Verruiming Vaargeul Eemshaven-Noordzee
Total Page:16
File Type:pdf, Size:1020Kb
Verruiming Vaargeul Eemshaven-Noordzee Passende Beoordeling Verruiming Vaargeul Eemshaven-Noordzee Passende Beoordeling 's-Gravenhage, mei 2009 Documenttitel Verruiming Vaargeul Eemshaven-Noordzee: Passende Beoordeling Status Definitief rapport Datum Mei 2009 Projectnummer 9S4530.A0 Opdrachtgever Rijkswaterstaat Noord-Nederland Referentie 9S4530.A0/R0012/LVNI/Gron INHOUDSOPGAVE Blz. 1 INITIATIEF EN BIJBEHORENDE PROCEDURE 1 1.1 Inleiding 1 1.2 Procedures 2 1.2.1 Natuurbeschermingswetvergunning 2 1.2.2 Tracé MER procedures 4 1.2.3 Grensoverschrijdend karakter 5 1.3 Samenhang projecten 6 1.4 Leeswijzer 7 2 VOORGENOMEN ACTIVITEIT 9 2.1 Inleiding 9 2.2 Beschrijving van de activiteit 9 2.3 Te baggeren hoeveelheden 11 2.4 Verspreidingslocaties 11 2.5 Baggertechniek 13 2.6 Gebruik en onderhoud 16 3 WETTELIJK KADER EN BEOORDELINGSKADER 19 3.1 Eems-Dollard verdrag 19 3.2 Wettelijk en beleidskader 20 3.2.1 Natuurbeschermingswet 1998 (gebiedsbescherming) 20 3.2.2 Flora en Faunawet (soortenbescherming) 21 3.2.3 Gesetz über den Nationalpark ‘Niedersächsisches Wattenmeer’ (NWattNPG) 22 3.2.4 Niedersächsischen Naturschutzgesetzes (NNatG) 22 3.3 Beoordelingskader 23 3.3.1 Afbakening 23 3.3.2 Beoordeling van de effecten 27 4 BESCHRIJVING VAN HET PLANGEBIED 29 4.1 Projectgebied en studiegebied 29 4.2 Deelgebieden 29 4.3 Ligging Natura 2000-gebieden 31 5 BESTAANDE SITUATIE EN AUTONOME ONTWIKKELING 35 5.1 Inleiding 35 5.2 Habitattypen 36 5.3 Macroalgen 39 5.4 Zeegras 40 5.5 Fytoplankton, fytobenthos en zoöplankton 41 5.6 Benthos 44 5.7 Gastropoda 48 5.8 Vissen 49 5.9 Vogels 53 5.10 Zoogdieren 59 Verruiming Vaargeul Eemshaven-Noordzee: Passende Beoordeling 9S4530.A0/R0012/LVNI/Gron Definitief rapport - i - Mei 2009 6 EFFECTEN OP BESCHERMDE HABITATS EN HABITATRICHTLIJNSOORTEN 64 6.1 Effecten 64 6.1.1 Extra vertroebeling en zwevend stof 66 6.1.2 Verandering sedimentsamenstelling 69 6.1.3 Geomorfologische veranderingen 70 6.1.4 Verstoring door geluid 70 6.1.5 Verstoring door aanwezigheid 70 6.1.6 Calamiteiten 71 6.1.7 Habitatverlies 71 6.1.8 Luchtemissie 71 6.2 Effecten op beschermde habitattypen 72 6.2.1 Methode 72 6.2.2 Permanent met zeewater overstroomde zandbanken 72 6.2.3 Estuaria 82 6.2.4 Bij eb droogvallende slikwadden en zandplaten 83 6.2.5 Duinhabitats 84 6.2.6 Samenvatting effecten op de habitattypen 87 6.3 Habitatrichtlijnsoorten 88 6.3.1 Rivierprik 89 6.3.2 Zeeprik 90 6.3.3 Fint 90 6.3.4 Groenknolorchis 91 6.3.5 Nauwe korfslak 92 6.3.6 Gewone zeehond 92 6.3.7 Grijze zeehond 97 6.3.8 Bruinvis 99 6.4 Samenvatting effecten Habitatrichtlijnsoorten 101 7 EFFECTEN OP BESCHERMDE VOGELS 103 7.1 Methode en verstoringsafstanden 103 7.2 Verstoring van vogels 105 7.2.1 Verstoring van foeragerende vogels op wadplaten als gevolg van baggerwerkzaamheden 105 7.2.2 Verstoring van rustende vogels op hoogwatervluchtplaatsen als gevolg van baggerwerkzaamheden 107 7.2.3 Verstoring van broedvogels als gevolg van baggerwerkzaamheden 107 7.2.4 Verstoring van watervogels als gevolg van baggerwerkzaamheden 107 7.2.5 Beïnvloeding foerageersucces zichtjagers als gevolg van baggerwerkzaamheden 110 7.2.6 Verstoring door de toename van de scheepvaart 110 7.2.7 Samenvatting effecten 111 8 BEOORDELING EFFECTEN 113 8.1 Effectbeoordeling habitattypes 113 8.2 Effectbeoordeling Habitatrichtlijnsoorten 117 8.3 Effectbeoordeling Vogels 120 8.4 Samenvatting 122 9S4530.A0/R0012/LVNI/Gron