Neerlandia. Jaargang 79

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Neerlandia. Jaargang 79 Neerlandia. Jaargang 79 bron Neerlandia. Jaargang 79. Jan De Graeve, Gent / Geert Groothoff, Den Haag 1975 Zie voor verantwoording: https://www.dbnl.org/tekst/_nee003197501_01/colofon.php Let op: werken die korter dan 140 jaar geleden verschenen zijn, kunnen auteursrechtelijk beschermd zijn. i.s.m. 1 [Nummer 1] Visser-Neerlandia prijzen voor het eerst in stadhuis te Brussel De uitreiking van de Visser-Neerlandiaprijzen op 22 maart 1975 in de Gotische zaal van het stadhuis te Brussel is om meer dan één reden een belangrijke gebeurtenis. De prijzen zelf zijn uitgegroeid tot de belangrijkste die in de Nederlanden bekend zijn. Niet minder dan 137.500 gulden of bijna twee miljoen frank worden toegekend aan verdienstelijke personen en instellingen. Meer nog dan door hun bedrag, zijn de prijzen door de geest die spreekt uit de keuze van de bekroonden van uitzonderlijk belang geworden. Wanneer men de persoonlijkheid, het werk, de drijfveren en de doelstellingen van de laureaten overschouwt, komen deze voor als een doorsnee van de opbouwende krachten die in het maatschappelijk leven van de lage landen werkzaam zijn. Zulke uiteenlopende werkzaamheden als de hulp aan daklozen en slachtoffers van geweldmisdrijven, strijd voor het behoud van de schoonheid en de ziel van steden en landschappen, sociale en culturele begeleiding van uitgeweken Vlamingen in Wallonië, inzet voor het eigen karakter van de Nederlanden in Frankrijk - en vele andere - worden hier samen bekroond. Of, juister, de edelmoedigheid en de belangloze werkkracht die zovelen op deze uiteenlopende gebieden in dienst van de gemeenschap hebben gesteld worden hier van onder de korenmaat gehaald en op de kandelaar gezet. Bij de vraag of een prijs zou worden toegekend hebben de staatsgrenzen geen rol gespeeld: voor het Algemeen-Nederlands Verbond vormen alle gewesten van Noord en Zuid in hun verscheidenheid één levende eenheid. De keuze van Brussel voor deze plechtigheid zet de kroon op het werk. In 1895 werd op de Grote Markt te Brussel, in het koffiehuis ‘In den Vos’ het A.N.V. opgericht. Na tachtig jaar worden de Visser-Neerlandia prijzen uitgereikt in het wereldberoemde stadhuis. Deze stad mag dan, onder de druk van onverdraagzaamheid en machtsmisbruik, een Frans masker hebben opgezet. Haar glorieuze monumenten èn haar volksleven blijven getuigen van haar oorspronkelijk Brabants-Nederlands karakter. Ook dàt wilde het Algemeen-Nederlands Verbond met deze plechtigheid onderstrepen. De Nederlanden laten Brussel niet los. R.V. TONEELPRIJZEN Per Justesen Amsterdam Lucienne Stassaert Antwerpen R. Barkman Amsterdam Michel Desmyter Lier HOORSPELPRIJZEN Neerlandia. Jaargang 79 Mark Insingel Nukerke Toos Staalman Hilversum Johan Breedveld Amsterdam Willem Capteyn Amsterdam Rudolf Bruyn Heemstede MUZIEKPRIJS Willem Strietman Hilversum PRIJZEN VOOR PERSOONLIJKE VERDIENSTEN Mw. I. Alten Amsterdam Bert Garthoff Loosdrecht Ton Koot Amsterdam Nico Wijnen Den Haag Emiel van Hemeldonck Vosselaar WELZIJNSPRIJZEN Stichting Adullam Den Haag Stichting ‘Medeleven Gedupeerden t.g.v. Den Haag Misdrijf’ Centrum voor Antwerpen Natuurbeschermingsedukatie v.z.w. Tele-Onthaal v.z.w. Antwerpen CULTURELE PRIJZEN Cultureel Jongeren Paspoort Brussel Band Annevoie Stichting Dr. Winand Roukensfonds Valkenburg Stichting Literaire Dagen Eindhoven Komitee voor Frans-Vlaanderen Waregem Vriendenkring van het Komense Komen Vormingscentrum Diepenbeek Rooierheide-Wederzijds Commissie van beheer van het archief Utrecht van prof. dr. P. Geyl Algemeen Nederlands Zangverbond Antwerpen Neerlandia. Jaargang 79 Neerlandia. Jaargang 