Rock Weekend – Nederlandse Vertaling

Jim Steinman: Rock’n Roll Dreams Come Through

Je kunt niet voor alles altijd weglopen! Mijn vader was niet blij, dat ik naar een ander school overstapte.

„Jij rent voor je problemen weg.“ „Volhouden!“ „Niet opgeven!“

Mijn hele leven heb ik dat gedaan. Als het enigszins haalbaar leek, heb ik altijd geprobeerd alles wat ik begonnen was ook af te maken. Ik kan vechten, kan omgaan met teleurstellingen, ik kan doorzetten.

In de zomer van 1987 was ik ervan overtuigd, dat het tijd was voor een nieuw begin. Het voelde goed. Een nieuwe levensfase. Gymnasium met het profiel economie.

Toen werd me ook duidelijker dat ik de lerarenopleiding voor het voortgezet onderwijs zou kiezen. Dankzij mijn lerares Duits. Hoewel ze nog in opleiding was, deed ze zo veel goede dingen. Heel pedagogisch. Ik geloofde steeds meer in mijn vaardigheden. Ik werd me ineens heel erg bewust, dat Duits ‚mijn‘ vak was. Het interesseerde me, ik leerde graag, zelfs vrijwillig. En ineens schreef ik de beste proefwerken. Verder profiteer ik ook nu nog van de lessen over het gebruik van de komma in een tekst. Vroeger werd de lesstof zo vaak herhaald, totdat je het kon dromen.

Ik hield een presentatie over de Sturm- und Drangzeit. Vergeleken met nu heel primitief. Maar zonder power-point, zonder Wikipedia en zonder de bijpassende YouTube-filmpjes leefde toen een hele presentatie nog sterk van je persoonlijkheid en van wat je echt wist. Ik merkte dat ik graag en zelfbewust voor een groep stond en dat ik vlot kon praten. In de analyse van Goethes Willkommen und Abschied vergeleek ik het gedicht met van . Het cijfer tien! Toen nog echt bijzonder! Mijn gevoelsmatige vrijbrief voor de lerarenopleiding! Na haar opleiding moest onze jonge lerares de school verlaten. Geen vacature. Jammer! Ze hadden beter de biologie-heks kunnen wegsturen!

Leren heeft veel te maken met relaties. Leren heeft veel te maken met vertrouwen. Met iemand iets zelfstandig laten doen. Met zelfvertrouwen.

Het heeft jaren geduurd, voordat ik helemaal snapte hoe het allemaal samenhing: MEAT LOAF, en een paar andere zangers. Tot ik de muziek kon horen, kopieren, kopen. Delen van het geniale -, dat eigenlijk een MEAT LOAF-Album had moeten worden, kreeg ik via een kennis. Geen idee waar hij dat vandaan had. Ik luisterde naar Stark Raving Love. Daarvoor het spectaculair ingesproken intro Love and Death and an American Guitar. Aan het begin het koor, dat JIM STEINMAN later ook voor van gebruikte. Het lange gitaarsolo aan het einde. Again and again…

En toen lukte het mij op de een of ander manier het hele album te bestellen. LP plus single! De single: Rock’n‘ Roll Dreams Come Through Alles wat ik zo mooi vond: Rock, emotie, melodie, de tekst, de van MEAT LOAF zo bekende theatrale muziek. Nooit heb ik het lied op de radio gehoord. Volgens Wikipedia was het 1981 zelfs nummer 6 in Nieuw Zeeland en nummer 32 in de Billboard Top 100. Gezongen wordt het trouwens door de Canadees , die steeds weer met JIM STEINMAN samenwerkte. Op Bad for Good zong hij ook Surf’s up en Lost Boys and Golden Girls. DODD is ook het mannelijke deel in BONNIE TYLERS geniale song Total Eclipse of the Heart (‚Turn Around‘). Fijn om te luisteren is ook de piano-versie van Making Love out of Nothing at All. En als ik bij het schrijven van deze woorden sommige JIM STEINMAN Mixes op YouTube luister, komen emoties en herinneringen omhoog en zou ik kunnen huilen van geluk. Al op het door hem geproduceerde BONNIE TYLER-album Faster than the Speed of Night verwees JIM STEINMAN in 1983 in Getting so Excited treffend naar een MEAT LOAF - hit in de toekomst: I Would Do Anything for Love But I Won’t Do That! Op Bat out of Hell II vind je trouwens ook een goede MEAT LOAF – versie von Rock’n Roll Dreams. Alles komt hoe dan ook weer samen.

Achim Schäffer Rockster! Op de grootste podia van de hele wereld! Of tenminste Achim Schäffer Songwriter! Rockpoet! Rock ‚n‘Roll-Goethe!