Verruiming Vaargeul Eemshaven-Noordzee Mei 2009 - ii - Definitief rapport 9 EFFECTEN OP BESCHERMDE WAARDEN 125 9.1 Inleiding 125 9.2 Beschermde natuurmonumenten 125 9.2.1 Dollard 125 9.2.2 Kwelders langs de Noordkust van Groningen 125 9.2.3 Waddenzee I en II 125 9.3 Conclusie 126 10 LEEMTEN IN KENNIS, MITIGATIE EN MONITORING 127 10.1 Leemten in kennis 127 10.2 Monitoring en verder onderzoek 129 10.2.1 Zeehonden 129 10.2.2 Monitoring overige soortgroepen 130 10.3 Mitigerende maatregelen 130 11 CUMULATIE 131 11.1 Inleiding 131 11.2 Habitattypen 132 11.3 Primaire productie 135 11.4 Benthos 137 11.5 Vissen 139 11.6 Zeezoogdieren 141 11.7 Vogels 144 12 CONCLUSIES 147 13 LITERATUURLIJST 149 BIJLAGEN 1. Instandhoudingsdoelen van de relevante Nederlandse Natura 2000-gebieden 2. Doelen Ruhezone Nationalpark Niedersächsisches Wattenmeer 3. Beschermde soorten Flora- en Faunawet 4. Kenmerkende waarden voormalige beschermde natuurmonumenten en staatsnatuurmonumenten 5. Compilatie van vogeltellingen 6. Atmosferische depositie en effecten daarvan door scheepvaarttoename in verruimde vaargeul Eemshaven-Noordzee 7. Hoeveelheden baggerspecie en verspreidingsstrategie in het kader van de verruiming van de vaarweg Eemshaven-Noordzee en de uitbreiding en verdieping van de Eemshaven 8. De ligging van de vaargeul ten opzichte van het Vogelrichtlijngebied – close up Verruiming Vaargeul Eemshaven-Noordzee: Passende Beoordeling 9S4530.A0/R0012/LVNI/Gron Definitief rapport - iii - Mei 2009 1 INITIATIEF EN BIJBEHORENDE PROCEDURE 1.1 Inleiding Het Rijksbeleid is gericht op het versterken van de meerwaarde die de zeehavens de Nederlandse economie kan bieden. Daarvoor moet de concurrentiepositie van de Nederlandse zeehavens verbeteren, maar wel binnen randvoorwaarden die in de Nota Zeehavens [2004] en Derde Nota Waddenzee [Ministerie van VROM, 2006] zijn aangegeven. Dit beleid geeft aan dat voor de zeehavens in Groningen en dus ook de Eemshaven geldt dat er concrete interesse dient te zijn van marktpartijen, voordat het Rijk projecten in overweging neemt. Deze interesse doet zich nu voor: drie energiebedrijven willen zich graag in de Eemshaven vestigen. De investeringen van deze bedrijven zijn echter alleen rendabel, als grote schepen kunnen worden ingezet. De afmetingen van deze schepen zijn echter zodanig dat de huidige breedte en diepte van de vaargeul op het traject Eemshaven-Noordzee onvoldoende zijn voor een veilige en vlotte doorvaart naar de Eemshaven. De Minister van Verkeer en Waterstaat wil daarom de verruiming van de vaargeul Eemshaven-Noordzee binnen de mogelijkheden van de wet- en regelgeving faciliteren, maar stelt wel randvoorwaarden aan de mate van verruiming. De vaargeul wordt aangepast voor het gebruik van schepen van het type Panamax-bulk met een maximale diepgang van 14 m en het type Qmax met een maximale breedte van 55 meter. Daarmee is het doel van de verruiming van de vaargeul Eemshaven- Noordzee het verbeteren van de bereikbaarheid van de Eemshaven voor Panamax bulkschepen (met een maximale diepgang van 14 meter) en LNG-schepen (van het type Qmax). In figuur 1.1 is de ligging van de vaargeul Eemshaven-Noordzee weergegeven. Uitbreiding en verdieping Eemshaven De vaargeulverruiming staat in nauwe relatie met het voornemen van Groningen Seaports om de Eemshaven uit te breiden en te verdiepen. Voor de Eemshaven zelf loopt een m.e.r.