Gebiedsdossiers Drinkwaterwinningen Overijssel Deel 2: Hammerflier

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

Gebiedsdossiers Drinkwaterwinningen Overijssel Deel 2: Hammerflier Gebiedsdossiers drinkwaterwinningen Overijssel Deel 2: Hammerflier Provincie Overijssel Eenheid Water en Bodem Colofon Datum December 2010 Auteur C. van den Brink, Royal Haskoning J.H. van Grootheest, Royal Haskoning I. Hans, Royal Haskoning A.R. van Lienden, Provincie Overijssel C. Steinweg, Royal Haskoning Project/kenmerk 9W2546 Inlichtingen bij A.R. van Lienden Provincie Overijssel 038 499 78 66 Adresgegevens Provincie Overijssel Luttenbergstraat 2 Postbus 10078 8000 GB Zwolle Telefoon 038 499 88 99 Fax 038 425 48 88 www.overijssel.nl [email protected] Het gebiedsdossier Hammerflier dient in samenhang gelezen te worden met Deel 1. Inleiding en Handleiding Gebiedsdossier Hammerflier Inhoudsopgave 15 Winning Hammerflier 1 15.1 Beschrijving van de winning 1 15.1.1 Inleiding 1 15.1.2 Intrekgebied 3 15.1.3 Kwetsbaarheid van het watersysteem 4 15.1.4 Beoordeling ruwwater: beschrijving 7 15.1.5 Beoordeling ruwwater: toetsing 7 15.2 Beschrijving van de bronnen van verontreiniging 12 15.2.1 Diffuse bronnen 12 15.2.2 Puntbronnen 13 15.2.3 Lijnbronnen 14 15.2.4 Beschermingsbeleid en -praktijk 16 15.3 Analyse risico’s 17 15.3.1 Belasting met diffuse bronnen 17 15.3.2 Belasting met puntbronnen 19 15.3.3 Belasting met lijnbronnen 21 15.3.4 Planologische bescherming 22 15.3.5 Calamiteitenplannen 24 15.4 Resultaten analyse en mogelijke maatregelen 26 Gebiedsdossier Hammerflier 15 Winning Hammerflier 15.1 Beschrijving van de winning 15.1.1 Inleiding De winning Hammerflier ligt ten noordwesten van Vroomshoop. (figuur 15.1)1. Het is een semi- spanningswater winning, wat betekent dat het gewonnen water afkomstig is uit een gedeeltelijk afgesloten watervoerend pakket. De winning van het grondwater is gestart in 1992. De onttrekking vindt plaats op een diepte van circa 17 tot 70 meter beneden maaiveld (m-mv). Het vergunningsdebiet is 5 miljoen m3/jaar. De werkelijk onttrokken hoeveelheden lagen in de periode 2005-2009 tussen 1,11 en 1,60 miljoen m3/jaar. Hoewel er ruimte aanwezig is binnen de vergunning, is uitbreiding van de winning tot 5 Mm3/j nog niet zeker. Het invloedsgebied van de winning raakt het Natura-2000/TOP-gebied Vecht-Regge / Beerzerveld. Daarnaast moet de winbare capaciteit nader onderzocht worden, in verband met mogelijk aantrekken van brak water. Om de invloed van de winning op het omliggende landbouwgebied en het natte heidegebied van Beerzerveld te compenseren, is een wateraanvoerplan gerealiseerd. Uit de evaluatie van het wateraanvoerplan blijkt dat de combinatie winning + wateraanvoerplan positief is voor zowel landbouw als het Beerzerveld. De exacte invloed van een eventuele uitbreiding zal echter nader onderzocht moeten worden. Het gebiedsdossier betreft een beschrijving van de huidige situatie en huidige risico’s. Toekomstige ontwikkelingen zijn hierin niet opgenomen, maar worden meegenomen in het proces dat volgt na vaststelling van het gebiedsdossier. 1 De figuurnummering in het rapport wijkt af van de nummering volgens de structuur uit de tabellen 2.1, 2.2 en 2.4 in Deel 1. Inleiding en Handleiding. Gebiedsdossier Hammerflier 1 Figuur 15.1 Topografische ligging Hammerflier Het ruwwater wordt getypeerd als veen en kalkwater. Het water wordt onttrokken uit kalkrijke watervoerende pakketten en is anaëroob. Hoewel er een risico is op het aantrekken van brak grondwater (verzilting), is dit niet direct zichtbaar in de ruwwaterkwaliteit. Menselijke invloeden vanaf maaiveld zijn tevens niet zichtbaar. Het grondwater wordt behandeld en gezuiverd, zodat het leidingwater aan de wettelijke eisen voldoet. De zuivering bestaat uit voorfiltratie, nafiltratie, actiefkool en UV-desinfectie. Het nafiltraat wordt gemengd met reinwater van de winning Archemerberg. Gebiedsdossier Hammerflier 2 15.1.2 Intrekgebied Het intrekgebied vanaf maaiveld is het gebied waarbinnen grondwater vanaf maaiveld in de winning terecht komt. Dit intrekgebied vanaf maaiveld vormt geen aaneengesloten gebied maar heeft een grillige vorm. In de Omgevingsverordening