Martelaren in Dordrecht En Breda

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Martelaren in Dordrecht En Breda 1 MARTELAREN IN DORDRECHT EN BREDA DOOPSGEZIND MARTELAREN GELOOFD, DAARNA GEDOOPT GEDOOPT, DAARNA GEDOOD UIT: Bloedigh tooneel der Doops-gesinde en weerelose christenen door Tieleman Jansz van Braght Samengesteld Willem Westerbeke STICHTING GIHONBRON MIDDELBURG 2017 2 INHOUD VOORWOORD 1. Thieleman Janszoon van Braght 29 Januari 1625 – 7 October 1664 2. Bloedigh tooneel der Doops-gesinde en weerelose christenen 3. Over ketters en kerkvolk, notabelen en nieuwe rijken, socialisten en liberalen, vrijzinnigen en orthodoxen, heterodoxen en homoseksuelen, lesbo's en ander ongeregelden. 4. Slotopmerking over diep verval 5. Joris Wippe, Joostenszoon te Dordrecht gedood. 1558. 6. Dirk Willemsz. Levend verbrand, 1569. 7. Digna Pietersd. verdronken 8. Vernieuwing van de voorgaande bloedige plakkaten van de keizer Karel V door Philips de IIe koning van Spanje, tegen de Doopsgezinde of zogenoemde Wederdopers. Anno 1556. 9. 10 personen zo mannen als vrouwen, om het getuigenis van Jezus Christus te Dordrecht verbrand, omtrent het jaar 1570. 10. Zeven broeders te Breda. Anno 1572. 11. JAN WOUTERSz (VAN CUYYCK) te Dordrecht 12. Jan Woutersz. van Kuyk (Cuyck) en Adriaanken Jans van Molenaarsgraaf, beide om het getuigenis van Jezus Christus te Dordrecht verbrand. 1572. Brieven verzonden aan zijn vrouw, kind en Stadsbestuur 13. Een brief van Adriaanken Jansdochter van Molenaars Graaf, geschreven aan haar man, daar ze in de gevangenis lag op de Vuil Poort te Dordrecht en daar op de 28e Maart met Jan Wouters van Cuijk verbrand is, als tevoren is aangewezen. 3 VOORWOORD Erg verdrietig is het dat de historie en de getuigenissen van de martelaren die beschreven worden door Th. J. van Braght zo weinig bekend zijn! Gelijk met het Hervormingswerk in de Nederlanden door Luther, Zwingli, Bullinger en Calvijn mogen we zeker wel Menno Simons noemen. Ondanks zijn eenzijdigheid en dwaling waren Luther en Menno Simons de eerste hoofdstroming in de Reformatie in Vlaanderen, Zeeland, Holland en Noordelijke provincies. Er worden veel meer Nederlandse martelaren door Van Braght beschreven dan in het martelaarsboek van Adriaan van Haamstede. Het schijnt dat de reden hiervan is, dat Van Bracht alleen de Doopsgezinde martelaren beschrijft. Deze waren niet in tel. Echter, hun godsvrucht, verloochening aan de wereld en hun oprecht geloof in Jezus Christus doet niets onder voor de martelaren die Van Haamstede beschrijft. Integendeel ze blinken uit in verdrukking en vertroosting. Van de 58 geëxecuteerden in Zeeland, (Zeeuws Vlaanderen niet meegerekend) waren circa 33 Doopsgezinde martelaren circa 8 Calvinisten; ook 17 beeldenstormers van wie de helft Rooms-katholieken. Dat komt neer op circa 33% Doopsgezinden en circa 8% calvinisten. Zie de Hervorming in Zeeland met betrekking op de Doopsgezinden, ca. 1520-1572. Door dr. C. Rooze-Stouthamer. Deze verhouding in percentages uitgedrukt is mijn inziens niet veel anders in andere provincies. Behalve in Noord-Holland en Amsterdam waar het aantal martelaren van de Doopsgezinden veel hoger ligt. De Doopsgezinden onttrokken zich aan hun plicht om wapens te dragen in dienst van de Overheid. Hierdoor, maar meer nog vanwege hun verwerpen van de kinderdoop werden ze door allen gehaat. Nadat de regering overging tot de Calvinistische leer in circa 