De Gouw Salon

Total Page:16

File Type:pdf, Size:1020Kb

De Gouw Salon De gouw Salon Anneke Koers Voorwoord 1 Een mens moet zich er goed van bewust zijn dat bijna alles wat zij of hij weet, ontleend is aan de geest van hen die haar of hem zijn voorgegaan. Wij hebben bijna niets van onszelf. Dat geldt ook op het terrein van de ontdekkingen, van het blootleggen van dingen die voorheen voor ons verborgen waren. Zo is Amerika vele malen ontdekt, en is duizenden malen het wiel uitgevonden. En nog steeds zijn er lieden, die menen dat zij het 'rad' nog eens moeten 'oetvind'n'. Dat geldt ook voor mezelf. Ik heb de Holterhoek ontdekt. Die plaatsaanduiding geeft de grenzen aan van het gebied waarvoor het waterschap in de dijkbrief van 1308 de verantwoordelijkheid kreeg. Vanaf het beekje de Hunnepe, dat ten zuiden van Deventer in de IJssel uitkwam en dat later de Dortherbeek zou heten, tot voorbij Wilsum. Het gebied dat in dit boek wordt behandeld omvat één van de oude Overijselse steden, te weten Deventer, en het zuidelijke gedeelte van Salland dat bestaat uit de plattelandsgemeenten Batmen, Diepenveen, Holten, Olst, Ommen, Raalte en Wije. Inleiding 2 Salon was de naam van een Frankische gouw in het westen van wat nu Overijssel is. De grenzen liepen waarschijnlijk samen met de IJssel, de Overijsselse Vecht, het Zwarte Water (afgeleid van zwet wat grens betekent), de Regge en de Schipbeek. De naam Salland (die tegenwoordig een groter gebied omvat) is hiervan afgeleid. Aan de overkant van de IJssel lag Felua (Veluwe); in het noordwesten van Salon lag de gouw Swifterbant aan de monding van de IJssel en het Zwarte Water, maar in de vroege Middeleeuwen is deze gouw grotendeels weggespoeld; ten noorden van de Vecht lag Treanth (Drenthe), in het oosten grensde Salon aan Twente; ten slotte lag stroomopwaarts de IJsselgouw (Hisloa, Isloi). Urk werd ook bestuurd door de graaf van Salon. De IJsselgouw, in 1086 gespeld als Islegowe (Oudsaksisch), eerder ook als Iselgo (Oudfries) en ook wel bekend onder de namen Hisloa, pagus Hisloi of pagus Isloi (Latijn), was een Frankische gouw aan de Gelderse IJssel in de Middeleeuwen. De belangrijkste plaats was Deventer, waar de bisschop van Utrecht zelfs enige tijd resideerde. De gouw wordt als eerste genoemd in een oorkonde van 29 juni 797, waarin een grootgrondbezitter verscheidene goederen schenkt aan de St. Salvatorkerk in Wichmond, waaronder onontgonnen land in de bossen langs de Hisla; de eerste vermelding van de IJssel in de geschiedenis. De gouw zelf krijgt de naam Hisloi toebedeeld. Een gedeelte lag aan de westelijke oever, grenzend aan Felua (de latere Veluwe). In het noorden grensde de IJsselgouw aan Salon; de grens liep van Rande over Holten en Westerflier naar Lochem. In het oosten omvatte de gouw een deel van het latere graafschap Zutphen. In het zuiden lag Liemers, waarmee de IJsselgouw lange tijd Hamaland vormde. Op 23 augustus 1046 schonk keizer Hendrik III de IJsselgouw, of in ieder geval het gedeelte van de IJsselgouw ten noorden van de Dortherbeek (of Hunepe) aan het sticht Utrecht. De tegen keizer Hendrik IV opstandige Egbert I van Meißen, die ook graaf van Midden-Friesland was, geldt als de laatste gouwgraaf; zijn grondgebied in de IJsselgouw (toentertijd geschreven als Islegowe) verviel terug aan de kroon, waarna de keizer het land aan de bisschop Koenraad van Utrecht overdroeg op 3 april 1086. Het gebied maakte voortaan deel uit van het Oversticht. Het gebied werd vanaf de zesde eeuw bewoond door de Saksen; de dialecten die er tegenwoordig nog gesproken worden in Salland (het Sallands) zijn nog steeds Nedersaksisch. Halverwege kwamen christelijke zendelingen om de bevolking te bekeren, wat echter niet gemakkelijk ging. Tijdens de Saksenoorlogen (772-804) werd het gebied onderworpen door de Franken en toegevoegd aan hun rijk als de gouw Salon. Oost-Nederland is in diverse opzichten bijzonder: het heeft een gevarieerd landschap en is een archeologisch rijk gebied met een unieke