79 2 25 Jaar Nederlands te Rijsel Op 7, 8 en 9 mei 1974 werd aan de Staatsuniversiteit te Rijsel (Université de Lille III) het feit herdacht dat 25 jaar tevoren met het onderwijs van het Nederlands van wal werd gestoken. De Nederlandse afdeling o.l.v. dr. W. Thys, maître de conférences associé, heeft die herdenking willen opluisteren met een aantal lezingen (o.m. door de professoren Brachin, Stuiveling, Brugmans en Van Caenegem), een tentoonstelling, Nederlandse en Vlaamse films, een toneelavond, openbare colleges en een werkvergadering van alle docenten Nederlands in Frans-Vlaanderen. Op 27 mei werden de ‘Journées du néerlandais’ geopend met een academische zitting die o.a. werd bijgewoond door Jonkheer J.A. de Ranitz, Ambassadeur van Nederland en Graaf de Kerchove de Denterghem, Ambassadeur van België. Er werden inleidingen gehouden door Prof. P. Deyon, president van de Université de Lille III en de heer Sadi de Gonter, gevolmachtigd minister en directeur van het Institut Néerlandais. Dr. W. Thys sprak over ‘Vingt-cinq ans d'études néerlandaises à l'université de Lille’. Door de zorgen van de redactie van Neerlandia werd zijn toespraak in het Nederlands vertaald. De tekst volgt hierna: In 1948 werd aan Professor Blancquaert, Belgisch oud - minister en eerste rector van de Gentse Universiteit na de Tweede Wereldoorlog, door de Staatsuniversiteit te Rijsel, een doctoraat honoris causa verleend. De betrekkingen, bij deze gelegenheid met de Letterenfaculteit te Rijsel ontstaan, inzonderheid met de toenmalige dekaan, professor Maxime Herman, vormden grotendeels de basis voor de oprichting, tijdens het academisch jaar 1948-1949, van een nederlandstalig lectoraat aan de faculteit van de Letteren. Het was eigenlijk een ‘ruillectoraat’. De heer Van Elslander, toenmaals assistent bij de leerstoel voor Nederlandse literatuur te Gent, kwam elke week in Rijsel Nederlands doceren en terzelfdertijd verzorgde de heer Margolin, en later de heer Décaudin, specialist in het symbolisme en Apollinaire, een cursus Franse literatuur te Gent. De eerste betrekkingen met de nederlandstalige universiteiten waren dus betrekkingen met Gent. Tot op heden blijft Gent een belangrijke plaats bekleden tussen de andere buitenlandse universiteiten (Münster, Halle, Wroclaw) waarmee Rijsel III eveneens uitwisselingsakkoorden heeft afgesloten. Ik wens hier hulde te brengen aan de nagedachtenis van Professor Bancquaert, hoogleraar in de Nederlandse taalkunde te Gent, alsook aan dekaan Herman. Deze laatste, specialist in slavische talen en literaturen kwam geregeld zijn cursussen bijwonen, uit belangstelling voor de Nederlandse taal en cultuur. De heer Blancquaert schonk de volledige reeks van zijn dialectatlassen en legde daardoor de basis van de Nederlandse bibliotheek. Deze 25ste verjaardag van de Nederlandse afdeling biedt me vervolgens de gelegenheid een huldewoord te spreken tot de heer Van Elslander, mijn collega aan de universiteit te Gent en eerste Nederlandse lector te Rijsel. Hij is de werkelijke pionier van deze cursus en het moeilijke werk van de ontginning was al door hem gedaan toen ik hem in 1953 verving. Het zal hem aangenaam zijn te weten dat Neerlandia. Jaargang 79 sommige van zijn oudstudenten het Nederlands trouw zijn gebleven, en zelfs in hun publikaties bewijzen hebben geleverd van hun grondige kennis van de nederlandstalige banden. Een sprekend voorbeeld hiervan is onze collega, de heer Lentacker, die een van de eerste studenten van de heer Van Elslander was. Als hoogleraar in de Nederlandse literatuur, oud-dekaan van de faculteit van letteren en wijsbegeerte te Gent, en tevens oud-Rijselaar, kan de heer Van Elslander een belangrijke rol