1572, werden bijna geen doodvonnissen meer tegen hen uitgesproken. Wel was er sprake van een plaatselijke vervolging. Prins Willem van Oranje en prins Maurits moesten herhaalde malen tussentreden vanwege een plaatselijke overheid. Hoe intens droevig is het dat de Mennonieten nu voor een groot deel vervallen zijn tot pure vrijzinnigheid, ja ook losbandigheid. Het overgrote deel van de Doopsgezinde Broederschap sloot zich in de laatste eeuw helemaal aan bij de vrijzinnige oecumene. Dit wordt in deze brochure kort aangetoond. Eerst wordt een kort overzicht gegeven van het Martelaarsboek en de auteur Th. J. van Braght. De brochures beschrijft voornamelijk een aantal martelaren in Dordrecht en in Breda. In de periodieken van de laatste eeuw wordt af en toe een beschrijving gegeven van martelaren die in het Doopsgezinde martelarenboek beschreven worden. Maar bijna nooit wordt vermeld dat zij Doopsgezind waren. Zit de waarde van het lijden van christenen dan in de naam van het kerkgenootschap waartoe ze behoren? De Heere Jezus in Wiens Naam zij gestorven zijn, denkt daar gelukkig heel anders over. In Openbaring 2 vers 9 en 10 staat: Vrees geen der dingen die gij lijden zult. Zie, de duivel zal enigen van ulieden in de gevangenis werpen, opdat gij verzocht wordt; en gij zult een verdrukking hebben van tien dagen. Zijt getrouw tot den dood en Ik zal u geven de kroon des levens. 4 Wat een heerlijk vooruitzicht! Dit vergoedt alles in een oneindig grote mate wat de oprechte martelaren geleden hebben. Er is een levende band tussen de martelaren voor de Troon van God en het Lam en de verdrukte gelovigen in de strijdende kerk. De dag nadert met vlugge schreden, dat ook zij uit de drek van zonde, druk en kruis verhoogd worden om samen met hun geestelijke broeders en zusters hun kroon te mogen neerleggen aan de voeten van het Lam Gods, Die als de Leeuw uit de stam van Juda eeuwig heerst over al Zijn en hun vijanden. Ze mogen met geloofsmoed zingen van Psalm 43 vers 5: Mijn ziel, hoe treurt ge dus verslagen? Wat zijt g' onrustig in uw lot? Berust in 's Heeren welbehagen; Hij doet welhaast uw heilzon dagen; Uw hoop herleev' naar Zijn gebod: Mijn Redder is mijn God. Geschreven in de hoop dat velen opgewekt worden om ook dat geluk te zoeken en de levende Kerk van Christus in zelfverloochening mag wandelen tot nut van hun medemens. Middelburg, 17 februari 2017 Willem Westerbeke * Zie voor meerdere literatuur over de Hervorming in Zeeland en de Doopsgezinden de laatste pagina. 5 1. Thieleman Janszoon van Braght 29 Januari 1625 – 7 October 1664 Voorwoord Aan mijn beminde vrienden en medegenoten in Christus Jezus onzen Zaligmaker. Allerliefste, zoals eertijds een onzer geloofsgenoten C. Vermander lust hebbende tot de beschrijving van de Trojaanse oorlogen de Griekse poëet Homerus die de blinden genoemd werd, enzovoort. … Maar geheel anders is 't hier gelegen beminde vrienden; gewis geheel anders. Want wij zijn helden tegengekomen die de Koning aller Koningen en de Heere aller Heeren Jezus Christus dienden, Die, hoewel als een geslacht Lam, immers een Prins is van de koningen der aarde. De plaats die zij bestormden, was de stad vol aller goeden, of het nieuwe en hemelse Jeruzalem welke fundamenten zijn allerhande edelgesteenten, de poorten van paarlen de straten van goud als doorluchtig glas. Dezen hebben zij met geweld ingenomen om eeuwig te bezitten. Maar de God mishagende en