MSSINDS 1832 MILITAIRE SPECTATOR 175 j a a r

IED-dreiging

e.v. Generaalsoorlog Nederlandse moslimmilitairen Gedragscode of Aristoteles?

JAARGANG 176 9 2007 MEDEDELING

OPROEP

René Olthuis VID scriptieprijs

Eén van de doelstellingen van de Vereniging Informatici Defensie (VID) is het bevorderen van de uitbreiding van de deskundigheid op het gebied van informatica. Daarom heeft de VID dit jaar tijdens de algemene leden- vergadering de ‘René Olthuis VID scriptieprijs’ ingesteld. Deze prijs, vernoemd naar een erelid van de vereniging, is bedoeld als jaarlijkse aanmoedigingsprijs voor een scriptie, publicatie of artikel over een onderwerp binnen het vakgebied IV of ICT.

De scriptie, publicatie of het artikel behandelt – bij voorkeur – een actueel (Defensie) probleem binnen de IV of ICT en mag als uitzonderlijke prestatie worden beoordeeld. De prijs bestaat uit een geldbedrag van 250 euro en een bijbehorende tastbare herinnering.

De VID nodigt u uit uw scriptie, artikel of publicatie aan te bieden bij de Commissie Toekenning René Olthuis VID Scriptieprijs. Inzenden kan elektronisch via het mailaccount [email protected] of per post: VID, t.a.v. Commissie René Olthuisprijs, Doddendaal 17, 6715 JV Ede (Gld). Sluitingsdatum voor aanleveren is 1 november 2007.

De VID heeft een apart reglement opgesteld met daarin de voorwaarden waaraan een scriptie, publicatie of artikel moet voldoen. Het hele reglement kunt u downloaden van de intranetsite van de VID (http://intranet.mindef.nl/portaal/service/verenigingen/vid/index.aspx) of opvragen bij de secretaris, LKol J.J. van der Spoel ([email protected]).

De commissie maakt – bij voldoende aanbod – de winnaar bekend op een speciale bijeenkomst van de VID in het najaar. De winnaar krijgt dan ook de gelegenheid zijn of haar scriptie, publicatie of artikel kort toe te lichten aan de leden van de vereniging.

De Militaire Spectator is sinds 1832 het militair-weten- schappelijk tijdschrift voor en over de Nederlandse krijgs- macht. Het maakt relevante kennis, wetenschappelijke inzichten, ontwikkelingen en praktijkervaringen toeganke- lijk en slaat zo een brug tussen theorie en praktijk. De Militaire Spectator stimuleert de gedachtevorming over onderwerpen die de krijgsmacht raken en draagt zodoen- de bij aan de ontwikkeling van de krijgswetenschap in de breedste zin van het woord. Op deze wijze geeft het tijd- schrift inhoud aan zijn missie: het bijdragen aan de pro- fessionalisering van het defensie personeel en het verho- gen van het kennisniveau van overige geïnteresseerden. Daarmee bevordert de Militaire Spectator ook de dialoog tussen krijgsmacht, wetenschap en samenleving. JAARGANG 176 NUMMER 9 2007

UITGAVE Koninklijke Vereniging ter Beoefening van de Krijgswetenschap www.kvbk.nl [email protected] MILITAIRE Secretaris en ledenadministratie luitenant-kolonel KLu E.M. Wijers Telefoon 0164 - 69 51 90

Nederlandse Defensieacademie (NLDA) Sectie MOW Ledenadministratie KVBK SPECTATOR Postbus 90002, 4800 PA Breda [email protected]

REDACTIE brigade-generaal cav b.d. prof. em. J.M.J. Bosch (hoofdredacteur) Telefoon 071 - 542 18 30 E-mail [email protected] kolonel cav drs. P.J.E.J. van den Aker luitenant-kolonel KLu S.M. Babusch bc kapitein ter zee P. van den Berg commodore KLu drs. G.M. Bergsma Editoriaal: drs. P. Donker 350 Krijgsmacht uitgehold? luitenant-kolonel MJD mr. drs. P.A.L. Ducheine drs. P.H. Kamphuis S.J. van der Meer, C.E. van den Berg en E. Bakker: luitenant-kolonel KMar drs. J.A.J. Leijtens 352 Effecten van IED’s op het defensieoptreden kolonel MPSD drs. F. Matser brigade-generaal TS ir. R.G. Tieskens luitenant-kolonel Marns drs. H. Molman: A.J.E. Wagemaker MA 360 kapitein-luitenant ter zee Counter-IED: van reactief naar proactief N.A. Woudstra F. Bosman, F. Ait Bari en J. Soeters: BUREAUREDACTIE mw. drs. A. Kool 368 Nederlandse moslimmilitairen tijdens uitzending in Bosnië, drs. F.J.C.M. van Nijnatten Irak en Afghanistan NIMH MPC 58A / Gebouw 203 / Kamer 026 Postbus 90701 H.P.M. Kreemers: 2509 LS Den Haag Telefoon 070 - 316 51 20 of 378 De oorlog tussen de generaals 070 - 316 51 95 Het conflict in de top van de Koninklijke Landmacht, 1971-1973 Fax 070 - 316 51 99 E-mail redactiemilitairespectator@ mindef.nl P.H. de Vries: 390 Een gedragscode of toch maar gewoon Aristoteles? LIDMAATSCHAP binnenland € 22,50 studenten € 15,00 Boeken buitenland € 27,50 401 L. Polman: OPMAAK EN DRUK 408 Drukkerij Giethoorn Ten Brink Bericht uit Afrika – Mist ISSN 0026-3869 NADRUK VERBODEN M.F.J. Houben:

Coverfoto: Task Force Uruzgan, Afghanistan. 410 Tegenwicht – Gevaarlijk loyaal Nederlandse Bushmasters met een trekker- opleggercombinatie op weg van Kandahar naar Tarin Kowt (Foto AVDD, R. Frigge) 412 Samenvattingen / Summaries

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 349 KRIJGSMACHT UITGEHOLD?

Een gerespecteerd dagblad kopte on- rijk land als Nederland daaraan nog langs: ‘Krijgsmacht uitgehold!’1 Wat is maar 1,5 procent en zit daarmee onder er aan de hand? Bij de wisseling van de NAVO-norm van 2 procent. Daar- bewindslieden maken medewerkers voor kunnen we ook nog eens minder van de Bestuursstaf de zogenoemde doen, onder meer doordat de prijs van Staat van Defensie. Hierin bespreekt nieuw en technologisch hoogwaardig men de actuele situatie waarin Defen- defensiematerieel jaarlijks met gemid- sie verkeert en de wijze waarop de deld 8 procent stijgt. Dit betekent dat we nieuwe minister daar in de nabije toe- bij gelijkblijvend budget steeds minder komst mee om wil gaan. Dit dient ver- van ons bestand kunnen vervangen. volgens als basis voor het beleidsplan Kortom, minder geld investeren in op langere termijn. Zo ook deze keer. steeds minder wapensystemen terwijl de exploitatiekosten toenemen: eten we ‘Vol vertrouwen’ begon men aan de onze eigen krijgsmacht op? analyse. Defensie behoorde immers tot de ministeries die in het Regeerakkoord De beantwoording van deze intrigeren- werden ‘ontzien’ en er zelfs – in tegen- de en fundamentele vraag is niet een- stelling tot vele malen in het verleden – voudig. De roep om transparantie is dit keer geld bij kregen. Dat het half mil- vooral in politiek-bestuurlijk Den Haag jard euro meer al ruimschoots wordt ge- zeer nadrukkelijk te horen. Al jarenlang compenseerd door onvoorziene extra werkt ook onze krijgsmacht daarom uitgaven in het heden en het recente aan de verbetering van de bedrijfs - verleden (en niet uitsluitend door de voering. Maar betekent meer en grotere Nederlandse inzet in Uruzgan) was niet transparantie ook altijd meer efficiency relevant. Defensie moet wederom ‘her- en een betere bedrijfsvoering? En schikken’ en levert daartoe opnieuw welke gevolgen heeft dat dan voor de gevechtskracht in: een squadron (18) defensieorganisatie en de operationele F-16’s, twee eskadrons Leopards (28 effectiviteit waarvoor zij staat? tanks), 2 batterijen (12 stukken) gloed- nieuwe Pantserhouwitsers. Natuurlijk Een bestuurskundige stroming die be- met het daarbij behorende personeel. kend staat als ‘nieuw publiek manage- De voorziene kruisvluchtwapens voor ment’ pleit ervoor om ambtelijke organi- de marine zijn al eerder uit de plannen saties bedrijfsmatiger te laten werken. genomen. Hierdoor is resultaatgerichtheid binnen de ‘terugtredende overheid’ zeer in de In 1989 besteedde Nederland nog 2,8 mode geraakt. Paradoxaal is echter, dat procent van het bruto nationaal product

aan Defensie. Momenteel besteedt een 1 Brabants Dagblad, 16 juni 2007, blz. 14-15. EDITORIAAL

350 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 wanneer ambtenaren bedrijfsmatig pro- woording op basis van relevante en beren te werken hun chefs vaak terug- realistische ervaringsgegevens. Het ge- vallen in de reflex van hun eigen primaat loof in de getallen mag niet langer hei- van regelgeving en extra toezicht. De in- lig zijn. Cijfers moeten dan ook gedra- zichten van nieuw publiek management gen worden door een realistische en zijn zeker waardevol om overheidsorga- verreikende visie op de toekomstige nisaties efficiënter te laten werken, waar- werkelijkheid. bij resultaatgerichtheid de traditionele oriëntatie op regels en procedures aan- Daartoe hebben we vooral leiders nodig vult. Moderne controlevormen als kriti- die met kennis van de militair-operatio - sche succesfactoren, prestatie-indica- nele praktijk, een gedegen (wetenschap- toren, output-controle en kengetallen pelijke) opleiding en veel gevoel voor poli- krijgen nog steeds veel aandacht. Het tiek-bestuurlijke verhoudingen hun eigen grote bezwaar tegen een te grote na- afwegingen kunnen maken om in de druk op deze vormen van controle is geest van hun commandant of chef even- echter dat kengetallen alleen bij hoge wichtige besluiten te kunnen nemen. uitzondering alle processen en uitkom- Deze visie zou er niet alleen op gericht sten kunnen weerspiegelen. Recent on- moeten zijn aan operaties in een conflict derzoek heeft dit weer eens bevestigd.2 deel te nemen, maar ook en vooral even- tuele gevechten hierbij te winnen. Zo leidt de grote nadruk op prestatie- cijfers tot minder goede dienstverlening Krijgsmacht uitgehold? Nog niet, maar en het ontstaan van een ‘virtuele wer- soms lijkt het er wel op. We moeten dit kelijkheid’. Managers besteden dan na- beeld corrigeren. Dit vereist een be- melijk vaak aanzienlijk meer tijd aan de leidsmatige verschuiving van efficiency productie en interpretatie van prestatie- naar effectiviteit. Daarom zullen we er cijfers dan aan de processen waaruit zij alles aan moeten doen om onze man- voortkomen. Dit beperkt de effectiviteit nen en vrouwen zo goed mogelijk op te van de dienstverlening. Het te ver door- leiden, te vormen, uit te rusten en voor geslagen bedrijfsmatig denken bij de te bereiden. Hiervoor is meer geld overheid en dus ook bij Defensie moet nodig dan nu is voorzien. Alleen zo kan worden genuanceerd: resultaatgericht de krijgsmacht blijven bijdragen aan werken moet worden gebalanceerd Nederlands veiligheidsbeleid en tegelij- door processen van controle en verant- kertijd kostbare levens sparen. Want cijfers houden op virtueel te zijn 2 Loes Berendsen. Brabants Dagblad, 16 juni 2007, als namen van personele verliezen in blz. 16. Zie ook: www.bureaucratischedramas.nl. Zie eveneens J. de Vries en M. van Dam. Politiek- operaties moeten worden bekend ge- bestuurlijk management. Alphen a/d Rijn, 1998. steld en verantwoord.

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 351 Effecten van IED’s op het defensieoptreden

drs. S.J. van der Meer, lkol. drs. C.E. van den Berg en dr. E. Bakker*

Inleiding IED-dreiging voor de Nederlandse simpele trekkoorden en elektronische krijgsmacht. De auteurs stellen dat de ontsteking tot infrarood-afstandsbe- p 20 april 2007 werd voor het inzet van IED’s in (potentiële) uitzend- diening en bewegingssensoren. Vaak eerst een Nederlandse militair gebieden van de Nederlandse krijgs- maken de bommenmakers hierbij ge- Oin Afghanistan gedood door macht consequenties heeft op poli- bruik van typische huis-tuin-en-keu- een aanslag met een Improvised Ex- tiek-strategisch, tactisch-operationeel kenmaterialen zoals een mobiele plosive Device (IED): korporaal Cor en individueel niveau. telefoon, de afstandsbediening van Strik kwam om het leven toen hij tij- een garagedeur, of de bewegingssen- dens een voetpatrouille door een sor van een buitenlantaarn of winkel- geïmproviseerd explosief werd getrof- Kenmerken van IED’s schuifdeur. fen.1 Het was niet de eerste keer dat Nederlandse militairen in Afghanistan IED’s zijn geïmproviseerde explosie- Tactieken werden geconfronteerd met een derge- ven die worden ingezet als wapen. De Wat betreft de tactieken rond aansla- lijke aanslag, en helaas zal het waar- enige gemeenschappelijke kenmerken gen met IED’s blijkt dat de daders vaak schijnlijk ook niet de laatste keer zijn van deze wapens zijn dat de basis uit zoeken naar de zwakste schakel in de geweest. Vooral in Irak en Afghanistan militaire, industriële of zelfgemaakte verdediging van de tegenstander. In vinden momenteel veelvuldig aansla- explosieven bestaat en dat de gebrui- het geval van hard targets, zoals mili- gen met IED’s plaats. De effectiviteit kers het uiteindelijke wapen zelf in el- taire konvooien of patrouilles, zijn dat van deze wapens, ook vaak (maar on- kaar zetten. Vooral vanwege dit laat- in eerste instantie de zwakst beveilig- volledig) omschreven als ‘bermbom- ste kenmerk verschillen IED’s enorm de onderdelen (minder zwaar bepant- men’, neemt voortdurend toe. In Irak in aard en gebruik. Over het algemeen serde voertuigen en tankwagens). Er vallen de meeste slachtoffers onder de gaat het bij deze wapens om explosie- zijn echter ook aanslagen bekend buitenlandse troepen inmiddels door ven die op een locatie, meestal langs waarbij de daders bewust richtten aanslagen met IED’s. wegen, worden verstopt om tot ont- op een ‘moeilijker’ en daardoor meer ploffing gebracht te worden op het aansprekend doel, om zodoende de Dit artikel geeft een algemene be- moment dat een tegenstander in de psychologische uitstraling van de schrijving van de gevolgen van de buurt is. IED’s kennen ook een ‘mo- aanslag te vergroten. Bij aanvallen op biele’ vorm; ze worden soms in voer- konvooien of patrouilles gebruiken de tuigen geplaatst (zogeheten vehicle daders een enkele IED of een reeks aan * Van der Meer en Bakker zijn als weten- schappelijk medewerker verbonden aan het borne IED’s) of door zelfmoordterro- elkaar gekoppelde IED’s (zogenoemde Clingendael Security and Conflict Pro- risten gedragen. daisy chains). In sommige gevallen gramme van Instituut Clingendael. Van den vormt het detoneren van een IED bo- Berg is docent Leidinggeven en Militaire Met uitzondering van zelfmoordaan- vendien het startsein voor een gecom- Ethiek aan de Nederlandse Defensie Acade- mie. slagen, vindt de ontsteking van de ex- bineerde aanval met granaatwerpers 1 ‘Vastberadenheid blijft na dood korporaal’, plosieven op afstand plaats. De wijze en vuurwapens. Vaak proberen de da- Defensiekrant, 26 april 2007. waarop varieert van het gebruik van ders ook het gedrag en de richting van

352 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 konvooien en patrouilles te ‘sturen’ af moeten gaan op het verwachte mo- militairen maakten kennis met IED’s door het organiseren van obstakels op ment waarop deze teams gearriveerd tijdens hun strijd met het Ierse Repu- de weg: een ‘defecte’ vrachtwagen, zullen zijn. blikeinse Leger (IRA) in Noord-Ier- een in scène gezet auto-ongeluk of land. In Afghanistan is het gebruik kinderen die plotseling de weg over Naast de inzet als ‘bermbom’, komt van IED’s ook al langer bekend. In de rennen. Dergelijk oponthoud biedt ook de ‘mobiele’ inzet van IED’s jaren tachtig hadden de troepen van daders de mogelijkheid de vijande - veelvuldig voor: geïmproviseerde de Sovjet-Unie ernstig te lijden onder lijke voertuigen dichter naar de IED te explosieven in de vorm van een aanslagen met IED’s door Afghaanse leiden en/of hun snelheid te verlagen, (vracht)autobom of gedragen door mujahedeen en buitenlandse strijders. zodat de explosie meer effect heeft. een zelfmoordterrorist. Een uitzon- Ook na hun terugtocht uit Afghani- derlijke verschijningsvorm daarvan is stan waren de Russen nog niet van het De geïmproviseerde explosieven zijn die van de ‘onwetende zelfmoordter- fenomeen IED verlost: in Tsjetsjenië meestal gericht op het van onderen rorist’: ontvoerde chauffeurs krijgen hebben rebellen het wapen in de jaren raken van het doel. Daartoe worden buiten hun medeweten een IED in hun negentig eveneens veelvuldig ingezet. de IED’s ingegraven of verstopt onder voertuig geïnstalleerd en vervolgens Ten slotte is ook Israël in de jaren ne- zwerfafval, vegetatie, dode dieren en worden ze weer vrijgelaten. Wanneer gentig regelmatig met IED’s gecon- zelfs mensen. Als reactie op toegeno- ze op weg naar de vrijheid met hun fronteerd in de Gazastrook en het be- men bepantsering aan de onderkant voertuig langs een potentieel doelwit zette deel van Zuid-Libanon. In dit van voertuigen zijn de daders echter rijden, wordt de IED op afstand tot laatste gebied was het vooral de Hez- ook steeds vaker overgegaan tot het ontploffing gebracht.2 bollah-beweging die IED’s gebruikte tegen Israëlische militairen.

Een echt grootschalig gebruik van IED’s is echter een ontwikkeling van de afgelopen jaren. Vooral in Irak heeft het aantal aanslagen met IED’s enorme proporties aangenomen na de door de Amerikanen aangevoerde in- vasie in 2003. In Afghanistan worden sinds de val van de Taliban in 2001 steeds vaker IED’s ingezet tegen de nieuwe Afghaanse machthebbers en hun buitenlandse bondgenoten.3 De kennis over de productie en het ge- bruik van IED’s blijkt zich daarnaast razendsnel over de wereld te versprei- den, onder meer via internet en cd- roms; ook dit is een relatief nieuwe trend.

Politiek-strategisch niveau

Amerikaanse militairen onderzoeken het wrak van een auto waarvan De toenemende dreiging van aansla- de inzittenden vermoedelijk IED’s wilden plaatsen, Irak, 2006 gen met IED’s heeft voor de Neder- (Foto US Department of Defense, A. Garnett) landse krijgsmacht implicaties op ver- schillende niveaus. Allereerst dient de hoger plaatsen van IED’s, bijvoorbeeld Geen nieuw fenomeen invloed op het politiek-strategische door deze onder viaducten te hangen Aanslagen met IED’s en de bovenge- niveau te worden genoemd. Westerse of door ze in naast de weg gelegen noemde tactieken zijn overigens be- militairen beschouwen IED’s veelal als struiken, bomen en elektriciteitspalen slist geen nieuw fenomeen. Alleen de te plaatsen. Daarnaast anticiperen da- hoge frequentie en het feit dat ze ders op situaties die ontstaan na een vaker dodelijk zijn, is relatief nieuw. 2 Zie bijvoorbeeld: David Rising, ‘Iraqis using aanslag op konvooien en patrouilles. Al sinds de jaren zestig van de twin- kidnap victims as bombers’, in: Washington In de wetenschap dat hulpteams bin- tigste eeuw hebben verschillende Post, 21 september 2006. 3 Zie bijvoorbeeld: Ko Colijn, ‘Verslechterde nen een bepaalde tijd ter plekke zijn, landen met deze geïmproviseerde veiligheidssituatie’, in: Vrij Nederland, 19 plaatsen zij een tweede serie IED’s die explosieven te maken gehad. Britse maart 2006.

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 353 tactische wapens.4 Voor de daders van Nederlandse militairen door aansla- met aanslagen door middel van IED’s de aanslagen met geïmproviseerde gen met IED’s om het leven komen, zal lopen bijvoorbeeld het risico dat ze explosieven is een IED echter (ook) dat beeld in de publieke opinie veran- te kampen krijgen met psychische een strategisch wapen. Het wapen deren. Het zal duidelijker worden dat problemen zoals het posttraumatisch past binnen de strategie om de wil tot de Nederlandse militairen niet slechts stress syndroom (PTSS). Ook kan de vechten van de tegenstander (de mili- nobele hulpverleners zijn, maar zich langdurige verhoogde alertheid na te- tairen in het veld, de militaire leiding, daadwerkelijk in een oorlogssituatie rugkeer van uitzending leiden tot aan- de publieke opinie en politici) te bre- bevinden – met alle gevaren van dien. passingsproblemen, zowel in privé- ken. Daarbij hoort een uitgekiende als in werksituaties. mediastrategie (internet, Al-Jazeera, Het is helemaal afhankelijk van de CNN) met spectaculaire beelden en perceptie van het doel van de be- Het is weliswaar moeilijk om voor- gruwelijke verhalen die de wereld treffende militaire missie in hoeverre spellingen op dit terrein te doen, maar worden ingestuurd. Hoe belangrijk dit de Nederlandse bevolking hier achter het geeft eens te meer aan hoe veel- strategische aspect is, blijkt wel uit zal willen blijven staan. Er kan rela- zijdig het effect van IED’s kan zijn: het feit dat de meeste aanslagen op tief snel een beeld van ‘stank voor aanslagen met deze wapens hebben beeld worden vastgelegd. Die beelden dank’ ontstaan. Mocht de publieke niet alleen effect op de militairen moeten overigens niet alleen de vijand opinie zich tegen de militaire operatie tegen wie ze in eerste instantie zijn ‘raken’, maar zijn eveneens van groot keren, dan is het vervolgens de vraag gericht, maar hebben eveneens op in- belang voor het mobiliseren van de wat beleidsmakers, vooral op politiek directe wijze hun uitwerking in het achterban en voor het rekruteren van niveau, hier voor conclusies aan ver- land van herkomst van de betreffende nieuwe strijders. binden. Voor politici weegt de druk militairen. van de publieke opinie vaak zwaarder Draagvlak dan voor militairen. De politiek-strategische implicaties Tactisch-operationeel niveau van deze vorm van oorlogvoering Op de lange termijn zal het toene- kunnen groot zijn. De risico’s van het mende gevaar voor militairen om Naast invloed op politiek-strategisch uitzenden van militairen is door de door aanslagen met IED’s om het leven niveau heeft de toenemende dreiging veelvuldige inzet van IED’s toegeno- te komen ook kunnen leiden tot een van aanslagen met IED’s eveneens in- men. De kans op aanslagen waarbij verminderde aantrekkingskracht van vloed op de wijze van opereren van de militairen gewond raken of om het het militaire beroep. Dit zou wer- Nederlandse krijgsmacht. Het risico leven komen is groter geworden. Dit vingsproblemen en een tekort aan dat militairen gewond raken of de kan een negatieve invloed hebben op (gespecialiseerde) militairen kunnen dood vinden door exploderende IED’s het draagvlak voor de betreffende veroorzaken. Hierdoor zullen de wer- wordt groter en daardoor zullen ook missie. Bij veel dodelijke slachtoffers vingskosten voor de Nederlandse de inspanningen toenemen om deze is de kans groot dat de publieke krijgsmacht toenemen. De Verenigde dreiging tegen te gaan. De belangrijk- opinie zich op enig moment tegen de Staten ervaren dit probleem reeds, ste tegenmaatregel op tactisch-opera- militaire operatie zal keren. zoals al in 2005 in verschillende tioneel niveau is het vergroten van media werd bericht: het bewustzijn van de dreiging (in - Waar wat dat betreft de drempel in creasing awareness). Door alert te de publieke opinie ligt, is volledig af- ‘The Iraq war is the driving force zijn op het gevaar van IED’s en vaar- hankelijk van de aard en specifieke behind the Army’s recruiting pro- digheden te ontwikkelen om poten - omstandigheden van de betreffende blem’, said Charles Pena of the tiële bedreigende situaties te herken- militaire operatie. Deze drempel is Cato Institute, a Washington-based nen, valt er veel aan veiligheid te mogelijk lager in het geval van huma- policy research group. ‘Working in winnen. Hoewel awareness van het nitaire missies. Dergelijke missies, en the civilian economy doesn’t entail grootste belang is, kan het echter ‘militaire uitzending’ in het alge- the risk of getting blown up by an meen, worden in het Nederlandse IED in Iraq’, said Pena, referring to 4 Uitzondering op deze regel is de Amerikaan- referentiekader nog vaak in verband the roadside bombs and other im- se luchtmachtgeneraal Lance Smith, Supre- gebracht met ‘hulp’. Het beeld van provised explosive devices that me Allied Commander Transformation van Nederlandse militairen die schooltjes have been the leading cause of de NAVO, die stelt dat IED’s voor de bom- 5 menleggers een belangrijk strategisch wapen bouwen voor een bevolking in nood death for U.S. soldiers in Iraq. zijn waarmee zij de wil tot vechten willen past beter in de publieke beeldvor- ondermijnen. Joris Janssen Lok, ‘IED threat ming dan Nederlandse militairen die Nazorg is here to stay, says top US/NATO chief’, in: in een strijd op leven en dood zijn ver- De maatschappelijke kosten zullen Jane’s Defence Weekly, 24 mei 2006, blz. 7. wikkeld omdat hun aanwezigheid eveneens toenemen op het gebied van 5 Jeffrey St. Onge, ‘U.S. Military Recruiting Shortfalls Add to Pressures on Force’, door een (klein) deel van die bevol- nazorg aan uitgezonden militairen. nieuwsbericht Bloomberg, 10 juni 2005 king niet gewenst is. Naarmate meer Militairen die te maken hebben gehad (www.bloomberg.com).

354 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 nooit afdoende zijn om aanslagen met IED’s volledig te voorkomen. Maat - regelen die een grotere invloed op de wijze van opereren hebben, zijn daar- om vrijwel onvermijdelijk.

Bepantsering In crisisgebieden als Irak en Afghani- stan is het optreden van de Neder- landse krijgsmacht altijd gericht ge- weest op een ‘zachte’ benadering: het leggen van intensief contact met de plaatselijke bevolking, het winnen van de hearts and minds en het pa- trouilleren onder het motto smile and wave. Hoe meer de Nederlandse mili- tairen de dreiging door aanslagen met IED’s ondervinden, hoe minder deze benadering overeind zal kunnen blij- ven. In de praktijk zal de bescherming van Nederlandse militairen in eerste Task Force Uruzgan, Afghanistan. Meerdaagse patrouille van Nederlandse instantie immers vooral verbeterd militairen in de omgeving van Tarin Kowt (Foto AVDD, R. Frigge) kunnen worden door meer gepantser- de voertuigen in te zetten. Een voor- goede relatie, maar is op de langere Naast allerlei fysieke tegenmaatrege- beeld hiervan is de aanschaf in 2006 termijn waarschijnlijk zeker zo effec- len is het daarom belangrijk om het van 25 Bushmaster-pantservoertuigen tief als puur technische bescher- probleem van IED’s ook met intelli- voor gebruik door de Nederlandse mi- mingsmaatregelen. Het is echter bij- gence aan te pakken en ervoor te litairen in Uruzgan.6 zonder moeilijk om een balans te zorgen dat opstandelingen zo weinig vinden tussen de bescherming die mogelijk steun krijgen van de plaatse- Het patrouilleren en verplaatsen in men militairen wil bieden – rekening lijke bevolking.7 Goede internationale gepantserde voertuigen, hetgeen op houdend met de mogelijkheden bin- samenwerking bij het inwinnen van korte termijn de veiligheid van de nen de militaire operatie zelf – en de informatie is daarbij van wezenlijk militairen vergroot, kan op langere mate waarin men slachtoffers accep- belang. De ‘productieketen’ van de termijn echter leiden tot verminderd teert om het doel van de militaire ope- explosieven verdient daarbij veel aan- contact met de lokale bevolking. Dat ratie te bereiken. Militairen, beleids- dacht; het is immers beter om de IED’s kan op zijn beurt nadelige gevolgen makers en politici kunnen hierover bij de productie te bestrijden dan hebben voor de militaire operatie als uiteenlopende meningen hebben. wanneer ze al geplaatst zijn. geheel. Steun en informatie uit de lo- kale samenleving is onmisbaar voor De kans bestaat bovendien dat de IED- ‘Risicomijdend’ gedrag effectief optreden, evenals voor de be- makers op de inzet van gepantserde Ook indirecte effecten van IED’s op de strijding van degenen die IED’s plaat- voertuigen zullen reageren door ge- wijze van opereren vormen een punt sen. Informatie uit de samenleving bruik te maken van zwaardere explo- van aandacht. Hoewel de geïmprovi- vergt weliswaar een langdurige en po- sieven. Dit blijkt ook uit de erva- seerde explosieven vooral een fysieke tentieel gevaarlijke investering in een ringen van de Amerikaanse troepen in bedreiging vormen, richten ze ook Irak, waar zelfs M1 Abrams-tanks schade aan op sociaal-psychologisch IED 6 ‘Defensie wil bomvrije jeeps voor Uruzgan. zijn opgeblazen met ’s. Uiteraard vlak, zoals verderop in dit artikel aan Aantal aanslagen neemt toe’, in: NRC Han- kan de reactie op de zwaardere IED’s de orde komt. In Irak blijkt de drei- delsblad, 2 juni 2006; ‘Militairen Uruzgan het gebruik van nog zwaarder bepant- ging van IED’s bijvoorbeeld een ver- lenen Nyala’s van Canada’, in: Defensie- serde voertuigen zijn. Op die manier pletterend effect te hebben op het mo- krant, 27 juli 2006; ‘Defensie koopt Bush- kan echter een wapenwedloop tussen reel van de Amerikaanse militairen.8 master’, in: Defensiekrant, 10 augustus 2006. zwaardere IED’s en zwaardere bepant- De angst voor IED’s zit er bij velen van 7 Zie bijvoorbeeld: John Barry, Michael Hast- sering ontstaan die het oorspronke - hen zo diep in dat het leidt tot een ver- ings en Evan Thomas, ‘IEDs: At War With lijke doel van de missie voorbijschiet. harding in de wijze van opereren. An Insidious Weapon’, in: Newsweek, 27 Ergens zal dan ook een grens getrok- Wanneer het gevaar van IED’s voort- maart 2006. 8 Tom-Jan Meeus, ‘Excessen in Irak symbo- ken moeten worden tot waar de fysie- durend op de loer ligt, zullen sommi- liseren onmacht VS’, in: NRC Handelsblad, ke beveiliging van de Nederlandse ge militairen heel ver gaan om de (ge- 3 juni 2006. militairen dient te gaan. percipieerde) risico’s te verminderen.

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 355 Denk aan Amerikaanse militairen in Irak die zware verkeersongevallen veroorzaken, uit angst dat ze hun De Amerikaanse soldaat voertuig moeten afremmen of stoppen eerste klas D. Weber (rechts) legt om vervolgens door een IED getroffen de eed af, enkele uren te worden. Ook zijn voorbeelden be- nadat hij gewond was geraakt kend van chauffeurs die bewust niet bij een aanslag met een IED afremmen voor plotseling oversteken- in Irak, juni 2007 de kinderen, uit angst dat het een val- (Foto US Army, T. Tae) strik is om hun voertuig snelheid te laten minderen. slagen met IED’s en zelfmoordaansla- Dergelijk min of meer rücksichtslos gen waaraan militairen blootstaan en gedrag ondermijnt op zijn beurt weer geweldsexcessen door diezelfde mili- het draagvlak van de militaire opera- tairen, vooral in Irak en Afghanistan. tie onder de lokale bevolking en kan In een artikel in NRC Handelsblad dat zodoende zelfs leiden tot meer verzet, ingaat op excessen in Irak verwoordt en dus ook tot meer aanslagen met de Amerikaanse reservist Burland de IED’s. Op deze manier kunnen de frustratie als volgt: militairen gevangen raken in een vi- cieuze cirkel: door hun pogingen om Creepy werk, zegt hij. Elk dorpje aanslagen met IED’s te voorkomen, dat je passeert, elke voetganger die neemt het aantal aanslagen met deze je toezwaait, kan een IED bij zich wapens juist toe. hebben. Je weet het niet. Je wordt er opgefokt van. Het gevolg is, zegt Vertragend effect Burland, dat je onderweg zo ge- Tot slot is op tactisch-operationeel ni- spannen als een veertje zit te turen veau van belang dat de grotere alert- naar mogelijke IED’s. En als je dan heid die de IED-dreiging veroorzaakt toch weer wordt verrast, is het tot vertraging kan leiden in de uit te moeilijk je drift te beteugelen, zegt voeren taken van de militairen. Wan- hij: het bevestigt dat Amerikanen neer wegen alleen na inspectie en/of slechts schietschijf zijn in Irak. ontmanteling van IED’s te gebruiken Daar word je zo agressief van.10 zijn, neemt de verplaatsbaarheid van de militairen drastisch af. Het kan op Ook werd recentelijk in de media een deze manier gebeuren dat de militai- verband gelegd tussen het grote aan- ren meer tijd kwijt zijn met het bevor- tal burgerslachtoffers bij acties van kan verdedigen kan een grote negatie- deren van hun eigen veiligheid dan NAVO-militairen in Afghanistan, kort ve impact hebben op het moreel en dat ze toekomen aan de taken waar- nadat ter plaatse een zelfmoordaan- angstonderdrukking. De klassieke voor ze in feite zijn uitgezonden. Ook slag was gepleegd.11 studie Men Under Stress beschrijft al deze verminderde effectiviteit van de hoe ge allieerde vliegtuigbemanningen militaire inzet is één van de doelen Duidelijk is dat militairen die betrok- doodsbang waren voor de Duitse Flak: die de daders met hun wapen probe- ken zijn bij de operaties in Irak en Af- ren te bereiken.9 ghanistan voortdurend blootstaan aan de dreiging van (zelfmoord)aanslagen 9 Raymond van den Boogaard, ‘Militairen in Uruzgan: Bomdreiging maakt missie nog met IED’s. Tijdens de operatie in Irak lastiger’, in: NRC Handelsblad, 7 november Individueel niveau zijn aan de zijde van de Verenigde 2006. Staten in de periode juli 2003 tot 10 Tom-Jan Meeus, ‘Excessen in Irak symbo- Behalve implicaties op politiek-stra- en met april 2007 al zeker 1.354 do- liseren onmacht VS’, in: NRC Handelsblad, tegisch en tactisch-operationeel ni- delijke slachtoffers gevallen door 3 juni 2006. 12 11 ‘VS en NAVO doden burgers in Afghani- veau kan de toenemende dreiging van aanslagen met IED’s. Dit zijn gemid- stan’, in: NRC Handelsblad, 5 maart 2007. IED’s ook gevolgen hebben voor de deld 29,4 slachtoffers per maand, 12 Zie: www.icasualties.org, laatst bezocht op militair op individueel niveau – en oftewel bijna één per dag. IED’s zijn 24 mei 2007. Deze website baseert zich op daarmee voor de mentale component wapens waartegen een militair zich officiële gegevens van het Amerikaanse mi- nisterie van Defensie. Omdat het ministerie van het militaire optreden. In de niet kan verdedigen anders dan door niet voor alle slachtoffers de doodsoorzaak media wordt regelmatig een relatie voort durende waakzaamheid. Drei- bekendmaakt, zijn de cijfers waarschijnlijk gelegd tussen de frustratie over aan- ging waartegen een militair zich niet aan de lage kant.

356 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 Dreiging en agressie Hoewel er geen onderzoek gedaan is naar de psychologische effecten van IED’s, is wel veel onderzoek gedaan naar de effecten van doodsdreiging op gedrag14 en naar agressie in reactie op situaties waarin iemand niet kan reageren. Deze onderzoeken kunnen helpen om de psychologische effecten te begrijpen van de constante en niet te voorspellen dreiging die uitgaat van IED’s. Dit artikel gaat daarbij niet in op de traumatische gevolgen van een aanslag zelf, maar op de gevolgen voor de moraal en het gedrag van militairen tijdens inzet.

