PDF Van Tekst

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

PDF Van Tekst Indische Letteren. Jaargang 21 bron Indische Letteren. Jaargang 21. Werkgroep Indisch-Nederlandse Letterkunde, Alphen aan den Rijn 2006 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_ind004200601_01/colofon.php © 2013 dbnl i.s.m. 1 [Nummer 1] Redactioneel Op 25 september 1985 werd in Leiden de Werkgroep Indisch-Nederlandse Letterkunde opgericht. Omdat we in 2005 ons twintigjarig bestaan vierden, was het jaarlijks symposium, gehouden in Bronbeek op 6 november, gewijd aan het thema Feesten in Indië. Deze aflevering bevat de teksten van de lezingen die toen gehouden zijn. Fred Lanzing houdt op basis van persoonlijke herinneringen een causerie die als kader dient voor wat volgt. Allereerst de Europeanen: Sinterklaas en Kerstmis komen aan bod in de bijdrage van John Helsloot, Pieter Eckhardt bespreekt de Oranjefeesten in Indië. Dan de Indonesiërs: Peter Boomgaard belicht festiviteiten waarbij tijgers moeten vechten, Karel Steenbrink vertelt over de Garebeg-feesten in Yogyakarta. Ook de Japanse bezetting komt aan bod: Frans Schreuder en Joke van Grootheest laten zien dat er ook momenten van troost en ontspanning waren in de kampen. Tenslotte passeren bij Adrienne Zuiderweg de luisterrijke VOC-feesten de revue en schetst Gerard Termorshuizen een navrant beeld van de beruchte plantersfeesten in Deli. Ten slotte kijkt Peter van Zonneveld, de voorzitter, terug op de geschiedenis van de werkgroep en blikt hij ook vooruit naar de toekomst. Op 3 februari hebben we - niet zonder emoties - afscheid moeten nemen van Gerard Termorshuizen en Reggie Baay als redacteuren. Indische Letteren. Jaargang 21 2 Beiden hebben twintig jaar lang, vanaf het allereerste uur, hun beste krachten aan de Werkgroep en het tijdschrift gegeven. Het is onmogelijk in kort bestek hun verdiensten recht te doen. Reggie Baay was een van de drie initiatiefnemers en werd door Rob Nieuwenhuys benoemd tot secretaris en redactiesecretaris. Jarenlang heeft hij beide functies met verve vervuld; nadien heeft Marian Fillié taken van hem overgenomen. Ook inhoudelijk heeft hij een belangrijke bijdrage geleverd in de vorm van vele lezingen en artikelen: over Brooshooft, Hans van de Wall, het Indisch toneel en de njai. Binnenkort verschijnt de handelseditie van zijn verhalenbundel De ogen van Solo. Wij hopen dat hij nu meer tijd zal vinden voor het boek dat hij schrijft over de njai, en voor ander creatief werk. Gerard Termorshuizen is vanaf de oprichting bij de werkgroep betrokken, heeft een enorme bijdrage geleverd in de vorm van lezingen en artikelen, maar daarnaast ook vele anderen geholpen met hun onderzoek en het redigeren van hun artikelen. Niemand deed ooit tevergeefs een beroep op hem. Bovendien vormde hij de personele band tussen onze werkgroep en het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land- en Volkenkunde waaraan hij verbonden is. Hoezeer wij hun inbreng hebben gewaardeerd, mag blijken uit het feit dat we besloten hebben Reggie Baay en Gerard Termorshuizen tot ereleden van de werkgroep te benoemen. Gelukkig zijn ze niet geheel voor ons verloren: samen met de oud-redacteuren Liesbeth Dolk en Joop van den Berg zijn ze tot onze grote vreugde bereid gevonden om toe te treden tot de vanaf nu bestaande Redactieraad. Het is verheugend dat we een nieuw redactielid mogen verwelkomen in de persoon van Inge Tromp. Zij is als neerlandica in Leiden afgestudeerd op een Indisch onderwerp, het tijdschrift Biäng-Lala, waarover ze ook in ons tijdschrift publiceerde. Thans is zij hoofd documentatie van het KITLV, zodat de personele band tussen onze werkgroep en deze instelling gelukkig behouden blijft. We wensen haar veel succes. Data om alvast te noteren: op 2 juni vindt een lezingenmiddag plaats die geheel in het teken staat van Rumphius (nadere informatie elders in dit nummer). Voorts wordt op 29 september weer een