afgodisch stad Babel vernielden zij met geestelijke wapens zoveel als hun vermogen bereiken konden. De eer die ze verkregen over hun victorie is een eeuwige eer. Vreugde een eeuwige vreugde; de triomfkronen die hen toegereikt werden zijn eeuwige en hemelse kronen. Hier hoeft van geen aardse tomben, piramiden of een grafspitsen gedacht worden om hun dode lichamen te vereren, nadien hun ziel door God vereerd wordt en onder het altaar Gods zijnde de plaats van alle zalige martelaren zullen verkrijgen; zie Openbaring van Johannes 6 vers 9. Ik zag onder het altaar de zielen dergenen die gedood waren om het woord Gods en om de getuigenis dat zij hadden. De plaatsen daar dit alles geschied is, zijn wij met onze gedachten doorgetogen en met de ogen des geloofs, hebben wij deze dingen aanschouwd. Het is waar, de droefheid is bijna niet te overkomen die ons naar het vlees ontmoet is. Aanziende zoveel ellendigen en niet minder godvruchtige personen die hun leven voor de bekende waarheid overgaven. Deze in het brandende vuur, gene in de verdrinkende wateren, anderen onder het snijdende zwaard, sommigen in de verborgen strikken, ja 6 in de aller-vernielende beestentanden. Ik zwijg van ontallijke andere middelen daar deze jammerlijk en ellendig door zijn omgekomen. Maar aan de andere kant is de blijdschap niet te vertellen, ja met geen tongen of talen uit te beelden die wij daar met geestelijke ogen gezien en met de oren van het gemoed gehoord hebben. Want al zingende en God lovende hebben sommigen de dood omhelsd en dat meer is, (wie kan het begrijpen?) die de dood des vuurs zelf onderworpen was heeft zijn half verbrande mede broederen de hand op het hoofd gelegd, een harte ingesproken en in het geloof versterkt. (Dit wordt gezegd van een Waldenzer martelaar die met 9 andere discipelen onder welke 2 vrouwen de 5e augustus te Keulen in het kerkhof der Joden verbrand werden. Hij heeft eer hij dood was op de hoofden van zijn medegezellinnen - ook al half verbrand - zijn hand gelegd, zeggende: blijf standvastig bij uw geloof; gij zult heden zijn bij Laurentius de martelaar, enzovoort. Een andere die de pijn van het vuur gesmaakt had en uit de brand was weggetrokken wierp zich op een van de deerlijk gebrande lichamen om toch de strijd die begonnen was ook zo te eindigen en de kroon van de martelisatie te mogen verkrijgen. Dit verhalen wij nog boven hetgeen wij in het 1ste boek aangetekend hebben, hoewel van de personen zelf daar is gesproken. Ook zouden wij deze en dergelijke exempelen meer kunnen bijbrengen, indien dezelve niet genoegzaam, ja zo klaar als de zon bekend waren. Nu gaan wij verder tot het 2e Boek en zullen onze aanvang nemen op de voorgaande manier van hetgeen de heilige martelaren van tijd tot tijd vervolgens hebben geleden. Doch onze arbeid zou hier zeer verminderd worden, - gelijk iemand die eerst al hijgende en zwetende tegen een steil gebergte opgeklommen was daarna zacht en met gemak weer afgaat - naardien ons voor zoveel de martelaren belangt - de voorgaande beschrijving en gedrukte exemplaren daarin dienen zullen. Waarin wij ook niet voorgenomen hebben iets merkelijks te veranderen, opdat wij het goede werk van onze lieve medebroeders, die daarin heilig voor de Heere gehandeld hebben, niet verkleinen; uitgenomen daar het onder bijvoeging van onze eigen beschrijving, hoognodig zou moeten zijn.
Recommended publications
  • Geleerdheids Zetel, Hollands Roem!
