1. Bescherming en beheer

J.A. Enemark

Waddenzee QSR 1999

Bescherming en beheer 3

1.1 Inleiding (Wetlands Conventie), Conventie van Bonn, Con- ventie van Bern, EU Vogelrichtlijn en andere van Natuurbescherming is in de Waddenzee geen toepassing zijnde richtlijnen – ten uitvoer te leggen nieuw verschijnsel. Al in het begin van de twintig- met betrekking tot een samenhangende bescher- ste eeuw zijn her en der in de Waddenzee natuurre- ming van de Waddenzeeregio als geheel met inbe- servaten ingesteld, zoals , , grip van zijn flora en fauna. Hiertoe zullen de drie , en . De meeste van deze landen de contacten tussen de verantwoordelijke gebieden werden gevormd door kleinere, onbe- bestuursorganen intensiveren en verbreden, onder woonde eilanden en waren voornamelijk wildreser- andere door regelmatig Ministersconferenties te vaten. In de jaren zestig en zeventig werd duidelijk houden. In 1987 is een Gemeenschappelijk Wad- dat de invloed van zowel het directe als indirecte denzee Secretariaat (CWSS) ingesteld om de gebruik van de Waddenzee door indijking, land- samenwerking te vergemakkelijken en te onder- bouw, visserij, recreatie en storting van verontreini- steunen. gende stoffen zo groot was, dat daardoor het duur- Het moet worden benadrukt dat de Gemeen- zame behoud van de Waddenzee mogelijk gevaar schappelijke Verklaring en andere afspraken die liep. Het besef groeide dat uitgebreide bescherming gemaakt zijn in het raamwerk van de samenwer- nodig was. In de jaren zeventig kwam een proces op king, met inbegrip van de Ministeriële Verklaringen gang dat geleid heeft tot veelomvattende bescher- van de Waddenzeeconferenties, niet bindend zijn mingsprogramma’s voor de Waddenzee die, mondi- naar internationaal recht (anders dan internationa- aal gezien, ook nu nog tot de meest uitgebreide le samenwerking op basis van een verdrag of een behoren. conventie). De besluiten, afspraken en activiteiten Nationale bescherming en samenwerking tussen waartoe wordt besloten in de Ministersconferenties de drie aan de Waddenzee grenzende landen ter zijn politieke afspraken tussen de drie landen die in bescherming van de Waddenzee ontwikkelden zich nationaal verband worden uitgevoerd met door de parallel. In 1978 werd voor het eerst een Trilaterale partijen zelf te bepalen middelen. In de praktijk ver- Regeringsconferentie gehouden en in 1979-1980 schillen de trilaterale afspraken niet wezenlijk van werden in elk van drie de landen de eerste uitge- bindende internationale verbintenissen en het breide beschermingsprogramma’s geïntroduceerd. voordeel van de huidige regelingen is een zekere De Trilaterale Waddenzee Samenwerking is het flexibiliteit. Een uitzondering op deze regel is de algemene kader geworden voor bescherming van Overeenkomst over de Bescherming van Zeehonden de Waddenzee als een enkel, gedeeld ecosysteem. in de Waddenzee die de drie partijen in 1990 heb- Ter inleiding worden in dit hoofdstuk de voornaam- ben gesloten. Deze overeenkomst valt onder het ste elementen van de trilaterale en nationale Verdrag inzake de Bescherming van Trekkende Wilde beschermingsprogramma’s beschreven, zonder dat Diersoorten (Conventie van Bonn). wordt ingegaan op details betreffende het regule- De regelingen van de Waddenzee-samenwer- ren van menselijke activiteiten. Die zullen bij de king zijn voortgekomen uit opeenvolgende Wad- beschrijving van het gebruik van en de activiteiten denzeeconferenties. Zij zijn op de Conferentie van in de Waddenzee aan de orde komen. Stade in 1997 vastgelegd in het Trilaterale Wad- denzee Plan (TWP, 1997). Het TWP behelst beleid, maatregelen, projecten en activiteiten waarover de 1.2 Het gezamenlijke stelsel van drie landen tot overeenstemming zijn gekomen. Het is een raamwerk voor het algemene beheer van de bescherming en beheer Waddenzee en zal op gezette tijden worden her- zien. In het TWP wordt uiteengezet hoe de drie lan- Zoals hierboven is aangegeven, werd de eerste tri- den zich het toekomstige gecoördineerde en geïn- laterale Deens-Duits-Nederlandse Regeringsconfe- tegreerde beheer van de Waddenzee voorstellen, rentie over de bescherming van de Waddenzee alsmede de projecten en activiteiten die moeten gehouden in 1978 en wel in Den Haag. Deze confe- worden uitgevoerd om de gezamenlijk overeenge- rentie betekende het officiële begin van de samen- komen doelen te bereiken (TWP, paragraaf 1.4). werking, waarvan de formele grondslag de Gemeenschappelijke Verklaring betreffende de Bescherming van de Waddenzee is, die ondertekend 1.2.1 Afbakening is op de in 1982 in Kopenhagen gehouden Derde Waddenzee Conferentie. In de Gemeenschappelijke Het gebied waar het Trilaterale Waddenzee Plan Verklaring spreken de drie landen de intentie uit om voor geldt is het Trilaterale Waddenzee Samenwer- overleg met elkaar te plegen om hun activiteiten en kingsgebied, in het vervolg het Samenwerkingsge- maatregelen te coördineren, ten einde een aantal bied te noemen. Dit omvat het gebied van Den Hel- wettelijke maatregelen – Conventie van Ramsar der in Nederland tot Blåvandshuk in Denemarken.