bewoningsgeschiedenis. De combinatie van informatie uit verschillende bronnen geeft een goed overzicht van de geschiedenis van een gebied dat tot dusver weinig wetenschappelijke aandacht heeft gekregen. Het Oost- Nederlandse landschap is sterk versnipperd en gevarieerd, zowel locaal als regionaal. Dat geldt ook voor de bewoningsontwikkeling: er blijken sterke regionale verschillen te bestaan. Het karakter van de bewoning van Twente wijkt bijvoorbeeld in verschillende tijdvakken sterk af van de patronen in Salland en de Achterhoek. Zo komen uitgestrekte laat-prehistorische ‘grafheuvellandschappen’ in Twente veel voor, maar zijn die uit Salland en de Achterhoek nauwelijks bekend. Dat betekent dat er niet alleen sprake was van uiteenlopende voorkeuren voor begravingsvormen, maar ook van een opvallend contrast in landschapsinrichting. Ook de schaarse Celtic Fields uit Oost-Nederland liggen bijna allemaal in Twente. Overijssel kende in haar geschiedenis slechts twee standen: ridderschap en steden. Samen met de drie ridderschappen in Salland, Twenthe en Vollenhove vormden de steden de staten van Overijssel. En dat bleef zo onder de Habsburgers Karel V en diens zoon Philips II. Toen echter de Spaanse koning Philips II in 1581 als Landsheer werd afgezet door de staten generaal, was Overijssel het daarmee niet onmiddellijk eens. Voor zo’n belangrijke beslissing was toestemming van de Duitse keizer en advies van de Duitse Hanze noodzakelijk. Toen al was Overijssel een brug tussen Holland en Westfalen. 3 Salland is een regio met een roerige geschiedenis en dat is te zien aan de statige landhuizen, romantische kastelen, gerestaureerde molens en de Hanzestad Deventer. De rivier de IJssel vormt in het zuidwesten grotendeels de natuurlijke grens met Gelderland. Overijssel grenst in het noorden aan Drenthe, in het noordoosten aan Nedersaksen, in het zuidoosten aan Noordrijn-Westfalen, in het zuiden en zuidwesten aan de provincie Gelderland, in het uiterste westen aan Flevoland en in het noordwesten aan Friesland. De hoofdstad van Overijssel is Zwolle. De dialecten die in deze provincie worden gesproken, vallen onder het Nedersaksisch. Lange tijd hebben wetenschappers gedacht dat de streek rond Raalte tot ver in de Middeleeuwen een onbewoond gebied was vol bossen, moerassen en heidevelden. Niets blijkt minder waar. Het hart van Salland is vroeger juist vrij dichtbevolkt geweest en kent een onverwacht rijke ontstaansgeschiedenis. Dit boek geeft een overzicht van de bewonings- en landschapsgeschiedenis van het oude kerspel Raalte. Alle ontdekkingen die amateuronderzoekers én wetenschappers in de afgelopen vijftien jaar hebben gedaan worden voor een breed lezerspubliek ontsloten. Elke buurtschap krijgt daarbij een eigen hoofdstuk waarin een gedetailleerd beeld wordt geschetst van de opbouw van het landschap en van de middeleeuwse boerderijen en hun bewoners. De provincie Overijssel bestaat uit een met riviertjes en beken doorsneden zandgrondgebied, behalve in het noordwesten, waar polders en meertjes overheersen. Overijssel bestaat uit drie landstreken: de Kop van Overijssel, Salland en Twente. In 1528 werd de naam Overijssel voor het eerst gebruikt voor het gebied van de huidige provincie Overijssel. Voor die tijd sprak men van Oversticht, dat echter al in 1233 in het Latijn met Transysla/Transisalania (letterlijk: Over-IJssel) werd aangeduid. Dit gebied werd bestuurd door de bisschop van Utrecht. Het Oversticht bestond uit het land van Vollenhove, Salland, Twente en Drenthe. De bisschop van Utrecht stond in 1528 het Sticht (Utrecht) en het Oversticht af aan keizer Karel V. De keizer werd, naast keizer, ook heer van Overijssel. Zo kwam de naam heerlijkheid Overijssel in gebruik. De staten van Overijssel werden gevormd door de Hanzesteden Deventer, Kampen en Zwolle en de ridderschappen van Salland, Twente en Vollenhove. Het gewest, dat sinds de opstand tegen Philips II deel uitmaakte van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden, werd