Overijssel 2009 is het vigerend intrekgebied aangegeven. Het berekend intrekgebied vanaf maaiveld van de winning Hammerflier valt voor een groot deel buiten het grondwaterbeschermingsgebied, maar grotendeels binnen het vigerend intrekgebied. Omdat de berekening van het intrekgebied vanaf maaiveld vooralsnog niet met het best beschikbare model is uitgevoerd, wordt vooralsnog gebruik gemaakt van de beschikbare zoneringen om daarmee ‘zoekgebieden voor maatregelen’ te bepalen. De buitenste contour van het vigerend intrekgebied en het intrekgebied vanaf maaiveld wordt aangehouden als grens van het gebiedsdossier. Potentiële bedreigingen binnen de buitenste contour van het vigerend intrekgebied en het intrekgebied vanaf maaiveld zullen mogelijk risico’s met zich mee brengen wanneer die de winning of individuele putten kunnen bereiken. Het berekende intrekgebied vanaf maaiveld is weergegeven op figuur 15.2, waarin tevens de overige relevante contouren zijn opgenomen. Het grondgebruik in het gehele gebied bestaat voornamelijk uit landbouw. In het uiterste noorden overlapt het intrekgebied van de winning een klein deel van het Natura-2000/TOP-gebied Vecht- Regge / Beerzerveld. In het zuidelijke deel ligt de bebouwde omgeving van Vroomshoop en het bosgebied De Zandstuwe. Gebiedsdossier Hammerflier 3 Figuur 15.2 Intrekgebied vanaf maaiveld en vigerend intrekgebied drinkwaterwinning Hammerflier 15.1.3 Kwetsbaarheid van het watersysteem De kwetsbaarheid van de winning is afhankelijk van de geohydrologische opbouw van het watersysteem. Het grondwater wordt onttrokken op een diepte van circa NAP -10 tot NAP -60 meter. Het water wordt onttrokken uit het tweede watervoerende pakket, waarin onderscheid wordt gemaakt tussen een uiterst grofzandig deel en een matig grof- tot matig fijn-zandig deel op grotere diepte. In het tweede watervoerende pakket kan lokaal keileem voorkomen die behoort tot de Formatie van Drenthe. Het tweede watervoerende pakket wordt afgedekt door een kleilaag van de Formatie van Asten. De dikte van deze kleilaag varieert van 5,5 meter tot minder dan 0,5 meter. In zuidelijke richting op circa 1450 meter van het pompstation is de kleilaag zelfs geheel afwezig. Verder in oostelijke richting wigt de formatie van Asten uiteindelijk uit. Dit is echter op een behoorlijke afstand van de pomplocatie. Boven deze kleilaag ligt het eerste watervoerend pakket, bestaande uit de Formaties van Kreftenheye en Twente. Hierbinnen komt niet aaneengesloten over het gebied een leemlaag voor met een dikte van enkele decimeters. Deze laag bevindt zich op een diepte van 2 tot 5 meter onder maaiveld. Gebiedsdossier Hammerflier 4 Een schematisatie van het geohydrologisch profiel is weergegeven in figuur 15.3. Figuur 15.3 Schematisatie geohydrologisch profiel Hammerflier (Bron: Vitens) Het grondwater wordt gevoed met neerslag. Door de weerstandsbiedende kleilaag in de ondiepe ondergrond wordt de toestroomsnelheid van neerslag naar de putten vertraagd. De verblijftijd vanaf maaiveld, tot dat de put wordt bereikt, varieert van meer dan 100 jaar aan de randen van het berekend intrekgebied vanaf maaiveld tot minder dan 10 jaar in en om het waterwingebied. De fysische kwetsbaarheid is geschat op basis van de REFLECT methodiek. Hierbij zijn de bodemkaart, dikte slechtdoorlatende lagen boven putfilters en reistijden vanaf maaiveld beoordeeld en gecombineerd. Uit deze verschillende kaartbladen is een kwetsbaarheidskaart berekend (zie figuur 15.4). De kwetsbaarheidskaart geeft een ‘theoretische’ kwetsbaarheid, op basis van een aantal kenmerken van de winning. Voor de kleurtoekenning geldt: hoe roder de kleur, des te kwetsbaarder het gebied. Gebiedsdossier Hammerflier 5 Figuur 15.4 Fysische kwetsbaarheid Hammerflier vastgesteld met de REFLECT- methodiek Uit figuur 15.4 blijkt dat de kwetsbaarheid van de winning Hammerflier sterk varieert. Aan de randen van het vigerend intrekgebied is het gebied overwegend matig kwetsbaar, met lokaal weinig kwetsbare delen. Ten zuiden van de waterwingebieden liggen gebieden met korte verblijftijden. Deze kwetsbaarheid wordt vooral veroorzaakt door het ontbreken van een slechtdoorlatende laag, in combinatie