spelen in de uitwisseling tussen onze twee universiteiten. Indien u mij toestaat in het kort de ontwikkeling van de cursus sedert 1949 te schetsen, dan wil ik u meteen vertellen dat zowel voor mijn voorganger, als voor mijzelf de eerste jaren erg moeilijk waren. Weinig studenten, de onzekere positie van een ‘vrije’ cursus die niet naar een examen leidt, dit alles was weinig bemoedigend. Sedert de oprichting van een ‘maîtrise de conférences associée’ in 1964, hebben we een groter aantal studenten kunnen bereiken. Vanaf dat moment konden germanisten en anglisten het Nederlands als vierde optioneel getuigschrift kiezen bij de samenstelling van hun licentie. Dit betekende voor mij dat ik eindelijk drie jaar na elkaar dezelfde studenten zou hebben. Na deze periode hadden de meesten van hen een tamelijk gevorderde passieve kennis van de taal verworven, en sommigen slaagden er zelfs in moeilijke vertalingen, zowel thema als versie, te maken, actief deel te nemen aan Nederlandse conversatie en Nederlandse spreekbeurten te houden over onderwerpen op het gebied van de beschavingsgeschiedenis. In hetzelfde jaar 1964 konden we starten met een onderwijsprogramma in: 1. linguïstiek, uitwendige en inwendige geschiedenis van het Nederlands, invloed van andere talen op het Nederlands en vice versa, inleiding tot de ety- Neerlandia. Jaargang 79 3 mologie, inleiding tot het Afrikaans en het Fries en tenslotte - gedurende 1 semester - de studie van het Middelnederlands. 2. literatuur: ontleding van teksten uit de negentiende en de twintigste eeuw van Noord- en Zuidnederlandse auteurs, alsook hoofdstukken uit de Nederlandse literatuurgeschiedenis. 3. beschavingsgeschiedenis: in het eerste jaar ging het (en gaat het nog steeds) om een cursus in het Frans, waarin de grote stromingen in de geschiedenis van de Nederlanden worden bekeken: 16de eeuw, Gouden Eeuw, Vlaamse Beweging en de huidige situatie in Nederland en België. Op dit ogenblik bestuderen wij de zeer recente geschiedenis van België, met name de jaren dertig, de oorlog, de koningskwestie, de repressie, de schoolstrijd en de dekolonisatie. Deze onderwerpen boeien de studenten zeer. De meeste problemen worden hun voorgesteld in de vorm van vragen; dit gebeurt dan echter wel in het Frans, omdat we hier met beginners te doen hebben. In het
Recommended publications
  • Corporate Venturing Managing the Innovation Family in a Dynamic World
    corporate venturing Managing the innovation family in a dynamic world Corina Kuiper Fred van Ommen Copyright page VOC Uitgevers Postal Box 366 6500 AJ Nijmegen www.voc-uitgevers.nl Design & lay-out mw:ontwerp, Nijmegen Production Rocim, Oosterbeek ISBN 978-90-79812-17-2 NUR 800 First printing, March 2015 All rights reserved. This book or any portion thereof may not be reproduced or used in any manner whatsoever without the express written permission of the Publisher except for the use of brief quotations in a book review. This publication has been made possible by a generous dotation from Corporate Venturing Network Netherlands (CVNN). Table of Contents Preface 5 1 Introduction 7 1.1 Corporate Venturing: Go Dutch 7 1.2 Corporate Venturing Network Netherlands (CVNN) 9 1.3 About this book 14 2 Corporate Venturing – Principles 15 2.1 Corporate Venturing: a contradiction in terms 15 2.2 Corporate Venturing has become a necessity: live or die 17 2.3 Waves of Corporate Venturing 21 2.4 Different flavours of Corporate Venturing 27 2.5 Granularity of Innovation: the Innovation family 47 2.6 Managing the generation gap: the differences in behaviour 53 2.7 The five levels of Corporate Venturing 67 2.8 Entrepreneurship: causation versus effectuation 81 3 Corporate Venturing – In practice 91 3.1 AGC Asahi glass 92 3.2 ASML – Fulfilling the potential of semiconductor lithography 98 3.3 Bekaert – Better Together 104 3.4 Brightlands Chemelot Campus – Chemistry connects people 110 3.5 DPI (Dutch Polymer Institute) & DPI Value Centre 119 3.6 DSM - Bright