Waddenzee QSR 1999 4 Bescherming en beheer

De noord- en westgrenzen liggen in de Noordzee, In Figuur 1.1 is een kaart van het Samenwerkings- op drie zeemijlen van de zogeheten basislijn die de gebied en het Beschermingsgebied afgebeeld. Het buitenste punten van de eilanden verbindt. Aan de Samenwerkingsgebied beslaat een oppervlakte van vastelandszijde (zuid/oost) wordt de grens gevormd ongeveer 13 500 km2. Voor het door Nederland en door de belangrijkste hoogwaterkeringen of, waar Duitsland ‘betwiste’ gebied binnen het Eems-Dollard geen hoogwaterkering is, de springvloedlijn; en in gebied gelden bilaterale regelingen in het kader van rivieren door de brakwatergrens, met inbegrip van de het Eems-Dollard Verdrag van 1960, het Aanvullend landinwaarts gelegen gebieden die vallen onder de Protocol (1962) en het Milieu Protocol (1996). De Conventie van Ramsar en de EU Vogelrichtlijn. Erkend permanente Nederlands-Duitse commissie voor de wordt dat er binnen het Samenwerkingsgebied grenswateren (Eemscommissie) heeft in 1998 een gebieden zijn waar menselijk gebruik prioriteit heeft. gemeenschappelijk actieplan opgesteld voor het • De Trilaterale Beschermingsgebieden, in het ver- water- en natuurbeheer in dit gebied, in overeen- volg Beschermingsgebieden te noemen, liggen bin- stemming met het Trilaterale Waddenzee Plan. nen het Samenwerkingsgebied en omvatten: • in Nederland: het Planologisch Kernbeslissings- gebied met inbegrip van de Dollard; 1.2.2 Algemene beginselen • in Duitsland: de nationale parken in de Wadden- zee en de gebieden zeewaarts van de hoogwa- Het grondbeginsel van het trilaterale Waddenzee- terkering en de brakwatergrens die onder de beleid is ‘het verwezenlijken, voor zover mogelijk, huidige Natuurbeschermingswetten vallen met van een natuurlijk en duurzaam ecosysteem, waarin inbegrip van de Dollard; natuurlijke processen op ongestoorde wijze kunnen • in Denemarken: het Fauna- en Natuurreservaat plaatsvinden’ (Verklaring van Esbjerg, 1991, para- (TWP, paragraaf 1.7). graaf 1). Het beginsel betreft de bescherming van het getijdengebied, kwelders, stranden en duinen (Verklaring van Leeuwarden, 1994, paragraaf 8).

Figuur 1.1. Het Samenwerkingsgebied en

het Beschermingsgebied. Waddenzee Samenwerkings- en Beschermingsgebied Esbjerg Let wel: de kaart van het Area and Conservation Area beschermingsgebied is met Ribe betrekking tot het Sleeswijk- Legenda Holstein deel nog niet aangepast aan de nieuwe Samenwerkingsgebied (Wadden Sea Area) Sleeswijk-Holstein Nationaal Intergetijdegebied (eulitoraal)

Park wet van 1999 (zie ook Beschermingsgebied (Conservation Area) Tønder 1.3.2 en Figuur 1.4). Betwist Grensgebied overeenkomstig Eems-Dollardverdrag van 1960, de Aanvullende Overeenkomst van 1962 en het Milieu Protocol van 1996

N

0 10 20 30 40 50 Kilometers

UTM-projectie zone 32

Husum

Tönning

Heide

CuxhavenChCuxh

Bremerhaven Wilhelmshavenaven

Emden Delfzijl

Leeuwarden HaHarlingen

THE Den Helderer © RIKZ, CWSS

Waddenzee QSR 1999 Bescherming en beheer 5

Varde Å Blåvands Huk Ho Bugt

Langli Habitats in het Waddenzee gebied Skallingen Esbjerg DENMARK

Fanø

Ribe

Legenda Mandø

Samenwerkingsgebied (Wadden Sea Area) Tønder Rømø Kustwateren (Offshore Area)

Intergetijdegebied (Intertidal Area) (eulitoraal)

Kwelders (Salt Marshes) Stranden en Duinen (Beaches and Dunes)

Landelijk gebied (Rural Area) Föhr Estuaria Langeneß N Hooge Norderoog- sand Husum 0 10 20 30 40 50 Kilometers Nordstrand

Süderoog- UTM-projection zone 32 sand

Tönning

Eider Heide

Meldorfer Bucht

Scharhörn

Neuwerk Elbe

Großer Cuxhaven Knechtsand Oldoog Mellum

Borkum Memmert

Weser RottumerplaatRottumeroog Leybucht Bremerhaven Wilhelmshaven Engelmanplaat Jadebusen

