(OSU-Ugent): Studies in Ancient Ethnography. Barbarians in Strabo's
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Ghent University Faculty of Arts and Philosophy The Herodotos Project (OSU-UGent): Studies in Ancient Ethnography. Barbarians in Strabo’s ‘Geography’ (Isseans - Zygi). With a case-study: the Britons. Promotor: Paper submitted in partial Prof. M. Janse fulfilment of the requirements Co-promotors: for the degree of Prof. Brian D. Joseph (Ohio State University) “Master in de taal- en letterkunde: Dr. Christopher Brown (Ohio State University) Grieks- Latijn” by Anke De Naegel 2014-2015 2 Nederlandse samenvatting In deze thesis wordt eerst een inleiding gegeven die meer informatie geeft over het Herodotos project. Deze inleiding is samen geschreven met Julie Boeten. In deze inleiding komt naar voren wat dit project juist is en wat ons aandeel daarin was, dat is: we hebben alle volkeren die in Strabo’s Geografie voorkomen in tweeën gedeeld en alle informatie die Strabo over ons deel van deze volkeren schrijft verzameld. Deze informatie is terug te vinden achteraan deze thesis in de appendix. Het eerste deel van deze masterproef bestaat uit een casestudy. Op dezelfde manier waarop we de volkeren van Strabo behandeld hebben, bekeken we ons studieobject. Bij mij is het onderwerp van deze casestudy ‘the Britons’, dit zijn de oorspronkelijke inwoners van Groot-Brittannië. Aangezien het om een casestudy gaat hebben we alle teksten van de schrijvers uit de antieke oudheid bekeken waarin ons gekozen volk aan bod kwam. De nomenclatuur van het eiland en de bewoners wordt onderzocht. Blijkbaar was de naam van het eiland afgeleid van de naam van het volk. Men denkt dat beide namen afkomstig zijn uit de taal die de inwoners van Groot-Brittannië toen spraken, namelijk het Brittonic. Daarna wordt de genealogie behandeld. Zowel de oorsprong van de Britons als hun onderverdeling in stammen komt aan bod. Blijkbaar dachten de Byzantijnse auteurs dat de Britons afstamden van een zekere Celto, de dochter van ene Brettanos. Dit lijkt erop te wijzen dat ze meenden dat de Kelten en de Britons verwant waren, hoewel de klassieke auteurs dit nooit zeggen. Hun onderverdeling in stammen wordt uitgelegd aan de hand van Ptolemaeus, die de meeste bekende stammen opnoemt. Een kaartje is toegevoegd om het duidelijker te maken, want zijn tekst is niet altijd even helder. Daarna volgen de geografische opmerkingen. Groot-Brittannië werd gezien als een eiland dat buiten de Pilaren van Heracles lag en dat dus ofwel de grens van Europa vormde in het westen, ofwel buiten Europa lag. Groot-Brittannië lag (en ligt nog steeds) tegenover Frankrijk, en de afstand tussen deze twee gebieden is op sommige plaatsen erg klein. De zee waarin Groot-Brittannië lag had verschillende namen naargelang de ligging ten opzicht van het eiland. De vorm van het eiland is driehoekig, maar over de afmetingen bestaan zeer verschillende opvattingen. Dan wordt het uiterlijk van de Briton behandeld, zowel in het dagelijkse leven, als in gevechtskledij en wapenrusting. Ze waren groot en hun haar was blijkbaar minder blond dan dat van de Kelten. Ze lijken niet veel kleding te hebben gedragen en tatoeëerden zichzelf. Ze stonden bekend als een wild en vrijheidslievend volk. Ook wanneer ze vochten waren ze naakt aangezien borstplaten en 3 dergelijke meer last zouden veroorzaken wanneer ze door de moerassen moesten dan dat ze nuttig zouden zijn. De mogelijke wapens die genoemd worden zijn zwaarden, messen en speren. Ze hadden ook een schild. Opvallend was dat ze strijdwagens gebruikten. Vervolgens worden hun levensomstandigheden bekeken. Ze woonden meestal in eenvoudige hutten die ze bouwden op een open plek in het bos. Aangezien hun vee tussen hun hutten graasde waren ze genoodzaakt verder te trekken wanneer het groen opraakte. Er zijn verschillende opvattingen over hun politieke organisatie; volgens sommigen zijn ze democratisch terwijl anderen zeggen dat elke stam een eigen koning of prins had. Vandaag de dag wordt meestal gedacht dat ze vooral hiërarchisch waren en dat ‘familie’ een erg belangrijke rol speelde. De goederen die ze uitvoerden waren voornamelijk metalen. Er werd goud en zilver gevonden, maar het was vooral het tin waarvoor Groot-Brittannië bekend was. Ook parels werden gevonden in de zee rond het eiland, en deze waren zelfs van behoorlijke kwaliteit. De Britons waren oorspronkelijk niet monogaam, want het was meerdere mannen toegestaan om met dezelfde vrouw te slapen. Het lijkt erop dat ook de vrouwen redelijk vrij waren in het kiezen van hun bedgenoot. Slechts weinige goden of godinnen worden expliciet genoemd in Griekse bronnen, maar Andata en Andrasta worden vernoemd. Aan deze (en andere) goden werden regelmatig mensenoffers gebracht. De druiden waren degenen die een oog hielden op de religieuze zaken. Eenmaal