    [Show full text]
  • When the Ladies of Love Left
    When the Ladies of Love Left Contact: Sanne Derks [email protected] www.sannederks.com Ingrid Gercama [email protected] www.anthrovision.com When the Ladies of Love Left… Mariska (a pseudonym) fears what will happen with her little savings now the COVID19 outbreak rages on. It has already been weeks since the Ministry of Health’s Outbreak Management Team has prohibited so-called "contact professions", and Mariska and her colleagues have been at home ever since. "Some ladies will suffer unbearably", the representative of the Prostitution Information Centre (PIC) says. Many sexworkers she knows work illegally behind the famous red light windows and will not be able to access social emergency care. "They will be out on the street before long". Others, she says, continue to work out of pure necessity, risking their own and families' health. The COVID-19 pandemic has a severe impact on the daily life of Amsterdam’s Red Light District. There is no area in the Netherlands where the measures to prevent the disease from spreading have created such a large contrast with the daily status-quo than at ‘de Wallen’, as the area with many brothels, coffeeshops and sex workers is cal- led. The streets are empty -- tourists, customers that usually brought much needed money, have long gone. This photo story tells the story of the ladies of love and explores their fears, doubts and shows what actually happened when the red curtains closed. About us: Sanne is a Dutch photojournalist with a strong focus on social documentary projects. She publishes in various me- dia e.g.
    [Show full text]
  • Briefing on Legal Prostitution in the Netherlands: Policies, Evaluations, Normalisation
    Briefing on legal prostitution in The Netherlands: policies, evaluations, normalisation Author: Karin Werkman Date: June 2016 Website: http://feminismandhumanrights.org 1. Introduction In 2000 The Netherlands became the first country to legalise all aspects of prostitution. It has since been a strong advocate for its pragmatic approach. This brief explains the Dutch law, lists research on the effects and outcomes of it, and explains the pending law proposal and current discussions. The image that always comes to mind when discussing the Dutch prostitution policy is that of the statue of Belle in Amsterdam. It is an almost symbolic translation of Dutch thinking on prostitution. It translates the view that The Netherlands have on prostitution, on what prostitution is. It is the figure of a woman in a window frame, in a self- confident, proud posture, hands on her hips, chin in the air. The statue was placed on the square in April 2007, unveiled at the first open doors day of the red light district1. Less than a month earlier, the newspapers reported on a study that had been published on prostitution in Rotterdam. It found that more than half of the prostituted women in Rotterdam ‘worked illegally’. ‘Working illegally’ meant that the women had been either forced into prostitution; were illegal (no residence status); were minors or worked in ‘illegal sex establishments’2. If in Rotterdam at least half of the women weren’t in prostitution legally or voluntarily, then how could they place a statue for them in Amsterdam in the same month? This contradiction, between the thinking on prostitution and the reality of it, is the topic of this brief.