bestuurd door de burgemeesters van de grote steden en de leden van de ridderschappen. De stadhouders kregen meer macht na de korte bezetting (1672-1674) door de bisschop van Munster. Bij de oprichting van de Bataafse Republiek in 1795 werd Overijssel samen met delen van Gelderland, Drenthe en Friesland het Departement der Oude IJssel. De oude provinciegrenzen werden in 1801 na de oprichting van het Bataafs Gemenebest hersteld. Het Oversticht komt in 1086 onder bisschoppellijk bestuur. In prachtig gewaad, voorzien van mijter en staf, schreed bisschop David van Bourgondië (1427-1496) in 1456 van het Kamper Raadhuis naar de Bovenkerk, ter gelegenheid van zijn inhuldiging als landsheer van Overijssel. Deze gang van het bestuurlijke centrum naar het religieuze hart van de IJsselstad symboliseerde de dubbelrol die de Utrechtse bisschop in Overijssel vervulde. Hij was niet alleen kerkelijk leider in dit landsdeel, maar bekleedde er ook de wereldlijke macht. De bisschoppen van Utrecht waren dan ook vaak allesbehalve heiligen. Als wereldlijke leiders deden ze volop mee aan het politieke machtspel. Daarbij schuwden ze geweld niet. Hun kerkelijk gezag werd menigmaal ingezet om vijanden onder druk te zetten of zelfs in de ban te doen. Hoe was de bisschop in deze dubbelrol beland? Sinds de onderwerping en kerstening van Noordoost-Nederland door de Frankische keizer Karel de Grote in de negende eeuw, viel dit gebied in religieus opzicht onder het bisdom Utrecht. Na het uiteenvallen van het Frankische imperium behoorde Nederland tot het Heilige Roomse Rijk. Binnen dit uitgestrekte rijk zagen regionale leenheren kans om steeds meer 4 macht naar zich toe te trekken. In Nederland gold dat met name voor de graven van Holland en Gelre. Zij beschouwden de gebieden die ze in leen hielden van de Duitse keizer geleidelijk als hun eigendom. Om tegenwicht te bieden aan deze regionale machthebbers, verleende de keizer de bisschop van Utrecht, die vanwege het celibaat geen natuurlijke erfopvolger had, politieke zeggenschap over de regio Utrecht (het Nedersticht) en over Overijssel, Drenthe en de stad Groningen en omgeving (het Oversticht). Het eerste steunpunt van de bisschop van Utrecht over de IJssel was Vollenhove en omgeving. Bisschop Balderik van Kleef (897-975) verwierf er in 944 het recht om op onder andere elanden te jagen.
Recommended publications
  • Common Land in the Carolingian Central Netherlands
    Common Land in the Carolingian Central Netherlands Student: Lucas E. Helder Date of submission: 21 June 2021 Student number: 4291018 Supervisor: Dr. F. C.W. Goosmann Course: RMA thesis Words: 39.979 Faculty: Humanities Study: Ancient, Medieval and Renaissance studies Abstract The purpose of this master thesis is to reopen the debate on the allocation of common land in early medieval Europe. More specifically, the question is asked: What evidence exists for common land in the Central Netherlands during the Carolingian period (c. 750-900 AD)? The first chapter introduces the geographical framework and investigates in which of the subregions the rights to waste- or woodland might have been shared by group(s) of peasants. The second chapter examines the historiographical debate on the emergence and existence of common land by analysing the Mark, Domanial and Scarcity theory, as being competing paradigms. In the third chapter the written sources for common land are introduced, through the analysis of opposing interpretations of the terms ‘marca’, ‘scara’ and ‘silva communis’. These terms have at least in the Mark theory been considered to indicate the presence of common land. In addition, in the fourth chapter, some archaeological clues for the presence or absence of common land are examined. As a result, it is suggested that the evidence for the presence of common land in the Carolingian Central Netherlands remains highly ambiguous. The existence of common land can therefore, on the basis of the available evidence, not be proven nor disproven.