met een zandige bodem. Nabij de waterwingebieden is wel een slechtdoorlatende laag aanwezig, met een maximale dikte tot enkele tientallen meters. De winning vindt plaats onder dit afdekkend pakket. Opmerkelijk is ook, dat een kwetsbaar deel van het intrekgebied buiten de zuidelijke begrenzing van het grondwaterbeschermingsgebied ligt. Ondanks de relatief korte verblijftijden wordt de winning als geheel beoordeeld als een matig kwetsbare winning vanwege de reactiviteit van de ondergrond. Deze reactiviteit wordt geïllustreerd door de anaërobie van het onttrokken grondwater. Gebiedsdossier Hammerflier 6 2 15.1.4 Beoordeling ruwwater: beschrijving Het grondwater van de winning Hammerflier wordt onttrokken uit kalkrijke watervoerende pakketten en is anaëroob (Fe-reducerend). Het ruwwater wordt getypeerd als veenachtig en kalkrijk. Er bestaat een gevaar voor het aantrekken van anoxisch brak water vanuit de diepte en voor aantrekken van aëroob landbouwwater van boven. Dit kan leiden tot een risico op putverstopping, door menging van aëroob/anaëroob water. Hiervoor is in het verleden de onttrekkingshoeveelheid verminderd van 100 naar 50 m3/uur, wat neerkomt op ca. 0,4 – 0,8 miljoen m3/jaar. Het ontstaan van scherpe up-coning (het lokaal aantrekken van dieper gelegen zoutwater) kan worden beperkt door de winning te spreiden over meer pompputten. In 2004 zijn daarom 3 nieuwe putten toegevoegd (met
Recommended publications
  • Programmabegroting 2021
    Programmabegroting 2021 2 3 Inhoudsopgave Inhoudsopgave ........................................................................................................................................4 Inleiding ...................................................................................................................................................5 Inleiding ................................................................................................................................................6 Bestuur ...............................................................................................................................................13 Programma Sociaal Domein .................................................................................................................15 Doelenboom Sociale Zaken ...............................................................................................................16 Doelenboom Maatschappelijke ondersteuning ..................................................................................23 Doelenboom Gezondheidszorg .........................................................................................................30 Doelenboom Onderwijs ......................................................................................................................35 Doelenboom Jeugd ............................................................................................................................39 Doelenboom ontwikkelprogramma Transformatie Sociaal Domein ...................................................47
    [Show full text]
  • Versie 1.7, 17 Juli 2020 1 Inleiding
    Versie 1.7, 17 juli 2020 1 Inleiding Waarom een regiobeeld? De beschikbaarheid van goede, tijdige en betaalbare zorg staat onder druk. De stijgende zorgvraag en de afname van het aantal zorgverleners zorgt voor een toenemende gat tussen vraag en aanbod. Een landelijke aanpak kan deze problematiek niet oplossen, daarvoor is een regionale aanpak vereist. Immers, elke regio is anders. De inwoners, hun wensen en behoeften, hun gezondheid en daarmee de zorgvraag verschilt per regio. Regionale zorgaanbieders, gemeenten, inwoners en andere partijen werken samen om het toekomstig zorglandschap verder vorm geven. Daarvoor is inzicht nodig in de ontwikkeling van de zorgvraag en het zorgaanbod in de regio. De impact van de coronacrisis De analyses in dit regiobeeld zijn uitgevoerd vóór de coronacrisis. Hoe de crisis de zorg de komende jaren zal beïnvloeden is nu nog niet te bepalen, maar het is aannemelijk dat dit impact heeft. Het regiobeeld is een dynamisch document en kan de komende tijd geüpdatet worden als de effecten van de coronacrisis