middag met lezingen gehouden. Het jaarlijks symposium vindt plaats op zondag 12 november op Bronbeek; het thema is: Perkara's. Indische Letteren. Jaargang 21 3 Feest ter gelegenheid van de kroning van koningin Wilhelmina in Soerabaja op 31 augustus 1898 (Collectie Tropenmuseum, Amsterdam). Uitnodiging Op vrijdag 2 juni organiseert de Werkgroep Indisch-Nederlandse Letterkunde weer een lezingenmiddag, die ditmaal geheel in het teken staat van Rumphius, de grote natuuronderzoeker uit de Molukken. Mark Loderichs verzorgde een verrassende bloemlezing uit diens werk, en W. Buijze publiceerde onlangs een biografie met veel nieuwe feiten. Zij zullen als sprekers optreden, samen met Hans Straver, verbonden aan het Moluks Historisch Museum, Freek van Veen, emeritus-hoogleraar van de TU Delft, en Patty Scholten, de dichteres van de aan Rumphius gewijde bundel Een tuil zeeanemonen. • Aanvang: 14.00 uur. Slot: 17.00 uur Plaats: Universiteit Leiden, gebouw 1175 (Lipsius), Witte Singel/Doelencomplex (achter het Rapenburg ter hoogte van de Doelensteeg). De zaal wordt ter plekke bekend gemaakt. De toegang is gratis. Alle belangstellenden zijn van harte welkom. Indische Letteren. Jaargang 21 4 Sociëteit ‘Concordia’ in de Sociëteitsstraat te Soerabaja (foto Woodbury & Page, ca. 1900). Indische Letteren. Jaargang 21 5 Feesten in Indië Van Sint Nicolaas tot lebaran: een persoonlijke introductie Fred Lanzing Geboren worden en opgroeien in Nederlands-Indië is een bijzondere ervaring. Als kind heb je meer en andere belevenissen en ontmoetingen in de koloniale samenleving dan de meeste volwassen Europeanen. Bovendien hebben kinderen dikwijls een heldere blik op en een attent gehoor voor allerlei zaken en voorvallen in hun omgeving. Jeugdherinneringen kunnen daarom scherp in het geheugen staan. Dat geldt ook voor mij. Ik herinner mij de feesten en festiviteiten goed. En ik herinner mij ook wat er over verteld werd door mijn ouders en hun kennissen op het platje aan het eind van de middag bij een kop thee of een paitje, als zij dachten dat ik niet luisterde naar wat er gezegd werd. Hieronder zal ik beschrijven wat ik meemaakte, zag en hoorde over een aantal feestelijke gebeurtenissen. Ik begin natuurlijk met het grote kinderfeest Sint-Nicolaas. In 1938 vertoefde ik met mijn ouders en zusje in december te Batoe om in de bergen ‘een koude neus te halen’. Het bungalowtje had aan de achterzijde een half open keuken waarin onder andere een drietal arangcomfoors stond. 's Avonds zongen mijn zuster en ik braaf ‘Makkers staakt uw wild geraas’ en ‘Hoort wie klopt daar, kinderen’, terwijl de kokkie toekeek alsof ze een gezicht van hout had, ze vertrok geen spier. Ik kan nu wel raden wat zij toen dacht: ‘aan alle belanda's zit een steekje los’. Wij zetten ons schoentje met ook iets erin voor de schimmel. De volgende ochtend bleek Sinterklaas ons inderdaad te hebben bezocht. Ik waardeerde het feit dat hij en zijn knecht met dat gammele stoombootje dat hele klere-eind van Spanje naar Java was gevaren. Hij had ook voor snoep gezorgd. Geen speculaas of marsepein, zoals men wellicht zou denken. Nee hoor, als multi-culti avant la lettre had hij kwee lapis en kwee talem bij ons schoentje gelegd. De pisang en de ramboetans die wij voor de schimmel hadden bestemd, waren verdwenen. Het beest had kennelijk de pisang én de ramboetans met schil en al opgegeten. Dat laatste maakte een zekere onrust in mij wakker. Ik geloof dat toen de eerste ontkieming van mijn geloofsafval plaatsvond. Van Kerstmis heb ik merkwaardigerwijs geen enkele herinnering. Indische Letteren. Jaargang 21 6 Mijn ouders waren niet gelovig, maar deze volstrekte lacune in mijn geheugen verbaast mij wel. Eerst was ik van plan om snel naar documentatie op zoek te gaan bij het KITLV of in het KIT, maar gelukkig was dat niet nodig. Ik verwijs naar het artikel van John Helsloot in dit nummer. Van oud en nieuw_herinner ik mij eigenlijk alleen de teringherrie die elders in de stad ontstond bij de viering van Chinees nieuwjaar. Dertig jaar geleden woonde ik tienhoog aan de rand van Amsterdam. Bij oudjaar zag je aan de horizon het vuurwerk de lucht in gaan. Op één plek was wel erg veel vuurwerk. ‘Ja hoor’, dacht ik, ‘daar ligt de Binnen Bantammerstraat.’ Natuurlijk waren er ook inheemse feestdagen. Lebaran, is niet wat veel mensen dachten en denken: het inlandse nieuwjaar. Het is het einde van de vastentijd. Die werd uitbundig gevierd door, zoals Snouck Hurgronje in 1904 schreef, ‘maaltijden, bezoek aan verwanten, aanschaffing van nieuwe kleederen en vreugdebedrijf’.1 En hij vervolgde: ‘Dat de Inlandsche bevolking van Java in hoge mate lijdt aan feestzucht welker bevrediging vaak tot het aangaan van bezwarende schulden leidt [...] staat vast.’ Die hang naar ‘vreugdebedrijf’ en ‘feestzucht’ was geen monopolie van de inlandse bevolking. Hieronder zal blijken dat de Europese bevolking daarin bepaald niet onderdeed. Wat betreft ‘het aangaan van bezwarende schulden’, ook daarin had Snouck Hurgronje gelijk. Het einde van de vastentijd kondigde zich altijd op dezelfde wijze aan, daar kon je vergif op innemen: onze bedienden wilden om dit te vieren een paar dagen verlof om terug te gaan naar hun desa. En dan voltrok zich een vast ritueel: ze vroegen om een voorschot. Waar je ook vergif op kon innemen, was dat mijn moeder dan riep: ‘Hij heeft het voorschot, van vorig jaar nog niet eens afbetaald!’ ‘Ja, ja’, zei mijn vader die zelf in Indië geboren was en er tot zijn zeventiende had gewoond, ‘laat dat maar aan mij over.’ Van de vastentijd - de ramadan - en ook van de overige uitingen van de islam heb ik in mijn jeugd eigenlijk niet zoveel gemerkt. Dat ligt niet aan mij. De islam op Java was en is nog steeds een dun laagje religieus vernis in het dagelijks leven, zeker in de steden. Het is niet voor niets dat Snouck Hurgronje in 1891 opmerkte, dat de enige die in Nederlands-Indië de koran in vlekkeloos klassiek Arabisch kon reciteren, de beo in zijn kooi achter in de tuin was.2 Een aparte dag was Koninginnedag, dat was altijd een groot feest. De bijdrage van Pieter Eckhardt in dit nummer gaat hierover.
Recommended publications
  • Bab I Pendahuluan
    BAB I PENDAHULUAN 1.1. Latar Belakang Dalam sejarah perkembanganya, kawasan bersejarah Kota Tua Jakarta telah melalui berbagai transformasi dalam aspek fungsi. Sebelum dikuasai oleh Kerajaan Belanda dan Jayakarta, Kota Tua merupakan sebuah pelabuhan penting asia tenggara di bawah pemerintahan Kerajaan Banten bernama Sunda Kelapa. Pada masa kekuasaan VOC (Vereenigde Oostindische Compagnie) atau yang dikenal Serikat Dagang Hindia Timur Belanda, Sunda Kelapa mengalami transformasi menjadi Kota Batavia yang berperan sebagai pelabuhan internasional, pusat pemerintahan, pusat perdagangan, dan pusat militer bagi perusahaan dagang Hindia Belanda tersebut (Aryanto & So, 2012) Kota lama Batavia saat ini telah menjadi Kota Tua Jakarta dengan nilai sejarah yang wajib dilindungi serta dimanfaatkan untuk kepentingan masyarakat Kota Jakarta. Potensi pengembangan multi-dimensi yang mencakup: aspek fisik- lingkungan, ekonomi, dan sosial budaya, menjadi kualifikasi kawasan bersejarah Kota Tua Jakarta sebagai kawasan wisata sejarah serta ruang publik bagi seluruh masyarakat Kota Jakarta (Dewi, 2009). Peninggalan masa lalu berupa: tata kota, arsitektur, infrastruktur, fasilitas perdagangan, serta fasilitas perbankan di Kota Tua, menghadapi berbagai masalah seiring dengan modernisasi Kota Jakarta yang sangat cepat. Bangunan bersejarah yang terancam runtuh dan ruang terbuka yang tidak terawat, mengakibatkan kawasan Kota Tua semakin kehilangan eksistensinya sebagai kawasan wisata sejarah serta ruang publik bagi masyarakat Kota Jakarta. Upaya revitalisasi dan
    [Show full text]
  • 7 BAB II TINJAUAN PUSTAKA 2.1 Sejarah Jakarta Sejarah Jakarta Bermula Dari Sunda Kelapa, Lalu Menjadi Kota Jayakarta. Setelah Ja