    [Show full text]
  • The Emergence of the Corporate Form
    JLEO, V33 N2 193 The Emergence of the Corporate Form Giuseppe Dari-Mattiacci Downloaded from https://academic.oup.com/jleo/article-abstract/33/2/193/3089484 by Universiteit van Amsterdam user on 07 October 2018 University of Amsterdam Oscar Gelderblom Utrecht University Joost Jonker Utrecht University and University of Amsterdam Enrico C. Perotti University of Amsterdam and CEPR We describe how, during the 17th century, the business corporation gradually emerged in response to the need to lock in long-term capital to profit from trade opportunities with Asia. Since contractual commitments to lock in capital were not fully enforceable in partnerships, this evolution required a legal innovation, essentially granting the corporation a property right over capital. Locked-in cap- ital exposed investors to a significant loss of control, and could only emerge where and when political institutions limited the risk of expropriation. The Dutch East India Company (VOC, chartered in 1602) benefited from the restrained executive power of the Dutch Republic and was the first business corporation with permanent capital. The English East India Company (EIC, chartered in 1600) kept the traditional cycle of liquidation and refinancing until, in 1657, Giuseppe Dari-Mattiacci gratefully acknowledges the financial support by the Netherland Organization for Scientific Research (NWO VIDI grant 016.075.332) and the Becker-Friedman Institute at the University of Chicago (BFI Fellowship winter 2012). The authors would like to thank Kenneth Ayotte, Douglas Baird, Patrick
    [Show full text]
  • Benchmarking IP in Its Evolution to Asset Class Status
    Do Not Delete 6/6/2015 12:16 PM From a Patent Market for Lemons to a Marketplace for Patents: Benchmarking IP in Its Evolution to Asset Class Status Ian D. McClure* INTRODUCTION An emphasis on strategic patent management as an independent business operation has created a sophisticated patent intermediary and services market over the past ten years, spurring an influx of patent service firms and tools which make patent research a more manageable endeavor.1 In that same time period, intermediaries, brokers, agents, and other non-practicing entities (NPEs)—patent holding companies without operations independent of patent monetization—have entered the patent market in search of high-margin returns. The concurrent timing of both phenomena is a result of the interrelated upward swing of IP value and risk. The value of intangible assets (of which intellectual property is a component) relative to other corporate assets has ballooned from 20% to 80% of corporate value since 1975.2 Supporting the proximate accuracy of this measurement is the incredible * Ian D. McClure is an experienced corporate, M&A, and intellectual property transactions attorney and licensing professional. He is a member of the “IAM Strategy 300 – The World’s Leading IP Strategists” (IAM Magazine) and an adjunct faculty member at Chicago-Kent College of Law. B.A. in Economics from Vanderbilt University (cum laude), J.D. from Chapman University Fowler School of Law (magna cum laude), and L.L.M. from DePaul University College of Law. Special thank you to Kelly O’Neil, J.D. and Masters in Intellectual Property Management and Markets at Chicago-Kent College of Law, for her helpful research and analysis in support of this article.
    [Show full text]
  • The One-Tier Board in the Changing and Converging World of Corporate Governance, Under the Supervision of Professor Dr
    THE ONE-TIER BOARD IN THE CHANGING AND CONVERGING WORLD OF CORPORATE GOVERNANCE THE ONE-TIER BOARD IN THE CHANGING AND CONVERGING WORLD OF CORPORATE GOVERNANCE A comparative study of boards in the UK, the US and The Netherlands Willem J.L. Calkoen 2012 Kluwer – Deventer – The Netherlands This PhD thesis contained in this book was publicly defended by the author on 11 October 2011 at Erasmus University Rotterdam, The Netherlands. Omslagontwerp: H2R Vormgeving & Communicatie ISBN 978-90-13-10437-0 NUR 827-715 E-book: 978-90-13-10438-7 © 2012, Kluwer Deventer Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder vooraf- gaande schriftelijke toestemming van de uitgeverij. Voor zover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van art. 16h tot en met 16m Auteurswet jo. het Besluit van 27 november 2001, Stb. 2002, 575, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130KB Hoofddorp). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken dient men zich tot de uitgever te wenden. No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission from the publisher. Kluwer BV legt de gegevens van abonnees vast voor de uitvoering van de (abonnements)- overeenkomst. De gegevens kunnen door Kluwer, of zorgvuldig geselecteerde derden, worden gebruikt om u te informeren over relevante producten en diensten.
    [Show full text]
  • From Conflict Resolution to Conflict Management
    Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/65503 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Ekama, K.J. Title: Courting conflict : managing Dutch East and West India Company disputes in the Dutch Republic Issue Date: 2018-09-13 COURTING CONFLICT ISBN: 978-94-92679-54-3 Printed by: Print Service Ede Cover images: Photograph of archival manuscript document: NL-HaNA, Hoge Raad Holland en Zeeland, 3.03.02, inv.nr. 778 (1686), Geextendeerde sententies, f. xxxiiii r; High Court judges: Detail from De begrafenisstoet van Frederik Hendrik. Pieter Nolpe after Pieter Jansz Post, 1651. Rijksmuseum, Amsterdam. Courting Conflict Managing Dutch East and West India Company disputes in the Dutch Republic PROEFSCHRIFT ter verkrijging van de graad van Doctor aan de Universiteit Leiden, op gezag van Rector Magnificus prof. mr. C.J.J.M. Stolker, volgens besluit van het College voor Promoties te verdedigen op 13 september 2018 klokke 10:00 uur door Kate Jean Ekama geboren te Kaapstad, Zuid-Afrika op 24 october 1986 Promotor: Prof. dr. Cátia Antunes Co-promotor: Dr. Karwan Fatah-Black Promotiecommisie: Prof. dr. Michiel van Groesen Prof. dr. Egbert Koops Dr. Justyna Wubs-Mrozewicz, University of Amsterdam Dr. Bram van Hofstraeten, Maastricht University Contents Acknowledgements ......................................................................................................................................... iv List of Abbreviations .......................................................................................................................................