op de trends in zorgvraag en zorgaanbod duidelijk worden. Hoe is dit regiobeeld tot stand gekomen? Het regiobeeld is bedoeld als onderlegger voor het initiatief dat in Twente is genomen om tot een gezamenlijke regiovisie te komen. Het beschrijft de verwachte verandering in de zorgvraag over een periode van 10 jaar, waarbij de impact van relevante trends zo veel mogelijk wordt gekwantificeerd. Menzis heeft het initiatief voor het regiobeeld genomen. Daarbij is dankbaar gebruik gemaakt van input van partners in de regio die bij overleg over het regiobeeld naar voren is gekomen. De partijen, waarbij input voor het regiobeeld is opgehaald, zijn op de volgende pagina weergegeven.
    [Show full text]
  • Koopstromenonderzoek Kern Hardenberg
    KIJKEN, KIJKEN NAAR KOPEN RAPPORT KERN HARDENBERG Koopstromenonderzoek Oost-Nederland 2015 Oktober 2015 www.ioresearch.nl COLOFON Uitgave I&O Research Zuiderval 70 Postbus 563 7500 AN Enschede Rapportnummer 2015/101 Datum Oktober 2015 Opdrachtgever Gemeente Hardenberg Auteurs Marjolein Meurs Thijs Lenderink Bestellingen Exemplaren zijn verkrijgbaar bij de opdrachtgever. Het overnemen uit deze publicatie is toegestaan, mits de bron duidelijk wordt vermeld. Rapport kern Hardenberg Colofon INHOUDSOPGAVE 1. Kort vooraf .................................................................................................................. 6 1.1 De winkelwereld is veranderd ...................................................................................6 1.2 Doel van het onderzoek ...........................................................................................6 2. Koopstromen ............................................................................................................... 9 2.1 Dagelijkse sector ....................................................................................................9 2.2 Niet-dagelijkse sector ............................................................................................ 10 2.3 Vergelijking oriëntatie op eigen kern ....................................................................... 13 2.4 Toevloeiing versus afvloeiing .................................................................................. 13 2.5 Conclusie ............................................................................................................
    [Show full text]
  • Vragen En Antwoorden Webinar 26 April 2021
    (samenvatting) Vraag Onderwerp Antwoord Voor de periode tot 2030 is de opgave voor alle 30 RES-regio's in Nederland opwek van duurzame energie door zon en wind. De aanname dat het om zon en wind gaat is onjuist! Er is sprake van duurzame Andere technieken zoals kernenergie, Thorium of waterstof tellen volgens landelijke afspraken niet mee voor de 35 TWh energie... dat kan veel meer zijn dan zon of wind. Waarom is dit niet doelstelling van de RES tot 2030. Waterstof is bovendien een energiedrager en geen energiebron. Zie voor verdere informatie: meegenomen? Inhoud https://media.regionale-energiestrategie.nl/resgespreksassistent/andere-energiebronnen/ Kernenergie is zeker toepasbaar want de einddatum is 2050! Als we dit kunnen aantonen is het een uitstekend alternatief. Waarom is kernenergie niet Volgens landelijke afspraken wordt voor de RES-periode tot 2030 kernenergie niet meegerekend. Bovendien is dit een landelijke meegenomen? Inhoud afweging en ligt dit niet bij de regio's. Er wordt gesproken over maatschappelijke acceptatie in plaats van draagvlak, omdat de eerlijkheid gebiedt te zeggen dat windmolens nou eenmaal niet populair, maar wel nodig zijn. Het grootschalig opwekken van duurzame energie geeft hoe dan ook veranderingen in de directe leefomgeving van mensen. Acceptatie betekent wat ons betreft begrip voor de gezamenlijke Van draagvlak naar acceptatie, mooi verwoord maar wat fijn dat je wel begrijpt dat opgave voor het klimaat en dat deze opgave ook hier lokaal zal neerdalen in de vorm van zonnevelden en windmolens. Dat is niemand het ziet zitten. Wat bedoelt u met maatschappelijke acceptatie? Inhoud misschien niet leuk, maar het proces moet op een transparante en eerlijke manier verlopen en te begrijpen zijn.