Ems Emden Griend Delfzijl Dollard

Leeuwarden Groningen Harlingen GERMANY

Noorderhaaks Marsdiep Den Helder THE NETHERLANDS Balgzand IJsselmeer © RIKZ, CWSS

Daarnaast zijn zeven beginselen aangenomen die • het verplaatsingsbeginsel, inhoudend, activitei- Figuur 1.2. Waddenzee essentieel zijn bij de besluitvorming met betrekking ten die het milieu van de Waddenzee schaden te habitats. tot de bescherming en het beheer in het Samen- verplaatsen naar gebieden waar zij minder werkingsgebied (Verklaring van Esbjerg, 1991, milieuschade veroorzaken; paragraaf 3): • het compensatiebeginsel, inhoudend dat er com- • het beginsel van zorgvuldige besluitvorming, penserende maatregelen moeten worden getrof- inhoudend dat besluiten worden genomen op fen voor de schadelijke gevolgen van activiteiten grond van de beste beschikbare informatie; die niet kunnen worden vermeden; in die delen • het vermijdingsbeginsel, inhoudend dat activi- van de Waddenzee waar het compensatiebegin- teiten die mogelijk schadelijk zijn voor de Wad- sel nog niet wordt toegepast, zal worden denzee worden vermeden; gestreefd naar compenserende maatregelen; • het voorzorgbeginsel, inhoudend dat zal worden • het herstelbeginsel, inhoudend dat, waar dat opgetreden om activiteiten te voorkomen waar- mogelijk is, delen van de Waddenzee worden van wordt verondersteld dat zij het milieu ern- hersteld, als uit referentiestudies blijkt dat de stig zullen schaden, zelfs wanneer er niet vol- bestaande toestand niet optimaal is en dat de doende wetenschappelijk bewijs is voor een oor- oorspronkelijke toestand waarschijnlijk terug zakelijk verband; kan keren;

Waddenzee QSR 1999 6 Bescherming en beheer

DENMARK Speciale Beschermingszones (Special Protection Areas, SPAs) Esbjerg overeenkomstig de EU Vogelrichtlijn (according to the EC Bird Directive) Ribe Legenda

Samenwerkingsgebied (Wadden Sea Area)

Denemarken

Schleswig-Holstein

Hamburg Tønder

Nedersaksen (Lower-Saxony)

Nederland (The Netherlands)

Betwist grensgebied volgens het Eems-Dollardverdrag van 1960, de Aanvullende overeenkomst van 1962 en het Milieuprotocol van 1996. (Disputed Border area according to the Ems-Dollard-treaty of 1960, N the Supplementary Agreement of 1962 and the Environmental Protocol of 1996)

0 10 20 30 40 50 Kilometers Husum

UTM-projection zone 32 Schleswig-Holstein Tönning

Heide

Cuxhaven

Bremerhaven Wilhelmshaven

Emden Delfzijl GERMANY Leeuwarden Groningen Niedersachsen Harlingen

THE NETHERLANDS

Den Helder © RIKZ, CWSS

Figuur 1.3. Speciale • het beginsel van de beste beschikbare technie- 1.2.3 Algemene doelen beschermingszones (Special ken (BBT) en het beginsel van de beste milieuvei- Protection Areas; SPA’s). Let wel: de kaart is nog niet lige handelwijze (BMH), zoals gedefinieerd door Het trilaterale beschermingsbeleid en -beheer is 1 aangepast aan de meest de Commissie van Parijs. erop gericht tot het hele scala aan habitattypen te recente veranderingen in komen dat hoort bij een natuurlijke en dynamische internationale aanwijzingen Voorkomen moet worden dat bewoners van het Waddenzee. Elk van deze habitats behoeft een (zie ook 1.2.4). Waddenzeegebied op onredelijke wijze worden zekere kwaliteit (natuurlijke dynamiek, afwezigheid geschaad in hun belangen of in hun traditionele van verstoring en vervuiling) en die kan door goede 1 De Parijse Conventie werd gebruik van de Waddenzee. Belangen van gebrui- bescherming en goed beheer worden bereikt. De vervangen door de OSPAR kers moeten naar redelijkheid en billijkheid worden kwaliteit van de habitats moet in stand worden Conventie in 1988. De Parijse Conventie gewogen met inachtneming van zowel het algeme- gehouden of verbeterd door naar bepaalde ecologi- Aanbevelingen met ne doel van bescherming als de belangen van de sche doelen toe te werken. Voor de volgende zes betrekking tot BBT en BMH betrokken partijen (TWP, paragraaf 1.8). habitattypen zijn doelen overeengekomen: kwel- werden ontbonden. De ders, getijdengebied, stranden en duinen, estuaria, concepten van BBT en BMH zijn nu gedefinieerd in kustwateren en landelijk gebied (Figuur 1.2). De Appendix 1 van de OSPAR doelen met betrekking tot water- en sedimentkwa- Conventie. liteit gelden voor alle habitats. Verder zijn aanvul-