    [Show full text]
  • Gronings Dialect Dit Woordenboek Gronings Bevat 190 Gezegden, 2882 Woorden En 8 Opmerkingen
    gronings dialect Dit woordenboek gronings bevat 190 gezegden, 2882 woorden en 8 opmerkingen. 190 gezegden ∙ 't Is mooi geweest - t Het mooi west ∙ 't is niet altijd feest - 't is nait aal doage kovvie mit kouke ∙ aanstaande - aankommende / aankom aankomde ∙ Alle kleine beetjes helpen. - Ale lutje beetjes helpm, zee mugge en meeg in zee. ∙ allemaal het zelfde - doar komt gain gebak oet ∙ alles goed jongen - alles goed jongen / aal goud mienjong ∙ Als het niet gaat zoals het moet, moet het maar zoals het gaat - As't nait gait zoas't mot, mot't mor zoas't gait ∙ als het niet hoeft, laat dan maar zitten - as't nait huift, loat den mor ∙ als het niet nodig is, niet doen - as't nait neudug het, nait doun ∙ Als het theewater tegen de kook aan is - t Wotter is op Soeskesbrugge ∙ Als je niet oud wilt worden, moet je je op jonge leeftijd ophangen - dei nait old worr'n wil.mout zuk jonk ophang'n ∙ altijd wat anders - altied wat aans ∙ blauw staan van de rook - tis hier oardig snoeks ∙ blijf met je handen van me vrouwtje af - blief met dien poten van mien poedie of ∙ blijham - dikke sjomp'n ∙ daar heb je het gedonder alal - Doar komt t al aan, zee schiet op berre ∙ daar zit veel te veel extra's / rommel bij - doar zit mie teveul herrie bie ∙ Dat is geweldig! / Dat valt heel erg mee! - Valt mie nait of'. ∙ Dat is nou een opschepper (-ster) (negatief bedoeld) - Dat is'n looze jong / loos wicht ∙ dat is toch wat - man, wat 'n boudel ∙ Dat kan ik toch niet weten - Ken ik ja nait roeken ∙ dat lukt je toch niet - dat redt stoe toch nait op ∙ dat vind ik
    [Show full text]
  • University of Groningen De Taal Van Westerwolde. Patronen En
    University of Groningen De taal van Westerwolde. Patronen en structuren in een Gronings dialect. Veldman, Fokko IMPORTANT NOTE: You are advised to consult the publisher's version (publisher's PDF) if you wish to cite from it. Please check the document version below. Document Version Publisher's PDF, also known as Version of record Publication date: 1992 Link to publication in University of Groningen/UMCG research database Citation for published version (APA): Veldman, F. (1992). De taal van Westerwolde. Patronen en structuren in een Gronings dialect. Van Dijk & Foorthuis Regio Projekt. Copyright Other than for strictly personal use, it is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s) and/or copyright holder(s), unless the work is under an open content license (like Creative Commons). The publication may also be distributed here under the terms of Article 25fa of the Dutch Copyright Act, indicated by the “Taverne” license. More information can be found on the University of Groningen website: https://www.rug.nl/library/open-access/self-archiving-pure/taverne- amendment. Take-down policy If you believe that this document breaches copyright please contact us providing details, and we will remove access to the work immediately and investigate your claim. Downloaded from the University of Groningen/UMCG research database (Pure): http://www.rug.nl/research/portal. For technical reasons the number of authors shown on this cover page is limited to 10 maximum. Download date: 29-09-2021 ' SUMMARY This can havean effect clusters in prevocalic, p It has been my intention to describe the language of Westcrwolde.