De hiervoor aangehaalde reservist Burland geeft heel treffend aan dat je als militair voortdurend gespannen bent en niet weet wanneer je slacht- offer van een IED kunt worden. Dit is tekenend voor de onmacht om je te kunnen verdedigen en actief je lot te kunnen bepalen. In onderzoek in een veilig laboratorium is aangetoond dat proefpersonen die langdurig een een- tonige taak moesten verrichten, waar- bij ze zich niet emotioneel mochten uiten, agressiever reageerden na die taak dan proefpersonen die zich actief konden opstellen.15 Dit onderzoek liet zien dat mensen die zich gedurende langere tijd moeten inhouden, zich hierdoor agressiever opstellen ten op- zichte van hun omgeving. Voor mili- Enemy planes are objects that can smudge in the sky until its burst is tairen kunnen vergelijkbare effecten be fought against. They can be shot close. Then it is appreciated as the optreden. Als militairen zich tijdens down or outmanoeuvred. Flak is gaping holes in the fuselage, the een patrouille of een transport lange impersonal, inexorable and … fire in the engine, the blood flowing tijd moeten inspannen zonder dat ze deadly accurate. It is nothing that from a wound, or the lurch of the zelf actief kunnen optreden tegen de can be dealt with – [a] greasy black ship as it slips out of control.13 dreiging van gevaar en er dan plots een incident plaatsvindt, zoals een aanslag met een IED, zullen de reacties 13 Roy R. Grinker en John P. Spiegel, Men Under Stress (Londen, J.&A. Churchill Ltd, 1945; her- heftiger zijn dan bij een vergelijkbare uitgave 1963) blz. 34. explosie door een granaat tijdens een 14 Zie bijvoorbeeld: C.E. van den Berg, J. Soeters en M. Dechesne, ‘Effecten van doodsdreiging tijdens vredesoperaties’, in: Militaire Spectator 2006 (175) (7/8) blz. 308-319. gevecht. 15 Tanja S. Stucke en Roy F. Baumeister, ‘Ego depletion and aggressive behavior: Is the inhibition of aggression a limited resource?’, in: European Journal of Social Psychology, Vol. 36, No. 1 Een ander effect is de constante (januari/februari 2006), blz. 1-146. doodsdreiging die van IED’s uitgaat. 16 S. Solomon, J. Greenberg en T. Pyszczynski, ‘A terror management theory of social behavior: the psychological functions of self-esteem and cultural worldviews’, in: M.P. Zanna (ed.), Advances Door het voortdurende gevaar van in Experimental Social Psychology, Vol. 24 (1991), New York, Academic Press, blz. 93-159; IED’s en de aandacht hiervoor zullen J. Greenberg, S. Solomon en T. Pyszczynski, ‘Terror management theory of self-esteem and militairen bewust of onderbewust social behavior: empirical assessments and conceptual refinements’, in: M.P. Zanna (ed.), moeten omgaan met die dreiging. Advances in Experimental Social Psychology, Vol. 29, New York, Academic Press, 1997, blz. 61- De invloed van doodsdreiging staat 139; T. Pyszczynski, J. Greenberg, en S. Solomon, ‘A duel-process model of defense against con- scious and unconscious death-related thoughts: An extension of terror management theory’, in: centraal in de zogeheten terror - Psychological Review, Vol. 106, nr. 4 (1999), blz. 835-845. management-theorie.16 In het boek In

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 357 the Wake of 9/11. The Psychology of van de eigen waarden en normen. Dit tievere houding ten opzichte van in- Terror 17 wordt een duidelijk onder- kan zich verschillend uiten: van een ternationale militaire samenwer- scheid gemaakt tussen directe reacties voorkeur voor bepaalde muziek tot king.19 In dit onderzoek bleken de ac- (proximate) en onderbewuste psy - negatieve beeldvorming over andere ceptatie van het risico van dood, chologische reacties (distal) tegen groepen of zelfs agressie tegen identificatie met de Koninklijke doodsdreiging. De directe reacties andere groepen. De grondleggers van Landmacht en zelfwaardering facto- zijn gebaseerd op de skills & drills en de terrormanagement-theorie ver- ren te zijn die wél positief bijdragen de al eerder beschreven operationele woorden dit duidelijk: When their aan internationale militaire samen- en technische gevolgen. De indirecte own mortality is salient, as in war - werking onder dreiging. Tijdens dit reacties hebben vooral gevolgen voor de manier waarop mensen onder drei- ging zichzelf en hun omgeving inter- preteren. Uit de onderzoeken in het kader van de terrormanagement-theo- rie blijkt dat mensen zich psycholo- gisch wapenen tegen doodsdreiging door hun zelfwaardering (self-esteem) te verhogen, evenals het belang dat zij hechten aan hun eigen wereldbeeld (cultural worldview). Hierdoor bouwt men een psychologische verdediging op tegen doodsangst (terror) die het gevolg is van bewustwording van de eigen dood.

Zelfwaardering De dreiging van IED’s, zelfmoordaan- slagen en terreur in het algemeen ver- oorzaakt een constante doodsdreiging. Indien mensen niet in staat zijn hun zelfwaardering te verhogen door zich psychologisch op te werken, blijken ze sterker aan de dood te denken en ook meer angstreacties te vertonen. Zelfwaardering, eer en militaire waar- den zijn dan van belang voor militai- ren om effectief op te blijven treden. Als deze waarden niet voldoende bescherming blijken te bieden, omdat je je niet kunt verdedigen tegen de dreiging en slechts de gebeurtenissen kunt afwachten, is de kans op angst - reacties groter. Dit is ook precies de bedoeling van terreur: zorgen dat mensen zich niet actief kunnen wape- time, people particularly punish those onderzoek was de dreiging van IED’s nen tegen de dreiging, waardoor ze from outgroups seen to threaten basic echter laag en werd de zelfwaardering het gevoel krijgen machteloos te zijn. values.18 Met andere woorden: de ver- wachting is dat militairen onder drei- De waarden en patronen van het eigen ging meer aan elkaar zullen hechten 17 T. Pyszczynski, S. Solomon en J. Green- wereldbeeld zijn van belang om deze en een negatievere houding zullen berg, In the Wake of 9/11. The Psychology of Terror (Washington DC, American Psycho- potentiële angst te onderdrukken. Een ontwikkelen ten opzichte van andere logical Association, 2002). van de gevolgen van dreiging is dan groepen. 18 S. Solomon, J. Greenberg, en T. Pyszczynski, ook een grotere waardering voor de Curr. Dir. Psychol. Sci. 9 (2000) blz. 200. eigen groep en het zich afzetten tegen In onderzoek onder Nederlandse mili- 19 M. Deschesne, C.E. van den Berg en J. Soeters, ‘International Collaboration under andere groepen, zeker als zo’n andere tairen tijdens de ISAF-missie in 2003 Threat. A Field Study in Kabul’, in: Conflict groep wordt gezien als een bedreiging is al aangetoond dat een grotere angst Management and Peace Science, Vol. 24, nr. voor de dood kan leiden tot een nega- 1, maart 2007. blz. 25-36.

358 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 niet bedreigd door slachtoffers of de eigen waarden, zijn verklaringen Ten slotte falen binnen de missie. voor geweldsexcessen tegen de bevol- king in de inzetgebieden. Het ultieme Terwijl IED’s voor westerse militairen ‘Hearts and minds’ bewijs voor de superioriteit van de in operatiegebieden als Irak en Afgha- Door de continue dreiging van aansla- eigen groep is immers het uitschake- nistan een geducht wapen vormen, gen met IED’s in bijvoorbeeld Irak en len van de andere groep, ook al wordt vormen zij voor opstandelingen juist Afghanistan is op basis van de ter - dit objectief veroordeeld. Agressie een ideaal wapen. Aan de ene kant rormanagement-theorie te verwachten tegen de plaatselijke bevolking in zijn IED’s relatief eenvoudig te fabri- dat militairen zich meer op hun eigen plaats van tegen vijandelijke strijders ceren en te gebruiken, aan de andere identiteit gaan richten en kan vervolgens leiden tot een negatie- kant hebben ze zowel direct als indi- zullen zoeken naar waar- ve spiraal in het vertrouwen en de rect een groot effect. dering voor zichzelf als voor de missie zo noodzakelijke sa- militair. Deze houding kan menwerking. De indirecte effecten van aanslagen op gespannen voet komen met IED’s zijn, zeker op de langere ter- te staan met de doelstelling Gelukkig is er nog een lichtpuntje: mijn, misschien wel belangrijker voor van de missie om de bevol- dreiging vergroot de behoefte aan de daders dan de vaak grote fysieke king voor zich te winnen waardering voor de eigen cultuur en schade die de geïmproviseerde explo- met een hearts and minds- de eigen basiswaarden, en wellicht sieven in eerste instantie aanrichten. campagne. De dreiging ligt hier een relatie met de veelbe- Degenen die IED’s plaatsen, tasten op van IED’s heeft daarmee sproken Dutch approach. Naast de alle niveaus de wil tot vechten aan: mogelijkheid om militair op te treden niet alleen bij de militairen zelf, maar tegen de dreiging, worden de waarden ook bij het thuisfront (familie van uit- van de Nederlandse militairen ook het gezonden militairen, publieke opinie, meest zichtbaar onder dreiging. Een politici). van de wapens in de strijd kan zo het Task Force Uruzgan, Humanitair Oorlogsrecht zijn, dat De inzet van IED’s raakt de tegenstan- Afghanistan. juist in de houding van militairen te- der bovendien financieel: naast de Voetpatrouille genover zowel vijandelijke strijders hoge kosten voor materieel (schade, in Tarin Kowt als de burgerbevolking weerspiegelt extra bepantsering, enzovoort) nemen (Foto AVDD, R. Frigge) dat het in de missie te doen is om ook de kosten toe voor research & de- de opbouw van de Afghaanse maat- velopment, alsmede voor werving van schappij en niet om een strijd over nieuwe militairen en voor (langduri- wie de superieure groep in het gebied ge) nazorg aan teruggekeerde militai- is. ren.

Zelfvertrouwen De dreiging van aanslagen met IED’s niet alleen een direct effect IED’s en zelfmoordaanslagen zijn in (potentiële) uitzendgebieden van op de veiligheid van de mi- kortom meer dan dodelijke wapens. Nederlandse militairen heeft voor de litairen, maar ook, zoals De continue en vaak onvoorspelbare Nederlandse krijgsmacht betekenis hiervoor al beschreven, op dreiging vereist naast fysieke en tech- op zowel politiek-strategisch, tac- de mogelijkheid een ver- nische maatregelen ook dat militairen tisch-operationeel als individueel ni- trouwensband op te bou- zich mentaal tegen de dreiging kun- veau. Op al deze niveaus zal aandacht wen met de bevolking. nen verdedigen. Dit kan door het ver- nodig zijn om adequaat met de IED- Zeker het risico van even- groten van het eigen zelfvertrouwen dreiging om te gaan. De aanschaf van tuele geweldsexcessen die kunnen en geloof in de basiswaarden van de de Bushmaster is wellicht het meest ontstaan als gevolg van de frustratie eigen cultuur. De eigen basiswaarden zichtbare antwoord op de IED-drei- tegen een ‘onzichtbare’ vijand te dienen dan wel samenwerking met de ging, maar naast dergelijke fysieke vechten, ondermijnt de opzet van de lokale bevolking mogelijk te maken. bescherming valt ook het belang van missie om de bevolking voor zich te Als afzetten tegen wat als vijandig niet-fysieke maatregelen niet te on- winnen. aan de eigen basiswaarden wordt ge- derschatten. zien de boventoon gaat voeren, be- De eerder beschreven processen dreigen IED’s niet alleen de fysieke en Stress onder de militairen ter plekke van langdurige gedragscontrole onder mentale component van het eigen op- of onrust aan het thuisfront kunnen de dreiging en de indirecte verdediging treden, maar ook de conceptuele com- effectiviteit van het militaire optreden tegen doodsdreiging door een vijan - ponent. Daarmee zijn IED’s een ge- evenzeer aantasten als de directe fy- digere houding tegenover mensen die ducht wapen in de psychologische sieke schade die een explo- gezien worden als een bedreiging van oorlogvoering. derende IED aanricht.

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 359 Counter-IED: van reactief naar proactief

‘We have to be lucky once, you have to be lucky always.’ H. Molman – luitenant-kolonel der artillerie* Patrick Magee, Iers-Republikeins terrorist, na de bomaanslag op het Grand Hotel in Brighton in 1984

Inleiding Het is dan ook voor de hand liggend al is een IED verpakt ter bescherming dat er veel aandacht gaat naar de ont- tegen vuil en vocht. Daarnaast zijn er ‘ ermbommen’ worden ze po- wikkeling van bestrijdingswijzen, de diverse methoden om een IED af te pulair wel genoemd, de Im- ‘Counter-IED’. Dit artikel wil inzicht zetten. Op grond hiervan zijn IED’s in Bpro vised Explosive Devices of verschaffen in dit begrip en schetst te delen in een drietal categorieën: ac- IED’s, die Nederlandse en andere mili- eerst een beeld van wat een IED is en tivering met behulp van een tijd - tairen zo vrezen. Door zijn relatieve op welke wijze de tegenstander een mechanisme, activering door het eenvoud, lage kosten en grote uitwer- dergelijk systeem inzet. Vervolgens slachtoffer zelf (in feite een booby- king is het IED uitgegroeid tot één van komt het concept aan de orde dat trap) of op commando van de aan- de voorkeurwapens van opstandige de NAVO tegen deze wapens heeft slagpleger. Bij deze laatste categorie groeperingen. ontwikkeld en de aandachtgebieden speelt nog een onderscheid tussen het Omdat de makers improviseren, is het daarbinnen. Het artikel sluit af met afzetten van het IED met behulp van IED een uniek wapen, te optimaliseren een aantal suggesties om deze ‘Coun- een kabel- of draadverbinding of door voor elk specifiek doel. Van een een- ter-IED’ een verdere impuls te geven. gebruik te maken van draadloze (zo- voudige constructie op basis van een genoemde radio-controlled) midde- ongesprongen projectiel tot een tech- Wat is een IED? len. Combinaties en varianten van nisch gecompliceerd systeem dat van Het IED is een springlading, gemaakt bovengenoemde mogelijkheden zijn grote afstand tot ontploffing kan wor- en geplaatst op een geïmproviseerde grenzeloos door de toenemende in- den gebracht. Sommige IED-makers wijze. Een IED bevat vernielende, do- zijn technische experts die een ge- delijke, schadelijke, pyrotechnische avanceerd systeem kunnen ontwik - of brandbare stoffen en heeft tot doel kelen. Maar vaak zijn het onervaren te vernietigen, te verminken of ver- mensen die relatief eenvoudige, maar warring te stichten. Het ontwerp van desondanks zeer effectieve IED’s kun- een IED is in de regel eenvoudig en nen vervaardigen. Daarnaast zijn de goedkoop, maar daarom niet minder kosten van het produceren laag, zeker gevaarlijk. Een IED kan militaire com- in vergelijking met het te behalen ef- ponenten bevatten, zeker in voor - fect. Zelfmoordaanslagen buiten be- malige oorlogsgebieden als Irak en schouwing gelaten, is het risico voor Afghanistan, waar dergelijke compo- de gebruiker van een IED laag. Er is nenten nog in grote hoeveelheden een goede ontsnappingskans. voor handen zijn. Vaak zijn IED’s echter niet-militaire bestanddelen, die In conflicthaarden als Irak en Afgha- overal te verkrijgen zijn. nistan zijn IED’s een favoriet wapen. Een IED is samengesteld uit een * De auteur is hoofd van de Task Force Coun- hoofdlading, een ontsteker, schake- ter-IED. laar en ontstekingsmechanisme. Veel-

360 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 ventiviteit van zowel de makers als de nele en tactische niveau zal de IED- De NAVO Counter-IED strategie leggers. dreiging eigen eenheden in hun vrij- Op dit moment wordt een integrale Ook zelfmoordaanslagen zijn een heid van handelen beperken of hen NAVO Counter-IED strategie ontwikkeld, vorm van Command IED. Zelfmoord- die vrijheid zelfs geheel kunnen ont- gebaseerd op grotendeels Amerikaanse aanslagen zijn een eenvoudige ver- nemen, waardoor het behalen van de en Britse concepten en ervaringen. vanging voor technologie om een gestelde doelen bemoeilijkt wordt. optimale inzet van een (veelal zwaar- Daarnaast dragen IED’s, door het grote Dit concept is gebaseerd op drie zui- dere) IED op een doel te garanderen. aantal slachtoffers dat kan vallen len: onder militairen en burgers, in hoge • IED-gericht (defeat the IED); mate bij aan de meningsvorming en • Netwerk-gericht (defeat the system); IED-dreiging zijn zij dus expliciet als strategisch • Counter-IED gerelateerde Opleiding wapen te bestempelen. en Training. De belangrijkste ontwikkelingen in het toekomstige wereldbeeld zijn De IED-dreiging neemt in hoog tempo Het schema in figuur 1 geeft de drie globalisering, de toenemende toepas- toe. Tegenstanders spelen snel in op zuilen weer met elk hun specifieke sing van asymmetrisch optreden, de nieuwe beschermingsmaatregelen of deelfunctiegebieden. Het concept ziet invloeden van de veranderende demo- grafie en maatschappij, falende sta- Figuur 1 Componenten van de NAVO Counter-IED strategie ten, radicale ideologieën en een veel- heid aan sluimerende conflicten. De COUNTER-IED CONCEPT wereldwijde dreiging van terrorisme, het mogelijke gebruik van massaver- COUNTER-IED OPERATIE nietigingswapens en de regionale in- stabiliteit zijn de veiligheidsuitda- NETWERK-GERICHT IED-GERICHT OPLEIDEN gingen voor de komende decennia. & TRAINEN Het bestrijden van deze dreigingen EFFECTEN MINIMALISEREN zal zijn impact hebben op de aard van VOORSPELLEN (PREDICT) VOORKOMEN (PREVENT) ONSCHADELIJK MAKEN het gevecht en vereist een continue DETECTEREN (DETECT)

(NEUTRALIZE) DOCTRINE aanpassing van de concepten en capa- EXPLOITATIE (MITIGATE) citeiten van krijgsmachten. Asymme- trisch optreden kan hierin dispropor- O & T tionele dimensies bereiken, zeker als de opponent proliferatie en technolo- LESSONS LEARNED gie benut.

Met IED’s hebben groeperingen nieuwe OFFENSIEF / PROACTIEF DEFENSIEF / REACTIEF mogelijkheden gevonden om hun doelen te realiseren. Op het operatio-

nieuwe wijzen van optreden. Het po- er op papier eenvoudig uit, maar de tentieel voor innovatie en technologi- feitelijke toepassing is complex. Er sche verbetering is hoog en de nood- is een groot aantal actoren en al hun zakelijke technologische informatie is activiteiten moeten nauwkeurig op wereldwijd gemakkelijk verkrijgbaar. elkaar worden afgestemd om tot een Kennis en vaardigheid ontwikkelen zo effectief mogelijke Counter-IED te zich in een hoog tempo. Voor de eigen komen. eenheden is het zeer moeilijk de effecten van IED’s voor te blijven en IED-gericht optreden is defensief, tijdig de vereiste beschermingsmaat- veelal reactief van aard. Het richt zich regelen te nemen. Ook de tegenstan- op het vinden (detection), het on- der maakt gebruik van zijn lessons schadelijk maken (neutralize), maar identified/learned. zeker ook op het minimaliseren van de effecten (mitigate) van IED’s. De Iraakse politie maakte Het aangrijpen van het IED-netwerk, deze IED onschadelijk het offensieve aspect, is proactief van in het oosten van Bagdad, 2005 aard en is gebaseerd op het vinden (Foto US Army) (predict), het binden en slaan (pre-

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 361 vent) en het benutten van de verkre- inzet, de zogenoemde IED-awareness, bijdragen aan het tijdig onderkennen gen informatie (exploit). Juist dit laat- is een eerste vereiste. Vervolgens gaat van IED’s of het vinden van voor IED’s ste is naast het vinden, binden en het ook om een zorgvuldige voor- bestemde componenten. Wat doet bij- slaan van de tegenstander een nieuw bereiding door opleiding en training. voorbeeld een Iraakse schaapherder fenomeen, dat verderop in dit artikel Daarnaast zal ook de inzet van tech- met een dure videocamera? Waarom uitvoeriger wordt toegelicht. nologische middelen moeten bij - heeft een Afghaanse boer een elektro- dragen aan het verminderen van de nische garagedeur-opener op zak? De opleiding en training van perso- kwetsbaarheid. Deze middelen kun- Zijn die tweehonderd gsm’s op de neel (zowel algemeen als specialis- nen uiteenlopen van eenvoudige be- achterbank van een voertuig wel echt ten), eenheden en staven vereist een scherming/bepantsering van voer- bestemd voor de verkoop op de markt gezamenlijke doctrine, kennis van tuigen, compounds en installaties tot van Kabul? Vragen die een militair optreden van de Opposing Militant de inzet van speciale voertuigen en zich zou moeten stellen tijdens de Forces (OMF) en goed ontwikkelde hoogwaardig technologische midde- uitvoering van zijn dagelijkse werk- Tactics, Techniques and Procedures len als bijvoorbeeld ECM-middelen zaamheden. (TTP’s). Om in het inzetgebied effec- (jammers). tief tegen een IED-dreiging te kunnen Andere, meer gespecialiseerde eenhe- optreden, zal tijdens de voorbereiding Naast materiële beschermingsmaat- den dragen op systematische wijze bij op de inzet aan dit aspect de nodige regelen draagt IED-awareness bij tot aan het vinden van IED’s. Het door de aandacht moeten worden besteed. het verminderen van effecten. Hier- genie ontwikkelde en al met succes Uiteraard zal het daarbij ook steeds onder valt het onderkennen van on- toegepaste concept van Military Search moeten gaan over de meest recente gebruikelijke situaties en patronen, voorziet daarin. lessen. die zich tijdens de werkzaamheden Bij military search gaat het om een voordoen, zoals ontwijken/verwij - systematische aanpak die gericht is op Een Nederlandse benadering deren van verlaten voertuigen en het bescherming. Dit begrip omvat een Met het oog op de inzet van Task ontwijken van onbekende voorwer- scala aan maatregelen en activiteiten. Force Uruzgan besloot de Nederland- pen langs de weg. De kwetsbaarheid Allereerst is military search defensief se krijgsmacht in 2006 tot het ontwik- is ook te verminderen door het eigen toe te passen om de vrijheid van han- kelen van een Counter-IED concept op optreden minder voorspelbaar te laten delen te behouden en de bescherming basis van de NAVO-doctrine. In het Ne- zijn. Bijvoorbeeld door te variëren in van eigen eenheden zo groot mogelijk derlandse concept vinden we de drie de te gebruiken routes en tijdstippen te houden. Daarnaast voorziet milita- zuilen van figuur 1 terug. van gebruik van die routes. ry search in een instrument bij risico- Om proactief te kunnen optreden, zijn management, isoleert het de dreiging gevalideerde inlichtingen op alle ni- Maar preventief handelen kan ook zo van explosieven en draagt het bij aan veaus onontbeerlijk. Een goed ge- eenvoudig zijn als een konvooicom- plande en offensief gerichte inlich - mandant die zich bij het binnenrijden tingenoperatie, waarbij teruggevallen van een gebied van verantwoordelijk- kan worden op nationale en inter- heid aanmeldt en zodoende nood - nationale inlichtingenondersteuning zakelijke informatie verkrijgt om, (zowel militair als civiel), is een abso- indien nodig, te dérouteren of tussen- lute vereiste. Het totaal van strate - ruimtes en snelheden te vergroten. gische, operationele en tactische in- Het gebruik van voertuigvolgsyste- lichtingen draagt er toe bij om zo diep men (Blue Tracker) of onbemande mogelijk in het IED-netwerk binnen vliegende systemen (UAV’s) boven de te dringen. Ook groeit de behoefte route zijn voorbeelden van preventie- aan forensische en technische inlich- ve maatregelen. Daarnaast blijft een tingen. Hiervoor is het opleiden en in- zeker percentage ‘krijgsmansgeluk’ zetten van specialisten noodzakelijk. van invloed.

Het vinden van een IED IED-gericht optreden Het is zaak de IED zo vroeg mogelijk (defeat the IED) te vinden. Het liefst nog in de voor- bereidende fase, als componenten Bescherming worden aangeleverd, geproduceerd en Allereerst moeten we de eigen een - getransporteerd of zelfs direct vooraf- heden zo goed mogelijk tegen IED’s gaande aan de aanslag. Iedere mili- beschermen. Gedegen kennis over de tair, mits juist geïnformeerd en ge- wijze waarop de tegenstander IED’s traind, kan zo al op eenvoudige wijze

362 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 het veilig naderen van een doel, waar- Figuur 2 De military search piramide bij mogelijke schade kan worden verminderd. Military search is in dit kader ook te gebruiken om de afwe- SEARCH PIRAMIDE zigheid van explosieven te bevestigen.

Daarnaast is military search offensief toe te passen om de vrijheid van han- Genie + specialisten (EOD/NBC) delen van de tegenstander te beperken ADVANCED i.s.m. manoeuvre of te verstoren, inlichtingen te verza- Genie i.s.m. manoeuvre Inlichtingen / melen, het initiatief te verkrijgen, Offensief INTERMEDIATE Dreiging aanvallen te voorkomen en (compo- Manoeuvre-eenheden nenten van) IED’s op te sporen en in beslag te nemen. De search-operatie BASIC Alle militairen is gebaseerd op de resultaten van een uitgebreide inlichtingenoperatie.

Military search vraagt een uitgebreide Defensief planning en voorbereiding. Offen - sieve search-operaties worden uit - gevoerd door manoeuvre-eenheden, Figuur 2 geeft aan dat military search manoeuvre-eenheid bij in de uitvoe- ondersteund door gespecialiseerde wordt uitgevoerd op drie niveaus, te ring van de search-operatie. search-teams. De dreiging van de mo- weten basic search, intermediate search gelijke aanwezigheid van explosie- en advanced search. Advanced search is het hoogste ni- ven, het vereiste veiligheidsniveau en veau van military search, uitgevoerd mogelijke risico’s van de omgeving Basic search is de defensieve vorm bij een hoog risico, ofwel bij een (werken op hoogte, werken in riolen, van military search. Het is niet vooraf grote kans op het aantreffen van in vervuilde lucht en dergelijke) bepa- gepland of voorbereid en iedere mili- explosieven of de aanwezigheid van len de wijze van uitvoering. Door een tair moet het kunnen uitvoeren. Ken- gevaarlijke omstandigheden in de systeem van opschaling speelt mili- nis van de dreiging en van de door de omgeving. Advanced search is altijd tary search in op het te garanderen tegenstander gebruikte wijzen van op- vooraf gepland en voorbereid en niveau van veiligheid, de dreigings - treden zijn hierbij de sleutelwoorden. wordt uitgevoerd door specialisten situatie en de mate van gevaar in de Basic search omvat het toepassen van van genie-eenheden. Aan de advanced omgeving. drills en controles (de zogenoemde search-teams worden begrijpelijker- ‘checks’) tijdens het uitvoeren van wijs zeer hoge fysieke en mentale reguliere werkzaamheden als bijvoor- eisen gesteld. beeld patrouilles of vehicle check- points. Het neutraliseren van IED’s Neutraliseren omvat het verstoren, Intermediate search is het middelste ontwapenen, veilig verwijderen of niveau van military search, uitgevoerd vernietigen van IED’s. Het neutralise- bij een laag risico, dat wil zeggen met ren is specifiek op het IED gericht, met een kleine kans op het aantreffen van de bedoeling inzet en effect te verhin- explosieven, een laag vereist niveau deren en de IED veilig te verwijderen. van veiligheid of geen risico’s in de Het ruimen van IED’s is een taak voor omgeving. Intermediate search is al- de EOD. Iedere EOD-er dient dan ook tijd vooraf gepland en voorbereid en opgeleid en getraind te zijn om IED’s wordt als offensieve search-operatie te kunnen ruimen. Continue training uitgevoerd door genie-eenheden die en uitrusting met het beste materiaal gevechtssteun leveren. Zij zijn hier- vergroten de effectieve inzet van de voor specifiek opgeleid en staan de EOD. Essentieel hierbij is dat de EOD, zowel tijdens opleiding en training, maar zeker bij inzet, moet kunnen te- Iraakse militairen rugvallen op gevalideerde technische met metaaldetectoren inlichtingen. Juist het gebruik van bij een stemlokaal geïmproviseerde middelen maakt elke in Fallujah, Irak, 2005 IED op zich weer een nieuwe uit - (Foto US Marine Corps, D.J. Klein) daging.

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 363 Het aangrijpen pabele belasting van de inlichtingen- (nationaal) strategische niveau nood- van het IED-netwerk organisatie. zakelijk. Immers, de inlichtingen- (defeat the system) inspanning zal veelal op het niveau Vinden van NAVO of nationale inlichtingen- Een tegenstander die doelgericht IED’s Voorspellen (prediction) is het iden- diensten de meeste informatie gene - wil inzetten kan niet zonder midde- tificeren van de kritieke elementen reren. Het operationele niveau moet len. Hij kan niet zonder organisatie. van de organisatie, werkwijzen/modus zich concentreren op targeting en het Het offensieve deel van Counter-IED operandi, uitrusting en (ondersteu- in de richting brengen van de inlich- richt zich op de onderliggende orga - nende) infrastructuur van de tegen- tingeninspanning binnen het inzet - nisatie en de daarvoor noodzakelijke stander. Idealiter zou op deze wijze te gebied. Uiteindelijk zal het tactische netwerken. Het vernietigen of ont- voorspellen moeten zijn waar, wan- niveau de uitvoering, het daadwerke- wrichten daarvan draagt nadrukkelijk neer en hoe een aanslag met een IED lijk aangrijpen van het netwerk, voor bij aan de veiligheid. Het IED is im- zal plaatsvinden. Hiertoe is het ver- zijn rekening nemen. mers het eindproduct van een veelal werken van grote hoeveelheden infor- complexe aaneenschakeling van acti- matie noodzakelijk. De inspanningen Inzicht krijgen in een dergelijk net- viteiten. Zoals figuur 3 aangeeft, is de zijn er op gericht inzicht te krijgen in werk, zeker bij aanvang van een ope- inzet van een IED het resultaat van een patronen in het optreden van de te- ratie, is uiterst complex, maar zeker zorgvuldig geplande en vaak lang - genstander. niet onmogelijk! Als alle inspannin- durig voorbereide operatie door meer- gen op het gebied van inwinnen van dere cellen of individuen, die veelal Als deze inspanning slechts gericht informatie en het genereren van in- zonder elkaar te kennen op een ge- zou zijn op het onderkennen van de lichtingen, zowel tactisch, operatio- synchroniseerde en gecoördineerde plaatser of de triggerman, dan zou de neel als strategisch en zowel nationaal wijze samenwerken, dan wel elkaar grootste inspanning op tactisch ni- als internationaal op elkaar zijn af te aanvullen. veau liggen, wat in feite reactief zou stemmen, is succes mogelijk. Onder- steunende processen moeten het in- Figuur 3 Deelactiviteiten van het IED-netwerk lichtingenproces vervolmaken. Dit zijn onder meer elektronische oorlogvoe- ring (EOV) en imagery intelligence COMMAND & CONTROL (IMINT) voor het onderkennen van ver- FINANCIERING andering in locaties en trends. Het REKRUTEREN zijn analyseproducten voor de iden - tificatie van toekomstige doelen en PLANNEN OPERATIE ORDERS identificatie van IED-hotspots of VERKENNEN EN ONTSNAPPEN VOORBEREIDEN Named Areas of Interest (NAI), om PLAATS AANSLAG PLEGEN zodoende surveillance en targeting LOGISTIEKE AANVOER AANSLAG OEFENEN te kunnen richten. Om de dynamiek OPSLAG MAKEN IED AANSLAG / MATERIAAL TRAINING PLAATSEN IED van de maatschappij beter inzichte- EXPLOITATIE OPSLAG lijk te krijgen is human intelligence IED (HUMINT) en het daadwerkelijke voet- VERPLAATSEN IED aan-de-grond een belangrijke manier

JAAR MAAND WEEK DAG UUR UUR van inlichtingen verzamelen. En dat is nu juist in een complexe maatschappij

VOORSPELLEN als de Afghaanse de grote uitdaging. VOORKOMEN DETECTIE Binden en slaan NEUTRALISATIE Het binden en slaan (prevention) be- EFFECTEN oogt de kritieke elementen uit het IED-netwerk, die door een juiste in - lichtingenoperatie zichtbaar zijn ge- Het aangrijpen van het IED-netwerk is zijn. Maar IED-netwerken opereren in- maakt, zo vroeg mogelijk aan te grij- er op gericht om de IED-aanslag zo ternationaal, zonder belemmering van pen. Met een proactief optreden is het vroegtijdig mogelijk in de voorberei- grenzen. Financiering, aanvoer van mogelijk de voorbereidingsactivitei- ding te kunnen voorkomen. De kern materiaal, maar zeker de command ten van de tegenstander te verstoren van het succesvol aangrijpen van het and control zijn veelal niet aan de en hem daarmee de mogelijkheden te IED-netwerk is kennis hebben van de betreffende regio gebonden. Om ontnemen IED’s in te zetten. tegenstander en zijn wijzen van optre- die reden is de inspanning op het Een goede inlichtingeninterpretatie den. Dit vereist een effectieve en ca- operationele en misschien zelfs het maakt het mogelijk een military

364 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 search-operatie gericht te plannen en Het targeting-proces dient in het bij- matie en beelden over. Hierdoor kan uit te voeren. Hierbij zal military zonder gericht te zijn op die elemen- het draagvlak voor de missie bij een search voornamelijk gericht zijn op ten van het IED-netwerk die een cru- thuisfront nadelig worden beïnvloed. het detecteren en neutraliseren van ciale rol spelen bij de inzet van IED’s. Als onderdeel van Counter-IED zullen het IED, maar zeker ook bijdragen aan De selectie van deze elementen ge- in het kader van de Nederlandse het offensief aangrijpen van het IED- schiedt aan de hand van de beschik- InfoOps dan ook tegenmaatregelen netwerk. Te denken valt aan het in- bare inlichtingen. Op grond hiervan nodig zijn. De lokale bevolking stellen van controleposten of het vindt doelselectie plaats. Het totale moet worden overtuigd dat IED’s een onderzoeken van objecten (opslag- netwerk zal hoger in de hiërarchie destructieve invloed hebben op de plaatsen of productieplaatsen). In beter in beeld zijn, waar ook de de- ontwikkeling van hun maatschappij feite overlappen beide operaties el- conflictie zal plaatsvinden. Immers, en dat zij actief moeten helpen deze kaar op offensief en defensief gebied. wat op het tactische niveau een direct dreiging te stoppen. Hiervoor is het Het neutraliseren van een aangetrof- te bestrijden doel is, kan op het hoge- noodzakelijk de lokale sentimenten in fen IED of voorraden is uiteindelijk re niveau wellicht een nog voor een kaart te brengen om vast te stel- een verantwoordelijkheid van de EOD. bepaalde periode aan te houden bron len welke groeperingen zich voor of Belangrijk hierbij is het zekerstellen van informatie zijn. tegen het gebruik van dergelijke mid- van sporen en bewijslast. Om die delen zullen opstellen. Hiervoor is reden zal technische/forensische in- Information Operations/ in de voorbereidingsfase een Target lichtingencapaciteit de cyclus moeten Psychological Operations Audience Analysis onontbeerlijk. vervolmaken. De tegenstander zal zijn uiterste best doen om het optimale effect te halen Om te voorkomen dat de plaatselijke Er zijn meer mogelijkheden om het uit de aanslag. Het strategische effect bevolking door de vermeende effecten netwerk aan te grijpen dan alleen mi- van een IED-aanslag vertaalt zich im- van IED’s partij kiest voor de tegenstan- litary search-operaties. Uit het opge- mers naar het voor zich winnen van der, is het noodzakelijk hen te overtui- bouwde inlichtingenbeeld zijn aan- de eigen bevolking, maar ook het gen dat inzet van IED’s tegen Neder- dachtsgebieden te definiëren. Deze beïnvloeden van het thuisfront in lan- landse troepen niet bijdraagt aan een kunnen (voor langere tijd) onder den die militairen uitzenden. Om die verbetering van hun leefomstandig- waarneming worden gehouden om reden zullen de daders proberen het heden. Het gebruik van de plaatselijke zodoende proactief te kunnen zijn effect van de aanslag in alle mogelij- taal en inzicht in de plaatselijke ge- tegen deelactiviteiten van het IED- ke media-uitingen te benadrukken. bruiken moeten er toe bijdragen dat de netwerk. Bijvoorbeeld door het aan- De ervaring leert dat IED-aanslagen publieke opinie in het inzetgebied zich grijpen van een spotter in de bergen gefilmd worden en snel op fundamen- keert tegen IED’s en degenen die dat of een groep die bezig is met het talistische internetsites, maar ook op wapen benutten. Daarbij kunnen ook daadwerkelijk leggen van een IED. de regionale media te zien zijn. Veel lokale leiders op hun verantwoorde- westerse media nemen deze infor - lijkheid worden gewezen. Ook hier zijn weer diverse mogelijk- heden, variërend van de inzet van UAV’s of onbemande grondsensoren tot grondgebonden verkenning. Kop- peling van spotter en sensor aan een wapensysteem (sensor-to-shooter) ver- groot de mogelijkheden proactief en agressief op te treden tegen elementen uit het IED-netwerk. Een dergelijke onmiddellijke en offensieve benade- ring zal de tegenstander overtuigen zijn activiteiten te staken dan wel te verleggen.