    [Show full text]
  • Twente Region (Nuts2 Region NL21)
    Part I – General information Partner organisation: Stichting Groene Kennispoort Twente Country: Netherlands NUTS2 region: NL21 Contact person: Dagmar Makkink E-mail address: [email protected] Phone number: +31 648952722 Part II – Policy Context Name of the policy In the case of Twente the program of Green Metropolis instrument addressed: Twente (GMT) is the policy instrument. Main goal of the Further details on the programme is to stimulate regional economy by policy context and the encouraging local and regional actors to innovate and way the action plan work together. The geographical area of the programme is should contribute to the Twente Region (nuts2 region NL21). Main priorities in improve the policy the GMT-program are Agribusiness and Food, instrument. Biodiversity, Biomass Management, Social Development and Cohesion, Tourism and Water Management. One of the main challenges is the transition to circular economy in the region Twente. The Agribusiness and Food sector is an important economic sector for Twente. It provides for 10% of the jobs in Twente and 15% of the RGP. The Agribusiness and food sector is in transition, it has to become more durable and circular. One of the topics in that transition is to shorten the food chain and produce an consume more regional food products, We believe that innovation and regional economic growth has to come from the entrepreneurs and organisations at the base of our region. The GMT-program uses multiple instruments to reach these target groups: - ongoing development of a shared
    [Show full text]
  • Gemeenteblad 15
    Nr. 119036 15 mei GEMEENTEBLAD 2019 Officiële uitgave van de gemeente Borne Aanwijzingsbesluit toezichthouders Omgevingsdienst Twente 2019, gemeente Borne De directeur van de Omgevingsdienst Twente, overwegende dat: • door de deelnemers aan de gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Twente verschillende toezichts- en handhavingstaken op het gebied van de fysieke leefomgeving zijn gemandateerd aan de Omgevingsdienst Twente; • de colleges van burgemeester en wethouders en het college van gedeputeerde staten overeenkomstig artikel 5.10 lid 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht de bevoegdheid hebben tot het aanwijzen van toezichthouders die met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens enig wettig voorschrift zijn belast; • dertien deelnemende gemeenten en de provincie Overijssel, op verzoek van de Omgevingsdienst Twente, besloten hebben deze voornoemde bevoegdheid te mandateren aan de directeur, te weten: - Gemeente Almelo - Gemeente Losser - Gemeente Borne - Gemeente Oldenzaal - Gemeente Dinkelland - Gemeente Rijssen-Holten - Gemeente Enschede - Gemeente Tubbergen - Gemeente Haaksbergen - Gemeente Twenterand - Gemeente Hellendoorn - Gemeente Wierden - Gemeente Hof van Twente - Provincie Overijssel • de mandaatbesluiten van bovengenoemde partijen aanvaard zijn door het Dagelijks Bestuur van de Omgevingsdienst Twente; gelet op: - het bepaalde in afdeling 10.1.1. van de Algemene wet bestuursrecht; - de Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Twente; - de artikelen 5:11 en 5:12 van de Algemene wet bestuursrecht;
    [Show full text]
  • Landschapsontwikkelingsplan PDF, 3,1 MB