    [Show full text]
  • “Zoveel Love Naar M'n Peeps”
    “Zoveel love naar m’n peeps” Nederlands Engels Nederlands Nederlands Straattaal Brainpower – Alles of niets (2002) Manon Willems Eerste begeleider: dr. S.A. Grondelaers Tweede begeleider: prof. dr. R.W.N.M. van Hout Taalkeuze en taalvermenging in Nederlandse rapmuziek Bachelorwerkstuk Taalwetenschap Faculteit der Letteren Radboud Universiteit Nijmegen “Zoveel love naar m’n peeps” Taalkeuze en taalvermenging in Nederlandse rapmuziek Abstract Rap is in de afgelopen jaren een populair muziekgenre over de hele wereld geworden. Deze muziekstijl is in de Amerikaanse wijk de Bronx ontstaan op straat. Vaak worden daarin scheve maatschappelijke omstandigheden aan de kaak gesteld. Dit genre verspreidde zich razendsnel over de wereld, waardoor het ook in Nederland terechtkwam. Aanvankelijk wilden Nederlandse rappers vooral het Amerikaanse voorbeeld imiteren, maar later ontwikkelden zij steeds meer hun eigen stijl. Aangezien Afrikaans-Amerikaans Engels de oertaal van de hiphop is, zou deze Engelse variëteit ook voor Nederlandse rappers een taal kunnen zijn om in te rappen, maar het Nederlands (met of zonder accent) ligt misschien meer voor de hand. In dit onderzoek is gekeken naar de taalkeuze die Nederlandse rappers maken in hun teksten. Vervolgens is gekeken naar het gebruik van taalvermengingen in hun teksten en wat de mogelijke functies hiervan zijn. Uit de resultaten blijkt dat rappers zich vaak vasthouden aan de eenmaal gemaakte taalkeuze, hoewel er ook rappers zijn die soms in het Engels rappen en soms in het Nederlands (met of zonder accent) of een Nederlands dialect. Daarnaast worden Nederlandse rapteksten vaak vermengd met Engelse woorden en/of met straattaal. Per tijdsperiode en per gebied waar de rapper vandaan komt zitten hier verschillen in.
    [Show full text]
  • 50 Years of Christian Democratic Cooperation in the Euregio
    50 YEARS OF CHRISTIAN DEMOCRATIC COOPERATION IN THE EUREGIO Achievements and new challenges 50 YEARS OF CHRISTIAN DEMOCRATIC COOPERATION IN THE EUREGIO Achievements and new challenges CDA-CDU EUREGIO ASSOCIATION 2009 EDITORS AND COPYRIGHT: CDA-CDU EUREGIO ASSOCIATION CENTRE FOR EUROPEAN STUDIES PUBLISHED BY: THE SCIENCE SHOP, UNIVERSITY OF TWENTE SUPERVISORS: PROF. DR. R.WESSEL DRS. B.P.J. VAN WINSEN LAYOUT: OSHIN SINANI PRINTED BY: OCE BUSINESS SERVICE APRIL 2009 ISBN: 978-90-365-2834-4 Contents Introduction 14 Political cooperation in the EUREGIO: The CDA-CDU group and its evolution to the CDA-CDU EUREGIO Method 16 Association 54 PART I: DOCUMENT ANALYSIS 19 Conclusion to part I 58 The EUREGIO: theoretical framework 20 PART II: INTERVIEWS 59 50 Years of EUREGIO: a review 29 Interview: Franz-Josef Achterkamp 60 Interview: Günter Alsmeier 64 Introduction 29 Interview: Hans Kieliszek 68 Infrastructure and Spatial Planning 33 Interview: Maria Martens 71 Social and cultural integration: Youth and the Elderly, Education, Culture, Sport 34 Interview: Rob Meijer 74 Political cooperation in the border area: the Euregio Council 36 Interview: Arie Oostlander 78 Developments in the EUREGIO since the 1980s 37 Interview: Dr. Markus Pieper 82 Economic cooperation and cooperation in technology and Interview: Frans Willeme 85 innovation in the border area 39 Cross-border health care 42 Conclusions of part II, general conclusions and Nature, environment and agriculture 43 recommendations 89 Conclusion 44 Euregio Council 90 Promotion of the EUREGIO by
    [Show full text]
  • Versatile Land, High Versus Low. Diverging Developments in the Eastern Netherlands1
    ARTICLES VERSATILE LAND, HIGH VERSUS LOW. DIVERGING DEVELOPMENTS IN THE EASTERN NETHERLANDS1 Bert Groenewoudt Cultural Heritage Agency P.O. Box 1600, 3800 BP Amersfoort, the Netherlands [email protected] Key words: landscape change, landscape biography, lowland reclamations, Middle Ages, Post-medieval Period, Eastern Netherlands Regional studies on landscape history are sometimes biased to some extent by a tendency to focus on the most intensively cultivated and investigated areas. Moreover, the concept of ‘landscape’ is at times applied uncritically, resulting in a homogenized and simplified reality, with interesting developments and contrasts being easily overlooked. It is the aim of this paper to show that fundamentally different historical developments may have occurred within one and the same “landscape”. The focus will be on the Pleistocene covers and landscapes of the eastern Netherlands. Here, already during prehistory, higher, dry areas of land were being transformed into relatively open, intensively used, compartmentalized and — to some degree — spatially stable landscapes that were very much “cultural”. The little-studied lower areas that surrounded these cultivated “islands”, on the other hand, remained essentially natural in character: forested, unpartitioned, extensively used and probably spatially dynamic in terms of spatial structure until well into the Middle Ages, when reclamation began. Unlike the situation in the fossilized “old land”, new and rapid physical geographical (and social) developments took place in these lowlands, especially from the medieval period onwards. This high-low dichotomy deserves more attention, also in other areas. Its social dimension will be discussed separately (Groenewoudt, in prep.) Introduction landscape zones, often covering the greater Whether or not they display characteris- part of research areas, tend to play a subor- tics of “landscape biographies”,2 some stud- dinate role.