    [Show full text]
  • Shareholder Activism at the Dutch East India Company 1622 – 1625
    Shareholder Activism at the Dutch East India Company 1622 – 1625 Redde Rationem Villicationis Tuae! Give an Account of Your Stewardship! Paper presented at the Conference on the Origins & History of Shareholder Advocacy, Yale School of Management, Millstein Center for Corporate Governance and Performance November 6 and 7, 2009. Preliminary draft. Please do not cite or quote without permission of the author. This version: 10 January, 2010. J. Matthijs de Jongh1 Keywords: Shareholder activism, legal history, VOC, East India Company, agency theory, societas, universitas, corporation JEL Classifications: B15, D23, K22, O10, O52 1 Research Department of the Supreme Court of The Netherlands ([email protected]). This paper is a revision of a more concise article on the same subject (De Jongh 2009). I would like to thank the Royal Netherlands Academy of Arts and Sciences, as well as the Yale School of Management (Millstein Center for Corporate Governance and Performance) for their financial support. I also thank Daan Asser, Paul Frentrop, Oscar Gelderblom, Niels Huurdeman, Jan Lokin, Abe de Jong, Joost Jonker, Ralf Mehr, Ailsa Röell, Alexander Schild and Vino Timmerman for their helpful comments. The usual caveat applies. Electronic copy available at: http://ssrn.com/abstract=1496871 Abstract This paper explores the reason for the absence of control rights of shareholders in the Dutch East India Company (VOC) and the background of the conflict between shareholders and directors that arose in 1622/1623 when the VOC Charter of 1602 was extended. The VOC was the result of a merger between several companies that had been trading in the East Indies between 1594 and 1602.
    [Show full text]
  • The Resilience of the Gentrifying Red Light Districts of London and Amsterdam
    Dealing with neighbourhood change: The resilience of the gentrifying red light districts of London and Amsterdam The #no fucking photo’s campaign was launched by a collective of sex workers and entrepreneurs of De Wallen (photo by author) Marthe Singelenberg Research Master Urban Studies June 23rd 2017 Supervisor: Wouter van Gent Second reader: Rivke Jaffe Wordcount: 7431 1 1. Abstract Since the early 2000’s, western cities have developed urban policies aimed at the regeneration of their red light districts by reducing the number of sexually oriented business and by stimulating public-private investments in real estate. It has been argued that these processes of state-led gentrification are transforming these districts into ‘sanitized spaces’, whereby marginalised groups such as sex workers are targeted for displacement. This research will look at experiences of neighbourhood change in the gentrifying red light districts of London and Amsterdam. Based on ethnographic fieldwork, it will show that these districts accommodate communities of place-based stakeholders with social and financial interests in the neighbourhood. As they use these interests to negotiate urban change, they contribute to the ways in which the gentrification of red light districts is accepted, contested and adopted. 2. Introduction The status of red light districts has been subject to ongoing public and academic debate. Within the urban discourse, they have been both marginalised and romanticised, avoided and frequented, endangered and protected, and recently, their existence has been contested. Worldwide, in cities like Hong Kong, Taipei, Montreal, Antwerp, London and Amsterdam, municipalities have developed policies aiming at reducing the physical presence of sex work in the city (Cheng 2016).