de Romeinen in Groot-Brittannië aanwezig zijn, verschijnen er voorwerpen die aan de Romeinse goden zijn opgedragen. Deze goden worden dus deels overgenomen. Wanneer het christendom zich begint te verspreiden raakt ook Groot-Brittannië daarvan onder de invloed. Verbonden met het geloof is ook hun manier om met de doden om te gaan. Gezien de weinige bronnen die daarover spreken en het weinige archeologische bewijs is het moeilijk om te zeggen wat de normatieve vorm van begraven was. Er zijn verschillende mogelijkheden tot de Romeinen arriveren, dan begint het cremeren aan popularteit te winnen. Het christendom zorgt er dan weer voor dat er meer mensen begraven worden in plaats van gecremeerd. De gemeenschappelijke oertaal van de Britons wordt ook wel het Brittonic genoemd. Deze taal ontwikkelde zich later tot o.a. het Welsh, het Iers, het Schots-Gaelisch, het Manx, het Bretoens, en het Cornisch. Deze talen behoren tot de Indo-Europeses talen en kunnen onderverdeeld worden in ofwel de Eiland/Vastelandhypothese, met de eilandtalen als de talen die in Groot-Brittannië worden gesproken, ofwel in de P-/Q- hypothese, waar het om bepaalde klankwetten gaat. De geschiedenis van de Britons is behoorlijk bewogen. Caesar was de eerte die een veldtocht ondernam om Groot-Brittannië te veroveren. Na twee pogingen, die niet veel opleverden, hield hij er mee op. Ondanks het gebrek aan overtuigend succes verkreeg hij toch veel prestige door zijn poging. 4 De volgende keizer die zich met Groot-Brittannië bezig hield was Claudius. Hij probeerde om Groot- Brittannië deze keer echt te onderwerpen, maar kreeg af te rekenen met de opstand van Caratacus. Ook zijn opvolger Nero moest een opstand neerslaand, deze keer die van Boudica. In de jaren na Nero zijn er verschillende keizers geweest die zich soms eens met Groot-Brittannië bemoeiden, maar niet heel veel. Hadrianus en Antoninus Pius zijn de opvallendste, omdat zij beiden een muur bouwden om de Britons te verdelen. Septimius Severus is de volgende keizer die zich echt nog eens met Groot-Brittannië ging bezighouden. Hij wilde het eiland voor eens en voor altijd onder keizerlijk gezag brengen, maar dat lukte maar matig. Tijdens de late oudheid stond Groot-Brittannië vooral bekend om de vele usurpators die het voortbracht. Dit bleef duren tot Honorius de Britten een brief schreef om te melden dat ze onafhankelijk waren (oftewel dat ze zelf voor hun verdediging moesten zorgen). Na de onafhankelijkheid zijn er nog maar weinig meldingen van Groot-Brittannië in Griekse bronnen. Nadat al deze eigenschappen van de Britons bekeken zijn kan er besloten worden dat ze door de schrijvers van de Griekse werken initieel als barbaren werden gezien, maar later hun label van ‘barbaar’ verloren. Gebruik makend van een hypothese van James Redfield1, die stelt dat er ‘harde’ en ‘zachte’ barbaren zijn, wordt duidelijk dat de Britons een ‘hard’ volk waren. 1 Redfield, J., ‘Herodotus the Tourist’, in: Harrison, T., Greeks and Barbarians. Edinburgh 2002, 24-49 5 6 Table of Contents Word of thanks………………………………………………………………………………………………………………………………… 9 General introduction………………………………………………………………………………………………………………………. 10 The Britons……………………………………………………………………………………………………………………………………… 13 Introduction ....................................................................................................................................... 13 Nomenclature .................................................................................................................................... 14 Genealogy .......................................................................................................................................... 16 Ancestors ...................................................................................................................................... 16 Tribes ........................................................................................................................................... 17 Geographical notes............................................................................................................................ 25 Britain as part of the world .......................................................................................................... 25 Britain as part of the British Isles ................................................................................................. 26 Britain itself .................................................................................................................................. 28 Physical information .......................................................................................................................... 30 In everyday life ............................................................................................................................. 30 In