    [Show full text]
  • Gronings De Boekhandels Met
    Taal in, stad* ttv UuUL GRONINGS DE BOEKHANDELS MET Academische Boekhandel, Maastricht Broese, Utrecht Dekker v.d. Vegt, Arnhem/Nijmegen/Sittard Donner, Rotterdam Gianotten, Tilburg en Breda Kooyker, Leiden Van Piere, Eindhoven Scheltema, Amsterdam Scholtens Wristers, Groningen De Tille, Leeuwarden en Sneek Verwijs, Den Haag vvTvw.boekenmeer.nl Taal uv stad wi Luid GRONINGS Siemon Reker Sdu Uitgevers, Den Haag Verschenen in de reeks 'Taal in stad en land', hoofdredactie Nicoline van der Sijs: 1 Amsterdams door Jan Berns m.m.v. Jolanda van den Braak 2 Fries en Stadsfries door Pieter Duijff 3 Gronings door Siemon Reker 4 Haags door Michael Elias i.s.m. Ton Goeman 5 Leids door Dick Wortel 6 Maastrichts door Ben Salemans en Flor Aarts 7 Oost-Brabants door Jos Swanenberg en Cor Swanenberg 8 Rotterdams door Marc van Oostendorp 9 Stellingwerfs door Henk Bloemhoff 10 Utrechts, Veluws en Flevolands door Harrie Scholtmeijer 11 Venloos, Roermonds en Sittards door Pierre Bakkes 12 West-Brabants door Hans Heestermans en Jan Stroop 13 Zuid-Gelderse dialecten door Jan Berns Vormgeving omslag en binnenwerk: Villa Y (André Klijssen), Den Haag Zetwerk: PROgrafici, Goes Druk en afwerking: A-D Druk BV, Zeist © Siemon Reker, 2002 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande schriftelijke toestem• ming van de uitgever. No part of this book may be reproduced in any form, by print, photoprint, microfilm or any other means without written permission from the publisher. ISBN 90 1209012 1 Voorwoord bij d&> reeks 'Taal Uv stad etv Uwid' De reeks Taal in stad en land is totstandgekomen op initiatief van Sdu Uitge• vers en de Boekhandels Groep Nederland (BGN).
    [Show full text]
  • Verandering En Verloedering Normen En Waarden in Het Nederlands
    Verandering en verloedering Normen en waarden in het Nederlands Hans Bennis Leonie Cornips Marc van Oostendorp nIustraties; Hein de Kort AMSTERDAM UNIVERSITY PRESS t SALOME Inhoud Voorwoord 7 L 'Norrnen en waarden in taal moeten worden gehandhaafd' 11 2. 'Taalverandering is taalverloedering' 19 3. 'Taalverandering is taalversimpeling' 27 4. 'Taalverandering betekent nonnloosheid' 35 Omslagontwerp: Studio Jan de Boer BNO, Amsterdam Vormgeving binnenwerk: PRografici, Goes 5. 'Ret Nederlands maakt deel uit van onze culturele identiteit' 43 6. 'Door taalverandering worden onze grote schrijvers ISBN 90 5356 665 1 ontoegankelijk' 51 NUR 616/623 . Z 'Wie niet kan spellen, beheerst zijn moedertaal niet' 57 © Amsterdam University Press· Salome, Amsterdam, 2004 8. 'Wie niet volgens de norm spreekt of scluijft, minacht zijn Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in publiek' 65 een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op eruge wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieen, opnamen of enige andere manier, zander 9. 'De omroep verloedert de taal' 73 voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voorzover het maken van kopieen illt deze uitgave is toegestaan op grand van artikel 16B J 10. Epiloog: 'Aan taalkunde heb je niets' 81 Auteurswet 1912 r het Besluit van 20 jUrll 1974, stb. 35'1, zoals gewijzigd bij het Besluit van 23 augustus 1985, Stb. 471 en artike117 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk ver­ Bibliografische aantekeningen 85 schuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (postbus 882, 1180 AW Amstel­ I veen). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) dient men zich tot de uitgever te wenden.