Task Force Uruzgan, Afghanistan. De EOD op Kamp Holland demonstreert de werking van de Talon 3B explosieven- opruimings-robot (Foto AVDD, P. Verheul)

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 365 Exploitatie durende het onderzoek ongestoord te neren onder een hoge IED-dreiging. Maar ook Nederlandse eenheden kun- kunnen laten werken. Eenheden moeten in het inzetgebied nen de effecten van IED’s exploiteren. ‘Counter-IED gereed’ arriveren, niet Immers, het vinden van een IED dan Op hoger niveau draagt een CEXC zorg gereed om te trainen voor Counter- wel onderzoek op de plaats van de voor de analyse en verwerking van de IED. Hiermee wordt voorkomen dat aanslag (het zogenoemde post blast- uit het WIT ontvangen informatie. De zogenoemde aanvullende (in-theater) onderzoek) kan de nodige informatie hieruit geproduceerde technische training nodig is, tenzij nieuwe tactie- verschaffen over de wijze waarop een inlichtingenrapporten worden tot op ken en technieken van de tegenstan- IED is gemaakt en door wie. eenheidsniveau verspreid. Een CEXC der dat op dat moment vereisen. Na een aanslag geeft de EOD de plaats bevindt zich op het operationele ni- van aanslag vrij met het doel bewijs- veau en bestaat uit ervaren EOD perso- Uitgangspunten van een goede oplei- materiaal te verzamelen. Dit bewijs- neel, wetenschappers en specialisten ding en training op gebied van Coun- materiaal kan bijdragen als input voor op het gebied van technische inlich- ter-IED zijn een juiste doctrine, up- een trendanalyse en helpen bij het op- tingen. to-date kennis van de tactieken en sporen van de daders. Een grondige De analyse van het CEXC alleen vol- technieken van de tegenstander en analyse van bewijsmateriaal (DNA, staat niet. Zowel nationaal als interna- lessons identified/learned van het vingerafdrukken, springstofanalyse, tionaal is verdere analyse noodzake- eigen optreden. Het is noodzakelijk frequentieanalyse) is de taak van ge- lijk. De hieruit verkregen informatie deze kennis centraal te verzamelen, specialiseerde exploitatieteams. Het kan bijdragen aan het vullen van zo snel mogelijk te analyseren en zekerstellen van technisch/forensisch (inter)nationale biometrische data - te verwerken in de opleidings- en materiaal, maar ook een eerste, on- bases, waaruit naast militaire een- trainingstrajecten voor uit te zenden middellijke evaluatie van de aanslag heden ook politie- en inlichtingen- eenheden. De O&T Counter-IED ligt wordt uitgevoerd door een Weapon diensten informatie kunnen vergaren. verspreid over de betrokken oplei- Intelligence Team (WIT). Een dergelijk dings- en trainingscentra, gelet op de team bevindt zich in principe op het variëteit in op te leiden onderwerpen. bataljonsniveau. Op het naasthogere Opleiden en trainen Counter-IED opleiding en training is niveau bevindt zich een Combined van toepassing op alle niveaus en is Explosion Exploitation Cell (CEXC), De derde zuil van het Counter-IED trapsgewijs opgebouwd: individuele die zich bezighoudt met diepgaand concept betreft opleiding en training. training, eenheidstraining en training onderzoek van de informatie die de Het opleidings- en trainingsproces van specialisten. WIT’s zekerstellen. moet er op gericht zijn Nederlandse militairen getraind en met vertrouwen Individuele militairen dienen opge- Onderzoek na de aanslag uit te zenden, in staat om te functio- leid en getraind te zijn om de ver- Een WIT heeft tot taak zo snel moge- lijk na een aanslag of vondst onder- Figuur 4 De samenhang binnen Counter-IED zoek te doen naar technische aspecten COUNTER-IED CONCEPT van IED’s en bewijsmateriaal te verza- melen. Hieruit is af te leiden op welke COUNTER-IED OPERATIE wijze de tegenstander zijn technieken toepast en hoe hiertegen maatregelen te ontwikkelen. Ook is het mogelijk AANGRIJPEN VAN HET NETWERK NEUTRALISEER HET IED OPLEIDEN EN TRAINEN links te leggen met het IED-netwerk en OFFENSIEF DEFENSIEF REACH de inlichtingen te integreren in het to- BACK Forensisch Onderzoek SPEC OPS ADVANCED SEARCH (SPEC GN) taalbeeld. Het WIT kan zodoende een MIVD EODD SEARCH OPS hot wash-up geven aan de comman- Training staven

EOD INTERMEDIATE SEARCH (ALG GN) dant. Deze informatie dient tevens om AIVD KLPD SURVEILLANCE BASIC / PATROL SEARCH training ter voorbereiding op de uit- Training ehdn TNO zending aan te passen aan de heersen- NFI de trends in het inzetgebied. JIEDDO ISR Training individuen Specialisten Een WIT is doorgaans samengesteld ISAF MIVD/NIST Junior Leaders uit een ervaren EOD-er, een bevoegd CEXC opsporingsambtenaar om de integri- teit van de bewijslast zeker te stellen, BESCHERMING alsmede (forensische/technische) in- INFO OPS lichtingencapaciteit. Het zal veelal PSYOPS inlichtingenvoorbereiding nodig zijn een beveiligingselement op de uitzending aan een WIT toe te voegen om hen ge-

366 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 Task Force Uruzgan, Afghanistan. Patrouille in Tarin Kowt (Foto AVDD, R. Frigge)

van activiteiten dat aan de IED ten grondslag ligt, dient integraal te wor- den uitgevoerd, met alle kinetische en non-kinetische middelen die de com- mandant ter beschikking staan. Coun- ter-IED is een verantwoordelijkheid van commandant en staf. In de plan- schillende IED-dreigingen te herken- Dit zijn deelgebieden die de NAVO ning en uitvoering van Counter-IED nen en hierop doelgericht te reageren. heeft bestempeld tot minimale trai- hebben alle stafsecties hun aandeel, Naast de technieken en tactieken van ningseisen waaraan een uit te zenden aangevuld met specialisten op alle de tegenstander moeten zij bekend eenheid moet voldoen. sssniveaus. zijn met het gebruik van beschermen- de middelen, zoals ECM-jammers. Het tijdig, proactief en proportioneel Uiteraard moeten zij bekwaam zijn in Conclusie aangrijpen van het totale IED-netwerk het zonodig verrichten van levensred- met al onze ter beschikking staande dende handelingen. Los daarvan telt Het IED-netwerk is niet aan grenzen kinetische en non-kinetische midde- in elk inzetgebied kennis van en gebonden. In Irak en Afghanistan is len zal er toe leiden dat IED’s uiteinde- respect voor de lokale cultuur. Er duidelijk geworden dat migratie van lijk hun effect verliezen. Dat is niet wordt inderdaad het nodige van de in- kennis en ervaring aan de orde van de alleen van direct belang voor de mili- dividuele militair gevraagd. dag is. Dit kan de komende decennia tairen te velde, maar ook voor het in alle potentiële inzetgebieden in de thuisfront en de bredere publieke opi- Naast de reguliere O&T dienen een- wereld een factor van invloed worden. nie. Deze opinie is weer belangrijk heden nog over andere bekwaam- Zeker als het gaat om het aangrijpen voor het draagvlak voor de inzet van heden te beschikken in het uitvoeren van een (veelal complex en wijdver- de strijdkrachten. van aan Counter-IED gerelateerde in- takt) IED-netwerk zal nauwe samen- lichtingenvoorbereiding: het uitvoe- werking noodzakelijk zijn. Counter- Een intensieve en gedegen opleiding ren van alternatieve routeplanning aan IED kan afhankelijk van dreiging en en training, naar de laatste stand van de hand van de dreiging; het continu intensiteit in een operatie of campag- zaken, bereidt de Nederlandse een- informeren van eigen personeel en ne, een (ondersteunende) operatielijn heden voor op het optreden onder een ondereenheden; het plannen en uit- zijn. Vooralsnog is het een ondersteu- IED-dreiging en voorkomt dat in het voeren van tegenmaatregelen; het nend proces om de vrijheid van han- inzetgebied belangrijke tijd verloren plannen en uitvoeren van search-ope- delen over andere operatielijnen te gaat met aanvullende training. Kun- raties; het plannen en uitvoeren van garanderen. nen functioneren onder de IED-drei- Intelligence, Surveillance and Recon- ging is van het allergrootste belang naissance Tasks (ISR) met prioriteit op Counter-IED is een integraal proces, voor het uitvoeren van een opdracht. het verzamelen van technische infor- dat gelijktijdig op zowel politiek, stra- Counter-IED geeft hierop een ant- matie; het plannen en uitvoeren van tegisch, operationeel als tactisch ni- woord. Counter-IED vereist wel een Counter-IED operaties; het leggen en veau, maar ook nationaal en interna- continue inspanning van iedereen op exploiteren van contacten met lokale tionaal plaatsvindt. Op het tactische alle niveaus. Maar deze inspanning is autoriteiten en leiders; het plannen niveau zullen force protection, EOD en er op gericht het aantal slachtoffers zo en uitvoeren van InfoOps/PsyOps en search de randvoorwaarden moeten gering mogelijk te laten zijn. CIMIC-activiteiten; het plannen en uit- scheppen voor een veilige omgeving. En dat is deze inspanning voeren van mass casualty evacuation. Maar het aangrijpen van het netwerk meer dan waard.

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 367 Nederlandse moslimmilitairen tijdens uitzending in Bosnië, Irak en Afghanistan

F. Bosman, F. Ait Bari en J. Soeters*

Inleiding lokale gebruiken en wijze van bejege- bare effecten kunnen bewerkstelligen ning beter begrepen dan westerse mi- als Turkse militairen tijdens de KFOR- n 2004 verscheen in dit tijdschrift litairen. en ISAF-missies? Zichtbare aanwezig- een artikel over ontmoetingen heid van Nederlandse moslimmilitai- Itussen de Nederlandse en Turkse Bovendien konden zij gemakkelijker ren zou de lokale bevolking in islami- krijgsmacht tijdens de vredesopera- activiteiten en festiviteiten organise- tische samenlevingen gunstig kunnen ties in Kosovo en Afghanistan.1 Een ren die passen bij wat de lokale be- stemmen, en dat zou operationeel van van de belangrijke conclusies van dat volking belangrijk vindt. Hun voor- betekenis kunnen zijn, zo was de ver- artikel was dat de Turkse responden- spelling was dan ook dat Turkse onderstelling. ten zich er op lieten voorstaan dat zij militairen in Kabul niet aangevallen zulke goede contacten met de lokale zouden worden. Deze voorspelling In het onderhavige artikel willen wij bevolking hadden. Dit brachten zij in bleek uit te komen. De Turken werden aan deze veronderstelling invulling verband met het feit dat zij – net als inderdaad niet aangevallen, in tegen- geven. We beschrijven de ervaringen de lokale bevolking in beide landen – stelling tot de westerse troepen, die van Nederlandse moslimmilitairen tij- moslim zijn. in de beginperiode van International dens hun uitzendingen in islamitische Security Assistance Force (ISAF) re- samenlevingen en richten daarbij de Voor zover dit voor de lokale bevol- gelmatig aanslagen hebben meege- aandacht op hun contacten met de king niet vanzelfsprekend was, lever- maakt. lokale bevolking, en nauwelijks op de den de Turkse militairen het bewijs onderlinge betrekkingen met de Ne- door verzen uit de koran voor te Implicaties voor de krijgsmacht derlandse collega’s. Niet dat daar dragen. Vanwege deze religieuze ver- Aan het einde van dat artikel werd ge- niets over te vertellen is2, maar het ar- wantschap ervoeren de Turkse mili- opperd dat deze bevinding mogelijk tikel zou te lang worden. tairen en de lokale bevolking gevoe- ook implicaties voor de Nederlandse lens van onderlinge solidariteit. De krijgsmacht zou kunnen hebben. Zou- Interviews Turkse militairen konden gemakke- den Nederlandse militairen met een Wij hebben interviews gehouden met lijker met hen omgaan omdat zij de islamitische achtergrond vergelijk - negentien Nederlandse militairen die een islamitische achtergrond én uit- * Femke Bosman was tijdens dit onderzoek als promovenda verbonden aan de NLDA; deze studie zendervaring hebben, in Bosnië, Irak maakt deel uit van haar dissertatie Cultural diversity in the armed forces; a collec- en/of Afghanistan. Dat zijn, zoals be- tion of quantitative and qualitative studies. Fatima Ait Bari participeerde in dit onderzoek in het kend, allemaal landen waarvan de be- kader van haar Masterstudie aan de Universiteit van Tilburg. Sjo Soeters is als hoogleraar ver- bonden aan de NLDA en de Universiteit van Tilburg. Karim Boughmari en Mostafa Hilali dan- volking overwegend of – in het geval ken wij voor hun commentaar op dit stuk. van Bosnië in belangrijke mate – 1 J. Soeters, E. Tanercan, A. Varoglu en U. Sigri, ‘Werken met het Turkse leger. Nederlands-Turkse moslim is. Aangezien een formele re- ontmoetingen tijdens vredesoperaties’, Militaire Spectator, 2004 (173), 129-144. Dit artikel is in gistratie van dit soort gegevens ont- vertaling uitgekomen in het Engels, het Duits en het Turks. breekt, hebben wij onze respondenten 2 Zie bijvoorbeeld: F. Bosman, R. Richardson en J. Soeters, ‘Multicultural tensions in the military? Evidence from the Netherlands armed forces’, International Journal of Intercultural Relations, via de ‘sneeuwbal’-methode moeten 2007 (31), 339-361. vinden: de eerste respondent noemde

368 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 geïnterviewden – in deze tijden niet graag als zodanig aangesproken wil- len worden.3 De impact hiervan op het verloop van de gesprekken is echter beperkt gebleven, omdat een van de interviewers (de tweede auteur) zelf van Marokkaanse herkomst is, en de andere (de eerste auteur) met haar ge- deeltelijk Indonesische achtergrond zichtbaar niet uit de ‘Nederlandse klei’ getrokken is. Dit onderwerp – de ‘oorsprong’ van de interviewers – werd overigens tij- dens de gesprekken door diverse respondenten aan de orde gesteld. In het algemeen zijn de gesprekken goed verlopen.

Verkennend onderzoek In dit artikel willen wij – zoals gezegd – de ervaringen van de geïnterviewden beschrijven. Ons onderzoek is ver- ‘Turkse militairen kennend; op representativiteit kan en in Kabul werden wil dit artikel geen aanspraak maken.4 inderdaad niet Wij moeten de citaten voor zichzelf aangevallen, laten spreken, omdat specifiekere in tegenstelling contextuele informatie tot herken- tot westerse troepen...’ baarheid van de respondenten zou Afghanistan, 2003 kunnen leiden, iets waarover een aan- (Foto (GE/NL) Corps, tal van hen grote zorgen heeft uitge- T. Beylemans) sproken. andere collega’s met de bedoelde ken- hebben meer dan één missie gedraaid, Bij de presentatie van de bevindingen merken, en die noemde weer andere maar nooit Bosnië én ook nog Irak of hanteren wij een indeling die loopt van namen. Afghanistan. Van de 21 uitzendingen louter positieve ervaringen met de lo- die de respondenten hebben meege- kale bevolking tot interacties die moei- In totaal hebben we 22 namen gekre- maakt, vonden er 14 in Bosnië plaats. zaam en zelfs vijandig verlopen. Eerst gen, maar om uiteenlopende redenen willen wij echter enige meer algemene hebben drie potentiële respondenten De gesprekken werden door sommi- en theoretische overwegingen presen- aan het onderzoek niet mee kunnen gen als gevoelig ervaren, omdat mos- teren die van belang kunnen zijn bij de of willen doen. De 19 respondenten lims – naar het oordeel van een van de interpretatie van de bevindingen. waren overwegend afkomstig van de landstrijdkrachten (11 + 2 gemilitari- 3 De dramatiek die hier meespeelt is op indrukwekkende wijze verwoord door de Turks-Neder- seerde tolken); de zes overigen waren landse actrice en schrijftster Nazmiye Oral in een column in de Volkskrant ‘Mehmet, een emigrant afkomstig uit de drie andere krijgs- in spe’ (24 april 2007). Voor wat het Nederlandse leger betreft, is een anekdote van Joris Luyendijk illustratief. Tijdens een internationale oefening in Egypte werd alleen varkensvlees opgediend, machtdelen, met name de Koninklijke zoals bekend een probleem voor moslims. Desgevraagd zeiden de militairen bij de voedsel- Marechaussee. Het ging om vier offi- uitgifte lachend dat er ‘voor moslims bij het leger geen plaats is!’. Dat was in 1999. Wellicht is cieren, zes onderofficieren en negen zo’n opmerking tegenwoordig niet meer mogelijk. J. Luyendijk, ‘In bed met de troepen’, Vara soldaten/korporaals. Een beperkt aan- Magazine, 7-13 april 2007, blz. 65. tal mensen is niet meer in dienst. 4 De representativiteit is niet zo eenvoudig te bepalen: formele gegevens over het aantal moslim- militairen binnen de defensieorganisatie zijn niet voorhanden. Uit de grote enquête die wij voor de IGK hebben gehouden (zie noot 2) blijkt dat 0,6 procent van de steekproef onder de defensie- De respondenten geven een aardig populatie (die zeker wel representatief is) oorspronkelijk uit Marokko en Turkije afkomstig is. Te- beeld van de diversiteit in de Neder- ruggeleid naar militairen en met inachtneming van het feit dat er ook moslimmilitairen uit oor- landse krijgsmacht: ze zijn afkomstig spronkelijk andere landen in de populatie aanwezig zijn, zijn er naar schatting zo’n 400 moslimmilitairen bij de Nederlandse defensieorganisatie werkzaam. Dat betekent dat wij in dit uit Marokko, Turkije, Afghanistan en verkennend onderzoek toch in elk geval 5 procent van dit aantal in ons verkennend onderzoek Suriname, en er waren vier vrouwen meegenomen hebben. Ervan uitgaande dat niet alle militairen uitgezonden zijn, is het percentage onder de respondenten. Sommigen respondenten van uitgezonden moslimmilitairen hoger.

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 369 Achtergronden ting van buitenstaanders binnen en buiten de islam.7 Gemeenschap De analyse van deze veelomvattende Van belang in dit onderzoek is het problematiek is niet eenvoudig. Maar besef dat moslims over de gehele het is belangrijk om vast te stellen dat wereld het gevoel hebben een onder- moslims over de hele wereld – zeker linge gemeenschap te vormen. Deze als zij in de minderheid zijn, zoals in gemeenschap, aangeduid als de ‘broe- het voorbeeld van de ontmoeting in derschap’ of ‘zusterschap van gelo- Groenland – elkaar niet ongemoeid vigen’, wordt de ‘Ummah’ genoemd.5 zullen laten.8 Dit gemeenschapsgevoel is – naar ver- luidt – zo sterk dat wanneer twee mos- Gemeenschappelijke kennis lims uit bij wijze van spreken Neder- Dat gevoel van onderlinge verbon- land en Turkije elkaar in Groenland denheid wordt versterkt doordat men zouden ontmoeten, zij elkaar tijdens gemeenschappelijke kennis en erva- die ontmoeting op hun moslimidenti- ringen heeft. Men weet hoe men el- teit zouden herkennen en aanspreken. kaar moet bejegenen en men weet wat belangrijk is in het leven. Daarbij telt Meer specifiek zou dit gemeenschaps - het respect voor traditioneel gezag, in gevoel ook impliceren dat de ene het bijzonder voor ouderen en geeste- moslim de andere zou helpen indien lijk leiders (de sjeiks, de imams, de deze in het verre Groenland in nood ullama’s en de mullahs), een feno- zou verkeren. Ofschoon er sterk ver- meen dat in de hedendaagse westerse schillende fracties binnen de islam culturen veel minder dominant is.9 zijn – die elkaar zoals bekend in be- bers, en in het algemeen is de wijze paalde omstandigheden met dodelijk Communicatiestijl van communiceren beleefder.11 Men geweld bestrijden – wordt het ge- Ook de wijze van communiceren mag aannemen dat de meeste Neder- meenschapsgevoel, het gevoel van onderscheidt zich van veel westerse landse moslimmilitairen meer of min- verbondenheid, versterkt door de per- communicatiestijlen: in islamitische der bekend zijn met deze communica- ceptie dat de islam vaak in de ver- samenlevingen is deze minder direct, tiestijl, en dat zij tijdens uitzending drukking zit. meer omfloerst, met vaste begroe- naar islamitische samenlevingen tingsrituelen, langzamer, met stiltes nogal eens als ‘security antropologen’ Invloed van het Westen en tussenpozen, met meer gebaren – avant le mot – hun werk kunnen Dat gevoel heeft betrekking op oude omgeven, religieuzer (‘Inshallah’10), doen.12 koloniale tijden, maar ook vandaag met meer belangstelling voor familie, de dag wordt dit gevoel gevoed door met – zoals gezegd – meer respect Meer dan hun collega’s zullen zij in de invloed van het Westen in islamiti- voor ouderen, gasten en machtheb- deze uitzendgebieden kunnen be- sche samenlevingen. Deze dominan- tie speelt zich af op het politieke vlak, 5 A. Ahmed, Discovering Islam. Making sense of muslim history and society (revised ed.), Rout- maar ook op het gebied van cultuur en ledge, London/New York, 2003. Het woord ‘Ummah’ is Arabisch voor: gemeenschap, natie, volk samenleving, wat ook wel wordt aan- en eventueel generatie. Het is overigens niet zo dat dit wereldwijde gemeenschapsgevoel uniek is voor de islam, maar in deze godsdienst is de internationale gemeenschapsgedachte wel tot een geduid als het ‘eurocentrisme’ of ‘cul- expliciet leerstuk verheven. tureel kolonialisme’ van het Westen, 6 P. Sniderman, L. Hagendoorn & M. Prior, ‘De moeizame acceptatie van moslims in Nederland’, in het bijzonder van Noord-Amerika Mens en Maatschappij, 2003 (78), 199-217. en Engeland. 7 A.S. Ahmed, Islam under siege. Living dangerously in a post-honour world, Polity Press, Cam- bridge, 2003. 8 Dit is een uiting van het collectivisme in de islamitische wereld, het gevoel dat mensen niet on- Verder bestaat het gevoel dat de ac- afhankelijk van elkaar zijn; zie hiervoor: Markus, H.R. & S. Kitayama, ‘Culture and the self: ceptatie van moslims in westerse sa- implications for coginition, emotion and motivation’, Psychological Review, 1991 (98), 224-253. menlevingen zoals de Nederlandse 9 M. McFate en A.V. Jackson, ‘The object beyond war: counterinsurgency and the four tools of nog altijd moeizaam verloopt, zeker political competition’, Military Review, januari-februari 2006, 13-26. 6 10 ‘Zo God wil’. na 9/11. Ook dat geeft aanleiding 11 Dit verwijst onder meer naar het onderscheid tussen ‘high’ and ‘low context’ communicatie; zie: tot onderlinge solidariteit. Ten slotte E.R. Hall & M.R. Hall, Understanding cultural differences, Intercultural Press, Yarmouth, 1990. wordt gezegd dat de islam onder Voor het belang van beleefdheid in – in dit geval – de Turkse samenleving zij verwezen naar: S.F. ‘beleg’ is vanwege factoren binnen Pas,a, H. Kabasakal and M. Bodur, ‘Society, organisations and leadership in Turkey’, Applied Psy- de islamitische gemeenschap zelf: fa- chology: an International Review, 2001, 50, 559-589. 12 Dat antropologische kennis kan helpen bij hedendaagse militaire operaties in verre, onbekende lend leiderschap, geringe kansen voor gebieden is evident; zie bijvoorbeeld M.J.D. McFaith, ‘Anthropology and counterinsurgency: the vrouwen, en een politiek van uitslui- strange story of their relationship’, Military Review, maart/april 2005, 24-38.

370 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 ‘Moslims over de gehele wereld doet. In de ene situatie wordt de ene hebben het gevoel een onderlinge identiteit gemaskeerd, om in de an - gemeenschap te vormen, een dere situatie uitvergroot naar voren te ‘Ummah’ ’ komen. (Foto (GE/NL) Corps, T. Beylemans) We zullen nu zien of deze verschijn- selen terug te vinden zijn in de ont- sen’, zoals dat in de sociale en ge- moetingen die Nederlandse mos - dragswetenschappen heet. De vraag is limmilitairen met lokale mensen in hoe de betrokken mensen met die islamitische uitzendgebieden hebben. dubbele identiteit omgaan. Bij de selectie van citaten hebben we ons laten leiden door frequentie Dit vraagstuk doet zich onder migran- van voorkomen (de grootste gemene ten over de gehele wereld voor, en er deler) alsmede door afwijkende uit- wordt veel onderzoek naar gedaan.14 spraken die het contrast duidelijk Het managen van meerdere identi - moeten maken. teiten betekent het omgaan met ver- schillende talen, communicatiestijlen en natuurlijk ook met verschillende Dubbele of toch waardesystemen. Dat impliceert dat enkelvoudige identiteit? betrokkenen soms moeten plooien, bemiddelen, polderen en apaiseren, Vrijwel alle respondenten zijn duide- waarbij tegenstellingen worden ver- lijk over hun identiteit vóór en tijdens zacht en acceptabel gemaakt. de uitzending. Normaal gesproken schikken over relevante culturele in- voelen de respondenten zich eerst en telligentie.13 In sommige gevallen zul- Een voorbeeld is een jonge Neder- vooral Nederlands militair en bena- len zij ook kunnen profiteren van re- lands-Marokkaanse vrouw, die haar drukken zij het professionele karakter levante talenkennis, iets wat een rol Nederlandse vriend bij haar vader van het werk dat zij doen. Daarover speelde bij Nederlandse Marokkanen acceptabel probeert te maken: ‘hij is willen zij geen misverstand laten be- in Irak (Arabisch) en – nog steeds – niet zo losbollig als die andere Neder- staan. Dat werd bijvoorbeeld als volgt bij Nederlandse Afghanen in Afgha- landse jongens, en hij wil wel een verwoord: nistan (Pashtun, Farsi). In totaal be- keer met je mee naar de moskee heersten vijf van de 19 respondenten gaan’. En soms betekent dit dat men Ik ben daar in de eerste plaats als een voor het operatiegebied relevante afwisselend de identiteit – en de daar- militair naartoe gegaan. Ik ben taal. bij behorende interpretatiekaders – eenvoudigweg een Nederlander. aanneemt van de context die in een De islam is mijn religie. Maar ik Dubbele identiteit bepaalde situatie en tijdsperiode aan heb altijd gezegd dat als ik vanwe- Dat alles laat onverlet dat de respon- de orde is. In een dergelijk geval doet ge mijn geloof ergens niet naar toe denten toch ook ‘echte Nederlanders’ men aan cultural frame switching.15 zou kunnen gaan, dat ik dan ont- en echte Nederlandse militairen zijn, slag zou nemen. (...) Als je denkt in én door alle partijen ook zo gezien Een voorbeeld is een jonge vrouw een islamitisch land problemen te worden. Dit impliceert dat zij met een van Surinaams-Hindoestaanse af- krijgen vanwege je geloof, dan dubbele identiteit te maken hebben; komst die overdag bij dé bank werkt moet je wegwezen. Voor mij is dat en dat is het gevolg van processen die en Nederlandser dan Nederlands is, simpel. leiden tot onderscheidingen die in hen terwijl ze zich op zaterdagavond zelf liggen maar zeker ook door ande- tijdens een Bollywoodfeest in Den Of zo: ren, dus van buitenaf, voor hen rele- Haag (qua kledij, interesse, muzikale vant worden geacht. Men hoeft maar voorkeur, partnerkeuze eventueel) Ik ben uitgezonden als een Neder- te denken aan de discussie in het par- zich Indiaser dan haar moeder voor- landse militair om mijn klus te kla- lement over de dubbele paspoorten van twee nieuwe bewindslieden. 13 H.C. Triandis, ‘Cultural intelligence in organizations’, Group & Organization Management, 2006, 31, 20-26. Die discussie heeft veel allochtonen 14 Bijvoorbeeld Y.T. Kim, ‘From ethnic to interethnic. The case of identity adaptation and transfor- in Nederland, in het bijzonder mos- mation’. Journal of Language and Social Psychology, 2006 (25), 283-300; R. Jenkins, Social nd lims, hevig geraakt. Een dubbele identity (2 edition), Routledge, London/New York, 2004; M. Sökefeld, ‘Debating self, identity, and culture in anthropology’, Current Anthropology, 1999 (40), 417-447. identiteit is dus het resultaat van in- 15 Y. Hong, M. Morris, C. Chiu en V. Benet-Martinez, ‘Multicultural minds: a dynamic construc- terne en externe ‘toewijzingsproces- tivist approach to culture and cognition’, American Psychologist, 2000 (55), 709-720.

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 371 ren. Als dat in een gebied is waar worden gevoerd, resoneren in de En een andere respondent verwoord- veel moslims, christenen of joden Nederlandse krijgsmacht, ook tijdens de dit op een vergelijkbare manier: rondlopen, zo zij het. Ik ben uit- uitzendingen. Maar hoe staat het nu gestuurd om mijn taak te doen. met de contacten tussen de respon- Opeens, toen zij zeiden dat ze mos- Ongeacht wat er in zo’n gebied denten – de Nederlandse moslimmili- lim waren en mij vroegen wat ik rondloopt. tairen – en leden van lokale bevolkin- was, vertelde ik dat ik ook een gen in Bosnië, Irak en Afghanistan? moslim ben, en dat gaf toen een ge- Meer algemeen, dus buiten de strikt Wij onderscheiden vier soorten ont- voel van gemeenschappelijkheid; militaire context, werd dit standpunt moetingen. de volgende keren begroetten wij door een Marokkaans-Nederlandse elkaar op de traditionele manier, vrouwelijke militair als volgt uitge- en ik merkte dat er een grotere legd: De positieve ontmoeting openheid ontstond (...) Zij waren meer open naar mij toe, zo in de Jij bent weg uit Marokko. Daar lig- Uit de gesprekken met de 19 militai- zin van: Héé, dat is ook een mos- gen je wortels, zeker, maar dat ren werd de positieve ontmoeting met lim. hoofdstuk is gesloten. Marokko is de lokale bevolking het meest fre- gesloten, hoewel ik een Marok- quent genoemd. Zoals verwacht op Andere respondenten vermeldden dat kaanse in hart en nieren ben. Mijn basis van de ‘Ummah’-gedachte, zijn er voor hen ontbijt en thee klaarstond hart is hier, dáár heb ik niets meer. de leden van de lokale bevolking pret- als duidelijk was dat zij langs zouden Hier ligt je toekomst, waar je je tig verrast wanneer zij merken dat komen. Lokaal personeel op de basis kinderen (ter wereld) hebt gebracht. onder de Nederlandse soldaten ge- nam wel eens gebak of andere thuis- loofs- en soms (ex-)landgenoten zitten. gemaakte gerechten voor hen mee. Ondanks deze ondubbelzinnige op- Voor de andere Nederlandse militai- stelling, kwamen in de gesprekken re- Dat merkt men aan het uiterlijk, de ren, niet-moslims, werd dat niet of gelmatig verwijzingen naar ingroup/ naam of aan de wijze van begroeting minder vaak gedaan. outgroup effecten binnen de Neder- (‘Salaam Aleikum’, ‘Vrede zij met u’; landse krijgsmacht voor. ‘Alhamdulillah’, ‘Allah zij geprezen, Op passende wijze gebruikmaken van Nederlandse moslimmilitairen zijn dank aan God’; of de hand van een kennis van de koran of gezegden van kennelijk nog altijd niet in alle geval- ouder iemand kussen en naar het de profeet helpt ook. De lokale bevol- len gewone Nederlandse militairen, eigen voorhoofd brengen, hetgeen in king hanteert vaak voorbeelden uit de zoals uit het volgende citaat blijkt. een aantal gevallen tot emotionele re- religieuze wereld, en dat werkt dan En zij zoeken elkaar ook op om – bij acties leidde17). Deze positieve ont- naar twee kanten toe. Ook het presen- eventuele spanningen – onderling steun moeting – het resultaat van wat eerder teren en omschrijven van de militaire te zoeken. cultural frame switching werd ge- taak in het missiegebied als iets dat noemd – werd door een van de res - moslims moreel verplicht zijn te doen Wij zien dingen anders, denk ik. En pondenten als volgt omschreven: – de armen en slachtoffers helpen – Nederlanders zien dingen ook an- heeft een positief effect op de com- ders. Zij kijken anders dan wij. Ik Je voelt een speciale warmte met municatie met de lokale mensen. kijk naar iemand en zie een moslim die mensen. Zij zien je als een die gaat bidden. Nederlanders soort zoon als je je naam zegt. Zij Uit de interviews blijkt dan ook dat de denken onmiddellijk: Oh, een mos- zien je als ‘één van hen’. Het is al Nederlandse moslimmilitairen in het lim, een baard, dat zou een terro- te zien door de wijze waarop ze operatiegebied nogal eens iets voor rist kunnen zijn (...). Over dat soort naar je kijken of je welkom bent of elkaar krijgen. Onder meer krijgen zij dingen kan ik alleen met mijn niet. Je kunt het van lichaamstaal informatie over potentieel gevaarlijke buddy praten, een collega met wie aflezen, en je kunt het voelen. Toen personen in het gebied, hetgeen uiter- ik altijd zeer close was. Daarom ik mijn naam vertelde, en de men- aard als een belangrijk operationeel konden de Nederlanders niet veel sen op de traditionele manier be- voordeel moet worden gezien. Daar- tegen ons zeggen, tegen ons mos- groette, voelde ik een soort trots bij werkt de familie- en stammen- lims, bedoel ik (...) maar eigen- opkomen. structuur in het voordeel: als je één lijk niet alleen tegen de moslims

maar tegen alle vreemdelingen, 16 Een vergelijkbare observatie werd gedaan door de Israëlische onderzoekster Liora Sion in haar alle mensen met een vreemde ach- proefschrift over het Nederlandse leger. Zie: L. Sion, Changing from Green to Blue beret: Dutch tergrond in het leger.16 peacekeepers in Bosnia and Kosovo, dissertatie VU, Amsterdam, 2004. 17 Dit begroetingsritueel komt niet in alle islamitische samenlevingen voor, en is daarmee eerder een cultureel dan een religieus gebruik. Voor zover dergelijke gebruiken niet religieus zijn, kunnen Uit diverse gesprekken bleek dat niet-moslimmilitairen deze snel overnemen (zeker een aantal zegswijzen bij begroeting), maar de debatten die momenteel in de het bijzondere eerbetoon voor ouderen door middel van een handkus zal voor veel autochtone Nederlandse politiek en samenleving Nederlandse militairen vermoedelijk te intiem zijn.

372 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 ‘Moslimmilitairen die zijn uitgezonden naar islamitische samenlevingen beschikken over relevante culturele intelligentie’ (Foto (GE/NL) Corps, T. Beylemans) iemand kent, en daar informatie van moeten. Maar ik maakte hem dui- landse militairen daarnaar en daar kunt krijgen, ken je iedereen – de hele delijk dat dit uiterst ongepast was, ben ik trots op. buurt, familie of stam – die daarachter en ik weigerde het te vertalen. Toch staat.18 stond hij erop dat ik het zou verta- Zo nodig nemen zij het ook direct len, maar ik heb dat niet gedaan. voor ze op, zoals het volgende tekst- Zoals te verwachten viel, zijn de Ne- Het kon gewoon niet. fragment laat zien: derlandse moslimmilitairen in staat om hun niet-moslim collega’s op het Dit fragment lijkt op enige onenig- Soms hoorde ik gemopper van de vlak van interculturele communicatie heid binnen de Nederlandse gelede- locals over de Nederlanders. Dan te helpen, en in voorkomend geval ren te wijzen. Toch zijn de moslim - werd ik kwaad en reageerde erop. ook te verbeteren19, zoals het volgen- militairen niet ontevreden over hun Ik zei dat dit niet zo aardig was en de tekstfragment laat zien: niet-moslim collega’s: dat de Nederlandse troepen er waren om te helpen. In 99 procent In een belangrijke ceremoniële bij- Respect is belangrijk voor een van de gevallen maakten zij dan eenkomst met fundamentalistische goede interactie met de lokale be- excuses. We kregen ook de op- groeperingen en warlords ter gele- volking; gelukkig handelen Neder- dracht om op zulk commentaar te genheid van Eid ul-Fitr [het einde van Ramadan, de vastenperiode], informeerde een Nederlandse of - 18 In de organisatiesociologie is dit een algemeen bekend verschijnsel; zie M. Granovetter, ‘The ficier naar de vrouw van de war- strength of weak ties’, American Journal of Sociology, 1973 (78), 1360-1380. 19 Eerder onderzoek naar tolken tijdens vredesoperaties heeft dergelijke interculturele hulp door in- lord, in wiens huis de bijeenkomst siders ook al eerder aan het daglicht gebracht. Zie: Militaire Spectator, 2005 (174), 356-364 (dit plaatsvond. Of hij haar kon ont- artikel is ook in het Engels uitgekomen).

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 373 reageren. Niet om ze te straffen, De locals zien je als een van hen. Soms ontstaat er spanning als gevolg maar om een dialoog te starten. Nu en dan verwachten ze speciale van gevoelde ‘verplichtingen’ die ont- dingen van je (‘van broer tot staan wanneer er door het handelen Maar het zojuist beschreven incident broer’), maar ik vertelde ze dan van de Nederlandse militairen – bij de Eid-ul-Fitr bijeenkomst illus- onmiddellijk dat ik daarvoor niet overigens met de beste bedoelingen – treert dat niet alle interculturele inter- kon zorgen. Of dan geef ik dezelfde verwachtingen gecreëerd worden. Dat actie van een leien dakje verloopt. Dat reactie: ik zal mijn best doen, is een situatie waarin een moslimmili- geldt zeker ook voor de contacten tus- Inshallah, omdat jij mijn broer tair ingrijpt om de boel tot bedaren te sen Nederlandse moslimmilitairen en bent. Ik bedoel; dat spel kunnen we brengen. de lokale bevolking in uitzendgebie- allebei spelen. den. Er was een hele lijst voor scholen, De Nederlandse moslimmilitairen er- klinieken, bruggen en meer. Na tien varen dit soort ‘verplichtingen’ als be- gesprekken tussen Nederlandse mi- De ontmoeting met trekkelijk onaangenaam, en zij maken litairen en vertegenwoordigers van ‘verplichtingen’ er dan ook beleefd maar gedecideerd de bevolking, zeiden de militairen korte metten mee. Hier is duidelijk dat zij die grote dingen niet konden Meer dan eens ontwikkelt de positie- sprake van een botsing tussen de meer regelen. Toen voelden de locals ve ontmoeting tussen de lokale be - traditionele cultuur, waar mensen van zich voor de gek gehouden. Zij volking en de Nederlandse moslim- dezelfde groep (familie, stam, regio) voelden zich gekwetst in hun trots. militairen zich tot een ontmoeting met geacht worden elkaar te helpen, en de Toen liep het bijna uit de hand. Zij ‘verplichtingen’, zoals dit voorval uit moderne cultuur, waar regels ratio- werden kwaad en waren hevig Irak illustreert: neel, dat wil zeggen zonder aanziens teleurgesteld. Zij voelden zich be- des persoons toegepast moeten wor- ledigd. Waarom hadden die tien Zij zagen je als een van hen. Je den.20 gesprekken dan plaatsgevonden? bent per slot van rekening een Arabier. Het gaat allemaal over Arabieren en: hetzelfde bloed heb- ben. Zij noemden me altijd ‘zus- ter’. In andere woorden: kun je dit of dat voor me regelen? Overal hoorde je die vraag. Dus, zo be- keken, werd er een zekere druk op me uitgeoefend. Maar ik reageerde altijd met: ‘Nee mensen, iedereen wordt volgens dezelfde procedure behandeld’.

Hetzelfde fenomeen deed zich voor bij de volgende twee gebeurtenissen:

Tijdens een bepaald project moes- ten locals hun wapens bij de basis komen inleveren. Toen zij bij de poort arriveerden, begonnen enke- len naar mij te vragen. Ik ging er- naartoe, en op een beleefde manier heb ik ze verteld dat ze niet naar mij moesten vragen en heb ik ze uitgelegd wie voor dit project ver- antwoordelijk was.

20 Dit wijst terug op de aloude onderscheiden van Max Weber. Zie voor een toepassing in de context van ontwikkelingslanden: J. Soe- ters en M. Teclemichael Tessema, ‘Public management in developing countries: some notes on Eritrea’, International Review of Administrative Sciences, 2004 (70), 623-635.