    BAB II TINJAUAN PUSTAKA 2.1 Sejarah Jakarta Sejarah Jakarta bermula dari Sunda Kelapa, lalu menjadi kota Jayakarta. Setelah Jayakarta dibumihanguskan oleh Belanda, dari reruntuhannya lahirlah Batavia. Batavia merupakan pusat pemerintahan VOC dan Hindia Belanda. Kini Jakarta adalah ibu kota Republik Indonesia. Hari lahirnya kota Jakarta (21 Juni) adalah hari dimana Fatahillah dan pasukannya berhasil mengalahkan tentara Portugis dari Pelabuhan Sunda Kelapa pada tahun 1527. Setelah Portugis terusir dari Sunda Kelapa, pelabuhan dan pusat perdagangan rempah-rempah itu berganti nama menjadi Jayakarta, yang artinya kota kemenangan. Kekuasaan atas Jayakarta diserahkan kepada Pangeran Jayakarta (Mulyani, 2011:14). Nama "Jakarta" yang dikenal sekarang lahir dari nama "Jayakarta". Sunda Kelapa menjadi arena perbutan kekuasaan antarbangsa, seperti Belanda dan Inggris. Karena perebutan kekuasaan ini, J.P Coen membumihanguskan Jayakarta. Lalu dibangun kota Batavia yang merupakan tiruan dari kota Amsterdam. Pada masa itu dibangun kawasan yang sampai kini disebut sebagai Kota Tua. Pada zaman Jepang, nama Jakarta mulai resmi digunakan untuk menggantikan nama Batavia. 7 Perancangan Ulang Sign..., Christine Paramarta Putra, FSD UMN, 2013 Jakarta dikenal sebagai kota pelabuhan yang bercorak internasional. Banyak segi yang berlain-lainan mewarnai sejarah maupun kehidupannya sekarang. Orang dengan latar belakang kebudayaan, warna kulit, dan keyakinan agama yang berbeda-beda bertemu di bandar ini sudah berabad-abad lamanya. Interaksi seperti itu masih terus berlangsung hingga kini antara penganut berbagai aliran kebatinan dan kepercayaan, antara orang Tionghoa beragama Budha dan Taoisme, orang keturunan Arab dan India beragama Islam, orang Protestan Belanda, orang Portugis Hitam, dan orang beragama katolik. Di samping itu banyak tentara dan budak-budak pada masa itu yang berasal dari Bali mengisi kampung di sekitar Batavia.
    [Show full text]
  • TEACHING MODULE for ENGLISH for SPECIFIC PURPOSES
    TEACHING MODULE for ENGLISH FOR SPECIFIC PURPOSES Compiled By Bertaria Sohnata Hutauruk Only for our classroom instructions (Very restricted use) FKIP UHN PEMATANGSIANTAR 2015 ACKNOWLEDGEMENT This binding is a result of compilation from the authentic material from the webs. It is a result of short browsing. The aim is to provide a suitable module for our ESP classroom sessions in the first semester of the 2011/2012 academic year in our study program. This module consists of some lessons for the concept of ESP, some lessons for ESP lesson plans used abroad and in Indonesia, ESP for some school levels, and ESP for Academic Purposes and for Occupational Purposes. The main teaching objective in our classroom is to provide the students with the competence on designing a good lesson plan to teach ESP for academic purposes and occupational purposes at any level according to its context. We fully intend that this binding is only to facilitate some compiled authentic materials from the webs for our ESP Classroom instructions. By this opportunity, we would like to extend our sincere thanks all the authors of the materials and the websites which publish them. May God the Almighty bless them all! Medan-Pematangsiantar, September 2015 The Authors, Bertaria Sohnata Hutauruk TABLE OF CONTENTS ACKNOWLEDGEMENT…………………………………………………………… TABLE OF CONTENTS…………………………………………………………….. Lesson 1 Introduction………………………………………………………………………….. Lesson 2 ESP AND ESL………………………………………………………………………. Leson 3 ESP Course at Technical Secondary Vocational School for Construction and Building Trade students………………………………………. Lesson 4 ESP Vocabulary Teaching at the Vocational Secondary School of Furniture Industry………………………….. Lesson 5 ESP International Sample lesson plan........................................................................... Lesson 6 ESP Lesson Plan in Indonesia………………………………………………………..