    Geleerdsheids zetel, Hollands roem! Het literaire leven in Leiden 1760-1860 Honings, R.A.M. Citation Honings, R. A. M. (2011, October 5). Geleerdsheids zetel, Hollands roem! Het literaire leven in Leiden 1760-1860. Primavera Pers, Leiden. Retrieved from https://hdl.handle.net/1887/17893 Version: Publisher's Version Licence agreement concerning inclusion of doctoral License: thesis in the Institutional Repository of the University of Leiden Downloaded from: https://hdl.handle.net/1887/17893 Note: To cite this publication please use the final published version (if applicable). Geleerdheids zetel, Hollands roem! Doch, altijd my zoo dierbre wallen, Geleerdheids zetel, Hollands roem! Gy zaagt mijn ouderdom vervallen, Maar ook mijns levens eerste bloem. Willem Bilderdijk ‘Afscheid aan Leyden’ (1827) Voorwoord Dit boek gaat over het literaire leven in Leiden, door Eep Francken, Paul Hoftijzer en Willem Otterspeer. auteurs wel aangeduid als het ‘Bataafsch Athene’, een Zij hebben mijn werk met belangstelling gevolgd en stad met een rijke historie. Veel plekken in de stad zijn mij met hun kritische commentaar voor menige mis- ‘lieux de mémoire’, plaatsen van herinnering, waar stap behoed. men de geschiedenis kan proeven. De historie ligt Mijn voorliefde voor de negentiende eeuw en voor voor het oprapen en alle plekken vertellen hun eigen Bilderdijk heb ik te danken aan Peter van Zonneveld. verhaal, of het nu gaat om het Van der Werf-park, waar Hij maakte zijn studenten met mooie verhalen en in 1807 het befaamde kruitschip ontplofte, of de huizen anekdoten attent op de aanwezigheid van de geschie- op het Rapenburg. Steeds als ik Rapenburg 37 passeer, denis in hun omgeving en wist met zijn colleges bij links van de Bibliotheca Thysiana, moet ik wel even mij een gevoelige snaar te raken.
    [Show full text]
  • Princely Patronage and Patriot Cause: Corruption and Public Value Dynamics in the Dutch Republic (1770S–1780S)
    Public Integrity ISSN: 1099-9922 (Print) 1558-0989 (Online) Journal homepage: http://www.tandfonline.com/loi/mpin20 Princely Patronage and Patriot Cause: Corruption and Public Value Dynamics in the Dutch Republic (1770s–1780s) Toon Kerkhoff To cite this article: Toon Kerkhoff (2016) Princely Patronage and Patriot Cause: Corruption and Public Value Dynamics in the Dutch Republic (1770s–1780s), Public Integrity, 18:1, 25-41 To link to this article: http://dx.doi.org/10.1080/10999922.2015.1093403 Published online: 09 Dec 2015. Submit your article to this journal View related articles View Crossmark data Full Terms & Conditions of access and use can be found at http://www.tandfonline.com/action/journalInformation?journalCode=mpin20 Download by: [Universiteit Leiden / LUMC] Date: 10 December 2015, At: 03:05 Public Integrity, 18: 25–41, 2015 Copyright © American Society for Public Administration ISSN: 1099-9922 print/1558-0989 online DOI: 10.1080/10999922.2015.1093403 Princely Patronage and Patriot Cause: Corruption and Public Value Dynamics in the Dutch Republic (1770s–1780s) Toon Kerkhoff Leiden University While the usefulness of historical insight is often implicitly recognized in public values studies, it is rarely expressed in actual historical research. This article argues that historical analysis is well equipped to investigate public values and their dynamics (i.e., change and continuity over time). To illustrate this argument, the article presents a corruption scandal involving the regent Hugo Repelaer in the Dutch Republic of the 1770s and 1780s. The article shows how patronage and other forms of political behavior were contested on the basis of new and/or reemphasized public values and political principles, such as popular sovereignty and representation.