    Landschapsontwikkelingsplan Noordoost Twente en Twenterand Gemeentelijke uitwerking: Gemeente Twenterand Opdrachtgever: Opdrachtnemer: Project nr.1213 Gemeente Dinkelland, Tubbergen, Oldenzaal, Eelerwoude Losser en Twenterand Mossendamsdwarsweg 3 7472 DB Goor Opgesteld door Gecontroleerd Datum Postbus 53, 7470 AB Goor J. Schinkelshoek S.Semmekrot 02-15-08 Tel.: 0547 - 263515 Fax: 0547 - 263315 e-mail: [email protected] http://www.eelerwoude.nl ] INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 1.1 Gemeentelijke uitwerking 1 1.2 Doel van het LOP 1 1.3 Status en rol 1 1.4 Opbouw en rapport 2 2. VAN TOTAALVISIE NAAR GEMEENTELIJKE VISIE Inleiding 4 Landschappelijke eenheden 6 3. LANDSCHAPPELIJK STREEFBEELD Inleiding 13 Ontwikkelingsaccenten 16 Uitwerking deelgebieden 24 Opgaven LOP 42 4. TOETSINGSKADER VOOR ONTWIKKELINGEN Inleiding 43 Inzet van ontwikkelingen 44 Kwaliteitseisen en tegenprestaties 47 5. BELEID EN OPLOSSINGSRICHTINGEN Inleiding 61 Vernieuwen 63 LOP NOTT-Gemeente Twenterand 2 6. UITVOERINGSPLAN Inleiding 64 Resultaten inventarisatie en kostenraming 64 Projecten 67 Financiering 67 Organisatie 68 BIJLAGEN Bijlage 1: Visiekaart Twenterand Bijlage 2: Totaalvisiekaart Bijlage 3: Mogelijke inzet rode ontwikkelingen Twenterand Bijlage 4: Cultuurhistorische elementen Bijlage 5: Provinciale natuurbeleidskaart Bijlage 6: Reconstructiekaart Bijlage 7: Beekdalkarakteristieken Bijlage 8: De projectenlijst Bijlage 9: Exploratie van instrumenten Bijlage 10: Begrippenlijst LOP NOTT-Gemeente Twenterand 13 1. INLEIDING 1.1 Gemeentelijke uitwerking § het bijsturen van ontwikkelingen § een gezamenlijke aanpak met omliggende Karakteristiek voor het Twentse landschap zijn de grote gemeenten variatie en verwevenheid van het landschap en de Voor u ligt de gemeentelijke uitwerking van het cultuurhistorische waarden. Er is een grote Landschapsontwikkelingsplan Noordoost-Twente en Het plan is een toetsingskader voor de gebruikers en landschappelijke diversiteit (gradiënten/overgangen) op Twenterand voor de gemeente Twenterand (LOP- de beheerders van het lanschap.
    [Show full text]
  • Overdose Prevention Among People Who Use Ghb at Home in the Netherlands and Belgium (2014 - 2015)
    Overdose Prevention among hard-to-reach people who use GHB in the Netherlands and Belgium 2 Mainline & CVO – 2014 / 2015 Overdose prevention Among people who use ghb at home In the Netherlands and Belgium (2014 - 2015) An exploration of the personal and environmental characteristics associated with overdosing and the opportunities for risk reduction Overdose Prevention among hard-to-reach people who use GHB in the Netherlands and Belgium 3 Mainline & CVO – 2014 / 2015 COLOPHON Project team: H. van Aalderen, R. van Bodegom, M. Busz and S. van Gaalen (Mainline Foundation) Research team: D. De Bruin, J.P. Grund (Centre for Addiction Studies) Outreach team: I. Bakker, S. van Gaalen (Mainline) and T. Nabben (Bonger Institute) Editor: S. van Gaalen (Mainline), D. De Bruin, J.P. Grund (Centre for Addiction Studies) Layout: L. Knoops (Mainline) Translation: J. Kreb (Transmission Translations) & S. Jabbar (The English Writer) This project has been produced with the financial support from: The European Commission JUST/2013/DPIP/AG/4795 & The Dutch Mental Health Foundation (20136791). FrederikHendrikstraat 111 Postbus 58303 1040 HH Amsterdam +31 20 6822660 www.mainline.nl [email protected] © 2015, Mainline Foundation, Amsterdam No part of this publication may be reproduced and/or published by way of print, photocopies, microfilm or in any other way, without the prior written permission from Mainline Foundation. Overdose Prevention among hard-to-reach people who use GHB in the Netherlands and Belgium 4 Mainline & CVO – 2014 / 2015 PREFACE The following pages present Mainline’s research report ’Overdose prevention among hard-to-reach people who use GHB at home’. It is the result of many conversations held with people from all over the Netherlands and in the northern part of Belgium (Flanders) who use GHB.