    [Show full text]
  • 'Samen Gas Terug' Leave It in the Ground
    ‘Samen Gas Terug’ Leave it in the Ground: Care, Commons and Enough as an Impact of Gas Extractivism in Groningen, the Netherlands A Research Paper presented by: Wigke Capri A.S. Putri (Indonesia) in partial fulfilment of the requirements for obtaining the degree of MASTER OF ARTS IN DEVELOPMENT STUDIES Major: Social Policy for Development (SPD) Specialization: Environment and Sustainable Development Members of the Examining Committee: Prof. Wendy Harcourt Dr. Mahmoud Meskoub The Hague, The Netherlands December 2017 1 ii Contents List of Tables v List of Figures v List of Maps vi List of Abbreviations vi Acknowledgements viii Abstract x Chapter 1 : Research Statement 2 Aim of my research 4 Research questions: 4 Theoretical framework: Feminist Political Ecology 5 Locating FPE: vulnerability 6 Locating FPE on Vulnerability Coping: Care, Commons and Enough 6 Care as Holistic Care 7 Situated knowledge 9 Intersectionality 10 Methodology 10 Ethnography orientation 10 People and Place 11 Ethics and Limitation 13 Chapter 2 : ‘De Aardbevingen Beheersen Ons Leven’ Earthquakes Seised Our Life 14 Living in ruins: vulnerability meanings in Groningen 14 Embodied vulnerable: Gas Extractivism Impact on Grunn’s health 19 Gas Extractivism: A Bless or A Curse? 20 Living like a ‘Prisoner’ 25 Scare and Defenselessness 28 Chapter 3 ‘Samen Sterk’ Strong Together: Care and Commons 30 Care: Think and Act Beyond The Self 30 Commoning the commons: Negotiating Groningen 35 Chapter 4 ‘Samen Gas Terug’ [Leave it in the Ground]: Enough. 41 Chapter 5 Conclusion 44 Development Meanings for Me 45 iii References 47 iv List of Tables Table 1. Dutch government balance sheet from 2001 to 2011 (CBS 2017).
    [Show full text]
  • Limburgs Woordenboek
    ROND GESCHIEDENIS EN PROBLEMATIEK VAN ONS LIMBURGS WOORDENBOEK DOOR LR. DR. WIN. ROUKENS ROND GESCHIEDENIS EN PROBLEMATIEK VAN ONS LIMBURGS WOORDENBOEK Als handwijzers in de richting der woordenboeken in het algemeen en der dialectlexica in het bijzonder moeten wij wel de zgn. glossen beschouwen d.z. M.E.se vertalingen van woorden uit een vreemde taal. b.v. het Latijn, in een zgn. volkstaal van Romanen of Germanen b.v. het "Nederlands" en wel zo dat de vertalingen boven de vreemde woorden of in margine werden geplaatst. Deze methode van verklaring door glossering kan langs twee wegen, met Griekenland en Italië als uitstralingscentra, tot ons zijn gebracht: óf van uit Brittanië door de Angelsaksische missionering, o.a. van Bonifacius, óf van uit Italië via Frankrijk en 't Rijnland. Het gebeurde wel eens dat men alle woorden der vreemde taal door vertalingen in de volkstaal erboven interpreteerde; men kreeg dan wat de Engelsen een "full-glossed" -tekst noemen. 1) Het is begrijpelijk" dat iemand die de verklaarde woorden of de ver­ klaringen vaker nodig had, ertoe kwam deze glossen, wanneer hun aantal groot was, gemakshalve alfabetisch te ordenen. Zo ontstond wat wij een "glossarium" noemen: lijst van woorden gegroeid uit glossen die tot een bepaalde volkstaal. veelal een streektaal. behoorden. Het is duidelijk dat zo'n glossarium of woordenboek-in-beginstadium evengoed voor de Latijn-sprekenden als voor de volkstaal-sprekenden als verklarend kon worden beschouwd. Deze groeiden o.a. uit tot Nederlands-Latijnse alfabetische woor­ denlijsten ten bate van leerlingen die het Latijn door bemiddeling van hun eigen volkstaal moesten leren.