Waddenzee QSR 1999 Bescherming en beheer 7

lende doelen met betrekking tot vogels en zeezoog- Internationale Overeenkomsten en Programma’s dieren overeengekomen, evenals doelen met be- De Overeenkomst inzake watergebieden van inter- trekking tot landschappelijke en culturele aspecten. nationale betekenis, in het bijzonder als verblijf- (TWP, paragraaf 1.8). Voor een omschrijving van de plaats voor watervogels van 1971 (Ramsar-ver- doelen en een evaluatie van de voortgang bij de drag) is een mondiaal verdrag ter bescherming van verwezenlijking van de doelen wordt hier verwezen wetlands: ondiepe open wateren en alle gebieden naar hoofdstuk 6 (Evaluatie en Aanbevelingen). die regelmatig of met tussenpozen door water wor- Voor elke doelcategorie brengt het Trilaterale den bedekt of verzadigd. In het kader van het Ram- Waddenzee Plan gevolgen met zich mee voor het sar-verdrag worden wetlands van internationaal trilaterale beleid en beheer en voor voorstellen voor belang door de contractpartijen aangewezen. Grote trilaterale projecten en activiteiten die nodig zijn delen van de Waddenzee zijn als Ramsargebied voor de realisatie van de doelen. Het trilaterale aangewezen. Het Nederlandse deel van het beleid en beheer vormen de kern van de overeen- Beschermingsgebied is een Ramsargebied. In Duits- komsten aangaande de gemeenschappelijke be- land vallen de Ramsargebieden in de Waddenzee scherming en het gemeenschappelijke beheer van ongeveer samen met het Beschermingsgebied en alle ter zake doende gebruik en activiteiten. Deze een aantal gebieden op de eilanden en op het aan- worden in de betreffende paragraaf nader behan- grenzende vasteland. In Denemarken bestaan de deld. Ramsargebieden in de Waddenzee uit de onbe- woonde delen van de eilanden, aangrenzende natte gebieden op het vasteland en het Deense deel van 1.2.4 Internationale richtlijnen en het Beschermingsgebied met uitzondering van de overeenkomsten scheepvaartroute tussen de Noordzee en de haven van Esbjerg. Mens en biosfeerreservaten zijn beschermde EU Richtlijnen gebieden van typische land- en kustmilieus die De Richtlijn 79/409/EEC 1979 (EU Vogelrichtlijn) internationaal zijn erkend onder het Mens en Bio- betreft de instandhouding van alle van nature in sfeer (Man and Biosphere; MAB) Programma van de het grondgebied van de lidstaten voorkomende Organisatie voor Onderwijs, Wetenschap en Cultuur vogelsoorten. Volgens de Vogelrichtlijn moeten de van de Verenigde Naties (UNESCO) als waardevol lidstaten de meest geschikte gebieden voor het voor het behouden en leveren van wetenschappelij- behoud van deze soorten, inclusief doorgangsgebie- ke kennis, vaardigheden en menselijke waarden ter den voor trekvogels, aanwijzen als speciale bescher- ondersteuning van duurzame economische ontwik- mingszones (Special Protection Areas; SPA’s). Het keling. De Duitse en Nederlandse delen van het Nederlandse deel van het Beschermingsgebied is Beschermingsgebied zijn aangewezen als Mens en als SPA aangewezen1. In Duitsland zijn de Neder- biosfeerreservaten. saksische, Hamburgse en Sleeswijk-Holsteinse delen van Beschermingsgebied als SPA aangewe- zen, evenals het Duitse deel van de Dollard en vijf 1.2.5 Externe invloeden op het gebieden grenzend aan het Beschermingsgebied samenwerkingsgebied van Sleeswijk-Holstein. In Denemarken is het Deen- se deel van het Beschermingsgebied, met uitzonde- ring van de scheepvaartroute van de Noordzee naar De Waddenzee is een kustzee die een grote wissel- Esbjerg, de onbewoonde delen van de eilanden en werking kent met de Noordzee en het vasteland de aangrenzende natte gebieden op het vasteland, van Noordwest-Europa. De kwaliteit van het water, als SPA aangewezen (Figuur 1.3). het sediment en de mariene habitats van de Wad- De Richtlijn 92/43/EEC 1992 (EU Habitatrichtlijn) denzee worden in belangrijke mate beïnvloed door betreft de instandhouding van habitats van de de Noordzee en door activiteiten in de stroomge- natuurlijke flora en fauna in de lidstaten. In het bieden van de in zee uitmondende rivieren. De kader van de Habitatrichtlijn zal onder de naam Waddenzee is een belangrijke kinderkamer voor NATURA 2000 een samenhangend ecologisch net- Noordzeevis en voor enkele soorten mariene zoog- 1 werk worden ingesteld. NATURA 2000 zal bestaan dieren. Om deze redenen was en is het trilaterale Momenteel wordt gedis- cussieerd over een uit- uit speciale beschermingszones (Special Areas of beleid en beheer inzake vervuiling en de bescher- breiding van het SPA. De Conservation; SAC’s) die zullen worden aangewezen ming van soorten en habitats nauw verbonden met uitbreiding zal de Noordzee aan de hand van de Habitatrichtlijn, en uit de SPA’s ontwikkelingen binnen het raamwerk van de Kustzone binnen het die op grond van de Vogelrichtlijn zijn aangewezen. Noordzee Conferenties en het Verdrag inzake de Waddenzee Samenwerkings- gebied en delen van de De aanwijzing van de SAC’s zal in de komende jaren Bescherming van het Mariene Milieu in het Noord- eilanden en het aanliggende geschieden en grote delen van de Waddenzee zullen oost-Atlantische gebied (OSPAR Verdrag, Parijs IJsselmeer en Lauwersmeer in NATURA 2000 worden opgenomen. 1992) dat op 25 maart 1998 in werking is getreden. omvatten.