374 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 De ontmoeting tussen Nederlandse – of meerderen, afhankelijk van de dat natuurlijk altijd. Het zou net zo moslimmilitairen de lokale bevolking situatie – ten opzichte van de lokale goed een kind kunnen zijn dat naar brengt soms spanningen met zich bevolking juist liever niet wilde laten iemand zou rennen om te zeggen mee, die de uitdrukking zijn van de blijken dat hij of zij moslim was. dat ik een Arabier ben. Je ver- botsing tussen meer traditionele en trouwt in dat land gewoon nie- meer moderne vormen van regeltoe- Zij gaven er de voorkeur aan om hun mand. Je bent er voor jezelf, en je passing. Dat maakt het werken niet identiteit – tenminste gedeeltelijk – te moet je eigen huid zien te redden. altijd even gemakkelijk. Maar er is maskeren. Voor één soldaat, die naar meer dat het functioneren van Neder- Bosnië uitgezonden was geweest en Beide respondenten zien hun achter- landse moslimmilitairen in islamiti- daar geen problemen had gekend, was grond als moslim en Arabier (Marok- sche samenlevingen moeilijk maakt. de gedachte aan een volgende uitzen- kaan) in de bedreigende omstandig- ding naar Afghanistan problematisch, heden van Afghanistan als een want bedreigend. Dat leidde bij hem minpunt, iets wat beter verborgen kan De ‘gemaskeerde’ tot grote twijfel over de vraag of hij blijven. Zij voelen zich geïntimideerd ontmoeting het werk in Afghanistan uiteindelijk door het onderlinge sektarische ge- wel aan zou kunnen, en of hij mis- weld dat in de missiegebieden van tijd Naast de soms verwarrende discussies schien als verrader gezien zou wor- tot tijd plaatsvindt. thuis en met vrienden en collega’s den. Deze twijfel bleef knagen, iets vóór de uitzending (‘moet jij gaan dat hij als volgt verwoordde: Zij hebben de beelden voor ogen van vechten tegen andere moslims?’), opgehangen of gekeelde moslims die vormden de contacten met de lokale In Afghanistan is het anders. Ik met de westerse troepen samenge- bevolking soms aanleiding tot ver- denk dat het moeilijk is om daar werkt hebben. In Bosnië heeft dit ook warring onder een aantal responden- geaccepteerd te worden. (...) Voor- gespeeld, zij het dat dit – in de perio- ten. Dat leidde ertoe dat een enkeling namelijk vanwege de islam. Mis- de na UNPROFOR – meestal minder be- schien word je wel als een verrader dreigend was en contextafhankelijk. gezien. Ik denk dat ik het niet zou Het hing er eenvoudigweg vanaf met kunnen. Misschien zou je het eerste wie men zaken moest doen: conflict (gevechtshandeling) aan kunnen, misschien het tweede, Zaken doen met locals met een maar het derde zou te veel worden, moslimachtergrond vond ik geen denk ik. De islam zit diep van bin- probleem. Maar als er Serven nen, diep in mijn hart, maar soms waren, dan moest ik een compleet moet je dat verbergen. Het is nogal andere identiteit aannemen, en dan eenvoudig. De Amerikanen zijn er, moest ik mezelf veranderen. In een het Nederlandse leger is er, en wij moslimgebied was het beter als ik horen bij de Amerikanen. Alles dat naar voren trad. Dan werken men- bij de Amerikanen hoort, is een- sen gemakkelijker mee. Maar in voudigweg de vijand. Servisch gebied moest iemand an- ders maar naar voren komen of En een ander gaf op de volgende dan was het beter als ik mijn naam wijze uitdrukking aan zijn verwar- maar niet noemde. ring, twijfel en zelfs angst, en hoe hij daarmee probeerde om te gaan: Ook in het onderzoek naar de tol- ken hebben we beide verschijnselen Zij zwaaiden altijd. Met name de kunnen waarnemen.21 In Afghanistan kinderen waren altijd blij en aan waren er zorgen over de identiteit als het zwaaien. Soms kwam dan een medewerker van westerse troepen, kind naar voren en dat vroeg dan: en op de Balkan was er narigheid in ‘Arabier? Arabier?’ Ik ontkende de interactie met Serven. Dat is mis- schien nog allemaal niet zo erg, maar het lijkt wel de opmaat voor reflectie ‘De locals zien je als een onder de respondenten over de vijan- van hen. (...) In andere dige ontmoeting, die onverbiddelijk woorden: kun je dit of dat een keer komt. voor me regelen?’ Afghanistan, 2003 (Foto (GE/NL) Corps, T. Beylemans) 21 Zie noot 17.

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 375 De ‘vijandige’ ontmoeting hij dreigde te gaan schieten. Toen In feite is dit natuurlijk ook de staal- zag ik nog twee of drie andere kaart van ontmoetingen die alle Ne- Van de respondenten heeft niemand kerels hun wapens trekken, en toen derlandse militairen in missies mee- letsel opgelopen, en hebben maar trok ik ook mijn wapen and richtte maken, zij het dat er op lijkt dat weinigen daadwerkelijke gevechts- op zijn gezicht. Die gast was ver - moslimmilitairen de impact van de handelingen meegemaakt. Dat is niet bijsterd, en zag dat ik serieus was. ontmoetingen intenser beleven, zowel zo vreemd omdat de meeste uitzen- Toen gebeurde alles in fasen, en naar de positieve als de negatieve dervaring in onze groep van geïnter- eigenlijk in slow motion. Je ziet kant.24 viewden in Bosnië ligt, en daar is na iedereen om je heen gaan staan. We UNPROFOR en de eerste periode van keken elkaar diep in de ogen, en ik De positieve ontmoeting werd het IFOR niet zo veel meer gevochten. zei: ‘je gaat eraan’. Het maakte me meest frequent gerapporteerd. Dit geen zak uit. Dan maakt het echt bevestigt wat we veronderstelden, na- Voor Irak en Afghanistan lag en ligt niet meer uit of iemand een moslim melijk dat Nederlandse moslimmili- de veiligheidssituatie totaal anders, en of geen moslim is. Hij valt me aan, tairen profiteren van de wederzijds dat gegeven leidt tot gedachten onder dan val ik hem aan. Hij zag dat het gevoelde verwantschap met de lokale de respondenten over hoe ze zouden serieus was en liet zijn wapen val- bevolking, en natuurlijk ook van hun handelen in gevecht met andere mos- len, knikte tegen zijn maten en grotere kennis van culturele gebrui- lims, dat wil zeggen de moslims die rende ervandoor. ken, talen, zienswijzen en praktijken. niet terugdeinzen voor aanvallen en In die zin zijn moslimmilitairen goed aanslagen, zoals de Taliban en Al- Als puntje bij paaltje komt, is er geen in te zetten bij operaties in islami- Qaida. Hun opvattingen over zo’n si- sprake van dubbele of meervoudige tische samenlevingen (intelligence, tuatie waren helder en niet aan twijfel identiteiten, dan overheerst het ene counter-insurgency, civiel-militaire onderhevig, zoals de volgende twee gevoel, de wil om te overleven. Daar- samenwerking, psychologische en pr- uitspraken laten zien: bij helpt de professionaliteit van die activiteiten en natuurlijk ook bij de ene identiteit als Nederlandse (mos- gewone operaties). Maar als iemand op me zou schie- lim-)militair, die al eerder tot uiting is ten, dan zou ik me echt niet gaan gekomen in eed of gelofte en trouw Tijdens uitzendingen in islamitische afvragen of het een moslim of niet aan het team waartoe hij of zij behoort. samenlevingen zijn moslimmilitairen was...

Ik geloof echt niet dat zij alleen Conclusies en implicaties maar Nederlandse niet-moslims zouden doden en mij zouden spa- In dit beperkte onderzoek hebben we ren tijdens een aanval, alleen maar de ervaringen in beeld gebracht van omdat ik een moslim ben. Nederlandse moslimmilitairen tijdens uitzending in islamitische samenle- Slechts een enkeling heeft een levens- vingen. We hebben daarmee voortge- bedreigende situatie meegemaakt, en borduurd op eerder werk met een min ook in dat geval was het duidelijk hoe of meer vergelijkbare thematiek.23 We de posities verdeeld waren: hebben vastgesteld dat de interactie tussen Nederlandse moslimmilitairen Plotseling zag ik een Irakees naar en lokale bevolking tijdens uitzen- me kijken, en hij zei ‘Rachid 22, help dingen vier soorten ‘ontmoetingen’ me’. Ik zag een man zijn wapen oplevert. Deze variëren van ronduit trekken, en zei tegen mijn collega positief tot ronduit vijandig en levens- dat hij voorzichtig moest zijn omdat bedreigend.

22 Dit is een gefingeerde naam. 23 Zie noten 1 en 17. Zie ook: J. Soeters, A. Boughmari en R. Richardson, Islam en de Nederlandse krijgsmacht, Militaire Specta- tor, 2005 (174), 228-237. ‘De Amerikanen zijn er, het 24 Strikt genomen kunnen we dit niet bewij- Nederlandse leger is er, en wij zen, omdat we geen controlegroep hebben horen bij de Amerikanen. en omdat ons onderzoek geen aanspraak op representativiteit kan maken. Het is meer Alles dat bij de Amerikanen hoort, een indruk de we overhouden aan de inhoud is eenvoudigweg de vijand’ van de gesprekken. (Foto US Air Force, B.A. Lail)

376 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 niet slechts goed inzetbaar, maar zou- zorgdheid, angst en twijfel over het den zij zelfs richting- en maatgevend bekendmaken van hun moslimidenti- kunnen zijn bij het bepalen van opzet teit ten overstaan van de lokale bevol- en stijl van opereren. king. Voor sommigen gaat dat zover dat zij er bewust voor kiezen om hun Ook nog positief maar dan wel met identiteit te maskeren. een eerste vorm van frictie wordt de ontmoeting met ‘verplichtingen’. Niet Deze keuze is de opmaat voor het na- gewelddadig maar toch wel potentieel denken over en positie kiezen voor vol spanning is de botsing van bestu- wat men doet in situaties waarin ringsstijlen, waarbij de meer traditio- van vijandigheid en levensbedreiging nele manier van omgaan met be - sprake is. In een enkel geval heeft sturingsvraagstukken de bevoordeling zich zoiets daadwerkelijk voorge- van ‘eigen’ mensen veronderstelt ter- daan. Dan is het ook duidelijk waar de wijl de rationele stijl geen enkel par - Nederlandse moslimmilitairen voor ticularistisch onderscheid tussen bur- staan: in de eerste plaats voor zich- gers duldt. zelf, maar ook voor de waarden van De Nederlandse moslimmilitairen de Nederlandse krijgsmacht en sa- worden zo nu en dan met deze clash menleving. geconfronteerd, maar zij laten er geen enkel misverstand over bestaan welke Al met al lijkt de inzet van Neder- positie zij in dit soort discussies in - landse moslimmilitairen overwegend nemen. positieve effecten te sorteren. Dat is de algemene conclusie die we moeten Problematisch wordt de situatie waar- trekken op basis van de interviews die ‘De islam zit diep van binnen, in het geweldsniveau relatief hoog is we hebben gedaan. Dat laat onverlet diep in mijn hart, maar soms (zoals in Irak en Afghanistan, en soms dat er ook negatieve effecten denk- moet je dat verbergen’ ook in Bosnië). Daar ontstaan be- baar zijn. Die negatieve effecten kun- (Foto US Army, J. van Boers) nen twee kanten opgaan. Ten eerste kunnen moslimmilitairen zelf nega- tieve effecten ondervinden van de wijze waarop zij hun werk doen. Zij positie zouden gaan innemen tégen de zouden er bijvoorbeeld door hun Ne- Nederlandse krijgsmacht, en mis- derlandse collega’s van verdacht kun- schien zelfs een gevaar zouden kun- nen worden dat zij te innig met de nen gaan opleveren. Zo heeft ooit een ‘andere partij’ omgaan, dat hun rela- AIVD-functionaris informatie laten ties met de lokale bevolking verder lekken naar mensen die op het punt gaan dan voor het werk strikt geno- stonden een huiszoeking te krijgen. men nodig gevonden wordt. Een vergelijkbaar geval kennen we niet in de Nederlandse krijgsmacht, Het andere negatieve effect is de mo- en tot het zich onverhoopt zou voor- gelijkheid dat moslimmilitairen zelf doen, is er weinig reden om op deze eventualiteit de nadruk te leggen.25

25 Uiteraard moeten de verantwoordelijken Voor wat ons onderzoek betreft zijn voor de aanstelling van personeel altijd alert onze bevindingen overwegend posi- zijn om te voorkomen dat gevaarlijke perso- 26 nen de organisatie binnenkomen, maar die tief. alertheid moet vanzelfsprekend voor perso- De Nederlandse moslimmilitairen neel uit alle bevolkingsgroepen gelden. zijn vanwege hun relatief gemakkelij- 26 Wij hopen dat deze conclusie er toe bij kan ke contacten met de lokale bevolking dragen dat het klimaat in de Nederlandse krijgsmacht en samenleving zich in de na- uitermate nuttig bij uitzendingen in bije toekomst zodanig zal ontwikkelen dat islamitische samenlevingen. Tege - toekomstige respondenten gemakkelijker lijkertijd zijn zij – als het er bij regel- tot deelname aan een eventueel vervolgon- toepassing en vijandelijkheden om derzoek kunnen besluiten dan nu soms het spant – zo ‘Nederlands’ als men van geval was. Indien dit artikel aan zo’n ont- wikkeling zal bijdragen, heeft het aan zijn professionele Nederlandse doelstelling voldaan. militairen verwachten mag.

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 377 De oorlog tussen de generaals

Het conflict in de top van de Koninklijke Landmacht, 1971-1973

drs. H.P.M. Kreemers*

Inleiding ciële ondergang. De marine, land- Slechts één zesde van het legerkorps macht en luchtmacht hadden na de bevond zich in het mogelijke opera- et de Prinsjesdagbrief (sep- Tweede Wereldoorlog gretig geprofi- tiegebied. ‘Met geen mogelijkheid tember 2003) zetten minister teerd van de vrijgevigheid van met zouden de resterende vijf zesden tij- Mvan Defensie name de Amerikaanse en Britse bond- dig ter plaatse zijn’, aldus De Jong. en staatssecretaris genoten die de Nederlandse krijgs- Voorraden zouden niet op tijd kunnen het mes in de Nederlandse krijgs- macht aan een grote verscheidenheid worden aangevoerd en anti-tank- macht. Op weg naar een nieuw even- aan militaire middelen hielpen. De wapens en luchtverdedigingsmidde- wicht tussen operationele taken en de instandhouding van dat omvangrijke len waren in onvoldoende mate be- voor Defensie beschikbare financiële defensieapparaat, ‘de Amerikaanse schikbaar. middelen verdwenen 11.700 functies krijgsmacht door een verkleinglas’, in het defensieapparaat, werden een- legde echter een steeds groter beslag De erbarmelijke staat waarin de Ne- heden opgeheven, legerplaatsen en op de financiële middelen. De krijgs- derlandse krijgsmacht zich bevond vliegbases gesloten. En dat alles zon- macht dreigde zo van binnen uit te weet De Jong aan het ontbreken der veel tromgeroffel uit de eigen worden uitgehold. van voldoende verantwoordelijkheids- organisatie. Opmerkelijk, omdat ver- besef bij grote delen van de Neder- anderingen in de krijgsmacht in het landse bevolking. In dat opzicht trok verleden tegenkrachten opriepen die Uitholling Nederlandse hij een parallel met de jaren dertig, tot ver buiten de defensieorganisatie krijgsmacht toen niemand ‘in ons overheids- en te horen waren. militaire apparaat [...] onverbloemd Op 12 juni 1970 hekelde de gezag- publiekelijk op de militaire tekortko- Aan het begin van de jaren zeventig hebbende historicus dr. Loe de Jong mingen wees en deze tekortkomingen woedde zo’n heftige en luidruchtige de wijze waarop de Nederlandse stelde tegenover de eisen van het mo- strijd. De Nederlandse krijgsmacht krijgsmacht in zijn ogen werd ver- ment’. De kritiek van De Jong, een stond toen aan de rand van een finan- waarloosd. In een toespraak voor het kritisch, maar vooraanstaand lid van lustrumcongres van de Nederlandse de Partij van de Arbeid, was in een * De auteur is werkzaam bij de bestuursstaf Vereniging van Ex-Politieke Gevan- historisch perspectief geplaatst, waar- van het ministerie van Defensie. genen uit de bezettingstijd schetste hij bij de jaren dertig, waarin de krijgs- Dit artikel is ontleend aan zijn proefschrift een verouderd en incompetent Neder- macht zo verwaarloosd was, niet on- Hete hang ijzers. De aanschaf van Neder- lands leger, dat werd gekenmerkt willekeurig in herinnering werden landse gevechtsvliegtuigen, dat dit najaar 1 verschijnt bij Uitgeverij Balans. door ‘gebrek aan middelen, door geroepen. (ISBN 978 90 50188 24 1) ouderwetse bewapening, door versle- 1 Dr. L. de Jong, ‘De crisis van onze defensie’. ten automaterieel, door onvoldoende Wekenlang weerklonken de woorden Toespraak voor het lustrumcongres van de oefening’. Hij voegde daaraan toe dat van de chroniqueur van het tragische Nederlandse Vereniging van Ex-Politieke Gevangenen uit de bezettingstijd, 12 juni het Nederlandse leger geen rol van lot van Nederland in de Tweede We- 1970. In: Militaire Spectator 1970 (139) (9) betekenis zou kunnen vervullen in de reldoorlog in de media. Daarin ver- blz. 405. bondgenootschappelijke verdediging. schenen reacties die uiteenliepen van

378 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 ontzetting tot ongeloof. De bood- schap van De Jong kreeg een extra zware lading door de geprikkelde reactie van de fractievoorzitter van de Partij van de Arbeid in de Tweede Kamer: Joop den Uyl beschuldigde De Jong ervan zich door de leger - leiding in de luren te hebben laten leggen.2 De Jongs klaagzang was koren op de molen van de ministers van Buiten- landse Zaken en van Defensie. Mi- Minister van Defensie nister van Buitenlandse Zaken Joseph Den Toom Luns had de rede van De Jong ‘met (Foto collectie NIMH) instemming’ gelezen.3 Minister van Defensie Willem den Toom liet de minister-president vier dagen na de toespraak van De Jong weten: ‘wij kunnen, zoals ik reeds verschillende malen in de Ministerraad betoogde, de huidige situatie niet ernstig genoeg onder ogen zien’.4

Een jaar later luidde minister Den Toom nogmaals de noodklok. In een in april 1971 opgestelde nota ‘ten behoeve van de kabinetsformatie’ krachtsverhoudingen met de Sovjet- Verder was de Amerikaanse militaire schetste Den Toom een deprimerend Unie en haar bondgenoten. Deze hulpverlening volledig weggevallen, beeld van de internationale veilig- onevenwichtigheden moesten worden zonder dat daarvoor in voldoende heidssituatie in het algemeen en de aangepakt (‘geredresseerd’). Van ons mate extra ruimte in de defensie - Nederlandse defensie-inspanning in land kon in dat verband worden ver- begroting was aangebracht. Mede het bijzonder. Er waren, volgens Den wacht ‘het instandhouden van de door de veroudering van het materieel Toom, ‘tekenen dat de Sovjet-Unie gevechtskracht van de Nederlandse vielen de exploitatiekosten veel hoger zich in haar internationale betrek- gevechtseenheden, waartoe onder uit. Ten slotte waren de personeels- kingen laat leiden door opvattingen meer de achterstand in verwerving kosten fors gestegen. waarvan sommige niet bevorderlijk van middelen moet worden ingelo- zijn voor ontspanning’. Deze opvat- pen, alsmede het scheppen van de In de jaren zestig had in Nederland tingen gingen gepaard met de vergro- mogelijkheid de aanbevelingen van een inhaalslag plaatsgevonden. De ting en opvoering van het militaire de AD-70 (Allied Defence) studie te wederopbouw was met zuinigheid ge- potentieel van de Sovjet-Unie ‘tot verwezenlijken’. paard gegaan. Maar dat was niet ein- proporties die verre uitgaan boven een deloos vol te houden. Het tij keerde garantie van haar eigen veiligheid’. Neerwaartse spiraal aan het begin van de jaren zeventig. Zo waren nieuwe ‘onevenwichtig - De defensieuitgaven waren in een Vanaf toen stegen jaar na jaar de sala- heden’ ontstaan in de militaire neerwaartse spiraal gekomen. De be- rissen met vele procenten. Vooral de staande financieringsmethode voor de ambtenaren en in hun kielzog de mili- defensieuitgaven, de zogeheten pla- tairen profiteerden daarvan. 2 Jan Willem Honig, Defense Policy in the North Atlantic Alliance. The Case of the fondafspraken, had geleid tot ‘een fi- Netherlands (Westport, Connecticut/Londen, nanciële achterstand’.5 Zo waren de Om het gat tussen de uitgaven aan de Praeger, 1993) blz. 91. uitgaven voor defensiematerieel veel ene kant en de plannen en ambities 3 Handelingen Eerste Kamer, 17 juni 1970, sterker gestegen dan in andere over- van de krijgsmacht niet nog verder te blz. 908, rechterkolom. 4 Nationaal Archief, Kabinet van de minister- heidssectoren. Enige vorm van com- vergroten moest het percentage van president, toegang 2.03.01, inventarisnum- pensatie was achterwege gebleven. het aan Defensie te besteden nationaal mer 11025. Daarnaast was sprake van een ver- inkomen in 1972 oplopen naar 3,8. 5 De Nederlandse defensie-inspanning in de snelde technologische vooruitgang, Voor 1973 gold 3,95 als ondergrens, jaren 1972-1975. Nota ten behoeve van de waardoor verouderde wapensystemen voor 1974 4,1 en voor 1975 4,2. Den kabinetsformatie, april 1971. Brief van de minister-president aan de Tweede Kamer, moesten worden vervangen door Toom hield een krachtig pleidooi Zitting 1971, 11 402, nr. 1, bijlage 4. nieuwe, veel kostbaarder systemen. voor een koppeling van de hoogte van

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 379 de defensieuitgaven aan het nationaal Het in de kabinetsformatie onopge- om de voorzitter (KVP), Laurens Jan inkomen. Dat pleidooi kwam niet als loste probleem van de toekomstige Brinkhorst (D66), Peter Kooijmans een verrassing, maar was wel erg laat: defensieuitgaven werd neergelegd bij (ARP), Henk Neuman (KVP) en Wiebe aan het einde van de kabinetsperiode, een op 28 september 1971 geïnstal- Wierda (PvdA). De overige vier waren aan het eind van zijn ministerschap. leerde staatscommissie. Deze ‘com- professor Ernst van der Beugel (par- missie van civiele en militaire des- tijloos), J.P. van den Bent (directeur kundigen’ kreeg de opdracht zich uit van AKZO Chemie en lid van de CHU), De commissie- te spreken over een koppeling van de Has Beyen (lid van de raad van be- Van Rijckevorsel defensieuitgaven in de komende kabi- stuur van de AMRO-bank en lid van netsperiode ‘aan een percentage van de VVD) en Frans Goedhart (lid van Maar hoe realistisch was het om de het netto nationaal inkomen tegen de Tweede Kamer voor DS’70). Aan de defensieuitgaven binnen enkele jaren marktprijzen, waarbij het gemiddelde commissie was ‘een aantal zeer be- met meer dan twintig procent op te over de hele periode zal worden vast- kwame en ervaren functionarissen’ ter schroeven? Niet heel erg. Defensie gesteld’.8 De commissie kreeg verder beschikking gesteld.12 was een politiek heet hangijzer bij de tot taak ‘de Nederlandse defensie in Tweede Kamerverkiezingen van 28 de NAVO en de voor de vervulling De Koster ‘not amused’ april 1971. daarvan vereiste middelen en metho- De instelling van de commissie Bij de daaropvolgende kabinetsfor- den kritisch te onderzoeken’.9 Hierbij noemde minister-president Biesheu- matie kon alleen maar overeenstem- was sprake van een ruime interpreta- vel ‘een gelukkige gang van zaken’. ming worden bereikt over de hoogte tie. Zo ruim dat minister De Koster Biesheuvel achtte bezinning nodig: van de defensiebegroting voor 1972; zich nog maanden later bij de minis- voor de rest van de kabinetsperiode ter-president beklaagde over ‘een veel bleef een afspraak uit.6 verdere bevriezing van het defensie- Hier kwam nog bij dat de in het re- beleid dan ik mij in juli 1971 had geerakkoord vastgelegde groei van de voorgesteld’.10 defensiebegroting voor 1972 met zes procent en daarbovenop nog eens 55 De commissie stond onder voorzitter- miljoen gulden ‘voor het inlopen van schap van Karel van Rijckevorsel, van de in de laatste jaren ontstane achter- 1952 tot 1967 lid van de Tweede stand in de materiële sfeer’, niet Kamer voor de KVP. De commissie tot een merkbare verbetering van de telde, met inbegrip van Van Rijcke- inzetbaarheid van de Nederlandse vorsel, vijftien leden. Van deze vijf- krijgsmacht leidde.7 tien waren zes leden afkomstig van De extra financiële impuls in de het ministerie van Defensie of van het krijgsmacht werd opgeslokt door on- ministerie van Buitenlandse Zaken.11 voorziene prijs stijgingen, een verho- Vijf leden waren benoemd na te zijn ging van de btw, gestegen energieprij- voorgedragen door fractievoorzitters zen en verschuivingen in betalingen. in de Tweede Kamer. Het ging daarbij

6 In het archief van H.J. de Koster bevindt zich een handgeschreven briefje van de toenmalige minister-president met de tekst ‘Wat een zegen dat defensie voor 1972 tijdens de informatie is geregeld!’ Nationaal Archief, toegang 2.21.291, inventarisnummer 85. 7 Regeerakkoord van 18 juni 1971, Kamerstuk zitting 1971, 11 357, bijlage 9, punt 20a, blz. 27. 8 Memorie van Toelichting bij de begroting van het ministerie van Defensie voor 1972. Zitting 1971-1972, 11 500, nrs. 2-3, blz. 2 linkerkolom. De precieze taakomschrijving luidde: ‘de taak van de Nederlandse defensie in de NAVO en de voor de vervulling daarvan vereiste middelen en methoden kritisch te onderzoeken’. 9 Rapport van de Commissie van Civiele en Militaire Deskundigen, De toekomst van de Neder- landse defensie, 27 maart 1972, bijlage 2, blz. 63. 10 Brief van de minister van Defensie aan de minister-president van 25 maart 1972. Nationaal Archief, toegang 2.21.291, inventarisnummer 77. 11 Schout bij nacht A.P.E.J.J. Besnard was plaatsvervangend chef van de marinestaf; kolonel C.J. Dijkstra was hoofd plannen van de landmacht; brigade-generaal J.W.F. Hofman was hoofd van de afdeling financiële en internationale aangelegenheden van het ministerie van Defensie; generaal-majoor R.A. Sleeuw was hoofd van de Nederlandse permanente militaire vertegen- woordiging bij de NAVO; drs. J. van der Valk was chef van de directie NAVO- en WEU-zaken van het ministerie van Buitenlandse Zaken; commodore A.J.W. Wijting was souschef van de landmachtstaf. 12 Memorie van Toelichting bij de begroting van Defensie voor 1972. Kamerstuk, zitting 1971- 1972, 11 500, nrs. 2-3, linkerkolom.

380 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 ‘onze defensie is in de afgelopen het eerste jaar [van de nieuwe kabi- Met deze linkse partijen bedoelde De jaren in bepaalde opzichten in moei- netsperiode] geen sprake zijn van een Koster in ieder geval de Partij van de lijkheden geraakt’. 13 De Koster daar- werkelijke ombuiging van het be- Arbeid, die zich in de ogen van velen entegen was ‘not amused’. Hij voelde leid’.14 had losgemaakt van de vrijwel alge- zich voor het blok gezet. Het besluit mene politieke consensus over het tot instelling van de commissie was in Bij de installatie van de ‘commissie veiligheids- en defensiebeleid, zoals de kabinetsformatie genomen voordat van civiele en militaire deskundigen’ dat in de jaren vijftig en zestig het De Koster als minister van Defensie legde minister-president Biesheuvel geval was geweest. In de Nederlandse was aangezocht. Hij had daar dus veel nadruk op het in verschillende naoorlogse politiek gold het veilig- geen enkele invloed op kunnen uit- politieke partijen levende verlangen heids- en defensiebeleid als nauwe- oefenen en bovendien had de VVD naar een breed opgezet onderzoek lijks vatbaar voor partijpolitieke geen behoefte aan deze commissie. naar de ‘inspanning die wij voor onze verschillen van mening. Het defensie- Verder was De Koster naar eigen zeg- veiligheid moeten leveren’. Dat ver- beleid was onaantastbaar. Vanaf het gen ‘zeer veel tijd’ kwijt met de sa- langen bestond onder andere uit de midden van de jaren zestig begon het menstelling en begeleiding van de vraag of de Nederlandse defensie- fundament van het zo breed gedragen commissie. Ten slotte – ‘en dat is veel inspanning niet ‘in een betere vorm’ veiligheids- en defensiebeleid stevig ernstiger’ – liep de commissie De was te gieten. Verder was het de vraag af te kalven. Eerst en vooral binnen de Koster hinderlijk voor de voeten. of de Nederlandse defensie-inspan- Partij van de Arbeid. Deze omslag Zolang de commissie nog niet haar ning ‘wel voldoende is afgesteld op wordt binnen de Partij van de Arbeid eindrapport had uitgebracht, ‘kon er de evoluerende internationaal-politie- aangeduid als ‘de onttovering van de ke situatie’. Aan de andere kant, zo buitenlandse politiek’. Niet langer refereerde Biesheuvel aan de toen was het veiligheids- en defensiebeleid ruim een jaar oude toespraak van Loe een onderonsje voor een handvol de Jong, werd ook de vraag gehoord ingewijden. ‘Betrokkener, opener en of de Nederlandse defensie-inspan- pluriformer’ moest over vraagstukken ning ‘niet in die mate is achteruitge- op dit gebied worden gesproken. Een gaan dat onze positie in gevaar komt’.15 bijkomstigheid was dat de bespreking van dit soort vraagstukken en de aan- Onrust in de politiek scherping van standpunten electoraal Op het gebied van buitenland en de- gezien aantrekkelijk waren.17 fensie rommelde het in de Nederland- se politiek. Dat was niet alleen af Ook de eerste resultaten van de dé- te leiden uit de verwijzing van de tente-politiek kleurden het debat. In minister-president naar bij politieke 1969 begonnen de Verenigde Staten partijen levende verlangens om zulke en de Sovjet-Unie met onderhande - fundamentele vragen aan een nader lingen over de beperking van hun onderzoek te onderwerpen. Minister strategische kernbewapening. In 1972 De Koster constateerde ook een om- sloten zij het ABM-verdrag ter beper- slagpunt in het veiligheidspolitieke king van de invoering van afweer - denken, maar verwoordde dat anders, systemen tegen strategische raketten. minder constructief, dan de minister- president. Hij zag ‘een opstandige be- weging in tal van maatschappelijke 13 Toespraak van de Minister-President ter in- kringen’, ook in de krijgsmacht: ‘Of- stallatie van de Commissie van Civiele en ficieren, die lid waren van één van de Militaire Deskundigen. In: Rapport van de Commissie van Civiele en Militaire Des- linkse partijen, ofwel tot de linker- kundigen, bijlage 3, blz. 64. vleugel van de KVP of de ARP behoor- 14 Brief van de minister van Defensie aan de den, begonnen te publiceren over minister-president, 25 maart 1972. Natio- alternatieven voor het toekomstige naal Archief, toegang 2.21.291, inventaris- defensiebeleid’.16 nummer 77. 15 Rapport van de Commissie van Civiele en Militaire Deskundigen, bijlage 3, blz. 64. 16 Brief van H.J. de Koster aan Jan Willem Honig, z.j. Nationaal Archief, toegang Minister De Koster van Defensie 2.21.291, inventarisnummer 77. 17 Frank Zuijdam, Tussen wens en werkelijk- in de Tweede Kamer tijdens een heid. Het debat over vrede en veiligheid debat over de begroting, 1972 binnen de PvdA in de periode 1958-1977. (Foto collectie NIMH) (Amsterdam, Aksant, 2002) blz. 367.

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 381 Tegelijkertijd kwam de ‘SALT interim- Doelmatiger beleid was anders dan de slaafse verdediging overeenkomst’ (Interim Agreement Verschillende politieke partijen boden van de belangen van de krijgsmacht on the Limitation of Strategic Offen- de commissie-Van Rijckevorsel in door veel van zijn voorgangers van sive Arms) tot stand. Deze eerste notities voorstellen aan voor doelma- christen-democratische huize in de resultaten van wapenbeheersing wa- tiger defensiebeleid. Het ‘Centrum Tweede Kamer. Zo kreeg Van Elsen ren niet spectaculair. Ze betekenden voor Staatkundige Vorming’, een van minister De Koster gedaan dat slechts een bevriezing van de aan- nauw aan de KVP geliëerde instantie, beslissingen over grote investerings- tallen strategische kernraketten. Maar had een notitie opgesteld over enkele projecten zouden moeten wachten op de politieke betekenis was ongekend hoofdpunten van het defensiebeleid. het standpunt van het kabinet over de groot. Het conflict tussen Oost en Deze notitie was de voorloper van een aanbevelingen van de ‘commissie van West had niet langer het karakter van uitgebreidere studie, die in de loop civiele en militaire deskundigen’.19 een tomeloze, niet ophoudende wa- van 1972 het licht zou zien. Kern penwedloop. van de in 1971 verschenen notitie was Op 27 maart 1972 zou de commissie dat Nederland zijn bijdrage aan de haar advies aan de minister van In dat opzicht leek voor velen een bondgenootschappelijke verdediging Defensie en de minister-president kentering te zijn gekomen in het moest concentreren en doelmatiger aanbieden. De aanbevelingen van de gebruikelijke patroon dat zo kenmer- organiseren. commissie-Van Rijckevorsel waren kend was voor het tot dan toe ge - hot stuff en leidden in politiek Den voerde defensiebeleid, waarbij elke Toon en inhoud van de binnen de KVP Haag tot oplopende zenuwachtigheid. oplopende spanning in de Oost-West- gerijpte gedachten sloten nauw aan Minister-president Biesheuvel ver- verhoudingen de vraag uitlokte of de bij voorstellen van de Partij van wachtte van de publicatie van het rap- defensieuitgaven niet moesten wor- de Arbeid, die de krijgsmachtdelen port-Van Rijckevorsel ‘een verhitting den opgeschroefd. nauwer met elkaar wilde laten samen- van de discussie en van de politieke In de discussie over het veiligheids- werken en veel heil verwachtte van sfeer rondom het defensiebudget’.20 en defensiebeleid speelde de Ameri- internationale taakspecialisatie. Ook Het was dus niet verwonderlijk dat de kaanse kritiek op de in de ogen het kritisch-constructieve optreden minister-president en zijn naaste me- van Washington te geringe defensie- van de nieuwe defensiewoordvoerder dewerkers het werk van de commis- inspanning van de West-Europese van de KVP in de Tweede Kamer, de sie-Van Rijckevorsel met argusogen bondgenoten ook een rol. Het hoogte- oud-brigadegeneraal Joop van Elsen, volgden. punt van de wederzijdse irritaties op dit punt viel begin 1967 toen senator Mike Mansfield met zijn befaamde resolutie kwam waarin hij aandrong op een aanzienlijke vermindering van de Amerikaanse strijdkrachten in Europa.18 Achtergrond van deze reso- lutie was het fors toegenomen tekort op de betalingsbalans van de Verenig- de Staten. Hoewel de kosten voor de stationering van Amerikaanse militai- re eenheden in Europa maar een klein deel uitmaakten van het betalings - Luitenant-generaal balanstekort, was het tot astronomi- Meijnderts (links) in sche hoogte opgelopen tekort koren gesprek met leden op de molen van degenen die de West- van de commissie- Europese bondgenoten als freeriders Van Rijckevorsel (klaplopers) bestempelden. (Foto collectie NIMH)

18 A. van Staden, Een trouwe bondgenoot. Ne- derland en het Atlantisch Bondgenootschap 1960-1971 (Baarn, In den Toren, 1974) blz. 163-202. 19 Handelingen Tweede Kamer, 2 februari 1972, blz. 2232, rechterkolom. 20 Brief van de minister-president aan de mi- nister van Defensie, Den Haag 22 maart 1972. Nationaal Archief, toegang 2.21.291, inventarisnummer 77.

382 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 Bezuinigen zonder aantasting gevechtskracht

Voor de plaatsvervangend secretaris- generaal van het ministerie van Alge- mene Zaken, Dirk Ringnalda, gold in dat verband het spreekwoord dat een goede buur beter is dan een verre vriend. Een van zijn buren was de Brigade-generaal chef-staf van de vierde divisie, de Clumpkens ambitieuze landmachtofficier Bill (Foto collectie NIMH) Clumpkens. Biesheuvel en zijn mede- werkers beschouwden Defensie als een ‘moeras’.21 Om uit de buurt van zulke politieke problemen te blijven waren ‘substantiële bezuiniging[en] zonder verlies van kwaliteit’ nodig.

Een groep – veelal jongere – land- machtofficieren was deze uitdaging aangegaan en had uiteindelijk ook de commandant van het Eerste Leger- korps, luitenant-generaal Ferry Meijn- derts, voor hun plannen weten te win- nen. Meijnderts had in zijn gesprek oefenterrein voor de landmacht aan te Van Rijckevorsel haar advies en met de commissie-Van Rijckevorsel leggen. In korte tijd waren in de bere- aan bevelingen zou presenteren. Een nog de koers gevolgd die de Haagse keningen de kosten opgelopen tot een complicatie was dat de minister van legerleiding had uitgestippeld. Zijn half miljard gulden. Veel goedkoper Defensie, noch zijn ambtenaren aan latere enthousiasme voor bezuinigen was oefenen in Canada, een oplossing het Haagse Plein over de aantekening zonder aantasting van de gevechts- die de Bundeswehr al had gekozen. met deze bezuinigingsvoorstellen be- kracht vond bij Biesheuvel een willig Met de aanschaf van het Oerlikon- schikten. De bijeenkomst op 27 maart oor. Meijnderts’ idee van een simpeler afweergeschut zou 600 miljoen gul- zou – zo wilde de minister-president en veel doelmatiger mobilisatie- den gemoeid zijn, terwijl een veel het – beginnen met een gesprek met systeem voor de landmacht ving goedkoper Amerikaans alternatief de commandant van het Eerste Leger- Ringnalda op in de Van Imhoffstraat (het Vulcan-Chaparall-geschut) voor- korps. in het Haagse Bezuidenhout als hij handen was. Mogelijke besparing: zijn buurtgenoot Clumpkens weer ruim driehonderd miljoen gulden. Ten Die zou moeten worden vergezeld eens tegen het lijf liep. Het innige slotte was een volledige personele door Clumpkens en op zijn beurt zou contact tussen de buurtgenoten kwam bezetting van de brigades van de land- Biesheuvel Ringnalda vragen bij de ook de minister van Defensie ter ore. macht niet nodig. Daarvoor bedach- besprekingen in het Catshuis aan - Die was ‘niet verbaasd, dat een jour- ten de nieuwlichters het ‘zwemvest- wezig te zijn. De Koster hoefde nalist, die in dezelfde straat woonde model’. De brigades zouden goed overigens niet veel in gang te zetten mij later vertelde dat er een druk ‘va worden voorzien van materieel en uit- voor de totstandkoming van deze af- et vient’ was tussen beide huizen, rusting, maar niet met al het in crisis- waarbij grote dossiers werden mee- tijden benodigde personeel. In geval getorst’.22 van nood zouden dienstplichtigen als 21 Ibidem. 22 Brief van H.J. de Koster aan J.W. Honig. het ware deze brigades worden inge- Nationaal Archief, toegang 2.21.291, in - Op woensdag 22 maart vroeg Bies- blazen.24 ventarisnummer 77. Clumpkens woonde heuvel De Koster wat ‘de aangewezen in de Van Imhoffstraat op nummer 33, Ringnalda op nummer 18. Interview met weg [was] om ons uit het moeras [van Het gesprek van 27 maart 23 J.M. Bik, Voorburg. Volgens gemeentelijke Defensie] te helpen’. De minister- Over dat soort maatregelen, die de gegevens woonde in die tijd de journalist president beschikte over een aanteke- militaire sterkte niet aantastten en te- Dick Houwaart, later directeur voorlichting ning over mogelijke bezuinigingen gelijkertijd Defensie van haar finan- van het ministerie van Binnenlandse Zaken, waarvan de legerkorpscommandant ciële zorgen zouden bevrijden, wilde in de Van Imhoffstraat op nummer 5. voorstander zou zijn. In deze aanteke- Biesheuvel wel eens met De Koster 23 Ibidem Nationaal Archief. 24 J.M. Bik, ‘Na de mislukte verrassing van ning werd stelling genomen tegen het spreken. En wel op maandagavond 27 Defensie’. In: NRC Handelsblad, 21 juni dure plan om bij Ter Apel een groot maart, de dag waarop de commissie- 1972.