Ik schreef op mijn afgeknipte spijkerjasje niet KISS of IRON MAIDEN of METALLICA, nee: STEINMAN! Wat wel een beetje ironisch overkwam, omdat mijn vader toen zelfstandig werd met zijn stratenmakersbedrijfje. In mijn perfekte rocker-dromen ontbreekte nog steeds het bijpassende Rock-Girl. Mijn Modern Girl. Op een verjaardagfeestje had ik voor een vriendin/kennis/jeugdliefde een cassettebandje met de beste Bad for Good–songs als cadeau opgenomen. Ik geloof dat ik zelfs sommige teksten citeerde. In elk geval had ik best veel moeite gedaan en vond het zelf een fantastisch cadeau. Ik weet niet of het door het cadeau kwam, maar op een gegeven moment waren alleen wij twee samen opgesloten in de badkamer.

Weer eens op ontdekkingsreis. De geluiden van het feestje in een kamer verderop ineens ver weg. Een-uur-‘s nachts-badkamerromantiek. Met ze tweeën zitten op een WC-bril. De ruimte fel verlicht. Het ruikt hier naar handzeep en WC-eend. Teenager-paradijs! Zoenen. Friemelen.

„Wat is dat?“ Ze legt het aan mij – nietsvermoedend – uit: „Da’s een body!“ „En nu?“

Okay, dik 20 jaar later, met eigen kinderen, leerde ik toen ook hoe je een body (bij babys) zonder complicaties opent. Toen werden het alleen maar sommige onhandige pogingen en de tijd stond niet stil:

„Wat gebeurt daar binnen?“ „Ik moet nu echt heel nodig!“ Op de gang werd al iemand ongeduldig.

Wij vonden elkaar echt heel leuk. Zeker weten. Maar ik heb geen idee wat er mis ging dat er nooit meer van is gekomen. Te trots, bang voor teleurstellingen, bang voor wat de anderen zouden denken, misschien verlegenheid. Ik zie nog steeds haar mooie glimlach voor me die zegt: „Ik ben verliefd op je.“ En ik verheug me altijd als ik haar weer eens ergens tegenkom. Spanning. Kriebels.

Deze droom werd niet waar.

JIM STEINMAN overleed op 19 april 2021. Hij werd 73 jaar oud.

Tocotronic: Gehen die Leute auf der Straße

Eigenlijk met opzet zo langzaam?

De stereo in mijn blauwe Saxo gaat helemaal los. Met het maximale volume voelen we de onvervalste woede van de TOCOTRONIC-zanger DIRK VON LOTZOW. We zijn onderweg naar de uitwedstrijd in Uithuizermeeden, een klein dorpje in het Groningse middle of nowhere vlak voor het Waddengebied. Samen met mij zitten drie licht verdwaasde jongens van mijn voetbalteam A2: Frank, Erwin en Edwin. Grappig dat ouderwetse Duitse namen in Nederland op dit moment zo populair zijn. De weg om hier te komen was lang: Voor het voetbalseizoen moest ik bij mijn nieuwe club Oranje Nassau Groningen eerst een proeftraining geven. Er bestonden enorme vooroordelen. De taal was een grote uitdaging. “Halt!”riep ik vaker op het einde van een oefening. Nou ja, ze wisten wel wat ik bedoelde. Het ging best goed. Inhoudelijk had ik altijd al met veel partijtjes en vooral met de bal laten trainen. Daarmee kon ik mijn `observanten`overtuigen. Eind jaren negentig was het imago van het Duitse voetbal heel slecht. Zij leken echt bang, dat ik een Konditie- en Schwalbentrainer uit het ‚Rumpelfüßerland‘ zou zijn. Uiuiui. Aangenomen! Ik zou de A2 trainen en coachen, daarnaast de E1 en E2 trainen en ook nog een extra keeperstraining voor de keepers van de A-jeugd geven. Een strak programma, maar ik had er helemaal zin in. „Hoe veel wil je verdienen?“ „Hä?“ Dat kende ik helemaal niet, dat ik als bescheiden jeugdtrainer een klein salaris zou krijgen. „100 gulden per maand?“ „Okay!“ Ik denk dat was ver onder wat ik had kunnen vragen. Egal. Vanaf nu fietste ik elke avond naar de uitgestrekte voetbalvelden van ON en gaf training. Alles binnen het precies uitgewerkte rooster. Meestal een uurtje zo dat elke team een trainingstijd kon krijgen. Met de A2 vond ik het best gezellig. Sommige jongens konden in loop van de competitie wel naar A1 doorstromen. Beste jongens. Aardige jongens. Goed opgevoede jongens. Alleen in de kleedkamer werd het pittig. „Achiiiim! Wat doe je?“ Vol verbazing keken ze mij aan, toen ik na het douchen mijn föhn uit de tas pakte. Föhnen? Dat kon echt niet! „Dat is niet stoer, Achim!” Dus wende ik aan, mijn haar niet meer te föhnen en ik begon gel daarin te smeren. Dat kende ik daarvoor helemaal niet. En zo verwerkte ik mijn bijholteonstekingstrauma! „Nat haar – je wordt ziek!!“ Nee, ik werd niet ziek. Niet van het natte haar.

Het was ook wennen, om na afloop van de training geen biertje, maar een thee te drinken. Dat kende ik daarvoor ook helemaal niet! Maar goed, misschien was het wel gezonder.