    [Show full text]
  • Beelaerts Van Blokland
    Nummer Toegang: 2.21.253 Inventaris van het archief van de familie Beelaerts (van Blokland) en aanverwante families, (1381) 1505- 2001 (2007) Versie: 14-06-2020 H.H. Jongbloed, G. Beelaerts van Blokland Nationaal Archief, Den Haag 2014 This finding aid is written in Dutch. 2.21.253 Beelaerts van Blokland 3 INHOUDSOPGAVE Beschrijving van het archief......................................................................................7 Aanwijzingen voor de gebruiker................................................................................................9 Openbaarheidsbeperkingen.......................................................................................................9 Beperkingen aan het gebruik......................................................................................................9 Materiële beperkingen................................................................................................................9 Aanvraaginstructie...................................................................................................................... 9 Citeerinstructie............................................................................................................................ 9 Archiefvorming.........................................................................................................................10 Geschiedenis van de archiefvormer..........................................................................................10 Geschiedenis van het archiefbeheer..........................................................................................11
    [Show full text]
  • Marita Mathijsen Boeken Onder Druk Censuur En Pers-Onvrijheid in Nederland Sinds De Boekdrukkunst Amsterdam University Press Boeken Onder Druk
    onder redactie van Marita Mathijsen Boeken onder druk Censuur en pers-onvrijheid in Nederland sinds de boekdrukkunst Amsterdam University Press Boeken onder druk boeken onder druk.indd 1 29-04-11 13:13 boeken onder druk.indd 2 29-04-11 13:13 boeken onder druk Censuur en pers-onvrijheid in Nederland sinds de boekdrukkunst Onder redactie van Marita Mathijsen Amsterdam University Press boeken onder druk.indd 3 29-04-11 13:13 Deze publicatie is tot stand gekomen met steun van de Faculteit der Geestes­ wetenschappen, Universiteit van Amsterdam Afbeelding omslag: Censuur 2006, Pieter Jonker, conceptueel kunstenaar, Oosterhout en Titelblad van de Index Librorum Prohibitorum, versie Paus Benedictus XIV, 1758. Ontwerp omslag: Kok Korpershoek, Amsterdam Ontwerp binnenwerk: ProGrafici, Goes isbn 9789089643063 e­isbn 9789048513727 nur 615 © Marita Mathijsen / Amsterdam University Press, 2011 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgesla­ gen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voorzover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16B Auteurswet 1912 jº het Besluit van 20 juni 1974, Stb. 351, zoals gewijzigd bij het Besluit van 23 augustus 1985, Stb. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (Postbus 3051, 2130 KB Hoofddorp). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) dient men zich tot de uitgever te wenden.
    [Show full text]
  • 1885 Jaargang 3 (Iii)
    VAN HET EALQGISC -HERALDIEK GENOOTSCHAP DF1 NEDERLANDM’XE LEEUNT. I c 3” Jaargang 1885. INHOUD, Bladz. Namen der beuoemde leden .................. .. ...... 1, 20, 62, 85 Huwelijksche Voorwaarden t,usschen Otto va.n Egmond en Kathel>-na van Raaphorst. .......... 1 Ecnige aunteekeningen betreMende het geslacht van Assendelft ...... ............. 2 Adriana de Hollands .................................. 4 Eenige aanteekeningen uit de huwelijksregisters van Beverwijk ................. 4, 25 Boekwerken vac 1870 tot en met 1888 in Nederland verschenen op het gebied WIJ nxpen-, geslacht- en zegelkunde . 5 Boekaankondiging. ......... ........................ 6. 94 Familieberichten .................... 