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 383 spraak: Biesheuvel had Meijnderts al slotte verslikte De Koster zich in de De Koster was erachter gekomen dat uitgenodigd ‘op een strikt persoon- aanwezigheid van Clumpkens bij het het gesprek op het Catshuis met lijke en informele basis en met waar- gesprek.27 Meijnderts op 27 maart niet ‘oriën- borgen van geheimhouding in ver- terend’ zou zijn, maar het sluitstuk band met gevoeligheden bij de Chefs De Koster reageert zou vormen van een reeks contacten van Staven [de toenmalige benaming Biesheuvel koos voor een terugtrek- van Ringnalda met Meijnderts en van de bevelhebbers] en met de ge- kende beweging: het gesprek met Me- Clumpkens. Zo beschikte Ringnalda ruststelling dat ik voornemens was ijnderts zou worden afgezegd. Maar over een ‘memo over het defensiebe- zijn minister ook uit te nodigen’. Het tegelijkertijd legde Biesheuvel uit wat leid [...] waarvan men op ons Minis- gesprek met De Koster kon dan wor- zijn beweegredenen waren geweest. terie niet op de hoogte is’, zo liet De den gevoerd ‘na het vertrek van de Allereerst maakte Biesheuvel duide- Koster Biesheuvel weten. heren’. lijk dat hij als minister-president met iedereen zou moeten kunnen spreken. De Koster zag de bui hangen. In het Bij de minister van Defensie moet In de tweede plaats luchtte Biesheu- door de minister-president gearran- rook uit de oren zijn gekomen: ‘Ik vel zijn hart over zijn zorgen over De- geerde gesprek op 27 maart zou De heb de Heer Biesheuvel opgebeld met fensie in het algemeen en de kritische Koster met dit memorandum en de de vraag of hij, toen hij Minister van houding van de KVP ten opzichte van daarin opgenomen plannen worden Landbouw was, zou hebben aanvaard, dat de Minister-President hem zou verzoeken om aanwezig te zijn bij een gesprek met een Landbouwconsulent, die interessante ideeën had over de verhoging van de productiviteit van de koe’.25 De Koster voelde zich gepasseerd, ge- kleineerd en ten onrechte bekriti- seerd. Op vrijdag 24 maart, na afloop van de Ministerraad, haalde De Kos- ter zijn gram in een gesprek met Bies- heuvel. Een gesprek met Meijnderts zou in de hiërarchische krijgsmacht verkeerd vallen. Dat Biesheuvel de chef van de generale staf niet had uit- genodigd zou slecht worden ontvan- gen.26 De timing van het gesprek met Meijn- derts, nota bene op de dag dat de com- missie-Van Rijckevorsel haar rapport zou uitbrengen, was buitengewoon ongelukkig en zo’n gesprek zou tot ongewenste publiciteit leiden. Ten Kamerleden bezoeken oefening ‘Unie-Plus’ in de Harz, Duitsland, 1972 (Foto collectie NIMH)

25 Brief van H.J. de Koster aan J.W. Honig. Defensie in het bijzonder. Vooralsnog geconfronteerd, zonder een nauwkeu- Nationaal Archief, toegangsn. 2.21.291, in- – zo meldde Biesheuvel – zag hij in rig inzicht in de voors en tegens van ventarisnummer 77. de aanstelling van een regeringscom- de plannen van Meijnderts. Binnen de 26 Vanaf 1964 bestond de top van de Neder- landse krijgsmacht uit een voorzitter van het missaris de beste mogelijkheid voor defensieorganisatie was, aldus De Comité van de Verenigde Chefs van Staven de oplossing van dit zo gevoelige Koster, ‘een grote en sedert de instal- en de drie bevelhebbers van marine, land- probleem. Het gesprek tussen de mi- latie van de commissie-Van Rijcke- macht en luchtmacht. Deze laatste drie had- nister-president en de minister van vorsel toenemende inflatie aan bezui- den als officiële titel chef marinestaf, chef generale staf en chef luchtmachtstaf. Aan de Defensie na de Ministerraad verliep nigingsplannen’. Aan de ene kant was chef generale staf (luitenant-generaal) was klaarblijkelijk toch onbevredigend dat een zegen: De Koster ging er in de commandant legerkorps (ook luitenant- voor De Koster. De volgende dag, za- zijn brief aan Biesheuvel vanuit dat generaal) hiërarchisch ondergeschikt. terdag 25 maart, kroop De Koster in ‘volgens het meerderheidsstandpunt 27 Verslag van [De Koster van de] bespreking met de minister-president op 24 maart 1972 de pen. In een brief van maar liefst [in de commissie-Van Rijckevorsel] om 14.30 uur. Nationaal Archief, toegang zes bladzijden kwam hij terug op zijn reeds in de orde van grootte van 400 2.21.291, inventarisnummer 77. gesprek met de minister-president. miljoen gulden’ moest worden gesne-

384 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 den in de defensieuitgaven. Aan de Lang bleven de voorstellen en ideeën hoogoplopend conflict tussen de andere kant hadden de vele binnen van de legerkorpscommandant en commandant van het Eerste Leger- Defensie circulerende plannen met el- acht van zijn negen brigadecomman- korps Meijnderts en de chef van de kaar gemeen dat ‘zij zeer weinig be- danten niet geheim. Ze lekten beetje Generale Staf IJsselstein. De Koster zuinigen binnen de sector waarvoor bij beetje uit.31 had dat conflict tussen de twee hoog- de plannenmakers verantwoordelijk De Koster moest in de Tweede Ka- ste landmachtgeneraals aanvankelijk zijn’. Dat gold volgens De Koster ook mer toegeven dat ‘bij verschillende op zijn beloop gelaten. Een aantal voor Meijnderts en Clumpkens, die functionarissen van de Koninklijke keren had hij met beide generaals ge- aanslagen op het Eerste Legerkorps Landmacht onderling afwijkende zamenlijk en afzonderlijk gesproken. wilden afslaan met voorstellen tot be- denkbeelden leven over de beste orga- Daarbij was voor hem komen vast te zuinigingen op opleidingen en oefe- nisatievorm voor Defensie en de beste staan dat de twee landmachtofficieren ningen in andere delen van de land- wijze van legervorming’. Maar dat ‘beiden verschillend van geest zijn macht. was volgens De Koster niets bijzon- [en] zij elkaar toch aanvullen, on- ders: ‘[H]et zou eigenlijk vreemd zijn danks een bepaald gebrek aan eerbied Op twee punten voelde De Koster indien alle deskundigen op dit terrein voor elkaars capaciteiten’. En die ca- zich te kijk gezet door Biesheuvel. precies dezelfde denkbeelden zouden paciteiten lagen nogal ver uit elkaar. Dat Biesheuvel in zijn brief twee keer koesteren’.32 Meijnderts afficheerde zich graag als het woord ‘moeras’ had gebruikt om de problemen bij Defensie te duiden was De Koster in het verkeerde keel- gat geschoten. De Koster had datgene wat in de nog maar prille kabinets - periode op defensiegebied bereikt was in kaart gebracht. Een overzicht van de genomen maatregelen (‘een overzicht van het moeras’) had de minister van Defensie bij zijn brief gevoegd. Tegelijkertijd verbaasde De Koster zich over de plotselinge be- Luitenant-generaal langstelling van Biesheuvel voor de IJsselstein problemen bij Defensie. Eerdere ver- (Foto collectie NIMH) zoeken van De Koster om Biesheuvel ‘iets meer in te lichten over het defen- siebeleid’ waren afgeketst op de over- volle agenda van de premier: ‘je was toen zwaar bezet’.28

Ruzie chef generale staf en legerkorpscommandant

Meijnderts werd op 30 maart op het Achter het geruzie van minister De de officier die dicht bij de troepen matje geroepen bij secretaris-generaal Koster met minister-president Bies- stond, IJsselstein kreeg al gauw het Gerard Peijnenburg en de chef van de heuvel over de bezuinigingen op de etiket van een ‘Haagse generaal’, een Generale Staf, luitenant-generaal Gijs landmacht ontwikkelde zich een achter zijn bureau in zijn werkkamer IJsselstein. Peijnenburg hield Meijn- derts voor dat hij zich door Clump- 28 Brief van de minister van Defensie aan de minister-president, Den Haag 25 maart 1972. Natio- kens en Ringnalda had ‘laten manipu- naal Archief, toegang 2.21.291, inventarisnummer 77. leren’.29 De bij de minister-president 29 Aantekening voor de Minister (verslag van secretaris-generaal Peijnenburg van zijn gesprek met terechtgekomen aantekening had de generaals IJsselstein en Meijnderts op 30 maart 1972). Nationaal Archief, toegang 2.21.291, inventarisnummer 77. Peijnenburg uitgeplozen. Dat had 30 Brief van H.J. de Koster aan J.W. Honig. Nationaal Archief, toegang 2.21.291, inventarisnummer scherpe kanttekeningen en een groot 77. Het verzoek van Peijnenburg op 30 maart 1972 voor een uitgewerkte notitie werd op 14 juni aantal vragen opgeleverd, die Meijn- 1973 herhaald door minister Vredeling. Na enig aandringen was het op 15 november 1973 ‘ein- derts in een volgende versie binnen delijk zover’. Zie: , Dagboeken van Bram Stemerdink (Amsterdam, Balans, tien dagen moest beantwoorden. 1986) blz. 87. 31 Interview met J.M. Bik, Voorburg 3 februari 2006. Overigens kwam daar voorlopig niets 32 Tweede Kamer, zitting 1971-1972, 11 500 X nr. 21, verslag van een mondeling overleg van 14 van terecht.30 juni 1972.

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 385 verschanste bureaucraat. De Koster ‘iedereen te moeten inlichten’. Daar- verhaal. Van Elsen kende als voor- nam de spanningen tussen de beide bij was de minister fors onder druk malig chef-staf van de ‘7 december- opperofficieren nogal luchtig op: in gezet door de drie andere leden van divisie’ dat deel van de landmacht als de toekomst zou ‘een ander promotie- de Raad van Opperofficieren. Om hun zijn broekzak en koos zonder enige beleid’ dit soort problemen voorko- eis van drastische stappen tegen reserve partij voor zijn oude collega’s men.33 Meijnderts kracht bij te zetten had in het Eerste Legerkorps: ‘Ik ben het viertal gezamenlijk ontslag aan- ervan overtuigd dat ook de andere De spanning ontlaadt zich ge boden.35 Met dat dreigement in zijn leden van de Raad van Opperofficie- De spanning tussen beide generaals achterzak was De Koster naar de ren, inclusief de chef-staf zelf [IJssel- kreeg een forse ontlading in het eerste Ministerraad gestapt. Daar koos hij de stein], met hun naaste stafleden over kwartaal van 1973. De Raad van Op- kant van de groep van de vier topoffi- vertrouwelijke zaken hebben gepraat. perofficieren, een klein en select ge- cieren: ‘Meijnderts, duidelijk over het Alleen is dat niet in de krant geko- zelschap dat in de wandelgangen de paard getild door deze steun [van de men’.38 ‘bloedraad’ werd genoemd, boog zich minister-president] en de daarop vol- in het diepste geheim over vijftien be- gende publiciteit, meende vervolgens noemingen van landmachtofficieren. dat hij zich vrijwel alles kon ver- Generaalskwestie Over één benoeming, een functie in oorloven. Reden waarom ik in de Mi- en nieuwe minister de rang van brigade-generaal van het nisterraad zijn ontslag voordroeg’.36 Eerste Legerkorps, ontstond onenig- De Koster had daarvoor de ‘mede- De Koster liet de generaalskwestie als heid. Het ging daarbij om Clumpkens. ondertekening’ van de minister-presi- een explosieve erfenis over aan zijn Twee leden vonden hem ongeschikt, dent nodig.37 Biesheuvel hield Meijn- opvolger. Het kabinet-Biesheuvel was één lid daarentegen vond hem uiterst derts echter de hand boven het hoofd. geen lang leven beschoren en struikel- capabel, terwijl het vierde lid van de bij de opstelling van de begroting de ‘bloedraad’ geen eindoordeel had Een ingewikkeld compromis werd voor 1973. Op 29 november 1972 over de geschiktheid van Clumpkens bedacht. Weliswaar was De Koster waren verkiezingen uitgeschreven en voor een van de openstaande functies. ervan overtuigd dat ‘het verlenen van ondanks de lange duur van de daarop Meijnderts klapte binnen het leger- eervol verslag de enig juiste oplossing volgende kabinetsformatie sleepte korps uit de school en verzweeg niet is, aangezien er sprake is van een de generaalscrisis zich voort tot de dat het er voor hoofd- en opperoffi- breuk die niet meer kan worden ge- komst van een nieuwe minister van cieren uit ‘zijn’ Eerste Legerkorps be- heeld’. Maar tegelijkertijd werd geko- Defensie op 12 mei 1973. Het was roerd uitzag. zen voor het eerst maar eens afwach- één van de spreekwoordelijke ‘lijken ten van een onafhankelijk advies. in de kast’, die in politiek Den Haag Kort daarna verschenen in de Volks- Hangende de opstelling van dat het plezier van beginnende bewinds- krant nadere bijzonderheden over advies bleef Meijnderts in functie, personen vergallen. In dit geval hield deze personeelsvertrouwelijke be- omdat ‘anders zou worden vooruitge- minister uit de na- raadslagingen.34 Een onderzoek naar lopen op het advies’. Met het advies latenschap van zijn voorganger de af- het lek volgde en het spoor leidde werd de procureur-generaal bij de wikkeling van ‘het generaalsconflict’ naar Meijnderts. Deze gaf ruiterlijk Hoge Raad, Gerard Langemeijer, over. toe twee van zijn commandanten op belast. persoonlijke titel te hebben ingelicht. Zowel voorafgaande, als ook na af- Met deze omslachtige procedure 33 Notulen van de vergadering van de De- fensiecommissie, 12 april 1973. Centraal loop van de zitting van de ‘bloed- zette De Koster de onderlinge verhou- Archieven Depot van het ministerie van raad’. De Koster kon voor deze in- dingen binnen de landmacht nog ver- Defensie, Defensiecommissie. discretie enig begrip opbrengen. Meer der op scherp. Bij de Haagse land- 34 ‘Generale staf wil hervormers weren’. In: de moeite had de minister met de door machtstaf was de bereidheid om met Volkskrant, 7 maart 1973. 35 ‘Legertop dreigt met ontslag’. In: de Volks- Meijnderts op deze commandanten de loslippige Meijnderts zaken te krant, 12 april 1973. In een brief aan de uitgeoefende druk om het slechte doen tot het nulpunt gedaald. Bij het Tweede Kamer maakte minister De Koster nieuws over Clumpkens aan een aan- legerkorps was kwaad bloed gezet melding van ‘verschillen van opvatting [...] tal brigade-generaals door te geven. door het onderzoek te richten op die thans het onderlinge vertrouwen en de Zo werd de kring van ingewijden wel slechts één persoon: de legerkorps- goede gang van zaken binnen de Koninklijke Landmacht verstoren’. Tweede Kamer, zit- erg groot en zaaide Meijnderts ook commandant. ‘Men vindt daar in ting 1972-1973, 12 347, nr. 1, 11 april 1973. flink wat ongenoegen over de naar overgrote meerderheid dat hun com- 36 Brief van H.J. de Koster aan J.W. Honig. zijn mening unfaire behandeling van mandant naar eer en geweten heeft Nationaal Archief, toegang 2.21.291, inven- een officier van zijn legerkorps. gehandeld in belang van het werke- tarisnummer 77. 37 Nationaal Archief, notulen van de Minister- lijk-operationele deel van de land- raad, 30 maart, 13 april en 27 juni 1973. De Koster rekende het Meijnderts macht’, zo verwoordde het Tweede- 38 ‘Generaalsruzie zaak voor nieuw kabinet’. zwaar aan dat deze had gemeend Kamerlid Van Elsen die kant van het In: de Volkskant, 27 april 1973.

386 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 Minister Vredeling in gesprek met luitenant-generaal Meijnderts tijdens de Legerkorpsoefening Big Ferro in Duitsland, 1973. (Foto collectie NIMH)

hij dat de Nederlandse defensie- inspanning ‘in de komende tijd niet voldoende zal zijn om aan de NAVO- verplichtingen te voldoen’.44

IJsselstein wachtte op een later mo- ment om zijn roodgebiesde uniform- pet aan de wilgen te hangen. Dat mo- ment brak begin november 1973 aan. Vredeling had haast met de opstelling van de Defensienota, maar zat on- danks talrijke verzoeken nog steeds te wachten op een uitgewerkt plan- Het eindrapport van Langemeijer be- dat het onmogelijk was Meijnderts te Meijnderts. Hij had daar op 14 juni landde in juli 1973 op het bureau van ontslaan ‘als de commissie-Lange - om gevraagd.45 De bedenkers en de nieuwe minister. meijer dit niet aanbeveelt’.42 Minister- schrijvers van de eerste nota-Meijn- Het rapport zorgde voor bizarre wen- president Den Uyl hield er rekening derts van maart 1973 waren echter dingen in het conflict binnen de lei- mee dat ‘generaal IJsselstein en enke- verdwenen. Meijnderts was ‘opge- ding van de landmacht. Het wekte le anderen hun ontslag zullen vragen, droogd’.46 nauwelijks verbazing dat Lange - indien aan generaal Meijnderts geen meijer Meijnderts op de vingers tikte ongevraagd ontslag wordt verleend’. voor ‘verschillende gedragingen’, die Een week na de verschijning van het Uitwerking ideeën de kwalificatie ‘bedenkelijk’ mee - rapport-Langemeijer bood luitenant- legerkorpscommandant kregen.39 Toch vond Langemeijer het generaal Nico Berghuijs, opperoffi- niet nodig Meijnderts te ontslaan van- cier personeel van de landmacht, zijn De legerkorpscommandant liet op wege het uit de school klappen over ontslag aan. Berghuijs vond het ‘on- 30 oktober de minister van Defensie een aantal generaalsbenoemingen. De aanvaardbaar’ dat Meijnderts werd schriftelijk weten dat hij nog minstens gedragingen van Meijnderts hadden gehandhaafd en was het ook niet eens drie maanden nodig had om zijn eer- de verhoudingen in de leiding van de met de conclusie van Langemeijer dat der aan de minister-president ver- landmacht en tussen de legerkorps- een herstel van de normale verhou- strekte ideeën over diensttijdverkor- commandant en de toenmalige mi - dingen binnen de legertop tot de mo- ting uit te werken. Dat was Vredeling nister van Defensie op scherp gezet. gelijkheden zou behoren.43 Kort daar- te gortig. Twee dagen later werd ‘Herstel van de normale verhoudin- voor was luitenant-generaal Willem Meijnderts in het bijzijn van de chef gen binnen de top van de Koninklijke van Rijn, de voorzitter van het Comité van de generale staf te verstaan ge- Landmacht [zou] onder een nieuwe Verenigde Chefs van Staven, opge- geven dat uiterlijk 1 december de uit- Minister van Defensie [...] wenselijk stapt. Van Rijn nam dat besluit omdat gewerkte plannen in het bezit van en niet onmogelijk [moeten] worden hij ‘door in functie te blijven de in- minister Vredeling dienden te zijn. geacht’, zo oordeelde Langemeijer.40 druk zou wekken met de gang van Meijnderts ging met deze termijn ak- Op de achtergrond speelde mee dat zaken in te stemmen’. Met de komst koord, maar vroeg toestemming om veranderingen binnen de krijgsmacht van het kabinet-Den Uyl verwachtte zich rechtstreeks tot de minister te onvermijdelijk waren en Meijnderts wellicht nodig was om mee te helpen 39 Nationaal Archief, collectie-De Koster, toegang 2.21.291, inventarisnummer 77. Bijlage bij de bij deze veranderingen.41 Meijnderts brief van de minister-president aan de heer H.J. de Koster, 20 juli 1973. kon dus voorlopig niet worden ge- 40 Ibidem. 41 Interview met J.M. Bik, Voorburg 3 februari 2006. mist. 42 Nationaal Archief, Notulen Ministerraad 29 juni 1973. 43 ‘Weer vertrekt een generaal’. In: de Volkskrant, 24 juli 1973. Generaals bieden ontslag aan 44 Handelingen Eerste Kamer 1972-1973, Aanhangsel 142. Antwoorden op vragen van het Eerste- Het advies van Langemeijer bood Kamerlid dr. K. de Vries (CHU). Vredeling geen andere mogelijkheid 45 Handelingen Tweede Kamer 13 december 1973 blz. 1619, rechterkolom. 46 Interview met J.M. Bik, Voorburg 3 februari 2006. Luitenant-kolonel Henk Volten was naar het dan handhaving van Meijnderts. In de Nederlands Instituut voor Register Accountants overgestapt en zijn collega Chiel von Meijenfeld Ministerraad was er al op gewezen was binnen de landmacht verhuisd naar een andere functie.

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 387 mogen wenden ‘indien er bij de uit- vizier zijn visie op het uitmoorden plannen uit te werken en vervolgens werking van de plannen vraagpunten van het Vietnamese dorp My Lai gaf: al na dertien dagen met gedetailleerde zouden rijzen die een beslissing van ‘Dat is duidelijk een ding wat uit voorstellen op de proppen kwam.51 de politieke leiding behoefden’. Ook de hand gelopen is. Dat is duidelijk wilde Meijnderts zo nodig bij de ge- een ding wat veroorzaakt wordt door nerale staf nadere informatie op- een controverse van een emotionele Vertrek Meijnderts vragen. Vredeling stemde met beide achtergrond, wat een ieder kan over- en Clumpkens verzoeken in. Het stond Meijnderts komen’.48 vrij Clumpkens te betrekken bij de De benoeming van Van der Slikke uitwerking van de plannen. Van der Slikke tot chef van de generale staf kreeg Het risico van een zich voortslepende Meijnderts bij toeval te horen. Het IJsselstein kon zich niet vinden in de gezagscrisis binnen de landmacht was de bedoeling dat Vredeling zelf twee toezeggingen van de minister wilde Vredeling in de aanloop naar de op 27 november Meijnderts op de van Defensie en vroeg met ingang Defensienota niet nemen. Vredeling hoogte zou stellen. De dag ervoor fe- van 1 december 1973 eervol ontslag. leek ‘niet afkerig van hun plan, noch liciteerde secretaris-generaal Peijnen- Vredeling ging vervolgens op zoek van hun filosofie ‘de zweep erover’, burg Van der Slikke in het bijzijn van naar een opvolger en vroeg daarover maar knalt er liever zelf mee’.49 Meijnderts met zijn promotie. De ge- binnen en buiten de landmacht ad- Vredeling kwam zodoende bij de bui- pikeerde legerkorpscommandant liet vies. Van Meijnderts kreeg Vredeling ten het generaalsconflict gebleven ge- na wat denktijd weten dat hij de be- te horen dat de legercommandant zelf neraal-majoor Jan van der Slikke uit, noeming van Van der Slikke niet zou wel chef van de generale staf wilde ‘bijna unaniem’ door de functiona - accepteren en ontslag zou nemen. Hij worden en dat Clumpkens dan als rissen die de minister raadpleegde. kon het niet verkroppen dat hij voor zijn vervanger zou moeten worden Clumpkens zou als voorzitter van een de hoogste landmachtfunctie was ge- benoemd. Dat bood tegelijkertijd de ‘stuurgroep diensttijdverkorting’ in de passeerd. Na de presentatie van hun beste garantie voor de uitvoering van staf van Van der Slikke komen en zou plannen op 15 november meenden de plannen voor een diensttijdverkor- ‘in beschouwing worden genomen’ Meijnderts en Clumpkens dat het ting die Meijnderts en Clumpkens als in de tweede helft van 1974 de ‘voor wat, hoort wat’-beginsel voor hadden uitgewerkt. Uitvoering van functie van plaatsvervangend chef hen opging. Daarbij onderschatten ze zo’n ingrijpende maatregel was vol- van de generale staf vacant zou wor- dat hun claims op de functies van IJs- gens de legerkorpscommandant niet den. Een harde toezegging voor die selstein en diens plaatsvervanger zeker als hij voor het bevelhebber- functie gaf Vredeling niet.50 massale weerstand in de landmacht- schap zou worden gepasseerd en an- gelederen opriepen.52 Op 1 december deren deze plannen zouden moeten In de tussentijd had tot ‘bewondering ging de Ministerraad ermee akkoord uitvoeren. en verwondering’ van Vredeling de Van der Slikke voor te dragen als chef legerkorpscommandant al op 15 no- van de generale staf. Twee dagen later Daar stond tegenover dat Vredeling vember, twee weken voor het aflo- vroeg Meijnderts ontslag. met Meijnderts een in de landmacht pen van de aan een tegenstribbelende zeer omstreden bevelhebber zou krij- Meijnderts opgelegde deadline, zijn In de middag van 27 november sprak gen. Binnen en ook buiten de land- uitgewerkte plan aan de politieke lei- Vredeling onder vier ogen met macht stond Meijnderts bekend als ding voorgelegd. Vredeling verbaasde Clumpkens. Kort voor dat gesprek een generaal ‘die nergens mee zit’.47 zich erover dat de legerkorpscom- kreeg Vredeling te horen dat ‘Clump- Dat bleek al kort na zijn benoeming mandant eerst minstens drie maanden kens er overwegende bezwaren tegen tot legerkorpscommandant, op 1 mei nodig had, vervolgens met moeite be- had om zijn plannen tot diensttijd - 1971, toen Meijnderts in AVRO’s Tele- reid bleek om vóór 1 december zijn verkorting te realiseren, op de wijze die [Vredeling] had gedacht, als niet generaal Meijnderts, maar generaal 47 Daan Dijksman en Kees Tamboer, ‘Een bakker, een heetwatervrouw, een troepenman en de radi- calen’. In: Haagse Post, 28 juni 1972. Van der Slikke chef van de generale 53 48 Ibidem. staf zou worden’. Vredeling wilde 49 Daan Dijksman, ‘Het sein Einde Oefening van Meijnderts en Clumpkens en het begin van de af- van Clumpkens horen waarom deze faire-Peijnenburg’. In: Haagse Post, 22 december 1973. zo mordicus tegen Van der Slikke 50 Dat de steun voor Meijnderts als sneeuw voor de zon was verdwenen, blijkt ook uit de aanbe- veling van de secretaris-generaal van het ministerie van Algemene Zaken, D.M. Ringnalda. was. Vredeling had van bijna iedereen Clumpkens’ straatgenoot suggereerde Den Uyl om niet Meijnderts, maar generaal-majoor Ben- lovende verhalen over de comman- tinck, divisiecommandant, tot chef van de generale staf te benoemen. Nationaal Archief, Kabinet dant van de eerste divisie gehoord. van de minister-president, toegang 2.21.291, inventarisnummer 9914. 51 Bram Stemerdink, Dagboeken, blz. 87. Clumpkens zaait verwarring 52 J.M. Bik, ‘Met Meijnderts gaat een controversieel generaal heen’. In: NRC Handelsblad, 4 decem- ber 1973. Daarbij liet Vredeling de naam van 53 Handelingen Tweede Kamer, 13 december 1973, blz. 1620, rechterkolom. zijn secretaris-generaal vallen. Als

388 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 door een wesp gestoken beschuldigde ‘slechts het minimum had gezegd’. Vervolgens zaaide Clumpkens nog Clumpkens vervolgens secretaris- Hij zou meer weten, maar wilde meer verwarring door in de media be- generaal Peijnenburg ervan ‘finan - Peijnenburg twee dagen de tijd geven richten te verspreiden dat hij ontslag ciële voordelen te genieten van op- om zelf ontslag te nemen alvorens zou nemen. Op het moment dat bij de drachten die door het Ministerie van zijn beschuldiging met saillante infor- behandeling van de defensiebegroting Defensie aan [het organisatieadvies- matie verder te onderbouwen. Zou in de Tweede Kamer een reeks kriti- bureau Bakkenist, Spits en Co] waren Peijnenburg de eer aan zichzelf sche vragen over de positie van gegeven’. Vredeling onderbrak het houden, dan zou hij de kwestie laten Clumpkens werden gesteld, vertelde gesprek voor spoedoverleg met de rusten. Clumpkens in de Volkskrant dat hij staatssecretarissen Stemerdink en ‘het voor en tegen van ontslagname’ Mommersteeg.54 Gedrieën spraken Vredeling ontbood Clumpkens op 30 aan het afwegen was.57 ze vervolgens weer met Clumpkens november. Peijnenburg had zijn ont- De dag erna vroeg Clumpkens ont- die zijn beschuldigingen herhaalde. slag niet ingediend en Vredeling slag. Voor Vredeling was daarmee wilde weten wat achter Clumpkens’ de kous af: ‘Niet alleen deze [ont- beschuldiging zat. slag]brief, maar vooral datgene wat ‘Dat stelde niet veel voor. De afdeling zich tussen 27 november en 1 decem- comptabiliteit zou de rekeningen van ber heeft afgespeeld, is van dien aard Bakkenist niet zorgvuldig hebben ge- dat ik het vertrouwen in generaal controleerd’, zo schreef staatssecreta- Clumpkens volledig heb verloren. De ris Stemerdink in zijn dagboek.55 Minister-President en ik hebben daar- Vredeling schakelde de president van om een gezamenlijke voordracht de Rekenkamer in om de beschuldi- gezonden aan de Ko ningin, waarin ging van Clumpkens te laten onder- generaal Clumpkens [...] eervol ont- zoeken. Maar nog voordat de uitkom- slag wordt verleend’.58 Daarmee sten van dat onderzoek voorhanden kwam de uittocht van rebellerende en waren trok Clumpkens tijdens een ge- met elkaar vechtende generaals tot sprek met Vredeling op 1 december een einde. zijn beschuldigingen tegen Peijnen- burg ‘onvoorwaardelijk’ in. Clump- kens had om dat gesprek gevraagd. Vredeling verstevigt De volgende dag herhaalde hij zijn positie minister Afscheidsreceptie luitenant- intrekking in een gesprek waar- generaal Meijnderts, december 1973 bij ook Stemerdink, Mommersteeg Het ministerschap van Vredeling (Foto collectie NIMH) en Peijnenburg aanwezig waren. begon met het ‘generaalsconflict’. Peijnenburg nam het woord en sprak Met zijn aanpak van dit conflict ves- Peijnenburg werd gevraagd zich bij een handvol zinnen, die bij Stemer - tigde hij zijn naam als minister. Durf- dit gezelschap te voegen. Weer her- dink een onvergetelijke indruk achter- de zijn voorganger De Koster zijn haalde Clumpkens zijn beschuldi - lieten: ‘Peijnenburg zei niet te be - vingers niet te branden aan deze gingen. Later op de avond hadden grijpen wat een mens kan bezielen kwestie, Vredeling maakte korte met- Stemerdink en Mommersteeg derde deze beschuldigingen te uiten, iemand ten met de opstandige generaals. Dat gesprek met Clumpkens. Die hield zoiets aan te doen, iemands naam zo was in het defensieapparaat onge- zijn been stijf en verklaarde dat hij te bekladden’.56 kend. Op een enkele uitzondering na kwa- men tot dan toe ministers en staatsse- 54 Bram Stemerdink, Dagboeken, blz. 88 e.v. cretarissen voort uit de rangen van de 55 Ibidem, blz. 90. In de Ministerraad van die dag, 30 november 1973, gaf Vredeling al aan dat Nederlandse krijgsmacht en heerste rekening moest worden gehouden met het ontslag van Meijnderts en Clumpkens. Nationaal Archief, Notulen Ministerraad 30 november 1973. tussen politieke leiding en de militai- 56 Bram Stemerdink, Dagboeken, blz. 90 en 91. re top een ‘esprit de corps’ waarmee 57 Jan Joost Lindner, ‘Vredeling ruzie leger verweten’. In: de Volkskrant, 5 december 1973. de defensieorganisatie zich van ande- 58 Handelingen Tweede Kamer, 13 december 1973, blz. 1621, rechterkolom. Clumpkens schreef re ministeries onderscheidde. twee ontslagbrieven. De eerste werd opgesteld door luitenant-kolonel mr. Ko de Lange, een medewerker in de staf van Meijnderts. Deze brief werd door Meijnderts onderschept na een tele- Met zijn optreden in de generaals- foontje van de secretaris-generaal van het ministerie van Algemene Zaken. De tweede ontslag- kwestie maakte Vredeling duidelijk brief (op grond van artikel 57, aanhef en tiende lid, juncto artikel 59 van de Wet bevordering en dat de minister de baas is in het ontslag opperofficieren) werd opgesteld door mr. F. Kist, secretaris van de commissie-Lange- Herenlogement aan het Haagse Plein, meijer en raadsadviseur van de minister-president. Op grond van de tweede ontslagbrief kwam waar het ministerie zetelt. Veel van zijn Clumpkens in aanmerking voor een gunstiger ontslagregeling. Zie Daan Dijksman, ‘Het sein Einde Oefening voor Meijnderts en Clumpkens en het begin van de affaire-Peijnenburg’. In: opvolgers hebben daarvan Haagse Post, 22 december 1973. nog lang profijt gehad.

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 389 Een gedragscode of toch maar gewoon Aristoteles?

P.H. de Vries – brigade-generaal der cavalerie b.d.