-procedure voor het bevaarbaar maken van de haven voor schepen met eveneens deze grotere afmetingen (14 meter). Naast de besluitvormingsprocedures voor de Eemshaven en de vaargeul lopen aparte besluitvormingsprocedures voor de vestiging van energiebedrijven in de Eemshaven. Het voornemen en de omgeving De vaargeul Eemshaven-Noordzee doorsnijdt het Eems-Dollard estuarium, dat onderdeel is van het waardevolle natuurgebied de Waddenzee. De natuurfunctie van het estuariumgebied en de Waddenzee is gebaseerd op een groot aantal factoren. Morfologische en hydrologische processen spelen hierbij een belangrijke rol. De benodigde vaargeulverruiming wordt gerealiseerd door daar waar noodzakelijk baggerwerkzaamheden uit te voeren en het vrijkomende bodemmateriaal op een beperkt aantal locaties in het omliggende gebied te verspreiden. De effecten hiervan worden beschreven in het Milieu Effectrapport (vanaf nu MER) [Royal Haskoning, 2009]. De effecten van het aanpassen van de Eemshaven zelf zijn beschreven in een aparte MER [Arcadis, 2007]. Er bestaat een nauwe samenhang tussen beide rapporten. Verruiming Vaargeul Eemshaven-Noordzee: Passende Beoordeling 9S4530.A0/R0012/LVNI/Gron Definitief rapport - 1 - Mei 2009 Figuur 1.1 Vaarweg Eemshaven-Noordzee De verwachte effecten van de vaargeulverruiming op de aanwezige milieu- en natuurkwaliteiten worden in de voorliggende Passende Beoordeling beschreven. De ingreep vindt deels plaats in betwist gebied en op onbetwist Duits grondgebied. De effecten van de werkzaamheden zijn daarom grensoverschrijdend. Hier wordt verder in paragraaf 1.2.3 op ingegaan. 1.2 Procedures Ten behoeve van een vergunningsaanvraag voor de Natuurbeschermingswet is een Passende Beoordeling vereist. In paragraaf 1.2.1 wordt dit proces verder uitgewerkt. De Passende Beoordeling is een verplicht onderdeel van het MER. Daarom wordt in paragraaf 1.2.2 ingegaan op de m.e.r. procedure. 1.2.1 Natuurbeschermingswetvergunning In het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 moet bij elk voorgenomen plan of project een voortoets uitgevoerd worden. In de voortoets wordt de vraag gesteld of er mogelijk sprake zou kunnen zijn van significante effecten en of een Passende Beoordeling (hierna PB) vereist is. Indien blijkt dat niet is uit te sluiten dat er als gevolg van het voorgenomen plan of project significante effecten zullen optreden, wordt een uitgebreide analyse van deze (mogelijk) significante effecten op elk van de afzonderlijke relevante soorten en/of habitattypen en een uiteindelijke beoordeling van het (mogelijke) significantie van elk van de geïdentificeerde effecten gemaakt. Dit gebeurt in een PB. Er werd beoordeeld dat de baggerwerkzaamheden in de vaargeul mogelijk effect hebben op de instandhoudingsdoelen van de Natura 2000-gebieden. In de oriëntatiefase is dan 9S4530.A0/R0012/LVNI/Gron Verruiming Vaargeul Eemshaven-Noordzee Mei 2009 - 2 - Definitief rapport ook door het Ministerie van LNV bepaald dat voor het verkrijgen van een vergunning in het kader van de Natuurbeschermingswet een PB is vereist. Gezien de overeenkomst tussen het MER en de PB adviseerde de commissie m.e.r. om deze twee rapportages te integreren [Commissie m.e.r., 2006]. Aan dit verzoek is niet voldaan omdat het Ministerie van LNV een voorkeur heeft uitgesproken voor een PB die losstaat van het MER. Passende Beoordeling Een PB is noodzakelijk voor het verkrijgen van een vergunning in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998 (hierna Nb-wet) en wordt als bijlage bij de vergunningsaanvraag toegevoegd.