    [Show full text]
  • Pilots VOI B1-Route Almelo Veranderopgave Inburgering
    De pilotgemeenten: een kennismaking Pilotprogramma Veranderopgave Inburgering Pilotthema Route B1: van A2 naar B1 Gemeenten Almelo, Twenterand, Hellendoorn, Rijssen-Holten, Tubbergen en Wierden De pilotgemeenten: een kennismaking Pilotprogramma Veranderopgave Inburgering Pilotthema Route B1: van A2 naar B1 Gemeenten Almelo, Twenterand, Hellendoorn, Rijssen- Holten, Tubbergen en Wierden De pilotgemeenten: een kennismakingDe pilotgemeenten: Pilotprogramma Veranderopgave Inburgering Pilotthema Route B1: eenvan A2kennismaking naar B1 Gemeenten Almelo, Twenterand, Hellendoorn, Rijssen-Holten, Tubbergen en Pilotprogramma Wierden De pilotgemeenten: een Veranderopgave Inburgering (VOI) kennismaking Pilotprogramma Pilotthema Veranderopgave Inburgering PilotthemaRoute B1: van A2 naar B1 Route B1: van A2 naar B1 Gemeenten Gemeenten Almelo, Twenterand, Almelo, Twenterand, Hellendoorn,Hellendoorn, Rijssen- Rijssen-Holten, Holten, Tubbergen en Wierden De Tubbergen en Wierden pilotgemeenten: een kennismaking Pilotprogramma Veranderopgave Inburgering Pilotthema Route B1: van A2 naar B1 Gemeenten Almelo, Twenterand, Hellendoorn, Rijssen-Holten, Tubbergen en Wierden De pilotgemeenten: een kennismaking Pilotprogramma Veranderopgave Inburgering Pilotthema Route B1: van A2 naar B1 Gemeenten Door: Gemeenten Almelo, Twenterand, Hellendoorn, Rijssen-Holten, Tubbergen en Wierden. Voor: Veertig statushouders, die geslaagd zijn voor het inburgeringsexamen en nog geen examens op B1 niveau hebben gedaan. Wat: Een weekvullend programma waarbij de deelnemers drie dagdelen
    [Show full text]
  • Hierin Geeft Zij Eveneens Aan Dat Zij Voor 1 Januari 2005 Op Dit Punt Duidelijkheid Van De Gemeentebesturen Verwacht
    Beleidsnotitie permanente bewoning van recreatiewoningen in Twenterand. Vriezenveen Augustus 2004 Hoofdstuk 1 Algemeen 1.1 Aanleiding Deze beleidsnotitie heeft als insteek duidelijkheid te bieden over het tegengaan van de onrechtmatige bewoning van recreatiewoningen. Aanleiding is de brief van minister Dekker aan de Tweede Kamer waarin zij de uitgangspunten aangeeft ten aanzien van de problematiek t.a.v. onrechtmatige bewoning van recreatieverblijven. Hierin geeft zij eveneens aan dat zij voor 1 januari 2005 op dit punt duidelijkheid van de gemeentebesturen verwacht. Voor deze datum moet duidelijk worden welke recreatiewoningen/-complexen in aanmerking komen voor bestemmingsplanwijziging, welke bestaande situtaties een beroep kunnen doen op de mogelijkheid van een persoonsgebonden beschikking en voor welke recreatiewoningen actieve handhaving wordt ingezet c.q. voortgezet. 1.2 Huidig beleid De gemeente Twenterand voert beleid om permanente bewoning van recreatiewoningen niet toe te staan en zonodig daartegen op te treden. Opzet is het beleid in het licht van nieuwe inzichten op rijksniveau opnieuw op schrift te stellen en daarvoor de Awb-procedure te volgen ten behoeve van de rechtszekerheid. Permanente bewoning van recreatiewoningen werd in de voormalige gemeente Den Ham en de voormalige gemeente Vriezenveen niet toegestaan. Een uitzondering werd gemaakt voor enkele gevallen namelijk 2 woningen te Den Ham. Voor die 2 recreatiewoningen werd en wordt bewoning toegestaan op basis van een schriftelijk vastgelegde uitsterfconstructie. Dus een persoonsgebonden recht, dat eindigt op het moment dat de huidige bewoners de recreatiewoningen verlaten. Door de gemeente is in andere dan deze 2 gevallen nooit toestemming gegeven voor dergelijke vormen van illegale bewoning. Overtreders kunnen zich dan ook niet beroepen op het feit dat het illegale gebruik van hun opstallen voorheen wel was toegestaan.