Inleiding volgens de morele wet. Een morele digheden houdbaar is. Een reden hier- wet is een wet waarvan je zou willen voor kan zijn dat het gevechtsveld n een vorig artikel ben ik ingegaan dat deze tot een algemene gedrags- – en zeker het asymmetrische ge- op de wenselijkheid van een Ethi- regel zou worden en waaraan onder vechtsveld – een eigen specifieke Ische Commissie Te Velde (ECTV).1 alle omstandigheden noodzakelijker- praktijk betreft, die zich niet in een- Ik acht een dergelijk instituut noodza- wijs gehoor moet worden gegeven: dimensionale normatieve ethische kelijk om de handhaving van een ade- een categorische imperatief. Het lijkt modellen laat vatten. quaat ethos – mogelijk in de vorm van ondoenlijk een dergelijke catego- een gedragscode – te borgen. Nut en rische imperatief te formuleren die Ethische grondslag onontbeerlijk noodzaak van een dergelijke code heb voor elke combattant geldig is, onge- Toch is een ethische grondslag voor ik verder niet ter discussie gesteld. acht de partij waartoe hij behoort. het optreden op het gevechtsveld on- ontbeerlijk. Zonder morele grenzen Ik meen echter dat ik daaraan niet Een andere theorie – het consequen- zou de gruwel van de oorlogvoering ontkom, want het gaat er niet alleen tialisme – gaat uit van een afweging onbeheersbaar zijn. Alleen met een om hoe je het ethische gehalte van van middelen in relatie tot het te beha- ethische grondslag is een consistente het functioneren van de krijgsmacht len doel. Deze normatieve theorie gaat beheersing van de gruwel mogelijk. handhaaft. Het is daarbij vooral van ervan uit dat de morele juistheid van Dit houdt tevens in dat elke militair belang wat moet worden gehand- een handeling wordt bepaald door de bekend moet zijn met deze ethische haafd. Hoe moet de militair in moreel aard van de gevolgen. Als de gevolgen grondslag en daarnaar moet handelen. opzicht handelen en wat mag van de goed zijn, is de handeling moreel juist. militair worden verwacht? Maar dit betekent dat de gevolgen dus Er moet sprake zijn van een innerlijke Ik heb hiervoor aangegeven dat som- moeten worden getoetst aan een cri - zedelijke houding, een ethos. Het gaat mige normatieve ethische theorieën terium; er moet sprake zijn van een om een beroepsethiek.3 Het juridische op het gevechtsveld moeilijk zijn toe toetsinginstrument, een waarde. perspectief – zoals neergelegd in het te passen. ‘jus ad bellum’ en het ‘jus in bello’ – Het consequentialisme vergt dus een biedt naar mijn mening te weinig hou- In een plichtethische benadering vol- waardetheorie. Het blijkt een moei - vast voor internalisering en vorming. gens Kant2 bijvoorbeeld, moet je lijke opgave om een dergelijke theorie In dit perspectief staat de juridische onder alle omstandigheden handelen te ontwikkelen die onder alle omstan- regel voorop. De praktische situatie en de individuele omstandigheden zijn bijzaken, terwijl deze bijzaken 1 P.H. de Vries: ‘Ethisch handelen op het gevechtsveld. Een illusie?’ In Millitaire Spectator 176 (2007) (6) 244-250. voor militairen veelal hun morele be- 2 I. Kant leefde van 1724 tot 1804 en heeft in zijn boek Grundlegung zur Metaphysik der Sitten een wegingsruimte bepalen. ethisch model beschreven dat is gebaseerd op de morele wet waaraan eenieder noodzakelijkerwijs is onderworpen: de categorische imperatief. Deze imperatief gaat ervan uit dat de mens alleen zo In dit artikel wil ik dan ook een ethi- zou moeten handelen zodat de grondslagen van zijn handelen tot een algemene natuurwet zouden moeten kunnen worden en de (mede) mens in zijn handelen nooit louter alleen als middel maar sche benadering ontwikkelen die na- altijd ook als doel wordt gezien. drukkelijk uitgaat van de militaire 3 Verweij, D.E.M. ‘Moed: mythe of morele kwaliteit?’ in Militaire Spectator 169 (2000) (2) 83-86. praxis (praktijk) en die zich leent voor

390 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 de vorming van individuele militai- Deugdethiek van Aristoteles ren. Dit is het domein van de klassie- ke deugdethiek die in haar theorie Aristoteles gaat ervan uit dat het doel plaats inruimt voor de praktijk en hoe van ieder mens is het verkrijgen van binnen deze – soms weerbarstige – geluk (eudamonia). De noodzakelijke praktijk tot moreel verantwoord han- voorwaarde hiervoor is deugdzaam delen te komen. Deze deugdethische handelen. Dat is alleen mogelijk als benadering geef ik in dit artikel vorm men weet wat deugd is. Deugd betreft op basis van de opvattingen van Aris- volgens Aristoteles de juiste keuze toteles.4 tussen goed en kwaad, tussen een te- kort en een overmaat. Waarom Aristoteles? Ik kan mij de reactie van de lezer Aristoteles gaat er verder van uit dat voorstellen: ‘Aristoteles? Die is toch algemeen geldende kennis van zede- al zo’n 2300 jaar dood? Wat heeft die lijke normen mogelijk is. Door die dan nog te vertellen?’. Wel, ook toen kennis eigen te maken en dus te weten hadden ze al militairen en ook toen wat deugdzaamheid is, kan de mens worstelden ze al met morele proble- niet willens en wetens daarmee in men en ook toen zijn er al heel veel strijd handelen. verstandige dingen gezegd. Het is dus Aristoteles helemaal geen gek idee om eens na te (Foto Archäologisches Institut Het doel van de mens is immers ge- gaan wat er precies is gezegd en in der Universität Göttingen) lukkig worden. Handelen in strijd met hoeverre dat vandaag nog relevant de deugd is dus handelen in strijd met kan zijn. bestaat. Een uitzondering hierop het eigen streven naar geluk, in strijd vormt wellicht de praktijk ten depar- met het vervullen van de eigen be- Ik hoop in dit artikel de lezer ervan te temente, maar deze kan nooit de basis stemming. Die bestemming verschilt overtuigen dat er nog heel veel rele- vormen voor een militair ethos. Dat echter van mens tot mens en dat bete- vante zaken aanwezig zijn in het ge- ethos moet zijn gestoeld op de prak- kent dus ook dat deugdzaamheid voor dachtegoed van Aristoteles. Ik teken tijk waarbij het militair-zijn ten volle elk mens anders kan worden ingevuld. hierbij wel aan dat ik mij beperk tot tot uitdrukking komt, en dat is op het de deugdethische benadering volgens gevechtsveld. Deze invulling vindt plaats in over- Aristoteles. Het is niet zo dat ik het eenstemming met enerzijds de na- hele filosofische bouwwerk van Aris- Ten tweede ben ik van mening dat op tuurlijke mogelijkheden waarover een toteles tot uitgangspunt neem, het het gevechtsveld van de landstrijd- mens beschikt en anderzijds vanuit de gaat mij alleen om de methode die krachten het militaire ethos in al zijn praktische situatie waarin een mens Aristoteles hanteert in zijn Ethica. aspecten tot zijn recht komt. Anders zich bevindt. De ethiek van Aristo- dan bij de zee- of luchtstrijdkrachten teles is gericht op de deugdzame Ten aanzien van de militaire praktijk kan het gevaar op elk moment vanaf mens en hoe deze in zijn omgeving beperk ik mij voorts tot de landstrijd- elke richting opdoemen en vindt de op praktische wijze voortreffelijk krachten.5 Ik heb hiervoor een aantal confrontatie met de tegenstander op functioneert6. redenen. Ter eerste omdat ik van me- korte, soms zeer korte, afstand plaats. ning ben dat er geen ‘paarse praktijk’ Bovendien loopt elke militair op dat In zijn verhandeling over ethiek, de – veelal asymmetrische – gevechts- Ethica Nicomachea7 gaat Aristoteles veld een risico, ongeacht rang, stand nader in op het optimaal functioneren. 4 Aristoteles was een Griekse wijsgeer die of functie. Bij een afweging over een handeling leefde van 384 tot 322 voor onze jaartelling. Hij was onder meer de leermeester van gaat het naar zijn opvatting om de Alexander de Grote. Op de derde plaats is er bij landstrijd- volgende zaken: 5 Ik bedoel hiermee niet de eenheden die deel krachten, anders dan bij zee- en lucht- uitmaken van de Koninklijke Landmacht, strijdkrachten, veel minder sprake van • de opties voor het handelen moeten maar alle eenheden die op het land optreden systeemdwang: elke militair kan zijn in onze macht liggen; of in nauwe samenhang daarmee, zoals bij- voorbeeld mariniers en helikoptereenheden. eigen afweging maken om aan het ge- 6 Dit vormt tevens de zwakte van de benade- vecht deel te nemen of niet. Dat geldt • de keuze voor een optie moet vrijwil- ring van Aristoteles; hij biedt geen ondub- bijvoorbeeld niet voor een matroos lig zijn en plaatsvinden op basis van belzinnig moreel uitgangspunt of beginsel aan boord van een oorlogsbodem. Als overwegingen gestoeld op kennis; waarop hij zijn systeem van deugden fun- deert. vierde en laatste punt omdat ik meen 7 Aristoteles, Ethica Nicomachea. Budel: van het optreden van landstrijdkrach- • de slotsom van de overwegingen Damon, 2005. ten het meeste verstand te hebben. moet ons handelen richting geven;

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 391 • het streven – de handeling realise- Militaire deugden Aspecten van de ren – is in overeenstemming met de militaire praktijk slotsom van de overweging. Tot zover een korte schets van wat Aristoteles onder het begrip ‘deugd’ Welke aspecten van de militaire prak- Praktisch inzicht verstaat en de mogelijke militaire re- tijk op het land zijn relevant voor de Daarnaast onderkent Aristoteles het levantie van het Aristotelische model. militair? Waarin manifesteert de mili- praktisch inzicht. Praktisch inzicht Nu gaat het erom vast te stellen wat tair zich als zodanig? Waartoe ver- betreft het vermogen bij zichzelf te die deugden dan wel zijn. houdt de militair zich in zijn praktijk? rade gaan betreffende wat voor zich- Een deugd moet in overeenstemming De militair verhoudt zich in de prak- zelf goed en voordelig is.8 Het is geen zijn met de bestemming van de mens, tijk allereerst tot gevaar. Zonder ge- wetenschappelijke kennis of vak - van de militair. vaar is er geen reden voor het optre- bekwaamheid: het is een verworven Deze bestemming moet optimaal in- den van de militair. eigenschap om in een situatie te bepa- houd worden gegeven door middel len wat goed of slecht is voor een van voortreffelijk functioneren. Voor- Ten tweede verhoudt de militair zich mens. treffelijk functioneren krijgt inhoud in tot zijn uitrusting. Om het gevaar met Ervaring is dus essentieel om prak- de praktijk waarvan de militair deel succes tegemoet te kunnen treden tisch inzicht te verwerven. uitmaakt. heeft de militair een wapenuitrusting nodig. Zonder wapenuitrusting is de De deugd in strikte zin kan niet be- Voortreffelijk functioneren vergt ken- militair eigenlijk geen militair te noe- staan zonder praktisch inzicht. Prak- nis om in een bepaalde situatie af- men. tisch inzicht vormt een noodzakelijke stand te kunnen nemen en een juiste voorwaarde voor de deugd.9 De deugd afweging te maken. Daarnaast vergt In de derde plaats verhoudt de militair bepaalt namelijk het doel dat we stel- voortreffelijk functioneren praktisch zich tot zijn taak. De militair treedt len en het praktisch inzicht maakt dat inzicht, te weten: het vermogen om in het gevaar niet ‘zomaar’ tegemoet. we doen wat nodig is, wat goed is, om te zien wat in een bepaalde situatie Hij doet dat omdat hij een taak heeft. dat doel te bereiken. goed is voor de militair. De uitvoering van die taak is gevaar- lijk. Aanknopingspunten Als we dan vervolgens kijken naar de De deugdethiek van Aristoteles heeft praktijk van de militair dan zijn er De militair verhoudt zich ten vierde dus een aantal kenmerken dat met verschillende invalshoeken mogelijk. tot zijn omgeving, het gevechtsveld, name voor militaire toepassing veel We zullen eerst moeten vaststellen in tijd en ruimte. Er moet sprake zijn aanknopingspunten biedt. Ten eerste wat voor de militaire praktijk relevant van een specifieke tijd en plaats waar gaat ze uit van een bepaalde praktijk. is. Daarna kunnen we beredeneren de militair zijn taak vervult. Dit is het Daarmee wordt recht gedaan aan wat de deugden zijn. slagveld. de bijzondere omstandigheden waar- onder militairen moeten optreden. Ten tweede moet binnen die praktijk een deugdzame houding worden ge- vormd. De deugdzame houding in de praktijk is een vormingsideaal. Je kunt leren deugdzaam te worden.

Als je maar genoeg weet en als je maar genoeg ervaring hebt in het toe- passen van die kennis in de praktijk, kun je deugdzaam worden. In de derde plaats manifesteert deugdzaam- heid (of het gebrek daaraan) zich in het gedrag in die praktijk. Deugd- zaamheid, en het gebrek daaraan, is zichtbaar, meetbaar zo u wilt. Bij han- tering van een deugdethisch ideaal heb je dus geen aparte gedragscode nodig! Het ideaal is genoeg!

8 Ibid, boek VI.5.1-4. ‘Zonder gevaar is er geen reden voor het optreden van de militair’. 9 Ibid, boek VI.13.2-3. Irak, 2007 (Foto US Army, T. Nowland)

392 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 Ten vijfde treedt de militair nooit al- niet kunnen deren. Dat door zijn roe- Vakmanschap leen op. Er zijn altijd anderen op het keloze optreden ook zijn kameraden gevechtsveld. Zonder anderen is er in gevaar worden gebracht, interes- Voor het uitvoeren van zijn militaire geen sprake van een militair optreden. seert hem al evenmin. taak beschikt de militair over een wa- Die anderen zijn onder te verdelen in Met deze instelling neemt hij onnodig penuitrusting. Met behulp van deze zijn mede-militairen, zoals collega’s, risico’s. Als gevolg van deze roeke- wapenuitrusting is hij in staat zijn meerderen en ondergeschikten, zijn loosheid kan de militair al snel sneu- taak als militair uit te voeren. Zonder tegenstanders en alle overigen, de velen of anderszins buiten gevecht die wapenuitrusting – in de breedste niet-militairen. Daarmee heb ik de as- worden gesteld. Ook dan komt hij niet betekenis van dat woord – is hij nau- pecten gedefinieerd waartoe de mili- toe aan de uitvoering van zijn militai- welijks een militair te noemen. tair zich in zijn praktijk verhoudt. re taak: hij verzaakt. Nonchalance Ten opzichte van deze elementen uit Het juiste midden, de deugdzame Hij kan dit feit, zijn verhouding tot de militaire praktijk moet tot een wijze van optreden, is gelegen in zijn wapenuitrusting, licht opnemen. deugdzame houding worden geko- moedig handelen. Moed houdt in dat In dat geval zal hij de verzorging van men. Dat wil zeggen dat ten aanzien het gevaar weloverwogen tegemoet zijn wapenuitrusting verwaarlozen. van deze elementen van de praxis wordt getreden. Risico’s zijn in be- Daarnaast zal hij zich ook niet echt moet worden vastgesteld welke anto- schouwing genomen en afgewogen bekwamen in het gebruik van zijn wa- niemen (tegenstellingen) van toepas- tegen het belang van de te vervullen penuitrusting. Hij gaat ervan uit dat sing zijn. Vervolgens moet ten op- taak. De militair neemt het besluit te het wel los zal lopen en hij komt ten zichte van deze antoniemen het juiste handelen. Hij streeft ernaar zijn taak aanzien van het gebruik van zijn midden worden bepaald. naar behoren uit te voeren. wapenuitrusting niet verder dan het niveau van een dilettant. Op het ge- Zijn praktisch inzicht geeft aan op vechtsveld kan deze houding hem Moed welke wijze hij dat het beste kan duur komen te staan. Hij sneuvelt. doen. Het beste betekent in dit geval De militair wordt op het gevechtsveld dat zijn taak wordt uitgevoerd met Perfectionisme geconfronteerd met allerlei levensbe- – naar omstandigheden – aanvaard- Aan de andere kant kan hij zijn wa- dreigende gevaren. De tegenstander bare risico’s voor zichzelf en zijn penuitrusting ook met veel zorg in kan het op hem gemunt hebben, er mede-militairen. Moed vereist kennis, orde houden. Die zorg gaat zo ver dat kunnen mijnen, valstrikken of Uxo’s inzicht in het moreel juiste en prak- hij de wapenuitrusting ook eigenlijk en IED’s10 zijn, kortom: er loeren op tisch inzicht. Moed is ontegenzegge- liever niet gebruikt. Gebruik leidt al het gevechtsveld tal van gevaren. lijk een militaire deugd. snel tot defecten die weer verholpen Toch wordt de militair geacht zijn taak te vervullen en deze gevaren te trotseren.

Angst Als hij zijn eigen welzijn voorop stelt en pijn of ander ongerief wil vermij- den, dan wordt zijn optreden bepaald door angst. De risico’s van de gevaren worden uitvergroot en dat verlamt zijn vermogen op te treden. In feite komt de militair dan niet toe aan zijn militaire taak: hij verzaakt.

Roekeloosheid Anderzijds kan de militair de gevaren negeren. Hij doet net alsof er geen ge- varen zijn en als er dan toch gevaren zijn gaat hij ervan uit dat deze hem

10 Unexploded ordnance, te weten: niet ont- plofte, verschoten of achtergelaten munitie ‘Vakmanschap is zonder enige twijfel een deugd voor elke millitair’. of explosieven. Improvised Explosive Devi- Onderweg naar Tarin Kowt krijgt een van de Scania’s een lekke band. ces, te weten: geïmproviseerde explosieven. Afghanistan, 2007 (Foto AVDD, G. van Es)

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 393 moeten worden. Slijtage moet worden vonden. De omstandigheden op het de relevantie daarvan in het geheel. voorkomen. Ook ten aanzien van het gevechtsveld zijn veelal chaotisch en Plichtsbesef leidt tot een afweging gebruik is de militair zeer precies. het is dus relatief gemakkelijk om van de mogelijkheden en beperkingen Alles moet exact zo worden gedaan voor te wenden dat de uitvoering van die van invloed zijn op de vervulling als in de voorschriften staat vermeld. de opdracht praktisch onmogelijk van de opgedragen taak. Bij de afwe- was. Ook kan worden beweerd dat de ging geeft het praktisch inzicht rich- Deze vorm van perfectionisme leidt opdracht wel degelijk is uitgevoerd, ting aan de wijze waarop het uitvoe- tot terughoudendheid de wapenuitrus- want dat valt vaak toch niet direct te ren van de opdracht plaatsvindt. ting metterdaad te gebruiken. Dat is controleren. Kortom, onverantwoor- Zonder plichtsbesef kan de militair op toch zonde van alle zorg die er aan is delijkheid kan relatief eenvoudig het gevechtsveld zijn opdracht niet op besteed, en als gebruik dan niet is te vorm krijgen. een verantwoorde wijze tot een goed vermijden, dan wel precies volgens de einde brengen. Ook plichtsbesef is regels. Dat kan leiden tot onnodige De verantwoordelijkheid voor de uit- daarom een onmisbare militaire deugd. vertraging. Kortom, ook deze hou- voering van de opdracht wordt feite- ding kan op het gevechtsveld ver- lijk gewoon terzijde gelegd. Het ver- keerd uitpakken. Hij sneuvelt. mijden van risico’s en inspanning, en Weerbaarheid het najagen van gemak vormen ge- Het juiste midden, de deugdzame woonlijk de motieven hiervoor. De omstandigheden op het gevechts- wijze van omgaan met de wapenuit- veld zijn merkwaardig. Sociale wet- rusting van een militair, ligt in zijn Fanatisme geving is niet aan de orde; zo is er vakmanschap. Dit vakmanschap stelt Anderzijds is het ook mogelijk de uit- geen werk- en rusttijdenregeling en hem in staat zijn wapenuitrusting in voering van de opdracht centraal te de wet arbeidsomstandigheden is goede bruikbare staat te houden en op stellen en de uivoering daarvan na te evenmin van toepassing. Redelijke de juiste wijze te hanteren, ook als de jagen, ongeacht de (gewijzigde) om- omstandigheden moeilijk zijn. standigheden en zonder oog te hebben voor de problemen die daardoor kun- Hij weet wat hij met zijn wapenuit- nen ontstaan voor mens en uitrusting. rusting kan doen: hij kent de moge- Dit fanatisme kan zover gaan dat ver- lijkheden en beperkingen. Hij is ge- mijdbare risico’s toch worden geno- traind in het gebruik en is vertrouwd men, materiaal onherstelbaar wordt met zijn wapenuitrusting. De vele beschadigd en personeel onnodig in oefeningen die hij heeft gedaan, gevaar wordt gebracht. geven hem een gedegen praktisch in- zicht in hoe de mogelijkheden van Ook deze wijze van optreden leidt zijn wapenuitrusting optimaal tot gel- zelden tot een goede uitvoering van ding te doen brengen. Vakmanschap de taak. Het wekt verzet. Zeker op is zonder enige twijfel een deugd voor langere termijn leidt dit soort fanatis- elke militair. me slechts tot afnemende resultaten. Kortom, ook deze wijze van optreden geeft blijk van een onverantwoorde - Plichtsbesef lijke opstelling ten opzichte van de te vervullen taak. De militair betreedt met zijn wapen- rusting niet zomaar het gevechtsveld. Het op een juiste wijze uitvoeren van Hij heeft een taak te vervullen. een opdracht vergt plichtsbesef, te weten: het juiste midden tussen blind Gemakzucht fanatisme en onverantwoordelijke ge- Hij kan die taak, zijn militaire op- makzucht. Plichtsbesef vergt kennis dracht, niet negeren maar hij kan de van het oogmerk van de opdracht en uitvoering van de opdracht wel trai- neren. Hij kan proberen zich ervan af te maken. Dat scheelt hem tijd en in- spanning. ‘De onherbergzaamheid van het terrein, dat alles Die tijd en gespaarde energie kan dan vormt geen reden aan andere, persoonlijke, zaken wor- om niet op te treden’ den besteed. Een excuus is gauw ge- (Foto AVDD, R. Frigge)

394 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 huisvesting is niet zeker, warm eten Het gevolg daarvan is dat de verzor- de militair zelf een ‘kater’ van for- evenmin. Zandstormen, regen of ging van de persoon en de uitrusting maat. Ook hij verzaakt. Overleven op sneeuw, dag of nacht, de onherberg- achterwege blijft, dat de bereidheid het gevechtsveld vergt dat militairen zaamheid van het terrein, dat alles om zijn aandeel te leveren in de te fysiek in een goede conditie zijn. vormt geen reden om niet op te treden. vervullen taken erodeert. Uiteindelijk Deze goede conditie vormt de basis valt de militair ten prooi aan zelf- voor een adequate mentaliteit. Voorts is ook het verloop van de medelijden en inertie. Hij verzaakt. acties onvoorspelbaar, en daarnaast is Het juiste midden tussen tomeloze er altijd sprake van verstoringen: dit Zelfoverschatting zelfoverschatting en karakterslapte is verschijnsel wordt door von Clause- Anderzijds kan de militair ook zijn fysieke en mentale weerbaarheid. witz ‘frictie’ genoemd.11 De reactie eigen vermogens overschatten. De Deze weerbaarheid moet worden ge- van de militairen op deze bizarre en militair barst van het zelfvertrouwen. vormd. Fysieke oefening vormt een onvoorspelbare omstandigheden kan Hij meent dat slaapdeprivatie hem belangrijk onderdeel daarvan. Maar variëren. niet zal vloeren en hij doet dan ook ook mentale vorming is onmisbaar. niet mee aan het fenomeen van ‘sla- Ten aanzien van beide aspecten is het Slapheid pen als het kan’. Hij vindt dat niet noodzakelijk te weten waar de per- De militair kan zich mentaal niet op- stoer. Hij keert zich af van de ‘watjes’ soonlijke grenzen liggen en hoe gewassen voelen tegen uitdagingen met wie hij is opgescheept. Maar in ermee om te gaan als deze grenzen waarvoor hij zich geplaatst ziet. Hij is weerwil van zijn ongefundeerde opti- worden bereikt. dan ook fysiek niet opgewassen tegen misme worden de feitelijke omstan- de ontberingen en dat gecombineerd digheden ook hem te veel. Dit vergt zelfkennis en kennis van an- met de tergende onzekerheid tast zijn Dat is niet alleen vervelend voor zijn deren. Kennis die wordt opgedaan moreel aan. mede-militairen maar het bezorgt ook door oefeningen waarin grenzen wor- den verlegd. Met die kennis kan wor- den gereageerd op situaties en kunnen afgewogen beslissingen worden ge- nomen, die op basis van praktisch in- zicht worden uitgevoerd. Zo kan de noodzakelijke weerbaarheid worden geborgd. Weerbaarheid is voor een succesvol optreden op het gevechts- veld een essentiële militaire deugd.

Teamgeest

De militair staat er op het gevechts- veld niet alleen voor. Het kenmerk bij uitstek van militair optreden is dat het altijd met anderen gebeurt. Die ande- ren zijn allereerst de mede-militairen, militaire meerderen en militaire on- dergeschikten. In de eerste plaats ver- houdt de militair zich tot zijn mede- militairen, zijn primaire groep. Een individuele militair maakt altijd deel uit van een (primaire) groep.

Deze primaire groep vormt als het ware de directe (militaire) familie en vormt een essentieel element in het militaire leven en handelen. De pri- maire groep vormt het vangnet voor

11 Von Clausewitz, C. Vom Kriege. Ullstein: Propyläen, 1998, pp 86-89.

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 395 Zonder teamgeest kan geen enkele militaire eenheid als zodanig bestaan. Teamgeest is zonder enige twijfel een militaire deugd.

Respect

Een tweede groep van andere mede- militairen zijn de militaire meerderen en de ondergeschikten. Aan het hoofd van elke militaire eenheid staat een militaire meerdere. Elke militair heeft dus te maken met militaire meerde- ren. De hiërarchische structuur van de krijgsmacht houdt in dat er ook on- dergeschikten zijn en (bijna) elke mi- litair heeft dan ook te maken met deze ondergeschikten.

Dweepzucht Zowel ten aanzien van meerderen als op ondergeschikten kan er sprake zijn ‘In de eerste plaats verhoudt de millitair zich tot zijn mede-militairen, van dweepzucht. Het betreft een over- zijn primaire groep’ (Foto Sgt1 Henri) spannen bewondering voor de per- soon van de meerdere of de onderge- het individu en vormt tevens het kader en effectiviteit van de groep. Ook de schikte. Dit leidt veelal tot de neiging waarin individuele grenzen worden ‘meeloper’ kan de cohesie en effecti- zich in zijn gezelschap en vriend- verlegd. Opofferingsgezindheid is hier- viteit van de primaire groep aantasten. schap op te dringen. Tevens is er veel- van de grondslag, want voor de pri- Feitelijk gaat daarmee het primaire al sprake van een kritiekloze houding maire groep, je familie, doe je immers karakter van de groep verloren, uit- ten opzichte van de handel en wandel alles!12 eindelijk hoort alles en iedereen bij de van het idool. groep. Egoïsme Dit kan onaangename gevolgen heb- Maar net als in een echte familie kan Het juiste midden is echte teamgeest. ben. Het beoogde idool kan het het individu zich onttrekken aan de Teamgeest betekent aandacht voor de idee krijgen dat hij werkelijk zeer be- morele plichten die samenhangen met leden van het team en het team als ge- gaafd en bewonderenswaardig is. Dit een primaire groep. Hij kan zich te- heel. Aandacht wil zeggen ongeveins- kan zijn oordeelsvermogen aantasten. rugtrekken in niets ontziend egoïsme. de zorg ten opzichte van elkaar. Zo Daarnaast kan er schroom ontstaan Het zal duidelijk zijn dat dit er veelal nodig betekent het ook dat groeps- om het idool tegen te spreken of an- toe leidt dat de groep zich afkeert van leden elkaar kritisch aanspreken op derszins kritisch te bevragen. Zelfs bij deze ‘Einzelgänger’. Per saldo wordt gedrag dat ondermijnend is voor de gerede twijfel over diens optreden zal echter wel de cohesie binnen de groep cohesie. de dweper zijn mond houden. Het kan aangetast, waardoor het niveau van ook het gezag aantasten doordat tus- functioneren afneemt. De groep kan Teamgeest is belangrijk voor het sen dweper en idool de noodzakelijke zelfs aan de interne spanningen ten functioneren van militaire eenheden. afstand ontbreekt. onder gaan. Egoïsme vormt de dood- Het schept vertrouwen in elkaar en steek voor de primaire groep. zichzelf, en het vormt een vangnet in Afstand is noodzakelijk om met geval van (soms acute) nood. Team- gezag te kunnen optreden, vooral Altruïsme geest manifesteert zich door gedrag, waar opdrachten moeten worden ge- Anderzijds kan een militair volledig gestoeld op praktisch inzicht dat is opgaan in zijn groep. De groep vormt gericht op de instandhouding van de 12 Marshall, S.L.A. Men against fire: the prob- alles voor de desbetreffende militair. cohesie binnen de groep. Daarmee lem of battle command in future war Wat de groep doet is welgedaan. Het wordt een bijdrage geleverd aan de (Gloucester, Massachusetts: Peter Smith, 1978) pp 151 en zie ook: Keegan, J. The face is de vraag of een dergelijke kritiek- effectiviteit van de groep en de nood- of battle: a study of Agincourt, Waterloo and loze houding van een groepslid een zakelijke samenhang binnen de mili- the Somme. (Harmondsworth: Pinguin books bijdrage vormt aan de homogeniteit taire eenheid. ltd, 1983) pp 303.

396 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 geven die in strijd zijn met het directe dergeschikte bekleedt. Dit respect litairen en hun tegenstanders ook nog belang van de ander. Bijvoorbeeld als hangt samen met het besef lid te zijn anderen bevinden. Veelal zijn dit bur- iemand moet worden aangewezen van een militaire organisatie. Ander- gers, met inbegrip van hun bezit - voor een gevaarlijke taak. Dweep- zijds dient respect te zijn gebaseerd tingen en alle andere voorzieningen zucht ondermijnt de verhoudingen op de wijze waarop de functie door de die hen in staat stellen hun leven te tussen militairen in een hiërarchische meerdere of mindere wordt vervuld. leiden zoals zij dat willen. organisatie. Dit dient andere militairen tot voor- beeld te strekken. Hun aanwezigheid kan worden be- Minachting schouwd als een hindernis voor het Anderzijds kan er ook sprake zijn van Respect voor de functionaris houdt te- bestrijden van de tegenstander. Hun minachting. Deze minachting kan zijn vens is in dat het de militair vrij staat belangen worden dan irrelevant. De gestoeld op het feit dat de ander in de deze met open vizier te bevragen of te militair staat dan op zijn minst vol- organisatie functioneel een hogere of bekritiseren. Het oogmerk daarvoor strekt onverschillig tegenover hun lagere positie bekleedt. Ten aanzien kan zijn het eigen inzicht dan wel dat lot. Eerst moet de tegenstand van de van minderen kan dit leiden tot auto- van de ander te vergroten. Alleen in vijand worden gebroken, daarna zijn ritair of zelfs dictatoriaal optreden. een respectvolle omgang met elkaar is de belangen van andere betrokkenen Ook kan minachting ontstaan als ge- dat mogelijk. Zowel de militaire een- aan de orde. Ze hebben gewoon pech! volg van echt of vermeend disfunctio- heid als de individuele militair zal In het slechtste geval worden burgers neren van de meerdere of de onderge- daar wel bij varen. Respect voor min- gezien als medewerkers van de vijand schikte. Minachting kan tevens het deren en meerderen vormt daarom die ook bestreden moeten worden. gevolg zijn van groepsdruk: iedereen onmiskenbaar een militaire deugd. minacht de persoon. Mededogen Maar er zijn ook nog anderen die Anderzijds kan het mededogen met Minachting belet eveneens een open, recht hebben op respect. Het ge- het lot van deze burgers en hun bezit- kritische houding. Minachting leidt vechtsveld waarop de expeditionaire tingen niet zodanig groot zijn dat deze dus evenzeer tot ondermijning van de militair opereert kan overal liggen. belangen per definitie de doorslag militaire organisatie. Het juiste mid- Het moderne gevechtsveld is boven- geven bij het vaststellen van een mili- den tussen dweepzucht en minachting dien vaak omvangrijk. Dat aspect en tair operatieplan. Een teveel aan mede- is respect. Dat respect is enerzijds de aard van de tegenstand in het dogen kan de militaire operatie zo- functioneel van aard en gestoeld op asymmetrische conflict maakt dat er danig hinderen dat de effectiviteit de functie die de meerdere of de on- zich op het gevechtsveld behalve mi- daarvan in gevaar komt.

‘Het juiste midden tussen onverschilligheid enerzijds en mededogen anderzijds is respect’ (Foto AVDD, R. Frigge)

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 397 Anderzijds kan hun lot niet worden het asymmetrische conflict een mili- dat de militair zijn tegenstander ziet afgedaan als domme pech. De militair taire deugd die vooral vanwege de be- als een misleid figuur die met zachte moet zich realiseren dat burgers in het tekenis op langere termijn van groot drang tot andere gedachten kan wor- asymmetrische conflict deel uitmaken belang is. den gebracht. Al te groot medeleven van het probleem. Soms vormen zij en zorgzaamheid ten opzichte van de zelfs de kern van het probleem. Hun tegenstander is onverantwoord, omdat lot negeren is contraproductief. Niet Rechtvaardigheid daarmee onder meer de noodzakelijke discrimineren tussen burgers en te- voorzichtigheid uit het oog wordt ver- genstanders zaait slechts haat en on- Op het gevechtsveld ontmoet de mili- loren: de tegenstander is er immers op dermijnt de bereidheid mee te werken tair ook nog wezens van geheel ander uit hem buiten gevecht te stellen! aan een duurzame oplossing van het kaliber, te weten zijn tegenstander, de conflict. vijand. Zonder vijand heeft de militair Het juiste midden tussen wreedheid geen functie. Dus als de militair op en medeleven is rechtvaardigheid. De Het juiste midden in de houding ten het gevechtsveld optreedt, is er altijd tegenstander die zich verzet zal wor- opzichte van anderen tussen onver- de ander, de vijand, die hem tegen- den bestreden met alle gewettigde schilligheid enerzijds en mededogen werkt. Dit feit kan woede en zelfs middelen. Zo nodig wordt de tegen- anderzijds is respect. De militair moet weerzin of haat jegens die ander op- stander daarbij gedood. Zodra de te- zich betrokken voelen bij het lot van wekken. Dit kan ertoe leiden dat het genstander echter zijn verzet staakt, mensen die buiten hun wil in een ge- doden van de tegenstanders de pri- uit vrije wil of omdat hij zich (van- wapend conflict verzeild zijn geraakt. maire drijfveer wordt voor het be- wege een verwonding) niet meer kan Hij moet hun positie en hun belangen vechten van de tegenstander: buiten verzetten, heeft die recht op een respecteren. Dat respect houdt in dat gevecht stellen is niet voldoende. De menswaardige behandeling. Dit geldt er een afweging moet plaatsvinden tegenstander die levend in handen van ook bij asymmetrische conflicten tussen militaire noodzaak en civiele de militair valt wacht een gruwelijk waarbij de asymmetrie ook in de mo- wenselijkheid. lot. rele dimensie is gelegen.

Deze afweging moet leiden tot een Wreedheid jegens medeleven Haat mag niet met haat worden beant- slotsom die richting geeft aan het stre- Wreedheid voert de boventoon in het woord. Als dat gebeurt, verliest de ven de tegenstander te verslaan en de handelen van de militair. Excessief overwinnaar niet zozeer zijn fysieke burgers daarbij zoveel te ontzien als geweld is het gevolg. Anderzijds kan superioriteit, maar wel zijn morele redelijkerwijs mogelijk is. Praktisch van de militair niet worden verwacht overwicht. Rechtvaardigheid vergt inzicht wijst daarbij de weg. Respect dat hij de tegenstander feitelijk niet een goede kennis van de regels en de – ook ten aanzien van burgers – is in als zodanig ziet. Het kan niet zo zijn daaraan ten grondslag liggende inten-

Schematisch overzicht militaire deugden

Aspect van de militaire praxis Antoniemen Het juiste midden

Te veel t.a.v. Te weinig t.a.v. het aspect het aspect

Gevaar Roekeloos Angst Moed

Taak Fanatiek Gemakzucht Plichtsbesef

Wapenrusting Perfectionisme Nonchalance Vakmanschap

Tijd en ruimte van het gevechtsveld Zelfoverschatting Slapheid Weerbaarheid

Anderen Mede-militairen Altruïsme Egoïsme Teamgeest

Militairen Meerderen Dweepzucht Verachting

Ondergeschikten Inschikkelijk Dictatoriaal Respect

Burgers Betrokken Onverschillig

Vijand Medeleven Wreed Rechtvaardig

398 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 ‘Burgers maken deel uit van het probleem. Hun lot negeren is contraproductief’ Task Force Uruzgan I, Afghanistan (Foto AVDD, R. Frigge)

tie. Maar daarnaast moet een afwe- de is een deugd.13 Een deugd vergt Plichtsbesef stelt het belang van een ging worden gemaakt van de moge- kennis, een afweging met een wel- goede taakuitvoering centraal. Een lijkheden en de daaraan verbonden overwogen besluit dat in het handelen slechtwillende kan zich daaraan ont- risico’s. Met behulp van praktisch in- vorm krijgt op basis van praktisch in- trekken met een beroep op veiligheid. zicht wordt een handelwijze gekozen zicht. die recht doet aan rechtvaardigheid. Trouw Zeker ten opzichte van de overwon- Verantwoordelijkheidsbesef is een Trouw is ook een dergelijk onjuist nenen is rechtvaardigheid een militai- dergelijk begrip. Dit besef is echter deugdbegrip. Trouw is primair inbe- re deugd van grote betekenis. inherent aan het begrip deugd als zo- grepen in het begrip deugd. Je bent danig. Aan het deugdzaam handelen trouw aan jezelf doordat je streeft gaat immers een overweging vooraf. naar optimaal functioneren. Daar- Andere begrippen Bij deze overweging worden verschil- naast wordt trouw ten opzichte van lende opties van handelen die in onze anderen gerealiseerd in de deugden Er zijn andere begrippen te noemen macht liggen nader beschouwd. De teamgeest en plichtsbesef. Kortom, die soms als militaire deugden wor- afweging van de verschillende opties ook trouw is geen primaire deugd. den aangemerkt. Maar niet elke waar- en de slotsom welke na te streven geeft blijk van verantwoordelijkheids- Discipline besef. Het is dus onjuist dit begrip als Discipline is ook zo’n begrip dat vaak 13 Zie onder meer Keegan, J. The face of battle: een deugd aan te merken. wordt vermeld in relatie tot het mili- a study of Agincourt, Waterloo and the tair-zijn. Maar ook discipline is geen Somme. Harmondsworth: Penguin Books ltd, 1983 pp 303: ‘What battles have in common Veiligheid deugd in de strikte betekenis van dat is human: the behaviour of men struggling to Veiligheid is ook geen deugd op zich- begrip. Discipline duidt op beheer- reconcile their instinct for self-preservation, zelf. Veiligheid is inherent aan de af- sing en op gehoorzaamheid. Beide their sense of honour and the achievement of weging die bij verschillende deugden begrippen zijn echter inherent aan de same aim over which other men are ready to kill them. The study of battle is therefore al- plaatsvindt; bijvoorbeeld bij vakman- onmiskenbare militaire deugden vak- ways a study of fear and usually of courage; schap, bij teamgeest en bij moed. manschap, teamgeest, respect en always of leadership, usually of obedience; Praktisch inzicht borgt de aandacht plichtbesef. Discipline is weliswaar always of compulsion, sometimes of insub - voor het aspect veiligheid verder. Vei- een militair relevante waarde, maar ordination; always of anxiety, sometimes of ligheid als aparte deugd aanmerken is geen militaire deugd in de strikte be- elation or catharsis; always of uncertainty and doubt, misinformation and misapprehen- dus onjuist. tekenis. sion, usually also of faith and sometimes of Bovendien schuilt daarin het gevaar vision, always of violence and sometimes dat daarmee de deugden moed en Eer also of cruelty, self-sacrifice, compassion; plichtsbesef wordt ondergraven. Bij Eer wordt ook vaak genoemd als een above all it is always a study of solidarity and usually also of disintegration – for it is to- moed gaat het er immers om risico’s militaire deugd, maar ook dit begrip is wards the disintegration of human groups bewust tegemoet te treden en dat zelfs geen deugd te noemen. Eer is that battle is directed’. vormt de essentie van het militair-zijn. immers het oordeel van anderen over

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 399 ons.14 De opvatting in het hoofd van visie waarvoor de krijgsmacht in mo- en ondergeschikten, de ander die toe- ander speelt alleen een rol als deze reel opzicht wenst te staan. Ethische vallig in het conflict verzeild is ge- ook wordt geuit en zo deel wordt van reflectie daarop is eveneens afwezig. raakt en de ander als tegenstander. Op de publieke meningen van anderen Een gedragscode – als die al nodig basis van deze elementen uit de praxis (endoxa).15 Deze endoxa maakt deel is – vormt dan het sluitstuk van het heb ik getracht deugden te destilleren: uit van de overwegingen. ethos. In de huidige werkwijze wordt moed, vakmanschap, plichtsbesef, de gedragscode als basis gebruikt, ter- weerbaarheid, teamgeest, respect, en Eer vormt hooguit een motief in de wijl het onduidelijk is waarop deze rechtvaardigheid.16 overwegingen, vooral ten aanzien van code moreel is gebaseerd. Ik vind dat andere deugden, zoals plichtsbesef en een merkwaardige volgorde! Tevens heb ik aangegeven dat sommi- teamgeest. Zo zijn er meer begrippen ge andere veel gebruikte begrippen te toetsen aan het deugdbegrip. Waar Het Aristotelische model dat ik hier- niet kunnen worden aangemerkt als het om gaat, is dat enerzijds het be- voor heb uitgewerkt, gaat uit van de deugd. Sommige van deze begrippen grip deugd een aantal vooronderstel- praxis van de militair en beschrijft ten tasten de deugd zelfs aan. Zoals het lingen in zich heeft en dat anderzijds opzichte van welke aspecten van het begrip veiligheid. Met dit model heb de deugd een directe relatie moet heb- militair-zijn een morele houding ver- ik een basis ontworpen voor het ethos ben met de militaire praktijk. eist is om als militair moreel verant- van de landstrijdkrachten17 van de woord te kunnen functioneren. Ik krijgsmacht. Door dit vormingsideaal heb vervolgens beschreven op welke te gebruiken bij de opleiding en ver- En de gedragscode? wijze dat moreel verantwoorde func- dere vorming en training wordt een tioneren praktisch inhoud kan worden echt ethos gecreëerd. Kunnen we voor de handhaving van gegeven. Dat betreft een vormings- het vereiste zedelijk besef, ons ethos, ideaal. Een vormingsideaal dat kan Een ethos dat voor elke militair geldt, volstaan met een vormingsideaal als worden gebruikt bij de opleiding, trai- ongeacht rang, stand of categorie. Bo- hiervoor beschreven of hebben we ning en bij de uitvoering van missies. vendien wordt dat ethos – of de on- ook nog een gedragscode nodig? Naar volkomenheid daarvan – zichtbaar in mijn mening schiet een op zichzelf Een vormingsideaal dat toetsbaar is in het gedrag. staande gedragscode tekort – zeker in het gedrag van militairen. Een vor- de vorm zoals deze thans is geïntro- mingsideaal dat kan worden gehand- Gedrag is zicht- en meetbaar en naar duceerd. haafd en verbeterd! Een vormings - aanleiding van geconstateerd gedrag ideaal met een verhaal; een verhaal zijn maatregelen mogelijk. Deze De gedragscode richt zich op het dat kan worden gecommuniceerd! En maatregelen zijn gericht op het meetbare gedrag, de norm. Het gaat ideaal waarover je spannende verha- handhaven en verbeteren van het om een richtsnoer voor concreet han- len kan vertellen, een verhaal waarin deugd zame karakter van het leger, op delen. In de huidige code wordt on- je zelf een rol kunt vervullen, waarin het bestendigen van het vormings - voldoende aangegeven wat de achter- je een voorbeeld kunt zijn! ideaal. Een gedragscode is liggende waarden zijn. Welke zijn de dan overbodig. als waardevol bestempelde idealen waarop deze normen zijn gebaseerd? Ten slotte Hoe verhouden deze waarden zich tot het militair-zijn? Dit artikel bevat een nadere uitwer- Literatuur king van een Aristotelische beroeps- Aristoteles, Ethica Nicomachea. Budel: Da- Wat verder geheel ontbreekt is een ethiek voor landstrijdkrachten. Een mon, 2005. moraal, te weten het geheel van nor- dergelijk Aristotelisch model kan de Baron, W. en Pettit, P. en Sloten, M. Three men en waarden, een samenhangende persoonsvorming van militairen on- methods of ethics. Oxford: Malden, 1997. dersteunen en kan bijdragen aan een von Clausewitz, C. Vom Kriege. Ullstein: Propyläen, 1998. 14 Schopenhauer, A. De kunst zichzelf aanzien moreel verantwoorde beroepsuitoefe- Kant, I. Fundering van de metafysica van de te verschaffen. Nijmegen: Sun, 2000. pp 27- ning. Op basis van de Aristotelische zeden. Amsterdam: Boom, 2005. 29. methode heb ik geïdentificeerd waar- Keegan, J. The face of battle: a study of Agin- 15 Zie noot 12. toe de militair zich in zijn praxis ver- court, Waterloo and the Somme. Harmonds- 16 Zie bijlage voor een schematische weergave. worth: Penguin Books ltd, 1983. 17 Op basis van dit model is ook een ethos voor houdt. Marshall, S.L.A. Men against fire: the problem andere krijgsmachtdelen te ontwikkelen. of battle command in future war. Gloucester, Sommige deugden zullen ongetwijfeld voor Het betreft het gevaar, zijn wapenuit- Massachusets: Peter Smith, 1978. alle krijgsmachtdelen gelden, een aantal an- rusting, de taak of opdracht, de tijd en Schopenhauer, A. De kunst zichzelf aanzien te dere zal mogelijk verschillen. Een dergelijke ruimte op het gevechtsveld, en de verschaffen. Nijmegen: Sun, 2000. differentiatie doet recht aan het eigen karak- Verweij, D.E.M. ‘Moed: mythe of morele kwa- ter van de respectieve praxis: eenheid in ver- ander. Die ‘ander’ is nader onderver- liteit?’ in Militaire Spectator 169 (2000) (2) scheidenheid. deeld in mede-militairen, meerderen 83-86.