6, 23, 25 33, 43, 49, 58, 66, 74, 81, 90, 97 Advertentie ....................... ........... 8 Mr. Gare1 Joseph van der Muelen (met wapen-afbeelding) .......... ........... 9 Mr. Pieter VerI,oren van Themaat (met wapen-afbeelding). .... - .... ............ 10 Genealogie van het geslacht Maleprade ................ ........... 11 Geslacht Hamer ........................ ......... 12, 63, 95 Gesincht, Roels ........................ ......... 13, 21 Adriaan Lodewijk Krook van Harpen (met wapen-afbeelding) ........ ............ 17 Boekwerken, enz., ontvangen voor de bibliotheek en het archiet ....... ....... 17, 45, 69, 94 Grafsteenen en wapenborden in de kerk te Hallum ............ ............18 Geslacht van der Goes. ................................. 21 Het geslacht. d’Ailly. ...................... 22 Verschillende opgaven voor een wapen. Donker en
    [Show full text]
  • Weldenkende Burgers En Oranjeliefhebbers
    Weldenkende burgers en Oranjeliefhebbers DeJong_00 voorwerk Diss.pdf 1 25-03-14 10:29 Deze uitgave is mede mogelijk gemaakt door een financiële bijdrage van de Afbeelding op het omslag: stadhuis van Leiden. Tekening door J. de Breijer, 1751. Rijksmuseum Amsterdam RP-T-1959-72. Dit proefschrift heeft geen eigen isbn. Het isbn van de handelsuitgave is 978-90-8704-446-6. ©2014 Erik Halbe de Jong & Uitgeverij Verloren Torenlaan 25, 1211 ja Hilversum www.verloren.nl Omslagontwerp: Robert Koopman, Hilversum Typografie: Rombus, Hilversum Druk: Wilco, Amersfoort Bindwerk: van Strien, Dordrecht No part of this book may be reproduced in any form without written permission from the publisher. DeJong_00 voorwerk Diss.pdf 2 25-03-14 10:29 Weldenkende burgers en Oranjeliefhebbers Patriotten en Prinsgezinden in Leiden 1775-1795 Right-thinking citizens and Orange devotees Patriots and Orangists in Leyden 1775-1795 (with a summary in English) Proefschrift ter verkrijging van de graad van doctor aan de Universiteit Utrecht op gezag van de rector magnificus, prof.dr. G.J. van der Zwaan, ingevolge het besluit van het college voor promoties in het openbaar te verdedigen op vrijdag 9 mei 2014 des middags te 4.15 uur door Erik Halbe de Jong geboren op 17 januari 1946 te Alblasserdam DeJong_00 voorwerk Diss.pdf 3 25-03-14 10:29 Promotor: Prof.dr. M.R. Prak DeJong_00 voorwerk Diss.pdf 4 25-03-14 10:29 Inhoud Voorwoord 7 1 Inleiding 9 2 Patriotten en Prinsgezinden 26 3 Leidse conflicten en de theorie van de collectieve actie 47 4 Textielstad in verval 63 5 Stadsbestuur
    [Show full text]
  • Download PDF Van Tekst
    Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1875 bron Handelingen der jaarlijksche algemeene vergadering van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden, over het jaar 1874-1875. E.J. Brill, Leiden 1875 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_jaa002187501_01/colofon.htm © 2004 dbnl 3 Handelingen der algemeene vergadering van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde te Leiden, gehouden aldaar den 24sten Juni 1875, in het gebouw van de ‘Maatschappij tot Nut van 't Algemeen’. Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde, 1875 5 Tegenwoordig de Leden van het Bestuur: Prof. M. de Vries, Voorzitter; Prof. R. Fruin; Prof. A. Kuenen; Dr. W. Pleyte; Dr. W.N. du Rieu, Penningmeester; Dr. H.C. Rogge, Bibliothecaris; Dr. J. Verdam, Secretaris. Het eerelid: Dr. J.T. Bergman, en de Leden: H.M.C. van Oosterzee, Dr. A. de Jager; A. Perk; Dr. M.F.A.G. Campbell; Mr. H. Obreen; B.W. Wttewaall; F. de Stoppelaar; James de Fremery; Dr. W. Scheffer; A.W. Sijthoff; D.A. Thieme; F.A.F. Delprat; W.P. Wolters; Mr. D.J. Scherer; Mr. H. Gerlings Cz.; Martinus Nijhoff; Jhr. J.E.H. Hooft van Iddekinge; Mr. C. Vosmaer; Ds. J.A. van Hamel; Ds. J.E. Inckel; Dr. T.C.L. Wijnmalen; D.J. den Beer Poortugael; J. Tideman; Mr. B. Th. Baron van Heemstra van Froma en Eibersburen; Dr. G.D.J. Schotel; Dr. A.R. Ruitenschild; Prof. C.P. Tiele; P.A. Tiele; Mr. W. van der Kaay; Johs. Hilman; Mr. A.W. Jacobson; M.D. de Bruyn; Prof. J.H. Scholten; P.J.