Waddenzee QSR 1999 8 Bescherming en beheer

Op de Ministersconferentie van 1997 werd erkend rust- en voedselgebieden van watervogels. Deze dat de kwaliteit van het Waddenzee-samenwer- gebieden zijn het hele jaar door niet toegankelijk kingsgebied mogelijkerwijs wezenlijk wordt beïn- voor publiek, met uitzondering van een paar gebie- vloed door activiteiten erbuiten en door vervuiling den waar het verbod slechts voor een deel van het afkomstig uit bronnen buiten het Samenwerkings- jaar geldt. De kernzone beslaat ongeveer 10% van gebied. Daarom werd overeengekomen dergelijke het Fauna- en Natuurreservaat. externe invloeden aan te pakken door de aanvoer De tweede zone bestaat uit gebieden ten oosten van nutriënten, gevaarlijke stoffen en olie, alsmede van de basislijn, uitgezonderd de voornaamste relevante menselijke activiteiten in aangrenzende vaargeulen en de gebieden die tot de kernzone gebieden te verminderen (Verklaring van Stade, behoren. In deze zone zijn pleziervaart en andere 1997, paragrafen 13-17). recreatieve activiteiten aan bepaalde regels gebon- den. Deze zone beslaat ongeveer 60% van het Fau- na- en Natuurreservaat. 1.3 Nationale stelsels van De derde zone bestaat uit de gebieden ten wes- ten van de basislijn en de voornaamste vaargeulen. bescherming en beheer Hier gelden over het algemeen geen andere beper- De nationale stelsels van bescherming en beheer kingen dan de algemene die hieronder worden bestaan uit het geheel van wettelijke en bestuurlij- genoemd. Deze zone beslaat de resterende 30% ke instrumenten die zijn aangenomen om de Wad- van het Fauna- en Natuurreservaat. denzee duurzaam te beschermen, behouden en beheren in overeenstemming met de trilaterale doe- Het Samenwerkingsgebied buiten het Bescher- len, beginselen en overeenkomsten. Het hart van het mingsgebied bestaat, met uitzondering van de stelsel is het Waddenzee-beschermingsgebied, dat meeste stranden en enige aan de staat behorende bestaat uit de nationale parken en natuurreservaten gebieden, uit de eilanden en verder uit de kwelders in de Waddenzee. Voor het Samenwerkingsgebied in in het Varde-estuarium, in de Ho Bugt, de Måde op zijn geheel worden ook andere middelen aange- Rømø en Fanø en de zoete moerasgebieden achter wend. de zeedijken. Het Deense Samenwerkingsgebied is aangewezen als Ramsargebied en als speciale beschermingszone (SPA) onder de EU Vogelrichtlijn, 1.3.1 Denemarken met uitzondering van de bewoonde delen van de eilanden, de vaargeul naar Esbjerg en de haven van Het Deense deel van het Beschermingsgebied is het Esbjerg. Bovendien zijn ook grote delen van de Fauna- en Natuurreservaat Waddenzee, dat oor- eilanden aangewezen als beschermd natuurgebied spronkelijk in 1979 bij wetsbesluit is ingesteld als onder de Natuurbeschermingswet. Verder vallen de wildreservaat en in 1982 als natuurreservaat. Deze duinen en de kwelders, evenals andere belangrijke besluiten zijn in 1992 in een enkele wet samenge- habitats zoals hooilanden, onder een algemeen bio- voegd, die in 1998 geamendeerd is om de overeen- toopbeschermingsregiem ingevolge paragraaf 3 komsten voortvloeiend uit het Trilaterale Wadden- van de Natuurbeschermingswet. zee Plan erin op te nemen. Ramsar-gebieden en SPA’s zijn onderworpen aan Het Fauna- en Natuurreservaat Waddenzee is een uitgebreid stelsel van planning en regulering. het gebied tussen de hoogwaterkeringen op het Het Uitvoeringsbesluit betreffende de afbakening vasteland en de in de Noordzee gelegen drie-zee- en het bestuur van Internationale Natuurbescher- mijlslijn ten westen van de basislijn. Op de eilanden mingsgebieden (1998) geeft de grenzen van de valt het gebied boven de gemiddelde hoogwaterlijn gebieden aan en legt de overheid bindende regels niet onder het reservaat. Sinds het amendement op met betrekking tot het beheer van de gebieden, van 1998 omvat het gebied ook het grootste deel ingevolge de bepalingen van de EU Vogel- en Habi- van Skallingen en aan de staat behorende stranden tatrichtlijn en de Conventie van Ramsar. Het uit- en kwelders op de eilanden Rømø, Mandø en Fanø. voeringsbesluit bepaalt dat geen nieuwe infra- Het gebied van het Fauna- en Natuurreservaat structuur mag worden aangelegd, dat er geen nieu- beslaat in totaal bijna 1000 km2. we gebieden mogen worden aangewezen als stede- De bepalingen ten aanzien van het Fauna- en lijk gebied of als gebied voor zomerhuisjes, dat op Natuurreservaat betreffen publieke toegankelijk- het land geen nieuwe gebieden mogen worden ont- heid, scheepvaart en andere activiteiten die wikkeld voor de exploitatie van grondstoffen, en schadelijk worden geacht voor het natuurlijke dat geen voorzieningen voor recreatieve of andere milieu. Er worden drie zones onderscheiden: doelen mogen worden gepland als deze een ver- De kernzone omvat een wetenschappelijk refe- slechtering van de kwaliteit van deze gebieden of rentiegebied, de belangrijkste rust- en opgroeige- ernstige verstoring van de soorten waarvoor deze bieden van zeehonden en belangrijke broed-, rui-, gebieden zijn aangewezen, met zich meebrengen.