    [Show full text]
  • The World's First Stock Exchange. How the Amsterdam
    UvA-DARE (Digital Academic Repository) The world’s first stock exchange: how the Amsterdam market for Dutch East India Company shares became a modern securities market, 1602-1700 Petram, L.O. Link to publication Citation for published version (APA): Petram, L. O. (2011). The world’s first stock exchange: how the Amsterdam market for Dutch East India Company shares became a modern securities market, 1602-1700 Eigen Beheer General rights It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open content license (like Creative Commons). Disclaimer/Complaints regulations If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: http://uba.uva.nl/en/contact, or a letter to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You will be contacted as soon as possible. UvA-DARE is a service provided by the library of the University of Amsterdam (http://dare.uva.nl) Download date: 03 Jan 2019 CONTENTS List of figures VII List of tables VIII List of maps VIII List of abbreviations IX Introduction 1 Context, historiography and theory 2 Scope and structure 6 Sources 9 Part I – Taking the measure
    [Show full text]
  • Henry Hudson in Holland
    8b E 129 . HQ M91 1909 HENRY HUDSON IN HOLLAND HENRY HUDSON IN HOLLAND AN INQUIRY INTO THE ORIGIN AND OBJECTS OF THE VOYAGE WHICH LED TO THE DISCOVERY OF THE HUDSON RIVER WITH BIBLIOGRAPHICAL NOTES BY HEN. C. MURPHY REPRINTED, WITH NOTES, DOCUMENTS AND A BIBLIOGRAPHY, BY WOUTER NIJHOFF, HON. SECRETARY TO THE “LINSCHOTEN-VEREENIGING” THE HAGUE MARTINUS NIJHOFF 1909 COPYRIGHT, 1909 BY MARTINUS NIJHOFF PRINTING OFFICE “DRUKKERIJ TRIO” THE HAGUE TABLE OF CONTENTS Page Preliminary note.vn The Author’s preface.ix Introduction ..'.1 I. The invitation to Hudson and the Dutch merchants II. The first expedition to the North, the origin of the East India Company and its policy in regard to the North passage.12 III. Another power, in quest of the riches of the Indies, disturbs Hudson’s negotiations with the Company, which fail, are renewed and finally consummated in consequence.19 IV. The contract between Hudson and the Company; and the instruction for the voyage.31 V. Hudson, before leaving Holland, contemplates ex¬ ploring the coast of America in latitude forty and in Davis’ straits.41 Appendix A. A word for the Halve Maen.57 B. The account of Hudson’s voyage by the Dutch historian, Emanuel van Meteren.61 C. The Hudson tract of 1612.69 Bibliographical description of the various printed Dutch records concerning Hudson A. Van Meteren’s History of the Dutch wars. ... 79 B. Hessel Gerritsz. collection.81 C. Joh. de Laet, Nieuwe Wereldt.98 Documents Original.103 English translations.139 Digitized by the Internet Archive in 2018 with funding from Getty Research Institute https://archive.org/details/henryhudsoninholOOmurp_O The booklet published in 1859 by Henry Cruse Murphy, then United States Minister at The Hague, well deserves re-printing.
    [Show full text]
  • Strong Mayors' Leadership Capital: New York, London & Amsterdam
    STRONG MAYORS’ LEADERSHIP CAPITAL: NEW YORK, LONDON & AMSTERDAM (2000-2016) by Max William Stafford Canterbury Christ Church University Thesis submitted for the Degree of Doctor of Philosophy 2019 1 Abstract This thesis examines mayors and their interaction with their institutional limits. In particular, it considers, from the perspective of political leadership studies, how far mayors fitting the strong-mayor typology are able to assert their will in the face of these institutional limits. David Sweeting’s expositions on the strong-mayor model, supplemented by those of other theorists, form the thesis’ theoretical framework. This framework is applied to three original case studies (Michael Bloomberg in New York and Ken Livingstone & Boris Johnson in London). A fourth case study, of Job Cohen in Amsterdam, follows these and offers alternative perspectives (based upon the application a model of an appointed mayoralty). The analytical tool chosen – the Leadership Capital Index (LCI) – is a recent innovation in political leadership studies. The thesis’ findings demonstrate that there was clear potential for all of the mayors within the systems examined to assert their political will. What varies is how far mayors in different forms of strong-mayor systems can do this and how they achieve it. With regard to the LCI, the study concludes that it needs further development if it is to achieve longevity in terms of its place in the field. The thesis ends by outlining the future research agenda emerging as a result of this study. 2 Table of Contents Abstract ................................................................................................................................ 2 Acknowledgements .............................................................................................................. 7 List of Tables and Figures ..................................................................................................... 8 List of Interviewees* ..........................................................................................................
    [Show full text]