    [Show full text]
  • Historisch Deel Ii Ned. Adelsboek
    ‘% DeNiderlandsche Adel (HISTORISCH GEDEELTE) IIE UITGAVE A-Z 1930 N.V. BOEKHANDEL V/H W. P. VAN STOCKUM 6 ZOON ‘S-GRAVENHAGE - VOORWOORD. Gevolg gevende aan het in de eerste uitgave van dit boekie kenbaar gemaakt voornemen, verschiint thans na 5 jaar voor de tweede maal het ,,Historisch Gedeelte” van den Nederlandschen Adel: In deze 5 iaren ontvingen 14 personen een adelsdiploma en wel 12 een van verhueffing, 1 een van erkenning en 1 een van inlijving; a1 deze per- sonen behoorden echter tot geslachten, waarvan reeds takken van Nederl. Adel waren, zoodat geen nieuwe namen aan de Nederlandsche Adelliike eeslachten werden toegevoegd. DaarentegenYfièrven in dit tijdvak 6 geslachten in man- nelijke lijn uit (van Braam, von Daehne, Dommer van Poldersveldt, Fagel, Gansneb genaamd Tengnagel en Vrijt- hoff), terwijl in deze 5 jaar zes geslachten geheel uit- stierven (Fabricius, Klerck, van Plettenberg, Rochussen, de Sinhers ther Borch en Sineendonck). Behalve deze veranderingen is in dit nieuwe- boekje ‘voor een 25-ta1 geslachten de stamreeks hooger opgevoerd vermeld, terwijl verder bij verschillende geslachten meer of minder be- langrijke verbeteringen werden aangebracht. Onder den naam van elk geslacht is thans vermeld in welken jaargang van het Ned. Adelsboek voor het laatst de stamreeks is opgenomen. De Redactie hoopt na vijf jaren weder een nieuwe uit- gave van het ,,Historisch Gedeelte” te kunen aanbieden. De Redactie W. J. J. C. BIJLEVELD. W. WIJNAENDTS VAN RESANDT. Dr. E. B. F. F. Baron WITTERT VAN HOOGLAND. D’ABLAING VAN GIESSENBURG Str. jg. 1912. Protestant. - Esquerchin bij Daornik. - De stamreeks vangt aan met Piérart Dablain, wonende te Esquerchin, die in 1454 overleed.
    [Show full text]
  • De Patriottentijd. Deel 1: 1776-1784
    De patriottentijd. Deel 1: 1776-1784 H.T. Colenbrander bron H.T. Colenbrander, De patriottentijd. Hoofdzakelijk naar buitenlandsche bescheiden. Deel 1: 1776-1784. Martinus Nijhoff, Den Haag 1897 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/cole002patr01_01/colofon.htm © 2008 dbnl / erven H.T. Colenbrander V AAN MIJN OUDERS. H.T. Colenbrander, De patriottentijd. Deel 1: 1776-1784 VII [Woord vooraf] Wij Nederlanders zijn voor het meerendeel nog niet geneigd veel notitie te nemen van onze geschiedenis van vóór den tachtigjarigen oorlog. Eerst dan beginnen onze voorouders, in onze schatting, een stuk te spelen waarnaar het de moeite loont te kijken. Een lang stuk is het, waarvan de eerste bedrijven onze aandacht sterk spannen, de middenste met een rustiger welgevallen door ons worden aangezien, en de laatste door hun eindelooze herhalingen ons doen geeuwen. Altijd blijft het spel in denzelfden serieuzen stijl; wij gaan het vertoonde onbelangrijk vinden, maar wat niet verandert is de ernst en deftigheid der vertooners. Tot zij op eens, zonder dat het scherm neer is geweest, tot een onnatuurlijk rumoerige klucht overgaan, van de soort die ons vreemd doen opkijken maar niet vroolijk maken. Wij begrijpen die zenuwachtige drukte niet van dezelfde lieden, die wij zoo pas in alle afgemetenheid een heel andere rol zagen vervullen; het wordt ons niet duidelijk, waarom zij nu al die grimassen maken, en waarom zij die zóó maken en niet anders. Het nastukje verveelt ons nog veel eerder dan het lijzige slot van het drama van daareven. Het lucht ons op als eindelijk de lange pruisische grenadier komt en al die potsenmakers in eens van het tooneel jaagt, waar het dan, voor een korte poos tenminste, weer stil en saai wordt als te voren.