Waddenzee QSR 1999 Bescherming en beheer 9

1.3.2 Duitsland werk, Scharhörn en Nigehörn en is ongeveer 100 km2 groot. Het nationale park is verdeeld in twee Het grootste deel van het Beschermingsgebied in zones waarin verschillende activiteiten zijn toege- de Duitse Waddenzee bestaat uit de nationale par- staan: ken die zijn ingesteld door de drie verantwoordelij- Zone 1 – de kernzone – beslaat 70% van het ke deelstaten, te weten Sleeswijk-Holstein, Neder- gebied. Het is niet voor publiek toegankelijk en een saksen en Hamburg, in overeenstemming met de aantal activiteiten, waaronder commerciële activi- Natuurbeschermingswet van de Bondsrepubliek. teiten zoals beroepsvisserij, zijn er verboden. Daarnaast zijn er natuurreservaten in het Eems- Zone 2 beslaat de resterende 30% en omvat het Dollard gebied en in het Elbe-estuarium. eiland , een klein gebied rond dit eiland en het gebied dat aan de uiterste vastelandszijde van Sleeswijk-Holstein het eiland ligt. Kleinschalige activiteiten zijn hier in Het Nationalpark Schleswig-Holsteinisches Wat- het algemeen toegestaan. tenmeer is in 1985 bij wet door de deelstaat Slees- wijk-Holstein ingesteld. In oktober 1999 is deze Nedersaksen wet geamendeerd, vooral met betrekking tot een Het Nationalpark Niedersächsisches Wattenmeer is zeewaartse uitbreiding van het Nationaal Park, een in 1986 bij decreet en in 1999 bij wet door de deel- nieuwe omschrijving van het beschermingsdoel en staat Nedersaksen ingesteld. Het Nedersaksische de introductie van een nieuw zonderingssysteem. nationale park wordt op het vasteland begrensd De grens van het nationale park wordt, langs het door de dijken, duinen, geestgronden of estuaria en vasteland en langs de kusten van de eilanden en de aan de zeezijde door de eilanden. Het omvat de (niet bedijkte kweldereilanden), gevormd onbewoonde delen van de eilanden. Het betwiste door een lijn die op een afstand van 150 m zee- gebied in de Eems en Dollard met inbegrip van het Figuur 1.4. Het Sleeswijk- waarts van de dijken, geestgronden en duinen Duitse deel van de Dollard en de vaargeulen van de Holstein Nationaal Park. loopt. Aan de zeezijde wordt het Nationaal Park begrensd door de drie-mijlslijn, inclusief een walvissen-be- schermingsgebied buiten de eilanden Sylt en Amrum. Deze wordt begrensd door de twaalf-mijlslijn. Het Nationaal Park beslaat ongeveer 4 410 km2 (Figuur 1.4) en is verdeeld in twee zones waarin verschillende activiteiten zijn toegelaten. De kernzone, zone 1, beslaat volledige getijdeboe- zems met een totaal oppervlak van 36% van het Nationaal Park. Openbare toegang is verboden, behalve op de naastliggende getijdeplaten, wad- looproutes en commerciële visserij, zoals aangege- ven in Paragraaf 6(2) van de wet. walvis beschermingsgebied Binnen de kernzone is een volledig gebruiksvrij gebied van 12 500 ha ten zuiden van de Hinden- burg-dam aangewezen (zero-use zone). Alleen op de gemarkeerde vaarwegen mag dit gebied bevaren worden. Het beslaat ongeveer 3% van het Nationa- le Park. zero use zone Iedere activiteit die vernietiging, schade of veran- kern zone (Zone I) dering zou kunnen veroorzaken aan het bescherm- de gebied of enig deel daarvan, of tot blijvende ver- Zone II storing zou kunnen leiden, is verboden. De activi- teiten die wel zijn toegestaan zijn vermeld in para- graaf 6 van de Wet op het Nationale Park. Soort en plaats van de activiteiten worden op de eerste plaats bepaald door het zoneringsconcept.