„Wat is dat, Achim?“ Frank snapt er geen bal van. Zoiets als TOCOTRONIC had hij nog nooit geluisterd. „TOCOTRONIC!“

Met hun album Es ist egal aber bereikten ze voor mij muzikaal en met hun songteksten hoogtepunten. Pure poëzie. In Gehen die Leute auf der Straße vind je dat allemaal binnen dat een lied. Allereerst de woede, de pure energie, punk. Ineens langzaam: een ballade, melancholie, een hymne. Met nog een uitsmijter op het einde. De tekst. De vraag. Gaan de mensen op straat eigenlijk met opzet zo langzaam? Rhetorische vraag.

Het langzaam gaan voelde goed voor mij na een stressvol jaar daarvoor. Afstand. Adem halen. Een andere omgeving.

Als ik vandaag LIO‘s op school zie, die soms een dag na het afronden van hun opleiding al met een vaste baan beginnen, volle uren, heb ik daar veel respect voor. Ik ben blij dat ik dat achter mijn rug heb.

Heerlijk, het langzame lopen. Je kijkt veel bewuster om je heen. Je gaat anders met je tijd om. Meer ‚Laissez-Faire‘.

Diep inademen, de luxe van niet-op-de-klok-moeten-kijken. Een laatste ademhaling voor de aanstaande ‚kickstart‘ in het echte beroepsleven. Voor het nieuwe millennium. Voor al die ingrijpende opkomende veranderingen. In de politiek. In de maatschappij. In de wetenschap. En natuurlijk op het persoonlijke vak.

Ondertussen zijn we in Uithuizermeeden aangekomen. Alleen het voetbalveld moeten we nog opzoeken. „Nog even rechtdoor?“ „Sla maar linksaf.“ Daar op straat kijkt een voetganger een beetje verbaasd naar mijn auto. Duits nummerbord. „Dat kan niet!“ Nu zijn de jongens in mijn auto nog meer verward dan daarvoor toen ze naar TOCOTRONIC hadden geluisterd. De jonge man houd echt zijn hand voor een ‚Hitlergruß‘ omhoog en zwaait ons vrolijk toe. Ongelooflijk. Daarover dat ik als nazi door zou gaan, dat men mij als Duitser zou haten, had ik tot nu toe helemaal niet nagedacht. Waarom ook? De jongens in mijn auto denken hetzelfde. Ze kennen mij toch. En op dit moment zijn ze sterker verbonden met hun Duitse coach met zijn grappige accent en zijn föhn dan met hun landgenoot op de straat in Uithuizermeeden. We rijden verder. De wedstrijd wonnen we makkelijk.

Art Brut: My little brother

Een donkere tent, lange gang, eindelijk bereik je de binnenruimte. „Wauw!“ Twee bars, een groot podium voor de DJ, dancefloor, middenin een soort table-dance- opvoering. De hele ruimte vol met mensen van mijn leeftijd. Gelijkgezinden. „Biertje?“ „Ja, graag!“ Relaxed volg ik de strip-show. “Nog een biertje?” “Yes!” Leuke muziek! Allemaal Rock-Hits. Nirvana, Offspring, Green Day. Het Alternative-Rock-Paradijs. Sfeer? Uitstekend! „En nog een biertje alsjeblieft!“ Het volgende nummer:

My little brother!

ART BRUT! Super song!

Ik ga naar de dancefloor. Ik ga helemaal los.

My little brother …

Niet vallen! Het is glad hier. Nat. Vochtige grond. Het stinkt een beetje naar bier. Wat moet die bijna blote dame op die hete stoel denken? Aardige, licht grijze, kalende, in hun hart nog steeds jonggebleven familievaders op een tijdelijke rock-revolutie-trip. Sex, Drugs and Rock’n‘ Roll.

Je denkt aan vroeger: Wat hebben we niet alles opgenomen? De hele verboden MARILLION-Bootlegs. Honderten BASF-CHROME-cassettebandjes. En je hebt nog steeds respect voor elk cassettebandje, elk liedje. Voor elke ooggetuige, die zich sinds jaren op je zolder verstopt. Hidden Tracks.

Je schreeuwt het eruit: My little brother…

Out of control! Helemaal zwetend – je bent geen teenager meer – haal je diep adem. Een biertje kan nog. Er zit sowieso bijna niets in, in die kleine Nederlandse bierglaasjes. Maar nu naar buiten, uit die mannen-cave. Frisse lucht! Jij was hier te lang. De anderen wachten zeker al voor het hoofdpodium. DOE MAAR treedt zo op.

Ik heb het paradijs gezien. Op het Dauwpop-Festival in Hellendoorn/NL. Een geweldige belevenis! Is het bij mannen echt zo makkelijk? Sex: een halfblote dame, hangend aan een paal. Drugs: een biertje in de hand. Rock ’n‘ Roll. En een man is al blij! Echt zo makkelijk? Ja, zeker. Tenminste in dit geval, op deze plek, op dit moment. Helemaal zeker: Ja!