400 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 staf verdeeld over de Bestuursstaf (naar Romeinen in Tongeren moeilijk maakte, boven) en het nieuw te vormen operatio- alsook met Vercingetorix, de Gallische neel commando (naar beneden). Dit Com- hoofdman, die in de eerste uitgave van BOEKEN mando Landstrijdkrachten moest, net als Asterix de wapens overhandigt op de de commando’s van de Luchtmacht en de tenen van Julius Ceasar. bespreking Marine, buiten Den Haag worden gehuis- vest. Hiermee kwam een einde aan meer drs. J. F.LOOR – majoor KLU dan vijftig jaar aanwezigheid van de KL De Prinses Juliana Kazerne in de PJK.

De geschiedenis van een markant In de hoofdstukken gaat de brochure in op De binnenlandse veiligheids- bouwwerk een aantal meer ceremoniële taken die van- taken van de Nederlandse Door Joep van Hoof uit de PJK werden vervuld als visitekaartje krijgsmacht en Michael van der Zee van de KL, met een sterke verbondenheid Amsterdam (Boom) 2006 aan het Koninklijk Huis. Deze taken om- Door Michiel de Weger 84 blz. vatten het organiseren van gelegenheden Assen (Van Gorcum) 2006 ISBN 90 8506 345 0 met een hoog representatief karakter voor 379 blz. € 15,00 de minister van Defensie en met name ISBN 90 2324 163 0 zijn landmachtbevelhebber. Gasten zijn ge- € 35,00 Aan de rand van de Haagse wijk Clingen- weest leden van het Ko ninklijk Huis en dael staat een gebouw dat qua uiterlijk vooraanstaande buitenlandse politici, mede wat on-Nederlands aandoet. Dat laatste in het kader van NAVO-bijeenkomsten NOBLESSE OBLIGE hangt nauw samen met de oorspronkelijke waaronder éénmaal de NAVO-raad zelf. bestemming. Het complex werd namelijk Daarnaast vond vanuit de PJK de tweejaar- Het gebeurt helaas nog niet zo vaak dat in 1942 opgetrokken om dienst te doen als lijkse CPX-oefening plaats, een door de wetenschappelijk onderzoek over de Duitse Polizeikazerne. Na de bevrijding is NAVO geleide commandopost-oefening. nationale taken van de krijgsmacht het het gebouw officieel Prinses Juliana Ka - Ten slotte heeft het PJK ook gefungeerd levenslicht ziet. Na het proefschrift van zerne (PJK) gaan heten en is het van 1945 als representatief onderkomen voor de Ronald van der Wal1 is recent de disser - tot in 2005 het domein van de Koninklijke Gouverneur van de Residentie. tatie van Michiel de Weger verschenen: Landmacht geweest. De publicatie be- De binnenlandse veiligheidstaken van de schrijft het hele tijdsbeeld van de PJK Eén hoofdstuk is gewijd aan een bijzonder Nederlandse krijgsmacht (Van Gorcum, vanaf de besluitvorming over de bouw in onderwerp, namelijk de positie van de Assen 2006). Onder begeleiding van zijn 1941 tot heden. KMar. De KMar heeft van 1949 tot eind promotor, de Tilburgse hoogleraar Cyrille 1990 een eigen brigade Clingendael en tot Fijnaut, heeft De Weger zichzelf geen ge- De Koninklijke Landmacht had in de PJK 2003 een Post Clingendael gehad. Deze ringe opdracht gegeven: hij wil antwoord de Generale Staf gevestigd van 1945 tot waren ook in de PJK gehuisvest en ver- geven op de vraag wáárom de Nederland- 1972, waarna tot 1976 ‘tevens Bevelheb- vulden velerlei taken, alle gericht op de se krijgsmacht haar tegenwoordige bij- ber der Landstrijdkrachten’ aan de aandui- PJK. Kenmerkend voor de KMar-eenheid drage aan de binnenlandse veiligheid ding Generale Staf werd toegevoegd. In Clingendael waren de zeer hoge eisen die levert. dat jaar werd de matrixstructuur inge- op velerlei gebied werden gesteld aan het En het moet gezegd, De Weger heeft voerd en deed de aanduiding ‘Landmacht- personeel. Het moge duidelijk zijn dat enorm veel werk verzet. Zijn inspannin- staf’ haar intrede. Na het vallen van de hierin een vertaling te vinden was van het gen hebben een schat aan gegevens en in- Berlijnse Muur in 1989 ontstond de nood- visitekaartje dat de PJK zou moeten zijn. formatie opgeleverd die door niet afla- zaak om de staven van het ministerie tende noeste en creatieve arbeid aan de van Defensie te reorganiseren, zo ook de Ten slotte een tweetal aanvullende verha- vergetelheid van stof en archiefdozen ont- Landmachtstaf. In 1991 ontstond de KL- len uit het boek. In de eerste plaats over de trokken zijn. De vraag is natuurlijk wel staf met inbegrip van de Directie Opera- naam van de straat waaraan de PJK is ge- wat dit werk voor het antwoord op de cen- tiën waaronder het Situation Center dat legen, namelijk de Thérèse Schwartze trale vraag heeft opgeleverd. centraal stond (en staat) bij uitzendingen. straat. De naamgeefster leefde van 1851 tot 1918 en was portretschilderes, ook van Binnenlandse veiligheid? In 1996 werd het startsein gegeven voor het Koninklijk Huis. Het Joods Historisch De Weger heeft een overzichtelijke en de Landmachtstaf nieuwe stijl, die naast Museum heeft verschillende portretten goed toegankelijke studie geleverd. Nadat de BLS en zijn directe organisatie in de van haar in de collectie. Het tweede PJK bleven. Ten slotte werd in 2005 for- verhaal betreft het beeld van een Karo - meel de Bestuursstaf ingericht en vervie- lingische vorst (blz. 43). Dit vertoont veel 1 Wal, Ronald van der, Of geweld zal worden gebruikt! Militaire bijstand bij de hand- len de functies van Bevelhebber. Voor de overeenkomsten met het beeld van Am - having en herstel van de openbare orde KL werden de taken van de Landmacht- biorix, de Eburoon, die het in 54 v. C. de 1840-1920 (Hilversum, Verloren, 2003).

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 401 hij in de eerste hoofdstukken de pro- die ook door het Clingendael Centre of De selectie van de criteria en daarmee de bleemstelling en de afbakening omschrijft Strategic Studies en RAND Europe wor- selectie van de casussen vormen een en in grote lijnen de Nederlandse krijgs- den gebruikt, en die in de huidige beleids- kwetsbaar punt in het betoog van De macht schetst, behandelt hij verderop in stukken centraal staan.5 Definities overigens Weger. Hij kan, zoals hij ook zelf consta- het boek vijf casussen. Het eerste hoofd- die ook in de periode waarin De Weger teert, maar in beperkte mate terugvallen stuk bevat de aanleiding, de opzet en het zijn onderzoek uitvoerde beschikbaar op specifieke literatuur die de selectie on- doel van de studie. De studie is afge- waren.6 derbouwt. Waar het voor de hand ligt om bakend in tijd en plaats: vanaf 1945 tot in dat geval terug te vallen op generieke 20002 en alleen Nederland. Dit betekent De keuze voor de ‘politiewet’-definitie literatuur, om daarmee een theoretisch dat De Weger het Nederlandse optreden in heeft uiteraard verstrekkende gevolgen kader te bouwen, kiest de auteur voor een het toenmalige Nederlands-Indië, Suri- voor de keuze van de casussen die De subjectieve, bijna intuïtieve benadering.7 name en de Antillen niet beschouwt en, Weger onderzocht. Een bredere definitie Dit levert discutabele keuzes op, met wellicht belangrijker, ook de meeste re- had andere of extra casussen in beeld ge- name bij de criteria ‘omvang’ en ‘ge- cente ontwikkelingen rondom militair- bracht. Bewaking en beveiliging van het weldsniveau’. Qua omvang – gemeten civiele samenwerking niet heeft mee- luchtruim (inclusief het optreden tegen naar personele inzet – zijn er ook relatief ge nomen. Bovendien kiest De Weger voor renegades), airmarshals, ondersteuning kleine taken die toch als belangrijk mogen het klassieke veiligheidsbegrip en sluit hij van de bijzondere dienst KMar aan de gelden omdat het om cruciale veiligheids- buitengewone omstandigheden (bijvoor- AIVD, persoonsbeveiliging (inclusief taken gaat, zoals bijzondere bijstand of beeld op basis van het staatsnoodrecht) bijstand aan de Dienst Koninklijke en het optreden tegen renegades. uit. De laatste afbakening die De Weger Diplomatieke Beveiliging), de bewaking aanbrengt zit in de smalle en formele de- en beveiliging van civiele objecten, en de In dit deel van de dissertatie wreekt zich finitie die de auteur kiest voor het begrip leiding over de Kustwacht Nederland, om een ander probleem, dat ook op andere ‘binnenlandse veiligheidstaken’: een de- er maar eens een paar te noemen. plaatsen terug zal komen: een enigszins finitie die volledig gebaseerd is op artikel ingewijde lezer vallen onzorgvuldigheden 2 van de Politiewet 1993.3 De Weger on- Methode op, variërend van kleine verschrijvingen derkent op basis van deze afbakening vier Ook binnen de ‘smalle’ definitie moet en (zoals eskader in plaats van eskadron) tot veiligheidstaken:4 wil De Weger een keuze maken uit de onduidelijkheden (zoals over de ‘peil - a. strafrechtelijke handhaving van de twaalf taken die in de onderzoeksperiode datum’ van de organisatie van de Defen- rechtsorde (de daadwerkelijke voor - aan defensie zijn toegewezen. Om dit te sie). Dit laatste valt wellicht te verklaren koming, opsporing, beëindiging, ver- kunnen doen selecteert hij via de criteria doordat De Weger zijn onderzoek afsloot volging en berechting van strafbare omvang (aantal personen), zichtbaarheid ten tijde van de laatste grote organisa- feiten en de tenuitvoerlegging van be- en geweldsniveau de belangrijkste taken. tieverandering. Deze onzorgvuldigheden slissingen van rechters en het OM in Dat levert vijf casusposities op: doen afbreuk aan de kwaliteit van de dis- strafzaken); a. de oprichting van de Nationale Reserve; sertatie maar ook aan de lijn van het be- b. openbare orde handhaving (optreden b. de civiele taken van de EOD; toog. Zo gaat bijvoorbeeld het opvoeren tegen een verstoring van het ordelijk c. de oprichting van de bijzondere bij- van de bewaking van defensieterreinen – verloop van het gemeenschapsleven in standseenheden; wat de auteur overigens abusievelijk als de openbare ruimte, waarbij direct d. de politietaak op Schiphol; een KMar-taak presenteert – en militaire (dreigend) gevaar voor anderen bestaat e. mobiel vreemdelingentoezicht. brandbestrijding als nationale taak voorbij of de rechten van anderen direct (drei- gen te) worden aangetast); 2 Dit laatste is onduidelijk. Voor de beschrijving van de organisatie van Defensie hanteert De Weger c. taken ten dienste van justitie (uitvoe- namelijk de Defensienota 2000. ring van wettelijke vonnissen waarmee 3 Art. 2 Politiewet 1993: De politie heeft tot taak in ondergeschiktheid aan het bevoegde gezag en de minister van Justitie is belast etc.); in overeenstemming met de geldende rechtsregels te zorgen voor de daadwerkelijke handhaving d. hulpverlening (het verlenen van hulp van de rechtsorde en het verlenen van hulp aan hen die deze behoeven. aan hen die deze behoeven). 4 Ontleend aan Elzinga, D. J., Rest, P. H. S. van en Valk, J. de, Het Nederlandse politierecht, (Zwolle, W.E.J. Tjeenk Willink, 1995) blz. 38-44 en 156-158. 5 Respectievelijk: Clingendael Centre for Strategic Studies, Binnenlandse Veiligheid en Crisis - Het is de vraag of de afbakening die De beheersing; Coördinatie of commandovoering?, Den Haag CCSS 29 maart 2004; Clingendael Weger hanteert tot een definitie leidt die Centre for Strategic Studies, Nationale Veiligheid. Aanzet voor een departementale beleids - als theoretisch vertrekpunt voldoet. Dit verkenning, Wijk, Rob de, Toxopeus, Roos, et al,. Den Haag CCSS juni 2004; RAND Europe, Overheid en Nationale Veiligheid. Aanpassingen in strategie, structuur en beleid in 5 landen doet zich goed voelen wanneer de lezer (Eindrapport), Stephan de Speigeleire & Erik Frinking, conceptversie juli 2005, Kamerstukken II zich realiseert dat na 2001 het thema ‘bin- 2004-05, 29 800 X, nr. 84, Nota Defensie en Nationale Veiligheid; Kamerstukken II 2005-06, 30 nenlandse veiligheid’ inclusief de rol van 176, 30 300 X, nr. 106, Intensivering civiel militaire samenwerking (ICMS); en laatstelijk: de krijgsmacht daarin in een stroomver- Kamer stukken II 2006-07, 30 821, nr. 1, Nationale Veiligheid (Strategie). snelling is geraakt. Vervolgonderzoek zal 6 Brainich von Brainich Felth, E.T., Staatsnoodrecht, (Zwolle, W.E.J. Tjeenk Willink, 1993) en Brainich von Brainich Felth, E.T., Het systeem van crisisbeheersing; bevoegdheden en verplich- wellicht eerder aanhaken bij definities van tingen bij de voorbereiding op en het optreden tijdens crises, (Den Haag, Boom, 2004). binnenlandse (nationale?) veiligheid zoals 7 Zo worden de taken die in de onderzoeksperiode zijn afgestoten niet geanalyseerd (blz. 9).

402 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 aan de realiteit. Bewaken en brandbestrij- punt van algemene ontwikkeling is het plaats van op de politie voor de bewaking ding vinden plaats in het kader van de boek – hoewel wetenschappelijk en be- van ‘scheepvaartetablissementen’, en hoe bedrijfsbeveiliging en hebben primair een stuurskundig van aard – daarom een aan- de staats(kolen)mijnen een eigen mijn- interne organisatiedoelstelling, namelijk rader voor officieren (in opleiding). wacht van 1200 man op de been wilden het buiten houden van ongewenste in - brengen. Dit alles brengt De Weger tot dringers respectievelijk brandbestrijding Nationale Reserve de verklaring dat de Nationale Reserve op de defensieterreinen. Dat laat de moge- De oprichting van de Nationale Reserve is ontstond vanwege de behoefte van de lijkheid van bijstand aan civiele diensten de eerste casus die De Weger bespreekt. regering over extra capaciteit voor orde- onverlet. Ook bevat de dissertatie meer- De gedetailleerde beschrijving van de handhaving te kunnen beschikken zonder dere kleine juridische misvattingen.8 auteur neemt de lezer mee terug maar de terug te hoeven vallen op de vooroorlogse tijd van de communistische machtsover- rechtse vrijwilligersgroepen (de studen- Aan het einde van de (theoretische) analyse name in Tsjecho-Slowakije (1948) en het tenweerbaarheden uitgezonderd). Daar- over de binnenlandse veiligheidstaken besluit van de Nederlandse regering om naast werden de militairen voor de taken trekt De Weger interessante conclusies bij politie en krijgsmacht reservistenorga- geschikt geacht. (blz. 87). De krijgsmacht voert (1) perma- nisaties op te zetten. Het is in de 21e eeuw nent en (2) op alle deelterreinen (3) een moeilijk voor te stellen voor welke afwe- Explosievenopruiming grote variëteit aan binnenlandse veilig- gingen de regering toen stond of dacht te Sinds de Tweede Wereldoorlog ruimde de heidstaken uit, die (4) voor een groot deel staan. De Weger slaagt er in de druk die Hulpverleningsdienst (HVD) van het mi- verweven zijn met de andere defensie - toen ongetwijfeld gevoeld werd over te nisterie van Binnenlandse Zaken conven- taken (‘oorlogvoering’ en ‘crisisbeheer- tionele explosieven. De EOD deed dit op singsoperaties’). Alle taken hebben een militaire terreinen, maar was vooral be- juridische basis (5), en zijn redelijk stabiel doeld voor oorlogstijd. In de jaren zeven- (6). Hoewel de totale omvang onbekend is tig werd – na lang touwtrekken – besloten (7), is helder dat alle defensieonderdelen de HVD-taak op te nemen in de EOD. Het binnenlandse taken uitvoeren (8), waarbij ministerie van Binnenlandse Zaken wilde het zwaartepunt bij de KMar ligt (9). van de taak af en liet de HVD bewust Die laatste conclusie behoeft nuancering: leeglopen. Defensie meende niet over ge- ware De Weger van een andere definitie noeg EOD-personeel te beschikken om de uitgegaan, dan zou dit ongetwijfeld anders taak erbij te nemen en hield de boot af. zijn geweest. Voor deze taakoverheveling zouden op voorhand verschillende argumenten kun- Casusposities nen worden opgebracht. Allereerst: wat Met behulp van zes onderzoeksvragen is er überhaupt civiel aan explosieven, analyseert De Weger de besluitvorming het gaat hier immers om munitie/spring- over de vijf overgebleven casussen in suc- stoffen. Zo’n positie verandert de zaak cessievelijke hoofdstukken (4-8): aanzienlijk. Een tweede argument is het a. welke coalitievorming trad op; – overigens ook door De Weger zelf ge - b. hoe eenvoudig verliep het besluitvor- opperde – geweldscriterium: explosieven mingsproces; zijn per definitie zeer gewelddadig, over- c. waren er reële civiele alternatieven; stijgen hetgeen waarvoor ‘de politie opge- d. wat waren de belangrijkste argumen- leid is of opgeleid behoort te zijn’ en zul- ten; len om die redenen door de krijgsmacht e. hoe verhouden de verklaringen uit de brengen. Zo werden de destijds beschik- worden aangepakt (zie ook het citaat op verschillende bronnen zich tot elkaar; bare machtsmiddelen ontoereikend geacht f. en ten slotte: wat verklaart de genomen om een coup die men ook in Nederland beslissing? reëel achtte, te weerstaan. De fraaie cita- 8 Bijvoorbeeld: de minister van Justitie (al- leen) en niet Defensie (met Jusititie) beslist ten uit de naoorlogse beleidsstukken doen over de inzet van de BBE (blz. 58); bijstand De hoofdstukken waarin de casussen wor- aan als een spannend jongensboek over in het kader de Wet rampen en zware onge- den beschreven bieden een fraaie door - lang vervlogen tijden. vallen (WRZO) is een aparte categorie en snede van en inzicht in de (militaire) ge- past niet in de bijstandsconstructies van de Politiewet (blz. 36); op schepen en vlieg - schiedenis van Nederland na de Tweede Hoewel decennia verstreken zijn, bevat dit tuigen kan Nederland wel jurisdictie (rechts- Wereldoorlog. De Weger neemt de lezer hoofdstuk – net als de andere hoofdstuk- macht) hebben, maar dat maakt deze mee naar (lang) vergeten fenomenen als ken overigens – een keur aan prachtige in- objecten nog geen onderdeel van het NL Rijkspolitie, staatsmijnen, scheepswerven, kijkjes in het bureaupolitieke besluitvor- grondgebied (blz.7); de staat van beleg (blz. treinkapingen door Molukse jongeren, de mingsproces én in het historische erfgoed. 6) bestaat niet meer in het staatsnoodrecht; de KMar handhaaft niet het militaire tucht- oprichting van Schengen, de BB en de Bijvoorbeeld hoe de Marine liever ver- recht, dat doen tot-straffen-bevoegde com- Hulpverleningsdienst. Alleen al uit oog- trouwde op eigen reserve-eenheden in mandanten zelf (blz. 70).

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 403 blz. 139). De Weger ziet beide argumen- mij ongeacht de consequenties die een en wens om bepaalde taken van de Mare- ten niet als zodanig. Wel verklaart hij de ander voor de taken, het karakter en de chaussee te institutionaliseren en ten slotte overgang van de taak naar de EOD door kwaliteit van het korps mariniers heeft, de mentaliteit van de Marechaussee. Wat het effectiviteitscriterium en de beschik- dien te conformeren aan de gestelde uiteindelijk de doorslag heeft gegeven bare capaciteit bij de krijgsmacht. eisen’. In retrospectief is de uiteindelijke blijft onduidelijk. Wie de doorslag heeft beslissing van de minister van grote waar- gegeven is wel helder: het ministerie van Bijzondere bijstandseenheden de gebleken voor het Korps Mariniers: Justitie eiste de hoofdrol op. Daar waar in het geval van de explosie- anno 2007 heeft het (imago van het) venopruiming het geweldscriterium geen Korps Mariniers veel te danken aan de Mobiel toezicht vreemdelingen rol speelde of leek te spelen wordt het wel BBE-Mariniers.12 Ook de laatste casus betreft zoals gezegd als belangrijk argument opgevoerd om de de Marechaussee. Hier gaat het over de oprichting van de bijzondere bijstands- Marechaussee op Schiphol toewijzing van de taak om toezicht op eenheden te verklaren. Het komt er op De laatste twee casussen gaan over de na- vreemdelingen uit te voeren in het gebied neer dat zowel Justitie als Binnenlandse tionale taken van de Marechaussee. In de bij de zogeheten binnengrenzen van het Zaken de politie niet in staat achtte ter- eerste plaats reconstrueert De Weger de Schengengebied. Hoewel dit niet zo’n reurbestrijding te kunnen uitvoeren. Des- gang van zaken rond de overdracht van de trendbreuk is als in het geval van de taak- ondanks werd en is terrorisme, species algemene politiedienst en de beveiligings- overdracht op Schiphol, is ook dit een in- van het genus criminaliteit, een taak voor taken op Schiphol en de andere aan - teressant besluitvormingsproces, zo blijkt de politie, waarbij deze ondersteuning ge wezen burgerluchtvaartterreinen van de uit de beschrijving van De Weger. Het be- krijgt van de krijgsmacht. Dit principiële Rijkspolitie aan de Marechaussee. Hij trof een taak die, hoewel de Marechaussee uitgangspunt ligt – nog steeds – vast in de heeft de hand weten te leggen op een van oudsher met de grensbewaking was Terreurbrief van 1972.9 De minister van overweldigende hoeveelheid materiaal, belast, eerder aan de civiele politie dan Justitie bestreed toen de buiten de ‘Kamer die laat zien dat er (ook in dit geval) aan het Wapen toekwam. Binnenlands tot uitdrukking gebrachte opvatting dat nauwelijks kan worden gesproken over toezicht op vreemdelingen, waar hier for- het behandelen van situaties van gijzeling een eenduidige rationeel besluitvormings - meel en materieel sprake van is, is in het geen zaak is voor de politie, maar voor de proces. Sterker nog: de posities van de be- huidige politiebestel immers een civiele krijgsmacht’:10 ‘De politie [heeft] hier treffende actoren wisselden zo vaak dat de politietaak. wel tot taak […] werkzaam te zijn, zij het uitkomst van het besluitvormingsproces – en daarin is ook voorzien – met assisten- niet te voorspellen was. De drie meest be- Ook hier ontstond echter een window of tie van de krijgsmacht voor zover er ge- trokken departementen – Justitie, Binnen- opportunity waarvan de Marechaussee ge- vechtshandelingen moeten worden ver- landse Zaken en Defensie – speelden een bruik maakte. Zonder dat op dat moment richt waarvoor de politie niet is opgeleid ondoorzichtig spel met, maar ook tegen echt duidelijk was waarom de Marechaus- en ook niet opgeleid behoort te worden’.11 elkaar. see het geëigende orgaan was, ontstond binnen de leiding van de betrokken depar- Interessant is dat de KMar kennelijk de Dat gezegd hebbende is natuurlijk de tementen en ook in de regering een dyna- eerste optie is geweest. De Weger be- vraag hoe bijzonder dat is. De Weger miek die er toe leidde dat de taak in de schrijft dat de commandant van de Mare- lijkt zich oprecht te verbazen maar gaat richting van de Marechaussee rolde. Op- chaussee echter allerlei ‘complicaties’ en daarmee, ook in de wijze waarop hij nieuw blijkt uit het ruime bronnenmate- ‘bezwaren’ opwierp om onder die taak uit reflecteert op het besluitvormingsproces, riaal dat De Weger presenteert dat er nau- te komen (blz. 161). In hoeverre dit de voorbij aan bekende theoretische besluit- welijks kon worden gesproken van een daadwerkelijke bedoeling betrof, of dat vormingsconcepten zoals ‘the science rationeel proces. Niet omdat er geen argu- er wellicht zeer voorzichtig maar des- of muddling through’ van Lindblom13 en ondanks constructief werd meegedacht, ‘the garbage can’14 van Cohen, March en blijft onduidelijk. Olsen. Sterker nog: in politiek-bestuur - 9 Kamerstukken II 1972-73, 12 000 VI, nr. 11, lijke besluitvormingsprocessen is zelden Brief van de minister-president (Terreur- brief). Het is ook boeiend te lezen dat het Korps sprake van zuiver rationele processen. 10 Kamerstukken Handelingen II 1975-76, 12 Mariniers, dat uiteindelijk tegen wil en Uiteindelijk verklaart De Weger de taak- februari 1976, 2806-2859, Terreuracties, dank met de close combat taak werd be- overdracht door een negental (!) argumen- blz. 2843. last (BBE-Mariniers), deze taak langdurig ten: de behoefte van de regering aan 11 Ibid. Accent: PD&HL. en vergaand probeerde af te houden. De centrale aansturing van de politiedienst 12 Tegenwoordig Unit Interventie Mariniers geheten. Hoofdintendant Zeemacht typeerde de op Schiphol, financiële overwegingen, 13 Lindblom Charles, ‘The Science of Mud- taak als een politietaak, en de comman- de wens om het aantal politiediensten op dling Through’, in: Public Administration dant van het korps meldde in een brief aan Schiphol terug te brengen, het goede Review 19 (1959), blz. 79-88. de minister dat het werk ‘buiten het nor- imago van de Marechaussee, de synergie 14 Cohen, Michael D., James G. March, Johan P. Olsen, ‘A Garbage Can Model of Organi- male werkterrein’ lag en voor tweespalt tussen taken, het instandhouden van een zational Choice’, in: Administrative Science binnen het korps zou zorgen. Hij vraagt minimale sterkte van de Marechaussee, de Quarterly 17 (1972) (1, March), blz. 1-25 de minister ‘mij te willen meedelen of ik slechte prestaties van de Rijkspolitie, de (met name blz. 1-3 en 9-13).

404 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 menten voorhanden waren, maar omdat Stoic Warriors leven. Verzet tegen het lot leidt tot een deze geen doorslaggevende rol hebben ge- slecht leven. speeld bij het uiteindelijke besluit. ‘The ancient philosophy behind the military mind’ In haar boek betoogt Sherman dat deze Ten slotte Door Nancy Sherman stoïcijnse opvatting in vele opzichten Bij lezing van het proefschrift kan de lezer Oxford University Press, 2005 waardevol is voor de moderne militair: niet anders dan onder de indruk zijn van 256 blz. the stoic warrior. In het eerste hoofdstuk de arbeid die De Weger heeft verricht en ISBN 97 80191 521 66 introduceert ze de hoofdlijnen van het de hoeveelheid informatie die dit heeft op- € 14,63 (paperback) stoïcisme, naar moderne begrippen ver- geleverd. Desondanks is bij een aantal taald. Het gaat over beheersing en autono- (deel)conclusies de koppeling tussen die Nancy Sherman is hoogleraar filosofie mie. Onze autonomie wordt ondermijnd conclusies en het empirisch materiaal dat aan de universiteit van Georgetown en als we onze ervaring daarvan laten af - De Weger daarvoor presenteert niet altijd zij heeft onder meer ethiek gedoceerd aan hangen van externe factoren. Wat we aan even goed te volgen. Deels kan dit ver- de marineacademie in Annapolis. Ik ver- externe factoren niet kunnen beheersen, klaard worden uit de gedachtesprongen moed dat de inhoud van haar colleges in moet ons ook niet kunnen beïnvloeden. die De Weger soms maakt en deels doet Annapolis de grondslag heeft gevormd Emoties zijn van die zaken die naar zich hier het gebrek aan een sterk theore- voor haar boek. Het beschrijft een aantal stoïcijnse opvatting van buiten komen en tisch fundament gelden. Want hoewel de aspecten van ethisch juist handelen voor ons dus niet zouden moeten beheersen. auteur een poging daartoe doet, mist de militairen en zij spiegelt dat aan de klas- We moeten daarvan afstand nemen, want lezer een sterk theoretisch kader, bijvoor- sieke filosofie van de Stoa. emoties scheppen veelal een vertekend beeld een (verklarende) besluitvormings- beeld; er is dan sprake van chaos in de theorie uit de politicologie of de bestuurs- Het boek is er duidelijk op gericht om perceptie. kunde, waaraan de empirie die De Weger handvatten te bieden voor de persoonlijke uitputtend beschrijft kan worden getoetst. ethische vorming en de noodzaak van een In haar tweede hoofdstuk werkt ze dit Zo’n (verklarend) theoretisch kader – bij- dergelijke vorming voor militairen in het thema verder uit ten aanzien van de aspec- voorbeeld in de vorm van Muddling algemeen en officieren in het bijzonder. In ten lichaam en geest. Een gehard lichaam Through of Garbage Can had zijn conclu- haar boek staat zij uitgebreid stil bij de helpt de autonomie in stand te houden: sies toetsbaar gemaakt, waar nu vooral ontsporingen die kunnen ontstaan als een we zijn minder ontvankelijk voor invloe- sprake kan zijn van beschrijvingen. dergelijke ethische vorming onvoldoende den van buiten. Bovendien vergt harding plaatsvindt. In dat verband wordt onder discipline en deze discipline komt ons De Weger heeft met deze dissertatie een meer aandacht geschonken aan de affaire ook in bredere zin van pas. We scheppen buitengewoon belangrijk deel van de My Lai ten tijde van de oorlog in Vietnam. hierdoor afstandelijkheid zonder dat we geschiedenis van de Nederlandse krijgs- Maar ook ontsporingen van meer recente afstand nemen van ons lichaam, want vol- macht blootgelegd. Daarnaast geeft hij datum, zoals in de Abu Ghraib-gevangenis gens de stoïcijnen ligt geluk besloten in ook een kijkje achter de schermen van po- in Irak, komen aan de orde. ons zelf, en tevredenheid met ons lichaam litieke en (hoog)ambtelijke besluitvor- draagt dan ook bij aan ons algehele geluk. ming. Hoewel het werk zich voor wat dit De Stoa is een filosofische stroming uit laatste betreft niet kan meten met een de periode die wordt aangeduid als het In het derde hoofdstuk gaat het over standaardwerk als Essence of Decision Hellenisme, te weten de expansie van de manieren en moraliteit. Het (behoud van) van Allison en Zelikow, dat handelt over Griekse cultuur, die samenvalt met de ex- decorum van de mens wordt als een be- de besluitvorming tijdens de Cubaanse pansie van het Griekse rijk van Alexander langrijke deugd gezien. Decorum draagt raketcrisis, vormen de beschrijvingen van de Grote. De ethica van de stoïcijnen is bij aan het scheppen van afstand, waar- de besluitvorming rondom de nationale gebaseerd op het leven volgens de natuur, door emotionele reacties worden verme- taken buitengewoon interessante kost voor dat wil zeggen in overeenstemming met den. Decorum vormt onmiskenbaar een (aspirant) politicologen en bestuurskun - de goddelijke wil. Volgens de stoïcijnen be langrijk element van het militaire leven. digen, zowel uit de wetenschap als in de heeft alles een oorzaak en bestaat toeval Door je goed te presenteren en dat de- bestuurspraktijk. Een volgende editie ver- niet. God is bovendien goed. corum in stand te houden, gaat die presen- dient het echter wel om met de stofkam te tatie uiteindelijk verder dan uiterlijk ver- worden nageplozen. Want noblesse oblige: Als we chaos en wanorde waarnemen, toon. De wens tot correctheid gaat deel het omvangrijke bronnenonderzoek en de komt dat doordat we geen zicht hebben uitmaken van je persoonlijkheid en wordt vele interviews verdienen een tot in de op het geheel dat volkomen goed en ge- tot richtsnoer voor (correct) handelen: details nauwkeurig decor. ordend is Dit houdt in dat de uitkomst van being good is sometimes a matter of ons handelen vaststaat, maar dat wij onze looking good. mr. drs. P.A.L. DUCHEINE – eigen morele keuzes maken! Vrijheid ont- luitenant-kolonel MJD staat door het inzicht in de noodzakelijk- De roes van het geweld komt in hoofdstuk drs. J.A.J. LEIJTENS – heid van de natuurlijke loop der dingen. Je vier aan de orde. Het uitoefenen van ge- luitenant-kolonel KMAR schikken naar je lot leidt tot een goed weld heeft het risico in zich te worden