    [Show full text]
  • Nasionalisme Kulit Putih: Ernest Douwes Dekker Malaikat Pemberani
    Nasionalisme Kulit Putih: Ernest Douwes Dekker Malaikat Pemberani Samingan e-mail: [email protected] Program Studi Pendidikan Sejarah, FKIP, Universitas Flores ABSTRAK: Permasalahan dalam penelitian ini bagaimana bentuk nasionalisme orang Indo Ernest Douwes Dekker untuk memperjuangkan kesetaraan antara semua lapisan dengan orang Eropa. Lewat perjuangan yang berliku-liku mengalami berbagai pembuangan telah melahirkan rasa nasionalisme sebagai dasar pinjakan untuk Indonesia Merdeka. Tujuan penelitian adalah untuk mengetahui bagaimana bentuk nasionalisme Ernest Douwes Dekker yang diperjuangkan mencapai kesetaraan antara orang kulit putih Eropa dengan orang pribumi dan orang Indo. Metode yang digunakan dalam penelitian ini menggunakan metode Sejarah (historical method). Adapun langkah-langkah yang digunakan dalam penelitian ini, yaitu pertama adalah mengumpulkan sumber (heuristik), ke dua adalah kritik sumber atau verifikasi, langkah ke tiga adalah interpretasi, langkah ke empat rekontruksi historiografi (penulisan) sejarah. Hasil penelitian menunjukkan bahwa: Douwes Dekker merupakan seorang keturunan Belanda. Keprihatinannya atas penindasan bangsa kolonial terhadap kaum Pribumi mengetuk hati nuraninya untuk memperjuangkan kaum Indo (Keturunan Belanda) Pribumi dari segala diskriminasi. Langkah nyata yang ditempuh Douwes Dekker guna menyuarakan aspirasinya ditempuh dengan mendirikan partai politik atau dikenal dengan Indische Partij. Tjipto dikenal menentang sistem feodal yang telah mengakar, sementara Soewardi yang merupakan
    [Show full text]
  • Usaha Ernest Francois Douwes Dekker Dalam Mengembangkan Nasionalisme Di Hindia Belanda”
    PLAGIAT MERUPAKAN TINDAKAN TIDAK TERPUJI USAHA ERNEST FRANCOIS DOUWES DEKKER DALAM MENGEMBANGKAN NASIONALISME DI HINDIA BELANDA MAKALAH Diajukan untuk Memenuhi Salah Satu Syarat Memperoleh Gelar Sarjana Pendidikan Program Studi Pendidikan Sejarah Oleh: Clemens Dimas C.W NIM : 131314018 PROGRAM STUDI PENDIDIKAN SEJARAH JURUSAN PENDIDIKAN ILMU PENGETAHUAN SOSIAL FAKULTAS KEGURUAN DAN ILMU PENDIDIKAN UNIVERSITAS SANATA DHARMA YOGYAKARTA 2018 PLAGIAT MERUPAKAN TINDAKAN TIDAK TERPUJI USAHA ERNEST FRANCOIS DOUWES DEKKER DALAM MENGEMBANGKAN NASIONALISME DI HINDIA BELANDA MAKALAH Diajukan untuk Memenuhi Salah Satu Syarat Memperoleh Gelar Sarjana Pendidikan Program Studi Pendidikan Sejarah Oleh: Clemens Dimas C.W NIM : 131314018 PROGRAM STUDI PENDIDIKAN SEJARAH JURUSAN PENDIDIKAN ILMU PENGETAHUAN SOSIAL FAKULTAS KEGURUAN DAN ILMU PENDIDIKAN UNIVERSITAS SANATA DHARMA YOGYAKARTA 2018 i PLAGIAT MERUPAKAN TINDAKAN TIDAK TERPUJI ii PLAGIAT MERUPAKAN TINDAKAN TIDAK TERPUJI iii PLAGIAT MERUPAKAN TINDAKAN TIDAK TERPUJI HALAMAN PERSEMBAHAN Makalah ini saya persembahkan untuk: Kedua orang tua saya “Bapak Ignatius Yoseph Sumiran dan Ibu Rosalia Sukendah” adik saya “Eugenius Patria Chandra W” yang selalu mendoakan dan memberi dukungan dan semangat kepada saya selama mengerjakan makalah. iv PLAGIAT MERUPAKAN TINDAKAN TIDAK TERPUJI MOTTO Indie voor Indiers (Hindia untuk orang Hindia) (Ernest Francois Eugene Douwes Dekker) Makin keras tindakan mereka, makin besar pula kekuatan yang kami susun (Dr Cipto Mangunkusumo) Sebuah ide atau gagasan yang radikal tidak akan pernah bisa dibendung oleh kekuatan manusia (Clemens Dimas C.W.) v PLAGIAT MERUPAKAN TINDAKAN TIDAK TERPUJI PERNYATAAN KEASLIAN KARYA Saya menyatakan dengan sesungguhnya bahwa makalah yang saya tulis ini tidak memuat karya orang lain, kecuali yang telah disebutkan dalam kutipan maupun daftar pustaka, sebagaimana layaknya penulisan karya ilmiah. Yogyakarta, 7 Maret 2018 Penulis Clemens Dimas C.W.