    [Show full text]
  • PDF Van Tekst
    Neerlandica extra Muros. Jaargang 1980 bron Neerlandica extra Muros. Jaargang 1980. Coutinho, Muiderberg 1980 Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/_nee005198001_01/colofon.php © 2015 dbnl i.s.m. 1 [Neerlandica extra Muros - voorjaar 1980] Van de IVN Reacties op resoluties. De lezers van NEM en in het bijzonder diegenen onder hen die het Zevende Colloquium Neerlandicum hebben bijgewoond, zullen wel eens willen weten wat er nu met die aangenomen resoluties is gedaan. We hebben ze in de eerste plaats gestuurd aan die instanties die door de indieners van de resoluties waren genoemd. In sommige gevallen zijn er later nog een paar adressen bijgekomen. De tekst van alle resoluties is gestuurd aan de Ministeries van Buitenlandse Zaken in België en Nederland, het Ministerie van Nationale Opvoeding en Nederlandse Cultuur en het Ministerie van Onderwijs en Wetenschappen, en het Ministerie van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk. Voor de tekst van de resoluties verwijs ik u naar NEM-33, blz. 7. Resolutie 1, over de geringe plaats die het Nederlands inneemt aan de drie instituten voor Vertalers en Tolken in de Bondsrepubliek, werd gestuurd aan: - Fachbereich Angewandte Sprachwissenschaft te Germersheim; - Fachbereich für Angewandte Sprachwissenschaft sowie Übersetzen und Dolmetschen in Saarbrücken; - Institut für Übersetzen und Dolmetschen te Heidelberg; - Ministerium für Wissenschaft und Kunst Baden-Württemberg; - Kultusministerium Saarland; - Kultusministerium Rheinland-Pfalz; - Kultusministerkonferenz; - Westdeutsche Rektorenkonferenz; - C.I.U.T.I. (Genève). Tot nu toe - dat ‘nu’ is 25 februari 1980 - zijn op deze resolutie de volgende reacties ontvangen: 1. Johannes Gutenberg-Universität, Fachbereich Angewandte Sprachwissenschaft: uit het uitvoerig antwoord van de Dekaan, prof. dr.
    [Show full text]
  • POWER of the PORTRAIT: Production, Consumption and Display of Portraits of Amalia Van Solms in the Dutch Republic
    POWER OF THE PORTRAIT: Production, Consumption and Display of Portraits of Amalia van Solms In the Dutch Republic by Saskia Beranek B.A., Pennsylvania State University, 2001 M.A., Duke University, 2003 Submitted to the Graduate Faculty of The Kenneth P. Dietrich School of Arts and Sciences in partial fulfillment of the requirements for the degree of Doctor of Philosophy University of Pittsburgh 2013 UNIVERSITY OF PITTSBURGH Kenneth P. Dietrich School of Arts and Sciences This dissertation was presented by Saskia Beranek It was defended on March 29, 2013 and approved by Jennifer Waldron, Associate Professor, English Joshua Ellenbogen, Associate Professor, History of Art and Architecture Stephanie Dickey, Bader Chair in Northern Baroque Art, Queen's University, Art Co-Advisor: C. Drew Armstrong, Associate Professor and Director of Architectural Studies Dissertation Advisor: Ann Sutherland Harris, Professor Emerita, History of Art and Architecture ii Copyright © by Saskia Beranek 2013 iii POWER OF THE PORTRAIT: Production, Consumption and Display of Portraits of Amalia van Solms in the Dutch Republic Saskia Beranek, PhD University of Pittsburgh, 2013 Portraits of Amalia van Solms, wife of Frederik Hendrik of Orange-Nassau and one of the most significant women in the Dutch Republic, were widely circulated and displayed during her lifetime (1602-1675). This study focuses on cases where specific audiences and sites of display can be isolated. When portraits can be viewed in their original context, they speak not only to those elements intrinsic to the image such as symbolism or fashion, but also to issues extrinsic to the image: social practices, cultural ideals, and individual identities.
    [Show full text]