B&W wordt gemotiveerd hoe met de cultuurhistorische aspecten die B&W-besluit in de Cultuurhistorische Verkenning inzichtelijk zijn gemaakt is Het College van B&W heeft in 2007 besloten tot een werkwijze om omgegaan in het Masterplan.
    [Show full text]
  • The Consequences of Being 'The Capital of Cool'. Creative Entrepreneurs and the Sustainable Developm
    Journal of Sustainable Tourism ISSN: (Print) (Online) Journal homepage: https://www.tandfonline.com/loi/rsus20 The consequences of being ‘the Capital of Cool’. Creative entrepreneurs and the sustainable development of creative tourism in the urban context of Rotterdam Shirley Nieuwland & Mariangela Lavanga To cite this article: Shirley Nieuwland & Mariangela Lavanga (2020): The consequences of being ‘the Capital of Cool’. Creative entrepreneurs and the sustainable development of creative tourism in the urban context of Rotterdam, Journal of Sustainable Tourism, DOI: 10.1080/09669582.2020.1841780 To link to this article: https://doi.org/10.1080/09669582.2020.1841780 © 2020 The Author(s). Published by Informa UK Limited, trading as Taylor & Francis Group Published online: 09 Nov 2020. Submit your article to this journal View related articles View Crossmark data Full Terms & Conditions of access and use can be found at https://www.tandfonline.com/action/journalInformation?journalCode=rsus20 JOURNAL OF SUSTAINABLE TOURISM https://doi.org/10.1080/09669582.2020.1841780 The consequences of being ‘the Capital of Cool’. Creative entrepreneurs and the sustainable development of creative tourism in the urban context of Rotterdam Shirley Nieuwland and Mariangela Lavanga Erasmus School of History, Culture and Communication, Erasmus Research Centre for Media, Communication and Culture, Erasmus University Rotterdam, Rotterdam, the Netherlands ABSTRACT ARTICLE HISTORY This article analyses how creative entrepreneurs perceive the development Received 18 December 2019 of tourism; it looks at creative placemaking in tourism and reflects on the Accepted 17 October 2020 role of creative entrepreneurs in the sustainable development of tourism. KEYWORDS To do so, we conducted semi-structured interviews with creative entrepre- neurs in the city of Rotterdam, the Netherlands.
    [Show full text]