    [Show full text]
  • PDF Van Tekst
    Indische Letteren. Jaargang 15 bron Indische Letteren. Jaargang 15. Werkgroep Indisch-Nederlandse Letterkunde, Alphen aan den Rijn 2000 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_ind004200001_01/colofon.php © 2012 dbnl i.s.m. 1 [Nummer 1] Redactioneel In dit nummer van Indische Letteren (als een wat late nieuwjaarsgroet) een kort artikel over een opmerkelijk ‘genre’: de Indische ‘krantenloperspoëzie’. Verder een portret van de schilder Walter Spies aan de hand van intrigerende egodocumenten. Daarna volgt een zoektocht in de literatuur naar de betekenis en de verbeelding van het mysterieuze begrip goena-goena. En tot slot wordt in dit nummer het werk van de schrijfster Jill Stolk beschouwd in het licht van de naoorlogse dekolonisatie. Op 25 mei a.s. hoopt de neerlandicus Frank Okker te promoveren op zijn biografie van Willem Walraven, getiteld: Dirksland tussen de doerians. Op onze lezingenmiddag van 16 juni a.s. zal hij spreken over het schrijven van deze biografie. Aansluitend hierop zal Peter van Zonneveld spreken met mevrouw Lies Walraven. Elders in dit nummer treft u de uitnodiging hiervoor aan. Indische Letteren. Jaargang 15 2 ‘Selamat tahoen baroe’ Indische ‘krantenloperspoëzie’ Gerard Termorshuizen* Tot in het begin van de twintigste eeuw was een Indisch nieuwsblad in de meest letterlijke zin een ‘monsieur’. Die ‘meneer’ - soms bijgestaan door een ‘mederedacteur’ en/of een corrector - was de redacteur, de man die de krant ‘maakte’ en haar gezicht gaf, die daarnaast overzicht en controle had over alles wat er in zijn bedrijfje omging en voorviel. Dit nu hing samen met de nog bescheiden omvang van zo'n Indische krant.
    [Show full text]
  • Tijdschriften Van Onder De Kankantri En Klapperboom De Periodieke Pers in Suriname En Nederlands-Indië/Indonesië
    Publisher: Igitur, Utrecht Publishing & Archiving Services. Website: www.tijdschriftstudies.nl Content is licensed under a Creative Commons Attribution 3.0 License URN:NBN:NL:UI:10-1-100997. TS •> # 28, december 2010, p. 89-107. Tijdschriften van onder de Kankantri en Klapperboom De periodieke pers in Suriname en Nederlands-Indië/Indonesië ANGELIE SENS [email protected] ABSTRACT The periodical press in the former Dutch colonies of Surinam (Dutch Guiana) and the Dutch East Indies/Indonesia is to be seen in its own respect and certainly not as a mere derivative of the press in the Netherlands. The press in the former colonies has a long history, starting in the eighteenth century. In the twentieth century, periodicals in both the Dutch language and indigenous languages became a strong vehicle and important cultural and political instrument for emancipation of colonial peoples and ultimately independence of the colonies. Besides the history of this peculiar press, the author discusses the meaning and impact of terms such as „colonial‟ and „postcolonial‟. In using these concepts with regard to the periodical press in the former colonies, its vibrancy, diversity and above all its independent character is often downplayed. KEYWORDS Surinam, Dutch East Indies, Indonesia, periodical press, 'colonial/post colonial' Suriname, Nederlands-Indië, Indonesië, periodieke pers, 'koloniaal/postkoloniaal' Onderzoek naar de periodieke pers in de voormalige koloniën staat nog grotendeels in de kinderschoenen. Baanbrekend werk is verricht door Gerard Termorshuizen (Nederlands- Indië) en Michiel van Kempen (Suriname).1 Het Persmuseum presenteerde in 2005 Jour- nalistiek in de Tropen, bestaande uit een tentoonstelling, website en publicatie over de 1 Gerard Termorshuizen, Journalisten en heethoofden.
    [Show full text]
  • Weg Tot Het Oosten: Afscheidsbundel Voor Kees Groeneboer
    Deze uitgave is tot stand gekomen in samenwerking met de Fakultas Ilmu Pengetahuan Budaya Universitas Indonesia te Depok en de Nederlandse Taalunie te Den Haag. Dit boek is aangeboden aan Dr. Kees Groeneboer die meer dan 35 jaar bij de vakgroep Nederlands FIBUI als docent en later als academisch advieseur heeft gewerkt. Weg tot het oosten: Afscheidsbundel voor Kees Groeneboer Program Studi Belanda Fakultas Ilmu Pengetahuan Budaya Universitas Indonesia Depok 2019 Christina T. Suprihatin, Munif Yusuf, en Jaap Grave (eds.) Weg tot het oosten: Afscheidsbundel voor Kees Groeneboer Program Studi Belanda Fakultas Ilmu Pengetahuan Budaya Universitas Indonesia, 2019 Desain sampul: Amalia Putri Astari Desain layout: Munif Yusuf dan Mohammad Farhan Hibatullah ISBN:978-602-9054-58-3 No part of this publication may be reproduced or transmitted in any form of by any means, electronic or mechanical, including photocopy, recording or any information storage and retrieval system, without permission from the copywright owner. Program Studi Belanda, Fakultas Ilmu Pengetahuan Budaya Kampus Universitas Indonesia Depok 16424 Voorwoord Denken aan het afscheid van Kees Groeneboer is niet gemakkelijk, want veel dingen kunnen niet in woorden gezegd worden. Kees Groeneboer is heel lang verbonden geweest aan de Vakgroep Nederlands, Universitas Indonesia. Zelfs toen we nog studenten waren, was hij er al. Hij is onze docent geweest en later onze collega geworden toen hij als academisch adviseur van de Nederlandse Taalunie functioneerde. We gingen geregeld naar hem toe: op zoek naar antwoorden, om iets te bediscusiëren, en zo af en toe adviezen te vragen. In al die tijd heeft hij vele dingen voor onze vakgroep gedaan.
