De Gulden Passer. Jaargang 20
De Gulden Passer. Jaargang 20 bron De Gulden Passer. Jaargang 20. De Nederlandsche Boekhandel, Antwerpen 1942 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_gul005194201_01/colofon.php © 2015 dbnl i.s.m. 1 [De Gulden Passer 1942] [Nummer 1-2] De boekencensuur Historisch overzicht Door boekencensuur verstaat men het onderzoek waaraan de geestelijke of wereldlijke overheid dikwijls de geschriften en prenten van allerlei aard onderwerpt, vooraleer toelating te geven tot hunne uitgave of verspreiding. Zóó opgevat, krijgt zij den naam van preventieve censuur. Wanneer, om een gewisse oorzaak, dit voorafgaand onderzoek niet plaats grijpt, en één dezer twee overheden het lezen of verspreiden van een reeds verschenen uitgave verbiedt, dan spreekt men van repressieve censuur. Wanneer de maatregel (voorafgaand onderzoek of verbod) uitgaat van de geestelijke overheid of van de wereldlijke macht, zoo wordt dan gesproken, in het eerste geval, van geestelijke censuur, in het tweede geval, van wereldlijke, staats- of ook politieke censuur. Bevatte het werk, na onderzoek, niets verdachts of laakbaars, zoo kreeg de auteur dan toelating om het te doen drukken en verspreiden. Deze toelating werd in het gekeurde boek geplaatst en heette goedkeuring, in 't latijn approbatio; soms vindt men de uitdrukking: toelating tot drukken; thans spreekt men van imprimatur. De formule van goedkeuring was niet gestereotypeerd, en tijdens de XVIIde en XVIIIde eeuw, laschtten zekere censors er dan ook werkelijke lofbetuigingen in, terwijl zij meteen de geloovigen het lezen van het boek vurig aanbevolen. Op onze dagen is deze formule meestal zeer kort, ja lakoniek: imprimatur, imprimi potest. In bijna iederen tekst van approbatie vindt men twee bestanddeelen, t.w.: den naam van den censor of van den persoon die zijn toelating gaf, en het jaartal waarop deze laatste gegeven werd.
[Show full text]