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 405 overweldigd door de daarmee samenhan- Het boek van Nancy Sherman leest vlot. Een klein aantal jachtvliegers vergaarde gende emoties: woede, wraakzucht en Ook de vele voorbeelden bevorderen wel enige roem en aanzien doordat ze er bloeddorst. Ook in dit hoofdstuk wordt de leesbaarheid. De boodschap die ze tijdens hun carrière in slaagden een groot benadrukt dat toegeven aan deze emoties uitdraagt is actueel. Het betreft ethische aantal vijandelijke vliegtuigen neer te en verlies aan zelfbeheersing een neder- vorming als noodzakelijk element om in schieten. Lukte het een vlieger om meer laag vormt ten aanzien van de eigen per- het postmoderne conflict (mijn term) dan vijf luchtgevechten te winnen, dan soon. Daarmee wordt niet ontkend dat verantwoord te kunnen blijven handelen. kon hij zich een (lucht)aas noemen. De woede en verontwaardiging nuttige emo- Ondanks de sterk Amerikaanse benade- Franse luchtstrijdkrachten hadden deze ties zijn, maar pas nadat hierop enige ring is dit boek dan ook voor Nederlandse term (as, dat letterlijk vertaald kan wor- reflectie heeft plaatsgevonden. De emotie militairen nuttige lectuur. Gelet op de vor- den als uitblinker of vedette) tijdens de wordt daarmee ‘objectief’ en beheersbaar. mende notie van dit boek is het met name Eerste Wereldoorlog geïntroduceerd en Gelijkmatigheid is weliswaar een deugd, van belang voor militairen die op mili - weldra hadden de andere strijdende partij- maar dat mag niet leiden tot onverschillig- taire opleidingsinstituten zijn belast met en hem overgenomen. De Britten noem- heid. In dit verband wordt ook het nut van de vorming van onze jeugdige collega’s. den hun elitejachtvliegers aces, de Duit- ‘oefenboosheid’ onderstreept, zijnde een Daarnaast is het boek interessante lectuur sers hadden het over Asse of Experten. nuttige uiting van emotie die volstrekt voor eenieder die geïnteresseerd is in de beheerst plaatsvindt. ethische grondslagen voor ons militair Bart Funnekotter heeft in zijn boek ACE. handelen. De grootste jachtvliegers van de Tweede Hoofdstuk vijf gaat over angst en weer- Wereldoorlog het leven en de carrière van baarheid. Angst betreft volgens de stoïcij- P.H. DE VRIES – brigade-generaal b.d. vijftien van deze azen – vijf Duitsers, drie nen een verkeerde interpretatie van de der cavalerie Britten, drie Amerikanen, een Canadees, werkelijkheid. De objectieve appreciatie een Zuid-Afrikaan, een Rus en een Japan- is die van voorzichtigheid; de subjectieve ner – vastgelegd in compacte, goed ge- reactie is angst. Een kalme voorzichtig- schreven hoofdstukken. Een Nederlandse heid doet angst overwinnen. Kalmte en ACE vlieger kon in ACE niet worden opge- weloverwogen handelen, scheppen ook de nomen: de hoogst scorende landgenoot, noodzakelijke weerbaarheid. De grootste jachtvliegers nachtjager Chris Vlotman, kwam tijdens van de Tweede Wereldoorlog zijn loopbaan bij de RAF niet verder dan Treur en rouw is het onderwerp van Door Bart Funnekotter vier luchtoverwinningen. hoofdstuk zes. De stoïcijn kent treurnis en Soesterberg (Uitgeverij Aspekt) 2006 verdriet, maar in zijn uiting daarvan zal 427 blz. Uit het boek blijkt dat tijdens de jeugd en hij altijd zijn decorum in stand willen ISBN 90 5911 351 9 de vliegeropleiding nauwelijks viel in te houden. De stoïcijn verwerpt emotionele € 24,95 schatten of in een jongeman een toe - uitbarstingen van verdriet. Het gaat om komstige luchtaas schuilde. De in Funne- treuren met behoud van autonomie, dus Al sinds de Eerste Wereldoorlog, en zeker kotters boek beschreven vliegers waren zonder verlies van zelfbeheersing. na de Tweede Wereldoorlog, spreekt de afkomstig uit zeer verschillende milieus. professie van jachtvlieger tot de verbeel- Ook waren lang niet alle van de beschre- Het zevende en laatste hoofdstuk gaat ding bij het grote publiek. Tijdens de ven vliegers tijdens hun opleiding ‘hoog- over zelfreflectie in stoïcijns perspectief. Slag om Engeland in de zomer van 1940 vliegers’. Vaak etaleerde de bewuste vlie- De stoïcijn is gericht op zich zelf, op het verwierven de vliegers van RAF Fighter ger pas aan het front – en soms ook daar onder controle houden van zijn emoties, Command bijkans een heldenstatus, niet pas na enige tijd – zijn bovengemiddelde en het instandhouden van zijn decorum. in de laatste plaats door de Britse premier capaciteiten. De stoïcijn wil daarmee leven in over- Churchill die ‘zijn’ jachtvliegers in zijn eenstemming met de natuur, de godde - speeches onder meer vergeleek met de Keuze lijke wil. Dat betekent onder meer dat de ridders van de ronde tafel en kruisvaar- Terecht heeft de schrijver bewust niet ge- stoïcijn zich ervan bewust is deel uit te ders. De RAF-vliegers die hebben deel- kozen voor de vijftien hoogst scorende maken van die natuur, van het geheel. genomen aan de luchtslagen boven Zuid- jachtvliegers van de Tweede Wereldoor- Het respect dat hij voor zichzelf heeft Engeland in de zomermaanden van 1940 log. Een dergelijke opzet zou een een - strekt zich dus ook uit tot de wereld om worden vaak aangeduid als the few. Het zijdig boek hebben opgeleverd. Het zou hem heen. Het is aan zijn betrokkenheid aantal vliegers dat het in deze periode in alleen over Luftwaffe-vliegers zijn gegaan in het geheel dat hij zijn zorg voor het een Spitfire of Hurricane opnam tegen de die hoofdzakelijk aan het Oostfront eigen juiste handelen ontleent. Zijn Luftwaffe, was echter niet zo gering. Tus- hebben geopereerd. Om dit probleem te weloverwogen handelen geldt niet alleen sen 10 juli en 31 oktober 1940 vlogen niet omzeilen heeft Funnekotter, redacteur bij zichzelf, maar ook de omgang met ande- minder dan 2.927 piloten van Fighter NRC Handelsblad, zijn boek geografisch ren, onder wie zijn vijanden. Medemen- Command minstens één operationele mis- opgedeeld, waarbij hij aandacht besteedt selijkheid is een belangrijke stoïcijnse sie tegen de vijand. De meesten van hen aan luchtazen die actief zijn geweest in deugd. zouden nooit de anonimiteit ontstijgen. West-Europa, aan het Oostfront, in het

406 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 Middellandse Zeegebied en in Zuidoost- derlijke schutter, zou uiteindelijk 52 lucht- se vlieger nam onder meer deel aan de Azië. Aan de hand van de biografieën van overwinningen boeken alvorens hij op 20 verovering van de Filippijnen en Neder- enkele fameuze jachtvliegers probeert hij april 1941, ziek en oververmoeid, zelf het lands-Indië, waarbij hij boven Borneo zo een beeld te schetsen van het luchtfront slachtoffer werd van vijandelijke kogels. afzag van het neerschieten van een DC-3 in deze verschillende oorlogstheaters. nadat hij had opgemerkt dat deze vol zat Rusland en Japan met Nederlandse burgerpassagiers. Zijn Voor het Westfront, het eerste boekdeel, Op de Duitse markt zijn tientallen boeken loopbaan verliep op rolletjes totdat hij na bijvoorbeeld, doet hij dit met de beschrij- verschenen over het optreden van Luft- inmiddels zestig luchtoverwinningen, op ving van de carrières van Adolf Galland, waffe-vliegers boven het Oostfront. Over 7 augustus 1942 in een luchtgevecht met Douglas Bader, Robert Stanford Tuck, de luchtmacht van het Rode Leger is veel een Amerikaanse Dauntless-bommenwer- John Cunningham en Hans Schnaufer minder gepubliceerd. Met zijn verhaal per boven Guadalcanal in het hoofd werd en Francis Gabreski. Het eerst- getroffen en aan één oog blind raak- genoemde drietal was actief tijdens te. Desondanks kwam hij in 1944 de Slag om Engeland en tijdens de als gevolg van de slechte oorlogs - eerste offensieve luchtoperaties toestand waarin Japan zich bevond, van Fighter Command naar het weer in actie. Dit was geen succes. vasteland van Europa in 1941. De Met ‘kunst en vliegwerk’ wist hij zijn hoofdstukken over Cunningham en huid te redden. De Japanner over- Schnaufer geven inzicht in de nach- leefde de oorlog als instructeur en telijke luchtoorlog, terwijl Gabreski testvlieger. de Amerikaanse deelname aan de luchtoorlog boven Europa represen- Subtoppers teert. Bart Funnekotter is er met ACE in geslaagd een lezenswaardig en soms Hoewel stuk voor stuk uitstekende boeiend boek te schrijven voor een verhalen, is het jammer dat Funne- breed publiek dat is geïnteresseerd in kotter voor de verschillende boekde- de loopbaan van een aantal van de len doorgaans heeft gekozen voor meest succesvolle jachtvliegers tij- zeer bekende oorlogsvliegers. Van dens de Tweede Wereldoorlog. Het de meerderheid zijn inmiddels uitge- leent zich uitstekend voor op het breide (auto)biografieën verschenen. nachtkastje: iedere avond kan voor Een nog al opvallende verschijning het slapen gaan met gemak een jacht- in het boek is de Duitse Stuka- vlieger worden ‘verorberd’. De pu- vlieger Hans Ullrich Rudel. Volgens blicatie geeft bovendien een aardig Funnekotter kan hij op zijn werk- inzicht in de soms totaal verschillen- terrein – het uitvoeren van duikbom- de omstandigheden waaronder jacht- bardementen en uitschakelen van vliegers in de verschillende oorlogs- (vooral) tanks – eveneens tot de azen theaters leefden en opereerden. worden gerekend en mag hij daarom niet ontbreken in het boek. Omdat Mijn grootste bezwaar is dat Funne- ook over Rudel, een notoire nazi, kotter, op enkele uitzonderingen na, inmiddels het nodige is gepubliceerd, was over Held van de Sovjet-Unie Aleksandr reeds bekende verhalen vertelt. Dat blijkt het wellicht aardiger geweest om bijvoor- Pokrysjkin is Funnekotter erin geslaagd uit de gebruikte bronnen. ACE stoelt vrij- beeld een Finse luchtaas als Ilmari Juuti- die kant van het verhaal eens wat meer te wel uitsluitend op secundaire literatuur. lainen in het boek op te nemen. Juutilainen belichten. Dat in de strakke, centraal ge- Niettemin heeft Funnekotter met dit boek was erg succesvol in de oorlog met de leide luchtmacht van het Rode Leger geen aangetoond dat hij een vaardig schrijver Sojet-Unie en boekte in totaal 94 over- ruimte bestond voor eigen initiatief, blijkt is. Wellicht kan hij nu zijn tanden eens winningen. duidelijk uit de loopbaan van Pokrysjkin. zetten in de carrières van een aantal ‘sub- Zijn pogingen om nieuwe gevechtstactie- toppers’, luchtazen net onder het niveau De waarde van het boek zit vooral in de ken in te voeren kostten hem bijna de kop. van de crème de la crème. Het schrijven hoofdstukken over drie wat minder be - van een dergelijk boek zal ongetwijfeld kende luchtazen. De eerste, Marmaduke In de Japanse Keizerlijke Marinelucht- meer onderzoekstijd vergen, maar wel een Thomas St. John Pattle, maakte furore met macht was de situatie niet veel beter. Dit belangrijkere bijdrage leveren aan onze de verouderde Gloster Gladiator twee - komt naar voren in het verhaal over Sa- kennis over de geschiedenis van de mili- dekker en later de Hawker Hurricane buro Sakai, die veel minder privileges en taire luchtvaart. boven het Griekse schiereiland in het vroe- vrijheden genoot dan zijn geallieerde en ge voorjaar van 1941. Pattle, een uitzon- Duitse collega’s in het westen. De Japan- drs. P.E. VA N L O O – NIMH

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 407 Mist

L. Polman*

Na jaren van traineren De vrees van organisaties als Am- de grootste en meest geldverslin- nesty International begrijp ik best. dende vluchtelingenstromen op en debatteren is eindelijk Sinds 2003 zijn zeventien VN-re- aarde; Sudan spant in dat Afri- soluties vanuit New York over kaanse gezelschap de kroon. Toch de resolutie van de VN- Sudan uitgeroepen; alle zeventien dragen Afrikaanse landen zo werden door het Sudanese regime goed als niets bij aan het jaarbud- Veiligheidsraad over schaamteloos genegeerd. Sudan get waarmee de VN-vluchtelin- een vredesmissie voor heeft olie en uit olie vloeit zelfver- genorganisatie UNHCR al die trouwen voort. stakkers moet zien op te vangen (9 Darfur aangenomen. miljard dollar). De massamoorden in Darfur zijn Mensenrechten- natuurlijk een schande en iedere De Afrikaanse Unie doneerde dit dode in Darfur is er één te veel, jaar 350.000 dollar aan de organisaties zijn boven- maar toch vind ik dat we de UNHCR. Met z’n allen doneerden op de mooie ontwik- 20.000 blauwhelmen niet over- de Afrikaanse landen dus onge- haast naar Darfur toe zouden veer net zoveel als Liechtenstein in keling gesprongen met moeten jakkeren. De VN-soldaten z’n eentje (333.628 dollar). Het krijgen het gebruikelijke VN-man- lieve kleine Benin gooide nog eens hartgrondige oproepen daatje-van-niks mee, dus ze zullen 5.000 dollar extra in de UNHCR- er tóch weinig kunnen uitrichten, pot en Ghana deed er 10.000 bij. aan de internationale en bovendien is de etnische zuive- Maar daar hield de Afrikaanse gemeenschap om de ring in Darfur al voltooid, zegt ook belangstelling voor de eigen de VN. vluchtelingen zo ongeveer wel op. 20.000 blauwhelmen Megadonoren als de VS (dat jaar- Een paar weken van contemplatie lijks ruim 223 miljoen dollar aan die bij de resolutie horen over de Darfur-missie kunnen er de UNHCR doneert), Zweden heus wel bij. Vooral het doorreke- (ruim 80 miljoen) en Nederland zo snel mogelijk aan nen van de zaak kan de gedach- (bijna 70 miljoen) moeten het de Sudanese grond te ten helpen ordenen. We pakken budget opbrengen. de zakjapanner er even bij. Afri- zetten, voordat het kaanse regeringen veroorzaken Sudan doneert om precies te zijn nul dollar aan de UNHCR, maar Sudanese regime zich zadelt de organisatie wel op met in * Mw. L. Polman is freelance journalist en auteur van ’k Zag twee beren, over de totaal 2,2 miljoen vluchtelingen. over de missie bedenkt. ‘achterkant’ van de VN-vredesmissies. Maken we onze blik nu even los

408 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 van de vieze, overbevolkte vluchte- ring aan Chinese FN-6 raketwer- lingenkampen in Darfur en kijken pers en Russische gevechtsheli- we naar de Sudanese hoofdstad kopters. Waaraan precies de mil- Khartoum, dan zien we dat daar joenen hulpdollars opgaan die nu schitterende bruggen worden ge- het land binnenstromen zou ook bouwd en kantoorflats uit de eens moeten worden onderzocht. grond worden gestampt. Langs De fondsen zijn bestemd voor de opnieuw geasfalteerde boulevards wederopbouw van Zuid-Sudan, zien we in talloze super- en hyper- en straks van Darfur, maar intus- markten jonge, rijke Sudanezen sen knallen de verkoopcijfers van met designerscheuren in hun BMW´s van 160.000 dollar per jeans, op hippe gympen een keuze stuk en van plasma-tv´s door de maken uit veertien verschillende Khartoumse plafonds. merken wc-verfrisser en uit het as- Het nieuwste hebbeding in de sortiment geïmporteerde diepvries- hoofdstad zijn outdoor aircosys- lekkernijen. Sudans economie temen, met name gewild bij Khar- bloeit, ondanks een westers em- toumse café- en restauranthou- bargo dat van kracht werd toen ders. Terwijl het overal elders in het moorden in Darfur begon. de stad 45 graden is, hullen de China, Maleisië en India deden ingenieuze luchtkoelingsappara- aan het embargo niet mee. Hun in- ten klanten op de buitenterrassen vesteringen in Sudan schoten ge- in koele, romantische mistflarden. durende de boycotjaren omhoog van 128 miljoen dollar in 2000, De VN-vredesmissie voor Darfur naar 2,3 miljard vorig jaar. gaat in het eerste jaar alleen al 2 miljard dollar kosten. Waarom Dankzij die investeringen kan de zouden westerse donoren dat alle- Sudanese regering thans 512.000 maal betalen, als kilometers ver- vaten olie per dag omhoog pom- derop het regime dat de missie pen; een druppeltje vergeleken bij noodzakelijk maakte, op koele de productie van bijvoorbeeld mistige Khartoumse terrassen, hot- Saudi-Arabië, maar genoeg voor dogs, ijsjes en Pringles zit te eten? dagelijkse staatsinkomsten van pak- Eerst een antwoord daarop en weg 1 miljoen dollar. Meer dan 70 dan pas die blauwhelmen sturen,

procent daarvan besteedt de rege- toch? Bericht uit Afrika

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 409 Defensie presenteert zich graag als een lerende organisatie Gevaarlijkmaar heeft loyaal in de praktijk problemen om de principes van dr. M.F.J. Houben – majoor der mariniers* de lerende or ganisatie duurzaam in haar T Defensie presenteert zich graag als een leren- de rug toe te keren en voortaan de auto te bedrijfsvoeringde organisatie maar heeft inte de praktijk implementeren. pro- nemen. Dit is de ‘exit’-optie. De klant Aan-vertrekt blemen om de principes van de lerende en de treinmaatschappij hoort en ziet hem of or ganisatie duurzaam in haar bedrijfsvoering haar niet meer terug. bevelingente implementeren. van Aanbevelingen externe van externe commissies en

H commissies en parlementaire enquêtes raken De tweede mogelijkheid is dat de ontevreden de defensieorganisatie in de regel als moker- klant gaat klagen bij de organisatie en eist dat parlementaireslagen en dwingen tot verandering. enquêtes het bedrijfraken de geleverde de service verbetert.defen- Dit is de ‘stem’-optie, de ontevreden klant verheft Veel lastiger is het voor Defensie om te rea- zijn stem, protesteert en eist dat er wordt ge- sieorganisatiegeren op prikkels om te inveranderen de van bin-regelluisterd, dat alshij wordt gehoord.mokersla- C nenuit. Waarom is dat? Wat is hier aan de gen enhand? Indwingen dit stukje construeer ik een verklaringtot verandering.De derde optie is dat de werknemer ofVeel klant waarom de defensieorganisatie zo’n moeite zijn mond houdt en loyaal aan het bedrijf I heeft om zich de principes van een lerende blijft. Hij of zij verbijt zijn ongenoegen en lastigerorganisatie is eigenhet te maken. voor Defensieaccepteert de verminderde om service te van dere- spoorwegmaatschappij. Dit is de ‘loyaliteits’- WANNEER LEREN ORGANISATIES? optie. Dit kan het gevolg zijn van schroom aan agerenEen op goede aanwijzing prikkels voor een antwoord om vind tede zijde veranderen van de klant of vanwege het simpele van ik in het werk van Albert Hirschman, een be- feit dat een loket om de klacht neer te leggen, kend Amerikaans econoom. Professor Hirsch- ontbreekt. binnenuit.W man heeft in Waaromde baanbrekende studie Exit,is In dat?sommige gevallen Wat is de exit-optie is niethier be- Voice and Loyalty de verhouding tussen werk- schikbaar, zoals voor mensen die geen eigen nemer en organisatie, klant en bedrijf of bur- auto hebben in het treinvoorbeeld. Zij zijn aan deger enhand? staat beschreven. 1InZijn uitgangspuntdit stukje is aangewezen construeerop het openbaar vervoer en kun- ik dat mensen en organisaties leren op basis van nen niet anders dan hun stem te verheffen óf een verklaringfeedback. Feedback is in essentiewaarom een prikkel, zich de te schikken defensieorga- in de povere kwaliteit van de een signaal dat waardevolle informatie (plus of dienstverlening. min) bevat omtrent een stand van zaken. Deze nisatieprikkels zo’n kunnen uit demoeite organisatie zelf komen heeftHet is volgens omHirschman juistzich de stem-optie de (intern) of van buitenaf (extern). die voor een bedrijf, organisatie of staat zo verschrikkelijk belangrijk is. Een klacht is im- principesVolgens Hirschman van kan de relatieeen tussen klantlerendemers een prikkel, eenorganisatie signaal of stuurimpuls en bedrijf, wat feedback betreft, drie basisvor- om te veranderen. Zonder klachten zou de men aannemen: ‘exit’, ‘stem’ en ‘loyaliteit’. spoorwegmaatschappij haar service niet kun- eigen Hijte illustreert maken. deze drie vormen aanEen de hand goedenen verbeteren, zouaanwijzing zij niet van haar fouten van een ontevreden klant van een spoorweg- kunnen leren. maatschappij. Iemand die niet tevreden is met voor eende geleverde antwoord service op het spoor kan drie din-vindDit principe ik geldtin volgens het Hirschman werk voor gen doen: hij of zij kan besluiten om de trein iedere organisatie. Het leerproces van een orga- nisatie draait om feedback. Het geheim van het van Albert* Op deze plaats vindt u Hirschman,afwisselend een bijdrage van succes van eeneen lerende organisatie bekend is de organi- kolonel (KL) Frans Matser en majoor mariniers Marc satie van de feedback. Sommige organisaties Houben. hebben geluk: zij beschikken over een mono- Amerikaans1 Albert O. Hirschman econoom. (1970) Exit, Voice, and Loyalty: Professor Hirsch- Responses to Decline in Firms, Organizations, and States, poliepositie en krijgen, bij de gratie van het ont- Cambridge, MA: Harvard University Press. breken van een alternatief, voldoende feedback. man TEGEN heeftin de baanbrekende studie Exit,

410 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 DefensieDit verklaart volgens Hirschmanpresenteert ook waarom soneel blijftzich slechts enkele graag jaren bij Defensie. als een de markt voor publiek transport, energievoor- In dat geval doen we veel zaken inderdaad ziening en zorgverlening vooral niet moet iedere vier jaar ‘voor het eerst’ en blijven dat lerendeworden geliberaliseerd: organisatie als er alternatieven doen. Ditmaar betekent dat hetheeft voor de defensie- in de zijn voor de bestaande overheidsmonopolies organisatie in de toekomst nog veel moeilijker praktijkin deze sectoren problemenverdwijnt de stem-optie uit wordt om dan het devandaag principesal is om de principes TEGEN van beeld en zakt de kwaliteit van die organisaties van de lerende organisatie adequaat in haar al snel door de grond, met als reëel gevaar het bedrijfsvoering te borgen. defailliet lerende van het gehele bedrijf. or Omdat ganisatie er een duurzaam in haar alternatief voorhanden is, hoeven ontevreden Defensie bevindt zich dus in een dilemma. klanten hun stem niet te verheffen. Voor orga- Enerzijds de ambitie van de organisatie om te bedrijfsvoeringnisaties waar een alternatief voorhanden te is, is implementeren.leren van de gemaakte fouten, anderzijds om Aan- het cruciaal om de organisatie van de feed- de organisatie te verjongen. Omdat de rotatie back goed te organiseren. van personeel omhoog gaat, en we nood - bevelingen van externegedwongen meer commissiesmoeten opleiden, doen en DEFENSIE ALS LERENDE ORGANISATIE meer mensen vaker zaken ‘voor het eerst’. En Gaan we terug naar het begin van het verhaal: omdat de exit-optie gemakkelijker is, is het parlementaireDefensie zou geen lerende organisatie enquêtes zijn. aannemelijk dat rakende organisatie van de de feed- defen- Dit kan veroorzaakt worden doordat defensie- back vanaf de werkvloer moeilijker wordt. De medewerkers weinig gebruik maken van de prijs van de verjonging van de krijgsmacht lijkt sieorganisatiestem-optie of dat Defensie de feedback in nietdete zijn regel dat het streven naarals een lerendemokersla- orga- goed geregeld zou hebben. Nu is het zo dat de nisatie wordt bemoeilijkt. gencategorie en externe prikkelsdwingen in de afgelopen tien tot verandering. Veel jaar sterk is toegenomen. Parlementaire en- LOYALITEIT EN LEERVERMOGEN quêtes (Srebrenica), commissies (Staal, Frans- En dat is tegelijkertijd ook de paradox. ‘Exit’ lastigersen), externe onderzoeken is het (Algemene voor Reken- en ‘stem’Defensie beïnvloeden elkaar op eenom unieke en te re- kamer) hebben voldoende aanwijzingen en soms onverwachte wijze. Door een grotere stuurimpulsen voor de organisatie geleverd mogelijkheid voor feedback en kritiek te agerenom bestaande oppraktijken prikkels aan te passen en te omgeven kan tehet gebruik veranderen van de exit-optie wor- van verbeteren. den gereduceerd. Anderzijds leidt het smoren

van ontevredenheid tot een toenemende druk W binnenuit.Het genereren van en reagerenWaarom op interne op de isleden vandat? de organisatie Wat om hun onte- is hier prikkels is evenwel een geheel ander verhaal. vredenheid tot uitdrukking te brengen op de Een gedeeltelijke verklaring kan worden ge- enige manier die hen nog rest: de organisatie aanvonden de in de matehand? van loyaliteit van In het eigen ditte verlaten. stukje construeer ik personeel. Defensiemedewerkers zijn niet eengewoon verklaring loyaal, wat voor de bedrijfsvoering waarom Hirschman toont de aan datdefensieorga- protesteren helpt. al fantastisch is, neen, zij zijn superloyaal en Dat protesten en klachten een belangrijke or- daardoor veel minder geneigd hun stem te ganisatorische functie vervullen. Maar zo zit I nisatieverheffen bij mistandenzo’n in de organisatie.moeite Defensie heeft niet in elkaar. Defensiemedewerkersom zich de Ze lijken een (sterke) voorkeur te hebben ont- zijn niet voor één gat te vangen, zij zijn ‘max wikkeld voor de loyaliteits-optie. Het gevolg flex’ en ‘can do’. Opdrachten worden uitge- C principesvan die collectieve keuze van of voorkeur vooreen de voerd, lerende ‘no matter what’. Ook al organisatiekan en, in een loyaliteits-optie is dat daardoor minder prik- enkel geval, mag dat eigenlijk niet. De gewel- kels uit de organisatie zelf loskomen om dige loyaliteit van medewerkers maakt dat eigendingen anders te of betermaken. te doen. Omdat hetEenDefensie ingoede veel gevallen wegkomt aanwijzing met een

personeel zo verschrikkelijk loyaal is, zoveel suboptimale bedrijfsvoering. Dat die protesten H misstanden accepteert, de tanden op elkaar in onvoldoende mate in prikkels worden om- voorzet en dóórgaat,een des teantwoord meer moeite het kost gezet vind die Defensie ikdwingen in haar hetbedrijfs - werk voor een organisatie om leerimpulsen uit de voering te verbeteren. ruis te filteren. van Albert Hirschman,In dit opzicht zijn wij wellichteen te loyaal bekendaan

REORGANISATIE EN VERJONGING een organisatie die veel beter zou kunnen T AmerikaansDe verjonging van de krijgsmacht econoom. heeft tot maar niet beter Professor kan omdat wij niet duidelijk Hirsch- gevolg dat de exit-optie duidelijker gestalte genoeg onze stem verheffen en eisen dat er mankrijgt. Immers,heeftin een groot gedeelte de van baanbrekendehet per- wordt geluisterd: gevaarlijk loyaal. studie Exit,

JRG 176 9-2007 MILITAIRE SPECTATOR 411 Samenvattingen Editoriaal – Krijgsmacht uitgehold? Een gerespecteerd dagblad kopte onlangs: ‘Krijgsmacht uitgehold!’. Of we werkelijk de krijgsmacht opeten is moeilijk te zeggen. Er is transparantie nodig. Brengt transparantie ook meer efficiency en effectiviteit? Moderne bedrijfsvoering leidt soms tot meer regels en controle. Niet alles is echter meetbaar en dus zeggen cijfers niet alles. Er kan zelfs een virtuele werkelijkheid ontstaan. We hebben leiders nog met visie en ook met inzicht in de ‘echte wereld’ bij inzet. Cijfers houden op virtueel te zijn als personele verliezen een naam hebben en moeten worden verantwoord.

S.J. van der Meer, C.E. van den Berg en E. Bakker – Effecten van IED’s op het defensieoptreden Op 20 april 2007 werd voor het eerst een Nederlandse militair in Afghanistan gedood door een Improvised Explosive Device (IED). Het was niet de eerste aanslag, vermoedelijk ook niet de laatste. Het had ook elders kunnen gebeuren. De auteurs beschrijven de gevolgen van de (mogelijke) inzet vanaf het politiek-strategische niveau tot dat van de militair te velde en zijn achterban. De daders zijn vooral uit op de indirecte effecten van aanslagen. IED’s kunnen op alle niveaus de wil aantasten. Dat betekent dat alle niveaus zich hiervan bewust moeten zijn en moeten zoeken naar mogelijkheden om de dreiging van IED’s tegemoet te treden.

H. Molman – Counter-IED: van reactief naar proactief ‘Bermbommen’ worden ze populair wel genoemd, de Improvised Explosive Devices (IED’s). De auteur gaat eerst in op de IED als inzetmiddel. Hij beschrijft vervolgens de Counter-IED strategie van de NAVO en de drie pijlers: het verslaan van de IED, het verslaan van het systeem daarachter en de zorg voor opleiding. Nederland ontwikkelde in 2006 een eigen concept dat hierop is gebaseerd. De auteur beschrijft de toepassing van het concept. Counter-IED is complex, vraagt (internationale) samenwerking en continue inspanning. Het terugbrengen van het aantal slachtoffers is deze inspanning meer dan waard.

F. Bosman, F. Ait Bari en J. Soeters – Nederlandse moslimmilitairen tijdens uitzending in Bosnië, Irak en Afghanistan De auteurs stelden zich de vraag of een moslimafkomst van invloed zou kunnen zijn op het functioneren van Nederlandse militairen bij uitzending naar islamitische samenlevingen. Zij interviewden negentien militairen die aan de criteria voldeden. Na enkele algemene opmerkingen rond moslims en identiteit groeperen ze de bevindingen rond vier onderkende soorten ontmoetingen, lopend van positief tot vijandig. Zij concluderen dat moslimmilitairen in bepaalde situaties een voordeel hebben. Tegelijkertijd zijn ze zo ‘Nederlands’ als men van een professionele Nederlandse militair verwachten mag.

H.P.M. Kreemers – De oorlog tussen de generaals In september 2003 zette minister Kamp het mes in de krijgsmacht. Op weg naar een nieuw evenwicht tussen taken en middelen. Er was weinig tromgeroffel uit de eigen organisatie. Eerder was dat anders. Aan het begin van de jaren zeventig van de vorige eeuw leidde een ingrijpende herbezinning tot een hevig conflict. De premier stond tegenover zijn minister; generaals uit het legerkorps tegenover landmachtcollega’s in Den Haag. De auteur beschrijft de aanloop, het conflict zelf en de afloop. Minister Vredeling moest het oplossen.Vijf generaals namen ontslag. Vredeling liet zien wie de baas was op het ‘Plein’.

P.H. de Vries – Een gedragscode of toch maar gewoon Aristoteles? Een ethische grondslag voor het optreden op het gevechtsveld is onontbeerlijk. Zonder morele grenzen zou de gruwel onbeheersbaar zijn. De auteur ontwikkelt een ethische benadering die nadrukkelijk uitgaat van de praktijk en die zich leent voor de vorming van de individuele militair. Zijn richtsnoer daarbij vormen de gedachten van Aristoteles over deugd. De auteur legt een relatie tussen die gedachten en het militaire optreden om deugden te destilleren. De auteur geeft aan dat de landstrijdkrachten het ethos dat hij heeft ontwikkeld kunnen creëren door vorming en training. Een gedragscode is dan overbodig.

L. Polman – Mist De VN-Veiligheidsraad heeft eindelijk een resolutie over een vredesmissie voor Darfur aangenomen. Mensenrechten- organisaties roepen op om de voorziene 20.000 blauwhelmen zo snel mogelijk in te zetten. Ik begrijp ze, maar toch: de Afrikaanse Unie doneerde dit jaar minder aan de UNHCR dan Liechtenstein. Sudan doneerde niets en vraagt hulp voor meer dan twee miljoen vluchtelingen. Buitenlandse investeringen maken het Sudan mogelijk om olie te produceren. In Khartoum wordt druk gebouwd. Daar zijn de rijken. Moet het Westen voor een missie betalen terwijl het Sudanese regime geniet van hotdogs, ijs en Pringles?

M.F.J. Houben – Gevaarlijk loyaal Defensie presenteert zich graag als een lerende organisatie. Het blijkt echter niet gemakkelijk de principes daarvan in de bedrijfsvoering te gebruiken. Aanbevelingen van buiten lijken op mokerslagen en leiden tot verandering. Met prikkels van binnenuit gaat dat moeilijker. Mogelijk geeft de Amerikaanse econoom Albert Hirschman de verklaring. Wat betreft feedback onderscheidt hij exit, voice en loyalty. Defensiemedewerkers zijn loyaal, super-loyaal. Zij zijn max flex en can do. Wie zijn stem niet duidelijk verheft wordt echter niet gehoord. Misschien zijn we dus gevaarlijk loyaal.

412 MILITAIRE SPECTATOR JRG 176 9-2007 Summaries Editorial – The Armed Forces Hollowed Out? A respected daily recently wrote: ‘Armed Forces hollowed out!’. Whether or not we are ‘eating up’ our Armed Forces is difficult to answer. There is a cry for more transparency. But does more transparency automatically lead to more efficiency and effectiveness? Modern conduct of business sometimes results in more rules and control. Performance, however, cannot always be measured in numbers. Numbers may create a virtual world. Leaders must have a vision and must understand the ‘real world of operations’. Numbers are no longer virtual as soon as losses are announced and accounted for.

S.J. van der Meer, C.E. van den Berg and E. Bakker – The Effects of IEDs on the Actions of the Armed Forces On April 20, 2007, for the first time a Dutch serviceman was killed by an Improvised Explosive Device (IED). It happened in Afghanistan, but it could have happened anywhere. It was not the first attack with such a device, and it will not be the last. The authors describe the effects of the (possible) use of IEDs, ranging from the political-strategic level down to the individual soldier facing this threat. In their view, the perpetrators first and for all focus on indirect effects. IEDs may damage the will to fight at all levels. This means that all levels should understand and counter IEDs and their effects.

H. Molman – Counter-IED: from Reactive to Proactive ‘Roadside bombs’ is the popular name for IEDs. The author first focuses on the device itself and the resulting threat. He then clarifies the NATO Counter-IED strategy and its three pillars: defeat the IED, defeat the system behind these devices, and set up education and training. In 2006 the Dutch Armed Forces developed their own concept, based on this strategy. The author describes the practical use of this concept in detail. Counter-IED is complex and demands a continuous effort at all levels, even internationally. Reducing the number of victims is more than worth this effort.

F. Bosman, F. Ait Bari and J. Soeters – Dutch Moslem Military in Bosnia, Iraq and Afghanistan The authors were interested in the question whether or not it made any difference if Dutch military operating in Islamic societies were of Moslem descent themselves. They interviewed nineteen servicemen that fit the criteria. The authors first present some general observations concerning Moslems and identity. Consequently, they present four different kinds of operational encounters, ranging from positive to hostile. In their final observations the positive findings dominate. Moslem military may have an advantage in some situations. At the same time they remain as ‘Dutch’ as one might expect from any military professional.

H.P.M. Kreemers – The War among the Army Generals (1971-1973) In 2003 the Dutch Secretary of Defense wielded the axe to gain a new balance between tasks and means. There was no massive outcry, contrary to the Seventies, when a drastic reorganization led to internal and external conflict. The author first presents the settings for that ‘war’, in which the Prime Minister opposed his Secretary of Defense, while generals from the Army Corps faced their counterparts in The Hague. Secretary Henk Vredeling had to find a solution. Five generals resigned. Vredeling made clear who was in charge, this to the advantage of his successors.

P.H. de Vries – A Code of Conduct or ‘Just’ Aristotle? An ethical foundation for action on the battlefield is indispensable. The author presents an ethical approach that is explicitly based on military practice and that might serve the education of the individual serviceman. He first describes the classical concept of virtues. He clarifies Aristotle’s view on virtue and relates this thinking to the military practice. As it comes to virtues, military should focus on walking the middle in dealing with danger, assignment, equipment, cooperation, etcetera. In his final observations the author concludes that a military ethos might render a code of conduct superfluous.

L. Polman – Fog After years of feet dragging and debate the UN Security Council finally came up with a resolution on a peace mission for Darfur. Human rights organizations appeal for a fast deployment of the 20.000 ‘Blue Helmets’ mentioned in the resolution. I understand them. However, the African Union this year donated less to the UNHCR than Liechtenstein. Sudan donated nothing, but is asking help for over two million refugees. Chinese, Malayan and Indian investments gave the Sudanese government the opportunity to produce oil. In Khartoum construction work goes on. That is where the rich are. Should the West pay for a peace mission as the Sudanese regime enjoys hotdogs, ice and Pringles?

M.F.J. Houben – Dangerously Loyal Defense readily presents itself as a learning organization. In practice, however, implementing the principles of a learning organization in daily management seems problematic. Recommendations from the outside hit hard and force the organization to changes. Reacting to incentives from within even seems to be more difficult. The American economist Albert Hirschman may have an answer. Where it comes to feedback he distinguishes ‘exit, voice and loyalty’. People within Defense are loyal, even super-loyal, ‘max flex’ and ‘can do’. As ‘no voice raised’ means ‘no change’, we perhaps are dangerously loyal. Aankondiging Counter-Insurgency Symposium Door de conflicten in Irak en Afghanistan staat counter-insurgency vol in de belangstelling. Counter-insurgency deskundigen en doctrineschrijvers lijken het tegenwoordig eens over de bevolkings-gerichte aanpak, de zo - genoemde hearts and minds-benadering, bij het bestrijden van een gewapende opstand. De Amerikaanse strategisch denker Edward Luttwak wees er echter onlangs op dat de geschiedenis leert dat de meeste opstan- den succesvol zijn onderdrukt door geweld, dwang en ‘the will to out-terrorize the insurgents’. Over dit onderwerp organiseren het NIMH en de KVBK 15 november 2007 een symposium onder de titel

Counter-Insurgency: Historical Roots and Relevance

Vragen die tijdens het symposium aan bod komen zijn: ■ Wat is counter-insurgency en is het terecht dat het Britse hearts and minds-model zoals toegepast in Maleisië is ver- heven tot schoolvoorbeeld? ■ Hoe verliep de bestrijding van opstanden in voormalig Nederlands-Indië? Wat valt er van de Nederlandse counter- insurgency ervaring te leren? ■ Op welke wijze wordt de recente ervaring in Irak gebruikt bij het herschrijven van de klassieke Britse counter- insurgency doctrine? ■ Hoe heeft de Amerikaanse militaire geschiedenis de nieuwste counter-insurgency doctrine van de Amerikaanse krijgsmacht beïnvloed? ■ Waarom is civiel-militaire samenwerking bij hedendaagse counter-insurgency campagnes complexer dan in het koloniale verleden? Sprekers: ■ Prof. dr. Ian Beckett, University College, Northampton. ■ Dr. Conrad Crane, U.S. Army Military History Institute. ■ Mr. David Hazel, UK Ministry of Defence. ■ Dr. Jaap de Moor, Nederlands Instituut voor Militaire Historie. ■ Dr. Thijs Brocades Zaalberg, Nederlands Instituut voor Militaire Historie.

Het symposium wordt afgesloten met een paneldebat over de vraag of historische lessen tegenwoordig nog wel toepasbaar zijn en of zij daadwerkelijk gebruikt worden. Aan dit debat zal een aantal militairen met recente operationele ervaring deelnemen. Datum: 15 november 2007 Locatie: Koninklijke Bibliotheek, Prins Willem-Alexanderhof 5, Den Haag (op loopafstand van station Den Haag CS) Tijd: Zaal open om 9.30 uur, aanvang symposium 10.00 uur. Afsluitende borrel 17.00 uur Voertaal: Engels

De avond voorafgaand aan het symposium geeft generaal-majoor Ton van Loon een presentatie over zijn ervaring als commandant van ISAF Regional Command South Datum: 14 november 2007 Locatie: Wordt nader bekend gemaakt Tijd: Zaal open om 17.30 uur, aanvang lezing 18.00 uur

U kunt zich aanmelden voor (één van) beide evenementen via de website van de KVBK (www.kvbk.nl) of bij mw. Gerritsen 030-2146005.