    [Show full text]
  • Arsitektur Indis Dalam Perkembangan Tata Kota B Atavia Awal Abad 20
    ARSITEKTUR INDIS DALAM PERKEMBANGAN TATA KOTA B ATAVIA AWAL ABAD 20 SKRIPSI Diajukan untuk Memenuhi sebagian Persyaratan guna Melengkapi Gelar Sarjana Sastra Jurusan Ilmu Sejarah Fakultas Sastra dan Seni Rupa Universitas Sebelas Maret Disusun Oleh DESCA DWI SAVOLTA S C0504018 FAKULTAS SASTRA DAN SENI RUPA UNIVERSITAS SEBELAS MARET SURAKARTA 2010 PERSETUJUAN ARSITEKTUR INDIS DALAM PERKEMBANGAN TATA KOTA BATAVIA AWAL ABAD 20 Disusun oleh DESCA DWI SAVOLTA S C0504018 Telah disetujui oleh pembimbing Pembimbing Drs. Soedarmono, SU NIP 194908131980031001 Mengetahui Ketua Jurusan Ilmu Sejarah Dra. Sri Wahyuningsih, M.Hum NIP 195402231986012001 ii PENGESAHAN ARSITEKTUR INDIS DALAM PERKEMBANGAN TATA KOTA BATAVIA AWAL ABAD 20 Disusun oleh DESCA DWI SAVOLTA S C0504018 Telah disetujui oleh Tim Penguji Skripsi Fakultas Sastra dan Seni Rupa Universitas Sebelas Maret Pada tanggal………………. Jabatan Nama Tanda Tangan Ketua : Dra. Sri Wahyuningsih, M.Hum (............................) NIP. 195402231986012001 Sekretaris : Tiwuk Kusuma Hastuti,SS, M.Hum (............................) NIP. 197306132000032002 Penguji I : Drs. Soedarmono, SU (………………....) NIP 194908131980031001 Penguji 2 : Drs. Suharyana, M.Pd (…………………) NIP. 195801131986031002 Dekan Fakultas Sastra dan Seni Rupa Universitas Sebelas Maret Drs. Sudarno, M.A. NIP 195303141985061001 iii PERNYATAAN Nama : DESCA DWI SAVOLTA S NIM : C0504018 Menyatakan dengan sesungguhnya bahwa skripsi berjudul Arsitektur Indis Dalam Perkembangan tata kota Batavia Awal Abad 20 adalah betul-betul karya sendiri, bukan plagiat, dan tidak dibuatkan oleh orang lain. Hal-hal yang bukan karya saya dalam skripsi ini diberi tanda citasi (kutipan) dan ditunjukkan dalam daftar pustaka. Apabila di kemudian hari terbukti pernyataan ini tidak benar maka saya bersedia menerima sanksi akademik berupa pencabutan skripsi dan gelar yang diperoleh dari skripsi tersebut. Surakarta, April 2010 Yang membuat pernyataan Desca Dwi Savolta S C0504018 iv MOTTO “ Bukanlah yang dinamakan kaya dengan banyaknya harta, akan tetapi kaya adalah yang kaya jiwanya” (HR.