Hamburg Het Nationalpark Hamburgisches Wattenmeer is in 1990 bij wet door de deelstaat Hamburg ingesteld. Het nationale park omvat het Hamburgse deel van de Waddenzee met inbegrip van de eilanden Neu-

Waddenzee QSR 1999 10 Bescherming en beheer

Jade, Weser en Elbe behoren niet tot het nationale van het algemene biotoopbeschermingsregime park. Het nationale park beslaat een gebied van ingevolge de Natuurbeschermingswet van de ongeveer 2 400 km2 en is in drie zones verdeeld: Bondsrepubliek respectievelijk de Natuurbescher- Zone 1 – de kernzone – beslaat 54% van het mingswetten van de deelstaten. gebied en omvat de ecologisch meest waardevolle De scheepvaart in het Duitse Beschermingsge- gebieden. Alle activiteiten die het nationale park of bied is geregeld bij een besluit van het Bondsminis- een deel ervan kunnen verwoesten, beschadigen of terie van Verkeer uit 1992. Dit besluit is in 1995 veranderen, zijn verboden. Toegang is voor het herzien in verband met het feit dat alleen de publiek verboden behalve op uitgestippelde paden Bondsregering bevoegd is in zaken die betrekking en routes. In de artikelen 6-9 van de wet worden hebben op de zogeheten Bondswaterwegen. Het uitzonderingen genoemd voor bepaalde activiteiten Scheepvaartbesluit voor het Beschermingsgebied is met betrekking tot landbouw, jacht, visserij en toe- in 1997 verlengd. Volgens het besluit zijn de mees- gang. Daarnaast bevat een aanhangsel van de wet te kinderkamergebieden van zeehonden en de een lijst van gevallen van geaccepteerd gebruik in meeste rui- en rustgebieden van vogels in het Duit- diverse delen van de kernzone, buiten de in de arti- se deel van het Samenwerkingsgebied beschermd kelen 6-9 genoemde activiteiten. als zeehonden- en vogelreservaat. Scheepvaart is Zone 2 – de tussenliggende zone – omvat 45% hier het hele jaar dan wel een deel van het jaar ver- van het hele gebied. Alle activiteiten die het karak- boden. Deze gebieden beslaan niet het hele gebied ter van de Waddenzee met inbegrip van de eilanden van de kernzone. In het algemeen is scheepvaart is veranderen, in het bijzonder het landschapsschoon in de kernzone slechts verboden tijdens de zes uren en de belevingswaarde, zijn hier verboden. Een rond laagwater. In de kernzone bedraagt de maxi- aanhangsel van de wet bevat een lijst van specifiek mumsnelheid buiten de vaargeulen 8 knopen en verboden activiteiten. De zone is toegankelijk voor binnen de vaargeulen 12 knopen. In de overige het publiek, met uitzondering van de kwelders tij- zones is dit 12 knopen buiten de vaargeulen en 16 dens het vogelbroedseizoen tussen 1 april en 31 knopen binnen de vaargeulen. Deze snelheidsbe- juli. perkingen gelden niet voor de twee schepen die al Zone 3 – de recreatieve zone – beslaat ongeveer in bedrijf waren vóór de herziening van het besluit 1% van het hele gebied. Hier zijn slechts activitei- in 1995; voor deze schepen geldt een maximum- ten in verband met recreatie en kuren toegestaan. snelheid van 24 knopen.