    [Show full text]
  • Occhio! Verborgen Tekeningen Uit Italië
    Occhio! Verborgen tekeningen uit Italië Tentoonstelling Universiteitsbibliotheek Leiden, 12 mei – 27 september 2012 Han Harthoorn, Joost Joustra, Jef Schaeps, Gert Jan van der Sman 2018 ________________________________________________________________ INHOUD Inleiding ............................................................................................................. 4 1. Herkomst van de tekeningen ......................................................................... 4 2. Selectie .......................................................................................................... 5 3. Wetenschappelijke aspecten .......................................................................... 6 4. Het technische onderzoek.............................................................................. 6 4.1. Onderzoeksmethoden ............................................................................. 7 4.2. Tekenmaterialen ..................................................................................... 8 1. Renaissance en maniërisme ......................................................................... 15 2. Barok ........................................................................................................... 59 3. Landschappen .............................................................................................. 89 Bibliografie .................................................................................................... 110 Colofon .........................................................................................................
    [Show full text]
  • Collectie 1902, 1218-Ca.1830
    Nummer Toegang: 1.11.04 Inventaris van de collectie 1902, 1218-ca.1830 Versie: 04-03-2020 C.H. van Marle, W.W. van Driel Nationaal Archief, Den Haag 1979 This finding aid is written in Dutch. 1.11.04 Collectie 1902 ARA 3 INHOUDSOPGAVE Beschrijving van het archief......................................................................................5 Aanwijzingen voor de gebruiker................................................................................................6 Openbaarheidsbeperkingen.......................................................................................................6 Beperkingen aan het gebruik......................................................................................................6 Materiële beperkingen................................................................................................................6 Aanvraaginstructie...................................................................................................................... 6 Citeerinstructie............................................................................................................................ 6 Archiefvorming...........................................................................................................................7 Geschiedenis van de archiefvormer............................................................................................7 Geschiedenis van het archiefbeheer...........................................................................................7 De verwerving
    [Show full text]
  • Amerika in Dordrecht. Een Allegorie Op Het Verdrag Van 1782 in Een
    Amerika in Dordrecht Een allegorie op het verdrag van 1782 in een Dordtse koopmanswoning Josephina de Fouw America in Dordrecht. An allegory on the treaty of 1782 in a merchant’s house On 8 October 1782 the Dutch Republic and the United States signed a Treaty of Amity and Commerce in The Hague. This article focuses on a remarkable overdoor painting with an allegorical representation of the treaty. The painting, nowadays in the Rijksmuseum collection, was commissioned by Jan Rens Jansz. (1726-1798), a sugar refiner, for his house in Dordrecht. A study into the interior of the building reveals how Rens in a unique way expressed his political views in the privacy of his house. By looking at Rens’s personal circumstances and the political situation in Dordrecht, the article points out what drove Rens to pro- pagate the treaty so explicitly. The case demonstrates the extent to which Dutch merchants were engaged in the treaty with the United States. Op 19 april 1782 erkende de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden als tweede natie ter wereld de onafhankelijkheid van de Verenigde Staten.* Een half jaar later werd in de Trêveszaal het ‘tractaat van vriendschap en commer- cie’ getekend. Dit verdrag is het onderwerp van een bijzonder bovendeurstuk dat de Dordtse suikerraffinadeur Jan Rens Jansz. (1726-1798) liet maken voor zijn huis aan de Nieuwe Haven 32. Dit bovendeurstuk, dat zich tegenwoordig in het Rijksmuseum bevindt, is namelijk het enige bekende voorbeeld van een interieurschildering met dat ver- drag als onderwerp.1 De schildering vormde deel van een campagne waarbij het gehele interieur en de gevel naar de smaak van Rens en de tijd werden ver- bouwd in neoclassicistische stijl.
    [Show full text]