    [Show full text]
  • Factors Influencing Modal Choice in TRANSPORTATION
    6 MAY 2020 FACTORS INFLUENCING MODAL CHOICE IN TRANSPORTATION A STUDY REGARDING THE INTENTION TO USE INDICATED OR NON- INDICATED TRANSPORT BY CITIZENS IN THE SOCIAL DOMAIN WITHIN THE MUNICIPALITY OF TWENTERAND CARLIJN MELS UNIVERSITY OF TWENTE Drienerlolaan, Enschede Factors influencing modal choice in transportation A study regarding the intention to use indicated or non-indicated transport by citizens in the social domain within the municipality of Twenterand. Carlijn Mels S1913050 [email protected] Submitted in partial fulfilment of the requirements for the degree of Master of Science, program Public Administration, University of Twente Supervisors: Prof. Dr. S.A.H. Denters, University of Twente Dr. G. Jansen, University of Twente Drs. L.J. Koppelman, Municipality of Twenterand University of Twente, 2020 2 Preface Before you lies the thesis ‘Factors influencing modal choice in transportation: A study regarding the intention to use indicated or non-indicated transport by citizens in the social domain within the municipality of Twenterand’. This thesis has been written for the completion of my master Public Administration, which I have conducted at the University of Twente. Before starting this thesis, I was not aware of the tremendous challenge municipalities face within the social domain. I sincerely hope this thesis will be a contribution to findings a solution for these challenges. Working inside the city hall of Twenterand, I learned a lot about the influences political decisions have on the work of civil servants. I really enjoyed that I was able to experience this all in real time. I would like to thank my supervisors form the UT Bas Denters and Giedo Jansen for their comments and remarks that enabled me to deliver the product that lies in front of you.
    [Show full text]
  • BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING Nr
    BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING Nr. 1102 2 november 2020 Officiële uitgave van de gemeenschappelijke regeling Gemeentelijk Belastingkantoor Twente Uitvoeringsregeling gemeentelijke belastingen gemeenten Almelo, Borne, Enschede, Haaksbergen, Hengelo, Losser, Oldenzaal en Twenterand oktober 2020 Het Dagelijks Bestuur van de gemeenschappelijke regeling Gemeentelijk Belastingkantoor Twente; gelet op artikel 13 van de gemeenschappelijke regeling Gemeentelijk Belastingkantoor Twente de arti- kelen 6, 7, 8, 13 en 14, eerste lid van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, artikel 31 van de Invor- deringswet 1990 in verbinding met artikelen 232, vierde lid en 237 van de Gemeentewet, op artikel 160, eerste lid, onderdeel b, van de Gemeentewet en op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht; Besluit vast te stellen de volgende regeling: Uitvoeringsregeling met betrekking tot de heffing en invordering van de gemeentelijke belastingen van de gemeenten Almelo, Borne, Enschede, Haaksbergen, Hengelo, Losser, Oldenzaal en Twenterand ok- tober 2020 (Uitvoeringsregeling gemeentelijke belastingen oktober 2020). Artikel 1 Algemene bepaling 1. Deze regeling geeft uitvoering aan de artikelen 6, 7, 8, 13 en 14 van de Algemene wet inzake rijksbe- lastingen, artikel 31 van de Invorderingswet 1990, artikel 160, eerste lid, onderdeel b, van de Gemeen- tewet, artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht. 2. Voor de toepassing van deze regeling worden rechten aangemerkt als gemeentelijke belastingen. 3. De op andere wijze geheven gemeentelijke belastingen bedoeld in artikel 233 van de Gemeentewet, worden voor de toepassing van deze regeling aangemerkt als bij wege van aanslag geheven belastingen, met dien verstande dat wordt verstaan onder de aanslag of de voorlopige aanslag: het gevorderde, onderscheidenlijk het voorlopig gevorderde bedrag.
    [Show full text]