    [Show full text]
  • Recollecting Resonances Verhandelingen Van Het Koninklijk Instituut Voor Taal-, Land En Volkenkunde
    Recollecting Resonances Verhandelingen van het Koninklijk Instituut voor Taal-, Land en Volkenkunde Edited by Rosemarijn Hoefte KITLV, Leiden Henk Schulte Nordholt KITLV, Leiden Editorial Board Michael Laffan Princeton University Adrian Vickers Sydney University Anna Tsing University of California Santa Cruz VOLUME 288 Southeast Asia Mediated Edited by Bart Barendregt (KITLV) Ariel Heryanto (Australian National University) VOLUME 4 The titles published in this series are listed at brill.com/vki Recollecting Resonances Indonesian–Dutch Musical Encounters Edited by Bart Barendregt and Els Bogaerts LEIDEN • BOSTON 2014 This is an open access title distributed under the terms of the Creative Commons Attribution‐Noncommercial 3.0 Unported (CC‐BY‐NC 3.0) License, which permits any non‐commercial use, distribution, and reproduction in any medium, provided the original author(s) and source are credited. The realization of this publication was made possible by the support of KITLV (Royal Netherlands Institute of Southeast Asian and Caribbean Studies) Cover illustration: The photo on the cover is taken around 1915 and depicts a Eurasian man seated in a Batavian living room while plucking the strings of his instrument (courtesy of KITLV Collec- tions, image 13352). Library of Congress Cataloging-in-Publication Data Recollecting resonances : Indonesian-Dutch musical encounters / edited by Bart Barendregt and Els Bogaerts. pages cm. — (Verhandelingen van het koninklijk instituut voor taal-, land en volkenkunde ; 288) (Southeast Asia mediated ; 4) Includes index. ISBN 978-90-04-25609-5 (hardback : alk. paper) — ISBN 978-90-04-25859-4 (e-book) 1. Music— Indonesia—Dutch influences. 2. Music—Indonesia—History and criticism. 3. Music— Netherlands—Indonesian influences.
    [Show full text]
  • Constant Van De Wall, a European–Javanese Composer
    CHAPTER SEVEN CONSTANT VAN DE WALL, A EUROPEAN–JAVANESE COMPOSER Henk Mak van Dijk [English translation by Wim Tigges] When starting my research on the lives and works of Dutch composers in 2004, in collaboration with the Nederlands Muziek Instituut, I had no idea that so much unknown yet extraordinary music was to be uncovered. Here were compositions in which a Western, romantic or impressionistic idiom were, to a greater or lesser extent, mixed with elements of the music indigenous to the then Dutch East Indies: Indisch classical music.1 These pieces were written from the beginning of the twentieth century onwards by a small group of Dutch composers who were either born and bred in the Indies, or else had lived or worked there for some time: Constant van de Wall (in Surabaya and Batavia), Paul Seelig (Bandung), Linda Ban- dara (Bandarrejo and Yogyakarta), Berta Tideman-Wijers (Batak), Hector Marinus (Deli), Theo Smit Sibinga (East Java), Frans Wiemans (Bandung), Dirk Fock (Batavia), and Fred Belloni (Bandung).2 They felt connected with Europe as well as with the Indies: on the one hand they were rooted in a Western musical tradition and participated in the Western musical world, on the other hand for new ways of composing and were inspired by indigenous culture, which included gamelan music, wayang (shadow- play), dance, Indisch opera and kroncong (a small guitar), classical Java- nese poetic forms and Malay quatrains (pantun). Certainly, they were not unique in paying attention to oriental music, but their specific interest in music from the Indisch archipelago was shared with, at most, a handful of 1 Indisch is a specifically Dutch term, commonly but often confusingly applied.
    [Show full text]
  • Edy Seriese Finding History : the Inheritance of the IWI Collection
    Edy Seriese Finding history : the inheritance of the IWI collection Amsterdam, May 2011 1 Prologue: to present the collection The IWI collection is a myth. Well, at least it felt so, for me, for a long time. It was , a kind of Moby Dick, or speaking with the inventor of most Indo myth in the Netherlands Tjalie Robinson: Si Badak, “the half legendary immortal rhinoceros”, existing on the edge of unbelievable frightfulness and legend1, many times heard of, sometimes seen, to be chased and never captured. I learned about the IWI myth when I visited the Moesson Office in The Hague at the end of the eighties of the former century. Because of my final thesis –I studied Dutch language and literature in Amsterdam- I was looking for a proper way to deconstruct and describe Oost Indische Spiegel, Rob Nieuwenhuys’ heroic attempt to oversee and present whatever “Dutch authors and poets had written about Indonesia, from the first VOC times up to now “, as the subtitle described (Amsterdam, Querido, 1992). Born and raised in the Hague, I remembered the Moesson Building from earlier days, when it was called ‘Tong Tong’ and organized the annual ‘Pasar Malam’, the famous Indo festival in ‘De Houtrusthallen’ in the Hague in the sixties. And although we –my Indies family and me- since the seventies had stopped visiting ‘the Pasar’, I did twice visited the Tong Tong Building at the Prins Mauritslaan 36 then, because of the second hands books about Indië they sold, at the Pasar as well as during the year. Then, in 1978, an elder, not too kind, adorable woman called Lilian Ducelle dominated the bookshop.
    [Show full text]