Bremen Het Samenwerkingsgebied van Bremen bij Bremer- 1.3.3 Nederland haven is ongeveer 110 ha groot. In verband met de uitbreiding van de containerterminal in het midden Het Nederlandse Beschermingsgebied in de Wad- van de jaren negentig zijn maatregelen tot natuur- denzee is het gebied dat valt onder de Planologi- herstel ten uitvoer gebracht. Het gebied is op dit sche Kernbeslissing Waddenzee (PKB). De PKB is moment niet onderworpen aan beschermingsmaat- een nationaal beleidsinstrument dat de grondslag regelen. vormt voor de overige planologie, bescherming en beheer van het gebied door de rijks-, provinciale en Overige gebieden plaatselijke overheden. Het beleidsinstrument dient Het resterende deel van het Duitse Beschermings- door het Nederlandse parlement te worden gebied omvat het in 1980 aangewezen natuurre- bekrachtigd. Het PKB-gebied wordt begrensd door servaat in het Duitse deel van de Dollard en de de dijken en duinen en omvat ook die delen van de natuurreservaten langs de zuidoever van de Elbe. eilanden die regelmatig onderlopen. Het beslaat Voorts zijn er verscheidene natuurreservaten op de ongeveer 2400 km2. De eerste PKB voor de Wad- eilanden van Sleeswijk-Holstein en op het vaste- denzee is in 1980 aangenomen en is in 1993 her- land die buiten het Beschermingsgebied liggen zien. De regering heeft in 1998 het plan, dat tot maar binnen het Samenwerkingsgebied en die een 1999 gold, verlengd. status hebben die vergelijkbaar is met die van het In 1980/82 is een groot deel van het gebied, Beschermingsgebied. Het Samenwerkingsgebied ongeveer 60%, bij uitvoeringsbesluit als natuurre- buiten het Beschermingsgebied bestaat uit de kust- servaat aangemerkt (een deel als Staatsnatuurre- wateren, de belangrijkste vaargeulen, de estuaria servaat, andere delen als Beschermde Natuurgebie- en de eilanden, halligen en aangrenzende Ramsar- den). De aanwijzing als beschermd natuurgebied is gebieden en SPA’s in het Sleeswijk-Holsteinse deel in 1993 door een aanvullend besluit uitgebreid tot die onder de EU Vogelrichtlijn vallen. De getijden- ongeveer 95% van het PKB-gebied. De vaargeulen, gebieden, de duinen en de zoute en brakke kwel- gebieden die grenzen aan de bewoonde delen van ders zijn, ongeacht of ze binnen of buiten het de eilanden en het betwiste gebied in de Eems-Dol- Beschermingsgebied liggen, beschermd in het kader lard maken geen deel uit van het natuurreservaat.

Waddenzee QSR 1999 Bescherming en beheer 11

De PKB stelt beleidsrichtlijnen vast ten aanzien ringssysteem dat zich richt op elke afzonderlijke van de diverse activiteiten in de Waddenzee. Het activiteit. Een voorbeeld van een dergelijk zone- uitvoeringsbesluit met betrekking tot het natuurre- ringssysteem is het systeem met betrekking tot de servaat bepaalt dat het verboden is zonder toe- recreatie. Het volgt in grote lijnen de hierboven stemming activiteiten te ondernemen die het genoemde zonering, met een zone waarin recreatie beschermde gebied verstoren, schade toebrengen in principe verboden is, een zone waarin recreatie- of ten gronde richten, met inbegrip van de flora en ve activiteiten aan regels zijn gebonden en een fauna en het belang van het gebied voor de weten- zone waarin recreatie slechts aan marginale regu- schap. lering is onderworpen. De PKB en de bepalingen ten aanzien van het Het Samenwerkingsgebied buiten het Bescher- natuurreservaat tezamen, maken het mogelijk mingsgebied omvat het grootste deel van de eilan- onderscheid te maken tussen drie beschermings- den alsmede de kustwateren. Het beleid voor de en beheerszones: kustwateren is geformuleerd in het Beheersplan Specifieke beschermingszones zijn het hele jaar voor het Noordzeesysteem, dat ten doel heeft dat of een deel van het jaar voor het publiek gesloten. de kustzone (tot aan de dieptelijn van -20 m) en Deze gebieden omvatten vogelbroedgebieden en het Friese-Front – Klaverbank gebied bijzondere gebieden die van belang zijn voor zeehonden en bescherming zullen krijgen. Dit wil men bereiken beslaan ongeveer 7% van het Beschermingsgebied. door strengere regels te stellen ten aanzien van De zones kunnen elk jaar andere gebieden omvat- vervuiling en verstoring door bepaalde menselijke ten. activiteiten, om zodoende bij te dragen aan de Het overige deel van het natuurreservaat waar- bescherming, het herstel en de ontwikkeling van op de bepalingen van de Natuurbeschermingswet het hele Noordzee-ecosysteem. van toepassing zijn, vormt een tweede zone. Dit Het grootste deel van de eilanden bestaat uit gebied beslaat ongeveer 88% van het Bescher- kerngebieden van de nationale ecologische hoofd- mingsgebied. structuur. Kerngebieden zijn gebieden met (inter)- Het gebied buiten het natuurreservaat maar nationaal belangrijke ecosystemen, en het nationa- binnen het Beschermingsgebied vormt de derde le beleid is gericht op duurzame bescherming van zone. Hier gelden andere regels dan die van de deze natuurwaarden. Daarnaast zijn er verscheide- Natuurbeschermingswet. Dit gebied omvat de over- ne natuurreservaten op de eilanden waarin derge- gebleven 5% van het Beschermingsgebied. lijke waarden reeds worden beschermd. Tenslotte is het Samenwerkingsgebied tot 1 km Het systeem met drie zones is voornamelijk een uit- buiten de kust onder provinciale en gemeentelijke drukking van de wettelijke status van de gebieden; jurisdictie gebracht. Er is een regionaal en lokaal het reguleert niet de activiteiten in de zones. Het planningsysteem ingesteld overeenkomstig de beleid dat in de PKB is vervat, de bepalingen van de algemene doelstelling van de PKB. Lokale ontwik- Natuurbeschermingswet, het Beheersplan voor het kelingsplannen zijn wettelijk bindend voor indivi- Beschermingsgebied en andere regeringsplannen duele burgers. vormen tezamen een complex activiteiten-zone-

Waddenzee QSR 1999